KERN Engels inkijkexemplaar leerboek vmbo-basis(kader) 1A

Page 1


KERN

ENGELS

VMBO - BASIS (KADER)

In KERN Engels horen steeds drie lessen bij elkaar.

Deze drie lessen gaan over hetzelfde onderwerp.

In de eerste les oefen je met kijken, luisteren en lezen.

De opdrachten bij deze les mag je in het Nederlands beantwoorden. Soms staat erbij dat het in het Engels moet. In de tweede en derde les van het thema oefen je spreken, schrijven en gesprekken voeren. Hier geef je antwoord in het Engels.

How to understand people when they introduce themselves

doel Je leert hoe iemand zichzelf voorstelt.

Wat zeg jij als je jezelf voorstelt? Schrijf dit op in het t1 Nederlands. x

Geef in het Nederlands voor jezelf antwoord op de vragen t1 die je bij opdracht 4 hebt opgeschreven. x

Wat zeg je als je jezelf in het Engels voorstelt? x t1

Bekijk de video bij deze les.

In de video stellen David en Fiona zich aan elkaar voor. t1 Welke zinnen gebruiken ze om zichzelf voor te stellen?

Schrijf hieronder drie zinnen in het Engels op. x

Lees de tekst.

Hello!

My name is Jill. I am twelve years old and I live in Manchester. It is a city in England. I like to play football.

I go to a nice school. My favourite subject is biology. My best friend is Nicole. We see each other every day!

Nice to meet you!

David en Fiona stellen ook vragen om elkaar beter te leren t1 kennen. Schrijf drie van deze vragen op in het Engels. x

Lees de tekst. Schrijf vier woorden uit de tekst op die je al t1 kent en vertaal ze naar het Nederlands. x

Kruis aan: true or false? x

Jill is dertien jaar oud. y y

Jill houdt van hockey. y y

Haar favoriete vak is biologie. y y

Ze ziet haar beste vriendin elke dag. y y

Lees nu de uitleg in het vak IMPORTANT.

Bekijk de tekst op de linker pagina nog een keer. Heeft Jill t2 zich netjes voorgesteld? Waarom wel of niet? x

IMPORTANT

Hoe mensen zich aan elkaar voorstellen

Als je iemand voor het eerst ontmoet, is het netjes om je voor te stellen.

Eerst groet je de ander: Vervolgens zeg je wie je bent: Hi! My name is Oscar. Hello! I am Mia. Good morning!

Het is beleefd om elkaar aan te kijken als je jezelf voorstelt en om te zeggen dat je het leuk vindt de ander te ontmoeten.

Je zegt dan:

Nice to meet you. Pleased to meet you.

Je sluit het gesprek af door afscheid te nemen.

See you! Goodbye!

Maak de tekst hieronder compleet. Gebruik de woorden t1 uit de wordpool hieronder. Er blijven twee woorden over. x

from / nice / biology / meet / evening / see you / name / country

Hello! My is Jack. It is to you! I am the United States. My favourite subject at school is . Well, I have to go now. !

Lees de tekst.

Good afternoon, we would like to welcome a new guest to this episode of Walking & Talking! Hello, would you please introduce yourself?

Sure! My name is Will Parker. I am twenty-three years old and I live in Scotland in a village called Killin.

Thank you, Will. Could you tell us about your favourite hobbies and activities?

Of course! I love to play video games and I enjoy watching soccer on television, too.

That’s great! And, what about work? Do you have a job?

I work as a waiter in a restaurant. I like it a lot because the customers are nice.

That sounds great! Well, that’s it for this episode of Walking & Talking. Thank you for joining us Will.

De gast vertelt verschillende dingen over zichzelf. t1 Kruis aan welke. x

y Hij vertelt zijn naam.

y Hij vertelt wie zijn moeder is.

y Hij vertelt waar hij werkt.

y Hij vertelt over zijn hobby’s.

y Hij vertelt over zijn huisdieren.

Welke dingen zou jij over jezelf vertellen wanneer je je

voorstelt? Schrijf drie woorden op in het Nederlands en zet de Engelse vertaling erachter. x

Beantwoord de vragen. Gebruik de tekst. x

Wat is de naam van de gast?

Waar woont de gast?

Wat vindt de gast van voetbal kijken op televisie?

