DatacenterWorks 11/2015

Page 1

kennisboek

‘De wereld van IT-infrastructuren’ ocp

Iedereen profiteert van Facebooks F1-inspanningen

special

IT Room Infra 2015 17 november, Den Bosch

dcw november 2015

in samenwerking met:

advancing information transport system


GAAT U UW UPS VERVANGEN EN/OF EEN NIEUWE UPS AANSCHAFFEN? KIJK EENS NAAR DE INNOVATIEVE


DATAC E NTE RWO R KS is hét vakblad

over de technische infrastruc­tuur van datacenters. jaargang 8, november 2015, nr. 11

datacenterworks verschijnt tienmaal per jaar. toezending geschiedt op abonne­ ment­basis en controlled circulation. H O O F D R E DACTE U R / U ITG EV E R

robbert hoeffnagel TE L E FO O N +31 (6) 51 28 20 40 E - M A I L robbert@fenceworks.nl T WIT TE R twitter.com/rhoeffnagel LINKEDIN

nl.linkedin.com/in/robberthoeffnagel FAC E B O O K

www.facebook.com/robbert.hoeffnagel E I N D R E DACTI E / TR A F F I C A B MU I LW I J K P O STA D R E S R E DACTI E

beatrixstraat 2, 2712 ck zoetermeer E - M A I L A DM I N I STRATI E @fenceworks.nl TE L E FO O N +31 (0)79 500 05 59 www.datacenterworks.nl A DV E RTE NTI E - E XP LO ITATI E

jos raaphorst Directeur

TE L E FO O N +31 (0) 6 34 73 54 24 E - M A I L jos@fenceworks.nl

eric van wijk

TE L E FO O N +31 (0) 6 43 05 30 25 E - M A I L eric@fenceworks.nl

VO R M G EV I N G laura willemsen

grafisch ontwerp

DRUK

de 11e druk | ncs repro datacenterworks werkt samen met kennis­ partners als bicsi, data centre alliance, dda, green it amsterdam, it room infra en nen kopij kan worden ingezonden in overleg met de redactie. geplaatste artikelen vertegenwoordigen niet noodzakelijk de mening van de redactie. de redactie noch de uitgever aanvaarden enige aansprakelijkheid voor de inhoud van

artikelen van derden, ingezonden mededelingen, advertenties en de juistheid van genoemde data en prijzen.

fotokopie en overname van artikelen, geheel of gedeeltelijk op welke wijze dan ook, is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de redactie en onder vermelding van: ‘overgenomen uit datacenterworks, vakblad over de

technische infrastructuur van datacenters’, met vermelding van de jaargang en het nummer. datacenterworks is een uitgave van fenceworks bv

Exportkansen Laatst sprak ik de directeur/eigenaar van een hosting-bedrijf. De man was al een paar keer met een economische missie meegegaan. Samen met een minister of hoge ambtenaar reist dan een groep ondernemers naar een land waarvan zij verwachten dat er stevige contracten zijn binnen te halen. De man kon smakelijk vertellen over de borrels en recepties en het onderlinge contact tussen ondernemers en ambtenaren. Het was een leuk gesprek.Tot hij ineens vroeg: “Zeg, in die datacenterwereld van jullie exporteren jullie je - neem ik aan - ook helemaal suf?” Tja, dat zou je wel denken als je constant al die verhalen hoort over de hoge kwaliteit datacenters die we in Nederland bouwen. En hoe snel ‘Amsterdam’ zich een plek in de top-3 van Europese datacenterlocaties weet te bemachtigen. Of denk eens terug aan het inmiddels afgeronde PEDCA-project dat (onder andere) Nederlandse kennis op datacentergebied beschikbaar wilde maken voor landen in Zuid- en Oost-Europa. Dan kan het natuurlijk niet anders of de Nederlandse datacenterindustrie scoort wekelijks nieuwe orders uit het buitenland. De praktijk lijkt toch anders. Ik ken slechts een handjevol bedrijven in de datacenterindustrie die vanuit Nederland kennis en kunde naar het buitenland exporteren. Het gros van de aanbieders is enkel binnen de grenzen van Nederland actief. En richt zich soms slechts op kleine stukken van ons land. Denk aan Noord-Holland of met een focus op bijvoorbeeld Zuidoost Nederland. Nu is exporteren ook niet voor iedereen weggelegd. Het kost tijd om in het buitenland contacten te leggen, de markt te leren kennen, prospects te vinden - laat staan een contract af te sluiten. En al die stappen kosten allemaal geld. De beruchte kosten die voor de baten uit gaan.Toch zou het zonde zijn als we ons door dit soort hobbels laten afschrikken. Want de kennis en ervaring die in ons land beschikbaar is als het gaat om het ontwerpen, bouwen en ‘runnen’ van datacenters is erg groot. En als datacenterbouwers uit Duitsland of Engeland wél succesvol kunnen zijn in het Midden-Oosten, Afrika of Azië, waarom wij dan niet? De eigenaar van dat hosting-bedrijf had een hele eenvoudige oplossing. Gewoon doen. En liefst met een aantal gelijkgestemden. Hijzelf heeft inmiddels met enkele collega-ondernemers wat geld in een potje gestopt. Dat gebruiken zij om iemand in te huren die voor hen buitenlandse markten in kaart brengt. Zodat de lokale verhoudingen in de markt duidelijk zijn, meer duidelijkheid ontstaat over wetgeving en normering, terwijl ook in kaart wordt gebracht via welke beurzen, events of media de deelnemende partijen de markt kunnen benaderen. Noem het maar een exportcombinatie. En het mooie is: het werkt. Na een aanloopperiode zijn inmiddels nuttige contacten opgedaan en komen de eerste deals binnen. Misschien een idee om tijdens de komende IT Room Infra eens met wat collega’s over te praten? ■ robbert hoeffnagel hoofdredacteur datacenterworks/uitgever

dcw november | redactioneel

dcw colofon

3


14

16

12 34 60

38

43 64


‘The world of IT infrastuctures’ ligt voor u klaar tijdens IT Room Infra op de stand van Rittal.

Inhoud conferentie

onderzoek

8

48

eerste conferentie bicsi mainland europe groot succes

Dinsdag 20 oktober organiseerde BICSI’s nieuwe Mainland Europe-district zijn eerste internationale conferentie in Amsterdam. Met een opkomst van meer dan honderd deelnemers en een zeer gevarieerd lezingenprogramma was het congres een groot succes. DatacenterWorks was mediapartner van het event dat plaatsvond in Hotel Krasnapolsky op de Dam.

ocp

10

it en fm door één deur

Een gezond datacenter wordt gekenmerkt door rust, reinheid en regelmaat. In het datacenter houden ze namelijk niet van verrassingen. In het datacenter hebben we namelijk een heel helder doel: het realiseren van een optimale uptime zodat de winkel open kan blijven en dat op een kosteneffectieve wijze, veelal met een beperkte carbon footprint. Toch voelt dat doel niet voor iedereen hetzelfde.

blog iedereen profiteert van facebooks f1-inspanningen

Het door Facebook geïnitieerde ‘Open Compute Project’ (OCP) drukt een steeds grotere stempel op het ontwerp van het gehele datacenter, vanaf de servers en de storage tot aan de koeling en de stroomvoorziening. “En daar profiteren niet alleen de grote bedrijven zoals Facebook en Microsoft van”, zo is de overtuiging van Loek Wilden, Data Center Lifecycle Consultant bij Schneider Electric.

86

datacenters in 2041?

21 oktober 2015, dé dag waar Marty McFly en Doctor Emmett Brown in Back to the Future II naartoe reisden, is inmiddels geschiedenis. In de legendarische film uit 1989 zien we naast vlie­gende auto’s en zelfstrikkende veters ook technologische snufjes die wel werkelijkheid zijn geworden, zoals spraakgestuurde computers, flatscreens, tablets, slimme brillen en betalen met je vingerafdruk.

actieweek

en verder

12

84 94 96 98

green it week 2015

Green IT Amsterdam organiseert van 17 t/m 26 november de Green IT Week 2015. Deze periode zullen green IT gerelateerde projecten, evenementen en cases in het spotlicht worden gezet. Het IT Room Infra evenement, ECP Jaarcongres, Datacenter Dynamics Converged Europe en het Green IT Leaders Live event maken onderdeel uit van de agenda van de Green IT Week 2015.

it room infra 2015

44

‘tijd van hardwarematige redundantie is echt voorbij’

De hyper-scale datacenters die grote web-bedrijven als Apple, Google en Microsoft momenteel bouwen, geven een interessant beeld van de toekomst. Ze zijn extreem gestandaardiseerd en regelen nagenoeg alles via software.Voorbij zijn daarmee ook de tijden dat ieder datacenter op hardwarematige wijze in zijn eigen redundantie voorzag. “We kennen in onze datacenters nu nog wel voorzieningen als UPS-systemen”, zo stelt Erik Jan van Vuuren (Azure Lead bij Microsoft Nederland), “maar die gaan de komende jaren ongetwijfeld verdwijnen.”

nieuws nieuws van dda bicsi-nieuws agenda

COVERFOTO Eerlijk zeggen: hoe zeker bent u van de betrouwbaarheid, efficiëntie en toekomstvastheid van uw IT-infrastructuur? Als lezer van DatacenterWorks weet u natuurlijk hoe belangrijk een goede IT-infrastructuur is voor de continuïteit van bedrijfsprocessen. Maar is uw kennis van IT-infra technologie werkelijk toereikend om de betrouwbaarheid van uw IT-systeem goed te kunnen beoordelen? Als u voor nieuwe inzichten openstaat biedt het nieuwe kennisboek ‘De wereld van de IT-infrastructuren’ uit de technische bibliotheek van Rittal een goede basis voor een weloverwogen besluitvorming. Lees verder op pagina 74.

dcw november | inhoud

5


Dutch Datacenter Index Oktober 2015

Lichte twijfel houdt aan

DDI 56/59

net als in september zien we dat datacenterbeslissers zeer positief blijven over de groei in de toekomst, maar wel weer minder dan in de maand ervoor. de driemaandelijkse terugblik laat ook zien dat de ontwikkelingen allemaal iets minder snel gaan dan een jaar geleden. de onduidelijke economische verwachtingen zorgen toch voor enige terughoudendheid.

Nederlandse datacenterbeslissers geven aan dat de groei over de voorgaande drie maanden op een iets hoger niveau is beland. Wat het gebruikte vermogen betreft, is de groei op een hoog niveau stabiel en we zien dat het aantal vierkante meters in gebruik en de datacenterinvesteringen enkele punten zijn toegenomen. De index als geheel stijgt daardoor met één punt ten opzichte van september.

Jul-Sep

Okt - Dec

+12 mnd

Tabel: Dutch oktober 2015

Vierkante meters in gebruik

53

54

59

Vermogen

56

60

63

Investeringen

57

61

70

Totaal

56

59

65

Voor de komende drie maanden, is de Nederlandse datacenterbeslisser net als vorige maand toch weer net iets minder positief, maar men gelooft wel dat de groei groter zal zijn dan in de afgelopen periode. Hoewel ook nu de groei vooral moet gaan komen uit meer vermogen en investeringen, scoort juist op die punten de index wel een puntje lager dan een maand geleden. Al met al daalt de index voor de driemaandelijkse vooruitblik met een punt, maar blijft op een gezond hoog niveau.

Dutch Datacenter Index, Januari 2014 Oktober 2015

dcw november | monitor

vooruitblik

6

Ook voor de lange termijn houdt het optimisme aan, maar wordt de Nederlandse datacenterbeslisser toch wat meer terughoudend. Voor steeds meer single tenant datacenters van grote bedrijven en overheden geldt dat in de afgelopen jaren flinke consolidatieslagen zijn gemaakt, waardoor het aantal grote nieuwe plannen toch afneemt. Tegelijkertijd verschuift steeds meer capaciteit naar de cloud en naar outsourcing, waardoor de vraag naar colocatie dan weer verder verschuift van eindgebruikers naar hosters en ISV’s. Hoewel tot nog toe steeds de voorspellingen over de economische groei in Nederland naar boven worden bijgesteld, zakt

Datacenter Index,

het vertrouwen wat de wereldeconomie betreft, steeds verder in. En wat er ook gebeurt met de economie, het belang van datacenters voor de bedrijfsvoering en de vraag naar datacentercapaciteit, blijft de komende jaren sterk toenemen. ■ peter vermeulen directeur van pb7 research


Uw datacenter binnen enkele weken uitbreiden? Dat kan!

De voordelen:

De technologische ontwikkelingen gaan in een razendsnel tempo. Hiervoor is substantieel meer datacentercapaciteit nodig. Hoe realiseert de facilitaire en IT-afdeling deze uitbreiding op zeer korte termijn? En hoe voorkomen zij dat de vooruitgang gepaard gaat met minder kantoorruimte?

> Binnen 12 tot 16 weken in gebruik te nemen.

Het antwoord zit in kant-en-klare datacenters. Deze kunt u zeer snel in gebruik nemen. En buiten de muren van uw onderneming plaatsen. Het resultaat is dat de data in uw eigen beheer blijft – zonder dat u hiervoor ruimte hoeft op te offeren.

> U kunt tot wel 50 procent besparen op energiekosten.

Business-wise, Future-driven.

Wilt u meer weten over de voordelen van prefab datacenters? www.schneider-electric.com | www.apc.com T +31 (0)23 554 00 70 Lees de white paper en gebruik de |code xxx. ©2014 Schneider Electric. All Rights Reserved. • 998-1252128_GMA-US

> Uw serverruimte is extreem schaalbaar en groeit alleen mee als u meer capaciteit nodig heeft.

> Forse besparingen op CapEx en OpEx.


dinsdag 20 oktober organiseerde bicsi’s nieuwe mainland europe-district zijn eerste internationale conferentie in amsterdam. met een opkomst van meer dan honderd deelnemers en een zeer gevarieerd lezingenprogramma was het congres een groot succes. datacenterworks was mediapartner van het event dat plaatsvond in hotel krasnapolsky op de dam.

2016-editie vindt plaats in Praag

Eerste conferentie BICSI Mainland Europe groot succes

dcw november | conferentie

BICSI Mainland Europe is een nieuw district binnen BICSI.Voorheen vielen Europese landen binnen een groot Europe-district. Een jaar geleden is echter besloten tot een splitsing waarbij UK & Ierland een apart district vormen, evenals Mainland Europe. Een van de redenen hiervoor was de behoefte die binnen BICSI wordt gevoeld om de kennis en ervaring die landen als Nederland hebben ontwikkeld op het gebied van datacenters te kunnen delen met landen in Oost- en Zuid-Europa. Met dank aan hoofdsponsor Fluke Networks en de sponsoren AssetGen, EXFO, Extron, Legrand, NetworksCentre, Polywater en Raritan werd op 20 oktober hiertoe een eerste poging gedaan in Amsterdam.

8

uitgebreid lezingenprogramma

Met meer dan 100 deelnemers uit zeven verschillende landen werd duidelijk dat de eerste poging om tot gezamenlijke kennisontwikkeling en -deling te komen een groot succes was. Sprekers uit binnen- en buitenland behandelden thema’s als:

bicsi mainland district conference 2016

• • • • • • • • •

Indicators for Energy Efficient Computing Realize Value in modern Data Center Infrastructures Visio Automation Techniques For Networks and Data Centres Remote Powering over data cables Audio/Video solutions in datacenters Optimizing the ‘Last Mile’ of Data Center Electrical Distribution Developments in Data Centre Standards Resourceful data centre thermal management strategies Urban Data Centres as Energy Prosumers in Smart Cities

activiteiten bicsi nederland

Komende voorjaar zal BICSI ook in Nederland een aantal events organiseren. Deze zullen naar verwachting gericht zijn op goed afgebakende thema’s als intelligente datacenters, ontwikkelingen op het gebied van cloud en IT en hun impact op de technische infrastructuur van datacenters en dergelijke. DatacenterWorks zal wederom als mediapartner van deze events optreden. Nadere aankondigingen zullen onder andere via de vaste BICSI-pagina in DatacenterWorks plaatsvinden. ■

De volgende conferentie van BICSI Mainland District Conference zal tweede helft september plaatsvinden in Praag.

van de redactie


9


het door facebook geïnitieerde ‘open compute project’ (ocp) drukt een steeds grotere stempel op het ontwerp van het gehele datacenter, vanaf de servers en de storage tot aan de koeling en de stroomvoorziening. “en daar profiteren niet alleen de grote bedrijven zoals facebook en microsoft van”, zo is de overtuiging van loek wilden, data center lifecycle consultant bij schneider electric.

Open Compute Project sijpelt door het hele datacenter

Iedereen profiteert van Facebooks F1-inspanningen

dcw november | ocp

Na een ‘her-design’ van zijn datacenter in Prineville in de Amerikaanse staat Oregon besloot Facebook in april 2011 om de ontwerpen van de hier toegepaste datacenterproducten openbaar te maken. Door de ‘source’ te delen, hoopte Facebook dat andere datacenterontwerpers de ontwerpen verder zouden aanscherpen om ze nog efficiënter en zuiniger te maken.

10

Het Open Compute Project - zoals het initiatief werd gedoopt - kon al snel rekenen op de steun van bijvoorbeeld Microsoft en Apple. Deze ‘hyperscale guys’ zijn voor hun cloudplatformen zoals Azure en iCloud altijd op zoek naar efficiëntere hardware waarmee een kostenbesparing kan worden gerealiseerd.

bredere focus

In eerste instantie lag de focus van het Open Compute Project vooral op het ontwikkelen van specificaties voor zuinige en efficiënte server- en storagehardware. Deze specificaties

kunnen door alle hardwarefabrikanten worden opgepakt, ook door relatieve nieuwkomers of door de fabrikanten van zogenaamde ‘white labeled’-apparatuur. Hierdoor ontstaat er voor de consument een grotere keuzevrijheid; zij zijn voor de levering van zuinige en efficiënte server- en storagehardware niet meer gebonden aan de gevestigde spelers. Na servers en storage kwam de focus van OCP al snel te liggen op de ontwikkeling van efficiënte netwerkapparatuur. Hier is voor de internetgiganten dan ook veel te winnen. Zo kan Google - dat zijn eigen switches maakt - volgens vice-president Alan Weckel van de Dell’Oro Group worden gezien als de grootste switchfabrikant na Cisco. Ook Facebook heeft zijn eigen top-of-rack switch ontworpen, genaamd ‘Wedge’, en het ontwerp overgedragen aan het Open Compute Project. Op ongeveer hetzelfde moment bracht Big Switch Networks - een specialist op het gebied van Software-Defined Networking - zijn Open Network Linux (ONL) in als

een ‘reference’ netwerkbesturingssysteem. Hierdoor wordt het ook voor kleinere bedrijven met kleinere netwerken eenvoudiger om ‘white box switches’ met ONL als besturingssysteem in gebruik te nemen. Het resultaat is ook hier weer een grotere keuzevrijheid; consumenten zijn hierdoor minder gebonden aan de netwerkapparatuur van bijvoorbeeld Cisco en HP.

datacenterinfrastructuur

Na de inspanningen op het gebied van ‘compute’ en ‘networking’ is het niet verrassend dat OCP ook de datacenterinfrastructuur als aandachtsgebied op de korrel nam en de aanzet gaf tot open ontwerpen voor bijvoorbeeld racks, koeling en stroomvoorziening. Het uitgangspunt van Facebook was dan ook om met het Open Compute Project uiteindelijk de meest efficiënte datacenterinfrastructuur met de grootste operationele kostenbesparing te bouwen, en daar is meer voor nodig dan zuinige servers, switches en storage.


niet alleen voor webgiganten

Het zullen niet alleen grootmachten zoals Facebook, Microsoft en Apple zijn die hun voordeel doen met de datacenterontwerpen en specificaties die nu via OCP naar buiten komen. Implementaties die zijn gebaseerd op de OCP-specificaties en -ontwerpen zullen ook meer en meer opduiken in de datacenters van kleine tot middelgrote bedrijven en bij de providers van co-locatiediensten. OCP-ontwerpen zullen uiteindelijk hun weg vinden naar de kleinere datacenters, net

zoals de technieken die worden toegepast in Formule 1-bolides uiteindelijk opduiken in auto’s uit de middenklasse, zo is ook de overtuiging van Loek Wilden, Data Center Lifecycle Consultant bij Schneider Electric. “Net zoals nieuwe autotechniek zich eerst moet bewijzen in de Formule 1 voordat deze wordt toegepast in gangbare auto’s, zorgt onze samenwerking met de internetgiganten er uiteindelijk voor dat ook de datacenters van andere bedrijven efficiënter en milieuvriendelijker worden.”

meerwaarde voor mkb

Een voorbeeld van een OCP-initiatief met een duidelijke meerwaarde voor het mkb is de ‘Open Compute Hardware Management’-specificatie. Deze specificatie moet ervoor zorgen dat mkb-bedrijven dezelfde beheersoftware kunnen gebruiken op de hardware van verschillende leveranciers wat uiteindelijk voor minder beheerlast zorgt. Ook heeft OCP speciaal voor colo’s een specificatiedocument opgesteld waarin uiteen wordt gezet hoe OCP-hardware met een afwijkend formaat kan worden ingezet binnen het eigen datacenter. Het document biedt daarvoor drie oplossingsrichtingen: een standaard 19-ich rack aanpassen, gebruikma-

ken van een Open Rack-ontwerp of van een Open Rack ‘triplet design’. Ook gaat het document in op de vloerbelasting per scenario en de eisen die worden gesteld aan de power distribution units. Wilden haalt als voorbeeld de modulaire, ‘voorgefabriceerde’ datacentermodules van Schneider Electric aan die kunnen worden geplaatst op een metalen constructie (een ‘skid’). “Die zijn het resultaat van onze samenwerking met de internetgiganten die deze modulaire datacentermodules als eerste omarmden om snel datacentercapaciteit toe te kunnen voegen.” Inmiddels worden deze modules breder toegepast in de markt. “Onze samenwerking met de internetgiganten heeft een grote invloed op onze research en ontwikkeling”, concludeert Wilden. “De grote spelers dagen ons uit, net zoals wij onszelf uitdagen om nieuwe stappen te zetten op het gebied van efficiëntie en performance. Uiteindelijk heeft iedereen profijt van de ‘Formule 1-technologieën die daaruit voortkomen.” ■

ferry waterkamp freelance journalist

dcw november | ocp

De ‘infrastructurele focus’ van OCP heeft ook betrekking op het beheer van de datacenterinfrastructuur. Onder andere The Green Grid en Schneider Electric hebben inmiddels hun ‘frameworks’ voor datacenterbeheer ingediend. Waar The Green Grid een model heeft opgesteld voor het beheer van zowel de IT als de facilitaire componenten in het datacenter, biedt het Facility Operations Maturity Model (FOMM) van Schneider Electric best practices voor specifiek het beheer van de fysieke infrastructuur in het datacenter. De ‘volwassenheid’ van het datacenterteam kan op zeven verschillende disciplines in kaart worden gebracht, door deze disciplines een score toe te kennen van 1 tot 5.

11


Green IT Amsterdam lanceert

Green IT Week 2015 green it amsterdam organiseert van 17 t/m 26 november de green it week 2015. deze periode zullen green it gerelateerde projecten, evenementen en cases in het spotlicht worden gezet. het it room infra evenement, ecp jaarcongres, datacenter dynamics converged europe en het green it leaders live event maken onderdeel uit van de agenda van de green it week 2015. Daarnaast zijn er deelnemende organisaties zoals Atos die bijvoorbeeld een intern symposium over groene software organiseert samen met de Vrije Universiteit. In aanloop naar de Green IT Week 2015 zullen er nog meer initiatieven worden aangekondigd.

dcw november | actieweek

vijf jaar green it ontwikkeling in nederland

12

Sinds 2010 werken de IT, energie en datacenter industrie samen, bijvoorbeeld met kennispartners, binnen het Green IT Amsterdam consortium. Deze samenwerking heeft er aan bijgedragen dat datacenters efficiënter opereren wat energie betreft en gezorgd dat de thema’s IT en duurzaamheid breed op de agenda kwam. Op dit moment werken 45 deelnemende organisaties samen binnen het Green IT Amsterdam consortium. De Green IT Week 2015 is bedoeld om te laten zien wat er gebeurt op green IT gebied en waar de deelnemende organisaties aan werken. Tijdens het IT Room infra event bijvoorbeeld zijn er volop Green IT Amsterdam deelnemers aanwezig op de beursvloer of met presentaties over technologie en oplossingen die energie efficiënte datacenters mogelijk maken.

green it thema’s tijdens de green it week 2015

Bij green IT gaat het om het minimaliseren van de milieubelasting binnen IT-processen maar ook om slimme IT-oplossingen die bij

kunnen dragen aan de verduurzaming en de energie transitie. Het samenbrengen van smart IT en smart energy is een belangrijke rol van het Green IT Amsterdam consortium. Energie efficiënte datacenters is altijd een belangrijk thema geweest, op dit vlak is er veel mogelijk gemaakt, Amsterdam is nog steeds een van de snelgroeiende datacenter regio’s in Europa, maar het energieverbruik groeit minder hard. Duurzame datacenter koplopers hebben volop geïnvesteerd in nieuwe ontwikkeling van oplossingen de afgelopen jaren en de standaard voor nieuw te bouwen datacenters ligt er hoog. Het onlangs geopende datacenter van KPN in Eindhoven is daar een goed voorbeeld van. Door aansluiting op het lokale warmtenet is dat datacenter in staat om restwarmte te leveren aan andere gebruikers.

‘IN NEDERLAND VINDEN ER OP DIT MOMENT PILOTS PLAATS BIJ ALTICOM DATACENTERS VOOR HET EUROPESE GEYSER PROJECT’

Een actueel thema is energie efficiënte software en cloud diensten. Tot enkele jaren geleden was er weinig bekend over de footprint van software, maar door projecten als het Cluster Green Software en Greening the Cloud wordt er binnen de regio Amsterdam gewerkt aan een kennishub op dit thema. Green IT Amsterdam deelnemer de Software Improvement Group was een van de pioneers op dit thema en bijvoorbeeld initiatiefnemer van het Software Energy Footprint lab (SEFlab) . Dit lab is ontwikkeld met en bij de Hogeschool van Amsterdam en biedt pilot en test faciliteiten. Het SEFlab biedt nu de mogelijkheid aan externe partijen om applicaties te bemeten en analyses op energieverbruik toe te passen. Het Greening the Cloud project zal in een speciale sessie worden gepresenteerd tijdens het evenement Green IT Leaders Live wat wordt georganiseerd door Green IT Amsterdam en Hivos, en gehost door Dell. Robert van den Hoed, lector Energie en Innovatie bij de Hogeschool van Amsterdam zal enkele cases presenteren die worden uitgewerkt met betrokken cloudproviders. Waar het thema groene software en clouds enkele jaren geleden niet op de agenda stond, is het bijna ongelooflijk dat er bij dit project 15 partnerorganisaties zijn betrokken waaronder de brancheorganisaties Nederland ICT en ISPConnect en er meer dan 80 studenten van verschillende kennisinstellingen zijn betrokken bij de onderzoeken.


Week 2015, zal Ed Boerema van Alticom datacenters uitgebreid vertellen over de pilots en resultaten.

meedoen met de green it week 2015

De Green IT Week 2015 publiceert een agenda met alle evenementen die in die periode plaatsvinden. Het is mogelijk om als organisatie zelf een initiatief te starten of een evenement te organiseren, u kunt uw initiatief registeren op

de Green IT Week pagina. Daar kunt u ook lezen hoe u het thema green IT kunt helpen promoten. Met name op twitter zullen we verschillende projecten, cases en green IT leaders een platform bieden, volg daarom #GreenITWeek! â– Meer informatie over de Green IT Week: www.greenitamsterdam.nl/events/570green-it-week-2015

dcw november | actieweek

Binnen Europa is er veel aandacht voor het samenbrengen van slimme steden en duurzame datacenters. Er worden binnen verschillende projecten gewerkt aan de instrumenten om duurzame datacenters in de toekomst te laten acteren als flexibele energie spelers binnen slimme gebieden. In Nederland vinden er op dit moment pilots plaats bij Alticom datacenters voor het Europese GEYSER project wat aan dit thema werkt. Tijdens het IT Room Infra event, ook onderdeel van de Green IT

13


eigenaren en operators van datacenters hebben steeds meer behoefte aan dezelfde controle- en automatiseringsmogelijkheden als andere complexe en bedrijfkritische omgevingen, zoals energiecentrales en raffinaderijen. dit zegt robin koeken, account manager van abb, divisie process automation, in een interview.

Robin Koeken van ABB:

‘Modern datacenter kan niet zonder industrial automation’ “In een sterk concurrerende omgeving zijn datacentermanagers steeds meer op zoek naar een operationele efficiëntie. Dat geldt voor zowel het beheer van hun datacenters, de ITsystemen, maar ook alle facilitaire voorzieningen. Ooit waren dit volledig gescheiden activiteiten, maar in toenemende mate is er behoefte aan een meer holistische aanpak”, meent Koeken.

dcw november | interview

24 uurs-operatie

14

“Vergeleken met een drukke fabriek of een distributiecentrum in vol bedrijf, lijkt het typische datacenter vaak een tamelijk rustige operatie. In werkelijkheid is er echter sprake van een rond-de-klok werveling van activiteiten. Het grootste deel daarvan onttrekt zich echter aan het zicht en gebeurt in racks, koelsystemen en in leidingen. Er gebeurt dus veel, maar je ziet het niet zozeer.” “Voor het bewaken en beheren van al die activiteiten richten datacentermanagers zich steeds op Data Center Infrastructure Management-systemen (DCIM). Eerdere versies van dit soort softwarepakketten waren echter

weinig meer dan een gebouwbeheersysteem. Ze waren vooral bedoeld voor het verzamelen van top-level statistieken met betrekking tot de temperatuur van de koelvloeistof in en uit chillers, de totale energiehuishouding van de faciliteit en de operationele staat van pompen, ventilatoren en motoren. Door de toegenomen complexiteit en flexibiliteit van een datacenter is dit vandaag de dag niet meer voldoende voor het dagelijkse beheer.”

niet op taak toegerust

“Daarop volgden nieuwe en uitgebreidere versies, maar daarbij bleek dat het vaak ging om systemen die gericht waren op zeer specifieke functies”, zegt Koeken. “In aanvulling op de energiehuishouding en HVAC, ontstonden er ook beheersystemen voor brandveiligheid, monitoringsystemen voor de elektrische installaties en asset managementsystemen. Op zich allemaal prima monitoring tools, maar van enige vorm van integratie was veelal geen sprake. Hierdoor was het moeilijk - en vaak zelfs onmogelijk - om een realtime totaaloverzicht te krijgen van de stand van zaken in het datacenter.

Datacenter­beheerders dienden deze tools separaat aan te schaffen in de wetenschap dat zij eigenlijk software kochten die niet op zijn taak was toegerust. Bovendien was de programmatuur vaak redelijk kostbaar, zeker als we ook de kosten voor onderhoud er bij betrekken.” “In de praktijk leidden al deze point solutions tot situaties die eigenlijk niet gewenst zijn. Wat we vaak zagen, en wat soms nog steeds het geval is, is dat bij een storing in een installatie er meerdere alarmmeldingen worden afgegeven vanuit de diverse subsystemen.Voor een operator was het dan erg lastig om precies te achterhalen waar het probleem nu precies zat. Doordat er sprake was van meerdere databronnen was - en dat is soms nog steeds het geval - het moeilijk te zien welke klanten van een datacenter als gevolg van de storing in de problemen kwamen. Zo is uit een studie van adviesbureau ARC gebleken dat 80% van de operator-fouten voorkomen had kunnen worden als de operator op het juiste moment over de juiste informatie had beschikt.”


“Daarnaast is het voor een datacenterbeheerder moeilijk om vanuit de verschillende losse systemen te achterhalen wat de capaciteit is van het operationele datacenter. Is deze ‘vol’ en moet er uitgebreid worden? Of kan er nog wel degelijk extra capaciteit worden ondergebracht? Zeker als de infrastructuur continu verandert door het komen en gaan van klanten en IT assets is dit een onmogelijke taak.” “Met Decathlon helpt ABB datacenteroperators en datacentermanagers om deze problematiek aan te pakken. Op juiste informatie gebaseerde beslissingen worden mogelijk gemaakt doordat Decathlon een uniforme weergave van overzichtelijke informatie laat zien op het juiste moment bij de juiste persoon. Hierbij bespaart men onnodige investeringen en voorkomt men down-time.”

partnership rond dcim

“Decathlon verbetert de effectiviteit van de

samenwerking ericsson

“Onze partnerschap met Ericsson breidt de automatisering van de fysieke, mechanische en elektrische infrastructuur uit tot het hart van de IT-workload. Het levert de technologie voor datacenters en cloud-operators voor het optimaliseren van IT-workloads, bespaart

operationele kosten, terwijl het tevens de betrouwbaarheid en de prestaties verbetert van hun datacenters.” “Nu datacenters groeien in omvang en complexiteit, is het essentieel om gebruik te maken van hoogwaardige DCIM-oplossingen voor het verzamelen en aggregeren van data. Een goed DCIM-pakket is bovendien in staat al deze informatie op intuïtieve wijze te presenteren aan datacenteroperators en datacentermanagers. Dat dient te gebeuren op een manier die hen begeleidt in de richting van almaar betere operationele en bedrijf­ kritische beslissingen.” ■ Meer informatie is terug te vinden op new.abb.com/cpm/decathlon-software/ decathlon-datacenters

dcw november | interview

inzicht in capaciteit

operator op twee manieren”, aldus Koeken. “Aan de ene kant biedt de software begeleiding bij de acties van de operator door middel van context-gevoelige informatie. Aan de andere kant geeft het feedback en documentatie af die antwoord geven op de vraag hoe succesvol de acties van de operator waren. Dit voorkomt fouten en verfijnt de processen om verbeterde respons in de toekomst te verschaffen. Niet voor niets heeft het Zweedse telecomconcern Ericsson ABB geselecteerd als zijn DCIM-partner”, zegt Koeken. “De reden hiervoor is dat Decathlon in hun ogen de enige DCIM-oplossing is die een holistisch en realtime inzicht en controle geeft. Van grid tot chip, zeggen wij dan vaak.”

15


alteco europe bestaat volgend jaar 20 jaar. in die periode heeft men veel kennis en ervaring opgedaan voor het engineeren, produceren en monteren van verhoogde vloersystemen voor computerruimtes en datacenters. begonnen als werkvoorbereider is technisch directeur robbin van gool bijna vanaf het begin werkzaam bij alteco. inmiddels heeft hij samen met marcel golstein het bedrijf overgenomen van oprichter hans wenger. een interview.

Robbin van Gool en Marcel Golstein van Alteco:

‘Sta op kwaliteit' Robbin van Gool: “Een datacenter-beheerder heeft in de praktijk vaak belang bij een verhoogde vloer. Deze verhoogde vloer moet aan een aantal eisen voldoen: stabiliteit, flexibiliteit, veiligheid en voldoende draagvermogen. Wij hebben met de installatievloer type IV1260 een verhoogde vloersysteem in huis die ruimschoots aan alle eisen voldoet.” “In een datacenter wordt dikwijls een verhoogde vloer toegepast”, vult Marcel Golstein aan. “Daarmee vormt deze vloer dus de basis waar alle techniek op staat. Een van de belangrijkste zaken in een datacenter - de servers - worden op deze vloer geplaatst. Het is dus van het grootste belang dat deze verhoogde vloer voldoende draagvermogen heeft om al dit kapitaal te dragen en om veilig op deze vloer te kunnen werken.”

type vloeren

Marcel Golstein: “Er bestaan grofweg twee typen verhoogde vloeren. Dat is allereerst de traditionele computervloer die ook wel de ‘lijmpotenvloer’ wordt genoemd. Daarnaast kennen we de installatievloer. Bij de computervloer worden losse poten in een raster van 600 maal 600mm verlijmd op de betonvloer. Stabiliteit haalt dit systeem uit het feit dat de vloertegels opgesloten zijn tussen de wanden. Deze vloeren zijn oorspronkelijk bedoeld en toegepast in kantooromgevingen waar weinig statische en dynamische belastingen zijn. Wordt echter een rij tegels uitgenomen om bijvoorbeeld werkzaamheden te verrichten, dan kan de vloer instabiel worden. En als je iets niet wilt hebben in een technische omgeving, dan is het een instabiele vloer.”

dcw november | vloersystemen

installatievloer

16

De draagconstructie van de installatievloer van Alteco bestaat uit stalen staanders en een raster van draagprofielen (C-profielen 60 maal 60 maal 2mm) op centreerplaten met speciale hamerkopschroeven, Het geheel is volledig elektrisch geleidend met de staanders verbonden. De vloerpanelen kunnen worden voorzien van een geleidende toplaag. Deze vloer voldoet naast de mechanische veiligheid dus ook aan de optimale elektrische geleidendheid van maximaal 0,5 Ohm bij een afstand van 20 meter diagonaal. Van Gool: “Dit is getest en de resultaten daarvan zijn beschikbaar in de vorm van een KEMA-rapport. Hierdoor kan een datacenter een koperen aardgrid uitsparen, wat een behoorlijk kostenvoordeel oplevert. Nog meer kosten kunnen worden bespaard, meent Golstein, doordat opstellingsframes voor schakelkasten, airco units en UPS-systemen volledig geïntegreerd in de vloer opgenomen kunnen worden. “Het standaard raster van de installatievloer is 1200 maal 600mm. Er is dus meer ruimte onder de vloer voor bekabeling en luchtkanalen, zonder dat dit nadelige gevolgen heeft voor de stabiliteit. Sterker nog, bij een raster


koeling

Van Gool: “Wij hebben een vloerrooster ontwikkeld met maximale vrije doorlaat van meer dan 70% , maar die - indien gewenst - toch regelbaar is. Onder het rooster kunnen we een aluminium volumeregelaar monteren, zodat de hoeveelheid lucht kan worden geregeld. Deze ventilatieroosters voldoen ook aan alle eisen voor wat betreft belastbaarheid.”

renovatie

Golstein: “Momenteel zien we een steeds grotere vraag naar renovatie van datacenters en serverruimten. De server racks zijn in de loop van de jaren steeds zwaarder geworden en de conventionele computervloeren zijn niet berekend op deze belastingen. Wij hebben eigen monteurs in dienst met jarenlange ervaring in het monteren van verhoogde vloeren. Samen hebben wij een manier bedacht om deze computervloeren te vervangen door een installatievloer als onze IV1260.Terwijl wij de oude vloer demonteren en de nieuwe vloer monteren, blijft alle apparatuur

‘live’ en hoeft er geen stekker uit. Indien de vrije hoogte niet voldoende is om bijvoorbeeld te koelen, kunnen we ook tegelijk de vloer verhogen. Ter voorkoming van luchtlekkage kunnen we desgewenst ook speciale borsteldoorvoeren monteren.Voor ons zijn dit mooie en uitdagende klussen”, vertelt Van Gool. “Dit is namelijk een zeer secuur karwei en vergt het nodige geduld en vakmanschap van de monteurs. Essentieel is een goede werkvoorbereiding en overleg met de klant. Bijkomende uitdaging is dat de nieuwe onderconstructie aangepast moet worden aan de bestaande infrastructuur onder de vloer. Dan komt de flexibiliteit van de installatievloer goed van pas om tot een goede oplossing te komen.” Golstein vult aan: “We hebben dit soort renovaties inmiddels uitgevoerd bij onder andere Glaxo Smith Kline in België, Ziggo en KPN, maar bijvoorbeeld ook bij het AMC in Amsterdam. We proberen als partner van de klant een toegevoegde waarde te zijn in het bouwproces. Uiteindelijk hebben we samen hetzelfde doel: een goede betrouwbare vloer.” De IV1260 installatievloer wordt niet alleen in datacenters toegepast. Het systeem leent zich ook voor de vaak complexe omstandigheden in de energie- en industriesector. Denk aan hoge belastingen, afwijkende rasters en vaak moeilijke omstandigheden om te monteren. Golstein: “Samen met onze opdrachtgevers proberen wij voor elke situatie een juiste oplossing te vinden. We zijn dan ook trots op het feit dat we al vele jaren mogen samenwerken met bijvoorbeeld Ziggo, KPN, Reggefiber. Maar ook met Gasunie, TenneT, Liandon en NAM.” ■

dcw november | vloersystemen

van 1200 maal 600mm is het draagvermogen bijna 20kN per vierkante meter. Indien er transportroutes beschikbaar zijn, kan het raster naar 600 maal 600mm worden aangepast en dan is de maximale belasting ruim 70kN per vierkante meter. Ook kan met dit systeem worden gebouwd in van de standaard afwijkende rasters en tot een hoogte van ruim 2 meter.

17


Kanttekeningen bij direct free cooling nederland heeft in meerdere opzichten een gunstige ligging voor datacenters. zo maakt het buitenklimaat direct free cooling mogelijk om energetische voordelen te behalen bij het koelen. maar is dit fenomeen wel zo ‘free & cool’?

Bij het toepassen van DFC (direct free cooling) ontstaat ‘direct’ kwetsbaarheid voor het binnenmilieu en dus de aanwezige servers. De buiten aanwezige stofdeeltjes bevatten ionen zoals sulfaat-, nitraat- en chloride-ionen die het gebouw worden ingeblazen. Sulfaat houdende stofdeeltjes, met name afkomstig uit uitlaatgassen, zijn lastig uit een datacenter te weren, omdat atmosferisch sulfaat tot het submicron-gedeelte van de fijnstofcomponenten behoort (ultrafijnstof).

dcw november | koeling

dieselemissies

18

Waar komt deze ultrafijnstof vandaan? Denk dan bijvoorbeeld aan dieselemissie van vrachtverkeer en kerosine van de luchtvaart. Datacenters zijn immers nogal eens in nabijheid van airports gevestigd. Daarnaast kan er sprake zijn van dieselemissie uit de noodaggregaten op het eigen terrein. Wanneer de uitlaatpijpen hiervan in nabijheid van het aanzuigtraject van de luchtbehandeling zijn gelegen, kan hier ‘kortsluiting’ ontstaan. Bij chloride moet vooral gedacht worden aan zeelucht. Zeewater bevat ongeveer 20.000 mg/liter chloride, hetgeen zich gemakkelijk verspreidt door lucht. Aangezien de wind in Nederland vooral zuidwestelijk is, zal er tot ver landinwaarts sprake zijn van chloriden in de

atmosfeer. Naast vaste zichtbare vervuiling zijn dus ook de onzichtbare deeltjes een risicofactor als het om het gebruik van buitenlucht gaat. Zo ‘cool’ is het gebruik van DFC dus niet.

luchtvochtigheid

Zowel een te hoge als een te lage luchtvochtigheid is ongewenst in een datacenter. Naast ESD (electrostatic discharge ofwel statische lading) kan een lage vochtigheid ervoor zorgen dat smeermiddelen uitdrogen. Dat heeft een nadelig effect op tal van componenten. Denk aan motoren, disk drives en tape drives. Een andere zorg voor tapedrives bij een lage vochtigheid is de toenemende mate waarin stof zich op de tape verzamelt. Dat gebeurt met name rond de lees/schrijf-kop en op het mechanisme dat voor het transport van de tape zorgt. Zeker wanneer dit stof de eerder genoemde corrosieve stoffen bevat. Een te hoge luchtvochtigheid is eveneens ongewenst. Ook hierbij is corrosie het belangrijkste argument. Hoge luchtvochtigheden versnellen immers corrosieve processen. Zeker wanneer een microklimaat gekenmerkt wordt door verontreinigingen als chloride of sulfaat. Als deze stoffen neerslaan in een vochtige omgeving dan fungeren deze stoffen als katalysator. Zo zullen stofdeeltjes hygroscopisch wer-

ken en in combinatie met een katalysator versnelde corrosie teweeg brengen. Bij goedkopere of ongelegeerde staalsoorten doet dit proces zich al voor vanaf 30-40% luchtvochtigheid.

luchtfilters

Het doel - in dit geval een reductie van het energieverbruik ofwel een lagere PUE - heiligt hier de middelen. Dit is echter niet ‘for free’. Een goed ontwerp, professionele montage en gedegen onderhoud kunnen de hiervoor genoemde risico’s minimaliseren. Door middel van de juiste combinatie van opstellingen, nauwkeurige regelingen en specifieke luchtfilters kan de buitenlucht worden omgezet in een goede binnenlucht. Belangrijk bij de selectie van filters is de verhouding tussen het energieverbruik en het rendement. Er zijn filters op de markt met een A+ energielabel en een hoog rendement van 54% ultrafijnstof. Dit betekent dus een hoge filtratie in combinatie met een laag energieverbruik.

moleculaire filtratie

Naast fijnstof is het ook noodzakelijk om te kijken naar het beheersen van verontreinigende stoffen in de vorm van gas. Deze stoffen kunnen onder andere zure chemische eigen-


Peter Thorenaar

In feite is actieve kool een poreuze vorm van koolstof. Door de grote hoeveelheid poriën heeft de actieve kool een zeer groot inwendig oppervlak. Dit oppervlak kan 1.000-2.000 m² per gram actieve kool zijn. De werking is gebaseerd op adsorptie of chemisorptie. Daardoor is het mogelijk een breed scala aan verontreinigingen af te vangen. Ook is een focus op één soort of op een groep moleculen mogelijk. Deze processen verlopen zeer snel. Er is echter een zekere contacttijd tussen actieve kool en de te zuiveren luchtstroom nodig. Hoe langer deze contacttijd, hoe hoger de efficiency die bereikt kan worden met een koolfilter. In veel gevallen is het mogelijk om combinatiefilters te gebruiken. Dit zijn filters die zowel fijnstof als gasmoleculen filtreren. Het is hierbij belangrijk altijd te vragen naar een onafhanke-

lijk testrapport zodat de werking van het filter wordt bevestigd. In geval van bestaande bouw kan worden gedacht aan een oriënterende nulmeting en een controlemeting na plaatsing van de nieuwe filtertechniek.

luchtbevochtiging

Een stabiele luchtvochtigheid is dus zeer wenselijk aspect. Over het algemeen kan dit resulteren in een hoog energieverbruik, bijvoorbeeld in het geval dat stoombevochtiging nodig is. Door gebruik te maken van adiabatische bevochtiging kan men beschikken over hoge regelnauwkeurigheid en bedrijfszekerheid. Een systeem voor watermanagement zorgt dan voor een minimaal spoelwaterverlies en minimale vervuiling op de verdampers. Afhankelijk van de toepassing kan zelfs gekozen worden voor een systeem dat gevoed wordt met leidingwater, wat direct een investeringsvoordeel oplevert. Deze zogeheten lage-energiebevochtiging en adiabatische koeling kan in een bestaand luchtbehandelingssysteem of –kanaal worden geïntegreerd. Dergelijke systemen zijn voorzien van een compacte, zelfstandige hydraulische unit met een watertank en kunnen bin-

nen of buiten een luchtbehandelingskast aan een wand worden gemonteerd. In dit laatste geval maakt dit onderhoud mogelijk zonder dat de luchtbehandelingskast hoeft te worden uitgeschakeld. Er is dan dus geen risico van downtime.

legionella

Het is bij deze techniek overigens van groot belang - en tevens verplicht - om legionella­ preventie toe te passen. Denk hierbij aan risico-inventarisaties en periodieke analyses van het water. Dit geldt overigens voor alle luchtbevochtigers (exclusief steamers) en open koeltorens. Direct Free Cooling is een fenomeen met voor- en nadelen. De nadelen zijn echter op te heffen door met gezond verstand te kijken naar de mogelijkheden. Laat u hierbij adviseren door een deskundige partij en zorg dat de lucht- en waterkwaliteit op periodieke basis wordt gemonitord, zodat eventuele problemen vroegtijdig kunnen worden voorkomen. ■

peter thorenaar projectmanager bij cag datacenter solutions

dcw november | koeling

schappen hebben waardoor het een sterk corroderend effect heeft op metalen en dus ook op IT-apparatuur. Moleculaire filtratie door middel van actieve kool is een rendabele methode voor het beheersen van deze schadelijke verontreinigende stoffen en kan zowel in units met toegevoegde verse lucht als in units met gerecirculeerde lucht plaatsvinden.

19


Hans van Vught van Compose Network Connections:

‘Datacenters hebben behoefte aan partners met visie’

“datacenters hebben behoefte aan partners die visie uitdragen en optimaal invulling weten te geven aan de behoefte van de relatie.” dat zegt hans van vught, directeur van compose network connections. “de vraagstelling van de klant dient centraal te staan en het goed invullen daarvan is in het gezamenlijk belang van datacenter én leverancier. het is dus belangrijk samen te werken vanaf het allereerste moment en relaties optimaal te ondersteunen in het realiseren van innovatieve concepten op het gebied van

dcw november | interview

databekabelingsnetwerken.”

20

“Datacenters hebben behoefte aan partners die visie uitdragen en optimaal invulling weten te geven aan de behoefte van de relatie.” Dat zegt Hans van Vught, directeur van Compose Network Connections. “De vraagstelling van de klant dient centraal te staan en het goed invullen daarvan is in het gezamenlijk belang van datacenter én leverancier. Het is dus belangrijk samen te werken vanaf het allereerste moment en relaties

optimaal te ondersteunen in het realiseren van innovatieve concepten op het gebied van databekabelingsnetwerken. Dat is waar onze professionals al twintig jaar door worden uitgedaagd.” “Regelmatig wordt ons de vraag gesteld wat onze zienswijze is op de steeds veranderende vraag naar connectiviteit als we praten over gestructureerde databekabelingsnetwerken”,

vertelt Hans van Vught, directeur van Compose Network Connections. “Marktontwikkelingen volgen elkaar steeds sneller op.Waar nu de snelheid en capaciteit voldoet, is deze binnen no time niet langer toereikend. Ons inziens moet een gestructureerd databekabelingsnetwerk de functionaliteit in zich hebben om op een flexibele wijze te voorzien in de toekomstige connectiviteitsveranderingen.”

invloed op ontwerp

‘Compose Network Connections is de Full Service Provider als het gaat om het ontwerpen, produceren, implementeren en beheren van gestructureerde databekabelingsnetwerken zoals die gebruikt worden in DataCenters’

“Deze veranderende behoefte heeft ook een duidelijke invloed op het ontwerp van een gestructureerd databekabeklingsnetwerk”, zegt Van Vught.“Door meer functionaliteiten en modulaire producten toe te passen, wordt het mogelijk om een databekabelingsnetwerk te ontwerpen dat voldoet aan de ver-


Dat is bij ieder project weer een uitdaging, stelt Van Vught vast. “Maar toch slagen wij er steeds weer in. We nemen onze relatie daarbij mee naar een ander niveau van benadering hoe om te gaan met een gestructureerd databekabelingsvraagstuk.”

samenwerken

“Samenwerken vanaf het eerste moment en optimaal ondersteunen. Dat is wat wij onze relaties als full-service provider op ons vakgebied aanbieden. Zoals gezegd, vanaf het eerste moment samenwerken, waarbij onze

relaties de keuze hebben uit een modulair portfolio van diensten. Vanaf het ontwerp, productontwikkeling, pre-assemblage, implementatie, certificering en beheer van gestructureerde databekabelingsnetwerken. Compose Network Connections is als geen ander in staat om nieuwe innovaties te introduceren die uniek zijn in de markt. Daarom lanceren wij tijdens de vakbeurs IT Room Infra een Front Loaded Optical Distribution Frame, een zelf ontworpen productlijn.” ■

van de redactie

‘Een gestructureerd databekabelingsnetwerk moet de functionaliteit in zich hebben om op een flexibele wijze te voorzien in de toekomstige connectiviteitsveranderingen’

dcw november | interview

anderende vraag. En daarmee dus naadloos aansluit op de diverse business modellen. Op deze wijze kunnen wij de investeringen verlagen en er voor zorgen dat deze gezien kunnen worden als operationele kosten.”

21


de vennootschap conteg, spol. s.r.o. is in europa een van de grootste fabrikanten van it- en industriële kasten. conteg biedt tevens systeemoplossingen en verleent diensten voor datacenters en industriële toepassingen. het wereldwijde succes van deze fabrikant wordt ook bevestigd door het feit, dat de racks met zijn logo gevonden kunnen worden in meer dan 70 landen op 4 continenten. over nieuwtjes en de verdere strategische koers van deze zich dynamisch ontwikkelende onderneming, spraken we met haar managing director vít voláČek.

Conteg boekt succes met Tsjechische kwaliteit

dcw november | interview

“De vennootschap vierde dit jaar de 17e verjaardag sinds haar oprichting en heeft in de afgelopen jaren een lange weg afgelegd”, herinnert Vít Voláček. sinds het eerste aanbod van eenvoudige IT-racks in 1998 heeft het bedrijf zijn portfolio aanzienlijk uitgebreid, zodat het op dit ogenblik complexe oplossingen voor datacenters produceert en aanbiedt, beginnende met IT-racks, monitorings- en controlesystemen, kabelmanagement, efficiënte koelingsystemen, intelligente stroomverdeling plus een uitgebreide range aan accessoires en gerelateerde diensten. Naast telecomracks kan men in het productfolio van het bedrijf ook racks voor outdoor- en industriële toepassingen vinden. “Wij bieden onze klanten geavanceerde oplossingen op maat, maar verhandelen ook producten voor dagelijks gebruik.” Evenals op het aanbod van complexe diensten legt het bedrijf ook een maximale nadruk op voortdurende innovatie van zijn assortiment. “Wij trachten onze klanten continu nieuwtjes en nieuwe oplossingen te bieden. Daarom wordt in onze vennootschap grote nadruk gelegd op ontwikkeling. Ik ben blij, dat wij op dit gebied

22

Vít Voláček

kunnen vertrouwen op hightech professionals”, zegt Vít Voláček. In 2012 presenteerde Conteg op de markt een reeks kasten voor buitengebruik onder het merk outTEG en een jaar later compacte kasten voor industriële toepassingen onder het merk inTEG.Voláček voegt toe, dat ofschoon er sprake was van nieuwe markten, het management van de vennootschap volledig overtuigd is, dat deze producten concurrerend zijn. Niet alleen gezien de prijs, maar vooral dankzij de kwaliteit. "Nieuwe oplossingen bieden wij ook op IT-gebied. Om de meest efficiënte luchtstroom door het rack te bereiken, hebben we een nieuw type deur ontwikkeld met hoge perforatie van 86% met behoud van de oorspronkelijke stijfheid en sterkte van de deur. Het nieuwe type 19”stijl voor de hoogste reeks van onze standaardracks maakt een flexibele interne indeling van de geplaatste IT-uitrusting mogelijk. Dankzij de verbetering van structuur en gebruik van technologische componenten hebben we een verbeterde stijfheid van het frame bereikt, en hiermee de draagkracht kunnen verhogen tot 1.500 kg. Een belangrijke innovatie van onze firma voor wat betreft de oplossingen voor de datacentra is de koelunit CoolTeg Plus, die gebruik maakt van de modernste technologie en systemen voor precieze regeling om maximale efficiëntie te bereiken. Deze klimaatregelingsinstallaties zijn uitgerust met een moderne communicatie-interface, die ontwikkeld werd op basis van de eisen voor IT-toepassingen en zijn geschikt voor een energetisch efficiënte koeling van alle typen serverruimtes en datacenters. Dit jaar hebben wij een unieke oplossing voor de koeling van datacenters CoolTop op de markt gebracht. De familie van koelunits CoolTop werd speciaal ontworpen voor de montage bovenop de IT-racks in de grote data- en serverruimten. Deze unieke oplossing neemt geen vloeroppervlakte in beslag. Meer nieuwtjes en innovaties zijn voor volgend jaar in voorbereiding voor onze klanten.”


productiecapaciteit

flexibiliteit is ons voordeel

Het grootste voordeel van Conteg ligt in haar eigen productieachtergrond en een breed netwerk van dochterondernemingen en partners in Europa, Midden-Oosten, Azië en Afrika. Dankzij deze pluspunten is het bedrijf in staat om snel te reageren op de vraag van bestaande of poten-

tiële klanten en kan zich snel aanpassen aan hun specifieke behoeften. Het bedrijf besteedt ook veel aandacht aan het volgen van de nieuwste trends en de toepassing ervan op zijn producten. Het zoeken naar nieuwe kansen en markten maakt het voor het bedrijf mogelijk om wereldwijd zijn positie van topspeler in de branche te behouden. "Om te kunnen concurreren met andere grote spelers op de markt, moeten onze producten op lange termijn een hoge kwaliteit vertonen en tegelijk een concurrerende prijs hebben. Ik wens, dat ons bedrijf ook verder functioneert als een sterke, stabiele, multinationale producent bevrijd van de afhankelijkheid van slechts één marktsegment op één continent, omdat de situatie bijvoorbeeld in Europa op dit moment zeer concurrerend is.”

nadruk op kwaliteit

Hij besluit: “We leggen altijd veel nadruk op kwaliteit, om aan onze klanten producten, diensten en oplossingen van topklasse te kunnen leveren. Wij gebruiken tijdens de productie alleen de nieuwste technologieën en componenten van perfecte kwaliteit. Wij vervaardigen alles in de Tsjechische Republiek onder toezicht van ervaren technologen en inspecteurs om aan de kwaliteit van de wereldstandaard te voldoen. We streven ernaar om onze klanten de hoogst mogelijke toegevoegde waarde te bieden. Om deze reden passen wij in het bedrijf Conteg de strikte regels van het kwaliteitsmanagement ISO 9001 toe. Alle producten worden onderworpen aan strenge testregimes om TÜV-certificaten te verkrijgen.” ■

dcw november | interview

In 2014 heeft het bedrijf zijn productieterrein in Pelhřimov aanzienlijk uitgebreid tot meer dan 20.000 m². Het gehele productieproces, van plaatwerk tot afgewerkte racks werd volledig geautomatiseerd, wat een vlotte doorstroming van het materiaal tussen verschillende technologieën mogelijk maakt, met minimale noodzaak van tussenkomst door de operator. “Echter niet alleen de uitbreiding van de productiecapaciteit, vooral de uitrusting met de modernste technologieën stelt ons in staat om een evenwichtig spel te spelen met de meest prestigieuze mondiale concurrenten”, merkt Vít Voláček op. In de afgelopen twee en een half jaar investeerde de vennootschap Conteg 11 miljoen euro in de nieuwe productie-uitrusting en met name in innovatieve technologieën. Het management van het bedrijf is zich zeer goed bewust van de noodzaak om de productiecapaciteit en technologieën aan te passen aan nieuwe producten en oplossingen en breidt daarom uit en vernieuwt deze voortdurend. Momenteel bezit de firma in de Tsjechische Republiek haar eigen productiefaciliteiten in de reeds genoemde stad Pelhřimov en in de stad Příbram. Het hoofdkantoor is gevestigd in Praag. De filialen van Conteg zijn letterlijk verspreid over de hele wereld - met name in Oostenrijk, Rusland, Oekraïne, Frankrijk, Nederland, Saoedi-Arabië en diverse Oost-Aziatische landen.

23


Datacenters bekabelen met systeem voor het opzetten van een nieuwe of de modernisering van een bestaande datacenter infrastructuur hebben bedrijven een competente, ervaren partner nodig. dat geldt vooral voor de ict-bekabelingssystemen, die een centrale rol spelen bij de performance en de beschikbaarheid.

Het datacentrum is het zenuwcentrum van een bedrijf. De bedrijfskritieke gegevens, toepassingen en systemen moeten te allen tijde beschikbaar zijn, zodat een rekencentrum een probleemloze gang van zaken kan waarborgen. Tegelijkertijd moet het datacenter zo eenvoudig mogelijk gemanaged, naar behoefte uitgebreid en gemoderniseerd kunnen worden en energiezuinig kunnen werken.

Aan deze eisen kan alleen voldaan worden met een zorgvuldig ontworpen, hoogwaardige infrastructuur. Om een storingsvrije en tegelijkertijd kostenbesparende werking te garanderen, is er een gefundeerde kennis nodig van de verschillende sectoren en ambachten, zoals koeling, stroomvoorziening, bewaking en communicatie - van de eerste ontwerpfase, de inrichtingen en ingebruikneming tot en met

dcw november | bekabeling

Toekomstbestendig: de Datwyler Data Centre Solution

24

de latere wijzigingen en uitbreidingen. Daarbij is het belangrijk dat de verschillende sectoren nooit apart, maar altijd als een integraal geheel gezien worden. Elk datacenter heeft zijn speciale, unieke structuur. Dat wil zeggen: voor elke omgeving met zijn individuele eisen moet er een specifieke, toekomstbestendige oplossing worden gevonden, die in overeenstemming is met de huidige standaards. Niet als laatste zouden bedrijven altijd alle kosten/batenfactoren tegen elkaar af moeten wegen bij het ontwerp. Daar horen zowel de gewenste, zo goed mogelijke beschikbaarheid van fouttoleranties bij, als de systeembelasting, de daaraan verbonden bedrijfskosten voor stroom en onderhoud en de gewenste plaats- en prestatiereserves.

er is een ervaren partner nodig

De genoemde aspecten maken het duidelijk: voor een zo complexe aangelegenheid als het ontwerp, de oprichting of modernisering van een datacentrum infrastructuur hebben bedrijven een competente partner nodig, die een jarenlange ervaring moet hebben met veel projecten met datacenters. Datwyler Cabling


de juiste bekabelingsoplossing

Hoogwaardige, op de behoefte van de klant afgestemde ICT-bekabelingssystemen - een van de hoofdcompetenties van Datwyler - spelen een centrale rol bij de performance en de beschikbaarheid. De hoekstenen van een moderne ICT-bekabeling in de omgeving van het datacenter zijn de flexibiliteit en toekomstbestendigheid. De betreffende systemen zouden bovendien plaatsbesparend moeten zijn en een hoge overdrachtsnelheid mogelijk moeten maken. In principe zijn er drie benaderingen voor een oplossing: een klassieke bekabeling naar behoefte in de koper- en glasvezeltechniek, een compleet of gedeeltelijk geprefabriceerd systeem met meervoudige kabels (trunks) en een high-density en high-speed glasvezeloplossing volgens het ‘plug-and-go’-principe.

Switch-bekabeling met glasvezel-trunks

Voor klassieke oplossingen is er - al naar gelang de wens en de eisen ter plaatse - een breed palet aan kwalitatief hoogwaardige patchpanelen, data- en patchkabels, modules, racks en accessoires beschikbaar. Daarmee kunnen alle denkbare toepassingsgebieden gedekt worden: van de bekabeling van kleine serverruimtes tot en met complexe installaties met hoge snelheidseisen. Geprefabriceerde systemen met trunkkabels eisen weliswaar hogere ontwerpkosten, maar hebben het voordeel van een verreweg snellere installatie, die tegelijkertijd heel overzichtelijk en eenvoudig te documenteren is. In het laboratorium geproduceerde en afgemeten trunks verminderen niet alleen het foutenpercentage, maar ook de meetkosten ter plaatse. Uitbreidingen kunnen met trunks ook sneller en eenvoudiger gerealiseerd worden.

‘Hoogwaardige, op de behoefte van de klant afgestemde ICT-bekabelingssystemen spelen een centrale rol bij de performance en de beschikbaarheid’

Speciaal voor high-density eisen in datacenters heeft Datwyler de geprefabriceerde glasvezeloplossing ‘Data Centre Solution’ ontwikkeld. Deze kenmerkt zich door bijzonder hoogwaardige kabels en componenten en een bijzonder nauwkeurige stekkerproductie. Door zijn uitstekende optische en elektrische waarden is deze oplossing niet alleen geschikt voor alle huidige, maar ook voor toekomstige highspeed toepassingen, zoals 32GFC, 40/100GEthernet en 120G InfiniBand. Modulaire, willekeurig gecombineerde onderdelen bieden gebruikers een hoge mate aan design-flexibiliteit. In elk geval geldt: de gelegde bekabeling van het datacentrum moet beduidende reserves bieden op de in de standaards vereiste waarden. Bovendien moet het oplossingsportfolio van de gekozen fabrikant de hele topologie dekken: van de voorzieningsnetwerken, de hoofdverdeler met Core- en Switching-racks tot en met de sectorverdelers en apparatenracks.

diverse architecturen

De keuze van de kabels en de aansluittechniek in de computerruimtes richt zich naar de ITcomponenten, de netwerkarchitectuur, de Switching-architectuur en het bekabelingconcept. De klassieke 3-Tier-boomarchitectuur is geschikt voor traditionele systeemomgevingen.

dcw november | bekabeling

Solutions heeft zich de laatste jaren met succes geprofileerd als een dergelijke partner voor de infrastructuur van de datacenter van kleine, middelgrote en grote bedrijven. Daarbij treedt de onderneming niet alleen op als toeleverancier van innovatieve producten en systeemoplossingen, maar - in nauwe samenwerking met haar gecertificeerde partners - ook als deel- of algemene ondernemer, die de hele keten van toegevoegde waarde van een datacenter dekt: van de voorstudie, de projectie en realisatie tot en met de documentatie en het onderhoud van de gerealiseerde infrastructuren.

25


sche verdraagzaamheid (EMV), de kwaliteit van de potentiële compensatie in het gebouw en de MICE-milieuclassificatie. Bovendien moet het ook berekend zijn op toekomstige uitbreidingen van de kabelinstallatie van de communicatie.

met service combineren

Aanvullend op de systeemoplossingen in het datacenter is professionele service aan te raden, die overeenkomt met het typische projectverloop van de noodzakelijke site-surveys en de voorstudies tot aan de werking. Datwyler biedt voor bekabelingssystemen bijvoorbeeld uitgebreide engineering dienstverleningen aan, die de klant een maximale performance, migratiemogelijkheden en investeringsbescherming bieden.

Glasvezelbekabeling met MPO

dcw november | bekabeling

In gevirtualiseerde systeemomgevingen worden echter nieuwe, platte 2-Tier-Fabric-modellen gebruikt, waaronder bijvoorbeeld de Fat-Tree-architectuur. Dergelijke fabrics worden meestal blokkeringsvrij en met een hoge performance gebouwd, wat een wezenlijke invloed heeft op het soort en het aantal van de te bekabelen links. Aan deze omstandigheid moet vooral de nodige aandacht geschonken worden bij de kosten en verantwoording voor de ICTbekabeling. Voor de ICT-bekabeling zijn er vier centrale aspecten, die de manier van de uitvoering, de materialisatie en de kosten direct beïnvloeden:

26

1

De keuze van het Switching-architectuur: Hetzij gecentraliseerde Direct-Connect-, zonegebaseerde End-of-Row- en Middle-ofRow- of gedecentraliseerde Top-of-RackSwitching, het gekozen model beïnvloedt het soort en het aantal van de te bekabelen links Server-to-Switch en Switch-to-Switch - heel aanzienlijk en is net zo centraal als de keuze van het overdrachtmedium (glasfiber, TwistedPair, Twinax).

2

De benodigde End-to-End-linklengten: Vooral bij Cross-Connect-bekabelingen zijn Channel-lengten van 100 meter snel bereikt. De benodigde link-lengten beïnvloeden ook de keuze van het overdrachtmedium (Singlemode-Fiber, Multimode-Fiber, TwistedPair).

3

De communicatietechnologie: De LAN-technologie Ethernet en de SAN-technologieën Fibre Channel (FC) of InfiniBand (IB) stellen heel verschillende eisen aan de kwaliteit van het desbetreffende overdrachtkanaal.

4

De performance-eisen: Niet als laatste hebben de benodigde overdrachtsnelheden een wezenlijke invloed. Daarbij moet men beslist ook toekomstige migratiestappen inplannen. Met elke speed upgrade stijgen namelijk de eisen aan het overdrachtkanaal significant. Het kabeldraag- en kabelgeleidingsysteem moet rekening houden met het soort bekabeling, de brandbeveiliging, de elektromagneti-

Op verzoek krijgen ontwerpers en exploitanten van datacenters van de conceptfase tot aan de inbedrijfstelling de nodige ondersteuning. Met berekeningsmodellen kunnen ontwerpen en toekomstige toepassingen gesimuleerd en de resultaten direct worden overgenomen. Ze leiden naar geoptimaliseerde en op maat gesneden concepten. Daardoor krijgt de ontwerper of exploitant al in een vroeg projectstadium de maximale zekerheid en transparantie met betrekking tot de eisen aan de te ontwerpen infrastructuur van de bekabeling. Bovendien kan hij een dergelijk oplossingsdesign gebruiken om de investeringskosten (CAPEX) en ook de bedrijfskosten (OPEX) verder te optimaliseren. ■ www.cabling.datwyler.com/nl

‘Voor de ICTbekabeling zijn er vier centrale aspecten, die de manier van de uitvoering, de materialisatie en de kosten direct beïnvloeden’


IT Cooling Solutions

De passende oplossing voor uw datacenter – CyberAir 3 airconditioningsystemen

Vertrouw op de ervaring, efficiëntie en flexibiliteit van CyberAir 3 Al meer dan 40 jaar ontwikkelt STULZ precisie airconditioningsystemen voor datacenters. Deze ervaring, gecombineerd met wereldwijd duizenden succesvol uitgevoerde projecten, vindt u terug in onze oplossingen. De CyberAir 3 is verkrijgbaar met acht verschillende soorten koelsystemen, lucht- of watergekoeld, geïntegreerde redundantie, met EC-ventilatoren, EC-compressor en – tot 90 % zuiniger – met indirecte- en directe vrije koeling. Zeven bouwmaten zorgen voor flexibiliteit in elke ruimte. U wenst maximale beschikbaarheid tegen een minimum aan kosten? U wilt uw data center precies, betrouwbaar èn efficiënt klimatiseren? Wij helpen u graag.

STULZ GROEP B.V.

. Weverij 7-9

. 1185 ZE Amstelveen

. Tel.: 020-545 1111

. Fax: 020-645 8764

. verkoop@stulz.nl

Overal in de wereld dichtbij: met 14 dochtermaatschappijen, 5 productielocaties en verkoop- & service partners in meer dan 110 landen!

www.stulz.nl


Modulaire UPS’en voor kleine en middelgrote dc's

Delta Electronics introduceert Modulon DPH

delta electronics, de aanbieder van systemen voor energievoorziening en ventilatoren voor datacenters, heeft zijn modulon dph-serie ups-systemen uitgebreid met nieuwe modellen. het gaat hierbij om de twee modulair opgebouwde ups systemen met een capaciteit van 75 en 150 kw. deze komen ‘onder’ het bestaande topmodel - een 200kw-systeem - te staan. daarnaast heeft het uit taiwan afkomstige bedrijf een speciaal rack voor stroomverdeling geïntroduceerd, evenals een aantal batterijmodules. een gesprek met charles tsai van delta electronics.

dcw november | markt

De DPH-serie is bedoeld voor computerruimtes en kleine datacenters. Nu toepassingen als business analytics ook binnen het bereik van het MKB zijn gekomen, ontstaat ook bij dit soort bedrijven behoefte aan IT-voor-

28

zieningen die een hoge mate van continuïteit kennen. Een weldoordachte aanpak van de energievoorziening hoort hier uiteraard ook bij, evenals de nodige maatregelen om de energievoorziening ook bij storingen zeker te stellen.Volgens dr. Charles Tsai, als general manager werkzaam voor de Mission Critical Infrastructure Solutions (MCIS) business unit van Delta Electronics, biedt deze zeer compact gebouwde en volledig modulair uitgevoerde UPS-reeks drie belangrijke voordelen.

beschikbaarheid

Scan de QR code voor meer informatie

Tsai geeft aan dat de Modulon DPH een volledig fouttolerant ontwerp kent. Dit is mogelijk dankzij een dubbel uitgevoerde powermodule die voorzien is van een speciaal ontwikkelde beheersoftware. De ‘control logic’ zorgt voor een automatische synchronisatie in

het geval de centrale power-module een storing kent en de tweede module diens werkzaamheden moet overnemen. Hierbij wordt volledig automatisch overgeschakeld, aldus Tsai, zodat zich geen storingen in de energievoorziening voordoen. Doordat alle belangrijke componenten dubbel zijn uitgevoerd, kunnen veel van deze onderdelen of modules tijdens bedrijf worden vervangen of gewisseld (hot-swappable). Hierdoor is het onderhouden van de UPS-systemen erg eenvoudig, meent de divisiedirecteur van Delta Electronics. Dit betekent dat de kosten van onderhoud relatief laag zijn, terwijl de MTTR (mean time to repair) echt bij nul ligt.

schaalbaarheid

De modulaire opbouw van de Modulon DPH geeft het datacenter daarnaast mogelijkheden


performance en efficiency

Volgens Tsai gaat deze flexibiliteit en modulariteit niet ten koste van de prestaties. Ten aan-

zien van de power performance zegt Tsai dat de kVA’s bij deze serie gelijk zijn aan de kW’s. Wat betreft efficiency komt Delta Electronics met deze reeks op 95% bij 30% belasting en 96% bij een belasting van 50%. Datacenters en eigenaren van computerruimtes kunnen hierdoor interessante besparingen realiseren op de kosten die zij maken voor energie.

serie reeds een prijs gewonnen - de Save Energy Award - terwijl daarnaast Russische energiedeskundigen deze reeks hebben aangemerkt als ‘Technology of the Year’. ■p

historie

“De eerste systemen in de Modulon DPHserie zijn oorspronkelijk in 2012 gelanceerd”, vertelt Tsai. “Sinds die tijd zien we dat het modulaire concept duidelijk is aangeslagen bij klanten en specialisten op het gebied van energievoorziening voor datacenters, maar ook voor andere toepassingen op het gebied van telecommunicatie maar bijvoorbeeld ook spoorwegen. In 2013 heeft de Modulon DPH-

hans vandam journalist

dcw november | markt

om de noodstroomcapaciteit op eenvoudige wijze te vergroten. De serie begint bij 25 kW en loopt in stappen tot 200 kW.Waarbij nu dus twee nieuwe systemen met een basiscapaciteit van 75 kW en 150 kW aan de serie zijn toegevoegd. De systemen passen in een standaard 19 inch rack, waardoor snel en gemakkelijk capaciteit kan worden bijgeplaatst of afgeschakeld. Hierdoor is bijvoorbeeld een pay as you gomodel mogelijk, zonder dat hiervoor een overdimensionering van de UPS-capaciteit noodzakelijk is gedurende de initiële fases van de operatie van het datacenter. Indien gewenst kan de noodstroomcapaciteit worden opgevoerd tot een maximum van 800 kW.

29


GEA Happel Nederland wordt DencoHappel Nederland

‘Onze luchtbehandelingskasten zijn onderdeel van de toekomst’ een datacenter koelen? “met onze luchtbehandelingskasten heb je in sommige gevallen geen conventioneel koelsystemen meer nodig”, zegt algemeen directeur ton fens van dencohappel vol overtuiging. het resultaat? “een extreem hoog werkingsrendement tegen een extreem laag energieverbruik.”

dcw november | koeling

DencoHappel Nederland is sinds augustus van dit jaar de nieuwe naam voor GEA Happel Nederland. Deze naamswijziging was nodig nadat de Duitse GEA Group het segment GEA Heat Exchangers - waar ook Happel deel van uitmaakte - vorig jaar november verkocht aan investeringsmaatschappij Triton. “Eigenlijk is er helemaal niets veranderd”, zo stelt algemeen directeur Ton Fens. “We heb-

30

ben nog steeds dezelfde fabrieken, dezelfde verkoopkantoren en dezelfde engineers. En we maken een omzet van 320 miljoen euro per jaar, en dat wordt veel meer de komende jaren.” Toch is niet alles helemaal hetzelfde gebleven, moet Fens toegeven. “Met de hulp van onze nieuwe eigenaar wordt nu veel geïnvesteerd in innovatie, productontwerp en internationale groei.”

lange geschiedenis

Een deel van de nieuwe naam - Denco verwijst naar de Britse leverancier van koelsystemen die in 2006 werd overgenomen door GEA en op de thuismarkt een sterke aanwezigheid had binnen de datacentermarkt. Het andere deel van de nieuwe naam verwijst naar Otto Happel die in 1902 aan de wieg stond van GEA, toen een leverancier van filtersystemen en luchtbehandeling. “De naam Happel wordt nog altijd sterk geassocieerd met luchtbehandeling, en dat is ook onze kernactiviteit”, licht Fens toe. “Vandaar dat wij die naam meenemen.” “Als het ware draaien we de klok nu honderd jaar terug; we waren ooit een zelfstandig bedrijf dat aan klimaatbeheersing deed, en dat zijn we nu weer”, vervolgt Fens. DencoHappel Nederland levert centrale en decentrale luchtbehandelingsoplossingen. Als het gaat om filteren, verwarmen, koelen, bevochtigen en ontvochtigen van lucht, draagt DencoHappel Nederland op een zo efficiënte en milieuvriendelijke manier zijn steentje bij aan een verbetering van de leefomgeving, zo vertelt de gepassioneerde Fens.


Met de kennis van zo’n honderd jaar heeft DencoHappel de luchtbehandelingskast van Happel geëvolueerd tot een ‘prachtige kast’ voor datacenters die volgens Fens een hoge mate van betrouwbaarheid biedt tegen een laag energieverbruik. Het lage energieverbruik wordt behaald omdat met zowel indirecte vrije koeling als indirecte adiabatische koeling wordt gewerkt om warmte af te voeren. Hierdoor is het gebruik van een aanvullend koelsysteem vaak onnodig of kan het gebruik worden beperkt tot slechts een paar uur per jaar. Adiabatische koeling - koeling door verdamping - vindt in de Adia-DENCO plaats in een grote dubbele platenwisselaar. Zowel de intredende buitenlucht als de platenwisselaar worden bevochtigd, hierdoor daalt de effectieve luchttemperatuur. Deze lucht koelt de hete afvoerlucht die uit het datacenter komt. Door gebruik te maken van een tegenstroomwarmtewisselaar, komt geen buitenlucht in direct contact met lucht vanuit het datacenter. De lucht in het datacenter is daardoor gekoeld in een recirculatie-mode en afgesloten van de buitenluchtstroom. Maximale energiebesparingen worden behaald door adiabatische technologie en vrije koeling. “Onze Adia-DENCO luchtbehandelingskasten bieden dus een geweldige koeling, en dat bij een heel laag energieverbruik omdat je bijna geen koelmachines meer nodig hebt. Datacenters die onze kasten gebruiken, laten dan ook PUE’s zien waar de

meeste bedrijven alleen maar van kunnen dromen. We hebben de referenties en kunnen ook aantonen dat onze aanpak werkt”, stelt Fens. Voor het nat maken van de platenwisselaar wordt bij voorkeur RO (reverse osmosis)water gebruikt, omdat dit beter is voor de onderdelen van de luchtbehandelingskast. “Met RO-water wordt het onderhoud goedkoper, en de legionelladiscussie is meteen gesloten”, aldus Fens. Door het gebruik van RO-water worden volgens de algemeen directeur van DencoHappel de totale operationele kosten lager.

de nachtwacht

“Onze kracht is dat we al honderd jaar luchtbehandelingskasten bouwen”, stelt Fens. “De modulaire opbouw van de luchtbehandelingskast zorgt voor een complete en flexibele systeemoplossingen. Door het gebruik van duurzame componenten waarborgt DencoHappel de hoogwaardige kwaliteit. De CAIRplus-luchtbehandelingskast heeft een hoge isolatiewaardeklasse en hoge stabiliteit. Door de kennis en kunde die we de afgelopen honderd jaar in onze rugzak hebben gedaan, kunnen we bijvoorbeeld ook heel nauwkeurig de geluidsemissies van een nieuwe installatie voorspellen.” “Voor ons maakt het verder niet zo heel veel uit in wat voor soort ruimte de lucht wordt geblazen, of dat nu een datazaal, operatiekamer of een clean room is”, benadrukt Fens. “De laatste jaren hebben we redelijk precieze werken gedaan.” Als voorbeeld haalt Fens het

Rijksmuseum aan. “In zo’n omgeving is een constante temperatuur heel belangrijk; De Nachtwacht mag niet te koud of te warm worden en als de relatieve luchtvochtigheid niet klopt, dan hebben we ook een probleem. Maar in een museum heb je wel te maken met wisselende omstandigheden; de ene dag staan er vijfhonderd toeristen met een natte paraplu binnen en de andere dag vijfhonderd toeristen in een korte broek.”

geweldige fabriek met prachtige testruimte

De datacentermarkt is voor DencoHappel een steeds belangrijkere markt, zo begrijpen we van Fens. “We verkopen per jaar ongeveer negenduizend luchtbehandelingskasten - en dat aantal is groeiende - en ik denk dat de datacentermarkt volgend jaar goed zal zijn voor ruim twintig procent van onze afzet.We hebben al projecten met grote aantallen luchtbehandelingskasten gedaan; daar hebben we bij DencoHappel de productiecapaciteit voor. De fabriek heeft een oppervlakte van ruim 62.000 m²; hiermee zijn we een van de grootste bouwers van luchtbehandelingskasten ter wereld.” Fens vertelt dat het afgelopen jaar door DencoHappel is geïnvesteerd in een compleet nieuwe testruimte. “Op ons nieuwe testlaboratorium in Leipzig kunnen we op verzoek alle denkbare situaties simuleren. Deze testruimte wordt gebruikt voor verdere ontwikkeling aan de DencoHappel-producten maar wordt ook gebruikt voor Factory Acceptance Tests.”. ■ ferry waterkamp freelance journalist

dcw november | koeling

prachtige kast met een lage pue

31


Hoge virtualisatiegraad bedreigt bedrijfscontinuïteit

Eaton roept op tot stroomlijnen beheer power en IT

volgens marktonderzoeksbureau gartner is inmiddels 75 procent van alle x86-workloads gevirtualiseerd. in veel gevallen is de energievoorziening echter nog niet optimaal afgestemd op deze hoge virtualisatiegraad, zo stelt rory higgins, product manager data centre automation solutions bij eaton emea. “het wordt tijd dat de energievoorziening en het -beheer in het datacenter worden gestroomlijnd, anders loopt de bedrijfscontinuïteit gevaar.”

dcw november | interview

De voordelen van servervirtualisatie zijn al jaren bekend. Zo kan met virtualisatie het aantal servers in het datacenter worden teruggebracht waardoor potentieel ook de energieconsumptie afneemt. Binnen een gevirtualiseerde omgeving kan een server bovendien de taken overnemen van een andere server, waardoor een storing aan een server eenvoudig is op te vangen. “Maar door virtualisatie is het concept van wat een server is ook drastisch veranderd”, zo merkt Rory Higgins van Eaton op. Het gevolg hiervan is dat ook de powerconsumptie in het datacenter door virtualisatie een ander patroon laat zien, wat op het gebied van de infrastructuur voor de nodige uitdagingen zorgt.

32

‘IN HET UITERSTE GEVAL KUNNEN WIJ EEN GESTRUCTUREERD RECOVERYPLAN VOOR HERSTEL NA EEN INCIDENT INSCHAKELEN’

high-density

Een eerste uitdaging is dat door virtualisatie het aantal servers weliswaar afneemt, maar dat het stroomverbruik per server toeneemt. Waar een niet-gevirtualiseerde server zo’n tachtig procent van de tijd ‘idle’ draait en gedurende die tijd minimaal stroom verbruikt, neemt het cpu-gebruik na virtualisatie toe tot zo’n tachtig procent. Het gevolg kan zijn dat het verbruik van een server toeneemt van bijvoorbeeld 190W bij een cpu-benutting van tien procent naar 270W bij een cpu-benutting van tachtig procent. Zeker in oudere datacenters kan dit hogere stroomverbruik per server voor problemen zorgen als de stroomdistributie in de racks hier niet op is berekend. In dat geval is het een optie om de racks uit te rusten met moderne powermodules die meer vermogen bieden en die bovendien op afstand zijn te monitoren en te beheren. “Zo zijn de producten in het PDU G3-programma van Eaton speciaal ontworpen om op het gebied van energiedistributie te voldoen aan de wensen van de huidige IT- en datacentermanagers”, aldus Higgins. Een andere uitdaging is het ontstaan van clusters van ‘high-density racks’ die meer vermogen vragen dan de ups’en op de zaal in geval van nood kunnen bieden. Een mogelijke oplossing is het gebruik van ups’en in de racks die per servereenheid 2 kW of meer kunnen bieden.


tools integreren

Helaas moet Higgins concluderen dat IT- en facilitaire managers in de praktijk vaak nog zijn aangewezen op aparte tools voor het beheer van de gevirtualiseerde omgeving en voor het beheer van de powerinfrastructuur, waardoor het langer duurt voordat problemen worden opgemerkt en opgelost. “Er zijn echter intelligente powermanagementoplossingen op de markt die nauw integreren met de beheerplatformen voor virtuele omgevingen zoals VMware vCenter, waardoor IT- en facilitaire medewerkers via één console niet alleen de fysieke en virtuele servers kunnen raadplegen, beheren en monitoren, maar ook de pdu’s, ups’en en andere apparatuur die nodig zijn voor de stroomvoorziening.” Voorbeelden van dergelijke ‘intelligente oplossingen’ zijn de Intelligent Power Manager en de Intelligent Power Protector van Eaton. Met deze tools is het bijvoorbeeld mogelijk om bij een stroomstoring virtuele machines te verplaatsen naar servers die geen hinder ondervinden van de stroomstoring, of om automatisch een ‘graceful shutdown’ uit te laten voeren bij een langdurige storing.

vmworld barcelona

Solutions bij Eaton EMEA

Een andere optie is de toepassing van een modulair, schaalbaar upssysteem dat in verschillende architecturen is in te zetten, zoals gedistribueerd over de zaal.

grotere dynamiek

Een andere uitdaging die Higgins aanhaalt, is de flexibiliteit die een gevirtualiseerde omgeving biedt om een applicatie te installeren of te verplaatsen zonder servers uit te schakelen. “Dit betekent ook dat de energiebehoefte zich dynamisch verplaatst door het datacenter. Het is echter niet mogelijk om de stroomvoorziening continu aan te passen aan een veranderende behoefte. Om een downtime te voorkomen, is het dus belangrijk om scherp in de gaten te houden wat de consequentie is van de verplaatsing van een applicatie voor de stroomvoorziening.” Hiervoor is volgens Higgins een monitoringsysteem nodig waarin IT en facilitaire zaken samenkomen en dat via één portal zicht biedt op zowel de fysieke en virtuele servers, de stroomvoorziening als de omgevingsfactoren. “Een geconvergeerd systeem kortom dat zowel IT- als facilitaire managers een beter zicht biedt op welke powercircuits verbonden zijn met welke IT-resources en met welke services van de business. Op die manier wordt beter inzichtelijk welke onderdelen van de dienstverlening gevaar lopen zodat tijdig voorzorgsmaatregelen kunnen worden genomen.”

“Eaton is op Elite-niveau lid van het VMware Technology Alliance Partner programma en onze oplossingen zijn als ‘VMware Ready’ gevalideerd voor integratie in vSphere en vCenter”, licht Higgins toe. “De meest recente versie van onze energiebeheersoftware bouwt deze marktleidende samenwerking nog verder uit. De software biedt IT-beheerders de mogelijkheid om de status van hun energie-infrastructuurnetwerk te bekijken via een eenvoudig toepasbaar beheerpack dat wordt gekoppeld aan VMware vRealize. Met sequentiële afschakeling van apparatuur, dynamische stroombegrenzing en een infrastructuurbewust vermogensbeheer voor een langere back-uptijd van de batterijen en generatoren geeft de software beheerders meer zekerheid als het gaat om bedrijfscontinuïteit. In het uiterste geval kunnen wij een gestructureerd recoveryplan voor herstel na een incident inschakelen zoals VMware’s SRM en gecontroleerde uitschakelingsmaatregelen.” ■

ferry waterkamp freelance journalist

dcw november | interview

Rory Higgins, Product Manager Data Centre Automation

Tijdens VMworld Europe, de gebruikersconferentie van VMware die van 12 tot en met 15 oktober plaatsvond in Barcelona, demonstreerde Eaton hoe de meest recente versie van Intelligent Power Manager naadloos kan worden geïntegreerd in zowel de vRealize Operationsbeheersuite van VMware (voorheen VMware vCenter Operations Management Suite) als in de OpenStack-cloudorkestrator. Door deze integratie zijn bedrijfscontinuïteit en optimale efficiëntie in virtuele en cloudgebaseerde IT-omgevingen gewaarborgd, en is het energiebeheer in het hele netwerk op een betrouwbare en rendabele wijze gestroomlijnd.

33


Interview met directeur Leo Kranendonk:

‘HETS richt zich vooral op DC- en colocatiemarkt’ hets ontwerpt en installeert installaties ten behoeve van data- en telecom-toepassingen. het gaat daarbij om datacenterinrichtingen, data- en telecom-installaties, data- en telecom-assemblages, en het ontwikkelen en produceren van systeemcomponenten. een interview met leo kranendonk, directeur van het in in barendrecht gevestigde hets. “De afgelopen jaren hebben we allerlei soorten datacenterinrichtingen mogen verzorgen voor een grote diversiteit aan klanten”, zegt Leo Kranendonk van HETS.“Ons werkterrein omvat hierbij de gehele Benelux. We hebben ons in de loop van de jaren gespecialiseerd in het plaatsen van datacenter en co-locatie zaalinrichtingen, waaronder installaties ten behoeve van het scheiden van warme en koude luchtstromen. Het plaatsen, aarden en inrichten van server racks kan hier tevens aan worden toegevoegd.”

koudegangen

“Datacenter en co-locatie inrichtingen kunnen in veel varianten worden ontworpen. We beschikken over onze eigen matrijzen. Hierdoor kunnen we diverse soorten profielen inzetten en deze voorzien van een grote diversiteit aan materiaal. De bekendste voorbeelden zijn koude-/warmegangen, de open gaas-profielen of compleet gesloten scheidingswanden voor zogenaamde kooien.” Over het geheel eigen concept warme- en koudegangen van HETS zegt Kranendonk:

“Vanuit eigen engineering, productie en installatie worden koude en warme luchtstromen op een zo effectief mogelijke manier van elkaar gescheiden. Groot voordeel is dat ons concept systeemonafhankelijk is en daardoor te plaatsen op alle mogelijke server racks. Indien gewenst worden vooraf 2D- of 3D-tekeningen gemaakt en overlegd aan de klant. Door zoveel mogelijk onderdelen te prefabriceren, wordt de overlast op de werkvloer tot een minimum beperkt.”

tal van mogelijkheden

dcw november | markt

“De mogelijkheden qua invulling zijn zeer divers. Qua toegang kan worden gekozen uit drie typen deursystemen. Handmatig, automatisch sluitend en volledig elektrisch. De gangen worden standaard uitgevoerd met schuifbare dakramen, waardoor een eenvoudige toegang tot de bovenliggende infrastructuur en lichtlijnen wordt bereikt. De uitvoering met vaste, afneembare panelen behoort ook tot de mogelijkheden. Wij werken niet met standaard maatvoeringen, maar werken puur op maat van de klant en zijn locatie. Op die manier kunnen we de best mogelijke oplossing bieden.” Bij het plaatsen van koude- en warme gangen is het mogelijk om meetapparatuur

34 34 |


ontwerpen en produceren van systeemcomponenten. Hierbij richten wij ons voornamelijk op specials, zoals we die in ons werkveld regelmatig tegenkomen. Hierbij kan het gaan om eenvoudige geleidingsbeugels of montageframes, maar ook om complete kabelgootsystemen of verdeelracks.” ■

hans vandam journalist

installaties en assemblages

“HETS beschikt over een eigen team van gecertificeerde telecom-monteurs. Ons werkveld is voornamelijk gericht op de bovengrondse uitvoering van koper-, glasvezel- en coaxiale netwerken. Hierbij wordt gewerkt volgens de laatste normen en met up-to-date gereedschappen en meetappara-

tuur.” “Onze activiteiten op het gebied van dataen telecom-assemblage is voortgekomen uit de projecten die wij hebben uitgevoerd op het gebied van data- en telecom-installaties. Het op voorhand op lengte maken van kabelbundels en het aanzetten van connectoren leidt in de praktijk tot enorme tijdsbesparingen, is onze ervaring. Ook kan de kwaliteit op voorhand gewaarborgd worden. daarbij is het wel belangrijk dat de assemblages in een gecontroleerde omgeving worden getest en opgeleverd. We richten ons hierbij vooral op het assembleren en op maat verwerken van koper- en glasvezelbekabeling.”

systeemcomponenten

Kranendonk: ”Ik zeg wel eens gekscherend: uitdaging = oplossing. Een laatste tak binnen ons bedrijf houdt zich bezig met het

dcw november | markt

tijdens de installatie aan te brengen, vertelt Kranendonk. Voor het datacenter wordt zo duidelijk welke temperatuursveranderingen optreden tijdens de bouw van de installatie. Tevens kan hierdoor direct worden ingespeeld op het aanpassen van de koeltechnische installatie. “De cijfers wijzen uit dat dit uiteindelijk resulteert in een forse kostenbesparing op de energiekosten. Een terugverdientijd van minder dan 2 jaar is daarbij eerder regel dan uitzondering.”

35   |35


Huawei’s ManageOne:

IT en infrastructuur als één geheel beheren waar het implementeren van dcim soms nog een hele uitdaging is, gaan sommige aanbieders alweer een stap verder. huawei heeft een oplossing ontwikkeld manageone geheten - die het mogelijk maakt om een datacenter als één geheel te beheren. dus it én infra beheren via één managementplatform. dat bleek tijdens een partnerconferentie die huawei onlangs in münchen organiseerde.

dcw november | markt

De afgelopen jaren zien we op het gebied van het monitoren van de facilitaire infrastructuur van het datacenter interessante ontwikkelingen. Het volgen van het gedrag van losse systemen en installaties is niet meer voldoende om tot een goed beheer van de infrastructuur te komen. Met de komst van datacenter infrastructure management (DCIM) software proberen meer en meer datacenters grip op hun infra te krijgen.

36

Met een DCIM-pakket kunnen datacenter managers inzicht krijgen in het functioneren van hun technische infrastructuur. Daarmee is het invoeren van een geïntegreerde beheersmethode voor de infra-kant van het datacenter een belangrijke stap vooruit gebracht. Het is alleen niet genoeg. Want de uiteindelijke klant van het datacenter - zeg maar: de business - is niet zozeer geïnteresseerd in de prestaties van airco’s of de beschikbaarheid van UPS’en, maar kijkt enkel en alleen naar de vraag of bepaalde business processen beschikbaar zijn voor de eigen medewerkers van de

organisatie of voor klanten. Hapert een business proces, dan is men niet geïnteresseerd in de technische oorzaken van die storing, maar wil men uitsluitend weten wie men moet waarschuwen en hoe lang een incident gaat duren voordat alles weer naar behoren functioneert.

inzicht geven

Dit betekent voor het datacenter dat het beheren van de infrastructuur onderdeel dient te zijn - of te worden - van een veel uitgebreider managementplatform. Dat werkt als volgt. De werkprocessen van de business worden mogelijk gemaakt door applicaties. Deze applicaties maken gebruik van IT-hardware (servers, storage, networking en dergelijke) die op zijn beurt weer wordt ondersteund door een facilitaire infrastructuur die bestaat uit power, koeling, bekabeling en meer. Soms draaien deze applicaties in een eigen datacenter, maar even zo goed kan sprake zijn van uitbesteding naar een hosting-partij, een public cloud-omgeving (Amazon Web Services en dergelijke) of wordt

de software gehost door een partner. Denk in het laatste geval bijvoorbeeld aan shared service centers die onder andere bij gemeenten populair zijn. De informatie over de status van het datacenter maakt dus onderdeel uit van een veel bredere aanpak die business managers inzicht moet geven in de stand van zaken rond zijn business proces. Dat kan gebeuren via een relatief eenvoudig dashboard waarin via een stoplicht de status wordt aangegeven. Met eventueel enkele mogelijkheden om bij een oranje of zelfs rode situatie door te klikken zodat de business manager meer informatie krijgt over de feitelijke problemen.

onder één paraplu

Alle informatie over de status van applicaties, IT-hardware en infrastructuur dient dus met elkaar geïntegreerd te worden. Huawei heeft nu als een van de eerste aanbieders een managementplatform ontwikkeld dat precies dat als doel heeft: het monitoren en beheren van


de functionaliteit van ManageOne verder uit te breiden. Daarbij kan het bijvoorbeeld gaan om het samen ontwikkelen van een goede interface tussen ManageOne en een managementpakket van een andere aanbieder. Maar de samenwerking kan ook betrekking hebben op software die aan ManageOne wordt gekoppeld en waarmee we de functionaliteit van ons platform verder uitbreiden of verdiepen.”

Dat bleek onlangs tijdens een partnerconferentie die Huawei’s Network Energy-divisie in München organiseerde. Al gaf dr. Fang Liangzhou, vice-president van deze divisie, aan dat er nog heel wat werk te verzetten is voordat het ideaalplaatje zoals hierboven geschetst volledig kan worden ingevuld. Toch is er al veel bereikt. Het gaat om de ManageOnesoftware. Dat zal zeker voor facilitair georiënteerde datacenter managers een nieuwe productnaam zijn.Wellicht kennen zij wel NetEco. Deze software is oorspronkelijk ontwikkeld voor de telecom-tak van Huawei en dient om de infra-kant van carrier-sites te beheren en aan te sturen. Die software vormt inmiddels tevens de basis voor de beheer- en monitoring-software die Huawei nu ook voor datacenters beschikbaar heeft. Het is zeg maar de DCIM-oplossing van het concern.

module binnen manageone

Interessant genoeg staat NetEco echter niet op zichzelf. Het is een module die binnen de veel bredere ManageOne-managementoplossing past. Andere modules binnen ManageOne richten zich - bijvoorbeeld - op het beheren en de provisioning van storage of het managen van server-capaciteit. In figuur 1 is een beeld geschetst van de reikwijdte van ManageOne en de mogelijkheden die dit platform een datacenter - of beter gezegd: een IT-afdeling biedt. Het NetEco/DCIM-deel zit in dit schema onder andere in het vak ‘DC Health Diagnosis’ en ‘DC Topology Navigation’. In eerste instantie heeft Huawei ManageOne ontwikkeld voor gebruik in door het concern

zelf gebouwde datacenters. Met andere woorden, datacenters waarin in principe alles door Huawei zelf is geleverd - van UPS tot servers tot netwerkapparatuur. De situatie in veel datacenters is natuurlijk heel anders. Daar is al IT-hardware van andere merken in gebruik en hetzelfde geldt voor de power- en koelinginstallaties. Ook is vaak al heel wat software van andere aanbieders in gebruik voor het beheren van die hardware en de infrastructuur.

manageone bij 2k telekom

Daarom heeft Huawei zelf reeds een serie interfaces ontwikkeld waarmee ManageOne kan ‘praten’ met andere beheer-tools. Daarnaast zoekt het concern nadrukkelijk samenwerking met andere aanbieders. Op tal van gebieden, maar zeker ook rond ManageOne. Daarom organiseerde het bedrijf voor het eerst in zijn geschiedenis in oktober een zogeheten developer conference. Doel van dit in Shenzhen georganiseerde event is tot samenwerking met andere softwareontwikkelaars te komen. Of zoals Fang Liangzhou het in München uitdrukte: “ManageOne heeft open interfaces. Daarmee bedoel ik dat wij heel graag met andere softwareontwikkelaars samenwerken om

robbert hoeffnagel hoofdredacteur

dcw november | markt

de gehele stack van applicatie tot pdu. Daarmee brengt men dus deze gehele stack onder één paraplu.

