Kraamzorg auteurskopij

Page 1

Colofon Auteur Joke de Neeff Naam Eindredacteur Naam

Onderde(e)l(en) Onderde(e)l(en) Onderde(e)l(en) Onderde(e)l(en) Onderde(e)l(en)


Verdiepingsmodule kraamzorg <<IL topic>>Over deze cursus Inleiding

Werken in de kraamzorg is een dynamisch proces. We hopen dat de zwangerschap en de bevalling probleemloos zullen verlopen, maar iedere kraamverzorgende weet dat dit niet voor iedereen is weggelegd. In deze module gaan we in op de bijzondere kraamzorg. Tevens gaan we in relatie met de bijzondere kraamzorg terugkijken naar een aantal onderdelen van de kraamzorg die al eerder aan de orde zijn gekomen. Zorg dat je nieuwsgierig bent en zorg dat je leert! Wees niet te snel tevreden over wat je vindt. Je mag wel zeggen dat iedere zorgverlening binnen de kraam bijzonder is. Immers, de geboorte van een nieuw mens is iets wat net als een steentje in het water veel effecten veroorzaakt. Waarom noemen we dan toch nog specifiek bijzondere kraamzorg? Wat verstaan we hieronder? Nou‌ bijvoorbeeld dit: - kraamzorg verlenen wanneer bij de moeder complicaties optreden - kraamzorg verlenen wanneer bij de baby complicaties optreden - kraamzorg verlenen wanneer het kindje aangeboren afwijkingen heeft - kraamzorg verlenen wanneer er een meerling is geboren - kraamzorg verlenen aan couveusekinderen - kraamzorg verlenen bij overlijden van moeder en/of het kindje - kraamzorg verlenen aan een tienermoeder - kraamzorg verlenen in een onveilige gezinssituatie. @kraamzorg-2@ Bijschrift: De pasgeborene ligt na de bevalling bij de moeder. <</>> <<doelstellingen>>Leerdoelen Je kunt: - complicaties en bijzondere situaties vroegtijdig herkennen en actie ondernemen - gestructureerd overdragen aan de multidisciplinaire hulpverlening - bijzondere kraamsituaties begeleiden.

<<kop 3>>Beoordeling Beoordelingsformulier Aan het eind van de cursus wordt je parate kennis beoordeeld met een toets. Je praktische beheersing van de leerdoelen wordt getoetst aan de hand van het beroepsproduct. Dit wordt op verschillende punten beoordeeld: op inhoud en op de uitvoering. Andere belangrijke punten bij de beoordeling zijn: actieve deelname aan de lessen, nette uitwerking van de opdrachten in correct Nederlands. Je vindt ze bij elkaar in het beoordelingsformulier. <<kop 3>>Planning Planningsformulier Een beroepsproduct maken kost tijd. Daarom moet je dit goed plannen. Lees eerst de opdracht van het beroepsproduct goed door en vul daarna het planningsformulier in.


Neem ook de andere opdrachten van deze cursus op in je totale planning. Zo voorkom je dat je in tijdnood komt.

<<kop 3>>Beroepsproduct: Tijdschrift over kraamzorg voor jonge ouders Iedere aankomende ouder gaat op zoek naar informatie over wat hem of haar te wachten staat. Door een kraamtijdschrift te maken gaan we alle relevante zaken bundelen.

<<kop 4>>Stappen -

Dit is een groepsopdracht voor de gehele klas! Alleen het reflectieverslag is individueel. Kies een pakkende naam voor je tijdschrift. Kies vier redacteuren die de geschreven artikelen controleren en die zorgen voor de opmaak van het uiteindelijke tijdschrift. De overige leden van de klas zijn auteurs die een artikel schrijven over een van de volgende onderwerpen (verdeel deze): o de voor- en nadelen van een ziekenhuisbevalling en thuisbevalling o de psychosociale veranderingen bij een kraamvrouw en een kraamheer na de o o

-

geboorte van een kindje toepassen van warmte en koude bij een kraamvrouw en pasgeborene uitleg geven aan (toekomstige) ouders over het belang van het controleren van vitale functies van moeder en kind en hoe dit geregistreerd wordt (curvelijst) uitleg geven over de taken van de kraamverzorgende tijdens de bevalling uitleg geven over de taken van de kraamverzorgende tijdens de kraamweek voeding tijdens de zwangerschap voeding voor een pasgeborene kraamrituelen van over de hele wereld wetgeving vroegsignalering

o o o o o o o Voeg zelf nog onderwerpen toe waarvan je denkt dat deze relevant zijn. Zorg voor een mooie cover, plaatjes en advertenties. Zorg dat het geheel er verzorgd en professioneel uit komt te zien.

<<kop 4>>Eisen aan de uitvoering -

Maak afspraken over de taakverdelingen. Houd regelmatig een redactievergadering om te zien hoe het proces loopt. De auteurs dienen de artikelen tijdig aan te leveren aan de redactie voor verdere verwerking. De redactie deelt het tijdschrift in en zorgt voor de eindafwerking. Overleg met je docent over het tijdstip waarop het tijdschrift afgerond moet zijn. Schrijf individueel een reflectieverslag waarin je beschrijft: o welke taak je had o hoe je deze hebt uitgevoerd o welke afspraken er waren o hoe je met deze afspraken bent omgegaan o hoe de samenwerking verliep o wat jouw rol hierin was.

<<kop 4>>Eisen aan het beroepsproduct -

Er is een cover met een pakkende titel, vermelding van de klas en begeleidende docent. Er is een inleiding en een inhoudsopgave. De artikelen zijn leesbaar en bevatten relevante informatie. Er zijn advertenties en plaatjes toegevoegd. Het totale tijdschrift is netjes en overzichtelijk uitgewerkt. Het reflectieverslag is ingeleverd (individueel).


-

Het geheel is op tijd ingeleverd bij de begeleidende docent.


<<LA topic>>Oriëntatie Opdracht Als ik dit onderwerp hoor, dan wil ik … Vul de tabel in.

Bijzondere kraamzorg Wat moeten aanstaande ouders weten en doen?

Wat moet ik als (aanstaand) kraamverzorgende weten?

Opdracht Handvatten voor verlenen kraamzorg in bijzondere situaties Vul de tabel in.

Bijzondere kraamzorg Wat weet ik al?

Wat moet ik nog leren om dit goed te kunnen doen?

<LA TOPIC> Problemen tijdens bevalling signaleren en actie ondernemen <<inleiding>> Inleiding Steeds meer kraamzorgcentra hebben kraamverzorgenden in dienst die alleen maar bevallingen begeleiden. Zij verlenen geen reguliere kraamzorg meer, daar komt een collega voor. Ook komt het steeds vaker voor dat al vroeg in het weeënstadium een kraamverzorgende in huis komt. Zij kan de ouders ondersteunen en vroegtijdig problemen onderkennen en hier actie op ondernemen. <<doelstellingen>> Leerdoelen <</>> Je kunt: - complicaties en bijzondere situaties vroegtijdig herkennen en actie ondernemen - gestructureerd overdragen aan de multidisciplinaire hulpverlening.

<Opdracht>Complicaties moeder tijdens de bevalling Theoriebron Kraamzorg bij complicaties moeder Artikel Partusassistentie acute verloskundige situaties <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/3.-Zorgprotocol-Partusassistentie-in-acute-verloskundigesituaties.pdf>>


Je verleent bevallingszorg bij een primigravida. Ineens roept de aanstaande moeder in paniek dat de navelstreng is uitgezakt. Welke handelingen kan de kraamverzorgende uitvoeren in overleg met de verloskundige, in afwachting van het arriveren van de professionele hulpdiensten? <<10 schrijflijnen>> Taken kraamverzorgende op instructie verloskundige: - Leg een kussen onder de rechterbil van barende, en laat de barende op de linkerzij liggen of laat de zwangere op handen en knieĂŤn zitten. - Help een zuurstofmasker opzetten. - Assisteer eventueel bij inbrengen verblijfskatheter. - De blaas wordt gevuld met 500 ml zoutoplossing. - Zit niet aan de navelstreng, omdat dit ertoe kan leiden dat de bloedvaten - samentrekken. - Controleer op verzoek van de verloskundige de harttonen van de baby met doptone. - Dek de kraamvrouw toe om haar warm te houden. <Opdracht>Voorlichting complicaties moeder tijdens de bevalling Wegens een niet vorderende uitdrijving besluit de verloskundige dat er fundusexpressie moet worden gegeven. Ze vraagt jou om deze handeling aan de ouders uit te leggen. Wat vertel je? <<10 schrijflijnen>> - Fundusexpressie is: druk c.q. kracht uitoefenen op het bovenste deel van de fundus (baarmoeder). - De druk wordt uitgevoerd richting de bekkenuitgang. - De druk wordt gegeven op de stuit van de baby. - Fundusexpressie kan de geboorte van het kind bespoedigen. - Wordt toegepast bij foetale nood en niet vorderende uitdrijving. - Wordt alleen toegepast op instructie van de verloskundige. Zij zal steeds aanwijzingen geven aan de kraamverzorgende hoe te handelen. <Opdracht>Complicaties moeder na de bevalling Theoriebron Kraamzorg bij complicaties moeder [invulvraag]Vul de oefening in en maak gebruik van de volgende woorden: fluxus, shock, verloskundige, vitale functies, tensie, Trendelenburg, bloedverlies, 112, praten, polsslag Een uurtje na de bevalling vind je de kraamvrouw bleek en slap in bed. Zij blijkt een shock te hebben. Bij controle van het kraamverband constateer je dat zij een fluxus heeft. Je belt de verloskundige, die gelukkig in de buurt is. Zij vraagt je om de vitale functies alvast te controleren. Hieruit blijkt dat mevrouw een lage tensie heeft en een snelle polsslag. Om een indicatie te krijgen van de hoeveelheid bloedverlies, weeg je ook de kraamverbanden en de matjes die gebruikt worden. Met hulp van de verloskundige leg je mevrouw in Trendlenburg. Je merkt dat het bewustzijn vermindert en probeert samen met de partner door middel van praten mevrouw bij de les te houden. Gelukkig is 112 gebeld en komt er snel een ambulance ter plaatse. <Opdracht>Zorg overdragen aan andere hulpverleners Theoriebron Kraamzorg bij complicaties moeder <<Casus>> Een uurtje na de bevalling vind je de kraamvrouw bleek en slap in bed. Zij blijkt een shock te hebben. Bij controle van het kraamverband constateer je dat zij een fluxus


heeft. Op aangeven van de verloskundige zijn de vitale functies gecontroleerd. Mevrouw heeft een lage tensie heeft en een snelle polsslag. Door middel van het wegen van de kraamverbanden en de celstof matjes heb je geconstateerd dat het bloedverlies erg fors is. Mevrouw is in Trendelenburg-houding gelegd. Mevrouw verliest steeds het bewustzijn. Praten helpt nog wel een beetje om haar wakker te houden. De ambulance is ter plaatse. Je gaat mevrouw aan hun zorg overdragen voor vervoer naar het ziekenhuis. Schrijf een overdracht met behulp van de SBAR-methode.<</>> Situatie Background Assessment Reccomendation

Kraamvrouw met fluxus. Geen bijzonderheden in de anamnese. Vitale functies: RR is laag en pols is snel. Shockverschijnselen. Bloedverlies is fors. Bewustzijn is dalend. Overname van de zorg. Vervoer naar ziekenhuis.

<Opdracht>Vroegtijdige ondersteuning in het bevallingsproces Theoriebron Kraamzorg bij complicaties moeder Artikel Vervroegde partusondersteuning <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/1.-Zorgprotocol-Vervroegde-partusondersteuning.pdf>> Steeds vaker komt een kraamverzorgende vroegtijdig in een gezin tijdens een bevallingsproces. Wat zijn de taken van een kraamverzorgende in dit geval? <<10 schrijflijnen>> De kraamverzorgende - biedt continue begeleiding in de vroege fase van de bevalling en begeleiding bij de bevalling, zowel in de thuissituatie als in een geboortecentrum of ziekenhuis - coacht, begeleidt en observeert de zorgvrager vanaf het begin van de bevalling - observeert, signaleert en rapporteert aan de verloskundige over de gezondheid van moeder tijdens de ontsluitingsfase - onderneemt actie en anticipeert op risicovolle situaties - is bekend met de geldende protocollen en weet instructies uit te voeren tijdens acute situaties - begeleidt de zorgvrager en naastbetrokkenen, bijvoorbeeld door hen gerust te stellen en te begeleiden bij het opvangen van de weeĂŤn. <Opdracht>Voorlichting (pre-)eclampsie en HELLP-syndroom Website Hellp <<www.hellp.nl>> Maak een klinische les over (pre-)eclampsie en het HELLP-syndroom voor aanstaande ouders. Je kunt heel veel informatie vinden op de site Hellp. Eigen antwoord. In de les moeten in elk geval de oorzaken, verschijnselen en de behandeling en prognose aan bod komen.

<LA TOPIC>Problemen tijdens het kraambed signaleren en actie ondernemen <<inleiding>> Inleiding Ook na de bevalling kunnen er problemen optreden, sommige van serieuze aard, andere


iets onschuldiger. Maar alle ongemak verdient aandacht en zorg van de kraamverzorgende. <<doelstellingen>> Leerdoelen <</>> Je kunt: - complicaties en bijzondere situaties vroegtijdig herkennen en actie ondernemen - desgevraagd binnen de kaders van je mogelijkheden voorlichting en advies geven - gestructureerd overdragen aan de multidisciplinaire hulpverlening.

<Opdracht>Postpartum depressie 1 Website Mindblue <<www.mindblue.nl>> Ga naar de website mindblue.nl. Onder het kopje Depressie  Soorten depressies vind je de postpartum depressie. Bekijk de documentaire ‘Roze wolk’. Omschrijf in je eigen woorden wat je raakt in deze documentaire. Wat zou jij doen? <<4 schrijflijnen>> Eigen antwoord. <Opdracht>Postpartum depressie 2 Vraag 1 Omschrijf de oorzaken van een postpartum depressie. Fysieke oorzaken Ingrijpende levensgebeurtenissen

Persoonlijke eigenschappen

Familiaire aanleg Lichamelijke uitputting Emotionele uitputting Overlijden van een dierbare Verhuizing Relatieproblemen Onverwerkte ervaringen uit het verleden Moeizame zwangerschap en bevalling Slecht ‘nee’ kunnen zeggen Moeilijk over gevoelens kunnen praten Te hoge verwachtingen van het moederschap

Vraag 2 Omschrijf de symptomen van een postpartum depressie. <<25 schrijflijnen>> - somberheid - nergens zin in en nergens toe komen - weinig plezier van de baby - heftige gevoelens van afkeer of haat jegens de baby - geen ‘moedergevoel’ of juist overbezorgd voor de baby - extreem moe en lusteloos - huilbuien - prikkelbaar of zelfs agressief; dit kan zich uiten in schelden of verwijten maken - moeilijk concentreren, in de war en vergeetachtig - weinig en slecht slapen, of juist heel erg veel - geen zin in eten of juist heel veel zin in eten - weinig zelfvertrouwen, het gevoel niets waard te zijn - denken niet geschikt te zijn als moeder - een leeg gevoel van binnen


-

machteloos, wanhopig en angstig piekeren lichamelijke klachten zoals hoofdpijn, misselijkheid of duizeligheid.

Vraag 3 Omschrijf de behandeling van een postpartum depressie. <<10 schrijflijnen>> Een postpartum depressie is goed te behandelen. Contact opnemen met de huisarts, de verloskundige of de gynaecoloog kan dit in gang zetten. De behandeling bestaat vaak uit gesprekstherapie en medicatie (antidepressiva, kalmerings- en slaaptabletten). Ook lotgenotencontact kan heel waardevol zijn. Om herhaling bij een volgende zwangerschap te voorkomen, dient de vrouw zichzelf goed in acht te nemen en te letten op de signalen. <Opdracht>Somatische aandoeningen bij een kraamvrouw Verdeel de groep in zes subgroepjes. Elk groepje kiest een van de volgende aandoeningen: - eclampsie - borstontsteking - abnormaal veel bloedverlies - koorts - trombose - pijnlijke vulva. Maak een presentatie over je gekozen onderwerp (maximaal 10 minuten). Benoem oorzaak, verschijnselen en behandeling. Voor de uitwerking van je presentatie zoek je zelf naar leerstof op het internet of in boeken en tijdschriften in de mediatheek. Bedenk over jouw onderwerp ook vier meerkeuzetoetsvragen + antwoorden. Lever deze via de mail aan bij je docent. Wanneer alle presentaties zijn gehouden, wordt de leerstof getoetst aan de hand van de aangeleverde vragen.

<LA TOPIC> Problemen bij pasgeborene signaleren en actie ondernemen <<inleiding>> Inleiding Dat kwetsbare kindje, dat zo gewenst is binnen een gezin, arriveert. Als kraamverzorgende ben je samen met de ouders de eerste beschermengel van de pasgeborene. Goed observeren, alles noteren! <<doelstellingen>> Leerdoelen <</>> Je kunt: - complicaties en bijzondere situaties vroegtijdig herkennen en actie ondernemen - gestructureerd overdragen aan de multidisciplinaire hulpverlening.

<Opdracht>Complicaties bij de baby Theoriebron Kraamzorg bij complicaties baby


Wanneer spreken we van een prematuur geboren baby en wanneer van een dysmatuur geboren baby? 1. prematuur = <<2 schrijfregels>>de baby wordt geboren voor de 37e week van de zwangerschap. 2. dysmatuur = <<2 schrijfregels>>de baby heeft een te laag geboortegewicht in verhouding tot de zwangerschapsduur. <Opdracht>Dalende hartslag baby Theoriebron Kraamzorg bij complicaties baby Wat gebeurt er met de hartslag van de baby tijdens de weeën en de uitdrijving? <<10 schrijfregels>> Tijdens de weeën kan de hartslag van de baby dalen. Dit herstelt zich meestal spontaan. Tijdens de uitdrijving luistert de verloskundige na elke wee hoe de conditie van het kindje is. Een normale hartslag is tussen de 100 en 160 slagen per minuut. Soms is de hartslag tijdens het persen tijdelijk iets langzamer. Dit is een reactie van de baby, die soms de druk op het hoofdje in het begin niet prettig vindt. Dit kan heel normaal zijn, het kindje moet wennen aan het persen. Na een aantal persweeën herstelt de hartslag zich. Wanneer de hartslag zich niet herstelt, kan het helpen als de moeder op de zij gaat liggen. Is dit onvoldoende, dan zal verplaatsing van de bevalling naar het ziekenhuis volgen, omdat daar sneller medisch ingegrepen kan worden als de conditie van de baby verslechtert. <Opdracht>Meconiumhoudend vruchtwater Theoriebron Kraamzorg bij complicaties baby Wat is meconiumhoudend vruchtwater? Vertel ook iets over de oorzaak, behandeling en eventuele gevolgen. <<10 schrijfregels>> Bij meconiumhoudend vruchtwater heeft het kindje in het vruchtwater gepoept. Het is groenbruin van keur. De oorzaak kan zijn: stress en zuurstoftekort. De bevalling zal op medische indicatie verplaatst worden naar het ziekenhuis. Na de geboorte wordt zo snel mogelijk de mond-keelholte uitgezogen. Zo nodig wordt geïntubeerd om ook de luchtpijp en de longen te kunnen uitzuigen. Meconiumhoudend vruchtwater verhoogt de kans op infectie bij de moeder en kan longproblemen veroorzaken bij de baby (meconium-aspiratie-syndroom). <Opdracht>Reanimatie van een pasgeborene Artikel Reanimatie pasgeborene <<https://www.reanimatieraad.nl/_content/pages/richtlijnen %202015/Hoofdstuk8_NLS.pdf>> Bij pasgeborenen spreken we de eerste 24 uur van een ‘natte’ neonaat. In geval van een reanimatie zal er een specialistisch protocol gevolgd worden. Lees het protocol door en onderzoek wat het verschil is tussen een ‘gewone’ kinderreanimatie en de reanimatie van een pasgeborene. <<10 schrijfregels>> Bij de reanimatie van pasgeborenen ligt de nadruk op het openen van de luchtweg en het openen van de longen. Er wordt in eerste instantie beademd met kamerlucht en pas later wordt zuurstof aangesloten. Er wordt gezorgd dat het kindje niet te veel kan afkoelen en er zal zo snel mogelijk vervoer naar het ziekenhuis plaatsvinden. Het algoritme om te beademen is bij een natte neonaat drie borstcompressies en één beademing (kapbeademing). Bij een ‘gewone’ kinderreanimatie is het algoritme vijftien massages om twee beademingen.


<Opdracht>Afwijkende lichaamstemperatuur pasgeborene Theoriebron Kraamzorg bij complicaties baby De kraamverzorgende controleert regelmatig de temperatuur van de baby. We weten dat het kindje de eerste dagen moeite heeft om deze goed te regelen. Wanneer een baby ondertemperatuur of koorts heeft, ontstaat vaak wat onrust. Wat kan de oorzaak zijn van een ondertemperatuur bij een pasgeborene? <<5 schrijfregels>> Ondertemperatuur bij een pasgeborene kan onschuldig zijn, maar kan ook het gevolg zijn van een infectie. De kraamverzorgende dient een en ander goed in kaart te brengen en te zorgen dat de verloskundige alle informatie heeft die nodig is om goed te kunnen handelen. <Opdracht>Erbse parese pasgeborene Website EPVN <<www.epvn.nl>> [invulvraag]Bij de verzorging van een pasgeboren jongetje valt je op dat een van zijn armpjes niet goed meebeweegt. Hij lijkt ook pijn te hebben. Jij weet vanuit het zorgplan dat de baby tijdens de geboorte even klem heeft gezeten met zijn schouders. Zoek informatie op de Website EPVN en vul de volgende tekst aan. Maak gebruik van deze woorden: zenuwen, spierzwakte, arm, pijn, schouder, nek, kinderfysiotherapeut Een Erbse parese is een beschadiging van de zenuwen die van de nek naar de arm lopen. Een Erbse parese kan ontstaan wanneer bij de bevalling de schouder van de baby achter het schaambeen van de moeder blijft haken. De Erbse parese veroorzaakt pijn en spierzwakte in een arm. Als de zenuwbeschadiging heel ernstig is, zal de verlamming niet geheel verdwijnen. Een kindje met een Erbse parese wordt behandeld door een kinderfysiotherapeut. Deze geeft advies hoe het kindje gehanteerd kan worden en adviseert over het onderhouden van de beweeglijkheid van de gewrichten en het stimuleren van de spieren. <Opdracht>Complicaties pasgeborene Verdeel de groep in vijf subgroepjes. Elk groepje kiest een van de volgende aandoeningen: - hyperbilirubinemie - niet goed ademen - infectie - dorstkoorts - afwijkende motoriek. Maak een presentatie over je gekozen onderwerp (maximaal 10 minuten). Benoem oorzaak, verschijnselen en behandeling. Voor de uitwerking van je presentatie zoek je zelf naar leerstof op het internet of in boeken en tijdschriften in de mediatheek. Bedenk over jouw onderwerp ook vier meerkeuzetoetsvragen + antwoorden. Lever deze via de mail aan bij je docent. Wanneer alle presentaties zijn gehouden, wordt de leerstof getoetst aan de hand van de aangeleverde vragen.


<LA TOPIC>Een kindje met aangeboren aandoeningen <<inleiding>> Inleiding Wordt er een kindje geboren dat niet helemaal gezond is, dan begint een stressvolle periode voor de ouders. De kraamverzorgende loopt een eindje met hen mee, maar zal hen aan het einde van de kraamweek moeten loslaten. <<doelstellingen>> Leerdoelen <</>> Je kunt: - complicaties en bijzondere situaties vroegtijdig herkennen en actie ondernemen - desgevraagd binnen de kaders van je mogelijkheden voorlichting en advies geven - gestructureerd overdragen aan de multidisciplinaire hulpverlening.

<Opdracht> Aangeboren afwijkingen Theoriebron Kraamzorg bij baby met aangeboren afwijking of aandoening Van alle pasgeborenen heeft 4% een aangeboren afwijking. Benoem minimaal vijf oorzaken. <<5 schrijflijnen>> - een chromosoomafwijking - een erfelijke factor - een fout in de aanleg van een orgaansysteem - de leefwijze van de moeder - zuurstofgebrek tijdens de bevalling - een infectieziekte. <Opdracht>Aangeboren afwijking met chromosomale oorzaak Artikel Chromosoomafwijkingen <<https://www.erfelijkheid.nl/ziektes/chromosoomafwijkingen>> In de tekst van Theoriebron Kraamzorg bij baby met aangeboren afwijking of aandoening wordt gesproken over het syndroom van Down en het Edwards-syndroom. Beide zijn dit een chromosoomafwijking. Hoe ontstaat een chromosoomafwijking? <<5 schrijflijnen>> - Soms gaat er iets mis bij de aanmaak van de eicellen of zaadcellen. Dan kan het vruchtje te veel of te weinig chromosomen hebben. - Er kan iets misgaan met de chromosomen bij de bevruchting, of later, als het kind zich verder ontwikkelt in de baarmoeder. - Iemand die zelf een chromosoomafwijking heeft, kan deze doorgeven aan het kind. <Opdracht>Downsyndroom Artikel Trisomie 21<<https://www.erfelijkheid.nl/ziektes/syndroom-van-down-trisomie21>> Het downsyndroom of Trisomie 21 is een erfelijke chromosoomafwijking. Soms is een kindje de eerste in een familie, maar we weten ook dat het in sommige families vaker voorkomt. Ook hebben oudere moeders meer kans op het krijgen van een kindje met down. Maak een voorlichtingsfolder voor kinderen, met uitleg over hun broertje of zusje met het syndroom van Down. Maak deze folder niet vanuit medisch oogpunt!


<<0 schrijflijnen>> Eigen antwoord. In de folder moet het downsyndroom uitgelegd worden op kinderniveau. Er moeten geen medische terminologieën en allerlei ‘horrorgegevens’ in staan. <Opdracht>De ziekte CF Artikel Cystic fibrosis <<https://www.erfelijkheid.nl/ziektes/cystic-fibrosis>> Artikel Cystic fibrosis (taaislijmziekte)<<https://www.ncfs.nl/over-cystic-fibrosis>> Cystic fibrosis of taaislijmziekte is een aandoening die via beide ouders wordt doorgegeven aan hun kinderen. Bij CF hebben de ouders vaak niet direct in de gaten dat hun kindje iets mankeert. Ouders weten vaak ook niet dat zij drager van een fout gen zijn. Beantwoord de volgende vragen over cystic fibrosis. Hoe wordt de diagnose CF gesteld? <<5 schrijflijnen>> De diagnose wordt gesteld via: - de hielprik - een zweettest - DNA-onderzoek - meting van de werking van de chloorkanalen. Vraag 2 Welke verschijnselen zie je aan een kindje met CF? <<10 schrijflijnen>> De volgende verschijnselen horen bij CF: - langdurig hoesten en slijm opgeven - terugkerende luchtweginfecties - sterk naar zout smakend zweet - weinig eetlust (vooral bij luchtweginfecties) - groeiachterstand - buikpijn - obstipatie - vettige ontlasting - verminderde vruchtbaarheid. Vraag 3 Hoe is de behandeling en de prognose voor kinderen met CF? <<10 schrijflijnen>> De behandeling bestaat uit: - medicijnen - fysiotherapie - bestrijden/voorkomen van luchtweginfecties - beweging/sporten - energierijke voeding - soms een longtransplantatie. - de prognose voor kinderen met CF is de laatste jaren sterk verbeterd en de verwachting is dat deze prognose nog beter gaat worden. Op dit moment is de gemiddelde levensverwachting van CF 40-44 jaar. <Opdracht>Hulpverleners binnen de kraamzorg Als kraamverzorgende probeer je een gezin zo goed mogelijk te ondersteunen en te begeleiden wanneer er zorgen zijn omtrent de gezondheid van de pasgeborene. Maar de kraamverzorgende is ook maar een mens en weet niet alles. Hoe kun je nu ouders


helpen om zo goed, zo snel en zo helder mogelijk informatie te verkrijgen? Omschrijf in je eigen woorden hoe je dit gaat aanpakken en leg uit waarom je dit op deze manier zou doen. <<10 schrijflijnen>> Eigen antwoord van de student over het hoe en waarom. Genoemd kan worden: - vragenlijstje maken voor de artsen - zoeken op internet - lotgenotencontact. <Opdracht>Wie zorgt er voor de zuster? Theoriebron Kraamzorg bij baby met aangeboren afwijking of aandoening Zorg verlenen is een zwaar beroep. Je maakt veel mee in korte tijd en krijgt te maken met veel emoties. Soms lopen de emoties bij de kraamverzorgende zelf ook hoog op. Wie zorgt er dan voor de zuster? Omschrijf wat jij zelf zou doen in een dergelijke situatie, waar alles je even te veel wordt. Leg uit waarom dit voor JOU werkt. <<10 schrijflijnen>> Eigen antwoord. <LA TOPIC> Bijzondere kraamzorg <<inleiding>> Inleiding Kleine kinderen, kleine zorgen, meerdere kinderen soms heel veel zorgen. Gelukkig is de kraamzorg in Nederland er ook op ingericht om deze ouders goed op weg te helpen. <<doelstellingen>> Leerdoelen <</>> Je kunt: - complicaties en bijzondere situaties vroegtijdig herkennen en actie ondernemen - desgevraagd binnen de kaders van je mogelijkheden voorlichting en advies geven. <Opdracht>Kraamzorg bij meerlingen Theoriebron Kraamzorg bij geboorte meerling Ach, zo schattig: je mag kramen in een gezin waar een tweeling is geboren. Alles is goed verlopen en twee dagen na de geboorte is iedereen weer thuis. In de wieg liggen twee stoere jongetjes en vader en moeder zijn apetrots, maar zoooo moe! Maak een dagindeling voor de zorg in dit gezin. Hoe bereid je de ouders voor op hun nieuwe leven met twee kinderen die zorg en aandacht nodig hebben? <<20 schrijflijnen>> Eigen antwoord. In elk geval moeten aan de orde komen: voedingstijden, badje, rust en regelmaat. <Opdracht>Borstvoeding bij meerlingen Theoriebron Kraamzorg bij geboorte meerling Artikel Borstvoeding tweeling <<https://www.oudersvannu.nl/baby/voeding/borstvoeding-geven-aan-tweeling/>>


De moeder van een tweeling is vastbesloten om haar kinderen in ieder geval zes weken borstvoeding te geven. Daarna moet zij weer aan het werk in haar eigen bedrijfje en gaat zij kolven. Aan jou als kraamverzorgende de taak om dit in goede banen te leiden. Hoe ga je dit aanpakken? <<20 schrijflijnen.>> Eigen antwoord. <Opdracht>Couveusenazorg of uitgestelde kraamzorg Theoriebron Kraamzorg bij thuiskomst couveusekindje Artikel Couveusenazorg <<https://www.kleinekanjers.nl/informatie/couveusenazorg-ofuitgestelde-kraamzorg/>> Wat houdt de uitgestelde kraamzorg in? << 20 schrijflijnen>> Couveusenazorg of uitgestelde kraamzorg is niet hetzelfde als de reguliere kraamzorg. Er komt geen kraamverzorgende in huis om het huishouden in goede banen te leiden en moeder in de watten te leggen. Deze nazorg is vooral bedoeld om de ouders meer vertrouwen te geven na de thuiskomst van de baby; tips en trucs voor de verzorging van hun kindje. De ouders hebben veel geleerd in het ziekenhuis, maar thuis is het toch weer anders. Niet iedereen wil gebruikmaken van couveusenazorg of uitgestelde kraamzorg. Sommige ouders vinden de extra ondersteuning in het begin prettig, maar andere vinden het juist heerlijk om eindelijk samen in alle rust met hun baby thuis te zijn. Dit is een persoonlijke keuze en afweging die de jonge ouders zelf moeten maken. <LA TOPIC> Verdrietige kraamzorg <<inleiding>> Inleiding Een kusje in de wind ‌ voor een overleden kind. Iemand die het niet heeft ervaren, weet niet wat deze ouders doormaken. Je loopt een stukje naast hen mee, maar kunt hen niet helen. <<doelstellingen>> Leerdoelen <</>> Je kunt: - desgevraagd binnen de kaders van je mogelijkheden voorlichting en advies geven - gestructureerd overdragen aan de multidisciplinaire hulpverlening.

<Opdracht>Overlijden binnen een kraamgezin Artikel De tranenkoffer <<https://www.nabijverliesbegeleiding.nl/home/detranenkoffer/>> Artikel Tips voor kinderen in de rouw <<https://www.in-dewolken.nl/rouwinfo/kinderen/tipsvoorkinderen>> Artikel Rouw jonge kinderen <<http://www.opvoedadvies.nl/rouwkind.htm>> In een gezin waar iemand (volwassene of kind) komt te overlijden, vallen de kinderen vaak een beetje buiten de boot. De volwassenen zijn druk met regelen, praten en doen en de kinderen lopen wat verloren.


Hoe kun je nu als kraamverzorgende deze kinderen mede opvangen en begeleiden? Doe eens een onderzoekje naar de mogelijkheden en vertel in je eigen woorden hoe jij dit eventueel zou willen aanpakken en waarom. <<20 schrijflijnen>> Eigen antwoord. <Opdracht>Overlijden van een pasgeborene Theoriebron Kraamzorg bij overlijden van moeder en/of kind Artikel Handeling verzorgen overleden pasgeborene <<https://kckzapp.nl/appify/23handeling-verzorgen-van-de-overleden-pasgeborene/>> Welke zorg verleent de kraamverzorgende aan een pasgeborene na overlijden? <<20 schrijflijnen>> Je overlegt met de arts en/of de verloskundige of de baby verzorgd mag worden. De werkwijze is als volgt: -

Sluit de oogjes van de pasgeborene. Weeg de pasgeborene. Was of baad de pasgeborene. Droog de pasgeborene af. Meet de pasgeborene van het uiterste puntje van het hoofd tot de hieltjes, strek hierbij de beentjes. (Deze controles zijn belangrijk voor de overlijdensakte.) Doe de luier om. Kleed de pasgeborene aan. Borstel de haartjes. Geef in overleg de pasgeborene aan de ouders in verband met de rouwverwerking. Leg de pasgeborene in het bedje. De ruimte waarin het bedje staat, moet wel koel zijn. Zorg voor privacy voor de ouders. Ruim alle gebruikte materialen op. Werk het (speciale) zorgdossier bij.

<Opdracht>Verlenging kraamzorg bij overlijden moeder Theoriebron Kraamzorg bij overlijden van moeder en/of kind Wanneer de moeder tijdens de bevalling of in het kraambed komt te overlijden, is het gezin stuurloos. Vader staat er alleen voor. Tegen het einde van de kraamweek bekruipt je het gevoel dat een verlenging van de kraamzorg nodig is. Beantwoord de volgende vragen. Vraag 1 Wat kunnen voor jou redenen zijn om een verlenging van de kraamzorg aan te vragen? <<5 schrijflijnen>> Redenen voor verlenging van de kraamzorg kunnen zijn: - Vader heeft nog een korte tijd extra ondersteuning nodig om hem voor te bereiden op zijn taak. - Er is mantelzorg geregeld, maar deze is nog niet direct beschikbaar. - Het kindje heeft in het ziekenhuis gelegen en er is wat extra zorg rondom de thuiskomst nodig. Vraag 2 Hoe ga je een verlenging van de kraamzorg aanvragen? <<5 schrijflijnen>> De aanvraag wordt gedaan via de verloskundige, omdat zij verantwoordelijk is voor de uitvoering van de regelgeving volgens het LIP.


<LA TOPIC> Kraamzorg anders dan anders en de wet <<inleiding>> Inleiding Soms ben je in een kraamgezin en lopen de zaken niet volgens de gebaande paden. Als kraamverzorgende moet je daar op een verantwoorde manier mee om kunnen gaan. Een beetje kennis van wet- en regelgeving kan hierbij helpen. <<doelstellingen>> Leerdoelen <</>> Je kunt: - complicaties en bijzondere situaties vroegtijdig herkennen en actie ondernemen - desgevraagd binnen de kaders van je mogelijkheden voorlichting en advies geven - gestructureerd overdragen aan de multidisciplinaire hulpverlening.

<Opdracht>Tienerouders Theoriebron Kraamzorg bij tienermoeders Je verleent kraamzorg in een gezin waar de oudste dochter op 16-jarige leeftijd een baby heeft gekregen. De bevalling is goed verlopen en moeder en dochter wonen gezellig bij opa en oma op kamers. Het kindje is erg welkom. Oma en moeder ‘kibbelen’ liefdevol om de zorg voor de baby. De papa van de baby is regelmatig op bezoek, maar is een beetje verlegen. Hij vertrouwt je toe dat hij heel graag eens een luier zou willen verschonen en zijn dochter de fles zou willen geven. Hij durft niet zo goed te zeggen wat hij wil. Geen probleem toch? Kraamzuster ‘to the rescue’! Maar… hoe pak je dat nu aan? <<5 schrijflijnen>> Eigen antwoord. In het antwoord moet benoemd zijn dat een en ander draait om overleg en communicatie. <Opdracht>Wet- en regelgeving Theoriebron Wet en regelgeving rondom zwangerschap en bevalling Ouderschap is bij wet geregeld. Leg uit wat er allemaal komt kijken bij ouderschapsverlof. <<20 -

schrijflijnen.>> Ouderschapsverlof mag opgenomen worden tot het kind 8 jaar is. Men werkt tijdelijk minder, zodat men meer tijd met het kind heeft. Ouderschapsverlof bedraagt 26 keer het aantal uren dat men per week werkt. Ouderschapsverlof dient minimaal 2 maanden voor aanvang te worden aangevraagd bij de werkgever. Bij ouderschapsverlof ontvangt men geen salaris. Afhankelijk van de cao betalen sommige werkgevers wel door. Het verminderde inkomen kan recht geven op een hogere uitkering als men onder het minimumloon komt of verandering in de zorg- en huurtoeslag.

<Opdracht>Werken in een onveilige gezinssituatie Theoriebron Kraamzorg bij onveilige gezinssituaties Theoriebron Kraamzorg bij complicaties moeder


Lees in Theoriebron ‘Kraamzorg bij complicaties moeder’ nogmaals goed het gedeelte ‘Hulpverleners binnen de kraam’. Lees ook de casus. <<casus>>Je werkt in een gezin met zes kinderen in de leeftijd van 0, 2, 5, 9, 11 en 13 jaar. Agnes, de moeder, is stil en teruggetrokken. Ze heeft wel aandacht voor de baby, maar minder voor haar andere kinderen. Het huis ziet er smoezelig uit en de kinderen ruiken niet al te fris. Het valt je op dat zowel Agnes als de kinderen veel blauwe plekken hebben. Tijdens de kraamweek is vader Ralph al naar zijn werk vertrokken als je komt. De kinderen hebben dan nog niet gegeten. Zijn ook erg mager. Er zijn weinig boodschappen in huis, maar in de schuur staat een aantal kratten met bier. De kinderen vinden het heel gezellig dat je er bent, maar op het moment dat Ralph thuiskomt, trekken zij zich terug in hun eigen kamers. Ze vertellen niet hoe zij aan hun blauwe plekken komen. Ralph gedraagt zich correct tegenover jou, maar je hoort hem regelmatig schreeuwen tegen Agnes en de kinderen. De kraamverzorgende die de intake heeft gedaan, heeft ook een aantekening gemaakt over de gezinssituatie. Agnes wil niet reageren op vragen over de situatie in het gezin, die je haar voorzichtig probeert te stellen. Op de derde dag vind je haar huilend in bed, met een blauw oog en uitgescheurde hechtingen. Ralph heeft zich met geweld aan haar opgedrongen. Agnes wil absoluut geen aangifte doen.<</>> Kraamzorg verlenen in een gezin waar je een ‘niet pluis’-gevoel bij hebt. - Hoe ga je te werk? - Hoe kun je gaan samenwerken met andere hulpverleners? Vraag 1 Beantwoord de vragen met behulp van het stappenplan dat benoemd wordt in de theoriebron. 1. Analyseer de hulpvraag 2. Omschrijf het doel van de hulpvraag

3. Verzamel relevante informatie

Er lijkt sprake te zijn van een onveilige gezinssituatie, op basis van verwaarlozing en huiselijk geweld. Doel van de hulpvraag is de gezinssituatie in kaart brengen en adequate hulpverlening opstarten. - Het huis is niet schoon. - De kinderen zijn niet goed verzorgd. - De kinderen zijn mager. - Er is weinig eten in huis. - Er is veel drank. - De kinderen en moeder zitten onder de blauwe plekken. - Moeder is mishandeld op de derde kraamdag. - De kraamverzorgende die de intake heeft gedaan, heeft ook een aantekening gemaakt over de gezinssituatie.

4. Welke hulpmiddelen kun je gebruiken om de situatie in kaart te brengen?

Checklist vroegsignalering in de kraamzorg.

5. Hoe ga je de informatie uitwerken?

In een gedetailleerd verslag, dat maar voor één enkele uitleg vatbaar is, in overleg met de verloskundige.

Vraag 2 Werk daarna de overdracht voor Jeugdzorg uit met behulp van de SBAR op basis van de onderstaande casuïstiek.


Situatie Background

Assessment

Gezin met zes kinderen tussen 0 en 13 jaar dat slachtoffer lijkt te zijn van huiselijk geweld door vader. Jongste kindje net geboren, moeder in kraambed. -

Reccomendation -

Het huis is niet schoon. De kinderen zijn niet goed verzorgd. De kinderen zijn mager. Er is weinig eten in huis. Er is veel drank. De kinderen en moeder zitten onder de blauwe plekken. Moeder is mishandeld op de derde kraamdag. Opstarten van jeugdzorg en gezinsbegeleiding om het gezin terug op de rails te krijgen. Consultatiebureau en huisarts inlichten.

<<brtopic>>Theoriebron Kraamzorg bij complicaties moeder <<inleiding>>Inleiding Complicaties bij de moeder kunnen al optreden tijdens de zwangerschap. Denk aan zwangerschapsdiabetes of pre-eclampsie. Dit zal meestal een reden zijn om niet thuis te bevallen, maar in een klinische setting. Daarnaast kunnen zich tijdens de bevalling en postnataal natuurlijk ook situaties voordoen waarin daadkrachtig optreden gewenst is. Zowel de verloskundige als de kraamverzorgende moet dan adequaat kunnen handelen. <<kop 3>>Vroegtijdige ondersteuning in het bevallingsproces Artikel Vervroegde partusondersteuning <<https://kckzapp.nl/wp-content/uploads/2017/09/1.Zorgprotocol-Vervroegde-partusondersteuning.pdf>>

Steeds vaker komt de kraamverzorgende vroegtijdig in het gezin, al tijdens de bevalling. Er wordt niet meer gewacht tot de verloskundige het sein geeft dat de kraamverzorgende moet komen, maar zij is reeds in de ontsluitingsfase aanwezig om de barende en haar partner te ondersteunen. Deze continue begeleiding en ondersteuning maakt dat de barende goed voorbereid wordt op de volgende fase in het proces, en zorgt er bovendien voor dat eventuele problemen in een vroeg stadium worden gesignaleerd en geobserveerd. Waar nodig kan direct actie worden ondernomen. Eigenlijk is dit een beetje de omgekeerde wereld: de kraamverzorgende bepaalt wanneer de verloskundige moet komen. Er wordt gebeld: - bij persdrang - bij heftige drang/onzekerheid - bij vruchtwaterverlies met een groene of bruine kleur of helder vruchtwaterverlies bij een multigravida - bij helder bloedverlies zonder slijm - bij signalen die de kraamverzorgende niet vertrouwt - bij een complicatie - op verzoek van de barende of haar partner. <<kop 3>>Complicaties tijdens de bevalling Artikel Partusassistentie acute verloskundige situaties <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/3.-Zorgprotocol-Partusassistentie-in-acute-verloskundigesituaties.pdf>> Complicaties tijdens de bevalling zijn heel verschillend van aard. Niet alle complicaties zijn levensbedreigend, maar ze kunnen wel grote gevolgen hebben voor moeder en/of kind. Een aantal op een rijtje: - uitgezakte navelstreng o Een navelstrenguitzakking is het uitpuilen van de navelstreng in of buiten de vagina, voordat de baby geboren is. Dit gebeurt soms bij het breken


-

-

-

van de vliezen, wanneer het kindje nog niet volledig is ingedaald. De baby moet nu zo snel mogelijk geboren worden, omdat de navelstreng wordt dichtgedrukt, waardoor de zuurstoftoevoer wordt belemmerd. Hierbij is vaak operatieve hulp nodig. schouderdystocie en impressie o Het hoofd van de baby is geboren, maar het lijfje blijft met een schouder steken achter het schaambeen van de moeder. Met behulp van de impressietechniek wordt geprobeerd om de baby toch spontaan geboren te laten worden. niet vorderende uitdrijving o Wanneer de geboorte van het kind niet goed lukt en het kindje in nood komt, moet de bevalling worden bespoedigd. Door middel van de fundusexpressie wordt druk uitgeoefend op de bovenzijde van de baarmoeder richting de bekkenuitgang. fluxus o Wanneer de kraamvrouw meer dan een liter bloed verliest, spreken we van een fluxus. De oorzaken hiervoor zijn legio. Een fluxus kan zowel tijdens als na de bevalling optreden. Voor de kraamvrouw is dit een levensbedreigende situatie. Goed monitoren van de vitale functies en het bewustzijn van de kraamvrouw is zeer belangrijk. Let op shockverschijnselen. De verloskundige zal samen met de kraamverzorgende een aantal handelingen uitvoeren om de situatie zo lang mogelijk onder controle te houden. Als de oorzaak ligt in het niet goed samentrekken van de baarmoeder, probeert de verloskundige het samentrekken te bevorderen. Dit doet ze bijvoorbeeld door de baby aan te leggen, een bevroren koelelement op de buik te leggen, de kraamvrouw te stimuleren om te plassen of met behulp van een injectie met oxytocine.

-

Als geen van de bovenstaande oplossingen helpt, krijgt de kraamvrouw een infuus met oxytocine. Bij een thuisbevalling zal er een ambulance gebeld moeten worden om de kraamvrouw naar het ziekenhuis te brengen. Soms is de oorzaak van een fluxus het achterblijven van een stukje van de placenta in de baarmoeder. In het ziekenhuis wordt dan een curettage uitgevoerd. onverwachte stuit o Een klein percentage van alle baby’s ligt in stuit. De meesten draaien zich voor de geboorte netjes met het hoofdje naar beneden. Bij meerlingen en afwijkingen aan de baarmoeder komt het vaker voor dat een kind in stuit ligt. Uit veiligheidsoverwegingen is dit een reden om in het ziekenhuis te bevallen. Er bestaat een volkomen en een onvolkomen stuit. Soms lukt het om de baby alsnog te draaien en kan er toch nog een thuisbevalling plaatsvinden.

<<kop 3>>Complicaties na de bevalling Denk niet dat er na de bevalling geen complicaties meer kunnen optreden. Ook dan kunnen zich situaties voordoen die grote impact hebben op het verloop van het kraambed en het leven van de moeder. Twee mogelijke complicaties zijn: - eclampsie o Een (pre-)eclampsie kan ook na de bevalling nog tot complicaties leiden. Verslechtering van de conditie van de moeder in combinatie met vocht vasthouden en een hoge bloeddruk, hoofdpijn, misselijkheid enzovoort wijzen in die richting. Als kraamverzorgende dien je dit direct te melden aan de verloskundige, zodat er behandeling ingezet kan worden. Een


eclampsie kan gepaard gaan met insulten. We spreken dan van het HELLPsyndroom. -

stoornis in het psychosociale welbevinden o Nagenoeg iedere moeder heeft last van de ‘babyblues’. Dit is heel normaal en gaat vanzelf weer over. Wanneer je merkt dat de moeder blijft hangen in depressieve klachten en een negatief zelfbeeld, is het belangrijk dat je zorgvuldig al je waarnemingen als kraamverzorgende noteert in het zorgdossier. Zo’n 10 tot 15% van alle kraamvrouwen heeft last van een depressie. Is dit in een eerder kraambed ook al het geval geweest, dan is de kans op herhaling zelfs 50%!

<<kop 3>> Hulpverleners binnen de kraam Ketenzorg is het samenhangende geheel van zorg door verschillende disciplines. Bij geboortezorg bestaat de keten van zorg uit de verloskundige, gynaecoloog, Jeugdgezondheidszorg en kraamzorg. In sommige gevallen zijn er meer disciplines betrokken, bijvoorbeeld bij psychische problematiek bij de vrouw. In dat geval is goede samenwerking tussen meerdere disciplines belangrijk. In de bijzondere kraamzorg kom je soms voor een situatie te staan die de mogelijkheden van jouzelf als kraamverzorgende – en zelfs die van de verloskundige – te boven gaat. Soms moet deze hulpverlening nog opgestart worden en ben je de eerste die aan de bel trekt. Hoe kaart je een dergelijke situatie aan? Welke gegevens zijn nodig om een duidelijke overdracht te kunnen doen? Werk gestructureerd en nauwkeurig. Gebruik hiervoor het stappenplan: 1. Analyseer de hulpvraag. Komt de hulpvraag vanuit jouw observaties als kraamverzorgende of komt de hulpvraag vanuit de ouders? 2. Omschrijf het doel van de hulpvraag. Gaat het om de veiligheid van de moeder, van het kind of van het hele gezin? 3. Verzamel relevante informatie. Noteer zorgvuldig je bevindingen, toets deze eventueel ook aan de waarnemingen van anderen. Zorg dat je objectief te werk gaat. 4. Bepaal welke hulpmiddelen je kunt gebruiken om de informatie te verduidelijken; bijvoorbeeld een observatielijst. 5. Werk de verzamelde informatie op een heldere en eenduidige wijze uit. Informatie moet niet voor tweeërlei uitleg vatbaar zijn. 6. Breng de informatie via de SBAR-methodiek over aan de verloskundige en/of een andere (mogelijk reeds betrokken) hulpverlener. 7. Controleer of de informatie voldoende duidelijk is. 8. Benoem welke hulp je wilt. <<brtopic>>Theoriebron Kraamzorg bij complicaties baby <<inleiding>> Inleiding Net als bij de moeder kunnen ook bij het kindje complicaties optreden voor, tijdens en na de bevalling. Wanneer bekend is dat er complicaties te verwachten zijn, zal de bevalling te allen tijde in een klinische setting plaatsvinden. <<kop 3>> Complicaties tijdens de bevalling Artikel Kraamzorg bij de premature en dysmature pasgeborene <<https://kckzapp.nl/wp-content/uploads/2017/09/9.-Zorgprotocol-Kraamzorg-bijprematuur-en-dysmatuur.pdf>> Artikel Handeling teruglopende harttonen <<https://kckzapp.nl/appify/17-handelingteruglopende-harttonen/>> Artikel Handeling Partus met meconiumhoudend vruchtwater


<<https://kckzapp.nl/appify/18-handeling-partus-met-meconiumhoudendvruchtwater/>> Complicaties die tijdens de bevalling aan het licht komen, kunnen hun oorsprong hebben in het verloop van de zwangerschap, maar kunnen ook acuut ontstaan tijdens het geboorteproces. - prematuriteit o Een prematuur kindje wordt ruim voor de uitgerekende datum geboren. Het is nog niet uitgerijpt en ligt, afhankelijk van zijn conditie, voor korte of langere tijd in het ziekenhuis. Niet alle prematuren worden in het ziekenhuis geboren, soms gaat het zo snel dat het ziekenhuis niet meer wordt gehaald. Na thuiskomst krijgen deze gezinnen uitgestelde kraamzorg. We komen hier later op terug. - dysmaturiteit o Een dysmatuur kindje is te licht voor de duur van de zwangerschap. Dit kindje hoeft niet noodzakelijkerwijs ook prematuur te zijn. Ook hier geldt dat het afhankelijk van zijn conditie is of het kindje wordt opgenomen in het ziekenhuis om aan te sterken. - teruglopende harttonen o Wanneer de hartslag van de baby zich tussen de weeĂŤn door niet meer goed herstelt, zal de verloskundige de bevalling verplaatsen naar het ziekenhuis. Soms zal verandering van de houding van de moeder nog een gunstig effect hebben, maar er wordt geen onnodig risico genomen. - meconiumhoudend vruchtwater o Meconium in het vruchtwater kan wijzen op foetale nood! De baby heeft zuurstoftekort gehad (geldt niet altijd). Als de baby heeft geprobeerd te ademen, kan het meconium houdende vruchtwater zelfs in de longen terechtgekomen zijn. Dit wordt meconium-aspiratie genoemd en is levensbedreigend. Zo mogelijk wordt de bevalling verplaatst naar een ziekenhuis. <<kop 3>>Complicaties na de bevalling Artikel Signaleren en evalueren van hyperbilirubinemie <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/7.-Zorgprotocol-Signaleren-en-evaluerenHyperbilirubinemie.pdf>> Artikel Assisteren bij de geboorte van een pasgeborene welke niet gaat ademen <<https://kckzapp.nl/wp-content/uploads/2017/09/24.-Handeling-Assisterenbij-de-geboorte-van-een-pasgeborene-welke-niet-gaat-ademen.pdf >> Artikel Partusassistentie acute verloskundige situaties <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/3.-Zorgprotocol-Partusassistentie-in-acute-verloskundigesituaties.pdf>> Artikel Reanimatie pasgeborene <<https://www.reanimatieraad.nl/_content/pages/richtlijnen %202015/Hoofdstuk8_NLS.pdf >> Artikel Observatie en controle van de pasgeborene <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/1.-Zorgprotocol-Observatie-en-controle-pasgeborene.pdf >> Artikel Handeling Temperaturen van de pasgeborene https://kckzapp.nl/appify/13handeling-temperaturen-van-de-pasgeborene/>> Artikel Dorstkoorts feit of fabel <<https://tvv.knov.nl/artikelen/detail/396/dorstkoortsfeit-of-fabel>> Complicaties na de bevalling komen vaak voort uit het nog niet goed uitgerijpt zijn van de orgaansystemen. De intensiteit van de complicatie wisselt. - hyperbilirubinemie o De baby ziet geel. Enkele dagen na de bevalling is dit normaal en het zal over het algemeen spontaan weer overgaan. Een kleine groep


-

-

-

-

pasgeborenen heeft specialistische hulp nodig. Als kraamverzorgende speel je een rol in het signaleren en observeren van de verschijnselen. de baby ademt niet of niet goed o Soms heeft een pasgeborene ten gevolge van een slechte start door niet (of niet goed) ademen of circulatieproblemen een slechte apgarscore. Dan zal op aangeven van de verloskundige een reanimatieproces gestart worden. Voor de ‘natte’ neonaten (dit zijn kinderen die binnen 24 uur na de geboorte worden gereanimeerd) is een speciaal reanimatieprotocol. Dit is ontwikkeld door de Nederlandse Reanimatieraad in samenwerking met verloskundigen en kinderartsen. infectie o Een pasgeborene met een infectie heeft eerder ondertemperatuur dan koorts. Als kraamverzorgende moet je goed observeren en alles noteren in het zorgplan. Let op afwijkingen in: - kleur - ademhaling (kreunen) - bewustzijn (alertheid) - niet goed drinken - spugen - prikkelbaar gedrag. o Koorts bij een pasgeborene is ook niet normaal. Schakel in overleg met de verloskundige de huisarts of de kinderarts in. dorstkoorts o Dorstkoorts wordt veroorzaakt door onvoldoende voeding van de pasgeborene. Dit komt voornamelijk voor bij kinderen die borstvoeding krijgen. Er zijn verschillende factoren bekend die mogelijk een verhoogd risico geven op onvoldoende borstvoeding en daarmee op een kind met dorstkoorts. Kinderen met dorstkoorts worden soms opgenomen in het ziekenhuis om goed gemonitord te kunnen worden. De kinderarts wil graag uitsluiten dat er toch sprake is van een infectie. Een aantal dagen extra voeding/vocht is vaak voldoende om de dorstkoorts te doen verdwijnen. afwijkende motoriek o Een pasgeborene is een compact bundeltje mens dat stevig aanvoelt. Armen en benen kunnen pijnvrij bewegen, het hoofdje draait zonder last mee met het nekje. De kraamverzorgende observeert bij de dagelijkse verzorging de motoriek van de baby: - Hoe beweeglijk is de baby? Zijn de bewegingen symmetrisch? - Hoe reageert het kind op geluid? - Zijn er bewegingen die pijnlijk lijken te zijn (verdenking op een fractuur)? - Hoe is de spierspanning (slap = hypotoon, overstrekt= hypertoon)? o Bij afwijkende bevindingen moet alles goed in het zorgdossier genoteerd worden en zal in overleg met de verloskundige verdere hulpverlening worden ingeschakeld.


