Werken bij een recreatiebedrijf by Boom beroepsonderwijs

Werkboek

Werken bij een recreatiebedrijf Horeca, Bakkerij en Recreatie

Naam: ................................................................. .................................................................

u' Ac tie f

Klas: .................................................................

Edu4all Horeca, Bakkerij en Recreatie Met de werkboeken van Edu4all leer je alles wat je moet weten en kunnen voor het beroepsgerichte profiel- en keuzevak. Door veel te doen ontdek je wat je leuk vindt en wat bij je past. Zo kun je je goed oriënteren en voorbereiden op je verdere (studie)loopbaan.

In dit werkboek leer je hoe je als recreatiemedewerker een activiteit voorbereidt en begeleidt. Hoe verzorg je de reserveringen en betalingen? En wat moet jij als recreatiemedewerker doen om ervoor te zorgen dat mensen op een veilige manier kunnen genieten van de recreatie-activiteit?

Co py rig

Edu’Actief maakt werk van onderwijs Edu’Actief wil jou helpen je te ontwikkelen tot een echte vakman of -vrouw. Om werk te maken van onderwijs, werken we samen met docenten, het bedrijfsleven en met jou. Dankzij dit netwerk kunnen we vernieuwende leermiddelen maken die aansluiten op jouw leerbehoefte en op de behoefte van de beroepspraktijk.

9 789037 223200

9789037223200_A3_v3_mr.indd 1

Module Recreatie

15-12-15 20:55

tie f

Profielvak Horeca, Bakkerij en Recreatie

Werken bij een recreatiebedrijf

Licentie:

rig

Serienummer:

Voor het activeren van de licentie kijk op pagina 5 van dit werkboek. Te activeren tot:

Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl

Auteur(s): Inhoudelijke redactie: Foto’s:

Hanneke Bruintjes Edu’Actief b.v. www.pixton.com www.shutterstock.com Popova Valeriya / Shutterstock.com ChameleonsEye / Shutterstock.com Paolo Bona / Shutterstock.com Shanti Hesse / Shutterstock.com

Titel: ISBN:

Werken bij een recreatiebedrijf 978 90 3722 320 0

rig

Eerste druk/ eerste oplage © Edu’Actief b.v. 2015 (Hanneke Bruintjes, 2015 – 2015)

Uitgeverij:

tie f

COLOFON

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl). De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.

Inhoud WERKEN MET EDU4ALL ............................................................................................................................ 5 Deel A Activiteiten voor sportievelingen ............................................................................................. 7 Oriënteren ................................................................................................................................................ 7 Taak 1 Kennismaken met sportieve recreatieactiviteiten ...................................................................... 7 Taak 2 De leerdoelen bij Deel A ................................................................................................................ 9 Taak 3 Taken plannen ............................................................................................................................ 11

tie f

Aan de slag ............................................................................................................................................. 12 Taak 4 Sport- en spelactiviteiten in beeld ............................................................................................. 13 Taak 5 Organisatiesystemen .................................................................................................................. 16 Taak 6 Veiligheid tijdens een activiteit .................................................................................................. 23 Taak 7 EHBO ........................................................................................................................................... 30

Evalueren & Reflecteren ...................................................................................................................... 34 Taak 8 Terugkijken en verder kijken ...................................................................................................... 34 Taak 9 Voorbereiden op de toets ........................................................................................................... 37

Deel B Activiteit afstemmen met de gast .......................................................................................... 38

Oriënteren ............................................................................................................................................. 38 Taak 1 Kennismaken met medewerker sport en recreatie .................................................................. 38 Taak 2 De leerdoelen bij Deel B ............................................................................................................. 40 Taak 3 Taken plannen ............................................................................................................................ 42

rig

Aan de slag ............................................................................................................................................. 43 Taak 4 Wensen van de gast in kaart brengen ........................................................................................ 44 Taak 5 Haalbaarheid onderzoeken ....................................................................................................... 49 Taak 6 Draaiboek maken ........................................................................................................................ 54

Evalueren & Reflecteren ...................................................................................................................... 57 Taak 7 Terugkijken en verder kijken ...................................................................................................... 57 Taak 8 Voorbereiden op de toets ........................................................................................................... 60 Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen .................................................................................... 61 Oriënteren ............................................................................................................................................. 61 Taak 1 Kennismaken met medewerker leisure & hospitality ............................................................... 61 Taak 2 De leerdoelen bij Deel C .............................................................................................................. 64 Taak 3 Taken plannen ............................................................................................................................ 65 Aan de slag ............................................................................................................................................. 66 Taak 4 Inschrijvingen voor een activiteit begeleiden ........................................................................... 66 Taak 5 Betalingen voor een activiteit regelen ....................................................................................... 75

Werken bij een recreatiebedrijf

Evalueren & Reflecteren ...................................................................................................................... 84 Taak 6 Terugkijken en verder kijken ...................................................................................................... 84 Taak 7 Voorbereiden op de toets ........................................................................................................... 86 Deel D Een activiteit begeleiden ......................................................................................................... 87 OriĂŤnteren ............................................................................................................................................. 87 Taak 1 Kennismaken met leidinggevende leisure & hospitality .......................................................... 87 Taak 2 De leerdoelen bij Deel D ............................................................................................................. 90 Taak 3 Taken plannen ............................................................................................................................ 92

tie f

Aan de slag ............................................................................................................................................. 93 Taak 4 Beschikbare ruimte en routing .................................................................................................. 93 Taak 5 Instructies geven en activiteit begeleiden ................................................................................. 97 Taak 6 Sociale hygiĂŤne bij een recreatieactiviteit .............................................................................. 102 Taak 7 Afronden van een recreatieactiviteit ....................................................................................... 106

rig

Evalueren & Reflecteren .................................................................................................................... 111 Taak 8 Terugkijken en verder kijken .................................................................................................... 111 Taak 9 Voorbereiden op de toets ......................................................................................................... 115

Werken bij een recreatiebedrijf

Werken met Edu4all REGISTREREN, AANMELDEN EN LICENTIE ACTIVEREN Je gaat aan de slag met Edu4all. Volg volgend schema om te kijken wat je moet doen. Is dit het eerste werkboek van Edu4all waar je mee werkt?

Ga naar bronnen.edu4all.nl/bronnen/ handleiding en bekijk de film Licentie activeren.

Zoek in een werkboek dat je eerder hebt gedaan je gebruikersnaam kersnaam en wachtwoord op. Schrijf je gegevens op in de vakken onderaan deze pagina.

Ga naar licentie.edu-actief.nl. Klik op Aanmelden.

Nee

Je kunt direct direct aan de sslag. Ga na naar ar www.edu4all.nl www.edu4all.nl en log in met je gebr gebruikersnaam en wachtwoord.

Kies voor Aanmelden via Eduâ&#x20AC;&#x2122;Actief.

Is dit het eerste werkboek voor dit profielvak ak of keuzevak?

Kies voor Een nieuwe gebruikersnaam aanmaken.

Nee

tie f

rig

Maak een gebruikersnaam en wachtwoord aan. Gebruikersnaam = je schoole-mailadres* Wachtwoord = naam van je school

*Heb je geen schoole-mailadres? maiilad ma ladre res? s? Vr Vraag aag dan je docent om een gebruikersnaam. gebrui geb ruikersn kersnaa aam. m.

Schrijf je gebruikersnaam en wachtwoord op in de vakken onderaan deze pagina.

Ga naar licentie.edu-actief.nl.

Vul op de website de licentie in die op de eerste pagina van dit werkboek staat. Klik op Activeren.

Je hebt nu toegang tot de bronnen. Log in op www.edu4all.nl met je gebruikersnaam en wachtwoord. Gebruikersnaam:

Wachtwoord:

Werken bij een recreatiebedrijf

BRONNEN In dit werkboek staan opdrachten. Om deze opdrachten te maken, heb je soms bronnen nodig, zoals tekstbronnen, films, websites en de Theek-iT. Wanneer je een bron gaat gebruiken, staat er een pictogram in je werkboek: BRON Achter het pictogram staat in paarse, dikgedrukte tekst welke bron je nodig hebt. Bijvoorbeeld: BRON Lees Tekstbron 1.2 Persoonlijke verzorging. Maak daarna opdracht 13 tot en met 16. BRON Bekijk de Film Werken in de thuiszorg bij ouderen. Maak daarna opdracht 1.

tie f

Bij het eerste voorbeeld ga je een tekstbron lezen. Bij het tweede voorbeeld ga je een film bekijken. Deze bronnen vind je op www.edu4all.nl. Op bronnen.edu4all.nl/bronnen/handleiding wordt uitgelegd hoe je werkt met de bronnen op de website.

OVERLEG MET JE DOCENT Soms is het nodig om te overleggen met je docent. Je ziet dan dit pictogram in je werkboek:

Achter het pictogram staat waarover je met je docent gaat overleggen. Bijvoorbeeld:

61. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 5. Taak 12 tot en met 14 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen.

rig

OPDRACHTEN VOOR KB EN GL Doe jij de kaderberoepsgerichte of gemengde leerweg? Dan zitten er speciale opdrachten voor jou in het werkboek. Je herkent deze opdrachten aan de volgende pictogrammen: opdracht voor leerlingen van de kaderberoepsgerichte leerweg

opdracht voor leerlingen van de gemengde leerweg.

We wensen je veel succes en plezier met het maken van de opdrachten! Team Edu4all

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen

Oriënteren Taak 1 Kennismaken met sportieve recreatieactiviteiten Veel recreatiebedrijven bieden sportieve activiteiten aan. In veel gevallen gaat het hierbij niet om de inspanning, maar om de gezelligheid. Gasten van alle leeftijden kunnen deelnemen. In dit deel leer je over het organiseren en begeleiden van sportieve activiteiten. Ook leer je in welke beroepen je deze werkzaamheden tegenkomt. BRON Lees Tekstbron 4.3 Bedrijven in de recreatiesector. Maak daarna opdracht 1 en 2.

tie f

1. Je moet eerst weten wat we verstaan onder het woord ‘recreatie’. a. Wat is de definitie van recreatie?

b. Welke recreatiebedrijven kun je noemen? Noteer er ten minste vier.

2. 3.

rig

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen

rig

tie f

2. Kijk naar de volgende afbeeldingen. Je ziet hierop verschillende voorbeelden van recreatieactiviteiten. Kruis aan: welke zijn sportieve recreatieactiviteiten?

3. Denk aan de laatste keer dat je iemand zag die een sportieve recreatieactiviteit organiseerde of begeleidde. a. Wanneer was dat?

b. Welk beroep heeft deze persoon?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen c. Welke werkzaamheden deed deze persoon?

4. Maak een mindmap van alle recreatiesporten die je kunt bedenken. Verzamel foto’s en afbeeldingen van deze sporten. Geef per sport aan met hoeveel mensen je de sport kunt doen. BRON Je kunt hierbij Stappenplan Werken met Coggle gebruiken. 5. Heb je alle opdrachten van Taak 1 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 2 De leerdoelen bij Deel A

tie f

rig

6. Je hebt gelezen wat je moet kunnen als je bij een recreatiebedrijf aan de slag gaat. a. Welk leerdoel lijkt jou het leukst om aan te werken? Leg je antwoord uit.

b. Welk leerdoel lijkt jou het minst leuk om aan te werken? Leg je antwoord uit.

c. Het voorbereiden, uitvoeren en begeleiden van sportieve recreatieactiviteiten is best ingewikkeld. Je moet met veel dingen rekening houden. Wat heb je nodig voor de activiteit? Hoe leg je de activiteit uit? Hoe zorg je dat de activiteit veilig verloopt? Bedenk zelf nog drie dingen waarmee je rekening moet houden.

Als je gaat werken bij een recreatiebedrijf, moet je: 1. weten hoe je een recreatieactiviteit organiseert, regelt en begeleidt 2. weten welke competitieschema’ss gebruikt kunnen worden bij een recreatieactiviteit 3. weten hoe je competitieschema’ss kunt opstellen bij een recreatieactiviteit 4. weten met welke veiligheidsvoorschriften je rekening moet houden bij het uitvoeren van een recreatieactiviteit 5. weten welke bedrijfsregels over veiligheid en milieu er zijn voor het uitvoeren van recreatieactiviteiten 6. weten met welke landelijke, regionale en plaatselijke regels over veiligheid en milieu je rekening moet houden bij het uitvoeren van recreatieactiviteiten 7. pictogrammen en symbolen met betrekking tot veiligheid en milieu herkennen, toepassen en uitleggen 8. EHBO kunnen verlenen.

1. 2. 3. d. Welke eigenschappen moet je volgens jou hebben om een recreatieactiviteit voor te bereiden, uit te voeren en te begeleiden?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen e. Waar liggen jouw sterke en zwakke punten?

7. In sporten wordt vaak gebruikgemaakt van een competitieschema. a. Zoek op internet op wat een competitieschema is.

rig

tie f

b. Er zijn verschillende soorten competitieschema’s. Maak tweetallen en kies een van de volgende sporten uit: volleybal basketbal hockey handbal voetbal tennis s. Zoek op internet of verzamel Verzamel voor deze sport ten minste drie competitieschema’s. competitieschema’s van sportclubs uit je regio. c. Welke sport doe je zelf? Welke competitieschema’ss worden daarvoor gebruikt?

BRON Lees Formulier Veiligheid en hygiëne bij waterspelen. Maak daarna opdracht 8.

8. Bij het organiseren van recreatiesporten speelt veiligheid een belangrijke rol. Je moet op de hoogte zijn van de plaatselijke, regionale en landelijke regels over veiligheid en milieu. Als je je houdt aan deze regels, lopen je gasten en het milieu geen gevaar. a. Welke drie gevaren worden in de tekst genoemd? 1. 2. 3.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen b. Wat kun je doen tegen deze gevaren? 1. 2. 3. 9. Heb je alle opdrachten van Taak 2 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 3 Taken plannen

tie f

In deze taak ga je de taken van dit deel inplannen.

10. Bekijk Taak 4 tot en met 9 in het schema hierna. a. Maak een planning voor de taken die je nog gaat doen. b. Zoek in de taken naar de opdrachten met . Bij welke opdrachten is overleg met of controle door je docent nodig?

c. Overleg met je docent: • op welke momenten jij de antwoorden van de gemaakte opdrachten gaat nakijken • op welke momenten je docent jouw werk zal beoordelen. d. Heb je een taak af? Zet een √ in kolom 6. Zet een - als je een taak niet kon doen. Als je Taak 1, 2 en 3 gedaan hebt, kun je deze nu afvinken. 3. Richttijd 4. Richttijd in minuten in minuten Voorbereiden Uitvoeren

Kennismaken met recreatiebedrijven

5. Richttijd 6. Af 7. Paraaf in minuten docent Terugkijken

De leerdoelen bij Deel A

rig

1. Taak 2. Onderwerp

Taken plannen

Sport- en spelactiviteiten in beeld

140

Organisatiesystemen

140

Veiligheid tijdens de activiteit

1 2

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen 3. Richttijd 4. Richttijd in minuten in minuten Voorbereiden Uitvoeren

1. Taak 2. Onderwerp

EHBO verlenen

Terugkijken en verder kijken

Voorbereiden op de toets

5. Richttijd 6. Af 7. Paraaf in minuten docent Terugkijken 10

tie f

Aan de slag

rig

Je loopt stage bij horeca- en recreatiebedrijf De Eenhoorn. Dit is aan allroundhoreca- en recreatiebedrijf dat een compleet pakket activiteiten aanbiedt. De familie Janssen houdt haar jaarlijkse familieweekend in De Eenhoorn.

