82 KLIMAATVERANDERING
Verantwoord beleggen wordt mainstream, maar is nog niet merkbaar Aan het slot van de educatieve bijeenkomst over Klimaatverandering, Klimaatrisico en Transitierisico werd traditiegetrouw de VBDO Benchmark Pensioenen 2021 bekendgemaakt. Er was veel om verheugd over te zijn, maar er klonken ook urgente aanbevelingen voor pensioenfondsen. Door Baart Koster Fotografie Mark van den Brink Photography
Het is een goede gewoonte: aan het eind van de klimaatbijeenkomst van Financial Investigator die elk jaar in het najaar plaatsvindt en waar experts hun visie delen op duurzaam beleggen, volgt als kers op de taart de bekendmaking van de VBDO Benchmark Responsible Investment by Pension Funds in the Netherlands 2021. Voordat Xander Urbach, Senior Project Manager Responsible Investment bij de Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling, de winnaars in de verschillende categorieën bekendmaakte, gaf hij weer waar pensioenfondsen nu staan qua duurzaam beleggen. De geschetste status quo berust op de feedback die de 50 grootste Nederlandse pensioenfondsen gaven op een 51 vragen tellend document, wat weer heeft geleid tot een rapport van 55 pagina’s. Dat de VBDO over een scherpe foto van die status quo beschikt, komt doordat alle pensioenfondsen hun feedback gaven. Samen zijn die goed voor een belegd vermogen van € 1.540 miljard en vertegenwoordigen ze 89% van het totaal belegde vermogen in de Nederlandse pensioensector. Meest kwetsbare groepen het hardst geraakt Na een intensief communicatietraject over de bij VBDO aangeleverde informatie is alle verstrekte feedback door de pensioenfondsen gevalideerd. Zo kon Urbach naar eigen zeggen ‘de juiste en beste informatie delen’ met het bij Achmea Investment Management in Zeist aanwezige publiek. Welk beeld ontstond daaruit? Voordat Urbach die vraag beantwoordde, gaf hij het woord aan Gerard Roest, Vakbondsbestuurder bij FNV. De VBDO Benchmark Pensioenen komt elk jaar tot stand met steun van zijn NUMMER 8 | 2021
organisatie. De klimaatrisico’s blijken nu al navrant te zijn en slaan helaas vaak neer bij de meest kwetsbare groepen, merkt Roest op. Zo neemt momenteel de honger toe doordat de opbrengst van gewassen rond de evenaar als gevolg van de klimaatverandering sterk terugloopt. Ook de S van ESG heeft Roests aandacht. En met reden. De COVID-19-pandemie heeft er bijvoorbeeld voor gezorgd dat meer kinderen bij kinderarbeid betrokken zijn geraakt. Daarnaast wijst Roest onder andere op de discrepantie tussen de oprechte duurzaamheidsambities van pensioenbeleggers en de daadwerkelijke impact daarvan op de reële wereld. ESG wordt weliswaar meer mainstream, maar de ‘impact on the ground’, zoals Roest het formuleert, is iets waar we meer op moeten focussen. Kleintjes komen eraan De VBDO Benchmark leert overigens ook dat een aantal kleine en middelgrote pensioenfondsen dit jaar substantieel beter scoren in de benchmark. Een goede score blijkt dus niet alleen weggelegd voor de grote fondsen met hun grote vermogen en uitvoeringsapparaat, concludeert Roest. En dat is goed nieuws. Hij sluit af met de constatering dat je ook als klein pensioenfonds met gefocust beleid en de tegenwoordig beschikbare, vaak passieve ESGbenchmarks grote stappen kunt zetten. Ook alle kleinere fondsen die niet in de onderzochte top 50 staan, wil hij daarom oproepen om gestructureerd aan de slag te gaan en gericht na te denken over beleggingskeuzes ten gunste van duurzaamheid. Vervolgens duidt Urbach de resultaten van de VBDO Benchmark. De benchmarkscores kennen vier categorieën die het leiderschap bepalen, legt hij uit.