ManageOne is in Europa vooralsnog bij 2K Telekom in gebruik. Dit is een Roemeense aanbieder van telekom-services die zijn dienstenpakket heeft uitgebreid met cloud-diensten. Hierbij maakt men gebruik van prefab datacentermodules van Huawei die compleet met ManageOne ‘aan boord’ worden geleverd. In China wordt het platform al enige tijd gebruikt. Onder andere door China Mobile dat in zijn datacenters streeft naar een zogeheten provisioning-tijd van 30 minuten. Dit wil zeggen, dat binnen een half uur een verzoek van de business voor nieuwe of extra verwerkingscapaciteit beschikbaar moet zijn. Dat is natuurlijk niet alleen een IT-vraagstuk, maar wil bijvoorbeeld ook zeggen dat China Mobile precies moet weten waar ruimte beschikbaar is in zalen of racks of waar stroom beschikbaar is. Maar bijvoorbeeld ook waar op dat moment onderhoud wordt gepleegd en dus even geen mogelijkheid is om apparatuur te plaatsen, ook al is daar wellicht volop ruimte in racks. Anders gezegd: het beschikbaar stellen van nieuwe ITcapaciteit aan de business is niet enkel en alleen een kwestie van voldoende IT-hardware beschikbaar hebben, maar natuurlijk ook zorgen dat altijd een actueel inzicht bestaat in de facilitaire infrastructuur. ■

37


Onderhoud en permanente ondersteuning dringend gewenst

Kiezen juiste beheerder kritische infrastructuur is vaak niet eenvoudig er lijkt geen einde te komen aan de groei van datacenters. voor de datacenterbranche zijn dit dan ook spannende tijden. de groei wordt gedreven door een groot aantal factoren zoals sociale media, openbare en private cloudopslag en streaming content. al die data moet ergens worden opgeslagen in een datacenter. maar hoe kiezen we de juiste beheerder van de technische infrastructuur van dit datacenter?

dcw november | beheer

Het is echter niet alleen de absolute groei in omvang die van invloed is op deze branche. De aard van de vraag verandert snel doordat het gebruik van datacenters steeds gevarieerder wordt. Deze gebruiksmodellen zijn van invloed op alle aspecten van een datacenter. Denk aan locatie,

38

omvang, capaciteit, connectiviteit, veiligheid, mate van flexibiliteit en dergelijke. Datacenters zijn niet langer uitsluitend gevestigd in de belangrijkste colocatiecentra Amsterdam, London, Paris en Frankfurt. In plaats daarvan zoeken organisaties naar vestigingsmogelijkheden in alle

delen van de wereld en in elke kleine stad. De redenen hiervoor zijn de mogelijkheden om gebruik te maken van goedkope energie en koeling of om in de buurt van de eindgebruikers te blijven in verband met connectiviteit, capaciteit, veiligheid of regelgeving. Als antwoord op deze groeiende diversiteit heeft ICTroom de reeks gestandaardiseerde datacenter-modules - IMD geheten - uitgebreid naar footprints van kleine 50 kW-modules tot en met 1 MW of meer. Deze komen tegemoet aan de brede reeks van gebruiksmodellen voor verschillende soorten ondernemingen.

datacenters en onderhoud

Terwijl we allemaal enthousiast worden over het creĂŤren van nieuwe omgevingen om aan deze groei en de veranderende vraag tegemoet te komen, is er een ander kritiek punt dat vaak over het hoofd wordt gezien. Dat is onderhoud en beheer. Onderhoud is alles dat nodig is om


Vanzelfsprekend hebben datacenters goed onderhoud nodig. Tegenwoordig is elke zakelijke activiteit een digitale activiteit en men vertrouwt erop dat data en toepassingen 100% van

de tijd beschikbaar zijn. Storingen in datacenters hebben catastrofale gevolgen en het is ontnuchterend om te zien dat het grootste deel van de storingen niet wordt veroorzaakt door storingen aan de apparatuur maar door het veronachtzamen van preventief onderhoud of door menselijke fouten. Het is duidelijk dat aandacht voor detail en het in acht nemen van de processen een startpunt is voor een goed onderhouden datacenter.

vereisten

De eerste prioriteit is het beheren en het beperken van risico's. Risico's bestaan in vele gedaanten: stroomstoringen, inbreuken op de veiligheid, gegevensverlies of inkomstenderving. Datacenters kunnen een gevaarlijke omgeving vormen - levensgevaar voor mensen, brand, overstromingen en verlies van investeringen staan allemaal hoog op de risicoagenda. De maatregelen voor onderhoud en ondersteu-

ning moeten worden afgezet tegen de manier waarop deze in staat zijn om al deze risico's te vermijden. Het beginpunt is een grondige audit waarbij zowel de technische als de operationele karakteristieken van de locatie: van SPOF (Single Point of Failure) en discrimination tests tot en met PPM (Planned Preventative Maintenance) en beheerprocedures zoals beveiliging en toegangscontrole worden beoordeeld.

operationele kosten

Ten tweede willen de eigenaren van datacenters werken tegen de laagst mogelijke operationele kosten zonder dat het risicobeheer of de servicekwaliteit van de faciliteit in het gedrang komt. Er zijn verschillende manieren waarop de ondersteunende partner kan bijdragen aan het realiseren van deze doelstelling. Bijvoorbeeld door een inschatting te maken van de technische efficiĂŤntie van de locatie. De aandacht gaat meestal uit naar de koeling en de luchtstromen.

dcw november | beheer

de continuĂŻteit van een datacenter te waarborgen volgens de originele ontwerpspecificaties. Bedenk hierbij dat de meeste faciliteiten zijn ontworpen voor een levensduur van 10 tot 15 jaar als het gaat om de mechanische en elektrische en elektronische apparatuur en zelfs langer voor de gebouwen zelf. Het is misschien ironisch dat de faciliteit wordt geacht om nog jarenlang continu te blijven functioneren, terwijl door een modulaire benadering binnen een paar weken de gevraagde capaciteit kan worden geleverd. Denk er ook aan dat de kosten voor het opzetten van een datacenter in het niet vallen in vergelijking tot de kosten voor onderhoud en exploitatie van een datacenter tijdens de volledige levensduur.

39


e 10 punten checklist or een ondersteunende partner

dcw november | beheer

De verbetering van de efficiëntie omvat de implementatie van beheersing en het aanpassen van de instellingen om een groter bereik van bedrijfstemperaturen mogelijk te maken. Ook mogelijk is het verplaatsen van de IT-apparatuur en de vloertegels om de luchtstroom te richten op de plaats waar deze nodig is. De derde kernprioriteit is het maximaliseren van het gebruik

40

van de investeringen die op de locatie aanwezig zijn. Zowel wat betreft het dagelijks bedrijf als de totale levensduur. De ondersteunende partner speelt opnieuw een grote rol bij het realiseren van deze doelstelling. Vanzelfsprekend zal regelmatig onderhoud de levensduur van elke investering verlengen en regelmatige inspectie kan een grote systeemstoring voorkomen door (bijvoorbeeld) een oververhit onderdeel vroegtijdig te herkennen en te vervangen.

bewaking en controle

Een vitaal onderdeel bij dit alles is het bewakings- en controlesysteem dat is geïmplementeerd. De meeste nieuwe installaties zijn al uitgerust met een modern BMS (Building Management Systems) of zijn geïntegreerd in een bredere DCIM (Data Centre Infrastructure Management) omgeving die elk in staat zijn om

eindgebruikers en managed service providers omvangrijke datacenters in stand houden, waar de kroonjuwelen van hun IT in zijn ondergebracht. We kunnen er zeker van zijn dat er in het overgrote deel van deze 100.000 faciliteiten geen goede bewakingstools aanwezig zijn. Nog ernstiger is dat in de meeste gevallen - zelfs als er tools en sensoren zijn geïmplementeerd -

up-to-date en realtime-informatie te leveren over energiegebruik, temperatuur, vochtigheid en dergelijke. Maar bij oudere installaties is de situatie minder rooskleurig. Gartner schat dat er meer dan 100.000 datacenters en computerruimten alleen al in de EMEA-regio bestaan. Hoewel enkele minder waardevolle of algemene belastingen na verloop van tijd naar de cloud zullen verhuizen, zullen de meeste organisaties voor

de meeste organisaties niet de vereiste kennis in huis hebben om de waarschuwingen in de gaten te houden en correct te interpreteren. Afgezien van de megagrote datacenters met eigen gespecialiseerde medewerkers worden de meeste middelgrote en kleine datacenters beheerd door algemeen opgeleide medewerkers die op de locatie aanwezig zijn. Zij worden hooguit ondersteund door inflexibele en in veel gevallen overjarige servicecontracten. Dit alles zorgt


ervoor dat de drie hierboven genoemde topprioriteiten bijzonder moeilijk haalbaar zijn.

Service & Maintenance Care Packages

wat bepaalt kwaliteit?

Wanneer we ervan uitgaan dat de meeste organisaties zich niet kunnen veroorloven om fulltime, 24/7 datacenter experts in dienst te nemen en zelfs de grote datacenter operators die dat wel kunnen liever zouden zien dat die medewerkers aan andere IT-gerelateerde taken werken dan aan onderhoud en ondersteuning, is de volgende logische stap om een partner te zoeken die de volledige verantwoordelijkheid voor het onderhoud en in sommige gevallen de operationele taken voor het datacenter op zich kan nemen. Het moet boven alles een partnerschap zijn. De partner moet in staat zijn om met dezelfde prioriteiten te opereren als de eigenaar van het datacenter en moet bereid zijn om te worden afgerekend op dezelfde drie gebieden van risicobeperking, efficiëntie en gebruikmaking van investeringen.

monitoring op afstand

DCIM-tools zijn nog niet volledig in staat om de belofte van geïntegreerde mechanismen waar te maken voor de naadloze integratie en beheer van de infrastructuur van de faciliteit en de IT binnen het datacenter. Dit is in het bijzonder het geval in bestaande omgevingen waar de uitdagingen voor implementatie van DCIM achteraf in een bestaande operationele - en vaak chaotische - omgeving duidelijk maakt dat DCIM echt is gericht op nieuwe implementaties. Er zijn echter enkele belangrijke stappen gezet om delen van deze tools te integreren, in het bijzonder om de mogelijkheid van monitoring op afstand mogelijk te maken. ICTroom heeft een aantal eenvoudige servicepakketten samengesteld om aan deze onderhoudseisen tegemoet te komen (zie figuur 1). Met deze servicepakketten kunnen wij 'ja' zeggen op elk van de onderwerpen in de checklist. Bovendien is de mogelijkheid voor monitoring op afstand, die integraal in deze servicepakketten is opgenomen, ontwikkeld met het oog op sensoren die in de belangrijke componenten van het datacenter van de klant worden geïmplementeerd na een eerste benchmark audit. Deze worden vervolgens teruggekoppeld naar de 24/7 datacenterexperts van ICTroom waardoor realtime ondersteuning op afstand kan worden geboden. Deze service kan indien gewenst onafhankelijk van een serviceovereenkomst worden geboden en vanzelfsprekend in

CP1

Cover

CP2

CP3

Option

Option

8H

4H

Business hours 24x7

Maximum intervention

NBD

Materials included SLA and TTR

Option

Monitoring

Option

Option

Figuur 1. De servicepakketten van ICTroom

bestaande omgevingen worden geïmplementeerd, ook wanneer deze niet door ICTroom zijn gebouwd.

samenvatting

Onderhoud en permanente ondersteuning is misschien niet het meest aantrekkelijke onderwerp in het datacenter in vergelijking met de aandacht voor het uitrollen van nieuwe capaciteiten om tegemoet te komen aan de nieuwe en gevarieerde eisen van het digitale tijdperk. De nieuwe locatie zal echter snel deel gaan uitmaken van de bestaande operationele datacenter infrastructuur en zal worden blootgesteld aan

dezelfde uitdagingen op het gebied van beschikbaarheid, risicobeperking, de verbetering van efficiëntie en het gebruik van de investeringen maximaliseren. De keuze voor de juiste servicepartner om dit te realiseren is een kritieke beslissing voor zowel nieuwe als bestaande datacentercapaciteiten. . ■

advertentie

rené vennik manager service bij ictroom


PURE LIVE: IT ROOM INFRA November, 17th, Den Bosch 1931 Congrescentrum Brabanthallen · Booth 43 www.itroominfra.nl Registrate for free ticket Invitation code: ITR7912

PURE : CABLING IN ITS PUREST FORM

No more contamination of fiber-optic connections in data center cabling Rosenberger OSI PreCONNECT® PURE eliminates the origin of performance-limiting contamination in IT cabling thanks to top-quality optical contacts integrated in the connectors, combined with an innovative interface design. Make sure you have maximum data rates on a continuous basis – and save time and money in installation. PURE: Cabling in its purest form.

www.rosenberger-osi.com/pure

42 |


visie

Erik Jan van Vuuren Microsoft onderzoek

IT en FM door ĂŠĂŠn deur special it room infra 2015

17 november 1931 Congrescentrum, Den Bosch

plattegrond exposanten zaalindeling programma

dcw november 2015

in samenwerking met:

advancing information transport system


Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek Plattegrond Exposanten Zaalindeling

Programma in het kort Plenaire sessie Ochtend

Track 1 Bouwen & Beveiligen

Track 2 Monitoren & Managen

Track 3

Erik Jan van Vuuren over Microsoft’s datacenterstrategie:

‘Tijd van hardwarematige redundantie is echt voorbij’

Koeling, Power & Connectiviteit

de hyper-scale datacenters die grote web-bedrijven als apple, google en microsoft

Track 4

momenteel bouwen, geven een interessant beeld van de toekomst. ze zijn extreem

IT/Cloud Transitie

Track 5

gestandaardiseerd en regelen nagenoeg alles via software. voorbij zijn daarmee

Datacenter technologie

ook de tijden dat ieder datacenter op hardwarematige wijze in zijn eigen

Plenaire sessie

redundantie voorzag. “we kennen in onze datacenters nu nog wel voorzieningen

Middag

als ups-systemen”, zo stelt erik jan van vuuren (azure lead bij microsoft nederland), “maar die gaan de komende jaren ongetwijfeld verdwijnen.” van vuuren verzorgt een van de keynote-presentaties tijdens de it room infra. Iedereen kent inmiddels wel de trends die de bouw van enorme datacenters noodzakelijk hebben gemaakt. Denk aan online gaming, de snelle groei van het gebruik van cloud-applicaties en online video. En dan moet het Internet of Things eigenlijk nog op gang komen. Een groeiend aantal aanbieders bouwt daarom hele series datacenters die dit soort applicaties ondersteunen. Wie echter tientallen datacenters bouwt, gaat ook goed kijken naar de werkwijze die hierbij het beste gevolgd kan worden. Klassieke ontwerp- en bouwmethoden kennen immers belangrijke nadelen. Het kost veel tijd, er worden vaak per datacenter specifieke ontwerpen gebruikt en het beheer van de opgeleverde faciliteiten vergt relatief veel mankracht. Dat is duur en maakt de kans op fouten onnodig groot.

optimaliseren

Het moet dus anders. “Aanbieders als Microsoft investeren de laatste jaren dan ook veel geld in het optimaliseren van het ontwerp en de uitrol van datacenters.Traditionele datacenters hebben minimaal een SLA van 99.999%, zo ook de Microsoft datacenters. Het belang van de 5 negens wordt echter steeds minder, doordat redundantie in de software wordt gebouwd en toepassingen gebruik maken van multidatacenter oplossingen,” vertelt Erik Jan van Vuuren. Hij is Azure Lead bij Microsoft in Nederland en staat daardoor heel dicht bij de dienstverlening die het concern zijn klanten vanuit de cloud aanbiedt. “We zien dat die investeringen geleid hebben tot een aantal generaties van datacenters met een aantal opmerkelijke ontwikkelingen.

Traditionele datacenters - wij spreken intern vaak van generatie 2 - kenden een beschikbaarheid van 99,999%. Dat was vastgelegd in een SLA (service level agreement). Die beschikbaarheid werd fysiek geregeld door een N+2-architectuur toe te passen. Alle belangrijke componenten en installaties werden hierbij dus dubbel uitgevoerd. Hierdoor konden we een Tier 3- of Tier 4-classificatie realiseren. Bij generatie 3 zien we dat een datacenter al enigszins een commodity begint te worden. Er wordt gewerkt met gestandaardiseerde modules waardoor als het ware een datacenter-in-a-box ontstond. Het grote voordeel was schaalbaarheid. Door simpelweg containers bij te plaatsen, konden we heel snel extra capaciteit beschikbaar maken. Hierbij dachten we echter nog steeds in termen van da-


tacentercapaciteit. En dat klopt natuurlijk niet. Want het product dat wij onze gebruikers aanbieden, is niet zozeer een datacenter, maar juist een service. Denk aan Office 365, maar ook aan online gaming of een SaaS-applicatie die via Microsoft Azure wordt geleverd.”

geo-redundancy

Bij generatie 4 draait het om een aanpak die Van Vuuren ‘service geo-redundancy’ noemt. “We zijn heel anders naar redundantie gaan kijken. Twee dingen vallen hierbij op. Allereerst is het fenomeen ‘datacenter' nu een commodity geworden. We denken in groepen of clusters van datacenters - binnen Microsoft noemen we dat datacenter-regio’s - die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor het beschikbaar zijn van een service in een bepaalde geografische regio. Deze datacenters zijn softwarematig aan elkaar gekoppeld. Dit betekent dat de beschikbaarheid van een individueel datacenter ineens minder belangrijk is geworden.Vandaar dat de SLA’s waarmee we werken uit gaan van een gewenste beschikbaarheid die is gezakt van 5x9 naar 3x9 ofwel 99,9%. Een datacenter-regio bestaat bij Microsoft uit 16 datacenters. Een storing in één datacenter is natuurlijk nog steeds vervelend, maar doordat een groep van 16 datacenters heel nauw samenwerkt wordt de impact van zo’n storing op de totaal beschikbare capaciteit door de andere datacenters opgevangen. Anders gezegd: een storing in één datacenter zal geen invloed hebben op de beschikbaarheid of de prestaties van de service.”

Figuur 1. De snelle verbetering van de PUE binnen Microsoft’s datacenters.

software-defined datacenter

Storingen worden dus binnen een groep van datacenters opgevangen en niet langer binnen iedere individuele faciliteit. Van Vuuren: “Nu zien we nog dat veel Microsoft-datacenters voorzien zijn van bijvoorbeeld eigen UPSsystemen. Er komt nu echter een volgende generatie aan - en dat is de tweede belangrijke ontwikkeling die ik wil aanstippen - waarbij dit niet langer noodzakelijk is. Alle redundantie wordt straks softwarematig geregeld. Noem het maar het software-defined datacenter. Of misschien nog wel beter: software-defined datacenter-regio's of -clusters.” Maar ook binnen individuele datacenters zien we belangrijke ontwikkelingen. Uit kostenoverwegingen, maar ook om een eenvoudige fail-over van een workload of applicatie van het ene datacenter naar het andere mogelijk te maken, is een verregaande standaardisatie ont-

staan. Gezien de enorme investeringen die nodig zijn om voldoende capaciteit op te bouwen, wordt het ontwerp almaar verder aangepast. De kosten voor het aanschaffen van een datacenter - ze rollen bij Microsoft min of meer kant-en-klaar uit de fabriek - gaan hierdoor omlaag, maar dat geldt ook voor de gebruikskosten. Wie bijvoorbeeld de PUE-waarden ziet van de eerder genoemde datacenter-generaties, ziet dat deze zeer snel omlaag komen (zie figuur 1).Was bij een traditioneel datacenter met een PUE van 2 de ITapparatuur verantwoordelijk voor de helft van het energiegebruik, tegenwoordig ligt de PUE bij Microsoft’s meest recente datacenter-ontwerpen tussen 1.07 en 1,19.

open compute

Van Vuuren: “Dat is het gevolg van drie belangrijke ontwikkelingen. Offline UPS-tech-


wikkelingen als power capping. Dat laatste heeft natuurlijk weer alles te maken met het feit dat wij zeer actief beheer voeren over vraag en aanbod van energie in onze datacenters. Door voor bepaalde services of systemen actief de hoeveelheid energie die we beschikbaar stellen af te toppen, kunnen we besparingen realiseren maar hebben we bovendien op andere plaatsen weer meer energie beschikbaar.” In figuur 2 wordt een beeld geschetst van de manier waarop Microsoft naar het energieverbruik van datacenters kijkt. Figuur 2. De huidige energy supply chain is allesbehalve efficiënt.

nologieën helpen om elektrische verliezen drastisch terug te dringen. We werken daarnaast met veel hogere temperaturen waardoor de kosten voor koeling - grotendeels op basis van vrije koeling - zich richting nul bewegen. En tenslotte passen we virtualisatie toe om de IT-belasting van datacenters te optimaliseren, waarbij we heel actief de vraag naar en de beschikbaarheid van energie beheren.” Microsoft heeft in zijn nieuwste datacenters een situatie bereikt waarbij 71% van de energie die het datacenter gebruikt ook daadwerkelijk ten goede komt aan IT-systemen. Daarmee is het dus ook zaak om de prestaties van de IT-kant van het datacenter verder te verbeteren. Ook hier zien we dat hyper-scale datacenters steeds meer het heft in eigen hand nemen. Standaard servers en storage voldoen niet aan de eisen van dit soort datacenters ten aanzien van kosten per systeem, de beheersinspanningen die nodig zijn, maar ook niet als het gaat om prestaties. Daarom zien we bedrijven als Microsoft intern maar ook gezamenlijk via onder andere organisaties als Open Compute nieuwe ontwerpen bedenken waardoor per eenheid compute meer verwerkingscapaciteit beschikbaar komt en de kosten omlaag gaan.

ver. Daarnaast kijken we heel goed naar de power supplies. Als we die goed afstemmen op de daadwerkelijke behoefte, kunnen we belangrijke besparingen realiseren. Daarnaast zien we tal van ontwikkelingen die bedoeld zijn om de efficiency verder op te voeren. We kiezen bij voorkeur voor componenten met een hoge efficiency. En bijvoorbeeld processoren die een laag energieverbruik kennen. Ook worden de ontwerpen van servers en storage-systemen nadrukkelijk afgestemd op hogere omgevingstemperaturen. Verder optimaliseren we power en koeling per rack of ITPAC (standaard module).”

De komende jaren gaan we ongetwijfeld nieuwe generaties datacenters van Microsoft zien. Hierbij dient in de visie van Microsoft hyperscale ook te leiden tot hyper-efficiency. Een paar van de ontwikkelingen die hierbij toegepast zullen worden, kan Van Vuuren al wel noemen (figuur 3). “Allereerst zullen we veel ontwikkelingen gaan zien ten aanzien van wat wij wel de energy supply chain noemen. Die is nu inefficiënt, waarbij onnodig veel energieverliezen optreden. Wij denken aan het concept van een dataplant, waarbij het opwekken van energie en het produceren van data - zeg maar: de IT-taak van het datacenter - met elkaar geïntegreerd zijn. Dat leidt tot veel minder verliezen - zowel energetisch als financieel - en levert een veel grotere efficiency op.” ■

nieuwe technologieën

“Tenslotte proberen wij optimaal gebruik te maken van nieuwe technologieën. Denk aan flash memory, system-on-a-chip, nieuwe generaties energie-efficiënte CPU-cores en de mogelijkheden die geboden worden door ont-

robbert hoeffnagel hoofdredacteur datacenterworks

minimaliseren

“Binnen Microsoft zien we op dit gebied drie belangrijke ontwikkelingen. Allereerst werken we hard aan het optimaliseren van de configuraties waarmee we werken. Iedere systeemcomponent die niet strikt noodzakelijk is, wordt hierbij verwijderd. We beperken ook heel bewust de grootte per systeem. Dus denk aan het aantal cpu’s, slots en dergelijke per ser-

Figuur 3. Nieuwe ideeën om de energy supply chain te verbeteren zullen tot veel minder energetische verliezen leiden.


Expect More Innovation, Solutions and Scale You expect high quality, performance and dedicated service from CommScope. Get ready to expect even more: more innovation, solutions and sale to help you solve the wired and wireless network challenges around the world.

CommScope has acquired TE Connectivity’s telecom, enterprise and wireless business.

More Innovation Delivered Commscope will deliver more innovative infrastructure solutions for the wireless, enterprise, broadband, telecom and fiber-to-the-x (FTTx) markets.

More Challenges Solved Our expanded portfolio includes more fiber, DAS, data center, in-building communication and broadband access solutions.

More Scale Everywhere CommScope will serve more customers around the world.

CommScope Rietveldenweg 32, 5222 AR ‘s-Hertogenbosch Tel: +31 73624 6211 www.commscope.com/expectmore

© 2015 CommScope, inc. All rights reserved.


Onderzoek Pb7 Research in opdracht van IT Room Infra:

IT en FM door één deur

een gezond datacenter wordt gekenmerkt door rust, reinheid en regelmaat. in het datacenter houden ze namelijk niet van verrassingen. in het datacenter hebben we namelijk een heel helder doel: het realiseren van een optimale uptime zodat de winkel open kan blijven en dat op een kosteneffectieve wijze, veelal met een beperkte carbon footprint. toch voelt dat doel niet voor iedereen hetzelfde.

Uit onderzoek dat Pb7 heeft uitgevoerd ten behoeve van IT Room Infra 2015 en dat wordt gesponsord door Emerson Network Power, blijkt dat de directieleden als ze over het datacenter beslissen zich vooral laten leiden door kosteneffectiviteit. Facilitaire beslissers hebben daar niet zo’n boodschap aan en laten zich vooral door duurzaamheid leiden. En dan zijn er de IT-beslissers die zich juist totaal niet laten leiden door duurzame overwegingen, maar vooral kijken naar continuïteit en standaardisering. In de praktijk zien we dan ook vaak dat de IT en FM (facilities management) gescheiden werelden zijn. Niet meer dan 10% van de respondenten geeft aan dat beide groepen

binnen hun organisatie dezelfde taal spreken en dat terwijl 55% aangeeft dat beide groepen vaak en nauw met elkaar samenwerken. Hoe zorg je er dan voor dat beide groepen op zo’n manier met elkaar samenwerken, dat een gezamenlijk doel bereikt wordt? De meningen zijn daar over verdeeld. Ongeveer de helft, 53%, geeft aan dat er binnen de organisatie de ietwat liberale regel ‘als iedereen zich alleen bezig houdt met waar hij goed in is, is de kwaliteit optimaal’, wordt gehanteerd. Daar staat een groep hiërarchen van 35% tegenover die aangeeft dat IT te allen tijde een strikte controle over het gehele proces moet houden, zodat een en ander eenduidig wordt aangestuurd. En dan blijft er nog een polder-

groepje over die aangeeft dat samenwerking de juiste weg is. Nu hebben we het in het onderzoek niet bij deze constatering gelaten. We zijn op zoek gegaan naar wie er gelijk heeft. En wat blijkt? De liberalen hebben het gelijk aan hun zijde en niet zo’n beetje ook. Waar de hiërarchische datacenters op jaarbasis een downtime van gemiddeld 6,3 uur per jaar laten zien, ligt dat bij het liberale datacenter op 2,6 uur. Ook de oplostijden bij incidenten liggen aanzienlijk lager (1,2 tegenover gemiddeld 1,8 uur). Het laissez-faire principe lijkt op het eerste gezicht de beste manier om de beste kwaliteit te garanderen.


randvoorwaarden

Maar de liberalen zouden geen liberalen zijn, als er niet aan een aantal randvoorwaarden zou moeten worden voldaan om de liberale principes in de praktijk hun werk te laten doen. Laten we eens op een rijtje zetten welke andere factoren een positieve invloed hebben op de prestaties van het datacenter.Voor het gemak kijken we daarbij alleen naar het aspect ongeplande downtime, aangezien de verschillen daar kleiner (hoewel nog steeds zeer significant) zijn. Het eerste wat opvalt, is dat multi-tenant datacenters (professionele aanbieders van serverruimte) gemiddeld genomen aanzienlijk beter presteren dan de in-huis datacenters. Multi-tenant datacenters hebben vaak veel geïnvesteerd in professionele processen en een professionele inrichting en zijn in staat om goed gekwalificeerd technisch personeel aan te treffen. Het gaat hierbij enerzijds om focus en anderzijds om schaal. Als we bijvoorbeeld alleen naar interne (single tenant) datacenters kijken, presteren datacenters met 200 of meer racks aanzienlijk beter dan de datacenters met 5 tot 200 racks. De grote interne datacenters en serverruimtes presteren aanmerkelijk beter dan de kleinere, maar blijven desondanks een flink stuk achter bij multi-tenant datacenters. Schaal helpt, maar professionalisering is beter. Maar aan welke kenmerken moet een professioneel proces voldoen? We willen hier niet al te diep op ingaan, maar wel op een rij zetten welke elementen we in de benchmark terugvonden. Allereerst is ‘meten is weten’ een belangrijk uitgangspunt. Datacenters zonder DCIM-oplossing ervaren drie keer zoveel ongeplande downtime en hebben te maken met langere oplostijden. Dit besef lijkt goed doorgedrongen te zijn tot de meeste datacenters. Waar nu 37% zegt gebruik te maken van DCIM, is 24% zich er op aan het oriënteren. De meeste, maar

lang niet alle, datacenters (44%) zeggen dat ze vooral in DCIM investeren om meer grip te krijgen op het geheel van de datacenteroperaties. Grip is dan ook een cruciaal punt. Het minimaliseren van de ongeplande downtime is immers geen sportieve prestatie, maar heeft een steeds grotere impact op het reilen en zeilen van de organisatie als geheel. Het werk valt grotendeels stil als het datacenter op zijn gat gaat. Niet vreemd dat binnen veel organisaties IT de neiging heeft om de touwtjes in het datacenter strakker aan te trekken. Als dat doorschiet, blijken de prestaties er juist onder te gaan lijden: daar waar vaak en nauw wordt samengewerkt, blijven de prestaties achter. En ook daar waar IT de hele keten probeert te beheersen, blijven de prestaties achter. Zelfs een duidelijk gezamenlijk doel blijkt geen garanties te bieden. De prestaties worden het best geborgd als er een duidelijke verdeling is van taken en verantwoordelijkheden. Als iedereen weet wat hij/zij moet doen en wat aan een ander over te laten, blijkt de downtime het kleinst.

Een continu streven naar kwaliteitsverbetering levert daarbij een belangrijke bijdrage. Er worden wel eens vraagtekens gezet bij het verzamelen van certificeringen: gaat het bij certificering vooral om de bühne, of helpt het daadwerkelijk om de prestaties te verbeteren? Hoewel certificaten geen garanties bieden en het dus belangrijk blijft om kritisch te kijken of het niet nodig is om bepaalde eisen aan te scherpen, presteren datacenters die continu steven naar additionele certificering aanzienlijk beter dan andere datacenters. Certificering mag nooit als een doel op zich worden beschouwd. Het moet een professionele bevestiging zijn van de professionele inspanningen die in een datacenter worden gedaan om de hoogst mogelijke kwaliteit te leveren.

Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek Plattegrond

één deur?

Exposanten

Het is wellicht een open deur, maar bedrijven die over professionele medewerkers, professionele technologische hulpmiddelen (DCIM) en een professioneel proces beschikken, presteren veruit het beste. Maar hoe moeten we in dat licht kijken naar de verschillende werelden van IT en FM? Het onderzoek wijst hierbij een duidelijke kant op: een strakke, hiërarchische controle leidt daarbij niet tot de gewenste resultaten. Het is belangrijk om een gezamenlijk doel na te streven, maar het is nog veel belangrijker dat iedereen te allen tijde precies weet wat hij/zij moet doen. Als iedereen ook over dezelfde data beschikt, zorgt dat er ook voor dat iedereen het juiste doet. En als IT en FM dus de lunch hardnekkig vanaf een verschillend tafeltje tot zich blijven nemen: laat ze maar lekker gaan.. ■ peter vermeulen directeur pb7 research

Zaalindeling

Programma in het kort Plenaire sessie Ochtend

Track 1 Bouwen & Beveiligen

Track 2 Monitoren & Managen

Track 3 Koeling, Power & Connectiviteit

Track 4 IT/Cloud Transitie

Track 5 Datacenter technologie

Plenaire sessie Middag


Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek

Plattegrond

Plattegrond

62

44

43

49 53

37

Track 1

59

50 54

Ochtend

51 55

38

Plenaire sessie

60

52 56

61

39

Programma in het kort

41

40

Zaalindeling

42

Exposanten

48 47

Track 3

19

Track 5

30

22

27 26

Zaal 2

21 20

28

17 16

10 9

1

2

3

Entree

4

5

Zaal 3

24

7 6

Zaal 4

25

8

Zaal 5

11

29

12

Middag

18

13

Plenaire sessie

31

14

Datacenter technologie

23

IT/Cloud Transitie

32

15 33

Track 4

Datacenter CafĂŠ

34

Koeling, Power & Connectiviteit

Zaal 1

46 35

Monitoren & Managen

45

Track 2

57

36

58

Bouwen & Beveiligen


Exposanten Bedrijfsnamen

21

Remtech

43

Rosenberger OSI

22

Denco Happel

44

The UPS Factory

Simac Electronics

45

ATEN Infotech

1

Great Lakes Hungary

23

2

Pon Power

24

ABB

46

Molex Premise Networks

3

ICTroom

25

Compose Network Connections

47

Commscope

4

APAC

26

T&M Systems

48

Minkels

5

GNB Industrial Power

27

Intronics

49

Metz Connect

6

Socomec

28

Fortop

50

Hi-Safe Systems

7

Interconnect

29

Heynen

51

HellermannTyton

8

Kemper en van Twist

30

Schleifenbauer

52

GeoComfort

9

Datwyler Cables

31

Vijfhart IT-Opleidingen

53

Schaefer IT Systems

10

KSB Nederland

32

Siemens Nederland

54

Strukton Worksphere

11

Koning en Hartman

33

Prysmian

55

Eaton

12

Raritan

34

Beveco

56

Alteco

13

Air@work

35

AEG Power Solutions

57

Mulder-Hardenberg

14

Nexans Cabling Solutions

36

Protec Brandbeveiliging

58

Croon Elektrotechniek

15

Emerson Network Power

37

Condair

59

Cable Concepts Center

16

Rittal

38

Elinex Power Solutions

60

Siemon - Forehand

17

Perf-it

39

Comstor

61

ATAL

18

Reichle & De-Massari

40

Busbar Systems Benelux

62

Conteg

19

OEC Power Solutions

41

Heras

20

Stulz

42

SPIE

Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek Plattegrond Exposanten Zaalindeling

Zaalindeling

Programma in het kort

Keynotes

Plenaire sessie

Pb7 Research

Zaal 1

Microsoft Nederland

Zaal 1

bouwen & beveiligen

Ochtend

monitoren & managen

Track 1

koeling, power & connectiviteit

Bouwen & Beveiligen

Zentrys

Zaal 2

AlphaCloud en Perf-IT

Zaal 3

Forehand Network Components & Devices

Zaal 4

Hoffmann Bedrijfsrecherche

Zaal 2

Croon Elektrotechniek

Zaal 1

Molex Premise Networks

Zaal 4

Remtech Nederland

Zaal 2

Socomec

Zaal 3

Apac

Zaal 1

Strukton Worksphere

Zaal 2

Commscope

Zaal 3

Minkels

Zaal 4

Protec Brandbeveiliging

Zaal 2

Reichle & De-Massari

Zaal 3

Air@Work

Zaal 4

Track 3

Siemens

Zaal 2

Trinseo namens ABB

Zaal 3

Elinex Power Solutions en GNB

Zaal 4

Koeling, Power &

it/cloud transitie

datacenter technologie

Track 2 Monitoren & Managen

Connectiviteit

Interconnect

Zaal 1

Emerson Network Power

Zaal 5

EMC

Zaal 5

Simac Electronics

Zaal 3

Allot Communications namens Heijnen

Zaal 5

SimpliVity namens Comstor

Zaal 4

SPIE ICS

Zaal 5

Certios

Zaal 1

Meinberg namens T&M Systems

Zaal 5

Alticom

Zaal 1

Koenen & Co

Zaal 5

KPN

Zaal 1

Track 4 IT/Cloud Transitie

Track 5 Datacenter technologie

Plenaire sessie Middag

  |51


Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek

Programma in het kort 9.30-10.00

Plattegrond Exposanten Zaalindeling

Programma in het kort Plenaire sessie

10.00-10.25

presentatie resultaten onderzoek ‘verticale integratie in het datacenter; it en facilitair management door een deur’ bouwen & beveiligen

monitoren & Managen

koeling, power & connectiviteit

it/cloud transitie

datacenter technologie

Informatiebeveiliging voor de facilitair manager

Praktijkcase - ervaringen van alphacloud met DCIM

Wat zijn de gevolgen van converged-IT voor uw MER/SER-omgeving?

De toekomst van uw IT-infrastructuur: zelf doen of uitbesteden?

Zijn prefab-datacenters ook geschikt voor u?

10.25-11.15

Pauze

11.15-11.40

Hoe veilig is uw data?

BIM + DCIM = optimaal ontwerpen, bouwen en beheren (+ een gunstige TCO)

Koper- en glasvezelbekabeling: is uw netwerk klaar voor de toekomst?

Hoe gaat de transitie naar de cloud?

Introductie van een nieuw type infrastructuur voor colocatie datacenters

11.45-12.10

Tijdens de verbouwing is het datacenter gewoon open

Verbeter continu uw energieprestatie met behulp van ISO 50001

Hoe kan ik de restwarmte van datacenters hergebruiken?

Hoe krijgt u grip op de prestaties van uw cloudapplicaties?

Hyperconvergence gaat het datacenter opnieuw vormgeven

Ochtend

Track 1 Bouwen & Beveiligen

Track 2 Monitoren & Managen

12.10-13.30

Track 3

13.30-13.55

Hoe modificeert u op verantwoorde wijze technische installaties in uw datacenter?

Praktijkcase - physical layer management (PLM) voor het datacenter

Hoe houdt u uw datacenterinfrastructuur up-todate?

Cloud vraagt om een ander type datacenter manager en IT manager

Voor- en nadelen van de hogere temperaturen die ASHRAE adviseert

14.00-14.25

Blussen moet je niet willen

Ook u kunt uw datacenter besturen met een app - maar moet u dat wel willen?

Renoveren van een datacenterkoeling loont

(Tijd)synchronisatie van applicaties bij gebruik van cloud en hosting

Integratie van energieefficiënte datacenters en smart cities

Praktijkcase - breng technologie, ervaring en expertise van de procesindustrie naar de datacenterindustrie

Hoe verhoogt u de betrouwbaarheid en beschikbaarheid binnen uw datacenter?

Praktijkcase - de ervaringen van Koenen & Co met de transitie naar de cloud

Praktijkcase - kan dat in Nederland: een Tier IV en bovendien CO2-negatief datacenter?

Koeling, Power & Connectiviteit

Track 4 IT/Cloud Transitie

Pauze

Track 5 Datacenter technologie

14.25-15.15

Plenaire sessie

15.15-15.40

Datacenters hebben behoefte aan beter cameratoezicht

15.45-16.15

De ontwikkeling van hyper scale datacenter capaciteit het fundament van Microsoft Cloud

Middag

16.15-17.30

Pauze

Borrel

www.abb.com

www.beveco.nl

www.croon.nl

www.4top.nl

www.aegps.com

www.busbar.nl

www.cabling.datwyler.com

www.geocomfort.nl

www.airatwork.nl

www.3c-nl.com

www.dencohappel.com

www.exide.com

www.alteco.nl

www.compose.nl

www.draka.nl

www.werackyourworld.com

www.apac.nl

www.atal.nl

www.aten.eu

www.nl.comstor.com

www.condair.nl

www.conteg.com

www.eaton.nl/nederland

www.heynen.com

www.elinex.nl

www.hellermanntyton.nl

www.emersonnetworkpower.nl

www.heras.nl


Pleinare sessie 9.30-10.00

ochtend

presentatie resultaten onderzoek ‘verticale integratie in het datacenter; it en facilitair management door een deur’ Goede samenwerking tussen IT-mensen en facilitair medewerkers is van cruciaal belang voor een succesvol datacenter-project. Op verzoek van IT Room Infra onderzocht Pb7 Research hoe u deze samenwerking kunt verbeteren. Ook geven de resultaten van dit onderzoek u inzicht in de vraag wie nu precies beslist over welke datacenterinvesteringen. Peter Vermeulen, Pb7 Research

Track 1: Bouwen & Beveiligen

ochtend

10.00-10.25

informatiebeveiliging voor de facilitair manager Informatiebeveiliging is meer dan een firewall of antivirustoepassing. Naast toegang tot data zijn efficiency, effectiviteit, beschikbaarheid, exclusiviteit en integriteit belangrijke begrippen. Aan de hand van enkele praktische voorbeelden wordt duidelijk gemaakt hoe u dit met behulp van risicomanagement efficiënt kunt aanpakken. Erik van Egmond, Zentrys

11.15-11.40

hoe veilig is uw data? Fysieke beveiliging (voorkomen van ongewenste bezoekers) en IT-security (voorkomen van cybercriminaliteit) lopen steeds vaker in elkaar over. Technische hulpmiddelen kunnen hier prima helpen, maar de mens blijft de zwakste schakel. Waar zitten die zwakke plekken en wat kunt u daar tegen doen? Gert Huisman, Hoffmann Bedrijfsrecherche

11.45-12.10

tijdens de verbouwing is het datacenter gewoon open Ook datacenters moeten vroeg of laat verbouwen of renoveren. Hoe selecteert u de juiste bouwpartner hiervoor? Gaat u voor kwaliteit en relatief hoge kosten, of voor de goedkoopste aanbieder? Diverse voorbeelden laten zien hoe het niet moet. Maar u krijgt tijdens deze presentatie ook volop tips hoe u wél de juiste bouwpartner kiest. Bas van Asten, Remtech Nederland middag

13.30-13.55

14.00-14.25

15.15-15.40

hoe modificeert u op verantwoorde wijze technische installaties in uw datacenter? Vervanging of uitbreiding van technische installaties in datacenters levert vaak stevige risico’s op voor zowel de installateur als de opdrachtgever.Voorheen werd niet of nauwelijks rekening gehouden met inspecties, vervangingen of uitbreidingen op basis van NEN 3140. Aan de hand van een praktijkvoorbeeld leert u hoe deze norm kan helpen om de risico’s te beperken. Raymond van den Tempel, Strukton Worksphere blussen moet je niet willen Brandmeldsystemen in computerzalen spelen niet of nauwelijks in op de snelle ontwikkelingen in de IT-sector. In deze lezing leert u tot welke problemen dit kan leiden en reikt de spreker een aantal alternatieve methoden aan die wél zorgen voor een snelle en realistische beveiliging tegen brand. Kees van Toer, Protec Brandbeveiliging datacenters hebben behoefte aan beter cameratoezicht Veel datacenters passen cameratoezicht toe. De kwaliteit van de beelden - en daarmee de bruikbaarheid - valt echter vaak tegen. Hoe kunt u komen tot een goede kwaliteit en hoe kan dit objectief worden beschreven en gecontroleerd? U maakt tevens kennis met de richtlijnen op het gebied van cameratoezicht. Johan de Wit, Siemens

Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek Plattegrond Exposanten Zaalindeling

Programma in het kort Plenaire sessie Ochtend

Track 1 Bouwen & Beveiligen

Track 2 Monitoren & Managen

Track 3 Koeling, Power & Connectiviteit

Track 4 IT/Cloud Transitie

Track 5 Datacenter technologie

Plenaire sessie Middag


Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek

Track 2: Monitoren & Managen 10.00-10.25

praktijkcase - ervaringen van alphacloud met dcim Dat monitoring nog in de kinderschoenen staat, blijkt wel uit de vele definities van DCIM.Vaak wordt monitoren gezien als kostenpost, zonder dat goed wordt nagedacht over de drijfveren achter DCIM. In deze praktijkcase leert u hoe AlphaCloud door het gebruik van DCIM de efficiÍntie heeft verbeterd, het aantal FTE’s heeft kunnen terugdringen en kostenbesparingen wist te realiseren. Aernout DeBeurme, AlphaCloud en Rene de Theije, Perf-IT

11.15-11.40

bim + dcim = optimaal ontwerpen, bouwen en beheren (+ een gunstige tco) De combinatie van BIM en DCIM is voor datacenters ideaal. Door de BIM en de DCIM data uitwisselbaar en beschikbaar te maken kan zowel tijdens ontwerp als operatie de functionaliteit van beide systemen benut worden. Hierdoor kan het ontwerp maximaal afgestemd zijn op de operatie en kunnen aanpassingen worden ontworpen en uitgevoerd in volledige afstemming met de operatie. Is dit nu al mogelijk? Leo van Ruijven, Croon Elektrotechniek B.V.

11.45-12.10

verbeter continu uw energieprestatie met behulp van iso 50001 Een ISO 50001 gecertificeerd energiemanagementsysteem voor uw datacenter helpt niet alleen uw energiegebruik en uw carbon footprint te verlagen, het is ook een effectief middel om uw kosten te verlagen. Bovendien voldoet u ook nog eens op het gebied van energie en milieu volledig aan alle wettelijke eisen. Dennis Klein, Socomec

Plattegrond Exposanten Zaalindeling

Programma in het kort Plenaire sessie Ochtend

Track 1 Bouwen & Beveiligen

ochtend

Track 2 Monitoren & Managen

middag

Track 3 Koeling, Power & Connectiviteit

13.30-13.55

praktijkcase - physical layer management (plm) voor het datacenter Case study waarbij een datacenter eigenaar door het toepassen van real-time monitoring (directe inzage/zicht) van de fysiekelaag (bekabelings-infrastructuur) zowel de operationele kosten en de interventietijd (reactietijd) sterk verlaagd heeft.Verder wordt er ingegaan op de definitie van PLM, toelichting bij de huidige ontwikkelingen en de belangrijkste stappen bij een succesvolle implementatie van de hardware en software elementen van een PLM systeem. Rudy Musschebroeck, CommScope

14.00-14.25

ook u kunt uw datacenter besturen met een app - maar moet u dat wel willen? Het moderne datacenter kunt u zonder problemen op afstand beheren en besturen. Iedere aanbieder ontwikkelt inmiddels apps voor gebruik op smartphones of tablets. Erg handig voor de beheerder, maar ook risicovol als u nadenkt over de gevolgen van misbruik of een inbraak. Frans van Westen, Reichle & De-Massari

Track 4 IT/Cloud Transitie

Track 5 Datacenter technologie

Plenaire sessie Middag

www.abb.com

15.15-15.40 www.beveco.nl

www.croon.nl

www.4top.nl

www.hisafe.nl

www.metz-connect.com/nl

www.aegps.com

www.airatwork.nl

www.alteco.nl

www.apac.nl

www.atal.nl

www.aten.eu

praktijkcase - breng technologie, ervaring en expertise van de procesindustrie naar de datacenterindustrie Net als bij datacenters gaat het in de procesindustrie betrouwbaarheid, beschikbaarwww.busbar.nl www.3c-nl.com www.compose.nl vooral om www.nl.comstor.com www.condair.nl www.conteg.com heid en onderhoudbaarheid. Een expert uit de procesindustrie laat u zien hoe zij tot een veilige en optimale bedrijfsvoering komen en welke rol monitoring- en controlsystemen hierbij spelen. Joop Peeters, Trinseo namens ABB www.cabling.datwyler.com

www.geocomfort.nl

www.ictroom.com

www.minkels.com

www.dencohappel.com

www.exide.com

www.interconnect.nl

www.molexpn.com

www.draka.nl

www.werackyourworld.com

www.intronics.nl

www.mulder-hardenberg.com/nl

www.eaton.nl/nederland

www.heynen.com

www.KoningenHartman.com

www.nexans.nl/lansystems

www.elinex.nl

www.hellermanntyton.nl

www.ksb.com/ksb-nl

www.oec.nu

www.emersonnetworkpower.nl

www.heras.nl

www.kvt.nl

www.perf-it.eu


Track 3: Koeling, Power & Connectiviteit

ochtend

10.00-10.25

wat zijn de gevolgen van converged-it voor uw mer/ser-omgeving? Uw netwerkinfrastructuur wordt steeds intensiever gebruikt. Dit is bijvoorbeeld het gevolg van het snelgroeiende aantal IP-devices, maar ook van Power over Ethernet. De spreker laat zien wat de impact hiervan is op uw SER/MER en uw datacenter-omgeving. Het is daarom van cruciaal belang dat u het juiste type bekabeling kiest en veel aandacht besteedt aan de manier waarop het netwerk wordt aangelegd. Richard Vermeulen, Forehand Network Components & Devices

11.15-11.40

koper- en glasvezelbekabeling: is uw netwerk klaar voor de toekomst? Hoe zorgt u voor een toekomstvast, stabiel en veilig fundament voor uw IT-omgeving? Door de groei van IP-applicaties en PoE-mogelijkheden is het van belang om nu reeds de juiste keuzes te maken in het aantal netwerkaansluitingen, beveiliging en beheer opties zodat beschikbaarheid en continuiteit gewaarborgd blijven. De juiste architectuur vandaag zorgt voor een gezonde IT omgeving die bijdraagt aan de bedrijfsvoering van morgen. Frank van Kessel, Molex Premise Networks

11.45-12.10

hoe kan ik de restwarmte van datacenters hergebruiken? Hergebruik van restwarmte kan een interessante optie zijn voor datacenters die waarde toekennen aan deze restwarmte. Hoe kunt u restwarmte voor gebouw-, proces- of tapwater hergewww.aegps.com www.airatwork.nl www.alteco.nl www.apac.nl www.atal.nl bruiken? En welke systemen zijn hiervoor geschikt? Ook gaat de spreker in op de vraag of hergebruik van restwarmte invloed heeft op de betrouwbaarheid van het datacenter. Martijn Kolk, Apac

www.abb.com

www.beveco.nl

13.30-13.55 www.croon.nl

14.00-14.25 www.4top.nl

www.hisafe.nl

15.15-15.40

www.metz-connect.com/nl

www.busbar.nl

www.3c-nl.com

www.compose.nl

www.nl.comstor.com

www.condair.nl

www.aten.eu

www.conteg.com

middag

hoe houdt u uw datacenterinfrastructuur up-to-date? Alleen een totale integratie van koeling, power en connectiviteit helpt om uw datacenter flexibel enwww.emersonnetworkpower.nl klaar voor de www.eaton.nl/nederland www.elinex.nl www.draka.nl www.cabling.datwyler.com www.dencohappel.com toekomst te maken. Slim investeren in de juiste technologie houdt daarbij de Total Cost of Ownership beheersbaar. De spreker behandelt dit thema aan de hand van een aantal praktijkvoorbeelden. Vincent Liebe, Minkels renoveren van een datacenterkoeling loont Uw datacenter kan geen fractie van een seconde zonder stroom en geen minuut zonder koeling. Continuïteit van koelen is belangrijk. Met een praktijkcase behandelt de spreker het vervangen van een koelwww.heras.nl www.geocomfort.nl www.exide.com www.werackyourworld.com www.heynen.com www.hellermanntyton.nl installatie in een bestaand datacenter. Waarom kozen zij voor vervanging? Hoe kunt u op dezelfde manier de continuïteit van uw datacenter verbeteren en de energie- en onderhoudskosten terugdringen? Arthur Singendonk, Air@Work www.ictroom.com

www.interconnect.nl

www.intronics.nl

www.KoningenHartman.com

www.ksb.com/ksb-nl

www.kvt.nl

hoe verhoogt u de betrouwbaarheid en beschikbaarheid binnen uw datacenter? Een noodstroominstallatie speelt een hoofdrol in het datacenter. Maar hoe houdt u de kosten in de hand en vergroot u tegelijkertijd de betrouwbaarheid? Nieuwe ontwikkelingen, slimmere systemen en een gewww.minkels.com www.molexpn.com www.mulder-hardenberg.com/nl www.nexans.nl/lansystems www.oec.nu www.perf-it.eu automatiseerd proces spelen hier op in voor een zo efficiënt mogelijk beheer. Hoe verhoogt u hiernaast uw bedrijfszekerheid en de levensduur van batterijen middels correct preventief onderhoud? Xander van Rootselaar, Elinex Power Solutions en Kim Corten, GNB

Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek Plattegrond Exposanten Zaalindeling

Programma in het kort Plenaire sessie Ochtend

Track 1 Bouwen & Beveiligen

Track 2 Monitoren & Managen

Track 3 Koeling, Power & www.pon-cat.com

www.protecfire.com

www.raritan.com

www.rdm.com

www.remtech.nl

www.rittal.nl

www.datacenter-cabling.com

Track 4

IT- SYSTE M S

www.schaefer-it-systems.com

Connectiviteit

www.schleifenbauer.eu

www.siemens.com/datacenter

www.siemon.com

www.simacelectronics.nl

www.socomec.nl

www.spie-nl.com

IT/Cloud Transitie

Track 5 Datacenter technologie www.struktonworksphere.nl

nl.stulz.com

www.tmsystems.nl

www.te.com/enterprise-benelux

www.theupsfactory.com

www.vijfhart.nl

Plenaire sessie Middag

www.cloudworks.nu

www.datacenterworks.nl

www.greenitamsterdam.nl

www.dutchdatacenters.nl

www.microsoft.com

www.pb7.nl


Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek

Track 4: IT/Cloud Transitie 10.00-10.25

Plattegrond Exposanten Zaalindeling

Programma in het kort Plenaire sessie

www.abb.com

11.15-11.40

www.beveco.nl

Ochtend

Track 1 Bouwen & Beveiligen

www.croon.nl

11.45-12.10

Track 2 Monitoren & Managen

Track 3 Koeling, Power & Connectiviteit

Track 4 IT/Cloud Transitie

www.4top.nl

13.30-13.55 www.hisafe.nl

Track 5 Datacenter technologie

www.metz-connect.com/nl

14.00-14.25

Plenaire sessie Middag

15.15-15.40 www.pon-cat.com

I T-S YS TE M S

www.schaefer-it-systems.com

de toekomst van uw it-infrastructuur: zelf doen of uitbesteden? De vraag naar cloud-oplossingen neemt fors toe. Welke business-overwegingen liggen hieraan ten grondslag? Wat zijn de voor- en nadelen van public, private en hybrid cloud-omgevingen en wanneer kiest u voor welke oplossing? Wat wordt vervolgens uw strategie ten aanzien van uw IT-infrastructuur: make or buy? Rob Stevens, Interconnect www.aegps.com

www.airatwork.nl

www.alteco.nl

www.cloudworks.nu

www.apac.nl

www.atal.nl

www.aten.eu

hoe gaat de transitie naar de cloud? Als het gebruik van gestandaardiseerde cloud-oplossingen zinvol is voor uw organisatie, hoe start u dan vervolgens zo’n traject? Hoe wordt tijdens die transitie de continuïteit van de infrastructuur en de services naar klanten www.busbar.nl www.3c-nl.com www.compose.nl www.nl.comstor.com www.condair.nl www.conteg.com bewaakt? Wat zijn belangrijke juridische kaders rond veiligheid, aansprakelijkheid en faillissement van een cloud-leverancier? Hans Timmerman, EMC www.cabling.datwyler.com

www.dencohappel.com

www.draka.nl

www.eaton.nl/nederland

www.elinex.nl

www.emersonnetworkpower.nl

hoe krijgt u grip op de prestaties van uw cloud-applicaties? Hoe zorgt u er voor dat uw cloud-applicaties optimaal beschikbaar zijn voor de gebruikers? Voor, tijdens en na de migratie van applicaties naar de cloud wilt u niet voor verrassingen komen te staan. Optimaal gebruik van de beschikbare bandbreedte en netwerkinfrastructuur bepalen in hoge mate de gebruikerservaring. Hoe kunt u de gewenste prestaties monitoren en controleren? Len Munday, Allot Communications namens Heijnen www.geocomfort.nl

www.exide.com

www.werackyourworld.com

www.heynen.com

www.hellermanntyton.nl

middag

www.heras.nl

cloud vraagt om een andere type datacenter manager en IT manager U gaat (een deel van) uw applicaties vanuit de cloud afnemen. Wat betekent dit voor de rol van de datacenter www.KoningenHartman.com www.ksb.com/ksb-nl www.kvt.nl www.ictroom.com www.interconnect.nl manager en de IT-manager? In deze lezingwww.intronics.nl leert u voor welke nieuwe uitdagingen datacenter/IT-managers dan komen te staan en hoe hun rol hierdoor verandert. Ben Meesters, SPIE ICS www.minkels.com

www.molexpn.com

www.mulder-hardenberg.com/nl

www.nexans.nl/lansystems

www.oec.nu

www.perf-it.eu

(tijd)synchronisatie van applicaties bij gebruik van cloud en hosting Wie gebruik gaat maken van applicaties uit de cloud of voor gebruik van hosting kiest, krijgt al snel te maken met de vraag hoe we applicaties die fysiek op verschillende locaties staan goed kunnen synchroniseren. In deze lezing leert u meer over Time Sync as a Service, de mogelijkheden die GPS-antennes bieden, evenals het toepassen van Network Time Protocol en Precision Time Protocol. Heiko Gerstung, Meinberg GMBH namens T&M Systems praktijkcase - de ervaringen van koenen & co met de transitie naar de cloud Net als veel andere bedrijven kiest accountantskantoor Koenen en Co tegenwoordig zoveel mogelijk voor www.remtech.nl www.datacenter-cabling.com www.protecfire.com www.raritan.com applicaties uit de cloud. Daarbij maakt menwww.rdm.com gebruik van Valid als Service Integrator.www.rittal.nl Welke keuzes zijn hierbij gemaakt en hoe verloopt het proces in de praktijk? Koenen en Co, Leo Bras - Valid, Rob Mertz www.schleifenbauer.eu

www.siemens.com/datacenter

www.siemon.com

Betrokken organisaties www.struktonworksphere.nl

ochtend

nl.stulz.com

www.datacenterworks.nl

www.itroominfra.nl

www.tmsystems.nl

www.greenitamsterdam.nl

www.te.com/enterprise-benelux

www.dutchdatacenters.nl

www.simacelectronics.nl

www.socomec.nl

www.theupsfactory.com

www.vijfhart.nl

www.microsoft.com

www.pb7.nl

www.spie-nl.com


Track 5: Datacenter Technologie

ochtend

10.00-10.25

zijn prefab-datacenters ook geschikt voor u? Prefab-modules bieden uitstekende mogelijkheden om het gebrek aan flexibiliteit van bestaande datacenters op te lossen. Uw datacentercapaciteit kan hierdoor stap-voor-stap groeien, waardoor u veel geld en tijd bespaart ten opzichte van traditionele bouwmethoden. In deze presentatie ziet u aan de hand van een praktijkvoorbeeld hoe dit in zijn werk gaat. Eric Wilcox, Emerson Network Power

11.15-11.40

introductie van een nieuw type infrastructuur voor colocatie datacenters Het interne glasvezelnetwerk is de slagader van het datacenter en biedt mogelijkheden om uw business verder te laten renderen.Verbindingen tussen providers en klanten kunnen opgevolgd worden door een unieke oplossing, gebaseerd op meervoudige glasvezelconnectoren (MPO). Deze nieuwe en eenvoudige manier van distributie creëert meer financieel rendement en zal de toekomst vormen in iedere colocatie. Martijn Jacobs, Simac Electronics

11.45-12.10

hyperconvergence gaat het datacenter opnieuw vormgeven Hyperconverged infrastructuren vormen een nieuwe technologie-aanpak om gevirtualiseerde applicaties te ondersteunen. Het samenvoegen van compute, storage en networking in één bouwblok maakt het mogelijk om IT vergaand te vereenvoudigen en de kosten te verlagen. De spreker gaat in op het belang van deze trend voor het datacenter en schetst de mogelijkheden. Arif Goelammohamed, SimpliVity namens Comstor middag

13.30-13.55

14.00-14.25

15.15-15.40

voor- en nadelen van de hogere temperaturen die ashrae adviseert ASHRAE adviseert al een aantal jaren om de grenzen voor temperatuur en de luchtvochtigheid in datacenters te verbreden. Toch doet een derde van de datacenters dit nog altijd niet. Moderne installaties zoals die van Google tonen echter duidelijk aan dat deze aanpassing uitstekend werkt. De spreker informeert u over de voor- en de nadelen van het opvolgen van de ASHRAE-aanbevelingen. Dirk Harryvan, Certios integratie van energie-efficiente datacenters en smart cities Het Europese Geyser-project ontwikkelt een koppeling tussen smart grids en energie-efficiënte datacenters. Het doel is om energieverbruik en milieubelasting te verminderen door het gebruik van speciale managementsoftware. Vraag en aanbod van datacenter en de omgeving waarin deze is gevestigd kan hiermee op elkaar afgestemd worden. Alticom test momenteel een prototype van dit systeem op drie locaties. Ed Boerema, Alticom praktijkcase - kan dat in Nederland: een tier iv en bovendien co 2 -negatief datacenter? U wilt een datacenter dat modulair van opzet is? CO2-negatief. Met honderd procent groene stroom. Aansluiting op een bestaande warmtering. Plus hergebruik van alle restwarmte. En een Tier IV-certificering van het Uptime Institute? Ga dan luisteren naar deze presentatie over het nieuwe datacenter van KPN op de High Tech Campus in Eindhoven. Patrick Eshuys, KPN

Interview Erik-Jan van Vuuren, Microsoft

Onderzoek Plattegrond Exposanten Zaalindeling

Programma in het kort Plenaire sessie Ochtend

Track 1 Bouwen & Beveiligen

Track 2 Monitoren & Managen

Plenaire sessie 15.45-16.15

middag

de ontwikkeling van hyper scale datacenter capaciteit; het fundament van microsoft cloud Erik Jan van Vuuren, Azure Lead bij Microsoft Nederland neemt u mee in de snelle ontwikkelingen van datacenters van Microsoft die snelle groei van de meer dan 200 Cloud diensten van Microsoft mogelijk maken. In deze presentatie besteedt Erik Jan aandacht aan de snelle ontwikkelingen, groei, het energieverbruik, connectivity, operations en de toekomst van de wereldwijde datacenteroperatie van Microsoft Global Foundation Services. Erik Jan van Vuuren, Microsoft Netherlands

Track 3 Koeling, Power & Connectiviteit

Track 4 IT/Cloud Transitie

Track 5 Datacenter technologie

Plenaire sessie Middag



Vertragen waar mogelijk in mijn vorige blog had ik het over de schoonheid van het hekwerk. daar valt natuurlijk veel over te vertellen - we geven de hekwerken zelfs mythische namen van griekse goden maar uiteindelijk gaat het toch om uw gasten en medewerkers op een prettige manier binnen te laten en juist de ongenode gasten buiten te laten.

Nu is het inbrekersgilde - om het vriendelijk te zeggen - erg creatief. Ze kunnen op drie manieren de hindernis van een hekwerk

of poort nemen: er doorheen, er overheen en zelfs er onderdoor. Dit wetende, kan hier dus op ingespeeld worden met de juiste maatregelen en voorzieningen. Om letterlijk dóór een hek te gaan moet een inbreker van goede huize (nou ja) komen. Er zijn namelijk diverse varianten vakvullingen - zoals dat in het vakjargon heet - die deze snoodaards de weg naar uw pand ernstig belemmeren. Van de vertrouwde spijlen en het gaaswerk tot en met vakvullingen met bijzondere namen als perfobeplating, lexan, staalmat en streckmetaal. Wat die laatste zaken precies inhouden gaat wat ver om in een blog te zetten, maar in ons Experience Center in Oirschot leg ik u dat graag verder uit. Dan zijn er figuren die óver het hek denken te kunnen. Ook hiervoor zijn er verschillende obstakels ontwikkeld die uitermate vertragend kunnen werken. Bovenop het hek worden dan James Bond-achtige concertina’s (dat is scheermes prikkeldraad) geplaatst of de ‘normale’ puntdraden. Als je daar achter blijf haken en de camera’s doen hun werk, dan wordt de pakkans natuurlijk enorm vergroot en blijft de inbreker letterlijk steken op het hek. Naast er door- of overheen neemt het geboefte de uitwijk om zich via de grond toegang te verschaf-

fen en onder het hekwerk door te kruipen. Maar ook hier zal men stuiten op de zeer nuttige vertraging. Eenvoudige maar doeltreffende maatregelen, die trouwens ook worden toegepast bij een konijnenren zodat Flappie zich niet een weg naar de vrijheid kan graven, worden hiervoor ingezet. Denk bijvoorbeeld aan in de grond ingegraven gaas of kantplanken, het wordt de inbreker zo lastig als mogelijk gemaakt om de horde te nemen. De vertraging moet leiden tot actie. Actie van de bewaking om in te grijpen of de camerabeelden nog duidelijker te krijgen. Om over de forensische sporen die ze toch achterlaten nog maar te zwijgen. Dit alles met als doel u een rustige nachtrust te gunnen, want daar is het ons om te doen. ■

johan van den wittenboer product development manager bij heras

dcw november | blog buitengewoon beveiligd

Maar als een inbreker zich toch onverhoopt, ondanks alle afschrikkingsmaatregelen, niet laat tegenhouden en zich op een onwettige manier toegang wil verschaffen tot uw grondgebied, moet de V van de ADVATfilosofie haar werk gaan doen. Na het Afschrikken en Detecteren is het zaak om te Vertragen. Dit houdt concreet in om met de juiste maatregelen er voor te zorgen dat indringers minder snel op uw terrein komen en zo lang als mogelijk buiten de deur van uw pand blijven.

59


Marc Swolfs, CEO van Intronics:

‘Lokale infrastructuur zal altijd blijven bestaan’ bedrijfsdatacenters die volledig ‘naar de cloud’ gaan? ceo marc swolfs van distributeur intronics gelooft er niets van. “er zal lokaal altijd iets blijven draaien.” sterker nog: de eisen die in de ‘privédatacenters’ worden gesteld, worden steeds hoger. Intronics is misschien niet een naam die bij iedere datacentermanager direct een belletje doet rinkelen.Toch is in een datacenter de kans zeer groot dat er connectoren, pdu’s, patchpanelen, bekabeling of kasten afkomstig zijn van deze voorraadhoudende distributeur, zeker als het een kleiner datacenter betreft. “Met zo’n tweeduizend resellers, system integrators en automatiseringsbedrijven als actieve partners hebben wij een groot aandeel in deze markt”, aldus Marc Swolfs, de CEO van Intronics.

sterk in de markt

dcw november | interview

“Wij schakelen signalering”, zo vat Swolfs het bondig samen. Dat begon al in 1981 toen Intronics startte als handel in halfgeleidercomponenten. Die componenten zijn nog steeds terug te vinden in de connectivity-oplossingen die In-

60

Marc Swolfs

tronics levert voor industriële omgevingen. Vanaf 1984 kwam echter de focus te liggen op het importeren van ICT-producten voor ‘het aan elkaar knopen van alles wat in de ICT ook met elkaar te maken heeft’. “Dat begon met het met elkaar verbinden van simpele apparaten zoals een computer en een printer, bijvoorbeeld met een standaard printerkabel en een A/Bswitch voor het delen van een printer.” “In die tijd was er nog niet eens sprake van een datacenterwereld”, zo vervolgt Swolfs. Die ‘verbindingen tussen simpele apparaten’ werden echter netwerken waardoor de producten van Intronics steeds vaker in serverruimten terechtkwamen. “Samen met onze tweeduizend partners zijn we nu heel sterk in die markt voor met name de kleinere bedrijfsdatacenters waar misschien twee, drie of tien serverkasten staan.”

snelheid van leveren

Volgens Swolfs is met name op die markt de snelheid van leveren cruciaal. “Wij zijn een voorraadhoudend distributeur en hebben alles op voorraad beschikbaar. In 95 procent van de gevallen geldt: op werkdagen voor 18.00 uur besteld is de volgende dag in huis. Die snelheid is een basisvereiste, met name voor de levering aan partners die de bedrijven met kleinere datacenters bedienen.”

Daarnaast ziet Swolfs binnen het segment ‘bedrijfsdatacenters’ een toenemende belangstelling voor het realiseren van besparingen op de energiekosten. “Bedrijven met een eigen datacenter willen steeds nauwkeuriger weten wat het eigen energieverbruik is.” Voor het aflezen van het actuele energieverbruik biedt Intronics onder andere de intelligente pdu’s van Raritan. “Ook bieden we sensoren voor het meten van bijvoorbeeld de temperatuur in het datacenter zodat het koelvermogen dynamisch kan worden aangepast.” Door de sensoren aan te sluiten op de intelligente pdu’s van Raritan is het ook mogelijk om via de PowerIQ-tool van Raritan het koelvermogen automatisch aan te laten passen, zo legt de CEO uit. In relatie tot het meten van de temperatuur in de serverruimte haalt Swolfs ook Keyprocessor aan dat hier eveneens sensoren voor biedt. De grote kracht van Keyprocessor – evenals Intronics een onderdeel van de TKH Group – is echter het leveren van slimme oplossingen voor toegangscontrole. Zo biedt dit bedrijf slimme sloten voor op serverracks die zijn te openen via een app op de smartphone. “Dat is met name in kleinere datacenters handig, bijvoorbeeld om een monteur van op afstand toegang te verlenen tot een rack”, aldus Swolfs. “Als je dat combineert met de MIIM-oplossing van Molex voor intelligent patchen –


hoogwaardige producten

“Intronics kiest altijd kwalitatief hoogwaardige producten”, concludeert Swolfs. “Onze eigen fabrieken voor glasvezel- en koperbekabeling bieden ons bovendien de flexibiliteit om een stuk maatwerk te leveren. We hebben een spe-

ciale productielijn voor het snel produceren van ‘specials’. Een special kunnen we vanaf één stuk binnen twee weken vanuit het Verre Oosten leveren, en daardoor ook tegen een scherpe prijs.”

