Constructeur 01 2018

Page 1

&$%'

! # ! !

! "$ O¨Âœ­­ÂŒ ­vƒšœ®ÂŒÃƒ ˆv®§çò

# ! # " !

( *) " ! % ÂŒ ˆÀœŒ ÃÈ˧¨òÃȌ®


CURSUSSEN donderdagen 8, 15, 22 maart Meer informatie

vindt u op

dinsdagen 13, 20, 27 maart, 3, 10 april

www.bouwenmetstaal.nl

of bel

dinsdagen 13, 20, 27 maart, 3, 10, 17 april

woensdagen 21 maart, 4 april

donderdagen 5, 12, 19, 26 april, 17, 27, 31 mei, 7, 14 juni

+31

info-eu@jtekt.com info-eu@jtekt.com


! #$"% $ %"- % " . "% " (&'+ )* " ", '.( / (+, -+ 8;> :733 . ', * "' = = ' * K , 39 55 5;3 67

*=2 ' *J&1 -+"' ++& " ='%

*,# '$ , K , B38:3C 83 76 35

&=! '$ ,J&1 -+"' ++& " ='%

(+ (, K #=)(,J&1 -+"' ++& " ='% *# ' ' *+ K , B38:3C 83 76 69 &=% ' *+J&1 -+"' ++& " ='%

*, *" ++ '> *,"#' *(+,>

" & . ' ( *,> ( " *> '$ ' %+> *#(% "' ",=

. ' -+"' ++& " . (+, -+ 8;> :733 . ', * K *= = = ( *% ' 5; ///=&1 -+"' ++& " ='%

/

= / *, K , B39C 55 :< 99 66 K

*=+/ *,J&1 -+"' ++& " ='% ( . *$(() "'' ' " '+, K , B38:3C 837678 K B38:3C 83 76 76 K (* *+= ' "' *"' J&1 -+"' ++& " ='% /(* ' -", .( * (. * '$(&+," E % ' .((* ! , . *, '," / 2 ' 4<<3=

((* .* ' (. * ('' & ', '> 2(* "' ' ( * +/"#2" "' ' $-', - %% ' & ,? H64 8: 3 83 76 58 0 ' ' *? H64 8:3 83 76 << K "% ' ' *? $% ', '+ *D ." J ('+,*- , -*='% K !*"#. ' ' *? -+"' ++& " . K ('+,*- , -* K (+, -+ 8; K :733 . ', *

* ('' & ', *% ' G 555>83A

* ('' & ', -", '% ' G 58;>33A ,- ', ' G 83>33 ) * # * A *"#2 ' 2"#' 0 %= 9I ' G 6><8 &"'"+,* ," $(+, ' 0 %=54I K * ('' & ', % , ,(, / *()2 D "' = "' " "' . ' ! , ('' & ', $ ' + !*" , %"#$ > ) * D& "% ( , % ('"+ ! + !" '> -", *%"#$ *" & ' ' .((* ! , "' . ' ('' & ',+) *"( @ ' " ' ."' , -,(& ,"+ ! . *% ' "' )% ,+=

. *' & . ' *,"$ % '> , $ '"' ' ' (,(F+ -", ('+,*- , -* "+ +% !,+ &( %"#$ ' + !*" , %"#$ ,( +, &&"' . ' -", . *= 0

(&'+

E , -, -*+* !, () "'!(- . ' ", ,"# + !*" , /(* , -", *-$$ %"#$ .((* !(- 'F=

Niet elke verandering is een verbetering. De jongste wijzigingen in de dienstregeling van de NS bijvoorbeeld. Dat is natuurlijk wel een persoonlijke ergernis. Toch kom ik nogal wat treinreizigers tegen die ook het idee hebben dat de NS onze provincie – Zeeland – liever kwijt dan rijk is. En dan woon ik nog niet eens in Zeeuws-Vlaanderen dat met de regelmaat van de klok van kaarten verdwijnt. Niet echt iets dat je zou verwachten van de ANWB. Wel als je een televisieprogramma maakt dat naar de naam Spoorloos luistert. Maar goed. Met het exponentiĂŤle tempo waarmee alles op de schop gaat – dat zeggen ze tenslotte – loop je zelfs als ‘millenial’ of ‘digital native’ het risico dat je het niet meer kunt bijbenen. Roept iedereen van Generatie A t/m X nog harder dat je een watje bent. Misschien zetten ze het wel op Facebook. Maar dat zie je dan toch niet. Want dat is voor je ouders. Terwijl ik dat zeg, moet ik natuurlijk wel bekennen dat ik zojuist zie dat ook Constructeur een Facebook-pagina heeft. Sinds ergens in 2011. Maakt u zich geen zorgen dat u wat mist als u de pagina niet kent: er staat niets op. En dat levert ons toch maar mooi acht ‘likes’ op. We hebben trouwens zeven volgers. Misschien hebben we zelfs ook wel een Twitter-account. Maar wat zegt dat nu eigenlijk over Constructeur? Dat wij ons niet gek laten maken door de volgende hype? Getuige het aantal volgers dat we hebben u ook niet. Maar dat is statistisch natuurlijk slecht onderbouwd. Dat we weinig ‘millenials’ en ‘digital natives’ onder onze lezers hebben? In elk geval dragen we niet bij aan hun eventuele ‘burn-out’. Die zullen ze neem ik aan ook niet krijgen van onze nieuwe ‘verpakking’. Constructeur was gewoon aan een nieuw ‘jasje’ toe. Wij vinden dat het wel staat – ook al zijn we het editienummer in het blad vergeten. En mocht u nu van mening zijn dat we dit absoluut niet hadden moeten doen – dat jasje, niet dat nummer – dan kom ik daar graag eens met u over van gedachten wisselen. Moet u wel even mailen of bellen. Want ik hoor zelf dus niet bij die zeven volgers; ik wil het wel een beetje zuiver houden.

(%(*+ ' =.=> %+ 'D ((* *-$$ *"# ( %( +> '+ ! 3343D998;


á½³® ®È ¨ ȳ ® ­ ® À § ®ư ­vv§È È vv®ÈÀ §§ ¨ò § ³­ ÃÈ Ã ­ À Ë® È Ã ® ½À³ Ë È ³­ Û ® î ¨ ® È È Èv¨ à À ®ƛ ?½ Àvư È ³® ¨ È ®³¨³ vvÈ ÃÈ Ã ­ À ¨ò § ® ³½ ® ³À­vÈ È ®³¨³ ƛ *® ³®È áÈ ­³ È ® ½À³ Ë È ­v®v ÀÃ ç ® È v¨Ã Ë® ³¨¨ vƺÃ Ë È *S vv® Üv½ ® ® È ® â À À ­ ƛ

! _³³À ³®ÃÈÀË È ËÀà ® ³®ÈÜ À½ Àà ® ³Û Àç È Ûv® ³® ÀÜ À½ ® È ¦vvÀ ³® ÈÜò ¨ §³½ ³½ ç˨¨ ® ÃÈ § ®ƛ 9vvÀ Ü ®³Û ­ À Û³À ¦vvÀ ³®ÃÈÀË È ËÀÃư v È ç³ È Ü È ÈƝ ¨vvÈ ¦ ® È § ­v§ ®ƛ 2 §Ë®È ®Ë ®­vv¨ ® È ³Û Àv¨ Û ÀÃÈv® Ûv® ®ƛ 9vvÀ ®§ Ü ¨ Ʋ v¨Ã À ® ­³­ ®È à ³­ ¦ È ¨vÈ ® ¨ ® v®

" ò È ³®ÈÜ §§ ¨ ® Ûv® ® ® ËÜ § ® ÀvËȳÃȳ ¨ Ã Û ¨ ¨v® Àò §ÃÈ Ãƛ ?­ È À ®ç È È §Àò ® ® v¨¨ §Àv È ® ç³ƺ® Ãȳ ¨È¦ ®Û¨³ ® Èò ®Ã ® ³® ư ¨Ë§Ɯ È ³À ¨ 2ËÛ ® ¨ ® À³ ½ vv® ³½ ³ IÀ³ Ë È O³¨ËÈ ³®Ã Û³³À ³®ÈÜ §§ ¨ ® Ûv® 9vá ư ³Ã ŮÜvâI vÀ¨ƛ

®vv­ ËËÀ È çò ® ® ܳÀ ® vvÀ³­ ® È v¨Èò ® ³Û ÀÜ ® ®³­ ® v¨Ã v® À ³½È à à § vvÀ çò ®ƛ S À ÈƢ


) %$)- '& $ , $ # $ ( ( $ %#&" . ½Ã€³ÂƒÂŒÃƒÆ› (œŒÀ‚ò œÃ یŒ¨ §ÂŒ®®ÂœÃƒ Ûv® ­vƒšœ®ÂŒÂ‚³Ã‹Ãœ ÂŒ® %$)- '&(% )- ' $% ; # ' %%! $ % %% ,%%' ) $%"% $ )% & () -%' $ $ $ ' ̃ȳÀŒ®Æ› `v®Ãˆ ƲˆœŒ çò ® Ûvv§ šŒŒ¨ —³ÂŒÂˆ ȳŒ½vÂvvÀ ‚˜Ȍ® ˆŒ ̃ȳÀ ÃœvvÀœ® çò šË® ³³Ã€Ãƒ½Ã€³®Â— ۜ®ÂˆÂŒ®Æ›

$ ) $) '$ )@% @ $ (

$ &% " !

$ ') ! " $' !( ,%"*) $ ) %$)- '& , $ $ $ ( ! " ' $ $ " !)' ( 糮܌Àœ®Â— ‚ŒÃƒšÀò –ÈƜ œÃ šŒÈ ®Ã‹ Èò ˆ ³­ ˆŒ ˆÀœŒ ÃÈ˧¨ò ÃȌ® ­ÂŒÃˆ ÂŒ¨§vvÀ Ȍ یÀ—Œ¨ò §ÂŒ®Æ› (ŒÈ vv®Ãˆv¨ %$ ' " $ -%' ) !" $ ': % ! $ ) " )() %$)- '& # ' $ ) '() :

&*00 " , $ ' ( % $ "/( @

$(%'( %*- $ # ) ) " $ ' , $ $ "*. *)( (( ' * $ ' $ "*. ' ) , $ $%"% ' $ ( + "

' *'( %/% $ "*. $!@ +'() $ )/ , $)

44 3 47 39 43 36

26 36 46 3 45 41

ò ¨v—Œ Ûv® !

" #

*& ' ) * 4 , $ ) '" $ ( @ % ) %'. # !) '* ! , $ ',( %#@ &%$ $) $ , $ : ( # ' %& & $ 28 > %)%< % '( $= @ % ) %'.?:


O VL*Sf

vvÂŽĂˆĂ€ÂŒ§§ÂŒ¨ò § ³­ ĂƒĂˆÂŒÂŒÂˆĂƒ ­ÂŒÂŒĂ€ Â–Ă‹ÂŽÂƒĂˆÂœÂŒĂƒ œŽ ˆŒ ½Ă€ÂłÂˆĂ‹ÂƒĂˆÂœÂŒ³­Â—ÂŒĂ›ÂœÂŽÂ— ?½ÂŒĂ€vĂˆÂœ³ŽÂŒ¨ÂŒ ĂˆÂŒÂƒÂšŽ³¨³Â—œŒ ĆŞ?SĆŤ —vvĂˆ ĂƒĂˆÂŒÂŒÂˆĂƒ ­ÂŒÂŒĂ€ ¨ò §ÂŒÂŽ ³½ ÂœÂŽÂ–ÂłĂ€­vĂˆÂœÂŒĂˆÂŒÂƒÂšŽ³¨³Â—œŒ ĆŞ*SĆŤĆ› *ÂŽ ˆœŒ ƒ³ŽĂˆÂŒĂĄĂˆ ­³ÂŒĂˆÂŒÂŽ ½Ă€ÂłÂˆĂ‹ÂƒĂˆÂœÂŒ­vÂŽvÂ—ÂŒĂ€Ăƒ 眃š ÂŽÂŒĂˆ v¨Ăƒ šËŽ ƒ³¨¨ÂŒÂ—vĆşĂƒ Ă‹ÂœĂˆ ˆŒ *S —vvÂŽ Ăœv½ÂŒÂŽÂŒÂŽ ĂˆÂŒÂ—ÂŒÂŽ ƒâÂ‚ÂŒĂ€ÂƒĂ€Âœ­ÂŒĆ› ( * : L * : L O

De onlangs opgerichte stichting Cyber Central wil cybersecurity daarom uit de ICT-sfeer halen. Doelstelling van de initiatiefnemers Cisco, DearBytes, KPN en McAfee is om het onderwerp begrijpelijk te maken voor iedereen. De oprichtende bedrijven roepen overigens ook andere marktpartijen op om deel te nemen, zodat gevestigde IT- en securityleveran-

ciers, industriĂŤle productiebedrijven en startende ondernemingen gaan samenwerken op het gebied van securityplanning en het vaststellen van securityprioriteiten. Ervaring Om onder meer de industriĂŤle branche zo goed mogelijk voor te lichten, ligt er al een uitgewerkt curriculum met