De familie wil graag sportieve activiteiten doen tijdens hun weekend. Je leidinggevende wil dat jij de mogelijkheden in kaart brengt. Welke activiteiten zijn er mogelijk? Wat heb je nodig aan materialen? Hoe kun je deze organiseren en zorg je dat ze veilig uitgevoerd worden?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen

Taak 4 Sport- en spelactiviteiten in beeld Je gaat in deze taak bepalen welke sportactiviteiten je voor de familie Janssen kunt organiseren. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.17 Voorbereiden, uitvoeren en afronden van recreatiesporten. Maak daarna opdracht 11 en 12. 11. Beantwoord de volgende vragen. a. Omschrijf in je eigen woorden wat een recreatiesport is.

tie f

b. Is een recreatiesport voor iedereen toegankelijk?

rig

c. Hierna zie je enkele sporten en de situaties waarin deze worden beoefend. Welke sporten zijn recreatiesporten? Kruis aan. een voetbalwedstrijd spelen met het eerste elftal van de voetbalvereniging een tocht met hindernissen door het bos van de camping tijdens een personeelsweekend een rondje hardlopen in het park sporten op de sportschool om af te vallen met een groep ontspannen paardrijden in het bos een tafeltennistoernooitje voor kinderen op het bungalowpark een hardloopwedstrijd op het Nederlands Kampioenschap aquarobics op de camping een fietstocht voor ouderen door de omgeving een volleybalwedstrijd voor families op het bungalowpark badmintonnen voor de caravan op de camping

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen 12. Je kunt eigenlijk alle sporten recreatief beoefenen. a. Zoek op YouTube voorbeelden van de volgende recreatiesporten. b. Welke sporten heb je kunnen vinden? Zet een kruisje in de tweede kolom. c. Welke materialen worden bij deze sport gebruikt? Vul het schema in. Sport

Gevonden op Youtube

Materialen

Aquarobics

tie f

Skeeleren

Volleybal

Voetbal

Klootschieten

BRON Lees Tekstbron 4.14 Spelregels bij bal- en racketsporten. Maak daarna opdracht 13.

rig

13. Als je medewerker bij een recreatiebedrijf bent, is het van belang dat je op de hoogte bent van alle spelregels en kenmerken van recreatiesporten. BRON Bekijk het Spel Recreatiesporten. a. Welke materialen gebruik je voor de volgende sporten? Zet de juiste materialen bij de sporten. b. Op wat voor veld wordt de sport gespeeld? Zet het juiste veld bij elke sport. c. Welke puntentelling wordt gebruikt? Zet de juiste puntentelling bij elke sport. d. Welk doel hoort bij de sport? Zet het juiste doel bij elke sport.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen 14. Je hebt vast wel eens aan een sportactiviteit deelgenomen. Herinner je de begeleider van de sportactiviteit waaraan jij hebt meegedaan zo goed mogelijk. a. Wat vond je goed of fout aan de begeleider?

b. Hoe moet een begeleider van een sport- of spelactiviteit bij een recreatiebedrijf volgens jou handelen?

tie f

BRON Bekijk de Website Hoe voorkom ik blessures? Maak daarna opdracht 15.

Bekijk de Film Warming-up. Bekijk het Formulier activiteitenvoorbereidingsformulier. Ga daarna verder met de opdracht.

BRON

b. Wat is het doel van een coolingdown?

15. Een sportactiviteit moet starten met een warming-up en afgesloten worden met een coolingdown. a. Wat is het doel van een warming-up?

rig

c. Werk de warming-up die je in het filmpje gezien hebt uit in een activiteitenvoorbereidingsformulier.

UITVOEREN 16. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren.

17. In deze opdracht gaan jullie een sportactiviteitenmap maken waarin jullie de spelregels van verschillende sporten zetten. a. Maak viertallen. Elke groep werkt de spelregels van twee racketsporten en twee balsporten uit. BRON

Je kunt hiervoor het Formulier Spelregels recreatiesporten gebruiken. Gebruik per sport een nieuw formulier en zorg dat je alle punten invult. b. Zoek afbeeldingen of maak fotoâ&#x20AC;&#x2122;s die bij de sport passen, bijvoorbeeld van het materiaal dat je gebruikt en de ruimte of het veld waar je speelt. Zet deze afbeeldingen of fotoâ&#x20AC;&#x2122;s op het formulier. c. Print de ingevulde formulieren en maak er een boek van. Bind ze in of doe ze in een map.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen

tie f

TERUGKIJKEN 18. Je hebt in de vorige opdracht een sportactiviteitenmap gemaakt. Hierin heb je per groep twee racketsporten en twee balsporten uitgewerkt. Je hebt onder andere de spelregels, de puntentelling, de overtredingen en de materialen genoemd. a. Heb je voor alle sporten alle punten kunnen invullen?

b. Was het moeilijk of makkelijk om informatie te vinden? Leg je antwoord uit.

c. Welke sport heeft de meeste spelregels?

rig

d. Van welke sport waren de spelregels het moeilijkst? Leg uit waarom je dit vindt.

19. Heb je alle opdrachten van Taak 4 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 5 Organisatiesystemen Recreatiesporten worden vaak in teams gespeeld. Dit kunnen kleine teams zijn van twee personen, maar ook bijvoorbeeld hele elftallen. Als medewerker van een recreatiebedrijf is het aan jou om deze teams in te delen en de sporten te organiseren. In deze taak leer je verschillende organisatiesystemen kennen en toepassen. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.13 Organisatiesystemen voor recreatiesporten. Maak daarna opdracht 20 tot en met 22.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen 20. Kijk naar de volgende afbeeldingen. Beantwoord per afbeelding de vragen.

b. Wordt deze sport individueel of in teams gedaan?

tie f

a. Welke sport zie je hier?

rig

c. Welk organisatiesysteem kan hiervoor het best gebruikt worden?

d. Welke sport zie je hier?

e. Wordt deze sport individueel of in teams gedaan?

f. Welk organisatiesysteem kan hiervoor het best gebruikt worden?

Werken bij een recreatiebedrijf

g. Welke sport zie je hier?

h. Wordt deze sport individueel of in teams gedaan?

tie f

Deel A Activiteiten voor sportievelingen

rig

i. Welk organisatiesysteem kan hiervoor het best gebruikt worden?

j. Welke sport zie je hier?

k. Wordt deze sport individueel of in teams gedaan?

l. Welk organisatiesysteem kan hiervoor het best gebruikt worden?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen

tie f

21. Op de volgende afbeelding zie je een voorbeeld van de gespeelde wedstrijden en uitslagen van de KNVB.

a. Welk organisatiesysteem wordt hier gebruikt?

rig

b. Waar staat de letter W voor?

c. Waar staat de letter G voor?

d. Waar staat de letter V voor?

e. Hoeveel wedstrijden zijn er gespeeld in deze competitie?

22. Beantwoord de volgende vragen. a. Stel, je wilt je gasten een dag met verschillende activiteiten aanbieden, zoals boogschieten, kleiduifschieten, badmintonnen en speerwerpen. Welk organisatiesysteem is de beste keuze? Leg dit uit.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen b. Stel, je hebt een sportieve middag op de camping georganiseerd. Veel van de gasten zijn vriendengroepen met mannen tussen de 18 en 25 jaar. Ze kennen elkaar goed en gaan graag de uitdaging met elkaar aan. Je hebt gekozen voor het uitdaagsysteem. Leg uit waarom dit een goede keuze is.

BRON Bekijk de Website WK Voetbal en de Website Hoogspringen. Maak daarna opdracht 23.

tie f

23. Bij professionele sporten worden ook organisatievormen gebruikt, bijvoorbeeld bij het WK voetbal of bij de Diamant League voor atletiek. a. Welk organisatiesysteem wordt gebruikt bij het WK voetbal? Leg uit hoe dit werkt.

24. Je gaat op het bungalowpark waar je werkt een volleybaltoernooi organiseren. Er zijn veel actieve gasten aanwezig die graag willen meedoen. Er zijn gasten van alle leeftijden. Van tevoren heb je aangegeven dat gasten zich kunnen opgeven op basis van leeftijd. Er zijn drie leeftijdsklassen: • kinderen van 8 tot en met 12 jaar (poule 1) • jongeren van 13 tot en met 18 jaar (poule 2) • volwassenen vanaf 19 jaar (poule 3). Elke leeftijdsklasse vormt een poule. Je gaat het competitieschema van poule 2 uitwerken. De volgende teams hebben zich opgegeven:

rig

b. Welk organisatiesysteem wordt gebruikt bij het hoogspringen tijdens de Diamant League? Leg uit hoe dit werkt.

Poule 2 • We are the best • Zwolse boys • Kampeerveld 2 • Friends forever

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen a. Vul het schema hierna in. Vul horizontaal en verticaal de namen van de teams in. Er is een voorbeeld gegeven. In vier vakjes kom je zowel horizontaal als verticaal bij dezelfde teams. Zet hier een kruisje. We are the best

tie f

We are the best X

1-1

We are the best – Kampeerveld 2

0-2

We are the best– Friends forever

1-1

Zwolse boys – Kampeerveld 2

2-1

Kampeerveld 2 – Friends forever

2-2 0-1 0-1

Friends forever – Kampeerveld 2

Zwolse boys – Friends forever

We are the best – Zwolse boys

De teams spelen allemaal een keer tegen elkaar. Dit zijn de uitslagen:

rig

b. Vul de uitslagen in. c. Voor een gewonnen wedstrijd krijgt een team twee punten. Bij een gelijkspel krijgt een team één punt. Hoeveel punten hebben de teams gescoord?

We are the best: Zwolse boys:

Kampeerveld 2:

Friends forever:

d. De teams met de meeste punten en de teams met de minste punten moeten nu tegen elkaar spelen. Welke teams moeten tegen elkaar spelen? Teams met de meeste punten: Teams met de minste punten:

UITVOEREN 25. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet maken.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen BRON Bekijk het Formulier Competitieschema. Maak daarna opdracht 26.

tie f

26. De familie Janssen wil graag een aantal sportieve activiteiten doen tijdens hun weekend. Ze willen een familiecompetitie spelen. De meeste leden van de familie Janssen kunnen goed tennissen, dus je besluit een tenniscompetitie te organiseren. De familie Janssen bestaat uit de volgende personen:

rig

Kinderen onder de 10 jaar doen niet mee met de competitie. Er zijn in totaal 24 familieleden die meedoen met de tenniscompetitie. Er wordt gespeeld in teams van twee personen. a. In deze opdracht ga je een competitieschema voor de familie Janssen maken. Begin met het maken van de teams. Bepaal welke familieleden samen spelen in een team. Team 2: Team 3:

Team 4:

Team 1:

Team 5: Team 6: Team 7: Team 8: Team 9:

Team 10: Team 11: Team 12: b. Maak daarna het competitieschema met het Formulier Competitieschema.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen 27. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren. BRON Bekijk het Formulier Activiteitenvoorbereidingsformulier en het Formulier Competitieschema.

Maak daarna opdracht 28. 28. Bedenk een sport die je met je medeleerlingen kunt doen. a. Bereid de activiteit voor. Dit doe je met het Formulier Activiteitenvoorbereidingsformulier. b. Maak daarna een competitieschema met het Formulier Competitieschema. TERUGKIJKEN 29. Je hebt teams samengesteld voor de tenniscompetitie. Hoe heb je dat gedaan?

tie f

30. Je hebt een AVF ingevuld. Kon je het hele formulier invullen?

31. Je hebt een competitieschema voor de tenniscompetitie van de familie Janssen gemaakt. a. Wat vind je van het competitieschema? Is het compleet?

b. Wat vond je van het maken van het competitieschema? Wat vond je makkelijk en wat vond je moeilijk? Ik vond makkelijk:

Ik vond moeilijk:

rig

32. Laat het activiteitenvoorbereidingsformulier en de competitieschema competitieschema’s die je gemaakt hebt goedkeuren door je docent.

33. Heb je alle opdrachten van Taak 5 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 6 Veiligheid tijdens een activiteit Een recreatiebedrijf is verantwoordelijk voor de veiligheid van zijn gasten. “Als medewerker bij een recreatiebedrijf moet je weten hoe je een activiteit veilig kunt organiseren. Ook moet je weten hoe je eerste hulp bij ongelukken en blessures moet verlenen, verlenen,” zegt de heer Visser, de eigenaar van De Eenhoorn.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen VOORBEREIDEN

tie f

ÂŠ Ramon Versteeg

BRON Lees Tekstbron 4.26 Veiligheidsvoorschriften bij recreatiesporten. Maak daarna opdracht 34 en

35.

34. a. Wat is een veiligheidsplan?

b. Noteer ten minste vijf maatregelen uit het veiligheidsplan die jij het belangrijkst vindt voor de veiligheid. 1.

rig

35. Bij een noodsituatie moet je de hulpdiensten inschakelen. a. Welke hulpdiensten zijn er?

b. Hoe schakel je deze hulpdiensten in?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen c. Kijk naar de volgende noodsituaties. Welke hulpdienst schakel je in? Noodsituatie

Hulpdienst

Een van de gasten heeft tijdens het koken haar voortent in brand gestoken. Een van de gasten heeft een hartaanval gehad en is bewusteloos.

Een van de kinderen is tijdens een recreatieactiviteit uit een hoog klimrek gevallen. Ze heeft een hoofdwond en is erg suf.

tie f

Twee gasten hebben ruzie gekregen en zijn in een gevecht geraakt. Ze willen niet stoppen met vechten.

Door een overstroming van de rivier op de camping staat de elektriciteitscentrale van de camping onder water.

36. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet maken.

rig

37. In deze opdracht ga je een kort onderzoek doen naar veiligheidsmaatregelen in een recreatiebedrijf. Maak tweetallen en bezoek een recreatiebedrijf in je regio. Tijdens dit bezoek ga je een fotoverslag maken. Je maakt foto foto’s van veiligheidsmaatregelen (bijvoorbeeld bewegwijzering, waarschuwingsborden) en onveilige situaties (bijvoorbeeld kapotte tegels in het toiletgebouw, loshangende elektriciteitsdraden). Maak een collage van je foto foto’s. BRON Je kunt hiervoor Stappenplan 7 Een collage of moodboard maken gebruiken. De titel van je collage is ‘‘Veilig Veilig en onveilig onveilig’. Maak je collage in Lino. Hiervoor kun je Stappenplan Werken met Lino gebruiken. BRON Lees Tekstbron 4.28 Blessures. Maak daarna opdracht 38 en 39.

38. Het voorkomen van blessures is ook een belangrijk onderdeel van de veiligheid in een recreatiebedrijf. a. Wat zijn de meest voorkomende (sport)blessures bij recreatiesporten? Noteer er vier. 1. 2. 3. 4.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen b. Noteer vijf algemene maatregelen die je kunt nemen om bij recreatiesporten blessures te voorkomen. 1. 2. 3. 4. 5. 39. Bepaal welke beschermende materialen de volgende recreatiesporters nodig hebben. Beschermende materialen

rig

tie f

Sport

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen Beschermende materialen

rig

tie f

Sport

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen 40. Als een gast een blessure heeft, kun je de ICE-regel toepassen. a. Waar staan de letters ICE voor? b. Wat zijn de verschillende stappen van de ICE-regel? Leg elke stap uit. I= Uitleg: C= Uitleg: E= Uitleg:

41. Bepaal bij de volgende activiteiten met welke regelgeving je, volgens jou, rekening moet houden. 1. Een kleinschalig muziekfestival in de binnenstad van Alkmaar met honderd gasten. 2. Een hardloopwedstrijd in de bossen van de Achterhoek met tweehonderd deelnemers. 3. Een openluchtfeest met vuurwerk op oudjaarsavond met vijfhonderd gasten. 4. Een personeelsbarbecue met vijfhonderd werknemers. 5. Een rally met antieke raceauto’s. 6. Een workshop ‘Schilderen in de natuur’ met twintig deelnemers.

tie f

BRON Lees Tekstbron 4.21 Wet- en regelgeving in de recreatiesector. Maak daarna opdracht 41.

Activiteit Activiteit Activiteit Activiteit Activiteit Activiteit 2 3 1 4 5 6

Veiligheid

Energiebesparing

rig

Afvalbeheer

Luchtvoorschriften

Vervoersmanagement Bodembescherming Luchtkwaliteit Geluid Lichthinder

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen BRON Lees Tekstbron 4.25 Pictogrammen voor veiligheid. Maak daarna opdracht 42.

42. Om een recreatiebedrijf veilig in te richten, moeten de juiste pictogrammen geplaatst worden. a. Wat is NEN-EN-ISO 7010?

b. Bekijk de volgende pictogrammen. Vul in wat deze betekenen en waar ze het best geplaatst kunnen worden. Weet je het antwoord niet, zoek dan informatie op internet. Wat betekent het pictogram? Waar kan het pictogram het best geplaatst worden?

rig

tie f

Pictogram

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen UITVOEREN 43. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren. 44. Jullie gaan nu zelf de ICE-stappen oefenen in een rollenspel. Houd het gesprek met twee medeleerlingen. Eén van jullie is de medewerker van een recreatiebedrijf en één is een geblesseerde gast met een enkelblessure. De derde observeert het gesprek. BRON Je kunt hierbij Stappenplan 6 Een rollenspel doen en Observatieformulier ICE uitvoeren gebruiken. TERUGKIJKEN 45. Je hebt in de vorige opdracht een ICE-procedure uitgevoerd bij een gast met een enkelblessure. a. Is het jou gelukt om de procedure uit te voeren? Wat vond je moeilijk? Wat vond je makkelijk?

tie f

Moeilijk: Makkelijk:

b. Wat vonden je medeleerlingen van je ICE-procedure? Hoeveel duimen omhoog had je? Hoeveel duimen omlaag had je? Omhoog:

Omlaag:

46. Overleg met je docent of je de vorige opdracht nog een keer moet oefenen.

47. Heb je alle opdrachten van Taak 6 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

rig

Taak 7 EHBO

“EHBO EHBO staat voor eerste hulp bij ongelukken. Als je werkt in een recreatiebedrijf, is het belangrijk dat je EHBO kunt verlenen. Het komt namelijk vaak voor dat gasten een ongelukje hebben of zich bezeren, bezeren,” Ik wil daarom graag dat je EHBO gaat oefenen. zegt de heer Visser. “Ik oefenen.”

VOORBEREIDEN

BRON Lees Tekstbron 1.7 EHBO. Maak daarna opdracht 48 tot en met 51.

48. Beantwoord de volgende vragen. a. Wat doe je eerst als er een ongeluk gebeurt?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen b. Hoe verzorg je kleine snijwonden? Zet een 1 achter de foto die de eerste stap uitbeeldt, een 2 achter de foto die de tweede stap uitbeeldt, enzovoort.

tie f

Droogdeppen met een steriel gaasje of een schone doek.

Reinigen onder de stromende kraan.

rig

Steriel afdekken met verband of een pleister.

Ontsmetten (jodium, Betadine, Sterilon).

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen c. Welke drie graden van verbanding zijn er? 1. 2. 3.

tie f

49. Vul het schema hierna in. Wat moet je wel en niet doen bij brandwonden? • Brandwonden meteen koelen onder de kraan. • De blaren doorprikken. • De wond steriel afdekken met verband. • Brandzalf op de wond smeren. • Kleding die aan de wond vastzit eraf trekken. • Een arts raadplegen. Niet doen bij brandwonden

rig

Wel doen bij brandwonden

50. Lisa werkt als medewerker sport en recreatie op een camping. Eén van haar gasten heeft zijn hand tijdens het koken verbrand. Hij heeft een grote brandwond op zijn hand. Lisa doet gelijk een schone theedoek om de wond. Wat doet Lisa fout?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen 51. Je hebt vast zelf wel eens een ongelukje gehad. Vertel aan een medeleerling wat voor ongelukje dat was. Vertel ook hoe je toen geholpen bent. Heeft je vader of moeder je geholpen? Of je docent of de dokter? Hoe hebben ze je toen geholpen?

UITVOEREN 52. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren.

tie f

53. Jullie gaan nu zelf EHBO verlenen in een rollenspel. Doe het rollenspel met twee medeleerlingen. Een van jullie is de medewerker van een recreatiebedrijf en ĂŠĂŠn is een gast die is flauwgevallen. De derde observeert het rollenspel. BRON Je kunt hierbij de volgende stappenplannen gebruiken: 87 EHBO: Eerste hulp bij bewusteloosheid 88 EHBO: Stabiele zijligging. Ook kun je Observatieformulier Eerste hulp bij bewusteloosheid gebruiken.

TERUGKIJKEN 54. Je hebt in de vorige opdracht iemand geholpen die flauw was gevallen. a. Iemand helpen die bewusteloos is, kan best lastig zijn. Wat vond je moeilijk? Wat vond je eng?

Moeilijk:

Eng:

b. Heb je zelf wel eens meegemaakt dat iemand flauw viel? Wat heb je toen gedaan?

Omhoog:

Omlaag:

rig

c. Wat vonden je medeleerlingen van de manier waarop je EHBO verleende? Hoeveel duimen omhoog had je? Hoeveel duimen omlaag had je?

55. Overleg met je docent of je de vorige opdracht nog een keer moet oefenen. 56. Overleg met je docent of je de extra opdrachten bij deze taak moet maken. 57. Heb je alle opdrachten van Taak 7 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen

Evalueren & Reflecteren Taak 8 Terugkijken en verder kijken Je hebt je in dit deel beziggehouden met recreatiesporten. Je hebt onderzocht hoe je deze veilig kunt organiseren en welke organisatiesystemen je kunt gebruiken. Je gaat nu kijken hoe dat gegaan is.

tie f

58. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 6. Taak 8 en 9 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen. b. Kijk in kolom 7. Staat bij Taak 1 tot en met 7 een paraaf van je docent? Zo nee, overleg met je docent hoe je dit in orde kunt maken.

59. In het schema hierna zie je de leerdoelen waaraan jij dit deel hebt gewerkt. a. Geef van elk leerdoel aan of je het kunt of dat je er nog aan moet werken. Dit doe je door bij Moet ik nog aan werken’ werken’ een ✓ te zetten. elk leerdoel in kolom 3 ‘Kan ik’ of in kolom 4 ‘Moet Moet ik nog aan werken’ werken’ een ✓ hebt gezet. Wat moet b. Bekijk elk leerdoel waarbij je in kolom 4 ‘Moet je volgens jou beter gaan doen? Geef dit aan in kolom 5. c. Hoe vond je het om aan deze leerdoelen te werken? Leg je antwoord uit.

Weten welke competitieschema er competitieschema’s gebruikt kunnen worden bij een recreatieactiviteit Weten hoe je competitieschema’s kunt opstellen bij een recreatieactiviteit

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

Weten hoe je een recreatieactiviteit organiseert, regelt en begeleidt

rig

2. Leerdoel

1. Taak

Weten met welke veiligheidsvoorschriften je rekening moet houden bij het uitvoeren van een recreatieactiviteit

Werken bij een recreatiebedrijf

5. Dit ga ik verbeteren

Deel A Activiteiten voor sportievelingen 1. Taak

2. Leerdoel

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Weten welke bedrijfsregels over veiligheid en milieu er zijn voor het uitvoeren van recreatieactiviteiten KB

tie f

Weten met welke landelijke, regionale en plaatselijke regels over veiligheid en milieu je rekening moet houden met het uitvoeren van recreatieactiviteiten

EHBO kunnen verlenen

60. Noteer je ervaringen. a. Het leukste onderdeel van dit deel vond ik:

Pictogrammen en symbolen met betrekking tot veiligheid en milieu herkennen, toepassen en uitleggen

rig

b. Het moeilijkste onderdeel van dit deel vond ik:

c. Ik vind dat ik de volgende vaardigheden nog wat beter moet oefenen:

Spelregels uitwerken ICE toepassen Competitieschemaâ&#x20AC;&#x2122;s opstellen Competitieschema Een collage maken Een moodboard maken EHBO verlenen

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen BRON Lees Tekstbron 4.6 Beroepen in de recreatiesector. Maak daarna opdracht 61.

61. Welke eigenschappen heb je nodig voor de volgende beroepen? a. Vul het schema hierna in.

Deze eigenschap heb ik wel Deze eigenschap heb ik niet

Eigenschappen zelfstandig medewerker leisure & hospitality

tie f

Eigenschappen medewerker Deze eigenschap heb ik wel Deze eigenschap heb ik niet sport en recreatie

Deze eigenschap heb ik wel Deze eigenschap heb ik niet

rig

Eigenschappen leidinggevende leisure & hospitality

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel A Activiteiten voor sportievelingen

tie f

b. Welke eigenschappen heb jij wel? En welke eigenschappen niet? Vul het schema in. c. Welke twee werkzaamheden uit de theoriebron lijken jou het leukst om te doen? Leg uit. 1. 2.

BRON Open het bestand Formulier Netwerkoverzicht. Maak daarna opdracht 62.

62. Wanneer het jou leuk lijkt om medewerker sport en recreatie te worden, is het handig dat je zo zoâ&#x20AC;&#x2122;n medewerker kent. Dan kun je aan die persoon vragen stellen of kun je misschien eens een dag op zijn werkplek meelopen. Zoek in jouw omgeving iemand die medewerker sport en recreatie is. Vraag bijvoorbeeld aan je familie, aan vrienden of op school of zij iemand kennen met dit beroep. Zoek anders op internet. Vul de gegevens van deze persoon in je netwerkoverzicht in.

rig

Taak 9 Voorbereiden op de toets

In deze taak ga je je voorbereiden op de toets.

63. In de tekstbronnen bij dit deel ben je woorden tegengekomen die je moet kennen voor het examen. In de tekstbronnen zijn deze woorden in het blauw vetgedrukt. Misschien heb je zelf nog andere woorden gemarkeerd. a. Zoek alle vetgedrukte woorden op. Maak er een lijstje van op papier of digitaal. b. Zet de woorden in alfabetische volgorde. c. Bekijk je lijst met woorden. Zijn er woorden waarvan je niet weet wat ze betekenen? BRON Zoek de betekenis van die woorden op in de Theek-iT. d. Zet de betekenis achter het woord in jouw lijst.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

Oriënteren Taak 1 Kennismaken met medewerker sport en recreatie Als je aan de slag gaat bij een recreatiebedrijf, zul je veel met gasten in contact komen. Je zult activiteiten voor hen organiseren en ze hierbij begeleiden. Jij zorgt ervoor dat zij een leuke dag of vakantie hebben.

tie f

1. Een van de veelvoorkomende beroepen in een recreatiebedrijf is medewerker sport en recreatie. Welke werkzaamheden heeft een medewerker sport en recreatie volgens jou? Maak in Gliffy een woordweb van deze werkzaamheden. In het midden zet je ‘Werkzaamheden van een medewerker sport en recreatie’. Vul ten minste vijf vakken met werkzaamheden. BRON Je kunt hiervoor Stappenplan Werken met Gliffy gebruiken.

rig

BRON Lees Tekstbron 4.7 Taken van een medewerker in de recreatiesector. Maak daarna opdracht 2 en

2. Als medewerker sport en recreatie moet je veel dingen kunnen. a. Noteer drie taken van de medewerker sport en recreatie. 2. 3.

b. Wat is jouw grootste verantwoordelijkheid bij het begeleiden van sportieve activiteiten en recreatieactiviteiten?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

Het gasten naar de zin maken

Begeleiden van sportieve activiteiten en recreatieactiviteiten

rig

Voorbereiden van sportieve activiteiten en recreatieactiviteiten

tie f

3. Hierna zie je verschillende voorbeelden van werkzaamheden van de medewerker sport en recreatie. Zet deze werkzaamheden in het schema. Waar horen ze bij? • Je gasten vragen of ze zin hebben in een leuke middag. • De punten van een voetbalwedstrijd bijhouden. • EHBO verlenen. • De spelregels van een sportieve activiteit uitleggen. • Het activiteitenvoorbereidingsformulier (AVF) invullen. • Materialen controleren. • De materialen voor een activiteit klaarzetten. • De deelnemerslijst opstellen en bijhouden. • De winnaar van een wedstrijd huldigen. • Je gasten verwelkomen. • Je gasten vragen of ze het naar hun zin hebben. • Je gasten vragen of ze het niet te koud of te warm hebben. • Kapotte materialen vervangen. • Luisteren naar de verhalen van kleine kinderen. • De ICE-procedure uitvoeren.

BRON Bekijk de Film Medewerker sport en recreatie in actie. Maak daarna opdracht 4 en 5.

4. In deze film zie je een medewerker sport en recreatie aan het werk. a. Wat is het doel van het AVF?

b. Hoe zorgt de medewerker sport en recreatie voor de veiligheid?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast 5. Gasten willen bij een recreatieactiviteit plezier hebben. Welk gedrag kun je laten zien om de gasten het naar de zin te maken?

6. Heb je alle opdrachten van Taak 1 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 2 De leerdoelen bij Deel B

tie f

Als je gaat werken bij een recreatiebedrijf, moet je: 1. de wensen van de gast kunnen achterhalen 2. weten wat je nodig hebt om een recreatieactiviteit uit te voeren 3. een draaiboek kunnen maken voor een recreatieactiviteit.

rig

7. Het tweede leerdoel is â&#x20AC;&#x2DC;Weten Weten wat je nodig hebt om een recreatieactiviteit uit te voeren voerenâ&#x20AC;&#x2122;. Maak tweetallen. Bekijk de volgende drie activiteiten. Bespreek samen wat je nodig hebt om deze activiteit te organiseren. Denk bijvoorbeeld aan materialen, ruimten en mensen.

Een toneelvoorstelling van een uur voor kinderen van de camping. Er zullen kostuums en muziek gebruikt worden. Na afloop krijgen de kinderen een presentje.

Een jeu-de-boulestoernooi voor de mensen van bungalowpark De Wieden. Hierbij wordt gebruikgemaakt van een competitiesysteem. De winnaar krijgt een beker en een fles wijn.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast Een kleinschalige hardloopwedstrijd in de binnenstad van Haarlem. Er doen ongeveer honderd lopers mee.

8. Peter gaat een bosspeurtocht organiseren voor een groep basisschoolleerlingen die logeren op de camping waar hij werkt. Hij wil de klas in groepjes van vier leerlingen verdelen. De groepjes leerlingen zullen steeds een kwartier na elkaar vertrekken. Hij heeft deze tocht alleen voorbereid en zal de tocht alleen begeleiden.

rig

tie f

Peter heeft de volgende materialen klaargezet en de volgende zaken voorbereid: • Kaarten met daarop de verschillende aanwijzingen voor de speurtocht. • Op verschillende punten in het bos heeft hij aanwijzingen verstopt. • Een lijst met daarop alle deelnemers aan de speurtocht. • Een prijs voor de groep leerlingen die als eerste binnen is. Peter staat bij de start van de speurtocht en laat de eerste groep vertrekken. Wat is hij vergeten? Waardoor kan deze activiteit niet goed verlopen?

9. Het derde leerdoel is ‘Een draaiboek kunnen maken voor een recreatieactiviteit’. Een draaiboek is een plan waarin je stap voor stap de activiteit uitwerkt en aangeeft wat je nodig hebt om de activiteit te kunnen doen. a. Wat moet volgens jou in elk geval in een draaiboek staan?

b. Heb je zelf wel eens een draaiboek gemaakt? Zo ja, voor welke activiteit?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast 10. Heb je alle opdrachten van Taak 2 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 3 Taken plannen In deze taak ga je de taken van dit deel inplannen.

tie f

11. Bekijk Taak 4 tot en met 8 in het schema hierna. a. Maak een planning voor de taken die je nog gaat doen. b. Zoek in de taken naar de opdrachten met . Bij welke opdrachten is overleg met of controle door je docent nodig?

3. Richttijd 4. Richttijd in minuten in minuten Voorbereiden Uitvoeren

2. Onderwerp

1. Taak

Kennismaken met medewerker sport en recreatie

De leerdoelen bij Deel B

Taken plannen

Wensen van de gast in kaart brengen

Haalbaarheid onderzoeken

140

Draaiboek maken

140

Terugkijken en verder kijken

Voorbereiden op de toets

rig

Werken bij een recreatiebedrijf

7. Paraaf docent

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

Aan de slag

rig

tie f

Je gaat helpen bij De Eenhoorn. Dit is een allroundhoreca- en recreatiebedrijf dat een compleet pakket activiteiten aanbiedt. De familie Janssen houdt haar jaarlijkse familieweekend in De Eenhoorn.

De familie Janssen wil een sportieve activiteit voor volwassenen en kinderen doen. Opa en oma besluiten supporter te zijn. Ze willen het liefst een buitenactiviteit die niet te ingewikkelde spelregels kent. Daarnaast moet de activiteit voor kinderen veilig zijn om uit te voeren. Je leidinggevende wil graag dat jij door een gesprek met de familie achterhaalt welke activiteit ze precies willen. Ook moet je vaststellen of het haalbaar is om deze activiteit bij De Eenhoorn uit te voeren.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

Taak 4 Wensen van de gast in kaart brengen â&#x20AC;&#x153;Om de gast een passende activiteit aan te bieden, moet je eerst weten wat deze precies wil. Hier kom je achter door de gast vragen te stellen. Je moet goed luisteren naar de antwoorden van de gast. Op basis daarvan bepaal je welke activiteiten geschikt zijn,â&#x20AC;? zegt je leidinggevende. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.32 De wensen van de gast achterhalen. Maak daarna opdracht 12 tot en met 15. 12. Om de wensen van je gasten in kaart te brengen, moet je met hen in gesprek gaan. Hiervoor kun je verschillende technieken gebruiken. a. Wat is de LSD-techniek? S

tie f

b. Leg bij elke stap uit wat je als medewerker sport en recreatie moet doen. L=

S= D=

c. In het gesprek met je gast zijn non-verbale signalen belangrijk. Wat zijn non-verbale signalen?

d. Noem ten minste drie voorbeelden van non-verbale signalen die jij zelf vaak gebruikt.

rig

e. Hierna zie je afbeeldingen van non-verbaal gedrag. Welk gedrag zie je?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast 1. 2. 3. 4.

tie f

f. Werk in tweetallen. Kies een van de volgende emoties. Beeld deze emoties non-verbaal uit. Je medeleerling moet raden om welke emoties het gaat. Klaar? Wissel dan van rol. Dit zijn de emoties: • boosheid • verbazing • jaloezie • blijdschap.