‘IN 40 GBPS VANAF DE BACKBONE TOT AAN DE WERKPLEK GELOOF IK NIET’

Deze aandacht voor kwaliteit en flexibiliteit heeft er volgens Swolfs voor gezorgd dat Intronics de laatste jaren ook steeds meer grotere datacenters bedient. “Maar de kleinere datacenters blijven voor ons een belangrijke markt. Een trend is natuurlijk dat er steeds meer naar de cloud gaat, maar er blijft ook altijd iets lokaal draaien. Er zal ook altijd een lokale infrastructuur blijven bestaan. Medewerkers hebben nu eenmaal een verbinding met het internet nodig, en met een grote groep gebruikers ge-

Een volgende stap die eraan zit te komen, is 40 Gigabit over koper. “Maar in 40 Gigabit vanaf de backbone tot aan de werkplek geloof ik niet”, zegt Swolfs stellig. De afstanden zijn te groot om met een snelheid van 40 Gbps te overbruggen. In de visie van de CEO zullen we in de toekomst steeds vaker combinaties van glasvezel en koper zien. “De backbone en de horizontale bekabeling vanaf de verdeelruimte over de werkvloer is dan uitgevoerd met glasvezel, en het laatste stukje vanaf de

loof ik niet zo in draadloze verbindingen. Binnen kantooromgevingen blijven er dus altijd knooppunten voor verkeer bestaan.”

switch naar de daadwerkelijke werkplek is dan koper. Daar hebben we met Microsens ook een oplossing voor. Met zo’n oplossing hoef je maar een afstand van vijf meter over koper af te leggen en dan zijn snelheden tot 40 Gigabit in de toekomst wel mogelijk.” Swolfs met een lach: “Om van die snelheid profijt te hebben, moet de aangesloten apparatuur die snelheid wel aankunnen. De meeste laptops zijn nu nog voorzien van een 1 Gigabit-interface.” ■

van 1 naar 40 gbps

Aan die ‘knooppunten’ worden wel steeds hogere eisen gesteld. Zo moet er voldoende bandbreedte zijn voor bijvoorbeeld streaming video. “We hebben nog altijd een grote installed base voor Cat5e, maar nieuwe netwerken zijn allemaal gebaseerd op Cat6a waarmee 10 Gigabit over koper mogelijk is. Om op die hoge snelheid ook daadwerkelijk afstanden tot honderd meter te kunnen overbruggen, zien we in Nederland nu een duidelijke trend van unshielded naar shielded bekabeling.”

ferry waterkamp freelance journalist

|61

dcw november | interview

waarmee je direct ziet hoe de bekabeling loopt als je de deur van een rack opendoet – wordt het nog eenvoudiger om werkzaamheden aan een derde partij over te laten.”

61


de zwitserse fabrikant datwyler cabling solutions heeft naast een compleet programma van passieve oplossingen ook een totaalprogramma van actieve systemen. samen met microsens kunnen ze een totale oplossing aanbieden van start tot finish. zo ook de oplossing om meerdere datacenters via glasvezel met elkaar te verbinden.

Voor power-voorziening (middel)grote datacenters

10G/100G Transmissie over lange afstanden

dcw november | bekabeling

medium glasvezel in de tele­ verbindingen van gebouwen ken hebben ook hun prijs. Elke service die communicatietechnologie over lange afstanden verzonden moet worden gebruikt één opti-

62

Glasvezels worden onder andere als een optische golfgeleider in glasvezel netwerken voor optische datatransmissie gebruikt. Dit heeft het voordeel van een aanzienlijk grotere bandbreedte en hogere maximale transmissieafstanden in vergelijking met elektrische transmissie. Aldus kan er meer informatie per tijdseenheid en over veel langere afstanden worden verzonden. Bovendien is het uitgezonden signaal ongevoelig voor elektrische en magnetische interferentie en biedt een hoge bescherming tegen afluisteren.

In de tegenwoordige tijd is het steeds noodzakelijker om gegevens over lange afstanden te verzenden. Zo moeten providers, zoals telefoonmaatschappijen of telecommunicatiediensten, die hun klanten een specifieke prestatie aanbieden zorgen dat deze wel voorzien zijn van een goede dekking, maar ook een ondernemingskantoor en hun filialen worden hedendaags met elkaar verbonden voor data-overdracht. Dankzij glasvezel kunnen we zowel lange afstanden als grote bandbreedtes overdragen, maar deze netwer-

sche vezel. Echter, moeten deze glasvezelkabels worden gehuurd van de netbeheerders met hoge financiële kosten. Om deze kosten laag te houden, wordt gebruikgemaakt van de WDM-technologie.

wat betekent wdm?

WDM (Wavelength Devision Multiplexing) is het sleutelwoord als het gaat om meerdere diensten via een enkele lijn te verzenden. Hierbij wordt door de Transponder iedere dienst een specifieke golflengte (kleur) toe-


Zonder WDM heeft iedere Dienst een aparte lijn nodig

bedeeld. De verschillende golven die worden uitgezonden, worden dan gecombineerd door de multiplexer (filter) en kunnen via één kabel verzonden worden. Op de bestemming aangekomen worden ze weer gesplitst door de demultiplexer. Elke enkele golflengte wordt vervolgens weer door de transponder naar de oorspronkelijke informatie omgezet en stuurt deze naar de ontvanger.

verschillende platforms

De Optical Transport Platforms van MICROSENS biedt bedrijven een netwerkoplossing beschikbaar met een lange levensduur. Omdat het systeem groeit met toe­ nemende eisen aan het zendvermogen, zonder dat extra glasvezel lijnen worden vereist.Voor meer informatie bent u op de beurs IT Room Infra welkom bij ons op stand 9 waar wij u uitgebreid willen informeren. ■

dcw november | bekabeling

Met WDM kunnen meerdere diensten via een enkele lijn worden verzonden

63


in navolging van de verenigde staten kiezen steeds meer organisaties in europa voor cloud gebaseerde it-infrastructuren, vooral hybride cloud is in trek. zo blijkt uit recent europees onderzoek door vansonbourne. in datacenters vraagt deze trend om enorm veel flexibiliteit. modulaire datacenter infrastructuur is het antwoord. een gesprek met vincent liebe, marketing manager van minkels - wereldwijd leverancier van datacenter oplossingen.

‘Groei hybride cloud in Europa versterkt belang modulariteit’ Bijna twee derde van de enterprise organisaties in Europa heeft momenteel enige vorm van cloud computing in gebruik. Dat blijkt uit het Europese onderzoek van VansonBourne, in opdracht van global managed services provider Easynet. Het onderzoek laat tevens zien dat twee op de vijf organisaties inmiddels voor hybride cloud heeft gekozen.

“De enorme groei van data en het terugdringen van operationele kosten zijn belangrijke argumenten voor Europese organisaties om op cloud over te stappen, waaronder ook het gebruik van Infrastructure-as-a-Service (IaaS), Software-as-a-Service (SaaS) en Platformas-a-Service (PaaS) infrastructuren. Daarnaast is er sprake van een versterkte focus op core business activiteiten, waarbij IT door een groeiend aantal bedrijven als commodity wordt gezien. Modulariteit in het datacenter is dé manier om de huidige cloud trend in Europa te faciliteren.”

Waarom is flexibiliteit in de datacenter infrastructuur zo belangrijk voor cloud? “Flexibiliteit in de datacenter omgeving is nodig om de uitdagingen welke de cloud met zich meebrengt maximaal tot zijn recht te laten komen. Locatieonafhankelijkheid en een fluctuerend gebruik van de onderliggende datacenter resources zijn bijvoorbeeld eigenschappen die schreeuwen om flexibiliteit. Ook schaalbaarheid, zowel op als neer, is een cloud eigenschap waarmee de dynamiek in het datacenter en dus de behoefte aan flexibiliteit toeneemt. De trend richting on-demand infrastructuren heeft die behoefte verder versterkt”, zegt Vincent Liebe.

dcw november | cloud

“De belangrijkste Cloud providers zoals IBM, Google, Salesforce, Oracle en Microsoft hebben ervoor gezorgd dat de vraag naar cloud in Europa significant is versneld”, zegt Vincent Liebe. “Vooral hybride cloud wint nu terrein ten opzichte van traditionele IT-infrastructuren en het gebruik van pure colocatie diensten. Dat blijkt ook uit de eigen klantstatistieken van Minkels in Europa.”

“De locatieonafhankelijkheid van cloud,

64

Liebe, Marketing Manager van Minkels.

met een fluctuerend gebruik van de datacenter resources, is een eigenschap die schreeuwt om flexibiliteit in de datacenter omgeving”, aldus Vincent

Op welke manier kan modulariteit die flexibiliteitsbehoefte faciliteren? “Het gehele productportfolio van Minkels is - veelal tot op detailniveau - modulair uitgevoerd. Die stap hebben wij jaren geleden al gemaakt, omdat wij vroegtijdig onderkenden dat virtualisatie en cloud de dynamiek in het datacenter zouden verhogen. Het gebruik van modulaire oplossingen biedt gebruikers de mogelijkheid om snel en ad hoc aanpassingen te maken. Uitbreiding of inkrimping van de datacenter infrastructuur is dankzij onze modulaire datacenter componenten een relatief eenvoudige klus, zelfs binnen een live omgeving.”


Hoe belangrijk is aisle containment voor het huisvesten van (hybride) cloud infrastructuur? “De Next Generation Cold Corridor van Minkels is een oplossing waarin modulariteit en energie-efficiëntie op ultieme wijze samenkomen. Een oplossing dus die bij uitstek geschikt is voor de enorme dynamiek binnen cloud omgevingen. De Free Standing Cold Corridor van Minkels biedt dezelfde voordelen in termen van flexibiliteit, maar gaat zelfs nog een stap verder. Veel nieuwe IT-systemen komen vaak in eigen behuizingen. Een extra uitdaging is de integratie in het containment. De Free Standing Cold Corridor biedt de flexibiliteit om volledig onafhankelijk de racks in de Cold Corridor constructie te plaatsen.” “De performance van cloud is afhankelijk van de onderliggende datacenter infrastructuur. Zulke modulair ingerichte aisle containment oplossingen bieden maximale flexibiliteit tijdens de levensduur van een datacenter. Het voorkomt dat het datacenter een bottleneck wordt voor de cloud omgeving. In combinatie met energie-efficiëntie zorgt het voor een naadloze aansluiting bij cloud behoeften en bij toekomstige IT-ontwikkelingen.”

it room infra

Vincent Liebe, Marketing Manager bij Minkels, geeft tijdens IT Room Infra van 13:30 - 13:55 uur een lezing over: ‘Hoe houdt u uw datacenterinfrastructuur up-to-date?’

Naast de flexibiliteitsbehoefte, welke datacenter ontwikkelingen ziet Minkels nog meer in Europa? “Het toegenomen gebruik van cloud, en dan vooral de hybride vorm, zien wij ook terug in een verschuiving van het soort klanten waaraan Minkels levert. Wij leveren onze datacenter oplossingen steeds vaker aan cloud service providers, al dan niet in combinatie met colocatie aanbieders. Cloud providers zijn in toenemende mate degenen die bepalen hoe de onderliggende datacenter infrastructuur eruit moet komen te zien. Compliance is momenteel een belangrijke driver voor cloud providers om nieuwe datacenters in verschillende Europese landen in te richten. In bijvoorbeeld Rusland zie je die trend, onder invloed van de strenge data-wet waaraan organisaties zich sinds 1 september 2015 moeten houden (Russian data localisation law).” Zijn de datacenter behoeften van cloud service providers wezenlijk anders dan van enterprises of colocatie aanbieders? “Vanwege de locatieonafhankelijkheid van cloud, merken wij dat cloud service providers andere keuzes maken als het gaat om datacenter inrichting. De traditionele datacenter gebruikers wilden vroeger altijd het liefst een Tier IV site. Dat was het hoogst haalbare als het gaat om resilience.Tegenwoordig is het een uitstekende optie om drie Tier II datacenters met elkaar te verbinden via een gevirtualiseerde omgeving waarmee de uiteindelijke beschikbaarheid minstens zo hoog is maar flexibeler en kosten-efficient. Zo’n alternatieve oplossing zien wij dus steeds vaker ontstaan.” ■

dcw november | cloud

Het aanbrengen van modulariteit in het datacenter is dus dé manier om hybride cloud op een ideale manier te kunnen huisvesten? “Modulariteit, maar ook energie-efficiëntie en een sterke integratie tussen de afzonderlijke componenten, zijn belangrijk om optimaal met de dynamiek van hybride cloud te kunnen meebewegen. Als ik de Next Generation Cold Corridor en de Free Standing Cold Corridor van Minkels als voorbeeld neem, daarin is de sterke samenhang tussen de modulaire componenten van essentieel belang voor de kwaliteitsbeleving en de resultaten op het gebied van energiebesparing. De energie-efficiëntie van deze aisle containment oplossingen helpt gebruikers tevens om grip te krijgen op de toegenomen niveaus van energiedichtheid door virtualisatie en cloud.”

65   |65


Koper en glasvezelbekabeling:

Schaalbaarheid is de sleutel tot toekomstvast netwerk het vervangen van gestructureerde bekabeling komt in de prioriteitenlijst voor it-investeringen bij veel organisaties niet voor in de top 5. waarom immers? bijna alle mobiele devices zoals laptops, mobiele telefoons en tablets worden via wifi verbonden met het netwerk en het overgrote deel van de bedrade netwerken hebben ruim voldoende aansluitingen en leveren met 1gbps of 10gbps meer dan voldoende bandbreedte. toch is een aantal belangrijke veranderingen op komst die de aanleg van bekabeling in een heel ander daglicht stellen. We hebben te maken met een aantal trends zoals: Internet of Things (IoT), duurzaamheid en veiligheid. Maar welke impact hebben deze trends op de gestructureerde bekabeling in gebouwen en datacenters?

alles over ip

dcw november | bekabeling

Het LAN-netwerk blijkt een ideaal, universeel platform te bieden voor alle toepassingen over IP. Het aansluiten van wifi-punten, Voice over

66

IP, camera’s over IP en systemen voor toegangscontrole op het LANnetwerk is slechts het topje van de ijsberg van IoT in gebouwen. In de nabije toekomst zullen we steeds meer toepassingen aansluiten op IP. Denk aan IP-sensoren die temperatuur, (LED) licht, geluid en andere zaken zichtbaar, meetbaar en beheerbaar maken. We leven in de eeuw van verduurzaming. Ruimtes die niet gebruikt worden, hoeven niet verlicht, verwarmd of schoongemaakt te worden. Dit zijn slechts een aantal zaken die voor veel organisaties al een enorme kostenbesparing kunnen opleveren. Ook kunnen we op termijn meetbaar maken onder welke omstandigheden werknemers zich het meest op hun gemak voelen en maximaal productief zijn. We kunnen dus de omgevingsfactoren aanpassen zodat men optimaal kan presteren. Al deze toepassingen kunnen we voeden met PoE. En dus zal de vraag naar bedrade aansluitingen toenemen. Naast het inzicht en de beheermogelijkheden die IP-toepassingen bieden, beginnen we de voordelen te zien van het gebruik van Power over Ethernet (PoE) ten opzichte van het 230V-netwerk.Waarom aparte netwerken aanleggen als alles vanuit een universele bekabelingsstructuur te realiseren valt en bijna alles naar lagere gelijkspanningen geconverteerd wordt. Als we ons bovendien bedenken dat ruim 80% van alle branden


‘MOLEX INTELLIGENT INFRASTRUCTURE MANAGEMENT IS EEN INTELLIGENTE OPLOSSING VOOR HET BEHEREN VAN DE BEKABELINGSINFRASTRUCTUUR’

goede schaalbaarheid

Een bekabelingsnetwerk heeft tegenwoordig een gemiddelde levensduur van 10 tot 15 jaar. Het moet zowel voor de korte als de lange termijn voldoende aansluitpunten en bandbreedte bieden voor de huidige maar ook toekomstige toepassingen. Latere uitbreidingen van het aantal channels in een netwerk leveren immers een flinke kostenpost op. Het gebruik van consolidatiepunten zou een oplossing kunnen zijn. Indien de channels tot en met een consolidatiepunt reeds geïnstalleerd zijn, kan men te allen tijde vanuit daar, zonder veel kosten te maken, extra aansluitingen in een ruimte realiseren ten behoeve van IP-uitbreidingen en deze applicaties voeden met PoE. Qua bandbreedte is een Cat 6Anetwerk voorlopig de meest veilige oplossing, omdat daarmee 10Gb per werkplek beschikbaar is.Terwijl het aanleggen van Cat 6A nog maar een fractie duurder is dan een 1Gb Cat 6-netwerk. Ook bij het aanleggen van glasvezel is het aan te raden om een schaalbare oplossing te kiezen die zowel qua bandbreedte als fysiek schaalbaar is. Het gebruik van ‘parallel optics’-technieken is een van de meest voor de hand liggende keuzes. Molex levert MTP Plug & Play MM- en SM-oplossingen waardoor het systeem een geschikt platform biedt voor bandbreedtes van 25, 40, 100Gb of meer. Belangrijk hierbij is het physical contact tussen de onderlinge componenten. Hoe minder componenten in een channel hoe beter. Als de optische verliezen laag blijven, kan de installatie een goede basis vormen als migratiepad naar hogere bandbreedtes in de toekomst. Door nu in de juiste oplossing te

investeren, kan men later bij de aanschaf van apparatuur die uitgerust is met nieuwe tranceivers voor hogere bandbreedtes gebruik maken van dezelfde bekabelingsinfrastructuur. Hierdoor kan bespaard worden op de kosten. De systemen zijn ook fysiek gemakkelijk uit te breiden, zodat men ook in dat opzicht kan spreken van een toekomstvast netwerk.

intelligent infrastructure management

Bekabeling is het steeds belangrijker wordende fundament van een ITomgeving. De reden hiervoor is dat het voor meer en meer toepassingen een universeel platform biedt. In 90% van alle organisaties is deze belangrijke onderste laag van het OSI-model echter de enige laag die niet beheerbaar en zichtbaar is. Dit kan voor organisaties grote risico’s en kosten met zich mee brengen. Zeker in het geval van incidenten die optreden omdat men geen realtime zicht heeft op de gehele infrastructuur en men dus niet precies weet waar het probleem zit. Molex biedt met MIIM (wat staat voor Molex Intelligent Infrastructure Management) een intelligente oplossing voor het beheren van de bekabelingsinfrastructuur. Hierbij wordt ieder channel vanaf switch-poort tot en met een IP-device zichtbaar en beheerbaar gemaakt - ook als een device uitgeschakeld of kapot is. Niet alleen de oorzaak van een incident kan snel worden opgespoord, maar ook ‘moves, ‘ adds' en ‘changes’ worden vanuit het systeem geregeld zodat menselijke fouten uitgesloten zijn. Dit levert een 100% betrouwbare database op, die inzicht geeft in de vraag hoe alle channels lopen vanaf de poorten tot en met de aangesloten toepassingen. Audits zijn dan niet meer nodig en elke verandering leidt tot een realtime alert. MIIM kan worden geïntegreerd in een bestaand netwerk van ieder willekeurig merk, maar kan ook in een nieuw netwerk worden toegepast. Het is zelfs mogelijk om een MIIMready netwerk te installeren waardoor het later gemakkelijk te upgraden is naar een intelligent netwerk. Molex Premise Networks heeft de IP-kennis en ervaring en partnerships met externe partners gebundeld en een services-afdeling opgericht die organisaties ondersteunt bij complexe trajecten rondom IPinfrastructuren. Zij kunnen hierdoor vertrouwen op ondersteuning bij het ontwikkelen van een architectuur, bij procurement, de uitrol en het management van complete IP-projecten. ■

frank van kessel business manager benelux & germany bij molex premise networks

dcw november | bekabeling

direct of indirect worden veroorzaakt door een 230/380V netwerk, dan is ook duidelijk dat PoE ook nog een stuk veiliger is.

67


Brand- en rookdetectie in één detector

Protec introduceert nieuwe generatie aspiratiebrandmelders protec brandbeveiliging introduceerde onlangs een nieuw soort aspiratie­ brandmelder, de cirrus hybrid. het bedrijf toont deze melder ook tijdens it room infra. een interview met kees van toer, divisiemanager bij protec.

“De Cirrus HYBRID detectoren vormen een nieuwe generatie aspiratiebrandmelders van Protec Brandbeveiliging. Een aspiratiebranddetector maakt gebruik van een ingebouwde ventilator om lucht aan te voeren uit de te beveiligen ruimte. Dat gebeurt via een op luchtstroom bewaakt buizennetwerk. Brandbeveiliging met aspiratietechnologie is natuurlijk geen nieuw concept. Deze technologie wordt al vele jaren toegepast als vroegtijdige branddetectie bij en in kostbare en risicovolle omgevingen. Aspiratiebranddetectoren worden echter ook steeds vaker in andere toepassingen of applicaties gebruikt. Het is daarom van cruciaal belang dat aspiratiedetectoren in het breedst mogelijke spectrum brand kunnen detecteren. Door in één detector de twee beste vormen van aspiratiebranddetectie - te weten: de Cloud Chamber Detection (CCD) en Early Warning Smoke Detection (EWSD) - samen te brengen, is de Cirrus HYBRID in staat om vuur en rook te detecteren, voor vrijwel alle brandscenario's en typen brand.”

Kees van Toer, divisiemanager bij Protec: “De Cirrus HYBRID heeft nu naast de cloud chamber-branddetector (CCD) ook vroegtijdige rookdetectie (Early Warning Smoke Detection of EWSD) aan boord.”

Waar komt het idee vandaan beide technieken te combineren? “Zoals zo vaak speelt het toeval hierbij een rol. Het basisconcept had zich de afgelopen jaren al onbewust ontwikkeld in onze gedachten en die van onze ontwikkelaars. Door nieuwe ontwikkelingen in de LED-technologie voor optische rookdetectie werd het ook technisch en financieel haalbaar om optische technieken toe te voegen aan onze bestaande cloudchamber branddetector. Deze twee technologieën kunnen zelfstandig werken, maar onze eerste uitdaging was om te zien of deze twee technologieën iets extra’s toevoegen als zij samenwerken. Het doel hiervan is om over een breed scala aan brandtypen de snelheid en betrouwbaarheid van de branddetector te verhogen. De tweede uitdaging was om te zien of wij in staat waren een echte verbetering te bewerkstelligen op onze bestaande producten die in een groot aantal situaties worden toegepast. Ons start-


Wat is innovatief aan dit concept? Wat doet deze oplossing dat andere producten niet doen? “Dat zijn eigenlijk twee vragen. Allereerst: voor de ontwikkeling van de Protec Cirrus HYBRID was er geen enkele fabrikant van aspiratiedetectietechniek die deze twee totaal verschillende detectietechnologieën kon integreren tot één product dat een veel breder scala aan brandtypen snel en betrouwbaar kan detecteren. Om die reden heeft Protec een octrooi voor dit concept aangevraagd - en ook gekregen. Protec heeft in feite een gedurfde beslissing genomen door niet alleen een standaard productverbetering door te voeren. In plaats daarvan streefden wij er naar een vernieuwing in de aspiratiebranddetectietechnologie te ontwikkelen. Wij wilden daarvoor onze huidige aspiratiebranddetector aanpassen aan de veranderende omstandigheden waarin zij nu wordt toegepast. Onze bestaande Cirrus Pro is de enige cloud chamberbranddetector op de markt. Sommige branden zijn schone branden en produceren weinig of zelfs helemaal geen rook. De cloud chamberdetector bewijst al vele jaren dat zij de snelste en betrouwbaarste branddetectietechnologie is, omdat zij onzichtbare verbrandingsdeeltjes kan identificeren. Deze deeltjes worden gevormd door oververhitting van materiaal nog voordat er rook vrijkomt (0% obs/m).Vooral in een ICTomgeving is de CCD belangrijk omdat rook door de toepassing van halogeenvrije bekabeling en producten niet langer het eerste verschijnsel van brand is. Als echt vroegtijdige branddetectie nodig is, dan zijn de

cloud chamber-detectoren als enige in staat onzichtbare verbrandingsdeeltjes te detecteren. Dan koopt men dus tijd - soms zelfs uren - om corrigerende maatregelen te nemen. Tijd die men kan gebruiken voor plaatselijk onderzoek, zodat adequaat gehandeld kan worden om brand en wellicht een schadelijke blusactie te voorkomen. Er bestaan immers geen schadevrije blusacties. De cloud chamber-technologie was daarom een uitstekend uitgangspunt voor de ontwikkeling van de Cirrus HYBRID. Sommige branden produceren geen of een kleine hoeveelheid zichtbare rook en andere branden produceren daarentegen juist een grote hoeveelheid rook. De Cirrus HYBRID heeft nu naast de cloud chamber-branddetector (CCD) ook vroegtijdige rookdetectie aan boord: Early Warning Smoke Detection (EWSD). De EWSD wordt verzorgd door hooggevoelige optische Scatter Chamber-detectoren (SCD) die geschikt zijn voor het detecteren van zowel kleine als grote rookdeeltjes. De twee technologieën werken onafhankelijk van elkaar, maar kunnen ook samenwerken via complexe algoritmen. Dit resulteert in een intelligent besluitvormingsproces voor snelle en betrouwbare branddetectie in veel verschillende toepassingsgebieden. Het resultaat is een branddetector die echte brandverschijnselen kan verifiëren. Hij kan daarmee onechte alarmen vermijden die zoveel andere aspiratietechnologieën teisteren.” ■ De nieuwe Cirrus HYBRID van Protec Brandbeveiliging

dcw november | markt

punt voor deze ontwikkeling was de huidige Cirrus Pro aspiratiebranddetector. Deze zorgt voor een vroegtijdige brandmelding en weet dit te combineren met de hoogste immuniteit voor onecht brandalarm. Het was niet onze bedoeling om een marketing­speeltje te ontwikkelen, wij willen juist de brandbeveiliging echt innoveren.”

69


michiel steltman, directeur dutch hosting provider association (dhpa), schreef in zijn artikel van juni 2015 over de angst bij vele organisaties omtrent de hoge boetes van het cbp. de verwerking van persoonsgegevens is al jaren een serieuze zaak en wordt niet anders na 1 januari 2016. de wet bescherming persoonsgegevens (wbp), die 14 jaar geleden is ingevoerd krijgt door de uitbreiding meldplicht datalekken een extra dimensie.

Bangmakerij rond meldplicht datalekken wekt wrevel Helaas lees ik in veel IT-bladen de nodige onjuistheden over de wijzigingen rond de privacy wetgeving met als doel potentiële klanten kooplust aan te praten. Er wordt veel geschreven over de nieuwe Europese verordening, terwijl er op dit moment nog wordt onderhandeld tussen de 3 partijen (Europese Commissie, Raad van Europa en het Europese Parlement. Voor 2018 zal deze Data Protection verordening niet actief worden in Nederland. Het speculeren maakt organisaties bang en zet ze op het verkeerde been. Het is spijtig dat dit een negatief beeld oproept en organisaties onnodig bezorgd maakt.

dcw november | blog

meldplicht datalekken

70

Over de Meldplicht Datalekken lees ik relatief weinig. Alleen DHPA maakt zich er terecht druk over, omdat deze uitbreiding van de WBP ruim 220.000 organisaties gaat raken. Het aantal datalekken waar persoonsgegevens wordt gelekt, wordt door het CBP geraamd op 62.000 per jaar. Naar mijn mening is dit slechts een topje van de ijsberg. Het CBP doet op dit moment bij 40 gemeenten onderzoek naar de verwerking van persoonsgegevens en dit heeft inmiddels de

nodige aanwijzingen opgeleverd. Binnen een gemeentelijke organisatie worden persoonsgegevens door bijna iedere ambtenaar gebruikt en kan er op het gebied van bewustwording en beveiliging zeker het nodige verbeteren.

wat is een datalek

Een datalek wordt in de WBP gedefinieerd als een inbreuk op de beveiliging. Bij een inbreuk zijn de persoonsgegevens blootgesteld aan verlies of onrechtmatige verwerking – dus aan datgene, waartegen de beveiligingsmaatregelen bescherming moesten bieden. Dit betreft alle beveiligingsincidenten waardoor de bescherming van persoonsgegevens op enig moment is doorbroken. Het is daarbij niet van belang of de ‘verantwoordelijke’ passende technische of organisatorische beschermingsmaatregelen had getroffen.

‘HET SPECULEREN MAAKT ORGANISATIES BANG EN ZET ZE OP HET VERKEERDE BEEN’

Bij een incident waar sprake kan zijn van een inbreuk, moet u bijvoorbeeld denken aan: een succesvolle data hack in een datacenter; kwijtgeraakte USB-stick; een gestolen laptop; een inbraak door een hacker; verzending van e-mail waarin de e-mailadressen van alle geadresseerden zichtbaar zijn voor alle andere geadresseerden; het inzien van persoonsgegevens door een onbevoegde in de organisatie en daarbuiten; het afvoeren van datadragers uit een datacenter zonder adequate gecontroleerde data vernietiging; een malware-besmetting; een calamiteit, zoals een brand in een datacentrum of datadragers et cetera.

wat is een bewerking

Verwerking van persoonsgegevens betreft elke handeling of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens. Hieronder valt in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van gegevens.


Als een organisatie zijn eigen server met data in een onafhankelijk datacenter heeft geplaatst, en er worden door de dienstverlener (eigenaar van datacenter) geen bewerkingen uitgevoerd, ligt de verantwoordelijkheid volledig bij de huurder van de ruimte. Een bewerkersovereenkomst is niet van toepassing. Indien een organisatie dataruimte huurt op een server van een onafhankelijke derde (datacenter), is er sprake van een bewerking en dient er een bewerkersovereenkomst te bestaan. In deze overeenkomst worden allerlei zaken geregeld op het gebied van het eigendom van de data, de uitwisseling, de bewerking, de beveiliging en de audits. De opdrachtgever dient deze overeenkomst aan te gaan met elke bewerker.

ketenaansprakelijkheid

De vraag die bij vele organisaties bestaat is wie er straks een datalek gaat melden. Dat

Paul M.H. Korremans MM is Functionaris voor de Gegevensbescherming en vicevoorzitter van het NGFG

is in alle gevallen ‘de verantwoordelijke’ die middel en doel bepaalt. Een bewerker zal dus bij voorkeur geen melding doen bij het CBP, hoogstens een vooraankondiging wat geen formele melding is. De melding moet binnen 2 dagen plaatsvinden nadat het datalek is geconstateerd. Een datacenter dient er wel rekening mee te houden dat zij een actief beleid moeten voeren indien er bij hun een datalek ontstaat die betrekking heeft op een inbreuk van persoonsgegevens. Zij moeten dit direct melden bij de opdrachtgever. Zodra het CBP een organisatie een boete oplegt voor een inbreuk die is ontstaan bij een bewerker, dan zal de organisatie deze boete zeker doorschuiven naar de bewerker. Maar ook kan het CBP een bewerker als medepleger aanmerken en hem een boete opleggen.

wbp security baseline

Michiel Steltman vraagt in zijn artikel van juni 2015 om een WBP security baseline die

door de overheid wordt opgesteld. Dit zou een minimaal pakket van maatregelen zijn voor de bescherming van persoonsgegevens. Hier dient iedereen aan te voldoen, en als er dan toch een datalek ontstaat dan draagt niemand schuld en heeft de betrokkene pech. Deze oplossing lijkt sterk op het verschuiven van verantwoordelijkheden waarbij er van de overheid (CBP) veel wordt verwacht op het gebied van beveiligingskennis. De wetgever en publieke opinie wil juist hebben dat alle organisaties die persoonsgegevens verwerken deze beter gaan beschermen en voldoen aan een democratisch vastgestelde spelregels. Het CBP heeft een specifieke richtlijn gepubliceerd over de informatiebeveiliging van persoonsgegevens. Helaas is deze niet erg praktisch en zou het CBP een voorbeeld kunnen nemen aan de zuiderburen die wel een praktische publicatie hebben uitgebracht. Ook de complexiteit van verwerking en opslag van persoonsgegevens binnen de verschillende sectoren vraagt om een gedifferentieerde aanpak op het gebied van beveiliging. Een simpele baseline is daarom moeilijk te verwezenlijken en zou tot meer datalekken leiden. Vele datalekken ontstaan overigens niet digitaal, maar zijn fysieke datalekken van informatiedragers die in verkeerde handen komt. Ook hier moet een organisatie veel meer aandacht geven aan het beschermen ervan. Door goede voorlichting aan medewerkers, gedragsverandering, juiste procedures en maatregelen worden datalekken voorkomen. Organisaties die dit al jaren doen, hebben bewezen dat datalekken daar nauwelijks voorkomen. Het is juist een uitdaging voor organisaties om zich op een positieve manier te onderscheiden door transparant te zijn naar betrokkene. En als er dan toch een datalek plaatsvindt, laat een organisatie aan het CBP zien dat zij alle maatregelen hebben genomen en samen met haar partners er hard aan werkt om de inbreuk zo snel mogelijk te repareren. Een aanwijzing zal dan niet leiden tot een boete omdat de organisatie privacy en security serieus neemt. Indien een organisatie pas bij een datalek in actie komt, is het te laat. Hier bestaat een groot risico dat een aanwijzing van het CBP uitmondt in een boete en veel imagoschade. â–

dcw november | blog

bewerkersovereenkomst

71


Bas van Asten over renoveren computerruimtes:

‘Kies niet voor één, maar voor hele serie specialismen’ het renoveren van datacenters wordt steeds belangrijker. maar hoe pakken we zo’n project aan? bas van asten van remtech geeft in dit interview zijn visie op de aanpak die datacenter managers hierbij het beste kunnen volgen. zijn belangrijkste boodschap: kies niet een partner die zich op één vakdiscipline concentreert, maar zoek naar een partij die een hele bundel van specialismen kan aanbieden. dat vergroot de

dcw november | renovatie

kans op succes aanzienlijk.

