8 minute read
INTERVIEW Transformatie van binnenuit
Transformatie
van binnenuit
Anders dan verschillende andere concerns gaat Shell de nodige transitie van binnenuit aan. De bestaande activiteiten moeten de nieuwe koers mogelijk maken. Veel nieuwe investeringen dienen zich inmiddels ook aan, van biobrandsto en tot groene waterstof. Directeur Jos van Winsen van de Rotterdamse locatie: ‘We zitten hier op een investeringsniveau dat we meer dan vijfentwintig jaar niet meer hebben gezien.’
Wim Raaien
Jos van Winsen verwacht dat Shell in Pernis voordelen zal behouden. ‘De supply chain gaat beide kanten op. Daarom is het hier zo fijn voor de industrie.’ Shell Energy and Chemicals Park Rotterdam, dat is nu de offi ciële naam. Maar dat veel mensen de locatie nog lang Shell Pernis blijven noemen, begrijpt Jos van Winsen meteen. Als site-directeur heeft hij ook niet de behoefte om dat te gaan corrigeren. ‘Belangrijker is dat we langzaam gaan zien dat we veel meer zijn dan alleen een olieraffi naderij.’ Dat is nu al een te nauwe beschrijving en de komende jaren zal dat predicaat steeds minder voldoen, vindt hij. Waar het concern in het verleden soms moest wennen aan een andere toekomst, lijkt Shell inmiddels de transitie naar veel duurzamere ketens stevig te omarmen. Van Winsen: ‘Aardolieproducten nemen de komende decennia steeds meer in belang af. Helemaal als het gaat om brandstoff en. Energie voor personenvervoer zal straks vooral in batterijen worden opgeslagen en bij vrachttransport wordt het misschien een mengeling.’ Vloeibare brandstoff en en misschien waterstof voor het zware transport en scheepvaart, terwijl de kleinere en middelgrote vrachtauto’s elektrisch worden, schat hij in. Voor vliegtuigen lijken batterijen echter al gauw te zwaar. ‘Vliegtuigbrandstof zal nog lange tijd vloeibaar blijven,’ stelt hij. Met de bouw van een fabriek voor biobrandstoff en in Rotterdam speelt Shell in op de behoefte om ook de luchtvaart te verduurzamen. Einde zomer 2021 nam het concern de defi nitieve investeringsbeslissing. De capaciteit van de fabriek wordt 820.000 ton per jaar. Na de bouw zal de installatie een van de grootste in Europa zijn voor de productie van duurzame vliegtuigbrandstof en hernieuwbare diesel uit afval. De investering wordt geschat op ruim een miljard euro.
Voor de langere termijn
Op hetzelfde vlak is Shell ook betrokken bij waste-to-jetfuel, een gezamenlijk initiatief met het Canadese Enerkem. Eerst was dit project vooral gericht op chemicaliën uit afval. Toen de focus op vliegtuigbrandstof kwam te liggen, was er voor Shell genoeg reden om mee te doen aan het initiatief. Van Winsen: ‘Anders dan bij de biobrandstoff enfabriek is hier nog geen investeringsbeslissing genomen. We zitten nog in een fase daarvoor.’ Voor de luchtvaart zal het voorlopig een transitie naar bio zijn, verwacht Van Winsen. Synthetische vliegtuigbrandstoffen zijn volgens hem vooral een optie voor de langere termijn. ‘De huidige prijzen zijn vooralsnog niet betaalbaar. Natuurlijk blijven we het onderzoeken. En technisch is het zeker mogelijk. Vergeet niet dat we als Shell al eens vijfhonderd kilogram synthetische vliegtuigbrandstof hebben geproduceerd. Maar daarmee is het nog geen commodity.’
Met de bouw van een fabriek voor biobrandstoffen in Rotterdam speelt Shell in op de behoefte om ook de luchtvaart te verduurzamen.
32 kilometer
Als het om de transformatie van de Rotterdamse Shell-locatie gaat, dan zijn twee andere projecten concreter. Porthos, het gezamenlijke Rotterdamse project voor grootschalige afvang en opslag van CO2, en de bouw van een groene waterstoffabriek op de Tweede
Maasvlakte met een capaciteit van 200 megawatt. De waterstoffabriek moet met stroom van offshore windpark Hollandse Kust (noord) groene waterstof produceren. De investeringsbeslissing voor deze elektrolyse-installatie moet nog officieel worden genomen Maar dat kan niet lang meer duren. De eerste bouwwerkzaamheden zijn gepland voor dit voorjaar. ‘Holland Hydrogen I’ gaat naar verwachting vanaf 2024 waterstof produceren. Begin dit jaar werd alvast de belangrijkste technologieleverancier bekend. Thyssenkrupp gaat de installatie van 200 megawatt ontwerpen en bouwen. Daarvoor levert de Duitse technologiegigant elektrolysemodules van 20 megawatt. En onlangs zijn de voorbereidingen voor een waterstoftransportleiding in Rotterdam begonnen. Een belangrijke schakel om de waterstof van de Maasvlakte naar de juiste plaats te krijgen. Gasunie en Havenbedrijf Rotterdam hebben de eerste materialen besteld en de komende maanden worden proefsleuven gegraven. Shell is straks de eerste klant voor de leiding. De waterstofleiding tussen Pernis en de Maasvlakte wordt 32 kilometer lang en moet eind 2024, begin 2025 gereed zijn.