?½ ˆŒ OĹ°Ć°Ă›ÂŒÂœ¨ÂœÂ—ÂšÂŒÂœÂˆĂƒÂƒ³ŽÂ–ÂŒĂ€ÂŒÂŽĂˆÂœÂŒ ƪŭŲ Ăˆƨ­ Ĺ­Ĺ´ ÂŚvÂŽĂ‹vĂ€ÂœĆœ 9Âœv­Âœ ÂŒvÂƒÂšĆŤ šŒ‚‚ŒŽ ³ŽÂˆÂŒĂ€ç³ÂŒ§ÂŒĂ€Ăƒ Ă›vÂŽ OÂƒÂšÂŽÂŒÂœÂˆÂŒĂ€ ¨ÂŒÂƒĂˆĂ€ÂœÂƒ ˆŒ Ă€ÂŒÂƒÂŒÂŽĂˆÂŒ ­v¨ĂœvĂ€ÂŒĆ°vvÂŽĂ›v¨ ³½ ŒŒŽ Ă›vÂŽ šËŽ Ă›ÂŒÂœ¨ÂœÂ—ÂšÂŒÂœÂˆĂƒĂƒâĂƒĆ° ĂˆÂŒ­ÂŒÂŽ œŽ ŒŒŽ ÂœÂŽÂˆĂ‹ĂƒĂˆĂ€ÂœÂ‘¨ÂŒ ÂœÂŽĂƒĂˆv¨¨vĂˆÂœÂŒ ĂˆÂłÂŒÂ—ÂŒ¨ÂœÂƒÂšĂˆĆ› ÂŒ vvÂŽĂ›v¨ švˆ Ă›ÂłĂ€ÂœÂ— ÂŚvvĂ€ ˆŒƒŒ­Â‚ÂŒĂ€ ½¨vvĂˆĂƒĆ› :v OĂˆĂ‹ĂĄÂŽÂŒĂˆĆœ Â—ÂŒĂ€ÂœÂƒÂšĂˆ ³½ ÂƒÂŒÂŽĂˆĂ€ÂœÂ–Ă‹Â—ÂŒĂƒ Ă›³³Ă€ Ă‹Ă€vÂŽÂœĂ‹­Ă›ÂŒĂ€Ă€ò §ÂœÂŽÂ— œŽ *Ă€vÂŽ œŽ ĹŽĹŹĹŹĹľĆœ ŒŽ *ÂŽÂˆĂ‹ĂƒĂˆĂ€³âÂŒĂ€ƨ Ă€vĂƒÂš ?Ă›ÂŒĂ€Ă€ÂœÂˆÂŒĆœ ˆvĂˆ œŽ ĹŽĹŹĹ­Ĺą ÂšÂŒĂˆ ¨ÂœÂƒÂšĂˆ Ă‹ÂœĂˆ ĂœÂœ¨ÂˆÂŒ ÂˆÂłÂŒÂŽ œŽ ?ÂŒ§Ă€v ŽÂŒĆœ ÂœĂƒ SĂ€ÂœĂˆ³Žƨ SĂ€ÂœĂƒÂœĂƒ Ʋ ç³v¨Ăƒ ÂšÂŒĂˆ ĂœÂłĂ€ÂˆĂˆ Â—ÂŒÂŽÂłÂŒ­Âˆ Ʋ Ă›³³Ă€ ç³Ă›ÂŒĂ€ ‚Œ§ÂŒÂŽÂˆ ½vĂƒ ÂšÂŒĂˆ ÂˆÂŒĂ€ÂˆÂŒ ĂƒĂˆĂ‹§ §ĂœvvˆvvÀư ˆœ—Œ ĂƒÂłÂ–ĂˆĂœvĂ€ÂŒ ˆvĂˆ 眃š ÂŒ彨ÂœÂƒÂœÂŒĂˆ ³½ ÂœÂŽÂˆĂ‹ĂƒĂˆĂ€ÂœÂ‘¨ÂŒ ĂƒâĂƒĂˆÂŒ­ÂŒÂŽ Ă€ÂœÂƒÂšĂˆĆ› ÂŒ švƒ§ÂŒĂ€Ăƒ çò ÂŽ ÂŒĂ€ v¨¨ÂŒĂ€ÂŒÂŒĂ€ĂƒĂˆ œŽ Â—ÂŒĂƒ¨vv—ˆ ­v¨ĂœvĂ€ÂŒ œŽ ˆŒ ÂœÂŽĂƒĂˆv¨¨vĂˆÂœÂŒ ĂˆÂŒ Â‚Ă€ÂŒÂŽÂ—ÂŒÂŽ ˆ³³Ă€ ³ŽĂ›³¨§³­ÂŒÂŽÂšÂŒÂˆÂŒÂŽ œŽ ˆŒ Ă›ÂŒÂœ¨ÂœÂ—ÂšÂŒÂœÂˆĂƒ½Ă€ÂłÂƒÂŒÂˆĂ‹Ă€ÂŒĂƒĆœ Ă›³¨Â—ÂŒÂŽĂƒ ŒŒŽ vĂ€ĂˆÂœ§ÂŒ¨ œŽ `ÂœĂ€ÂŒÂˆĆ› (ÂœÂŒĂ€Âˆ³³Ă€ §³ŽÂˆÂŒÂŽ çÂŒ ĂˆÂłÂŒÂ—vŽ— §Ă€ò —ŒŽ ĂˆÂłĂˆ Ă›ÂŒĂ€ĂƒÂƒÂšÂœ¨¨ÂŒÂŽÂˆÂŒ ĂƒĂˆvĂˆÂœ³ŽĂƒ ŒŽ ÂšÂŒĂˆ Ă›ÂŒÂœ¨ÂœÂ—ÂšÂŒÂœÂˆĂƒÂ‚ÂŒĂƒĂˆĂ‹Ă€ÂœÂŽÂ—ĂƒĂƒâĂƒĂˆÂŒÂŒ­Ć› _ÂŒĂ€Ă›³¨Â—ÂŒÂŽĂƒ ÂœĂƒ Â—ÂŒÂ‚Ă€Ă‹Âœ§Â—ÂŒ­vv§Ăˆ Ă›vÂŽ ŒŒŽ ĂˆÂłĂˆ ˆvÂŽ ĂˆÂłÂŒ ³ŽÂ‚ÂŒ§ÂŒÂŽÂˆÂŒ Â–ÂłĂ‹Ăˆ œŽ ˆŒ ĂŻ Ă€­ĂœvĂ€ÂŒ Ă›vÂŽ ÂšÂŒĂˆ SĂ€ÂœÂƒ³ŽÂŒĂĄ SĂ€ÂœÂƒ³ŽưĂ›ÂŒÂœ¨ÂšÂŒÂœÂˆĂƒÂœÂŽĂƒĂˆĂ€Ă‹­ÂŒÂŽĂˆvĂˆÂœÂŒĂƒâĂƒĂˆÂŒÂŒ­Ć› vvÀŽv ÂœĂƒ ŒŒŽ ³½ vÂ–ĂƒĂˆvŽˆ ĂˆÂłÂŒÂ—vŽ§ÂŒ¨ò §ÂŒ ĆšĂˆĂ€³ŒvÂŽĆş ¨³ĂƒÂ—ÂŒ¨vĂˆÂŒÂŽ ĆŞL S Ʋ LÂŒ­³ĂˆÂŒ ÂƒÂƒÂŒĂƒĂƒ SĂ€³ŒvÂŽĆŤĆœ Ă›³¨Â—ÂŒÂŽĂƒ ˆŒ ³ŽÂˆÂŒĂ€ç³ÂŒ§ÂŒĂ€Ăƒ ŒŒŽ ½Ă€Âœ­ÂŒĂ‹Ă€ v¨Ăƒ ÂšÂŒĂˆ —vvĂˆ ³­ ­v¨ĂœvĂ€ÂŒ ˆœŒ Â—ÂŒĂ€ÂœÂƒÂšĂˆ ÂœĂƒ ³½ ÂœÂŽÂˆĂ‹ĂƒĂˆĂ€ÂœÂ‘¨ÂŒ ĂƒâĂƒĂˆÂŒ­ÂŒÂŽĆ› _³¨Â—ÂŒÂŽĂƒ OÂƒÂšÂŽÂŒÂœÂˆÂŒĂ€ çÂœĂˆ ˆŒ Â–ÂłĂ‹Ăˆ v¨¨ÂŒÂŒÂŽ œŽ ÂŒŽ§ÂŒ¨ÂŒ ÂłĂ‹ÂˆÂŒĂ€ÂŒ SĂ€ÂœÂƒ³ŽưĂ›ÂŒĂ€ĂƒÂœÂŒĂƒĆœ ­vvĂ€ švˆ œŽ ÂˆÂœĂˆ Â—ÂŒĂ›v¨ ĂœÂŒ¨ ÂˆÂœĂ€ÂŒÂƒĂˆ ÂœÂŽĂ›¨³ÂŒÂˆ ³½ ÂšÂŒĂˆ ĆšĂƒvÂ–ÂŒĂˆâ ĂƒÂšĂ‹ĂˆÂˆÂłĂœŽƺưĂƒâĂƒĂˆÂŒÂŒ­Ć› %ÂŒ½Ă€ÂłÂ‚ÂŒÂŒĂ€Âˆ ÂœĂƒ ³ŽÂ—ÂŒ­ÂŒĂ€§Ăˆ ˆŒ Ă›ÂŒĂ€ĂƒÂƒÂšÂœ¨¨ÂŒÂŽÂˆÂŒ ¨v—ŒŽ œŽ ˆŒ Ă›ÂŒÂœ¨ÂœÂ—ÂšÂŒÂœÂˆĂƒ½Ă€ÂłĂˆÂłÂƒ³¨¨ÂŒÂŽ ĂˆÂŒ ­vÂŽÂœ½Ă‹¨ÂŒĂ€ÂŒÂŽĆ› %ÂŒ¨Ă‹§§ÂœÂ— vÂƒĂˆÂœĂ›ÂŒÂŒĂ€ÂˆÂŒ ÂšÂŒĂˆ ĂƒâĂƒĂˆÂŒÂŒ­ ½ÂŒĂ€ ³ŽÂ—ÂŒ¨Ă‹§ Ă›ÂŒĂ€ĂƒÂƒÂšÂœ¨¨ÂŒÂŽÂˆÂŒ vÂ–ĂƒÂƒÂšv§ÂŒ¨½Ă€ÂłÂƒÂŒÂˆĂ‹Ă€ÂŒĂƒ Ă›³³Ă€ Ž³³ÂˆÂ—ÂŒĂ›v¨¨ÂŒÂŽ ŒŽ ĂœÂŒĂ€Âˆ ÂšÂŒĂˆ ³ŽĂˆÂˆÂŒ§ĂˆĆ› vÂŽ ŒŒŽ ĂƒÂłÂ–ĂˆĂœvĂ€ÂŒĆ°Ă‹½ÂˆvĂˆÂŒ ĂœÂłĂ€ÂˆĂˆ Â—ÂŒĂœÂŒĂ€§ĂˆĆ› _³¨Â—ÂŒÂŽĂƒ LÂŒĂ‹ĂˆÂŒĂ€Ăƒ ÂšÂŒÂŒÂ–Ăˆ ³³§ Ă€ÂŒÂƒÂŒÂŽĂˆ çò ÂŽ §¨vÂŽĂˆÂŒÂŽ Â—ÂŒĂœvvĂ€ĂƒÂƒÂšĂ‹ĂœÂˆ ˆvĂˆ ÂŒ¨§ Ă›ÂŒÂœ¨ÂœÂ—ÂšÂŒÂœÂˆĂƒĂƒâĂƒĂˆÂŒÂŒ­ ÂˆÂłÂŒ¨ĂœÂœĂˆ Ă›vÂŽ ŒŒŽ Ăƒ³³Ă€ĂˆÂ—ÂŒ¨ò §ÂŒ vvÂŽĂ›v¨ §vÂŽ çò ÂŽĆ›

! !

workshops op de plank. Cyber Central kan putten uit de ervaring opgedaan bij een stichting met dezelfde initiatiefnemers: IoT Academy. Die streeft naar het stimuleren van innovatie met behulp van Internet of Things-oplossingen. Sinds de oprichting in 2016 zijn er 110 evenementen georganiseerd, waarin 183 bedrijven en 2.750 deelnemers hebben geparticipeerd. Naast de initiatiefnemers heeft Cyber Central ook het onderkomen van het stichtingsbureau gemeen met IoT Academy: RDM Innovation Dock in Rotterdam. In de machinehal van de voormalige RDM-werf zit RDM Makerspace, de broedplaats voor creatieve en innovatieve bedrijven, en start-ups. Deze collectieve aanpak staat ook Cyber Central voor ogen. Wijzer �Met de workshops van Cyber Central willen we bereiken dat bedrijven transparanter worden naar elkaar over hun cyberbeveiliging�, zegt Erik Remmelzwaal, directeur van DearBytes, een cybersecurityspecialist die sedert begin dit jaar deel uitmaakt van de KPN-organisatie. �We worden er allemaal wijzer van wanneer we informatie gaan delen over hoe een hack heeft kunnen plaatsvinden en welke lessen er zijn geleerd. De wet- en regelgeving zou ook wat verder mogen gaan dan alleen de meldplicht datalekken. Als je toch verplicht wordt in de openbaarheid te treden, laten we er dan ook


allemaal iets van leren. Dus laat weten hoe je dergelijke incidenten voor de toekomst denkt uit te sluiten.� Groot en klein Volgens de DearBytes-directeur kennen in principe alle organisaties, groot en klein, zwakheden in de beveiliging van hun digitale voorzieningen. Maar bij grotere bedrijven is men met meer middelen en mensen vaak verder met het inrichten van escalatieprocessen en het toekennen van verantwoordelijkheden. Verdacht gedrag wordt vaak ook eerder gesignaleerd. Bij mkb-organisaties is die kennis meestal niet voorhanden. Soms hebben ze zelfs geen IT-beheerder in dienst; de werkzaamheden zijn uitbesteed aan een serviceprovider. Daardoor kan een bedrijf worden geïnfiltreerd zonder dat ze het zelf door hebben. Geen software-updates bij OT De kans om met ÊÊn druk op de verkeerde knop veel schade aan te richten, lijkt groter binnen het industriÍle domein. Daar leefden IT en OT lange tijd gescheiden van elkaar. Internet overbrugt de kloof. Met de massale uitrol van IoT-projecten is de kwetsbaarheid toegenomen. Netwerksegmentatie verkleint de kans op een snelle verspreiding van de infectie. �Het ergste is, dat je in de OT-omgeving nauwelijks grip hebt op de IT-componenten�, constateert Remmelzwaal. �Veel systemen voor de aansturing van een

productieproces zijn gebaseerd op een bepaalde Windows-versie. In feite zou de leverancier van het systeem moeten zorgen voor regelmatige updates. Dat doen ze niet of pas veel later, want er bestaat een kans dat hun applicatiesoftware dan niet meer werkt. Die zullen ze na het aanbrengen van een patch of update opnieuw moeten testen.� WannaCry Het Cyber Central-initiatief roept op te investeren in het bewustmaken van alle lagen binnen een organisatie. Nu bestaat er nog te veel onbegrip over wat te doen na een incident. Er gaat te veel tijd verloren tussen het waarnemen van de hack en het nemen van acties om de gevolgen op te vangen. De ondernemingsleiding moet het draaiboek daarvoor hebben klaarliggen. �Wij dachten dat WannaCry een wake-upcall zou zijn�, aldus Remmelzwaal. �Dat blijkt niet zo te zijn. Directies horen weliswaar over de chaos bij de getroffen bedrijven, maar omdat zij niet zijn gehackt, denken ze dat bij hen de beveiliging goed geregeld is.� Voorbeeldfunctie Ransomware blijft volgens Remmelzwaal voorlopig de grootste bedreiging vormen. Het is volgens hem echter niet zo dat de aanvallen altijd puur op een individueel bedrijf of persoon zijn gericht. CEO-fraude is wel gericht op ÊÊn persoon binnen een vooraf zorgvuldig geselecteerde

organisatie. �Vanuit de Verenigde Staten weten we hoe dat in zijn werk gaat�, aldus Remmelzwaal. �Hier horen we er minder over, maar het kan zijn dat bedrijven daar ook liever niet over praten vanwege de angst voor reputatieschade.� Het grootste gedeelte van de aanvallen is breed van opzet. Het is puur toeval dat iemand binnen een bedrijf een verkeerd linkje aantikt. De gevolgen zijn echter snel binnen de gehele organisatie merkbaar. Volgens sommigen is het onbegonnen werk om je ertegen te wapenen. Daar denken de partijen binnen Cyber Central toch anders over. Remmelzwaal: �Leidinggevenden hebben een voorbeeldfunctie bij het zorgvuldig omgaan met IT-hulpmiddelen. Bijvoorbeeld als het gaat om het schoonhouden van de werkplek of het consequent afsluiten van een systeem, het scheiden van privÊ- en zakelijk gebruik van IT-voorzieningen en het maken van de juiste afwegingen bij het opslaan en verzenden van vertrouwelijke bedrijfsdata via publieke clouddiensten als Dropbox. Ik begrijp dat veel mensen wachtwoorden en het telkens wijzigen daarvan lastig vinden. Tenzij organisaties op grote schaal met tokens gaan werken, zijn wachtwoorden wel noodzakelijk. Wij adviseren om in plaats van letters en tekens, zinnen te gebruiken. De lengte van een toegangscode bepaalt de sterkte.�


: Èà ­ ®Ã ¨ò§Ã à ³®Ã ÛÀ ­ ƛ vvÀ³­ ³³§ Û³³À ³®ÃÈÀË È ËÀà ® ³®ÈÜ À½ Àà ® ³Û Àç Ȧ Ûv® ³® ÀÜ À½ ® È ¦vvÀ ³® ÈÜò ¨ È ½và ® È ³®½và §³½ ³½ ç˨¨ ® ÃÈ § ®ƛ 9vvÀ Ü ®³Û ­ À Û³À ¦vvÀ ³®ÃÈÀË È ËÀà v È ç³ È Ü È È ®vÈËËÀ¨ò§Ɲ 2 §Ë®È ®Ë ®­vv¨ ® È ³Û Àv¨ Û ÀÃÈv® Ûv® ®ƛ 9vvÀ ®§ Ü ¨ Ʋ v¨Ã À ® ­³­ ®È à ³­ ¦ È ¨vÈ ® ¨ ® v® Ã È ®Ëƛ

# $ ! "


Laten we eerst maar even beginnen met een ‘disclaimer’: visionair gaat het niet worden. Als we het samenvatten hangt het allemaal samen met het vage begrip ‘digitalisering’. Even een fractie concreter? Denk dan vooral aan – in goed Nederlands – de digital twin, het industrial internet of things, big data, augmented reality, artificial intelligence en additive manufacturing. Spijkerharde percentages kunnen we ook al nergens aan hangen. Want gaan kunstmatige intelligentie en robots nu echt je baan overbodig maken [1]? Onderzoeks- en adviesbureau Gartner stelt in zijn vooruitblik op de technologietrends dat kunstmatige intelligentie wel banen gaat kosten, maar in 2020 – en dat is het alweer bijna – netto meer banen oplevert dan kost [2]. Ze weten zelfs hoeveel: 1,8 miljoen weg en 2,3 miljoen erbij. Dat kwam ze dan wel weer op een sneer te staan in een opiniestuk op de website van zakenblad Forbes: hoe ze dat toch zo exact meenden te kunnen weten [3]?

%vv® vÀÈ ï ¨ ®È ¨¨ ®È ® À³ ³Èà ®Ë Ü ¨ ³ ® È ­ È ¦³ËÜ vv® vv® vv¨Ƣ

door DeepMind en Google binnen vier uur 1500 jaar schaakkennis eigen weet te maken door alleen tegen zichzelf te spelen met eigenlijk niet meer input dan de spelregels? En dan te bedenken dat dit AlphaZeroalgoritme dus inderdaad bedoeld is als een zelflerend generiek algoritme [5]. Met schaken heeft het in elk geval al een grootmeester en een ander ‘programma’ – Stockfish 8 – in de pan gehakt. Helikopters of machinegeweren? Maar is het nu ook echt intelligentie? Want het blijkt toch altijd weer te gaan over wat je de ‘kunstkop’ wijsmaakt. Zo laat Wired weten dat onderzoekers van MIT een algoritme van Google wijs hebben weten te maken dat een plaatje van een rij machinegeweren een helikopter voorstelde [6]. Zonder toegang te hebben tot het onderliggende programmeerwerk en hoe de informatie wordt verwerkt. Hoe? Door de pixels in het beeld te manipuleren. Voor het menselijk oog bleven het machinegeweren. Zo niet voor het AI-algoritme.

Alleen de spelregels Dat AI impact gaat hebben is duidelijk. Elk algoritme mag dan wellicht in eerste aanleg door een mens – met al zijn of haar vooroordelen en tekortkomingen – zijn bedacht, als er door het ‘kunstmatige zelf’ aan gesleuteld kan worden weet je het maar nooit [4]. Een aardig voorbeeld van de kracht van AI kwam begin december vorig jaar naar buiten. Nu ben ik zelf geen schaker maar als een algoritme geschreven

Model Based X Maar goed, die digital twin dus. Of met andere woorden: dat digitale model dat gedurende de hele levenscyclus van het product gekoppeld blijft met het echte product. Voor constructeurs en ontwerpers nauwelijks een verrassing. Het zat er altijd al aan te komen. Wellicht dat we het tempo wat hebben onderschat. Maar als ontwerpen in 3DCAD de norm


is – toch? – dan is het niet meer dan logisch dat model als bron van alle waarheid te beschouwen. Niet dat we daar weer bijvoorbeeld na het ontwerpproces platte werktekeningen van maken en daar maat-, plaats- en vormtoleranties en de ruwheid op gaan kliederen. Om het vervolgens bij Productie neer te leggen. Model Based Definition dus. Wisten we al. Een beetje 3DCAD-pakket geeft je daar de ruimte wel voor. Maar laat het dan ook direct de input zijn voor het productieapparaat. En apparaat moet je dan letterlijk nemen. Het mooiste zou het zijn als je machinebestu-

ring het verrijkte model direct in zou kunnen lezen. Model Based Manufacturing inderdaad. Kijk even naar een video van Steptools (http://bit.ly/2Ba2T8a) om te zien wat er al (lang) mogelijk is [7]. Inclusief natuurlijk de kwaliteitscontrole naderhand – Model Based Inspection – om te kijken of je ook gekregen hebt wat je verwachtte. Digitale evenknie Maar daarmee heb je nog geen digitale evenknie die een leven lang meegaat. Nu alles voor een habbekrats – bijna dan – is uit te rusten met sensoren, wifi en rekenkracht, kan elk onderdeel in principe informatie over zijn toestand of de interactie met onmiddellijke omgeving terugsturen naar gebruiker, maker, beheerder of noem maar op. Ziedaar het Internet of Things. Met – voor wie hoopt uit een berg willekeurige data altijd wel wat te kunnen halen – de kanttekening dat algoritmes en IoT geen panacee zijn. Een beroerd product blijft een beroerd product zullen we maar zeggen. Voor de hand ligt het gebruik van data voor toestandsbewaking en onderhoudsdoeleinden om onverwachte calamiteiten en stilstand te voorkomen. Dat zijn de voorbeelden die nu vooral de meeste aandacht krijgen. Ansys, PTC, Flowserve, National Instruments en HPE wisten bijvoorbeeld gezamenlijk met behulp van een digitale tweeling van een pomp(opstelling) en een CFD-model in de cloud het hoe en waarom achter een zelf geïntroduceerd probleempje te achterhalen, inclusief de te nemen maatregelen [8]. Ter illustratie van de kracht van de combinatie.

‚¨ò Â–Ăˆ ˆŒ ĂˆĂ€ÂŒÂŽÂˆ œŽ

die data uitkomst geven over het dagelijkse ge- en misbruik van jouw ontwerp. Of je op onvoorziene tekortkomingen wijzen, voor het product op de markt komt. Zoals beschreven in ‘Hoe past IoT binnen de productlevenscyclus? ’ in Constructeur 8-9 van 2017 (pag. 18-19): hoe Bosch Rexroth met behulp van een IoT-platform zowel het probleem met een nieuw hydraulisch aggregaat constateerde en geholpen door simulaties en additive manufacturing met de oplossing op de proppen kwam. Terug in de tijd? Wat we natuurlijk wel moeten voorkomen is dat we met die data weer een stap terug in de tijd zetten. Van 3D weer terug naar 2D. Tenminste, daarvoor wordt gewaarschuwd in de november/december-editie van Harvard Business Review: A Manager’s Guide to Augmented Reality, in de bijdrage ‘Why every organization needs an augmented reality strategy’ van Michael Porter en James Heppelmann [9]. Eerstgenoemde is professor aan Har-

Goudmijn binnen handbereik Informatie uit het veld is dankzij het ‘Internet der spulletjes’ ook voor ontwerpers en constructeurs een goudmijn binnen handbereik. Eindelijk kan al


daadwerkelijke product projecteren en kijken of het wel een beetje klopt met wat je in gedachten had. En AR kan als interface dienen om gebruik, misbruik en noem maar op wat voor informatie uit het veld, letterlijk zichtbaar te maken – geprojecteerd op het model. Zo kan AR eigenlijk overal zijn impact hebben. Denk aan productie en assemblage waar medewerkers visuele instructies op maat krijgen, gebaseerd op de exacte stap in het productieproces. Natuurlijk, dat gebeurt al met tekst, maar met AR kun je daar ook 3D-animatie aan toe voegen, allemaal geprojecteerd in en op de echte wereld.

4(5 !! 233 !1 %3) / 4)5 !! 233 ! 1 !3) " 4*5 !! 233 !1 %3) ! 4+5 !! 233 !1 %3)$- 4,5 !! 233 !1 %3) 4-5 !! 233 !1 %3) / * 4.5 !! 233 !1 %3) ) / 4/5 !! 233 !1 %3) * 405 !! 233 !1 %3)&')

4('5 !! 233 !1 %3) ! 4((5 !! 233 !1 %3) # 4()5 !! 233 !1 %3) '# (

vard en laatstgenoemde is de baas van PTC, bekend van onder andere 3DCAD-pakket Creo, PLM-oplossing Windchill en IoT-platform Thingworx. Want wat kun je beter doen met data dan met behulp van augmented reality projecteren op je 3D-model? Maar goed, als bezoeker van de Constructeursdag wist u dat al. Uit de voordracht van Leon Schipper van Aryzon. En u heeft dus mede dankzij Constructeursdag-sponsor Eriks ook de AR-bril van de Twentse start-up.

vŽ§çò v˗­ÂŒÂŽĂˆÂŒÂˆ Ă€ÂŒv¨ÂœĂˆâ §vÂŽ ˆŒ ³ŽĂˆĆ° ĂœÂŒĂ€½ÂŒĂ€ƨƒ³ŽĂƒĂˆĂ€Ă‹ÂƒĆ° ĂˆÂŒĂ‹Ă€ ÂŽĂ‹ ŒœŽˆŒ¨ò § ÂšÂŒĂˆ ³ŽĂˆĂœÂŒĂ€½ Ĺ­Ć?Ĺ­ vvÂŽĆ° ĂƒÂƒÂšÂłĂ‹ĂœÂŒÂŽĆœ œŽ ĹŻ Ćœ œŽ ˆŒ ÂŒÂƒÂšĂˆÂŒ –âĂƒÂœÂŒ§ÂŒ ĂœÂŒĂ€ÂŒ¨Âˆ Ʋ ŒŽ ÂŽÂœÂŒĂˆ ³½ ! 1

1:1 in 3D Porter en Heppelman stellen in hun bijdrage dat dankzij AR de ontwerper/constructeur nu eindelijk de kans heeft het ontwerp 1:1 te aanschouwen, in 3D, in de echte fysieke wereld – en niet op een plat schermpje. Hij of zij kan er omheen lopen, onder het ontwerp kijken, of erin. Je kunt CAD-modellen op het

Elke kleur We zeiden het al – visionair is het allemaal niet. Daar zijn anderen voor. Maar zijn we nu al bij die productie in seriegrootte 1 tegen kosten die bij massaproductie horen? Natuurlijk zijn er voorbeelden die laten zien dat er hard aan wordt gewerkt. De eisen aan het productieapparaat zijn natuurlijk immens. Dat moet door elkaar, in elke willekeurige volgorde, producten in een immense variĂŤteit kunnen maken. Audi mag het klanten dan recent mogelijk hebben gemaakt hun auto in elke kleur geleverd te krijgen, daar betaal je wel nog steeds een meerprijs voor en je moet genoegen nemen met een langere levertijd [10]. Proost! Maar misschien is een auto een beetje te veel van het goede. In september vorig jaar, op de Drinktec in MĂźnchen, liet het Duitse Krones de ‘Bottling on Demand’-conceptstudie zien [11]. De modulair opgebouwde afvul- en bottellijn liet zien dat het op een en dezelfde lijn mogelijk is in willekeurige volgorde verschillende flesjes (0,3 en 0,5 l) af te vullen met verschillende drankjes, te voorzien van een van vier verschillende gekleurde doppen en te voorzien van een van de twaalf etiketten en te voorzien van een individuele RFID-code. Het transportsysteem dat die logistieke nachtmerrie in deze lijn in goede banen wist te leiden, is het ACOPOStrak-systeem van B&R, dat officieel pas twee maanden later op de SPS in Neurenberg werd geĂŻntroduceerd [12]. Het systeem – op basis van lineaire motoren – is ontwikkeld om met maximaal 5g en snelheden van 4 m/s of hoger product(ie)stromen te scheiden, samen te voegen en te bufferen. De productdragers worden eenvoudig aan de baan gehangen en worden door magnetisme op hun plaats gehouden. Net zo simpel zijn de dragers – die met maximaal 2 kg kunnen worden belast – ook weer van de baan te verwijderen. Op een circuit van 100 m kunnen in totaal 250 dragers worden bestuurd met behulp van ĂŠĂŠn controller. De dragers kunnen onafhankelijk van elkaar bewegen, maar bijvoorbeeld ook in ‘colonne’. De minimale afstand tussen de dragers is 50 mm. Dus laten we er dan elk geval nog ĂŠĂŠn drinken op seriegrootte 1 – en 2018. Proost!


O*9V4 S*

ò È ³®ÈÜ §§ ¨ ® Ûv® ! ¨v® Àò §ÃÈ ³®ÈÜ À½ Ãƛ vvÀ®v Û³¨ ® È ç È ³­ ³ÀÈ ® ÀË §Ã ­v§ƛ ?­ È À ®ç È È §Àò ® ® v¨¨ §Àv È ® ç³ƺ® Ãȳ ¨È¦ ®Û¨³ ® Èò ®Ã ® ³® ¨Ë§Ɯ È ³À ¨ 2ËÛ ® ¨ ® À³ ½ vv® ³½ à ­Ë¨vÈ Ã½ v¨ ÃÈ ³ IÀ³ Ë È O³¨ËÈ ³®Ã Û³³À ³®ÈÜ §§ ¨ ® Ûv® 9vá ư ³Ã ŮÜvâI vÀ¨ƛ

9vá ư ³Ã ŮÜvâI vÀ¨ Ã È À Ã˨ÈvvÈ Ûv® ® à ­Ë¨vÈ ư và À ³®ÈÜ À½½À³ Ãƛ


Code Product Solutions is een engineering- en consultancybedrijf in Eindhoven dat klanten helpt producten te ontwikkelen en te optimaliseren met behulp van CAE-gereedschappen zoals Altair’s HyperWorks-suite. Het bedrijf is een vertrouwde partner van klanten voor het optimaliseren van hun productontwikkelingsprocessen en kan zo tevens tijd en geld besparen. Code Product Solutions past simulatie al in het conceptuele stadium toe. Hiermee kan het productontwerp –vóór daadwerkelijk ontwerpbeslissingen moeten worden genomen– al worden geoptimaliseerd als het gaat om gewicht, prestaties, veiligheid en andere criteria. Achterwaarts De oorspronkelijke vraag die Code Product Solutions kreeg was het verbeteren van de Maxi-Cosi FamilyFix-stoelbasis om tevens achterwaarts zitten mogelijk te maken. Voor baby’s is dat namelijk de veiligste vervoermethode. Peuters zitten in een voorwaartse positie, terwijl voor oudere kinderen stoelverhogers worden gebruikt. Achterwaarts zitten verkleint voor baby’s het letselrisico bij een frontale botsing, onder andere omdat zij hun relatief zware hoofd nog niet zo goed onder controle hebben. Doordat tijdens het project de nieuwe i-Size-norm voor kinderstoeltjes werd geĂŻntroduceerd, wilde Dorel Juvenile daar ook aan voldoen. De gevraagde combinatie van meer functionaliteit en additionele veiligheidseisen heeft uiteindelijk geleid tot een volledig herontwerp van de stoelbasis. Veiligheidsuitdagingen “Onze grootste veiligheidsuitdagingen waren de toegenomen krachten die een rol spelen bij het gevraagde tweerichting-gebruik en kleinere beschikbare afmetingen voor de stoelbasisâ€?, vertelt Harold van Aken, ceo en senior simulatiespecialist bij Code Product Solutions. “Die uitdagingen zijn overwonnen

dankzij onze jarenlange ervaring in het optimaliseren van kunststof spuitgietonderdelen, in combinatie met de HyperWorks-analysesoftware voor het verifiĂŤren van concepten. Vooral de meer naar voren gepositioneerde ondersteuningspoot is als gevolg van onze simulaties compleet anders geconstrueerd.â€? Simulatie-gebaseerd De samenwerking tussen Dorel Juvenile en Code Product Solutions en het simulatie-gebaseerd ontwerpen heeft geleid tot een efficiĂŤnt productontwikkelingsproces. Dankzij de crashtesten met Altair’s HyperWorks CAE-software zijn geen fysieke prototypes of destructieve testen meer nodig en kunnen engineers snel het optimale ontwerp vinden. “Wij hebben eerst de benodigde CAD-modellen in het systeem van onze klant opgezet en daarna de meshing voor de eindige-elementen-berekeningen gecreĂŤerd met HyperMeshâ€?, aldus Van Aken. “EĂŠn van de belangrijkste voordelen van HyperMesh in dit project waren de eenvoudige mesh-functies voor de ‘mid-plane surfaces’, om de benodigde schaalelementen