13. Door een actieve luisterhouding laat je zien dat je naar je gast luistert. Kijk naar de volgende foto foto’s. Geef aan welke personen op die foto’ss een actieve luisterhouding hebben en welke niet.

Actieve luisterhouding Niet actieve luisterhouding

rig

Actieve luisterhouding Niet actieve luisterhouding

14. Zou jij het leuk vinden als je met iemand praat en diegene laat niet zien dat hij luistert? Leg je antwoord uit.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast 15. Het samenvatten van de boodschap van de gast is een handig middel. Zo kun je namelijk goed vaststellen wat je gast precies wil. Hierna lees je drie uitspraken van gasten. Vat deze uitspraken telkens samen in maximaal twee zinnen. Je begint de samenvatting steeds met: ‘Dus als ik het goed begrijp, …’ a. Wij zijn met vijf vriendinnen dit weekend op stap en willen lekker ontspannen. Er eens even helemaal tussenuit! We willen in elk geval graag naar de sauna en daarna samen dineren. Ook willen we alle vijf een schoonheidsbehandeling. Zo kunnen we er straks weer helemaal tegenaan!

Een spannend volleybaltoernooi met mijn collega’ collega’s, collega ’s, s, dat is de bedoeling! Een leuke competitie waarbij we eens kunnen zien wie de beste is! Er moet natuurlijk wel een leuk prijsje te winnen zijn! De punten moeten jullie maar bijhouden, daar hebben wij geen zin in.

rig

tie f

b. Wij zijn deze week met onze schoolklas op kamp. We willen voor onze klas van dertig kinderen een dropping in het bos houden. Misschien kunt u iets doen met verschillende groepjes en een leuke route door het bos? We willen de middag afsluiten met een barbecue aan de rand van het bos. We hebben een aantal kinderen met een koemelkallergie, dus het zou fijn zijn als er ook broodjes en sausjes zijn waar geen koemelk in zit.

17.

BRON Lees nogmaals Tekstbron 4.32 De wensen van de gast achterhalen. Maak daarna opdracht 16 en

16. Een gesprek met gasten is meestal opgebouwd uit de volgende fasen: 1. opening gesprek 2. de bepaling van het doel van het gesprek 3. de wensen van de gast achterhalen 4. het aanbod 5. omgaan met bezwaren 6. boeking/afspraken 7. afscheid van de gast.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

rig

tie f

Fatima werkt als medewerker sport en recreatie op bungalowpark De Weide. Het bungalowpark ligt direct aan het IJsselmeer, dus gasten kunnen er zwemmen, zeilen en andere watersporten doen. Lees het volgende gesprek tussen Fatima en mevrouw Ketelaar. Geef in het gesprek aan waar elke gespreksfase begint. Zet het nummer van de gespreksfase in de tekst.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

BRON Lees Tekstbron 4.33 Vraagtypes. Maak daarna opdracht 17.

17. Er zijn verschillende soorten vragen die je kunt stellen. Vul het volgende schema in. Welke soorten vragen worden gesteld? Kies uit: open vraag, gesloten vraag, keuzevraag, controlevraag. Er is al een voorbeeld gegeven. Voorbeeldvraag

Soort vraag

Je hebt een gast die graag een ‘Dus als ik het goed begrepen heb, wilt u een bungalow met midweek een bungalow wil een ligbad reserveren?’ huren. Als je het goed begrepen hebt, wil hij een bungalow met een ligbad.

Je hebt een gast bij de receptie ‘Waarmee kan ik u helpen? die graag wat informatie wil Waarover wilt u meer weten?’ over wat er allemaal te doen is op de camping.

Gesloten vraag

tie f

Situatie

Wilt u graag actief bezig zijn of ‘Wilt ontspannen? Houdt u meer van het bos of van het water?’ water?’

Je hebt een gast die twijfelt over het maken van een fietstocht of het maken van een boottocht.

rig

Je hebt een gast die zijn kind ‘Duss uw kind houdt van knutselen?’’ wil inschrijven voor een van de knutselen? creatieve activiteiten op het park.

UITVOEREN 18. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren. 19. Jullie gaan een rollenspel spelen waarin jullie in gesprek gaan met de familie Janssen. Zij willen graag een buitensportactiviteit gaan doen. Alleen kinderen vanaf 10 jaar en volwassenen doen mee. De kleine kinderen en opa en oma doen niet mee. Het doel van dit gesprek is dat je te weten komt welke buitensportactiviteit zij precies willen doen. Je houdt het gesprek met twee medeleerlingen: • Een van jullie is de medewerker van De Eenhoorn. • Een van jullie is Peter, een van de zoons van de familie Janssen. • Een van jullie is de observator. De leerling die Peter speelt, kiest van tevoren een van de volgende drie activiteiten die de familie Janssen wil doen: • een boottocht maken • een speurtocht door het bos maken • een fietstocht over de hei maken.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast Deze activiteit houdt hij geheim. De leerling die de medewerker van De Eenhoorn speelt, moet erachter komen welke activiteit de familie Janssen heeft gekozen. De medewerker van De Eenhoorn gebruikt de volgende soorten vragen: • open vraag • gesloten vraag • keuzevraag • controlevraag.

BRON Je kunt hierbij Stappenplan 6 Een rollenspel doen en Observatieformulier Een rollenspel observeren

gebruiken.

tie f

TERUGKIJKEN 20. Je hebt in de vorige opdracht een rollenspel gedaan en geobserveerd. Hierin ging een medewerker van De Eenhoorn in gesprek met Peter, een van de zoons van de familie Janssen. a. Heb je alle soorten vragen kunnen stellen?

b. Heb je achterhaald welke activiteit de familie Janssen wil doen?

c. Welke soort vragen vond je het moeilijkst om te stellen? En waarom?

rig

d. Wat zou je de volgende keer anders doen? Leg je antwoord uit.

21. Heb je alle opdrachten van Taak 4 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 5 Haalbaarheid onderzoeken Niet elk bedrijf kan elke activiteit aanbieden. Je moet bijvoorbeeld het juiste materiaal hebben voor de activiteit en genoeg medewerkers die kunnen helpen. Soms moet je ook vergunningen hebben om bepaalde activiteiten te mogen aanbieden. Elk bedrijf moet daarom onderzoeken of het haalbaar is om een activiteit aan te bieden. De heer Visser van De Eenhoorn wil dat jij onderzoekt welke activiteiten haalbaar zijn voor de familie Janssen. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.39 Haalbaarheidsonderzoek. Maak daarna opdracht 22 en 23.

22. Voordat je een activiteit gaat aanbieden, moet je eerst bepalen of dit haalbaar is. a. Wat betekent ‘haalbaar’?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast b. Bij het organiseren van een activiteit spelen het budget, de organisatie, het personeel en tijd een rol. Stel, je gaat een schoolfeest organiseren. Wat moet er dan allemaal gebeuren wat betreft het budget, de organisatie, het personeel en tijd? Vul het volgende schema in. Kies uit: 1. Er moeten genoeg docenten zijn die bij het schoolfeest kunnen helpen. 2. Er moet genoeg geld zijn om het schoolfeest te organiseren. 3. De school moet een ruimte hebben waar het schoolfeest gehouden kan worden. 4. Voordat het schoolfeest gehouden wordt, moet er genoeg tijd zijn om alles voor te bereiden. Hiermee wordt bedoeld

tie f

Budget

Organisatie

Personeel

rig

Tijd

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

rig

tie f

23. Nick is medewerker sport en recreatie. Hij wil graag een activiteit gaan ontwikkelen en deze aanbieden op de camping waar hij werkt. Hij wil voor de gasten op de camping tochten gaan aanbieden waarbij ze op een antieke solex door de omgeving kunnen toeren. Kijk naar de volgende strips. Er zijn verschillende zaken die Nick moet uitwerken. Geef aan of dit te maken heeft met het budget, de organisatie, het personeel of tijd.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast UITVOEREN 24. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht gaat maken. 25. De familie Janssen wil graag een balsport doen. Ze willen een tenniswedstrijd spelen. Alleen de volwassenen en de kinderen vanaf 10 jaar doen mee, dat zijn 22 personen. De kleine kinderen en opa en oma zijn supporters. Voordat je de activiteit kunt gaan doen met de familie Janssen, moet je bepalen of het haalbaar is. Gebruik hierbij de volgende gegevens:

tie f

Budget Het budget voor deze activiteit: € 10,00 per deelnemer. De kosten voor deze activiteit: 3 x 2 uur loon medewerkers De Eenhoorn: € 90,00 vaste kosten: € 90,00. Wat is je totale budget? Tip: aantal deelnemers x bedrag per deelnemer = totale budget.

Wat zijn je totale kosten? Tip: totale kosten uurloon + vaste kosten = totale kosten.

Zo niet, hoe kan dit opgelost worden?

Heb je genoeg budget?

rig

Personeel Het personeel dat nodig is voor deze activiteit: • een medewerker die tijdens de tenniscompetitie aanspreekpunt is voor de familie • twee medewerkers die als scheidsrechter optreden.

Het personeel dat beschikbaar is voor deze activiteit: • twee medewerkers van De Eenhoorn die de spelregels van tennis kennen. Is de activiteit haalbaar met de beschikbare medewerkers?

Zo niet, hoe kan dit opgelost worden?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast Organisatie De ruimte die nodig is voor deze activiteit: • twee tennisvelden • een ruimte waar familieleden die niet hoeven te tennissen naar het tennis kunnen kijken en een hapje of drankje kunnen nuttigen • bij minder weer moet er een ruimte zijn waar de familie binnen kan wachten. De ruimte die beschikbaar is voor deze activiteit is: • twee tennisvelden en een terras. Is de activiteit haalbaar met de beschikbare ruimtes?

tie f

Zo niet, hoe kan dit opgelost worden?

Tijd De familie wil de activiteit graag uitvoeren op zaterdagmiddag van 13.00 tot 15.00 uur. De tennisvelden en de medewerkers zijn beschikbaar op zaterdagochtend van 10.00 tot 12.00 uur. Is de activiteit haalbaar gezien de beschikbare tijd? Ja/Nee Zo niet, hoe kan dit opgelost worden?

26. Maak per onderdeel een PowerPoint-presentatie. a. Geef aan of het onderdeel haalbaar is. Is het niet haalbaar, dan geef je een oplossing. BRON Je kunt hierbij Stappenplan Werken met PowerPoint en PowerPoint Haalbaarheidsonderzoek gebruiken.

rig

TERUGKIJKEN 27. Je hebt in de vorige opdracht een PowerPoint-presentatie gemaakt. Hierin heb je uitgelegd of de buitensportactiviteit voor de familie Janssen volgens jou haalbaar is. a. Wat vind je van je presentatie?

BRON

b. Houd de presentatie voor je medeleerlingen. Je moet tijdens de presentatie aan hun vertellen hoe je ervoor kunt zorgen dat deze activiteit haalbaar, dus uitvoerbaar, is. Je kunt bij de voorbereiding de Animatie Een presentatie houden gebruiken.

b. Denk je dat de activiteit haalbaar is voor De Eenhoorn? Vond je het makkelijk of moeilijk om een conclusie te trekken?

c. Wat vond je van het presenteren voor je medeleerlingen? Wat vond je makkelijk en wat vond je moeilijk? Ik vond makkelijk: Ik vond moeilijk: 28. Heb je alle opdrachten van Taak 5 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

Taak 6 Draaiboek maken Een activiteit moet je goed voorbereiden. Van tevoren moet vastgelegd worden wat er allemaal moet gebeuren, wie welke taken heeft en hoe de activiteit uitgevoerd moet worden. Zo kun je de activiteit goed voorbereiden en veilig laten verlopen. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.16 Draaiboek. Maak daarna opdracht 29 tot en met 32.

rig

b. Welke punten moet je allemaal opnemen in een draaiboek?

tie f

29. Om een activiteit voor te bereiden kun je gebruikmaken van een activiteitenvoorbereidingsformulier (AVF) of een draaiboek. a. Wanneer gebruik je een AVF en wanneer een draaiboek?

30. Geef hierna aan of je voor de genoemde activiteiten een draaiboek opstelt of een AVF.

Activiteit

Een volleybaltoernooi voor twintig mensen. Een muziekfestival in de Ziggo Dome. De Dam tot Damloop in Amsterdam.

Werken bij een recreatiebedrijf

Draaiboek

AVF

Deel B Activiteit afstemmen met de gast Activiteit

Draaiboek

AVF

Een knutselmiddag op de camping. Een bruiloftsfeest met vierhonderd gasten.

tie f

Een teambuildingmiddag voor vijftien collega’s.

31. Je gaat voor je klas een schoolfeest organiseren. De avond zal van 20.30 tot 24.00 uur duren en zal in de aula van de school gehouden worden.

Wat moet er allemaal gebeuren? • Je wilt van tevoren uitnodigingen versturen. • Je wilt een website maken met daarop alle informatie. • Je wilt een Facebookpagina maken. • Op de avond zelf wil je een band of dj laten spelen. • Op de avond zelf wil je hapjes en drankjes verkopen. • Op de avond zelf wil je foto’ss laten maken en een cameraman inhuren voor een film.

rig

Wie doet ermee? Verdeel de klas in vier groepen. • Een pr-groep. Deze groep verzorgt de promotie van het feest. • Een foodgroep. Deze groep zorgt voor de inkoop van de drankjes en de ingrediënten voor de hapjes. • Een multimediagroep. Deze groep regelt de band of dj, de fotograaf en de cameraman. • Een dress-upgroep. Deze groep zorgt dat de ruimte gereed is voor het feest en dat alles mooi versierd is.

Van elke groep zit één persoon ook in de moneygroep. Deze groep bekijkt wat het feest gaat kosten en wat de entree voor het feest moet zijn. a. Bekijk de werkzaamheden in het volgende schema. Werk elke werkzaamheid uit. Wat moet je allemaal doen? Er zijn twee voorbeelden gegeven. b. Wanneer moet je deze werkzaamheden doen? Kies uit: • vier maanden van tevoren • een maand van tevoren • een dag van tevoren.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast c. Welke groep voert de werkzaamheid uit? Werkzaamheden

Wat moet je precies doen?

Wanneer doe je Welke groep dat? doet dat?

Uitnodigingen versturen

Uitnodigingen maken en bepalen hoe je deze verstuurt, (e-mail)adressen verzamelen.

Website maken

Teksten schrijven, plaatjes zoeken, een URL regelen, website bouwen.

tie f

Facebookpagina maken

Band of dj regelen

Fotograaf regelen

Cameraman regelen

rig

Alles klaarzetten voor het feest

Hapjes en drankjes inkopen

Versiering van de zaal

UITVOEREN 32. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren. Overleg ook met je docent of je de opdracht in tweetallen, drietallen of viertallen gaat maken. 33. Jullie gaan nu zelf een draaiboek maken voor het schoolfeest uit opdracht 31. Vul het draaiboek zo in dat het schoolfeest georganiseerd kan worden bij jou op school. BRON Je kunt hierbij Stappenplan 574 Een draaiboek maken en Formulier Draaiboek schoolfeest

gebruiken. Lees eerst het stappenplan en vul daarna het draaiboek in. TERUGKIJKEN 34. Je hebt in de vorige opdracht een draaiboek gemaakt voor een schoolfeest. a. Is het jou gelukt om het hele draaiboek in te vullen? Of mis je nog informatie?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast b. Zou je zelf ook gebruikmaken van een draaiboek als je een activiteit gaat organiseren? Waarom wel of niet?

Evalueren & Reflecteren

tie f

35. Heb je alle opdrachten van Taak 6 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 7 Terugkijken en verder kijken

rig

Je hebt je in dit deel beziggehouden met gesprekken voeren met gasten en hun wensen achterhalen. Daarna heb je geleerd hoe je kunt onderzoeken of een activiteit haalbaar is. Tot slot heb je geleerd hoe je een activiteit kunt voorbereiden met een draaiboek. Je gaat nu kijken hoe dat gegaan is.

36. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 6. Taak 7 en 8 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen. b. Kijk in kolom 7. Staat bij Taak 1 tot en met 7 een paraaf van je docent? Zo nee, overleg met je docent hoe je dit in orde kunt maken. 37. In het schema hierna zie je de leerdoelen waaraan jij dit deel hebt gewerkt. a. Geef van elk leerdoel aan of je het kunt of dat je er nog aan moet werken. Dit doe je door bij elk leerdoel in kolom 3 ‘Kan ik’ of in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ te zetten. b. Bekijk elk leerdoel waarbij je in kolom 4 ‘Moet ik nog aan werken’ een ✓ hebt gezet. Wat moet je volgens jou beter gaan doen? Geef dit aan in kolom 5. c. Hoe vond je het om aan deze leerdoelen te werken? Leg je antwoord uit.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast 1. Taak

2. Leerdoel

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

De wensen van de gast kunnen achterhalen

Weten wat je nodig hebt om een recreatieactiviteit uit te voeren

Een draaiboek kunnen maken voor een recreatieactiviteit

tie f

38. Schrijf hierna je ervaringen op. a. Het leukste onderdeel van dit deel vond ik:

5. Dit ga ik verbeteren

b. Het moeilijkste onderdeel van dit deel vond ik:

c. Ik vind dat ik de volgende vaardigheden nog beter moet oefenen:

LSD-techniek toepassen

Verschillende soorten vragen stellen

rig

Haalbaarheidsonderzoek doen Een draaiboek maken

Een presentatie maken

Een presentatie geven

BRON Bekijk de Website Mbo Mbo â&#x20AC;&#x201C; Medewerker sport en recreatie recreatie. Maak daarna opdracht 39.

39. Na het vmbo ga je een vervolgopleiding doen. Elke mbo-opleiding hoort bij een bepaald domein. a. Tot welk domein hoort de opleiding Medewerker sport en recreatie?

b. Geef nog twee voorbeelden van andere opleidingen bij dit domein. 1. 2.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast c. Bekijk de informatie over de opleiding Medewerker sport en recreatie en het beroep dat erbij hoort. Wat vind je van dit beroep? Leg je antwoord uit.

d. Wat wil je nog meer over dit beroep weten?

tie f

e. Wat ga je doen om antwoord op deze vragen te krijgen?

40. Als medewerker sport en recreatie moet je bepaalde eigenschappen hebben. a. Je moet natuurlijk sportief zijn. Vind jij jezelf sportief? Leg je antwoord uit.

b. Je moet mensen ook enthousiast kunnen maken voor een activiteit. Beschrijf een situatie waarin jij anderen enthousiast wist te maken voor iets.

rig

c. Soms krijg je te maken met gasten die zich tijdens de activiteit niet leuk gedragen. Hiermee moet je als medewerker sport en spel goed kunnen omgaan. Denk je dat jij kunt omgaan met lastige gasten? Leg je antwoord uit.

BRON Open het Formulier Netwerkoverzicht. Netwerkoverzicht Maak daarna opdracht 41.

41. Misschien zit er op dit moment iemand bij jou in de klas die jou kan helpen met het opbouwen van een netwerk. Door een netwerkoverzicht te maken kun je de gegevens van mensen in je netwerk snel terugvinden. Dat is bijvoorbeeld handig als je iemand vragen wilt stellen over zijn beroep. a. Wie loopt op dit moment stage bij een recreatiebedrijf waar jij wel zou willen werken? Vul de gegevens van deze medeleerling in jouw netwerkoverzicht in. b. Vraag je medeleerling bij welk bedrijf hij stage loopt. Vraag ook wie hem begeleidt. Vul alle gegevens in je netwerkoverzicht in.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel B Activiteit afstemmen met de gast

Taak 8 Voorbereiden op de toets In deze taak ga je je voorbereiden op de toets. BRON Open het Spel Activiteit afstemmen met de gast.

42. Speel het spel en haal een zo hoog mogelijke score. Wat was je score?

rig

tie f

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

OriĂŤnteren Taak 1 Kennismaken met medewerker leisure & hospitality In een recreatiebedrijf worden allerlei inschrijvingen verwerkt. Vooral bij het organiseren van activiteiten moet je als recreatiemedewerker soms inschrijvingen verwerken. Daarbij hoort vaak ook het verwerken van betalingen. Zo moeten gasten soms betalen voor de activiteiten die ze gaan doen of moeten ze een borg betalen.

tie f

BRON Lees Tekstbron 4.6 Werken bij een recreatiebedrijf.. Maak daarna opdracht 1 tot en met 4.

1. In het vorige deel heb je kennisgemaakt met het beroep medewerker sport en recreatie. a. Welke andere beroepen komen ook veel voor binnen een recreatiebedrijf?

Mbo (niveau 2)

Mbo (niveau 4)

rig

Zelfstandig medewerker leisure & hospitality

Mbo (niveau 3)

Beroep

b. Welke vooropleiding heb je nodig voor deze beroepen? Zet een X in de juiste kolom.

Leidinggevende leisure & hospitality

Medewerker sport en recreatie

c. Welke eigenschap heb je nodig voor het uitoefenen van al deze beroepen?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

tie f

2. Welk beroep lijkt jou het leukst? Maak tweetallen. Leg aan je medeleerling uit welk beroep jij graag zou uitoefenen. Leg ook uit waarom je hiervoor geschikt bent. Noem in elk geval de eigenschappen waarover jij beschikt en die geschikt zijn voor dat beroep. Bijvoorbeeld: enthousiast, sportief of goed toneel kunnen spelen.

3. Bij deze beroepen heb je verschillende verantwoordelijkheden. a. Wat is het verschil tussen de beroepen medewerker sport en recreatie en zelfstandig medewerker leisure & hospitality?

rig

b. Wat is het verschil tussen de beroepen zelfstandig medewerker leisure & hospitality en leidinggevende leisure & hospitality?

4. Lees de volgende tekst. Hierin staan de werkzaamheden van een medewerker sport en recreatie.

De medewerker sport en recreatie heeft een assisterende rol en ontvangt instructies en aanwijzingen van zijn leidinggevende. De medewerker sport en recreatie werkt nauw samen met collega's. Samen met zijn collega collegaâ&#x20AC;&#x2122;s is hij verantwoordelijk voor een goed georganiseerd activiteitenprogramma dat aansluit bij de wensen van klanten/gasten en de doelstellingen van de organisatie. Hij assisteert zijn collega's bij het uitvoeren en begeleiden van activiteiten. De essentiĂŤle beroepshouding van de medewerker sport en recreatie is gastvrij, flexibel, enthousiast, sociaal, communicatief en proactief. Hij moet verschillende groepen mensen enthousiast kunnen maken en goed in een team kunnen werken. Ook is hij creatief. Hij heeft verantwoordelijkheidsgevoel en ziet actief toe op de veiligheid van de klant/gast.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen Welke eigenschappen moet een assistent leisure & hospitality hebben? Vul het schema hierna in. Vul daarna in of je deze eigenschap bezit of dat je hieraan nog moet werken. Heb ik

Moet ik nog aan werken

rig

tie f

Eigenschap

5. Heb je alle opdrachten van Taak 1 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

Taak 2 De leerdoelen bij Deel C Als je gaat werken bij een recreatiebedrijf, moet je: 1. kunnen werken met een inschrijfformulier 2. inschrijvingen voor recreatieactiviteiten kunnen verwerken 3. persoonsgegevens op de juiste manier kunnen verwerken 4. kunnen werken met een reserveringslijst 5. borg kunnen innen en verrekenen 6. betalingen kunnen registreren.

tie f

6. Je hebt gelezen wat je moet kunnen als je bij een recreatiebedrijf aan de slag gaat. a. Heb je wel eens gewerkt met inschrijfformulieren?

b. Waarom is kunnen werken met inschrijfformulieren belangrijk bij het organiseren van activiteiten? Leg je antwoord uit.

c. Wat kan er gebeuren als je geen gebruikmaakt van inschrijfformulieren bij activiteiten?

rig

d. Welk leerdoel denk jij al te beheersen? Waaruit blijkt dat? Geef een voorbeeld van een situatie waarin je al aan dit leerdoel hebt gewerkt.

7. Bungalowpark Zeezicht vraagt € 200,00 euro borg aan zijn gasten. a. Wat is een borg? BRON Zoek het antwoord op in de Theek-iT. Theek-iT

b. Waarom moeten gasten een borg betalen?

c. Waarom is het belangrijk dat een recreatiebedrijf een borg inhoudt?

8. Het laatste leerdoel is ‘Betalingen kunnen registreren’. a. Kies een recreatiebedrijf uit de regio. Bezoek dit bedrijf of bezoek de bedrijfswebsite. Op welke wijze kunnen gasten hier betalen?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen b. Waarom is het belangrijk dat een recreatiebedrijf zijn betalingen goed registreert?

9. Heb je alle opdrachten van Taak 2 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Taak 3 Taken plannen In deze taak ga je de taken van dit deel inplannen.

tie f

10. Bekijk Taak 4 tot en met 7 in het schema hierna. a. Maak een planning voor de taken die je nog gaat doen. b. Zoek in de taken naar de opdrachten met . Bij welke opdrachten is overleg met of controle door je docent nodig?

Kennismaken met medewerker sport en recreatie

De leerdoelen bij Deel C

5. Richttijd 6. Af in minuten Terugkijken

rig

1. Taak 2. Onderwerp

Taken plannen

Inschrijvingen voor een activiteit begeleiden

180

Betalingen voor een activiteit regelen

180

Terugkijken en verder kijken

Voorbereiden op de toets

7. Paraaf docent

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

Aan de slag

rig

tie f

Je gaat helpen bij De Eenhoorn. Dit is een allroundhoreca- en recreatiebedrijf dat een compleet pakket activiteiten aanbiedt. De familie Janssen houdt haar jaarlijkse familieweekend in De Eenhoorn.

De familie Janssen wil een sportieve activiteit doen voor volwassenen en kinderen. De kinderen onder de 10 jaar en opa en oma doen niet mee. Zij zijn supporters. De familie Janssen vindt het niet erg als andere gasten met hun activiteit meedoen. Je leidinggevende vraagt je de inschrijvingen en de betalingen voor de activiteit te regelen.

Taak 4 Inschrijvingen voor een activiteit begeleiden Bij De Eenhoorn is er een speciale balie voor de recreatieafdeling. Gasten komen naar deze activiteitenbalie voor informatie over de recreatieactiviteiten of voor het kopen of huren van producten. Gasten komen ook naar de activiteitenbalie als ze een probleem of klacht hebben. Jij gaat aan de slag bij de activiteitenbalie om voor de activiteit van de familie Janssen de inschrijvingen en betalingen voor de activiteit te regelen. VOORBEREIDEN BRON Bekijk de Film Activiteitenbalie. Maak daarna opdracht 11.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen 11. In de film maak je kennis met de activiteitenbalie. a. Bij welke soorten bedrijven vind je een activiteitenbalie? Noem vijf bedrijven. 1. 2. 3. 4. 5. b. Wat doe je als medewerker achter de activiteitenbalie? Noem zes werkzaamheden. 1.

tie f

2. 3. 4.

c. Welke soorten gasten komen naar de activiteitenbalie? Noem drie soorten gasten.

1. 2.

rig

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen 12. Marjolein Franken komt op donderdagmiddag bij jou aan de activiteitenbalie. Ze wil graag voor vrijdagmiddag van 13.00 tot 15.00 uur een tennisbaan huren. Het is voor vier personen. Ze wil ook graag vier tennisrackets en tennisballen reserveren. Zoek in het volgende schema op of mevrouw Franken op het gevraagde moment de tennisbaan kan huren. Als de baan vrij is, vul je op die plaats de reservering in. Tennisbanen Datum: 6 augustus Baan 1

Materiaal

Baan 2

09.00-9.55 uur

B. de Vries

4 rackets, tennisballen

12.00-12.55 uur

G. Bosch

2 rackets

13.00-13.55 uur

1 racket

C. Mulder

tennisballen

rig

15.00-15.55 uur

B. de Vries

17.00-17.55 uur

A. Prins

14.00-14.55 uur

16.00-16.55 uur

D. Jansen

10.00-10.55 uur 11.00-11.55 uur

Materiaal

tie f

Tijd

2 rackets, tennisballen

18.00-18.55 uur 19.00-19.55 uur 20.00-20.55 uur

Y. de Graaff T. Visser

21.00-21.55 uur

22.00-22.55 uur

Werken bij een recreatiebedrijf

H. de Jong

2 rackets, tennisballen

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen BRON Lees Tekstbron 4.15 Inschrijven voor een recreatieactiviteit. Maak daarna opdracht 13 tot en met

15. 13. De meeste recreatiebedrijven vragen gasten zich vooraf in te schrijven voor een activiteit waaraan ze willen meedoen. a. Waarom is het belangrijk om gasten zich vooraf te laten inschrijven? Noem drie redenen en leg deze uit. 1.

tie f

b. Welk gevaar loop je als je een activiteit organiseert zonder dat gasten zich vooraf kunnen inschrijven?

rig

14. Je gaat een activiteit organiseren voor de kinderen van camping Het Wildryck. Zij zijn tussen de 4 en 8 jaar. Het zal een kaboutermiddag worden. De kinderen kunnen zich op deze middag verkleden als kabouters en spelletjes doen. De middag zal worden afgesloten met een snack en een flesje frisdrank. a. Vul het volgende inschrijfformulier in. Haal de juiste gegevens uit onderstaand verhaal.

Matheo is vijf. Zijn ouders zijn Mats en Selena. De ouders hebben toestemming gegeven en zullen per iDEAL betalen. Rekeningnummer NL90ING00001234567. Contactgegevens: familie De Burcht, Tuinstraat 16, 1234 AB Zwolle, denburcht@mailings.nl.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen Inschrijfformulier Kaboutermiddag op camping Het Wildryck Naam kind Naam ouders Adres kind

tie f

Telefoonnummer ouders E-mailadres ouders

Betalingsgegevens ouders (bankrekeningnummer (IBAN) of creditcardgegevens)

Toestemming ouders Allergie of beperkingen?

rig

b. Welke vraag moet je nog stellen om het formulier compleet te kunnen invullen?

15. Beantwoord de volgende vragen. a. Wat zegt de Wet bescherming persoonsgegevens over het bewaren van gegevens?

b. Waarom zou een recreatiebedrijf de gegevens van zijn gasten willen bewaren?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

tie f

16. Bekijk de volgende inschrijfformulieren.

rig

Formulier 1.

Formulier 2.

Werken bij een recreatiebedrijf

rig

tie f

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

Formulier 3.

a. Wat staat er over het gebruik van de gegevens op formulier 1?

b. Wat staat er over het gebruik van de gegevens op formulier 3?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen c. Welk inschrijfformulier vind jij het meest gebruiksvriendelijk? Leg uit waarom.

17. Soms komt het voor dat gasten niet goed begrijpen hoe ze een formulier moeten invullen. Maak tweetallen. Bedenk samen twee manieren waarop je dit zou kunnen oplossen. 1.

tie f

rig

18. Wanneer een gast een inschrijfformulier heeft ingevuld, is het belangrijk de gegevens daarop te controleren. Is alles ingevuld en compleet? a. Waarom kan het gevaarlijk zijn als een gast een formulier niet compleet heeft ingevuld (bijvoorbeeld bij een risicovolle sport als parachutespringen of bergbeklimmen)?

b. Wat kun je doen als een gast niet alles heeft ingevuld?

Werken bij een recreatiebedrijf

rig

tie f

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen b. Begreep Ria alle vragen die op het formulier stonden? Vond je het makkelijk of moeilijk om dit uit te leggen?

c. Welke vragen zou jij nog willen toevoegen op het formulier? Noem ten minste ĂŠĂŠn vraag.

d. Wat zou je de volgende keer anders doen? Leg je antwoord uit.

tie f

23. Heb je alle opdrachten van Taak 4 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 5 Betalingen voor een activiteit regelen

Bij De Eenhoorn kom je allerlei betalingen tegen. Zo zijn er betalingen van reserveringen, activiteiten en producten. Ook vraagt De Eenhoorn soms een borg aan hun gasten, die ze later weer terugbetalen.

VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.20 Betalingen binnen het recreatiebedrijf. recreatiebedrijf. Maak daarna opdracht 24 tot en met 26.

rig

24. De meeste betalingen worden geregeld via een factuur. a. Wat is een factuur?

1. 2.

b. Welke facturen heb je zelf al eens ontvangen? Probeer ten minste drie facturen te verzamelen en neem deze mee naar school. Welke kosten staan op je facturen?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen 25. Op een factuur staan verschillende kosten vermeld. a. Noem de vijf meest voorkomende kostenposten op facturen van recreatiebedrijven. b. Leg uit wat deze kosten precies inhouden. Uitleg

tie f

Kostenpost

26. Bij veel recreatiebedrijven moet je vooraf een borg betalen. a. Leg in je eigen woorden uit wat een borg is.

Product

rig

b. Voor welke spullen of producten zal een borg gevraagd worden? Vul het volgende schema in. Er is een voorbeeld gegeven.

