41549 BPV Basis SW by Uitgeverij Edu'Actief b.v.

C BPV Basis SW

fb .v

tie

u' Ac

BPV

Colofon

fb .v

Uitgeverij: Edu’Actief b.v. 0522-235235 info@edu-actief.nl www.edu-actief.nl Auteur(s): A.Y. Pruim Inhoudelijke redactie: Jo-Anne Schaaf Titel: BPV basis SW

tie

ISBN: 9789037241549 Edu’Actief b.v. 2017

u' Ac

Behoudens de in of krachtens de Auteurswet gestelde uitzonderingen mag niets uit deze uitgave worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever.

Voor zover het maken van reprografische verveelvoudigingen uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16h Auteurswet dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan de Stichting Reprorecht (www.reprorecht.nl). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in compilatiewerken op grond van artikel 16 Auteurswet kan men zich wenden tot de Stichting PRO (www.stichting-pro.nl).

De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden.

Door het gebruik van deze uitgave verklaart u kennis te hebben genomen van en akkoord te gaan met de specifieke productvoorwaarden en algemene voorwaarden van Edu’Actief, te vinden op www.edu-actief.nl.

Inhoudsopgave Inventariseert de vraag naar sociaal werk

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep Behartigt belangen

fb .v

Maakt een plan van aanpak

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

Verricht administratieve werkzaamheden

Werkt aan de deskundigheid

u' Ac

Evalueert de dienstverlening

tie

Voert beleidsondersteunende taken uit

109

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

fb .v

Inleiding

tie

Je verzamelt informatie over en in je werkgebied om je een beeld te vormen van de vraag naar sociaal werk. Je neemt kennis van specifieke behoeften, kansen, risico’s en belangen. Je zoekt de bewoner, deelnemer, cliënt of groep op in de eigen sociale context. Je signaleert maatschappelijke en sociale vraagstukken. Je zoekt samenwerking bij andere beroepskrachten en partnerorganisaties. Je analyseert verkregen informatie en stelt met de betrokkenen de vraag naar sociaal werk vast. In deze opdrachten gaat het om inventariseren van de algemene vraag in een gebied, zoals een wijk of buurt.

Leerdoelen

u' Ac

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K1-W1 Inventariseert de vraag naar sociaal werk.

Je kunt: • gesprekken voeren met cliënten • diverse informatiebronnen gebruiken om aan informatie te komen • verkregen informatie analyseren en conclusies trekken • de gevonden informatie bespreken en afstemmen met betrokkenen • met de groep of de cliënt de vraag naar sociaal werk vaststellen.

Bronnen • Training Methodisch verzamelen van informatie • Cursus Sociale kaart • Cursus De wijk in beeld • Project Doelgroep analyse en sociale kaart.

Planningsformulier <

Planning Lees eerst de BPV-opdracht goed door en vul daarna het planningsformulier in. Dit formulier laat je goedkeuren door je praktijkbegeleider. Als hij akkoord is met je planning mag je de opdrachten gaan uitvoeren.

Oefening 1

Werkmodel Sociale kaart <

Website Sociale kaart < Stappenplan Wijkanalyse <

Informatie verzamelen en sociale kaart In deze opdracht ga je een wijkanalyse en een overzicht maken van de organisaties in het gebied, door een nieuwe sociale kaart te maken, of een bestaande te updaten. Voorbereiden • Lees het Stappenplan Wijkanalyse maken en bespreek dit met je BPV-begeleider. (Stap 4 van het stappenplan voer je voor deze opdracht niet uit, dit is de volgende BPV-opdracht) • Maak samen met je BPV-begeleider stap 1. De wijk bepalen. • Bedenk welke bronnen je wilt gebruiken om aan de gevraagde informatie te komen. Maak een lijst van de bronnen en geef daarbij aan welke informatie die bron zou kunnen opleveren. Bespreek je bronnen met je BPV-begeleider en vraag haar of zij nog meer bronnen weet. Maak je lijst met bronnen compleet en bespreek welke bronnen je kunt gebruiken en hoe je die het best kunt benaderen voor deze opdracht.

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

• •

fb .v

•

Lees het werkmodel Sociale kaart en verdiep je in de website Sociale kaart. Hier vind je een voorbeeld van de gegevens die je kunt vastleggen per organisatie. Vraag naar een bestaande sociale kaart, over het gekozen gebied, in de organisatie. Stel met de BPV-begeleider vast of je een bestaande sociale kaart gaat updaten, of een nieuwe gaat maken. Stel samen de criteria vast. Hoe groot en breed (of klein en smal) gaat de sociale kaart worden, welke onderwerpen moeten er in komen? Voor wie is de sociale kaart bedoeld? Hoeveel organisaties moeten er in komen te staan en gaat het om vrijwilligersorganisaties, wijkkaders, professionele organisaties op sociaal terrein of alle drie?

•

u' Ac

tie

Uitvoeren • Maak met behulp van het Stappenplan Wijkanalyse maken de wijkanalyse (Stap 4 voer je nog niet uit). • Zoek nota’s en documenten over het gebied. Gebruik hiervoor het archief van de organisatie, internet, de BPV-begeleider en bevraag de collega’s. Ook documenten van de andere organisaties kunnen interessant zijn, neem daarom in overleg met je BPV-begeleider contact op met een andere organisatie in het sociale domein en vraag of zij relevante informatie voor je hebben. Denk hierbij aan politie, woningcorporaties, wijkverpleging, gebiedsteam/wijkteam. • Lees de nota’s en andere documenten door die je hebt gevonden over het gebied. • Houd bij welke nota’s en anderen documenten je gelezen hebt en maak aantekeningen tijdens het lezen. Welke informatie wil je opnemen in jouw inventarisatie? Je kunt kiezen voor relevante onderdelen van de documenten of het hele document opnemen, bijvoorbeeld omdat het vrij nieuwe informatie bevat, of omdat alle informatie uit het document van belang is voor jouw inventarisatie naar het gebied. • Zet de relevante informatie over het gebied geordend in je overzicht. Check bij deze selectie ook of de gevonden informatie uit een betrouwbare bron komt en of de informatie actueel is. • Bespreek het resultaat met de BPV-begeleider en stel zo nodig je overzicht bij. • Maak de sociale kaart nu af zoals is afgesproken, of update de oude sociale kaart.

Beoordelingscriteria

Wijkanalyse

Beoordeling

Je hebt: • een lijst en aantekeningen gemaakt van relevante en actuele documenten over het gebied die je gebruikt hebt • een overzicht van de al beschikbare informatie over het gebied gemaakt volgens de opgestelde indeling • het overzicht en je conclusies besproken met je BPV-begeleider.

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Sociale kaart

u' Ac

Je hebt: • een sociale kaart geüpdatet of nieuw gemaakt volgens de richtlijnen van het werkmodel Sociale kaart en de samen met je BPV-begeleider opgestelde criteria • de sociale kaart besproken met je BPV-begeleider.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Voer een keukentafelgesprek

Oefening 2

Werkmodel Vragenlijst <

Werkmodel Intakegesprek < Stappenplan Wijkanalyse <

Je verzamelt informatie over het gebied waar je cliënt, de bewoner, de deelnemer, groep woont door een keukentafelgesprek te voeren (stap 4 van de wijkanalyse). Je gaat een keukentafelgesprek bijwonen en vervolgens zelf onder begeleiding een keukentafelgesprek voeren over hoe de bewoners hun leven in de wijk ervaren. Van dit keukentafelgesprek maak je een verslag. Voorbereiden • Overleg met je BPV-begeleider waar je deze opdracht kunt uitvoeren. • Verdiep je in de manier waarop in de BPV-organisatie informatie wordt verzameld. Is er bijvoorbeeld een intakeformulier, een instrument voor vraagverheldering of een instructie voor het verzamelen van informatie aanwezig? Zo ja, gebruik dan deze werkwijze. Als dat er niet is, gebruik dan Stap 4 van het Stappenplan Wijkanalyse en bedenk zelf aanvullende vragen die je kunt stellen om te kunnen vaststellen hoe de bewoners hun leven in de wijk ervaren.

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

• •

Woon een gesprek bij, luister mee, stel aanvullende vragen en maak aantekeningen. Plan een afspraak in per brief, telefoon of e-mail voor het keukentafelgesprek dat je onder begeleiding gaat voeren.

Beoordelingscriteria

Keukentafelgesprek

u' Ac

tie

fb .v

Uitvoeren • Voer een gesprek zelf uit met behulp van de materialen van je BPV-instelling of het werkmodel Vragenlijst. • Denk tijdens het gesprek erom dat: – je aansluit bij de mogelijkheden van de cliënt – je gebruikmaakt van de basisgespreksvaardigheden (denk aan de ezelsbruggetjes laat OMA thuis, wees een OEN, neem ANNA mee, gebruik LDS, smeer NIVEA, maak je niet DIK, doe als een KOE en wees een HELD) – je de vraag achter de vraag probeert te achterhalen: a. Vraag door, en blijf vragen stellen tot je bij de kern komt. b. Gebruik daarbij niet alleen waarom-vragen, deze kunnen als aanvallend worden ervaren. Je kunt de vragen ook zo formuleren: Wat maakt dat je dit dan zo ervaart?, Hoe komt het dat altijd al zo geweest? etc. • Maak aantekeningen tijdens of vlak na het gesprek. • Bespreek na met de BPV-begeleider en vraag om feedback op je gespreksvaardigheden. • Maak een verslag van het gesprek over de uitkomsten van het gesprek. Hoe ervaren de bewoners hun leven in de wijk? Bespreek het verslag met de BPV-begeleider en stel zo eventueel bij.

Je hebt: • tijdig de afspraak gemaakt • het keukentafelgesprek gevoerd volgens de werkwijze van de organisatie • in het gesprek de wensen en behoeftes achterhaald • aangesloten bij de mogelijkheden van de cliënt • gebruikgemaakt van de basisgespreksvaardigheden • het gesprek nabesproken met je BPV-begeleider.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

Beoordelingscriteria Het verslag

Signaleren van vraagstukken

Je inventariseert in het gebied waar de groep of de cliënt woont, sociale en maatschappelijke vraagstukken. Dit doe je door te signaleren. Signaleren is een kerntaak van de sociaal werker. Door de samenhang tussen klein en groot; de persoon en de samenleving in de gaten te houden kun je sociale en maatschappelijke vraagstukken boven tafel krijgen. Je werk, op het snijvlak van de persoon en zijn omgeving, is erop gericht om de persoon en zijn omgeving te beïnvloeden, met als doel belemmeringen voor het individu in de samenleving weg te nemen of te verminderen. Voorbereiden • Overleg met de BPV-begeleider waar en hoe je deze opdracht kunt uitvoeren. • Bepaal samen met de BPV-begeleider wat er in de organisatie wordt verstaan onder het signaleren van sociale en maatschappelijke vraagstukken. • Wanneer is een signaal sterk genoeg om op de agenda te plaatsen om het aan te gaan pakken? Vraag de BPV-begeleider of een collega hoe hier in de organisatie mee om wordt gegaan. • Kies een bestaande bijeenkomst uit die volgens jou geschikt is om het onderwerp sociale en maatschappelijke vraagstukken te kunnen agenderen.

Werkmodel Interviewen <

Beoordelaar:

Werkmodel De vijf W's <

u' Ac

Opmerkingen:

Oefening 3

tie

Beoordeling

fb .v

Je hebt: • tijdens of vlak na het gesprek aantekeningen gemaakt van de hoofdzaken en wat je opviel • een verslag gemaakt over de uitkomsten van het gesprek, waarbij je de vraag hoe ervaren de bewoners hun leven in de wijk? • het verslag besproken met je BPV-begeleider en indien dat nodig was bijgesteld.

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

Motiveer bij je BPV-begeleider waarom het overleg dat je hebt gekozen geschikt is door de volgende vragen te beantwoorden: – Is er een duidelijk gezamenlijk doel? – Is er voldoende deskundigheid en motivatie voor dit onderwerp? – Zijn de onderlinge verhoudingen duidelijk? – Kies zo nodig voor een ander, beter geschikt overleg of een andere groepssamenstelling. Agendeer als je BPV-begeleider het eens is met je keuze het onderwerp ‘sociale en maatschappelijke vraagstukken’ voor dat overleg.

•

fb .v

•

Beoordelingscriteria Bijeenkomst

u' Ac

tie

Uitvoeren • Neem deel aan de bijeenkomst: – Bespreek met een groep interne of externe collega’s en/of bewoners welke vraagstukken er spelen in de betreffende wijk. Gebruik het werkmodel De vijf W’s. – Vraag door, vraag naar aantallen en bewijzen voor de beweringen van de aanwezigen. Gebruik het Werkmodel Interviewen. – Stel met de groep vast welke vraagstukken er voldoende bewezen zijn om een signaal te vormen. • Maak een verslag van de bijeenkomst.

Je hebt: • een bijeenkomst bijgewoond over de maatschappelijke en sociale vraagstukken in een gebied • relevante vragen gesteld • doorgevraagd waardoor het vraagstuk van meerdere kanten is bekeken • een of meerdere signalen vastgesteld • een verslag geschreven van de bijeenkomst.

Beoordeling

Beoordelaar:

Opmerkingen:

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

Oefening 4

Analyseren en vraag vaststellen Je analyseert de verzamelde informatie over het gebied waar de groep of de cliënt woont en je trekt conclusies.

Uitvoeren • Maak een analyse met behulp van de bestaande vraaginventarisatie/intake of met behulp van het werkmodel Intakegesprek. • Schrijf een verslag van je analyse, beantwoord daarbij de volgende vragen: – Welke sociale en maatschappelijke kwesties spelen er (mee)? – Welke actuele veranderingswensen zijn er? – Waar zou de persoon of groep mee aan de slag kunnen? – Wat kan de organisatie of jij als beroepskracht hieraan bijdragen? • Woon de bijeenkomst waarin de analyse wordt besproken bij. • Stel je actief op, vraag door, verhelder en werk mee aan het verwoorden van de conclusies. • Maak aantekeningen van het gesprek. • Stel vast wat de vraag van de groep of het individu is, en vraag of dit klopt. • Gebruik hierbij een coachende stijl, dat wil zeggen motiveer, stimuleer en zet empowerment in. Gebruik het werkmodel Coachingsgesprek. • Stel je open op voor nieuwe signalen, stel vragen die nieuwe onderwerpen of thema’s op tafel brengen en vraag door.

u' Ac

tie

Werkmodel Coachingsgesprek <

Werkmodel Intakegesprek <

Voorbereiden • Je stelt met de BPV-begeleider vast voor welk gebied je de analyse maakt. • Overleg met de BPV-begeleider welke verzamelde informatie er beschikbaar is. Die ga je gebruiken voor je analyse. • Lees het werkmodel Analyseren door.

fb .v

Werkmodel Analyseren <

Beoordelingscriteria Analyse verslag

Je hebt: • een verslag geschreven van je analyse waarbij je antwoord gegeven hebt op de volgende vragen: ◦ Welke sociale en maatschappelijke kwesties spelen er (mee)? ◦ Welke actuele veranderingswensen zijn er? ◦ Waar zou de persoon of groep mee aan de slag kunnen? ◦ Wat kan de organisatie of jij als beroepskracht hieraan bijdragen?

Beoordeling

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Bespreking van de analyse

u' Ac

Je hebt: • een actieve bijdrage geleverd aan het gesprek • tijdens het gesprek gebruikgemaakt van een coachende stijl • met de groep of het individu vastgesteld wat de vraag is en welke bijdrage het sociaal werk kan leveren.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 5

Werkmodel STRAK-reflectie <

Eindopdracht Maak een update van een bestaande analyse Je maakt een update van een bestaande, al wat oudere/verouderde analyse van een groep of individu. Voorbereiden • Bespreek met de BPV-begeleider welke analyse een update kan gebruiken. • Lees deze analyse, en maak aantekeningen over wat je gaat uitzoeken en welke onderdelen je gaat updaten. • Denk bij je keuze aan de onderdelen uit de deelopdrachten: bestaande informatie verzamelen en sociale kaart, keukentafelgesprek voeren, maatschappelijke en sociale vraagstukken signaleren en analyseren. • Zet op schrift waarom je deze keuze maakt.

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

• •

Maak een planning (Wie, wat, waarom, waar, wanneer, waarmee en hoe) voor de uitvoering. Vraag je BPV-begeleider tijdens de uitvoering van de opdracht een gedragsobservatie in te vullen.

fb .v

Uitvoeren • Voer de werkzaamheden volgens je plan uit. • Maak de vernieuwde analyse. • Maak een conceptversie en leg deze aan de BPV-begeleider voor. • Stel je conceptversie bij op basis van het gesprek met je BPV-begeleider. • Schrijf een reflectieverslag volgens de STRAK-methode. • Bespreek je STRAK-verslag en de door je BPV-begeleider ingevulde gedragsobservatie.

tie

Beoordelingscriteria Plan van uitvoering

u' Ac

Je hebt: • met de BPV-begeleider gekozen voor een analyse • gekozen welke onderdelen je gaat updaten • een uitleg gegeven waarom je deze onderdelen hebt gekozen • een planning gemaakt voor de uitvoering waarin je antwoord geeft op de 6 W’s en H. (wie, wat, waarom, waar, wanneer, waarmee en hoe).

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

De analyse Je hebt: • de werkzaamheden volgens plan uitgevoerd • een vernieuwde analyse opgeleverd • de BPV-begeleider laten meekijken naar een eerste versie en daarna aanpassingen gedaan op basis van zijn aanwijzing.

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

tie

Beoordelaar:

STRAK-reflectie

u' Ac

Beoordelingscriteria

Je hebt: â&#x20AC;˘ een STRAK-reflectie geschreven volgens het werkmodel STRAK-reflectie â&#x20AC;˘ inzicht in je eigen functioneren.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Terugkijken Reflectie op de lesstof a. Wat heb je allemaal geleerd? Noem een voorbeeld op het gebied van kennis, een vaardigheid en een houdingsaspect.

Oefening 6

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

fb .v

Kritisch en creatief denken b. Kom jij voor jouw mening uit als de situatie dat vraagt? Noem één voorbeeld.

tie

Zelfregulatie en zelfsturing c. Heb je de goede bronnen en materialen gebruikt? Geef hiervan één voorbeeld.

Oefening 7

Beoordeling werkproces

u' Ac

Samenwerken d. Geef aan met wie je hebt samengewerkt, en geef aan hoe deze samenwerking verliep en wat jouw bijdrage is geweest.

Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

Beoordelingscriteria

Aandacht en begrip tonen

• toont betrokkenheid bij de problemen en/of vragen van de cliënt/doelgroep • communiceert open, duidelijk doelgericht • toont interculturele sensitiviteit.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

Beoordelingscriteria Ethisch en integer handelen

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Onderzoeken

u' Ac

tie

Opmerkingen:

fb .v

1 Beoordeling

• gaat integer om met vertrouwelijke informatie • snijdt ook moeilijk bespreekbare onderwerpen effectief aan.

• reageert snel en effectief op non-verbale en nieuwe signalen • gebruikt verschillende bronnen om de juiste en voldoende informatie te verkrijgen.

Beoordeling

Beoordelaar:

Opmerkingen:

Inventariseert de vraag naar sociaal werk

Beoordelingscriteria Op de behoefte en verwachtingen van de ‘klant’ richten

Beoordeling

u' Ac

tie

Opmerkingen:

fb .v

• is actief in het achterhalen van de vraag en de mogelijke vraag achter de vraag.

