Kaas - B. Vande Ginste

Page 1

B. Vande Ginste 1. Wat is kaas? Kaas is een melkproduct van aangezuurde en gestremde melk. Kaas bewaart langer dan verse melk. Aan verse melk worden zuursel en stremsel toegevoegd. De melk verandert dan in een dik gedeelte van kleine stukjes ter grootte van een erwt en in een dunne geelachtige vloeistof, de wei. Het dikke deel is de wrongel dat de basis is voor kaas. Wettelijke definitie Kaas is het al dan niet gegist product, verkregen hetzij door het lebben of verzuren van al dan niet met room gemengde volle melk, van afgeroomde melk of van karnemelk, hetzij door het verwarmen van verzuurde wei. (Belgische wetgeving - K.B. van 15/12/1932). 2. Verse kaas of gerijpte kaas Volgens het soort kaas dat de producent wil maken ondergaat de wrongel specifieke bewerkingen. Verse kaas ondergaat geen verdere bewerking. Daarom heet hij verse kaas, ook wel platte kaas genoemd. Platte kaas duidt op de vormloze massa. Voor gerijpte kaas wordt de wrongel in een vorm geperst en daarna gerijpt. Het rijpen van kaas wordt affineren genoemd. Naargelang de rijpingstijd wordt de kaas ingedeeld in jonge, halfbelegen, belegen of oude kaas. Jonge kaas heeft slechts een zestal weken gerijpt. Belegen of oude kaas heeft langer gerijpt. Naarmate de kaas ouder wordt verliest hij vocht en wordt droger. Oude kaas kan heel brokkelig zijn. Voor de smaak kan de wrongel gepekeld worden of kunnen er kruiden aan toegevoegd worden. Daarna kan de kaas rijpen. Door het vochtverlies vindt er een concentratie van de smaak plaats. De belangrijkste smaakmaker in kaas is de pekel. Jonge kaas smaakt zacht en romig. Belegen of oude kaas heeft meer smaak dan jonge kaas. 3. Samenstelling In kaas zitten belangrijke voedingsstoffen zoals vet, eiwit, kalk (calcium) en vitamines. Vet Vet is één van de belangrijkste smaakmakers van kaas. Het vetgehalte van kaas wordt uitgedrukt in een percentage van de droge stof, omdat deze tijdens de rijping constant blijft. Vanwege indroging vermindert de hoeveelheid vocht. Goudse kaas heeft minimaal 48 procent vet in de droge stof. Over de hele kaas gerekend, bedraagt het vetgehalte bij jonge Goudse (vier weken gerijpt) 28,8 procent. Bij Edammer (40 procent vet in de droge stof) is dit ongeveer 25 procent.

Eiwit Eiwit is een belangrijke voedingsstof in kaas: 24 gram per 100 gram Goudse kaas. Melkeiwitten in kaas zijn qua voedingswaarde vergelijkbaar met eiwitten in vlees. Daarom kan kaas dienen als vleesvervanger in de (vegetarische) maaltijd. Calcium Calcium (kalk) is - naast fosfor en natrium - één van de belangrijkste mineralen in kaas. Zo zit in 100 gram Goudse kaas 785 milligram calcium. Dit is nagenoeg de dagelijkse benodigde hoeveelheid voor de gemiddelde Nederlander. Vitamines Kaas bevat B-vitamines en de - in het vet aanwezige - vitamines A en D.

Kaas – B. Vande Ginste

-1-


4. Productieproces Kaasmaken begint op de boerderij, waar de koeien in het weiland lopen. De koe eet gras. Dat gras verteert in de magen van de koe en wordt in de uier omgezet in melk. De boer melkt de koe twee keer per dag. Van de boerderij gaat de melk naar de fabriek. Het productieproces om kaas te maken is eenvoudig: de vaste stoffen in de melk (eiwitten, vetten en mineralen) worden geconcentreerd en gescheiden van het vocht. Tijdens de bereiding wordt aan de kaas stremsel, zuursel en zout toegevoegd. Kaas kan artisanaal of op industriële manier gemaakt worden. 4.1. Melk is het basisproduct Het belangrijkste basisproduct voor kaas is melk. De melk moet altijd vers en van uitstekende bacteriologische kwaliteit zijn. Melk ondergaat verschillende controles voor ze in de kaasfabriek gebruikt wordt. De melk die nu gebruikt wordt voor kaas is IKM-gelabeld. IKM is de afkorting voor Integrale Kwaliteitszorg Melk, een systeem om de kwaliteit van de melk op verschillende manieren te borgen. De eerste stap in de kaasbereiding is de voorbereiding van de melk. De melk wordt op het gewenste vetgehalte gebracht door toevoeging van room voor hogere vetgehaltes of afroming voor lagere vetgehaltes. Vervolgens wordt de melk gepasteuriseerd. Deze behandeling verwarmt de melk tot ongeveer 72°C gedurende een 15-tal seconden. Indien er schadelijke bacteriën - die de melk snel zuur maken - zouden aanwezig zijn worden deze door de pasteurisatie vernietigd. Er is ongeveer 10 liter melk nodig om 1 kg kaas te bereiden. 4.2 Zuursel en stremsel Om kaas te maken heb je ook stremsel en zuursel nodig. Stremsel zorgt ervoor dat de ‘vaste’ stoffen in de melk, melkeiwit en melkvet, gaan samenklonteren. Hierdoor wordt de melk als het ware dikker. Zuursel geeft de kaas een lekkere smaak en zorgt ervoor dat de kaas langer houdbaar is. Zuursel en stremsel worden toegevoegd aan de melk. Daardoor gaan de eiwitten samenklonteren. Er vormt zich een dikke massa: de wrongel. Het zuursel is een concentraat van melkzuurbacteriën. Het zet melksuiker om in melkzuur. De soort melkzuurbacteriën in het gebruikte stremsel bepaalt in sterke mate de eigenschappen van de kaas.

Het zuursel bevordert het stremmen van de melk en de ontwikkeling van de smaak, het aroma en de houdbaarheid van de kaas. Het stremsel wordt gewonnen uit de lebmaag van jonge kalveren. De werkzame stof in het stremsel is het enzym chymosine. Het enzym zorgt ervoor dat de eiwitten, de vetten, de mineralen en de vitaminen geconcentreerd worden. Voor sommige kazen wordt er stremsel van plantaardige afkomst gebruikt. 4.3. Wrongel De dikke melk wordt daarna in stukjes gesneden tot er kleine, witte korrels overblijven: dit heet de wrongel Wanneer de wrongel voldoende stevig is wordt hij door middel van een voortdurend ronddraaiend raamwerk gesneden. Het snijden is bedoeld om meer vocht uit de wrongel te kneden.

Kaas – B. Vande Ginste

-2-


Verwarmen van de wrongel vergemakkelijkt het uitdrijven van het vocht. Hoe meer vocht er wordt uitgedreven hoe droger en hoe harder de kaas wordt. De wrongel drijft in een lichtgele vloeistof , dat 'wei' wordt genoemd. Wei en wrongel worden gescheiden. De wei wordt afgetapt en gaat naar andere fabrieken en zal verwerkt worden tot andere melkproducten, terwijl van de wrongel kaas wordt gemaakt.

4.4. Persen De nog korrelige wrongel wordt verzameld in een rond vat. In dit vat wordt de wrongel stevig geperst. Zo krijgt de kaas haar vorm

De nog korrelige wrongel wordt in vormen gelegd en geperst. De kaas zal later dezelfde vorm hebben.

De bedoeling van de kaas te persen is een homogene kaasstructuur verkrijgen.

4.5. Pekelen Na het persen rollen de kazen in het pekelbad. Dit kun je vergelijken met een heel groot zwembad met zout water. Het zout trekt in de kaas, waardoor de kaas stevig wordt en smaak krijgt. Door het zout is de kaas ook langer houdbaar.

.

Kaas – B. Vande Ginste

-3-


4.6. Rijpen

Na het pekelbad gaan de kazen naar het pakhuis om te rijpen. De laatste fase in de kaasbereiding is de rijping of affinage in speciaal daartoe ingerichte rijpingskamers. In de temperatuurgecontroleerde opslagruimtes worden de kazen regelmatig gekeerd. Tijdens het rijpen wordt de kaas steviger en krijgt de kaas zijn uiteindelijke smaak en aroma. Elk rijpingsproces is zeer specifiek voor elk type kaas. Tijdens de rijping worden nog enkele handelingen uitgevoerd zoals het aanbrengen van een plastiek beschermlaagje (de coating) op de korst, of het inenten van het oppervlak met schimmel- of bacterieculturen, of het wassen van de kaas en het regelmatig keren van de kaas om de opstijgende luchtbellen homogeen over de kaas te verdelen en beschimmelen te voorkomen. De duur van de rijping of de zogenaamde leeftijd varieert tussen minstens 4 weken tot 1 jaar. Hoe ouder de kaas hoe meer smaak. Tijdens het rijpen ontstaan de gaten in de kaas. Deze gaten zijn het gevolg van natuurlijke luchtbellen in de kaas.

5. Soorten Verschillende soorten kaas zijn het gevolg van variaties in het productieproces. Bij de bereiding van verse kaas ondergaat de wrongel geen verdere rijping. Deze kaas is door zijn hoog vochtgehalte niet lang houdbaar. Verse kaas is een vormloze massa, ook platte kaas genoemd. •

• •

Afhankelijk van de hoeveelheid vocht die uit de wrongel wordt geperst bekomt men zachte of halfzachte kazen. Indien de wrongel ook wordt opgewarmd zodat nog meer vocht kan worden uitgeperst, bekomt men harde kazen. Wordt de wrongel opgewarmd tot maximum 35°C dan bekomt men kazen van het type gouda. Bij een temperatuur boven de 35°C (tot ongeveer 50°C) bekomt men extra harde kazen. Indien men voor het zouten en het rijpen van de kaas de massa oppervlakkig inent met eetbare schimmelculturen krijgt men kazen met een schimmelkorst. Door gebruik te maken van zogenaamde roodbacteriën krijgt men kaas met een typische roodgele korst. Schimmelsporen die na het draineren van de wei en voor het vormen van de wrongel in de kaasmassa gemengd worden, veroorzaken de typische blauwgroene aders van blauwschimmelkaas. Kruidenkaas bevat kruiden die aan de wrongel toegevoegd werden. Naargelang het verse kaas of gerijpte kaas is verloopt het productieproces volgens dat kaastype. Smeltkaas wordt gemaakt van normaal gerijpte kaas die eerst wordt vermalen en geplet. Vervolgens wordt de massa opgewarmd tot ongeveer 100°C, met toevoeging van een emulgeermiddel en/of smeltzout, zodat een homogeen goed smeerbaar of een gemakkelijk smeltbaar product wordt verkregen.

Kaas kan op verschillende manieren ingedeeld worden. ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾ ¾

Kaassoorten volgens soort melk Kaassoorten volgens rijping Kaassoorten volgens vetgehalte Kaassoorten volgens hardheid (of vochtgehalte) Kaassoorten volgens type korst Kaassoorten volgens smaak Kaassoorten volgens plaats van productie

Kaas – B. Vande Ginste

-4-


5.1. Kaassoorten volgens soort melk

Kaas kan van verschillende soorten melk gemaakt worden. Bij ons wordt kaas vooral van koemelk gemaakt. Andere gebruikte melksoorten zijn van • • • • • •

schapen geiten ezelinnen buffels rendieren kamelen

5.2. Kaassoorten volgens rijping Kaas kan vers of gerijpt zijn. Bij de bereiding van verse kaas ondergaat de wrongel geen verdere rijping. Voor gerijpte kaas dient de wrongel enkele weken tot enkele maanden in speciaal daartoe ingerichte kamers te rijpen. Deze rijping of affinage bepaalt sterk de smaak van de kaas. Jonge kaas is meestal zacht en smeuïg van smaak. Belegen en oude kaas smaken sterker door. Kazen die zeer lang rijpen zijn meestal droog en brokkelig. Rijpingstijd Soort Jonge kaas Jong belegen kaas Belegen kaas Extra belegen kaas Oude kaas

Rijpingstijd 4 weken 8 weken 4 maanden 7 maanden 10 maanden of langer

5.3. Kaassoorten volgens vetgehalte

Kaas kan volgens vetgehalte ingedeeld worden. Naargelang er als basisproduct volle, halfvolle of afgeroomde melk of een mengsel gebruikt wordt voor de kaasbereiding krijgt de kaas een ander vetgehalte. Het vetgehalte van kazen wordt wettelijk aangeduid met een cijfer gevolgd door een plusteken, bij voorbeeld 40+. Het plusteken duidt aan dat dit percentage op de droge stof van toepassing is. Hoe langer een kaas rijpt hoe meer vocht hij verliest zodat de vaste stoffen van de kaas geconcentreerd worden. Daardoor stijgt het absolute vetgehalte (uitgedrukt per 100 gram kaas) maar het vetgehalte op de droge stof niet.

Kaas – B. Vande Ginste

-5-


Vermelding Mager 20+ 30+ 40+ 45+ 48+ 50+ 60+

Benaming Mager Halfvet Vet Roomkaas

Vetgehalte (g vet/100 g droge stof) Minder dan 20 Tussen 20 en 30 Tussen 30 en 40 Tussen 40 en 45 Tussen 45 en 48 Tussen 48 en 50 tussen 50 en 60 Meer dan 60

Vetgehalte (g vet/100 g droge stof) Minder dan 35 Tussen 20 en 35 Meer dan 35 Meer dan 45

5.4. Kaassoorten volgens hardheid (of vochtgehalte) Kaas krijgt zijn definitieve vorm door de wei uit de wrongel te persen. Zo ontstaat zachte, halfharde of harde kaas, naargelang hij nog veel vocht bevat of niet. • • • •

Verse kaas bevat 70 tot 80 % water. Bij de bereiding laat men immers de wrongel op een doek uitlekken, zodat de wei er vanzelf kan uittreden, en de wrongel ondergaat ook geen verdere rijping. Verse kaas wordt ook platte kaas genoemd. Zachte kaas is wrongel die nog veel melkwei bevat. Zachte kaas is smeuïg. Halfharde kaas heeft alle bewerkingen van kaas ondergaan. De wrongel zit qua vochtgehalte tussen de zachte en de harde kaas. Harde kaas heeft het laagste vochtgehalte tot minder dan 40 %. De wrongel is heel vast. Harde oude kaas heeft tijdens de lange rijping nog meer vocht verloren en is dus droog en brokkelig.

5.5. Kaassoorten volgens type korst Vooral de zachte kazen worden verder ingedeeld volgens het type korst. Een viertal groepen kazen worden onderscheiden op basis van de behandeling die de korst tijdens de rijping heeft gekregen. • • • •

Kaas met een gewassen korst: tijdens de rijping wordt de kaas veelvuldig met pekel gewassen of bevochtigd, waardoor een korst ontstaat. Kaas met een schimmelkorst: Voor het zouten en het rijpen van de kaas wordt de massa ingeënt met eetbare schimmelculturen, die tijdens het rijpen voor de typische witte schimmelkorst zorgen. Kaas met een rode korst: de rode korst wordt bekomen door toevoeging van een cultuur met zogenaamde roodbacteriën. Kaas zonder korst: De geperste wrongel wordt met zout gemengd en gedurende een 3 tal weken gedroogd. Tijdens de 3 tot 4 maanden rijping worden de kazen regelmatig gewassen met lauw gezouten water zodat de droge kaas langzaam weer vocht opneemt en er een glazige korst ontstaat. Een typisch voorbeeld van deze kaas is de Brusselse kaas.

5.6. Kaassoorten volgens smaak Zoveel kazen, zoveel smaken. • • •

Zachte, romige smaak: jonge kazen en vette kazen hebben een zachte smaak Pittige smaak: kazen die lang in het pekelbad gelegen hebben smaken redelijk pittig. Ook belegen en oude kazen hebben een geconcentreerde pittige smaak. Kaas met kruiden, zaden, noten, algen: kaas met kruiden krijgt een subtiele smaak van de kruiden die in de wrongel verwerkt werden. Aan de wrongel kunnen toegevoegd worden groene kruiden, brandnetel, fenegriek, mosterdzaden, peperkorrels, noten, algen, enz.

Kaas – B. Vande Ginste

-6-


5.7. Kaassoorten volgens plaats van productie Kaas kan op de plaats van de melkwinning of in de kaasfabriek geproduceerd worden. Hoevekaas komt tot stand op de hoeve, meestal met de melk van het eigen melkvee. Fabriekskaas of industriële kaas komt tot stand in een gespecialiseerde fabriek. De melk voor de kaas wordt aangevoerd van verschillende melkveebedrijven. De werkwijze om hoeve- of fabriekskaas te maken is in principe dezelfde, maar de productie op de hoeve is kleinschalig en ambachtelijk.

