DE TIJ D I MA ART 2022 I N °3 I JA ARGANG 16
Netto Pensioengids
Alles wat u zou moeten weten over uw pensioen
NA CORONA, KLIMAAT, OEKRAÏNE... PENSIOENCRISIS KOST OVERHEID ELK JAAR 1 MILJARD EXTRA
‘WERKEN TOT 65? LIEVER NIET!’ ROMANTISCHE DROOM OF ZWARE FINANCIËLE NACHTMERRIE?
KLAAR VOOR DE PENSIOENJACKPOT? WAAROM STORTEN IN JANUARI HET MEEST OPBRENGT
Netto Pensioengids
COLOFON ADRES REDACTIE NETTO TOUR & TAXIS HAVENLAAN 86C BUS 309 B-1000 BRUSSEL REDACTIE@NETTO.BE
Alles wat u zou moeten weten over uw pensioen
ALGEMEEN HOOFDREDACTEUR ISABEL ALBERS HOOFDREDACTEUR DE TIJD PETER DE GROOTE CHEF NETTO SONJA VERSCHUEREN EINDREDACTEUR JAN LODEWYCKX
6
DE STILLE CRISIS
De pensioenhervorming lijkt helemaal van de politieke agenda verdwenen. Intussen blijft de pensioenfactuur jaarlijks met 1 miljard euro aandikken.
23
TWEEDE PIJLER: AANVULLEND PENSIOEN
47
VROEGER STOPPEN MET WERKEN
24
Aanvullend-pensioenopbouw is een kluwen.
48
27
Controleer of u de 80 procentgrens niet overschrijdt.
Fiscus onverbiddelijk voor wie niet tot zijn 65ste actief blijft.
53
29
Sluit als zelfstandige zeker een (sociaal) VAPZ af.
Hoeveel kapitaal moet u bijeensparen als u er eerder de brui aan geeft?
36
VAPW: zelf sparen voor een aanvullend pensioen.
ARTDIRECTOR ILSE JANSSENS REDACTEUREN PETRA DE ROUCK BART HAECK THOMAS LAUREYS MURIEL MICHEL DIRK MICHIELSEN DIRK SELLESLAGH PETER VAN MALDEGEM ILLUSTRATIES TRUI CHIELENS INFOGRAFIEKEN FRANK SCHULPÉ FOTOGRAFIE BRECHT VAN MAELE ABONNEMENTEN TEL.: 0800/55.150 E-MAIL: ABO@TIJD.BE
13
EERSTE PIJLER: WETTELIJK PENSIOEN
14
37
Een volledig pensioen krijgt u pas na 45 jaar werken…
DERDE PIJLER: PENSIOENSPAREN & LANGETERMIJNSPAREN
38
16
…Maar dat geldt niet voor alle ambtenaren.
Spaar zo jong mogelijk voor uw oude dag.
40
18
Er komt een hoger wettelijk pensioen voor wie meer verdient.
Pensioenstortingen opvoeren is nefast voor 55-plussers.
42
Tips voor wie meer rendement wil.
44
Zo vermijdt u de fiscale val.
46
In welke maand stort u het best?
19
Ook met een gemengde loopbaan is een minimumpensioen mogelijk.
22
De regering denkt na over een ‘pensioensplit’.
55
EINDELIJK MET PENSIOEN
56
Zo verloopt de overstap van een beroepsinkomen naar een pensioen.
61
Met bijklussen doet u financieel altijd een goede zaak.
ADVERTENTIES TRUSTMEDIA TOUR & TAXIS HAVENLAAN 86C BUS 309 B-1000 BRUSSEL TEL.: 02/422.05.11 INFO@TRUSTMEDIA.BE VERANTWOORDELIJKE UITGEVER PETER QUAGHEBEUR
64 Verwar SWT niet met vervroegd pensioen.
GETUIGENISSEN: BIJNA MET PENSIOEN 8
Erika De Bruyne trekt op 1 april de deur van het ziekenhuis definitief achter zich dicht. ‘Niet meer nodig zijn, daar lig ik van wakker.’