Bungalow voor een midweek

Boot op het IJsselmeer

Lunch op het terras in Zwolle Een stacaravan voor een weekend Fietsen op de Veluwe

Werken bij een recreatiebedrijf

Wel borg

Geen borg X

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen Product

Wel borg

Geen borg

Op de scooter rijden op Ameland Drankjes op de bowlingbaan Beschermende kleding tijdens het paintballen

tie f

27. Marjolein Franken heeft voor vrijdagmiddag van 13.00 tot 15.00 uur een tennisbaan gehuurd. Het is voor vier personen. Ze heeft ook vier tennisrackets en tennisballen gereserveerd. Ze komt bij jou aan de activiteitenbalie om te betalen. Jij maakt voor haar de factuur op.

Prijzen tennisbaan: € 16,50

Borg sleutel tennisbaan

€ 10,00

Per uur (55 minuten)

€ 5,00

Borg per tennisracket

a. Bereken wat Marjolein voor de tennisbaanhuur en materiaalhuur moet betalen. kosten tennisbaan = aantal uur x uurtarief =

rig

kosten materiaal = aantal personen x prijs per racket =

overige kosten =

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

rig

tie f

b. Vul de volgende factuur voor de reservering van Marjolein in.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen 28. Meneer De Vries wil met zijn vrouw en kinderen naar het strand in de buurt van het bungalowpark. Voor de kinderen hebben ze netjes de zwemkleding ingepakt, maar ze zijn vergeten om hun eigen zwemspullen in de koffer te stoppen. Daarom komt meneer De Vries zwemkleding bij jou kopen aan de activiteitenbalie. Hij komt bij de kassa de volgende artikelen afrekenen: • badlaken exotic • bikini O’Neill Playa • short Nike Sun • strandbal (groot). Zoek in het schema hierna de prijzen van deze artikelen op. Bereken de totaalprijs. Vul deze gegevens in op de factuur.

Prijs

Artikelomschrijving

Prijs

Spex zonnebril Martin

€ 16,95

Adidas fashion slippers heren

€ 19,95

Spex zonnebril Bonneval

€ 17,95

Adidas fashion slippers dames

€ 19,95

Spex zonnebril Combloux

€ 20,95

Adidas fashion slippers junior

€ 14,95

Polaroid sun 01

€ 39,95

Polaroid sun 02

€ 35,95

€ 12,95

Sunglasses extreme

€ 24,95

Badlaken uni

€ 12,95

Zonnebril Fuore

€ 15,95

Badlaken exotic

€ 12,95

Snorkelset cocopa

€ 29,95

Badpakken playa O’Neill O

€ 69,95

€ 12,50

Badpak Speedo black

€ 59,95

€ 5,95

Badpak Esprit color

€ 35,95

Badpak Adidas blue

€ 22,95

€ 15,95

Badpak Tweka stripes

€ 44,95

Vinnen color

€ 10,95

Badpak Pacific girls

€ 10,95

Vinnen kids

€ 5,95

Badpak Galaxy pink

€ 12,95

Badmuts silicone

€ 7,50

Bikini Protest Strawberry printed

€ 39,95

Badmuts girls

€ 2,95

Bikini Protest Bottom

€ 39,95

Badmuts boys

€ 2,95

Bikini Protest Green

€ 29,95

Bikini Protest Crema

€ 29,95

Vinnen speed

Badlaken stripe

rig

Snorkelset junior

Snorkelset playa

Artikelomschrijving

tie f

Artikelen sportshop

Zwemplan/hulp

€ 12,95

Bikini O’Neill Playa

€ 49,95

Zwemgordel

€ 16,99

Bikini O’Neill Afrika

€ 49,95

Zwembanden blue

€ 8,95

Bikini O’Neill Beach

€ 39,95

Cap O’Neill

€ 19,95

Short Nike graphic

€ 25,95

Cap O’Neill girls

€ 14,95

Short Nike sun

€ 17,95

Cap O’Neill boys

€ 14,95

Short Nike sestri

€ 17,95

Noseclip

€ 5,50

Spex uni

€ 12,95

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen Artikelen sportshop Prijs

Artikelomschrijving

Prijs

Earclip

€ 4,99

Adidas blue

€ 17,95

Vlieger Calypso

€ 25,00

Pareo green

€ 2,95

Honkbal junior

€ 24,95

Pareo blue

€ 2,95

Nike voetbal

€ 12,95

Badmintonrackets (set 2)

€ 19,95

Super Beach ball set

€ 9,95

Strandbal (groot)

€ 3,95

Strandbal (klein)

€ 3,95

tie f

Artikelomschrijving

BRON Bekijk de Film Afrekenen en maak daarna opdracht 29.

29. In de film worden de verschillende stappen bij het afrekenen met gasten uitgelegd. a. Welke vijf stappen zijn dat?

1. 2.

3. 4.

rig

b. Waarom is het belangrijk om de rekening te controleren voordat je deze aan de gasten geeft?

30. Wanneer je een betaling ontvangt, is het belangrijk deze te controleren. Een belangrijk moment hiervoor is als je gasten incheckt, bijvoorbeeld op een bungalowpark of camping. a. Meneer en mevrouw Helmond willen inchecken bij bungalowpark Ons Stekje. Controleer de factuur. Hoeveel hebben meneer en mevrouw Helmond betaald? Laat de berekening zien.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen b. Is dit bedrag hetzelfde als het totaalbedrag van de factuur? Leg uit waarom wel of niet.

Factuur De heer D. Helmond Kolibrievlinder 15 7971 DK Winterswijk Havelte, 10 juli 2015

tie f

Betreft: reservering stacaravan 10 tot 24 juli 2015 Aantal personen: 2 volwassene(n)

Huurbedrag inclusief gas, water, elektra Overzicht totale kosten

€ 650,00

Huurbedrag

€ 44,80

Toeristenbelasting € 1,60 p.p.p.n Bedlinnen

€ 32,00

Eindschoonmaak

€ 55,00 € 781,80

Totaal

rig

Borgsom

€ 100,00

Overzicht rzicht te verrichten betalingen

Borgsom

€ 100,00 € 155,00

Totaal eerste betaling

€ 255,00

Aanbetaling 20% van het huurbedrag

betaling (80% van het huurbedrag) Totaal tweede be

€ 626,80

Ontvangen betalingen: 26 maart 2015

€ 255,00

20 april 2015

€ 300,00

8 mei 2015

€ 326,80

Het restant van de borgsom wordt, onder aftrek van eventuele andere kosten, teruggestort op uw rekeningnummer vóór 15 augustus 2015. Uw reservering is pas definitief wanneer wij uw eerste betaling hebben ontvangen.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen 31. Naast fietsen huren hebben meneer en mevrouw Helmond een stadswandeling met gids geboekt. Hiervoor ontvingen ze de volgende factuur. Factuur De heer D. Helmond Kolibrievlinder 15 7971 DK Winterswijk Havelte, 15 juli 2015 Betreft: stadswandeling 15 juli 2015

21% btw

€ 66,55

Totaalbedrag

a. Wat is het totaalbedrag van deze factuur?

rig

b. Is dit inclusief of exclusief btw?

c. Leg uit wat btw is.

€ 30,00 € 25,00 € 55,00 € 11,55

Specificatie kosten 2 uur stadswandeling met gids à € 15,00 per persoon Picknickmand met inhoud

tie f

Aantal personen: 2 volwassene(n)

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen 32. Er zijn verschillende manieren om te betalen. a. Welke vier manieren van betalen ken je? 1. 2. 3. 4. b. Welke manier van betalen zul je vooral tegenkomen bij het begeleiden van een activiteit? Leg uit waarom.

tie f

c. Als recreatiebedrijf is het belangrijk dat gasten betalen. Welke manier van betalen is het veiligst? Leg je antwoord uit.

UITVOEREN BRON Bekijk het Formulier Voorbeeldfactuur familie Janssen.. Maak daarna opdracht 33.

33. In deze opdracht ga je zelf een factuur opstellen. Je gaat een factuur maken voor de familie Janssen. Henk en Marianne willen gaan tennissen tegen Peter en Louise. Ze willen voor twee uren een tennisbaan huren. Hierbij willen ze graag vier rackets en een koker met tien tennisballen huren.

rig

Verwerk de volgende kosten op de factuur: • Huur van een tennisbaan: € 10,00 per uur. • Huur van een racket: € 5,00. • Huur van een koker tennisballen: € 8,00. • Borg: € 30,00. • Btw-percentage: 21%.

TERUGKIJKEN 34. Je hebt in de vorige opdracht een factuur gemaakt voor het middagje tennissen van Henk en Marianne en Peter en Louise. a. Wat vind je van de factuur? Staan alle kosten erin?

b. Krijgen Henk en Marianne en Peter en Louise nog geld terug? Zo ja, hoeveel en wanneer?

35. Laat de factuur uit de vorige opdracht goedkeuren door je docent. 36. Heb je alle opdrachten van Taak 5 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

Evalueren & Reflecteren Taak 6 Terugkijken en verder kijken Je hebt je in dit deel beziggehouden met de inschrijvingen voor activiteiten. Ook heb je geleerd hoe de betalingen binnen een recreatiebedrijf verlopen en hoe je zelf een factuur kunt opstellen. Je gaat nu kijken hoe dat gegaan is.

tie f

TERUGKIJKEN 37. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 6. Taak 6 en 7 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen. b. Kijk in kolom 7. Staat bij Taak 1 tot en met 7 een paraaf van je docent? Zo nee, overleg met je docent hoe je dit in orde kunt maken.

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

Kunnen werken met een inschrijfformulier

2. Leerdoel

rig

1. Taak

38. In het schema hierna zie je de leerdoelen waaraan jij dit deel hebt gewerkt. a. Geef van elk leerdoel aan of je het kunt of dat je er nog aan moet werken. Dit doe je door bij Moet ik nog aan werken’ werken’ een ✓ te zetten. elk leerdoel in kolom 3 ‘Kan ik’ of in kolom 4 ‘Moet Moet ik nog aan werken’ werken’ een ✓ hebt gezet. Wat moet b. Bekijk elk leerdoel waarbij je in kolom 4 ‘Moet je volgens jou beter gaan doen? Geef dit aan in kolom 5. c. Hoe vond je het om aan deze leerdoelen te werken? Leg je antwoord uit.

Inschrijvingen voor een recreatieactiviteit verwerken Persoonsgegevens op de juiste manier verwerken Werken met een reserveringslijst

De borg innen en verrekenen Betalingen registreren

39. Schrijf hierna je ervaringen op. a. Het leukste onderdeel van dit deel vond ik:

Werken bij een recreatiebedrijf

5. Dit ga ik verbeteren

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen b. Het moeilijkste onderdeel van dit deel vond ik:

c. Ik vind dat ik de volgende vaardigheden nog wat beter moet oefenen: Inschrijvingen verwerken Informeren over het gebruik van persoonsgegevens Facturen opstellen Borg in facturen verwerken Betalingen aannemen

tie f

BRON Bekijk de Website Mbo - Zelfstandig medewerker leisure & hospitality. Maak daarna opdracht 40.

40. Na het vmbo ga je een vervolgopleiding doen. Op de opleiding zelfstandig medewerker leisure & hospitality leer je alles over het voorbereiden, uitvoeren en afronden van recreatieactiviteiten. a. Op welk niveau doe je deze opleiding?

b. Welke vooropleidingen geven toegang tot deze opleiding?

c. Als zelfstandig medewerker leisure & hospitality moet je zelfstandig kunnen werken. Geef een voorbeeld waaruit blijkt dat jij zelfstandig kunt werken.

rig

d. Wat vind je prettiger: zelf bepalen wat je moet doen of iemand jou laten vertellen wat je moet doen?

e. Als je kijkt naar je antwoord bij vraag d, zou je dan beter kunnen assisteren bij het uitvoeren van activiteiten of zou je dan beter de leiding kunnen nemen bij het uitvoeren van activiteiten?

BRON Open het bestand Netwerkoverzicht. Maak daarna opdracht 41.

41. Wie weet zit op dit moment iemand bij jou in de groep die jou kan helpen met het opbouwen van een netwerk. Het is handig om iemand in je netwerk te hebben die zelfstandig een beroep uitoefent. Je kunt deze persoon dan vragen hoe het is om zelfstandig te werken. Noteer de gegevens van deze persoon in je netwerkoverzicht.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel C Inschrijvingen en betalingen regelen

Taak 7 Voorbereiden op de toets In deze taak ga je je voorbereiden op de toets. 42. Vul de ontbrekende woorden in. BRON Weet je een woord niet? Kijk dan in de Theek-iT. a. De Nederlandse wet die bepaalt hoe omgegaan moet worden met gegevens van personen:

b. Wanneer toeristen in een gemeente verblijven waar ze niet wonen, moeten ze

c. Elke ondernemer in Nederland moet deze belasting betalen: d. De

tie f

betalen.

is een bedrag dat gasten van een recreatiebedrijf

vooraf moeten betalen bij het huren of lenen van spullen. Brengen ze deze onbeschadigd terug,

rig

dan wordt dit bedrag terugbetaald.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden

OriĂŤnteren Taak 1 Kennismaken met leidinggevende leisure & hospitality Binnen recreatiebedrijven kun je verschillende beroepen uitoefenen. In de vorige delen heb je al kennisgemaakt met de medewerker sport en recreatie en met de zelfstandig medewerker leisure & hospitality. In dit deel ga je kennismaken met de leidinggevende leisure & hospitality. BRON Lees Tekstbron 4.6 Beroepen in de recreatiesector.. Maak daarna opdracht 1 en 2.

tie f

1. a. Wat is het verschil tussen het beroep zelfstandig medewerker leisure & hospitality en het beroep leidinggevende leisure & hospitality?

rig

b. Welke vooropleiding heb je nodig voor het beroep leidinggevende leisure & hospitality?

2. a. Ken jij iemand die leidinggevende bij een recreatiebedrijf is? Zo ja, wie is dat?

Zo nee, ga verder met de volgende opdracht. b. Welke werkzaamheden doet deze persoon?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden 3. Lees de volgende tekst. Hierin staan de werkzaamheden en eigenschappen van een leidinggevende leisure & hospitality.

tie f

De leidinggevende leisure & hospitality is verantwoordelijk voor een goed afgestemd, afwisselend en aantrekkelijk activiteitenprogramma dat aansluit bij de wensen van klanten/gasten en de doelstellingen van de organisatie. Hij houdt trends en ontwikkelingen in de gaten en vertaalt deze naar (nieuwe) mogelijkheden voor het activiteitenprogramma. Hij neemt bij de organisatie van activiteiten het voortouw en is het eerste aanspreekpunt voor collega's. In samenwerking met collegaâ&#x20AC;&#x2122;s voert hij activiteiten uit. De essentiĂŤle beroepshouding is gastvrij, enthousiast, sociaal, communicatief, organisatorisch sterk en proactief. Hij legt verbanden tussen omgeving, werkzaamheden van het team en resultaten. Hij is creatief en kan het verschil maken. Hij kan goed plannen en organiseren en is creatief en flexibel in het oplossen van problemen. Hij moet verschillende groepen mensen enthousiast kunnen maken en goed kunnen samenwerken in een team. Hij neemt verantwoordelijkheid en ziet actief toe op de veiligheid van werkzaamheden, activiteiten en klanten/gasten. Het resultaat van het beroep is goed georganiseerde en begeleide activiteiten die volgens plan zijn uitgevoerd. De activiteiten zijn van hoge kwaliteit en sluiten aan bij de wensen van de gast.

a. Welke eigenschappen moet een leidinggevende leisure & hospitality hebben? Vul het schema hierna in. Vul daarna in of je deze eigenschappen bezit of dat je hier nog aan moet werken. Heb ik

rig

Eigenschap

Werken bij een recreatiebedrijf

Moet ik nog aan werken

Deel D Een activiteit begeleiden b. Wat is volgens jou de belangrijkste eigenschap van een leidinggevende leisure & hospitality?

4. a. Jeanine is leidinggevende leisure & hospitality bij een recreatiebedrijf. Kijk naar de volgende situaties die Jeanine in haar werk tegenkomt. Welke vaardigheden uit de tekst horen hierbij?

tie f

Jeanine maakt altijd het rooster voor de andere recreatiemedewerkers van het bedrijf. Ze plant iedereen in en houdt hierbij rekening met de wensen van de medewerkers. Is er iemand onverwachts ziek, dan lost zij dit snel op.

Jeanine vindt een goede sfeer in het team erg belangrijk. Ze zorgt ervoor dat haar medewerkers bij haar terecht kunnen met problemen. Ook vindt ze het belangrijk dat zij plezier in hun werk hebben. Zijn er problemen, dan probeert ze deze zo goed mogelijk op te lossen.

rig

b. Op woensdagmiddag is er altijd een survivalmiddag in het bos. Tijdens deze activiteiten ziet Jeanine dat de touwen die gebruikt worden voor de klimmuur bijna versleten zijn. Ze spreekt de medewerker hierop aan en zorgt dat de touwen zo snel mogelijk vervangen worden.

