Jaarlijkse uitgave in het kader van 'de seniorenmaand’
Jaargang 14
4 Piekeren: een rem op je slaap 6 Tips voor een goede nachtrust 8 Acht slaapweetjes
Puzzel
Heb jij slaapproblemen? Doe de test! De ‘geheimen’ van de nachtshift
Slaapmedicatie, een goed idee?
Aan tafel! 18 Slapen en dementie
Even mijmeren
VOORWOORD
Je hoofd neervlijen op een zacht kussen en langzaam wegglijden, nagenietend van de mooie dingen die je die dag meemaakte … Heerlijk, toch? Jammer genoeg is het weinigen gegeven om op deze manier weg te zinken in een diepe slaap.
We kozen dit jaar voor het thema ‘slaap’ als centraal onderwerp. Een onderwerp waar ieder van ons dagelijks mee te maken heeft. Jong én oud.
In dit nummer willen we de verschillende aspecten en invloeden van onze slaap belichten. Enerzijds zijn er de externe factoren zoals de omgeving waarin we slapen, onze eet- en drinkgewoontes, het tijdstip waarop we gaan slapen … Anderzijds zijn er ook veel zogenoemde interne factoren waar we minder vat op hebben. Denk maar aan het ouder worden op zich, de invloed van piekeren en stress, de impact van dementie …
Zoals altijd laten we enkele experts en ervaringsdeskundigen aan het woord. Ze geven je tips en tricks voor een betere en gezonde nachtrust. We lichten ook een tipje van de sluier op over het reilen en zeilen van een nachtshift op de dienst geriatrie. Een shift die ondergedompeld kan zijn in humor, warmte en liefde, maar evengoed in frustraties en hard werken.
Met trots stellen we je deze 14e editie van Ouderen met Flair voor. Zoals altijd stelden verschillende gepassioneerde medewerkers van onze cluster geriatrie dit nummer met zeer veel zorg en enthousiasme samen.
We beleefden veel plezier aan het maken van dit magazine en hopen dat jij evenveel van dit nummer geniet.
Veel leesplezier!
dr. Charlotte De Clercq, Karolien Quintiens, medisch diensthoofd geriatrie zorgmanager
REDACTIE: Sarah Chavatte HOOFD- EN EINDREDACTIE: dienst communicatie Jessa Ziekenhuis i.s.m. ZINNIG VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: vzw Jessa Ziekenhuis, Salvatorstraat 20, 3500 Hasselt VORMGEVING: Burocad FOTOGRAFIE: Ben Billen, Shutterstock, Unsplash
Stress en piekeren zetten
een rem op je slaap
Piekeren en stress komen bij alle leeftijden voor.
Lara Stroobants, sinds begin dit jaar psycholoog bij het slaaplabo van Jessa, ziet de twee beestjes regelmatig opduiken. Al hebben ze toch elk een ander effect op ouderen. En zeker op hun slaappatroon. We duiken samen dieper in het thema!
Wat bezorgt ouderen stress en piekermomenten?
Lara stipt eenzaamheid aan. Maar ook verlieservaring, vragen over het levenseinde en financiële bekommernissen. En naast gezondheidsklachten zijn er ook de grote veranderingen zoals een verhuis van de eigen woonst naar een appartement of woonzorgcentrum. Genoeg piekerstof ...
Hoe beïnvloedt stress het slaappatroon van ouderen?
Lara: “Goed om te weten: de slaapstructuur van 65plussers is helemaal anders dan die van een gemiddelde volwassene, die een diepe slaap, lichte slaap en remslaap doormaakt doorheen de nacht. Een oudere persoon slaapt veel lichter, wordt gemakkelijker wakker en zal ook moeilijker inslapen. Daardoor liggen ouderen veel vaker wakker en krijgen stress en piekergedachten de kans om toe te slaan.”
Welke trucjes kan je toepassen om in slaap te vallen?
Lara: “Sta op als je al meer dan 20 minuten wakker ligt. Ga een boek lezen, de was vouwen of zelfs even tv kijken. Hoe vaker je tijd in bed doorbrengt zonder te slapen, hoe sneller je je brein aanleert dat je wakker moet zijn in bed. Zo creëer je slapeloosheid. In een woonzorgcentrum is het niet altijd mogelijk om op te staan. Zit daarom even rechter of ga in een stoel zitten. Of las een piekerkwartier in: een kwartier per dag – niet rond slaaptijd – actief uittrekken om na te denken en je gedachten te noteren.”
Werken ademhalingsoefeningen of meditatie ook?
Lara: “Zeker! Al merken we dat niet alle ouderen dat zien zitten. Tijdens de slaaptraining in het slaaplabo zorgen we voor heel laagdrempelige oefeningen. Zo is er een oefening waarbij je vijf dingen moet opsommen die je ziet, vier dingen die je voelt, drie die je hoort, twee die je ruikt en dan een ding dat je smaakt. Zo breng je je aandacht naar het hierennu, kom je tot rust en verlaag je de stress. Een piekerstop inlassen kan ook. Maar dat vraagt wat oefening. Vaak is het gewoon een kwestie van te denken: ‘ik heb deze gedachten’ en niet ‘ik ben deze gedachten’. Dat verandert je perspectief.”
Wat met medicatie voor slaapproblemen?
Lara: “Bij acute slapeloosheid, wanneer je door een heftige ervaring zoals een overlijden of operatie niet kan slapen, starten we soms slaapmedicatie op. Zo kort mogelijk, om negatieve gevolgen te beperken. Wanneer je al langer last hebt van slapeloosheid, is een bezoek aan ons slaaplabo een goed idee en gaan we op zoek naar de oorzaak. Gaat het
over slechte gewoontes, spanning of piekeren? We helpen ook met de afbouw van slaapmedicatie. Een op de drie mensen die ooit begon met deze medicatie, neemt die acht jaar later nog steeds. Vooral omdat ze schrik hebben voor wat er kan gebeuren als ze ermee stoppen.”
Sta op als je meer dan 20 minuten wakker ligt.
Wat kan de omgeving doen om te helpen?
Lara: “Familie, vrienden of de thuisverpleging hebben het beste zicht op de gewoontes en de slaaphygiëne van ouderen. Veel koffie, zeer lange dutjes overdag of dagelijks alcohol drinken zorgen voor een slechte slaaphygiëne en bijgevolg voor veel wakkere nachten met kans op piekeren. Het is aan de omgeving om goed te luisteren, te observeren en te babbelen. Zo halen we de thema’s – ook bij 75plussers – uit de taboesfeer.”
Afspraak maken bij het slaaplabo?
Dat kan via 011 33 92 90 (tussen 8u en 16u) of slaapeenheid.volwassenen@jessazh.be.
Lara Stroobants
Slaaptips à la carte: het ideale recept voor een goede nachtrust
Met een volle maag in bed kruipen? Geen goed idee. Met een hongergevoel gaan slapen? Ook niet ideaal. Een moeilijk evenwicht, weet voedingsdeskundige en diëtiste Kaat Vanlommel. Zeker bij ouderen – voor wie het niet altijd evident is om ’s nachts op te staan wanneer de nood hoog is – gaan de juiste voedingsmiddelen en een goede nachtrust hand in hand. Hoe je dat aanpakt? Kaat serveert behapbare tips!
De gouden basisregel? “Eet gezond en gevarieerd. De voedingsdriehoek is daarbij een handige leidraad.
Kaat Vanlommel
En plan voldoende bewegingsmomenten in doorheen de dag. Je hoeft zeker niet intensief te sporten tot je naar adem hapt, ook de kleine dingen helpen. Iedere 30 minuten even rechtstaan, bijvoorbeeld. Elke stap telt!”
Wat is een goed tijdstip voor het avondeten?
Kaat: “Hét ideale tijdstip om te dineren, bestaat niet: alles tussen 18 en 20 uur is prima. Het belangrijkste is dat je structuur aanbrengt in je voedingspatroon. Vooral bij je drie hoofdmaaltijden hanteer je het best wat regelmaat: probeer elke dag op hetzelfde tijdstip te eten en laat je lichaam wennen aan een vast ritme. Na het avondeten toch nog een knorrende maag? Een kleine snack kan zeker, maar vermijd voedsel twee uur voor het slapengaan. En kies bij voorkeur een licht verteerbaar tussendoortje, zoals een portie rauwkost of magere natuuryoghurt.”
Welke voedingsmiddelen vermijd je beter als je moeilijk inslaapt?
Kaat: “Energierijke voeding – eten dat veel calorieën bevat, een vettige maaltijd bijvoorbeeld – zet je spijsvertering volop in gang. Gevolg? Je organen moeten hard werken, waardoor je lichaam te actief is om te slapen. De snelwerkende suikers in koekjes, snoep, ijs, spaghetti, witte rijst ... hebben trouwens hetzelfde effect. Ze geven een korte energieboost en stimuleren de hersenen. Dat zorgt ervoor dat je ’s nachts de slaap niet kan vatten.”