)

voor de botsmodellen te creÍren. Die botsmodellen zijn in het RADIOSSsimulatiepakket opgezet, onze standaardoplossing voor het ontwikkelen van kinderstoeltjes. Daarna hebben wij met HyperCrash de dummy- en gordelpositionering getest.� Software Om de aanwezige engineeringkennis en -capaciteit optimaal te benutten, gebruikt Code Product Solutions ook nog zelf

- - + "#(, ( #!"$ " / ) %%- "('# * %%-!%) - - Ă›ÂŒĂ€Ă›ÂłÂŒĂ€ÂŒÂŽ Ă›vÂŽ §ÂœÂŽÂˆÂŒĂ€ÂŒÂŽ Ʋ œŽ ÂŒ¨§ Â—ÂŒĂ›v¨ ĂˆÂłĂˆ ŒŒŽ ¨ÂŒÂŒÂ–Ăˆò ˆ Ă›vÂŽ Ĺ­Ĺą ­vvÂŽÂˆÂŒÂŽĆ› *ÂŽ ˆŒ %%-!% ( Ă›ÂŒĂ€Ă›ÂłÂŒĂ€ÂˆĆ› vvĂ€ çÂœĂˆ ³³§ ŒŒŽ ‚Œ¨vŽ—Àò § Ă›ÂŒĂ€ĂƒÂƒÂšÂœ¨ ĂˆĂ‹ĂƒĂƒÂŒÂŽ ‚ŒœˆŒ Ž³À­ÂŒÂŽĆ› VÂœĂˆÂ—ÂŒ糎ÂˆÂŒĂ€Âˆ ˆŒ ŭŹư­vvÂŽÂˆÂŒÂŽĆ°ÂŒÂœĂƒ —vvĂˆ ˆŒ ÂœĆ°OÂœçÂŒĆ°ÂŽÂłĂ€­ Ă‹ÂœĂˆ Ă›vÂŽ ¨ÂŒÂŽÂ—ĂˆÂŒ ³­ ˆŒ ĂƒĂˆÂłÂŒ¨ĂˆÂŚÂŒĂƒ œŽ ĂˆÂŒ ˆŒ¨ÂŒÂŽ ŒŽ ÂŽÂœÂŒĂˆ Ă›vÂŽ Â—ÂŒĂœÂœÂƒÂšĂˆĆ› *ÂŽ –vĂƒÂŒ Ĺ­ —Œ¨ÂˆĂˆ ˆŒ ÂœĆ°OÂœçÂŒĆ°ÂŽÂłĂ€­ Ă›³³Ă€ ŒŒŽ ¨ÂŒÂŽÂ—ĂˆÂŒ ĂˆÂłĂˆ Ĺ­ĹŹĹą ƒ­Ć› $vĂƒÂŒ ĹŽ ÂœĂƒ #!"& "!! ) ‚Œ¨vŽ—Àò § Ă›ÂŒĂ€ĂƒÂƒÂšÂœ¨ ĂˆĂ‹ĂƒĂƒÂŒÂŽ ‚ŒœˆŒ Ž³À­ÂŒÂŽ ÂœĂƒ ˆvĂˆ Ă›³³Ă€ ˆŒ *Ć°OÂœçÂŒ Ž³À­ Â—ÂŒÂ‚Ă€Ă‹Âœ§ ĂœÂłĂ€ÂˆĂˆ —Œ­vv§Ăˆ Ă›vÂŽ —ŒvĂ›vÂŽÂƒÂŒÂŒĂ€ÂˆÂŒĂ€ÂŒ ÂˆĂ‹­­âƺĂƒ ŒŽ ³³§ çò ˆŒ¨ÂœÂŽÂ—ĂƒÂŒ Â‚ÂłĂˆĂƒ½Ă€ÂłÂŒĂ›ÂŒÂŽ ³ŽÂˆÂŒĂ€ÂˆÂŒÂŒ¨ Ă›vÂŽ ˆŒ ĂˆÂŒĂƒĂˆĂƒ Ă‹ÂœĂˆ­v§ÂŒÂŽĆ› 3ÂœÂŽÂˆÂŒĂ€ÂŒÂŽ ‚ŒŽŒˆŒŽ Ĺ­ĹŻĹą ƒ­ ­³ÂŒĂˆÂŒÂŽ œŽ :ÂŒÂˆÂŒĂ€¨vŽˆ œŽ ŒŒŽ . / ) )


!

!

"

! !

$

#

ontwikkelde engineeringsoftware voor het automatiseren van de twaalf vereiste belastingcases. Daardoor hoeft een engineer alleen nog maar de juiste stoelmodules te importeren om de RADIOSS-software het botsmodel automatisch te laten opbouwen. RADIOSS-software wordt al meer dan twintig jaar toegepast bij niet-lineaire analyses onder dynamische belasting in de automobielindustrie voor botsing- en ongeval simulaties. Ook buiten de automobielindustrie wordt deze software toegepast bijvoorbeeld in de lucht- en ruimtevaart, maar ook voor val- en ballistische analyses. De simulaties voor de Maxi-Cosi 2wayPearl zijn uitgevoerd met MADYMO-dummymodellen. MADYMO (Mathematical DYnamic MOdels) is een ‘multi-body’-softwarepakket dat oorspronkelijk is ontwikkeld door TNO en op de markt wordt gebracht door TASS International uit Helmond. Vorig jaar is TASS overgenomen door Siemens. De MADYMO-dummy’s maken deel uit van het Altair Partner Alliance-progrmma. Via dit programma is een groot aantal oplossingen van derden zonder incrementele kosten ook beschikbaar voor Altair-klan-

ten via een flexibel licentiesysteem dat luistert naar de naam HyperWorks Units. Code Product Solutions heeft verder gebruikgemaakt van de OptiStruct-solver in de HyperWorks-suite. Deze eindige -elementenoplossing voor lineaire en niet-lineaire (multi-body) analyses wordt gebruikt voor het ontwikkelen van geometrisch geoptimaliseerde lichtgewicht constructies onder statische en dynamische belasting. In dit project is het gebruikt voor de lay-out van hoogbelaste kunststofonderdelen van het verstelsysteem. Voor spuitgietsimulaties is gebruik gemaakt van Moldflow van Autodesk. Met behulp van HyperView – ook deel van de software-suite – zijn automatisch de rapporten met de uitkomsten van de simulaties gegenereerd. Zo kon de aandacht gericht blijven op ontwerpoptimalisatie en het evalueren van meer mogelijke oplossingen. De rapportages bevatten gedetailleerde managementinformatie over uitgevoerde kwaliteitscontroles, het krachten- en spanningsverloop in onderdelen en energieniveaus. Alternatieven kunnen hierdoor veel sneller met elkaar worden vergeleken.

Geen ‘trial & error’ meer “Wij zijn erg tevreden met zowel de eindresultaten als de gerealiseerde efficiency in dit project�, resumeert Van Aken. “Behalve het voldoen aan de nieuwe i-Size regelgeving hebben wij tevens een kosten-effectiever ontwerp voor onze klant bedacht. Zonder een simulatie-gebaseerd ontwerpproces is zo’n project tegenwoordig niet meer uitvoerbaar. Met Altair’s PBS Professional hebben wij tijdens dit project ook nog het gebruik van de benodigde hardware en software op ons High Performance Computing-cluster gemaximaliseerd. Het herontwerpen is onder andere mogelijk gemaakt door een aantal metalen onderdelen te vervangen door kunststof versies. Daarvoor zijn simulaties nodig om inzicht te krijgen in de benodigde wanddiktes en locaties van de steunribben. Zonder CAE-software kunnen engineers alleen maar op basis van ‘trial & error’ betere ontwerpen ontwikkelen en verbeteren, waarvoor aanzienlijk meer tijd en kosten nodig zijn.�


www.wots.nl



PLM in ‘the cloud’ was onderwerp van mijn vorige column. Deze keer richt ik de blik op een andere hype: IoT ofwel het Internet-of-Things. Tegenwoordig heb je voor een paar euro’s al een chip met internetverbinding. Als je zo’n chip inbouwt in een constructie en uitrust met sensoren die de toestand van die constructie meten, dan kun je het gedrag van elk exemplaar gedurende zijn hele leven via internet volgen. Als dit een gangbare praktijk wordt ontstaat een internet met aantallen gebruikers, vele ordes groter dan het aantal wereldburgers. Uit oogpunt van productverbetering en innovatie biedt dit uitdagende mogelijkheden. Als ontwerper kun je zien hoe je product werkelijk gebruikt wordt en hoe het zich daaronder gedraagt. Niet alleen kan de ontwerper die gegevens gebruiken om het ontwerp van volgende generaties beter af te stemmen op het werkelijke gebruik, ook kan de service afdeling slijtage volgen en het optimale moment voor preventief onderhoud plannen. Nog uitdagender wordt het als je je realiseert dat je product niet alleen met zijn producent, maar ook met de omgeving van zijn gebruiker kunt communiceren. En daarmee kun je maken dat je product anticipeert op komende behoeften van de gebruiker. Tot zo ver redenen genoeg om voortvarend internetcomputertjes in je product in te gaan bouwen. Er zijn echter ook wel een paar dingen om je zorgen over te maken. Het is niet zo moeilijk alle door operationele producten geproduceerde gegevens bij een eigen computersysteem te laten binnenkomen. IoT-leveranciers bieden al volop software aan die dat voor je regelt. Probleem is wel om de snel groeiende database toegankelijk te houden. Om iets met slijtagegegevens te kunnen doen moet je die kunnen koppelen aan een serienummer, aan een as-built BOM en aan de juiste versie van het digitale productmodel. Die staan als het goed is in het PLM-systeem. Gegevens over de klant staan echter in het ERP-systeem. Maar wacht even, de as-build gegevens zijn in eerste instantie aangemaakt in het ERP-systeem. Zijn ze ooit overgebracht naar, of zelfs maar gekoppeld aan het PLM-systeem? Heeft het ERP-systeem ze bewaard? Want qua productie is zo’n systeem vooral gericht op de toekomst. In het verleden is alleen de financiĂŤle administratie geĂŻnteresseerd en die houden weer niet van BOM´s. Meegaan in de IoT-hype betekent dat je als bedrijf heel goed moet nadenken over welke veldgegevens je precies van welke producten wilt verzamelen en hoe je die gegevens gaat organiseren. Organiseren betekent: bepalen hoe je gebruiksgegevens gaat koppelen aan ontwerp-, productie- en onderhoudsgegevens, welke software je daarbij gaat gebruiken en wie je in de

organisatie verantwoordelijk gaat maken voor het beheer van die gegevens. Dat is een klus die qua complexiteit vergelijkbaar is met het invoeren van een PLM-systeem. Er is nog een serieus puntje van zorg: security en privacy. Al die ‘Things’ hangen aan het internet en zijn dus voor elke betere hacker te kraken. Vindt u het een goed idee dat uw concurrent het storingsgedrag van uw producten meeleest? Vast niet. Al die internet things moeten niet alleen een unieke naam, maar ook een voldoende sterk wachtwoord hebben. Er moet dus een beveilingsstrategie bedacht worden die maakt dat het de hacker meer kost om binnen te komen, dan er voordeel te halen is uit de gegevens. Denk daarbij niet alleen aan het voordeel dat een concurrent kan hebben bij het verbeteren van zijn product, maar ook aan de mogelijkheid dat een concurrent of journalist u kan beschadigen door storingsgedrag te publiceren dat u liever binnenskamers had gehouden. Privacyzorgen komen voort uit het feit dat u gegevens krijgt over wat er met het product gedaan wordt en daarmee ook over wat de gebruiker doet en laat. Daarvoor is toestemming van die gebruiker nodig en dat moet dus ook georganiseerd en geregistreerd worden. Dat kan knap lastig zijn, ook omdat elk land zijn eigen regels heeft op dit gebied. Sterker nog: overheden kunnen u gaan verplichten om bepaalde gegevens te registreren, te bewaren en op commando te rapporteren. Nog een factor die bijdraagt aan de complexiteit kan zijn dat u geen OEM, maar toeleverancier (1st, 2nd, ‌ tier) bent. U levert een internet thing, maar laat u het aan de klant over om gegevens te verzamelen of houdt u dat liever in eigen hand? Gaat de klant het goedvinden dat u meekijkt met wat er met zijn product gebeurt? Moet er iets afgesproken worden over hoe jullie gebruiksgegevens gaan delen en hoe dat in de prijs verwerkt wordt? Kortom, zoals met elke hype zullen we door de fasen van ‘dreams, nightmares and reality’ moeten willen gaan. We zitten nu in de droomfase maar krijgen al enig zicht op mogelijke nachtmerries. Er zullen zeker nog wat onvoorziene schrikmomenten komen. Begin vast met dromen, leer van de nachtmerries van anderen en bereid u voor op een veelbelovende realiteit.

! # " % & "# $ " $ " # % " $ ) & *( # #% $ $( #! # " " % $ $ $'


9 S L* 4 :

! ÂŽvv­ ÂˆĂ‹Ă‹Ă€ ĂˆÂŒ çòŽ ŒŽ ĂœÂłĂ€ÂˆÂŒÂŽ ˆvvĂ€³­ ÂŽÂœÂŒĂˆ v¨Ăˆòˆ œŽ ÂłĂ›ÂŒĂ€ĂœÂŒÂ—ÂœÂŽÂ— —ŒŽ³­ÂŒÂŽ v¨Ăƒ vÂŽÂˆÂŒĂ€ÂŒ ³½ĂˆÂœÂŒĂƒ Â‚ÂŒĂƒÂƒÂšÂœ§Â‚vvĂ€ çòŽĆ› SÂŒĂ€ÂŒÂƒÂšĂˆƢ OI * 2 3 L O

" " !

Op uitnodiging van Holland Hydraulics bezocht de redactie SSH Stainless in Svendborg (Denemarken) om zich te laten informeren over markt en techniek. SSH telt vijftien medewerkers, die onder leiding staan van de broers Torben Madsen (verkoop, administratie) en Jens Madsen (techniek, productie). Roestvast stalen hydraulische cilinders zijn goed voor ongeveer 70% van de omzet. De overige

30% van de omzet wordt gerealiseerd met kleppen en hand- en voetpompen. De laatste categorie groeit overigens het snelst. Torben Madsen: “Corrosievastheid en reinigbaarheid zijn de belangrijkste redenen om voor roestvast staal te kiezen. 60-65% van onze producten gaat naar de voedingsmiddelenindustrie, waar hygiĂŤne zeer belangrijk is. Onderdelen moeten snel te reinigen en af te spoelen zijn en

daar worden agressieve reinigingsmiddelen bij gebruikt. De hygiÍnische eisen worden alleen maar strenger; daar wil men absoluut niet hebben dat zich vuil en bacteriÍn op oppervlakken van machineonderdelen hechten.� Van luxe jacht tot goudmijn Maar roestvast stalen componenten worden in meer toepassingen gebruikt.