5. Heb je alle opdrachten van Taak 1 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden

Taak 2 De leerdoelen bij Deel D

tie f

Als je gaat werken bij een recreatiebedrijf, moet je: 1. kunnen assisteren bij het indelen van de beschikbare ruimte 2. beschikbare ruimte kunnen indelen 3. vluchtroutes kunnen herkennen en gebruiken 4. informatie over weten regelgeving met betrekking tot veiligheid kunnen toepassen bij een activiteit 5. een recreatieactiviteit kunnen begeleiden 6. sociale hygiëne kunnen toepassen 7. kunnen assisteren bij het omgaan met de reacties van het publiek bij het handhaven van weten regelgeving 8. de arboregels kunnen toepassen 9. ergonomisch kunnen werken 10. afval op de juiste manier kunnen verwerken.

6. Een van de leerdoelen is ‘vluchtroutes vluchtroutes kunnen herkennen en gebruiken’ gebruiken gebruiken’.’.. a. Leg uit waarom dit belangrijk is voor een medewerker van een recreatiebedrijf.

rig

b. Hoe zijn bij jouw op school de vluchtroutes aangegeven? Maak groepen van drie leerlingen en maak een ronde bij jou op school. Noteer hoe de vluchtroutes zijn aangegeven en waar op school deze zijn aangegeven.

7. Het toepassen van sociale hygiëne is best ingewikkeld. a. Wat betekent sociale hygiëne volgens jou? Leg het in je eigen woorden uit.

BRON

b. Zoek het begrip ‘sociale hygiëne’ op. Gebruik hiervoor de Theek-iT. Noteer de betekenis.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden c. Bedenk drie situaties waarin je de sociale hygiëne moet toepassen. 1. 2. 3.

tie f

d. Welke eigenschappen zou je dan moeten hebben?

8. Een ander leerdoel is ‘ergonomisch ergonomisch kunnen werken’ werken werken’.’.. ergonomie’’ gehoord? Wat betekent het volgens jou? ergonomie a. Heb je al eens van het woord ‘ergonomie’

rig

BRON

b. Zoek de definitie van ‘ergonomie’ ergonomie’’ op. ergonomie Gebruik hiervoor de Theek-iT Theek-iT.. Noteer deze definitie.

BRON

c. Maak een collage waarin je laat zien wat ergonomisch werken is. De titel van je collage is ‘Ergonomisch werken’. Maak je collage in Lino. Zoek afbeeldingen van situaties waarin ergonomisch wordt gewerkt en van situaties waarin dit niet gebeurt. Laat afbeeldingen zien van goede werkhoudingen en slechte werkhoudingen. Waarop moet je letten? Je kunt hiervoor de volgende stappenplannen gebruiken: 7 Een collage of moodboard maken Werken met Lino

9. Heb je alle opdrachten van Taak 2 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden

Taak 3 Taken plannen In deze taak ga je de taken van dit deel inplannen. 10. Bekijk Taak 4 tot en met 9 in het schema hierna. a. Maak een planning voor de taken die je nog gaat doen. b. Zoek in de taken naar de opdrachten met . Bij welke opdrachten is overleg met of controle door je docent nodig?

3. Richttijd 4. Richttijd in minuten in minuten Voorbereiden Uitvoeren

Kennismaken met leidinggevende leisure & hospitality

De leerdoelen bij Deel D

Taken plannen

Beschikbare ruimte en routing

140

Instructies geven en activiteit begeleiden

140

Sociale hygiëne bij een recreatieactiviteit

Afronden van een recreatieactiviteit

Terugkijken en verder kijken

Voorbereiden op de toets

rig

5. Richttijd 6. Af in minuten Terugkijken

1. Taak 2. Onderwerp

tie f

Werken bij een recreatiebedrijf

7. Paraaf docent

Deel D Een activiteit begeleiden

Aan de slag

rig

tie f

Je gaat helpen bij De Eenhoorn. Dit is een allroundhoreca- en recreatiebedrijf dat een compleet pakket activiteiten aanbiedt. De familie Janssen houdt haar jaarlijkse familieweekend in De Eenhoorn.

Je gaat de activiteit van de familie Janssen begeleiden. Je leidinggevende drukt jou op het hart dat je duidelijke instructies moet geven aan de deelnemers. Verder moet je alert zijn op deelnemers die zich niet netjes gedragen. Ook moet je na afloop van de activiteit opruimen volgens de geldende wetten en regels.

Taak 4 Beschikbare ruimte en routing Je gaat in dit deel bepalen hoe de ruimte waar de activiteit plaatsvindt het best ingedeeld kan worden. Ook leer je vluchtroutes herkennen en gebruiken. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.22 Indeling ruimte en routing in een recreatiebedrijf. Maak daarna opdracht 11

tot en met 13. 11. Beantwoord de volgende vragen. a. Met welke vier zaken moet je rekening houden bij het kiezen van een ruimte voor een activiteit? 1. 2.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden 3. 4. b. Noem bij elk punt een reden waarom de ruimte niet geschikt zou kunnen zijn voor je activiteit. 1. 2. 3. 4. 12. Als leidinggevende leisure & hospitality beslis jij over waar verschillende activiteiten plaatsvinden. a. Welke ruimten kies jij voor de volgende activiteiten op camping Zonneschijn?

rig

tie f

Activiteiten

Tennistoernooi

Jeu-de-bouleswedstrijd Zeskamp

Borreluurtje voor 65-plussers Klaverjasmiddag Bingo Zwemvierdaagse b. Welke actie onderneem je als het erg slecht weer is tijdens de zeskamp?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden 13. Beantwoord de volgende vragen. a. Leg in je eigen woorden uit wat ‘routing’ betekent.

b. Wat gebeurt er als er geen routing is in een recreatiebedrijf?

c. Leg uit waarom het ontbreken van routing ook de veiligheid van de gasten in gevaar kan brengen.

rig

tie f

14. Als medewerker van een recreatiebedrijf zal het vaak voorkomen dat je de routing moet uitleggen aan je gasten. Vaak moet je uitleggen hoe ze hun accommodatie kunnen bereiken en waar de receptie, het restaurant en het zwembad zijn. Fatima werkt als receptioniste bij bungalowpark Het Blauwe Meer. Zij checkt vandaag de familie Hoogslag in. Zij verblijven in bungalow 51. Maak tweetallen. Eén van jullie is Fatima, de ander is meneer Hoogslag.

a. Leg als Fatima aan meneer Hoogslag uit hoe hij vanaf de receptie bij zijn bungalow kan komen. Klaar? Wissel van rol. b. Morgen wil de familie Hoogslag graag gaan tennissen. Leg als Fatima uit hoe de familie Hoogslag bij de tennisbaan kan komen. Klaar? Wissel van rol.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden 15. Breng een bezoek aan een recreatiebedrijf uit je regio. Vraag aan de medewerkers of ze je willen laten zien hoe de vluchtroutes zijn aangegeven. Maak een schriftelijk verslag van dit bezoek. Maak foto’s van de vluchtroutes en de nooduitgangen en voeg deze toe. Vraag ook om een plattegrond van het bedrijf waarop de vluchtwegen zijn aangegeven. Voeg ook deze plattegrond toe. Lukt het niet een afspraak bij een recreatiebedrijf te maken? Doe het onderzoek dan op school. BRON Je kunt hiervoor Stappenplan 572 Een schriftelijk verslag maken gebruiken. De titel van je verslag is ‘Vluchtroutes in bedrijf <<naam bedrijf toevoegen>>‘.

tie f

16. Bekijk het vluchtplan.

rig

a. Op welke wijze zijn de vluchtroutes aangegeven?

b. Welke andere voorzieningen zijn er aanwezig voor de veiligheid?

UITVOEREN 17. In deze opdracht gaan jullie een plattegrond maken voor een spelletjesmiddag. Tijdens deze middag kunnen kinderen van De Eenhoorn allerlei sportactiviteiten doen. Jullie hebben de beschikking over een groot grasveld. Dit veld is nog helemaal leeg. Jullie gaan hiervoor een plattegrond maken in het programma Floorplanner. BRON Je kunt hiervoor Stappenplan Werken met Floorplanner gebruiken. De naam van het project is ‘Spelletjesmiddag De Eenhoorn’. Vervolgens ga je een plattegrond maken. Plaats de volgende onderdelen op de plattegrond: • evenwichtsbalk • springplank • bok • trampoline • een honkbalveld. Gebruik hiervoor de pionnen om het veld af te zetten. • materiaal voor een andere sport naar keuze

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden â&#x20AC;˘ â&#x20AC;˘

inschrijvingstafel tafel voor EHBO en drinken.

Zorg dat een logische indeling ontstaat. Let erop dat alle toestellen makkelijk te bereiken zijn en dat de gasten het grasveld goed kunnen verlaten. Zorg ook dat een route aangegeven wordt, zodat de kinderen de sporten in een vaste volgorde kunnen doen. TERUGKIJKEN 18. Je hebt in de vorige opdracht een plattegrond ingevuld voor een spelletjesmiddag bij De Eenhoorn. Hierin heb je de beschikbare ruimte ingedeeld met toestellen, spellen en andere benodigdheden. a. Vergelijk je plattegrond met die van je medeleerlingen. Wat zijn de verschillen? En wat zijn de overeenkomsten?

tie f

Verschillen:

Overeenkomsten:

c. Wat zou je de volgende keer anders doen?

b. Lukte het om alle benodigdheden op het veld te plaatsen?

19. Laat je docent je plattegrond controleren. Mist er nog iets?

rig

20. Heb je alle opdrachten van Taak 4 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 5 Instructies geven en activiteit begeleiden

Het geven van instructies hoort bij de taken van de medewerkers in een recreatiebedrijf. In de meeste gevallen zul je instructies geven aan gasten bij het begeleiden van activiteiten. De leidinggevende leisure & hospitality zal daarnaast instructies geven aan de medewerkers van het recreatiebedrijf. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.18 Instructies geven tijdens een recreatieactiviteit. Maak daarna opdracht 21

en 22. 21. Beantwoord de volgende vragen. a. Leg in je eigen woorden uit wat een instructie is.

b. Aan wie geef je instructies als zelfstandig medewerker leisure & hospitality?

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden c. Aan wie geef je instructies als leidinggevende leisure & hospitality?

22. Bij het geven van instructies moet je rekening houden met je doelgroep. Je moet de instructies zo geven dat je doelgroep deze goed begrijpt en de activiteit daardoor veilig kan verlopen. Wat voor soort instructie zou jij geven bij de volgende doelgroepen? Zet de juiste instructie bij de doelgroep.

Een instructie in het Engels.

Een groep bezoekers op een muziekfestival die al de nodige alcohol hebben gedronken.

Een korte instructie in simpele taal. Na een kwartier herhaal je de instructie en na een halfuur nog eens.

Een groep Chinese toeristen die een stadswandeling hebben geboekt.

Een duidelijke instructie die voor iedereen te verstaan is. Daarnaast heb je borden opgehangen, zodat de deelnemers die het niet kunnen verstaan de instructie ook kunnen lezen.

tie f

Een groep kinderen van 10 tot en met 12 jaar die een zwemestafette gaan doen.

rig

Een groep van veertig collegaâ&#x20AC;&#x2122;s die gaan waterskiĂŤn.

Werken bij een recreatiebedrijf

Een korte instructie in simpele taal. Deze instructie heb je ook op papier gezet en deel je uit.

Deel D Een activiteit begeleiden 23. In sommige gevallen is een activiteit niet geschikt voor een doelgroep. Deze is bijvoorbeeld niet veilig genoeg. In die gevallen moet je de activiteit en de instructies aanpassen aan de doelgroep. Wat zou jij aanpassen om te zorgen dat de deelnemers geen gevaar lopen? Geef dat telkens aan bij de volgende situaties. a. Je gaat een activiteit aanbieden voor een groep bewoners van een bejaardenhuis. Ze willen graag een tocht maken door de natuur en de schaapskooi bezoeken. Normaal biedt je deze tocht aan op huurfietsen, maar dat is niet geschikt voor deze doelgroep. Hoe pas je de activiteit aan?

tie f

b. Je wilt een activiteit aanbieden voor een klas schoolkinderen van 8 en 9 jaar. Op de watersportcamping waar je werkt staat waterskiën op het programma. De schoolklas wil wel graag een activiteit op het water doen. Hoe pas je de activiteit aan?

Een voetbalwedstrijd tussen twee teams. Er zullen twee helften van negentig minuten worden gespeeld. Er is een scheidsrechter aanwezig en de punten zullen worden bijgehouden. Een stadswandeling voor ouderen. Hierbij zal een gids aanwezig zijn die zal vertellen over de bezienswaardigheden in de stad. De wandeling zal twee uren duren en zal afgesloten worden met een drankje op het terras. Steltlopen voor een groepje kinderen tussen de 6 en 10 jaar. Er zullen voor ieder kind stelten aanwezig zijn. Er moet voorgedaan worden hoe je met stelten moet lopen. Ieder kind mag het proberen. Als het niet lukt, worden de kinderen geholpen.

rig

24. Je gaat in de klas oefenen met het geven van instructies. Kies één van de volgende drie activiteiten:

a. Welke activiteit kies je?

b. Bedenk hoe je de activiteit gaat uitleggen. Beschrijf wat je gaat zeggen.

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden c. Laat je ergens voorbeelden van zien? Welke voorbeelden zijn dat? Heb je daarbij bepaalde materialen nodig?

tie f

d. Beschrijf hoe je omgaat met de doelgroep. Waarmee houd je rekening? Denk hierbij aan je taalgebruik.

e. Bij instructies geven zijn non-verbale signalen belangrijk. Welke non-verbale signalen gebruik je?

Weet je niet meer wat non-verbale signalen zijn? Zoek dit dan op in de Theek-iT. f. Geef de instructie aan een medeleerling. Om de beurt geven jullie elkaar een instructie. g. Geef elkaar een tip en een top voor de instructie. Tip:

Top:

rig

BRON

100

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden

tie f

25. Een activiteit kun je ook als scheidsrechter begeleiden. Je moet dan instructies geven. Daarvoor zijn speciale gebaren en handelingen bedacht. Bijvoorbeeld de gebaren van een scheidsrechter tijdens een voetbalwedstrijd als hij een rode kaart geeft. a. Kies een van de volgende sporten: • volleybal • basketbal • unihockey • handbal • voetbal • badminton • squash • tafeltennis • tennis. b. Ga voor de sport die je hebt uitgekozen na welke handelingen en gebaren er bij deze sport zijn voor de scheidsrechter. s/plaatjes daarvan. c. Maak tekeningen van de handelingen en gebaren of verzamel foto’s/plaatjes s/plaatjes een uitleg over de handeling of het gebaar. In welke d. Geef bij de tekeningen of de foto’s/plaatjes situatie gebruikt de scheidsrechter de handeling of het gebaar? En wat bedoelt de scheidsrechter daarmee?

UITVOEREN 26. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren.

BRON Bekijk Formulier Competitieschema familie Janssen. Janssen. Lees Tekstbron 4.14 spelregels bij bal- en

racketsporten. Maak daarna opdracht 27.

rig

27. De familie Janssen wil graag een tenniscompetitie spelen. Er spelen in totaal 22 familieleden mee. Ze spelen in teams van twee personen en er wordt gebruikgemaakt van een competitieschema. Hierin kun je precies zien wie tegen wie moet spelen. In deze opdracht ga je de familie Janssen instructies geven over de tenniscompetitie. Je legt de indeling van de teams en het competitiesysteem uit. Ook leg je de spelregels van tennis uit. Houd het gesprek met twee medeleerlingen. Eén van jullie geeft de instructie (als medewerker van De Eenhoorn), één is lid van de familie Janssen. De derde observeert het gesprek. BRON Je kunt hierbij Stappenplan 571 Een instructie geven en Observatieformulier Een instructie geven gebruiken.

28. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren. In deze opdracht ga je een activiteit op school begeleiden. Overleg met je docent welke activiteit op school georganiseerd kan worden. Denk bij het begeleiden van de activiteit aan de volgende punten: • Welke materialen heb je nodig? • Hoeveel ruimte heb je nodig? • Welke instructies ga je geven? • Waarop moet je letten voor de veiligheid? • Welke spelregels zijn er?