72


uitdaging

Renovatie van datacenters is een uitdaging omdat het een live-omgeving betreft, stelt Van Asten. “Daarnaast wordt er altijd gesleuteld in en om het datacenter. Het vervangen van verouderde IT-apparatuur is bijna een continu proces, naast de steeds komende (en ook vertrekkende) apparatuur van huurders. Uitgaande van een levensduur van 3 jaar voor een server is de hele inhoud van de datazaal in 2015 al ruim 6 keer vervangen. Daardoor treedt extra slijtage op aan het gebouw. Wat men ook niet moet vergeten, is het feit dat de eerste generatie datacenters niet is gebouwd met de kennis die nu beschikbaar is.Wat te doen als jaren geleden bij de bouw een ongelukkige keuze is gemaakt in de selectie van toe te passen bouwmaterialen? Of als de renovatie een niet te dragen investering blijkt? Verhuizen is voor een datacenter geen optie, maar wat als renoveren dat ook niet is? Door de jaren heeft Remtech zich ontwikkeld van pure room-in-room leverancier tot allround bouwkundig dienstverlener voor de IT. Met als specialiteit het uitvoeren van werkzaamheden in operationele datacenters. Het aantal projecten waar het uitsluitend gaat om het leveren en installeren van ModuSec roomin-room is niet afgenomen. Deze markt heeft zich naar het buitenland verplaatst en dan met name landen die zich kenmerken door hun enorme omvang. Sinds 2007 actief in Rusland met als hoogtepunt in februari 2015, ons grootste project ooit, gerealiseerd in Moskou. Vanaf dit jaar ook actief in Brazilië waar al di-

verse offertes uitstaan. Deze landen kenmerken zich door de grote afstanden tussen belangrijke locaties. Daardoor zijn bedrijven sneller geneigd een eigen enterprise DC te bouwen.”

cloud populair

“In Nederland is de cloud echter populair en worden steeds minder enterprise datacenters gebouwd. Deze beweging is sinds het begin van de crisis ingezet. Eerst door projecten waar nieuwbouw vanwege de financiële problemen geen doorgang meer konden vinden. Daarna door het feit dat de IT-apparatuur steeds krachtiger wordt en bovendien in omvang afneemt. De oude ruimte waar de apparatuur staat opgesteld kan dus in bedrijf blijven, het datacenter groeit niet meer uit zijn jas.” Een mooi voorbeeld hiervan, zo vertelt Van Asten, is de renovatie van het datacenter van Cipal. “Dit is het ICT-overheidsbedrijf van en voor de lokale en provinciale overheden in Vlaanderen. Gebouwd aan het begin van de jaren negentig van de vorige eeuw, het kritieke deel zeer degelijk en veilig in beton. Op het hoogtepunt van de groei van de IT en dan met name van de hoeveelheid apparatuur bleek het DC te klein en moest men omzien naar een andere locatie. Aanpassingen aan de betonnen schil waren praktisch en financieel niet haalbaar en het datacenter raakte buiten gebruik. Sindsdien is het gebouw gebruikt als opslagruimte. Tot 2013, toen Cipal behoefte had aan een nieuwe locatie en doordat de fysieke omvang van het serverpark sterk was verminderd door toegenomen rekenkracht en virtualisatie. Hierdoor kwam het oude DC weer in beeld. Na een grondige renovatie is het datacenter weer in gebruik genomen. In feite heeft een ietwat ongelukkige materiaalkeuze uit de begintijd (bunkerachtige betonwanden en dak) toch nog goed uit kunnen pakken. Alleen is daar dan wel ruim 10 jaar leegstand aan voorafgegaan.”

belangrijke tak

“Renovatie van datacenters is inmiddels uitgegroeid tot een belangrijke tak binnen onze organisatie. Meer dan 12 jaar ervaring in bouwkundige projecten voor de IT kunnen we inzetten bij verbouw- en renovatieprojecten. Daarnaast hebben we stevig geïnvesteerd in kennis op het gebied van bouwkundige brandwerendheid. Dat is niet zonder reden. Er zijn maar weinig projecten waar de brandwerendheid volledig op orde is. Nader onderzoek wijst vaak uit dat de toegepaste materialen wel een

certificaat bezitten die de brandwerendheid aantoont, maar zijn toegepast op een wijze die niet gedekt wordt door dit certificaat. Bijvoorbeeld 5000 vierkante meter whitespace plafond opgebouwd uit F60 (60 minuten brandwerend) sandwichpanelen. Bij nadere bestudering van het certificaat en vooral van het testrapport waarin de juiste toepassing is vastgelegd, bleek dat deze panelen getest zijn als wandpaneel en niet als plafondpaneel. Het bijgeleverde certificaat dekt de toepassing als plafond niet en de brandwerendheid blijkt daardoor F0 (helemaal niet brandwerend). Bovenop dit probleem bleek de vrije overspanning groter dan toegestaan, waardoor ook de draagkracht niet was wat men dacht. Deze fout had de klant zelf al ontdekt, een installateur was reeds door het plafond gezakt.”

installatietechnisch project

“Een datacenter is hoofdzakelijk een installatietechnisch project. De grootste investering zit in alle systemen om de boel draaiend te houden. Iedereen beseft dat techniek stuk kan gaan en onderhoud behoeft, dus die installaties worden redundant uitgevoerd. Deze redundantie maakt renovatie (vervanging) van koeling, UPS, NSA en andere installaties mogelijk. Maar hebben we ooit gehoord van een redundante vloer? Of redundant plafond? Tevens moet men rekening houden met het feit dat renovatie van een bouwkundig deel een voortdurend proces is en niet bestaat uit korte, na elkaar te plannen interventies. Renovatie van datacenters en computerruimtes is niet één specialisme. Het is een verzameling specialismen die gebundeld dienen te worden ingezet. Voldoende kennis van de techniek in het datacenter, ervaring met werken in een operationele, kritieke omgeving. Bekend zijn met de logistiek en beveiliging rondom een DC. Gedegen kennis op het gebied van brandwerendheid, normen en regelgeving in relatie tot de bescherming tegen brand die een IT-omgeving behoeft. Juiste bescherming tegen andere bedreigingen (lekkages, bluswater, rook enz.). Kennis van de impact van automatische blussystemen op het gebouw: luchtdichtheid, drukgolf bij een blussing, overdruk afblazen en het voorkomen van stoftornado’s als er geblust wordt. Als de betreffende leverancier ook nog aantoont dat de werkzaamheden onder stof beperkend en voorkomend regiem worden uitgevoerd, dan kun je zeggen dat je de juiste partner hebt gevonden.” ■

dcw november | renovatie

“Voor veel datacenters is de 20-jarige leeftijd in zicht. Zelf heb ik nog op coax gebaseerde verbindingen geleverd voor het eerste Telecitydatacenter aan de Kruislaan in Amsterdam. Dat was in 1999. Dit gebouw van het Nationaal Instituut voor Kernfysica en Hoge-Energiefysica kwam beschikbaar nadat in 1998 de verouderde lineaire deeltjesversneller van dit onderzoeksinstituut werd ontmanteld. Wat overbleef was een ideale locatie voor een datacenter: groot vloeroppervlak, zware stroomaansluiting en volop connectiviteit door de nabijheid van SARA (Stichting Academisch Rekencentrum Amsterdam) en het Mathematisch Centrum dat zich bezig hield met wiskunde en informatica. Interessant detail is dat NIKHEF als nationaal instituut betrokken was bij CERN (kernonderzoek op Europees niveau), en daarmee een rol heeft gespeeld bij het ontwikkelen van het world wide web.”

73


Nieuw in de technische bibliotheek van Rittal:

‘De wereld van de IT-infrastructuren’ eerlijk zeggen: hoe zeker bent u van de betrouwbaarheid, efficiëntie en toekomstvastheid van uw it-infrastructuur? als lezer van datacenterworks weet u natuurlijk hoe belangrijk een goede it-infrastructuur is voor de continuïteit van bedrijfsprocessen. maar is uw kennis van it-infra technologie werkelijk toereikend om de betrouwbaarheid van uw it-systeem goed te kunnen beoordelen? als u voor nieuwe inzichten openstaat biedt het nieuwe kennisboek ‘de wereld van de it-infrastructuren’ uit de technische bibliotheek van rittal een goede basis

dcw november | kennisboek

voor een weloverwogen besluitvorming.

74

Ongeacht of het enkele servers in een bezemkast of een complete serverruimte betreft - het snel toenemende dataverbruik van bedrijfsprocessen vraagt om betrouwbare IT-infrastructuren. Maar hoe beoordeel je dat? Het samenstellen of vernieuwen van zelfs een eenvoudige IT-infrastructuur vereist veel inzicht. Het vraagt om een gedegen kennis bij IT-verant-

woordelijken en IT-beslissers. Want hoe realiseer je een datacenter-infrastructuur voor een optimale beschikbaarheid en betrouwbaarheid, die bovendien recht doet aan alle normeisen, die flexibel genoeg is om in te spelen op toekomstige ontwikkelingen, zonder daarbij de bedrijfskosten en het energiegebruik uit het oog te verliezen? Hoe ga je om met redundan-

download gratis de pdf van het kennisboek ‘de wereld van de it-infrastructuren’ Vul daarvoor uw naam en adresgegevens in op: http://bit.ly/1hdVTg7 U kunt het Engelstalige boek ook persoonlijk ophalen op de Rittal-stand van IT Room Infra Event 2015, op 17 november in Den Bosch.

tie en hoe zit het met de koppeling van de fysieke computerruimte-infrastructuur aan het server- en applicatiemanagement? Rittal bundelde alle actuele kennis over datacenter infrastructuren in dit 160 pagina’s tellende kennisboek.

zo waardevol en toch gratis

Het gratis te verkrijgen kennisboek biedt praktische inzichten en concrete hulp bij het samenstellen van uw IT-systeem. In overzichtelijke hoofdstukken met onderwerpen als vermogen, beschikbaarheid, efficiëntie, locatie en toekomst delen experts hun heldere visie


op alle deelaspecten van de hedendaagse ITinfrastructuur. Elk hoofdstuk bevat praktische handvatten, zoals formules en evaluatienormen voor het berekenen van de energie-efficiëntie van serverruimtes en datacenters. Uieraard zijn alle actuele Europese en nationale normeringen en richtlijnen (machinerichtlijn, NEN en UL) opgenomen en wordt duidelijk aangegeven hoe u er zo effectief mogelijk voor kunt zorgen dat uw datacenter aan deze normen voldoet. Of het nu kleine of grote projecten betreft, de engineering, bouw of modernisering van kleine, middelgrote of grote serverruimtes of datacenters betreft, dit ken-

nisboek helpt zelfs de meest doorgewinterde IT-professional bij het vinden van de beste oplossing voor de meest uiteenlopende organisatorische, technische, ruimtelijke en financiële omstandigheden.

next level for data centers: rittal op it room infra event 2015

Het Nederlandstalige kennisboek is gratis online verkrijgbaar op www.rittal.nl, menu Support, tab Techniekbibliotheek of: http://bit.ly/1hdVTg7. U kunt het Engelstalige boek ook persoonlijk

ontvangen op de Rittal stand van IT Room Infra 2015 in Den Bosch, het landelijke event waar het bouwen van computerruimtes en datacenters centraal staat. Op de Rittal stand staan vakkundige product- en account managers klaar om u te adviseren. Onze experts verheugen zich op uw belangstelling. Tot ziens op 17 november aanstaande op het IT Room Infra Event. ■

dcw november | kennisboek

BEZOEK ONS OP HET IT ROOM INFRA EVENT EN ONTVANG GEHEEL KOSTELOOS HET KENNISBOEK!

75


Technologie van Rosenberger OSI

Twee keer zoveel connecties en 15 meter meer kanaallengte preconnect pure heeft een nieuwe benchmark neergezet voor high-speed dataoverdracht. de optische contactpunten in de connectors reduceren tussenschakelverlies op een niveau dat nog niet eerder bereikt is, waardoor een flink hoger aantal connecties per kanaal en een grotere maximale lengte gerealiseerd kan worden. besmettingen die de prestaties beperken en operator errors zijn met pure verleden tijd. pure is het rotsvaste fundament voor de communicatie protocollen van de toekomst. Rosenberger OSI PreCONNECT PURE maakt een einde aan de oorzaken van prestatie beperkende besmettingen van IT-bekabeling door middel van optische contacten van de hoogste kwaliteit die geïntegreerd zijn in de connectors en een innovatief ontwerp van de interface. Wees verzekerd van maximale data stromen en de continuïteit daarvan – en bespaar tijd en geld met de installatie. PURE: bekabeling in zijn puurste vorm.

dcw november | bekabeling

it-bekabeling in tijden van technologische verandering

76

IT-bekabeling heeft altijd voor grote uitdagingen gestaan, en dat zal in de toekomst niet veranderen. Dit geldt vooral voor degenen die zich bezig moeten houden met het ontwerpen en installeren van ‘state-of-the-art’ technologie. Behoort u tot één van deze mensen? Dan moet u zeker het volgende weten over PreCONNECT SR4. Wat is SR4? SR4 staat voor parallel optic multimode-toepassingen (korte afstand), op basis van vier pa-

rallelle transmissiekanalen. Beperkingen in lengte zijn een veel besproken onderwerp als het gaat over communicatieprotocollen. Dit geldt met name voor parallell optic toepassingen voor datacenters. Zo hebben 40GBE SR4 toepassingen een maximum kabellengte van 150 meter, zelfs met OM4 vezels. Dezelfde infrastructuur, maar dan voor 100GBE-SR4, heeft slechts een maximum kabellengte van 100 meter met OM4 vezels en slechts 70 meter met OM3 vezels. En dit is maar een deel van

een complex verhaal. Een ding is echter zeker: uit bovenstaande feiten blijkt dat er veel meer aandacht besteed moet worden aan de planning van IT-infrastructuren voor gebruik in de toekomst. Dus wat is de beste weg om te nemen in tijden van technologische verandering? ‘Make everything as simple as possible, but not simpler’ (Albert Einstein) De EN50173-5 IT-bekabeling standaard en


77

dcw november | bekabeling


signal reception Rx1 Rx2 · · · · Tx2 Tx1

key up Position 1

Position 12

Position 1

Position 12

Position 1

Position 12

multifibre cable

multifibre patch cord

Rx1 Rx2 · · · · Tx2 Tx1

key up Position 1

Position 12

Position 1

Position 12

Position 1

Position 12

signal transmission

EN50600, de bredere norm voor datacenters, definiëren de generieke structurele eisen voor full-duplex IT-bekabeling, die tot voor kort dominant was. De opkomst van parallel optic toepassingen zorgt er voor dat deze technologie, die maar beperkt toegepast werd, een veel belangrijker rol in datacenters krijgt. In het verleden was het toepassingsgebied van parallell optic klein, zoals bijvoorbeeld InfiniBand dat in de late jaren ‘90 werd geïntroduceerd, en waren alleen separate ‘point-to-point’ verbindingen toegestaan. Met de opkomst van 40GBESR4 switches en servers en 4 x 16GB-FC toepassingen, is er toenemende vraag naar toepassingen die afrekenen met de noodzaak voor ‘point-to-point’ verbindingen en zorgen voor een grotere flexibiliteit voor de IT-bekabeling infrastructuur.

dcw november | bekabeling

Als we een blik werpen op de huidige beschikbare protocollen voor parallel optic transmissie van dataverkeer, dan kunnen de volgende varianten onderscheiden worden:

78

De 40GBE en 100GBE toepassingen hebben verschillende uitvoeringen, die ieder op hun beurt de keuze voor een interface voor de aan te sluiten apparatuur beïnvloeden. Bij 100GBE kan men aannemen dat de SR4 variant de overhand zal krijgen en daarmee de SR10 variant zal vervangen.Voor de gebruikers zal dit de situatie aanzienlijk vereenvoudigen, omdat SR4-compatible infrastructuren die de MTP12 connector als interface gebruiken, de 4 x 16 GB FC, 40GBE-SR4 en 100GBE-SR4 protocollen ondersteunen. De 40GBE-SR-BD variant, die een LC duplex interface gebruikt, moet als uitzondering worden beschouwd: deze wordt gebruikt als applicatie voor de bekabeling van Nexus switches.

In parallel optic omgevingen zal de MTP12 connector de voorkeur hebben. Met de MTP12 connector zal polariteit steeds een rol spelen. Een andere bepalende factor is het gender, key-up of key-down. Om deze factoren goed te begrijpen, is het lezen van de ANSI/ TIA568-C specificatie aan te raden. Hierin worden de drie configuraties, te weten Methode A (1:1), Methode B (1:12) en Methode C (flipping of adjacent pairs), met voorbeelden van configuraties van duplex en parallel optische toepassingen goed beschreven. Bij de meest gebruikte standaard toepassing, de TX/ RX module, is een 1:12 configuratie van de fibers vereist. Om deze reden is Methode B duidelijk de favoriet om de polariteit van de trunk bekabeling te bepalen.

Voor degenen die een degelijke, betrouwbare plug-and-play oplossing gebaseerd op SR-4 willen, raden wij een infrastructuur bekabelingplan aan volgens het schema hiernaast. Rosenberger OSI’s nieuwe PreCONNECT SR4 is gebaseerd op dit schema. PreCONNECT SR4 is een compleet systeem van componenten voor een eenvoudige implementatie van een plug-and-play connectie in SR4 toepassingen. Alle trunk bekabeling heeft male MTP12 connectoren, waardoor alle patch kabels voorzien moeten zijn van female MTP12 connectoren voor de verbinding met de apparatuur. Hierdoor wordt foutieve handling naar de interfaces voorkomen. Naast het gemak waarmee geïnstalleerd en gepatcht kan worden, zorgt PreCONNECT SR4 ook voor een effectiever kostenplaatje doordat het onnodige interfaces voorkomt. En niet minder onbelangrijk: de polariteit in de gehele infrastructuur is gegarandeerd. De eerder genoemde problemen met de polariteit, gender (key-up/key-down) en coupler komen hierdoor nooit voor. Een gemakkelijker setup is niet voor te stellen. Dat geldt voor alle SR4 systemen, zelfs op het moment dat 4x 100 GBE applicaties beschikbaar komen, wat naar verwachting zal gebeuren in 2020 volgens de Ethernet Roadmap. Het is bijna onmogelijk om beter voorbereid te zijn op de toekomst. ■


GE Industrial Solutions

Compleet producten- en dienstenpakket • • • •

Midden- en laagspanningsenergiedistributie Energie management en automatisering UPS systemen van 400VA–4800kW TLE Series UPS specifiek ontworpen voor datacenters 160–4800kW met o.a. een ongeëvenaard rendement

GE imagination at work

Nederlands GE service team voor de beste support nl.geindustrial.com


SPIE verzorgt verhuizing ICT-apparatuur

‘Er is nog nooit een server dood aangekomen’ na de oplevering van een nieuw datacenter of de keuze voor een co-locatieruimte staat de volgende uitdaging te wachten: de verhuizing van de ict-apparatuur. “steeds meer bedrijven zijn zich ervan bewust dat dit niet iets is wat je op de achterbank van een auto doet”, zo signaleert frank van der sluijs, field manager bij spie. datacenterworks sprak met van der sluijs over de gevaren die tijdens een verhuizing op de loer liggen, en de hulp die spie kan

dcw november | markt

bieden.

80

Het grootste risico dat tijdens een verhuizing van ICT-apparatuur op de loer ligt? Frank van der Sluijs van SPIE kan er kort over zijn: servers of andere ICT-apparatuur die op de nieuwe locatie niet meer tot leven komen. “Als je zonder voorzorgsmaatregelen te treffen een server uitschakelt die nooit uit is geweest, dan kun je op de nieuwe locatie problemen verwachten.” Een ‘Dead On Arrival’ (DOA) kan meerdere oorzaken hebben. Eén van de belangrijkste oorzaken is de ‘temperatuurschok’ die de apparatuur te verduren krijgt. Het is daarom ook belangrijk dat apparatuur tijdens het transport ‘op temperatuur’ wordt gehouden. Vervolgens is het zaak dat

‘HET VERHUIZEN VAN ICT-APPARATUUR IS GEWOON ZWAAR WERK’

het inbouwen van de apparatuur op dezelfde temperatuur gebeurt als het uitbouwen. De schokken tijdens het transport – die schadelijk zijn voor de mechanische onderdelen van de apparatuur – kunnen eveneens voor een ‘DOA’ zorgen. “Het is dan ook van belang dat de apparatuur wordt verpakt in schokabsorberend materiaal en er gebruik gemaakt wordt van speciaal lucht geveerd transport”, aldus de Field Manager.

testen bekabelingsinfrastructuur

Naast het voorkomen van een DOA brengt een verhuizing uiteraard nog meer uitdagingen met zich mee. Zijn bijvoorbeeld de doorgangen op de nieuwe locatie hoog genoeg voor de racks die naar binnen moeten? En is de bekabelingsinfrastructuur die op de nieuwe locatie aanwezig is hetzelfde of anders dan de huidige situatie? Deze vragen moeten voorkomen dat de verhuisde apparatuur niet kan worden aangesloten. Ook zie je vaak dat een andere configuratie van de net-


hulp bij verhuizing

Van der Sluijs ziet de vraag naar hulp bij een verhuizing ook al enkele jaren sterk toenemen. Die hulp wordt geboden door SPIE. “Wij beschikken over alle materialen die nodig zijn voor een professionele verhuizing, zoals kratten, isolatiemateriaal en transportmiddelen. Ook kunnen we voor de klant op de nieuwe locatie bijvoorbeeld een inventarisatie doen, de powervoorziening optimaliseren, alles netjes uitbekabelen en ook de rackbekabeling installeren. Doordat we alle kennis en middelen in huis hebben, kunnen we de tijdsduur van een verhuisactie aanzienlijk verkorten.” De verhuisservice van SPIE is geen standaarddienstverlening. In overleg met de klant wordt bepaald waaruit de hulp van SPIE bestaat. Die hulp kan bestaan uit: • een vooropname van de ICT-apparatuur op de oude en nieuwe locatie, zodat een duidelijk beeld ontstaat van de omvang van de verhuizing; • het opstellen van een plan van aanpak met afspraken en fall-backscenario’s; • het uitbouwen en schokvrij inpakken van de ICT-apparatuur; • het transport van de huidige locatie naar de nieuwe locatie; • het inbouwen van de ICT-apparatuur op de nieuwe locatie; • de oplevering en overdracht van de verhuisde apparatuur volgens afspraken.

‘EEN BELANGRIJKE OORZAAK VAN EEN DOA IS DE ‘TEMPERATUURSCHOK’ DIE DE APPARATUUR TE VERDUREN KRIJGT’

Deze dienstverlening kan nog verder worden uitgebreid met zaken als een quick scan van de nieuwe ruimte, het uitvoeren van noodzakelijke upgrades en het beheer van de ruimte na de verhuizing.

risico’s verminderen

“Met onze verhuisservice kunnen we het gehele traject verzorgen, vanaf de voorbereiding tot aan het moment dat de apparatuur op de nieuwe locatie weer wordt ingeschakeld. Tijdens de verhuizingen die wij hebben uitgevoerd, is er nog nooit een server dood aangekomen”, concludeert hij. “Maar er blijven altijd risico’s bestaan, en daar zullen we klanten ook altijd nadrukkelijk op wijzen. Eventueel kunnen we een uitgebreide verzekering bieden, waarbij de premie en de dekking uiteraard afhankelijk zijn van de ouderdom en de staat van de apparatuur.” ■ ferry waterkamp freelance journalist

dcw november | markt

werkapparatuur op de nieuwe locatie zorgt voor de nodige problemen. “Mijn advies is dan ook om gezamenlijk met de klant een uitgebreid fall-backscenario op te stellen. Op de nieuwe locatie wordt eerst een werkende WAN-netwerkkoppeling operationeel gemaakt. Pas daarna wordt de overige apparatuur verhuist”, stelt hij.

81


hoewel we tegenwoordig een uitgebreid scala aan internationale normen, compliance-eisen en per land specifieke voorschriften in acht moeten nemen tijdens de ontwikkeling van precisie airconditioningsystemen, streeft stulz nog steeds het doel van de integratie van de individuele behoeften van elke klant na. het maakt hierbij geen enkel verschil of een airco-systeem een traditioneel gesloten circuit airconditioning unit met een verhoogde vloer, een-rij gebaseerde airconditioning oplossing, een chiller of een luchtbehandelingskast voor buitenopstelling is.

Visie Stulz op toenemende complexiteit datacenters

dcw november | koeling

Koelen is maatwerk

82

Bij het plannen van een airconditioningoplossing moedigen de engineers van Stulz de klant altijd aan om de ‘2011 ASHRAE Thermal Guidelines for Data Processing Environments’ als richtlijn te gebruiken. Deze richtlijn moet echter niet worden beschouwd als een universele oplossing voor alle soorten van datacenterkoeling. In plaats daarvan worden de aanbevelingen gedaan op basis van nauwkeurig omschreven klassen en omgevingscondities. Iedere datacenter operator zal dus moeten bepalen in welke klasse zijn datacenter of een bepaald segment bin-

nen zijn datacenter thuis hoort. Pas dan is het goed mogelijk een betrouwbare oplossing te ontwikkelen voor afzonderlijke zones. Door de wereldwijde stijging van de energieprijzen en de strenge eisen op naleving en beschikbaarheid kunnen airconditioningoplossingen sowieso niet meer worden ontworpen op basis van het one size fits all-principe. In plaats daarvan moet elk datacenter worden beschouwd als een individueel project. Parameters als locatie, redundantie, hardware-specificaties en de verwachte groeipercentages moeten zo nauwkeurig mogelijk worden afgewogen, zodat efficiënte en betrouwbare koeling ook bij toekomstig gebruik kan worden gegarandeerd.

opkomst van individualisering

Tegenwoordig kunnen datacenters kiezen uit een breed scala aan koelsystemen. Elk met hun eigen specifieke prestaties, variabe-

len en fabrikanten.Voor datacenter operators betekent dit dat zij zich geconfronteerd zien met een overweldigende reeks aan opties, die stuk voor stuk moeten worden geëvalueerd. Hierbij loopt hij het risico dat een oplossing wordt gekozen die weliswaar goed genoeg is voor het geplande gebruiksprofiel van het datacenter, maar waarvan na verloop van tijd blijkt dat er geen sprake meer is van een 100% match. Dat geeft nogal wat nadelen. Denk aan onnodig hoge energiekosten, maar ook aan een gebrek aan flexibiliteit bij toekomstige uitbreiding van het datacenter of zelfs tekortkomingen in de bedrijfszekerheid. Om dit soort problemen te voorkomen, moeten airconditioning-oplossingen worden onderworpen aan intensieve analyse. Dit dient te gebeuren in samenwerking met de in-house IT-afdeling, consultants, fabrikanten en gespecialiseerde airconditioning-bedrijven. Bij voorkeur worden reeds lang voor aanvang


slimme standaard

Terwijl de inrichting van datacenters en serverruimtes wereldwijd nauwelijks van elkaar verschillen, worden de eisen voor datacenter-airconditioning steeds individueler. Veel exploitanten zien zich geconfronteerd met technische uitdagingen en planningsproblemen bij het uitbreiden van hun datacenter. Dit is onder andere het gevolg van parameters als het lokale klimaat, ruimtelijke en ruimteoverwegingen, milieubescherming en lawaai. En niet te vergeten: de veiligheidseisen. Voor dit alles biedt STULZ individuele, modulair opgebouwde oplossingen, die kunnen worden aangepast aan projecteisen en ex-

pansiefasen. Daarnaast bieden de oplossingen van STULZ een breed palet aan opties ten aanzien van mechanische onderdelen, koeltechniek, verwarming, condensors, luchtbevochtigers, elektra en koelmiddel.

veiligheid voorop

Free Cooling-systemen vormen inmiddels een algemeen geaccepteerd onderdeel van een energie-efficiënte airconditioning­ systeem voor datacenters. Vrije luchtkoeling biedt volop mogelijkheden voor het ontwerpen van koelingssystemen die uitstekend voldoen aan de eisen van een datacenter. Daarbij is het wel belangrijk een aantal keuzes te maken. Ten eerste moet een keuze worden gemaakt tussen indirecte en directe vrije koeling. Indirecte free cooling is een gesloten systeem, zodat er geen buitenlucht het datacenter in komt. Direct free cooling daarentegen bestaat uit een open systeem waarbij gefilterde buitenlucht het datacenter wordt ingeblazen en door de server racks stroomt. Het zal daarmee duidelijk zijn dat direct free cooling niet voor elk datacenter geschikt is, zelfs in gematigde klimaten. Factoren die moeilijk te berekenen zijn, zoals smog, stof

of rook in de nabijheid van het datacenter, kan filtersystemen binnen minuten verstoppen en uiteindelijk leiden tot stagneren van de koeling. Als de mechanische koeling dan niet in staat is om voldoende koelvermogen te leveren, kan dit snel leiden tot gedeeltelijke afschakeling of zelfs ongewenste downtime. Om deze reden voorziet STULZ zijn koel­ systemen met vrije koeling altijd van voldoende overcapaciteit in koelvermogen. Dit gebeurt in de vorm van mechanische koeling. Daarmee kan in iedere situatie de volledige hoeveelheid koeling worden gegenereerd, zelfs als de vrije koeling helemaal nog geen koelcapaciteit levert of wegvalt. ■ www.stulz.nl

van de redactie

dcw november | koeling

van de eigenlijke projectfase van elk type airconditioning de individuele sterke en zwakke punten vastgesteld. Dit dient te gebeuren in een open dialoog, zodat snel duidelijk is welke fabrikant de juiste ervaring in datacenter-airconditioning heeft. Deze aanbieder dient bovendien over een voldoende breed assortiment te beschikken om ook aan de individuele eisen te kunnen voldoen. Daarbij moeten we ook bedenken dat sommige eisen pas ontstaan - of beter gezegd: zichtbaar worden - na installatie van de airconditioning en tijdens gebruik in het datacenter.

83


Testoplossing voor datacenters Leverancier van datacenterdiensten Mafi Mushkila gaat een strategisch partnership aan met verhuurder van datacenterapparatuur Optimum Power Services (OPS). De bedrijven gaan samen een testoplossing voor datacenters op de markt zetten. Mafi Mushkila levert monitoringtools en warmtebelasting-

en serveremulatoren. Het bedrijf is wereldwijd actief en heeft naar eigen zeggen oplossingen geleverd voor ruim 200 verschillende datacenterprojecten. OPS is een verhuurder van load bank testapparatuur, generatoren en UPS-systemen voor datacenters. Het bedrijf verzorgt daarnaast ook installaties en aanpas-

Switch bouwt grootste datacenter ter wereld

Schneider Electric kondigt reeks microdatacenters aan

SUPERNAP, onderdeel van Switch, bouwt naar eigen zeggen het grootste datacenter ter wereld.Volledig uitgebouwd moet het datacenter een oppervlakte van bijna 576.000 m2 in beslag nemen en een vermogen bieden van 700 Megavoltampère (MVA).

