Een dag uit het leven van
Carmelo Cali, op raadpleging bij de radiotherapeut
‘Mijn trompet bleek
bondgenoot’
een goede
Als we Carmelo Cali (66) bij hem thuis in Zepperen, Sint-Truiden, ontmoeten, heeft hij net zeven weken radiotherapie achter de rug. ‘Ik heb die behandeling met evenveel vertrouwen ondergaan als mijn prostaatoperatie zes jaar geleden. Net als toen heb ik nooit paniek gevoeld.’ Ook vandaag is Carmelo Cali opvallend rustig, ook al wordt hij straks bij de radiotherapeut verwacht om het effect van de radiotherapie te bespreken. Tekst: Frederika Hostens, foto’s: Filip Claessens
Carmelo
Cali windt er geen doekjes om: ‘Oei, oei, oei’, en ‘Ai, ai, ai’ zijn niet aan hem besteed. ‘Ik heb als elektricien in de Limburgse steenkoolmijnen gewerkt en ben een handige knutselaar en klusjesman. Schotel me een of ander technisch probleem voor, en de kans is groot dat ik een oplossing vind. Maar als ik op een probleem bots dat ik zelf niet kan oplossen, heb ik er geen moeite mee om iemand anders mijn vertrouwen te geven om de oplossing te zoeken. Zo is het ook gegaan met mijn prostaatkanker: ik zag in dat ik zelf niet veel kon doen en dat er gelukkig dokters zijn die wel weten hoe ze dit probleem moeten aanpakken.’
Vragen stellen ‘Ik ben een realist’, glimlacht Carmelo breed. ‘Ik wil weten wat waarom wanneer gebeurt, dus heb ik van meet af aan heel veel vragen gesteld over mijn behandeling. Mijn huisarts had me doorverwezen naar een uroloog in Leuven omdat in mijn bloed een verhoogde PSA-waarde (zie kader, red.) was gemeten. Na een biopsie (zie kader, red.) bleek dat die verhoging veroorzaakt werd door kankercellen in de prostaat. PSA? Biopsie? Ik had daar nog nooit van gehoord. Door in het ziekenhuis de ene vraag na de andere te stellen, leerde ik
snel wat al die woorden betekenden.’ In september 2008 werd Carmelo’s prostaat operatief verwijderd. ‘De uroloog benadrukte dat er na zo een operatie soms kankercellen achterblijven. Restcellen noemen ze dat. Net daarom was het zo belangrijk om na de operatie heel regelmatig op controle te gaan: eerst om de drie maanden, daarna om de vier maanden, dan om de zes maanden en ten slotte om het jaar. In oktober vorig jaar was mijn PSA-waarde opnieuw licht gestegen. De uroloog vroeg kort daarna een tweede bloedonderzoek. Het cijfer was opnieuw gestegen. Dat was geen goed nieuws.’
Dichter bij huis ‘Mijn vrouw was in paniek toen de uroloog zei dat het tijd was om te starten met radiotherapie. Ik was ontgoocheld, maar niet in paniek. De uroloog had ons voor de operatie uitgelegd dat er misschien ooit nog radiotherapie zou volgen. Ik zei aan mijn vrouw: “Ze hebben het de vorige keer opgelost, dus ze zullen het nu ook wel oplossen”. Gelukkig was mijn praktische geest tijdens die consultatie even actief als gewoonlijk en heb ik gevraagd of ik de bestralingen in een ziekenhuis dichter bij huis kon krijgen. Zeven weken lang elke weekdag naar Leuven rijden om me enkele minuten te laten bestralen? Dan
Een dag uit het leven van Dit is een momentopname uit het leven van Carmelo Cali. In deze reportagereeks volgen een journalist en een fotograaf één dag lang een kankerpatiënt, een familielid of een hulpverlener.
juli 2014 - nr. 63
Leven 17