5 minute read

Huisarts in beeld Jasper Schellingerhout, Het Huisartsenteam de Keen in Etten-Leur

Het Huisartsenteam De Keen in Etten-Leur Jasper Schellingerhout

De rubriek ‘In beeld’ zet iedere editie van HuisartsenService een of meerdere eerstelijnszorgverleners in de spotlight. Ditmaal is dit huisarts Jasper Schellingerhout van Het Huisartsenteam De Keen in Etten-Leur.

Advertisement

Kunt u iets vertellen over uw huisartsenpraktijk?

“Binnen Het Huisartsenteam De Keen zijn vijf huisartsen werkzaam, twee huisartsen in opleiding, twee POH GGZ en twee somatiek, zeven dokters- assistentes en een praktijkmanager. Gezamenlijk hebben we 12.600 patiënten in ons bestand. Dat is vrij groot, inderdaad. Maar we kunnen dat prima aan.”

Het Huisartsenteam is niet alleen de naam van jullie zorggroep, jullie stralen ook daadwerkelijk een teamspirit uit.

“Dat klopt, we zijn een heel solidaire zorggroep die veel samen doet. De naam van de zorggroep is niet toevallig gekozen. We geloven dat je gezamenlijk meer kunt zijn dan de som der delen. Zodoende werken we veel samen aan mogelijkheden, kijken we samen hoe we de zorg kunnen verbeteren en je merkt dat de zorg van onze patiënten daardoor ook echt beter wordt.”

‘E-health gaat over toegevoegde waarde bieden door zorgprocessen te veranderen en niet over gadgets!’

Hoe is uw professionele leven verlopen voor u bij Het Huisartsenteam De Keen aan de slag ging?

“Mijn carrièreverloop is wat atypisch. Ik heb uiteraard mijn opleiding tot huisarts gedaan, waarvan het eerste jaar van mijn opleiding in deze praktijk. Ik had dus al een geschiedenis met deze werkplek voordat ik hier huisarts werd. Daarnaast ben ik tijdens mijn opleiding gepromoveerd en heb ik ook nog een opleiding tot klinisch epidemioloog gedaan. Hierdoor duurde mijn opleiding langer, maar kon ik mij wel breder ontwikkelen. Naast wetenschappelijke activiteiten heb ik mij de laatste jaren vooral bezig gehouden met e-health in onze praktijk. Wij waren er al vroeg van overtuigd dat implementatie van e-health in de dagelijkse praktijk de zorg kan verbeteren. E-health gaat namelijk over toegevoegde waarde bieden door zorgprocessen te veranderen en niet over gadgets! De implementatie van e-health in onze praktijk is succesvol verlopen, waardoor we op dat gebied een van de koplopers in Nederland zijn.”

Wanneer zijn jullie exact gestart en wat waren de grootste uitdagingen?

“We zijn in 2016 actief gestart met het implementeren van e-health oplossingen. Daarvoor maakten we uiteraard ook al gebruik van de technische ontwikkelingen, maar het grootste struikelblok is vooral het daadwerkelijk doen. Je moet op een gegeven moment de keus maken om er volledig voor te gaan en daar de organisatie van de praktijk op in te richten. Het vergt een cultuuromslag, maar als het staat, dan heeft iedereen er baat bij.”

Wat zijn voorbeelden van voordelen die e-health oplossingen hebben gebracht?

“We hebben een portaal ingericht voor onze patiënten, waarbinnen zij onder meer online afspraken kunnen maken. Dat heeft de telefonische bereikbaarheid van onze praktijk enorm verbeterd. Je ziet ook dat patiënten daar doorgaans heel verantwoordelijk mee omgaan. Ook kan men digitaal rechtstreeks vragen stellen aan mij of mijn collega’s, zonder dat men daarvoor langs de assistente hoeft en dat versterkt de band tussen dokter en patiënt. Het is inmiddels zo dat ik per dag steeds meer ruimte inplan in de agenda voor dit soort e-consults, die zo snel en efficiënt kunnen plaatsvinden. De lineaire zorg zoals die ooit was, verandert daardoor. Iemand kan ’s morgens een vraag sturen, die ik begin van de middag beantwoord, waarna de patiënt dat antwoord ’s avonds leest. Die asynchrone manier van zorgverlening vergt een andere manier van denken. Uiteraard merk je de voordelen als

praktijk pas bij een bepaald volume, maar dat hebben wij inmiddels behaald en dat geeft veel meer lucht.”

Waarom blijven veel andere huisartsen achter op dit gebied?

“Dat zou je eigenlijk aan hen moeten vragen. Wel merk je dat huisartsen interesse hebben in hoe wij het aanpakken en wat onze ervaringen zijn. Iets wat wij bij zulke gesprekken regelmatig terugkrijgen is ‘mijn patiënten willen dit niet’. Ik denk dan op mijn beurt ‘volgens mij is dit meer het standpunt van jezelf, dan van de patiënt’. Het is namelijk onzin. De jaarlijkse eHealth-monitor van het NICTIZ geeft aan dat de ruime meerderheid van de patiënten gebruik wil maken van de e-health oplossingen zoals die beschikbaar zijn. Om goed gebruik te kunnen maken van de mogelijkheden is het echter wel zo dat zorgverleners wat controle uit handen moeten geven en ik vermoed dat daar de schoen wringt. De zorg is de enige beroepsgroep die ermee weg komt dat mensen eerst lang in de wacht staan om een afspraak te maken en waarbij mensen niet morren als ze 30-40 minuten later geholpen worden dan de daadwerkelijke afspraak. Van de kapper of een autogarage zou niemand dat pikken. Als je een andere manier van zorg nastreeft, zul je van dat ‘wij bepalen’ principe af moeten stappen.”

Wat is de sleutel tot een succesvolle implementatie van e-health in een praktijk?

“Je moet er volledig voor gaan. Richt alle systemen dusdanig in dat de patiënt een laagdrempelige toegang heeft en je als organisatie soepel kan bewegen in dat nieuwe werkveld. Dat vraagt bij alle medewerkers om een nieuwe manier van denken; in het begin kost dat veel energie. Maar als alles eenmaal staat, is het van enorme toegevoegde waarde. Het werkproces wordt minder log, de patiënten zijn over het algemeen meer tevreden en ook meer betrokken. Dat maakt dat ze ook met meer interesse de eigen gezondheid zullen benaderen. Een goed voorbeeld hiervan is het landelijke OPEN-project, waardoor

‘De zorg wordt een stuk digitaler, de patiënten

hebben zelf meer regie’

onze patiënten sinds begin juli (online) inzage hebben in hun dossier. Als een patiënt nu inlogt op ons portaal, dan krijgt deze automatisch een knopje te zien waarmee toegang tot diens medische dossier wordt verschaft. Wij zien nu al dat we niet eens hoeven te communiceren dat die mogelijkheid er is, patiënten zijn nieuwsgierig genoeg om dat te willen onderzoeken. Een heel groot deel van de patiënten die de afgelopen periode inlogde, heeft het eigen dossier al bekeken.”

Hoe ziet u de eerstelijnszorg de komende jaren ontwikkelen?

“De traditionele manier van zorg verlenen zal uiteraard wel blijven bestaan, maar de scheidslijn tussen verschillende zorgverleners zal vager worden door de diverse digitale mogelijkheden. De patiënt staat meer centraal en de zorg wordt een stuk digitaler; de patiënten krijgen meer regie. Wij zijn er al klaar voor!

This article is from: