Ekoland 1/2015

Page 1


Het Biohuis is de vereniging van biologische boeren en tuinders. Uniek en cruciaal. Het is de enige organisatie voor alle Nederlandse biologische boeren en tuinders, ongeacht bedrijfstak of regio. Het Biohuis versterkt, verbindt, beschermt en inspireert de biologische land- en tuinbouw.

Samen sterk met het Biohuis Het is voor uw bedrijf van het grootste belang dat u ook meedoet. Voor een goede biologische boterham, nu en in de toekomst.

Meld u aan als lid op www.biohuis.org of per email info@biohuis.org

biohuis

Samen hebben we meer invloed op marktontwikkeling, regelgeving en onderzoek: • Biologisch in de media

• PR en crisiscommunicatie

• Nieuwe promotiecampagnes

• Skal controle en certificering

• Overheidsmiddelen voor onderzoek

• Samenwerking in de afzetketen

• EU wetgeving en regelgeving

• Verder ontwikkelen van duurzaamheid

• Aanpak 100% biologisch mestgebruik

• Genetische Modificatie en Cisgenese

• Herziening Europees Landbouwbeleid

• Biologisch uitgangsmateriaal

• EKO keurmerk

• Europese samenwerking via IFOAM, EU

Voor meer informatie: www.biohuis.org of per email info@biohuis.org


EKOLAND

januari  |  nummer 1 – 2015

00

interview

44 Machteld Huber Gezondheid is iets dynamisch Volgens Huber biedt de definitie van gezondheid richting aan onze gezondheidszorg. 46 Oog voor drinkwaterkwaliteit Voldoende water van goede kwaliteit is essentieel voor de gezondheid van de melkkoe.

LAND

B

Akkerbouw

49 Verzilting een wereldkans Op Texel ontwikkelde zoutresistente gewassen zijn een antwoord op de wereldwijde verzilting. 50 Bloemkool & Bodem Portret van een omgeschakelde Westfriese bloemkoolteler.

bedrijfsvoering

ordt vervolgd - Deel 40 52 W Bedrijfscontinuïteit in de ­biologische landbouw. Geef je grond door

Handel & Afzet

sluiten en weg van 56 Kringloop bulkmarkt Natuurboeren actief op zoek naar manieren om hun unieke producten te verkopen. 58 Hoe duurzaam is een regionale voedselketen? Regionale voedselketens bieden mogelijkheden tot verduurzaming. 61 Op de bres voor het rijke Nederlandse weidelandschap Vogelbescherming werkt samen met boeren om weidevogels te behouden. 62 Terug naar de korrel De Graanrepubliek wil oude graansoorten opnieuw aan de man brengen. 64 Kansen voor ‘biologisch van dichtbij’ in zorgsector Voorbeelden van regionale distributie van biologische producten. 3

UW

BO

I NN

UW

CHE LA

UW

B

42 ‘ Biologische kippen hebben smaak’ Zo legt omschakelaar Pascal Groot aan consumenten uit waarom bio-kip duurder is.

veeteelt

UW OU W

BO

Pluimvee

IN

IN

41 Première: Bodem boeren Film over bodemboeren bijt het spits af van het Jaar van de Bodem.

2015

GIS

O

UW

BO

O

I

I NN

W

OU UW B

I

IN

I

I NN

I

IN UW

O

B O O UW UW

Bodem

S

orkshop-programma 36 W donderdag

LO

O

EKOLAND | januari – 2015

5 6 7 54 55 66

30 Workshop-programma woensdag

BI

Editoriaal Landbouwberichten Column Leen Janmaat Marktberichten Biohuis update Trekkers

eursnieuws 26 B orkshop-overzicht 28 W

JS

vaste Rubrieken

eursnieuws 22 B 24 E xposanten-overzicht

ATIEPRI J OV

SOC H E L GI SCH LAND E

L

16 Compost Power Compost maakt akkerbouw en tuinderij minder afhankelijk van dierlijke mest.

21 Inleiding Interview Jan Jaap Jantjes

O

Bodem

bio-beurs

2015

CHE

BI O

ester Maij: ”Commissie legt 14 H risico te eenzijdig bij boeren” Comité van de Regio’s omhelst Nederlands advies over aanpassing EU-regelgeving voor bio.

IS

BI

interview

G

2015 LO Fotobijschrift D 2015 GI AN

JS RI

10 De Genomineerden Een introductie van de drie genomineerde bedrijven voor de Ekoland Innovatieprijs biologische landbouw 2015: BakkerBio, ­Boomgaard Ter Linde en Veld & Beek.

O2015 GI S C H LDA N D EN CHE LA

GIS

LO

Ekoland Innovatieprijs

IS C H ND NDB C H E L AE L A

S

O

9 Regels & wetten - Deel 6 Hoe om te gaan met (nieuwe ­Europese) regelgeving. Veranderende grondwaarde

GIS

N N2015

BIO

BI

bedrijfsvoering

LO

Inhoud LO

LO

O

D

OVATIEP

L

S C H2 L A N 15E015 20 G

BI

GI

JS

S

O

2015

ATIE IEVPR PRI AT NO IJ OV

BI O

JS RI

O G G I IS SCH C H EL A N DN D B E LA

BIO L

2015 2015

JS

B

VATIEPR I

VATIEP PO ATIEN R N IJ OV

BI O

LAND

JS RI JS

CHE

LO BIO L BI O

LO

IS

2015

NO

ATIEPRI J OV VATIEPR I NO S

JS RI

BIO G

BeeK VeTIElSd &

OVATIEP

TIVEAPTIE VAO RI P NONN

ES

NOMINA

I NN

Boomgaard Ter Linde

NOMINATI

W

NOMINATIES E NOMINATI NOMINA S E TI A T IES NOMIN

BO

NOMINA NOMINATIES TIES

Bakke rBio NN

‘Kop kop kop’ INATIES NOMplat. Plat plat NOMINATIES NOMINATIES S

OU

TIES

bedrijf in beeld

B

NOMINA

ND


Biologisch met Biologisch met voorsprong voorsprong Bejo, voorop in de ontwikkeling van

Bejo, voorop in voor de ontwikkeling vansector. groenterassen de biologische groenterassen voor de biologische sector. Laat u inspireren door onze concepten

Fruit Logistica Berlijn februari 2015 Fruit| 4-6 Logistica Laat u inspireren door onze concepten

Bezoek februari Bejo in hal 1.2, stand B-16 Berlijn | 4-6 2015 Dagelijks van 9.00 tot 18.00 uur Bezoek Bejo in hal 1.2, stand B-16 Dagelijks van 9.00 tot 18.00 uur

Bejo Zaden B.V.

Trambaan 1, 1749 CZ Warmenhuizen

Bezoek ons op de

Biobeurs 21-22 januari 2015 Biobeurs Bezoek ons op de

IJsselhallen Zwolle 21-22 januari 2015 Stand 175 IJsselhallen Zwolle Stand 175

T + 31 (0) 226 - 39 61 62

E info@bejo.com


voor woord

Bio in 2030 Wat mij betreft wordt 2015 het jaar van de vernieuwing. Dat is hoognodig want de bio-sector sukkelt een beetje in. We groeien niet echt, we zakken niet, het blijft allemaal een beetje hetzelfde. Ik hoor Arie van den Brand op de eerste ­BioVak in 2007 nog enthousiast roepen: ‘Bio breekt echt door’. Dat is niet echt gebeurd. In alle landen om ons heen groeit de bio-sector harder. Waarom niet in Nederland? Wat hebben zij wat wij niet hebben? Dit jaar is het thema van de Bio-beurs Biologisch in 2030. Is bio in 2030 verdubbeld? Bedraagt het areaal biolandbouw dan vijf procent van het totaal? Is het aantal consumenten dat bio koopt dan opgelopen tot tien procent? Halen we dat? Mijn overtuiging is dat het makkelijk kan. We hebben het zelf in de hand. Het vraagt wel een grondige vernieuwing van onze bedrijfsvoering, van de communicatie naar de rest van de samenleving en een aanscherping van de normen. Er wordt al hard gewerkt op deze drie terreinen. Ik denk echter vaak aan een cartoon die ik ooit zag: een

man staat in de lichtkegel van een lantaarnpaal zijn bril te zoeken. Hij zoekt alleen in de lichtcirkel op de grond, maar zijn bril licht daar net buiten, in de schaduw, en daarom vindt hij hem niet. Zo lijkt het ook met onze sector, we vernieuwen niet voldoende, we blijven binnen de huidige denkwereld werken, binnen de huidige economische wetten en regels. We hebben het maximale binnen de gevestigde orde bereikt en we komen al een jaar of vijf niet verder! Echte vernieuwing moeten we zoeken buiten de lichtcirkel, buiten de gevestigde orde. Het thema van de Bio-beurs is ‘Bio in 2030’. Dat is een goed thema. Ik hoop van harte dat we veel out-of-the-biobox gaan denken en dat bio in 2030 inderdaad verdubbeld zal zijn.

Kees van Veluw hoofdredacteur

colofon ISSN: 0926-9142

Uitgever Jaap van Westering

Hoofdredacteur Kees van Veluw

Eindredactie Bernard Faber

Redactie Maria van Boxtel Eline de Bot Harm Brinks Leen Janmaat

Bladmanager Annemieke Praamstra

Vormgeving Vilarrica bv, Baarn

35ste jaargang nr 1

Aan dit nummer werkten mee

Advertentieacquisitie

Abonnementen

Mirjam Boomkamp, Mirjam van Bree, Dick Boschloo, Maria van Boxtel, Guillaume Counotte, Ingrid Cremer, Toine van Erp, Bernard Faber, Jacques Fuchs, Gerrit Gerritsen, Leen Janmaat, Joris van der Kamp, Lasca ten Kate, Berrie Klein Swormink, John van der Rest, Yvo Sajet, Hindry Schoonhoven, Wijnand Sukkel, Jasper Vink, Kees van Veluw, Marcel Vijn, Remkje Visser, Fransjan de Waard, Helmer Wieringa

Van Westering Groep bv, Baarn T 035-8873531 E sales@ekoland.nl

Ekoland verschijnt 11x per jaar.

Redactie-adres Postbus 696, 3740 AP Baarn T 035-8873531 E redactie@ekoland.nl

Druk

Abonnementen­administratie Van Westering Groep bv Postbus 696, 3740 AP Baarn T 035-8873531 E abonnementen@ekoland.nl ©2015. Het geheel of gedeeltelijk overnemen van artikelen en/of ­illustraties is uitsluitend toegestaan na schriftelijke toestemming van de uitgever. De redactie noch de uitgever aanvaardt enige verantwoor­delijkheid voor schadelijke gevolgen die kunnen ontstaan na gebruikmaking van gegevens uit dit blad.

Ekoland is een uitgave van Van Westering Groep bv

Drukkerij Veldhuis Media, Raalte

www.ekoland.nl EKOLAND | januari – 2015

@vakbladekoland

Een jaarabonnement kan elke maand ingaan en kost € 92,49 (NL) inclusief BTW. Het abonnement wordt ­stilzwijgend verlengd, tenzij twee maanden voor het verstrijken van het lopende abonnementsjaar schriftelijk (kan ook via de website) wordt opgezegd. Indien niet anders is overeen­ gekomen wordt jaarlijks een acceptgiro ter beta­ling van het a ­ bonnementsgeld toegezonden. Adreswijzigingen s.v.p. vijf weken van te­voren schriftelijk opgeven aan de abonne­men­ten­ad­ministratie o.v.v. het oude adres (via de adresdrager of www.ekoland.nl, zie abonnee service).

Los nummer € 8,99 Het volgende nummer van Ekoland verschijnt op 20 februari 2015

5


Opbrengstverschil biologisch en conventioneel kleiner Volgens een nieuw, grootschalig onderzoek van de ‘University of California, Berkeley’ kan biologische landbouw wel degelijk concurreren met de conventionele teeltmethoden. De opbrengst van bio-landbouw ligt weliswaar lager dan die van de conventionele landbouw, maar het verschil is beduidend kleiner dan tot dusver is aangenomen. De universiteit stelde een systematisch overzicht op van ruim 100 vergelijkende studies van biologische en conventionele landbouw. Het onderzoek is daarmee gebaseerd op drie keer zo veel data dan eerder gepubliceerd werk waarin biologische en gangbare landbouw vergeleken worden. De conclusie luidt dat de biologische rendementen gemiddeld ongeveer 19,2 procent lager liggen dan

conventioneel, een kleiner verschil dan in eerdere ramingen. Dit verschil kan nog kleiner worden als de biologische landbouw werkt aan het optimaliseren van de productiviteit. Het telen van verschillende gewassen op één veld en gewasrotatie kan het verschil reduceren tot respectievelijk 9 en 8 procent. De opbrengsten zijn ook afhankelijk van het soort gewas. Er waren geen significante verschillen in de opbrengst tussen biologisch en conventioneel geteelde peulvruchten zoals bonen, erwten en linzen.

Het onderzoek weerlegt de aanhoudende perceptie dat biologische landbouw de wereld niet kan voeden. Ook wezen de onderzoekers erop dat de beschikbare studies vaak bevooroordeeld zijn in het voordeel van de conventionele landbouw.

‘Nedersoja’ snel in opkomst

Oud grasland levert topopbrengsten

Waren er in 2013 nog maar tien Nederlandse sojatelers, vorig jaar waren dat er al 35! Voor WUR-onderzoeker Ruud Timmer is dat een hoopvol teken dat Nederland voldoende ‘echte pioniers’ telt die laten zien dat de teelt van soja in Nederland wel degelijk mogelijk is. Er zit toekomst in het product, omdat de Europese consument niet happig is op de gemodificeerde soja die vooral van het Amerikaanse continent komt. “Behalve naar nóg meer pioniers zijn we nu vooral op zoek naar nieuwe rassen die meer opbrengen en eerder afrijpen”, aldus de in Lelystad werkzame Timmer. Eind november organiseerden Wageningen UR en coöperatie Agrifirm voor de tweede keer een Nederlandse ‘Sojadag’. De sojadagen staan nu nog vooral in het teken van het oplossen van kinderziekten. Vorig jaar ging het bijvoorbeeld over de manieren om het zaaigoed te enten met de bacterie Rhizobium. Die is nodig om voldoende stikstof te kunnen

In Friesland en Groningen zijn bij tien melkveebedrijven op zeeklei jong en oud grasland vergeleken op productie, voederwaarde, bodemkwaliteit en biodiversiteit. De onderzoeksresultaten

6

binden via de wortelknolletjes. Dit jaar gingen de praktische discussies meer over de N-bemesting en over nieuwe rassen, die eerder afrijpen: liever begin dan eind september. Op dit moment oogsten de sojapioniers een kleine drie ton soja per hectare - vergelijkbaar met de oogsten in Brazilië. “Daar is de grond veel goedkoper. Er staat tegenover dat in Nederland geteelde soja GMO-vrij is en een hogere verkoopwaarde heeft. In Nederland kunnen we dus nog echt een slag maken.” Het rendement van sojateelt is vergelijkbaar met zomergranen. Timmer denkt dat het Nederlandse klimaat een toekomst voor soja en andere eiwitgewassen in Nederland niet in de weg staat.

waren verrassend: oud grasland levert vergelijkbare tot hogere opbrengsten op dan nieuw grasland. Bij de behandeling waar niet bemest wordt met stikstof, ligt de productie zelfs bijna 10% hoger. En dat terwijl veel agrarische ondernemers grasland juist vernieuwen om een hogere productie te behalen. In de melkveehouderij is er volop discussie over de waarde van blijvend grasland versus scheuren

en nieuw ingezaaid grasland. Onderzoekster Goaitske Iepema over het project Goud van Oud Grasland: “De aanname dat jong grasland altijd meer oplevert dan oud grasland, gaat met de huidige bemestingsnormen niet meer op. Het koesteren van het organische stofgehalte dat je als veehouder onder je grasland hebt, wordt nog belangrijker.” Bij het onderzoek is op elk melkveebedrijf van een jong en oud grasland de productie gemeten bij 0 en 300 kg N per ha. De opbrengst varieerde bij 0 kg N bemesting tussen de 6,9 en 12,9 ton droge stof per ha. Graslanden ouder dan 20 jaar hadden gemiddeld een hogere opbrengst dan de percelen jonger dan 10 jaar.

Aanpak leverbot verder optimaliseren De aandoening leverbot (een zuigworm in de lever van schapen en runderen) is een blijvend probleem op vooral melkveebedrijven. Daarom hebben Wageningen UR, Louis Bolk Instituut januari – 2015 | EKOLAND


landbouwberichten

en orgANIMprove gezamenlijk gewerkt aan de beheersing van deze ziekte. Doel van het project (met steun van het ministerie van EZ) is het ontwikkelen van een instrument om leverbotknelpunten en risico’s op een bedrijf in kaart te brengen door een expert. En vervolgens een passend plan op te stellen om de situatie op individuele melkveebedrijven te verbeteren. Op dertien melkveebedrijven zijn de problemen geïnventariseerd. Hieruit blijkt dat leverbot volgens de veehouders leidt tot negatieve effecten op de diergezondheid, verminderde productie, magere koeien en verhoogde uitval. Maatregelen tegen leverbot worden in de praktijk niet of niet volledig toegepast, zoals juiste quarantaine, het weghouden bij

een mogelijke besmettingshaard en geen aanvoer van mogelijk besmet rundvee of schapen. Ook het ontbreken van kennis bij de veehouders is een probleem: hoe zien de slakjes er uit en op welk perceel en waar bevinden de mogelijk besmette slakjes zich? In een vervolgonderzoek wordt meer kennis ontwikkeld en passende maatregelen uitgewerkt om leverbot effectiever te bestrijden op het inidividuele bedrijf.

Nieuwe Annex vanaf 1 januari van kracht

Op 1 januari is de nieuwe Nationale Annex van kracht geworden. Dat is de lijst met (sub) gewassen waarvoor geen ontheffing mogelijk is voor het gebruik van gangbaar zaad of pootgoed.

De afgelopen maanden zijn alle expertgroepen weer bij elkaar geweest om het aanbod aan biologisch uitgangsmateriaal te bespreken. Ze hebben aan de hand van objectieve criteria beoordeeld voor welke gewassen het aanbod voldoende is om ze in 2015 op de Nederlandse Annex te plaatsen. De expertgroepen adviseren het ministerie van Economische Zaken en die stelt de Annex uiteindelijk vast.

land staat Groenhorst op nummer 4. Algemeen directeur Truda Kruijer is blij met het behaalde resultaat. “Het is mooi om te zien dat we met elkaar een stabiele kwalitatieve lijn te pakken hebben. Onze teams slagen erin aantrekkelijke opleidingen te verzorgen die studenten aanspreken én aansluiten op de vragen uit de arbeidsmarkt.”

Kijk voor meer informatie op www.biodatabase.nl. Daar is ook het actuele aanbod aan biologisch uitgangsmateriaal voor alle gewassen te vinden Voor vragen kunt u contact opnemen met raaijmakers@bionext.nl

Groenhorst Warm­onder­hof: ‘Topopleiding’ Voor het vijfde jaar op rij is in de Keuzegids MBO 2015 Groenhorst Warmonderhof te Dronten uitgeroepen tot beste AOC (Agrarisch Opleidings Centrum). Landelijk gezien zijn de mbo’ers van Groenhorst het meest tevreden over hun opleiding. Groenhorst Dronten Warmonderhof Opleidingen valt onder het domein ‘Voeding en Teelt’ en mag zich ‘Topopleiding’ noemen. Van alle mbo-opleiders in Neder-

De Drontense school ziet ook een stijgend leerlingenaantal, zowel in de voltijd- als in de deeltijdopleidingen. Groenhorst richt zich op de biologisch-dynamische landbouw, en is hiermee de enige school in Nederland. Ook uit België, Duitsland, Frankrijk en Engeland melden zich studenten aan. Deze gemêleerde groep zorgt voor een bijzondere sfeer binnen de school.

Column

Transitie Negen jaar geleden belde Sjoers de Hoop mij op met de vraag wat ik dacht van een Nederlandse biobeurs? Mijn antwoord luidde: “Alleen als het een ander soort beurs wordt dan een Biofach NL”. Daarna bleef het een tijdje stil. Toen Sjoerd weer belde, kwam hij snel ter zake: “Wat zou jij dan anders willen doen op een biobeurs?” Ik antwoordde: “Het moet een combinatiebeurs zijn met inhoud en veel kennisuitwisseling”. “Goed”, zei Sjoerd, “dan ga jij de kennisuitwisseling organiseren!” Hier begon mijn betrokkenheid bij de BioVak. Het initiatief voor de BioVak beurs zelf kwam van, de in 2014 overleden, Joop de Looze, die zijn sporen als beursorganisator al had verdiend en in de biosector een nieuwe zakelijke kans zag. De eerste beurs kwam met veel getrek en geduw

EKOLAND | januari – 2015

tot stand. Er waren zeker gebreken en ook kritische geluiden, maar het bleek voldoende voor een doorgroei. Na zeven jaren lijkt de pioniersfase nu ten einde te zijn gekomen. De opvolger van de BioVak heet Bio-beurs. Laten we het goede behouden en het beursconcept verder ontwikkelen. Ik wil er hierbij nogmaals voor pleiten om geen Biofach NL te creëren, maar juist de boerencultuur op de Bio-beurs te behouden. Laat de vervolgketen zich maar aanpassen, meestal is dit andersom en voegen de boeren zich naar de handel. Ik wens allen een gezond jaar en een inspirerende Bio-beurs met hoogwaardige biologische catering!

Leen Janmaat 7


www.ecomel.bio

www.zuiverzuivel.bio

Bezoek ons op de Bio-beurs, stand 138! Ecomel en Zuiver Zuivel zijn merken van:


bedrijfsvoering

Welke gevolgen heeft een extra bedrijfstak voor de grondwaarde?

Regels & wetten Deel 6 Hoe om te gaan met (nieuwe Europese) regelgeving

Veranderende grondwaarde De waarde van grond en gebouwen is belangrijk voor de landbouw. Een bedrijf rendeert moeilijk op dure grond. Maar wanneer je ‘meer dan landbouw’ doet, hoe zit het dan met de waarde? Tekst Helmer Wieringa | Foto Dick Boschloo

Bij één onderneming met twee takken zal er nog geen directe belastingheffing plaatsvinden

Helmer Wieringa is adviseur bij Land & Co. Hij ontvangt graag vragen van Ekoland-lezers om te bespreking in deze rubriek. Mail uw vraag naar kopij@ekoland.nl. Uw vraag blijft anoniem! Voor eerdere antwoorden: zie Ekoland.nl en www.landregels.nl

“Ik begin met een tweede tak in een oude stal en richt hiervoor een aparte BV op. Landbouw blijft de hoofdtak. Klopt het dat ik de waardestijging van de grond dan niet fiscaal hoef af te rekenen?” Het Nederlandse belastingsysteem bevordert de voortzetting van familiebedrijven zoals landbouwbedrijven. Ons belastingsysteem belast de waardeverandering van agrarische grond voor de boer of tuinder niet, zolang het als landbouwgrond wordt gebruikt. Deze uitzondering heet de landbouwvrijstelling. Met de landbouwvrijstelling is het mogelijk om zonder belastingheffing grond door te geven aan opvolger, of te verkopen aan een andere ondernemer met een agrarisch bedrijf (er gelden voorwaarden zoals termijn van voortzetting). Ook mag hierbij een lagere waarde dan de marktwaarde of verkeerswaarde worden opgevoerd. In principe maakt dit niet zo veel uit. Behalve als je opeens met de landbouw stopt: dan kan bij verkoop de winst hoger zijn en dus ook de bijdrage voor de fiscus. Uit voorzorg nemen veel boekhouders de verkeerswaarde op de balans op (vaak in stapjes). Deze hogere waarde maakt overdracht soms wel lastiger. Bij omzetting van een agrarisch gebouw voor gebruik voor een tweede, niet-agrarische tak, is waardeverandering van het gebouw en van de grond onder dat gebouw wel aan de orde. Het gevolg is vaak een (interne) waardestijging. Zolang er sprake is van één

EKOLAND | januari – 2015

onderneming met twee takken zal er nog geen directe belastingheffing over de waardestijging plaatsvinden omdat het bedrijf functioneel en economisch als een geheel wordt gezien. Bijvoorbeeld: de kinderen op uw agrarische kinderopvang spelen en ‘werken’ mee op de boerderij, en juist vanwege die opzet kiezen hun ouders voor u. Dat alles bij elkaar hoort, zorgt ervoor dat de waarde(stijging) ook bij elkaar blijft. Drie opmerkingen. 1. Waardestijging wordt ook belast als de stijging is ontstaan doordat de gronden een niet-agrarische bestemming of niet-agrarisch gebruik krijgen. Voor een agrarisch bedrijf dat een neventak start in bijvoorbeeld dagopvang of verblijfsrecreatie, kan de fiscus oordelen dat er sprake is van een waardestijging die buiten de landbouwvrijstelling valt. Als de neventak juridisch of fiscaal wordt afgesplitst, is dit aspect zeker aan de orde. Dat zou het antwoord kunnen zijn op onze vragensteller aan het begin van dit artikel. 2. De fiscus bedoelt met een andere ‘bestemming’ niet het bestemmingsplan, maar op een ander gebruik. Gemeente en fiscus hebben het beide over een ­bestemming, maar ze bedoelen iets anders. 3. Elk bedrijf moet voorsorteren op overdracht ­ ­(opvolging of verkoop) en uw vraag van pensioen. Uw kijk hierop bepaalt ook uw strategie van waardering. 9


NOMINA NOMINATIES TIES

I NN

UW

W

I NN

IN

OU

BO

UW

B

B

O

O

UW OU W

I NN

IN

I

W

OU UW B

UW

BO

I

IN

I

I NN

I

IN UW

O

B O O UW UW

L

2015

CHE

LAND

Workshop •P resentatie van en ­ discussie met de genomineerden ­van de Ekoland ­Innovatieprijs Woensdag 21 januari Starttijd: 16.30 uur - Meerhal 4. Sprekers: de drie genomineerden en gespreksleider Kees van Veluw Maak op woensdagmiddag kennis met de drie genomineerden voor de ­Ekoland Innovatieprijs 2015. Zij presenteren elk, in ongeveer vijftien minuten, hun inspirerende bedrijven aan het publiek en brengen hun innovaties voor het voetlicht. De innovaties zijn soms technisch van aard maar kunnen ook betrekking hebben op het bedrijfssysteem. Tijdens de workshop is er ruimte om vragen te stellen. De volgorde van de presentaties wordt bij aanvang van de beurs bekendgemaakt. Op woensdagavond zal de jury van de Ekoland Innovatieprijs 2015 de namen van de 1e, 2e en 3e prijs winnaars op feestelijke wijze onthullen en de prijs uitreiken. Kom ook en feliciteer de winnaars!