Hoe zit het met drinken?
Kaat: “Hydrateren is heel belangrijk! Anderhalve à twee liter water per dag is een absolute norm. Maar probeer je vochtinname wel zo gelijkmatig mogelijk te spreiden doorheen de dag om nachtelijke toilet
bezoekjes te beperken. Eigenlijk hanteren we hier dezelfde regel als bij voeding: drinken kan tot twee uur voor het slapengaan. Daarna draai je de kraan beter dicht. En ja, dat geldt óók voor ‘slaapmutsjes’. Het komt misschien als een donderslag bij heldere hemel, maar alcohol voor het slapengaan is geen goed idee. Dat jeneverke of likeurtje maakt je misschien wel slaperig, waardoor je sneller in dromenland bent, maar je slaap zelf is opvallend minder kwaliteitsvol. Bovendien heeft alcohol een dehydraterend effect: je verliest meer vocht dan dat je opneemt. Een absolute boosdoener voor een goede nachtrust.”
Een kleine snack
‘s avonds kan, maar vermijd voedsel twee uur voor het slapengaan.
Zijn er naast alcohol nog andere zaken die je beter schrapt op de menukaart?
Kaat: “Cafeïne. Het verhoogt je alertheid en heeft daarom een slaapverstorend effect. Vergis je niet: de stof blijft verrassend lang in je bloed zitten. Wist je dat de concentratie cafeïne pas na drie tot vijf uur halveert? Plan je koffiekletsmomentjes dus heel bewust in, beperk je colainname – zowel de gewone variant als de lightversie bevatten cafeïne – en overdrijf niet met zwarte thee. En nu we het toch over opwekkende stoffen hebben: ook nicotine gooit roet in het eten van moeilijke slapers. Niet roken is de boodschap!”
8 slaapweetjes
Waarom is slaap belangrijk? Heb je meer of juist minder slaap nodig als je ouder wordt? Waarom zijn dromen soms zo raar? Op al onze vragen heeft Katleen Ferla, hoofdverpleegkundige in het slaaplabo van Jessa, een antwoord.
Wat
gebeurt er tijdens de slaap met je lichaam?
Net zoals gezond eten en bewegen, is slaap goed voor je lichaam. Tijdens je slaap krijgen je hersenen de tijd om herinneringen aan te maken, emoties te verwerken, ... Ook je hart, immuunsysteem en metabolisme worden door slaap ondersteund. Kortom: slaap is voor iedereen essentieel. Je slaapt een derde van je leven.
Hoe
Ga je door de jaren heen steeds slechter slapen?
We zien in het slaaplabo patiënten van 20 tot 90 jaar. Maar je slaappatroon verandert wel naarmate je ouder wordt. De hoeveelheden diepe slaap en remslaap – de droomslaapnemen af, waardoor je gevoeliger bent voor je omgeving. En dus sneller wakker wordt. Ook duurt het langer voordat je in slaap valt.
Mag je een dutje doen als je ’s nachts niet goed slaapt?
Liever niet. Als je toch erg moe of slaperig bent, doe dan een dutje van maximaal 20 minuten. Zo voorkom je dat je in een te diepe slaap komt en duf wakker wordt.
pak je nachtelijk piekeren aan?
1 2 4 3
Las een vast ‘piekermomentje’ in dat je daarna ook weer kunt afsluiten. Of houd een piekerdagboek bij, waarin je al je vragen en twijfels een plekje geeft. Als je niet in slaap valt en onrustig wordt, sta dan op en probeer het later nog eens. Naar je wekker staren, werkt averechts. Dat ding draai je maar beter om!
Wat kun je overdag doen om je nachtrust te verbeteren?
Overdag actief zijn, is goed voor je. Liefst ook met voldoende daglicht. Als je veel binnen zit, word je vanzelf slaperiger. Je lichaam heeft veel natuurlijk licht nodig om alert te blijven.
Waar komen die vreemde dromen vandaan?
Tijdens je droomslaap valt een stuk van je hersenen – je prefrontale cortex – stil. Dit gedeelte is de ‘manager’ van je hersenen en leidt alles in goede banen. Doordat dit niet actief is, krijgt de rest vrij spel. Dan kun je absurde dromen krijgen.
Helpt
slaapmedicatie?