Meestal heeft het met water te maken, of het nu om luxe jachten gaat of om professionele kranen, onderzeeboten of onderwateraggregaten. Ook in de nucleaire industrie worden roestvast stalen cilinders gebruikt, met water als medium. Zuiver water accumuleert in vergelijking met olie veel minder radioactiviteit. Daardoor kunnen de pompstations buiten de gevaarlijke zones worden opgesteld. Een andere speciale toepassing is de goudmijnbouw in Zuid-Afrika. De boormachines staan 5 km diep en 10 km in lengterichting van de mijningang opgesteld. Daar gebruikt men pneumatische boren, maar de compressoren staan buiten de mijn opgesteld, met als gevolg 90% drukverlies. De oplossing werd gezocht in waterhydrauliek, waarbij een aggregaat op locatie de vereiste druk opwekt. Dit levert een enorme energiebesparing op. Voor deze applicatie heeft SSH een hybride cilinder (een lichtmetalen deel met een roestvast stalen behuizing) ontwikkeld. Kosten Roestvast stalen componenten hebben de naam (veel) duurder te zijn dan stalen of aluminium componenten. Daar is Torben Madsen het maar ten dele mee eens. “Bij kleine cilinders vormen de materiaalkosten een relatief klein deel van de totale kosten. Het prijsverschil met standaardcilinders van een goede industriĂŤle kwaliteit is hier niet zo groot. Bij grote cilinders gaat de materiaalprijs steeds meer meewegen en dat is in ons nadeel. Hoe kleiner de slag, des te beter voor ons. Bij grotere slaglengten kunnen wij prijstechnisch vaak niet mee. Met name de cilindermantel gaat dan duur uitvallen.â€? Maar de tijdgeest werkt in het voordeel van de Deense onderneming. In de voedingsmiddelenindustrie en ook elders worden de eisen steeds strenger, bijvoorbeeld in de jachtenbouw en de maritieme industrie. Dit is in het voordeel van toepassing van roestvast staal. Langzaam went de markt er aan dat de aanschaf weliswaar wat duurder is, maar dat het prijsverschil op een totaal project vaak gering is en dat de levensduur van

roestvast stalen componenten vaak veel langer is. Materialen Er is roestvast staal en roestvast staal. Kwaliteiten die heel geschikt zijn voor de voedingsmiddelenindustrie, zijn vaak niet geschikt voor bijvoorbeeld de offshore, en vice versa. Torben: “Het hoofdmateriaal is AISI 304 dat vooral in de voedingsmiddelen wordt gebruikt. Maar wij kunnen al onze producten ook in AISI 316 leveren en dat gaat vooral naar de offshore. Voor zuigerstangen gebruiken we ook regelmatig Duplex, ofwel AISI 329.� Cilindermantel en zuigerstang hoeven niet van hetzelfde materiaal te zijn gemaakt. Voor cilinders met een mantel uit AISI 316 gebruikt SSH meestal een zuigerstang uit AISI 329. Het is namelijk moeilijk om AISI 316 te voorzien van een hardchroom coating; deze twee materialen gaan niet goed samen. AISI 329 is zuurbestendiger, gemakkelijker te bewerken en stijver dan AISI 316. Voor de afdichtingen wordt in het algemeen voor dezelfde polymere materialen gekozen als bij stalen cilinders. Soms worden metallische afstrijkers gebruikt, bijvoorbeeld voor apparatuur aan dek op schepen waar ijsvorming kan optreden. Roestvast stalen componenten zijn ge-

schikt voor de meeste hydraulische vloeistoffen. Er zijn echter enkele vloeistoffen die de componenten kunnen corroderen. Zolang de gebruikte metalen en afdichtingen tegen deze vloeistoffen bestand zijn, is elke hydrauliekolie of vloeistof op waterbasis te gebruiken. Net als bij stalen componenten zijn er ook grenzen aan de viscositeiten. Constructie Als een cilinder uit roestvast staal wordt toegepast, moet daarbij rekening worden gehouden bij de materiaalkeuzen voor de overige componenten in het hydraulisch systeem, bijvoorbeeld kleppen, leidingen, koppelingen, pompen. SSH adviseert zijn klanten koppelingen met ‘incorporated seals’ met Viton. De gangbare pompen uit de hydrauliek zijn niet in roestvast staal leverbaar. SSH en Holland Hydraulics adviseren hun klanten de aggregaten, waar mogelijk, in een afzonderlijke geconditioneerde ruimte te plaatsen of, indien dat niet mogelijk is, de pompen te vernikkelen. Jens Madsen: “Wij leveren afzonderlijke componenten; wij hebben niet in de hand met welke componenten de klant onze producten samenbouwt. Ik krijg maar zelden een vraag naar een roestvast stalen pomp, anders dan een hand- of voetpomp. Wij

' ( &

ŒŽ SÂłĂ€Â‚ÂŒÂŽ 9vÂˆĂƒÂŒÂŽĆ› (ÂŒĂˆ ­³ÂŒÂˆÂŒĂ€Â‚ÂŒÂˆĂ€ò – Â‚ÂłĂ‹ĂœÂˆÂŒ ³³Ă€Ăƒ½Ă€³Ž§ÂŒ¨ò § šâÂˆĂ€vĂ‹¨ÂœĂƒÂƒÂšÂŒ ¨ÂœÂŒĂ€ÂŒÂŽ Ă›³³Ă€ ˆŒ Ă›ÂœĂƒĂƒÂŒĂ€ò ­vvĂ€ ³ŽĂˆĂœÂœ§§ÂŒ¨ÂˆÂŒ ÂšÂŒĂˆ v¨Â—ÂŒ­ÂŒÂŒÂŽĆ› ÂŒ ­vĂ€§Ăˆ Ă›ÂŒĂ€vÂŽÂˆÂŒĂ€ÂˆÂŒ ˆ³³Ă€ ˆŒ §³­ĂƒĂˆ Ă›vÂŽ –vÂ‚Ă€ÂœÂŒ§ĂƒĂƒÂƒÂšÂŒ½ÂŒÂŽĆœ ĂœvvÀÛ³³Ă€ % ) % & !$#" & % & ŒŽ vÂŽÂˆÂŒĂ€ÂŒ ƒ³­½³ŽÂŒÂŽĂˆÂŒÂŽ ‚ò Ć› kÂŒĂƒ ÂŚvvĂ€ —Œ¨ÂŒÂˆÂŒÂŽ ÂŽv­ÂŒÂŽ SÂłĂ€Â‚ÂŒÂŽ ŒŽ 2ÂŒÂŽĂƒ 9vÂˆĂƒÂŒÂŽ ˆŒ ¨ÂŒÂœÂˆÂœÂŽÂ— Ă›vÂŽ ÂšÂŒĂˆ Â‚ÂŒÂˆĂ€ò – ÂłĂ›ÂŒĂ€Ć› OÂœÂŽÂˆĂƒ ĂˆĂœÂŒÂŒ ÂŚvvĂ€ ÂœĂƒ ÂšÂŒĂˆ Â‚ÂŒÂˆĂ€ò – Â—ÂŒĂ›ÂŒĂƒĂˆÂœÂ—Âˆ œŽ ŒŒŽ ÂŽÂœÂŒĂ‹Ăœ ½vŽˆ %


! # $" ơ ÂŒ §¨vÂŽĂˆÂŒÂŽ Ă›ÂœÂŽÂˆÂŒÂŽ ³ŽĂƒ Ă›³³Ă€ÂˆvĂˆ Ăœò ˆŒ §¨vÂŽĂˆÂŒÂŽ šŒ‚‚ŒŽ % # $

! !

verkopen ook verbindingselementen, maar dan zijn het roestvast stalen koppelingen of kunststof slangen.� Speciale aandacht is nodig als machinebouwers roestvast stalen componenten met andere materialen willen combineren. Als ze andere componenten aan roestvast stalen producten vastlassen, compromitteren ze de roestvastheid van het materiaal. Dan moet de verbinding worden geneutraliseerd, gebeitst en gepolijst. SSH adviseert zijn klanten niet te lassen. Jens Madsen: “Je krijgt verschillen in warmte-opname (dus uitzetting en krimp) en daarmee spanningen in het materiaal. De warmtezone is minder roestvast dan de rest van de cilinders. Ook levert het verkleuring van het oppervlak op. Wij monteren daarom geen lasnippels op onze cilinders. Daarnaast is het polijsten van het roestvast staal, na het lassen, een lastig en tijdrovend karwei.� In tegenstelling tot staal heeft roestvast staal een dun oxidelaagje aan het oppervlak dat het onderliggende materiaal beschermt tegen omgevingsinvloeden. Er zijn klanten die hun constructies door middel van glasstralen schoonmaken, maar glasstralen vernietigt het oxidelaagje. Jens Madsen: “Glasstralen geeft een sterke vermindering van de roestvastheid van roestvast staal. Polijsten of glasstralen is een zuiver cosmetische behandeling; als je

een cilinder of klep optimaal wilt toepassen, moet je dat niet doen.� Bedrijf en onderhoud Gewoonlijk gaan systemen met roestvast stalen componenten niet hoger dan 200 bar. Dit wordt beperkt door de wanddikte van de roestvast stalen buizen die SSH kan inkopen. Er zijn wel cilinders voor werkdrukken tot 350 bar gemaakt. Daarbij moet het bedrijf zelf uitboren uit blokmateriaal en daarmee is de lengte begrensd. Voor onderhoud aan hydraulische componenten uit roestvast staal geldt hetzelfde als bij standaard stalen cilinders: schoonhouden, reinigen en afdichtingen controleren. Schoonmaken moet met zout- en nitraatvrije middelen gebeuren. Als de juiste hydraulische vloeistoffen en de juiste afdichtingen worden gebruikt, gaan de kleppen en cilinders langer mee dan de machine waarin ze worden toegepast. Gemiddeld gaan afdichtingen ongeveer 40 km aan slaglengte mee, maar dit is uiteraard afhankelijk van bedrijfscondities en gemiddelde slaglengte. Markt SSH is een kleine onderneming die opereert in een nichemarkt, al is dat geografisch gezien de hele wereld. Vorig jaar heeft het bedrijf aan 230 afnemers in 35 landen geleverd. De Scandinavi

sche landen en Duitsland worden direct vanuit Svendborg bediend. Slechts in Noorwegen, Nederland en Frankrijk zijn distributeurs aangesteld en bij die ondernemingen is het programma van SSH ĂŠĂŠn van de productlijnen. Holland Hydraulics in Hengelo (Ov.) is de distributeur in Nederland, en dit bedrijf heeft meerdere kleinere afnemers. Voor de communicatie steunt het bedrijf sterk op internet. “De klanten vinden ons voordat wij de klanten hebben gevondenâ€?, onderstreept Torben Madsen het belang van goede vindbaarheid op internet. “Wij brengen op elk product langs elektrolytische weg ons logo en ons webadres aan. Onze export begon toen Deense machinebouwers hun producten aan het buitenland verkochten. PotentiĂŤle gebruikers zagen onze producten daar op zitten en gingen naar ons op zoek. Wij krijgen bijna wekelijks een mail met een product met ons logo en het verzoek om informatie. Behalve via internet komen klanten via mond-tot-mond reclame bij ons terecht.â€? Leveringsprogramma Standaard gaan de manteldiameters van de roestvast stalen cilinders van SSH van 25 mm tot 100 mm, de zuigerstangdiameters van 12 mm tot 70 mm. Grotere en kleinere diameters zijn op aanvraag leverbaar. Afhankelijk van de diameter zijn slaglengten tot maximaal 2 Ă 3 m mogelijk. Op aanvraag is een grotere slaglengte wel mogelijk. Het probleem met grotere slaglengten is de levertijd van de zuigerstangen en (vooral) de buizen voor de cilindermantel.


In mijn vorige column sprak ik over de puzzel van de risicoanalyse. Omdat de puzzel niet zomaar een puzzel van 32 stukjes is (eerder 5000) die je in een uurtje legt, ga ik daar nu dieper op in. Wat een risicoanalyse kan maken, of breken, zijn de grenzen. De meeste mensen starten een puzzel met het zoeken naar de randen en het in eerste instantie aan elkaar puzzelen van de buitenrand. Bij het opzetten van een goede risicoanalyse is het niet anders. De start is het verzamelen van de informatie voor de randen, de grenzen. Het is belangrijk om het kader vast te stellen waarbinnen de risico’s beheerst (en daarmee gezocht) moeten worden. Een goede afbakening zorgt voor een duidelijke scope en zorgt voor een heldere discussie met de betrokken partijen. Veelal blijkt het lastig in risicosessies met meerdere personen (vanuit verschillende disciplines) binnen de scope te blijven. Hoe beter omschreven, hoe minder discussie. Voor het vaststellen van de grenzen is het aan te raden met meerdere specialisten samen te werken. Wel een valkuil waarvoor je moet waken is, dat door te veel meningen de grenzen uiteindelijk niet duidelijk liggen. Zorg ervoor dat ĂŠĂŠn iemand de uiteindelijke beslissing neemt. De grenzen bestaan, zoals te lezen is in de ISO 12100 (5.3), uit de volgende onderdelen: 1. Gebruiksgrenzen De gebruiksgrenzen omschrijven het gebruik waarvoor het product is bedoeld, maar ook het mogelijk verkeerde gebruik. Let op alle levenscycli, niet alleen het standaard gebruik, maar ook reinigen, instellen, onderhoud. Tevens installeren en afdanken.Tip: leg de focus op met name het dagelijks gebruik. Als het installeren erg specifiek is, richt dit later in met experts (denk aan het ongeval met de vallende val tijdens het inhijsen van de Julianabrug in augustus 2015). Onderschat dit niet. Wat hierin ook wordt meegenomen is de opleiding van de bediener en de onderhoudstechnici. Ook mogelijke interactie met derden vormt onderdeel van dit deel. Denk hierbij aan voorbijgangers, bekwaam maar zeker ook onbekwaam. Een onbekwaam persoon zou bij wijze van spreken zomaar iets kunnen pakken omdat het toevallig misgaat met alle gevolgen van dien. 2. Ruimtelijke grenzen Fysiek gezien, waar stopt het product en wat valt eronder. Welke ruimte is er ´noodzakelijk´. Waar vindt de interactie plaats met het product, maar net zo belangrijk zijn de energievoorzieningen: elektra, maar mogelijk ook pneumatiek en hydrauliek. 3. Tijdgrenzen De technische levensduur (het kan soms ook handig zijn om economische levensduur mee te nemen) evenals het onderhoud dat noodzakelijk is van de machine in bijvoorbeeld termijnen. 4. Andere grenzen Dit is een vrij open stuk, bijvoorbeeld eigenschappen van het materiaal dat wordt bewerkt. Eigenschappen waaraan het product moet kunnen blootstaan, zoals zonlicht, temperatuur, schoonmaakstoffen. Een viertal onderdelen bestrijken de grenzen. Begin bij het begin en maak je niet druk als er een onderdeel niet direct helemaal duidelijk is. Het opstellen heeft net als een puzzel tijd nodig en kan soms na een nachtje slapen ineens op zijn plek vallen.


9 (*: ?V`

(ÂŒĂˆ ³ŽĂˆĂœÂŒĂ€½ÂŒÂŽ Ă›vÂŽ ­vÂƒÂšÂœÂŽÂŒĂƒ ÂœĂƒ ŒŒŽ ƒ³­½¨ÂŒĂĄ ½Ă€ÂłÂƒÂŒĂƒĆ› (ÂœÂŒĂ€Â‚ò ÂœĂƒ # "$ !$ !$ ÂŽÂłÂˆÂœÂ—Ćœ ­vvĂ€ ³³§ ŒŒŽ Â—ÂłÂŒÂˆ ³³Â— Ă›³³Ă€ ˆŒ ĂˆÂŒÂƒÂšŽ³¨³Â—œŒ‘Ž ˆœŒ ĂˆÂłÂŒÂ—ÂŒ½vĂƒĂˆ ĂœÂłĂ€ÂˆÂŒÂŽ œŽ vÂŽÂˆÂŒĂ€ÂŒ ĂƒÂŒÂƒĂˆÂłĂ€ÂŒÂŽĆ› `vÂŽĂˆ ƲˆœŒ çò ÂŽ Ă›vv§ šŒŒ¨ Â—ÂłÂŒÂˆ ĂˆÂłÂŒ½vĂƒÂ‚vvĂ€ Â‚Ă‹ÂœĂˆÂŒÂŽ ˆŒ ĂƒÂŒÂƒĂˆÂłĂ€ ĂœvvĂ€ÂœÂŽ çò šËŽ ³³Ă€Ăƒ½Ă€³ŽÂ— Ă›ÂœÂŽÂˆÂŒÂŽĆ› Het in Tuitjenhorn gevestigde ZTI Smart Machines levert een uitgebreid assortiment – de naam zegt het al – ‘smart machines’. Het bedrijf ontwikkelt machines voor de automatisering en mechanisering van de verwerking van uiterst delicate producten zoals groente, fruit en sierbloemen. ZTI heeft nationale en internationale faam verworven met machines voor de fruitverwerkende industrie: van een ‘Mango Peeler-de-Cheeker’-machine voor de Mexicaanse markt tot een ‘Citrus Kiwi Peeler’ voor Qatar. De machines maken handmatig repetitief werk lichter, veiliger en efficiĂŤnter.