Tekst Maria van BoxteL & Kees van Veluw

10

ATIEPR OV

LO

O

O

IS

BI O

G

2015

2015 ND GIS OC H E L A GI SCH LAND E

BI

BI

Mooie bedrijven, slimme innovaties, uitstekende samenhang: ook dit jaar had de jury het niet makkelijk om uit alle aanmeldingen drie bedrijven te nomineren. De uiteindelijke selectie van genomineerden: de familie Bakker van BakkerBio uit Munnekezijl, Piet Korstanje, Heleen van Elsacker en Tim Moerman van Boomgaard Ter Linde uit Oostkapelle en Jan Wieringa en vennoten van Veld & Beek uit Doorwerth. De jury doorkruiste Nederland van Noord naar Zuid en bekeek kruimelige bodems vol gezonde wormen, proefde romige boter van eigen koemelk en liet het verse perensap langs de kin druipen. Op de volgende pagina’s kunt u alvast kennis met hen maken. Op de eerste dag van de Bio-beurs op 21 januari om 16.30 uur presenteren de drie genomineerde bedrijven zich in een workshop. Om 20.00 uur maakt de jury de winnaar bekend en reiken we de prijzen uit. (zie workshop-kader)

LO

Ekoland Innovatieprijs biologische landbouw 2015

BIO

UITREIKING

JS RI

O

IS C H ND NDB C H E L AE L A

LO

JS

S

L

GIS

D

VATIEP NO N2015

O2015 GI LO S C H LDA N D EN GIS CHE LA

BI

O

S C H2 L A N 15E015 20 G

ATIE IEVPR PRI AT NO IJ OV

BI O

GI

2015

LO

BI

LO

JS RI

S

O

BIO L

2015 2015

O G G I IS SCH C H EL A N DN D B E LA

JS

B

BI O

LAND

JS RI JS

CHE

LO BIO L BI O

LO

IS

VATIEPR I VATIEP O E I T P A R N N IJ OV

NO

JS

TIVEAPTIE VAO RI P NONN

ATIEPRI J OV VATIEPR I NO S

JS RI

BIO G

IES

BeeK & d l e V

Boomgaard Ter Linde

VATIEP

2015

NOMINAT

NOMINATIES NOMINATIES IES NOMINAT N O M S IN IE A T TIES NOMINA NOMINA TIES

Bakke rBio O NN

ATIES NOMINNOMINATIES

BO

TIES

B

NOMINA

januari – 2015 | EKOLAND

2015

GIS

CHE L


Ekoland Innovatie Prijs 2015

NOMINATIES

NOMIN

BakkerBio

E LAN

O

DB

IN

BakkerBio stelt bodem centraal

Bodem en bloemkool

B

akkerBio te Munnekezijl is een akkerbouw- en vollegrondsgroenteteeltbedrijf met zoogkoeien. Het bedrijf is gericht op de bodem, want een gezonde bodem geeft immers gezonde, weerbare planten. Er wordt gewerkt met een ruime rotatie: anderhalf jaar grasklaver wordt gevolgd door late bloemkool, met een tussengewas haver of rogge, aardappelen en een tussenteelt van phacaelia en wikke. Dan weer vroege bloemkool of pompoen, een tussenteelt van haver met klaver, knolselderij of peen en een teelt van glutenvrije haver. Met slimme tussengewassen die passen bij de hoofdteelt bloemkool is de bodem altijd bedekt en is er dus altijd wat te eten voor het bodemleven. De haver past in de glutenvrije graanketen die BakkerBio mee opzette. Bemesting met strorijke mest van eigen zoogkoeien en van geitenbedrijven in de regio voedt de bodemvruchtbaarheid. Niet meer ploegen, niet meer spitten plus beddenteelt met vaste rijpaden, resulteert in een met 30% verminderde mestbehoefte en een 25% lager brandstofgebruik bij een verbeterde productkwaliteit. Vader en zoon Bakker gaan actief op zoek naar nieuwe inzichten, bij projecten van Wageningen UR en Leiden en bij de dichtbij gelegen proefboerderij Kollumerwaard. Ze werken samen met andere telers in ‘BioWad’. Niet meer ploegen: dan zouden de slakken het vast overnemen. Loopkevers zijn de natuurlijke vijanden van slakken, maar die haten ploegen, zo

EKOLAND | januari – 2015

VATI

IN

W

OU

2015 SCH

GI

L

L

GI

NO

BI O

BI O

O

VATIEPR

S IJ

NO

hebben ze geleerd in het project Bloeiend bedrijf. Dat geeft de familie Bakker vertrouwen in natuurlijke oplossingen. BakkerBio ontwikkelt ook eigen technische oplossingen. Met bloemkool als belangrijkste teelt qua omzet, is het tegengaan van de koolvlieg belangrijk. Een schoffelmachine die met luchtondersteuning kleine onkruiden in de rij moet wegblazen, is door de familie Bakker aangepast om de eitjes van de koolvlieg bij het koolplantje weg te blazen. “Werkt wel tegen onkruid maar bij ons is het wegblazen van koolvliegeitjes belangrijker.” Ook op het gebied van breedspoortrekkers op rijpaden met RTK-GPS zijn de Bakkers voorlopers. Met weloverwogen keuzes: van andere boeren namen ze verschillende onderdelen over. Lachend: “Wij zijn goed in knippen en plakken. Daarom hebben we nu de beste trekker die er is, denken we zelf.” De familie Bakker werkt hierin slim samen met proefboerderij Kollumerwaard dat met dezelfde systemen werkt. De familie Bakker experimenteert met teelt zonder aanvoer van dierlijke meststoffen via Planty Organic en blijkt ook bijna klimaatneutraal te werken. De 250 zonnepanelen liggen al op het schuurdak en de energie die ‘over’ is, wordt gedeeltelijk gebruik door de nieuwe elektrische heftruck. En de rest? Een eigen samengestelde bloemkool-oogst machine op zonne-energie? Zo blijft BakkerBio innoveren. www.bakkerbio.nl 11

2015 SCH

EL


genomineerden Bio-beurs 2015

NOMINATIES

R

VATIEP

I

NO

VATIEP

NO

VATIEP

I UW

O

N

G

2015

CHE LANDB

LO

IS

BI O

CHE LANDB

LO

IS

O

G

2015

R

G

IS

2015

R

IJS

UW

I

NO

BI O

LO

CHE LANDB

BI O

LO

IS

N

IJS

BI O

G

2015

R

IJS

N

UW

VATIEP

I

NO

IJS

N

NOMINATIES

UW

Boomga ard Ter Linde

CHE LANDB

O

NOMINATIES

O

NOMINATIES

Piet Korstanje over de biografie van de boom

Topkwaliteit fruit van Boomgaard Ter Linde

P

iet Korstanje, Heleen van Elsacker en Tim Moerman zijn de drie bewogen mensen achter Boomgaard Ter Linde. Ze werken nauw samen met buurbedrijf Loverendale. Piet en Heleen telen sinds 1980 volgens de biologisch-dynamische principes fruit, eerst op het ouderlijk bedrijf in Goes, vanaf 1991 op Ter Linde. Het bedrijf is 18 hectare groot. Ze vertellen hoe het bedrijf zich ontwikkeld. Heleen: “Bijen horen bij een fruitbedrijf, we houden ze volgens natuurlijke principes. Daarbij richten we ons op het gedijen van de bijen. Hun belangrijkste taak is bestuiving. We hebben hagen, vaste planten en bloemenranden aangeplant om het hele jaar door voedsel voor ze te hebben.” Piet: “Bijen integreren je bedrijf ook in de omgeving.” Het woord ‘innovatie’ past niet zo goed bij Boomgaard Ter Linde. Piet: “We zijn veel bezig met continuïteit. Wat je nu plant daar moet je jarenlang van plukken en toch moet het passen in de tijd, in de omgeving en in de economie.” Piet heeft uitgebreid geëxperimenteerd met plantdichtheden en rassen. Teeltmaatregelen hebben invloed op kwaliteit, maar het ras is vaak veel belangrijker. Plantdichtheden van 750 bomen tot bijna 4000 bomen per ha zijn getest en bestudeerd. De ruim geplante bomen die tot hun echte volwas-

12

sen verschijningsvorm uit kunnen groeien en zo hun ‘biografie’ kunnen tonen en de intensief geplante bomen, die als een smal haagje samen opgroeien geven beide een goede kwaliteit fruit. De tussencategorie gaf wat minder vitaliteit te zien. Daarom kiest Piet voor bepaalde rassen de intensievere plantdichtheid, goede fruitkwaliteit is dan gecombineerd met economisch rendabiliteit. Hij heeft ook veel onderzoek gedaan naar de vitaliteit van het fruit, o.a. met het LBI, met Joke Bloksma en met een internationale groep fruittelers. Vitaliteit of, met een ander woord, vormkracht is een moeilijk begrip. Ze testen dat door een stuk fruit te eten en na een meditatief moment jezelf te vragen wat voor beeld dat oproept. Daar wordt een tekening van gemaakt. Piet laat enthousiast een aantal tekeningen zien: de ene lijkt op een mooie ronde appelvorm terwijl de andere op een langwerpig klokhuis lijkt. Door dit met meerdere telers te doen komt naar voren dat een vitale appel een ‘rond klokhuisbeeld’ oproept. Piet ziet dat weer terug in de vitaliteit van de verschillende bomen. Een andere vernieuwing is het onderbrengen van hun grond bij Stichting Avalon, zo blijft de grond voor altijd beschikbaar voor bd-teelt. Zo zijn ze met z’n drieën bezig om het bedrijf in zijn totaliteit te vernieuwen.

januari – 2015 | EKOLAND


Ekoland Innovatie Prijs 2015

E LAN

GI

W

W

2015 SCH

OU

IN O

VATIEPR I

D

B

W

OU D

B

IN

W

OU

B

2015 SCH

L

GI

L

O

D HE LAN

NO

BI O

BI O

2015

ISC

VATIEPR I

E LAN

JS

NO

JS

VATIEPR I

2015 SCH

OU

L

GI

E LAN

Veld & Beek innoveert met consumentgerichte afzet

Groenteteelt in de stal

J

an Wieringa komt niet uit de landbouw, maar wilde toch boer worden. Met doorzettingsvermogen en door de afzet volledig te richten op directe verkoop aan consumenten, bouwde hij toch een gezond bedrijf op. Veld & Beek houdt biologisch melkvee en ossen in natuurgebieden. Alle producten worden rechtstreeks geleverd aan een vaste consumentenkring van ruim 1750 gezinnen: zuivel, vlees en groente. Een uniek en innovatief systeem met zelfbedieningskoelwagens geeft de kringleden de mogelijkheid om elk moment in de eigen buurt hun producten op te halen. Verse zuivel zoals melk, room, boter, maar ook kaas met een natuurlijke korst van lijnolie. Door hun lidmaatschap financieren de leden mee, daarnaast is er grote investeerder, die Jan Wieringa vond via de Quote 500. Er is 12 hectare in eigendom, ruim 400 hectare wordt gepacht van Gelders Landschap, Natuurmonumenten en Staatsbosbeheer. Grote stukken krijgen jaarrond beweiding. Daardoor – en in een denkgroepje van andere boeren – deed Jan Wieringa zijn ideeën op voor de nieuwste innovatie, een ruime vrijloopstal met houtsnipperbodem en gebruik van technieken uit de kasteelt. Een lichtdoorlatend foliedak biedt de mogelijkheid om

EKOLAND | januari – 2015

D

B

BIO

O

VATIEPR I

JS

NO

Veld & BeeK JS

NO

NOMINATIES

IN

NOMINATIES

MINATIES

in de zomer, als de koeien buiten staan, uitstekende kwaliteit groenten te telen in de stal. Dezelfde stal is in de winter weer voor de koeien. Varkens die de stalbodem omwoelen en als opruimers ook de kaaswei opeten, blijft nog even een wens. De melkstal werkt met de innovatieve en nog weinig toegepaste co-pulsatietechniek. Wieringa: “Het melkt sneller en geeft minder uierproblemen.” Een graszaaimengsel met zes grassen, zes kruiden en zes klavers, zorgt tegelijkertijd voor een gevarieerd menu voor de dieren en voor passende natuur. De voederhaag voor het vee groeit al, een voederbos voor mens en dier is nog in de planning. Veld & Beek kijkt goed naar de dieren. “Als koeien veel en gemakkelijk dichtbij kunnen drinken, produceren ze beter.” Het veld met stripbeweidingssysteem staat daarom vol drinkbakken. Ook de weilanden bij huis – op droogtegevoelige grond – krijgen met een spuitboom met sleepslangetjes die zichzelf voorttrekt over ’t land, slim en efficiënt water. Jan Wieringa en de andere vennoten van Veld & Beek blijven innoveren. Duurzaam energie- en watergebruik, ook in de zuivelverwerking met slimme technieken, maakt het bedrijf milieuvriendelijk. www.veldenbeek.nl

13


Comité van de Regio’s omhelst Nederlands advies over aanpassing EU-regelgeving voor bio

Maij: ”Commissie legt risico te eenzijdig bij boeren” De ingrijpende plannen van de Europese Commissie voor het aanpassen van de regelgeving voor biologisch riepen veel reacties op. Onder andere van het Comité van de Regio’s (CoR). Gedeputeerde Hester Maij (Overijssel) stelde als rapporteur voor het CoR een advies op. Aanleiding voor een gesprek met de gedeputeerde, die zelf regelmatig biologische producten koopt. Tekst Bernard Faber | foto Provincie Overijssel

14

Wat zijn de drie sterkste punten van de nieuwe EU-regels voor biologische landbouw? Hester Maij: “De doelen van de Commissie zijn heel positief. Ze wil obstakels voor biologische productie verwijderen, ze wil de ontwikkeling van de interne markt door eerlijke concurrentie bevorderen en ze wil het vertrouwen van consumenten in biologische producten vergroten. Dat zijn op zich goede doelen om na te streven, de plannen ontsporen echter door de nogal rigide manier waarop de nieuwe regels zijn gesteld.” Wat zijn de drie belangrijkste bezwaren vanuit de regio’s tegen deze nieuwe EU-regels? En wat zijn de drie belangrijkste aanbevelingen van de CoR? “De Commissie vergeet dat er grote verschillen zijn tussen de verschillende regio’s in Europa. Ze wil bij-

januari – 2015 | EKOLAND


interview

voorbeeld de parallelle landbouw geheel verbieden, terwijl in sommige regio’s een belangrijk deel van de biologische productie afkomstig is van parallelle landbouw. In Frankrijk zo’n veertig procent. Daar kun je niet met één pennenstreek een eind aan maken. Wij zeggen dat biologische en reguliere landbouw elkaar stimuleren. Je moet dan wel zorgen voor jaarlijkse fysieke controle. Dat is één van de aanbevelingen van het CoR. De Commissie denkt dat je integriteit kunt reguleren en dat je vervolgens steekproefsgewijs kunt controleren. Dat vinden wij onrealistisch. Het tweede punt dat ik wil noemen is de afkeuringsnorm. De Commissie stelt die op nul, maar een biologische boer leeft niet in een vacuüm. Water en wind komen van buiten het bedrijf. Daar heb je als boer geen controle over. Soms is je buurman net aan het spuiten als de wind jouw kant op komt. Wij zeggen: kijk naar de praktijk. Dat wil zeggen dat materiaal en productie-

Plannen ontsporen door de rigide wijze waarop de nieuwe regels zijn gesteld proces aan de regels moeten voldoen om een product als biologisch te mogen bestempelen. De Commissie legt de verantwoordelijk te eenzijdig bij de boeren, dat kan voor individuele boeren grote financiële en sociale gevolgen hebben. Als derde punt wil ik noemen dat de Commissie in een te korte periode naar 100% biologisch uitgangsmateriaal en bemesting wil. Ons bezwaar daartegen is dat de vraag naar deze producten dan groter wordt dan het aanbod. Het streven naar honderd procent biologisch is prima, maar er moet een geleidelijke overgang mogelijk zijn. Het doel van de nieuwe regelgeving is het bevorderen van biologisch, maar het effect zal juist zijn dat het aanbod verminderd. In ieder geval op de korte termijn. Dat vinden wij onwenselijk.” De CoR vraagt om een budget ter ondersteuning van de regio’s bij het invoeren van de nieuwe regelgeving. Heeft een sector die met bijna 10% per jaar groeit wel extra steun en financiering nodig? “De Commissie vraagt aan de regio’s om een aantal zaken te regelen. Ze geeft aan dat dit gefinancierd kan worden uit het budget van het Plattelandsontwikkelingprogramma POP3. Ons bezwaar daartegen is dat deze budgetten al een bestemming hebben. In de praktijk is het niet mogelijk deze budgetten te herbestemmen. Dit is een nieuwe vraag en daar hoort een nieuw budget bij. Bovendien vinden wij het niet juist dat het financiële risico van de nieuwe strenge regelgeving geheel bij de boeren zou komen te leggen. De overheid zou een deel van het risico moeten dragen.” EKOLAND | januari – 2015

In de aanloop naar het wetsvoorstel heeft de Europese Commissie het publiek geconsulteerd met behulp van een online enquête. Dit resulteerde in 40 duizend reacties. Hester Maij hierover: “Dat klinkt indrukwekkend, maar bij een online enquête is het verstandig om na te gaan waar de reacties vandaan komen. In dit geval bleek achteraf dat zo’n zeventig procent van de reacties afkomstig was van een nogal principiële groep uit Frankrijk. Hun mening klinkt onevenredig zwaar door in de huidige voorstellen.”

Het laatste nieuws is dat er voorlopig niet wordt ­gestemd over de nieuwe regels. Wat wordt nu de nieuwe procedure? “De Landbouwraad heeft op 15 december jl. een wettelijk bindend deelakkoord over de eerste negentien artikelen verworpen, omdat de zorgen over het zwakke voorstel van de Commissie te groot waren. De volgende dag is de zogenaamde Timmermans-lijst gepubliceerd met wetsvoorstellen die als overbodig worden gezien. De nieuwe wetgeving voor biologische productie staat daar ook op. De Commissie AGRIFISH, die het wetvoorstel heeft opgesteld, moet nu binnen zes maanden met een nieuw voorstel komen, anders is het hele voorstel van de baan. Alle organen die het recht hadden om iets te zeggen van het wetsvoorstel waren kritisch. Bovendien komt het Europese Parlement ook nog met adviezen.” Hoe ziet u de toekomst van de landbouw, bio en niet-bio, in uw regio? “Net als in veel andere regio’s zien we in Overijssel twee ontwikkelingen, enerzijds boeren die grootschalig produceren voor de wereldmarkt en anderzijds boeren die zich richten op de regio. De ontwikkelingen gaan razendsnel, en de landbouwsector is bijzonder innovatief. De vraag voor de overheid is welke type landbouw waar kan plaatsvinden. Voor deze provincie is landbouw heel belangrijk, economisch, maar ook voor het landschap. Niet alles kan overal. Het coulissenlandschap van Noordoost Twente vraagt bijvoorbeeld om een veel kleinschaligere invulling dan het polderlandschap in Noordwest Overijssel.” Eet u zelf biologische producten? “Jawel, maar ik zoek er niet speciaal naar. Ik ben een etikettenlezer, ik houd ervan om te weten waar mijn eten vandaan komt. Ik zoek naar goede kwaliteit producten, die lokaal zijn geproduceerd, en zo kom ik vaak uit bij bio. Het vlees in de vriezer komt van een boer een dorp verderop en ik koop regelmatig biologische kaas op de streekmarkt. En biologische groenten smaken in veel gevallen ook beter.” Debat • Biologische regelgeving: klaar voor de toekomst? donderdag 22 januari | 12.30 uur | Hanzezaal Met Hester Maij en Marco Schlüter. En paneldiscussie met leden Tweede Kamerleden en Europees parlement. 15


Compost maakt akkerbouw en tuinderij minder afhankelijk van dierlijke mest

COMPOST POWER De kringlopen sluiten, is het streven vanuit Biohuis, vandaar het voorstel om volgend jaar het aandeel A-meststoffen te verhogen. Plantentelers worden hiermee afhankelijker van veehouders die dierlijke mest leveren of ze moeten hun meststrategie aanpassen door gebruik te maken van groenbemesters, maaimeststoffen en andere plantaardige bronnen. Groencompost (A-meststof) blijkt een goede vervanger voor dierlijke mest, maar heeft wat extra tijd nodig om zijn bemestende werk te doen. Tekst Leen Janmaat foto’s Louis Bolk Instituut & FIBL Jacques Fuchs

H

umus is een sleutelelement voor duurzame bodemvruchtbaarheid. Humus is van wezenlijk belang voor de buffercapaciteit van de bodem met betrekking tot onder andere nutriënten, vocht, lucht en zuurtegraad. Een hoger organische stofgehalte draagt ook bij aan een rijker bodemleven en een goede bodemstructuur. Humus wordt gevormd bij een gunstige, aerobe (zuurstofrijke) microbiële activiteit tijdens de compostering en in de bodem. Verzuring treedt op bij een ongunstige microbiële afbraak in zuurstofarme omstandigheden. Een goede lucht- en waterhuishouding is één van de belangrijkste aspecten die verzuring en uitspoeling van nutriënten tegengaan. Verzuring gaat samen met de uitspoeling van de basen Ca, Mg, K en Na. Compost werkt basisch en draagt bij aan het op peil houden van de pH van de bodem. Compost is in vele soorten en maten verkrijgbaar, maar kan ook op eigen bedrijf worden bereid. In Vlaanderen zijn afgelopen jaren experimenten

16

januari – 2015 | EKOLAND


Bodem

onder meer dierlijk mest. Hieruit bleek dat boerderijcompost, net als stalmest bijdraagt aan de organische (kool)stofopbouw. Vergelijkende behandelingen met snelwerkende organische bemesting (drijfmest, organische handelsmeststof) resulteerden niet in hogere gewasopbrengsten in vergelijking met objecten met traag werkende bemestingsvormen. De extra aangevoerde minerale stikstof vanuit de snel werkende bemestingsvormen werd niet door de plant benut maar teruggevonden als stikstofresidu in het bodemprofiel aan het einde van de teelt (kg nitraatstikstof per ha in het bodemprofiel van 0 tot 90 cm). Uit dezelfde driejarig proefopzet bleek een gift van 15 ton boerderijcompost per ha per jaar voldoende om het bodem organische stofgehalte in stand te houden. Opbrengstverhogingen door de jaarlijks herhaalde toepassing van boerderijcompost (50 m3 per ha per jaar) in een meerjarig proefopzet (UGent, 2004-) kwamen voor vanaf het vierde onderzoeksjaar bij verschillende gewassen. Het opbrengstverhogend effect bleek niet enkel uit te gaan van de extra stikstofvoorziening maar ook van een verbeterde bodemcondities (lagere bodemdichtheid en verhoogde aggregaatstabiliteit).

gedaan met boerderijcompost (ILVO 20082011). Naast de bereidingswijze is met name gekeken naar de toepassing. Boerderijcompost wordt op het landbouwbedrijf zelf geproduceerd met bedrijfseigen organische resten. Deze kunnen zowel plantaardig (bijv. gras, preiresten, tomatenloof, stroresten) als dierlijk (bijv. stalmest, kippenmest) van oorsprong zijn. Op deze manier valoriseert de landbouwer zijn reststromen tot een bodemverbeterend middel en worden nutriĂŤntenkringlopen lokaal gesloten. Inagro volgde de effecten van compostbemesting en vergeleek deze met

De landbouwer valoriseert zo zijn reststromen tot een bodem­ verbeterend middel.

Controle van de vochtigheid compost tijdens en na het composteringsproces

te nat

EKOLAND | januari – 2015

Groencompost wordt doorgaans aangekocht en soms voor specifieke doelen gebruikt. Zo zaaien sommige akkerbouwers in Flevoland onder andere uien in een laagje compost. Naast een betere opkomst van het gewas zorgt de compost voor minder onkruid in de rij. Door gebruik van groencompost wordt ook de bodemvruchtbaarheid voor langere termijn verzorgd. Afhankelijk van het toepassingsdoel stelt de teler zijn eisen aan de geleverde compost. Soms ligt het accent op de bemestende waarde, maar meestal wordt compost ingezet voor behoud van organische stof in de bodem en verbetering van de bodemstructuur. Het gebruik van compost dient meerdere doelen. Afhankelijk van het hoofddoel

OK

te droog

17


op de m o k l e w e t r ha U bent van Standnummer A.116


Bodem

Verschillende compostsamenstellingen

In intensieve teelten wordt compost tevens gebruikt om het bodemleven te versterken en daarmee de ziektewering te vergroten.

In het praktijknetwerk compostcomposities zijn verschillende varianten compost gemaakt met als doel de zietewerende werking te bepalen na toepassing.Na ca. 10 weken was de compost klaar voor gebruik.Links: strocompost met stro en runderdrijfmest en rechts groencompost Bioverbeek.

zal de samenstelling kunnen verschillen. In de volle grond kunnen de doelen worden opgesplitst: 1 Aanvoer organische stof / verhogen organische stofgehalte; 2 Verbeteren van bodemstructuur, beworteling en waterbufferend vermogen; 3 Aanvoer van mineralen voor lange- en korte termijn; 4 Voorkomen winderosie / onkruid onderdrukking; 5 Versterken van het bodemleven (ziektewering) Voor toepassing in de akkerbouw is er voor het bepalen van compostkwaliteit een eenvoudige methode ontwikkeld in de vorm van zogenaamde scorekaarten. Voor de intensieve teelten onder glas is onlangs de brochure Compost-composities verschenen, beide zijn te vinden op de website van het Louis Bolk Instituut. Via Biokennis zijn onlangs twee Biokennisberichten (5 & 6) verschenen (zie www.biokennis.nl).

Andere indicatoren die bepalen of de compost aan de gebruiksdoelen voldoet:

Richtlijnen voor het fysiek beoordelen van ­compostkwaliteit:

Testen die een indicatie geven van o.a. de rijpheid:

• De geur van goede compost kan uiteenlopen van neutraal tot bosgeur. Een compost die sterk naar rotte eieren ruikt bevat veel zwavel. Dit duidt op een slechte compostering. Een compost die sterk naar ammoniak ruikt is instabiel en nog niet rijp. • De kleur van een goede compost kan variëren van donkerbruin tot bijna zwart. Asgrijs en gitzwart wijzen op een te warm composteerproces (verbranding). • De structuur is een indicator voor de werking en werkingsduur van de compost. Een grovere compost draagt bij aan een directe structuurverbetering. Daarnaast zal grovere (doorgaans jongere) compost, langer in de grond te vinden zijn. Het verteren vraagt om stikstof. Een fijnere compost zal doorgaans beter verteerd zijn en daarom nauwelijks stikstof verbruiken na toediening. Het vochtgehalte kan bepaald worden door een hand compost fijn te knijpen (zie illustratie op de vorige pagina). EKOLAND | januari – 2015

• De afgezeefde maat en de fractieverdeling zijn belangrijk voor de werking van de compost op de bodemstructuur. Voor een zo goed mogelijke directe verbetering van de bodemstructuur zonder dat de compost té grof wordt, dient de compost afgezeefd te zijn op 20 mm. • Organische stofgehalte. De organische stof in de compost heeft ook een indirecte werking op de bodemstructuur. Compost kan veel grond bevatten waardoor het organisch stofgehalte tegenvalt. • Rijpheid en stabiliteit. Compostering is veelal een afvalverwerkingactiviteit. Het proces wordt soms in korte tijd doorlopen waarbij onvoldoende tijd is voor afrijping. Instabiele compost heeft een negatieve werking op het bodemleven met risico op schade.

• De C:N-verhouding. Een hogere C:N verhouding vraagt meer stikstof en tijd om verteerd te worden en heeft dus langer effect op de bodemstructuur. Een lagere C:N-verhouding vraagt minder stikstof maar is eerder verteerd. • De hoeveelheid stikstof is bepalend voor de landbouwkundige waarde wanneer het hoofddoel bemesting is. Sommige GFT-composten kunnen tot wel 10 kg stikstof per ton bevatten. Groencompost bevat minder stikstof. • De verhouding stikstof: fosfaat is medebepalend voor de bruikbaarheid. Een compost waarbij de verhouding tussen stikstof:fosfaat nagenoeg 1:1 is, is landbouwkundig minder aantrekkelijk. Door de toediening van de compost is de fosfaatruimte snel gevuld en is er geen mogelijkheid meer om fosfaathoudende meststoffen aan te voeren. Een fosfaatarme compost heeft een stikstof:fosfaat verhouding van rond de 1:0,2. Fosfaatrijke compost een stikstof/fosfaat verhouding van rond de 1:0,75.

Workshops •S ave our soils woensdag 21 januari 13.30 | Hanzezaal • De bodem als basis donderdag 22 januari 11.00 | Meerhal 1

19


Ontmoet

W ARMONDERHOF.NL moNDER

o

UW

EN

47

AR

BEB

19

HoF

WAR

werk met zin

EN & BE W

Informatiedagen 12 maart

16 april

21 mei

warmonderhof.nl

11 juni


inleiding

Bio-beurs inleiding

“We willen meer dan we nu budgettair kunnen” Voor de leden van het Biohuis start de Bio-beurs met de jaarvergadering. Gevolgd door een groot debat onder de titel ‘Op weg naar 50 jaar biologische en 100 jaar bd landbouw in Nederland’. Jan Jaap Jantjes is sinds een jaar voorzitter van het Biohuis, met hem blikken we terug op 2014 en kijken we vooruit naar 2015. Tekst Bernard Faber | foto fam Jantjes

Ben je tevreden over de resultaten van 2014?

Jan Jaap Jantjes: “Ja. We hebben stevige lobby gevoerd tegen de EU-plannen voor een nieuwe wetgeving en met een positief resultaat. Als tweede succes noem ik de verhoging van de A-meststoffen van 60 naar 65 procent. En als derde de regiobijeenkomsten waar we dit jaar mee zijn begonnen om ons netwerk te versterken.”

Wat zijn de sterke punten van het Biohuis?