We dienen nooit slaapmedicatie toe, omdat dit tot gewenning leidt. Bij het slaaplabo bieden we therapieën aan om mensen die al jaren slaappilletjes nemen, te helpen afkicken. Ook de huisarts kan je daarbij helpen. Medicatie is echt een noodoplossing. In acute situaties, zoals bij het overlijden van een naaste, kan het even voorgeschreven worden wanneer niets anders meer helpt.
Hoe zorg je
’s avonds voor voldoende rust?
Je lichaam en hersenen houden van een vast slaapritueel. Probeer daarom op dezelfde tijdstippen naar bed te gaan en op te staan. Die regelmaat is belangrijk.
Respecteer wel het natuurlijke ritme van je lichaam. Probeer ook geen koffie meer te drinken in de acht uur voordat je gaat slapen en vermijd fel licht in de avonduren.
Wat doet een slaaplabo?
In het slaaplabo van Jessa komen elke nacht tien mensen slapen om hun slaappatroon te laten onderzoeken. “We monitoren dan of ze goed of slecht slapen, in hun diepe slaap komen of niet, en de redenen daarvoor”, legt Katleen uit. “Sommige mensen stoppen bijvoorbeeld met ademen tijdens hun slaap. Dat noemen we slaapapneu. In zo’n geval stellen we een behandeling met een CPAP voor, een ondersteuningsapparaat voor betere ademhaling. Bij andere mensen zien we insomnia (slapeloosheid). Deze patiënten verwijzen we door naar een slaappsycholoog. En iemand die hard snurkt zonder stokkende ademhaling, sturen we richting de neus, keel en oorarts. Zo proberen we iedereen te helpen.”
Test: heb jij slaapproblemen?
De kans op slaperigheid neemt vaak toe naarmate je ouder wordt. Dat is ook niet abnormaal: je lichaam is niet meer zo sterk als vroeger. Maar wanneer trek je het best aan de alarmbel? Test je score op de Epworth Sleepiness Scale (ESS) en ontdek of actie ondernemen in jouw situatie ook écht nodig is.
Noteer per situatie de score die het best bij je past (van 0 tot 3) en tel daarna alle resultaten op om het eindtotaal te bepalen.
Hoe groot is de kans dat je slaperig wordt of indommelt in onderstaande situaties?
1. Tijdens het lezen van een boek of krant. 0 1 2 3
2. Terwijl ik naar de televisie kijk. 0 1 2 3
3. Als ik op een openbare plek ben, zoals een theater, concert of filmzaal. 0 1 2 3
4. Wanneer ik langer dan een uur in de auto moet zitten als passagier. 0 1 2 3
5. Tijdens een rustmoment in de namiddag. 0 1 2 3
6. Zittend en pratend met iemand. 0 1 2 3
7. Net na de lunch.
8. In de auto in een stilstaande file als chauffeur. 0 1 2 3
Oplossing: Slapen is reizen naar de wereld van je dromen.
Het olijke (nachtshift)duo van Geriatrie 5
Wie op afdeling Geriatrie 5 belandt in Jessa, komt gegarandeerd (nacht)verpleegkundigen Tim Teuwen en Dimitri Bartholomevis tegen. Het immer enthousiaste verplegersduo wisselt de nachtshiften af. Wat beleven ze zoal van zonsondergang tot opgang? Ze gunnen ons een discrete blik achter de schermen.
Tim werkt al zes jaar op de afdeling, Dimitri vijf. Ze wisselen daarbij dag en nachtshiften af. Wat ze het leukste vinden aan zo’n nachtshift? “Je bent je eigen baas”, klinkt het bij Tim. “Je bepaalt zélf het werkritme.” Dimitri knikt. “Dat het diensthoofd mij vertrouwt met de nachtshift – waar je voornamelijk alleen staat – geeft mij ook heel veel zelfvertrouwen. Al kunnen we in een noodsituatie natuurlijk wel altijd een collega bereiken.”
Nachtelijke verhalen
Tim en Dimitri hebben verhalen in overvloed. “Tijdens corona deden Dimi en ik samen een nachtshift. Die nacht zal me altijd bijblijven aangezien er toen een overlijden was zoals je ze in de films ziet: een vrouw met haar twee zonen aan haar bed. Rustig afscheid nemend. Dat was zo’n mooi moment midden in de nacht. We hebben echt iets kunnen betekenen voor die familie in haar laatste uren.” En ook Dimitri maakte al veel mooie dingen mee. “Een rasechte levensgenieter vroeg vorig jaar euthanasie aan.
Dimitri Bartholomevis
Zijn wens? Om nog samen met de familie en mij een glas champagne te drinken. Net na de nachtshift om 7 uur ’s ochtends van een glas nippen: dat komt binnen, hoor (lacht).”
De twee maken ook veel ludieke taferelen mee. Tim: “Patiënten die bijvoorbeeld komen vragen wanneer de bus naar de markt vertrekt en niet doorhebben dat het nacht is. Of die me komen vertellen wat voor ‘een mooie winkel’ ik heb in ons kantoor. Dat zijn luchtige verhalen.” Dimitri maakt ze ook vaak mee. “Vorige week kreeg ik hier nog een kus van een dame die vertrok. Ze ging me nog een liefdesbrief sturen. En we schrijven ook graag geestige nota’s voor patiënten en dokters.”
Humor doet relativeren
De humoristische aanpak van het komische duo kan op veel appreciatie rekenen. Tim: “Wij staan heel luchtig in het leven. En we merken dat die mentaliteit in een serieuze ziekenhuiscontext vaak verfrissend is. Mensen vergeten daardoor soms dat ze ziek zijn. Door het gewoon eens over de koers of het weer te hebben en af en toe een flauw grapje te maken, kan je veel relativeren. We proberen er soms ook een hotelsfeer in te steken: wie tevreden is mag een goede review op Tripadvisor achterlaten (lacht). Ach, het klinkt misschien onnozel, maar als je met mensen werkt, moet je enthousiasme tonen. Anders zoek je maar beter een andere job.”
Tim Teuwen
Slaapmedicatie, een goed idee?
Slaap je slecht? Dan denk je er misschien aan om slaapmedicatie te nemen. Een begrijpelijke reactie, al doe je dat beter niet. “Slaapmiddelen zoals benzodiazepines en de zogenaamde Zgeneesmiddelen — zolpidem en zopiclon — raden we sterk af omwille van hun bijwerkingen”, vertelt Jessageriater dr. MarieElena Vanden Abeele. “Een goede slaaphygiëne en gedragstherapie zijn vaak effectiever om slaapproblemen aan te pakken.”
Slaappillen helpen je om sneller in slaap te vallen en zorgen voor minder onderbrekingen tijdens de nacht. “Maar let op: de kwaliteit van je slaap verbeteren ze niet. Je krijgt namelijk minder diepe slaap én minder droom of remslaap”, legt dr. Vanden Abeele uit. “Die slaapfasen zijn net essentieel voor je lichaam en hersenen om te herstellen van de voorbije dag. Bovendien raakt je lichaam al na
Dr. MarieElena Vanden Abeele
twee tot drie weken afhankelijk van de medicatie, waardoor je vaak de dosis moet verhogen om hetzelfde effect te behouden. En dan zijn er nog de vele nevenwerkingen: de slaperigheid overdag, het verhoogde valrisico – met meer kans op heupfracturen als gevolg – de geheugen en concentratieproblemen ...”
Veilig afbouwen
Daarom wordt slaapmedicatie alleen bij ernstige, acute slapeloosheid voorgeschreven. Om de nodige rust te bieden bij het overlijden van een naaste, bijvoorbeeld. “Maar dan proberen we het medicatiegebruik wel te beperken tot enkele dagen. Hoe langer een patiënt slaapmedicatie neemt, hoe langzamer de afbouw. Dat gebeurt trouwens steeds onder begeleiding van een arts om ontwenningsverschijnselen te voorkomen. Via een afbouwschema wordt de inname stapsgewijs verlaagd over een periode van enkele weken of maanden. Dit kan in samenwerking met de apotheker, die de dosissen geleidelijk verkleint.”
Als alternatief nemen sommige mensen melatonine – het slaaphormoon dat we zelf aanmaken zodra het avond en donker wordt – om hun natuurlijke slaappatroon te herstellen. “Hoewel er nog onvoldoende gegevens zijn over de doeltreffendheid en neveneffecten, is melatonine soms het proberen waard. Bij patiënten met slaapstoornissen die daarnaast kampen met een depressie, kunnen dan weer antidepressiva met slaapbevorderende eigenschappen overwogen worden. Maar de eerste en belangrijkste stappen om slaapproblemen aan te pakken, blijven gedragstherapie en een goede slaaphygiëne.”
