2 minute read
Hoofdpunt
Laten we verslaggeving over duurzaamheid op duurzame wijze inrichten!
Het gebruik van het woord ‘duurzaam’ wordt steeds breder merk ik de laatste tijd. Duurzaam betekent letterlijk ‘bedoeld om lang mee te gaan’ en heeft meestal een relatie met dingen die geproduceerd of verkregen worden op een manier die het milieu zo weinig mogelijk belast. Een veel gebruikt synoniem in deze betekenis is milieuvriendelijk of grondstof besparend. Brundtland gebruikte tijdens een VN-conferentie in 1987 de omschrijving ‘een duurzame ontwikkeling is een ontwikkeling die voorziet in de behoefte van de huidige generatie zonder de mogelijkheden voor toekomstige generaties om in hun eigen behoeften te voorzien in gevaar te brengen.’. Deze omschrijving geeft een bredere context en maakt het mogelijk om in deze column ook naar andere aspecten van duurzaamheid, waaronder de financiële factoren, te kijken en op het gebied van verslaglegging naar een parallel te zoeken.
Advertisement
Een nieuwe overeenkomst tussen duurzaamheid en financiën is dat over beide onderwerpen in de toekomst moet worden gerapporteerd in het jaarverslag. Voor financiën is dat natuurlijk niet nieuw, maar voor duurzaamheid is dat recent vastgelegd in de richtlijn Corporate Sustainability Reporting Directive. Hierin staat dat vanaf 2023 alle bedrijven met meer dan 250 medewerkers gecombineerd met omzet- en balanstotaalcriteria worden verplicht verslag te doen over de effecten die zij hebben op milieu- en sociale omstandigheden, en vice versa de risico’s die het milieu en sociale thema’s op organisaties hebben. Daarbij is aanvullend vastgelegd in de richtlijn dat de controlerend accountant de informatie over duurzaamheid in het jaarverslag moet toetsen. Dit betekent een enorme uitbreiding van de formele verantwoordelijkheid op het gebied van rapporteren over duurzaamheid.
De nieuwe richtlijn zal er mijns inziens voor gaan zorgen dat er een beter inzicht ontstaat wat organisaties precies doen aan duurzaamheid en welk effect de maatregelen hebben. De vraag is echter welke normen worden bepaald om de prestaties goed op waarde te kunnen schatten, maar ook of er eenduidige definities ontstaan zoals die er ook voor de financiële prestaties van organisatie zijn. Financiële duurzaamheid is wat mij betreft een gezonde combinatie van solvabiliteit (lange termijn), liquiditeit (korte termijn) en rentabiliteit. Wat een gezond niveau is, is afhankelijk van het risicoprofiel van de sector waarin de betreffende organisatie actief is. Voor ziekenhuizen wordt bijvoorbeeld een norm van 25 procent solvabiliteit gehanteerd, terwijl dat in andere sectoren soms veel hoger is. Ik ben benieuwd in hoeverre er ook concrete indicatoren gaan ontstaan voor duurzaamheid en op welke wijze de definities worden bepaald en normen worden gedefinieerd. Alleen als dit gebeurt, is het mogelijk om de prestaties van organisaties op het gebied van duurzaamheid echt goed te toetsen en op waarde te schatten door bijvoorbeeld benchmarking. Niet alleen door de accountant, maar vooral ook door de gebruikers van de informatie over duurzaamheid in het jaarverslag.
Laat ik duidelijk zijn, ik ben groot voorstander van de nieuwe richtlijn om strengere eisen te stellen aan het rapporteren over duurzaamheid. Nu is het te vrijblijvend, ontbreekt er een concrete set aan prestatienormen en definities en wordt de informatie niet getoetst op juistheid. Maar ik maak me wel zorgen over de aanvullende bureaucratie die de richtlijn met zich mee gaat brengen. In hoeverre ontstaan er verplichte registraties die de basis vormen voor de rapportage in het jaarverslag? Daar komen direct de kosten van de controle door de accountant bij. Ik hoop dat we hier verstandig mee omgaan en een duurzame oplossing bedenken. Dus geen onnodige bureaucratie in de vorm van registratieverplichtingen en beperkte kosten voor de controle op de rapportages.