“Het Biohuis behartigt de belangen van alle biologische boeren. Het is uniek dat wij sectorbreed, van biologische melkschapenhouders, tot de melkveehouders, tuinders, fruittelers en akkerbouwers, samen standpunten kunnen delen en bepalen. Dat is op zich al een goede reden om aangesloten te willen zijn. Door die brede vertegenwoordiging kunnen we een hele stevige lobby voeren.”

Waar liggen de zwakke punten?

“We willen meer doen dan we nu budgettair kunnen. Daarom gaan we vanaf komend jaar effectiever proberen samen te werken met Bionext en LTO, o.a. door taken beter te verdelen over competente mensen binnen de orga­ nisaties.” EKOLAND | januari – 2015

Waar liggen de grootste uitdagingen voor het Biohuis?

“De ontwikkeling van bio verder helpen, zowel kwantitatief als kwalitatief. Samen met Bionext hebben we een EU-subsidie aangevraagd voor een driejarige promotiecampagne om de herkenbaarheid van het EU bio-keurmerk bij het publiek te verbeteren. We willen biologisch ook duurzamer maken door verdere verbetering van dierenwelzijn en het stimuleren van biodiversiteit en een duurzaam energieverbruik. Als organisatie willen we toegroeien naar zo’n duizend leden.”

Het aantal bio-boeren schommelt al jaren rond de 1500 bedrijven. Wat belemmert een sterke groei van het aantal bedrijven?

“Vooral door marktomstandig­heden. Gangbare melkveehouders en akkerbouwers verdienden de laatste jaren goed, dat remt de omschakeling. Misschien dat door het wegvallen van de melkquota de prijzen weer meer onder druk komen te staan. Overigens zie ik wel wat akkerbouwers in omschakeling. Misschien is dat het begin van een trend.”

Stel je hebt 10 miljoen euro voor het Biohuis, wat ga je als eerste doen?

“Ten eerste, het opzetten van grootschalige promotie van het bio-keurmerk onder

consumenten. Ten tweede, het organiseren van bijeenkomsten waar boeren en burgers samen kunnen praten over de ontwikkeling van biologische kwaliteit. En ten derde het vergroten van het vertrouwen in biologisch door meer te laten zien wat we doen.”

Wat verwacht je van de komende Bio-beurs? Wanneer is die voor jou geslaagd?

“Ik hoop erg op een hoger aantal bezoekende boeren dan de laatste jaren. De Bio-beurs is een inspiratiebron, een plek waar je collega’s en afnemers uit de hele sector kunt ontmoeten. Daardoor krijg je ideeën en inspiratie voor je eigen bedrijf. Ik roep alle boeren en tuinders dan ook van harte op naar de Bio-beurs te komen.

Jaarvergadering • Biohuis - ledenvergadering Woensdag 21 januari 10.00 uur | Hanzezaal

Debat • Op weg naar 50 jaar biologische en 100 jaar BD landbouw in Nederland Woensdag 21 januari 11.45 uur | Hanzezaal 21


Nieuws Jongeren gespot op de Bio-beurs! Ben je jong, idealistisch en jeuken je handen om de toekomstige landbouw vorm te geven? en gaan de huidige landbouwproblemen je aan ‘t hart? Dat hebben wij nou ook! Daarom hebben wij ons verenigd onder de noemer ‘BioJong’.

E

ders’ willen doen, laten zien dat ze er niet en viertal organisaties met maar alleen voor staan, maar bij een beweging één wens: de toekomst van de landhoren!”, aldus een mede-oprichter van de bouw vorm te geven. En jij bent niet de vereniging Toekomstboeren. enige die geïnteresseerd is, ook dit jaar is er weer een stijging van 25 procent in het “Als je droombaan ‘boer’ is” aantal nieuwe studenten op de enige Biologisch Dynamische school in Nederland. Theatergroep het Inspringtheater neemt je mee in de wereld van een net startende Youth Food Movements schieten als padboer in de interactieve workshop. Nadenstoelen uit de grond. Op de Wagenintuurlijk kom je als jonge boer (in gen Universiteit schreven ten om meer te leren over de biologische “Werken op een spé) onverwachte obstakels tegen. landbouw. Na één week vol met theorie meer dan dertig studenten zich in voor het nieuwe vak boerderij? Tijdens je Spelenderwijs en samen met het en twee weken de handen uit de mouwen vakantie? YES I DO” publiek gaat het Inspringtheater permacultuur! gestoken te hebben, schreven de studenDeel­nemer van de FEI. op zoek naar oplossingen. Het ten een reflectieverslag. De titels spraken Inspringtheater is onderdeel van What’s going on?! boekdelen; ’Pittige kippen van tuinderij stichting Boerengroep. Deze stichting Tijdens de workshop van de Biologisch de Stroom’, ‘Strawberry fields forever’ & vormt een brug tussen landbouwprakDynamische jongerenvereniging zullen ’Soooo much inspiration’. tijk en landbouwtheorie door middel drie innovatieve BD boeren aan de kaak van lezingen, debatten (bijv. over TTIP), gesteld worden om hun succesgeheim Tot slot nog een interactieve workshop protesten (bijv. tegen TTIP), cursussen te onthullen in een ‘DWDD’ setting. Ze van de Europese beweging voor jonge inworden geïnterviewd op interactieve wijze en excursies in samenwerking met Wage- novatieve boeren Future Farmers Moveningen ­Universiteit. met als publiek jongeren van BD Jong en ment. Zij zouden graag de uit“Met de juiste de vereniging ‘Toekomstboeren’. Deze wisseling van informatie voor kruiwagens is “Let’s make your hands dirty!” workshop sluit nauw aan bij de focus van en door jonge innovatieve boealles mogelijk” Eén van de mooiste activiteiten is de net opgerichte vereniging. Zij willen ren willen faciliteren en hun namelijk jonge boeren (in spé), burgers en de zomercursus ‘The Farm Expe- Geïnterviewde boer. belangen willen behartigen. rience Internship’ met als motto. organisaties inspireren door initiatieven Kom langs, laat je inspireren, van jonge boeren te laten zien die vooruit- Waarbij studenten én niet-studenten met wordt actief en krijg de landbouwkriebels ondersteuning van de Stichting Boerengang zoeken in natuur of maatschappij! tijdens onze workshops donderdag 22 jagroep een heus vak voor zichzelf opzet“We willen nieuwe boeren, die het ‘annuari op de BioVak.

PlantyOrganic presenteert zich op het Bodemplein

Mei 2014, Pablo Tittonell bezoekt proefveld PlantyOrganic

22

De Stichting Proefboerderijen Noordelijke Akkerbouw (SPNA) presenteert samen met de vereniging van noordelijke biologische akkerbouwers ( BioWad) tijdens de Bio-Beurs op het Bodemplein de resultaten uit het onderzoek Planty Organic. Planty Organic is een onderzoek naar een innovatief (biologisch)landbouwsysteem dat zichzelf voorziet van (plantaardige) stikstof en daarmee 100% zelfvoorzienend is. Er wordt dus geen dierlijke mest en kunstmest stikstof gebruikt. De proefvelden (in totaal vijf hectare) liggen op de proefboerderij Kollumerwaard in Munnekezijl (op de grens Groningen/Friesland). Sinds de start van het onderzoek in 2011 is er veel kennis opgedaan. Het blijkt dat een plantaardig systeem werkt; het is gelukt om dit systeem te integreren in een ploegloos-systeem met een rijpadensysteem en er is meer zicht en inzicht in de stikstofdynamiek. Kom naar het Bodemplein tijdens de Bio-beurs voor uitgebreide informatie over dit bijzondere onderzoek! Bekijk ook www.biowad.nl. januari – 2015 | EKOLAND


THEMAPLEINEN op de bio-beurs Niet te missen op de Bio-beurs zijn de themapleinen. Ze bruisen van biologische bedrijvigheid. Laaf je hier aan lekkernijen, doe inspiratie op bij enthousiaste jonge ondernemers, laat een bodemmonster onderzoeken en verbaas je over een schat aan streekproducten. Regionale producenten op het Streekplein

Zeldzaam lekkere biologische producten uit de regio krijgen dit jaar weer volop aandacht op het Streekplein. Bezoek de rijk gevulde kramen en ontmoet de ambachtelijke producenten. Romig ijs, bijzondere eieren van Veluwse kippen of smaakvolle kaas en mals vlees van runderen uit natuurgebieden. Al deze producten zijn te zien, te ruiken en te proeven op het Streekplein en bij de Boergondische chef-kok die er de lekkerste proefhapjes van maakt. Het Streekplein biedt, naast bijzondere producten, een uitgelezen workshopprogramma over rechtstreekse verkoop en slimme vermarkting. Het Streekplein is dé bestemming voor iedereen met vakmatige interesse in bijzondere en zeldzaam lekkere biologische producten.

Bodemprofielen en b ­ odemspreekuren op h ­ et Demeterplein

2015 is het internationale Jaar van de Bodem. Dit komt goed tot uitdrukking op het Demeterplein, de bio­dynamische landbouw is van oudsher voorloper waar het gaat om versterking van het bodemleven. Met levensgrote bodemprofielen uit het Wagenings ­bodemmuseum en profielen van ­bodems van bekende biodynamische bedrijven is het plein een interessante leer- en ontmoetingsplek met als centraal thema levende bodems als basis van een gezond landbouwsysteem. Drie bodemkundigen geven uitleg. In het bodemlab kunt u ter plekke de actieve or-

Kopstukken uit de Dutch Cuisine op het Foodplein

Lekker eten krijgt een centrale plaats op de Bio-beurs. In het restaurant en op het Foodplein wordt gekookt door kopstukken van de Dutch Cuisine, zoals Albert Kooy en Niven Kunz. De uitgangspunten van de Dutch Cuisine zijn dat een gerecht niet alleen zeer smaakvol, maar ook duurzaam, diervriendelijk, gezond en eigentijds moet zijn. Verse groenten spelen de hoofdrol, vlees en vis worden vaak als garnituur gebruikt. Ingrediënten komen zoveel mogelijk uit de eigen omgeving en passen bij het seizoen. Deze uitgangspunten, die o.a. gebruikt worden door het Koksgilde, sluiten naadloos aan bij die van de biologische teelt en voedselproductie. Op de Bio-Beurs komt de Dutch cuisine tot leven in kookdemonstraties, workshops, inleidingen, en natuurlijk veel proeverijen. Het volledige programma staat in deze beursspecial op pagina 28-29. Ook vinden op het Foodplein de prijsuitreikingen plaats van drie verkiezingen: de Ekoland Innovatieprijs en de publieksverkiezingen Favoriete Biowinkel en Favoriete Bioproduct.

ganische stof van uw grond laten meten. Dat is het deel van de organische stof die bijvoorbeeld mineralen buffert. Voor de test is 50 gram grond voldoende, liefst thuis even op de ­kachel of verwarming gedroogd.

Nieuwe generatie op het Ondernemersplein

De Bio-beurs wil de nieuwe generatie boeren en tuinders een podium bieden. Juist die nieuwe generatie, vaak met een nog relatief klein bedrijf, moet de kans hebben op de beurs zichtbaar aanwezig te zijn. Op het Ondernemersplein in hal 2, bij het Foodplein, kun je de nieuwEKOLAND | januari – 2015

komers in de sector ontmoeten. Op de presentatietafels staat de naam van het bedrijf. Ben je benieuwd welke bedrijven dit zijn en hoe ze de biologische afzetmarkt gaan bestormen? Loop dan zeker even langs.

23


exposanten-overzicht 2Food H.340 AB Oost E.202 Abrahams Mosterdmakerij P.271 ABZ Diervoeders F.249 AC Loogman B.124 Agrico A.114 Agrifirm B.129 Agrio F.240 Agrisun BV F.238 Agrodust E.197 Agromix C.143 AgruniekRijnvallei Holding B.V. E.213 American Food Service BV C.148 Andela techniek I.359 Aqua Aurora C.147 Aurora A.102 Bakkerij Ad van der Westen D.187 Bakkerij Bulthuis A.103 Bakkerij Carl Siegert Fpl. P Baltussen Conserven B.137 Bastiaansen Bio Kaas B.132 BD EKO D.186 BD-Totaal H.334 Bejo zaden D.175 BetterCandy C.160 Bewustwinkelen.nl F.233 Bickery Food Group H.322 Bingenheimer Saatgut AG G.303 Bio Beats H.341 Bio+ B.137 Biobackstube Ahaus GmbH C.150 Biobalie BV en Kempisch Landvarken I.371 BioBite Eerlijk & Stoer I.356 BioBrass B.137 Biodivers BV H.337 Biofruit A.104 Biohuis D.186 Biojournaal D.266 Biokäsegroßhandel E.216 bioKennis E.211 Biologische bakkerij Verbeek A.103 Biol. Pluimveehouders Ver. B.140 + C.141 + D.186 Biomühle + Kräuterfutter GmbH A.101 Bionext D.186 Bioplant D.186

BioRey B.127 Biosano G.303 BioSpirits BV H.324 Biotelli I.371 BioToko P.333 Biowad D.186 Biowinkelvereniging D.186 Bioworld E.221 Boot Koffie Fpl. R Carel Bouma Biol. Poot- en Plantgoed A.106 Centrum Landbouw en Milieu F.244 Chocolatemakers C.152 Clearspring A.117 Commandeur D.168 Control Union Certifications B.V. E.200 Coöp. Ver. Biomeerwaarde Ei B.140 + C.141 Corn Candies BV F.242 Countus H.336 Crehumus F.247 Crown of Holland D.172 CTG Cooperative des Teintures C.153 CWA b.v. D.165 Cz Rouveen B.132 De Bolster BV D.180 De Eendracht C.142 De Eng A.110 De Graanrepubliek I.371 De Groene Geit D.186 De Groene Kookacademie P.331 De Groene Weg B.137 De Groene Welle F.252 De Grote Kamp G.319 De Halm D.171 De Hobbit nv D.163 De Jong Machines I.358 De Kaasfabriek P.271 De Kassa C.159 De Leckere Fpl. S De Mekkerstee E.199 De Natuurweide D.177 + D.186 De Nieuwe Band A.119 De Olmenhorst H.322 De Ridder & Den Hertog F.235 De Schakel B.127 De Vreugdehoeve P.270

De Watermolen H.341 Deli Harmony E.265 DeliSouth P.276 Demeterplein H.328 Detasoft E.224 Digi Nederland B.V. H.342 DLV-plant-GreenQ E.207 Dream IT/Flexibelt C.146 Dutch Cranberry Group BV P.275 Eco Fields G.301 Ecobulbs I.364 Ecol. Landbouw Projecten Ghana (ELPG) F.261 Ecomel B.138 Efficiene Export F.263 Egesun GmbH C.154 Ekoholland C.268 Ekoland D.185 Ekoplaza D.188 Elements BVBA P.272 Elshof fruit B.V. C.157 EM Agriton E.225 + F.245 + F.246 ENVO-DAN ApS F.259 Eosta D.167 Estafette Odin BV H.321 Evolis Nederland B.126 Extract BV C.149 Fakkert Biologische Voeders A.107 FBBF D.186 Flevolof B.V. D.184 Food4Good E.264 + I.264 Frato mechanische onkruidbestrijding I.363 Frenchtop Natural Care Products BV D.169 Friesland Campina B.138 Fris Gedroogd Fruit E.222 Frisian Motors F.237 FZ Organic Food Fpl. O + B.133 Geitenb’ij Hansketien, geitenvlees.com, ea I.371 Ghee Easy B.V. I.356 Glutenvrij Totaal B.V I.370 Goede Vissers I.371 Gourmet BV E.195 Green Organics B.V. H.320 Green Your self P.277 GreenAge A.112 Groeibalans F.244

Advertenties

R

UITNO Groothandel in biologische aardappelen, groenten, fruit en uien.

DIGING Bio-beurs 2015

Bezoek ons op de Biobeurs in Zwolle op 21 en 22 januari a.s. Standnr: B.127

Specialist in biologisch AgruniekRijnvallei Biologisch is een van de weinige voerleveranciers die biologische voeders voor alle diersoorten zelf produceert. > Bio-beurs 21 en 22 januari > IJsselhallen, Zwolle

Efficiënte ecologische landbouw – www.biorey.nl AgruniekRijnvallei Biologisch B.V. Rijnhaven 14, Postbus 610, 6700 AP Wageningen, T 0317-499575, F 0317-499590 biologisch@agruniekrijnvallei.nl, www.agruniekrijnvallei.nl

adv_bio-beurs_90,5x60.indd 1

29-12-14 10:27


Groen Agro Control D.173 Groene Veredeling E.212 Grow Group E.194 H.O. Vlamings B.V. E.198 HAK schoffeltechniek A.116 Happy coco I.356 Havelaar & ZN A.116 Hazera F.248 Heilige koe C.161 Hellas Bio Net B.128 Het Bijenhuis H.337 Het Blauwe Huis B.121 Het Houtje I.356 Het Packhuys E.205 Hevel Vacuum B.V. A.105 HOAF Infrared Technology A.115 Hoogpak Drachten H.335 Horizon natuurvoeding B.V. F.255 Huis Ter Mee B.V. D.176 IDOrganics B.V. E.209 Illimani Fpl. V Imkerij de Traay F.254 Jan Gotjé Noten E.229 Jongerius E.214 Kaasboederij Ravenswaard I.371 Kemper Kip B.137 Klean Kanteen P.272 KleinsteSoepfabriek Fpl. E Kopersporen F.247 Kramer BV I.362 Kroon Biologische Verswaren A.112 La Vie Est Belle C.145 Land&Co H.328 + I.371 Landbouw service Ens I.360 Landgoed Heerlijkheid Marienwaerdt C.162 Landgoed Kraaybeekerhof H.328 Landschap Overijssel I.371 Lankerenhof I.371 Leev.nu B.V. E.196 Level One Uitzendbureau B.122 Leven met Straling I.367 Lever. ver. Biomeerwaarde Kip B.140 + C.141 Lixero Retail BV F.257 LLTB D.186 Locafora I.371 Loonbedrijf Gebr. De Lange I.357 Louis Bolk Instituut E.208 Lovechock D.267 LTO Glaskracht & LTO Noord D.186 Lunaeterra A.108 Machandel G.304 Machinefabriek Boessenkool B.V. F.236 Margan Europe Coöperatie I.368 Martho Flexwerk E.219 Mechanisatie Nanne Kooiman A.115 MEM Benelux B.V. B.131 MenuNatuurlijk H.339 Mercadero P.279 Mertens P.278 MijnWetgeving.nl I.356 Mr. Jones Fpl. G Multi Tool Trac F.236 EKOLAND | januari – 2015

Natrada B.V. A.111 Natudis A.108 Nature’s house bv I.369 Naturelle B.137 Natuurlijke Geneeswijzen P.332 Natuurmonumenten I.371 Natuurslagerij Rob Rijks I.371 Natuurvlees Dobbelaere BVBA C.144 Natuurwinkel A.108 Naus Kisten en Pallets B.V. E.193 Nautilus Organic D.183 Neleman B.120 Netwerk Biologisch InfoCentrum I.371 Noble House B.134 NVPM D.186 O.I.D. De Dageraad A.102 Odenwald Fpl. T Olmenhorst Landgoed keuken F.262 Ondernemersplein I.356 Onoff spices! C.158 Orga power compostproducten P.274 Organic Flavour Company B.V. A.118 Organic Forest Polska F.244 Organic Goatmilk Coöperatie U.A. D.179 Organico Realfoods F.253 OTC Holland D.170 Pacae I.356 Partij voor de Dieren E.228 Permacultuur Coöperatie Nederland F.247 Pireco F.241 Plant Health Cure BV E.203 Pluimveepraktijk de Achterhoek C.143 Post Hetruckcentrum E.231 Précon Food Management D.178 Premium Foods P.330 Prisma D.186 Producten Beste Bio product H.327 ProfytoDSD F.241 PRP Technologies F.241 Pure Jute E.223 PuurFair F.250 PuurPannenkoek Fpl. F Q-cape b.v. D.174 QAssurance D.173 Rawcreation Ltd. E.190 Reudink B.V. D.181 Rich Forests I.356 Rijk Zwaan Nederland E.204 Rinagro F.244 Riso Scotti spa I.370 Riverside International BV P.329 Rossano Wijnimport C.151 s Lands Beste C.155 SBG Precision Farming E.230 Schulp vruchtensappen Fpl. M Skal Biocontrole E.189 Slow Food & Landstede Doepark Nooterhof I.371 Smilefruit A.104 Sonett GmbH A.100 Sonneclaer-ijs I.371 Soupalicious Sloterdijk BV Fpl. D SPNA F.244

Spring Water Company E.215 Staatsbosbeheer I.371 Steketee I.361 Stichting Biol. Veeverbetering - Bio-KI B.130 Stichting Demeter H.328 Stichting Eko-keurmerk D.186 Stichting Grondbeheer H.328 Stichting Merkartikel Bio + B.137 Stichting Natuurboer uit de Buurt I.371 Stoker Holland A.104 Streekeigen Producten Nederland I.371 Streekplein I.371 Sunopta D.172 Team Biobites I.356 Team ecosys / Mikro mineral Nederland G.302 Ter Heerdt Bio-leghennen B.139 TerraSana BV E.210 The Green Wine Company H.323 Tilly’s Treats I.356 Topas GmbH C.156 TopTex F.244 Tradin Organic Agriculture D.172 Transmefo BV F.258 Triodos Bank D.166 Tuvunu P.273 Udea D.188 Van den Broek Horeca Slagerijmachines A.113 Van Eigen Erf I.371 Van Gorp Biologische voeders BV C.269 Van Ham BV F.236 VBP D.186 VbV D.186 Vechteland NaturMüle C.142 Vechtenaer B.V. Fpl. A + B + C Vecozuivel B.137 Ver. v. Biol.-Dyn. Landbouw en Voeding H.328 Vitalis Biologische zaden BV D.182 Voedingsservice Heuvelrug H.339 Vogelbescherming Nederland A.109 W. van der Meer en Zonen B.V. B.140 + C.141 Waddendelicatessen I.371 Wageningen UR, PPO E.206 Warmonderhof H.328 Weerribben Zuivel F.234 Wessanen Benelux B.125 Wiraccocha I.356 Wissels Techniek BV F.236 Wolk B.V. B.120 World Wide Cheese BV D.168 World Wide Food Trade B.V. B.140 + C.141 Yarrah Organic Petfood BV D.164 Yogi Thea Gmbh B.136 Your Well I.356 Zaai-ster B.135 Zann Biocenter B.123 Zeldzaam Sap I.371 Zespri International (Europe) N.V. E.192 ZLTO D.186 Zonnemaire D.187 Wijzigingen voorbehouden. Deze lijst is het laatst bijgewerkt op 11-01-15 Fpl = Foodplein 25


Nieuws Samenwerking BioRey, Rijko en Telersvereniging De Schakel

Bodemvruchtbaarheid, een zaak van biologisch denken

Vanwege een stijgende vraag is BioRey op zoek naar telers van diverse producten voor de versmarkt en de industrie. Lou van Reij: “De onrust die er heerst in de handelssector treft ons niet doordat wij vanaf 2014 met loonwerker Rijko biologisch geteelde producten oogsten bij boeren van Telersvereniging De Schakel.” BioRey staat voor efficiëntie en betrouwbaarheid, telers kunnen inzage krijgen in het hele proces vanaf de oogst tot en met de verwerking. Voor de afzet van industrieproducten zoekt BioRey o.a naar spinazie, snijboerenkool, peterselie, bonen, erwten, knolselderij, pastinaken, rode bieten, rode, gele en paarse wortels, courgettes, pompoenen , spruiten. knolselderij, en witte en rode kool. En voor de versmarkt o.a. uien, wortels, pompoenen, bloemkool, broccoli, knolselderij, witte en rodekool , spitskool, Chinese kool en groene kool.

Dit basiswerk van Hans Peter Rusch gaat over de gezonde bodem en de daarmee verbonden biologische voedselkringloop en kringloop van levende substanties. Een belangrijk thema van dit boek is het onderhouden van een vitaal bodemleven omdat het een sleutelrol in de biologische voedselkringloop speelt. De invloed van landbouwkundige ingrepen op de kwaliteit van het bodemleven wordt uitvoerig beschreven, net als de beroemde ‘Rusch–test’. Tijdens de Bio-beurs zal vertaler Peter Vanhoof een toelichting op het boek geven.

Josephine en Lou van Reij met in hun midden burgemeester Margreet Horselenberg (rechts) en wethouder Job Fackeldey van Lelystad.

In december kreeg BioRey bezoek van de burgemeester van Lelystad en de wethouder van economische zaken. Het bezoek werd gecombineerd met een bezoek aan het verwerkingsbedrijf van Fokke Jonkman. BioRey en Telersvereniging De Schakel staan in stand B127 van de Bio-beurs www.biorey.nl

www.organic-forest.eu

B sta be iou nd r H s 32 1

Advertentie

Maak het verschil met Odin! 100% biologisch met focus op biodynamisch compleet assortiment AGF, koelvers, kaas, vlees, vis en DKW  sterk in vers  Odin Groente- en Fruitabonnementen & webwinkel  eigen Odin-imkerij  partner in proeftuinen voor zaadvaste rassen  coöperatief georganiseerd met al 2000 leden  eigen opleiding voor medewerkers en klanten  

vitale voeding vruchtbare aarde vernieuwende economie

Odin Groothandel De Panoven 1 4191 GV Geldermalsen Tel: 0345-577133 www.cooperatie-odin.nl


Aurora

biologische kaasmakerij sinds 1980 Sinds 1980 is in het Limburgse dorpje Ven-Zelderheide biologische kaasmakerij Aurora gevestigd. Elke week wordt hier ruim 150 ton biologische melk van koe, geit en schaap op ambachtelijke wijze verwerkt tot kaas. In 2015 bestaat het bedrijf 35 jaar, en dat zal flink onder de aandacht gebracht worden .

“W

ij zijn een duurzame speler in de groeiende biologische markt en onze passie is kaas maken met respect voor mens, dier en natuur, ” aldus directeur Harry ten Dam. Aurora is een familiebedrijf, en dankzij de drie in het bedrijf werkende kinderen blijft dat ook zo. Ze zijn er trots op om gewoon hun eigen koers te kunnen bepalen en willen graag persoonlijk voor hun klanten bereikbaar zijn. Tot 2000 produceerden Harry en Janny ten Dam verschillende melkproducten. Vers was het grootste aandeel

‘Onze passie is kaas maken met respect voor mens, dier en natuur.’

‘In 2015 wordt begonnen met de bouw van de nieuwe kaasmakerij.’

de kruidenkazen kiezen wij bewust voor kruiden en specerijen die bekend staan om een positieve invloed op de gezondheid,” vertelt Manon ten Dam. In overleg met de klanten wordt er voortdurend gewerkt aan nieuwe soorten. Ter ere van het 35-jarig bestaan in 2015 is een jubileumkaas gemaakt met bijzondere kruiden, die in februari op de Biofach in Nürnberg wordt geïntroduceerd. In de herfst van 2015 komt er een tweede jubileumkaas met “rode klaver en gezonde zaadjes”.

en er werd ook kaas gemaakt. Inmiddels werken er naast de familie 15 mensen in het bedrijf en heeft Aurora zich gespecialiseerd in het maken van Goudse kaas. De combinatie van de biologische melk, vakmanschap en moderne productiewijze zorgen voor kwalitatief hoogwaardige kazen. Van jong tot overjarig, van koe-, geitof schapenmelk, naturel of met verrassende kruidenmelanges. “Bij het maken van

Met de nieuwbouw in 2012 op het industrieterrein van Kranenburg in Duitsland is een grote stap gezet naar de gewenste capaciteitsuitbreiding. “Momenteel liggen onze kazen hier te rijpen en ook worden ze hier klaar gemaakt voor levering aan klanten”, zegt Tim ten Dam, de bedrijfsleider van Aurora kaas GmbH. In de volgende fase wordt ook de kaasproductie naar Kranenburg verplaatst. Over enkele

EKOLAND | januari – 2015

jaren willen Janny en Harry ten Dam de onderneming volledig aan hun kinderen overdragen. In 2015 wordt begonnen met de bouw van de nieuwe kaasmakerij. Het 35-jarig bestaan zal op een groot aantal beurzen onder de aandacht worden gebracht, te starten met de Bio-beurs in Zwolle. De Ten Dam’s verheugen zich erop vele bezoekers te ontmoeten. www.aurora-kaas.com.

27


workshop-overzicht Bio-beurs workshops woensdag 21 januari 2015, 11-21 uur 10.00- 10.15 10.30- 10.45- 11.00- 11:1510.15 -10.30 10.45 11.00 11.15 11:30

Inloop Hanzezaal Biohuis jaarvergadering

11:30- 11:45- 12:00- 12:15- 12:30- 12:45- 13:00- 13:15- 13:30- 13:45- 14:00- 14:15- 14:30- 14:45- 15:0011:45 12:00 12:15 12:30 12:45 13:00 13:15 13:30 13:45 14:00 14:15 14:30 14:45 15:00 15:15

Biohuis jaarvergadering

Op weg naar 50 jaar Bio- en 100 jaar BD-Landbouw in NL - Biohuis

2015 Jaar van de Bodem -LBI/WUR/PPO/Save our Soils/Future Farmers

Meerhal 1

Topsectoren: Hoe regel je co-financering bij projecten? - Bionext

Rijke weidekaas -Kroon/Natudis/Vogelbescherming NL/Boer Pelleboer

Natuurboeren in ontwikkeling -St. Natuurboer uit de Buurt

Meerhal 2

Boerenmarkt: slim verkopen -Land & Co

Mooie Maaltijden in de zorg -St. De Mooie Maaltijd

Gras-klaver: welk mengsel past bij mijn bedrijf? -Neutkens Zaden

Meerhal 3

Teelt van industriegroenten, nu en in de toekomst -Green Acker BV

Voedselbossen: biologische landbouw 2.0? -Wouter van Eck

Biologische melk produceren in 2030? - Natuurweide

Meerhal 4

Op naar een biologische bollenteelt -TEAM Ecosys

Met pure jute pakken we u in! -Pure Jute

Biologische melkveehouderij na 2020 -Ekopart/DLV

Foodpleinpodium

Uitreiking favoriete Bioproduct

Opening beurs Food trendwatcher ­Anneke Ammerlaan

Foodplein, Kitchen Aid

Masterclass Nel Schellekens en Rene van der Veer

De wereld van kaas -Magda van Wenum

Annemiek Wils kookt met producten van standhouders van de Bio-beurs

Foodplein, Metos

Masterclass Lisette Bossert

Rondleiding Bodemontwikkeling adhv bodemprofielen door Jan Bokhorst (Gaia bodemonderzoek)

Demeterplein

Bio-beurs workshops donderdag 22 januari 2015, 10 -19 uur 10:00- 10:15- 10:30- 10:45- 11:00- 11:15- 11:30- 11:45- 12:00- 12:15- 12:30- 12:45- 13:00- 13:15- 13:30- 13:45- 14:00- 14:15- 14:30- 14:45- 15:0010:15 10:30 10:45 11:00 11:15 11:30 11:45 12:00 12:15 12:30 12:45 13:00 13:15 13:30 13:45 14:00 14:15 14:30 14:45 15:00 15:15

Hanzezaal

Biologische regelgeving: klaar voor de toekomst? -Provincie Overijssel

Kringloop optimalisatie voor alle sectoren -Agrifirm

Wat eten -Bio

Meerhal 1

Check Organic: Realtime check certificering -Organic Services

Jonge Boeren maken de nieuwe Landbouw, maar hoe? -BD-jong

Let's move your young farmers ass -Future Farmers Movement

Meerhal 2

Trends, ontwikkelingen en promotie: Let's talk bio! -CBL/Netwerk BIC

Meer bio en lokale producten in de zorgmaaltijden -CBL

Goed boeren met gezond water -De Gezondheids­dienst v dieren

100%biol. zaad in 2021? -Werkgroep biol. Uitgangsmateriaal/Bionext

Meerhal 3

Niet meer ploegen, durf ik het aan? -WUR/Beter Bodembeheer

Gras-klaver: welk mengsel kies je? -Neutkens Zaden

Crowd & community funding: financieren voor de toekomst -Land & Co

Verzilting een wereldkans -Zilt proefbedrijf

Meerhal 4

Samenwerken met de stijl van je bedrijf -BD Vereniging

Borgen van biologische kwaliteit -VBP/Bionext

Nieuwerwets informatie verstrekken over allergenen -Précon

Biologische melkveehouderij na 2020 -Ekopart/DLV

Foodplein, Kitchen Aid

Duik in de wereld van thee -Organic Flavour Company

Foodplein, Metos

Annemiek Wils kookt met producten van standhouders van de Bio-beurs

Demeterplein

28

De wonderlijke wereld van koffiebonen - Illimani

Vloeibaar goud Honing -De Traay

Masterclass -Albert Kooy Rondleiding Bodemontwikkeling aan de hand van bodemprofielen door Coen ter Berg

Als je droom -St. Boerengroep /

Voedzame RawSuperfood smoothies -TerraSana Positieve Eating

Masterclass -Leendert Scholtus, Restaurant de Goudplevier

Masterclass met EKO Horeca Rondleiding Bodemontwikkeling aan de hand van bodemprofielen door Ruud Hendriks (Warmonderhof) januari – 2015 | EKOLAND


15:15- 15:30- 15:45- 16:00- 16:15- 16:30- 16:45- 17:00- 17:1515:30 15:45 16:00 16:15 16:30 16:45 17:00 17:15 17:30

17:30- 17:45- 18:00- 18:15- 18:30- 18:45- 19:00- 19:15- 19:30- 19:45- 20:00- 20:15- 20:30- 20:4517:45 18:00 18:15 18:30 18:45 19:00 19:15 19:30 19:45 20:00 20:15 20:30 20:45 21:00

Biologisch en gangbaar: verschillende routes naar duurzaamheid -WUR/BioKennis

Landbouw en natuur: gaat het samen? -Bionext Nieuwe verbindingen tussen bio-akkerbouwers en veehouders -LBI/ Bionext

Zeldzaam goed verpakt -St. Van Eigen Erf

Echtheidscheck v bioproducten & Niet Kerende Grondbewerking

Bio-eiwit v varkens, pluimvee en Gezonde biologische hennen

3 unieke verhalen gebaseerd op de EKO-code -St. EKO-keurmerk

Onkruid bestrijding in 2030 -Naturim

Bedrijfsopvolging: hoe doe je dat? -Landgilde

Presentatie Genomineerden Ekoland Innovatieprijs 2015 Ekoland

-Bionext/CORE organic

Rechtstreekse verbinding boer en buur-Kleingemaakt -Pluk de Stad

Terug naar de korrel - De Graanrepubliek

Do’s en don’ts bij huisverkoop varkensvlees -Bionext/VBV

-Bionext/CORE organic

Filmpremière ‘Bodemboeren’ - Bodemboeren.nl Presentatie genomineerde favoriete biowinkels -Bio winkelvereniging Hoe ontwikkel je persoonlijke professionaliteit? -BD Beroepsontwikkeling

Kansen voor omschakeling naar biologische akkerbouw -DLV plant

Uitreiking Ekoland Innovatie prijs 2015

Duik in de wereld van thee -Organic Flavour Companyy

Fermenteren -De Groene Kookacademie

Masterclass -Femke van den Heuvel

favoriete Biowinkel

Wijn proeven en ruiken -Joren Jacobs, Natrada

De wonderlijke wereld van koffiebonen -Golden Koffie Box

Kook wedstrijd magazine Smaakmakend/Bionext

Uitreiking & verkiezing

Annemiek Wils kookt met producten van standhouders van de Bio-beurs

Rondleiding Bodemontwikkeling aan de hand van bodemprofielen door Ruud Hendriks (Warmonderhof)

15:15- 15:30- 15:45- 16:00- 16:15- 16:30- 16:45- 17:00- 17:15- 17:30- 17:45- 18:00- 18:15- 18:30- 18:4515:30 15:45 16:00 16:15 16:30 16:45 17:00 17:15 17:30 17:45 18:00 18:15 18:30 18:45 19:00

Bedrijfscontinuiteit en financiering: hebben we nog ondernemers in 2030? -Maria van Boxtel

we in 2030? next

baan 'Boer' is / Inspringtheater Milde conservering, nieuwe processing -WUR/Biobased Research

Is biologische landbouw als systeem klimaatvriendelijk? -CLM, LBI en Stichting ERF

Marktperspectieven resistente (aardappel)rassen -LBI/Co-free

Drie wegen naar community rond je product -PNW Landschap v Smaken

Innoveren: Hoe doe je dat? -Kennispoort Regio Zwolle

Omschakelen naar bio a ­ kkerbouw groenteteelt -Naturim

Tropical Wonders -Eosta Annemiek Wils kookt met producten van de producenten van de Bio-beurs

Bio-beurs 2015

De bodem als basis -LBI/St. Demeter

De mooie maaltijd in de zorg -Menu Natuurlijk -Voedingsservice de Heuvelrug Masterclass -Femke van den Heuvel

wo 21 januari: 11.00 tot 21.00 uur do 22 januari: 10.00 tot 19.00 uur IJsselhallen Zwolle Rieteweg 4, 8011 AB Zwolle

Jong

De culinaire Carolus piepers in de keuken van Agrico Annemiek Wils kookt met producten van de producenten van de Bio-beursw

Nieuw jaar, nieuwe soep bedenken, publiek proeft en stemt -Kleinste Soepfabriek

Bodem

Toekomst

Divers

Culinair

EKOLAND | januari – 2015

29


workshop-programma Hanzezaal 11.45 Op weg naar 50 jaar biologische en 100 jaar biologisch-dynamische landbouw in Nederland Voorz: Kees van Zelderen & Kees Scheepens (Biohuis) Biologisch-dynamische en biologische landbouw kenmerken zich door pioniersgeest en sterke, vasthoudende, mogelijk eigenwijze karakters. In ieder decennium sinds de start van de biologisch-dynamische landbouw in 1924 en de biologische landbouw in het begin van de jaren ‘70 zijn er inspirerende ondernemers die op basis van hun waarden en normen voor bio gekozen hebben. Kees van Zelderen en Kees Scheepens gaan met een tiental van deze ondernemers aan de keukentafel in debat over de vraag hoe zij de toekomst zien van biologisch-dynamische (100 jaar in 2024) en biologische landbouw (50 jaar rond 2024). Is biologische landbouw dan verdwenen, is het een niche voor een rijke middenklasse óf bestaat er in Nederland enkel nog biologische landbouw? 13.30 2015 Jaar van de Bodem: Bodemkennis - Bodemkunde - Bodemacties Sprekers: Peter Vanhoof (Organic Forest Polsca); Nick van Eekeren (LBI); Wijnand Sukkel (WUR-PPO); Harm Westers; Joris van der Kamp (Future Farmers) en Michael Wilde (Save our Soils) Voorz: Leen Janmaat (LBI) Inleidingen met workshop op weg naar bodemacties in het jaar van de bodem: Wat weten we van de bodem, wat ontbreekt er nog? Maar vooral hoe past de boer zijn kennis toe en maakt hij dit tot kunde. Onderzoekers brengen kennis en boeren vertellen over hun kunde. Maar in het jaar van de bodem gaat het om acties. Hoe laten we burgers delen in onze zorgen over de bodem en kwetsbaarheid van de uiterst dunne schil om de aarde? Save our Soils opent haar toolbox en maant ons tot actie. 15.30 Landbouw en natuur, gaat dat samen? Sprekers: Johan van de Gronden; (WNF); Jan Duijndam (Natuurboer); Guus van Laarhoven (FrieslandCampina). Voorz: Maaike Raaijmakers (Bionext) Zijn landbouw en natuur het meest gebaat bij een strikte scheiding of moeten we juist toe naar een verdergaande integratie? En hoe doen we dat dan, boeren mét natuur? Deze vragen legden we voor aan Johan van de Gronden, directeur van het Wereld Natuur Fonds. Begin 2014 presenteerde het Wereld Natuur Fonds, vooral bekend van de bescherming van natuur in verre landen, haar visie op de Nederlandse natuur. Daarin besteden ze uitgebreid aandacht aan natuur in het agrarische gebied. Tijdens deze workshop zal Johan van de Gronden de visie van het WNF op de samenwerking tussen landbouw en natuur nader toelichten. Natuurboer Jan Duijndam en Guus van Laarhoven, projectleider bij FrieslandCampina, geven een korte reactie op zijn verhaal. Daarna is er tijd voor discussie met de zaal. 17.45 Biologisch en gangbaar: Verschillende routes naar duurzaamheid Spreker: Gerard Mighels (WUR) Voorz: Gijs Weenink (DebatAcademie) In 2030 zijn we weer grote stappen verder in innovatieve oplossingen om duurzamer te boeren, in zowel de biologische als de gangbare sector. Maar, hoe ziet die duurzame toekomst er dan uit? Welke wegen kunnen we bewandelen 30

om daar te komen? Welke knelpunten moeten eerst opgelost? Vier visies over duurzame routes naar 2030 worden gepresenteerd met daarna een lagerhuisdebat om de mogelijkheden voor een duurzame toekomst nader te verkennen.

Meerhal 1 11.30 Topsectoren: Hoe regel je co-financering bij projecten en/of onderzoek en waar zijn je partners? Spreker: Miriam van Bree (Bionext) De Topsectoren bieden veel mogelijkheden om met steun van de overheid te innoveren. Maar het blijkt lastig als MKB-ondernemer om aan te haken. Co-financiering en het zoeken van partners zijn vaak de problemen. In deze workshop worden succesvolle voorbeelden van co-financiering getoond en andere mogelijkheden besproken hoe binnen de topsectoren kennisvragen te beantwoorden. 12.45 Rijke weidekaas Sprekers: Peter van der Schoot (Kroon/Natudis); Henk Pelleboer (biologisch melkveehouder; Gerrit Gerritsen (Vogelbescherming Nederland). Voorz: Gerrit Gerritsen Een heerlijke biokaas die rijke weides beschermt. Begin 2014 ontstond het idee deze kaas te ontwikkelen en een half jaar later was hij al op de markt. Een jaar later kunnen we van een succes spreken voor alle betrokken partijen. Het is het eerste zuivelproduct met een geborgde natuurinspanning waarvan rijke weides met hun vogels en planten vanaf 2015 gaan profiteren. Per kilo verkochte kaas gaat 1 euro naar weidevogelbescherming. 14.00 Natuurboeren in ontwikkeling Inleiding door Dennis Rerink (Natuurboeren). Paneldiscussie met: Jaap Braad (Natuurmonumenten); Hans van de Beek (Staatsbosbeheer-); Hans Gerritzen (Landschap Overijssel). Voorz: Berrie Klein Swormink (Natuurboeren) “Stichting Natuurboer uit de buurt” speelt in op de groeiende marktruimte voor producten die meer rekening houden met ‘consumer concerns’. De marktintroductie van rundvlees van Oud Hollandse rassen is succesvol. Er wordt gewerkt aan nieuwe producten met meerwaarde. Tegelijkertijd moet het profiel van natuurboeren zorgvuldig worden opgebouwd en bewaakt. Dit doen de natuurboeren samen met Staatsbosbeheer, Natuurmonumenten en Landschap Overijssel. Luister en denk mee over dit kansrijk perspectief voor biologische boeren. januari – 2015 | EKOLAND


Woensdag 21 januari

15.15 Nieuwe verbindingen tussen bio akkerbouwers en veehouders Sprekers: Bio akkerbouwers en veehouders: Annewillem Maris; Joost van Alphen; Antoine Damen en Henk Pelleboer Olv: Jan de Wit (LBI) & Heleen Klinkert (Bionext) Samenwerking tussen biologische akkerbouwers en veehouders biedt kansen voor het verhogen van productie, meer regionale voerteelt en minder afhankelijkheid van gangbare mest. Maar hoe doe je dat? Tijdens deze workshop delen biologische boeren hun ervaringen met het uitwisselen van voer, mest en bijproducten. Na een discussie over knelpunten en succesfactoren in deze samenwerking, gaat de marktvloer open en kunt u uw eigen vraag en aanbod onder de aandacht brengen. Geef uw vraag en aanbod op via het inschrijfformulier: www.tinyurl.com/mpo9j6t. 16.30 Zeldzaam goed verpakt: Vertel je eigen verhaal via je verpakking Sprekers: Jan Belon (Locafora); Arie van den Brand (De Nieuwe Proef); Henk Venner (De Heijerhof). Olv: Iris van de Graaf (St Van Eigen Erf) Aan de hand van twee aansprekende voorbeelden vertellen biologische producenten hoe hun verpakking meerwaarde geeft aan hun product. Het ene voorbeeld is Zeldzaam Sap, een nieuwe verpakking voor een 5 liter appeltap met een verhaal over de landschapswaarde van Hoogstamboomgaarden en de waarde van het behoud van bijzondere fruitrassen. Het andere voorbeeld is Zeldzaam Lokaal, een luxe uitgevoerde geschenkdoos met producten en verhalen van boeren en telers uit de buurt. Beiden verpakkingen hebben als uitgangspunt: vertel je persoonlijke verhaal via de verpakking. 17.45 Een andere inrichting van ons voedselsysteem: Een rechtstreekse verbinding tussen boer en buur! Sprekers: Bart Kraaijvanger (Klein Gemaakt); Elma Roelvink (Pluk de Stad) Stadslandbouw en zelf je voedselsysteem organiseren leeft. Hoe één bericht op facebook er toe kan leiden dat 2600 consumenten rechtstreeks hun voedsel gaan inkopen bij (bio)boeren uit de buurt. Kunnen steden als Eindhoven en Utrecht een eigen lokale voedseleconomie organiseren? Dat de vraag er is, is zeker. Dat het kan ook. In deze workshop vertellen Bart en Elma over hun ervaringen rondom Pluk de Stad en Voedselcollectief Eindhoven. Wat komt er bij kijken om zo’n lokaal voedselsysteem te organiseren, wat wil de consument nu eigenlijk echt, en welke rol kan of moet een boer hierin spelen? 19.00 Terug naar de korrel Sprekers: Gert Noordhoff; Bouwe Ruiter (De Graan­ republiek) De Graanrepubliek is een nieuw concept voor het beleven van oude graansoorten, met als motto: ‘Terug naar de korrel!’ De Graanrepubliek wil consumenten weer kennis laten maken met de rijke en unieke smaak van oude graansoorten. In bijvoorbeeld moderne gerechten als risotto’s en salades. Tijdens de workshop kunnen oude granen geproefd worden en wordt er verder nagedacht over de Social Return projecten van de Graanrepubliek: hoe zorgen oude granen voor een sociaal economische impuls? EKOLAND | januari – 2015

Meerhal 2 11.30 Boerenmarkt: Slim verkopen Sprekers: Magda Scholte (De Stroese Dame); Biologische Boerenmarkt Utrecht. Olv: Maria van Boxtel (Land & Co); Iris van de Graaf (St Van Eigen Erf) Slim verkopen op de markt? De vertrouwde Biologische Boerenmarkt, een streekmarkt of de markthal in de stad. markten zijn in opkomst. Magda Scholte maakt de overheerlijke Stroese Dame geitenkaas, die haar man Harry van Wenum verkoopt op de Biologische Boerenmarkt in Utrecht. Hoe halen zij goed rendement? En hoe sluiten zij aan bij de wensen van de moderne klant? Laat je als marktkraamhouder inspireren. 12.45 Mooie Maaltijden in de zorg, een aparte tak van sport. Sprekers: Martin Bongers (Iceberg Webshop & Hands); Jan Aalberts (Aalberts AGF); Herman van Assen (biologische zuivelboerderij De Vreugdehoeve); Wim Kruithof (Voedingsservice Heuvelrug); Bart Boon (Eco Fields) Olv: Lasca ten Kate (St De Mooie Maaltijd) Ouderen wonen steeds langer thuis. Er ontstaan nieuwe woonzorgvormen en een enorme uitbreiding van de markt voor ‘thuismaaltijdbereiders’. De nieuwe kleinschaligere woonzorgvormen lijken in potentie een ‘beter te behappen’ doelgroep dan de grootaanbieders. Tegelijkertijd zijn laatstgenoemde aanbieders op zoek naar manieren om hun positie te behouden in een sterk veranderend zorgwereld. Het gebruik van biologische producten lijkt een kansrijk ‘marketing instrument’ met nog altijd de vraag hoe dit logistiek te organiseren. Genoeg voer voor een leerzame, interactieve workshop.... 14.00 Gras/klaver: Welk mengsel kies je? Spreker: Sander Bernaerts (Naturim) Er zijn ontelbare mogelijkheden in het samenstellen van een gras/klavermengsel. Welke klavers gebruik je nu eigenlijk het beste? Voeg je kruiden toe, luzerne of bijvoorbeeld rietzwenk of timothee? Is de prijs belangrijk of staat de voederwaarde voorop? Wat is verstandig en wat zijn de mogelijkheden? 15.15 De oogst van vier jaar Europees onderzoek in CORE Organic: Niet-kerende grondbewerking en echtheidscheck voor bioproducten Sprekers: Wijnand Sukkel (WUR); Chris Koopmans (LBI); Felice Simeone (WUR). Olv: Marian Blom (Bionext) In CORE Organic werken 22 landen in de EU samen aan financiering van onderzoek voor de biologische sector. Beoordeelt u zelf of die internationale samenwerking heeft 31


d ek n zo sta 7 be p .13 s o r: B on n

Van bio boer tot winkelvloer

Unieke samenwerking Bio+ heeft een uniek samenwerkingsmodel. Samen maken we biologisch beschikbaar, bereikbaar en betaalbaar voor iedereen. Als biologisch specialist leveren we met ruim 100 boeren en 50 producenten meer dan 300 artikelen onder ĂŠĂŠn herkenbaar merk; Bio+. Bio+ herstelt de verbinding tussen de bio boer en de boodschapper. Onze stand is een ontmoetingsplaats voor professionals die door delen, verbinden en ruilen hieraan een bijdrage willen leveren. Zo worden we succesvoller in een markt van complexiteit en kleinschaligheid. Ook onze licentiehouders Naturelle, Kemper Kip, De Groene weg, Vecozuivel, Baltussen en Bio+ Trading Company ontvangen u graag in onze stand!

www.bio-plus.nl + pure smaak + natuurlijke oorsprong


workshops

Woensdag 21 januari

Meerhal 3 11.30 Besloten bijeenkomst: Teelt van industriegroenten, nu en in de toekomst Spreker: Olaf Bogers (Green Acker bv). Mogelijkheden van de teelt van industriegroenten voor de bedrijfsvoering van duurzame landbouw. Er wordt gekeken naar de teelt van afgelopen jaar, en naar de huidige en toekomstige markt voor industriegroenten.

geloond. Wijnand Sukkel en/of Chris Koopmans vertellen over Tilman Org, een onderzoek naar verbetering van teeltmethoden, o.a. niet kerende grondbewerking. Felice Simeone geeft de resultaten weer van het AuthenticFood project waar methoden zijn ontwikkeld om de echtheid van biologische producten te controleren. (in English)

16.30 De oogst van vier jaar Europees onderzoek in CORE Organic. Bio eiwit voor varkens en pluimvee, gezonde biologische hennen Sprekers: Marinus van Kampen (WUR); Monique Bestman (LBI). Olv: Marian Blom (Bionext) In CORE Organic werken 22 landen in de EU samen aan financiering van onderzoek voor de biologische sector. Beoordeelt u zelf of die internationale samenwerking heeft geloond. Marinus van Krimpen vertelt over het ICOPP project, een onderzoek naar de bijdrage van lokaal geteeld voer aan een 100% biologisch dieet voor pluimvee en varkens. Monique Bestman doet de resultaten van Healthy Hens uit de doeken. In dit project onderzochten 8 partners het gezondheidsmanagement, welzijn en milieueffecten in de biologische legpluimveehouderij 17.45 Do’s & don’ts bij huisverkoop biologisch varkensvlees Spreker: Gerdien Kleijer (VBP). Olv: Heleen Klinkert (Bionext) Welke kansen bieden huisverkoop en webwinkels aan biologische varkenshouders? Gerdien Kleijer leidt de bijeenkomst in met een overzicht van relevante trends en actuele ontwikkelingen. Vervolgens delen varkenshouders hun ervaringen met huisverkoop en gaan hierover in gesprek. 19.00 Filmpremière: ‘Bodemboeren’ Sprekers: Fransjan de Waard, Joris van der Kamp en enkele geïnterviewde boeren Vijf eigenwijze Nederlandse boeren doken met een kleine filmploeg letterlijk hun bodem in, en vertellen waarom en hoe zij voortdurend experimenteren en observeren om die duurzamer te beheren. Samen verzetten zij de bakens tot een grondig ‘nieuw bodemverhaal’. Daarin is duurzame voedselproductie meer dan verliezen compenseren en bedreigingen afwenden. Met oude, soms vergeten, en nieuwe, soms verrassende kennis bouwen zij pro-actief aan hun natuurlijke kapitaal: een bruisend bodemleven met voldoende lucht, water, koolstof en mineralen. EKOLAND | januari – 2015

12.45 Voedselbossen: biologische landbouw 2.0? Spreker: Wouter van Eck (Voedselbos Ketelbroek). Olv: Kees van Veluw (LBI, WUR) Een landbouwmethode zonder externe inputs, met een rijke biodiversiteit en een hoge productie? Het lijkt een sprookje, maar een goed ontworpen voedselbos kan deze beloften waarmaken. Door gebruik te maken van de ecologische principes van een natuurlijk bos kan een systeem ontworpen waarin een hoge productie van eetbare gewassen wordt gerealiseerd. Bomen en struiken hebben hierbij een belangrijke rol. Er wordt kort ingegaan op bestaande voorbeelden en vervolgens besproken hoe voedselbossen kunnen bijdragen aan toekomstbestendige biologische bedrijven. 14.00 Biologische melk produceren in 2030? Europese basis met aanvullende normen! Spreker: Peter de Nooij (Natuurweide). Olv: Theunis Jacob Slob Onderscheidend zijn als Nederlandse biologische melkveehouderij. Daar maakt de Natuurweide zich hard voor. Het afgelopen jaar is hard gewerkt aan een systeem van bovenwettelijke normen op de thema’s biodiversiteit, dierwelzijn en beweiding, diergezondheid, uitstraling erf en bedrijf, energie en regionaal voer. De Natuurweide presenteert haar visie op 2030, en hoe je als biologische sector zelf grip houdt op je ontwikkeling. 15.15 Op weg naar 2030, drie unieke verhalen gebaseerd op de EKO-code Sprekers: Henk Kloen (CLM); Elze-Lia Visser-Westerweelde (Fruitweelde); Alex van Hootegem (’t Meulwaeter); Freek van Leeuwen (Kaasboerderij de Vierhuizen). Olv: Leen Janmaat (LBI) & René Heusschen (EKO-keurmerk) Een uniek bedrijfspecifiek verhaal kan helpen om biologische bedrijven nog meer onderscheidend te maken. De EKO-code helpt om dit verhaal te onderbouwen, doelen te stellen en het bedrijf verder te ontwikkelen. Drie boeren vertellen hun bijzondere verhaal. 1- Hoe maken we biodiversiteit zichtbaar en hoe leren we van elkaar? Kun je met de gaia-meetlat het verschil laten zien tussen biologische en gangbare boeren en wat zijn de uitdagingen voor 2030? 2- In 2030 allemaal bijzondere piepers? Een mooi, gezond product met een verhaal. 3- Of hoe een biologisch fruitbedrijf letterlijk start met de ‘bodem’. De basis voor de toekomst is de bodem. 16.30 Onkruidbestrijding in 2030 Sprekers: Sander Bernaerts (Naturim); Pieter Blok (WUR); Koos Havelaar (HAK); Robert Sleutel (SBG); Edwin de Lange (Loonbedrijf de Lange) Onkruidbestrijding is op biologische bedrijven elk jaar opnieuw een felle strijd. Zeker in de afgelopen 10 jaar zijn innovaties in onkruidbestrijding belangrijk geweest. Welke 33


35 jaar Aurora Gold biologische kaas! Met respect voor mens, dier en natuur. www.aurora-kaas.com Van oerwoudvrij naar veevoer van nog dichterbij. Wij doen mee aan het project van Milieudefensie: ‘Wat van dichtbij komt is beter'

Ben jij melkveehouder en spreekt dit je aan neem dan contact met ons op!

ld

Mild

Mild

Mi ld

Kunststoffüberzug nicht zum Verzehr geeignet

uit biologische melk met zuursel, zeezout en plantaardig stremsel, 50+ De kaaskorst is niet geschikt voor consumptie NL Z 1545 E.G

Mi ld

Mi

ld

Mild

Mild

Mi

ld Mi

aus biologischer Milch mit Milchsäure-Kultur, Meersalz und vegetarischem Lab, 50% Fett i. Tr.