6. Kwaliteit De kwaliteit van kaas wordt gewaarborgd door een systeem van voorzorgsmaatregelen en controles doorheen de hele keten. De basisproducten voor het maken van de kaas moeten van onberispelijke kwaliteit zijn, in elke fase van de productie wordt het proces gecontroleerd door de producent en door een onafhankelijke instantie en tot slot wordt het eindproduct, de kaas, op zijn kwaliteit gekeurd.

Melk: het basisproduct voor de industriële Belgische kazen is IKM-melk. IKM is de afkorting voor Integrale Kwaliteitszorg Melk en wil zeggen dat de kwaliteit van de melk in elke fase, productie en transport geborgd wordt. Kaasfabriek: de kwaliteit van de melk en melkproducten is gewaarborgd door het kwaliteitssysteem van de fabrieken en door controle van het eindproduct. In de fabriek gaat het om eisen over de kwaliteit van de grondstoffen, de inrichting van het bedrijf, onderhoud van de installaties, bereiding en hygiëne. Deze eisen zijn gebaseerd op het internationale kwaliteitsborgingsysteem Hazard Analysis Critical Control Point (HACCP). Eindproduct: na de bereiding worden de kazen gecontroleerd op samenstelling (vet-, vocht- en zoutgehalte), verontreinigingen, vorm, doorsnede en organoleptische eigenschappen zoals smaak en geur. Met een kaasboor wordt een monster genomen, dat wordt geanalyseerd. De luchtbelletjes moeten verdeeld zijn over de kaas, de kleur van het zuivel moet uniform zijn, het monster moet aangenaam geuren en lekker smaken. Als de partij kaas goedgekeurd wordt door de keurders mag ze in de handel en distributie verspreid worden. De kaas die niet voldoet aan alle kwaliteitseisen, maar toch geschikt is voor consumptie, kan verwerkt worden tot smeltkaas. Meer info: www.ikm.be www.favv.be 7. Bewaren Kaas is een levend product. Hij bevat micro-organismen die het rijpingsproces op gang brengen en zo de gewenste smaakstoffen prijsgeven. Er zit een smaakevolutie in, maar dat proces mag ook niet te vlug verlopen. M.a.w. kaas is een bederfbaar product en wordt best koel bewaard. In de koelkast bewaar je de kaas best op de koudste plek. Dek de kaas af zodat hij niet gaat uitdrogen. Sommige koelkasten hebben speciale schappen voor kaas. Die zijn ideaal qua temperatuur en luchtvochtigheid. Kazen die nog in smaak moeten evolueren, zoals schimmelkazen, bewaar je beter buiten de koelkast, maar onder een kaasstolp. In geval van warme temperatuur, hetzij buitentemperatuur (zomerse warme dagen), hetzij kamertemperatuur, berg je ze toch beter in de koelkast, zij het op de minst koele plek. Neem ze alleszins tijdig uit de koelkast om er ten volle van te kunnen genieten. Leg er een wat vochtig doek over tegen uitdroging. Kaas geeft geur af en neemt geur op van andere producten waarmee hij samen bewaard wordt. Daarom is het aan te bevelen kaas te bewaren in een aangepaste verpakking, zoals de winkelverpakking, een afgesloten doos of huishoudfolie. Controleer de kaas op ongewenste schimmelvorming als hij lang afgesloten bewaard wordt.

Kaas – B. Vande Ginste

-7-


8. Kaas versnijden Elke kaas heeft zijn typische versnijding, afhankelijk van zijn vorm en consistentie.

9. Kaasschotel In de Belgische kazen is het aanbod groot genoeg om een gevarieerde kaasschotel samen te stellen. Varieer de schotel volgens soorten zuivel, smaak en kleur. Een kaasschotel kan beperkt of uitgebreid zijn. Belangrijk is dat het smaakt en dat er voldoende is voor iedereen. Hoeveelheden als hapje bij de borrel / het aperitief maaltijd broodbeleg