Gedragstherapie
“Ouderen hebben soms onrealistische verwachtingen rond hun slaap”, merkt dr. Vanden Abeele op. “Doorheen ons leven vermindert onze slaapduur van
gemiddeld 6,5 tot 8,5 uur als jongvolwassene naar 5 tot 7 uur op latere leeftijd”, legt ze uit. “Daarnaast slapen 75plussers gefragmenteerder en verandert hun slaappatroon. Verwacht dus niet zomaar dat je negen uur onafgebroken in dromenland zal zijn, want dan leg je veel druk op je nachtrust. Een psycholoog kan ondersteunen bij het corrigeren van je gedrag en verwachtingen.”
Je lichaam raakt al na twee tot drie weken afhankelijk van de medicatie.
Slaaphygiëne
Zit je slaapprobleem dieper? “Dan is een bezoek aan je arts zeker aangewezen. Die zal nakijken of er een onderliggende oorzaak is: slaapapneu, een hartprobleem, chronische pijn door bijvoorbeeld artrose, een depressie ...” Maar er zijn ook zaken die je zélf kan doen om je nachtrust te bevorderen. “Alles begint bij een goede slaaphygiëne. Denk bijvoorbeeld aan een donkere, stille en goed verluchte kamer. Vermijd het licht van computerschermen vlak voor het slapen, ga pas naar bed als je écht moe bent, probeer elke dag rond hetzelfde uur op te staan en beperk middagdutjes.”
Naast de omgevingsfactoren is het ook belangrijk dat je overdag voldoende beweegt. Dr. Vanden Abeele: “Ga naar buiten, probeer wat zonlicht op te vangen en zoek sociaal contact. Lig je ’s nachts lang te woelen? Sta dan even op en doe iets anders, want je tijd in bed moet zoveel mogelijk slaaptijd zijn.”
7 TIPS VOOR MEER
COMFORT IN JE SLAAPKAMER
Waaraan moet je als 75plusser denken in de slaapkamer? Ergotherapeut Ingrid Vandeput serveert enkele eenvoudige tips en handige hulpmiddelen die het leven een stuk aangenamer maken.
Maak je kamer obstakelvrij
Kabels, kleren op de grond en kleine tapijtjes horen niet thuis in je slaapkamer. Om vallen te voorkomen, draag je het best antislipsokken of gesloten pantoffels. En leg een lange schoenlepel naast je bed om die makkelijk aan te krijgen. Het is daarbij ook belangrijk dat je voldoende ruimte voorziet naast je bed voor een rollator of andere hulpmiddelen.
Ventileren, ventileren, ventileren!
Een te warme slaapkamer is uit den boze! Neem dus zeker niet te veel dekens mee naar bed. Hoe frisser de kamer, hoe makkelijker je in slaap zal vallen. Zet daarbij een glas water naast je bed om uitdroging te voorkomen. En verlucht je kamer dagelijks om voldoende zuurstof binnen te krijgen.
Voorkom duizeligheid bij het opstaan
Te snel rechtstaan uit je bed of stoel, levert vaak duizelige momenten op. Zorg daarom dat je hoofdeinde goed hoog is – in een hoek van 45° met je voeten naar beneden. Blijf daarna even op de rand zitten en draai met je polsen en enkels voor een goede bloedcirculatie. En zet een glas water naast je bed: door dat leeg te drinken voor je opstaat, voorkom je duizeligheid!
Om vallen te voorkomen, draag je het best antislipsokken of gesloten pantoffels.
Denk aan je nachtelijk toiletbezoek
Voor wie ’s nachts naar de wc moet, hebben we één (grote of kleine) boodschap: ga. En gebruik daarbij niet de grote lichtknop om je weg te vinden, maar maak gebruik van kleine lampjes die automatisch aanspringen als je er voorbijloopt. Voor mensen die hun plas moeilijker kunnen ophouden, bestaan er heel wat hulpmiddelen: van incontinentiemateriaal tot een toiletstoel en plasflessen.
Sla alarm wanneer het moet
Met een draagbaar alarm rond je nek of pols, of een seniorentelefoon met alarmknop, contacteer je in een wip familie of hulpverleners. Zo ben je meteen geholpen en bespaar je jouw familie heel wat kopzorgen.
Verhuis je spullen naar beneden
Trappen zijn op latere leeftijd te vermijden. Wie beneden kan slapen, verhuist dus beter. Neem je kleerkast en andere belangrijke spullen ook meteen mee. Voor wie nood heeft aan extra verzorging is een ziekenhuisbed de beste optie: makkelijk te verstellen in hoogte én comfortabeler voor de thuisverpleging om je te verzorgen.