<<brtopic>>Theoriebron Kraamzorg bij baby met aangeboren afwijking of aandoening <<inleiding>> Inleiding Aangeboren afwijkingen, ook wel congenitale afwijkingen genoemd, zijn afwijkingen die bij de geboorte aanwezig zijn. Ze betreffen dus zowel de erfelijke afwijkingen als de afwijkingen die tijdens de zwangerschap en de geboorte ontstaan. Dit betreft ongeveer 4% van alle pasgeborenen. <<kop 3>> Oorzaken Een aangeboren afwijking kan bestaan uit een verstandelijke handicap of een lichamelijke handicap, of een combinatie van beide. De oorzaak kan liggen in: - een chromosoomfout, zoals bij het syndroom van Down of het Edwards-syndroom - een erfelijke factor, zoals bij taaislijmziekte of Duchenne - een foutje in de aanleg van een bepaald orgaansysteem, zoals een hartafwijking of een schisis - de leefwijze van de moeder, zoals alcoholisme of drugsgebruik - een infectieziekte, zoals rode hond of toxoplasmose - zuurstofgebrek tijdens de bevalling. Vaak is er geen duidelijke oorzaak aan te wijzen. Sommige aandoeningen worden mogelijk ontdekt bij de twintigwekenecho, een vlokkentest of een vruchtwaterpunctie. Dan hebben ouders de tijd om zich enigszins voor te bereiden op de dingen die hun na de geboorte te wachten staan. Even zo vaak komt de aandoening of de afwijking pas na de geboorte aan het licht. Dit gebeurt dan via de hielprik of doordat opvalt dat een kind anders reageert dan andere ‘normale’ kinderen. <<kop 3>> Opvang van het gezin Voor de ouders die dit lot treft, begint een leven vol zorgen en het steeds weer verleggen van grenzen. Voor hen is er veel onzekerheid, niemand kan voorspellen hoe het leven van hun kind zal verlopen, hoelang iets gaat duren. Sommige aangeboren aandoeningen zijn operatief te herstellen, andere zullen levenslang zijn. Zeker is dat het werk van de kraamverzorgende in deze gezinnen veel inlevingsvermogen vraagt. Ouders zitten met honderdduizend vragen, die niet allemaal beantwoord kunnen worden. Er is verdriet en onbegrip, woede, ontkenning – noem maar op. Ouders kunnen zich ook schuldig voelen naar hun kindje toe, of naar andere kinderen in het gezin, omdat deze door de omstandigheden minder aandacht krijgen dan zij gezien de situatie eigenlijk nodig hebben. Als kraamverzorgende ben je in deze tijd een baken. Je doet wat je kunt en probeert het gezin zo goed mogelijk op te vangen en te begeleiden. Een goede tip voor de ouders kan zijn dat ze alle vragen die ze hebben opschrijven, zodat ze deze aan de artsen kunnen stellen. Dit verkleint de kans dat zij dingen vergeten te vragen. Een ander goed advies kan zijn om iemand mee te nemen naar de gesprekken met artsen. Een derde hoort soms meer dan de ouders in hun emotie. <<kop 3>> Zelfzorg voor de kraamverzorgende Wanneer je als kraamverzorgende een dergelijke zware taak krijgt toegewezen, is het belangrijk dat je zelf ook op een goede manier omgaat met je emoties. Praat erover met collega’s, met je teamleider of met iemand anders. Zorg dat je zelf je verhaal en je emoties ook kwijt kunt!


<<brtopic>>Theoriebron Kraamzorg bij geboorte meerling <<inleiding>> Inleiding Kraamzorg binnen een gezin waar een meerling is geboren, is andere koek dan wanneer één kindje is geboren. Tweelingen of drielingen verdubbelen de werklast, niet alleen voor de ouders, maar ook voor de kraamverzorgende. Vaak worden meerlingen in het ziekenhuis geboren, maar als alles in orde is met moeder en de kindjes, mogen ze lekker thuis van de kraamtijd genieten. <<kop 3>> Zorg bieden aan een meerling De zorg aan meerlingen kost tijd en energie en vergt een strakke organisatie! Uitgangspunt is het gegeven dat ieder kindje een individu is en dus een eigen individuele aanpak vereist, een eigen zorgplan. Zelfs bij eeneiige tweelingen of drielingen heeft ieder kindje zijn of haar eigen unieke gewoonte en kenmerken. Niet alleen op uiterlijk gebied, maar ook in gedragingen en bijvoorbeeld het slaap-waakritme. Ieder kind heeft ook een eigen naam. <<kop 3>> Aandachtspunten in de zorg voor een meerling Website NVOM <<https://www.nvom.nl/>> Met meerlingen bedoelen we tweelingen, drielingen of meer kinderen die tegelijk worden geboren. Vier- en vijflingen zijn zeldzaam. Meer kinderen betekent goed plannen en structuur aanbieden. Dus: - Bewaak de rust. - Laat de ouders zoveel zorgtaken op zich nemen als mogelijk is. Zij moeten zo snel mogelijk een band met hun kindjes opbouwen. o Als mensen hulp aanbieden, laat hen dan de huishoudelijke taken op zich nemen. - Laat ieder kind in zijn waarde. Laat het zijn eigen ritme bepalen. o Haal niet beide kinderen uit bed omdat broer of zus toevallig wakker is. Een-op-een aandacht voor een van de kinderen is heel waardevol. - In verband met de veiligheid slapen meerlingen bij voorkeur in hun eigen bedje. - Iedere dag in bad is niet nodig. - Verzorg de kinderen om en om, steeds is een ander als eerste aan de beurt. - Adviseer ouders om hun kinderen niet te vergelijken; ieder kind is uniek. - Wijs ouders op de vereniging voor ouders met meerlingen. <<kop 3>> Voeden van een meerling Artikel Kraamzorg meerling <<https://kckzapp.nl/wp-content/uploads/2017/09/5.Zorgprotocol-Kraamzorg-bij-een-meerling.pdf>> Artikel Borstvoeding tweeling <<https://www.oudersvannu.nl/baby/voeding/borstvoeding-geven-aan-tweeling/>> Borstvoeding geven aan een tweeling is te doen, maar vraagt wat organisatie. Moeder hoeft niet bang te zijn dat zij te weinig voeding heeft. De borsten reageren op vraag en aanbod en passen zich naadloos aan de hoeveelheid gevraagde voeding aan. Beide kinderen tegelijkertijd aanleggen kan na verloop van tijd, maar om de voeding goed op gang te krijgen, is het advies om met één kind tegelijk te beginnen. Als je broer of zus in een wippertje legt, kan de moeder goed contact onderhouden met beide kinderen. Belangrijk is ook om niet steeds hetzelfde kind aan dezelfde borst te leggen; dit omdat het voedingsaanbod in beide borsten wisselend is. Aanleggen van de baby’s kan op diverse manieren. Moeder moet hier zelf de weg in vinden.


<<brtopic>>Theoriebron Kraamzorg bij thuiskomst couveusekindje <<inleiding>> Inleiding Een couveusekindje heeft vaak al een lange weg achter de rug. Het is vaak te vroeg geboren, direct na de geboorte ernstig ziek geworden of te licht in gewicht geweest. Doordat het kind direct na de geboorte specialistische zorg nodig heeft, wordt het meteen bij de ouders weggehaald en wordt de behandeling in gang gezet. Zowel voor de ouders als voor de kinderen is dit een traumatische ervaring. De start van het nieuwe leven is niet zoals men het van tevoren heeft gedroomd. Soms kunnen ouders zich voorbereiden op een dergelijke ingrijpende gebeurtenis, doordat al tijdens de zwangerschap duidelijk is dat direct medisch ingrijpen noodzakelijk kan zijn. Ouders kunnen dan voor de bevalling al een kijkje nemen op de neonatologieafdeling en een praatje maken met de artsen en verpleegkundigen. De meesten zijn echter niet voorbereid. En ook al zijn ze enigszins voorbereid, dan nog begint er een onzekere tijd met veel vragen, angst en emotie. De ouders hebben geen grip op de situatie en kunnen alleen langs de zijlijn meelopen met de dingen die moeten gebeuren. <<kop 3>> Wat is een couveuse? Een couveuse is een verwarmde ‘wieg’ van plexiglas. Er zitten deurtjes in de kap, waardoorheen men de handen kan steken om het kindje aan te raken en te verzorgen. De kap kan ook gekanteld worden om het kind eruit te tillen. Ook kan het matras naar voren geschoven worden, zodat het makkelijker is om contact met de baby te maken als de kap openstaat. De verwarming is nodig omdat een prematuur geboren kindje zichzelf niet goed op temperatuur kan houden. Het heeft immers nog niet de onderhuidse vetlaag die een a terme geboren baby heeft. Het glas maakt dat de baby geobserveerd kan worden zonder dat de rust in de couveuse wordt verstoord. Er kan allerlei apparatuur aangesloten worden. Er circuleert schone lucht en er kan zuurstof gegeven worden. De lucht kan ook bevochtigd worden wanneer dit nodig is. Het kindje zal zo lang als nodig is in de couveuse liggen. Zodra het kan, mag het over naar een warmtebedje of een wiegje. Ook dan kan het nog nodig zijn dat het kind wordt bewaakt met allerlei apparatuur. <<kop 3>> Emotie en onzekerheid Filmpje Hoe kan ik er zijn voor mijn te vroeg geboren kind? <<https://www.youtube.com/watch?v=o65lqUVkj3E>> Iedere ouder maakt zich een leven lang zorgen over zijn kind, maar als je kindje in het ziekenhuis ligt, zijn er net wat meer zaken die meespelen. Ouders moeten hiermee leren omgaan te midden van de hectiek van de kraamtijd, gierende hormonen en stress. Gelukkig is het in ziekenhuizen al lang niet meer zoals vroeger, toen je als ouder eigenlijk niet op bezoek mocht komen. Tegenwoordig doen ook de afdelingen waar de allerkleinsten en de allerzieksten worden verzorgd, hun best om goede ontwikkelingsgerichte zorg te verlenen en de familie hierbij te betrekken. Ouders worden gestimuleerd om mee te helpen met de dagelijkse zorg. Ook andere familieleden kunnen hierbij betrokken worden. De ouders worden betrokken, beschermd en ondersteund. Kijk maar eens naar het Filmpje ‘Hoe kan ik er zijn voor mijn te vroeg geboren kind?’. <<kop 3>> Een andersoortige kraamtijd Met de baby in de couveuse verloopt de kraamtijd natuurlijk anders dan anders. Soms heeft niet alleen de baby zorg nodig, maar geldt dit net zo goed voor de moeder. Bijvoorbeeld omdat er een keizersnede is uitgevoerd, of omdat moeder het HELLPsyndroom heeft. Het is fijn als moeder en kind dan in ieder geval in hetzelfde ziekenhuis liggen. Soms, als alles goed gaat met de baby, is het zelfs mogelijk dat de couveuse bij moeder op de kamer staat. Kan het kind niet bij de moeder op de kamer worden verzorgd, dan ligt het


vaak op de neonatale intensivecare-unit. Dan wordt er gezorgd dat de ouders via een videoverbinding naar hun kindje kunnen kijken. Ook is het soms mogelijk dat de baby in een speciale transportcouveuse bij zijn of haar moeder op bezoek komt. Is de pasgeborene niet het eerste kindje in een gezin, dan is er ook nog de zorg voor de andere kinderen. Ook voor hen is de ziekenhuisperiode een tijd vol stress en onzekerheden. Hun normale stramien is doorbroken en dit heeft effect op hun functioneren. Voor de ouders betekent dit dat ze zich in allerlei bochten moeten wringen om alles in goede banen te leiden. Bij de geboorte van een kindje dat in de couveuse moet verblijven, hebben de ouders een keuze. Moeder kan voor een aantal dagen mee opgenomen worden, maar ze kan er ook voor kiezen om thuis te blijven. Zolang de moeder in het ziekenhuis ligt, zal het personeel daar de kraamzorg verlenen. <<kop 3>> De partner Ook voor de partner is dit een stressvolle tijd. Veel aandacht gaat uit naar moeder en baby, waardoor de partner zich soms verloren voelt. Op de couveuseafdeling zal het personeel zijn best doen om de partner zo veel mogelijk bij de zorg te betrekken, bijvoorbeeld door de partner ook te laten buidelen of kangoeroeĂŤn. Hierbij wordt het kind op de blote borst van een van de ouders gelegd. Dit bevordert het lichamelijk welbevinden en het opbouwen van de band tussen ouder en kind. Partners voelen zich verloren, maar hebben aan de andere kant slechts een paar dagen kraamverlof en moeten zich vaak al snel weer melden bij hun werkgever. Het opnemen van vakantiedagen is niet altijd mogelijk. Aanvragen van ziekte- en/of zorgverlof kan dan soms wat rust bieden. Maatschappelijk werk van het ziekenhuis kan hierbij ondersteunen. <<kop 3>> En dan (eindelijk) naar huis Website Ouders van couveusekinderen <<https://www.couveuseouders.nl/>> Waar in een normaal kraambed de kraamzorg zo is ingericht dat de ouders aan het einde van de kraamweek in staat zijn om zelfstandig hun kind te verzorgen, is dit nu een ander verhaal. Ouders leren in het ziekenhuis geleidelijk aan om voor hun kind te zorgen. Dit gaat met kleine stapjes, afhankelijk van de conditie van het kind. Iedere stap vooruit die het kind maakt, is een mijlpaal in zijn leven en brengt voor de ouders weer andere onzekerheden met zich mee. Zij moeten steeds opnieuw hun grenzen verleggen. Om deze reden bestaat er voor ouders van couveusekinderen de uitgestelde kraamzorg. Deze wordt vergoed vanuit de aanvullende verzekering en maakt dat bij thuiskomst van het kind er nog een aantal malen een gespecialiseerde kraamverzorgende langskomt om de ouders te ondersteunen in hun zorg voor het kindje. Ter ondersteuning komt zij drie keer drie uur langs om de thuiskomst in goede banen te leiden. Ze doet niet het huishouden en zorgt ook niet voor de ontvangst van bezoekers. Deze kraamzorg is bedoeld om de ouders tips en trucs te geven, alsmede het vertrouwen dat hetgeen zij hebben geleerd in het ziekenhuis ook thuis toegepast kan worden. <<brtopic>>Theoriebron Kraamzorg bij overlijden van moeder en/of kind <<inleiding>> Inleiding De kraamtijd hoort een bijzondere tijd te zijn. Wanneer tijdens de bevalling het kind of de moeder komt te overlijden, verandert de roze wolk in een heel donkere. Blijdschap maakt plaats voor verdriet. <<kop 3>> Overlijden van een baby Artikel Pasgeborene overlijdt tijdens de partus of kraambed <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/25.-Handeling-Pasgeborene-overlijdt-tijdens-de-partus-ofkraambed.pdf>> Soms weten ouders dat hun baby weinig tot geen kansen heeft na de geboorte. Dit maakt dat zij zich enigszins kunnen voorbereiden op wat onafwendbaar is. Veel vaker zal het overlijden totaal onverwacht zijn en is er geen waarschuwing vooraf.


Als duidelijk is dat een baby snel na de geboorte zal overlijden, kan in overleg met de ouders een geestelijke gewaarschuwd worden om het kindje voor overlijden te dopen. Is het niet mogelijk dat deze tijdig arriveert, dan mag de verloskundige of een kraamverzorgende ook een zogeheten nooddoop doen. Ook gebeurt het wel dat het kindje na overlijden nog wordt gedoopt. Als het overlijden daar is, zullen de verloskundige en de huisarts gebeld moeten worden. Bij wet is vastgelegd dat een overlijden altijd door een arts moet worden geconstateerd. <<kop 3>> Na het overlijden Artikel Handeling verzorgen overleden pasgeborene <<https://kckzapp.nl/appify/23handeling-verzorgen-van-de-overleden-pasgeborene/>> Voor de ouders kan een herinneringsboekje gemaakt worden, waarin bezoekers een boodschap kunnen achterlaten. Er kan een haarlokje afgeknipt worden en er kunnen afdrukken van handjes en voetjes gemaakt worden. Ook is het mogelijk om een speciale fotoreportage te laten maken. Sommige fotografen zijn gespecialiseerd in het maken van herinneringsfoto’s. Als een baby overleden is, zal de kraamverzorgende in overleg met de verloskundige of de huisarts en de ouders het kindje verzorgen. De ouders mogen hierin mee participeren. Alle tijd die zij nog met hun kind kunnen doorbrengen, is zeer waardevol. Bij de verzorging van het kindje moet goed rekening gehouden worden met de wensen van de ouders en/of religieuze gebruiken. <<kop 3>> Een gezin in rouw Bij overlijden van de baby – voor, tijdens of net na de geboorte – heb je als kraamverzorgende naast de broodnodige emotionele ondersteuning ook te maken met een kraamvrouw. Het lichaam heeft zich voorbereid op de bevalling en borstvoeding en dat betekent ook kraamzorg verlenen rondom hechtingen, stuwing, vloeien, hormonen en al dat soort zaken. De emotionele rollercoaster is dubbel zo groot. Het kan nodig zijn om voor de mentale begeleiding van de moeder professionele hulpverlening in te schakelen. Als kraamverzorgende moet je goed observeren en het zorgplan goed bijhouden. - Handvatten voor de begeleiding van een gezin: o Niet dwingen en niets opleggen.  Laat de wensen van het gezin leidend zijn. o Betrek het gezin bij alles wat je doet, niets moet en veel kan. o Maak gebruik van een rouwkoffer (ook wel ‘tranenkoffer’ of ‘verlieskoffer’ genoemd). Deze bevat materiaal en een boekje om mensen te helpen met hun verdriet. o Er zijn speciale koffers voor kinderen. Zij hebben hun eigen tranen en zien ook het verdriet van hun ouders.  Voor kinderen kan ook de school participeren. o Schakel desgewenst een pastoraal verzorger in. <<kop 3>> De taken van de kraamverzorgende Artikel Kraamzorg in een gezin waar de baby is overleden <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/4.-Zorgprotocol-Kraamzorg-in-gezin-met-overleden-baby.pdf >> Website Ouders overleden kind <<https://www.oudersoverledenkind.nl/>> Website Lieve engeltjes <<http://www.lieve-engeltjes.nl/>> Volgens het protocol heeft de kraamverzorgende de volgende taken: - Zij is verantwoordelijk voor de zorg, observaties en controles van de kraamvrouw. - Zij steunt de kraamvrouw en de overige gezinsleden bij het verlies. - Zij zorgt voor rust in het gezin. De kraamverzorgende zal het gezin dus ondersteunen en begeleiden. Ze denkt mee en


stimuleert hen om nog tijd door te brengen met hun kind. Ze helpt met het voorbereiden van het afscheid en gaat mee naar buiten. Emotionele ondersteuning van de gezinsleden vraagt een enorm inlevingsvermogen van de kraamverzorgende. Emoties – extra gecompliceerd door de hormonale veranderingen – vliegen alle kanten op. Mannen en vrouwen reageren verschillend op een rouwproces, wat ook geldt voor de kinderen die erbij betrokken zijn. Iedereen verdient aandacht en zorg. Kinderen kunnen in dit proces prima betrokken worden. Zij kunnen dit vaak goed aan. Belangrijk is dat er niet wordt gepusht, niets wordt opgedrongen. Je mag ouders de weg wijzen, maar zij moeten hun eigen keuze kunnen maken. Zij hebben niets aan goedbedoelde ‘troostende’ opmerkingen. Zwijgen en luisteren is soms veel beter. Praat ook niet afstandelijk over het kindje, maar noem het bij zijn naam. Ouders kunnen steun ontlenen aan lotgenotencontact. Hiervoor bestaan diverse mogelijkheden, vaak via kerkgenootschappen, maar ook via de Vereniging Ouders van een overleden kind of de stichting Lieve engeltjes. <<kop 3>> Wet en regelgeving rondom overlijden pasgeborene Artikel Kamerbrief <<https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/aangifte-geboorte-ennaamskeuze-kind/documenten/kamerstukken/2016/09/19/kamerbrief-uitkomstonderzoek-registreren-levenloos-geboren-kinderen>> -

-

-

aangifte o Als een kindje wordt geboren na de 24e zwangerschapsweek, moet de geboorte aangegeven worden bij de burgerlijke stand. Bij het overlijden moet een verklaring opgemaakt worden door een arts. De ouders kunnen hiermee naar het gemeentehuis. Deze taak kan ook worden overgenomen door de uitvaartverzorger. o Als een kindje voor de 24e zwangerschapsweek wordt geboren, hoeft het niet te worden aangegeven en is er ook geen begraafplicht. Als de ouders ervoor kiezen om niets te regelen, wordt de crematie overgenomen door het ziekenhuis waar het kind is geboren.  Ouders mogen deze immature kindjes ook begraven op een zelfgekozen plekje in hun tuin.  Bij een officiële uitvaart moet het kindje wel aangegeven worden. o Van kinderen die binnen drie dagen na de geboorte overlijden (de wettelijke termijn voor aangifte) wordt een geboorteakte opgemaakt, naast de overlijdensakte. levenloos geboren kinderen o Wanneer kinderen levenloos ter wereld komen, kunnen ouders bij de gemeente een akte van (levenloze) geboorte laten opmaken. Dit is een officiële erkenning van de geboorte van het kindje. Er komt een wetswijziging, zodat ook voor deze kinderen in de toekomst een geboorteakte wordt opgemaakt en ze worden geregistreerd in de basisregistratie personen van de gemeente. begraven of cremeren o Tussen 36 uur en 5 dagen na de geboorte moet een overleden pasgeborene worden begraven of gecremeerd. Uitvaartverzorgers hebben vaak speciaal opgeleid personeel, evenals materialen, om dit zorgvuldig te begeleiden en verzorgen.

<<kop 3>> Overlijden van de moeder Overlijden van de moeder tijdens of net na de bevalling komt gelukkig niet veel voor, het is zelfs zeldzaam. De oorzaak is vaak gelegen in een nabloeding, een te hoge bloeddruk (eclampsie) of een infectie. Bij overlijden van de moeder blijft de partner achter met de pasgeborene en eventueel oudere kinderen die al deel uitmaakten van het gezin. Het schip dat gezin heet, is ineens stuurloos. Naast de vele regelingen die getroffen moeten worden rondom het overlijden