per persoon 50 g tot 100 g 200 g 20 g per snee brood

Bij de kaas Bij de kaas passen verschillende soorten brood, verse boter, verse of gedroogde vruchten, tuinkruiden en verse groenten zoals frisse groenteslaatjes, waterkers, tomaten, selderij, komkommer, e.v.a. Je kunt ook tafelzuur voorzien zoals mosterd, pickles, zoetzure augurken, uitjes, chutney. Presentatie Leg de kaas op een kaasschotel van hout, aardewerk of steengoed. Kaas wordt in bepaalde streken in bladeren verpakt en zo opgediend. Vandaar dat er in de handel ook papieren bladeren beschikbaar zijn om de kaasschotel te decoreren. Het is ook mogelijk om enkele echte, afgewassen bladeren op een kaasschotel te schikken. De grote bladeren van esdoorn en druivelaar zijn daarvoor goed geschikt. Geef ieder een eigen kaasplankje of bord en een eigen bestek. Specifiek voor zachte kazen is er een "snijdraad", al dan niet aan een kaasplankje bevestigd. Het is een gespannen metalen draadje dat door de zachte zuivel getrokken wordt om er een stukje af te snijden. Als je zachte kaas met een mes snijdt blijft er meestal veel kaas aan het mes hangen. Dat mes is dan niet zo geschikt om er nog andere kazen mee aan te snijden. Kaasmessen Een kaasmes heeft een gevorkte punt waarmee het blokje kaas opgepikt wordt dat eerst met de snijkant afgesneden werd. Leg enkele kaasmessen bij de kaas op de schotel. Het is de bedoeling dat elk kaasmes voor één of meer van dezelfde soort kazen gebruikt wordt. Hopelijk houdt een tafelgenoot het kaasmes niet voor eigen gebruik bij zich of brengt hij er de stukjes kaas niet Kaas – B. Vande Ginste

-8-


rechtstreeks mee naar de mond. Geef ieder een eigen kaasplankje of bord en een eigen bestek. Kamertemperatuur Neem de kaas een half uur of een uur voor gebruik uit de koelkast zodat hij op kamertemperatuur kan komen. Dan pas komt de smaak van de kaas vrij.

Wat drinken bij de kaasschotel? Belgische kazen en Belgische bieren passen goed bij elkaar. Wijn past ook goed bij Belgische kaas evenals water, koffie of thee. Frisdrank en vruchtensappen zijn geen aanraders, maar de persoonlijke smaak is soms een vreemde zaak en sommige mensen gaan die combinatie wel aan. Belgische jenever past bij een oude kaas met hard zuivel (zoals een OudBrugge). Een zoete wijn zoals porto kan bij kazen met een uitgesproken sterke smaak, zoals Herve, Trou d'Sottai, Boû d'Fagne en blauwschimmelkazen geschonken worden. Kaas en bier De combinatie van Belgische kazen en Belgische bieren is bijzonder Belgisch. Ons land biedt een grote keuze aan soorten en smaken. Streekbier en streekkaas samen degusteren is bij ons goed ingeburgerd zowel thuis aan tafel, op recepties en feesten als in cafés en eetgelegenheden. Er zijn zelfs clubs waar ze combinaties van Belgische bieren en kazen proefondervindelijk testen. Lekkere combinaties: • •

• • •

Boterham met platte kaas en geuze (streekgerecht in het Brusselse) Sterke kazen met trappist (dubbel, trippel), abdijbier en rijke, complexe bieren • Zachte en romige kazen met lichte bieren (pils, witbier, fruitige en kruidige bieren, alcoholvrij bier) Belgische biertjes kunnen ook in gerechten verwerkt worden. Deze kaashapjes en gerechten zijn lekker bij een Belgisch streekbier. • Kaasblokjes: versnijd een dikke plak harde kaas tot blokjes of driehoekjes. Presenteer ze in 3 rijen. Strooi over de eerste rij paprikapoeder, over de tweede rij niets en over de derde rij selderijzout. Steek er enkele prikkers in. Snij de korsten van enkele sneden brood. Versnijd de sneden in vierkanten van 3 tot 4 cm. Leg op elk stukje een sneetje paterskaas. Leg de toasts enkele minuten onder de grill tot de kaas begint te smelten. Rasp restjes harde kaas zoals Nazareth, Brugs Goud, Oude Postel, Oud-Brugge. Borstel verse champignons schoon en verwijder de steeltjes. Hak deze fijn en meng met de kaas. Vul daarmee de champignons op zet ze onder de grill. Snij een komkommer in dikke plakken, hol ze een beetje uit met een lepeltje. Strijk daarin verse kaas. Strooi er versgemalen peper over.

Kaas – B. Vande Ginste

-9-


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.