In en uit bed: handige hulpmiddelen
Oefen samen met je kinesist of thuisverpleger een beweging in om makkelijk in en uit bed te komen. Je rolt daarbij op je zij en gebruikt je ellebogen en buikspieren. Ervaar je krachtverlies? Gebruik dan een transferbeugel die je onder je matras bevestigt. Die kan je ook nog gebruiken als je naast je bed staat. Of verstel je elektrische matras of boxspring zo dat in en uitstappen minder moeite kost. Een gemiddelde hoogte van 53 cm volstaat voor een bed. Zorg vooral dat je met je voeten op de grond kan als je erop zit.
Slapen en dementie
Veel mensen kennen de kenmerken van dementie. Maar er zijn ook symptomen die op minder zichtbare momenten naar boven komen.
‘s Nachts, bijvoorbeeld. Dementie kan namelijk een effect hebben op je slaap. Hoe ga je daarmee om als patiënt of als mantelzorger? Dr. Koen Konieczny, gerontopsychiater, verduidelijkt.
Krijg je sowieso slaapproblemen als je dementeert?
“Studies geven aan dat zo’n 25 tot 50% van de mensen met dementie ermee te maken krijgt. Er zijn verschillende soorten dementie, soms ook mengvormen, die elk weer andere slaapstoornissen met zich meebrengen. Bij Lewy body dementie is een bepaald type slaapstoornis zelfs een sterk argument voor de diagnose.”
Hoe uiten die stoornissen zich?
“Er zijn mensen die overdag best goed functioneren, maar ’s avonds onrustig en verward worden. Dat noemen we sundowning. Als zij ’s nachts niet tot rust komen, kunnen dag en nacht zich op den duur omdraaien. Overdag slaapt de patiënt dan vaak erg veel en is het moeilijk om actief en wakker te blijven. ’s Nachts wakker worden neemt sowieso toe bij mensen op hogere leeftijd, maar is meer uitgesproken bij personen met dementie.”
Wat kun je doen aan die rusteloosheid? Helpt medicatie?
“We proberen medicatie zo lang mogelijk uit te stellen als er nog andere hulpmiddelen zijn. Het is belangrijk dat je actief blijft, zowel lichamelijk als sociaal. Personen met dementie die in een woonzorgcentrum verblijven, hebben vaak pijnklachten die leiden tot slaapstoornissen, en ook depressieve klachten en algemene achteruitgang van kwaliteit van leven. De omgeving speelt soms ook mee, zoals storende geluiden of te veel licht, of net een tekort
aan zonlicht overdag. Natuurlijk moeten we zulke problemen eerst zo veel mogelijk verhelpen. Als die aanpak niet werkt, kan medicatie soms toch nog een oplossing bieden.”
Hoe gaan mantelzorgers het beste om met iemand die moeilijk slaapt?
“Die verwarring in de avond en nachturen kan ervoor zorgen dat iemand met dementie zich niet op de juiste plek voelt en gaat ronddolen.
25 tot 50% van de mensen met dementie krijgt te maken met slaapproblemen.
Probeer als verzorgende de rust te bewaren en de patiënt terug naar het bed te begeleiden. Dring niet aan als dat niet lukt. Bied overdag meer structuur en activiteiten aan. Als het echt niet meer gaat, contacteer je na verloop van tijd het best een arts. Ook hier kijken we eerst naar andere hulpmiddelen voordat we met medicatie starten. Worden de slaapsymptomen ernstiger, komen er andere symptomen bij of reageert de patiënt minder goed op de eventuele geneesmiddelen of interventies, dan weten we dat de dementie vordert.”
“Op onze afdeling overleggen we vaak over de juiste aanpak. Elke persoon is immers anders. Weet je even niet meer hoe je ermee moet omgaan, stap dan zeker eens naar een dementieinfopunt of inloophuis in je gemeente. Een overzicht vind je via www.dementie.be. Daar kun je praten over wat je meemaakt en krijg je concreet advies.”
Tips voor mantelzorgers
Probeer je flexibel op te stellen, ook naar eventueel zorgpersoneel toe. Een woonzorgcentrum of ziekenhuis heeft een eigen ritme en het personeel zoekt naar de juiste manier om de noden van je familielid in dat geheel te passen.
- Corrigeer de patiënt niet; blijf niet herhalen dat iets waar of onwaar is en probeer open en transparant te zijn.
Ga mee in de beleving van de patiënt en blijf rustig. Probeer een afleiding te zoeken die hem of haar weer naar de nachtrust toe brengt.