10
Boekhouder Patrick De Rop gaat in juni met pensioen, na een carrière van 42 jaar. ‘Het afkopen van een studiejaar was weggesmeten geld.’ Netto wordt gedrukt bij Roularta Printing.
HANDIG: VRAAG HET AAN DE PENSIOENCOACH Zult u tijdens uw pensioen genoeg geld hebben om al uw dromen te realiseren? Of zult u uw levensstandaard moeten verlagen? De Pensioencoach van De Tijd geeft duidelijke antwoorden. En legt stap voor stap uit hoe een zorgeloze oude dag ook voor u binnen handbereik komt. tijd.be/pensioencoach 4 I NETTO MAART 2022
VOLGENDE KEER IN NETTO MAGAZINE
BELASTINGGIDS 21 MEI
Tweede pijler / aanvullend pensioen
Hoeveel spaart u maandelijks voor uw aanvullend pensioen? Ongeveer drie vierde van de werknemers is actief aangesloten bij een pensioenplan van zijn werkgever. Maar welk bedrag zo’n medewerker precies spaart elke maand, daar heeft hij doorgaans geen idee van. Tekst: Peter Van Maldegem
D
e meeste pensioenplannen van werkgevers zijn vandaag van het type ‘vaste bijdrage’ (zie kader, blz. 25). In de meeste gevallen betekent dit dat er maandelijks twee stortingen worden gedaan in het pensioenplan: een bijdrage van de werkgever en een bijdrage van de werknemer. De werkgeversbijdrage is zowel voor de werkgever als voor de werknemer een fiscaal interessant alternatief voor loon. De werknemersbijdrage geniet minder fiscale voordelen, en vormt doorgaans ook het kleinste deel van de twee. De bijdragen worden berekend volgens een formule die u kunt terugvinden in het pensioenreglement van uw onderneming en die ook voor elke onderneming kan verschillen. VOORBEELD: Een werkgever maakt bij de berekening van de jaarlijkse werkgeversbijdragen in het pensioenplan gebruik van de formule: (2% x S1) + (6% x S2). Hierbij is S1 het jaarloon van de werknemer, begrensd op 63.944,74 euro. S2 is het deel van het jaarloon van de werknemer dat boven dat plafond uitkomt. Op basis van de formule zal de werkgeversbijdrage voor een werknemer met een jaarloon van 70.000 euro dan jaarlijks 1.642,21 euro bedragen (2 procent van 63.944,74 euro en 6 procent van 6.055,26 euro). Dat komt neer op 136,85 euro per maand. Een gelijkaardige berekening, maar met andere percentages, gebeurt voor de werknemersbijdrage. Wie echter denkt dat deze 136,85 euro maandelijks ook netto in uw pensioenspaarpot verdwijnt, heeft het verkeerd voor. Het exacte bedrag zal afhangen van verschillende factoren.
24 I NETTO MAART 2022
1. Overlijdensdekking Aan uw pensioenplan hangt doorgaans een overlijdensdekking vast. Sterft u voor u met pensioen gaat, dan zullen uw nabestaanden een bedrag krijgen. Het bedrag vindt u op de pensioenfiche die u jaarlijks krijgt toegestuurd van uw werkgever en die ook te raadplegen is op mypension.be. In de meeste pensioenplannen zal de premie voor de overlijdensdekking volledig ten laste zijn van de werkgever, boven op het spaarbudget. ‘Bij plannen waarbij de premie overlijden wel in mindering wordt gebracht van het budget kan de verzekerde de hoogte van het overlijdenskapitaal zelf kiezen’, luidt het bij AG Insurance. Het gaat dan over cafetariaplannen. Hoe hoog de premie voor de overlijdensdekking precies is, hangt af van veel factoren, onder meer van uw leeftijd. ‘De gemiddelde risicopremie voor een overlijdenskapitaal van 35.000 euro bedraagt ongeveer 0,03 procent van het overlijdenskapitaal. Voor jongere werknemers is dat lager, voor oudere hoger’, luidt het bij verzekeraar P&V. Een werknemer moet dus te weten komen of de werkgeversbijdrage inclusief of exclusief de premie voor overlijdensdekking is. Dat kunt u meestal terugvinden in het pensioenreglement. Soms is het ook opletten geblazen voor verwarring op de loonfiche. Als de werkgeversbijdrage daar wordt getoond, gaat het vaak om de volledige bijdrage, inclusief premie voor overlijdensdekking.