ˆŒ §³§ÂŒĂ€ÂˆĂ€³³Â—¨ò ÂŽ Ă›³³Ă€ ÂłĂ€ÂŒÂŽĂƒÂł §vÂŽ ÂŒĂĄvÂƒĂˆ ĂœÂłĂ€ÂˆÂŒÂŽ vÂ–Â—ÂŒĆ° ĂƒĂˆÂŒ­Âˆ ³½ ˆŒ ĂˆÂŒ Ă›ÂŒĂ€ĂœÂŒĂ€§ÂŒÂŽ §³§ÂŒĂ€ĂƒĆ›

‘Blurring’ Maar het bedrijf wordt ook steeds vaker benaderd om mee te denken bij complexe vraagstukken voor andere sectoren zoals de automotive, de gezondheidszorg en de industrie. Hans Keijzer, directeur bij ZTI: “Er vindt ‘blurring’ plaats tussen de verschillende sectoren. Technieken uit de robotica en vision vormen bijvoorbeeld een logische aanvulling op onze smart machines voor de verwerking of handling van verpakkingen. Nu zien we nog vaak dat producten handmatig in een machine worden geplaatst of worden verpakt. Dat vraagt om veel mankracht en repetitieve handelingen, maar in combinatie met visiontechniek kan een robot dit werk overnemen.� Tillift Een voorbeeld van blurring is het testinstrument dat ZTI ontwikkelde voor de tillift van ArjoHuntleigh, leverancier van zorgoplossingen voor mensen met een verminderde mobiliteit. Het bedrijf behoort wereldwijd tot de grootste leveranciers van diverse soorten tilliften. Onder hun klanten bevinden zich grote ziekenhuizen, maar ook kleine verpleeghuizen en thuiszorgorganisaties. Keijzer: “Arjo Huntleigh heeft een uitgebreide testprocedure voor de tilliften ontwikkeld, maar liep er tegenaan dat ze de belasting van de tillift alleen kon onderwerpen aan een statische test: de lift werd in stilstaande positie belast met een ‘flightcase’ gevuld met een massa tot een maximum van 350 kilogram.� ZTI heeft toen een ambulant testinstrument ontwikkeld in de vorm van een actuator die tilgewicht kan simuleren terwijl de tillift in beweging is. Door de Ambulante Tilhulp Tester (ATT) aan te sluiten op een laptop kan ArjoHuntleigh de gegevens invoeren over het type lift waar het om gaat en wat de maximale belasting zou moeten zijn. Na het testen stelt het computerprogramma een testrapport op en kan de tilhulp waar nodig worden aangepast. De ATT kan heel eenvoudig vervoerd worden met een trolly –iets dat met een flightcase van 250 kg minder goed lukt– en alle dertig servicebussen van ArjoHuntleigh zijn inmiddels uitgerust met het instrument.


“De technologie voor de ATT is een mooi voorbeeld van blurring omdat we kennis die oorspronkelijk uit de automotive-industrie komt toepassen om een slimme oplossing voor de zorgsector te ontwikkelenâ€?, vertelt Keijzer. Maar er zijn meer voorbeelden: zo kijkt ZTI voor machines die te maken krijgen met extreme omgevingstemperaturen naar bestaande technologieĂŤn uit de luchtvaart en voor machines in natte omgevingen naar technieken uit bijvoorbeeld de maritieme sector. Ontwerpen en ontwikkelen ZTI richt zich voornamelijk op het ontwerpen en ontwikkelen van machines en werkt voor de benodigde onderdelen nauw samen met externe leveranciers. Ook samenwerking met andere machineleveranciers schuwt het bedrijf niet. Zo vervaardigde ZTI onlangs voor opdrachtgever Bercomex die bloemverwerkingslijnen ontwerpt en maakt, zes ‘Super Sealers’ die bossen bloemen voorzien van foliewikkels. “Om ervoor te zorgen dat alle technieken uit de verschillende sectoren en alle onderdelen van onze leveranciers perfect op elkaar afgestemd zijn, maken we een uitgebreide 3D-simulatie in CAD-software. Daarmee kunnen we heel precies nagaan of de machine aan alle behoefte van de klant tegemoet komt

! "

ÂŒĂ­ÂƒÂœÂ‘ÂŽĂˆÂŒĂ€Ć›

ĂˆÂœ¨ÂšĂ‹¨½ĂˆÂŒĂƒĂˆÂŒĂ€Ć›

en of we nog knelpunten kunnen verwachten. Maar ook welke onderdelen we nodig hebben voor de bouw van de machine en welke leveranciers we moeten gaan benaderenâ€?, vertelt Keijzer. Puzzelstukjes Vervolgens ontwikkelt ZTI ten minste ĂŠĂŠn of meer proefconcepten. Sluiten alle onderdelen naadloos op elkaar aan? Zijn er geen risico’s op vastlopen of schade? Dat zijn allemaal vragen waar ZTI graag een antwoord op heeft voor het productieproces begint. Keijzer: “De uitdaging bij blurring is dat je meer kennis dan ooit in huis moet hebben om een machine te kunnen ontwerpen. Bij ZTI zijn we daar inmiddels aan gewend, maar we hebben wel ervaren dat het van essentieel belang is dat we op onze leveranciers kunnen rekenen. Alle technieken en onderdelen moeten als puzzelstukjes perfect in elkaar passen en het succes van onze ontwerpen valt of staat met eerlijk advies van onze leveranciers over de kwaliteit en de haalbaarheid van onze plannen.â€? Kokerdrooglijn Een voorbeeld van zo’n vertrouwensband tussen ZTI en zijn leveranciers is de samenwerking die het bedrijf heeft met Rollon, leverancier van lineaire assen


en geleidingen. Keijzer: “Toen we voor Corenso de kokerdrooglijn ontwikkelden, een machine voor de productie van kokers voor bijvoorbeeld het oprollen van huishoudfolie, liepen we tegen nogal wat ontwerpuitdagingen aan, waarbij we het advies van Rollon goed konden gebruiken. De leverancier dacht echt met ons mee over hoe we dit systeem konden realiseren en welke geleiding het beste zou aansluiten op de omgevingsomstandigheden.� Corenso – fabrikant van papieren en kartonnen producten – wikkelt de kokers uit stroken papier die met vloeibare lijm aan elkaar worden gezet. Het vocht dat in de lijm zit, trekt in het papier. Er mag maximaal 9% restvocht achterblijven in de koker, voordat de klanten van Corenso de kokers verder kunnen verwerken. Dit betekent dat het papier eerst moet drogen voordat de kokers in dozen kunnen worden verpakt voor verzending naar de klant. Voorheen werden de kokers daarom gestapeld op pallets, die in een droogruimte werden gezet. Daar moesten de kokers 36 uur blijven voor ze voldoende droog waren voor verzending. Echt slim Corenso vroeg aan ZTI of het bedrijf een machine kon ontwikkelen die de kokers kan tellen, stapelen, drogen en verpakken in dozen. Het betreft een echte smart machine, waarbij gegevens zoals de diameter van de kokers, het stapelpatroon en de kokerlengte afzonderlijk kunnen worden ingevoerd in het systeem, zodat de machine zijn werkwijze exact kan afstemmen op de te verwerken kokers. ZTI ontwikkelde een machine waarin een blower zit die behandelde lucht met een laag vochtgehalte door de stapels met kokers blaast. De kokers kunnen vrijwel direct daarna worden ingepakt voor verzending. Corenso hoeft daardoor geen enorme hoeveelheden kokers meer te verplaatsen naar een droogruimte. Bovendien levert de machine het bedrijf een tijdwinst van 36 uur op, omdat de kokers niet meer in de droogruimte hoeven te verblijven. Ontwerpuitdagingen Een van de uitdagingen tijdens het ontwerpen van de kokerdrooglijn was het valgedrag van de koker. De koker landt steeds in een andere positie op de lopende band. Het is niet de bedoeling de machine stil te leggen, om de kokers handmatig in de juiste positie te leggen, zodat ze kunnen worden gestapeld. ZTI heeft daarom een module toegevoegd die alle kokers keurig recht naast elkaar legt, voor ze bij de module komen die de kokers stapelt. Een andere uitdaging was dat in een omgeving waar papier wordt verwerkt veel stof vrijkomt. Keijzer: “De machineonderdelen, zoals de geleidingen, moeten daar wel tegen bestand zijn. We zouden niet willen dat de systemen niet meer kunnen bewegen doordat de geleidingen verstopt raken met vuil. Rollon advi-

" " !

ŒŒŽ ĂˆòÂˆĂƒĂœÂœÂŽĂˆĂƒĂˆ ³½ !

seerde ons een onderhoudsvriendelijke Compactrail toe te passen met een U-profiel. Deze open rail kan eenvoudig worden schoongemaakt en de wielen van de loopwagens zijn stofvrij afgedicht en levenslang gesmeerd, waardoor ze ideaal zijn voor machines in een stoffige omgeving.� Leren en toepassen De ontwikkelingen in de machinebouw volgen elkaar in hoog tempo op. Keijzer: “Blurring stelt verschillende sectoren in staat van elkaars kennis en ervaring te leren en deze waar mogelijk toe te passen in de eigen sector. Door de nauwe samenwerking met onze partners, kunnen we bij ZTI het ontwerpen van machines naar een hoger niveau tillen en machines ontwikkelen die werkelijk ‘smart’ zijn.� Rollon adviseerde ZTI niet alleen over het meest geschikte type geleiding, maar dacht bijvoorbeeld ook mee over besparingsmogelijkheden mocht het bedrijf in de toekomst meer van deze machines willen ontwikkelen. De leverancier hielp ZTI met het afstellen van de geleidingen en is altijd beschikbaar voor Corenso, mocht het bedrijf vragen hebben over het onderhoud of nieuwe onderdelen willen bijbestellen.


Veiligheidstechniek voor de Machinebouw

w w w . e u c h n e r. n l

CTP-Extended

NIEUW

Veiligheidsschakelaar met transpondercodering Manipulatieveilig Geïntegreerde bedienelementen Vergrendelingskracht 2600N met breukdetectie Optionele escape release PLe volgens EN-ISO13849-1 Hoogste coderingsniveau volgens EN-ISO14119

EUCHNER (BENELUX) BV

I

P O S T B U S 11 9

I

N L- 3 3 5 0 A C P A P E N D R E C H T

I

+31 ( 0 )78 615 47 6 6

I

INFO@EUCHNER.NL

Stay on track! Güdel TMF – De industriële standaard voor alle merken en typen robots

Güdel AG Echelpoelweg 1b 7595 KA Weerselo Netherlands

Phone +31 541 66 22 50 Fax +31 541 66 18 74 info@nl.gudel.com

www.gudel.com


!# ! " % $# # #& ! % " ! ÂŒ¨ÂŒ§ĂˆĂ€ÂœĂƒÂƒÂšÂŒ 糎ĂœÂŒĂ€ÂœÂŽÂ— Â‚ÂŒĂƒÂƒÂšĂ€òÂ–ĂˆĆœ ÂœĂƒ ÂšÂŒĂˆ ÂŽĂ‹ Ăˆòˆ ³­ ˆŒ ÂˆĂ€ÂœÂŒ ĂƒĂˆĂ‹§¨òĂƒĂˆÂŒÂŽ ­ÂŒĂˆ ÂŒ¨§vvĂ€ ĂˆÂŒ Ă›ÂŒĂ€Â—ÂŒ¨ò§ÂŒÂŽ0 # # ! & ! # !0 # ¨vvĂˆĂƒĂˆÂŒ ³ŽĂˆĂœÂŒĂ€½ ­ÂŒÂŒĂ€ ˆvÂŽ ÂšÂŒĂˆ ÂŒÂŒĂ€ĂƒĂˆÂŒĆ›

Wat zien onze verbaasde ogen als we de drie ontwerpen in onze handen nemen (afbeelding 1)? Het eerste ontwerp is zwaar, bestaat uit pontificale metalen onderdelen, mooie gietstukjes, tandwielen, spillen en beugels en moertjes en een elektrische aansluiting via soldeerlippen. Als je aan de achtkanten huls draait gaat een moer naar beneden en de andere omhoog. Beneden aangekomen drukt de onderste moer een schakelstift naar beneden en ontlast de microswitch aan de bovenkant, die zich steeds in de ‘aan’stand bevond. Het product oogt veertig jaar oud. Maar op de koffie bij Marco de Waal van Rolluikdirect, blijkt het uit 1995 te stammen en als betrouwbaar te boek te staan.

kelaar in, maar de motor gaat uit. Het derde ontwerp stamt uit 2010, bevat een printplaat met microcontroller en bestaat uit een zwarte bonk plastic en een gesloten wit kunststof trommeltje. Een zwart voedingsblokje past alleen dankzij gaten in het deksel. Een connector aan de motorzijde, het ziet er ‘af’ uit. Als je aan de huls draait, zie je een bruin wieltje snel ronddraaien. Verder is er geen teken van leven. Wat meer objectieve gegevens zijn terug te vinden in tabel 1. De elektronische variant is zwaarder dan het kunststof ontwerp van 240 gram. Daarvan gaat 106 gram naar de elektronica, en daarvan zit dan weer 70 gram in het zwarte blokje. Deze gegevens zijn dan wel concreet, maar veel wijzer worden we er niet van.

Het tweede ontwerp dateert van tien jaar later, is licht van gewicht en opgebouwd uit kunststof componentjes in vrolijke Lego-kleuren. De huls laat zich makkelijk draaien en hier duwt de moer via een rood plunjertje bij de opgaande beweging met een nauwelijks hoorbare ‘tik’ de scha-

De drie stuklijsten Laten we de stuklijsten eens vergelijken. In de eerste rij van tabel 2 staat het totale aantal onderdelen. Het is misschien betekenisvoller om in de tweede rij te kijken naar het aantal verschillende onderdelen. Het ‘aantal codenummers’ zegt immers

( 0 0

& # 2 !3

,*/

(*.

)*/

4ÂŒÂŽÂ—ĂˆÂŒ ĆŞÂƒ­ƍ

(.

()

)*

Ă‹ÂœĂƒưƨ§³½ÂˆÂœv­ÂŒĂˆÂŒĂ€ ƪ­­ƍ

+-1.'

+-1-'

+-1-,

iets over de hoeveelheid tekeningen en de nodige ontwikkel- en inkoop-inspanning die het ontwerp van het bedrijf vraagt: • Het oer-ontwerp – besproken in Constructeur 8/9 van vorig jaar – telt in totaal 63 onderdelen, en 38 codenummers. Vooral schroefjes en ringetjes worden meerdere keren gebruikt. Het ontwerp bevat zeven bevestigingsartikelen, plus nog drie ringetjes waarvan we slechts hopen dat ze als genormaliseerd onderdeel verkrijgbaar zijn. • Het kunststof ontwerp uit Constructeur 10 van vorig jaar bevat twintig codenummers. Bij deze twintig zijn de twee schroeven en een O-ring standaard componenten. De microswitch karakteriseren we als ‘ingekocht functie-element’. Alle andere onderdelen zijn specifiek voor het ontwerp en stammen voor het grootste deel uit een stans- of spuitgietgereedschap. • Als we de geassembleerde printplaat als ĂŠĂŠn ingekocht maar specifiek functie-element beschouwen, dan bevat het derde ontwerp, dat in de vorige editie van Constructeur is besproken, in totaal 16 onderdelen. Opmerkelijk aan het derde ontwerp is dat geen enkel onderdeel meer dan ĂŠĂŠn keer wordt gebruikt. We concluderen dat het aantal standaard componenten in de loop van de evolutie kleiner is geworden. En dat terwijl constructeurs altijd wordt voorgehouden om ‘zo veel mogelijk standaard componenten’


werkingen in de productie, zoals we in het volgende en laatste deel zullen zien. &/ ! ! # " " !"/

' / /

# # !

+(

'-

&+

$ !"