Tips als je dementie hebt
Begin vroeg met zorgplanning: krijg je de diagnose dementie, begin dan snel met de regeling van je zorg, je slaapplek en andere afspraken. Zo help je je familieleden om straks de juiste keuzes voor je te maken.
Zorg dat je overdag actief bent, zowel lichamelijk als mentaal.
Onderhoud sociaal contact met vrienden, buren en familie.
Kijk voor jezelf of een middagdutje (maximaal een half uurtje!) helpt. Bij sommige mensen maakt dat de nacht moeilijker, bij anderen juist beter.
Dr. Koen Konieczny
Mijmeren over oud(er) worden
De klok van het leven tikt alsmaar door, mijn bestaan kabbelt op haar ritme voort, de slinger over en weer, keer op keer, de verlopen dagen komen nimmer weer, en toch iedere nieuwe ochtend blij ontwaken, daarbij weinig zaken om mij druk over te maken, het leven in alle volheid ervaren als geschenk, van de kleine dingen genieten terwijl ik denk, dat oud(er) worden bovenal en nog het meest, dankbaar koesteren is van wat ooit is geweest, aanvaarden is maar andermaal durven dromen, uitkijken naar al wat nog gaat komen, en alsnog omarmen van hetgeen hier en nu is, ook loslaten en verzoenen als ik me niet vergis, mij bovendien bewust zijn van vergankelijkheid, ja, omgaan met grenzen en zachtmoedigheid, van elke medemens die me dierbaar is of was, met finaal de terugkeer naar een beetje stof en as, en dus tel ik niet langer de jaren van het leven, maar vooral de herinneringen die mij zijn gegeven.
Guido Lempens
Gepensioneerd hoofdverpleegkundige geriatrie
Aan tafel!
Een maaltijd die zwaar op je maag ligt, kan je nachtrust ernstig verstoren. Diëtiste Kaat Vanlommel trakteert met gezonde, lekkere én gevarieerde recepten die je doen slapen als een roosje.
Weetje
Aubergine bevat veel gezonde vezels. Vezels dragen bij aan een goede spijsvertering en stoelgang.
Cannelloni van aubergine met ricotta
Benodigdheden (4 personen)
3 aubergines
400 g spinazie
300 g ricotta
500 g tomatenblokjes
660 ml passata
2 eetlepels pijnboompitjes
1 ui
2,5 teentjes knoflook
1 eetlepel Italiaanse kruiden
4 eetlepels Parmezaanse kaas peper en zout
Bereidingswijze
Snijd de aubergines in plakken en bestrooi ze met zout. Snipper de ui en hak de knoflook fijn.
Grill de plakken aubergines in een grillpan met een beetje olijfolie.
Roerbak de spinazie en pers vervolgens het water eruit. Meng de spinazie met de ricotta. Rooster daarna de pijnboompitten en voeg ze toe aan het ricotta en spinaziemengsel.
Verhit een beetje olie in een pan en bak de ui samen met de knoflook lichtjes aan. Voeg daar vervolgens de passata en tomatenblokjes aan toe. Breng op smaak met de Italiaanse kruiden, peper en zout. Laat de tomatensaus vijf tot tien minuten sudderen op een zacht vuurtje.
Verdeel de tomatensaus over de bodem van een ovenschaal. Neem een plakje gegrilde aubergine, beleg met een schepje van het ricotta en spinaziemengsel en rol het plakje op. Leg het rolletje in de tomatensaus. Herhaal tot alle ingrediënten op zijn.
Rasp de Parmezaanse kaas en strooi over de auberginerolletjes.
Bak de schotel 12 minuten in de oven op 180 °C.
WIST JE DAT
zeebaars veel belangrijke voedingsstoffen bevat?
Zeebaars in de oven
Benodigdheden (6 personen)
600 g zeebaarsfilet (met vel)
10 kerstomaatjes
10 middelgrote tomaten
1 rode puntpaprika
1 gele puntpaprika
3 eetlepels kappertjes
200 g gemengde olijven
6 teentjes knoflook
6 takjes tijm
3 takjes rozemarijn
Bereidingswijze
Verdeel de vis in zes gelijke stukken, snijd de paprika’s in ringetjes en hak de knoflook in fijne stukjes.
Meng de groenten, olijven, kappertjes en stukken vis in een ovenschaal. Giet er een scheutje olijfolie overheen en kruid af met tijm, rozemarijn, peper en zout.
Laat het gerecht 20 tot 25 minuten garen in de oven op 180 °C.