Foto: Archief IVBN
DOOR FRANK VAN BLOKLAND, DIRECTEUR VAN DE VERENIGING VAN INSTITUTIONELE BELEGGERS IN VASTGOED NEDERLAND (IVBN)
Investeringen woningmarkt ter discussie door stapeling maatregelen Investeringen in de woningmarkt komen ter discussie te staan door de stapeling van maatregelen en regulering die volkomen averechts uitpakt. Dit raakt professionele langetermijninvesteerders veel te hard in hun huidige én toekomstige exploitatiemogelijkheden.
Dit was de teneur van een persbericht dat we recent
van woningportefeuilles. Ook transformaties van kantoren
uitbrachten. Het is onbegrijpelijk en zeer teleurstellend dat
en winkelruimte naar woningen wordt moeilijker, evenals
de politiek meent dat regulering bijdraagt aan méér nieuwe
het aankopen, renoveren en verduurzamen van complexen
middenhuurwoningen. IVBN-leden realiseren gemiddeld
met verouderde huurwoningen. En dat terwijl er enorme
9.000 nieuwe huurwoningen en willen graag veel meer
behoefte is aan nieuwe of gerenoveerde en kwalitatief
middenhuurwoningen bouwen, maar de politiek blijft
goede woningen.
ervoor kiezen dat te ontmoedigen. Veel langetermijn investeerders zullen hun investeringen uitstellen of zelfs
Minister Kajsa Ollongren kondigde tevens aan vast te
afstellen in dit uitermate grillige en door een aantal
houden aan de beperking van de WOZ-factor in het WWS
politieke partijen in de hand gewerkte vijandige investerings
voor uitsluitend de te liberaliseren huurwoningen in zeer
klimaat. De stapeling van maatregelen en regels werkt
gespannen woningmarkten als Amsterdam, Utrecht, Den
volkomen averechts. Het doen van constructieve voor
Haag en Rotterdam. Door de ingreep in het WWS moeten
stellen, zoals we de afgelopen jaren hebben gedaan, juist
verhuurders vrezen voor forse directe huurverlagingen,
bedoeld voor extra investeringen in nieuwbouw en bestaande
indirecte huurverlagingen (na mutatie van de huurder) en
huurwoningen, helpt langetermijninvesteerders blijkbaar
ook voor het terugvallen van reeds geliberaliseerde
niet in dit politieke klimaat.
huurwoningen tot onder de liberalisatiegrens, waardoor de verhuurderheffing verschuldigd wordt. Invoering van deze
In een poging een noodknop op basis van de WOZ te
WOZ-cap in het WWS zal juist leiden tot minder betaalbare
voorkomen, deed de IVBN vorig jaar het constructieve
huurwoningen. Huurwoningen die fors geraakt gaan
voorstel de huurverhoging in de vrije sector voor zittende
worden, zullen immers worden verkocht in plaats van dat
huurders te beperken tot inflatie plus 1,5%. De minister
ze verder worden geëxploiteerd.
stelde in mei van dit jaar voor dat voor drie jaar te gaan doen met inflatie plus 2,5%, omdat datzelfde percentage in
Lokaal hebben professionele woningbeleggers ook te maken
de gereguleerde sector gebruikelijk is. De minister kiest nu
met diverse vormen van regulering, via huisvestings- en
echter onder druk van de oppositie voor inflatie plus
grondverordeningen en/of een verhuurvergunning, waarin
slechts 1% voor zowel de vrije als de gereguleerde sector.
allerlei lokale politieke wensen zijn of worden opgenomen
Zo’n verlaging in beide sectoren maakt investeren in die
(puur inflatievolgend huurbeleid voor de nieuwbouw,
bestaande huurwoningen heel erg moeilijk. De vrije sector
koppeling van oppervlaktes aan bepaalde maximale
is sterk gekoppeld aan de koopmarkt, waar alleen al dit jaar
huurprijzen, voorrang voor doelgroepen en doorstromers
meer dan 8% prijsstijging is geweest.
en recent zelfs verlaging van de inkomensnormen).
Ook de verhoging van de overdrachtsbelasting van 2 naar
Een voorbeeld van het negatieve politieke sentiment is de
8% heeft grote negatieve effecten op investeringen door
landelijke politieke discussie om vanwege de coronacrisis
langetermijnbeleggers. Het rondrekenen van middenhuur
de jaarlijkse huurverhoging niet door te laten gaan, terwijl
projecten wordt nóg veel moelijker door de daling van de
de IVBN en andere verhuurdersorganisaties juist maatwerk
exitwaarde van die projecten én de algemene waardedaling
leveren om getroffen huurders door die crisis heen te helpen.« NUMMER 8 / 2020
FINANCIAL INVESTIGATOR
39