Wat voor werk doet de gast?

Waarom vindt hij zijn werk leuk?

Luister naar het audiofragment.

Harry en Ian voeren een gesprek waarin ze zich aan elkaar t2 voorstellen. Schrijf hieronder twee verschillende dingen die ze over zichzelf vertellen. x x x

Hoe stelt Ian zich voor? x

Hoe vertaal je dat? x i

WORDS

(good) morning goedemorgen good afternoon goedemiddag good evening goedenavond (good)bye dag/doei

see you (later) tot ziens name naam

age leeftijd city stad

village dorp

birthday verjaardag

hobby hobby

nice leuk

place of residence woonplaats

boy jongen

Leer de woorden: Engels – Nederlands en Nederlands – Engels.

Heb je het leerdoel bereikt?

Kruis aan: x

y Ik weet hoe mensen zich aan elkaar voorstellen en r welke woorden daarbij gebruikt kunnen worden.

y Ik kan verstaan welke woorden mensen gebruiken t1 om zich aan elkaar voor te stellen.

y Ik kan een gesprek begrijpen waarin mensen zich

aan elkaar voorstellen.

y Als iemand zich met andere woorden voorstelt, i kan ik dit begrijpen.

girl meisje

school school subject vak

biology biologie

English Engels maths wiskunde favourite favoriet country land job baan(tje)

waiter ober paper boy krantenbezorger

baby-sitter oppasser

dishwasher afwasser stacker vakkenvuller

How to get to know someone

doel Je leert welke vragen je kunt stellen om iemand te leren kennen.

In het Nederlands kun je vragen stellen die beginnen t1 met wie, wat, waar, wanneer of hoe. Bedenk vijf vragen met deze vraagwoorden. x

IMPORTANT

Chunks

De zinnen hieronder kun je gebruiken wanneer je iemand beter wilt leren kennen.

Question Answer

Who are you? I am Ravi.

Who is your best friend? My best friend is Jeffrey.

What is your name? My name is Julia. What is your surname? My surname is White.

What is your hobby? My hobby is fishing.

Where are you from? I am from Morocco.

Where do you live? I live in the Netherlands.

Ken je de vraagwoorden (wie, wat waar, wanneer, hoe) t1 in het Engels? Schrijf ze op. x

When is your birthday? My birthday is on the 7th of June.

How old are you? I am twelve years old.

x Who is your favourite singer? x What x Where x When x How 4 5

Vul het juiste woord in. Kies uit: how – where – who –t1 when – what. Een woord kan meer dan één keer voorkomen. x is your name? do you live? is your favourite actor? is your car? I don’t see it. do you feel today? are you going to your uncle’s house?

Bedenk bij de vraagwoorden hieronder een vraag waarmee t2 je iemand beter leert kennen. Zorg ervoor dat het een andere vraag is dan de vragen in het vak IMPORTANT. x

Kijk naar onderstaande afbeeldingen. Schrijf een passende t1 vraagzin onder de afbeelding. x

Ken je het spel Jeopardy? De deelnemers krijgen geen t2 vragen, maar antwoorden: ze moeten zelf de vragen bedenken. Bijvoorbeeld:

Antwoord: a game with a ball, 22 players and two goals. Vraag: what is football?

Bedenk vijf vragen en vijf antwoorden op de vragen en schrijf ze hieronder op. x

Jij gaat een rondje Jeopardy! spelen met een klasgenoot. i Lees om de beurt een antwoord uit opdracht 7 voor en laat de ander de bijbehorende vraag bedenken. x

Dit sollicitatieformulier wordt gebruikt voor een baantje t2 als tuinier. Vul de lege vakken in. x

APPLICATION FORM

Do you want to become a gardener?

To apply for this job, fill in the following form:

What is your name? x x I live in Sydney. x I am fifteen years old.

Do you have a bike? x

What is your hobby? x

Stel vragen aan een klasgenoot om hem/haar beter te leren i kennen. Stel ten minste vier vragen om nieuwe dingen te weten te komen.

De ander geeft antwoord in hele zinnen. Draai daarna de rollen om. x

Zoek een andere klasgenoot op. Kies een Engels t2 vraagwoord en stel je klasgenoot hiermee een vraag.

