Ik maak een afspraak.@
Soms leer ik een afspraak om een woord correct te schrijven.
1@Woorden met g, ch, gt en cht
Ik lig in bed. De beer ligt toch dicht bij mij.
2@Hoofdletters en leestekens 3@Werkwoorden
Hij speelt een spel.
4@Woorden met twee of meer delen
Katten willen lekker kunnen rollen. Beren slapen rond grote vuren.
5@Woorden op d en t
De man met een baard eet taart.
Ik maak een afspraak.
21