Beoordelaar:

Maakt een plan van aanpak

fb .v

Inleiding

tie

Uit een wijkonderzoek blijkt dat veel ouderen zich eenzaam voelen. De gemeente wil dat de organisatie De Korfer met een plan van aanpak komt om de eenzaamheid onder ouderen te verminderen. Marijke gaat het plan van aanpak opstellen. Ze onderzoekt welke mogelijkheden er allemaal zijn. In overleg met een aantal ouderen kijkt ze welke optie(s) hen het meest aanspreken. Op basis van de uitkomst van deze overleggen werkt ze het plan van aanpak verder uit in concrete doelen en acties.

Leerdoelen

u' Ac

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K1-W2 Maakt een plan van aanpak.

Je kunt: • cliënten en collega’s actief betrekken bij het formuleren van doelen en acties • functioneel afstemmen met betrokkenen • de verworven informatie systematisch analyseren • logische conclusies trekken • doelstellingen en acties uitwerken in een tijdsplanning en overzicht wat, wanneer door wie moet gebeuren • jouw handelen afstemmen op het aanbod van diensten van de organisatie.

Bronnen • Training Het uitvoeren van een intakeprocedure • Cursus Methodieken en opstellen van een plan • Training Methodisch verzamelen van informatie • Cursus Dienstverleningsplan.

Planningsformulier <

Oefening 1

Werkmodel SWOT-analyse <

Analyseren en conclusies trekken Verzamel de gegevens in een analyse en trek op basis hiervan logische conclusies. Voorbereiden • Bespreek met de BPV-begeleider voor welke groep of welk individu je een plan van aanpak mag maken. Kies voor een groep of individu waarvoor al een gegevensverzameling beschikbaar is, zoals een intakeverslag of een gespreksverslag.

Maakt een plan van aanpak

fb .v

Uitvoeren • Zet de beschikbare informatie in een matrix met behulp van het werkmodel SWOT-analyse, of gebruik de werkwijze die gangbaar is in de BPV-organisatie. • Bekijk het resultaat, en trek conclusies over wat er aan de hand is, wat zwaar weegt, wat de kern van het probleem is, waar iets aan te doen is. • Je conclusies zet je op schrift. Ze moeten voldoen aan de volgende criteria: gebaseerd op feiten, kernachtig geformuleerd. • Je vult de conclusie vervolgens aan met je (professionele) gevoel over de situatie, en een aanbeveling over wat er te doen staat. • Bespreek de analyse en de conclusie met de BPV-begeleider en stel zo nodig bij.

Beoordelingscriteria

tie

Analyseren en conclusies trekken

u' Ac

Je hebt: • een SWOT, of de in de BPV-organisatie gangbare, analyse gemaakt • een conclusie getrokken op basis van de analyse • de analyse en de conclusie met de BPV-begeleider besproken.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Afwegen en kiezen Voorbereiden • Lees het werkmodel Dienstverleningsplan door en maak aantekeningen. Bekijk de kwaliteitenlijst. • Verdiep je in de mogelijkheden die de BPV-organisatie heeft voor de begeleiding of ondersteuning van de cliënt of groep in deze situatie. • Kijk ook verder, naar mogelijkheden die andere (vrijwilligers)organisaties in het sociaal domein hebben voor deze situatie. • Zet de mogelijke opties op een rij. • Maak een afspraak met de groep of de cliënt voor het bespreken van de keuzes.

Oefening 2

Werkmodel Dienstverleningsplan < Website Kwaliteitenlijst < Werkmodel Coachingsgesprek < Werkmodel Gespreksverslag <

Uitvoeren • Maak op basis van de analyse een aantal, minimaal twee, keuzes voor een aanpak. • Leg de keuzes voor aan de BPV-begeleider. Stel de conceptversie zo nodig bij. • Bespreek de keuzes met de groep of het individu. • Formuleer met de groep of cliënt de gewenste doelstellingen. • Breng met de cliënt of groep de kwaliteiten in beeld. Gebruik hierbij de kwaliteitenlijst.

Maakt een plan van aanpak

• •

•

Kom in dit gesprek tot overeenstemming over de te kiezen aanpak. Gebruik hierbij de coachende stijl met behulp van het werkmodel Coachingsgesprek om de cliënt in zijn keuze te ondersteunen. Bespreek ook, als dat aan de orde is, welke samenwerking met betrokkenen mogelijk/nodig kan zijn. Beargumenteer de gezamenlijk gemaakte keuze, en vat het gesprek samen. Maak een gespreksverslag met behulp van het werkmodel Gespreksverslag.

fb .v

•

Beoordelingscriteria

Je hebt: • minimaal twee opties bedacht • de opties voorgelegd aan de BPV-begeleider • zo nodig bijgesteld.

Beoordelaar:

Opmerkingen:

u' Ac

Beoordeling

tie

Opties bedenken

Beoordelingscriteria Overeenstemming

Je hebt: • de opties voorgelegd aan een individu of groep • met de groep of cliënt afwegingen gemaakt • kwaliteiten in beeld gebracht • met de betreffende persoon of groep overeenstemming gekregen • de keuze beargumenteerd en samengevat in het gesprek • gewenste doelen achterhaald.

Beoordeling

Maakt een plan van aanpak

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Werkmodel De vijf W's <

Voorbereiden • Bespreek met de BPV-begeleider voor welke groep of individu je doelstellingen en acties mag opstellen. • Lees het Werkmodel Plan van aanpak door. • Lees de al bestaande analyse en de keuze voor een aanpak door. • Bedenk een manier waarop je de onderdelen van de aanpak (de acties) en de daarbij horende doelen overzichtelijk op een rij kunt zetten. • Formuleer de acties en de bijbehorende doelen. • Gebruik hierbij het Werkmodel De vijf W’s. • Maak een overzicht van alle acties. • Bespreek dit met de BPV-begeleider en stel het zo nodig bij.

Werkmodel Gespreksverslag <

Je kunt voor het plan van aanpak de doelstellingen en acties op een rij zetten en de 5 W’s verder uitwerken. Wie voert welk onderdeel uit, wanneer, in welke volgorde en wanneer is het af? Stem af met alle betrokkenen en leg vast in een rapportage.

tie

Werkmodel Plan van aanpak <

Doelstellingen, acties, planning en afstemming

u' Ac

Oefening 3

Uitvoeren • Bedenk welke belanghebbenden mee zouden kunnen werken in het plan van aanpak. • Leg je idee hierover voor aan de BPV-begeleider. • Bepaal welke actie, door wie, wanneer, moet worden uitgevoerd en vul deze informatie aan in je eerder gemaakte overzicht. • Overleg met de BPV-begeleider of je inschatting juist en reëel is. • Leg je plan nu voor aan alle betrokkenen, uiteraard de cliënt of groep, maar ook iedereen die verder een rol krijgt in het uitvoeren van het plan. • Gebruik hierbij de technieken LSD: Luisteren, samenvatten, doorvragen en Feedback geven. • Kom tot overeenstemming en stem het plan af met alle betrokkenen. • Maak een gespreksverslag met behulp van het Werkmodel Gespreksverslag. • Maak je rapportage volgens de richtlijnen van de organisatie.

Beoordelingscriteria Overzicht van acties Je hebt: • passende acties bedacht • aangevuld met de doelen per actie • vastgesteld wie welke actie kan uitvoeren • de juiste personen en organisaties een rol gegeven • een juist beeld van de volgorde van de acties

Maakt een plan van aanpak

Eindopdracht Plan van aanpak

Je maakt een plan van aanpak: je definieert het probleem, kwaliteiten en de vraag, legt opties voor aan de groep of de cliënt. Je neemt een beargumenteerd besluit over de aanpak en maakt een uitvoerbaar plan waarin staat wie wat doet en wanneer, in welke volgorde dit gebeurt. Voorbereiden • Bespreek met de BPV-begeleider voor welke groep of cliënt je een plan van aanpak mag maken. • Maak een analyse. • Zet de onderdelen van het maken van een plan van aanpak op een rij en maak een planning voor de uitvoering. • Maak een afspraak met de groep of de cliënt voor het bespreken van de keuzes. • Lees het artikel Actieve gespreksvoering en stel aan de hand van het artikel vast hoe je het overleg met de groep of de cliënt gaat voeren.

Werkmodel STRAK-reflectie <

u' Ac

Beoordelaar:

Artikel Actieve gespreksvoering <

tie

Opmerkingen:

Oefening 4

fb .v

Beoordeling

• een reëel beeld van de uitvoerbaarheid van de acties • overeenstemming bereikt met alle betrokkenen • een rapportage gemaakt volgens de richtlijnen van de organisatie.

Uitvoeren • Voer de werkzaamheden volgens je planning uit. • Gebruik in het overleg met de groep of de cliënt de techniek LSD. • Ondersteun de groep of de cliënt bij het maken van keuzes en vaststellen van kwaliteiten. • Maak een conceptversie van het plan van aanpak en leg deze aan de BPV-begeleider voor. • Maak op basis van de feedback een definitieve versie van het plan van aanpak. • Schrijf ter afsluiting van deze opdracht een STRAK-reflectie met hierin aandacht voor de manier waarop je: – de beschikbare informatie hebt geanalyseerd – de groep of de cliënt actief betrokken hebt bij het opstellen van de doelen en het kiezen van acties.

Maakt een plan van aanpak

Beoordelingscriteria Uitvoering

fb .v

tie

Beoordeling

Je hebt: • de werkzaamheden volgens je planning uitgevoerd • overlegd met de groep of cliënt over je plan van aanpak • aan de groep of de cliënt keuzes voorgelegd en kwaliteiten vastgesteld • een conceptversie van je plan aan de BPV-begeleider voorgelegd • het definitieve plan afgemaakt.

u' Ac

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria Plan van aanpak

Je hebt: • passende acties bedacht • aangevuld met de doelen per actie • een conceptversie besproken met de BPV-begeleider • zo nodig de conceptversie bijgesteld • een tijdsplanning gemaakt • een overzicht gemaakt van wie, wat, waar, wanneer, waarmee en hoe • de doelen, acties en planning afgestemd met alle betrokkenen • een definitief plan van aanpak opgeleverd volgens de richtlijnen van de organisatie.

1 Beoordeling

Maakt een plan van aanpak

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

STRAK-reflectie

u' Ac

Je hebt: â&#x20AC;˘ een STRAK-reflectie geschreven volgens het werkmodel STRAK-reflectie â&#x20AC;˘ inzicht in je eigen functioneren.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Terugkijken

Oefening 5

Reflectie op de lesstof a. Wat leerde je over het maken van een plan van aanpak?

Kritisch en creatief denken b. Noem een voorbeeld van hoe je kritisch en/of creatief meedacht bij het maken van de opdrachten.

Maakt een plan van aanpak

fb .v

Zelfregulatie en zelfsturing c. Is het je gelukt om de opdrachten op de afgesproken momenten op te leveren? Geef een voorbeeld.

Oefening 6

Beoordeling werkproces

Beoordelingscriteria

u' Ac

Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

tie

Samenwerken d. Lukte het om samen te werken met de groep of het individu waarmee je de opties voor het plan van aanpak besprak? Geef één voorbeeld.

Samenwerken en overleggen

• betrekt actief cliënten en collega’s bij het formuleren van doelen en acties • stemt functioneel af met betrokkenen.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria Analyseren • analyseert de verworven informatie systematisch • trekt logische conclusies.

Maakt een plan van aanpak

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

tie

Beoordelaar:

Plannen en organiseren

u' Ac

Beoordelingscriteria

â&#x20AC;˘ werkt doelstellingen en acties uit in een tijdsplanning en overzicht wat, wanneer door wie moet gebeuren â&#x20AC;˘ stemt zijn handelen af op het aanbod van diensten van de organisatie.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

fb .v

Inleiding

tie

Sjahiem heeft vandaag een tweede gesprek met meneer Lapla, ze gaan verder met het invullen van de eigenkracht-analyse. Meneer Lapla spreekt nog niet zo heel goed Nederlands. Meneer Lapla zou aan zijn dochter vragen of zij vandaag ook bij het gesprek aanwezig kon zijn. Dat zou fijn zijn, de dochter van meneer Lapla spreekt wel goed Nederlands. Maar als dat niet zo is, dan komen ze er vast net als de vorige keer wel samen uit door gebruik te maken van plaatjes en hun handen en voeten.

Leerdoelen

u' Ac

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K1-W3 Versterkt de eigen kracht van de doelgroep.

Je kunt: • cliënt/doelgroep daadkrachtig en enthousiast ondersteunen • je communicatie, gedrag en omgangsvormen afstemmen op de cliënt/doelgroep • rekening houden met verschillen in achtergrond en cultuur • netwerken op methodische wijze in kaart brengen • bij een taalprobleem gebruikmaken van non-verbale communicatie en/of visuele communicatiemiddelen, passend bij de communicatiestijl van de gesprekspartner(s) • open, reflecterende vragen stellen • checken of de cliënt/doelgroep je begrepen heeft.

Bronnen • Training Organiseer een netwerkbijeenkomst • Training Gesprekken voeren met cliënten SW • Training Gesprekstechnieken • Cursus Hoe divers ben jij?

Planningsformulier <

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

Artikel Netwerken in kaart < Werkmodel Coachingsgepsrek <

Uitvoeren • Bespreek met de cliënt of groep de situatie waarmee jullie gezamenlijk aan de slag gaan. • Neem hierbij het plan van aanpak door. • Bespreek met de cliënt of groep welke kwaliteiten, talenten aanwezig zijn om de doelen te behalen. Maak gebruik van het werkmodel Coachingsgesprek. • Breng de talenten en kwaliteiten letterlijk in beeld op de gekozen werkwijze. • Breng het sociale netwerk van de cliënt of groep in kaart. Gebruik hierbij de gekozen werkwijze. • Maak aantekeningen tijdens het gesprek. • Maak een gespreksverslag voor de cliënt of groep, maak gebruik van het werkmodel Gespreksverslag. • Maak aantekeningen voor de rapportage in de organisatie.

Werkmodel Gespreksverslag <

Voorbereiden • Overleg met de BPV-begeleider met welke groep of cliënt je deze opdracht kunt gaan doen. Kies voor een situatie waarvoor de analyse en het plan van aanpak al gemaakt zijn. • Plan een afspraak met de groep of cliënt om de situatie en de oplossingen te bespreken en het netwerk in kaart te brengen. • Bevestig de afspraak schriftelijk, per mail of app, of door middel van een brief. • Bereid je voor op deze bijeenkomst door het plan van aanpak door te lezen. • Bespreek met de BPV-begeleider en/of andere collega’s hoe zij talenten en kwaliteiten bespreken. • Lees het artikel 'Instrumenten & werkvormen' over het inzetten op kwaliteiten en talenten. • Maak, zo mogelijk, gebruik van instrumenten of werkwijze van de organisatie. • Lees over de netwerkcirkel in het artikel 'Hoe maak je een sociogram?'. • Lees over het in kaart brengen van diverse netwerken in het artikel ‘Netwerken in kaart’. • Kies een geschikte methode om het netwerk van de groep of de cliënt in beeld te brengen, maak daarbij, zo mogelijk, gebruik van de gangbare werkwijze van de BPV-organisatie. • Zoek uit op welke wijze de voortgang in de dienstverlening wordt gerapporteerd in de organisatie.

fb .v

Artikel Hoe maak je een sociogram? <

Je ondersteunt de cliënt of de groep bij het bereiken van de vastgestelde doelen. Je focus ligt hierbij op stimuleren en motiveren om vanuit eigen mogelijkheden en kansen te handelen. Het eigen netwerk is in kaart gebracht.

tie

Artikel Instrumenten en werkvormen <

Dienstverlening opstarten

u' Ac

Oefening 1

Beoordelingscriteria

Bespreken kwaliteiten en talenten Je hebt: • een coachende stijl ingezet • het plan van aanpak doorgenomen • de kwaliteiten en talenten in kaart gebracht met de cliënt of groep.

Beoordeling

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Sociaal netwerk

u' Ac

Je hebt: • een coachende stijl ingezet • het netwerk op een bij de vraag van de cliënt of groep passende wijze in kaart gebracht • het netwerk letterlijk in kaart gebracht.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Verslag en rapportage Je hebt: • aantekeningen gemaakt tijdens de bespreking • een gespreksverslag gemaakt voor de cliënt of groep • aantekeningen gemaakt in het dossier of de rapportage van de organisatie.

1 Beoordeling

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Tijdens de begeleiding focus je op de vooraf gestelde doelen. Je laat zien dat je rekening houdt met verschillen in achtergrond en cultuur. Waar nodig stel je de dienstverlening bij, en je rapporteert volgens de richtlijnen van de organisatie. Voorbereiden • Kies met de BPV-begeleider of je met de groep uit de vorige deelopdracht verder kunt werken of mee kunt werken in een case van de BPV-begeleider of andere collega. • Bereid je voor op de dienstverlening aan de cliënt of groep door een aantal (minstens drie) begeleidingsgesprekken van collega’s bij te wonen. • Tijdens deze bijeenkomsten observeer je de collega’s op de volgende onderdelen. – handelen naar de cliënt of groep: a. zich inzetten op het (verder) ontwikkelen van keuzes b. maken van keuzes voor en/of met de cliënt of groep c. stimuleren dat hulp uit de eigen omgeving wordt ingezet d. motiveren te vertrouwen op de eigen kracht e. vertrouwen op de steun uit de eigen omgeving. – professioneel handelen: a. daadkrachtig b. enthousiasmerend. • Maak een verslag van je bevindingen tijdens deze observaties waarin je aangeeft wat je hebt geleerd over hoe je een cliënt of groep kunt begeleiden bij het bereiken van de doelen uit het plan van aanpak. Neem hierin op welke kwaliteiten en talenten jij kunt inzetten bij het begeleiden van cliënt en groep. • Bereid nu de begeleiding van cliënt of groep voor met gebruik van wat je in de observaties leerde. • Vraag aan de BPV-begeleider op welke wijze er tijdens de uitvoering van het plan van aanpak wordt gecheckt of de doelen haalbaar zijn en of het uitgezette spoor nog gevolgd wordt. • Verdiep je in de vier manieren om te checken of de dienstverlening nog op het spoor zit: Bespreken, bevragen, de situatie beschouwen/bekijken, testen. • Bedenk hoe je deze manieren kunt inzetten en bij welke cliënt of groep welke manier het best zou werken. • Maak gebruik van de werkwijze van de organisatie, mogelijk is er een instrument voor tussenevaluatie aanwezig. • Plan in overleg met een cliënt of groep een begeleidingsbijeenkomst en een tussenevaluatie, in aanwezigheid van de BPV-begeleider of andere collega.

Werkmodel Gespreksverslag <

Je bereidt je voor op het vervolg van de dienstverlening door mee te kijken bij collega’s, daarna breng je wat je leerde in praktijk door drie begeleidingsgesprekken te voeren. Je handelt tijdens de uitvoering integer, daadkrachtig en enthousiast. Je reflecteert op eigen handelen.

tie

Werkmodel Actief luisteren observatielijst <

Dienstverlening vervolgen

u' Ac

Oefening 2

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

•

fb .v

•

Vraag aan de collega tijdens de bijeenkomsten op te letten of je goed luistert, of je out of the box kunt denken, open staat voor nieuwe ideeën en risico’s durft te nemen. Vraag ook feedback over de mate waarin je afstemt op de communicatie, gedrag en omgangsvormen van de cliënt of groep. En of je aansluit bij de taalvaardigheid van de cliënt of groep en zo nodig andere (non-)verbale of visuele communicatie inzet. Tot slot vraag je feedback op je vraagstelling. Stel je open vragen, gebruik je de ik-boodschap en check je of de ander jou, en jij de ander, goed heeft begrepen?

•

u' Ac

tie

Uitvoeren • Voer driemaal een begeleidingsgesprek met een cliënt of groep. • Maak hiervan drie gespreksverslagen. Maak gebruik van het werkmodel Gespreksverslag. • Vul het gespreksverslag aan met een reflectie op je eigen handelen, waarbij je de punten uit de vorige deelopdracht aan de orde laat komen: – handelen naar de cliënt of groep: a. zich inzetten op het (verder) ontwikkelen van keuzes b. maken van keuzes voor en/of met de cliënt of groep c. stimuleren dat hulp uit de eigen omgeving wordt ingezet d. motiveren te vertrouwen op de eigen kracht e. ondersteunen te vertrouwen op de steun uit de eigen omgeving. – professioneel handelen: a. daadkrachtig b. enthousiasmerend c. integer. • Bespreek tijdens de tussenevaluatie het verloop van de dienstverlening met de cliënt of groep in aanwezigheid van de collega. • Stel de dienstverlening waar nodig bij, durf daarbij af te wijken van het oorspronkelijke plan, denk out of the box en sta open voor een nieuw spoor waarbij de dienstverlening verandert. • Zorg ervoor dat je tijdens het gesprek de cliënt of groep helpt bij het maken van eigen keuzes, vertrouwen op eigen kracht en op het inschakelen en vertrouwen op de mogelijkheden van het eigen netwerk. • Vraag de collega om feedback op bovenstaande punten. • Schrijf een gespreksverslag aan de hand van het werkmodel Gespreksverslag en werk de rapportage of het dossier over de dienstverlening bij.

Beoordelingscriteria Observaties

Je hebt: • drie collega’s geobserveerd • drie observatielijsten ingevuld • een verslag over wat je hebt geleerd over het begeleiden gemaakt • je eigen begeleidingsgesprekken voorbereid.

1 Beoordeling

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Bijeenkomsten

u' Ac

Je hebt: • drie begeleidingsbijeenkomsten geleid, waarbij je enthousiasme en daadkracht hebt ingezet • drie gespreksverslagen gemaakt • drie reflecties op eigen handelen gemaakt.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Tussenevaluatie Je hebt: • de tussenevaluatie gehouden • toen dat aan de orde was: ◦ out of the box gedacht ◦ risico’s genomen ◦ opengestaan voor nieuwe ideeën. • de rapportage voor de cliënt of groep en de organisatie bijgewerkt.

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

Tijdens het begeleiden houd je rekening met verschillen in achtergrond en cultuur. Hoe gaat de BPV-organisatie hiermee om? Je schrijft voor de BPV-organisatie een overlegnotitie over diversiteit en inclusiviteit in de werkpraktijk.

Werkmodel Hoe divers ben jij? <

Voorbereiden • Verdiep je in de begrippen inclusief denken en werken en diversiteit. • Lees het Werkmodel Interviewen. • Lees de werkmodellen Hoe divers ben jij? en Interculturele competenties. • Stel met de BPV-begeleider vast wie je gaat interviewen en of er ook klanten mogen worden geïnterviewd. • Stel vast hoeveel interviews je mag gaan houden (minimaal vijf). • Plan de interviews. • Bereid de interviews voor. • Plan een bijeenkomst waarin je het praatstuk bespreekt, denk hierbij aan de afdeling P&P, de beroepsgroepvergadering of een vergadering met het managementteam. Overleg dit met de BPV-begeleider.

Werkmodel Interviewen <

Werkmodel Interculturele competenties <

Diversiteit

u' Ac

Oefening 3

tie

Beoordelaar:

Uitvoeren • Stel vast hoe er in de BPV-organisatie gedacht en gehandeld wordt ten aanzien van dit onderwerp door collega’s, en als dat mag, cliënten of klanten van de organisatie te interviewen. Maak hierbij gebruik van een van beide werkmodellen Hoe divers ben jij? en Interculturele competenties. • Schrijf hierover een notitie waarin de volgende onderwerpen aan de orde komen: – Het belang: rekening te houden met verschillen – af te stemmen op de doelgroep – open en reflectieve vragen te stellen te – checken of de cliënt of de groep je begrepen heeft – helder te communiceren door ‘ik-vragen’ te stellen. • Bespreek het stuk in het afgesproken overleg. Vraag de aanwezigen of ze het eens zijn met je bevindingen en zorg voor een open communicatie en een goede sfeer waarin iedereen er mag zijn zoals hij is. • Je doel is dat mensen stilstaan bij hun eigen divers en/of inclusief handelen.

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

Beoordelingscriteria Voorbereiding

fb .v

tie

Beoordeling

Je hebt: • je verdiept in het begrippenkader • je verdiept in het interviewen • de interviews voorbereid en gepland • een bijeenkomst voor bespreking van het praatstuk gepland.

u' Ac

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria Praatstuk

Je hebt: • vijf interviews gehouden • een praatstuk geschreven • hierbij de gevraagde onderwerpen behandeld • het praatstuk besproken • bereikt dat de aanwezigen nagedacht hebben over eigen handelen.

Opmerkingen:

Beoordeling

Beoordelaar:

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

Werkmodel STRAK-reflectie <

Eindopdracht Dienstverlening uitvoeren Je gaat een cliënt of groep begeleiden bij het uitvoeren van een plan van aanpak. Doordat je de eigen kracht en kwaliteiten van een cliënt/doelgroep in kaart brengt kun je de eigen kracht effectief stimuleren en ondersteunen.

• •

•

Vraag aan de BPV-begeleider welke dienstverlening je mag uitvoeren. Bepaal samen welk plan van aanpak geschikt is, en binnen jouw bereik is. Denk hierbij aan een enkelvoudige vraag van een cliënt, of het organiseren van een activiteit met een groep. Lees de beschikbare gegevens door en plan de afspraken.

•

u' Ac

•

Bespreek het plan van aanpak. Breng kwaliteiten en talenten in beeld. Maak een netwerkanalyse. Coach de groep bij het behalen van de gestelde doelen. Let er hierbij specifiek op dat je de cliënt of groep faciliteert bij het vinden van eigen oplossingen en het voeren van de regie over het eigen leven: – ontwikkelen van eigen vaardigheden – maken van keuzes – inschakelen van de eigen omgeving – vertrouwen op eigen kracht – vertrouwen op de eigen omgeving. Toon daadkracht, enthousiasme en handel integer. Houd tijdens de begeleiding rekening met verschillen in achtergrond en cultuur. Houd de focus op de gestelde doelen, en stel deze zo nodig bij. Denk hierbij out of the box, durf risico’s te nemen en sta open voor nieuwe ideeën van de cliënt of de groep. Beschrijf de voortgang van het plan van aanpak en je dienstverlening, en rapporteer hierover aan de cliënt, de groep en de organisatie. Schrijf ter afsluiting van deze opdracht een STRAK-reflectie. Besteed aandacht aan hoe je: – je communicatie, gedrag en omgangsvormen hebt afgestemd op de cliënt/doelgroep – het netwerk op methodische wijze in kaart gebracht hebt.

• • • •

tie

Uitvoeren Begeleid de groep bij het behalen van de gestelde doelen. • • • • •

fb .v

Voorbereiden Begeleid een cliënt of groep bij het uitvoeren van een plan van aanpak.

Oefening 4

Beoordelingscriteria

Uitvoeren plan van aanpak Je hebt: • het plan van aanpak met de cliënt of de groep besproken • een netwerkanalyse gemaakt • kwaliteiten en talenten in beeld gebracht • de groep gestimuleerd en begeleid bij het behalen van de gestelde doelen met behulp van enthousiasme, daadkracht en integriteit • gewerkt aan het faciliteren van cliënt en groep bij het vinden van eigen oplossingen en het voeren van de regie over het eigen leven • rekening gehouden met de verschillen in achtergrond en cultuur

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

Beoordeling

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

STRAK-reflectie

u' Ac

tie

Opmerkingen:

fb .v

• de focus gehouden op de doelen, en deze waar nodig bijgesteld waarbij je out of the box dacht, risico’s durfde te nemen en openstond voor nieuwe ideeën van de cliënt of de groep • de bewijzen hiervoor lever je aan in de rapportage die je aan cliënt of groep en de organisatie aanbiedt.

Je hebt: • een STRAK-reflectie geschreven volgens het werkmodel STRAK-reflectie • inzicht in je eigen functioneren.

Beoordeling

Beoordelaar:

Opmerkingen:

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

Oefening 5

Terugkijken

fb .v

Reflectie op de lesstof a. Wat heb je allemaal geleerd? Noem een voorbeeld op het gebied van kennis, van een vaardigheid en een houdingsaspect.

tie

Kritisch en creatief denken b. Kun je out out the box denken? Noem één voorbeeld uit het maken van bovenstaande opdrachten.

u' Ac

c. Sta je open voor nieuw ideeën? Noem één voorbeeld uit het maken van bovenstaande opdrachten.

d. Durf je risico’s te nemen? Noem één voorbeeld uit het maken van bovenstaande opdrachten.

Zelfregulatie en zelfsturing e. Heb je de goede bronnen en materialen gebruikt? Geef hiervan één voorbeeld.

Oefening 6

Samenwerken f. Geef aan hoe de samenwerking met je BPV-begeleider en andere collega verliep. Wat was jouw aandeel in deze samenwerking?

Beoordeling werkproces Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

Versterkt de eigen kracht van de doelgroep

Beoordelingscriteria

ondersteunt cliënt/doelgroep daadkrachtig en enthousiast stemt zijn communicatie, gedrag en omgangsvormen af op de cliënt/doelgroep houdt rekening met verschillen in achtergrond en cultuur brengt netwerken op methodische wijze in kaart.

Beoordelingscriteria

u' Ac

Opmerkingen:

Beoordelaar:

tie

Beoordeling

fb .v

• • • •

Begeleiden

Aandacht en begrip tonen

• maakt bij een taalprobleem gebruik van non-verbale communicatie en/of visuele communicatiemiddelen, passend bij de communicatiestijl van de gesprekspartner(s) • stelt open, reflecterende vragen • checkt of de cliënt/doelgroep hem begrepen heeft.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Behartigt belangen

Inleiding

fb .v

Mahima werkt met een groep jongeren die regelmatig voor overlast zorgen in de buurt. De jongeren willen graag een eigen plek in de wijk hebben, de jongeren zelf hebben daar een goed plan voor bedacht. Mahima onderzoekt samen met de jongeren hoe ze dit plan op een goede manier kunnen presenteren zodat er draagkracht ontstaat in de wijk en bij de gemeente. Mahima heeft volgende week een overleg op het gemeentehuis, hij heeft met de jongeren afgesproken hun belangen te behartigen en te kijken of hij een gesprek tussen de jongeren en de gemeente kan organiseren.

u' Ac

tie

Je biedt de cliënt/groep effectieve ondersteuning bij het behartigen van zijn/hun belangen, daar waar hij/zij dat zelf niet kan/kunnen. Belangenbehartiging kan in de vorm van pleitbezorging, of het overnemen van de cliënt, of onderhandelen ten behoeve van de cliënt of groep. Nu eigen regie en eigen kracht zo belangrijk zijn, is de beroepskracht terughoudend met dit type werk. Ook bij belangenbehartiging kies je, als dat kan, voor overleg met de cliënt of groep over de oplossingsstrategie. Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K1-W4 Behartigt belangen.

Leerdoelen

Je kunt: • empathie tonen voor de moeilijkheden van de cliënt/doelgroep • doortastend optreden • vasthoudend zijn in het bereiken van je doelen • verschillende mogelijkheden/oplossingsstrategieën onderzoeken ten behoeve van de cliënt/doelgroep.

Bronnen • Cursus Gesprekken voeren met cliënten • Cursus Doelgroepen SMD • Training Voorlichten en belangenbehartiging.

Planningsformulier <

Oefening 1

Belangen behartigen Bepaal hoe er in de BPV-organisatie wordt omgegaan met belangenbehartiging. Voorbereiden • Bedenk met de BPV-begeleider welke informatie je nodig hebt en waar je deze kunt halen. • Stel vast wat er zoal onder belangenbehartiging valt. Denk ook aan bemiddelen, contact op gang brengen, bezwaar maken, het politieke systeem inschakelen. Maak een lijst. • Brainstorm met een collega over belangenbehartiging in het sociaal werk en vul je lijst aan.

Behartigt belangen

fb .v

Uitvoeren • Maak een notitie over hoe belangenbehartiging wordt ingezet in de organisatie en voeg daar je eigen mening aan toe. • Beantwoord de volgende vragen: – Hoe gaat de organisatie om met belangenbehartiging in een wereld waarin eigen kracht en eigen regie centraal staan? – Wanneer mag een beroepskracht het overnemen van cliënt of groep, en zijn daar grenzen aan? • Check je notitie en mening bij de BPV-begeleider, en vraag daarbij of je effectief en efficiënt de boodschap hebt overgebracht. • Stel je notitie bij aan de hand van de feedback.

Beoordelingscriteria

tie

Notitie

u' Ac

Je hebt: • een notitie geschreven • je eigen mening over het onderwerp hieraan toegevoegd • de vragen beantwoord in de notitie • feedback verwerkt • de boodschap effectief en efficiënt overgebracht.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 2

Voorstel voor ondersteuning Je doet een voorstel voor ondersteuning door middel van belangenbehartiging en onderzoekt oplossingsstrategieën. Voorbereiden • Overleg met de BPV-begeleider in welke case je een voorstel voor belangenbehartiging mag doen aan degene die de regie heeft in deze case. • Verdiep je in de case en de huidige situatie. • Plan een afspraak met de regiehouder in de case.

Behartigt belangen

fb .v

Uitvoeren • Maak een SWOT-analyse van de huidige situatie in deze case. • Bepaal welke vorm van ondersteunen hier aan de orde is: – overnemen – samen doen – een deel overnemen – aanwijzingen geven. • Bedenk welk type belangenbehartiging hier aan de orde is. • Bespreek je bevindingen met de regiehouder. • Kom samen tot overeenstemming over de volgende stap in de dienstverlening. • Bespreek samen welke mogelijkheden er aan de cliënt of groep zullen worden voorgelegd. • Vraag je gesprekspartner feedback over je werkwijze.

Voorbereiding

u' Ac

Je hebt: • je verdiept in de case • een afspraak met de regiehouder gepland.

Beoordeling

tie

Beoordelingscriteria

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Gesprek met regiehouder

Je hebt: • een SWOT-analyse gemaakt • bepaald welke vorm van ondersteunen hier aan de orde is • bepaald welk type belangenbehartiging hier aan de orde is • je bevindingen besproken met de regiehouder • overeenstemming bereikt over de volgende stap in de dienstverlening • samen vastgesteld welke mogelijkheden aan de cliënt of groep worden voorgelegd • feedback gevraagd over je communicatieve vaardigheden.

Behartigt belangen

Beoordeling

Beoordelaar:

Artikel Methodische voorlichting <

Voorbereiden • Bepaal met de BPV-begeleider in welke case je voor de cliënt of groep een stappenplan mag maken. Je moet met de cliënt ook kunnen bespreken hoe hij op kan komen voor het eigen belang. • Neem de case door. • Verdiep je in het belang van weerstand en hoe je met weerstand kunt omgaan, door het werkmodel Weerstand door te nemen. • Bedenk hoe je de cliënt of groep kunt stimuleren om voor zichzelf op te komen. Gebruik hiervoor een coachende stijl, zoals in het werkmodel Coachingsgesprek. Denk hierbij vooral aan het ondersteunen van de cliënt bij het maken van afwegingen: – voor- en nadelen van de afwegingen – consequenties van de keuzes. • Bereid je voor op het geven van een instructie, lees hiervoor het artikel 'Methodische voorlichting: zes stappen om tot gedragsverandering te komen'. • Bedenk welke stappen de cliënt, met of zonder de begeleider, kan gaan zetten om op te komen voor het eigen belang. • Nodig een collega uit om je te observeren tijdens het gesprek. Vraag toestemming om hem of haar mee te nemen aan de cliënt.

Werkmodel Coachingsgesprek <

Opkomen voor eigen belang

u' Ac

Oefening 3

tie

fb .v

Opmerkingen:

Uitvoeren • Voer het gesprek met de cliënt. • Toon hierbij empathie voor de moeilijkheden die de cliënt ervaart. • Geef concrete handreikingen en mogelijk instructies. • Maak concrete afspraken over het vervolg en de acties. • Maak een gespreksverslag en voeg dit toe aan het dossier voor de cliënt. Volg nadien of de afgesproken acties gehaald worden door contact te houden met de cliënt.

Beoordelingscriteria Voorbereiding Je hebt: • je verdiept in het geven van een instructie • je verdiept in het verschijnsel weerstand • je verdiept in de coachende stijl

Behartigt belangen

Beoordeling

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Stimuleren

u' Ac

tie

Opmerkingen:

fb .v

• je gerealiseerd hoe je de groep of cliënt kunt helpen bij het afwegen van mogelijkheden • de stappen bedacht die je aan de groep of cliënt wilt voorleggen e • en collega uitgenodigd • de groep of cliënt gevraagd om toestemming om iemand mee te nemen.

Je hebt: • het gesprek gevoerd aan de hand van je voorbereiding • empathie getoond • concrete handreikingen en mogelijk een instructie gegeven • afspraken gemaakt over het vervolg en de acties • een gespreksverslag gemaakt ten behoeve van het dossier van de cliënt of de groep volgens de richtlijnen van de organisatie • gevolgd of je werk het gewenste resultaat heeft opgeleverd.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Behartigt belangen

Voorbereiden • Zoek met de BPV-begeleider naar een geschikte case, waarin je zelfstandig of met enige (lees: weinig) begeleiding mag handelen. • Lees de case zorgvuldig door. • Overleg met de BPV-begeleider of andere collega’s of en welke delen van het plan volgens hen overgenomen zouden moeten worden. • Maak een SWOT-analyse met behulp van het Werkmodel SWOT-analyse. • Bereid het gesprek voor door de stappen om tot oplossingen te komen te noteren. • Bepaal ook of je van plan bent: – het gehele plan van aanpak over te nemen – samen te handelen met de cliënt of groep – een deel over te nemen – alleen aanwijzingen te gaan geven. • Check deze voorbereiding bij de BPV-begeleider of andere collega’s. Vraag of je volledig bent geweest, en of ze het eens zijn met de stappen die je wilt zetten. Stel zo nodig bij. • Nodig de groep of de cliënt uit voor een gesprek.

u' Ac

tie

Werkmodel STRAK-reflectie <

Geef effectieve ondersteuning aan een cliënt of groep bij het behartigen van zijn/hun belangen.

Werkmodel SWOT-analyse <

Eindopdracht Effectieve belangenbehartiging

fb .v

Oefening 4

Uitvoeren • Ondersteun de cliënt of de groep bij het maken van afwegingen aan de hand van je stappen. • Benoem of bepaal samen de consequenties en voor- en nadelen van handelen of niet handelen. • Bepaal of en welk deel van het plan van aanpak wordt overgenomen. • Geef aanwijzingen in de vorm van instructies of handreikingen. • Heb begrip voor weerstanden en handel hierin professioneel. • Wees doortastend waar dit nodig is. • Maak concrete afspraken. • Maak een gespreksverslag voor de cliënt of groep. • Rapporteer volgens de richtlijnen van de organisatie. • Volg de gemaakte afspraken en acties na het gesprek. • Maak een STRAK-reflectieverslag waarin je reflecteert op eigen handelen. In hoeverre ben je geslaagd in deze ondersteuning?

Beoordelingscriteria

Voorbereiding Je hebt: • de case zorgvuldig gelezen • afwegingen gemaakt met collega’s • een SWOT-analyse gemaakt • stappen bedacht en genoteerd • bepaalt op welke wijze je de ondersteuning wilt wijzigen ten opzichte van het plan van aanpak • je aanpak gecheckt bij collega’s • zo nodig je aanpak bijgesteld • de cliënt of groep uitgenodigd.

Behartigt belangen

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

tie

Beoordelaar:

u' Ac

Beoordelingscriteria Uitvoering

Je hebt: • de groep ondersteund bij het maken van keuzes en het zetten van stappen • de consequenties van wel of niet handelen besproken • bepaalt of en welk deel van het plan van aanpak wordt overgenomen • instructies en aanwijzingen gegeven waar dat nodig was • zorgvuldig en professioneel gehandeld bij eventuele weerstanden • doortastend gehandeld waar nodig • concrete afspraken gemaakt • gecheckt bij de cliënt of de groep of de acties in gang zijn gezet • een reflectief verslag geschreven waaruit blijkt hoe je je handelen beoordeelt.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Behartigt belangen

Beoordelingscriteria STRAK-reflectie

Beoordelingscriteria

u' Ac

Beoordelaar:

tie

Opmerkingen:

fb .v

1 Beoordeling

Je hebt: • een STRAK-reflectie geschreven volgens het werkmodel STRAK-reflectie • inzicht in je eigen functioneren.

Gedragsobservatie

Je hebt: • je BPV-begeleider gevraagd de gedragsobservatie in te vullen • je gedragsobservatie bekeken en besproken met je BPV-begeleider.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Behartigt belangen

Oefening 5

Terugkijken

fb .v

Reflectie op de lesstof a. Wat heb je geleerd van deze BPV-opdrachten over belangenbehartiging? En welke vaardigheid heb je geoefend en daardoor vergroot?

tie

Kritisch en creatief denken b. Noem één voorbeeld uit het maken van bovenstaande opdrachten waaruit blijkt dat je out of the box durft te denken.

u' Ac

Zelfregulatie en zelfsturing c. Geef een voorbeeld van hoe je een opdracht hebt gewijzigd, zodat je wel aan de beoordelingscriteria kon voldoen, terwijl je je aanpast aan de mogelijkheden van de organisatie. Geef ook aan welke rol jij zelf had bij het aanpassen van de (deel)opdracht.

Samenwerken d. Geef aan met wie je hebt samengewerkt, en geef aan hoe deze samenwerking verliep en wat jouw bijdrage is geweest.

Oefening 6

Beoordeling werkproces

Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

Beoordelingscriteria Aandacht en begrip tonen • toont empathie voor de moeilijkheden van de cliënt/doelgroep.

1 Beoordeling

Behartigt belangen

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Onderzoeken

u' Ac

• is vasthoudend in het bereiken van je doelen • treedt doortastend op • onderzoekt verschillende mogelijkheden/oplossingsstrategieën ten behoeve van de cliënt/doelgroep.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

fb .v

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken Inleiding

u' Ac

tie

Joris komt meerdere keren in de maand langs bij het open koffie moment. De ene keer vraagt hij je een brief voor te lezen de andere keer komt hij net als vandaag met de vraag of je hem kunt helpen een formulier in te vullen. Joris is niet de enige die met vragen naar het open koffie moment komt. Je vraagt je wel eens af of er niemand anders is die Joris zou kunnen helpen met dit soort dingen. Misschien kunnen de deelnemers aan het open koffie moment elkaar wel helpen. Je zorgt ervoor dat de groep of de cliënt zijn eigen netwerk kent en kan inzetten. Je bevordert de samenwerking met dit netwerk en stimuleert hen/hem om samenwerkingsrelaties aan te gaan en te onderhouden. Zo nodig wijs je de groep of de cliënt door naar andere instanties. Je bevordert waar nodig de afstemming tussen formele in informele ondersteuning voor groep of cliënt. Je evalueert de dienstverlening.

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K1-W5 Bevordert samenwerking en versterkt netwerken.

Leerdoelen

Je kunt: • proactief kansen benutten • een juiste balans kiezen tussen zelf doen, coördineren en uit handen geven • belangstelling tonen voor de opvattingen en standpunten van de individuen/groep(en) • openstaan voor andere benaderingen • overeenstemming nastreven door doelgericht toe te werken naar win-winsituaties • informatie helder en begrijpelijk overbrengen.

Bronnen • Training Interdisciplinair samenwerken • Training Professioneel samenwerken • Training Presenteren en instrueren • Training Organiseer een netwerkbijeenkomst • Cursus Evalueren en rapporteren.

Planningsformulier <

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

Rapport Aan de slag met sociale netwerken <

Netwerk in kaart brengen Je brengt het netwerk van een groep of cliënt in kaart. Je leest een bestaand plan van aanpak en besluit dan welk instrument voor het behalen van het doel het best past. Vervolgens breng je aan de hand van de beschikbare informatie in het plan van aanpak in kaart hoe het netwerk eruitziet, en vul je dit aan met mogelijke samenwerkingspartners.

Oefening 1

u' Ac

tie

fb .v

Voorbereiden • Kies met de BPV-begeleider voor een case waarvoor je het netwerk in kaart mag brengen, liefst eentje die je daarna ook met de groep of cliënt mag gaan bespreken. • Kent de organisatie een vaste manier om het netwerk in kaart te brengen? Zoek uit welk instrument (vaak) wordt gebruikt en verdiep je in dit instrument. • Lees het rapport 'Aan de slag met sociale netwerken'. Hier vind je tien instrumenten. Maak aantekeningen en zet deze tien instrumenten op een rij. Waarvoor, en voor wie zijn ze geschikt? • Vraag in de BPV-organisatie na met welk doel het netwerk van de groep of de cliënt in kaart wordt gebracht. Denk bijvoorbeeld aan: dreigende overbelasting in beeld krijgen of inzetbaarheid van vrienden en familie bespreekbaar maken. • Lees de case goed door en kies een instrument dat past bij de case en het doel van de BPV-organisatie. • Bespreek het instrument dat je wilt gebruiken met de BPV-begeleider, stel je tijdens het gesprek open op voor de ideeën van de BPV-begeleider.

Uitvoeren • Maak nu de netwerkanalyse aan de hand van de beschikbare informatie over de case. • Vul de zo ontstane netwerkanalyse aan met mogelijke samenwerkingspartners voor deze groep of cliënt, die jij zo kunt bedenken. Gebruik hiervoor bijvoorbeeld de sociale kaart van de BPV-organisatie. • Check je netwerkanalyse bij je BPV-begeleider en vul aan op haar aanwijzingen

Beoordelingscriteria

Instrumenten

Je hebt: • een geschikt instrument voor respectievelijk een groep dan wel een cliënt gekozen • 10 instrumenten op een rij gezet • bepaald waarvoor en voor wie de instrumenten geschikt zijn • bepaald of het doel en het instrument in de BPV-organisatie bij elkaar passen.

Opmerkingen:

Beoordeling

Beoordelaar:

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

Beoordelingscriteria Netwerk in kaart

Acties bespreken

Je bespreekt met een groep of cliënt de netwerkanalyse en vult deze aan in samenwerking met elkaar. Je geeft informatie over mogelijke samenwerkingspartners en formuleert acties. Hierbij toon je aandacht en begrip voor het standpunt en de zienswijze van de groep of cliënt en handel je proactief. Je hanteert een coachende stijl. Je maakt een verslag van de bijeenkomst waardoor de acties en de taakverdeling vastliggen. Voorbereiden • Werk, als dat mogelijk is, bij voorkeur verder met de situatie uit de vorige deelopdracht. • Maak een afspraak met de groep of de cliënt. • Bereid je voor op het gesprek door voor jezelf te noteren wat je gaat bespreken. • Bedenk hierbij vooral waarom je de netwerkanalyse inzet. Hoe gaat deze analyse helpen bij het realiseren van de doelen in het plan van aanpak? • Lees het Werkmodel Coachingsgesprek door en bedenk hoe je deze stijl van werken kunt inzetten tijdens de uitvoering. • Verdiep je in onderhandelen, lees het artikel 'Onderhandeling'. • Bedenk hoe je onderhandelen nodig zou kunnen hebben bij het bespreken van de netwerkanalyse met de groep of de cliënt. • Leg je voorbereidende notities voor aan je BPV-begeleider en stel desgewenst bij.

Artikel Onderhandeling <

Beoordelaar:

Werkmodel Coachingsgesprek <

u' Ac

Opmerkingen:

Oefening 2

tie

Beoordeling

fb .v

Je hebt: • de case doorgenomen • een instrument voor het in kaart brengen van een netwerk gekozen • het netwerk aan de hand van de beschikbare informatie over de case in kaart gebracht • de netwerkanalyse aangevuld met mogelijke samenwerkingspartners.

Uitvoeren • Bespreek je netwerkanalyse met de groep of de cliënt. • Bespreek met elkaar waar en welke samenwerkingspartners aangevuld kunnen worden in de netwerkanalyse. • Doe voorstellen voor het aanvullen van de netwerkanalyse met andere partners en geef hierbij informatie over deze samenwerkingspartners.

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

• • • • •

•

fb .v

• • •

Toon aandacht en begrip voor de zienswijze en standpunt van je gesprekspartner(s) en stel je eigen visie zo nodig bij, of kies voor doorzetten van je eigen zienswijze. Onderhandel zo nodig over het aanvullen of wegstrepen van samenwerkingspartners. Zodra jullie overeenstemming hebben over de netwerkanalyse stel je deze vast. Je formuleert vervolgens acties die te maken hebben met het aanspreken van het netwerk voor het realiseren van het plan van aanpak met en voor de groep of de cliënt. Stel je hierbij proactief op, om kansen op samenwerking tussen de groep of de cliënt en het netwerk optimaal te benutten. Verdeel de taken en kom tot overeenstemming wie wat op zich neemt. Maak een verslag waardoor de acties en de taakverdeling vastliggen. Vul dit verslag aan met de vastgestelde netwerkanalyse. Overleg met de BPV-begeleider, vraag om feedback over je verslag, stel zo nodig bij. Verstrek het verslag aan de groep of de cliënt. Rapporteer volgens de richtlijnen van de BPV-organisatie over dit gesprek.

tie

•

Beoordelingscriteria

u' Ac

Voorbereiding

Je hebt: • een afspraak ingepland met de groep of de cliënt • vooraf genoteerd wat je gaat bespreken • hierbij vooral aandacht besteed aan het doel van de netwerkanalyse bij dit plan van aanpak • het werkmodel Coachingsgesprek doorgenomen • je verdiept in onderhandelen • je notities besproken met de BPV-begeleider en bijgesteld op zijn aanwijzingen.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria Uitvoering Je hebt: • de netwerkanalyse besproken met de groep of de cliënt • de netwerkanalyse bijgesteld en vastgesteld • acties vastgesteld

een taakverdeling gemaakt begrip getoond proactief gehandeld om kansen te benutten een verslag van de bespreking gemaakt het verslag met de BPV-begeleider besproken het verslag bijgesteld en verstrekt aan de groep of cliënt gerapporteerd over het gesprek volgens de richtlijnen van de BPV-organisatie.

Beoordeling

Samenwerken

Oefening 3

u' Ac

Beoordelaar:

tie

Opmerkingen:

fb .v

• • • • • • •

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

Je onderzoekt hoe de BPV-organisatie handelt als een groep of cliënt wordt doorgestuurd naar een andere organisatie, op welke wijze er wordt samengewerkt tussen formele en informele zorg en welzijn en hoe professionals de balans tussen zelf doen, coördineren en uit handen geven realiseren. Je vormt een eigen mening over professioneel samenwerken en maakt hierover een werkwijzer voor nieuwe medewerkers.

Voorbereiden • Onderzoek hoe er in de organisatie wordt gedacht over professioneel samenwerken ten behoeve van de groep of cliënt. Zijn hiervoor regels, formulieren of protocollen? Verzamel de relevante stukken, of schrijf op wat je hierover hoort. • Onderzoek welk beleid de BPV-organisatie hanteert voor het doorsturen van een groep of cliënt naar een andere organisatie. Bepaalt de groep of de cliënt dit zelf, en wanneer wel of niet? Staat hierover iets op papier, of zijn het ongeschreven regels? Verzamel de gevonden informatie. Vraag om concrete voorbeelden. • Onderzoek of er privacyregels van toepassing zijn. Worden er gegevens over groepen of cliënten uitgewisseld, en onder welke voorwaarden? Verzamel de beschikbare (eventueel mondeling verkregen) informatie. Vraag om concrete voorbeelden. • Onderzoek of er concrete projecten of andere vormen van samenwerking zijn tussen de BPV-organisatie en andere organisaties voor welzijn, formele en informele zorg. Verzamel de informatie over deze samenwerking, over ten minste een project of gezamenlijke dienstverlening. Vraag om concrete voorbeelden.

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

fb .v

Uitvoeren • Overleg met de BPV-begeleider hoe de werkwijzer eruit moet komen te zien, zodat die past bij de manier van werken in de BPV-organisatie. • Maak een werkwijzer voor nieuwe medewerkers, zodat zij weten hoe om te gaan met professionele samenwerking. Verwerk hierin alle verzamelde informatie en de concrete voorbeelden. • Voeg aan de werkwijzer een paragraaf toe met je eigen mening over professioneel samenwerken.

Beoordelingscriteria Werkwijzer

u' Ac

tie

Je hebt: • een werkwijzer gemaakt die gebruikt kan worden ter informatie voor nieuwe medewerkers • de werkwijzer omvat alle beschikbare informatie uit de BPV-organisatie • de werkwijzer bevat concrete voorbeelden • je eigen mening over professioneel samenwerken opgenomen in de werkwijzer.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Eindopdracht Samenwerking

Oefening 4

Werkmodel STRAK-reflectie <

Je werkt samen met de groep of de cliënt of andere organisaties in een concrete situatie. Voorbereiden • Overleg met de BPV-begeleider waar, wanneer en hoe je deze opdracht kunt doen. Het moet een situatie zijn waarbij er een plan van aanpak beschikbaar is en waarbij het nodig is om een netwerkanalyse te maken en bespreken. • Lees het plan van aanpak door op mogelijke samenwerkingspartners. • Kies een bruikbaar instrument voor de netwerkanalyse. • Maak een netwerkanalyse aan de hand van de beschikbare informatie. • Plan een afspraak in voor de bespreking van de analyse. • Bereid de bijeenkomst voor in overleg met de BPV-begeleider. • Stel je plan voor de bijeenkomst zo nodig bij.

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

Beoordelingscriteria Voorbereiding

u' Ac

tie

fb .v

Uitvoeren • Bespreek de netwerkanalyse met de betrokkenen. • Vul de analyse aan met de aanvullende informatie die je van betrokkenen krijgt. • Geef begrijpelijke informatie. • Benut kansen in het gesprek proactief en sta open voor ideeën en adviezen. • Onderhandel als dit nodig is. • Toon begrip en belangstelling voor de standpunten van de betrokkenen. • Kom tot overeenstemming met de betrokkenen. • Formuleer acties voor het aangaan van andere samenwerkingsrelaties. • Verdeel de taken en bepaal hierbij wat de betrokkenen kunnen doen en wat jij moet doen. • Wijs de groep, de cliënt, of de collega-organisaties indien van toepassing op de mogelijkheid om een andere organisatie in te zetten, of naar een andere organisatie te gaan. • Maak een verslag van de bijeenkomst waarin de netwerkanalyse, de acties en de taakverdeling terugkomen. • Rapporteer volgens de richtlijnen van de organisatie. • Schrijf ter afsluiting van deze opdracht een STRAK-reflectie waarin je aandacht besteed aan de manier waarop je: een balans gevonden hebt tussen zelf doen, coördineren en uit handen geven gestreefd hebt naar overeenstemming door doelgericht toe te werken naar win-winsituaties.

Je hebt: • het plan van aanpak doorgelezen op mogelijke samenwerkingspartners • een bruikbaar instrument voor deze netwerkanalyse gekozen • een netwerkanalyse gemaakt op basis van de beschikbare informatie • de netwerkanalyse aangevuld met mogelijk nieuwe samenwerkingspartners • een bijeenkomst gepland • de bijeenkomst voorbereid met hulp van de BPV-begeleider.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

Beoordelingscriteria Uitvoering

u' Ac

tie

fb .v

Je hebt: • de netwerkanalyse besproken • de netwerkanalyse aangevuld op aanwijzen van betrokkenen • een open en betrokken houding laten zien • laten zien dat je openstaat voor anderen • informatie helder en begrijpelijk gegeven • waar nodig onderhandeld • overeenstemming bereikt • acties geformuleerd • taken verdeeld • de betrokkenen indien van toepassing gewezen op de mogelijkheid andere organisaties in te schakelen of over te stappen naar een andere organisatie • een verslag gemaakt waarin de netwerkanalyse, de acties en de taakverdeling staan • gerapporteerd over de bijeenkomst op de voor de organisatie gangbare wijze.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Je hebt: • een STRAK-reflectie geschreven volgens het werkmodel STRAK-reflectie • inzicht in je eigen functioneren.

Beoordeling

STRAK-reflectie

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Terugkijken

tie

Oefening 5

u' Ac

Reflectie op de lesstof a. Welke lesstof blijft je bij, na het maken van deze opdrachten?

b. Welke vaardigheid heb je bijgespijkerd of nieuw geleerd?

c. Welke houdingsaspecten kwamen voor jou opvallend voor het voetlicht?

Kritisch en creatief denken d. Kun je creatief handelen naar aanleiding van wat er op je afkomt? Noem één voorbeeld uit het maken van bovenstaande opdrachten.

Zelfregulatie en zelfsturing e. Heb je de goede bronnen en materialen gebruikt? Geef hiervan één voorbeeld.

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

Oefening 6

fb .v

Samenwerken f. Geef aan met wie je hebt samengewerkt, hoe deze samenwerking verliep en wat jouw bijdrage is geweest.

Beoordeling werkproces Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

tie

Beoordelingscriteria Begeleiding

u' Ac

• is proactief in het benutten van kansen • kiest een juiste balans tussen zelf doen, coördineren en uit handen geven.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

• staat open voor andere benaderingen • toont belangstelling voor de opvattingen en standpunten van de individuen/groep(en).

Beoordeling

Aandacht en begrip tonen

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Overtuigen en beĂŻnvloeden

tie

Beoordelingscriteria

â&#x20AC;˘ streeft overeenstemming na door doelgericht toe te werken naar win-winsituaties.

Beoordelaar:

Opmerkingen:

u' Ac

Beoordeling

Beoordelingscriteria Presenteren

brengt informatie helder en begrijpelijk over.

Beoordeling

Bevordert de samenwerking en versterkt netwerken

fb .v

Opmerkingen:

u' Ac

tie

Beoordelaar:

fb .v

Voert beleidsondersteunende taken uit

Inleiding

u' Ac

tie

Naomi heeft op internet een artikel gelezen over een actie in Groningen voor een dementievriendelijke buurt. Statistisch gezien woont er in haar wijk ook een grote groep dementerende ouderen, ze kent er eigenlijk maar een paar. Ze vraagt zich af of de organisatie waar zij voor werkt wel voldoende doet om die doelgroep te bereiken en te ondersteunen. Ze bespreekt het artikel met haar collega’s en leidinggevenden. Ze mag op basis van het artikel een eigen plan bedenken om haar wijk dementievriendelijk te maken. Volgende week bespreekt ze het plan met het team. Daarna hoopt ze haar plan te kunnen bespreken met andere organisaties in de wijk zodat ze het samen kunnen uitvoeren. Je volgt de ontwikkelingen binnen en buiten de organisatie, je signaleert knelpunten in het beleid en rapporteert hierover. Je draagt ideeën en gegevens aan voor beleid en/of nieuwe activiteiten van de organisatie. Ook verwoord je het beleid richting externe betrokkenen.

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K1-W6 Voert beleidsondersteunende taken uit.

Leerdoelen

Je kunt: • een voorstel onderbouwen met steekhoudende argumenten • een juiste inschatting maken van de waarde van informatie voor (het beleid van) de organisatie • relevante informatie beknopt samenvatten • passende en haalbare voorstellen voor verbetering/vernieuwing van het beleid formuleren • het beleid naar (extern) betrokkenen op overtuigende en professionele wijze presenteren.

Planningsformulier <

Oefening 1

Bronnen • Training Presenteren en instrueren. Planning Lees eerst de BPV-opdracht goed door en vul daarna het planningsformulier in. Dit formulier laat je goedkeuren door je praktijkbegeleider. Als hij akkoord is met je planning mag je de opdrachten gaan uitvoeren.

Ontwikkelingen en knelpunten Je zoekt uit welke ontwikkelingen en knelpunten er binnen en buiten de organisatie zijn, schat in welke informatie van belang is voor de organisatie en vat relevante informatie samen.

Voert beleidsondersteunende taken uit

fb .v

Voorbereiden • Vraag aan je BPV-begeleider welke ontwikkelingen er in de eigen organisatie en in de lokale situatie aan de hand zijn. Denk hierbij bijvoorbeeld aan samenwerking met andere organisaties, nieuwe dienstverlening, nieuwe opdrachtgevers, andere werkwijzen of andere werksoorten. • Zorgen de ontwikkelingen in het sociale domein en de participatiesamenleving voor knelpunten? Vraag na bij de BPV-begeleider. • Kom tot een lijstje van drie opvallende ontwikkelingen in- en/of extern. • Vul het lijstje aan met eventuele knelpunten.

Beoordelingscriteria

u' Ac

tie

Uitvoeren • Leg het lijstje voor aan vijf collega’s en vraag of ze instemmen met deze lijst. Vervang eventueel onderwerpen op basis van hun ideeën hierover. • Volg een tijdje lang, gedurende minimaal drie weken, of de drie onderwerpen inderdaad leven in de organisatie. Wordt erover gesproken door klanten, samenwerkingspartijen en collega’s? Verschijnen deze onderwerpen in (beleids)stukken en verslagen? Worden de knelpunten herkend? • Stel je lijst zo nodig bij nu je de ontwikkelingen een tijdje hebt gevolgd. • Leg de lijst voor aan de BPV-begeleider en kom tot overeenstemming op basis van argumenten. • Maak een samenvatting van de onderwerpen die op de definitieve lijst staan. • Leg uit hoe je tot deze lijst bent gekomen en beschrijf de ontwikkelingen. • Vraag feedback van de BPV-begeleider over hoe (goed) je de ontwikkelingen hebt gevolgd en de knelpunten hebt geformuleerd.

Ontwikkelingen volgen

Je hebt: • een eerste lijst met drie onderwerpen en eventuele knelpunten samengesteld in overleg met de BPV-begeleider • de lijst voorgelegd aan vijf collega’s • de lijst zo nodig bijgesteld • minimaal drie weken gevolgd of de drie onderwerpen relevant en aan de orde zijn • de lijst definitief samengesteld • feedback gevraagd van je BPV-begeleider over het volgen van de ontwikkelingen. Heb je er voldoende tijd en aandacht aan besteed? Is je lijst logisch en op een weloverwogen wijze tot stand gekomen? Stel deze vragen aan de BPV-begeleider.

Beoordeling

Voert beleidsondersteunende taken uit

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Ontwikkelingen samenvatten

u' Ac

Je hebt: • een samenvatting gemaakt van de definitieve onderwerpen • de ontwikkelingen omschreven, knelpunten geformuleerd • het proces hoe je tot de lijst bent gekomen beschreven • feedback gevraagd over het tot stand komen van de lijst.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 2

Werkmodel De vijf W's <

Werkmodel Plan van aanpak <

Breng een signaal in en maak een plan van aanpak Je signaleert waar bestaand beleid van de organisatie moet worden aangepast, rapporteert hierover, levert gegevens aan voor de wijzigingen en maakt een plan van aanpak voor de implementatie van de wijziging. Voorbereiden • Overleg met de BPV-begeleider welke van de drie ontwikkelingen uit de vorige opdracht gebruikt gaat worden voor deze opdracht. • Bepaal met de BPV-begeleider welk beleidsstuk relevant is (zoals: wijzigingen over het melden van kindermishandeling hoort in deze organisatie in het beleidsstuk meldcode huiselijk geweld). • Lees het betreffende beleidsstuk en maak aantekeningen voor de noodzakelijke wijzigingen. • Onderzoek hoe voorstellen voor beleidswijzigingen lopen in de BPV-organisatie. • Doe een voorstel voor een beleidswijzing aan de BPV-begeleider.

Voert beleidsondersteunende taken uit

• • •

•

fb .v

•

Overleg met de BPV-begeleider of de voorgestelde wijziging noodzakelijk is. Kies eventueel samen een ander onderwerp. Overleg met de BPV-begeleider hoe je voorstel passend en haalbaar geformuleerd kan worden. Bedenk steekhoudende argumenten met behulp van een goede voorbereiding: – aanleiding voorstel – doel. Maak een plan van aanpak voor de implementatie van de wijziging met behulp van het werkmodel.

Beoordelingscriteria Bepalen

u' Ac

tie

Uitvoeren • Doe een voorstel voor wijziging van beleid volgens de gangbare werkwijze in de organisatie. • Gebruik hierbij het werkmodel De vijf W’s. • Doe aan degene die over het wijzigen van beleid gaat ook een voorstel welke tekst opgenomen, geschrapt of veranderd moet worden in het bestaande beleid. • Zorg ervoor dat je het voorstel goed onderbouwt met steekhoudende argumenten. • Maak een plan van aanpak voor de wijziging.

Je hebt: • gekozen welke beleidswijziging nodig is op basis van een opvallende ontwikkeling • over je keuze overleg gevoerd met de BPV-begeleider • in overleg met de BPV-begeleider bepaalt in welk beleidsstuk de wijziging moet worden opgenomen • het beleidsstuk doorgenomen en aantekeningen gemaakt • uitgezocht hoe beleidswijzigingen doorgevoerd worden in de organisatie.

Beoordeling

Beoordelaar:

Opmerkingen:

Voert beleidsondersteunende taken uit

Beoordelingscriteria Voorstel

fb .v

tie

Beoordeling

Je hebt: • een relevante beleidswijziging voorgesteld • een beleidswijziging voorgesteld volgens de werkwijze van de organisatie • het voorstel opgebouwd met behulp van het werkmodel De vijf W’s • de gewijzigde/nieuwe tekst aangeleverd bij degene die er over gaat.

u' Ac

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria Plan van aanpak

Je hebt: • een plan van aanpak gemaakt voor de implementatie van de wijziging.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Voert beleidsondersteunende taken uit

Oefening 3

Beschrijf een activiteit Je doet een voorstel voor verbetering of vernieuwing door een idee voor een nieuwe activiteit aan te dragen. Het voorstel is onderbouwd en uitgewerkt, zodat het uitgevoerd kan worden.

u' Ac

tie

fb .v

Voorbereiden • Onderzoek welke activiteiten en diensten de organisatie nu aanbiedt en evalueer dit aanbod. • Bepaal of er knelpunten zijn, zoals het ontbreken van een activiteit voor een bepaalde groep in de samenleving. Is er iets wat je mist en zou willen toevoegen, bijvoorbeeld een dienst of activiteit waarover je op de opleiding hoorde. Is er misschien een link te leggen naar de ontwikkelingen die je eerder in deze opdrachten vaststelde? • Houd ruggespraak met je collega’s of de BPV-begeleider over wat zij missen in het huidige aanbod. • Kom tot overeenstemming met de BPV-begeleider over de activiteit of dienst die je gaat aandragen. • Verdiep je in deze nieuwe dienst of activiteit door op internet te zoeken of er al iets dergelijks uitgevoerd wordt. • Bepaal met de BPV-begeleider wat de route is voor het voorstellen van nieuwe activiteiten en diensten. Bij wie draag je het idee aan, en in welke vorm of format?

Uitvoeren • Beschrijf de gekozen dienst of activiteit. • Doe een voorstel voor opnemen van deze dienst of activiteit op de wijze van de organisatie. • Onderbouw je keuze voor de dienst of activiteit. • Werk een plan uit voor het opnemen van de nieuwe dienst of activiteit in de organisatie volgens de aanwijzingen. Beschrijf in ieder geval: – de aanleiding – het doel – hoe je dit doel gaat realiseren – hoe je ervoor gaat zorgen dat iedereen die het moet weten op de hoogte is – wie er betrokken moet worden bij (het uitvoeren van) de activiteit – of en welke scholing of training er nodig is – hoe de nieuwe dienst of activiteit betaald wordt – wie er verantwoordelijk wordt voor de uitvoering. • Presenteer je voorstel binnen de organisatie aan de persoon verantwoordelijk voor het bepalen van de diensten of activiteiten van de BPV-instelling.

Beoordelingscriteria

Kiezen Je hebt: • kennisgenomen van het bestaande pakket diensten en activiteiten van de BPV-organisatie • bepaald wat er mist in dit aanbod door dit aanbod te evalueren • in overleg met de BPV-begeleider en/of andere collega’s een keuze gemaakt voor een dienst of activiteit • informatie gezocht over de nieuwe dienst of activiteit • je verdiept in de route voor het voorstellen van een nieuwe dienst of activiteit.

Voert beleidsondersteunende taken uit

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

tie

Beoordelaar:

u' Ac

Beoordelingscriteria Beschrijven

Je hebt: • de gekozen dienst of activiteit beschreven • een voorstel gedaan volgens de werkwijze van de organisatie • je voorstel onderbouwd met argumenten • een plan gemaakt voor het implementeren van de nieuwe dienst of activiteit volgens de aanwijzingen in de opdracht • voorstel en plan gepresenteerd aan de persoon verantwoordelijk voor het bepalen van de diensten en activiteiten van de BPV-instelling.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Voert beleidsondersteunende taken uit

Werkmodel Presenteren <

Uitvoeren • Schat de waarde van de informatie in voor de organisatie door uit te zoeken of het onderwerp breed speelt in de (lokale) samenleving, of er meer informatie over te vinden is, en of collega-organisaties het onderwerp ook herkennen. Dit kun je doen door de beleidsvoornemens van deze organisaties op te zoeken. • Check of dit onderwerp in de BPV-organisatie tot wijzigingen in het beleid kan leiden. • Check of het onderwerp tot nieuwe of bijgestelde activiteiten of diensten moet leiden. Werk het idee voor de nieuwe of bijgestelde activiteit uit door de aanleiding, het doel en een (globaal) plan van aanpak te schrijven. • Onderbouw de voorstellen met steekhoudende argumenten door je goed voor te bereiden. Maak een samenvatting van de relevante informatie. • Zet je voorstellen op papier en breng deze in op de plaats en wijze van de BPV-organisatie. • Bereid je voor op een presentatie over de nieuwe activiteit of dienst. • Gebruik hiervoor het werkmodel Presenteren. Geef je een interne presentatie over de nieuwe activiteit of dienst. • Vraag de BPV-begeleider om feedback op de kwaliteit van de presentatie. • Bepaal samen met je BPV-begeleider of en aan welke externe partij je de presentatie ook mag gaan geven. Denk hierbij aan vrijwilligers, netwerkpartners, familieleden of collega-organisatie. • Bedenk welk middel je gaat inzetten voor de presentatie, denk aan bijvoorbeeld een pitch, flyer, poster of media. • Schrijf ter afsluiting van deze opdrachten een STRAK-reflectie waarin je reflecteert op de manier waarop je: – je voorstellen onderbouwd hebt – een juiste inschatting hebt kunnen maken over de waarde van informatie voor de BPV-instelling – overtuigend en professioneel gepresenteerd hebt.

u' Ac

Werkmodel STRAK-reflectie <

Voorbereiden • Kies met je BPV-begeleider hoe je de ontwikkelingen buiten de organisatie kunt gaan volgen. Het gaat hier om ontwikkelingen in het werkterrein van de organisatie of soortgelijk werk in het sociale domein. Het kan gaan om ontwikkelingen die de klant betreffen, de professional, de organisatie of de samenleving. • Denk hierbij aan het bijwonen van een congres, nieuwsbrieven, media, netwerk en kennisbijeenkomsten of beleidsvoornemens van de gemeente of andere organisaties. • Kies ten minste twee manieren om de ontwikkelingen te volgen, eentje waarvoor je bij wijze van spreken achter je bureau kunt blijven zitten (deskresearch) en een werkwijze waarvoor je op pad moet (fieldresearch). • Kies een onderwerp dat je opvalt en check bij de BPV-begeleider of hij het onderwerp als een nieuwe ontwikkeling herkent. Kom tot overeenstemming over een onderwerp.

Werkmodel Activiteitenformulier <

Je levert een bijdrage aan het beleid van de organisatie door de ontwikkelingen buiten de organisatie te volgen en en je koppelt hier een nieuwe activiteit aan. Je presenteert deze in of buiten de organisatie.

fb .v

Werkmodel De vijf W's <

Eindopdracht Nieuwe activiteit

tie

Oefening 4

Beoordelingscriteria Beleid Je hebt: • ontwikkelingen gevolgd op de met de BPV-begeleider afgesproken wijze • ontwikkelingen gevolgd met behulp van deskresearch en fieldresearch • ingeschat wat de waarde van de ontwikkelingen zijn voor de organisatie

Voert beleidsondersteunende taken uit

de gevonden informatie samengevat een ontwikkeling gekozen in overleg met de BPV-begeleider gesignaleerd waar in het beleid de ontwikkeling moet leiden tot een beleidswijziging gerapporteerd over het knelpunt in het beleid op de wijze van de organisatie een beleidswijziging op schrift gesteld, passend en haalbaar beleidswijziging voorgesteld op de gangbare wijze in de organisatie deze wijziging goed onderbouwd met steekhoudende argumenten.

Beoordeling

Activiteit

Beoordelingscriteria

u' Ac

Beoordelaar:

tie

Opmerkingen:

fb .v

• • • • • • •

Je hebt: • op basis van de gekozen ontwikkeling een nieuwe activiteit gekozen • hiervoor het bestaande activiteitenpakket onder de loep genomen • een idee aangedragen voor een nieuw activiteit op de wijze van de organisatie • het idee uitgewerkt in een plan van aanpak • een voorstel voor een nieuwe activiteit gedaan op de gangbare wijze in de organisatie • de implementatie van de activiteit voorbereid met behulp van het werkmodel Activiteitenformulier.

Opmerkingen:

Beoordeling

Beoordelaar:

Voert beleidsondersteunende taken uit

Beoordelingscriteria Presentatie

tie

Beoordelingscriteria

u' Ac

Opmerkingen:

Beoordelaar:

fb .v

1 Beoordeling

Je hebt: • de nieuwe activiteit gepresenteerd • een middel voor de presentatie gekozen • de presentatie passend gemaakt voor de doelgroep, het middel en het doel.

STRAK-reflectie

Je hebt: • een STRAK-reflectie geschreven volgens het werkmodel STRAK-reflectie • inzicht in je eigen functioneren.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Voert beleidsondersteunende taken uit

Oefening 5

Terugkijken

fb .v

Reflectie op de lesstof a. Benoem wat je hebt geleerd op het gebied van kennis, vaardigheden en een houdingsaspect. Geef van ieder onderdeel een voorbeeld.

tie

Kritisch en creatief denken b. Kun je kritisch en zorgvuldig inschatten welke ontwikkelingen van belang zijn in het sociale domein? Noem één voorbeeld uit het maken van bovenstaande opdrachten.

u' Ac

Zelfregulatie en zelfsturing c. Heb je de goede bronnen en materialen gebruikt? Geef hiervan één voorbeeld.

Oefening 6

Samenwerken d. Geef aan met wie je hebt samengewerkt, hoe deze samenwerking verliep en wat jouw bijdrage is geweest.

Beoordeling werkproces

Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

Beoordelingscriteria

Overtuigen en beïnvloeden

• onderbouwt zijn voorstel met steekhoudende argumenten.

1 Beoordeling

Voert beleidsondersteunende taken uit

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Analyseren

u' Ac

• maakt een juiste inschatting van de waarde van informatie voor (het beleid van) de organisatie • vat relevante informatie beknopt samen.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Plannen en organiseren

Beoordeling

• formuleert passende en haalbare voorstellen voor verbetering/vernieuwing van het beleid.

Voert beleidsondersteunende taken uit

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Presenteren/Ondernemend en commercieel handelen

fb .v

Opmerkingen:

u' Ac

â&#x20AC;˘ presenteert het beleid naar (extern) betrokkenen op overtuigende en professionele wijze.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Verricht administratieve werkzaamheden

fb .v

Inleiding

tie

Sahra houdt van haar werk. Alleen die administratie, daar houdt ze minder van. Vanmorgen heeft ze meerdere gesprekken gevoerd met zowel individuele als groepen cliënten. Vanmiddag had ze een overleg met een andere organisatie waar ze een project mee aan het opstarten is. Ze heeft de hele dag aantekeningen bijgehouden, nu moet ze deze nog even op de juiste wijze verwerken. Misschien moet ze zich toch maar eens gaan aanleren om direct na het voeren van gesprekken de tijd te nemen om ze goed in het systeem te rapporteren. Ze vraagt aan Mavi hoe zij dat toch doet.

Leerdoelen

u' Ac

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K1-W7 Verricht administratieve werkzaamheden.

Je kunt: • een juiste inschatting maken van de relevantie van gegevens • administratieve handelingen zorgvuldig en accuraat uitvoeren • integer omgaan met vertrouwelijke gegevens • correspondentie correct verzorgen • je nauwgezet aan de voorgeschreven (werk)procedure houden • op verzoek tijdig en snel informatie ter beschikking stellen aan (bevoegde) derden • accuraat en volgens geldende protocollen archiveren.

Bronnen • Training Administratieve werkzaamheden • Cursus Financiën en administratie.

Planningsformulier <

Oefening 1

Werkmodel Zakelijke e-mail <

Systemen, administratie en correspondentie Je onderzoekt welke administratie en correspondentie bij je functie horen en welke systemen voor verslaglegging, informeren van derden, documenteren en archiveren gebruikt worden in de BPV-organisatie. Je oefent met de administratie en correspondentie voor groepen of cliënt. Voorbereiden • Plan een afspraak in met een collega die dezelfde functie uitvoert als jij in je (toekomstige) functie. Leg uit waar de bespreking over gaat, namelijk oefenen met de administratie en correspondentie waar jij in het werken met de groep of de cliënt mee te maken hebt. • Bereid je voor door alle vragen die je wilt stellen vooraf op papier te zetten.

Verricht administratieve werkzaamheden

fb .v

Uitvoeren • Bespreek met je collega met welke administratie en correspondentie je te maken hebt in je (toekomstige) functie. Vraag om uitleg. • Oefen met de collega met de administratie en correspondentie in de formats of gangbare manier van werken in de BPV-organisatie. Gebruik het werkmodel Zakelijke e-mail, als er geen format beschikbaar is voor de correspondentie met de groep of cliënt. • Maak notities tijdens het gesprek.

Beoordelingscriteria Administratie en correspondentie

u' Ac

tie

Je hebt: • een collega gevraagd je te helpen • een afspraak ingepland • de afspraak voorbereid • uitleg gevraagd over de administratie en correspondentie in je functie • geoefend met de gangbare administratie en correspondentie.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 2

Richtlijnen en wetgeving

Je onderzoekt welke richtlijnen en/of wetgeving van toepassing zijn voor je functie, wat betreft het vastleggen, beheren en archiveren van gegevens. Je maakt hiervan een overzicht voor het inwerkprogramma voor nieuwe collega’s.

Voorbereiden • Vraag de BPV-begeleider of collega naar de richtlijnen en/of wetgeving die van toepassing is. • Maak aantekeningen. • Check de gegevens door op internet bij vergelijkbare organisaties te checken welke richtlijnen of wetgeving van de overheid van toepassing zouden kunnen zijn. • Vul de gevonden gegevens aan in je aantekeningen. • Bedenk hoe je overzicht voor het inwerkprogramma eruit komt te zien en waar je het overzicht plaatst of toevoegt.

Verricht administratieve werkzaamheden

fb .v

Uitvoeren • Maak een overzicht van de geldende richtlijnen en/of wetgeving. • Gebruik deze rubrieken: vastleggen, beheren en archiveren. • Zet hier in ieder geval de volgende onderwerpen op een rijtje: – wat mag/moet er worden vastgelegd – wie mag/moet de gegevens beheren – bewaartermijn klantgegevens – wijze van bewaren – inzien van de gegevens – wijze van vernietigen – privacy.

Beoordelingscriteria

tie

Richtlijnen en wetgeving

u' Ac

Je hebt: • een collega gevraagd naar de geldende richtlijnen en/of wetgeving • de verkregen informatie gecheckt • aantekeningen gemaakt en aangevuld met eigen informatie • een plannetje gemaakt voor je overzicht voor het inwerkprogramma.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Overzicht Je hebt: • een overzicht gemaakt • de rubrieken en onderwerpen hierin gebruikt • het overzicht geplaatst of toegevoegd op de hiervoor geëigende plaats.

Beoordeling

Verricht administratieve werkzaamheden

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 3

Verslaglegging en verantwoording

tie

Je zoekt uit op welke wijze verslaglegging en verantwoording van projecten en activiteiten geregeld zijn in de BPV-organisatie en oefent hiermee.

u' Ac

Voorbereiden • Vraag aan de BPV-begeleider op welke wijze verslaglegging en verantwoording zijn geregeld. Denk hierbij aan interne verslaglegging (bijvoorbeeld verslagen van overleggen) en externe verslaglegging (het dossier van een klant) en externe verslaglegging (bijvoorbeeld over gezamenlijke projecten of activiteiten) en verantwoording (zoals het jaarverslag voor de financier). • Overleg met de BPV-begeleider waar en hoe je mag oefenen met de verslaglegging en verantwoording. • Verdiep je in hoe de gekozen verslaglegging en verantwoording gedaan wordt. • Bedenk hoe je accuraat en zorgvuldig kunt verslag leggen. • Bedenk hoe je integer met vertrouwelijke gegevens kunt omgaan. • Verdiep je in de gebruikte protocollen en/of formats.

Uitvoeren • Maak een verslag en een verantwoording volgens de afspraak met de BPV-begeleider – Maak een inschatting van de relevantie van de gegevens. – Houd je aan de voorgeschreven werkwijze. – Verplaats je in de lezer en eventuele derden die het verslag of de verantwoording onder ogen krijgen. – Gebruik waar mogelijk het digitale systeem.

Beoordelingscriteria

Voorbereiding

Je hebt: • je laten informeren over de wijze van verslaglegging en verantwoording • met de BPV-begeleider gekozen waar en hoe je verslaglegging en verantwoording mag oefenen • de bestaande werkwijze in de BPV-organisatie, zoals het format of het protocol, bestudeerd • je voorbereid, door te bedenken hoe je accuraat en zorgvuldig kunt verslag leggen, en integer met vertrouwelijke gegevens kunt omgaan.

Verricht administratieve werkzaamheden

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

tie

Beoordelaar:

u' Ac

Beoordelingscriteria Uitvoering

Je hebt: • een verslag gemaakt volgens de gangbare werkwijze van de organisatie • een verantwoording geschreven volgens de werkwijze van de organisatie • een inschatting gemaakt van de relevantie van de gegevens • je verplaatst in de lezer, waaronder ook derden, waardoor je juist adresseert • waar mogelijk het digitale systeem gebruikt.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 4

Werkmodel STRAK-reflectie <

Eindopdracht Administratie, correspondentie, gegevens vastleggen Tijdens de BPV-periode heb je de administratie en correspondentie uitgevoerd die bij je taak horen. Ook heb je gehandeld volgens de richtlijnen en/of wetgeving voor vastleggen, beheren en archiveren van gegevens. Je hebt je de (digitale) systemen voor data(bestanden) eigen gemaakt en de voor jouw functie relevante verslaglegging en verantwoording op je genomen. Waar dat aan de orde was, heb je tijdig en snel informatie beschikbaar gesteld aan bevoegde derden en accuraat gearchiveerd volgens de richtlijnen van de organisatie.

Verricht administratieve werkzaamheden

tie

fb .v

Voorbereiden • Bespreek met je BPV-begeleider wanneer je deze eindopdracht kunt gaan doen, waarschijnlijk verspreid over de hele BPV-periode. • Maak een planning van de werkzaamheden waarbij je ervoor zorgt dat je ieder onderdeel voor het eind van je BPV-periode hebt uitgevoerd of voor een bepaalde periode op je hebt genomen: – de administratie behorend bij je functie – de correspondentie behorend bij je functie – gegevens vastleggen, beheren en archiveren volgens de richtlijnen en/of wetgeving – de systemen voor het bijhouden van data (bestanden) gebruiken en actueel houden – verslaglegging verzorgen van een overleg – verantwoording verzorgen – informatie beschikbaar stellen aan bevoegde derden. • Schrijf ter afsluiting van deze opdracht een STRAK-reflectie.

Beoordelingscriteria Administratie

u' Ac

Uitvoeren • Voer de werkzaamheden (gedurende de afgesproken periode of aantal keren) uit gedurende de BPV-periode volgens de beoordelingscriteria.

Je hebt: • de administratie die hoort bij je functie verzorgd. Je hebt: ◦ zorgvuldig en accuraat gewerkt ◦ de relevantie van de beschikbare gegevens juist ingeschat ◦ integer gehandeld met vertrouwelijke gegevens ◦ je gehouden aan de voorgeschreven richtlijnen/wetgeving ◦ ervoor gezorgd dat je gegevens ook voor bevoegde derden toegankelijk en te begrijpen zijn.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Verricht administratieve werkzaamheden

Beoordelingscriteria Correspondentie

tie

fb .v

1 Beoordeling

Je hebt: • de bij je functie horende correspondentie verzorgd door: ◦ zorgvuldig en accuraat te handelen ◦ een juiste inschatting te maken van de relevantie van de gegevens ◦ integer met vertrouwelijke gegevens om te gaan je ◦ te houden aan de voorgeschreven richtlijnen/wetgeving.

u' Ac

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Gegevens

Beoordeling

Je hebt: • de regels voor vastleggen, beheren en activeren gebruikt door je hier aan te houden: ◦ wat er moet en mag worden vastgelegd ◦ wie de gegevens moet of mag beheren ◦ de bewaartermijn voor klantgegevens ◦ de wijze van bewaren ◦ het inzien van de gegevens ◦ de wijze van vernietigen ◦ omgaan met privacy.

Verricht administratieve werkzaamheden

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Verslaglegging en verantwoording

u' Ac

Je hebt: • gezorgd voor de verslaglegging en verantwoording van projecten en/of activiteiten aan de opdrachtgever of financier of andere betrokkenen door: ◦ zorgvuldig en accuraat te werken ◦ een juiste inschatting te maken van de relevantie van gegevens ◦ integer om te gaan met vertrouwelijke gegevens ◦ je te houden aan de voorgeschreven richtlijnen/wetgeving ◦ ervoor te zorgen dat gegevens begrijpelijk en toegankelijk zijn ◦ het gangbare (digitale) systeem te gebruiken.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria STRAK-reflectie Je hebt: • een STRAK-reflectie geschreven volgens het werkmodel STRAK-reflectie • inzicht in je eigen functioneren.

Verricht administratieve werkzaamheden

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

Terugkijken

u' Ac

Oefening 5

tie

Beoordelaar:

Reflectie op de lesstof a. Wat was nieuwe lesstof voor je bij het uitvoeren van de opdrachten? Wat heb je zoal geleerd?

Kritisch en creatief denken b. Kun je kritisch meedenken als je problemen tegenkomt bij het uitvoeren van administratieve werkzaamheden? Noem één voorbeeld uit het maken van bovenstaande opdrachten.

Samenwerken d. Geef aan met wie je hebt samengewerkt, en geef aan hoe deze samenwerking verliep en wat jouw bijdrage is geweest.

Zelfregulatie en zelfsturing c. Heb je de goede bronnen en materialen gebruikt? Geef hiervan één voorbeeld.

Verricht administratieve werkzaamheden

Oefening 6

Beoordeling werkproces Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

Formuleren en rapporteren

fb .v

Beoordelingscriteria

• maakt een juiste inschatting van de relevantie van gegevens • verzorgt correspondentie correct.

tie

Beoordeling

u' Ac

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Op de behoefte en verwachtingen van de 'klant' richten

• stelt op verzoek tijdig en snel informatie ter beschikking aan (bevoegde) derden.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Verricht administratieve werkzaamheden

Beoordelingscriteria Instructies en procedures opvolgen

Beoordelingscriteria

u' Ac

Beoordelaar:

tie

Opmerkingen:

fb .v

1 Beoordeling

• voert administratieve handelingen zorgvuldig en accuraat uit • houdt zich nauwgezet aan de voorgeschreven (werk)procedure • archiveert accuraat en volgens geldende protocollen.

Ethisch en integer handelen

• gaat integer om met vertrouwelijke gegevens.

Beoordeling

Beoordelaar:

Opmerkingen:

Evalueert de dienstverlening

fb .v

Inleiding

tie

Sahra heeft gister het project Alcohol en drugs afgerond. Ze had in opdracht van de gemeente in verschillende dorpskernen voorlichtingsavonden georganiseerd voor jongeren. Aan het einde van iedere voorlichtingsavond is er een evaluatie geweest met alle betrokkenen. Een half jaar na de voorlichtingsavond is er weer een evaluatiemoment geweest waarbij gesprekken gevoerd zijn met een aantal jongeren, de wijkagent, de huisartsen en een aantal ouders om te bespreken wat het effect van de voorlichtingsavond geweest is. Vandaag bespreekt ze haar verslag met de gemeente.

Leerdoelen

u' Ac

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K1-W8 Evalueert de dienstverlening.

Je kunt: • passende methode(n) kiezen om evaluatiegegevens te verzamelen • actief en doelgericht vragen naar de mening van de cliënten en collega's • een reëel beeld schetsen van je eigen werkwijze • uit gegevens de belangrijkste conclusies trekken • gegevens en conclusies adequaat beoordelen op relevantie en prioriteit • realistische voorstellen tot verbetering/verandering formuleren • een gestructureerd evaluatieverslag schrijven waarin de schrijfstijl is afgestemd op het publiek • het evaluatieverslag verwerken volgens geldende richtlijnen.

Bronnen • Cursus Evalueren en rapporteren • Cursus Evaluatiemethodes SW • Training Enquêteren.

Planningsformulier <

Oefening 1

Werkmodel Proces- en productevaluatie < Artikel Enquête, online en schriftelijk <

Uitzoekwerk in schema In het sociaal werk wordt de evaluatie in sommige organisaties maar weinig toegepast. Onderzoek hoe dat er voorstaat in je BPV-organisatie. Je gaat onderzoeken welke evaluaties er zijn, en waarvoor en wanneer deze worden gebruikt. Je maakt een complete opsomming. Vraag na hoe (goed) de evaluatie wordt gebruikt door middel van een enquête, en sluit je opsomming vervolgens af met een conclusie over hoe (goed) deze evaluaties gebruikt worden en met aanbevelingen voor de BPV-organisatie.

Evalueert de dienstverlening

u' Ac

tie

fb .v

Voorbereiden • Overleg met de BPV-begeleider waar je informatie over evalueren en de eventuele formats of formulieren voor evaluaties kunt vinden. • Zet alles wat je hebt gevonden overzichtelijk op een rij in een schema. • Verdiep je in het verschil tussen een proces- of een productevaluatie, en zoek uit of deze beide worden gebruikt in de BPV-organisatie. Gebruik het Werkmodel Proces- en productevaluatie. • Vul de gevonden informatie aan in je schema door de rubrieken proces/productevaluatie toe te voegen en in te vullen. • Zoek uit of de BPV-organisatie alleen eindevaluaties of ook tussentijdse evaluaties gebruikt. • Vul je schema aan. • Waarbij gebruikt de organisatie evaluaties? Denk hierbij aan evaluaties over: klantcontacten, resultaten ten behoeve van de klant, beleid, samenwerking extern, activiteiten, teamsamenwerking of teamresultaten. • Vul je schema aan met de verschillende evaluatiesoorten. • Is je schema nu compleet? Overleg hierover met je BPV-begeleider. • Bereid de gesprekken met collega’s voor over hun gebruik van de verschillende evaluaties, evaluatiemomenten en evaluatiesoorten. Maak een (schriftelijke ) enquête of zet je vragen voor een gesprek op papier. Je wilt dus te weten komen of, en hoe goed, de werkwijze evaluatie in de praktijk wordt gebruikt. Gebruik je schema voor het formuleren van de vragen. • Overleg met de BPV-begeleider of je mondeling of schriftelijk gaat enquêteren. • Lees het artikel 'Enquête, online en schriftelijk enquêteren' om je te verdiepen in de enquête. • Nodig tien collega’s, liefst collega’s met verschillende verantwoordelijkheden/taken, uit om mee te werken aan je onderzoek, leg hierbij uit wat je van ze vraagt. • Plan de afspraken in.

Uitvoeren • Houd de vraaggesprekken of zet de enquête uit. • Maak verslagen van de gesprekken • Analyseer de gegevens uit de enquête. Vraag hierbij zo nodig om hulp van je BPV-begeleider. Toets de gegevens op basis van betrouwbaarheid, volledigheid, relevantie en prioriteit. • Trek conclusies en geef aanbevelingen over (beter) gebruik van de evaluatie. • Vul deze conclusies en aanbevelingen aan en bespreek je stuk met de BPV-begeleider. Vraag om aanvullingen voor je stuk.

Beoordelingscriteria

Schema Je hebt: • uitgezocht welke evaluaties de BPV-organisatie kent • je verdiept in de proces- en productevaluatie • uitgezocht of de organisatie tussentijds of alleen aan het eind evalueert • uitgezocht bij welke werkzaamheden geëvalueerd wordt • alle verkregen informatie in een overzichtelijk schema gezet • gekozen voor mondelinge of schriftelijke enquête • je verdiept in de enquête • enquête of vraaggesprekken voorbereid • 10 collega’s uitgenodigd om mee te werken • eventuele gesprekken ingepland.

Evalueert de dienstverlening

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

tie

Beoordelaar:

u' Ac

Beoordelingscriteria Enquête

Je hebt: • 10 collega’s bevraagd, mondeling of schriftelijk, met behulp van een enquête • de verkregen gegevens geanalyseerd • conclusies en aanbevelingen over het gebruik van de evaluatie gegeven • overlegd met de BPV-begeleider • na dit gesprek het definitieve stuk opgeleverd.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 2

Werkmodel STARRT-methode < Werkmodel Evaluatie- en reflectieverslag <

Evalueren Je gaat onderzoeken wat evalueren en reflecteren met elkaar te maken hebben, en oefent met beide werkwijzen. Voorbereiden • Lees het werkmodel Evaluatie- en reflectieverslag. • Bepaal voor jezelf wat de overeenkomsten en verschillen zijn tussen een evaluatie en reflectie. • Leg je bevindingen voor aan de BPV-begeleider en stel zo nodig bij.

Evalueert de dienstverlening

• • •

• •

Overleg met de BPV-begeleider met welke cliënt of groep je de dienstverlening of activiteit mag evalueren. Het kan gaan om een eindevaluatie of een tussenevaluatie, er moet een plan van aanpak beschikbaar zijn. Bepaal of het gaat om een proces of een productevaluatie. Bepaal welk format of welke werkwijze van de organisatie je gebruikt, of gebruik de werkwijze uit bovenstaande link. Lees het plan van aanpak en de rapportages door en schrijf onderwerpen/vragen op die relevant zijn voor het evaluatiegesprek. Vraag collega’s die betrokken zijn bij de dienstverlening of activiteit naar punten die zij belangrijk vinden om mee te nemen bij de evaluatie met de cliënt (of groep). Plan een afspraak in met de cliënt of groep en verstrek de benodigde informatie vooraf aan cliënt of groep.

fb .v

•

u' Ac

tie

Uitvoeren • Houd de evaluatiegesprek volgens je voorbereidingen. Gebruik tijdens het evaluatiegesprek de basisgespreksvaardigheden, denk daarbij aan de geheugensteuntjes LSD, OMA, ANNA, NIVEA, OEN en DIK. • Maak tijdens het evaluatiegesprek aantekeningen. • Vraag na afloop van het evaluatiegesprek de cliënt of de groep om feedback over je functioneren tijdens de bespreking. – Is het je gelukt om aan de hand van de doelen te evalueren? – Kon je kritiek verdragen? – Lukte het je om het gesprek te leiden? – Is het gelukt om de voortgang/het vervolg/de conclusies uit de evaluatie samen te vatten? • Maak notities tijdens de feedbackronde. • Bespreek je aantekeningen van het evaluatiegesprek met je BPV-begeleider. Toets in dit gesprek de betrouwbaarheid, volledigheid en de relevantie van de gegevens. • Schrijf een reflectieverslag volgens de STARRT-methode over het evaluatiegesprek. • Bespreek de feedback van de cliënt of groep en je STARRT-verslag met je BPV-begeleider.

Beoordelingscriteria

Voorbereiding

Beoordeling

Je hebt: • je verdiept in de werkwijzen evaluatie en reflectie • bepaalt wat de overeenkomsten en verschillen zijn tussen beide werkwijzen • je bevindingen besproken met de BPV-begeleider en met de BPV-begeleider • gekozen voor een evaluatie en reflectiemoment • beide bijeenkomsten voorbereid en ingepland • de benodigde informatie vooraf verstrekt.

Evalueert de dienstverlening

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Uitvoering

u' Ac

Je hebt: • een evaluatiegesprek met cliënt of groep gehouden waarbij je de basisgespreksvaardigheden hebt toegepast • aantekeningen gemaakt tijdens het evaluatiegesprek • aan de cliënt of groep feedback gevraagd over je functioneren • aantekeningen gemaakt tijdens de feedbackronde • je aantekeningen van het evaluatiegesprek besproken met je BPV-begeleider en de gegevens getoetst op betrouwbaarheid, volledigheid en relevantie • een reflectieverslag volgens de STARRT-methodiek gemaakt • het STARRT-verslag en de feedback van de cliënt of groep besproken met de BPV-begeleider.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 3

Werkmodel Evaluatierapport < Werkmodel Evaluatieplan <

Evaluatieverslag maken Je maakt een evaluatieverslag.

Evalueert de dienstverlening

u' Ac

tie

fb .v

Voorbereiden • Verdiep je in het maken van een evaluatieverslag door het Werkmodel Een evaluatieverslag maken te lezen. • Kies in overleg met de BPV-begeleider van welke werkzaamheden je een evaluatieverslag mag maken. Bij voorkeur kies je een plan van aanpak, activiteit of dienst waar je zelf aan (mee)werkt of hebt gewerkt. • Check of de BPV-organisatie een format heeft voor het maken van een evaluatieverslag. Gebruik bij voorkeur de werkwijze van de organisatie. • Maak een opzet voor je verslag, waarin je in ieder geval de volgende rubrieken hanteert: – aanleiding – het doel van de dienstverlening – de (hoofd)vraag die je wilt beantwoorden – analyse: toets je bevindingen op betrouwbaarheid, volledigheid, relevantie en prioriteit – conclusies en aanbevelingen over: a. voortgang b. resultaten c. dienstverlening d. activiteiten. • Stel in overleg met de BPV-begeleider vast welke informatie je nodig hebt en verzamel al deze informatie met behulp van het werkmodel Evaluatieplan. • Bepaal met de BPV-begeleider voor wie je het verslag maakt en aan wie je het straks aanbiedt.