(-

'%

&+

Ć° Ăƒ½ÂŒÂƒÂœĂŻÂŒ§ Ă›³³Ă€ ÂˆÂœĂˆ ³ŽĂˆĂœÂŒĂ€½

',

&+

&*

# !

'-

)

+

$ "#"# !

.

&*

-

# $ # 2 #

&

&

& 0" 1

# ! #

&%

(

&

Ć° ĂœvvÀÛvÂŽ Â‚ÂŒĂ›ÂŒĂƒĂˆÂœÂ—ÂœÂŽÂ—ĂƒvĂ€ĂˆÂœ§ÂŒ¨ÂŒÂŽ

,

'

&

# ! "

.

&)

&)

te gebruiken. In deze evolutie lijkt de richtlijn ingehaald en overtroffen door het adagium ‘gebruik zo weinig mogelijk bevestigingsartikelen’. Minder standaard Je kunt het ook anders uitdrukken: het aantal onderdelen dat specifiek gefabriceerd is voor de drie ontwerpen stijgt in de loop van de evolutie. Op twee schroeven na zijn alle onderdelen van het elektrische ontwerp specifiek ontworpen en gemaakt voor dit ontwerp. Hoe is de daling in standaard

componenten te verklaren? Soms zijn de functies die de standaard componenten in de oude ontwerpen vervulden constructief overbodig gemaakt. Zo worden tandwielen axiaal opgesloten tussen twee behuizingsdelen, waardoor er geen seegerring meer nodig is. Vaak worden de functies van de standaard componenten nu vervuld door (verende) elementen die geĂŻntegreerd zijn in kunststof onderdelen (klikhaakje). En soms wordt een bevestigingsfunctie gerealiseerd door een bewerking tijdens de assemblage, zoals insmelten. Daarmee stijgt het aantal be

Onderdelenreductie als doel Het reduceren van het aantal onderdelen is een goede weg naar kostenreductie, zowel in materiaalkosten als in overhead. Onderdelen die er niet zijn hoef je niet te monteren, niet in te kopen, niet op voorraad te leggen, niet te onderhouden en niet te administreren, enzovoort. Wel moet je langer nadenken om tot een ontwerp te komen met minder onderdelen. Dat extra denkwerk, plus de investeringen in gereedschappen, is terug te verdienen als de (kleine) besparingen op elk product dat je maakt samen optellen tot grote bedragen, zoals dat bij massaproductie het geval is. Hoe groter je aantallen, hoe langer je mag nadenken. Consumentenproducten evolueren per ontwerpcyclus verder dan machineontwerpen, en ze evolueren vaker doordat de ontwerpcycli elkaar sneller opvolgen. Elk jaar komt er weer een volgende generatie op de markt, die weer iets slimmer is geworden. In de machinebouw doet men zijn best om ‘meer van hetzelfde’ te mogen maken door modulair te ontwerpen en niet steeds helemaal van voren af aan te beginnen. Ontwerpmethodiek? Zodra er een nieuw onderdeel voor het geestesoog van de constructeur opdoemt zou hij zichzelf de volgende drie vragen kunnen stellen: 1. Moet dit onderdeel uit een ander materiaal gemaakt zijn dan zijn buurman? 2. Moet dit onderdeel bewegen ten opzichte van andere onderdelen? 3. Moet dit onderdeel om montageredenen gescheiden zijn van reeds eerder gemonteerde onderdelen (‘n deksel op een doosje)? Als het antwoord op alle drie vragen ‘nee’ luidt, dan is het zojuist bedachte onderdeel theoretisch overbodig. Het is misschien onuitstaanbaar dat zo’n starre richtlijn tot een creatief idee kan leiden, maar bedenk dan hoe elastische scharnieren de mogelijkheid bieden om bewegende onderdelen uit ĂŠĂŠn stuk te vervaardigen. Zo zijn klikverbindingen de vervangers geworden van schroeven en zo beweegt de fijnmechanica met behulp van ‘flexures’ zonder wrijving, spelingsvrij en slijtagevrij heen-en-weer.


In het tweede ontwerp zijn de behuizingsdelen mooie voorbeelden van integratie van functies in ÊÊn onderdeel. De microswitches worden zonder extra onderdeel of bewerking gemonteerd. Kijk naar de pennetjes aan het linker framedeel in afbeelding 2. De kleine boringen in het frame-deel rechts dienen voor de bevestiging (zonder schroeven) van een dekseltje. Het derde ontwerp heeft een asje met aan het ene uiteinde een tandwiel plus een as-tapje, en aan het andere einde een lager-oppervlak (drie schijfjes) en een klikhaak. Ook de witte behuizing van het derde ontwerp (rechts in afbeelding 1) is een voorbeeld van integratie van functies in ÊÊn onderdeel: een elastisch scharnier over de hele lengte verbindt de deksel met de bodem en de deksel heeft tandjes die in de bodem haken als sluiting. Kanttekening Hier past een kanttekening bij de elektronica in het laatste ontwerp. De elektronica bestaat uit 75 standaard componenten, op de kale printplaat na. Toch rekenen we de elektronica als ÊÊn onderdeel omdat alle componenten gemechaniseerd geplaatst en gesoldeerd worden op de kale printplaat. Daarmee is de kale printplaat het enige specifieke eindschakelaar-onderdeel. De andere onderdelen vinden een brede toepassing in allerhande elektronica en ze worden efficiÍnt in enorme aantallen geproduceerd. De prijzen zijn dan ook verbijsterend laag, zoals opgesomd in Constructeur 11/12 van 2017. Overigens hebben we de zes onderdelen van de afstandsbediening voor de elektrische variant niet meegeteld in het totaal, en dat zou eigenlijk wel moeten. Behalve de ’aan-uit’-functie vervullen zij immers ook de functie van het instellen van de eindstanden. De mechanische ontwerpen besteden daar veel onderdelen aan. Investeringen in onderdelenfabricage Hoe zit het met de vereiste investeringen in gereedschappen die vooraf gedaan moeten worden? De onderdelen uit het metalen ontwerp zijn te fabriceren op standaard gereedschapsmachines, afgezien van een drietal gietstukken die wel degelijk investeringen in gereedschap vergen. Voor het maken van het kunststof ontwerp zijn 14 matrijzen nodig. Het elektrische ontwerp bevat negen

gereedschapsgebonden onderdelen. Als je de machines voor het maken, ‘bestĂźcken’ en solderen van de printplaat in huis wilt hebben, dan vergt dat aanzienlijke investeringen. Voorzichtige conclusie: het op de markt brengen van de drie producten zou steeds meer kapitaal gevergd hebben,

het rolluik passen, dat wil zeggen binnen een diameter van 43 mm. Met deze eis worden de oplossingen met detectoren boven en beneden op het kozijn (terecht?) uitgesloten. Vanwaar eigenlijk de eis om twee eindstanden te laten instellen? Is dat wat de

tenzij je de productie van onderdelen uitbesteedt. Bedrijven die zich bezinnen op hun kerntaak kunnen concluderen dat de assemblage van de onderdelen tot een werkend eindproduct kan worden uitbesteed. Er is dan ook aanleiding om de constructie en fabricage van consumentenproducten uit te besteden naar bedrijven die weten welke eisen massaproductie stelt en landen met een goede infrastructuur aan toeleveranciers van (elektrische) componenten. Functievervulling Wat moeten eindschakelaars eigenlijk doen voor hun geld? Twee dingen: er moeten twee uiterste standen kunnen worden ingesteld en natuurlijk moet de rolluikmotor worden uitgeschakeld, zodra ĂŠĂŠn van de uiterste standen wordt bereikt. Daarbij komt een randvoorwaarde voor alle drie constructies: het product moet in

gebruiker wil? Of komt ze voort uit de aanname dat er geen oplossing denkbaar is waarin een rolluik zelf ‘aanvoelt’ waar het moet stoppen? En is dat, ‘met de moderne technieken’ nog steeds een terechte aanname? Zo heeft vijftig jaar geleden niemand durven wensen, laat staan eisen, dat het rolluik bij zonneschijn vanzelf moet sluiten, en ook bij zware storm. Een mechanische oplossing was voorstelbaar maar moeilijk realiseerbaar. We stellen vast dat met de komst van de digitalisering een groot aantal beperkingen in functievervulling is weggevallen. Met behulp van sensoren, actuatoren, microcontrollers en, daarenboven, met draadloze communicatie tussen zulke functie-elementen, ontstaan nu systemen die hun omgeving waarnemen en zelfstandig keuzes maken uit een voorgeprogrammeerd aantal handelingsmogelijkheden. De gebruiker moet eenmalig zijn of haar wensen kenbaar maken, en


daarna kan alles aan het systeem worden overgelaten. Werkingsprincipe In de eerste twee ontwerpen wordt de functionaliteit gerealiseerd door bewegingen van mechanische componenten: de omwentelingen van de rol, en daarmee de meters verplaatsing van het luik, worden verkleind naar een translatie van een moer over een spindel, over een afstand van ongeveer 5 cm. Er is slechts één relevante positie van iedere moer: de ingestelde ‘op’- en de ingestelde ‘neer’ stand. In de elektronische variant wordt de translatie van het rolluik vertaald naar virtuele maatstreepjes op de rolluik puls-reeks via twee Hall-sensoren. Er zijn ook hier twee punten waarop de controller de motor zal uitschakelen, maar mochten daar argumenten voor zijn dan kan het rolluik op iedere plek een tussenstop maken.

De mechanische varianten hebben een vormgesloten koppeling tussen rolluik en schakelaar, via tandwielen en spillen naar een mechanische schakelaar. Daardoor hebben de mechanische varianten voorzieningen nodig om beschadiging te voorkomen mocht het rolluik onverhoopt ‘doordraaien’. We hebben de onderdelen geteld die ten opzichte van een ander bewegen. De niet-bewegende mechanische componenten vormen het frame en de infrastructuur. Het mechanisch ontwerp, met name de kunststof variant bevat relatief veel onderdelen die bewegen en ‘iets doen’, het elektrisch ontwerp bevat relatief veel infrastructurele en faciliterende onderdelen (tabel 2). In het derde ontwerp wordt de functie waar de klant voor betaalt goeddeels door de elektronica vervult. Daarover nadenkend wordt het ons niet duidelijk waarom het rolluik via de huls en tandwielen

een magneetwiel aandrijft om pulsjes te genereren. Even verderop in het rolluik bevindt zich de motor met tandwieloverbrenging die van een pulsgever kan worden voorzien. Daarmee zouden alle vier actieve mechanische componenten komen te vervallen. Het lijkt verstandig om elektronen het werk te laten doen in plaats van mechanische onderdelen. Ze slijten niet en ze zijn licht van gewicht, dus makkelijk te versnellen en vertragen. Nu elektrische systemen kunnen rekenen en met elkaar gegevens kunnen uitwisselen biedt elektronificering betere manieren om bestaande functies te vervullen en biedt daarenboven mogelijkheden tot nieuwe functies. In het laatste deel zullen we de assemblage van de drie ontwerpen analyseren en een laatste conclusie trekken uit de evolutie van deze ontwerpen.

Mens. Machine. Mogelijkheden. 23 - 27 april 2018 Hannover ▪ Duitsland hannovermesse.com #hm18 k O n td e l e ta i g i h o e d e o nz e i g o ol techn processen, ti e c u en en prod ystem s e i g r ene ijze werkw dt. loe beïnv

Get new technology first

Hannover Consultancy ▪ 0184 69 30 50 ▪ www.hannoverconsultancy.nl ▪ info@hf-netherlands.com ▪ Twitter: @HCnederland

Samen met HANNOVER MESSE 2018


Early Bird

€99,inschrijven vóór 3 april 2018

Praktische antwoorden op al uw vragen over machineveiligheid! Op 8 mei aanstaande vindt de negende editie van het Safety event plaats, met als thema ‘Machineveiligheid: van risicoanalyse tot aansprakelijkheid’. Wat heeft het Safety Event u te bieden? • Laat u inspireren tijdens het plenaire programma • Doe kennis op bij de learnshops tijdens het middagprogramma • Krijg praktische antwoorden van de Safety doctors, die alle safety-gerelateerde vragen beantwoorden • Kom in contact met vakgenoten, fabrikanten en toeleveranciers op de informatiemarkt

Datum: 8 mei 2018 Locatie: Evoluon Eindhoven

Prijs deelname: € 150,Early bird € 99,- inschrijven vóór 3 april 2018

www.engineersonline.nl/safetyevent Sponsored by:

Your Global Automation Partner Y


,

LǏ4 (â Àv˨ à À ® È ®Ë ³³§ §³½½ ¨ ® ® Û³³À ȳ ½vÃà ® ® ½³È ®È ¨ Ὠ³Ã Û ³­ Û ® ® ³½ ­vÀ§Èƛ ( È vvÈ ³® À v® À ³­ S eư ÀÈ ï À Èv® Ü ¨ư ® ¨v­ ¨¨ ®§³½½ ¨ ® ®ƛ _v® S eư ÀÈ ï À ¨v­ ¨¨ ®§³½½ ¨ ® ® çò ® È ® à À Ã Û À§Àò vvÀƜ Û³³À §³½½ ¨ÜvvÀ ® Ûv® ŬƜŮŰ §:­ È³È Ůűŵ §:­ƛ v¨Û ®Û³Ë Ë ÈÛ³ À ® ® çò ® Û Àà ¨¨ ® Èâ½ ® ­ È ÈËÃà ®và ³ v ÃÈv® ÃÃÈ˧§ ® Û À§Àò vvÀƛ O½ vv¨ Û³³À ®ç È ® ½ ÈÀ³ ­ à ® ËÃÈÀ à ® à À ­ È ÈËÃà ®ÃÈ˧ ® à À­À ® Û À§Àò vvÀƜ ³³§ vv® Û À ÃÈ ® Ûv® ®³À­ I* ŲŭŬ Û³¨ ³ Èƛ S eư ÀÈ ï À Èv® Ü ¨§³½½ ¨ ® ®Ɯ Û³³À §³½½ ¨ÜvvÀ ® Ûv® ŬƜů §:­ È³È űůŰŬ §:­ Ɯ çò ® Û À§Àò vvÀ ® Ůų à À ÃƜ ³® À v® À ® Ë ÈÛ³ À ® ® ­ È ð ®Ã ³ ³³À¨³½ ® ËÃƜ ­ È Ã½ v¨ v È ® ® ® ­ È ÈËÃà ®và ³ v ÃÈv® ÃÃÈ˧§ ®ƛ %%% *" , & " $ #* !

w

³­½v È Ɯ Û Àç³®§ ® à v§ ¨vvÀà ® à ®vv¨vÀ­vÈËÀ ® Û³³À ÀË § ®® ® O À ŭŴ ܳÀ ® Û³³Àv¨ ȳ ½vÃÈ ® ¨v ³ÀvȳÀ Ë­ư ® ­ Èv½½vÀvÈËËÀƜ ­ à v½½vÀvÈËËÀƜ vË ³ư ® Û ³v½½¨ vÈ Ã ® À ¨ÃâÃÈ ­ ® Û³³À Û À¨ È ® ® ½³ vƛ à v§ ¨vvÀà ® ® Ë ÈÃÈ § ® Èv È ¨ Û³ ¨ƛ ¨ À À³ Ɯ À³ ® ³ ¨ Û À¨ È ® È ® Ë ¨ò § ÃÈvÈËÃvv® Ë ® ƪ³Û À §¨ ËÀ ® ç³v¨Ã Ü È ® ¨vËÜ ³½ vv®ÛÀvv ƫƛ §Ë®ÃÈÃȳ ¨ ®ç ® çò ® ¨ Û À vvÀ ® À³® Ɯ Û À§v®È ® À È ³ § Û³À­ ® ® ­ È Û Àà v ­ È ® ® ® §¨ ËÀ ®ƛ ¨ ®ç ® §Ë®® ® ³³§ ܳÀ ® Û³³Àç ® Ûv® È §ÃÈ ³ Ãâ­ ³¨ ®ƛ %%%* !* ! +')