JOS VAN WINSEN SITE-DIRECTEUR SHELL ENERGY AND CHEMICALS PARK ROTTERDAM
Delta Corridor
Meer dan ooit zal infrastructuur belangrijk zijn. Interessant in dat licht zijn de plannen voor de aanleg van de zogenoemde Delta Corridor. Daarmee moeten Rotterdam, Chemelot en het Ruhrgebied aan elkaar worden verbonden voor onder meer transport van waterstof en CO2. Logischerwijs zal dan waterstof richting het oosten gaan en CO2 juist richting de Noordzee. Vooral de binnenlandse sites kunnen daarvan profiteren, waaronder de Shell-fabrieken in Rheinland. Totdat de Corridor is aangelegd is de mogelijkheid om CO2 offshore op te slaan met name voorbehouden aan industriële complexen aan zee. Bovendien ligt de productie van groene waterstof met inzet van offshore windenergie veel meer voor de hand dicht aan de kust. Daar zijn dan geen enorme verzwaringen van het elektriciteitsnet voor nodig. Met de komst van de Delta Corridor zal emissieloos waterstof ook beter beschikbaar worden voor binnenlandse clusters. Dankzij de mogelijkheden van CO2-afvoer en waterstof-toevoer krijgen binnenlandse sites op dat vlak dezelfde mogelijkheden als industrie bij de kust.
Schaalgrootte
En er speelt nog meer. Nu komt het overgrote deel van de grondstoffen overzees. Met name olie uit verre windstreken. Circulaire grondstoffen, waar Shell dus stevig op wil inzetten, komen daarentegen vooral uit de markten zelf. Vaak dus in het binnenland, veelal vanaf de andere kant. Ook Van Winsen verwacht dat stromen in de toekomst anders gaan lopen. En dat de nadelen van binnenlandse industriële clusters door infrastructuur minder worden, is ook wel zijn observatie. Toch verwacht hij dat Shell in Pernis nog steeds voordelen zal behouden. ‘Nog steeds komen en gaan grondstoffen en producten hier van en naar beide kanten. De supply chain gaat beide kanten op. Daarom is het hier zo fijn voor de industrie. Daar hebben we heel lang profijt van gehad en dat zie ik ook niet zomaar veranderen.’ Richtingen zullen misschien veranderen en zeker ook de aard van de stromen, maar knooppunten zullen er blijven, is zijn overtuiging. ‘Alles is hier ook groot uitgevoerd. Schaalgrootte zal in de toekomst eveneens voordelen hebben. Rotterdam zal een belangrijke logistieke hub blijven.’
Samen
Het bruist sowieso weer op de Rotterdamse locatie van Shell. Er heerst een elan dat er decennialang niet in deze vorm is geweest. ‘We zitten hier op een investeringsniveau dat we meer dan vijfentwintig jaar niet meer hebben gezien.’ Hij verwacht dat de twee crises, en zeker de oorlog in Oekraïne, de transformatie eerder zullen versnellen dan vertragen. Niet alleen groeit de behoefte om nog sneller van fossiele brandstoffen en grondstoffen af te gaan. Ook zal het belang groeien van regionale aanwezigheid van industrie. ‘Je ziet het bijvoorbeeld bij de schaarste op de markt voor chips. Daarom stuurt de EU nu ook aan op Europese productie van chips.’ Voor alle veranderingen is heel veel samenwerking nodig, zeker met overheden. ‘Het is belangrijk dat alle partijen op een lijn zitten. Heel veel keuzes moeten we met de verschillende overheden maken. En ook samen met andere bedrijven moeten we een gezamenlijke visie op infrastructuur ontwikkelen.’ Van Winsen is wat dat betreft optimistisch. Hij ziet dat overheden de laatste jaren echt stappen zetten om samen met de industrie de transitie in te gaan. ‘Ik ga er ook niet in mee om altijd naar de overheid te wijzen. We moeten het echt samen gaan doen.’
JOS VAN WINSEN SITE-DIRECTEUR SHELL ENERGY AND CHEMICALS PARK ROTTERDAM
Complex bedrijf
Het is sowieso interessant welke route Shell kiest, als het gaat om de nodige transformatie. Een bedrijf als DSM oogst traditioneel veel lof met de veranderingen waarin het concern telkens weer slaagt. Terecht, maar tegelijkertijd verkoopt het bedrijf wel onderdelen waarbinnen verduurzaming relatief complex is. BP kondigde in 2020 aan zijn fossiele bedrijfsactiviteiten te gaan afbouwen en tegelijkertijd fors te gaan investeren in hernieuwbare vormen van energie. Maar het is onduidelijk wat het concern met de bestaande activiteiten gaat doen. Verkopen of sluiten? De keuze van Shell is helder. Het bedrijf wil de transformatie van binnenuit aangaan. De bestaande activiteiten moeten de nieuwe koers mogelijk maken. En daar is vooral veel geduld voor nodig. ‘Het gebeurt natuurlijk niet allemaal van de een op de andere dag’, relativeert Van Winsen. ‘Al zes jaar geleden zijn we met Porthos begonnen en nu begint het pas concreet te worden. Bovendien is Shell een complex bedrijf. Daardoor hebben zaken tijd nodig.’ Toch zal alles nu mogelijk sneller veranderen dan de naam van de Rotterdamse locatie in de volksmond.