Je klasgenoot geeft antwoord en stelt een nieuwe vraag met hetzelfde vraagwoord. De eerste die geen vragen meer kan bedenken met het vraagwoord, heeft verloren. Schrijf de gebruikte vragen hieronder op. x 11

Heb je het leerdoel bereikt?

Kruis aan: x

y Ik ken de vraagwoorden en chunks die ik kan gebruiken r om kennis te maken.

y Ik kan met de chunks een standaard gesprekje voeren t1 om kennis te maken.

y Ik kan zelf vragen formuleren met vraagwoorden. t2

y Ik kan iemand kort interviewen en vragen over mijzelf i beantwoorden.

How to introduce yourself

doel Je leert jezelf voor te stellen.

Hoe zeg je in het Engels wie je bent? x

Lees nu de uitleg in het vak IMPORTANT.

Vul in de zinnen de juiste vorm van het werkwoord t1 to be in. x

I twelve years old.

He my friend. They football players. It my dog. We classmates.

In onderstaande tekst ontbreken de vervoegingen van t2 to be. Vul de juiste woorden in. x

Good morning! Welcome to our farm. I Johnny and I a farmer. This my sister. She a farmer as well. Behind our house we have a lot of animals. Bertha a cow and Sally a dog. The man working on the roof my brother. We best friends. Well, I have to get back to work now. Thanks for visiting our farm. Goodbye!

IMPORTANT

Chunks

Gebruik deze zinnen om over jezelf te vertellen.

I am a student. I’m a fan of Jay-Z.

I am a football player. I’m strong.

I am short. I’m in class 1A.

My favourite series is Stranger Things.

My best friend is Yazeed.

My funniest joke is about a goat.

Gebruik het werkwoord to be (zijn) als je over jezelf of iemand anders vertelt.

I am a baby-sitter.

You are a waiter.

He is funny.

She is a farmer.

It is a dog.

We are brothers.

You are actors. They are basketball players.

Je kunt de werkwoorden ook korter schrijven.

I am Julian. I’m Julian.

You are my brother. You’re my brother.

He is the teacher. He’s the teacher.

She is my friend. She’s my friend.

It is a nice dog. It’s a nice dog.

We are American. We’re American.

You are great dancers. You’re great dancers.

They are our neighbours. They’re our neighbours.

Werk samen met een klasgenoot. Stel jezelf aan hem of

haar voor. Maak gebruik van de chunks van les 2 en 3.

Draai daarna de rollen om. x

Zet de woorden in de juiste volgorde zodat ze goede t1 zinnen vormen. x

/ friends / They / best

Vitesse / fan of /

Vul in de invulvakken passende woorden in. x

Mike: ! How you doing?

John: I doing fine! How about you?

Mike: I not great. My football team lost a football match today.

John: That too bad. Why did you loose?

Mike: I think we lost because they a better team.

John: Well, I hope win next time!

Mike: Me too! My friend Denzell a good player, I bet he will score a goal.

Schrijf hieronder vijf zinnen in het Engels over jezelf,

waarin je jezelf voorstelt. x

Schrijf een bericht voor je social media-account waarin i je jezelf voorstelt. Let op het volgende: x begin je bericht met een groet; x vertel ten minste vier dingen over jezelf; x sluit het bericht af. x x

Neem een bekende Nederlander in gedachten en schrijf i zijn of haar naam op. Schrijf nu in het Engels vijf zinnen op waarmee je de persoon omschrijft. x

Werk samen met een klasgenoot en laat hem of haar je

zinnen van opdracht 10 lezen. Kan je klasgenoot raden welke persoon je bedoelt? x

Heb je het leerdoel bereikt?

Kruis aan: x

y Ik ken de chunks die ik nodig heb om mijzelf voor te r stellen.

y Ik kan de chunks gebruiken om mijzelf voor te stellen. t1

y Ik kan zelf zinnen maken om mijzelf voor te stellen. t2

y Ik kan mijzelf voorstellen. i

How do people use the English language?

doel Je leert dat Engels over de hele wereld wordt gebruikt.

Kijk om je heen. Voor welke voorwerpen gebruiken we in t1 het Nederlands een Engels woord? x

De woorden in het woordweb hebben we uit de Engelse taal

‘geleend’. Vul het woordweb aan met andere Engelse woorden die we in Nederland gebruiken. x

IMPORTANT

Engels wordt over de hele wereld gesproken. In 74 landen is het de officiële taal. Voor 380 miljoen mensen is Engels de moedertaal. Meer dan een miljard mensen beheersen de taal goed. In het Nederlands zijn ook Engelse woorden en uitdrukkingen opgenomen. Vooral Amerika heeft het Engels populair gemaakt, onder andere door het te gebruiken in reclames voor internationale producten. Een paar voorbeelden zijn ‘Just do it’ (Nike), ‘Enjoy!’ (Coca Cola) en ‘Connecting people’ (Nokia). Het woord cool is in heel veel talen opgenomen. Maar Engels is ook de taal van extreme sporten geworden: wetsuit, snowboarden, fakie en ollie klinken veel beter dan hun vertalingen.

3

Noem een andere Engelstalige reclameslogan. i

Waarom zou deze slogan in het Engels zijn? x

Lees de tekst.

BEST ADVERTISING SLOGANS

The secret to a winning advertising campaign often lies within a great slogan.

1. McDonald’s – ‘I’m Lovin’ It’

The ‘I’m Lovin’ It’ slogan is one of McDonald’s most popular advertising slogans. It suits the company’s values and it’s a slogan that sticks in peoples’ minds.

2. Apple – ‘Think Different’

Apple is known for coming up with new and exciting ideas. That’s why the ‘Think Different’ slogan works really well. It tells customers that they are purchasing a modern lifestyle and they’re at the forefront of technology.

3. Red Bull – ‘It Gives You Wings!’

Red Bull has used ‘It Gives You Wings’ as its slogan for many years. The advert has worked – and lasted so long – because it is clever. It tells the customer that they will get a first-rate energy boost when they drink Red Bull. The slogan is an example of marketing at its best.

4. KFC – ‘Finger Lickin’ Good’

Much like McDonald’s, KFC’s long standing advert slogan reflects the company’s values. ‘Finger Lickin’ Good’ tells the customer that the chicken tastes great. And, great tasting food, is exactly what you want from a fast-food restaurant.

5. Subway – ‘Eat Fresh’

Subway has a very clever advertising campaign. Subway has tried to position themselves as the ‘healthier’ fast-food. The ‘Eat Fresh’ slogan tells the customers that their sandwiches – and all of the fillings – are always fresh and prepared with care. The ‘Eat Fresh’ slogan, along with their choice of yellow and green branding, has led to their success.

Waarom is de slogan ‘I’m lovin’ it’ van McDonald’s

een succes? x

Wat wil Subway haar klanten zeggen met ‘Eat fresh’? x

Kruis aan: true or false?

Wat is de slogan van Red Bull in het Nederlands? x

Apple is bekend om zijn vernieuwende ideeën. y y

Red Bull’s slogan is nieuw. y y

KFC is een fastfoodrestaurant. y y

McDonald’s slogan vertelt de klanten dat y y fastfood gezond is.

Apple and Subway hebben volgens de tekst y y de slimste slogans.

Hieronder zie je een aantal Nederlandse producten. i

Schrijf voor elk product een mooie Engelse slogan op. x

Waarom is ‘Finger lickin’ good’ een goede slogan

voor KFC? x

Je mag voor een van de bedrijven uit de tekst een nieuwe i slogan maken. Je gaat te werk in vijf stappen. x

Stap 1 — Kies een bedrijf uit de tekst.

Stap 2 — Schrijf twee voordelen van de huidige slogan op. x x

Stap 3 — Schrijf op welk product of welke service dit bedrijf uniek maakt.

Stap 4 — Schrijf drie positieve steekwoorden over dit bedrijf op in het Engels.

x x x

Stap 5 — Schrijf een korte Engelse zin met woorden uit stappen 2, 3 en 4. Dit is je slogan: x

Heb je het leerdoel bereikt?

Kruis aan: x

y Ik weet dat het Engels een veelgebruikte taal is. r

y Ik begrijp waarom veel bedrijven Engelse reclame t1 slogans gebruiken.

y Ik kan uitleggen waarom een slogan wel of niet past t2 bij een bedrijf of product.

y Ik kan zelf een reclameslogan in het Engels bedenken. i

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.