De regering heeft aan de toezichthouder FSMA een onderzoek gevraagd naar het kostenniveau van de aanvullende pensioenen. De uitkomst van het onderzoek wordt in de komende maanden verwacht.
‘Defined contribution’ versus ‘defined benefit’ De meeste pensioenplannen vandaag zijn van het type ‘defined contribution’. Dat betekent dat er een bepaald bedrag maandelijks in het pensioenplan wordt gestort. Welk kapitaal u dan op pensioenleeftijd hebt opgebouwd, zal afhankelijk zijn van het rendement. De plannen met vaste bijdrage hebben de voorbije jaren de plannen met een vaste uitkering (‘defined benefit’) bijna volledig verdrongen. In die plannen wordt een bedrag afgesproken dat uw werkgever zal uitkeren op pensioenleeftijd. Ongeacht de evolutie van de rendementen is de werkgever verplicht dat bedrag op te hoesten. Zeker in een context van ultralage rentes vormen deze plannen een blok aan het been voor de werkgever.
MAART 2022 NETTO I 25
Derde pijler / pensioensparen & langetermijnsparen
Spaar al op zeer jonge leeftijd voor uw zeer oude dag Als u pas begint te werken, denkt u meestal nog niet aan uw pensioen of aan pensioensparen. Maar ook hier geldt: vroeg begonnen, is half gewonnen. Tekst: Sonja Verschueren
B
ehalve het wettelijk en het aanvullend pensioen bestaat ons pensioensysteem ook uit een derde pijler: het kapitaal dat u via het systeem van pensioensparen aan de kant zet voor later. Hoe sneller u daarmee begint, hoe beter. Niet alleen kunt u dan langer sparen; wat u spaart, rendeert ook telkens weer. Het principe van de samengestelde rente, heet dat. VOORBEELD: Stel dat u op uw 25ste elke maand 100 euro belegt, dan levert u dat na 40 jaar bij een jaarlijks rendement van 5 procent 152.602 euro op. Stel dat u pas op uw 45ste begint, en u dus nog maar 20 jaar kunt sparen tot de huidige wettelijke pensioenleeftijd van 65 jaar, dan hebt u ‘slechts’ 41.103 euro gespaard - of ruim 100.000 euro minder. Uiteraard houdt deze denkoefening geen rekening met de kosten en met het moment waarop u instapt, maar het voorbeeld geeft wel aan dat het belangrijk is om vroeg te beginnen met dat pensioensparen. En ja, in België kunnen we terugvallen op een wettelijk pensioen en sparen veel werknemers en zelfstandigen in een aanvullend pensioen. Maar dat wettelijk pensioen ligt een pak lager dan uw laatste loon. Bovendien leven we ook almaar langer, waardoor het belang van een eigen spaarpotje toeneemt. Ten slotte genieten pensioenspaarders ook een fiscaal voordeel. Van elk bedrag dat u spaart in een pensioenspaarfonds of -verzekering recupereert u het jaar daarna een stukje via uw belastingaangifte. Belegt u tot 990 euro, dan hebt u recht op een belastingvermindering van 30 procent. Spaart u meer, tot maximaal 1.270 euro, dan maakt u aanspraak op een belastingvermindering van 25 procent. Nog deze tip: als u optimaal wilt gebruikmaken van dat fiscaal voordeel, doet u er goed aan ook die centen weer te beleggen. ■
38 I NETTO MAART 2022
WIST U DAT? Stel dat u op uw 25ste elke maand 100 euro belegt, dan levert u dat na 40 jaar bij een jaarlijks rendement van 5 procent 152.602 euro op. Stel dat u pas op uw 45ste begint te beleggen, dan zult u op uw 65ste ruim 100.000 euro minder hebben gespaard.