Schneider Electric introduceert een reeks microdatacenters. Hierbij is het volledige datacenter ondergebracht in één behuizing, inclusief stroomvoorziening, koelapparatuur en managementsoftware. De reeks microdatacenters bestaat uit: • SmartBunker SX, gericht op traditionele IT-omgevingen • SmartBunker CX, bedoeld voor kantooromgevingen • SmartBunker FX, ontworpen voor iedere omgeving • SmartShelter, biedt ruimte aan meerdere racks en is ontworpen voor iedere omgeving Voor ieder microdatacenter zijn verschillende opties beschikbaar. De units kunnen daarnaast op basis van wensen worden aangepast door Schneider Electric. De nieuwe microdatacenters zijn op dit moment alleen nog verkrijgbaar in Noord-Amerika. Naar verwachting worden de units eind dit jaar wereldwijd gelanceerd. ■

dcw november | nieuws

Het datacenter wordt gebouwd in het Amerikaanse Reno, Nevada, op 22 minuten afstand van het Reno-Tahoe International Airport. Switch bouwt het datacenter in verschillende fases, waarvan de eerste fase in aanbouw is. De eerste fase neemt ruim 111.000 m2 aan oppervlakte in beslag en beschikt over een vermogen van 130MVA. Het bedrijf heeft daarnaast nog zes fases op de planning staan, waarbij telkens een nieuw gebouw aan de locatie wordt toegevoegd. Het totale vermogen van de locatie moet oplopen tot 700MVA. Een planning voor de verschillende fases wordt niet gegeven. Het is dan ook onduidelijk wanneer de bouw van alle zeven fases afgerond moet zijn. ■

84

singen van diesel-gebaseerde systemen. De twee bedrijven werken al langer met elkaar samen. De afgelopen 18 maanden hebben de bedrijven bij verschillende partijen hun krachten gebundeld. Nu wordt deze samenwerking uitgebreid met een formeel strategisch partnership. ■


Siemon optimaliseert migratie naar 40- en 100Gb/s-applicaties Siemon introduceert zijn 40/100Gb/­s-glasvezelbekabelingsoplossing en. De oplossingen zijn bedoeld om de migratie naar 10Gb/s- naar 40- of 100Gb/s-applicaties te vereenvoudigen. Daarnaast levert Siemon patchcorden waarmee klanten hun bestaande plug-and-playbehuizingen en trunks van Siemon kunnen gebruiken voor 40/100Gb/s-prestaties in netwerk-, server- en opslagapplicaties. MTP-backbonetrunkbekabeling kan aan actieve apparatuur worden gekoppeld via de Quick-Pack of ultra-high-density LightStack MTPadapterplaten van Siemon. Deze bieden ‘pass-through’-connectiviteit met de glasvezelbehuizingen van Siemon. Hiervoor beschikken de nieuwe 40/100Gb/s-glasvezelbekabelingsoplossingen over conversiekabels die twee 12-fibre MTP-connectoren overzetten naar drie 8-fibre MTP-connectoren, waardoor de 12-fibre MTP-backbonetrunks voor de volle 100 procent kunnen worden gebruikt. “De huidige transmissie van 40 Gb/s en de binnenkort verwachte transmissie van 100 Gb/s zijn allebei gebaseerd op 8 glasvezels, waarbij 33 procent van 12-fibre backbonetrunks ongebruikt blijft. Onze conversiekabels zetten twee 12-fibre

MTP-connectoren om naar drie 8-fibre MTP om niet-gebruikte glasvezel te voorkomen”, zegt Tony Benn, Technical Support Manager bij Siemon. “De omzetting integreren in het patchcord is een kosteneffectievere, lower-loss-optie dan het aanschaffen en installeren van aparte conversiecassettes die extra gekoppelde paren in de channel introduceren.” De nieuwe 40/100Gb/s-glasvezelbekabelingsoplossingen zijn ook voorzien van onder andere enkelvoudige MTP-jumpers en conversiekabels die twee 12-fibre MTP’s omzetten naar één 24-fibre MTP voor gebruik met huidige 100Gb/s-channels op basis van 20 glasvezels. Daarnaast zijn LC-to-MTP vier x 10G hybride kabels beschikbaar die één MTP omzetten naar vier duplex LC-connectoren voor gebruik met 40Gb/s-applicaties op basis van aggregatie van meerdere 10Gb/s-poorten. Klanten die willen upgraden van 10Gb/s naar 40en 100Gb/s-applicaties kunnen bestaande MTP-to-LC modules van Siemon vervangen door de MTP-adapterplaten en de 40/100Gb/s-patchcorden kiezen die voor hun applicatie het meest geschikt zijn. De kabels zijn gemaakt van Siemon’s RazorCore-kabels met een kleinere diameter, waardoor verbindingen beter toegankelijk zijn en er minder congestie is in horizontale kabelgoten, wat de luchtstroming rond apparatuur ten goede komt.■

Gratis audit brengt risico van thermische problemen in kaart problemen volledig en eenvoudig voorkomen kunnen worden, zonder dat hiervoor grote investeringen nodig zijn. Beheerders zouden hun datacenterconfiguratie op holistische wijze moeten analyseren om zeker te stellen dat alle koelapparatuur met maximale efficiëntie samenwerkt Een dergelijke analyse zou moeten beginnen bij een nauwkeurig inzicht in de thermodynamica van een data-

Buiten beginnen is binnen winnen HERAS ADVAT Afschrikken • Detecteren • VertrAgen • Actie onDernemen • toegAng VerschAffen

center. Met de EkkoSense Thermal Risk Assessment helpt EkkoSense datacenterbeheerders inzicht te krijgen in de thermische omstandigheden op iedere vierkante meter van een datacenter. Beheerders kunnen de audit zonder verdere verplichtingen uitvoeren. De EkkoSense Thermal Risk Assessment is drie maanden lang gratis beschikbaar.■

dcw november |

Het Britse EkkoSense levert gratis audits om datacenterbeheerders te helpen het risico op IT-storingen door thermische problemen in kaart te brengen. Ook helpt het bedrijf beheerders methodes die zij kunnen gebruiken om dit risico te verminderen beter te begrijpen. EkkoSense meldt dat thermische problemen leiden tot 29% van de ongeplande datacenterstoringen. Het bedrijf stelt dat de

www.heras.nl

85


Datacenters in 2041? 21 oktober 2015, dé dag waar marty mcfly en doctor emmett brown in back to the future ii naartoe reisden, is inmiddels geschiedenis. in de legendarische film uit 1989 zien we naast vliegende auto’s en zelfstrikkende veters ook technologische snufjes die wel werkelijkheid zijn geworden, zoals spraakgestuurde computers, flatscreens, tablets, slimme brillen en betalen met je vingerafdruk. Wat zou het heerlijk zijn als we het datacenter van 21 oktober 2041 konden voorspellen, en dan het liefst met een nog grotere nauwkeurigheid dan waarmee de schrijvers van Back to the Future II hun voorspellingen deden.

toekomstvast?

dcw november | blog

Iedereen die al eens de sleutels van zijn gloednieuwe, state-of-the-art datacenter in ontvangst heeft mogen nemen, weet dat het voorspellen van de datacentertoekomst onbegonnen werk is. Dat toekomstvaste datacenter blijkt al snel niet zo toekomstvast te zijn en is na tien jaar gewoon zwaar verouderd.

86

Dit gebrek aan toekomstvastheid is overigens niet zo verwonderlijk als je bedenkt onder welke grote veranderingen datacenters gebukt gaan. Zo was het tien jaar geleden nog moeilijk voor te stellen dat we in 2015 per dag 45 triljoen gigabyte aan data zouden verwerken en per minuut 300 uur aan video, en dat het datacenter steeds vaker een onderdeel zou zijn van een ‘hybride topologie’ waarin een deel van de databewerking in de cloud wordt afgehandeld.

datacenter van de toekomst

Hoe zorgen we er toch voor dat het datacenter dat we in 2016 openen ook echt toekomstvast is zodat het in 2026 nog moeiteloos mee kan komen? Daarvoor moet het datacenter niet alleen zijn voorbereid op

nieuwe, nu nog onbekende technologieën, maar ook goed scoren op gebieden als energie-efficiëntie, schaalbaarheid en kostenefficiëntie. En daar zijn volgens mij - naast een toekomstvisie - minimaal drie zaken voor nodig: 1. Inzicht Inzicht in het datacenter is cruciaal. De onderlinge afhankelijkheden tussen datacentercomponenten zoals power, beschikbare ruimte, het netwerk en de koeling moeten inzichtelijk zijn om de impact te kunnen inschatten van bijvoorbeeld het uitrollen van een nieuwe technologie of van een plotselinge groei in de hoeveelheid data. Dit inzicht is alleen te verkrijgen met een Data Center Infrastructure Management-oplossing die alle informatiebronnen met elkaar verbindt en zorgt voor een ‘single point of management’ voor bijvoorbeeld power, koeling en assets. Als het datacenter deel uitmaakt van een hybride topologie bevordert DCIM ook de afstemming van interne en externe procedures door silo’s in de procesgang weg te nemen. 2. Modulariteit Om een sterke, onverwachte groei van de hoeveelheid data op te kunnen vangen, is een modulair datacenter nodig waarvan de capaciteit eenvoudig is uit te breiden. Om een betere schaalbaarheid te realiseren, worden steeds vaker ‘voorgefabriceerde, modulaire datacentermodules’ ingezet; volgens

onderzoek van IDC Research uit 2014 heeft zelfs dertig procent van de datacentereigenaren plannen om een modulaire, ‘prefab’ oplossing in te gaan zetten. Een voorbeeld van zo’n oplossing is het ‘Data Center on Demand’ van CommScope dat door het gebruik van standaard ‘bouwblokken’ snel is uit te breiden. Technologieën zoals SmartAir en DynamicBuild zorgen voor een hoge energie-efficiëntie en een ‘Capacity on Demand’. 3. Een solide basis Uiteindelijk heeft ook de allernieuwste technologie een connectie nodig, of dat nu is via een glasvezel- of koperverbinding. Een toekomstvast datacenter moet dan ook een ‘fundering’ bieden die is voorbereid op toekomstige ontwikkelingen zoals snelheden op 40 en 100 G. Op deze fundering moet ook alles kunnen ‘landen’, van datacentermodules, sensoren en DCIM-oplossingen tot aan de nieuwste technologieën die op 21 oktober 2041 opduiken. Als we deze drie uitgangspunten in acht nemen, dan kunnen we misschien komend jaar al de sleutels in ontvangst nemen van ons toekomstvaste datacenter, dat zo toekomstvast is dat het op 21 oktober 2041 nog op een bescheiden applausje kan rekenen. ■

rogier den boer dcim sales manager europe bij commscope


OEC Power Solutions

Sikko Koers (sales engineer) en Robert van Kammen (manufacturing engineer) controleren de kwaliteit van een besturingskast van een DC-koelinstallatie

OEC Power Solutions Datacenteroplossingen ontwikkeld, geproduceerd en geleverd vanuit Nederland A.Plesmanlaan 15 NL-9615 tj Kolham P.O. Box 203 9600 ae Hoogezand

T F E W

+31 (0) 598 392 000 +31 (0) 598 394 004 info@oecpowersolutions.com www.oecpowersolutions.com


...all you desire in a world of Data Centers

Maatconfectie bij glasvezelkabel Het glasvezel-productportfolio van METZ CONNECT wordt verder uitgebouwd met voorgeconfectioneerde glasvezel-installatiekabel (VIK). Het gaat om een VIK met universele kabel en minibreakoutkabel. De kabels worden aan de hand van wensen van de klant geconfectioneerd.

Unbeatable versatility of our comprehensive solutions!

to complete your network

Visit us at:

November 17th Location:

1931 Congres Centrum, Den Bosch

CONTEG Benelux B.V. Weidehek 121D 4824 AT Breda tel: +31 (0) 6 53 43 86 43 tel.: +31 (0)76 5420 709

info@conteg.com www.conteg.com

De VIK’s zijn glasvezelkabels, voorzien van connectoren aan één of beide zijden, die handmatig worden geproduceerd. De individueel geconfigureerde glasvezelkabels worden onder het merk OpDAT met betrekking tot kabellengte, connectorcombinatie (bijv. LC, SC en ST) en aantal vezels volgens de wensen van de klant geconfectioneerd. De universele OpDAT VIK kabels met een vezelaantal van 4 tot 48 zijn onder andere gericht op datacenters. De universele VIK kabels zijn de aanvulling bij OpDAT patchvelden (type PF, PA, vast of slide). Ze maken een point-to-point-verbinding mogelijk van passieve en actieve netwerkcomponenten. Daarmee worden installatietijd en kosten gereduceerd in vergelijking met splitsen en pigtails of een bekabeling met afzonderlijke leidingen. De OpDAT VIK Mini-Breakoutkabel met 4, 12 en 24 vezels zijn eveneens geschikt voor toepassing binnen en buiten en worden ook in combinatie met OpDAT patchvelden en voor de aansluiting op OpDAT aansluitdozen ingezet. Beide kabelvarianten worden standaard geleverd met fanout-bescherming. Optioneel kunnen de kabels worden geleverd met een intrekhulp om de glasvezelleidingen in kabelkanalen of in kabelschachten te trekken. De OpDAT VIK’s zijn individueel configureerbaar via de kabelconfigurator op www.metz-connect.com. ■


Energie-efficiënt inrichten van Datacenters

SEE US AT

SEE US AT

SE

europe

europe 18-19 November, 2015 ExCeL, London

18-19 November, 2015 ExCeL, London

SmartZone™ Cooling Optimization Solution kan u helpen tot 50% te SEE US AT besparen op uw energiekosten in datacenters. Een betrouwbare SEE US AT oplossing voor het monitoren van omgevingsvariabelen, energiereductie door optimalisatie van luchtstromen en het terugwinnen van koelingscapaciteit op basis van betrouwbare draadloze technologie.

europe

CASESTUDY

Handhaven

18-19 November, 2015 ExCeL, London Handhaving van deverbeterde

CO-LOCATION PROJECT: 7.000 m², 3119 meetpunten

operationele efficiency en verhoogde betrouwbaarheid

€525,000 Jaarlijkse kW besparingen: 3.5 kW Return on Investment: 12 Maanden

Totale energiebesparingen: ca.

Automatiseren Active Control is een dynamisch systeemdat de benodigde koelingscapaciteit continu afstemt op de wijzigingen van de IT load

europe

Onderzoeken 18-19 November, 2015

Vooronderzoek om de potentiële ExCeL, London energiebesparing en ROI vast te stellen

ROI

e

18 Ex

SE

e

18 Ex

Monitoren Monitoring van omgevingsvari abelen zoals temperatuur, relatieve luchtvochtigheid en luchtdruk om inzage te krijgen in de huidige "toestand" van het datacenter

Optimaliseren Energiebesparing door het optimaliseren van luchtstromen in het datacenter met behulp van de SmartZoneTM Cooling Optimization tool

SEE US AT

europe 18-19 November, 2015 ExCeL, London

Neem contact met ons op en vraag naar een gratis Return On Investment onderzoek om inzage te krijgen in het energie-efficiënter maken van uw datacenter(s). www.panduit.com/coolingoptimization EMEA-CustomerServices@panduit.com 020 487 45 81

SEE

europe 18-19 November, 2015 ExCeL, London


Op maat gemaakte modulaire datacentercontainers Het Britse iDaC Solutions lanceert op maat gemaakte modulaire datacentercontainers (MDC’s). De containers zijn beschikbaar in iedere lengte tussen 3 en 12 meter en kunnen op maat worden gemaakt aan de hand van wensen van de klant. iDaC Solutions is zeker niet de eerste partij die MDC’s op de markt brengt. Veel andere partijen baseren zich hierbij echter op standaard containers, die worden aangepast om datacenterapparatuur te huisvesten. iDaC Solutions pakt dit anders aan en bouwt de container geheel vanaf de grond op. De MDC’s worden gebouwd in Duitsland. De MDC’s van iDaC Solutions zijn gebaseerd op ISO High Cube standaard. De containers kunnen hierdoor eenvoudig worden verhuisd, zijn modulair en hebben weinig onderhoud nodig. De containers

worden op maat gemaakt voor klanten. waarbij de klant zijn milieu- en technische eisen in de container kan laten verwerken. Daarnaast bepaalt de klant hoe groot de container wordt, waardoor deze eenvoudiger in omgevingen kan worden geplaatst waar weinig ruimte beschikbaar is. Met de containers richt iDaC Solutions zich op verschillende toepassingen van MDC’s, waaronder uitbreiden van IT-capaciteit, disaster recovery, tijdelijke locaties voor renovatieprojecten of losstaande datacenters voor klanten die geen vast datacenter willen of kunnen bouwen. ■

Specialist in connectivity voor datacenters

Datacenters van morgen

nu al geïnstalleerd!

-

Een datacenter inrichten? Intronics biedt een totaaloplossing. Intronics, +31 342 407040, sales@intronics.nl, www.intronics.nl Intronics Belgium, +32 14 220 334, sales@intronics.be, www.intronics.be

hoogste kwaliteit, uitstekende meetwaarde migreerbaar van 10G tot en met 40/100G modulair en schaalbaar opgebouwd plaatsbesparende kabels/modules, hoge pakkingsdichtheid als OM3, OM4 en OS2 versies beschikbaar geassembleerd voor snelle en eenvoudige installatie

Dätwyler cables gmbH Auf der Roos 4-12 65795 Hattersheim, Duitsland T + 49 6190 8880-0 F + 49 6190 8880-80 info.cabling.de@datwyler.com www.cabling.datwyler.com


KPN wint ICT Milieu Award 2015 met datacenter in Eindhoven Het datacenter van KPN in Eindhoven heeft de ICT Milieu Award 2015 gewonnen. De award is uitgereikt door Nederland ICT tijdens de Avond van de Digitale Economie. Het Tier IV datacenter van KPN werd begin juli geopend op de High Tech Campus Eindhoven. In het datacenter wordt gebruik gemaakt van duurzame technologieën en de locatie wordt voor 100% aangedreven met groene stroom.Voor de koeling is gebruik gemaakt van een warmtering die al op de campus aanwezig was. De restwarmte van het datacenter wordt via diezelfde ring geleverd aan andere gebouwen op de campus. Het datacenter is gebouwd door SPIE-ICS. ‘KPN heeft ervoor gekozen volledig groene energie uit Nederland te gebruiken. Op de High Tech Campus in Eindhoven zal de restwarmte van het nieuwe datacenter nuttig gebruikt worden voor verwarming van andere gebouwen. Ook de cradle-to-cradle aanpak in het ontwerp van het datacenter past in dit duurzaamheidsbeleid. De combinatie van de structurele aandacht voor duurzaamheid en dit soort aansprekende initiatieven zijn belangrijk voor de positie van Nederland als duurzame Digitale Delta’, aldus het juryrapport. ■

PX® Intelligent Rack PDUs Power Distribution Units voor het Data Center Raritan’s PX® intelligente rack PDU’s bieden meer dan alleen stroomdistributie; het is eveneens een platform voor het real-time monitoren van stroom, klimaatsensoren en data center infrastructuur management.

Innovatieve Technologie Met Raritan PX PDUs bent u gegarandeerd van betrouwbare stroomdistributie, +/- 1% meetnauwkeurigheid van stroomconsumptie en 24/7/365 uptime. Alle Raritan PX PDUs bestaan uit hoogwaardige componenten, worden gefabriceerd volgens ISO 9000 kwaliteitsstandaard en geassembleerd door de meest capabele technici.

Family PX-5000

Outlet Switching

Outlet Metering

Inlet Metering

Breaker Metering

PX-4000 PX-2000

PX-1000

Breed Assortiment De PX serie is leverbaar in 100+ verschillende modellen met diverse functionaliteit waarmee alle denkbare data center applicaties mogelijk zijn.

Ga naar www.findmyPDU.com

Online Demo Aanvragen? Bel 010-2844040 voor een afspraak met een van onze product experts of bezoek Raritan.eu


Datacenters op een groene fundering

Onderzoekers koelen FPGA door water door chip te pompen Onderzoekers van de Amerikaanse universiteit Georgia Tech zijn erin geslaagd minuscule kanalen aan te brengen in de achterzijde van een field-programmable gate array (FPGA), waardoor koelwater zeer dicht langs de warmtebron kan worden gepompt. Hiermee kunnen zij een FPGA die met traditionele luchtkoeling op 60 graden Celsius zou opereren laten koelen tot 24 graden Celsius. De onderzoekers hebben vloeistofkanalen aangebracht in de achterzijde van een 28 nanometer FPGA van Intera. In deze kanalen zijn silicone cilinders geplaatst met een diameter van ongeveer 100 microns. Over de kanalen is vervolgens een laag siliconen gelegd, waarin aansluitingen voor de waterleidingen zijn aangebracht. Door deze vloeistofkanalen wordt water van 20 graden Celsius gepompt, dat dankzij de kanalen zeer dicht bij de warmtebron kan komen. Het water stroomt op slechts enkele honderden microns (micrometers) afstand van de transistors. Dit maakt het mogelijk warmte efficiënter af te voeren dan met traditionele koeltechnieken.

Eaton 3 fase UPS. Energiezuinige power quality oplossingen • Ongeëvenaarde prestaties • Toonaangevend op gebied van efficiency • Innovatieve energiebesparende technologieën • Compact in vloeroppervlak en gewicht

www.eaton.nl/datacenters

Waterkoeling is uiteraard niet nieuw. Traditioneel wordt hierbij water langs de buitenzijde van de chip gepompt om warmte af te voeren. Dit werkt minder efficiënt dan de methode die Georgie Tech heeft ontwikkeld. Daarnaast kunnen chips door water rechtstreeks langs de bron van de warmte te pompen kleiner worden gemaakt en is het in theorie mogelijk meerdere chips op elkaar te stapelen zonder dat deze oververhit raken. De onderzoekers hebben voor een FPGA gekozen aangezien hiervoor een platform beschikbaar is om verschillende circuitontwerpen te testen. Daarnaast worden FPGA’s in veel marktsegmenten gebruikt, waardoor de nieuwe techniek van Georgie Tech breed ingezet kan worden. De onderzoekers zeggen dat de technologie ook kan worden toegepast op CPU’s en GPU’s. ■


Climaveneta levert koeling aan Chinese supercomputer Het Italiaanse Climaveneta gaat waterkoeling leveren aan twee grote datacenters in China. Het gaat om de supercomputer Wuxi en een datacenter van China Construction Bank. De Wuxi Supercomputing Center in het Chinese Jiangsu moet één van de snelste supercomputers ter wereld worden met een capaciteit van 100 petaFLOPS. Climaveneta levert 15 TECS2-W /H waterkoelers aan het datacenter met magnetische levitatie olievrije VFD compressoren. Deze leveren 28 Megawatt aan koelvermogen met een Seasonal Energy Efficiency Ratio (SEER) van bijna 10. De waterkoeling van Climaveneta wordt gecombineerd met vrije koeling en variabele primaire debietsystemen. Deze combinatie zorgt voor een energiebesparing van 45% ten opzichte van het originele ontwerp voor de supercomputer. Daarnaast heeft het Italiaanse bedrijf een deal gesloten met China Construction Bank, dat het grootste financiële Tier IV datacenter van Azië. Het datacenter heeft een oppervlakte van ruim 136.000 m2. Climaveneta levert 48 chillers op basis van vrije koeling, 4 watergekoelde warmtepompen en 1 luchtgekoelde warmtepomp aan China Construction Bank. Hierdoor krijgt de bank de beschikking over ruim 70 megawatt aan koel- en verwarmingscapaciteit. De chillers worden in het datacenter ingezet om warmte af te voeren. Deze warmte wordt vervolgens opgevangen door de warmtepompen, waarmee in totaal 20.000 m2 kantoorruimte van verwarming wordt voorzien. ■

Dunste STP kabel ter wereld Het Zwitserse Reichle & De-Massari lanceert de dunste Shielded Twisted Pair (STP) koperen trunk kabel ter wereld. De nieuwe ThinCompact Cat.6A kabel is 70% dunner dan standaard STP kabels. De ThinCompact Cat.6A kabel is een pre-terminated koperen kabel met een diameter van 13,9 millimeter. Desondanks stelt R&M dat de kabel niet inlevert op kwaliteit van de afscherming. De kabel is daarnaast 50% lichter dan standaard STP kabels. De kabel kan door R&M tot 60 meter in iedere gewenste lengte worden geleverd. Daarnaast zijn verschillende configuraties van de ThinCompact Cat.6A kabel beschikbaar. ■

SPIE-ICS

Integrated Connectivity Solutions SPIE-ICS faciliteert uw connectiviteit door middel van een integrale aanpak en dienstverlening. Wij doen dit op het gebied van: • Datacenters en ICT-ruimtes • In-building Wireless (DAS) • IT en Facilitaire Infrastructuren • Enterprise Mobility Management • Smart Integrated Facility Management • Detachering Telecom Management Professionals

Voor meer informatie ga naar www.spie-nl.com/services/spie-ics of bel naar 076 - 544 54 44


dutch datacenter association

Beste lezer, Met goede samenwerking kom je verder. Daar zijn we in Nederland erg goed in. Als Dutch Datacenter Association hebben we de kwaliteits datacenters in Nederland verbonden om samen de sector beter op de kaart te zetten, het enorme belang van datacenters voor de Nederlandse economie duidelijk te maken en sneller en toekomst-vaster te laten groeien. De DDA is ook deelnemer van Digitale Infrastructuur Nederland. Deze koepel verbindt de partijen die de digitale infrastructuur maken als datacenters, internet exchanges, cloud providers maar ook partijen als SURFnet en NLnet. Dit om thema’s die ons allemaal raken als het tekort aan personeel op te lossen, veiligheidsissues op te pakken en om de Nederlandse Digitale Infrastructuur te promoten in het binnen- en buitenland. Dat laatste, het promotie programma Digital Gateway to Europe, is ook weer een voorbeeld van een samenwerking met onder andere de overheid. Maar ook zie je steeds meer de focus op Europa. Daarom zijn er al een jaar goede gesprekken met de ‘grote’ datacenter landen in Europa: Duitsland, Engeland, Frankrijk en Nederland (natuurlijk). Elk land is anders georganiseerd maar heeft wel dezelfde uitdagingen op het gebied van regulering, aandacht en profilering. Een eerste onderzoek over hoe de industrie denkt zullen we in januari gezamenlijk presenteren. Kortom actief samenwerken loont. Met vriendelijke groeten, Stijn Grove Directeur Dutch Datacenter Association

P.S. Tot op de IT Room Infra!


ing-rapport over het belang van datacenters Het ING economisch bureau heeft onlangs een rapport over het belang van een goede digitale infrastructuur uitgebracht. Daarin heeft het flink gebruik gemaakt van het Dutch Data Center Report 2015 dat door Pb7 in opdracht van de Dutch Datacenter Association is gemaakt. ING concludeert dat datacenters steeds belangrijker zijn voor onze economie. Met een focus per provincie, op de regionale economie. ING stelt dat de digitalisering van de economie geen ver toekomstbeeld meer is, maar een steeds sterker wordende realiteit. ICT is verwe-

ven met alle geledingen van de economie. Producten en diensten worden online aangeboden, gekocht en afgerekend, waarbij ook ondersteunende communicatie meer en meer online verloopt.

werken van masten en kabels, rekenkracht en daarnaast opslag en verwerking van data. Wereldzeeën, wegen en spoorlijnen zijn voor de economie bepalende netwerken.

Mobiele ICT-apparaten zijn voor consumenten gemeengoed, maar ook op de werkvloer niet meer weg te denken, bijvoorbeeld in de zorg en de afvalverwerking. Automatisering en robotisering van processen en taken groeit verder. Software vormt het hart van steeds meer bedrijven. De hoeveelheid data neemt door de digitalisering enorme proporties aan. Alle activiteiten stoelen op een digitale infrastructuur die gegevensuitwisseling mogelijk maakt. Het gaat hier om de net-

Het zwaartepunt verschuift echter meer en meer naar de digitale infrastructuur. Hoewel afstand minder van belang lijkt in een digitale economie, is de kwaliteit van de regionale digitale infrastructuur wel degelijk van invloed op de economische prestaties. Dit maakt regionale verschillen in infrastructuur relevant. Het gehele rapport is te vinden op www.ing.nl/kennis

cloud en datacenter plein

Dit jaar werd er voor het eerst een Datacenter en Cloud Paviljoen georganiseerd tijdens de drie gecombineerde ICT-beurzen Infosecurity, Storage Expo en The Tooling Event. Het Paviljoen werd neergezet onder mede-initiatief van de Dutch Datacenter Association. Organisaties hebben meer behoefte dan ooit aan informatie over datacenters en cloud. Om die reden is het belangrijk om partijen die daar een grote rol in spelen bij elkaar te zetten op één plein. Het Datacenter en Cloud Paviljoen is een samenwerking tussen vereniging Dutch Datacenter Association (DDA), stichting Dutch Hosting Provider Association (DHPA) en vereniging ISPConnect. Tot op heden ontbrak een focus op datacenter en cloud tijdens de drie beurzen. De sector heeft daarom de handen ineengeslagen om dit voor het eerst van de grond te krijgen.

events en agenda fhi it room infra

Datum: Dinsdag 17 november 2015

dc dynamics

Datum: Woensdag 18 en donderdag 19 november 2015

dda deelnemers event

Datum: Donderdag 3 december 2015


BICSI Nieuws

Nu de BICSI Mainland Europe conferentie achter de rug is, belichten we in deze rubriek weer de belangrijkste artikelen uit het ICT Today ledenmagazine en andere activiteiten. Zoals de jaarlijkse winterconferentie in Orlando. Terugblik BICSI Mainland Europe District conferentie

Op 20 oktober hebben ruim 100 ICT-professionals deelgenomen aan de BICSI Mainland Europe District conferentie in Amsterdam. Het merendeel daarvan waren RCDD’s uit Nederland, België, het Verenigd Koninkrijk en een aantal Oost-Europese landen. De anderen waren netwerkprofessionals die deze gelegenheid hebben benut om met BICSI kennis te maken. Eerder in deze DatacenterWorks editie staat een uitgebreider verslag over deze conferentie. In 2016 wordt de jaarlijkse BICSI Mainland Europe District conferentie in Praag georganiseerd.

dcw november | bicsi

ICT Today

96

De september/oktober editie van het tweemaandelijkse ICT Today magazine voor BICSI-leden bevat merendeels artikelen over glasvezelbekabeling en ontwikkelingen op het gebied van audiovisuele toepassingen. Zoals ‘optical trends in the data center’, ‘optical fiber testing & certification’ en ‘wideband multimode fiber’. Daaruit blijkt dat de toenemende snelheid van netwerktoepassingen, waaronder 4K video de ICT-infrastructuurmarkt steeds meer richting glasvezelbekabeling stuurt. Hoge resolutie video wordt niet alleen steeds vaker gebruikt voor virtueel vergaderen, maar ook voor slimme digitale camera’s. Daarom gaan videotoepassingen de komende jaren meer bandbreedte vragen, waarmee datacenterontwerpers vandaag de dag al rekening moeten houden. Natuurlijk zijn er ook op het gebied van videocompressie ontwikkelingen die het bandbreedte gebruik beperken, waaronder de H.264-compressie en MxPEG van Mobotix. ICT Today bevat tevens twee artikelen over de veranderingen op het gebied van oproepsystemen en communicatie-infrastructuren in zorg­ instellingen. Geïnteresseerden kunnen ook een abonnement afsluiten op ICT Today, zonder BICSI-lid te worden.

BICSI Winter Conferentie en opleidingen in Orlando

Vanaf 31 januari tot en met 4 februari organiseert BICSI in het zonnige Orlando weer de drukbezochte jaarlijkse winterconferentie. Uit het voorlopige programma blijkt dat ook daar tijdens diepgaande technische presentaties uitgebreid wordt ingegaan op de laatste ontwikkelingen met betrekking tot zowel glasvezelbekabeling als AVtoepassingen. Maar ook het aarden en testen van bekabeling, het ontwerpen en implementeren van wifi-installaties en High Power over Ethernet. Voorafgaand aan de conferentie worden er van 26 tot en met 30 januari in Orlando ook een aantal BICSI-opleidingen verzorgd en examens afgenomen, waaronder voor Registered Communications Distribution Designer (RCDD) en Data Center Design Consultant (DCDC). Op bicsi.org kunt u het volledige conferentieen opleidingsprogramma vinden en alle benodigde informatie over de eventlocatie. ■


Blussen moet je niet willen! Cirrus HYBRID, de branddetector die verifieert of brandverschijnselen echt zijn. De Cirrus HYBRID is de eerste multi-criteria aspiratiebrandmelder die de twee beste detectieprincipes in één detector combineert, te weten cloud chamber detectie en hoog gevoelige optische detectie. De Cirrus HYBRID kan ongewenste brandmeldingen vermijden die bij andere aspiratiesystemen veelvuldig voorkomen. Deze aspiratiebrandmelder kan ingesteld worden volgens de brandklasse A, B en C overeenkomstig de EN54. De Cirrus HYBRID werkt volledig autonoom en kan met potentiaal vrije contacten aangesloten worden op ieder willekeurig fabricaat brandmeldcentrale. • Combinatie van 2 detectortypen: - Cloud chamber detector - Hooggevoelige optische detector • Detecteert zichtbare en onzichtbare brandverschijnselen • Intelligent alarm-algoritme • Gevoeligheid: 0% tot 20% obs/m • Immuun voor stof, vocht en temperatuurswisseling • 4 programmeerbare alarmniveaus • 7” touch screen • Optioneel live stream 6 IP camera’s • Instructie animatie voor storingsdiagnose

powered by Protec

Onze producten worden continu verbeterd, specificaties kunnen veranderen zonder aankondiging. Protec Brandbeveiliging BV, Industrieweg 87, Postbus 44, 2650 AA, Berkel en Rodenrijs

T. 010 511 99 20 info@aspiratie-branddetectie.nl

aspiratie-branddetectie.nl


Evenementenkalender DatacenterWorks blijf op de hoogte van de evenementen op datacenter-gebied. kijk ook op de website www.datacenterworks.nl onder ‘agenda’. zelf een evenement aankondigen? stuur een mailtje

dcw november | agenda

naar info@datacenterworks.nl.

98

evenement

datum

plaats

land

IT Room Infra

17 november 2015

Den Bosch

Nederland

Green IT Week

17 - 26 november 2015

Datacenter Dynamics Converged

18 - 19 november 2015

Londen

Verenigd Koninkrijk

Green IT Leaders Live Event

24 november 2015

Amsterdam

Nederland

Gartner Data Center, Infrastructure & Operations Management Conference

7 - 10 december 2015

Las Vegas

Verenigde Staten

Datacenter Dynamics Converged

8 december 2015

Istanbul

Turkije

Data Center World Global 2016 Conference

14 - 18 maart 2016

Las Vegas

Verenigde Staten

Nederland


Vijfhart IT-opleidingen maakt het datacenter professionals makkelijk!

Kies voor een wereldwijd erkende EXIN certificering:

Boek voor 28 november 2015 een Datacenter training naar keuze en ontvang â‚Ź 100,- korting op de actieprijs. Vermeld DC1115 bij uw boeking.

Cursus

Code

Data

Dagen Actieprijs

Certified Information Technology Manager

CITM

23 t/m 25 november

3

e 2.050,00

Certified Information Technology Manager

CITM

23 t/m 25 november (hercertificering)

3

e 1.120,00

Certified Information Technology Manager

CITM

23 t/m 25 november (Engelstalig)

3

e 2.050,00

Certified Datacenter Expert

CDCE

23 t/m 27 november (Engelstalig)

5

e 3.495,00

Certified Datacenter Expert

CDCE

23 t/m 27 november (Engelstalige hercertificering) 5

e 1.938,00

Certified Datacenter Facilities Operations Manager

CDFOM

30 november t/m 2 december

3

e 2.050,00

Certified Datacenter Facilities Operations Manager

CDFOM

30 november t/m 2 december (hercertificering)

3

e 1.120,00

Certified Datacenter Professional

CDCP

7 t/m 8 december

2

e

Certified Datacenter Professional

CDCP

7 t/m 8 december (hercertificering)

2

e 1.350,00

Certified Datacenter Migration Specialist

CDMS

3 t/m 4 december (Engelstalig)

2

e 1.380,00

Ga voor meer informatie naar: www.vijfhart.nl

088-5427848

Bovengenoemde kortingsactie is uitsluitend van toepassing op nieuwe inschrijvingen voor vermelde trainingen en startdata. Alle vermelde prijzen en data zijn onder voorbehoud en exclusief BTW.

Uiteindelijk kies je voor Vijfhart.

770,00


Your server technology is state of the art. What’s about the cooling efficiency?

Adia-DENCO DENCO®

Multi-DENCO®

Ultra-DENCO DENCO®

GLFC

Cooling systems for highest demands – even regarding sustainability: Air Eco2nomy® by DencoHappel. New name. New ideas. Based on outstanding experience.

With our outstanding Adia-DENCO® technology based on indirect adiabatic evaporation we cut power demand down to size. This saves your money and protects our environment. The Adia-DENCO® can achieve a Power Usage Efficiency (PUE) of close to 1.0 www.dencohappel.com


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.