Martha en Maria 1
« Martha en Maria » Lukas 10:38-42.
Christus in het huis van Martha en Maria, Johannes Vermeer (1632-1675) In: National Galleries of Scotland, Edinburgh.
Guido Biebaut Alle rechten voorbehouden, 4 april 2012
°°°°°°°°
Martha en Maria 2
Het verhaal van vandaag is kort samen te vatten in enkele punten: twee vrouwen, een huiselijke rel en een zaligprediking van Christus. Het is een beetje uitzonderlijk dat we hier het verhaal krijgen van twee vrouwen. Dat Christus aan de vrouw een plaats toekent die ongewoon is in de Joodse samenleving van Zijn tijd is méér dan duidelijk. Een vrouw kon veel toentertijd maar zeker niet aan de voeten van een rabbijn gaan zitten om onderricht te ontvangen. In de Schrift zijn er een tiental vrouwen met name Maria en ook enkele met name Martha. Zo is er sprake van een zekere Martha de vrouw van Simon de melaatse en natuurlijk de oudste zuster van Lazarus die later uit de doden zou opgewekt worden. En het is niet onwaarschijnlijk dat deze twee vrouwen de zusters van Lazarus zijn. Volgens oeroude tradities van Kerkvaders in elk geval. Voor de rest zegt de tekst ons niets over Lazarus en worden de vrouwen niet geïdentificeerd. In een zeker dorp wordt de Heer uitgenodigd met zijn discipelen zoals blijkt uit het vers 38. Martha is de matrone in het huis. Ze doet het werk terwijl haar zuster gewoon aan de voeten van Jezus zit. Twee typen van vrouwen zoals er altijd geweest zijn en ook altijd zullen zijn. De harde werksters en de dromerige types. Dezen die de ganse dag bezig zijn en dezen die ook de tijd nemen om gewoon mens te zijn. In dit geval om gewoon vrouw te zijn. Op zichzelf kunnen we op het gedrag van deze twee vrouwen geen waardeoordeel plakken. Dat Martha zo druk in de weer is om haar gastvrijheid ten toon te spreiden, is op zichzelf niet verkeerd. Ze doet wat in haar temperament ligt. Haar gasten, Jezus en de apostelen, moeten het zo goed mogelijk hebben. Ze moeten later kunnen zeggen: bij Martha hebben we ons echt thuis gevoeld. Maria echter verzet geen voet, ze hangt aan de lippen van de Meester, wil niets missen. Ze denkt ook aan niets anders dan Zijn woorden in haar op te nemen zodat ze later in haar herinnering goed weet wat Hij allemaal gezegd heeft. Dat Jezus niet leerde zoals de Schriftgeleerden en andere rabbijnen dat moest ze nu voor zichzelf ondervinden. Zowel Martha als Maria hebben geen verkeerde kijk op de zaken althans niet vanuit hun eigen optiek. Beide zusters zijn op hun eigen wijze verknocht aan de Heer. Beiden zijn ze waarachtige volgelingen van deze Jezus van Nazareth. Dat spreekt voor zichzelf. Anders hadden ze Hem niet uitgenodigd. Zowel Martha als Maria geloven in Zijn opdracht als profeet van God, als één die iets te vertellen heeft over de Almachtige. De ene loopt als een hysterische door het huis overal tegelijk thee en gebak aanbrengend. De andere lijkt
Martha en Maria 3
precies versteend en apathisch, zij kan gewoon niet weg komen uit die hypnotische blikken van Jezus. Tot dusver geen waardeoordeel. Ook wij vandaag, indien de Heer ergens zou binnen stappen, zou men dezelfde soort reacties krijgen. Indien we zo een verheven gast te verzorgen hadden zou de ene reactie als Martha zijn en de andere als Maria. Gefascineerd voor de een, overbezorgd voor de andere. Een afkeurend waardeoordeel moeten we wel toeschrijven aan Martha. Wanneer ze de Heer verzoekt haar zuster te laten gaan en mee te helpen in de verzorging van de gasten vraagt ze iets foutiefs. Christus aanvaardde namelijk zelf dat Maria gewoon aan zijn voeten bleef zitten. In onze houding tegenover Hem zijn het namelijk de motieven die tellen. En het motief van Maria was zeker te verkiezen boven dat van Martha. Martha door het huis rennende heeft een keuze gemaakt die kwalitatief minder is dan de keuze van haar zuster. Maria is namelijk niet lui maar beseft dat er op dat moment geen belangrijker zaak is dan te luisteren. Nu is voor haar een wereld aan het opengaan waar ze slechts heeft over gedroomd in haar stoutste dromen. Ze heeft aan de voeten van de Meester meer beleefd dan wat ze ooit kan waarmaken in de keuken. De Heer merkt op aan het adres van Martha: "maak u niet bezorgd en druk." In woorden van vandaag zou men zeggen: kom er even bijzitten en doe als Maria. Jezus, keurt haar dienstvaardigheid dus niet af, hij wijst er alleen op dat behalve eten en drinken voor de gasten er in het leven nog andere