Uitvoeren • Maak je evaluatieverslag volgens het plan uit de voorbereiding. • Leg je verslag voor aan de BPV-begeleider en vraag om aanvullingen en wijzigingen. • Stel je verslag bij aan de hand van de aanwijzingen. • Bied het definitieve verslag aan de BPV-begeleider en eventueel ook aan de opdrachtgever, cliënt of groep aan.

Beoordelingscriteria

Voorbereiding

Je hebt: • het werkmodel Een evaluatieverslag maken doorgenomen • met de BPV-begeleider vastgesteld waarover je een evaluatieverslag maakt • als dat mogelijk is het format van de BPV-organisatie gebruikt • een opzet voor je verslag gemaakt • daarbij de volgende rubrieken gebruikt: ◦ aanleiding ◦ het doel van de dienstverlening ◦ de (hoofd)vraag die je wilt beantwoorden ◦ analyse ◦ conclusies en aanbevelingen. • de benodigde informatie verzameld • bepaalt voor wie je het verslag maakt en aan wie je het gaat aanbieden.

Beoordeling

Evalueert de dienstverlening

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Uitvoering

u' Ac

Je hebt: • je evaluatieverslag gemaakt volgens je voorbereidingen • het conceptverslag voorgelegd aan de BPV-begeleider • aanvullingen/wijzigingen doorgevoerd op aanwijzing van de BPV-begeleider • het verslag aangeboden aan de betrokkene(n).

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Evalueert de dienstverlening

Werkmodel STARRT-methode < Werkmodel Een evaluatierapport maken <

Uitvoeren • Verzamel de gegevens zoals je in de voorbereiding had bedacht. • Vraag hierbij doelbewust naar de mening van de betrokkenen. • Wees open en actief in het vragen en doorvragen, ook over je eigen handelen. • Toets de verkregen gegevens op: – betrouwbaarheid – volledigheid – relevantie – prioriteit • Analyseer de gegevens met behulp van het Werkmodel SWOT-analyse. • Bespreek je SWOT-analyse met de betrokkenen. • Trek conclusies en stel deze op schrift. • Bespreek je conclusies met de betrokkenen. • Stel je conclusies bij aan de hand van deze bespreking. • Doe voorstellen voor het vervolg/verbeteringen. Geef hierbij doelen en prioriteiten aan. • Stel het evaluatierapport op volgens de richtlijnen van de organisatie en bied deze aan de relevante betrokkenen aan. • Schrijf ter afsluiting van deze opdracht een reflectieverslag volgens de STRAK-methode besteed hierin aandacht aan de manier waarop je: – actief en doelgericht naar de mening van de cliënten en collega’s hebt gevraagd – een reëel beeld schetst van je eigen werkwijze – gegevens en conclusies beoordeeld hebt op relevantie en prioriteit.

Werkmodel STRAK-reflectie <

Voorbereiden • Bepaal met de BPV-begeleider voor welke activiteit, project of dienstverlening je de evaluatie mag gaan houden. Het gaat om een evaluatie waarbij je alle stappen van het proces kunt doorlopen. Het mag gaan om een eindevaluatie, of een tussenevaluatie. Om reflectie op je eigen handelen mogelijk te maken, gaat het om werk dat je zelf hebt verricht. • Zet op een rij welke stappen er zijn en wat er voorafgaand aan iedere stap moet gebeuren. • Maak een plan voor de uitvoering van de processtappen. Je kunt het werkmodel Activiteitenplan gebruiken als voorbeeld. • Kies welke werkwijze je inzet om de benodigde informatie te verzamelen. Denk hierbij aan signaleren, observeren, bespreken, lezen van het plan van aanpak, rapportages en (eerdere) evaluaties en reflecties. • Kies met welke betrokkenen je besprekingen voert. • Bedenk hoe je de reflectie op het eigen handelen wilt gaan doen.

fb .v

Werkmodel SWOT-analyse <

Je doorloopt alle stappen van een evaluatie: verzamelen van informatie, toetsen, analyseren, bespreken, conclusies trekken, verslag maken, tweede bespreking, voorstellen doen over veranderen/verbeteren en daarbij doelen en prioriteiten stellen, reflecteren op eigen handelen, evaluatieverslag maken.

tie

Werkmodel Activiteitenplan <

Eindopdracht Alle stappen van een evaluatie

u' Ac

Oefening 4

Beoordelingscriteria Voorbereiden Je hebt: • met je BPV-begeleider bepaalt wat je gaat evalueren • een plan gemaakt voor de uitvoering van de opdracht • de processtappen hierbij op een rij gezet • alle benodigde voorbereidingen gedaan.

Evalueert de dienstverlening

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

tie

Beoordelaar:

u' Ac

Beoordelingscriteria Uitvoeren

Je hebt: • de gegevens zoals je in de voorbereiding had bedacht verzameld • doelbewust naar de mening van de betrokkenen gevraagd • open en actief gevraagd en doorgevraagd, ook over je eigen handelen. • de verkregen gegevens getoetst op: ◦ betrouwbaarheid ◦ volledigheid ◦ relevantie ◦ prioriteit. • de gegevens met behulp van het Werkmodel SWOT-analyse geanalyseerd • de SWOT-analyse besproken met de betrokkenen • conclusies getrokken en deze op schrift gesteld • je conclusies besproken met de betrokkenen • voorstellen voor verbetering/verandering gedaan en hierbij doelen en prioriteiten gesteld • een evaluatierapport opgesteld.

Opmerkingen:

Beoordeling

Beoordelaar:

Evalueert de dienstverlening

Beoordelingscriteria STRAK-reflectie

u' Ac

Terugkijken

Beoordelaar:

Oefening 5

tie

Opmerkingen:

fb .v

1 Beoordeling

Je hebt: • een STRAK-reflectie geschreven volgens het werkmodel STRAK-reflectie • inzicht in je eigen functioneren.

Reflectie op de lesstof a. Wat heb je geleerd, dat je wilt onthouden voor je toekomstige werkpraktijk? Noteer drie onderwerpen.

Zelfregulatie en zelfsturing c. Heb je de goede bronnen en materialen gebruikt? Geef hiervan één voorbeeld.

Kritisch en creatief denken b. Ben je bij het maken van de opdrachten creatief omgegaan met de mogelijkheden van je BPV-organisatie? Noem één voorbeeld uit het maken van bovenstaande opdrachten.

Evalueert de dienstverlening

Oefening 6

fb .v

Samenwerken d. Geef aan met wie je hebt samengewerkt, hoe deze samenwerking verliep en wat jouw bijdrage is geweest.

Beoordeling werkproces Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

tie

Beoordelingscriteria

u' Ac

• formuleert realistische voorstellen tot verbeteringen/veranderingen • schrijft een gestructureerd evaluatieverslag waarin de schrijfstijl is afgestemd op het publiek • verwerkt het evaluatieverslag volgens geldende richtlijnen.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Analyseren • trekt uit gegevens de belangrijkste conclusies • beoordeelt gegevens en ‘conclusies’ adequaat op relevantie en prioriteit • formuleert realistische voorstellen tot verbeteringen/veranderingen.

1 Beoordeling

Evalueert de dienstverlening

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Onderzoeken

u' Ac

• kiest passende methode(n) om evaluatiegegevens te verzamelen • vraagt actief en doelgericht naar de mening van de cliënten en collega’s • schetst een reëel beeld van zijn eigen werkwijze.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Werkt aan de deskundigheid

fb .v

Inleiding

tie

Binnenkort ga je een project starten. Je hebt met dit soort projecten nog niet zo heel veel ervaring. Je vraagt in je team welke collega's hier veel vanaf weten. Een van je collega's heeft er veel ervaring mee en wil jou graag een en ander uitleggen en voordoen. Jullie besluiten om het onderwerp ook op de teamagenda te zetten. Vragen daarbij zijn: 'Zijn we allemaal wel voldoende op de hoogte van de laatste ontwikkelingen ten aanzien van dit soort projecten? Hanteren we dezelfde richtlijnen?'

Leerdoelen

u' Ac

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K2-W1 Werkt aan de eigen deskundigheid.

Je kunt: • betekenis halen uit teksten met een hoge informatiedichtheid: zowel mondeling als schriftelijk • doelgericht en actief kennis en expertise met collega's en andere deskundigen delen • eigen kennis en expertise begrijpelijk overdragen • passend taal- en woordgebruik gebruiken voor de gesprekspartner • feedback doelbewust gebruiken om je verder te ontwikkelen.

Planningsformulier <

Bronnen • Cursus Ontwikkeling van het beroep en de beroepshouding • Training Gesprekstechnieken.

Mogelijkheden deskundigheidsbevordering en oefenen feedback

Oefening 1

Werkmodel Feedforward <

Je gaat je verdiepen in de mogelijkheden tot professionele ontwikkeling en deskundigheidsbevordering in je organisatie en een feedback gesprek oefenen. Voorbereiden • Bespreek met je BPV-begeleider waar je het opleidingsbeleid of beleid deskundigheidsbevordering van de organisatie kunt vinden. • Overleg welke collega je gaat bevragen op dit onderwerp.

Werkt aan de deskundigheid

Onderzoek welke mogelijkheden er zijn om aan je eigen deskundigheid te werken. Doe dit door: – een collega of je BPV-begeleider te bevragen op wat zij doen aan deskundigheidsbevordering – je te verdiepen in het opleidingsbeleid of beleid deskundigheidsbevordering van de organisatie – het beleid persoonlijk ontwikkelingsplan te lezen samen met de bijbehorende formulieren. Betrek in je onderzoek de volgende onderwerpen: – Wat zijn de mogelijkheden binnen de organisatie om aan je eigen deskundigheidsbevordering te werken? – Is er opleidingsbudget, hoeveel en waarvoor? – Hoe zorgt men ervoor op de hoogte te blijven van maatschappelijke, technologische en vakinhoudelijke ontwikkelingen? – Welke vakliteratuur lezen collega’s? – Welke bijscholingen volgen collega’s? – Wat hiervan is verplicht is en wat vrijwillig? – Hoe reflecteren collega’s op hun eigen functioneren? – Hoe en wanneer vragen zij om feedback over hun eigen functioneren en hoe en wanneer geven zij feedback aan anderen? – Wat betekent het persoonlijk ontwikkelingsplan voor de collega’s? – Hoe zorgen zij ervoor dat ze op de hoogte zijn van actuele weten regelgeving over de beroepsuitoefening en de actuele visie op welzijn? – Wanneer nemen zij deel aan inhoudelijke discussies met collega's en anderen over beroepstaken en werkzaamheden? Schrijf een verslag met daarin: – een antwoord op bovengenoemde vragen – je mening over de mogelijkheden die de organisatie biedt – wat je vindt van wat medewerkers zelf doen aan deskundigheidsbevordering en professionele ontwikkeling. Bespreek je verslag na met je leidinggevende of de daartoe bevoegde collega. Bereid je daarna voor op een feedbackgesprek met je BPV-begeleider of een collega die al wat langer met je werkt. Gebruik voor deze opdracht het Werkmodel Feedforward. Dit werkmodel bestaat uit drie items namelijk ‘groepsgericht, integriteit en inzet’. Lees deze vragen voor jezelf door.

• •

•

u' Ac

tie

•

fb .v

•

Uitvoeren • Vraag de BPV-begeleider of de collega die al wat langer met je werkt om samen een feedbackgesprek te voeren. • Neem samen de vragen door uit het Werkmodel Feedforward. De ander gaat je antwoord geven. Het antwoord schrijf je onder de vraag. • Als alle vragen voor jezelf zijn beantwoord draai je het om. Nu geef jij feedback aan je collega. Lees de antwoorden die jij hebt gekregen door en kies de onderwerpen waar je voor jezelf verbeterpunten ziet. • Bespreek deze vervolgens met je BPV-begeleider en geef een toelichting op je keuze.

Werkt aan de deskundigheid

Beoordelingscriteria Voorbereiden

u' Ac

tie

fb .v

Je hebt: • met je BPV-begeleider besproken waar je het opleidingsbeleid of beleid deskundigheidsbevordering van de organisatie kunt vinden • overlegd welke collega je gaat bevragen op dit onderwerp • onderzocht welke mogelijkheden er zijn om aan je eigen deskundigheid te werken Je hebt dit gedaan door: ◦ een collega of je BPV-begeleider te bevragen op wat zij doen aan deskundigheidsbevordering ◦ je te verdiepen in het opleidingsbeleid of beleid deskundigheidsbevordering van de organisatie ◦ het beleid persoonlijk ontwikkelingsplan te lezen samen met de bijbehorende formulieren. • in je onderzoek de volgende onderwerpen betrokken: ◦ Wat zijn de mogelijkheden binnen de organisatie om aan je eigen deskundigheidsbevordering te werken? ◦ Is er opleidingsbudget, hoeveel en waarvoor? ◦ Hoe zorgt men ervoor op de hoogte te blijven van maatschappelijke, technologische en vakinhoudelijke ontwikkelingen? ◦ Welke vakliteratuur lezen collega’s? ◦ Welke bijscholingen volgen collega’s? ◦ Wat hiervan is verplicht is en wat vrijwillig? ◦ Hoe reflecteren collega’s op hun eigen functioneren? ◦ Hoe en wanneer vragen zij om feedback over hun eigen functioneren en hoe en wanneer geven zij feedback aan anderen? ◦ Wat betekent het persoonlijk ontwikkelingsplan voor de collega’s? ◦ Hoe zorgen zij ervoor dat ze op de hoogte zijn van actuele weten regelgeving over de beroepsuitoefening en van de actuele visie op sociaal werk? ◦ Wanneer nemen zij deel aan inhoudelijke discussies met collega's en anderen over beroepstaken en werkzaamheden? • een verslag geschreven met daarin: ◦ een antwoord op bovengenoemde vragen ◦ je mening over de mogelijkheden die de organisatie biedt ◦ wat je vindt van wat medewerkers zelf doen aan deskundigheidsbevordering en professionele ontwikkeling. • je verslag nabesproken met je leidinggevende of de daartoe bevoegde collega. • je daarna voorbereid op een feedbackgesprek met je BPV-begeleider of een collega die al wat langer met je werkt.

1 Beoordeling

Werkt aan de deskundigheid

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Feedbackgesprek

u' Ac

Je hebt: • de BPV-begeleider of de collega die al wat langer met je werkt gevraagd om samen een feedbackgesprek te voeren • samen de vragen doorgenomen uit Het Werkmodel Feedforward Het antwoord heb je onder de vraag geschreven. • als alle vragen voor jezelf zijn beantwoord het omgedraaid. Nu geef jij feedback aan je collega. • de antwoorden die jij hebt gekregen doorgelezen en de onderwerpen gekozen waar je voor jezelf verbeterpunten ziet • deze vervolgens met je BPV-begeleider besproken en een toelichting op je keuze gegeven.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 2

Website Beroepsvereniging van professionals in het sociaal werk BPSW <

Vakliteratuur Je blijft op de hoogte van ontwikkelingen in het beroep en de maatschappij. Je ontwikkelt je zodoende als beroepsbeoefenaar.

Werkt aan de deskundigheid

tie

fb .v

Voorbereiden • Zoek uit welke vakliteratuur in de BPV-organisatie gelezen wordt (digitaal of op papier). Denk aan nieuwsbrieven, blogs en vlogs en vakbladen. • Kies uit deze vakliteratuur er drie die je bijzonder aanspreken, ieder op een ander gebied: literatuur over maatschappij en samenleving, vakliteratuur op het gebied van technologie en vakinhoudelijke literatuur. • Zoek in overleg met de BPV-begeleider een bijscholing die jij mag gaan volgen. Denk hierbij aan een inhoudelijk congres of conferentie, een (interne) training of cursus of een online training. • Verdiep je in de actuele weten regelgeving met betrekking van de beroepsuitoefening. Vraag hiervoor om relevante informatie van je BPV-begeleider. • Overleg met de BPV-begeleider wat de interne visie is op het sociaal werk. Vraag of er een notitie of beleidsstuk is hierover, of vraag mondeling om informatie. Maak notities voor jezelf. • Bekijk de site van de beroepsvereniging van professionals in het sociaal werk BPSW.

u' Ac

Uitvoeren • Lees gedurende twee maanden alle verschijningen van de drie 'vakbladen' die jij hebt gekozen. • Noteer wat jou nieuwe inzichten geeft op je ontwikkelgebieden op de drie terreinen: – ontwikkelingen in de samenleving – technologische ontwikkelingen – vakinhoudelijke ontwikkelingen. • Woon de gekozen bijscholing bij. Maak notities over wat je leert of ontdekt. • Bespreek wat je geleerd hebt uit de vakbladen en de bijscholing met collega's. • Maak een verslag over de actuele weten regelgeving die relevant is voor je beroepsontwikkeling, en die je tot nu toe nog niet kende, met andere woorden, die nieuw is voor je. • Vergelijk de informatie die je hebt verzameld over de visie op sociaal werk in de BPV-organisatie met wat je op de opleiding hierover hebt geleerd. • Noteer wat nieuw is voor je.

Beoordelingscriteria Vakbladen en bijscholing

Je hebt: • gedurende twee maanden drie ‘vakbladen’ gevolgd en relevante onderwerpen doorgenomen • genoteerd wat je geleerd hebt en dit besproken met collega's.

100

Beoordeling

Werkt aan de deskundigheid

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Visie op sociaal werk

u' Ac

Je hebt: • de visie op sociaal werk in de BPV-organisatie bekeken • deze visie vergeleken met wat je in de opleiding geleerd hebt • genoteerd wat nieuw en anders was dan je al wist.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Expertise delen

Oefening 3

Je neemt deel aan gesprekken met collega's en betrokkenen over de beroepstaken en werkzaamheden. Hierbij deel je doelgericht en actief jouw expertise. Voorbereiden • Kies met je BPV-begeleider de logische plek om deze opdracht te doen. Je kunt hierbij denken aan trendanalyses, voorbereidingen van jaarverslag of contractbesprekingen of een visiebijeenkomst. • Plan twee maal je deelname aan een gesprek over beroepstaken en werkzaamheden in. • Bereid je op je deelname voor door je te verdiepen in het onderwerp dat in die bijeenkomst centraal staat. • Zoek uit of er een vaste wijze van bespreking is bij deze bijeenkomsten en verdiep je hier dan in. • Lees vakliteratuur of andere relevante informatie. • Noteer je mening en je vragen.

101

Werkt aan de deskundigheid

• •

Stel je visie op schrift. Lees het Werkmodel Feedback geven door.

fb .v

Uitvoeren • Woon beide gekozen bijeenkomsten bij: – Wees actief en doelgericht. – Geef je visie op het onderwerp. – Gebruik passende taal. – Stel je visie op het onderwerp ter discussie. – Geef feedback. – Ontvang feedback tijdens de bijeenkomst. • Bespreek na met een collega of de BPV-begeleider en vraag om feedback op bovenstaande punten.

tie

Beoordelingscriteria Voorbereiden

u' Ac

Je hebt: • twee geschikte bijeenkomsten gekozen met je BPV-begeleider • deze bijeenkomsten ingepland • je verdiept in het onderwerp op de bijeenkomsten • uitgezocht of er een vaste wijze van bespreken is en je hierin verdiept • relevante vakliteratuur gelezen over de beide onderwerpen • het werkmodel feedback geven gelezen • aantekeningen gemaakt voor de besprekingen over: ◦ je mening ◦ je vragen ◦ je visie.