van de moeder, is er ook de zorg voor het gezin en de pasgeborene. - de taken van de kraamverzorgende o De kraamverzorgende zal in dit gezin naast de normale taken emotionele ondersteuning bieden. Het huishouden en het gezin moeten door. Vaak zal in dergelijke situaties een beroep worden gedaan op mantelzorgers. Immers, de kraamzorg duurt maar zeven à acht dagen. Daarna zal een meer permanente regeling in gang gezet moeten worden om het gezin draaiende te houden. Gelukkig is er in de wet ruimte, zodat de vader het bevallingsverlof van de moeder kan overnemen. Dit duurt tien weken en er zijn regelingen die het mogelijk maken om het verlof te verlengen. - bekostiging o In een zo bijzondere situatie als kraamzorg verlenen in een gezin waar de moeder is overleden, gelden andere wetten dan vastgelegd in het LIP. De normale indicatie voor kraamzorguren is niet altijd toereikend voor de zorg binnen het gezin. De kraamzorgorganisatie zal op dit moment in overleg met het gezin en de verloskundige ‘creatief’ omgaan met de mogelijkheden die het LIP biedt. Er kan een beroep gedaan worden op mantelzorguren, op uren voor een zorgwekkende gezinssituatie en zelfs op een regeling genoemd ‘protocol voorziet niet’. Er is geen vaststaand protocol, omdat overlijden van de moeder bijna niet voorkomt. In een gezin in rouw zal de kraamverzorgende soms niet in uniform werken. Dit wordt overlegd met het gezin. (Bron: Dé Provinciale Kraamzorg Goes.) <<kop 3>> Wie zorgt er voor de kraamverzorgende? Als kraamverzorgende in een gezin in rouw krijg je te maken met een overmaat aan emoties – ook die van jezelf. Het geeft niets als je een keer volschiet of emotioneel reageert. Zorg er wel voor dat je deze emoties uitspreekt naar iemand, bijvoorbeeld een collega of je leidinggevende. Bewaak je grenzen. Geef het tijdig aan als de zorg in dit gezin te veel voor je wordt. Je bent ook maar een mens! Indien nodig kan een collega de dienst in het gezin overnemen. <<brtopic>>Theoriebron Kraamzorg bij tienermoeders <<inleiding>> Inleiding Tienerzwangerschappen komen in Nederland steeds minder voor. Dit heeft waarschijnlijk te maken met een goede seksuele voorlichting aan de jeugd. Ook blijkt dat het aantal abortussen onder jonge meisjes daalt. Dit is een indicatie dat er ook minder ongewenste zwangerschappen zijn. <<kop 3>> Tienermoeders Website Tienermoeders <<https://tienermoeders.nl/ >> Website Fiom <<https://fiom.nl/>> Artikel Jong en een kind <<https://fiom.nl/sites/default/files/files/jong-en-een-kind2015.pdf>> Een tienermoeder is vaak nog erg jong en moet dan al zeer volwassen beslissingen nemen, bijvoorbeeld: - Ik ben zwanger, wil ik dit wel of niet? o Er is altijd de keuze om de zwangerschap binnen de wettelijke termijn te beëindigen. - Ik ben zwanger, ga ik na de bevalling mijn kindje zelf opvoeden of sta ik het af? De maatschappij heeft overal een mening over, dus ook over tienermoeders. De media besteden er tegenwoordig aandacht aan in de vorm van reallife-documentaires, er zijn goede websites zoals Tienermoeders en Fiom. Gelukkig wordt een tienerzwangerschap niet meer gezien als een schande die verstopt moet blijven, maar evengoed is het een zware tijd voor de aanstaande moeder. Haar jeugd is niet meer onbezorgd. Bij tienermoeders is er ook niet altijd een vader in beeld, wat het voor hen nog lastiger


maakt. Op de website Tienermoeders staat een praktisch artikel met allerlei zaken die voor de aanstaande moeder belangrijk zijn. <<kop 3>> Juridische aspecten tienerzwangerschappen en -bevallingen Een tienermoeder heeft net als iedere andere moeder recht op bevallings- en kraamzorg. Dit is bij wet geregeld en valt onder de basiszorgverzekering. Zij mag dezelfde keuzes maken ten aanzien van de plaats waar zij wil bevallen als oudere moeders. Tot zover is er geen verschil, maar juridisch zitten er haken en ogen aan het verhaal van tieners die ouders worden: - voogdij o Minderjarige moeders krijgen niet de voogdij over hun kindje. Dit ligt óf bij haar eigen ouders óf bij een wettelijke vertegenwoordiger. Na haar achttiende verjaardag kan de moeder zelf de voogdij over haar kind aanvragen met behulp van een meerderjarigenverklaring. - huisvesting o Een minderjarige heeft geen recht op zelfstandige woonruimte. Er zijn soms mogelijkheden voor begeleid wonen en er zijn enkele tehuizen voor tienermoeders. De meesten blijven bij hun eigen ouders wonen. - erkenning van het kind door de vader o Als de baby niet door de vader erkend is, of de moeder is ongehuwd, krijgt het kindje automatisch de achternaam van de moeder. o Een kindje kan erkend worden door de biologische vader of door een juridische vader (bijvoorbeeld door de vriend van de moeder als de biologische vader niet in beeld is). o Moeder moet toestemming geven voor het erkennen van haar kind. o Erkenning van het kind heeft allerlei wettelijke gevolgen:  Erfrecht = het kind heeft wettelijke rechten op een deel van de erfenis van de overleden ouder.  Onderhoudsplicht = ouders hebben een onderhoudsplicht voor kinderen tot hun 21e verjaardag. Dit is iets anders dan alimentatieplicht.  Recht op omgang met de vader en diens familie. Vader heeft recht op een bezoekregeling. Dit wordt vastgelegd in een convenant.  Wijziging van de nationaliteit. Bij erkenning van een kind door de vader kan het voorkomen dat de nationaliteit van het kind verandert. Dit speelt als de vader een andere nationaliteit heeft. Sommige landen kennen dubbele nationaliteiten. <<kop 3>> Jonge vaders Artikel Als je vader wordt <<https://tienermoeders.nl/informatie/jong-vader/als-jevader-wordt>> Tienervaders zijn een beetje een vergeten groep. Zij krijgen veel minder aandacht en hebben niet automatisch rechten. Regelmatig komt het voor dat een relatie al verbroken is voordat een zwangerschap bekend wordt. Ook zaken als wel of geen vader willen worden, school en werk spelen een grote rol. En wat als de moeder geen contact meer wil met de vader, terwijl de vader wel contact met zijn kind wil? Wat als er twijfel is over de vraag wie nu echt de vader is? Ook voor tienervaders zijn er vele informatiebronnen. Via de website voor tienermoeders kunnen zij deze vinden.


<<brtopic>>Theoriebron Wet- en regelgeving rondom zwangerschap en bevalling <<inleiding>> Inleiding Nederland heeft heel veel zaken rondom zwangerschap en bevalling bij wet goed geregeld, zowel de rechten als de plichten die hiermee samengaan. <<kop 3>>Wet- en regelgeving Artikel Zwangerschap en geboorte <<https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/zwangerschap-en-geboorte>> - zwangerschapsverlof o moet aangevraagd worden bij de werkgever en kan niet geweigerd worden o start vanaf minimaal vier weken voor de uitgerekende datum o salaris wordt doorbetaald. - bevallingsverlof o begint zodra de baby is geboren o duurt in combinatie met het zwangerschapsverlof maximaal zestien weken; als de baby te laat geboren wordt, blijft de moeder recht houden op het geplande aantal weken minus de weken die voor de uitgerekende datum zijn opgenomen o in geval van overlijden van de moeder wordt het bevallingsverlof voor de tijd van tien weken overgenomen door de vader; ook dit dient te worden aangevraagd bij de werkgever. - ouderschapsverlof o geldt voor beide ouders tot het kind 8 jaar wordt o bedraagt 26 maal het aantal uren dat men per week werkt o loonkorting wordt toegepast. - aangifte van geboorte o moet plaatsvinden binnen drie werkdagen na de geboorte in de gemeente waar het kind is geboren o de ambtenaar van de burgerlijke stand geeft een geboorteakte af. - naamgeving o Bij de geboorte van een eerste kind is er de keuze voor de achternaam van de vader of de moeder. Ouders moeten hier samen over beslissen. Alle volgende kinderen krijgen automatisch dezelfde achternaam.  Als de ouders van het kind niet getrouwd zijn krijgt het kindje automatisch de achternaam van de moeder. Wil je dat het kind de achternaam van de vader krijgt dan moet dit aangegeven worden bij het erkennen van het kindje.  Als de ouders getrouwd zijn of een geregistreerd partnerschap hebben dan krijgt het kindje automatisch de achternaam van de vader. Wil je dat het kindje de achternaam van de moeder krijgt dan moet je dit aangeven bij de burgerlijke stand, dit kan zowel voor als tijdens de geboorte aangifte. o Bij gezinnen die bestaan uit twee moeders of twee vaders gelden andere wettelijke regels. - ouderlijk gezag o Wanneer de ouders getrouwd zijn of een geregistreerd partnerschap hebben, krijgen zij wettelijk automatisch het ouderlijk gezag over hun kind. o Ongehuwde moeders die meerderjarig zijn, krijgen automatisch het ouderlijk gezag. o Ongehuwde moeders die minderjarig zijn, krijgen niet het ouderlijk gezag. Voor 16- of 17-jarigen kan de rechter een verklaring van meerderjarigheid afgeven. Dan krijgen ze wel het ouderlijk gezag.


Bij gezinnen die bestaan uit twee moeders of twee vaders gelden andere wettelijke regels. - erkenning o Erkennen van een kind kan op drie momenten:  tijdens de zwangerschap  tijdens de aangifte van de geboorte  op een later tijdstip in het leven van het kind, zelfs als het al volwassen is. <<brtopic>>Theoriebron Kraamzorg bij onveilige gezinssituaties o

<<inleiding>> Inleiding Soms kom je als kraamverzorgende in een gezin waarbij je een ‘niet pluis’-gevoel hebt. Er zijn signalen dat de dingen niet lopen zoals ze zouden moeten lopen… <<kop 3>> Vroegsignalering Met vroegsignalering wordt bedoeld: het tijdig signaleren en observeren van risicofactoren die een onveilige gezinssituatie in kaart kunnen brengen. Een onveilige gezinssituatie kan grote gevolgen hebben voor de opvoeding van een kind. Wanneer de problemen tijdig worden gesignaleerd, kan er ook tijdig professionele hulp worden ingeschakeld. Hoe sneller er professionele begeleiding is, des te kleiner de kans op gedragsproblematiek en psychische problemen in het latere leven van een kind. <<kop 3>> De rol van de kraamverzorgende De kraamverzorgende heeft hier een grote verantwoordelijkheid. Zij brengt relatief veel tijd door in een gezin en wordt getraind op het herkennen van probleemsituaties. Vroegsignalering begint zelfs al bij de intake van het gezin! Het heeft invloed op de toekenning van het aantal kraamzorguren via het LIP. Ook tijdens de volgende ijkmomenten voor het LIP speelt vroegsignalering een rol. Werkwijze: - signaleren van de risicofactoren - bespreken van de signalen met het gezin - schrijven van de rapportage - overdragen en rapporteren aan verloskundige/huisarts en/of collega’s. De verloskundige is eindverantwoordelijk voor de indicatie van het aantal zorguren. Zij kan beslissen of de gesignaleerde problematiek meegenomen wordt in de toekenning van meer uren volgens het LIP. <<kop 3>> Observatiepunten bij vroegsignalering Artikel Vroegsignalering & werken met de meldcode <<https://kckzapp.nl/wpcontent/uploads/2017/09/1.-Zorgprotocol-Vroegsignalering-en-meldcode.pdf>> In het zorgprotocol Vroegsignalering is een lijst met observatiepunten opgenomen. De lijst is een hulpmiddel om een zorgvuldige afweging te kunnen maken. De observatiepunten hebben betrekking op: - de baby - de moeder - contact met de baby - andere (eigen) kinderen - de ouders - de onderlinge relatie van de ouders - de woon-leefsituatie - contact met de zorgverlener.


Aan de hand van de uitkomst van deze checklist kan besloten worden om wel of geen verdere actie te ondernemen. Om te leren werken met deze lijst kan een kraamverzorgende deze steeds voor zichzelf invullen wanneer zij in een gezin werkt. <<kop 3>> Meldcode Artikel Meldcode en dossiervorming <<https://www.movisie.nl/sites/movisie.nl/files/publication-attachment/meldcode-endossiervorming%20%5BMOV-6431331-1.0%5D.pdf>> Voor zeer ernstige gezinssituaties bestaat er een Meldcode Huiselijk geweld en kindermishandeling. De meldcode helpt de professionele hulpverlener via het doorlopen van een vijftal stappen om een goede beslissing te nemen en de waarnemingen waarop de beslissing is gebaseerd goed te documenteren: @5000516-001@ Belangrijk zijn de volgende items: 1. Is er direct fysiek gevaar? 2. Belemmert de opvoeding een veilige en gezonde ontwikkeling? 3. Zijn er risico’s voor de veiligheid in de nabije toekomst? Is het antwoord op een van de bovenstaande vragen ‘ja’, dan moet je actie ondernemen. Kinderen moeten veilig kunnen opgroeien tot verantwoordelijke volwassenen!


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.