* ËÃ È ® ËÜ Ã À à ¨v Àà ® È ½À³ Àv­­vƜ çò ® ­vv§È Ûv® ¨ ËÀ 2ƛ ( È ò ç³® À Ûv® È ­vÈ À vv¨ à vÈ È ¨v À ® È Ã­ À ³ È È Ü³À ® ® Ëà ³® À ³Ë ÃÛÀò Ãƛ à À à ¨v Àà §Ë®® ® ç³ ® ® ÃÈvv® ­ Èv¨ ® §ËÃà ® ¨³§ ® ð ®Ã¨v Àà ܳÀ ® ½¨vvÈÃÈƛ ³³À v Ü ç Ûv® í À­ ¨ §Ë®® ® ÛË ¨ ® ³®çË Û À ® ® È ¨v® À vv® ¨v ÀÃ È ®ƛ ¨v® ¨ Û ®Ã ËËÀ Ûv® Ë v¨ à À à ¨v Àà à v¨ vv® ȳ³® ® ® ³­vÃÃvư ®ÃÈv¨¨vÈ ƛ S ÀÜò ¨ ­ Èv¨ ® ¨v Àà ® ÈÀv®Ã½³ÀÈ v® Ûv® ­v ® ¨§ ­vv® í À ­³ ÃÈ ® ܳÀ ®Ɯ ¨ Û ® ­³®È À ð ®Ã¨v ÀÃƜ ­ È Ë v¨ à À à ¨v ÀÃƜ èò Èv ÛÀò Û³³À ­ À v® ® ¦vvÀƜ ç³® À í À ® ® ³® À ³Ë ƛ ® ËÜ Ë v¨ à À à ¨v Àà çò ® ­³­ ®È ¨ ¨ Û À vvÀ ® ç à v ­ È ® ® Û³³À Ë ç ® ®Ë­­ À ŮŬŰưŮŭŬƛ ?½ vv®ÛÀvv ½À³ Ë ÀÈ Ëà ³³§ à À à ¨v Àà ­vv§È Ûv® v® À ¨ ËÀ

%%%* $#*

, ( ' ,


2ưà À ¨ ® Àà Ûv® O9 Ã È³È ŰůǦ §¨ ® À v® v ÈË ¨ ÛvÀ v®È ® Ʋ ç³À È Û³³À ­ À ½À³ Ë È Û È Èƛ 29%I Û ÀÃ È ® Ë ¨ çË ÀÃÈv® Û³³À ËÜ ®Ɯ §¨ ­­ ® ® ® ® à ÈËvÈ Ã ­ È ½ À§È ÀË ­È ® Ü Èƛ 2 K ³­½v È ¨ ® À à vv¨ Û³³À Û À ¨ò § vÀ ȳ ½vÃà ® ®Ɯ ÜvvÀ ò ® §³ÀÈ Ã¨v ¨ ® À ®³ ÃƜ ­vvÀ ® ³½®v­ Ûv® ¨vÃÈ ® ®ƛ ȳÈv¨ vÀ ç³ÃÈ ® çò ® ¨v ÀƜ ³³À vÈ ®v À ® Ãà v§ ¨vvÀà À ÈÃÈÀ §Ã §Ë®® ® ܳÀ ® ­³®È À ƛ ?­ vÈ ç ® È Ë ÈÃÈ § ® vv® Ü Àçv®È ® Ûv® ¨ ® À à À ­ ® À §v®Ã vÈ ç v® À ­v ® ³® À ¨ ® ® Ü ç ÈÈ ®ƛ ® À³È À ³À ® ®® ® È Û³¨Ë­ Ûv® Ë ³½¨³Ãà ® à ­³ ¨ò § ³­ ®³ ­ À ® À È Ã½vÀ ®ƛ # #

Hygienic Design Bezoek ons op de ESEF - stand 01.D048

Drabbe is distributeur van:

Drabbe BV industriële machineonderdelen

drabbe.nl

$ " ! $

³­½¨ È I³Ü À L*_ ư¨ò ® Ûv® 4 ®³À Ǐ vË À à V4ư ÀÈ ï À ƛ ( È ÃâÃÈ ­ ÃÈvvÈ Ë È Û ÀÃÈ ¨­³È³À ®Ɯ ³®ÈÀ³¨ ưË® Èà ® ® À³³È vÃóÀÈ ­ ®È vv® §v ¨Ã ® ³®® ȳÀ ®ƛ ( È ÃâÃÈ ­ vËȳ­vÈ Ã ÀÈ È³ Û³ ÀvÃà ® ® ½À³ Ë È ­v ® Ãƛ ( È ³­½¨ È Û ÀÃÈ ¨ÃâÃÈ ­ Û³¨ ³ È vvÀ­ vv® V4 ŲŭŴŬŬưÃÈv® vvÀ ® ® ŮŬŭŲ Ûv® §Àv È çò ® ܳÀ ®ƛ ( À­ ܳÀ ® ³³§ ­ È ® :$I ųŵ ÃÈv® vvÀ ƪÛ³³À Àv® Û ¨ ƫ ® ­ À v® ` À %vË ƪ `%ƫ ÃÈv® vvÀ ƪÛ³³À Àv ® ƫ v §Èƛ ÀÈ ï À ® Ûv® ® Û Ë ¨ ¨ §ÈÀ³ ³­½³® ®È ® ­vv§È È ­v§§ ¨ò § À ³­ ³­½¨ È ­v ® à ®vvÀ _O È á½³ÀÈ À ®ƛ À ÃÈvvÈ ®v­ ¨ò § è Èà ³½ ® ½Ë®È ® ³®Ã ®ÃËÃƝ ½À³ Ë È ­v ® à 糮 À V4ư ÀÈ ï À ® ܳÀ ® ÃÈ ¨ ç È ³ §Àò ® ȳÈvv¨ ® Ὠ³ ÈvÈ Û À Ë®® ® ƛ # $ #


"

"

" # ! 0 + # " ! # " $

" ! Ûv® À ư và ® Ë È ­³È³À ®Ɯ çò ® È Û ® ® ® ò Û³³À ¨ ÈÀv®Ã½³ÀÈ v® ®Ɯ +

" , !! , # " ® ­³® ȳÀ ý¨vâ ³½ ³³ ® ! " *Iƛ ò ®ÈÀ³ Ë À v½½vÀvÈ ® ³³ÀÈ ! 0

. /+ $ # !! " # + ! " ! È ¨ò § ÀÈò À˧ ® È ­½ ÀvÈËËÀ Ûv® â Àv˨ à ³¨ ® À ÃÈÀ À ® " "

³³À È ­½ ÀvÈËËÀÃÈò ® ƛ à ®Ã³À ® !! " # " " â Àv˨ à ³¨ Û Àè È ÀÈƛ _ À À à À " # ! " !! ! ! " + %#$" , " , %

0 $ ! !# '' () # ³ÀÃÈ ¨¨³ç ¨ò §ÃÈÀ³³­­³È³Àƛ ³ÀÃÈ ¨¨³ç ¨ò §ÃÈÀ³³­­³È³À à ۳³Àç ® Ûv® ½vÈ ®È À 0 " $ " ® À à v¨v vv® Ü À§Ã® ¨ ®Ɯ ç³® À ÜÀò Û ® ® ³ÀÃÈ ¨Ã¨ò Èv ƛ ŮŮ Iůű Ʋ ­ È ® ­vá ­Ë­ ȳ À ®Èv¨ " )%+%%% 0& ® ® ­vá ­vv¨ §³½½ ¨ Ûv® ŭŰƜů ­:­ Ʋ #

! + "

® Ë ÈÛ³ À ® ® ­ È ¨ ® È Ã Ûv® ůűƜ Űű ® ŲŬ ­­Ɯ ­ È 0

" " ! "

0 + " $ " " !

, #

# , , "

+ &&&,! "$ # !,

+()(-

!# *%&%0" ½Ë ¨ À ƛ ® ËÜ ¨ò ÃÈ ³­ÛvÈ ®Ë ® ÃÈv® vvÀ ½ ȳ Àv­ Û³³À # ! , " !

, ( 0 ' " " , " ! " Û À Èƛ ® ËÜ ½ ȳ Àv­­ ® çò ® Û À§Àò vvÀ ò Àv â ³½ ¨v­ ® À ½³¨â ÃÈ ÀƜ ½³¨â½À³½â¨ ®Ɯ v¨Ë­ ® Ë­Ɯ Û ®â¨Ɯ Û À vÀ Û ®â¨ ® ³È³¨Ë­ ® à ®È ­vÈ À v¨ ®ƛ ` ® Àv âưÛ ¨ ýÀ ®È À !# 0 $ 1 # 2 # + " # + *%&%0" #

"

+ &&&, , " ',

- * * -


IL? V S

` % ÂšÂŒÂŒÂ–Ăˆ ŒŒŽ Ćš ĂĄ ÂŒƺưĂ›ÂŒĂ€ĂƒÂœÂŒ ĆŞĂ›ÂŒĂ€Âš³³Â—ˆŒ Ă›ÂŒÂœ¨ÂœÂ—ÂšÂŒÂœÂˆĆŤ ĂˆÂłÂŒÂ—ÂŒĂ›ÂłÂŒÂ—Âˆ vvÂŽ ˆŒ `ĹŽĹŽeư¨ò ÂŽ Ă›vÂŽ Â‚ÂŒĂƒÂƒÂšÂœ§Â‚vĂ€ÂŒ ĂĄ ÂŒ ­³ĂˆÂłĂ€ÂŒÂŽ Ʋ Â—ÂŒÂƒÂŒĂ€ĂˆÂœĂŻ ÂƒÂŒÂŒĂ€Âˆ Ă›³³Ă€ Â—ÂŒÂ‚Ă€Ă‹Âœ§ œŽ ƒ³­Â‚œŽvĂˆÂœÂŒ ­ÂŒĂˆ ŒŒŽ Â–Ă€ÂŒÂżĂ‹ÂŒÂŽĂˆÂœÂŒ³­Ă›ÂłĂ€­ÂŒĂ€Ć› ÂŒ `ĹŽĹŽeÂŒư­³ĂˆÂłĂ€¨ò ÂŽ ĂœÂłĂ€ÂˆĂˆ Ă›³¨Â—ÂŒÂŽĂƒ ˆŒ ¨vvĂˆĂƒĂˆÂŒ Ž³À­ ĆŞ* Ųŏŏųžư ĹłĆ?ŎŏŭŹƍ —Œ½Ă€ÂłÂˆĂ‹ÂƒÂŒÂŒĂ€Âˆ ŒŽ ÂœĂƒ Ă›ÂŒĂ€§Ă€ò —‚vvĂ€ œŽ –Àv­ÂŒĂƒ Ųů ĂˆÂłĂˆ ŒŽ ­ÂŒĂˆ ůŹŹ ­ÂŒĂˆ ŒŒŽ Ž³­ÂœÂŽvv¨ Ă›ÂŒĂ€­³Â—ŒŽ ĂˆÂłĂˆ ŎŹŏ §`Ć› vvÀŽvvĂƒĂˆ ÂœĂƒ ÂŒĂ€ ³³§ ŒŒŽ Ă›vĂ€ÂœvÂŽĂˆ Â‚ÂŒĂƒÂƒÂšÂœ§Â‚vvĂ€ ˆœŒ vvÂŽ ˆŒ Ă‹ÂœĂˆĂƒÂŒ _*3 Ž³À­ ĆŞ_ÂŒĂ€Â‚vŽˆ ÂˆÂŒĂ€ *ÂŽÂˆĂ‹ĂƒĂˆĂ€ÂœÂŒ¨¨ÂŒÂŽ ÂŽÂŒĂ€Â—ÂœÂŒĆ° Ă‹ÂŽÂˆ 3Ă€vÂ–ĂˆĂœÂœĂ€ĂˆĂƒÂƒÂšvÂ–ĂˆĆŤ Ă›³¨ÂˆÂłÂŒĂˆĆ› kÂłĂœÂŒ¨ ˆŒ S eĆ° v¨Ăƒ ˆŒ * ĂĄĆ°Ă›vĂ€ÂœvÂŽĂˆ Ă›vÂŽ ˆŒ `ĹŽĹŽeÂŒ çò ÂŽ ˆ³³Ă€ O $ Ć°Â—ÂŒÂƒÂŒĂ€ĂˆÂœĂŻ ÂƒÂŒÂŒĂ€Âˆ ĂˆÂłĂˆ ŒŽ ­ÂŒĂˆ *IŲŲ ŒŽ ŒŒŽ ³­Â—ÂŒĂ›ÂœÂŽÂ—ĂƒĂˆÂŒ­½ÂŒĂ€vĂˆĂ‹Ă‹Ă€ Ă›vÂŽ ưŹŹ ĂˆÂłĂˆ Ç?Ųŏǰ Ć›

LATEN WE HET EENS HEBBEN OVER AFDICHTEN. U heeft een probleem met afdichting tegen splinters, stof of tocht en nog geen perfecte en kosteneectieve oplossing gevonden? Wij helpen u daarbij, want Mink borstellijsten dichten optimaal af. De exibiliteit van onze vezels en de grote verscheidenheid aan proďŹ elen bieden een veilige oplossing voor elk probleem. Uw voordelen: - Perfect afdichten, bijvoorbeeld tegen splinters, stof of tocht - Verliesvrij verbruik – de benodigde lengte simpelweg afsnijden - Vastklemmen, - plakken of - schroeven, zelfs in een ronde vorm - De hoogste kwaliteit en optimaal advies Neemt u eens contact met ons op!

Think Mink! ÂŽ

Mink-Bßrsten B.V. | Hanzeweg 6 | NL – 8061 RC HASSELT Tel.: +31 (0)38 38 66 177 | info@mink-buersten.nl www.mink-buersten.com/abdichten


TOMORROW’S TECHNOLOGY TODAY 20-23 MAART 2018

The supplier of successful solutions

DE VAKBEURS GERICHT OP TOELEVEREN, UITBESTEDEN, PRODUCTONTWIKKELING EN ENGINEERING

MELD U GRATIS AAN: WWW.ESEF.NL


Dana Off-Highway Drive and Motion Technologies

Dana Brevini Motion Systems en Dana Spicer Drivetrain Systems Dana Incorporated nam Brevini als bedrijf met de onderdelen Brevini Power

Motion Systems. Samen met het merk Spicer Drivetrain Systems voor

Transmission en Brevini Fluid Power over in februari 2017. Product portfolio’s,

mobiele toepassingen in de Off-Highway sector bedienen ze markten zoals

kennis, mensen, mogelijkheden en activa zijn nu onderdeel van de businessunit

onder andere de construction, bulk en grondstofhandling, agrarische sector,

van Dana Off-Highway Drive en Motion Technology.

recycling, machinebouw en industrie.

Het u welbekende Brevini wordt nu een productmerk binnen de bestaande por-

Hiermee bieden we u een complete portfolio van zowel mechanische transmis-

tefeuille van Dana. De Brevini producten (mechanische aandrijvingen, winches

sies als hydraulisch/elektronische producten die, door de integratie van de

en hydraulica) zullen gezamenlijk worden gevoerd als productmerk van Brevini

verschillende technologiën, voldoen aan de eisen van uiteenlopende sectoren.

®

Dana SAC Benelux | +31 172 42 80 80 | benelux@dana.com | www.brevini.nl


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.