dingen zijn. Zoek eerst "het koninkrijk" had Hij eens gezegd. Over bezorgdheid was Zijn advies: "Wees niet bezorgd voor uw leven wat gij zult eten of drinken ... elke dag heeft genoeg aan zijn eigen kwaad." Dit huiselijk tafereel van twee zusters ontlokt Hem daarom de uitspraak "maar één ding is nodig." Zonder dat ze het echt beseft en meer uit nieuwsgierigheid blijft Maria aan de voeten van Jezus zitten. Zoals een kind luistert naar de wijze raad van haar vader. Ze wil onderwezen worden in de leer van deze rabbi die niet praat zoals de andere Schriftgeleerden. Deze man spreekt met gezag en zet haar als vrouw in een daglicht dat onder de joodse clerus verboden was. Jezus, heeft omgang met zondaars, met vrouwen, met zieken en allen die door farizeeën en sadduceeën als onrein gezien worden. Jezus, zoekt de mensen die zich bewust zijn van hun geestelijke nood. Martha zegt de tekst "ontving Jezus in haar huis"
Martha en Maria 4
maar Maria ontvangt Hem in haar hart. Twee zusters, twee visies op de persoon van Jezus. Daarom geeft Hij ook de opmerking "maar één ding is nodig". In dit leven lijken vele dingen noodzakelijk maar meestal gaat het om schijn. We maken ons druk om het dagelijkse terwijl er slechts een ding is dat eeuwig zal standhouden. Daarom zei ik aan het begin van de preek dit is een zaligprediking: zalig die zich bewust zijn dat er slechts één ding nodig is. Behalve de spijs voor het lichaam is er bovenal de spijs voor de ziel. Het ene is belangrijk maar vergaat. De spijs tot eeuwig leven niet. Er zijn door Amerikaanse miljonairs boeken geschreven over succes, een flinke bankrekening, hoe je invloedrijk kan zijn en wat al meer. Dat alles verbleekt eigenlijk bij de woorden dat er slechts één ding noodzakelijk is. Dat ene is onze relatie tot God. Indien deze relatie niet goed is kunnen we het hiernamaals vergeten. Indien we in het heden geen goede vrienden met God zijn zal in de toekomst ook bij God geen plaats voor ons zijn. Wanneer we in dit leven als Martha tewerk gaan, gaat er uiteindelijk iets verloren in ons leven. Martha moet evenwichtiger worden. Martha moet in de kring van de discipelen komen zitten en luisteren naar de woorden van eeuwig leven. Niet de spijs voor de maag maar deze voor het geestelijk leven. Laten we enkele van de dingen die we uit het verhaal hebben geleerd vertalen naar onze tijd, naar onze situatie. Het is niet te loochenen dat wij allen als het ware in magnetische krachtlijnen verweven zitten. Er zijn allerlei soorten krachten die aan ons trekken: de familie, ons werk, de buitenwereld, de kerk, de predikant enz. We worden allen een beetje heen en weer geslingerd tussen God en de duivel. Een spanningsveld waar krachten elkaar aantrekken en afstoten. Het ware dus goed om in dit alles een goed evenwicht te bereiken. We moeten ook enkele misverstanden uit de weg ruimen. Paulus zei eens over zichzelf: "Door de genade Gods ben ik wat ik ben" (1 Cor.15:10). T.t. door de genade Gods is iedereen, elke christen, dat wat hij is. Deze roeping, deze uitverkiezing maakt ons tot delen van dat lichaam van Christus dat kerk genoemd wordt. Daarin zijn we geroepen tot afzonderlijke taken. Niet iedereen kan predikant zijn want er zijn toehoorders en sprekers. Niet iedereen kan ouderling zijn want er zijn herders en schapen. Het heeft dan ook weinig of geen zin om de een minder te achten dan de ander. Het menselijk lichaam bestaat ook uit eerbare en minder eerbare delen: zo ook de taken in de kerk. Het heeft ook weinig of geen zin om van iemand met een Martha-achtig karakter iemand te maken met een Maria-achtig karakter. Diversiteit in de kerk maakt de kerk juist tot een
Martha en Maria 5
zinvolle gemeenschap. Alleen op die manier krijgt de gemeente een ideale en eigen gestalte. Met andere woorden: ieder heeft een eigen levensopdracht die hij in Gods genade in de kerk kan ontplooien. Het samenspel van alle gaven van alle gelovigen dat maakt de kerk tot wat zij is: een instrument in Gods hand. Wat we bedoelen te zeggen schreef een Franse filosoof eens als volgt neer. "Als een Italiaan de Heer Jezus bij hem zou zien binnenkomen, zou hij kreten van uitgelatenheid uitstoten en geheel buiten zichzelf in een stortvloed van woorden geraken. Een Spanjaard zou bleek als was met gekruiste armen ter aarde vallen. Een Fransman zou terstond een schoon gebed in welgekozen woorden laten klateren. Een Vlaming zou niet opstaan maar direkt