Mild

M i ld

Mild

Mild

ld

Mi

Mi

ld

Mi

ld

Onze heerlijke kaas is te bestellen via www.aurorawebshop.


workshops innovaties mogen we in de komende 15 jaar verwachten? Over robotisering, de voortdurende verbetering van conventionele schoffeltechniek, de verfijning van GPS en de ervaringen met vierkantszaai.

19.00 Meet and greet finalisten Favoriete biowinkel Sprekers: Andre Brouwer (Bionext) en de twaalf finalisten Een ontmoeting met de provinciale winnaars van de verkiezing van de Favoriete Biowinkel met aansluitend op het Foodplein bekendmaking van de landelijke winnaar.

Woensdag 21 januari

15.15 Bedrijfsopvolging: Hoe doe je dat? Sprekers: Biologische ondernemers jong en ouder – in bedrijfs­op­vol­ging. Olv: Maria van Boxtel & Helmer Wieringa (Land & Co) Bedrijfsopvolging: leuk en lastig? Hoe kom je als starter aan een volwaardig bedrijf? Binnen of buiten je familie, met een ideaal en bedrijfsrendement. Bedrijfsopvolging kent leuke en lastige kanten. Met voorbeeld van biologische ondernemers die werken aan opvolging. Hoe pakken zij het aan? Laat je inspireren: welke afspraken maak je, waar moet je aan denken? Maria van Boxtel en Helmer Wieringa delen de ervaringen van anderen in Landgilde, de verbinder tussen jonge en oudere biologische boeren over bedrijfscontinuïteit. 16.30 Genomineerde boeren voor de Ekoland Innovatieprijs biologische landbouw 2015 Sprekers: Kees van Veluw (Ekoland) en de drie genomineerden Genomineerde boeren voor de Ekoland Innovatieprijs presenteren hun innovaties aan het publiek. De innovaties zijn soms technisch van aard maar kunnen ook betrekking hebben op het bedrijfssysteem.

Meerhal 4 11.30 Op naar een biologische bollenteelt Sprekers: John Huiberts (bollenteler); Roelf Havinga (TEAM Ecosys) John Huiberts is in omschakeling naar biologische bollenteelt. Sinds de Workshops Ecologisch Telen Bollen/Noord in jan 2013, heeft hij als voortrekker samen met acht gangbare collega´s besloten om de route ‘weg van de chemieintensieve landbouw’ in te slaan en te verkennen. In de workshop wordt bekeken welke kansen de biologische teelt biedt en wat eventuele alternatieven zijn (o.v). 12.45 Met Pure Jute pakken we u in! Spreker: Désirée Rasenberg (Pure Jute) Verpakkingsvrij winkelen? Pure Jute is het antwoord! Respect voor mens, natuur en milieu uit zich in eerlijke/ duurzame handel en transparantie in de productieketen van jute. Duurzame discussie over innovatie met Pure Jute zorgt voor het nieuwe omdenken binnen uw bedrijf. Durft u het aan om net als Pure Jute de gehele verpakkingsindustrie aan en in te pakken?

17.45 Kansen voor omschakeling naar biologische akkerbouw Spreker: Christoffel den Herder (DLV Plant) Biologische akkerbouw is een innovatieve sector die elk jaar blijft groeien. DLV Plant heeft veel expertise en praktijkkennis op dit gebied en begeleidt jaarlijks veel biologische bedrijven. Deze omschakelworkshop is erop gericht om alle kansen en aandachtspunten van de biologische landbouw én marktontwikkeling te tonen: omschakelen naar biologische landbouw, gewaskeuze en vruchtwisseling, onkruidbestrijding, beheersing ziekten en plagen, marktkansen en afzet van producten en economische aspecten van omschakeling. 19.00 Hoe ontwikkel je persoonlijke professionaliteit Spreker: Joke Bloksma (BD vereniging) Persoonlijke ontwikkeling en bedrijfsontwikkeling gaan hand in hand. Waar sta jij in je ontwikkeling? Wat wordt de volgende stap? In de BD-beroepsontwikkeling kijk je samen met een coach of samen met collega’s naar jouw bedrijf en dagelijkse boerenwerk. Maak in deze workshop kennis met deze manier van collegiale inspiratie. Een goed gesprek begint met een goede vraag. In de workshop oefenen we met gesprekstechnieken en andere methoden die verdieping en inzicht geven. Zo gewenst kunt u zich aanmelden en aansluiten bij een groep in uw eigen regio.

14.00 Biologische melkveehouderij na 2020 Sprekers: Kees Water (Ekopart); Edith Finke (DLV Rundvee Advies) De biologische melkveehouderij wordt gekenmerkt door veelzijdigheid. Ieder maakt hierbij een eigen-(zinnige) keuze. Voorwaarde: perspectief voor de langere termijn om uw bedrijf met eigen inzichten te ontwikkelen, ook na 2020. De biologische melkprijs is de laatste jaren goed geweest en de verwachting is dat dit zo blijft. Dat helpt. Hierdoor liggen er goede kansen om uw duurzame productie, via de markt terug te verdienen. Wie pakt die kans? Workshop: toekomstvisie op basis van huidige resultaten en marktverwachtingen. EKOLAND | januari – 2015

35


workshop-programma Hanze zaal

Meerhal 1

10.00 Lezing en debat: 10.30 Check Organic, de realtime check op certificering Spreker: Frank Gerriets (Organic Services) Kringloopoptimalisatie voor alle sectoren Olv Paulien Veerman (Bionext/VBP) Sprekers: Sible van der Werf; Adrie van Santvoort Organic Services presenteert Check Organic, een systeem Voorz: Wilbert Leermakers (allen van Agrifirm) dat een real-time technische oplossing biedt voor het conHaalt u alles uit de kringloop van uw bedrijf? In een interactroleren van certificaten. Dit gebeurt door het koppelen en tieve bijeenkomst bieden we u inspirerende voorbeelden en het tonen van de certificeringsdata van een goederenstroom inzichten om uw kennis en kunde over verschillende facetten uit de supply chain. Ontdek als handelaar, ondernemer of van de kringloop te vergroten. Zo combineren Agrifirm Feed certificeringsorganisatie de voordelen en hoe dit systeem en Agrifirm Plant hun kennis en stemmen factoren als bocomplexiteit van het checken van certificaten vermindert. dem, bemesting, gewas, oogst en diervoeding af voor een Deze presentatie is in het Engels. optimale ruwvoeropbrengst, maar daar blijft het niet bij… 11.45 Jonge Boeren maken de nieuwe landbouw. 12.30 Biologische regelgeving: klaar voor de toekomst? Maar hoe dan? Sprekers: Hester Maij (gedeputeerde provincie Overijssel); Marco Schlüter (IFOAM EU); paneldiscussie met Tweede KaSprekers: Met jonge boeren; Klarien Klingen en Caren Krul merleden en leden van het Europees parlement (BD Jong en Toekomstboeren) Voorz: Bavo van den Idsert (Bionext) In deze ‘DWDD’ setting zullen drie innovatieve BD boeren De regelgeving voor productie, verwerking en certificering aan de kaak gesteld worden om hun succesgeheim te ontvan biologische producten zijn gelijk in de hele EU. De Eurohullen. Ze worden geïnterviewd op interactieve wijze met pese Commissie wil die regelgeving aanpassen om bureauhet publiek door jongeren van BD Jong en de vereniging cratie uit te bannen en het consumentenvertrouwen in biologi‘Toekomstboeren’. sche producten te vergroten. De voorstellen zijn zeer kritisch ontvangen door de sector, de landen en de regio’s van 13.00 Film en gesprek: Let’s Move Your Young Farmers’ Ass Europa. Laat u informeren en debatteer mee over de nieuwe Sprekers: Joris van der Kamp; Elske Hageraats (Future Farregelgeving. Gedeputeerde Hester Maij rapporteert voor het mers Movement) Comité van de Regio’s van Europa, en deelt haar bevindingen Verschillende initiatieven met het thema nieuwe/jonge met u. Marco Schlüter, directeur IFOAM EU, geeft zijn reactie, duurzame boeren komen samen in de Future Farmers gevolgd door een paneldiscussie met de aanwezige leden Movement- een nieuw initiatief dat doelt op het inspireren van de Tweede Kamer en het Europarlement. van toekomstige en jonge boeren en ook de uitwisseling van ervaringen & kennis mogelijk wil maken. FFM vertoont eerst vier korte films van ‘Future Farmers in the Spotlight’ over 14.30 Wat eten we in 2030? jonge duurzame boeren in Europa. Daarna het inspirerende Sprekers: Machtelt Huber (LBI); Rineke Dijkinga (ortho­mo­le­­cu­­lair voorbeeld van Farm Experience Internship waarbij studengeneeskundige en auteur); Marjan Ippel (Talkin’ Food) tenzelfagroecologische (praktijk)kennis hebben ingevoerd Voorz: Miriam van Bree (Bionext) op de Wageningen Universiteit. Doe mee in deze nieuwe Eten in 2030: hoe ziet dat eruit? Eten we allemaal biologisch? beweging! En dan nauwelijks bewerkt? Of wordt ons dieet persoonlijk samengesteld, elke dag een unieke pil? Of gaat de hele discussie over gezond eten aan het merendeel van de mensen 14.15 Als je droombaan ‘Boer’ is... voorbij? Aan tafel bij Miriam van Bree geven drie gasten, die St Boerengroep en Inspringtheater zich verdiept hebben in voeding, hun beeld op het eten van In deze interactieve workshop zal Stef het publiek meede toekomst. Er is volop ruimte voor inbreng vanuit de zaal. nemen in zijn droom: hij gaat bio-boer worden! Maar er is ook onzekerheid, een onwelwillende verpachter, geen afzetgarantie bij de biowinkel en tegenstand van gangbare 16.15 Lezingen en debat: boeren. De moed zakt Stef in de schoenen… Herkenbaar? Bedrijfscontinuïteit en financiering: hebben we nog Draag dan bij met jouw ervaring of nieuwsgierigheid om ondernemers in 2030? samen met de andere workshopdeelnemers te kijken hoe je Sprekers: Tom Troonbeeckx (De Landgenoten); Huub Keulen het beste kan omgaan met deze situaties. Al spelend pro(Rabobank-Groenbank); ; Niels Back (Triodos Bank) & jonge beren de acteurs van het Inspringtheater de aangedragen boeren, tuinders en burgerinitiatieven oplossingen uit. Werkt het? Kom kijken! Voorz: Maria van Boxtel (Landgilde) Jongeren zijn enthousiast om te werken in de biologische landbouw, handel of verkoop. Ook van buiten de landbouw. 16.45 De bodem als basis En ouderen willen best overdragen of verkopen. Maar het Sprekers: Leen Janmaat (LBI); Petra Derkzen (St. Demeter) benodigde kapitaal om te starten is groot. Hebben we nog Een vruchtbare bodem vormt de basis voor gezonde voeondernemers in 2030? Hoe verbinden we jong en oud, ding. Maar wat is goede bodemkwaliteit, wat kan je aan de boer en burger, grond en geld? Bankiers van Rabobank en bodem aflezen en wat betekent dit voor de bedrijfsvoering? Triodos Bank vertellen over financiering. Tom Troonbeeckx, De biodynamische landbouw gaat over samenhangen en tuinder en voorzitter van beleggingsfonds de Landgenoten, inzicht. Welke rol speelt het licht en wat toont het gewas deelt zijn slimme oplossing met burgerfinanciering. Burger­ (groei en differentiatie)? De eigen waarneming staat ceninitiatieven willen de boer in dienst nemen. Laat je inspireren traal. We bieden inzicht in de bodem en bodemprocessen, over bedrijfscontinuïteit en financiering. meer daarover in de Demeter doorschakelcursus, start direct na biobeurs in februari. 36

januari – 2015 | EKOLAND


donderdag 22 januari

Meerhal 2 10.30 Trends, ontwikkelingen én promotie: Let’s talk bio! Sprekers: André Brouwer (Bionext); Krispijn van den Dries (Bioromeo) Olv: Geertje Schlaman (CBL/Netwerk BIC) Wat zijn trends en ontwikkelingen om rekening mee te houden? In teeltkeuze en/of verwerking? Of het benaderen van de doelgroep? Met ervaring van anderen, expertise in trends en voorbeelden van ondernemers uit Flevoland inspireren we graag! Communiceren over je bedrijf is belangrijk. De tijd is beperkt. Ontwikkelingen in ‘out of home sector’, als gemak en beleving zijn belangrijk. Hierop inspelen kan, de keuze hoe kan lastig zijn. Een overzicht van ontwikkelingen als effectieve communicatiemiddelen is dan een hulpmiddel. 11.45 Méér biologische lokale producten in de zorgmaaltijd, ook bij een veranderend zorglandschap Sprekers: De Echte Groenteman Gert Koekoek, Mts van Nieuwenhuyzen, CAH Vilentum Hogeschool Willieanne v.d. Heijde Olv: Ingrid Cremer (CBL) Vanuit het perspectief van de boer, de distributeur en kennisinstellingen inspireren we u met voorbeelden uit de regio Flevoland om meer biologische, lokale producten te leveren aan zorginstellingen, cateraars en maaltijdfabrikanten. Gericht op de behoeften van instellingen, wisselen we kansen, mogelijkheden en concrete handvatten uit om hier in de eigen bedrijfssituatie mee aan de slag te gaan. Na afloop is er een praktijktour over de beurs en ontvangt u publicaties met praktijkervaringen, tips en een praktisch stappenplan. 13.00 Ook in 2030 goed boeren met gezond water Spreker: Toine van Erp (GD) Water moet ook in 2030 beschikbaar zijn als drinkwater voor dieren. Water moet smakelijk zijn, beschikbaar niet schadelijk zijn voor de gezondheid van dieren. Tevens mag het de voedselveiligheid niet in gevaar brengen. Door het veranderende klimaat, is neerslag steeds wispelturiger: langere perioden van droogte wisselen perioden van (extreem) veel neerslag af. Rivieren worden verbreed zodat het water sneller naar de zee kan stromen. Dat houdt dan wel in dat water minder kan infiltreren in de grond zodat het risico bestaat dat men steeds dieper moet boren om goed water te krijgen. Hoe gaat de biologische veehouder hiermee om? Hoe krijgt hij/zij goed water? Kan hij/zij zelf iets doen om goed water te maken, water te zuiveren en te hergebruiken? Zo ja, hoe moet dat dan? Is daar al ervaring mee? Zo nee, hoe krijgen we die ervaring? 14.15 100% Biologisch zaad in 2021? Sprekers: Heleen Bos (Rijk Zwaan); Maarten Vrensen (Vitalis); Bart Vosselman (Bolster); Bram Weijland (Bejo Zaden) Olv: Maaike Raaijmakes (Bionext) In de nieuwe EU verordening staat 2021 als deadline voor het gebruik van gangbaar uitgangsmateriaal in de biologische sector. Is dat realistisch? De Nederlandse groentezaadbedrijven denken van wel en zullen hun standpunt kort toelichten. Maar kunnen ze dan daadwerkelijk voldoende zaad produceren van alle groente gewassen, voor alle gewenste rassen, in alle EU lidstaten? Biologische boeren en andere geïnteresseerden worden uitgenodigd om de panelleden hierop kritisch te ondervragen.

EKOLAND | januari – 2015

15.30 Milde conservering: nieuwe processing ook interessant voor de biologische sector? WUR Food & Biobased Research Olv: Ariette Matser Hoge kwaliteit, verlengde houdbaarheid en behoud van de verse eigenschappen zijn belangrijke doelen van de huidige voedselconservering. Nieuwe, milde conserveringstechnologieën zoals hoge druk, pulserende elektrische velden en snelle verhittingstechnieken kunnen een interessant alternatief zijn voor de bestaande. In de workshop wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste ontwikkelingen op het gebied van deze milde conserveringsmethoden, met veel nadruk op de praktische toepasbaarheid en voorbeelden van succesvolle toepassingen in de levensmiddelenindustrie. Met ruimte voor vragen aan de experts op dit gebied en discussie over de toepasbaarheid van deze milde conserveringstechnologieën voor de biologische sector. 16.45 Is biologische landbouw als systeem klimaatvriendelijk? Sprekers: Erik van Well (CLM); Jonas Wegener Olv: Kees van Veluw (LBI/WUR) In het Praktijknetwerk Biologisch Klimaatneutraal! kwam de vraag naar voren of biologische landbouw als systeem klimaatvriendelijker is dan gangbare landbouw. Het FIBL geeft een duidelijk ‘ja’ als antwoord op deze vraag. En dat komt vooral door de betere opbouw van organische stof in de bodem. In deze workshop bekijken we de Nederlandse situatie.

Meerhal 3 10.30 Niet meer ploegen, durf ik het aan? Sprekers: Derk van Balen (WUR) & niet-ploegende boeren Net zoals helemaal stoppen met antibiotica in de dierhouderij is de stap om te stoppen met ploegen in de akkerbouw ook een grote. Akkerbouwers die de stap hebben gemaakt, vertellen in de workshop over hun beweegredenen en hun aanpak om te starten en door te gaan met Niet Kerende Grondbewerking. 11.45 Gras/klaver: Welk mengsel kies je? Spreker: Sander Bernaerts (Zaadhandel Neutkens) Er zijn ontelbare mogelijkheden in het samenstellen van een gras/ klavermengsel. Welke klavers gebruik je nu eigenlijk het beste? Voeg je kruiden toe, luzerne of bijvoorbeeld rietzwenk of timothee? Is de prijs belangrijk of staat de voederwaarde voorop? Wat is verstandig en wat zijn de mogelijkheden? 37



workshops 13.00 Crowdfunding en Communityfunding: financieren voor de toekomst Spreker: Bart Pijnenburg (Tuinderij de Es) Olv: Maria van Boxtel (Land & Co) Crowdfunding: een nieuwe manier van financieren? Bart Pijnenburg en Daniella de Winter van Tuinderij de Es financieren de bedrijfsovername buiten de familie met klanten en startten hun eigen crowdfunding. Kun je zo (een deel van) je bedrijf financieren, mede betaald door burgers? Tuinderij de Es geeft ‘porties’ uit als grondaandelen. Andere biologische ondernemers ontvingen van klanten een achtergestelde lening voor een nieuwe schuur, of maakten via een vriendenstichting hun grond ‘vrij’. Laat je inspireren door voorbeelden van alternatieve financiering gepresenteerd door Maria van Boxtel, met of zonder de bank. 14.15 Verzilting een wereldkans Spreker: Marc van Rijsselberghe (Zilt Proefbedrijf) Er is anderhalf miljard verzilte grond in de wereld. Verzilting biedt echter een wereldkans volgens het Zilt Proefbedrijf. Zij hebben planten gevonden die op half zeewater kunnen groeien en toch heel smakelijk zijn. In deze lezing gaat Marc van Rijsselberghe in op de kansen die er liggen voor de biologische landbouw. 15.30 Marktperspectieven voor resistente rassen, commitment in de aardappelketen Sprekers: Edith Lammerts van Bueren (veredeling); Lizelore Vos (teelt); Arend Zeelenberg (afzet); Rudi Gerding (winkel consument) Olv: Leen Janmaat (Co-Free/LBI) Hoe vinden nieuwe rassen hun weg naar de consument? Voor aardappels groeit het aanbod. Het gaat hier om phytophthora-resistente rassen die na jaren van veredelen beschikbaar komen. De Groene Winkel neemt het voortouw door de nieuwkomers alvast in het schap te leggen en de klanten te verleiden tot een verantwoorde keuze. Op basis de voorkeur van de klanten, wordt het aardappelschap aangevuld. De uitslag van het klantenonderzoek de week voorafgaand aan de Bio-beurs wordt hier bekend gemaakt. In deze workshop verbinden we ketenpartijen. 16.45 Drie wegen naar een community rond je product Sprekers: Gert Noordhoff (Vier Parmentiers en Graanrepubliek); Barbara Rodenburg-Geertsema (Goede Vissers); Marjel Neefjes (Communicatiebureau de Lynx en Grebbeveld Schapen &zo) Je hebt een goed product (bijvoorbeeld een oud ras of gewas) en je hebt een goed verhaal. Hoe creëer je dan vervolgens een community rond je bedrijf en je product? Tijdens deze workshop vertellen drie ervaringsdeskundigen hoe hen dat lukte: via crowdfunding, evenementen, BN’ers en/of sociale media. Vervolgens gaan deelnemers in groepjes aan de slag met het creëren van hun eigen community.

Meerhal 4 10.30 Samenwerken met de stijl van je bedrijf Sprekers: Luc Ambagts (BD-Vereniging); Isabel Duinisveld (tuinder) Een tuinderij maakt kleine pakketjes sla van wilde en geteelde soorten. De tuinder kiest iedere week op het laatste moment wat er in gaat. Het product is een succes. Bij nadere beschouwing blijkt het product precies te passen bij EKOLAND | januari – 2015

donderdag 22 januari

de werkstijl die als ondertoon in het hele bedrijf aanwezig is. In de workshop spoor je die werkstijl van je eigen bedrijf op en leer je daar mee samenwerken. Dat levert succes op.

11.45 Borgen van Biologische kwaliteit Sprekers: Paulien Veerman (VBP/Bionext); Marcel Thijhuis (Precon) De biologische sector staat voor kwaliteit en de consument vertrouwt daarop. Een incident of schandaal in de biologische sector berokkent veel schade. Hoe kunnen we de keten zo inrichten dat de kwaliteit van producten gegarandeerd wordt, de kans op fraude minimaal is en je weet waar je risico’s liggen? 13.00 Nieuwerwets informatie verstrekken over allergenen Spreker: Ellis van Diermen (Précon Food Management BV) Sinds 13 december 2014 geldt wetgeving met betrekking tot de verstrekking van voedselinformatie aan consumenten. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen voorverpakte en niet voorverpakte levensmiddelen. In de praktijk blijkt onduidelijkheid te bestaan over de inhoud en de gevolgen van de wetgeving. Vooral over de wijze van informatieverstrekking van producten die via het out of home kanaal worden verkocht. De workshop voorziet in duidelijkheid rondom de inhoud van voedselinformatieverstrekking, zodat ondernemers zelf de vraag kunnen beantwoorden welke verplichte productinformatie op de producten van toepassing zijn. 14.15 Biologische melkveehouderij na 2020 Sprekers: Kees Water (Ekopart); Edith Finke (DLV Rundvee Advies) De biologische melkveehouderij wordt gekenmerkt door veelzijdigheid. Ieder maakt hierbij een eigen-(zinnige) keuze. Voorwaarde: perspectief voor de langere termijn om uw bedrijf met eigen inzichten te ontwikkelen, ook na 2020. De biologische melkprijs is de laatste jaren goed geweest en de verwachting is dat dit zo blijft. Dat helpt. Hierdoor liggen er goede kansen om uw duurzame productie, via de markt terug te verdienen. Wie pakt die kans? Workshop: toekomstvisie op basis van huidige resultaten en marktverwachtingen. 15.30 Innoveren: hoe doe je dat? Sprekers: Sander Polman (innovatieadviseur Kennispoort); Digni van den Dries (Mts Keij-van den Dries) Innoveren en vernieuwen: nodig voor een gezond bedrijf in de toekomst. Akkerbouwer Digni van den Dries experimenteerde met rijpadenteelt en ontwikkelde mee aan de Multi Tool Trac, de nieuwe electrische werktuigendrager. Digni van den Dries en innovatie-adviseur Sander Polman van Kennispoort nemen je mee in het innovatieproces. Leer van een ondernemer die alle stappen tot vernieuwing heeft doorlopen. Welke keuzes moest hij maken? Wie hielpen hem? Hoe heeft hij zijn businessplan opgesteld? Of is hij gewoon aan de slag gegaan? 16.45 Omschakelen naar biologische akkerbouw en groenteteelt Spreker: Sander Bernaerts (Naturim) Wat komt er kijken bij de omschakeling? Is er markt voor nieuwe telers en is het rendement wel beter? Tijdens de workshop komt ook aan bod hoe je het beste de omschakeling aanpakt en aan welke regels een biologisch bedrijf moet voldoen. 39


KENNIS EN ADVIES IN DE BIOLOGISCHE LANDBOUW Maatwerk voor ondernemers

Contact Harm Brinks, DLV Plant Coördinator biologische landbouw M 06 – 2042 3895 E h.brinks@dlvplant.nl

www.dlvplant.nl


Bodem

n er e o b m h et ode n b a r ov e its a f v m l i F t sp Bode m e h bi j t n de a v r Ja a

Bodem boeren in première

Het Jaar van de Bodem breekt aan, misschien brengt het antwoorden op mondiale bodemzorgen. Nederland is een gezegende delta, maar ook hier is nog veel winst te boeken, zo laat een nieuwe film over vijf eigenwijze bioboeren zien. Tekst en Foto’s Fransjan de Waard & Joris van der Kamp

I Film premiere • Bodemboeren Woensdag 21 januari, 19.00uur | Meerhal 2

n 2014 zijn we gestart met het maken van de film Bodemboeren. Daarin komen vijf boeren in beeld, die vertellen waarom en hoe zij voortdurend experimenteren en observeren om duurzamer met hun bodem om te kunnen gaan. We verwachten dat de film boeren en anderen in de sector vruchtbare nieuwe ideeën en invalshoeken zal bieden. Daarbij hopen we natuurlijk dat de geportretteerde ondernemers hen motiveren om ook zelf verdere stappen te gaan zetten. Het idee voor een film over vernieuwende ‘bodemboeren’ ontstond begin 2013 al, in een workshop van het Initiatief Bewust Bodemgebruik, een klein, zelfsturend team van rijksambtenaren en bodemprofessionals uit het bedrijfsleven. De vraag was hoe het Initiatief zich met zijn werk tot een groter publiek zou kunnen richten. Nu is de bodem als vakterrein aanzienlijk breder dan alleen de landbouw, maar de aarde als oorsprong van ons voedsel is maatschappelijk gezien natuurlijk

zeer aaibaar. Met succes ging het Initiatief Bewust ­Bodemgebruik achter financiering aan, en zo kwam het dat onze camera zijn eerste profielkuil in dook. De ‘filmcast’ bestaat uit een vijftal biologische boeren die, verspreid over het land, actief zijn in veehouderij, akkerbouw, tuinbouw, compostering, natuurbeheer en zorg - en allerlei combinaties daarvan. Samen vertellen zij in wezen een ‘nieuw bodemverhaal’: een weefsel waarvan de afzonderlijke draden weliswaar bekende en soms zelfs urgente bodemthema’s vormen, maar die pas in hun samenhang werkelijk betekenis krijgen. Alle boeren lijken daar langs hun eigen route de vinger achter gekregen te hebben, en met een verfrissend zelfvertrouwen en een zekere couleur locale schakelen ze tussen diepzinnige bespiegelingen en de technische details van hun eigenwijze aanpak. Twee referenten uit de onderzoekswereld onderstrepen het belang van de bodemecologie nog extra, als kadering voor de verhalen van de hoofdrolspelers. Met hun vernieuwingen mikken zij met bevredigend succes op structureel minder grondbewerking, betere bodemstructuur en waterhuishouding, meer biodiversiteit in de bodem zelf en het landschap als geheel, sluiting van regionale kringlopen, vastlegging van atmosferische koolstof, minder inputs aan minerale meststoffen en fossiele brandstoffen. En dat alles voor producten die de consument werkelijk weet te waarderen. Het Jaar van de Bodem kan beginnen. ‘Bodemboeren’ is een project van De Waard Eetbaar Landschap (thuisopaarde.nl) en Joris van der Kamp (future-farmers.net). Zie ook bewustbodemgebruik.nl. De film wordt na de beurs op uitnodiging vertoont, meer info op bodemboeren.nl.

EKOLAND | januari – 2015

41


Zo legt omschakelaar Pascal Groot aan consumenten uit waarom bio-kip duurder is:

Net voordat Pascal Groot het erf op komt lopen vertelt zijn moeder me over de tijd dat zij en haar man zelf kippen opfokten in de schuren achter hun woonhuis. Het oude pand waarin zij leefden heeft dit jaar plaatsgemaakt voor een prachtig groot nieuwbouwhuis voor Groot en zijn gezin. De lage schuren ademen echter nog steeds de bescheiden tijden van weleer. Tekst & Foto John van der Rest

‘I

k kom van mijn werk als administrateur”, vertelt Groot bij de kennismaking. “Het opfokken van bio­logische vleeskippen doe ik erbij. Net als negentig procent van de overige fokkers. Het is te kleinschalig van aard en levert niet voldoende op om van te leven. Maar goed, de consument krijgt door die kleinschaligheid wel een mooi product. Biologische kip heeft meer smaak dan kip uit massaproductie. Dat verschil proef je bij kip sterker dan bij rundvlees.” Consumenten klagen soms dat biologische kip zo prijzig is, zeker in vergelijking met niet-biologische kip. Groot: “Aan consumenten leg ik uit dat biologische en reguliere kip eigenlijk niet met elkaar zijn te vergelijken. Er zitten twee compleet verschillende werelden achter. En in plaats van ‘biologisch is te duur’ moet je eigenlijk stellen dat reguliere kip veel te goedkoop is. Om dat zo te houden moeten reguliere fokkers kunstgrepen uithalen. Anders overleeft hun bedrijf niet.”

42

“Een vos moet ook leven, maar liever niet van mijn kippen.”

Lekkere kluifpoot of droge borst? “Het verschil begint al met de kip zelf. Wij werken met het Kemper Landhoen. Die kip groeit veel langzamer dan de kip in de reguliere fok. Het Kemper Landhoen heeft minimaal tien weken nodig om op een natuurlijke manier op slachtgewicht te komen. Dat is veel natuurlijker, maar wel twee keer zo lang als de reguliere kip. Die wordt in sneltreinvaart in vijf tot zes weken met veel krachtvoer op gewicht gebracht. Tijd betekent geld, dus betaal je meer voor het biologisch product. Daarvoor krijg je kwaliteit die je proeft. Smaakvol vlees en kip met stevige botten, waarvan het lekker kluiven is. Weet je dat reguliere kip speciaal gekweekt is met een enorme borst? De meeste mensen willen namelijk alleen die borst, de kipfilet. Als mensen kiezen voor een hele biologische kip of voor kippenpoten vallen de kosten relatief mee. Zeker gezien de kwaliteit. Geef mij maar biologische kluifkip in plaats van droge kipfilet. januari – 2015 | EKOLAND


pluimvee

“Op een nacht werd ik wakker van krijsende kippen, sprong mijn bed uit en ging polshoogte nemen. Achterin de schuur vond ik een ravage van bloed en veren: een vos had zestien kippen doodgebeten. Sindsdien sluit ik de schuren ‘s nachts af en is dat probleem opgelost. Een vos moet ook leven, maar liever niet van mijn kippen.”

‘ Biologische kippen hebben smaak’ Groot laat de schuur zien met de bijna volwassen kippen en inderdaad: hier geen ‘Dolly Partonhennen’ met een enorme borstpartij. De kippen hebben relatief ruimte. Bovendien kunnen de kippen naar buiten via open ramen en uitloopgaten in de buitenmuren. In het weiland naast de schuur scharrelen een veertigtal kippen onder de struiken. “De binnenruimte per kip en vooral de buitenruimte vormen een tweede belangrijk onderscheid”, vertelt Groot verder. “Ik houd hier per schuur maximaal 3800 kippen die de eerste drie weken lekker op stro zitten. En ik heb speciaal ramen laten plaatsen voor de vereiste ventilatie en daglicht. Net zo belangrijk is de buitenruimte die elke kip tot haar beschikking krijgt. Alleen in de biologische opfok kunnen kippen echt naar buiten. Als ze dat willen, want het zijn kieskeurige dames. Als het regent, hard waait of te warm is, blijven ze lekker binnen. Vooral in de ochtend zie ik ze vaak massaal naar buiten trekken. Ze grazen graag, pikken insecten op en schuilen graag onder de bomen. Het zijn van origine bosvogels. Elke biologische fokker moet dus extra land hebben. Aangezien land kostbaar is in Nederland, zie je ook dat terug in de prijs. Scharrelkippen hebben wel meer ruimte, maar zitten in een volledig afgesloten ruimte met kunstmatige ventilatie.” Tot afgelopen zomer hield Groot zijn schuren dag en nacht open. Lekker makkelijk en lekker fris. Tot het noodlot toesloeg. EKOLAND | januari – 2015

“Smaak­ vol vlees en kip met stevige botten, waarvan het lekker kluiven is.”

Naast gras en insecten krijgen de kippen krachtvoer en tot drie weken oud krijgen ze meel. Net als reguliere kippen. Het krachtvoer, vooral granen, is voor 95 procent afkomstig uit biologische teelt. “Ook dit voer is kostbaar”, aldus Groot. Ik kijk opnieuw naar zijn kippen. Hé wacht eens even. Zijn slachtkippen niet vooral haantjes? “Als je goed kijkt, ontdek je misschien een enkele haan, maar die ziet de consument niet graag”, legt Groot uit. “Ze worden te zwaar. Lees: te duur. Daarbij werkt een uniforme kip voor de slachterij het snelst. Wist je trouwens dat het slachten in de biologische sector nog voor een groot gedeelte handwerk is? Mensen werken nauwkeuriger. Daardoor raakt het vlees minder snel besmet met bijvoorbeeld kippenpoep. De schaal is ook totaal anders. Biologisch slacht men maximaal 5.000 kippen per week. Regulier misschien wel 5.000 per uur. Dat zijn enorme verschillen, ook in de kosten.” Zen tussen de kippen! Als de biologische fok jou niet veel opbrengt, waarom kies je er dan toch voor? Groot: “De natuurlijke benadering maakt de biologische werkwijze makkelijk. Ik hoef veel minder te controleren dan mijn reguliere collega’s. Mijn kippen worden minder snel ziek. Daarnaast vind ik het leuk dat ik lovende reacties krijg op de kwaliteit van het vlees. Direct van mijn dorpsgenoten. Mijn kip is namelijk verkrijgbaar bij de reformwinkel hier in Tuitjenhorn. De belangrijkste reden is dat ik tussen de kippen tot rust kom. Ik zit vaak in stilte naar ze te kijken en geniet van hoe ze rondscharrelen. Tussen de kippen kan ik mijn ei kwijt.” John van der Rest, Bureau Tuinen & teksten, schreef dit artikel eerder voor Biovalley, www.biovalley.nl Meer info www.kemperkip.nl

Workshops • Omschakelen naar biologische (melk)veehouderij Woensdag 21 januari | 14.00 uur | Meerhal 4 • Omschakelen naar biologische akkerbouw en vollegrondsgroenteteelt Woensdag 21 januari | 17.45 uur| Meerhal 4 43


ge ita

biocu

ti arie es ar

v ral here ltu

D IN G

T

AS

R E O UETO-SE T PE N P O L LI N A

Zaadvaste rassen

• Van biologische telers voor biologische telers • Beproefde oude rassen en nieuwe biologisch-dynamische rassen p • Groenten, kruiden, bloemen Bezoek ons o

Individueel advies:

de Biobeurs!

Biosano bvba Mieke Lateir mieke.lateir@biosano.be | M. +32 (0)488 589990 www.bingenheimersaatgut.de

TeeltTeelt-en enbedrijfsadvies bedrijfsadviesbiologische biologischeakkerbouw akkerbouwen engroenteteelt groenteteelt Naturim Naturimworkshops workshopsop opde deBiobeurs: Biobeurs: •• “Onkruidbestrijding in “Onkruidbestrijding in2030” 2030”Over Overrobotisering robotiseringen en innovaties in mechanische onkruidbestrijding. innovaties in mechanische onkruidbestrijding.I.s.m. I.s.m.WUR, WUR, HAK, HAK,SBG SBGen engebr. gebr.de deLange Lange(wo (wo16.30u) 16.30u) •• “Omschakelen “Omschakelenbio bioakkerbouw akkerbouwen engroenteteelt” groenteteelt”(do (do16.45u) 16.45u) Meer Meerinformatie informatieworkshops workshopsop opwww.naturim.nl www.naturim.nl Sander SanderBernaerts Bernaerts06 068108 81086041 6041 sander@naturim.nl sander@naturim.nl

www.naturim.nl www.naturim.nl

Op 17 december jl. verdedigde Machteld Huber haar proefschrift over de definitie van gezondheid in brede zin en de relatie voeding en gezondheid in het bijzonder. Als onderzoekster van het Louis Bolk Instituut werkte ze onder meer mee aan het onderzoek naar de gezondheidseffecten van biologisch voer op kippen, het zogenaamde kippenonderzoek. Het proefschrift gaat vooral in op het concept ‘gezondheid’. Tekst Leen janmaat | Foto Louis Bolk Instituut

Waarom begin je bij het begrip gezondheid?

Machteld Huber: “Door de samenwerking met onze landbouwonderzoekers werd ik getriggerd door de relatie tussen het opvoeren van de productie en het afnemen van het aandeel secundaire metabolieten in onze voedselplanten. Deze secundaire metabolieten geven planten zelf het vermogen tot afweer. In voeding herkennen we deze stoffen onder andere als antioxidanten. Gewassen die geleidelijk groeien en niet worden opgejaagd bevatten verhoudingsgewijs meer van deze stoffen. Dit zou kunnen betekenen dat biologische producten ook als voedingsmiddelen positief bijdragen aan gezondheid. Een deel van de vraag van gezondheidseffecten van voeding is beantwoord in ons kippenonderzoek. We gebruikten hiervoor het begrip veerkracht: de kippen met biologische voer vertoonden een sneller herstel (meer veerkracht) nadat we ze een beetje ziek hadden gemaakt. Hierna ben ik meer over het begrip en definitie van gezondheid gaan nadenken.”


interview

Hoofddimensies die uitdrukking geven aan gezondheid:

Pijlers voor Positieve Gezondheid Lichaamsfuncties

1. Lichamelijke functies; 2. Mentale functies en beleving; 3. Spirituele/existentiële dimensies; 4. Kwaliteit van leven; 5. Sociaal-maatschappelijke participatie; 6. Dagelijks functioneren

Mentaal welbevinden

Dagelijks functioneren

Volgens Huber biedt de definitie van gezondheid richting aan onze gezondheidszorg

Gezondheid is iets dynamisch

Spirituele dimensie

Soci-maatsch. participeren

Wat is voor jou de juiste definitie? “In 1948 heeft de WHO een zeer brede en idealistische definitie van gezondheid gedefinieerd: een situatie van compleet welbevinden. In mijn proefschrift kom ik tot een meer dynamisch concept van gezondheid: ‘Gezondheid als het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren, in het licht van de sociale, mentale en fysieke uitdagingen van het leven.’ Deze definitie heb ik afgeleid na verkenningen bij zowel beroepsgroepen in de gezondheidzorg als patiënten zelf. Het was een verrassende ontdekking dat het denken over gezondheid afhangt van het feit of mensen zelf een ziekteproces hebben doorgemaakt. Bij deze groep krijgen spirituele/existentiële dimensies meer nadruk.”

Wat houdt het concept van positieve gezondheid in voor jou?

Benchmark, in te vullen door gebruikers, alleen of in gesprek met een hulpverlener, aan de hand van de subjectieve beleving van de kwaliteit van de zes dimensies op verschillende tijdstippen, eventueel na ondernomen acties.

Is biologische voeding gezonder?

‘Gezond­ heid als het vermogen om je aan te passen en je eigen regie te voeren.’

“Gaandeweg zijn we uitgekomen bij zes hoofd­ dimensies die uitdrukking geven aan de beleving van gezondheid. Aan de hand van gezondheidsindicatoren ontstaat een soort score die kan worden weergegeven in een spinnenweb (zie afbeelding). Hoe verder het web zich uitbreidt, hoe positiever de gezondheid van een patiënt wordt beleefd. Ik zou graag deze in eerste instantie subjectieve bepaling willen objectiveren. Dit vraagt om bij voorkeur eenvoudige meetinstrumenten.” Machteld Huber is sinds 1986 als onderzoeker Voedingskwaliteit & Gezondheid aan het Louis Bolk Instituut verbonden. Sinds 2011 is ze lid van de Wetenschappelijke Raad voor Integrale Duurzame Landbouw en Voeding en zij is medeoprichter van het International Research Network for Food Quality & Health. Machteld Huber heeft haar proefschrift ‘Towards a new, dynamic concept of Health. Its operationalisation and use in public health and healthcare, and in evaluating health effects of food’ verdedigd aan de Universiteit van Maastricht.

EKOLAND | januari – 2015

Kwaliteit van leven

“Hoewel er wel aanwijzingen zijn, mag ik dit als onderzoeker niet concluderen. Hiervoor is het nog te vroeg en zijn er nog te weinig onderzoeksresultaten voorhanden. Het kippenonderzoek heeft wel aanwijzingen gegeven. Ik zou graag werken aan onderzoeksmodellen met behulp van kleine organismen waarop fundamenteel onderzoek kan worden uitgevoerd. Een combinatie van verschillende benaderingen in het onderzoek naar de gezondheidsaspecten van voedingsmiddelen uit verschillende productiesystemen is het meest veelbelovend. De antwoorden met betrekking tot dit onderwerp zijn van groot maatschappelijk belang.” Inmiddels is een aantal organisaties voor zorg en publieke gezondheid gestart met het implementeren van het begrip ‘positieve gezondheid’. GGD Nederland wil het begrip o.a. integreren in de Nationale Volksgezondheidsmonitor, alsmede in praktijkinterventies. Veel regionale GGD’s hebben positieve gezondheid opgenomen in hun beleidsplannen. De regio Noordelijke Maasvallei (bestaande uit gemeenten, ziekenhuis, GGZ-instelling, zorggroepen) wil binnen vijf jaar de medische en sociale zorg inrichten op basis van het concept. Verschillende andere organisaties volgen. Leen Janmaat is verbonden aan het Louis Bolk Instituut Proefschrift is aan te vragen via 06 10 33 51 78, of l.daniels@louisbolk.nl

Debat • Wat eten we in 2030? Donderdag 22 januari | 14.30 uur | Hanzezaal 45


Voldoende water van goede kwaliteit is essentieel voor de gezondheid van de melkkoe

Oog

voor drinkwaterkwaliteit Voeding is van groot belang voor gezonde koeien. Goed drinkwater is daar­ bij een essentieel onderdeel van het dagelijks rantsoen. De koe vreet minder als ze te weinig of een slechte kwaliteit water tot haar beschikking heeft. Hoe kun je water duurzaam gebruiken en geschikt maken als drinkwater? Tekst Toine van Erp & Guillaume Counotte | foto’s De Gezondheidsdienst voor Dieren

E

en koe vreet gemiddeld 20 tot 25 kilogram droge stof per dag. De meeste gras- of maiskuilen worden eenmalig bemonsterd voor controle op diverse kwaliteitseisen voordat ze aan de koeien gevoerd worden. Een melkkoe drinkt 100 tot 200 liter water per dag, afhankelijk van de melkproductie, hittestress en hoeveelheid vocht (drogestofgehalte) in het rantsoen. Bij duurzaam gebruik van water is het een uitdaging om dit water van goede kwaliteit te laten zijn en dat de koe het smakelijk vindt om te drinken. We willen immers dat de koe genoeg drinkt, want minder wateropname betekent minder drogestofopname en dus een lagere melkproductie. Leidingwater heeft een gegarandeerde kwaliteit. Wanneer je een eigen bron gebruikt, ben je zelf verantwoordelijkheid voor de kwaliteit. Afhankelijk van de plaats in Nederland is het water minder of meer geschikt als drinkwater. In gebieden waar veengrond is, is het bijvoorbeeld behoorlijk lastig om het water geschikt te maken als drinkwater. Slootwater of oppervlaktewater wordt dan vaak als alternatief gebruikt, maar ook dat heeft zijn risico’s. Het opvangen van regenwater wordt als een duurzaam gebruik van water gezien. Maar de opvang en het bewaren is niet altijd zonder risico’s. Verontreiniging van regenwater met bacteriën uit muizen, ratten of vogels komt regelmatig voor. Clostridium en salmonella zijn daar voorbeelden van. Ook langdurige opslag van regenwater kan een risico vormen. Ammoniak uit de stal kan in het water komen en via ammonium worden omgezet in het schadelijke nitriet. Dit kan ook groei van bacteriën stimuleren. Soms wordt gebruikt water schoongemaakt via helofyten-filters (planten die water 46

kunnen zuiveren), maar ook hier is het risico op het achterblijven van schadelijke stoffen in het water zeker aanwezig. Dit water is zelden geschikt als drinkwater voor rundvee. Goede kwaliteit, goede smaak en voldoende ­beschikbaarheid zorgen ervoor dat een koe voldoende water opneemt. De smakelijkheid van het drinkwater wordt beïnvloed door onder meer ijzer, zouten en organische stoffen. Een plotselinge verandering van het gehalte aan ijzer en/of zouten, of van de hardheid in het water, kan de wateropname sterk beïnvloeden. Dit kan in de praktijk gebeuren als de koeien naar buiten gaan en daar drinken van oppervlaktewater of op stal komen en bron-of leidingwater ter beschikking hebben. In de praktijk blijkt dat koeien niet altijd ongehinderd de mogelijkheid hebben om water te drinken. Dit heeft onder andere te maken met het aantal en de plaatsing van drinkbakken, bezetting in de stal en de capaciteit van de waterleidingen. Een slechte waterkwaliteit vergroot het risico op pensaandoeningen, slechte groei, lagere weerstand en een verminderde melkproductie. De meeste problemen zijn niet met het blote oog zichtbaar, een drinkwateronderzoek geeft zekerheid over de kwaliteit.

Opvang en opslag van regenwater is niet zonder risico

Regelmatig onderzoek is wenselijk, want de kwaliteit van bronwater is sterk afhankelijk van de omgeving. Bovendien is er altijd kans op vervuiling van leidingen of drinkbakken. Onderzoek van een monster water uit de drinkbak geeft ondermeer inzicht in de waterhardheid en de gehalten ammonium, nitriet, natrium, ijzer en mangaan. Ervaring laat zien dat de schadelijkheid van water vooral wordt bepaald door de aanwezigheid januari – 2015 | EKOLAND


veeteelt

Onderwijs

Verminderde wateropname resulteert in een lagere melkproductie

van ammonium, nitriet en nitraat. Zo kan ammonium een voedingsbron zijn voor bacteriën in leidingen en bakken, daarnaast kan het een indicator zijn voor mest in drinkbakken en/of leidingen. Wanneer een koe ammonium binnenkrijgt, kost het veel energie om dit onschadelijk te maken in het lichaam. Van de zouten is vooral het natrium schadelijk, bij runderen kunnen te hoge concentraties natrium leiden tot diarree en hersenverschijnselen (afwijkend gedrag). Bij het drinkwateronderzoek wordt ook gekeken naar het totale kiemgetal, dit zegt iets over de algemene hygiëne van het water. Een verhoogd totaal kiemgetal kan bijvoorbeeld een gevolg zijn van besmetting van de bron met bacteriën. Ook kan een zogenaamde ‘biofilm’ in de leidingen ontstaan: bacteriën en andere micro-organismen zitten dan als een soort tandplak aan de binnenkant van de leidingen. Meestal zitten er ook ijzer- en mangaandeeltjes in deze biofilm, waardoor een hardnekkige verontreiniging ontstaat. Om de waterkwaliteit te verbeteren is het in de eerste plaats belangrijk te zorgen voor schone leidingen en drinkbakken. Het reinigen van de binnenzijde EKOLAND | januari – 2015

Zo’n 72% van de watermonsters die de afgelopen jaren zijn ingestuurd naar de GD, blijkt geschikt als drinkwater voor koeien, 20% is minder geschikt en 8% van de monsters is ongeschikt. Een te hoge ammoniumwaarde, een te hoge waterhardheid en een te hoog totaal kiemgetal zijn de drie voornaamste redenen voor het afkeuren van het water. Ook het ijzergehalte is regelmatig verhoogd: in 14% van de ongeschikte monsters was ijzer de reden voor afkeuren. Hogere gehalten ijzer verdringen de opname van zink en koper uit het voer en kunnen leiden tot diarree. Van de monsters uit drinkbakken blijkt ongeveer 30% bacteriologisch verontreinigd (totaal kiemgetal groter dan 10.000 kve/mL en/of E. coli aangetoond). Het gebruik van leidingwater is geen garantie voor ‘schoon’ water in de drinkbak: in meer dan 15% van de leidingwatermonsters, genomen uit drinkwaterbakken in de stal, wordt een sterke bacteriologische verontreiniging aangetoond.

van de leidingen met een oplossing van water en 2% citroenzuur kan al leiden tot een forse verbetering van de waterkwaliteit . Met behulp van een waterbehandelingssysteem is het mogelijk het water bij de bron te filtreren voordat het in de leidingen komt. De biologische veehouderij kan niet zonder goed en gezond drinkwater voor de runderen. De juiste en verantwoorde aandacht hiervoor moet het mogelijk maken dat dit belangrijke onderdeel van het dagelijks rantsoen kwalitatief en kwantitatief geborgd is. Ing. Toine van Erp is zoötechnisch medewerker en dr. Guillaume Counotte is toxicoloog bij De Gezondheidsdienst voor Dieren, www.gddiergezondheid.nl

workshop •O ok in 2030 goed boeren met ­gezond water Do 22 januari 13.00 uur | Meerhal 2 47



handel & Afzet

Ruim 125.000 hectare grond in Nederland is aan het verzilten. Wereldwijd zijn door verzilting al grote gebieden onbruikbaar geworden voor gangbare landbouw. Getracht wordt om verzilting zo veel mogelijk te voorkomen. Dat wordt echter steeds duurder, vaak is er ook niet voldoende zoet water beschikbaar. Het Zilt Proefbedrijf draait de zaken om. Tekst & foto’s REMkje visser

Op Texel ontwikkelde zoutresistente gewassen zijn een antwoord op de wereldwijde verzilting

Verzilting een wereldkans

H

et Zilt Proefbedrijf op Texel gaat niet uit van het bestrijden van verzilting, maar zoekt juist mogelijkheden om verzilting te benutten. Intussen is aangetoond dat er goed smakende rassen kunnen groeien in gebieden met zout kwelwater. De zilte aardappel is hier een aansprekend voorbeeld, maar ook zeekool, strandbiet, wortelen en ijskruid kunnen tegen zout. Het Zilt Proefbedrijf houdt zich sinds 2010 bezig met het testen en wetenschappelijk verantwoord monitoren van de zouttolerantie van landbouwgewassen, als aardappel, gerst en biet. Deze werkwijze is uniek in Nederland. Samen met prof. dr. Jelte Rozema van de VU en dr. Arjen de Vos, experimenteert de Texelse ondernemer Marc van Rijsselberghe al een aantal jaren met teelt en marketing van zoutresistente groenten, zoals aardappel, zeekool en strandbiet. De kiem werd gelegd toen een aardappelveredelaar aan Van Rijsselberghe vroeg hem te helpen bij de selectie van aardappels die goede opbrengsten geven op verEKOLAND | januari – 2015

ziltende gronden. Na de eerste succesvolle proeven met zoutbelasting van aardappels, wilde Van Rijsselberghe weten of andere landbouwgewassen ook bestand waren tegen zout. Het is een uitdaging om een biologische bodemvruchtbaarheid te ontwikkelen die onder zoute condities goed kan produceren. Er zijn nu proeven gaande met wortelen en uien. Ook zijn er onderzoekingen gedaan om te kijken of de stikstofproductie onder zilte omstandigheden bij vlinderbloemigen nog plaatsvindt. Op de testlocatie wordt zoet water en zeewater gemengd tot zeven verschillende zoutconcentraties waarmee alle proeven worden uitgevoerd. Elke zoutconcentratie wordt via druppelirrigatie aan een vak toegevoegd. Een vak is 160 m2 groot en elke zoutconcentratie heeft 8 herhalingen. In totaal dus 56 vakken van 160 m2. Op deze manier kunnen op een heel nauwkeurige en betrouwbare manier veldproeven worden uitgevoerd. Ook de zoutconcentratie in de bodem wordt continue gemeten en zo nodig bijgestuurd.

Zilte teelt heeft de toekomst. De opgedane ervaring vormt een uitstekende basis om de zouttolerantie van landbouwgewassen en halofyten te testen, de beste soorten daarvoor te selecteren en de eerste stap naar teeltopschaling te zetten. Het project biedt Nederland de kans om niet alleen voorloper te zijn in het onderzoek naar zilte teelt, maar ook om een wereldpositie in te nemen in de daadwerkelijke ontwikkeling en vermarkting van nieuwe zouttolerante plantenrassen. Hiermee wil Het Zilte Proefbedrijf ook een bijdrage leveren aan het wereldvoedselvraagstuk. In Pakistan is een proef gestart en er is belangstelling uit verschillende werelddelen. www.marcfoods.nl; www.ziltperspectief.nl; www.ziltproefbedrijf.nl In Nederland zijn dit jaar biologische zilte aardappelen en groenten onder het merk Marc. gelanceerd.

Workshop • Verzilting een wereldkans Donderdag 22 januari, 14.15 uur | Meerhal 3

49


Portret van een omgeschakelde Westfriese bloemkoolteler

Bloemkool & Bodem

Theo Vlaar Biologische akkerbouw op 20 hectare grond, voor de helft bloemkool; verkoop via landwinkel aan huis. Locatie: Andijk, Enkhuizen, Oostwoud en Hoogkarspel.

50

januari – 2015 | EKOLAND


Akkerbouw

In Westfriesland teelden en telen vele generaties boeren de mooiste kolen van Nederland. Theo Vlaar is een van hen. Op verschillende percelen rond Andijk, Enkhuizen en Hoogkarspel produceert hij broccoli, pompoenen, aardappelen en vooral heel veel bloemkool. Vooralsnog is hij de enige biologisch werkende teler in het Grootslag, zoals men dit gedeelte van Noord-Holland noemt. Tekst & Foto’s John van der Rest

W

as het een grote stap om anders dan collega’s te gaan werken? Theo Vlaar: “Biologisch werken heeft altijd mijn interesse gehad, ook in de jaren dat ik nog groenten op de gangbare manier teelde. Toen ik in 1985 in het bedrijf stapte, zag ik zo natuurlijk mogelijk telen meteen als een uitdaging. Mijn grote voorbeeld was mijn vader. Hij gebruikte hij al veel minder bestrijdingsmiddelen en kunstmest dan onze buren. Hij vond al die middelen maar onzin. Ze dienden volgens hem alleen maar om chemiebedrijven rijk te maken. Zijn houding heeft me geïnspireerd. Toen groothandel Naturelle in 1998 vroeg of ik biologische bloemkool voor ze wilde telen, was de stap naar omschakeling dan ook snel gezet.” Vlaar weet alles van bloemkool. Dat Nederlandse boeren op jaarbasis twintig verschillende bloemkoolrassen telen en dat het minstens 110 dagen duurt voordat een zaadje is uitgegroeid tot de spierwitte groente die in de winkels liggen. Vlaar: “Biologische bloemkool groeit gemiddeld een week langer dan gangbaar. Ik weet niet of de kool door de langzamere groei lekkerder is. Steviger is ie wel.”