We leven almaar langer, waardoor het belang van een eigen spaarpot nog toeneemt.
MAART 2022 NETTO I 39
Derde pijler / pensioensparen & langetermijnsparen
Laat de hoge inflatie uw pensioenspaarpot niet kraken Bijna 1,5 miljoen Belgen doen aan pensioensparen via een verzekering. De grote meerderheid doet dat met een veilige tak 21-verzekering, maar in een klimaat van hoge inflatie zijn er betere alternatieven. Tekst: Peter Van Maldegem
W
ie fiscaal voordelig aan pensioensparen doet, heeft de keuze tussen producten van zijn bank of van zijn verzekeraar. Meer dan 1,7 miljoen Belgen kiezen voor een pensioenspaarfonds bij hun bank en bijna 1,5 miljoen Belgen sparen via een verzekering. Die pensioenspaarverzekeringen bestaan vooral uit veilige tak 21-producten. Dat zijn een soort spaarrekeningen waarop de rente jaarlijks kan variëren, maar waarop u altijd een gegarandeerde rente krijgt van minstens 0 procent. Daardoor hebt u een kapitaalgarantie. Ondanks de ultralage marktrentes brachten tak 21-verzekeringen de voorbije jaren toch voldoende op om de inflatie te compenseren. Maar dat was in 2021 wel anders. De inflatie liep op tot 5,7 procent, gevoelig hoger dan het gemiddelde rendement van 1,5 procent die tak 21-verzekeringen opleverden. Dit betekent dat uw pensioenkapitaal in een tak 21-verzekering voor het eerst aan koopkracht inboette.
Een fonds als alternatief voor de tak 21-verzekering? Steeds meer verzekeraars zetten door de lage rente en de hoge inflatie hun tak 23-fondsen in de etalage. Die fondsen bieden geen kapitaalgarantie, maar in ruil krijgt u op termijn een potentieel hoger rendement. Waarmee moet u rekening houden als u wilt overschakelen op een tak 23-fonds?
> Switchen van een tak 21 contract naar een tak 23-fonds ligt niet altijd voor de hand Zo mag u maar één pensioenspaarcontract per verzekeraar hebben. Bij sommige verzekeraars kunt u binnen hetzelfde pensioenspaarcontract zowel in tak 21 als in tak 23 storten, maar bij andere verzekeraars is er een strikte opdeling. Wie dan van tak 21 naar tak 23 wil overstappen, moet zijn opgebouwde reserves in tak 21 volledig overzetten naar tak 23 als hij bij dezelfde verzekeraar wil blijven. Al zijn er alternatieven. Zo kan de spaarder zijn reserves in tak 21 laten staan en een tak 23-contract openen bij een andere verzekeraar. Of hij kan een pensioenspaarcontract bij een bank openen en daar kiezen voor een fonds. Op die manier blijven de opgebouwde reserves defensief belegd en komen nieuwe stortingen in een fonds terecht. Uiteraard is de beleggingshorizon belangrijk. Wie de pensioenleeftijd nadert, stapt beter niet meer over naar fondsen, en al zeker niet naar risicovolle fondsen.
> Weet dat u in hetzelfde jaar maar in één pensioenspaar contract kunt storten U kunt per fiscaal jaar slechts de premies van één contract fiscaal in mindering brengen. Hebt u een tak 21-contract bij een verzekeraar en een fonds bij de bank, dan moet u elk jaar de keuze maken in welk product u stort. 42 I NETTO MAART 2022
> U moet kiezen tussen uw bank of verzekeraar Die keuze ligt niet voor de hand, omdat de verschillen groot zijn. De belangrijkste verschillen tussen bancaire pensioenspaarfondsen en tak 23-fondsen op een rij.
1. AANBOD Bij de meeste banken in België kunt u aan pensioensparen doen. Vijf banken (KBC, BNP Paribas Fortis, Belfius, Crelan en Fintro) bieden drie verschillende fondsen aan, opgedeeld volgens risicoprofiel. De fondsen beleggen rechtstreeks in individuele aandelen en obligaties. Afhankelijk van het risicoprofiel beleggen de fondsen tussen 30 en 80 procent in aandelen. Bij de verzekeraars hebt u doorgaans de keuze uit meerdere tak 23-fondsen binnen hetzelfde contract. Het gaat bijna altijd over pure aandelenfondsen of gemengde fondsen, die zowel in aandelen als in obligaties beleggen. Sommige verzekeraars beheren hun fondsen niet zelf, maar besteden dat uit aan externe fondsbeheerders. Bij Athora kan de belegger kiezen uit 43 externe fondsen. Het gaat om fondsen van 25 gerenommeerde fondsenhuizen, zoals Flossbach von Storch, Nordea, Carmignac en Fidelity. Eenzelfde verhaal bij Allianz, dat 24 tak 23-fondsen aanbiedt. Ook hier worden sommige fondsen beheerd door externe fondsenhuizen, denk aan JPMorgan, DPAM, Nordea en DNCA. Ook biedt de verzekeraar drie lifecyclefondsen aan. Daarin gebeurt elk kwartaal een automatische herbalancering in functie van het gekozen risicoprofiel en de resterende looptijd. Naarmate de pensioenspaarder ouder wordt, wordt defensiever belegd. P&V/Vivium biedt binnen het pensioensparen vijf tak 23-fondsen aan. Vier ervan beleggen onderliggend in een gemengd fonds, beheerd door DPAM; één fonds wordt beheerd door de specialist in duurzame beleggingen Funds for Good. Bij AG Insurance heeft de belegger de keuze uit vijf fondsen voor verschillende risicopro-
fielen. Sommige van die fondsen beleggen onderliggend in andere fondsen. Bij AXA Verzekeringen, DVV en NN bestaat het tak 23-aanbod voor pensioensparen uit één fonds. Bij AXA is dat AXA Plan Multifund, een flexibel fonds dat gemiddeld 50 procent in aandelen belegt. Dat gebeurt door onderliggend te beleggen in verschillende AXA-fondsen. Bij NN gaat het ook om het gemengde fonds NN Life Patrimonial Future.
In een tak 21-verzekering boette uw pensioenkapitaal vorig jaar voor het eerst aan koopkracht in. 2. FLEXIBILITEIT Niet alleen het aanbod is ruimer bij de tak 23-fondsen, ook de flexibiliteit is doorgaans groter. Wie bij zijn bank een pensioenspaarcontract afsluit, moet kiezen uit één fonds dat de bank aanbiedt. Bij een verzeke-
raar kunt u meestal voor meerdere fondsen binnen hetzelfde pensioenspaarcontract gaan. En u kunt doorgaans vrij bewegen tussen de fondsen. Bij Athora kunnen tijdens de loop van het contract fondsen toegevoegd worden, fondsen verwijderd worden of reserves overgeschreven worden van het ene fonds naar het andere. Bij AXA Verzekeringen is er één tak 23-fonds, maar zit de flexibiliteit in de switch die u kunt maken van tak 21 naar tak 23, of omgekeerd. Wie een contract Pension Plan Fisc onderschrijft, kan ofwel voor 100 procent tak 21, voor 100 procent tak 23 of voor een combinatie van tak 21 en tak 23 kiezen. Die combo kan ook altijd aangepast worden. Ook bij P&V/Vivium worden de tak 23-fondsen aangeboden in een combiproduct met tak 21, waarbij de klant vrij zijn portefeuille kan samenstellen. Let op, ook bij de bank hebt u de mogelijkheid om uw portefeuille defensiever of dynamischer te maken. Wie altijd in een dynamisch fonds heeft gestort, kan bijvoorbeeld vanaf 55-jarige leeftijd voor de defensieve variant bij dezelfde bank kiezen. De opgebouwde reserves moeten dan wel overgezet worden naar de defensieve variant.
TIP Bij tak 23-fondsen let u maar beter op voor de kosten. De jaarlijkse kosten, die bestaan uit de beheerskosten van de verzekeraar en de kosten van het onderliggende fonds, kunnen soms boven 3 procent uit komen. Bij de pensioenspaarfondsen die u bij de bank kunt kopen, liggen de jaarlijkse kosten tussen 1 en 1,7 procent.
MAART 2022 NETTO I 43
Praktisch / eindelijk met pensioen
Zo verloopt de overstap van een beroepsinkomen naar een pensioen Wie een punt zet achter zijn loopbaan kan niet langer rekenen op het loon van zijn werkgever of de inkomsten als zelfstandige. Het maakt plaats voor het maandelijks wettelijk pensioen. Een praktische handleiding om de overstap vlot te laten verlopen. Tekst: Petra De Rouck
T
ijdens uw professionele loopbaan bouwt u jaar na jaar pensioenrechten op. Hoeveel wettelijk pensioen u zult ontvangen, hangt af van een hele rist factoren. De eerste is het statuut waarin u werkte: werknemer, zelfstandige en/of ambtenaar (zie blz. 16 en 19). Ook het aantal jaren dat u hebt gewerkt (zie blz. 14), het loon dat u doorheen de jaren hebt ontvangen (zie blz. 18) en uw gezinssamenstelling zijn bepalend. Wanneer kunt u met pensioen gaan en hoeveel zal uw pensioen bedragen? Het antwoord vindt u gemakkelijk via uw onlinepensioendossier mypension.be. Vooraleer u dat bedrag op uw rekening ziet verschijnen, moeten er enkele stappen worden doorlopen.
56 I NETTO MAART 2022
1
Moet ik mijn wettelijk pensioen aanvragen?
Als u met pensioen gaat op de wettelijke pensioenleeftijd en als werknemer of zelfstandige in België aan de slag was, hoeft u niets te doen. De Federale Pensioendienst (FPD) berekent automatisch uw werknemerspensioen. Het Rijksinstituut voor de Sociale Verzekeringen der Zelfstandigen (RSVZ) doet hetzelfde voor het zelfstandigenpensioen. De voorwaarde is wel dat u in België woont: voor een werknemer moet dat 13 maanden voor de wettelijke pensioenleeftijd het geval zijn, voor een zelfstandige wordt in de praktijk het onderzoek zo’n 9 maanden voor de 65ste verjaardag opgestart. Op mypension.be kunt u zien of het onderzoek naar uw pensioenrecht al begonnen is. In alle andere gevallen moet u wel een pensioenaanvraag indienen. Dat betekent dat ambtenaren en alle mensen die vervroegd met pensioen willen gaan altijd zelf het initiatief moeten nemen en een pensioenaanvraag moeten indienen. De enige uitzondering zijn ambtenaren die wegens lichamelijke ongeschiktheid met pensioen gaan: uw werkgever en de Pensioendienst worden in dat geval automatisch verwittigd.
WIST U DAT? Gepensioneerde werknemers en ambtenaren kunnen samen met hun pensioen in mei vakantiegeld krijgen. Voor gepensioneerde zelfstandigen bestaat zo’n vakantiegeld niet. WIST U DAT? Een wettelijk pensioen wordt minder zwaar belast dan een ‘gewoon loon’. Dat is te danken aan een complex systeem van belastingverminderingen.
Ambtenaren en iedereen die met vervroegd pensioen wil gaan, moeten zelf het initiatief nemen en een pensioenaanvraag indienen.
MAART 2022 NETTO I 57