Beoordeling

Opmerkingen:

102

Beoordelaar:

Werkt aan de deskundigheid

Beoordelingscriteria Uitvoer

Beoordelaar:

Eindopdracht Werken aan de eigen deskundigheid Je gaat aan de hand van je POP werken aan je deskundigheid. Voorbereiden • Stel samen met je BPV-begeleider een persoonlijk ontwikkelplan op en onderneem stappen om vakkennis, vaardigheden en beroepshouding te verbeteren. • Betrek hierin onderstaande activiteiten: – lezen vakliteratuur – gebruikmaken van de ervaringsdeskundigheid van cliënten of groep en naastbetrokkenen – feedback vragen – volgen bijscholingen. • Bepaal samen evaluatiemomenten voor je doelstellingen.

Werkmodel STRAK-reflectie <

Oefening 4

Opmerkingen:

u' Ac

Beoordeling

tie

fb .v

Je hebt: • twee bijeenkomsten bijgewoond • actief en doelgericht gehandeld • passende taal gebruikt • je visie gedeeld • je visie ter discussie gesteld • feedback gevraagd • feedback gegeven • een nabespreking gehouden waarin je om feedback vroeg over bovenstaande punten.

103

Werkt aan de deskundigheid

tie

fb .v

Uitvoeren • Werk aan je eigen deskundigheid. • Zorg ervoor dat je op de hoogte blijft van maatschappelijke, technologische en vakinhoudelijke ontwikkelingen. – Lees daarvoor vakliteratuur en volg bijscholingen. – Gebruik informatie van de cliënt of groep en naastbetrokkenen om je deskundigheid te vergroten. – Reflecteer op je eigen functioneren, vraag om feedback over jouw eigen functioneren en geef feedback aan anderen. • Zorg ervoor dat je op de hoogte bent van actuele weten regelgeving over de beroepsuitoefening en van de actuele visie op sociaal werk. • Neem deel aan inhoudelijke discussies met collega's en anderen over beroepstaken en werkzaamheden. • Draag de beroeps- en organisatievisie uit naar anderen. • Schrijf als afsluiting een reflectieverslag op basis van het Werkmodel STRAK-reflectie.

Voorbereiden

u' Ac

Beoordelingscriteria

Je hebt: • samen met je BPV-begeleider een persoonlijk ontwikkelplan opgesteld en stappen ondernomen om vakkennis, vaardigheden en beroepshouding te verbeteren • samen evaluatiemomenten voor je doelstellingen bepaald.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

104

Werkt aan de deskundigheid

Beoordelingscriteria Eigen deskundigheid werken

u' Ac

tie

fb .v

Je hebt: • aan je eigen deskundigheid gewerkt • ervoor gezorgd dat je op de hoogte blijft van maatschappelijke, technologische en vakinhoudelijke ontwikkelingen: ◦ daarvoor vakliteratuur gelezen en bijscholingen gevolgd ◦ informatie van de cliënt of groep en naastbetrokkenen gebruikt om je deskundigheid te vergroten ◦ op je eigen functioneren gereflecteerd, om feedback over jouw eigen functioneren gevraagd en feedback gegeven aan anderen • ervoor gezorgd dat je op de hoogte bent van actuele weten regelgeving over de beroepsuitoefening en van de actuele visie op sociaal werk • deelgenomen aan inhoudelijke discussies met collega's en anderen over beroepstaken en werkzaamheden • de beroeps- en organisatievisie uitgedragen naar anderen.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

STRAK-reflectie Je hebt: • een STRAK-reflectie geschreven volgens het Werkmodel STRAK-reflectie • inzicht in je eigen functioneren.

Beoordeling

105

Werkt aan de deskundigheid

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Terugkijken

tie

Oefening 5

u' Ac

Reflectie op de lesstof a. Wat ga je in de toekomst in jouw werk gebruiken?

Kritisch en creatief denken b. Kom jij voor jouw mening uit als de situatie dat vraagt? Noem één voorbeeld.

c. Heb jij het uiterste uit jezelf gehaald bij de opdrachten? Noem één voorbeeld.

Zelfregulatie en zelfsturing d. Heb je de goede bronnen en materialen gebruikt? Geef hiervan één voorbeeld.

106

e. Ben je goed omgegaan met feedback? Geef hiervan één voorbeeld: hoe heb je gereageerd?

Werkt aan de deskundigheid

fb .v

Samenwerken f. Heb jij bijgedragen aan een goede sfeer in de groep? Geef hiervan één voorbeeld.

Oefening 6

Beoordeling werkproces

Beoordelingscriteria

u' Ac

Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

tie

g. Kun je goed met andere mensen omgaan, ook al zijn ze anders dan jij? Geef hiervan één voorbeeld.

Vakdeskundigheid toepassen

• haalt betekenis uit teksten met hoge informatiedichtheid: zowel mondeling als schriftelijk.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria Leren • deelt doelgericht en actief kennis en expertise met collega's en andere deskundigen • draagt eigen kennis en expertise begrijpelijk over • gebruikt feedback doelbewust om zich verder te ontwikkelen.

107

Werkt aan de deskundigheid

Beoordeling

fb .v

Opmerkingen:

tie

Beoordelaar:

u' Ac

Beoordelingscriteria Formuleren en rapporteren

â&#x20AC;˘ gebruikt passend taal- en woordgebruik voor de gesprekspartner.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

108

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg Inleiding

tie

Alicia is een nieuwe medewerker. Ze heeft tijdens haar inwerkperiode met verschillende collega's meegekeken. Ze merkte dat collega's bepaalde taken heel anders uitvoeren. Zij heeft dit punt met een aantal van deze collega’s besproken en zij vragen zich af of het protocol nog wel actueel is en of zij hun handelwijze moeten aanpassen. De collega’s en Alicia besluiten om dit punt in te brengen op een van de volgende vergaderingen.

Leerdoelen

u' Ac

Werkproces Deze BPV-opdracht hoort bij het werkproces B1-K2-W2 Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg.

Je kunt: • zorgvuldig werken volgens voorgeschreven protocollen, procedures en wettelijke richtlijnen • je eigen expertise functioneel inzetten voor het verbeteren van de kwaliteit van de werkzaamheden • actief tekortkomingen in de werkwijze signaleren en deze aan de juiste persoon doorgeven • anderen motiveren om zich te houden aan de voorgeschreven protocollen rondom kwaliteitszorg • verbetervoorstellen brengen met overtuigingskracht.

Bronnen • Cursus Kwaliteitszorg voor SW • Training Professioneel samenwerken.

Planningsformulier <

Oefening 1

Werkmodel Feedback geven en ontvangen <

Protocollen, procedures en richtlijnen Je leert de protocollen, procedures en richtlijnen kennen die van toepassing zijn in de BPV-organisatie en past deze zelf toe. In een gesprek met collega’s evalueer je samen met hen jullie werkwijzen.

109

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Voorbereiden • Neem de werkzaamheden van de BPV-organisatie door in overleg met de BPV-begeleider. Het gaat hier met name om die werkzaamheden waarvoor protocollen, procedures en (wettelijke) richtlijnen van toepassing zijn gericht op kwaliteitsbewaking. • Kies eventueel samen voor een deel van de werkzaamheden. • Lees het werkmodel Feedback geven en ontvangen en bereid je zo op de gesprekken met collega’s over hun en jou werkwijze voor. • Plan gesprekken met minimaal drie en maximaal vijf collega’s in. • Voer een onderdeel van de kwaliteitszorg in de organisatie zelf uit in overleg met de BPV-begeleider.

Beoordelingscriteria Voorbereiden

u' Ac

tie

Uitvoeren • Maak een overzicht van de (gekozen) werkzaamheden en geef per onderdeel aan welk protocol, of welke procedure of richtlijn van toepassing is. • Vul het overzicht aan met een aanwijzing of het gaat om een wettelijke opgelegde richtlijn, of een interne richtlijn, protocol of procedure. • Check in een gesprek met minimaal drie en maximaal vijf collega’s gezamenlijk of jullie de voorgeschreven en/of opgelegde richtlijnen, procedure of protocol naar behoren hebben toegepast. • Geef feedback, waar de collega’s niet naar behoren handelen, en ontvang feedback van hen over jouw handelen.

Je hebt: • met de BPV-begeleider alle of een selectie van de werkzaamheden doorgenomen • per activiteit of dienst aangegeven welke regel van toepassing is • het werkmodel Feedback geven doorgenomen en je zodoende voorbereid op de gesprekken met collega’s • drie tot vijf gesprekken met collega’s ingepland.

Beoordeling

Opmerkingen:

110

Beoordelaar:

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

Beoordelingscriteria Overzicht

tie

Beoordeling

fb .v

Je hebt: • een overzicht gemaakt van (gekozen/alle) werkzaamheden • per dienst of activiteit aangegeven welk protocol of welke procedure of richtlijn van toepassing is • het overzicht aangevuld of het gaat om een wettelijke of interne regel.

u' Ac

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

Signaleren en wijzen op tekortkomingen

Je hebt: • bij drie tot vijf collega's gecheckt of ze de regels goed toepassen • hen gewezen op eventuele tekortkomingen bij het toepassen van de regels • feedback ontvangen van de collega's over je de manier waarop jij de regels toepast.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

111

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

Oefening 2

Arbeidsomstandigheden, arbeidsrisico's en arbeidsvoorwaarden Je gaat je verdiepen in jouw eigen arbeidsomstandigheden, arbeidsrisico's en arbeidsvoorwaarden.

tie

fb .v

Voorbereiden • Overleg met je BPV-begeleider waar in de organisatie je welke informatie kunt vinden over weten regelgeving rondom: – arbeidsomstandigheden – arbeidsrisico's – arbeidsvoorwaarden. • Lees deze documenten vluchtig door en maak een keuze voor twee onderwerpen die je voor deze opdracht gaat gebruiken. Bijvoorbeeld: – werktijdenbeleid – fysieke belasting – agressie en geweld. • Je keuze leg je voor aan je BPV-begeleider.

u' Ac

Uitvoeren • Per onderwerp maak je een verslag waarin je de volgende vragen beantwoordt: – Welke weten regelgeving is er over dit onderwerp? – Door wie of welke instantie wordt dit gecontroleerd en op wat voor manier? – Met welk beleid of welke methode wordt dit onderwerp in de organisatie uitgevoerd? – Wat vind je van de kwaliteit van de uitvoering door de organisatie? – Wat vinden collega’s van de manier waarop de organisatie de weten regelgeving uitvoert? – Wat zijn je aanbevelingen voor verbetering van de kwaliteit van arbeid? • Dit doe je door: – de documenten die je hierover binnen je organisatie kunt vinden te bestuderen – je BPV-begeleider hierover te bevragen – op internet te zoeken naar aanvullende informatie – een aantal van je collega’s hierover te bevragen. • Je bespreekt beide verslagen met je BPV-begeleider.

Beoordelingscriteria

Voorbereiden

Je hebt: • overlegd met je BPV-begeleider waar in de organisatie je welke informatie kunt vinden over weten regelgeving rondom: ◦ arbeidsomstandigheden ◦ arbeidsrisico's ◦ arbeidsvoorwaarden. • deze documenten vluchtig doorgelezen en een keuze gemaakt voor twee onderwerpen die je in deze opdracht gaat gebruiken. Bijvoorbeeld: ◦ fysieke belasting ◦ agressie en geweld. • je keuze voorgelegd aan je BPV-begeleider.

1 Beoordeling

112

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Verslag

u' Ac

Je hebt: • per onderwerp een verslag gemaakt waarin je de volgende vragen beantwoordt: ◦ Welke weten regelgeving is er over dit onderwerp? ◦ Door wie of welke instantie wordt dit gecontroleerd en op wat voor manier? ◦ Met welk beleid of welke methode wordt dit onderwerp in de organisatie uitgevoerd? ◦ Wat vind je van de kwaliteit van de uitvoering door de organisatie? ◦ Wat vinden collega’s van de manier waarop de organisatie de weten regelgeving uitvoert? ◦ Wat zijn je aanbevelingen voor verbetering van de kwaliteit van arbeid? • dit gedaan door: ◦ de documenten die je hierover binnen je organisatie kunt vinden te bestuderen ◦ je BPV-begeleider hierover te bevragen ◦ op internet te zoeken naar aanvullende informatie ◦ een aantal van je collega’s hierover te bevragen. • beide verslagen met je BPV-begeleider besproken.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Oefening 3 Artikel Intervisie <

Ontwikkel of intervisiegroep Je gaat deelnemen aan een ontwikkel- of intervisiegroep.

113

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Voorbereiden • Overleg met de BPV-begeleider aan welke ontwikkel- of intervisiegroep je mee mag gaan doen gedurende de BPV-begeleider. Als dat niet mogelijk is, overleg dan over een tijdelijke groep, waar je aan mee mag doen. Denk daarbij aan een groep stagiairs, of uitvoerders die gezamenlijk aan een taak werken. • Bereid je voor door de intervisiewerkwijze van de organisatie door te nemen, of lees het artikel 'Intervisie', als er geen informatie in de organisatie voorhanden is. • Noteer de datum van de intervisiebijeenkomst.

Beoordelingscriteria Voorbereiden

u' Ac

tie

Uitvoeren • Woon ten minste een intervisiebijeenkomst bij, waarbij een collega een vraag/probleem/case inbrengt. • Zet je expertise in voor het verbeteren van de kwaliteit van de beroepstaken en werkzaamheden van de inbrenger. • Doe verbetervoorstellen aan de inbrenger met overtuigingskracht. • Motiveer de inbrenger om zich te houden aan de protocollen rond kwaliteitszorg. • Handel met respect voor andere meningen, visies en gedragingen. • Maak achteraf een reflectieverslag van je handelen. Neem hierin op hoe je zelf zou willen worden benaderd bij het inbrengen van een intervisievraag.

Je hebt: • overlegd aan welke intervisiegroep je mag meedoen of overlegd om een eigen intervisiegroep te starten • je verdiept in de intervisie.

Beoordeling

Opmerkingen:

114

Beoordelaar:

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

Beoordelingscriteria Intervisiebijeenkomst

Beoordelaar:

u' Ac

Eindopdracht Werken aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg Je levert bijdragen aan de kwaliteitszorg in de BPV-organisatie. Je bewaakt de protocollen, procedures en wettelijke richtlijnen. Je organiseert een intervisiebijeenkomst en introduceert daar een instrument voor intervisie. Voorbereiden • Kijk terug op je bevindingen bij het checken van de regels door collega’s. • Bedenk wat je is opgevallen. • Schrijf voor jezelf op waar en waarom collega’s zich niet (helemaal) aan de regels houden volgens jou. • Overleg met je BPV-begeleider hoe je een voorstel voor verbetering van de regels/de toepasbaarheid van de regels of het gebruik van de regels kunt doen en met wie je dit binnen de organisatie kunt bespreken. • Verdiep je in de instrumenten voor intervisie, lees het artikel 'Intervisiemethodieken'. Zoek ook uit welke instrumenten of methodes voor intervisie of ontwikkelgroepen in de BPV-organisatie gangbaar zijn. • Vraag aan de BPV-begeleider of je aan een bestaande intervisie of ontwikkelgroep mag deelnemen, of zelf een dergelijke groep mag starten onder zijn of haar leiding. Denk hierbij bijvoorbeeld aan alle stagiairs in de organisatie. Het gaat om een bijeenkomst waar jij een instrument voor intervisie mag uitproberen/introduceren. • Bereid je voor op de intervisie door een volgens jou, passend intervisie-instrument te selecteren. • Vraag de deelnemers om een intervisievraag voor te stellen. • Plan een datum voor de intervisie, of noteer de datum die al staat.

Artikel Intervisiemethodieken <

Oefening 4

Opmerkingen:

tie

1 Beoordeling

fb .v

Je hebt: • een intervisiebijeenkomst bijgewoond • een collega geholpen door: ◦ je expertise in te zetten ◦ voorstellen voor het verbeteren van de kwaliteit van de dienstverlening te doen ◦ respectvol voor andere meningen, visies en gedragingen te handelen. • een reflectieverslag geschreven.

Werkmodel STRAK-reflectie <

115

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Uitvoeren • Vertaal je beschouwingen over het toepassen van de regels door collega’s in een voorstel voor verbeteringen. • Bespreek het verbetervoorstel met je BPV-begeleider en stel deze zo nodig bij. • Leg je definitieve verbetervoorstel voor aan de juiste personen binnen de organisatie. • Introduceer en hanteer een intervisie-instrument in een intervisiegroep. Begeleid de intervisie. Vraag om feedback over of je keuze voor het instrument klopte en hoe je de intervisie begeleidde. • Schrijf als afsluiting een reflectieverslag op basis van het Werkmodel STRAK-reflectie. Ga in het reflectieverslag in op de manier waarop je: – je eigen expertise ingezet hebt voor het verbeteren van de kwaliteit van de werkzaamheden.

tie

Beoordelingscriteria Bewaken kwaliteit

u' Ac

Je hebt: • nagedacht over het toepassen van regels door collega’s • uitgezocht hoe een voorstel voor verbetering gedaan moet worden • het voorstel gemaakt en op de juiste plaats geadresseerd zoals de BPV-begeleider heeft aangegeven.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria Intervisie Je hebt: • een intervisie-instrument ingebracht in een intervisiebijeenkomst • een intervisiebijeenkomst begeleid • om feedback gevraagd over je functioneren.

1 Beoordeling

116

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

STRAK-reflectie

u' Ac

Je hebt: • een STRAK-reflectie geschreven volgens het Werkmodel STRAK-reflectie • inzicht in je eigen functioneren.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Terugkijken

Oefening 5

Reflectie op de lesstof a. Wat heb je allemaal geleerd? Noem drie dingen.

Kritisch en creatief denken b. Kom jij voor jouw mening uit als de situatie dat vraagt? Noem één voorbeeld.

117

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Zelfregulatie en zelfsturing c. Heb je een goede planning gemaakt? Geef hiervan één voorbeeld.

d. Heb je de goede bronnen en materialen gebruikt? Geef hiervan één voorbeeld.

u' Ac

tie

Samenwerken e. Heb jij bijgedragen aan een goede sfeer in de groep? Geef hiervan één voorbeeld.

f. Hebben jullie als groep goede afspraken gemaakt? Geef één voorbeeld van een goede afspraak.

Beoordeling werkproces

Oefening 6

g. Kun je goed met andere mensen omgaan, ook al zijn ze anders dan jij? Geef hiervan één voorbeeld.

Vraag je begeleider om een eindbeoordeling.

Beoordelingscriteria Instructies en procedures opvolgen • is zorgvuldig in het volgen van voorgeschreven protocollen, procedures en wettelijke richtlijnen.

1 Beoordeling

118

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

tie

Kwaliteit leveren

u' Ac

• zet functioneel de eigen expertise in voor het verbeteren van de kwaliteit van de werkzaamheden • geeft actief gesignaleerde tekortkomingen in werkwijze door aan de juiste persoon.

Beoordeling

Opmerkingen:

Beoordelaar:

Beoordelingscriteria

• motiveert anderen om zich te houden aan de voorgeschreven protocollen rondom kwaliteitszorg • brengt verbetervoorstellen met overtuigingskracht.

Beoordeling

Overtuigen en beïnvloeden

119

Werkt aan het bevorderen en bewaken van kwaliteitszorg

fb .v

Opmerkingen:

u' Ac

tie

Beoordelaar:

120