Werken bij een recreatiebedrijf

101

Deel D Een activiteit begeleiden TERUGKIJKEN 29. Je hebt in opdracht 27 een instructie gegeven voor het tennistoernooi van de familie Janssen. a. Wat vond je het moeilijkst om uit te leggen? De teamindeling, het competitiesysteem of de spelregels? Leg uit waarom.

b. Wat was de feedback van je medeleerlingen?

tie f

30. Je hebt in opdracht 28 een activiteit op school begeleid. a. Hoe ging het begeleiden van de activiteit?

b. Waren je instructies duidelijk voor alle deelnemers? Waarom wel of niet?

c. Hoe heb je ervoor gezorgd dat de activiteit veilig verliep?

rig

31. Heb je alle opdrachten van Taak 5 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 6 Sociale hygiëne bij een recreatieactiviteit

“Een Een recreatiebedrijf is verantwoordelijk voor de veiligheid van zijn gasten. Het veilig organiseren van activiteiten speelt hierbij een belangrijke rol. Ook erg belangrijk is de manier waarop gasten zich gedragen. Gasten die zich onsportief of agressief gedragen, kunnen de veiligheid in gevaar brengen. Daar moet je mee om kunnen gaan, gaan,” zegt meneer Visser, jouw leidinggevende bij De Eenhoorn. VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 4.29 Sociale hygiëne. Maak daarna opdracht 32 tot en met 34. 32. Beantwoord de volgende vragen. a. Welke drie soorten hygiëne kun je noemen? 1. 2. 3.

102

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden b. Leg bij elke soort hygiëne uit wat het inhoudt. 1. 2. 3. 33. Beantwoord de volgende vragen. a. Wat weet je als je in het bezit bent van de SVH Verklaring Sociale Hygiëne?

tie f

b. Waarom heeft de Drank- en Horecawet het verplicht gesteld dat in elk bedrijf minimaal één persoon in het bezit moet zijn van een SVH Verklaring Sociale Hygiëne?

c. Heb je zelf wel eens moeten ingrijpen bij onveilige situaties? Geef ten minste één voorbeeld. Wat heb je toen gedaan?

rig

34. Kijk naar de volgende situaties. Beschrijf hoe jij deze situaties zou oplossen. a. Tijdens een voetbalwedstrijd op de camping gaan twee spelers met elkaar op de vuist. Een van de spelers heeft onsportief gedrag vertoond en de andere speler getackeld. De andere speler pikt dit niet en begint te vechten.

Werken bij een recreatiebedrijf

103

Deel D Een activiteit begeleiden

tie f

b. Tijdens een muziekfestival op de camping veroorzaakt een groepje jongeren overlast. Ze hebben te veel gedronken en gedragen zich agressief. Ze vallen andere gasten lastig en schreeuwen.

rig

c. Een van de gasten heeft gedineerd in het restaurant van het bungalowpark. Wanneer hij de rekening heeft ontvangen, wordt hij erg boos. Hij vindt dat de rekening veel te hoog is en dat hij wordt afgezet. Hij eist een gesprek met de manager.

104

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden BRON Bekijk de Film Alcohol weigeren. Maak daarna opdracht 35.

tie f

35. In de film zie je hoe de barman omgaat met een dronken vrouw die niet wil stoppen met drinken. a. Maak een samenvatting van maximaal vijftig woorden van de stappen die de barman zet. Hoe legt hij uit dat hij de vrouw geen drank meer kan schenken?

b. Welk alternatief geeft de barman de vrouw?

c. Wat vind je van dit alternatief? Zou jij het anders doen? Zo ja, hoe?

BRON Lees Tekstbron 4.26 Veiligheidsvoorschriften bij recreatieactiviteiten recreatieactiviteiten. Maak daarna opdracht 36.

rig

36. Door het handhaven van de sociale hygiĂŤne kun je onveilige situaties voorkomen. Door ervoor te zorgen dat gasten zich netjes gedragen, kun je veel problemen voorkomen. Maar ook de omstandigheden in het recreatiebedrijf moeten veilig zijn. a. Noem ten minste drie mogelijke onveilige situaties in een recreatiebedrijf.

b. Hoe kun je deze situaties oplossen? 1. 2. 3. c. Wat is hierbij de rol van de leidinggevende leisure & hospitality?

UITVOEREN 37. Overleg met je docent wanneer je de volgende opdracht moet uitvoeren.

Werken bij een recreatiebedrijf

105

Deel D Een activiteit begeleiden 38. Jullie gaan een rollenspel spelen waarin jullie in gesprek gaan met de familie Janssen. Ze houden een tennistoernooi waaraan ook andere gasten kunnen meedoen. Nu veroorzaakt een van de andere deelnemers problemen. Hij vindt dat de scheidsrechter partijdig is. Hij windt zich heel erg op en begint met zijn racket om zich heen te slaan. Het doel van dit gesprek is om met de boze deelnemer in gesprek te gaan en hem proberen te kalmeren. Eén van jullie is de medewerker van De Eenhoorn, een ander is de boze deelnemer (Hendrik). De derde observeert het gesprek. BRON

Je kunt hierbij Stappenplan 6 Een rollenspel doen en Observatieformulier Een rollenspel observeren gebruiken. TERUGKIJKEN 39. Je hebt in de vorige opdracht een rollenspel gespeeld waarin je een boze gast moest kalmeren. a. Is het jou gelukt om de boze gast te kalmeren? Wat vond je moeilijk? Wat vond je makkelijk?

tie f

Moeilijk: Makkelijk:

b. Wat vonden je medeleerlingen van je optreden? Hoeveel duimen omhoog had je? Hoeveel duimen omlaag had je?

Duimen omhoog:

Duimen omlaag:

c. Wat is volgens jou het belangrijkst bij het kalmeren van boze gasten?

rig

40. Heb je alle opdrachten van Taak 6 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

Taak 7 Afronden van een recreatieactiviteit

“Nadat Nadat je een activiteit hebt georganiseerd en begeleid, moet je deze weer netjes afsluiten. Je moet de gebruikte materialen controleren en weer netjes opruimen, opruimen,” zegt meneer Visser. “Het is belangrijk dat je dit veilig doet. Daarom wil ik je leren over de Arbowet en ergonomisch werken. werken.” VOORBEREIDEN BRON Lees Tekstbron 1.7 Arbowet. Maak daarna opdracht 41 tot en met 44. 41. Beantwoord de volgende vragen. a. De Arbowet is in het leven geroepen om werknemers te beschermen. Hoe doet deze wet dat?

b. Wat is ergonomisch verantwoord werken?

106

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden

tie f

42. Kijk naar de volgende afbeeldingen. Op welke afbeelding wordt een goede houding gebruikt en op welke niet? Kruis aan.

Goede houding Slechte houding

rig

Goede houding Slechte houding

Werken bij een recreatiebedrijf

107

Deel D Een activiteit begeleiden 43. Richard werkt veel met grote machines om het gras op het bungalowpark te maaien. Deze machines maken erg veel lawaai en daarom is Richard verplicht gehoorbeschermers te dragen. Vandaag moet hij nog een klein stukje maaien. Dit kan hij in vijf minuten doen. Richard denkt: dat is maar zo kort, dan hoef ik die gehoorbeschermers niet in. Is dit verstandig van Richard? Leg uit waarom wel of niet.

Lees Tekstbron 4.19 Afronden van recreatieactiviteiten.. Maak daarna opdracht 45.

BRON

tie f

44. In opdracht 3 heb je een collage gemaakt over ergonomisch werken. Hierin heb je goede en slechte werkhoudingen opgenomen. Pak deze collage er nog eens bij. Breid de collage nu uit met andere voorbeelden van ergonomisch werken. Dus niet alleen goede en slechte werkhoudingen, maar bijvoorbeeld ook goede materialen en passende werkkleding. BRON Je kunt hiervoor Stappenplan 7 Een collage of moodboard maken gebruiken. De titel van je collage is â&#x20AC;&#x2DC;Ergonomisch werkenâ&#x20AC;&#x2122;.. Maak je collage in Lino. Hiervoor kun je Stappenplan Werken met Lino gebruiken.

45. Beantwoord de volgende vragen. a. Welke werkzaamheden voer je uit als je een recreatieactiviteit afrondt?

rig

b. Het controleren van de materialen is belangrijk voor de veiligheid van je gasten. Leg dit uit.

BRON Bekijk de Website Afvalscheidingswijzer. Afvalscheidingswijzer. Maak daarna opdracht 46.

46. Afval verwerken en scheiden hoort ook bij het afronden van een recreatieactiviteit. a. Zoek in de afvalscheidingswijzer op hoe je de volgende materialen moet verwerken: glazen frisdrankflessen

plastic verpakkingsmateriaal

schrijfpapier

b. Elke gemeente heeft haar eigen regels voor het scheiden van afval. Zoek op hoe je in jouw gemeente melkpakken moet verwerken. Dit kan dus verschillen per gemeente.

108

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden BRON Bekijk de Website Recyclemanager inleverpunt. Maak daarna opdracht 47.

Bekijk de Website Recyclemanager afvalkalender. afvalkalender. Ga daarna verder met opdracht 47. b. Zoek de afvalkalender van jouw gemeente op. Maak een overzicht. Wanneer wordt welk afval opgehaald? Doet jouw gemeente nog niet mee met de recyclemanager? Zoek dan de informatie op de website van jouw gemeente.

Groen afval

Wanneer verzameld?

rig

Restafval

Soort afval

Oud papier

BRON

tie f

47. Stel dat je afval wilt scheiden. a. Zoek het voor jou dichtstbijzijnde inleverpunt op. Waar is dat?

Kleding

Grof vuil

Chemisch afval

Werken bij een recreatiebedrijf

109

Deel D Een activiteit begeleiden

Je kunt hierbij Stappenplan 12 Een poster maken gebruiken. Bepaal voordat je de poster maakt het volgende: a. Bepaal welke soorten afval je op de poster zet. b. Zoek een afbeelding voor elk soort afval. c. Zet een uitleg achter elk soort afval: waar en hoe kan iedereen het afval scheiden? d. Waar zou jij de poster ophangen? Leg je antwoord uit.

BRON

rig

tie f

UITVOEREN 48. Je gaat in deze opdracht een instructie maken. Je maakt een instructie voor de manier van afval scheiden op school. Deze instructie zet je op een poster. Bekijk de voorbeeldposter.

TERUGKIJKEN 49. Je hebt in de vorige opdracht een poster gemaakt. Hierop leg je uit hoe je op jouw school afval moet scheiden. a. Wat vind je van de poster? Staat alle informatie erop of mis je nog iets?

b. Heb je vooral gebruikgemaakt van tekst of van afbeeldingen? Waarom?

50. Heb je alle opdrachten van Taak 7 gemaakt? Kijk je antwoorden na als je dat met je docent hebt afgesproken. Vergeet niet deze taak af te vinken in je planning in Taak 3.

110

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden

Evalueren & Reflecteren Taak 8 Terugkijken en verder kijken Je hebt je in dit deel beziggehouden met het begeleiden van een activiteit. Je hebt geleerd hoe je een beschikbare ruimte kunt indelen en hoe je instructies kunt geven. Ook heb je geleerd hoe je de veiligheid van gasten kunt bewaken door sociale hygiëne toe te passen.

tie f

51. In Taak 3 heb je een planning ingevuld. Bekijk deze. a. Kijk in kolom 6. Taak 8 en 9 ga je nog maken. Zijn alle andere taken af? Zo nee, overleg met je docent welke taken je nog moet doen. b. Kijk in kolom 7. Staat bij Taak 1 tot en met 7 een paraaf van je docent? Zo nee, overleg met je docent hoe je dit in orde kunt maken.

52. In het schema hierna zie je de leerdoelen waaraan jij dit deel hebt gewerkt. a. Geef van elk leerdoel aan of je het kunt of dat je er nog aan moet werken. Dit doe je door bij Moet ik nog aan werken’ werken’ een ✓ te zetten. elk leerdoel in kolom 3 ‘Kan ik’ of in kolom 4 ‘Moet Moet ik nog aan werken’ werken’ een ✓ hebt gezet. Wat moet b. Bekijk elk leerdoel waarbij je in kolom 4 ‘Moet je volgens jou beter gaan doen? Geef dit aan in kolom 5. c. Hoe vond je het om aan deze leerdoelen te werken? Leg je antwoord uit.

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Kunnen assisteren bij het indelen van de beschikbare ruimte

2. Leerdoel

rig

1. Taak

Beschikbare ruimte kunnen indelen Vluchtroutes kunnen herkennen en gebruiken

Informatie over weten regelgeving met betrekking tot veiligheid kunnen toepassen bij een activiteit Een recreatieactiviteit kunnen begeleiden

Sociale hygiëne kunnen toepassen

Werken bij een recreatiebedrijf

111

Deel D Een activiteit begeleiden 1. Taak

2. Leerdoel

3. Kan ik 4. Moet ik nog aan werken

5. Dit ga ik verbeteren

Kunnen assisteren bij het omgaan met de reacties van het publiek bij het handhaven van weten regelgeving 7

De arboregels kunnen toepassen Ergonomisch kunnen werken

b. Het moeilijkste onderdeel van dit deel vond ik:

53. Schrijf hierna je ervaringen op. a. Het leukste onderdeel van dit deel vond ik:

tie f

Afval op de juiste manier kunnen verwerken

c. Ik vind dat ik de volgende vaardigheden nog wat beter moet oefenen:

rig

Ruimten indelen

Routing aangeven Instructies geven

Activiteit begeleiden Sociale hygiĂŤne toepassen

Materiaal controleren Afval scheiden

112

Werken bij een recreatiebedrijf

Deel D Een activiteit begeleiden BRON Bekijk de Website Beroepen - Leidinggevende leisure & hospitality. Maak daarna opdracht 54 en

55. 54. Na het vmbo ga je een vervolgopleiding doen. Op de mbo-opleiding Leidinggevende leisure & hospitality leer je alles over leidinggeven in een recreatiebedrijf. a. Op welk niveau doe je deze opleiding?

tie f

b. Als leidinggevende leisure & hospitality moet je verantwoordelijkheidsbesef hebben en leiding kunnen geven. Vind jij jezelf een goede leidinggevende? Leg je antwoord uit.

c. Als leidinggevende leisure & hospitality moet je soms medewerkers en gasten aanspreken op hun gedrag. Hoe lijkt het jou om dit te doen? Leg je antwoord uit.

55. De opleiding Leidinggevende leisure & hospitality kun je op meerdere roc rocâ&#x20AC;&#x2122;s volgen. a. Op welk roc bij jou in de buurt kun je die opleiding volgen?

rig

b. Kijk op de website van het roc bij jou in de buurt. Welke informatie over deze opleiding kun je er vinden of aanvragen?

c. Bij wie moet je zijn als je meer wilt weten over het beroep leidinggevende leisure & hospitality?

Werken bij een recreatiebedrijf

113

Deel D Een activiteit begeleiden 56. Als je bij een recreatiebedrijf wilt werken, moet je bepaalde eigenschappen hebben. In de volgende tabel worden enkele van die eigenschappen genoemd. a. Geef van elke eigenschap aan of je die bezit. Dit doe je door in kolom 2 ‘Ik’ bij die eigenschap een √ te zetten. b. Vraag aan een medeleerling of hij in kolom 3 ‘Medeleerling’ een √ wil zetten bij de eigenschappen waarvan hij vindt dat jij die bezit. c. Vraag aan één van je ouders of verzorgers of deze in kolom 4 ‘Ouder/verzorger’ een √ wil zetten bij de eigenschappen waarvan deze vindt dat jij die bezit d. Hebben je medeleerling en je ouder/verzorger bij dezelfde eigenschappen die jij hebt aangevinkt ook een √ gezet?

Eigenschap

tie f

e. Kijk naar de √ die jij, je medeleerling en je ouder/verzorger bij de eigenschappen hebben gezet. Vind jij dat je geschikt bent om in de recreatie aan de slag te gaan? Leg je antwoord uit.

Medeleerling

Servicegericht Gastvrij

Dienstverlenend Flexibel Collegiaal

Zelfstandig Sportief

Communicatief

rig

Commercieel

114

Werken bij een recreatiebedrijf

Ouder/verzorger

Deel D Een activiteit begeleiden

Taak 9 Voorbereiden op de toets In deze taak ga je je voorbereiden op de toets.

rig

tie f

57. Werk in tweetallen. Jullie gaan een quiz doen. BRON Je kunt hierbij de Theek-iT gebruiken. a. Maak eerst tien quizvragen voor de ander. De quizvragen gaan over de begrippen die je in dit deel bent tegengekomen. Gebruik hierbij de Theek-iT. Begin een quizvraag met ‘Wat betekent …?’. Vergeet niet het antwoord op de quizvraag erbij te zetten. En houd je vragen nog even geheim voor de ander. b. Speel de quiz. Leerling 1 is de quizmaster. Hij stelt de quizvragen die hij heeft gemaakt. Hij controleert of het antwoord goed is en houdt de score bij. Een goed antwoord is 1 punt. Leerling 2 is de kandidaat. Deze geeft antwoord op de vragen. Klaar? Wissel van rol.

Werken bij een recreatiebedrijf

115