naar de keuken roepen: Spoei da Virginie, breng een talloeir soep voor onze Lieve Heer." (Paul Louis in 1938). Onze reactie tegenover God is zeker niet altijd dezelfde. We zijn wat we zijn en onze reactie zal anders zijn. We komen niet allen uit dezelfde fabriek. Waar we als gelovigen dus moeten naar streven is niet zozeer praktisch zijn zoals Martha of beschouwend als Maria, streven naar beide eigenschappen is het wat ons zou moeten aanspreken. Zoals er geen tegenstelling is tussen geloof en christelijke werken is er geen tegenstelling tussen het uiterlijke en het innerlijke. Het gaat niet om tegenpolen maar om aanvullende eigenschappen. Laat ons dus gelovigen zijn in woord en in daad. Het woord en de daad is voor de gelovige geen tegenstelling maar een éénheid. We denken ook nog aan een gedeelte uit Spreuken 19 vers 8. De wijze raad ons daar gegeven zegt: "Wie verstand verwerft heeft zijn leven lief." Dat is terecht. Het Hebreeuwse denken is niet zoals het Griekse. Verstand heeft voor de Jood niet de betekenis van een pakket van waarheden maar heeft veeleer te maken met onze wil, onze doelstellingen en beweegredenen. Dus eigenlijk een zaak van gevoel. Dat is de raad die Maria onbewust misschien opvolgde. De wijze schrijver van Spreuken zegt: "wie inzicht bewaart vindt geluk" in de NBG-vertaling van 1951 en de Willibrord. Die vertaling is niet geheel juist, letterlijk staat er dat zo iemand "het goede vindt" volgens de Statenvertaling. En dat is ook wat Christus aan Maria en Martha weet te vertellen. Er is in principe slechts één zaak of één ding nodig. Want wie God gevonden heeft, hoeft zich niet druk te maken over al het andere. Ook wij vandaag want die boodschap mag in alle eeuwen blijven doorklinken.
Martha en Maria 6 Wat een tegenstellingen zijn er dus tussen die Maria en Martha. We moeten daar eens bij stilstaan, het leert ons namelijk iets van hoe moeten kijken naar Jezus.
Martha ziet zichzelf als hoofdpersoon, Maria zag Jezus als het middelpunt.
Martha heeft een dienende houding en loopt heen en weer met met potten en pannen. Maria blijft gewoon zitten aan de voeten van Jezus.
Vraag je eens af: Waarom zou Maria blijven zitten aan de voeten van Jezus?
De éne was tevreden met het luisteren naar Jezus, Martha raakte daardoor geïrriteerd.
Stel je eens de vraag: Wie van beide heeft het goed bezien?
Wie van beide zal volgens jou de zin van het christelijk leven begrepen hebben?
Maria slorpt de woorden van Jezus op, terwijl Martha moe is maar geestelijk onvervuld door haar harde werken.
Wie zou je gelijk geven in hun handelswijze: Martha of Maria?
Laten we ook twee dingen leren uit dit verhaal, want hier zit een les in voor ons. 1. In de eerste plaats “de les van Martha.” Als ik u zeg dat het soms lijkt dat we heel goed bezig zijn zal u dat waarschijnlijk wel kennen. Maar als datgene wat we aan het doen zijn nu eens een belemmering in de omgang met God zou kunnen zijn? Wij mensen hebben het niet alleen druk, we zoeken ze veelal zelf op. Sommigen leren zelf dat we die drukte als iets levensnoodzakelijk moeten bekijken. Laten we dat gewoon benoemen: we zijn dikwijls met onszelf bezig en onze eigen bekommernissen. Voor het gemak van het verstaan van deze levensles: dat brengt niet veel aarde aan de dijk van ons christelijk leven. 2. In de tweede plaats “de les van Maria”, dat leert ons hoe we zoeken naar geestelijke rijkdom en vervuld worden met geest en waarheid. Dat is eigenlijk de kern van deze ontmoeting van de twee vrouwen en Jezus. Het is duidelijk dat Maria het 'beste deel' heeft gekozen door te luisteren naar het woord van Jezus Christus. Jezus, is naar ons gekomen namens God. Wie kan iets boven plaatsen? Niemand! We zijn druk/druk bezig met allerlei zaken. Maar bedenk dan eens dat Jezus zei dat we ons niet moeten verontrusten over de dag van morgen! Ja, we hebben zorgen en het kunnen zakelijke zorgen zijn: financiële of commerciële. Maar blijven staan bij je zorgen en niet verder aan Gods liefde denken is foutief. Het is in het evangelie dat we Gods liefde ontmoeten en balsem voor onze zielen kunnen vinden. In het Woord van God en gebed is dan de echte ontmoeting met God mogelijk. Door het Woord en het luisteren naar de goede raad die er in staat kunnen onze zorgen wegsmelten als sneeuw voor de zon. Ja, dat had Maria zo begrepen God geeft en wij mogen dat ontvangen. Dat is het wezen van de liefde die God voor ons heeft? Amen