Veel verzorging vragen die stevige biologische bloemkolen wel: “Ons seizoen begint medio maart. Dan planten we de eerste bloemkoolplantjes. De laatste bloemkoolplantjes planten we medio juli. In het prille voorjaar dekken we de plantjes af met vliesdoek om ze te beschermen tegen wildschade, hagel en nachtvorst. Afhankelijk van het weer oogsten we de eerste bloemkolen begin juni. Met de hand. Dit loopt bij een zacht najaar door tot begin december. We snijden de bloemkool van de stam en verwijderen het blad. Een trekker met oogstband verzamelt de bloemkolen, waarna ze worden verpakt en opgehaald door onze afnemers.” “Het meeste werk gebeurt onzichtbaar”, vertelt Vlaar met gevoel voor mysterie. “Het echte geheim van mijn succes is namelijk een rijk bodemleven. Het zijn de miljarden bacteriën, schimmels, aaltjes, wormen en andere beestjes onder de grond die de voedselvoorziening naar mijn bloemkoolplanten verzorgen. Als biologische teler steek ik daarom veel energie in het vertroetelen van mijn ondergrondse werkers. Ik voed EKOLAND | januari – 2015

“Het echte geheim van mijn succes als bloem­ koolteler is een rijk ­ bodem­ leven.“

ze met biologische, dierlijke mest. Liefst geitenmest. Daar houden wormen van. Net als de larven van bepaalde kevers. En die kevers eten later weer veel schadelijke slakken op. Toen ik op mijn huidige land begon te telen, zag ik geen enkele worm. Nu barst het van de wormengaatjes in de bodem. Wormen zijn ook gek op biologische bloemkool? Zij krijgen het blad. Ze trekken het gewoon de grond in.” “Ik wil nog een stap verder gaan”, vertelt Vlaar verder, “door voortaan niet meer te ploegen en zo het leven onder de grond meer rust te geven. We voeden de ondergrondse werkers dan, door na de oogst een groenbemester als grasklaver of luzerne in te zaaien. Deze planten binden belangrijke voedingsstoffen, zoals stikstof, uit de lucht en geven het vervolgens af in de bodem. Als voeding voor de volgende teelt. Zo brengen we de bodem steeds verder tot leven. Dat geeft me een goed gevoel.” Vlaar is positief over de toekomst van zijn bedrijf. “Ik zie de vraag naar biologische producten nog verder groeien. Op dit moment werk ik op twintig hectare land, met continu nieuwe akkers in omschakeling naar biologisch. Als de afzet zo doorzet, beheer ik over drie jaar dertig hectare. De meeste van mijn bloemkolen vind je in heel Nederland in de supermarkt onder het merk Bio+. In de regio verzorgt Willem & Drees een deel van mijn afzet. Samen met andere telers zou ik graag meer producten willen leveren aan bijvoorbeeld regionale ziekenhuizen. Hiervoor zie ik een mooie kans binnen BioValley Noord-Holland. Een grote groep biologische telers trekt vanzelf meer handel aan en kan samen directer met de consument communiceren. Mijn gezicht op mijn product is belangrijk. Ik ben trots op mijn bloemkool.” John van der Rest, Bureau Tuinen & teksten, schreef dit artikel eerder voor Biovalley, www.biovalley.nl

Workshops • Omschakelen naar biologische (melk)veehouderij Woensdag 21 januari | 14.00 uur | Meerhal 4 • Omschakelen naar biologische akkerbouw en vollegrondsgroenteteelt Woensdag 21 januari | 17.45 uur| Meerhal 4 51


De e l 4 0

Wordt vervolgd Bedrijfscontinuïteit in de biologische landbouw

Geef je grond door

Jonge boeren en tuinders zoeken grond om een landbouwbedrijf te starten of over te nemen. Sommigen vinden die op het ouderlijk bedrijf, anderen met moeite buiten de familiekring. Oudere boeren en tuinders zoeken soms mensen die hun grond kunnen blijven bewerken. Op de Bio-beurs verhalen van jong en oud over het doorgeven van grond. Laat je inspireren of laat je koppelen. Tekst Maria van Boxtel | foto Dick Boschloo

J

ong en je wilt wat? Maak dan op de Bio-beurs kennis met BD Jong voor Nederland, of met Future Farmers Movement voor zelfs heel Europa. Een voorbeeld van wat jonge boeren in Europa bezighoudt, vind je op www. future-farmers.net. Jonge groenteteler Ask Rasmussen is 27 jaar en neemt in Denemarken het bedrijf Kiselgården over van zijn ouders. Hij woont met zijn vriendin bij zijn ouders op het bedrijf en is van jongs af aan vertrouwd met het werk. In een filmpje over Ask op Future-Farmers. net laten filmers Juliane Haufe en Joris 52

van der Kamp dat uitstekend zien. Op Kiselgården is de filosofie: diversiteit is beter. Ask is ervan overtuigd dat het economisch slimmer is de risico’s te spreiden. Volgens die filosofie teelt de familie op de ruim 35 hectare geen gewassen voor één groothandel, maar groenten voor restaurants en particuliere abonnementen. Juist de combinatie is ideaal. Voor de sterren-restaurants – zoals de wereldberoemde restaurants NoMa en Geranium – oogsten ze piepkleine en bijzondere groenten, bijvoorbeeld een enkel blaadje van een paarse boerenkool.

De abonnees willen juist weer forse preistronken in hun groentepakket. Groenteteler Ask en zijn vriendin hebben vertrouwen in de toekomst, ze nemen de boerderij over van Ask’s ouders. Een fiscaal gunstige overname blijkt ook in Denemarken een langdurig traject. “Het is flink wat papierwerk en je hebt goede advocaten nodig,” verzucht Ask terwijl hij met trots het mooie bedrijf laat zien. Laat je inspireren door meer jonge boeren en leer hoe zij aan grond kwamen in de workshops over jonge boeren op de Bio-beurs. januari – 2015 | EKOLAND


bedrijfsvoering

Koe voor je verjaardag. Ravi van Marissing, nu tuinder en 35 jaar, had als kind een mooi verlanglijstje voor zijn verjaardag. “Als jochie vroeg ik een koe voor mijn verjaardag,” lacht hij in Dynamisch Perspectief, het ledenblad van de BD vereniging.. “Voor zover als ik me kan herinneren, heb ik altijd boer willen worden. Opgroeiend in het buitengebied genoot ik van de koeien in de wei, de grote hooiwagens die in de zomer voorbij reden en het tot diep in de nacht huilende geluid van de maïshakselaars in het najaar. Kwamen we terug van vakantie, dan rende ik als eerste naar de moestuin om met grote

‘Het gevoel dat ik thuishoor op deze grond, geeft mij rust en vertrouwen.’ verbazing te zien hoe alles in de periode van afwezigheid was gegroeid. Geluk had ik dan ook dat mijn moeder in het begin van mijn pubertijd als kaasmaakster op de toen nog onbekende Remeker kaasboerderij aan het werk ging. Reden voor mij om extra snel van school naar huis te fietsen om te kijken of ik op de boerderij nog ergens een helpende hand kon uitsteken. Op school konden mijn klasgenoten het maar weinig waarderen dat ik boer wilde worden. Een hele verademing was het dan ook om na mijn middelbare school op de Warmonderhof terecht te komen. Een hele klas vol mensen die mest niet vonden stinken, gefascineerd waren door machines en zelfde dromen hadden als ik, was werkelijk een feest. Dat thuisgevoel en die jubelstemming is volgens mij al die jaren van de opleiding gebleven. Ontmoet Landgilde op het Demeterplein op de Bio-beurs. Speciaal bodemspreekuur Landgilde (koppeling oud en jong) op woensdagavond 21 januari, bodemspreekuur Landgenoten (Vlaams grondfonds) op donderdagmiddag 22 januari. Want zoek je mensen of een biologische boerderij of ondernemers voor een tak erbij? Kijk op www.landgilde.nl. Sluit je op Facebook aan bij de groep ‘Bioboeren land en co’ voor directe uitwisseling onder jongeren. EKOLAND | januari – 2015

Na omzwervingen in Frankrijk met vleesvee en akkerbouw en in Nederland met groenteteelt, ben ik zeven jaar geleden mijn eigen groenteteeltbedrijf begonnen: De Raatakker. Grond waar je thuishoort. Startende boer Rick Huis in ’t Veld is 26 jaar en deelt zijn ervaringen ook in Dynamisch Perspectief. “De mooiste momenten heb ik als kind beleefd op het land. In de lente ging ik met mijn vader mee op de trekker om gras te maaien voor onze 50 koeien. Halverwege kwam mijn moeder koffie brengen, en ik speelde met mijn broertjes en zusjes in het vers gemaaide gras.” Na de middelbare school trekken een studie grafisch ontwerp en de kunstacademie hem meer aan. Maar dan: “Op de kunstacademie begon ik me meer te interesseren in waar mijn voedsel vandaan kwam en hoe het geproduceerd werd.”

‘Het is flink wat papierwerk en je hebt goede advocaten nodig.’ Rick besluit de Warmonderhof-deeltijdopleiding te gaan volgen om “de boer in mijzelf te ontdekken”. Het resultaat komt sneller dan hij had gedacht. “Na twee maanden stagelopen op een melkveebedrijf wist ik het. Ik wil boer worden!” Vanaf dat moment ging het snel. “Ik ben veel bedrijven gaan bezoeken, waardoor ik een steeds duidelijker beeld heb gekregen van mijn eigen droomboerderij. Ik droom van een boerderij waar de koe centraal staat, met zo veel mogelijk weidegang, een familiekudde, zonder antibiotica en een ruime heuvelstal. Een bedrijf dat niet alleen functioneel is, maar ook een mooie en inspirerende plek, waar mensen kunnen samenwerken en zichzelf op allerlei manieren kunnen ontwikkelen. En ik zou het mooi vinden om zelf een product te maken en te verkopen, zodat er interactie ontstaat tussen de boer en de consument.” Vanaf afgelopen zomer is Rick gestart met het realiseren van zijn droom, met

zijn vriendin woont en werkt hij met ouders en opa op het ouderlijk bedrijf. Uitdagingen genoeg: omschakelen naar biologisch, stoppen met onthoornen. Maar Rick is vol vertrouwen: “Het gevoel dat ik thuishoor op deze grond, die al generaties door mijn voorouders is bewerkt, geeft mij rust en vertrouwen in de toekomst.” Andere jonge boeren delen hun ervaringen in de workshops bedrijfscontinuïteit op de Bio-beurs. Kom ook! Maria van Boxtel is partner in Land & Co.

Jong op de Bio-beurs Workshops • J onge Boeren maken de nieuwe landbouw. Maar hoe dan? Donderdag 22 januari 2015 11.45 uur | Meerhal zaal 1 Drie innovatieve BD-boeren onthullen hun successen en geheimen in deze interactieve workshop. • Let’s Move Your Young Farmers’ Ass Donderdag 22 januari 2015 13.00 uur | Meerhal 1 Future Farmers Movement - een nieuw initiatief, met als doel het inspireren van toekomstige boeren en onderlinge kennisuitwisseling. • Inspringtheater St. Boerengroep ‘Als je droombaan Boer is...’ Donderdag 22 januari 2015 14.15 uur | Meerhal 1 In deze interactieve workshop wordt Stef bio-boer! Maar er is ook onzekerheid… Kom kijken!

Bedrijfscontinuïteit op de Bio-beurs Workshops •B edrijfsopvolging: hoe doe je dat? Woensdag 21 januari 2015 15.15 uur | Meerhal 4 • Crowdfunding en Communityfunding: financieren voor de toekomst Donderdag 22 januari 2015 13.00 uur | Meerhal 3

Debat • Bedrijfscontinuïteit en financiering: hebben we nog ondernemers in 2030? Donderdag 22 januari 2015 16.15 uur | Hanzezaal 53


‘Biologisch vaker bewerkt’ Aantal biologische boeren blijft gelijk, maar de besteding aan biologische voeding neemt toe en de omzet in biologisch stijgt. Terwijl het aantal biologische boeren al zo’n vier jaren op hetzelfde niveau blijft, geeft dezelfde periode een omzetstijging in biologisch te zien van ruim 20 procent. De bestedingen aan voeding met een biologisch keurmerk in de supermarkt, speciaalzaak en restaurant namen toe van 817 miljoen naar 984 miljoen euro. Deze tegenstrijdige trends zijn deels verklaarbaar door een dalende export van Nederlandse bioboeren en

mogelijk een gestegen import. Maar belangrijkste oorzaak is volgens WUR-onderzoeker Willy Baltussen dat biologische voeding vaker dan voorheen als duurder of luxer product in de markt wordt gezet. “Voorheen kostte een krop biologische sla 60 cent. Daar wordt nu vaker een zakje voorverpakte gesorteerde biologische sla van gemaakt, die het drievoudige kan opbrengen.” Op dit moment hebben biologische bedrijven

natureandmore.com. Ruissen is al 15 jaar bd appelteler in de Betuwe. Montoya noemde zijn boomgaarden ‘springlevend’.

Skal neemt partij biologisch veevoer uit de handel Louis Ruissen heeft ‘herkenbare’ appels

Een Nederlandse importeur heeft in Nederland en andere landen een partij besmet biologisch veevoer op de markt gebracht.

Een trotse Louis Ruissen ontving vorige maand uit handen van Ricardo Montoya, productmanager bij Eosta, de eerste gepersonaliseerde doos met appels. Eindelijk krijgen de Europese consumenten die zijn appels eten, te zien wie de teler erachter is. Met de code 621 kunnen consumenten uitgebreide informatie over zijn boomgaard vinden op www.

Kijk op www.kopersporen.nl voor een uitgebreide catalogus

PKS-tuingereedschap van nature beter!

49.800 ha cultuurgrond in gebruik en worden op biobedrijven 54 duizend runderen gehouden, 69 duizend varkens, 30 duizend geiten en 2,4 miljoen kippen. In de varkenshouderij is slechts 0,6% biologisch, tegen ruim 7% bij geitenhouders. Bron Volkskrant

Het gaat om 4000 ton zonnebloemkoek, waarin residuen van gewasbeschermingsmiddelen zijn aangetroffen: een fungicide en een insecticide. De al geblokkeerde partij, waar de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) en Skal Biocontrole onderzoek naar hebben gedaan, is uit de handel genomen. De zonnebloemkoek is verwerkt in veevoer voor biologische kippen, varkens en melkvee. Uit het onderzoek blijkt dat in de dierlijke producten geen sporen zijn achtergebleven van de bestrijdingsmiddelen. Skal heeft dan ook besloten dat de dieren die eerder het besmette voer hebben gegeten, hun biologische status behouden. Ook de melk, eieren en vlees van de dieren behouden hun biologische status. Skal is nog op zoek naar de oorzaak van de besmetting.

EKO past Horeca­ programma aan

Het Horecaprogramma van het EKO-keurmerk wordt in 2015 aangepast. De wijzigingen vloeien voort uit de wens naar meer zichtbaarheid van het keurmerk in de markt, en de ambitie van de Stichting EKO-keurmerk een bijdrage te leveren aan de inhaalslag die de biologische afzet in de horeca kan maken ten opzichte van de retail. Het EKO

Advertenties

PKS-tuingereedschap van brons werkt gemakkelijker, roest niet en is beter voor de grond Kopersporen • Sparrenlaan 5 • 9401 RA Assen • tel: 0592-319402

Vakantie ? Op zoek naar BEDRIJFSVERVANGING ? Willem Beekman doet dit graag en heeft 25 jaar ervaring in, kennis van en affiniteit met gemengde biologische bedrijfsvoering: • melkt op de grup, in de melkput, en met de robot • insemineert al 15 jaar DHZ-KI • verzorgt land, plant en dier • verwerkt melk naar kaas of andere zuivelproducten • werkt met trekkers en machines • zorgt voor opslag en uitlevering van producten • ook op een zorgboerderij • is betaalbaar, betrouwbaar en professioneel. Ø Bel Willem: 06-50440644 of mail: beekm603@planet.nl www.boerwillem.nl/agrarisch vervang


marktberichten Horecaprogramma wil naast certificeren ondernemers ook actief gaan steunen om het beste uit de markt te halen door onder meer publiciteit, opleidingen voor medewerkers, PR en advies. Ook wil het programma voortaan gaan meten op andere duurzaamheidsaspecten zoals vermindering van voedselverspilling, fair trade en bewust omgaan met energie. Het meten is vooral bedoeld als een eye-opener welke opties voor verduurzaming er in het bedrijf zijn. Als derde grote verandering komt er een nieuw stappenmodel voor meer zichtbaarheid en groei in deelnemers. De normen van de certificering wordt gaandeweg aangescherpt.

Productie regionaal veevoer blijft achter Nederlandse voedselbedrijven doen te weinig om veevoer regionaal te produceren, blijkt uit onderzoek van het Centrum Landbouw en Milieu. Een groot aantal veevoerbedrijven, vleesbedrijven en supermarkten beloofde in het Verbond van Den Bosch om in 2020 50% van het veevoer lokaal te produceren. Uit de 11 december gepubliceerde ‘Monitor Regionaal Eiwitrijk Veevoer’ blijkt dat het gebruik van regionaal geteeld veevoer in twee jaar slechts met 1% is gestegen. Het grootste deel van het veevoer in de vorm van soja komt nog steeds

uit Zuid-Amerika, wat daar leidt tot grootschalige ontbossing. “Op papier zegt het bedrijfsleven de productieketens van vlees te

willen verduurzamen, maar in de realiteit hebben de supermarkten geen idee waar het veevoer vandaan komt. Veevoerbedrijven weten dit wel, maar delen deze

informatie niet”, aldus Jacomijn Pluimers, campagneleider Duurzaam Voedsel van Milieudefensie. De bedrijven zijn niet goed geïnformeerd over de duurzaamheidsvoordelen van regionaal veevoer en zijn ook afwachtend omdat soja van eigen bodem nog duurder is. Uit een rapport van Wageningen Universiteit en Research blijkt dat diermeel en soja van eigen bodem ZuidAmerikaanse importsoja prima kunnen vervangen. Hiervoor is in Nederland wel innovatie van de teelt van soja nodig. Meer informatie op https://milieudefensie. nl/publicaties/rapporten/monitor-regionaalveevoer.

Biohuis update Nieuwe EU regelgeving niet geaccepteerd Het afgelopen jaar is vanuit Biohuis en Bionext veel energie besteed aan de voorstellen voor een nieuwe Europese biologische wetgeving. Deze voorstellen waren opgesteld door de Europese Commissie. Eerdere suggesties vanuit de biologische sector werden grotendeels genegeerd en er kwam veel protest tegen de voorstellen. Doordat vrijwel alles overhoop zou worden gehaald en door soms onwerkbare nieuwe regels, vreesde de biologische sector in heel Europa een situatie van teruggang en verlamming. De sector heeft Europabreed gepleit voor het alternatief van het verbeteren van bestaande regelgeving. Hierbij zijn ook vanuit Biohuis constructieve suggesties gedaan door de biologische regels tegen het licht te houden, in overleg met vertegenwoordigers uit alle sectoren. Frans Timmermans heeft, mede op ons verzoek, de nieuwe wetsvoorstellen op

EKOLAND | januari – 2015

de lijst van mogelijk overbodige voorstellen geplaatst. De nieuwe landbouwcommissaris, veel nationale landbouwministers en leden van het Europees Parlement zijn er inmiddels van overtuigd dat het anders moet. De media hebben hier de afgelopen tijd ook aandacht aan besteed. Zo was Biohuis voorzitter Jan Jaap Jantjes in december in Nieuwsuur. (foto) Ook achter de schermen kunnen bestaande Europese regels opeens veranderd worden. Dat kan zonder tussenkomst van ministers en parlement, als het om technische details gaat. Dit dreigde begin 2014 te gebeuren, toen de Europese Commissie de omschrijving van toegestane meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen wilde veranderen.

Door de nieuwe tekst dreigden diverse nuttige producten – deels onbedoeld – met onmiddellijke ingang uitgesloten te worden. Dat zou voor veel teeltbedrijven zeer schadelijk uitgepakt hebben. Door actief lobbywerk konden we dit voorkomen. (lees ook het interview met Hester Maij op pag 14 en Jan Jaap Jantjes op pag 21)

Voorstellen A-meststoffen in Skal bestuur Zoals hier eerder werd bericht, heeft het Biohuis in juni 2014 aan Skal een aantal voorstellen gedaan over biologische bemesting. Daarbij zou het percentage A-meststof van 60% naar 65% gaan en zouden er ruimere mogelijkheden komen om biologische

mest op te slaan, te mengen en te bewerken. Dat moet leiden tot beter bruikbare mest voor telers en de dierlijke sector kan dan eventuele overtollige mest beter afzetten. Daarnaast is voorgesteld om reststromen van gecertificeerd biologische herkomst als A-meststof te erkennen, zoals verenmeel en raapzaadschroot. Uiteindelijk heeft het Skal bestuur op 17 december met de voorstellen ingestemd. Het ministerie van EZ wordt nu om instemming gevraagd. De besluitvorming bij Skal kostte meer tijd dan verwacht, daarom kan het percentage A-meststof pas in 2016 veranderen. Ook moet er nog een aantal voorschriften uitgewerkt worden. We hopen dat de nieuwe voorschriften voor opslag en bewerking van biologische mest al eerder in 2015 gepubliceerd kunnen worden. Dat geldt ook voor de certificering van bepaalde biologische reststromen. Een aantal ketenpartijen is dit voor biologisch verenmeel aan het voorbereiden. Zo kan de biologische kringloop weer wat verder worden gesloten.

55


Natuurboeren actief op zoek naar manieren om hun unieke producten te verkopen

Kringloop sluiten en weg van bulkmarkt Beheer van natuurgrond speelt een belangrijke rol in de bedrijfsvoering van familie Broenink in Langeveen (Ov.). Dat past bij de filosofie om regionale kringlopen te sluiten en unieke producten te maken en te verkopen. Tekst Berrie Klein Swormink | foto’s Mirjam Boomkamp

O

p een steenworp afstand van de boerderij van de familie Broenink ligt natuurgebied Engbertsdijksvenen. Een restant van het grote veenmoeras dat ooit het noordoosten van Nederland bedekte. “Zo’n uniek stuk natuur verdient het om behouden te blijven”, vindt Jan Broenink. “En wat is er mooier dan om daar als boer een bijdrage aan te mogen leveren.” Jan en Hermien Broenink hebben samen met hun zonen Jorg en Ruben een bedrijf met runderen en varkens in het Twentse Langeveen. De rundveehouderijtak is sinds 1999 biologisch. De varkenshouderij is niet Skal-gecertificeerd. Wel heeft Broenink ook bij de varkens gekozen voor een productiewijze die afwijkt van gangbaar. Hij houdt vleesvarkens in wroetstallen. Ze hebben daar extra ruimte en leven op zaagsel. Een bijkomend voordeel is dat er vaste mest uit wroetstallen komt. “Het streven naar een duurzaam bedrijf zat altijd al in me”, vertelt Broenink. “Ik heb bijvoorbeeld nooit iets gezien in de aankoop van een melkquotum. In plaats van intensiveren hebben wij steeds geïnvesteerd in aankoop van grond om op die manier het bedrijf te versterken.” Het sluiten van kringlopen is volgens Jan een goede manier om een agrarisch bedrijf zowel milieutechnisch als economisch sterk te maken. “In de jaren negentig van de vorige eeuw begonnen we met het zelf telen van granen voor de varkens. Na een aantal jaren was dat door dalende voerprijzen financieel niet meer interessant. Toch bleven we zoeken naar mogelijkheden om zo veel mogelijk zelfvoorzienend te zijn. De overstap 56

naar biologisch in 1999 was dan ook een logische stap.” Jan was rond de eeuwwisseling ook een actief deelnemer aan Platform PMOV, een groep bevlogen boeren en wetenschappers die samen de basis legden voor de huidige gedachten over kringlooplandbouw. Broenink blijft zich oriënteren op mogelijkheden om de bedrijfsvoering duurzamer te maken. “We zoeken voortdurend hoe het anders en beter kan.” Intussen heeft hij scherp voor ogen waar hij met het bedrijf naar toe wil. Sinds 2004 is hij bezig met een bedrijfsontwikkeling die gericht is op het realiseren van drie bedrijfslocaties zodat er voor zowel de zonen Jorg en Ruben als voor hemzelf voldoende ondernemersruimte ontstaat. De huidige hoofdlocatie aan de Balkenbeltsweg blijft de plek voor het melkvee en de daar aanwezige varkens. Op een tweede locatie, 600 m van de huidige hoofdlocatie in landbouwontwikkelingsgebied (LOG), wil Broenink een nieuwe wroetstal voor vleesvarkens bouwen met plek voor 3.000 varkens. Na tien jaar soebatten is de vergunning nu rond. Het bedrijf beschikt over een derde locatie in de bufferzone bij de Engbertsdijksvenen. Hier staat een potstal voor de ossen waarmee Broenink begrazingsbeheer uitvoert in natuurgebied Engbertsdijksvenen. Voor het melkvee liggen er ook bouwplannen. De bedoeling is om voor de koeien een zogenoemde familiestal te bouwen. Het wordt een vrijloopstal met houtsnippers, waarin de kalveren de eerste maanden na de geboorte bij hun moeder kunnen blijven. “Door te werken met melkrobots en selectie-

‘Natuurboeren hebben een afzetketen voor rundvlees op poten staan.’

januari – 2015 | EKOLAND


Natuurbeheer

Het bedrijf van de familie Broenink omvat een biologisch melkvee bedrijf met 90 blaarkopkoeien en 60 ha grond; een varkenshouderij met 450 zeugen en 1.000 wroetvarkens en een rundvleesproductie met 130 blaarkopossen op 150 ha natuurgrond in de Engbertsdijksvenen (in samenwerking met Staatsbosbeheer).

FotoNatuurboeren

Jan Broenink

Blaarkopossen in de natuur

Natuurboeren combineren markt en natuur De biologische boeren van stichting Natuurboer uit de Buurt combineren werken aan biodiversiteit met het vermarkten van hun producten. Met de Stichting Natuurboer uit de Buurt willen de boeren soortenrijkdom stimuleren, uitbreiden en verbeteren, en dit integreren met productie en afzet. Het verst ontwikkelde marktinitiatief is een afzetketen voor rundvlees van Oudhollandse rassen. Stichting Natuurboer uit de Buurt werkt hierbij samen met vleesgrossier Groothedde in Vaassen. Instapcriteria om mee te kunnen doen aan stichting Natuurboer uit de Buurt: biologische bedrijfsvoering; minimaal 25 procent van het bedrijfsareaal is natuurgrond; aantoonbaar werken aan meer biodiversiteit op het bedrijf. Kijk voor meer informatie over de natuurboeren op www.natuurboeren.nl

EKOLAND | januari – 2015

hekjes kunnen we de kalveren geleidelijk spenen en zo de natuurlijke situatie benaderen.” Alle kalveren blijven op het bedrijf. De meeste stierkalveren brengen als os het grootste deel van hun leven in natuurgebied Engbertsdijksvenen door. Groei is voor Broenink geen doel op zich. “Door de nieuwe stal zullen we straks wat meer koeien kunnen houden. De nadruk blijft echter liggen op het asluiten van regionale kringlopen. Uitbreiding van het areaal natuurgrond dat we met onze runderen beheren, zou daar goed bij passen. Verder blijft het goed vermarkten van onze producten voortdurend aandacht vragen.” Vanaf de oprichting in 2010 is Broenink bestuurslid van Stichting Natuurboer uit de Buurt. Hij is ook de trekker van de afzetketen voor rundvlees van Oudhollandse rassen die de natuurboeren met Groothedde Vaassen hebben opgezet (zie kader). “De aanpak van de natuurboeren past precies bij onze strategie om los te komen van de bulkmarkt voor de afzet van onze producten. Het ontwikkelen van uitgekiende marktconcepten in combinatie met korte ketens is nodig om je als boer te kunnen onttrekken aan de race om de laagste kostprijs. Bij de natuurboeren hebben we nu een interessante afzetketen voor rundvlees op poten staan. De volgende stap is om dat ook met melk te gaan doen. Hopelijk kunnen we daarover in de loop van 2015 meer melden.” Workshop • Natuurboeren in ontwikkeling Woensdag 21 januari | 14.00 uur | Meerhal 1 57


In de laatste vijf tot acht decennia is ons voedselsysteem enorm veranderd. Van kleinschalige productie, korte regionale ketens en een nauwe band tussen productie en consumptie, naar een mondiaal, complex en dynamisch voedselsysteem gericht op massaproductie en –consumptie. Er zijn in toenemende mate zorgen over de duurzaamheid van ons moderne voedselsysteem. Een mogelijke oplossing is een meer regionaal ingerichte voedselketen. Maar is dit werkelijk duurzamer? Tekst Wijnand Sukkel & Marcel Vijn | Foto PPO (Deel Cover-brochure)

Regionale voedselketens bieden veel mogelijkheden tot verduurzaming

Hoe duurzaam is een regionale voedselketen?

D

oor PPO-Wageningen UR werd een casestudie gedaan naar de effecten van korte ketens op enkele aan klimaatgerelateerde indicatoren. Hiervoor werd een regionale voedselketen vergeleken met een keten waarbij geen rekening gehouden werd met de herkomst van de producten. Als case werd de levering van voedsel aan de Sint Maartenskliniek in Nijmegen genomen. De situatie van vóór 2009, waarbij het voedsel werd geleverd door een landelijke distributeur wordt vergeleken met de huidige situatie waarbij het voedsel door Oregional wordt geleverd. Oregional bestaat uit een groep biologisch en gangbaar werkende boeren die een breed assortiment aan verse en houdbare producten kan leveren. De coöperatie voorziet horeca, zorginstellingen, bedrijfscateraars, winkels en consumenten van regionaal geproduceerd voedsel (regionaal is hier gedefinieerd als binnen een straal van 50 km in de regio Nijmegen, Arnhem en Kleve). De vraag is of deze regionale voedselketen in voedselvoertuigkilometers, (fossiel) energieverbruik en broeikasgasemissies, beter scoort dan een voedselketen waarbij geen rekening wordt gehouden met de herkomst van producten. Naast energieverbruik, voertuigvervoerskilometers en broeikasgasemissies, zijn er mogelijk

58

andere effecten van de regionale voedselketen voor de Sint Maartenskliniek, zoals overige ecologische effecten en sociaal economische effecten. Om te onderzoeken of regionale voedselketens duurzamer zijn, is een beknopte literatuurverkenning gedaan en zijn verschillen in genoemde regionale en landelijke keten doorgerekend op hun effect op voedselvoertuigkilometers, fossiel energieverbruik en broeikasgasemissies. Er kunnen op veel terreinen verschillen optreden tussen regionale en landelijke/ mondiale ketens. Het meest voor de hand liggend is de transportafstand. Daarnaast kunnen er ook op andere plekken in de keten verschillen optreden zoals bijvoorbeeld in productie-efficiëntie, voedselverliezen of hoeveelheid verpakking. De berekeningen hebben zich in eerste instantie gericht op het effect van het verschil in transportafstand. Daarnaast zijn de volgende variaties in de keten gesimuleerd en indicatief doorgerekend: • Grotere omzet in de regionale keten, waardoor de beladingsgraad van de transportmiddelen toeneemt. • Gebruik van een elektrische bestelauto in de regionale keten. • Minder voedselverlies in de St Maartenskliniek als gevolg van de regionale keten.

• Minder verpakking als gevolg van de regionale keten. • Vermindering van energieverbruik en broeikasgasemissie in de primaire productie. Oregional werkt nog met relatief kleine volumes waardoor het regionale transport voornamelijk met een bestelauto plaatsvindt. Wanneer er grotere volumes getransporteerd worden kunnen de transportmiddelen mogelijk efficiënter worden ingezet. Daarnaast maakt de relatief korte transportafstand elektrisch vervoer mogelijk goed toepasbaar voor de regionale keten. Korte ketens hebben mogelijk minder voedselverlies en verbruiken mogelijk ook minder verpakkingsmateriaal. Minder voedselverlies en minder verpakking geven minder energieverbruik en broeikasgasemissies per eenheid voedsel. De Sint Maartenskliniek geeft zelf aan dat de voedselverliezen sinds 2009 sterk zijn afgenomen. Het is echter niet duidelijk of dit ook daadwerkelijk veroorzaakt wordt door de keuze voor regionale producten. Oregional spant zich in om energieverbruik en broeikasgasemissies in de primaire productie te verlagen. In het kader van deze studie kon echter niet worden onderzocht of de Oregional toeleveranciers ook daadwerkelijk een lager energiejanuari – 2015 | EKOLAND


handel & afzet

gebruik of broeikasgasemissie hebben in vergelijking met landelijke of mondiale producenten. De resultaten van de berekeningen laten zien dat het huidige regionale voedselsysteem van Oregional circa 30% vermindering oplevert van fossiel energieverbruik (figuur 1) ten opzichte van het gangbare (landelijke) voedselsysteem. Diezelfde trend geldt ook voor broeikasgasemissies. Het aantal voertuigkilometers neemt daartegenover voor de regionale keten met 30% toe ten opzichte van de landelijke keten (figuur 2). De voertuigkilometers in het regionale voedselsysteem worden afgelegd door een bestelbus, de meeste voedselkilometers in de landelijke keten worden afgelegd door een middel1.000 900 800 700 600 500 400 300 200

van transportafstand. Ditzelfde geldt voor besparing in energieverbruik en broeikasgasemissie in de primaire productie. Een duurzamere primaire productie, minder voedselverlies en ook vermindering van verpakking kunnen een sterke combinatie vormen met regionale productie en afzet. Deze effecten ontstaan echter niet vanzelf bij een regionale keten maar moeten specifiek ontwikkeld worden. Er zijn andere duurzaamheidsaspecten om rekening mee te houden. Deze verkenning richt zich op een zeer beperkt aantal milieutechnische duurzaamheidsaspecten gerelateerd aan regionale voedselketens. Het zou onjuist zijn om de waarde van deze ketens alleen maar af te wegen aan de prestatie op broeikasgasemissie, energieverbruik en voedselvoertuigkilometers. Ook andere milieuaspecten, sociaal-maatschappelijke en economische aspecten behoren in de beoordeling te worden meegenomen. Milieuaspecten die direct of indirect aan regionale voedselketens zijn gerelateerd, zijn het sluiten van (regionale) kringlo-

100 0

Landelijk

Regionaal

Figuur 1. Energieverbruik voor transport in MJ per ton vervoerd voedsel in de landelijke en de regionale keten

grote vrachtwagen. In de vergelijking van praktijkcases van landelijke en regionale voedselsystemen moet wel in aanmerking genomen worden dat de landelijke/ mondiale voedselsystemen relatief grote volumes vervoeren en in hun logistiek al sterk zijn geoptimaliseerd, terwijl de regionale voedselsystemen qua volume en logistiek nog in de pioniersfase zitten. Een sterke verbetering betreffende energieverbruik en emissies is mogelijk. Dit blijkt ook uit een simulatie in de berekeningen die laat zien dat wanneer de gemiddelde belading van de bestelauto van Oregional van 500 naar 740 kg gaat, de voertuigkilometers van het landelijke en regionale scenario gelijk zijn. Bij een hogere gemiddelde belading dan 740 kg is het aantal voertuigkilometer in de regionale keten lager dan in de landelijke keten. Uit de berekeningen bleek verder dat vermindering van voedselverliezen een veel sterker verlagend effect heeft op energieverbruik en broeikasgasemissies dan vermindering EKOLAND | januari – 2015

140 120 100 80 60 40 20 0

Landelijk

Regionaal

Bestelbus

Middelgrote vrachtwagen

Kleine vrachtwagen

Grote vrachtwagen Grote vrachtwagen bulk

Figuur 2. Voertuigkilometers per ton vervoerd voedsel voor de landelijke en de regionale keten

pen, watergebruik, biodiversiteit, emissie van pesticiden, landgebruik, maar ook voedselveiligheid en gezondheid. De potentie van regionale voedselketens ligt in de mogelijkheid van het verder regionaal sluiten van kringlopen. Regionale rest- en afvalstromen kunnen in dezelfde regio weer worden ingezet voor voedselproductie waardoor de noodzaak voor externe inputs verkleind wordt. Er valt hierbij te denken aan voedselresiduen voor veevoeder, organisch afval voor compost en bemesting en zelfs aan het gebruik van nutriënten en organische stof uit rioolaf-

val. Ook kan regionaal opgewekte energie weer rechtstreeks ingezet worden voor de voedselketen zoals elektriciteit voor koeling, verwerking en transport. Een andere potentie ligt in het bewaren van de diversiteit in de regio. Economisch zowel als ecologisch. Specialisatie en productie voor een landelijke of mondiale markt leidt vaak tot schaalvergroting en toename van monoculturen. Voor regionale afzet dient het productaanbod divers te zijn wat leidt tot een grotere gewasdiversiteit en een ander type productiebedrijf (zie ook het artikel ‘Regionaal georiënteerd groentebedrijf heeft perspectief’ in Ekoland maart 2014). De casestudie levert een aantal inzichten op die ook toepasbaar zijn voor andere ketens. De verkenning betreft een specifieke voedselketen met een relatief klein volume. De resultaten van deze casestudie zijn dan ook niet één op één vertaalbaar voor andere voedselketens. Toch zijn uit deze verkenning de volgende aanbevelingen te destilleren voor verdere verduurzaming van regionale voedselketens: • Transport en logistiek: zorg voor voldoende volume in de logistiek en afzet en zorg voor een professionele organisatie in de logistiek. Verken de mogelijkheden voor elektrisch transport. • Totale voedselketen: focus niet alleen op logistiek en op klimaatindicatoren maar werk aan meerdere aspecten van duurzaamheid in de gehele keten. Wees hierbij alert op afwentelingen. Beperk het aantal schakels in de keten zoveel mogelijk. • Voedselverliezen: beperk zoveel mogelijk de voedselverliezen in de keten. Bezuinig bijvoorbeeld niet op een goede koeling maar kies liever voor hernieuwbare energie voor de koeling. • Duurzaamheid van primaire productie: bevorder in samenwerking met de toeleveranciers de duurzaamheid van de primaire productie en verwerking. Denk hierbij bijvoorbeeld aan hernieuwbare energie (zonnepanelen, windmolens, energiezuinige kas). Wijnand Sukkel en Marcel Vijn werken bij PPO Wageningen UR Meer informatie is te vinden in het rapport ‘Duurzaamheid van een regionale voedselketen’, http://edepot.wur.nl/299919. Lees ook het artikel ‘Kansen voor ‘biologisch van dichtbij’ in zorgsector’ op pagina 64.

59


Bio-beurs 21 en 22 januari

Waag jij de sprong? Demeter plein op de Bio-beurs: ‘Levende bodems’

Tentoonstelling met levensgrote bodemprofielen Bodemlaboratorium met bodemspreekuur Café voor ontmoeting en uitwisseling Doorschakelen naar biodynamische landbouw? 22 Januari 16.45-17.45 uur: Workshop ‘Bodem als basis’ door Leen Janmaat en Petra Derkzen Het Demeter-plein is een samenwerking tussen Stichting Demeter, de BD-Vereniging en Warmonderhof en wordt mede mogelijk gemaakt door EkoPlaza, Estafette Odin, Landgilde, Landgoed Kraaybeekerhof en Stichting Grondbeheer.

Met respect voor de natuur

Rijk Zwaan is een internationale specialist in het creëren van hoogwaardige groenterassen; ook voor de biologische markten. Met respect voor de natuur. U kunt uw markten optimaal bedienen met ons brede assortiment biologisch geteelde of niet-chemisch behandelde groentezaden. rijkzwaan.com.

RZN-adv-187bx126h-wt-140110.indd 1

10-01-2014 11:47


handel & afzet

Vogelbescherming werkt samen met boeren om weidevogels te behouden

Op de bres voor het rijke Nederlandse weidelandschap In de media wordt vaak gerept over de enorme economische waarde van onze landbouwexport, waarin zuivel een belangrijke rol speelt. Minder mensen weten dat door de intensivering van de melkveehouderij bloemen, vogels, bijen en vlinders op veel bedrijven zijn verdwenen. Tekst & Foto Gerrit Gerritsen

I

n 2013 startte de Vogelbescherming de campagne Red de Rijke Weide, met als doel een het behoud van minimaal twintig procent van het rijke weidelandschap. 100.000 mensen zetten hun handtekening onder dit doel. Binnen de campagne zijn meerdere projecten ontwikkeld met biologische boeren. Weidevogels houden van vochtige natte graslanden waarin de oudervogels voldoende wormen kunnen vinden en hun kuikens voldoende insecten. Sinds circa 1990 verslechteren de leefomstandigheden echter voortdurend en neemt de populatie van onze nationale vogel de grutto met gemiddeld vier procent per jaar af. Toen de Rijksoverheid dit probleem ontdekte, kwamen er reservaten en subsidies voor agrarisch natuurbeheer. Deze subsidies lossen het probleem niet op maar remmen slechts de achteruitgang. Daarom startten wij in 2010 een landelijk netwerk met weidevogelboeren, waarin ook enkele tientallen biologische melkveehouders actief zijn. Door kennisuitwisseling en financiële ondersteuning bij het uitvoeren van o.a. vernattingsmaatregelen lukt deze boeren om de weidevogelstand op peil te houden of zelfs uit te breiden. Er is dus nog een toekomst voor weidevogels.

Workshop • Rijke weidekaas Woensdag 21 januari, 12.45 uur | Meerhal 1

Dit weidevogelbeheer moet ook financieel duurzaam zijn. Overheidsbudgetten (inmiddels gedecentraliseerd naar de provincies) krimpen, terwijl we juist meer geld nodig hebben om de weidevogels te redden. Daarom zien we naast de overheid een belangrijke rol voor de consument om 200.000 ha rijk weidelandschap te behouden. Een voorbeeld is de Rijke Weidekaas. Per kilo verkochte kaas komt er één euro beschikbaar om bij boer Pelleboer meer hectares weidevogelgrasland te realiseren. Het streven is dat in 2017 een derde van

EKOLAND | januari – 2015

de boerderij weidevogelvriendelijk beheerd wordt. In 2014 kwam ook de samenwerking met Natuurweide in het project ‘Natuur en biodiversiteit in de biologische markt’ in een stroomversnelling door een subsidie van EZ, een open opstelling van de boeren en duidelijke belangstelling uit de markt. De vooruitzichten zijn zo goed dat er in de lente van 2015 naast biokaas ook biomelk met een aantoonbare biodiversiteitsinspanning op de markt komt. In Terschelling, Idzega, Soarremoarre, Eemland en Amstelland zien wij bijzondere kansen om duurzame weidevogelbescherming te realiseren. Op Terschelling kregen we dit jaar de wind in de zeilen omdat de Nationale Postcodeloterij ons project PolderPracht met 2,3 miljoen ondersteunt. In 4 jaar willen we van deze fantastische polder minimaal 40 procent van de rijke weides duurzaam veiligstellen. Biologische boer Egbert Zorgdrager speelt een belangrijke rol in dit project evenals biologische kaasfabriek De Terschellinger uit Oosterend. Verder startten we in 2014 met Friesland Campina, Rabobank, Wereldnatuurfonds en vele andere partijen het nationale weideberaad. Samen gaan we de komende jaren verkennen hoe we de biodiversiteit in onze weides weer kunnen herstellen. Gerrit Gerritsen is Senior weidevogels bij Vogelbescherming Nederland www.redderijkeweide.nl en www.weidevogelboerderijen.nl

De consument speelt een belangrijke rol in het behoud van het weidelandschap. 61


Agrico. met Maak kennis nze andere Carolus en o Bio-beurs rassen op de stand 114. i 2015 21&22 januar

www.agrico.nl

Wegens areaaluitbreiding zijn wij op zoek naar

Enthousiaste BIO telers Bent u akkerbouwer en lijkt het u een uitdaging om samen met ons te telen? Neem dan contact met ons op om de mogelijkheden te bespreken. Bezoek ons ook op de Bio-beurs op 21 en 22 januari 2015 in Zwolle! www.gourmet.nl

Gourmet BV | Slimweg 42 | 1614 MG Grootebroek 06 5472 5154 (Barry Blokker) | barry@gourmet.nl

Gert Noordhoff

Graan. Het wordt doorgaans als anonieme bulk verwerkt om uiteindelijk op het bord van de consument te belanden. Die heeft meestal geen idee wie het voor hem heeft geteeld. De Graanrepubliek brengt oude graansoorten weer onder de aandacht, met als motto ‘Terug naar de korrel!’. Tekst Hindry Schoonhoven | Foto’s Bouwe Ruiter

G

ert Noordhoff is deeltijdboer, sociaal ondernemer en ambtenaar. “Ik ben een graanliefhebber en heb altijd al interesse gehad in oude plantenrassen en -variëteiten. In 2012 hebben mijn vader en ik voor het eerst twee varianten van het oude tarweras Emmer ingezaaid. Dat was het begin van een nieuw avontuur met oude graansoorten.” Met zijn bedrijf de Graanrepubliek wil Noordhoff consumenten kennis laten maken met de rijke en unieke smaak van deze oude graansoorten. “Oude granen blijken zó ontzettend veelzijdig in hun toepassingsmogelijkheden! Je kunt er eindeloos meer mee dan alleen malen en bakken. Sommige granen kun je bijvoorbeeld goed verwerken in een risotto. Andere passen juist goed in een salade.” De centrale waarden van de Graanrepubliek zijn nuchterheid, transparantie en een eerlijke verdeling. “Dit zijn allemaal typisch Groningse waarden. Soms laten we ons helemaal gek maken. Het één is nog ‘gezonder’ en duurder dan het ander. Maar waarom zou je exotische zaden gaan eten terwijl we zelf zo veel verge-


handel & afzet

De Graanrepubliek wil oude graansoorten opnieuw aan de man brengen

Terug naar de

ten schatten hebben?” Die nuchterheid wil Noordhoff terugbrengen. “De transparantie zit ‘m er in dat eten weer een gezicht krijgt als je de telers kent, hun bedrijven en hun verhalen. Dat geeft vertrouwen. Aan een onbewerkte korrel is niet gesleuteld. In goed Gronings: ‘What you see is what you get’.” Tot slot de eerlijke verdeling. “Ik kan me rot ergeren aan die teelten waarvoor de teler een euro per kilo krijgt, terwijl het in de winkel ligt voor acht euro per pond. Wie is er dan gek? Ons doel is een eerlijke vergoeding voor de teler en de consument het product voor een aanvaardbare prijs in de supermarkt en onze webwinkel aan te bieden.” Er worden vijf soorten granen aangeboden in verpakkingen van 500 gram: eenkoorn, emmer, spelt, haver en tarwe. Stuk voor stuk oude granen met een voedingswaarde die vergelijkbaar is met die van moderne granen. “Een hectare moderne granen heeft evenveel voedingswaarde als een hectare graan 50 jaar geleden. Het verschil is dat onze granen niet veredeld zijn en geen bijzondere eiwitconstructies kennen die bij veel mensen intoleranties veroorzaken” . De verkoop vindt plaats via de webwinkel en Noordhoff is in gesprek met een aantal biologische en niet-biologische supermarkten. “Daar kan ik nu helaas nog niet meer over zeggen, maar onze klantenkring houden we op de hoogte via onze site, Facebook en Twitter.” De telers van de Graanrepubliek hebben een visie en een verhaal. Zoals Erwin Westers, een jonge bevlogen akkerbouwer en pionier op het gebied van het niet-ploegen. Hij teelt de haver. En Ale Havenga, één van de voortrekkers van het agrarisch natuurbeheer in Noord-Groningen en teler van de Blanka wijn, gemaakt van witte Aalbes. Hij teelt eenkoorn, emmer, spelt en zomertarwe. Het zijn eigenzinnige, GroningEKOLAND | januari – 2015

“Ik erger me rot aan die teelten waarvoor de teler een euro per kilo krijgt, terwijl het in de winkel ligt voor acht euro per pond.”

se boeren. “Ik hoop dat meer van zulke biologische telers uit de Groninger kleischil zich zullen aansluiten.” Een stichting gaat de ideële doelstelling behartigen. Daarmee wil de Graanrepubliek positief bijdragen aan de omgeving waarin de granen geteeld worden. “We willen bijvoorbeeld natuurvriendelijke graanakkers voor kiekendieven ondersteunen. Ook is ons doel om kinderen met een lage Sociaal Economische Status (SES), in Groningen helaas een grote doelgroep, in aanraking te brengen met gezond voedsel, bijvoorbeeld door met ze te koken.” Blijft de vraag waar die bijzondere naam Graanrepubliek vandaan komt. “Die is gekozen met een knipoog naar het gelijknamige boek van Frank Westerman uit 2001 over het graangebied in Oost-Groningen met z’n grillige sociale tegenstellingen tussen arbeider en boer”, aldus Noordhoff. “Niet uit weemoed, hoor. Integendeel zelfs. Met de Graanrepubliek proberen we juist een brug te bouwen tussen die werelden. Belangrijker is echter dat iedereen mee kan doen om de doelstellingen van de Graanrepubliek dichterbij te krijgen. Daar staat het ‘republiek’ voor.” Tijdens de workshop op de Biobeurs workshop wordt gekookt met oude granen en wordt er verder nagedacht over de mogelijkheden van social returnprojecten.

Workshop •T erug naar de korrel Woensdag 21 januari 19.00 uur | Meerhal 1 Er wordt gekookt met oude granen 63


Vaak is de logistiek een struikelblok bij het structureel gebruiken van regionale en biologische producten in horeca en zorginstellingen. In de afgelopen jaren ontstonden verschillende initiatieven die dit vraagstuk bij de hoorns hebben gevat. Ook het hoger agrarisch onderwijs richt zich op de relatie tussen voeding, gezondheid en logistieke vraagstukken. Tekst Ingrid Cremer & Lasca ten Kate | foto’s Centrum Biologische Landbouw; Yvo Sajet

Voorbeelden van regionale distributie van biologische producten

Kansen voor ‘biologisch van dichtbij’ in zorgsector

I

n de zorgsector groeide in de afgelopen jaren de belangstelling voor regionaal geteelde en biologische ingrediënten. Zorgrestaurants die nu al kiezen voor biologisch van dichtbij ervaren op verschillende manieren de meerwaarde daarvan. Gasten en cliënten waarderen de maaltijden bovengemiddeld, vanwege de smaak en zeker ook door het verhaal erachter. Naarderheem, zorgexpertisecentrum in Naarden, is een aantal jaren geleden omgeschakeld naar vers bereide maaltijden met een flink aandeel biologisch. De ondervoeding van bewoners nam hierdoor substantieel af. Bovendien blijkt de nieuwe aanpak blijkt een effectief marketinginstrument. Het restaurant oefent extra aantrekkingskracht uit op bezoekers van cliënten en op een snel groeiende doelgroep van thuiswonende ouderen uit de buurt. 64

AGF-specialist Gert Koekoek startte in 2009 met het leveren van producten van boeren aan Flevolandse horecaondernemers. Centrum Biologische Landbouw ondersteunde het project door het enthousiasmeren van koks en het opbouwen van een netwerk. Biologisch teler Adri van Nieuwenhuijzen was één van de agrarische initiatiefnemers. “Naast onze grootschalige afzet geeft het voldoening te weten waar onze producten terecht komen en te zien hoe mensen ervan genieten,” vertelt hij. “Maar voor een teler is het niet haalbaar om zelf met kistjes rond te rijden.” Koekoek: “In die periode konden wij een grote stap zetten door een samenwerking aan te gaan met maaltijdfabrikant De Kroes in Almere.” Michelinsterkok Paul van Staveren, verbonden aan De Kroes, januari – 2015 | EKOLAND


handel & afzet

had daarin een inspirerende rol. Vanuit het vervolgproject ‘Proef de Smaak van Flevoland’ werden zorginstellingen enthousiast gemaakt. Koekoek kon daardoor zijn distributiemogelijkheid voor maaltijdbereiders, catering en de zorg verder invulling geven met een snijderij, dagelijkse routes door de provincie en de benodigde certificering. Weinig voedselkilometers, duurzame verse producten, een goede prijs en korte, snelle lijnen staan hierbij centraal. “Iedere morgen rijden we vanaf 04.30 uur met twee bussen de verse producten naar de klanten, inclusief nabestellingen” vertelt Koekoek. Wekelijks brengt hij 15.000 kg gewassen en gesneden groenten naar zorginstellingen en maaltijdfabrikanten. “Nu we een goed volume hebben, wil ik het biologisch aanbod uitbreiden.” Hij ervaart dat de vraag toeneemt als hij de klant er specifiek op wijst. “De kok is vaak enthousiast over de kwaliteit van biologisch, terwijl de afdeling inkoop stuurt op prijs. Daar zit een spanningsveld.” Praktijknetwerk ‘Mooie Maaltijd - kwestie van de juiste instelling’ ging in het voorjaar van 2012 van start. Hoofdaanvrager Bart Boon van kalfshouderij Eco Fields wilde door betere afstemming van zijn productaanbod een grotere afzet realiseren bij afnemers in de zorg. Wim Kruithof, directeur van Voedingsservice Heuvelrug en deelnemer aan het netwerk ervaart dat het niet altijd makkelijk is om met kleinere producenten samen te werken. “De keus voor een leverancier hangt onder meer af van de mate waarin producten bewerkt moeten worden. Een kleinere regionale partij heeft vaak kleine volumes waar een lokale verwerker niet mee aan de slag gaat. Ik werk daarom ook met een grootleverancier als BD-Totaal.’’ “Het effect van voeding op gezondheid is iets wat instellingen zeker zouden moeten meenemen in het inkoopbeleid,“ vindt Willieanne van der Heijden. Als docent-onderzoeker aan de CAH Vilentum Hogeschool in Almere en Dronten besteedt ze in de nieuwe EKOLAND | januari – 2015

opleiding ‘Biologie, voeding en gezondheid’ aandacht aan de sociale en culturele aspecten van voeding. “Naast nutriënten kijken studenten naar de effecten van voeding op het welbevinden van mensen, of naar de invloed van een groene omgeving op je gezondheid,” illustreert ze. Op dit moment doen studenten onderzoek naar zorgmaaltijden en interviewen ze facilitair managers en bewoners. In dit project, gefaciliteerd door het Centre of Expertise Food, werkt CAH Vilentum Hogeschool samen met andere agrarische hogescholen in Nederland. Belangrijke onderzoeksvragen zijn de veranderingen rondom de maaltijd in het nieuwe zorglandschap en de maaltijdbehoeften die er zijn. Deze vragen stonden ook centraal in een werkconferentie die Van der Heijden op 27 november 2014 organiseerde i.s.m. Centrum Biologische Landbouw, vanuit het Kennisprogramma Duurzaam Door van de Provincie Flevoland. Facilitair managers, koks, producenten, gemeenten, kennisinstellingen en andere betrokkenen inventariseerden de meest nijpende en belangrijkste behoeften gericht op het meer kunnen werken met duurzame regionale producten. “Het klinkt simpel, maar zorginstellingen bestellen liever 400 hutspotmaaltijden dan specifieke aantallen kilo’s aardappelen, uien en wortelen. Een andere, breed ervaren behoefte is om binnen de zorginstelling een degelijk beleid te hebben met een duidelijke visie op écht eten uit de regio,” besluit Van der Heijden, die samen met het Centrum Biologische Landbouw en een coalitie van enthousiaste conferentiedeelnemers concrete vervolgtrajecten tot stand gaat brengen, die de instellingen bij het realiseren van de deze behoeften kunnen ondersteunen.

Zorg­ instellingen bestellen liever 400 hutspot­ maaltijden dan specifieke producten

Ingrid Cremer is projectleider bij het Centrum Biologische Landbouw. Lasca ten Kate is directeur van Stichting De Mooie Maaltijd. Lees ook het artikel ‘Hoe duurzaam is een regionale voedselketen?’ op pagina 58.

Workshops • Mooie Maaltijden in de Zorg - een aparte tak van sport Woensdag 21 januari, 12.45 uur | Meerhal 2 • Méér biologische lokale producten in de zorgmaaltijd Donderdag 22 januari , 11.45 uur | Meerhal 2 65


Trekkers Te koop aangeboden: Plant­ma­ chine, izgst, 2-rijig, merk Lännen type RT-2, voor kluitplanten (o.a kool ). Rosmalen, G.Beentjes tel 073-5229385 na 18.00 uur of e-mail gbeentjes@planet.nl T.k. Doperwt-Peul-Capucijner. F1 Tasty Sweet mais.F1 Sweet Mama pompoen.Cape Horn spits. Namenia.Gr.Raapsteel.etc.

Veel soorten bonen o.a.Montano Alle zaden SAKATA-TAKII-BEJO. Joh.Kats. Tel.0186-651579 fax.0186-651532 Numansdorp Aangeboden: Biol. Nicola pootaardappelen, klasse SE, E en A, vrij van rhizoct. Evt. met afzet cons. aard. De Grote Tor, Engwierum, tel 06 1887 8589

Advertentietekst per e-mail, sturen naar:

trekkers@ekoland.nl

VAN GORP

BIOLOGISCHE VOEDERS BV

he voeders c is g lo io b in t s li ia c e p s De De biologische voeders worden apart geproduceerd in onze fabriek te Schalkwijk en zijn leverbaar in de gehele BENELUX Informatie: Tel. 0416-315770 - Fax 0416-315779 Zomerdijkweg 2 - 5145 PK Waalwijk NL info@van-gorp.com - www.van-gorp.com



Ekoplaza helpt je graag vooruit met ... • de bekendste en grootste biologische supermarkt van Nederland met 71 vestigingen • een eigentijdse formule • prettige collega ondernemers • dagelijkse totaallevering in 1 auto • automatisch bestellen in eigen regie • sterk actie- en promotieprogramma • wekelijkse benchmark met overige vestigingen • ondersteuning in personeelszaken, administratie, ICT en marketing • volledig verzorgde webshop • ruim 250 huismerkproducten

... ook voor jouw onderneming?

Let’s

organic

Together


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.