3 minute read

Feitenreconstructie 2012-2017

Tekstkader 6.14 NAM zegt vertrouwen op in Vergnes

Vergnes is een contra-expertisebureau op het gebied van mijnbouwschade. In augustus 2016 zegt de NAM het vertrouwen op in Vergnes. De volgende gebeurtenissen vinden plaats rondom dit besluit:

• November 2015 – In een NAM-vergadering wordt besproken dat Vergnes zorgt voor ‘vertraging en stagnatie’ van het schadeproces. “Zijn businessmodel, in samenwerking met de Haan advocaten, zorgt ervoor dat steeds meer zaken vastlopen, met oplopende kosten, reputatieschade en litigation tot gevolg.” In opdracht van de NAM heeft Witteveen+Bos een rapportage gemaakt over de kwaliteit van de schaderapporten van Vergnes, met als voorlopige conclusie dat de rapporten niet voldoen aan “de kwaliteit die van een contra-expert verwacht kan worden” . 470

• Januari 2016 – Vergnes ontvangt een brief van de NAM, inclusief het reviewrapport van Witteveen+Bos over de technische kwaliteit van de schaderapporten van Vergnes: “De rapportages [van Vergnes] zijn generiek en beschrijvend van aard in plaats van gebouwspecifiek en bouwtechnisch en bevatten een toonzetting en emotie die niet professioneel is en de objectiviteit van de eigen rapportage in twijfel trekt.”471 Vergnes moet meedoen aan een verbetertraject uitgevoerd door Witteveen+Bos en Berenschot. Dit betekent dat alle Vergnes-rapporten beoordeeld zullen worden op kwaliteit en doorlooptijd.

• Januari–juni 2016 – Looptijd verbetertraject. In juni rondt Witteveen+Bos het eindrapport af (513 rapporten zijn beoordeeld). De conclusie van onder andere het CVW, de NAM en Witteveen+Bos is dat het traject niet heeft geleid tot (significante) verbeteringen.472

• Augustus 2016 – De NAM zegt het vertrouwen op in Vergnes.

• Mei 2017 – Vergnes spant een rechtszaak aan tegen de NAM, het CVW en de NCG.

• Juni 2017 – De NAM en Vergnes komen overeen dat onafhankelijke deskundigen de kwaliteit van 50 schaderapporten van Vergnes gaan onderzoeken.473

• Mei 2018 – De onafhankelijke deskundigen oordelen dat de contra-expertiserapporten van Vergnes kwalitatief in orde zijn en voldoen aan de eisen die gesteld mogen worden aan een contra-expertiserapport.474

Vanwege het hoge aantal afwijzingen maken steeds meer gedupeerden gebruik van de escalatiemogelijkheden (zoals contra-expertise en de Arbiter) waardoor het schadeproces dreigt vast te lopen.475 Nog een ander punt van onvrede is dat in augustus 2016 naar buiten komt dat de NAM het vertrouwen opzegt in contra-expertisebureau Vergnes (zie tekstkader 6.14). De NAM vindt de schaderapporten van Vergnes onvoldoende onderbouwd en kwalitatief onder de maat. Gedupeerden die Vergnes willen inschakelen als contra-expert, krijgen de kosten daarom niet langer vergoed door de NAM.476 De GBB vindt dat dit besluit “rammelt aan alle kanten […]. De andere contra-experts worden geïntimideerd. En de vrije keuze om een geregistreerde expert te kiezen wordt oneigenlijk fors beperkt door de NAM.”477

470 NAM. Verslag van vergadering Decision Review Board aardbeving impact, 2 november 2015.

471 NAM. Review op contra expertise door Witteveen+Bos, 5 januari 2016.

472 NAM. Kwaliteit contra expertise rapporten. Eindrapport door Witteveen+Bos, 7 juni 2016.

473 RTV Drenthe (27 juni 2017).

474 NCG. Bindend advies van deskundigen in het geschil tussen partijen NAM en Vergnes, april 2018.

Het ongenoegen bereikt eind augustus 2016 een voorlopig dieptepunt als de Groninger Bodem Beweging en het Groninger Gasberaad aankondigen dat zij de NCG niet langer willen adviseren over een nieuw schadeprotocol.478 Het schadeprotocol moet worden herzien, en de NCG had verschillende partijen zoals de Groninger Bodem Beweging, het Gasberaad en de Onafhankelijke Raadsman gevraagd om input te leveren. Het uiteindelijke protocol wordt echter vastgesteld door de NAM.479 De maatschappelijke organisaties vinden dit een onwenselijk situatie en dus schorten zij het overleg met Alders op. Adviseren over een nieuw schadeprotocol leidt “tot niets zolang de NAM het laatste woord heeft: sterker nog, impliciet keuren we de gang van zaken goed. De gehele schadeafhandeling moet juist veranderd worden. […] Als er niets verandert in sturing en rollen heeft het gesprek geen zin” aldus de Groninger Bodem Beweging en het Gasberaad.480

De NCG zelf is ook ongelukkig met de rol die de NAM nog speelt bij het vaststellen van het schadeprotocol. Eind 2016 maakt de NCG in het nieuwe meerjarenprogramma bekend dat er een nieuw schadeprotocol zal komen, dat de NCG ‘initieert’. De NCG zal zich daarbij laten bijstaan door onafhankelijke deskundigen. De planning is dan nog dat het nieuwe schadeprotocol in januari 2018 in werking treedt. Dit schrijft minister van Economische Zaken Kamp ook in een brief aan de Kamer op 24 maart 2017.481

Het schadeproces wordt stilgelegd Tijdens een persconferentie op 31 maart 2017 maakt NCG Alders bekend dat de NAM zich terugtrekt uit het schadeproces. Er komt een ‘schone lei’ en vanaf 1 juli 2017 zullen schades worden afgehandeld op basis van een nieuw, onafhankelijk schadeprotocol. Alders licht alvast een tipje van de sluier op over hoe het nieuwe schadeproces eruit moet komen te zien: er komt een onafhankelijke commissie die gaat oordelen over schade en schadebedragen. Kleine schades binnen het ‘effectgebied’ van een beving zullen direct hersteld worden zonder eerst onderzoek te doen. Tot 1 juli 2017 worden nieuwe schademeldingen niet afgehandeld. Volgens Alders is met de terugtrekking van de NAM “een fundamentele stap gezet op weg naar herstel van vertrouwen” 482 Op dezelfde dag komen ook de bevindingen van de proef Buitengebied naar buiten en krijgen mensen te horen dat in geen enkel geval schade zal worden uitgekeerd.

475 Ministerie van EZ. Nota aan minister Kamp inzake brief voorzitter Arbiters Bodembeweging, december 2017.

476 NOS (23 augustus 2016).

477 Groninger Gasberaad (n.d. H6).

478 GBB & GGB (20 augustus 2016).

479 NCG. Bespreek notitie tekstvoorstel schadeprotocol fase 1, 22 augustus 2016.

480 Verslag Maatschappelijke Stuurgroep Aardbevingsbestendig en Kansrijk Groningen, 29 augustus 2016.

481 Kamerstuk II 2016/17, 33529, nr. 326.

482 Eemskrant.nl (31 maart 2017).

This article is from: