�essaLinea
Inlegzool met sensoren voor CVA-patiënten
Nieuw nationaal zorgpad hartfalen
Supraregionale samenwerking met ZOL
Medisch informatieblad Jessa Ziekenhuis nr. 48 december 2024
Inlegzool met sensoren voor CVA-patiënten
Nieuw nationaal zorgpad hartfalen
Supraregionale samenwerking met ZOL
Medisch informatieblad Jessa Ziekenhuis nr. 48 december 2024
Het zorgpad laagrisicozwangerschappen is heel eenvoudig te raadplegen via de Andreaz-website met het wachtwoord ‘andreaz123’. Naast het gekende schema van het drieluik zorgpad materniteit, met alle info over laagrisicozwangerschappen van de eerste tot de 41e week, is er nu ook een volledig uitgeschreven draaiboek beschikbaar dat op elk moment in de zwangerschap van pas kan komen. Met uitgebreide info over NIPT, de bewegingsdriehoek, vaccinaties en allerhande gynaecologische onderzoeken. Het draaiboek is een leidraad voor alle huisartsen met aanstaande moeders in de wachtzaal. Van een correcte doorverwijzing tot het herkennen van alarmsymptomen en tips bij voorweeën. Elk topic komt uitvoerig aan bod.
Doofheid is onzichtbaar. Al is Jessa vastbesloten om het thema zichtbaarder dan ooit te maken. Het project ‘Samen beter horen’ moet resulteren in het eerste oorvriendelijke ziekenhuis van Limburg. Initiatiefnemer van dienst?
Jessa-medewerker Elke Lambrix, die doof is aan één oor en haar negatieve ervaringen wil vertalen naar concrete richtlijnen. Denk aan haar naam die afgeroepen wordt in de wachtzaal en die ze niet meteen hoort.
Of haar hoorapparaat dat ze bij een behandeling te snel moet uitdoen, waardoor ze belangrijke info mist.
De eerste stap is bewustwording bij het ziekenhuispersoneel met concrete tips. Richt je tot de patiënt, articuleer goed, maak oogcontact en laat hem of haar het hoorapparaat zo
lang mogelijk inhouden. Patiënten die enkel via gebarentaal communiceren, kunnen een beroep doen op een tolk Vlaamse Gebarentaal. In een tweede fase worden badges voorzien om de slechthorendheid of doofheid van de patiënt kenbaar te maken in het ziekenhuis.
Vanaf begin 2025 zal Jessa officieel een alcoholvrij ziekenhuis zijn. De reden? Alcohol is de oorzaak van veel aandoeningen en hoort dus niet thuis in een gezonde en steunende omgeving. Sinds eind september is deze maatregel al van kracht voor artsen en medewerkers – met alcoholvrije traktaties, symposia en teamvieringen. Begin volgend jaar trekken we het beleid door naar patiënten en bezoekers. Concreet betekent dat een alcoholvrije menukaart in Bar Bouffe en geen alcoholische traktaties op materniteit of andere afdelingen.
In dezelfde lijn rollen we voortaan een strenger rookbeleid uit in de zone van tien meter rond de in- en uitgangen van Jessa. In het kader van de nieuwe regelgeving van FOD Volksgezondheid willen we ook deze schadelijke gewoonte aanpakken om de impact op onze medewerkers en patiënten te verkleinen.
Jessa biedt al jaren rookstopbegeleiding aan voor medewerkers en artsen.
Prof. dr. Gregory Sergeant – bij Jessa gespecialiseerd in lever-, pancreas- en galwegenchirurgie – is verkozen tot voorzitter van de Belgian Pancreatic Cancer Group. Zijn mandaat start officieel op 1 juli 2025 en duurt drie jaar.
In deze functie is Gregory Sergeant de officiële gesprekspartner van het RIZIV én het kankerregister voor pancreaschirurgie en periampullaire tumoren.
“De mogelijkheid om in deze functie met de nationale conventiedata aan de slag te gaan, is een enorme opportuniteit voor de verbetering van de behandelingen en levenskwaliteit van onze patiënten”, zegt hij.
Onder leiding van Gregory Sergeant werd eerder ook de Limburgse Pancreasconventie erkend als enig expertisecentrum voor complexe chirurgie van de pancreas en periampullaire tumoren in de provincie.
Prof. dr. Pascal Vranckx (Jessa) en dr. Pieter Martens (ZOL) versterken sinds 1 september het Limburg Clinical Research Center als vicedirecteuren – naast directeur prof. dr. Piet Stinissen. Pascal Vranckx was o.a. klinisch directeur van het Thoraxcentrum van het Erasmus MC in Rotterdam. Pieter Martens was zelf doctoraatsstudent binnen het LCRC en twee jaar lang verbonden aan de Cleveland Clinic in de Verenigde Staten.
De UHasselt, ZOL en Jessa werken al een decennium lang samen rond patiëntgeoriënteerd onderzoek binnen het LCRC. Het onderzoekscentrum investeert dan ook flink in concrete onderzoeksprojecten, zoals biobanking en de Mobile Health Unit. Ruim 40 artsen zijn als UHasselt(gast)professor betrokken. Het onderzoek leidde de afgelopen jaren tot meer dan 50 succesvolle doctoraten, een spin-offbedrijf (FibriCheck) en 150 wetenschappelijke publicaties.
Naast financiering biedt het centrum ondersteuning aan klinische onderzoekers en werkt het nauw samen met de centrale diensten van de UHasselt, de collega’s van Future Health in ZOL en Jessa & Wetenschap. De twee vicedirecteuren hebben een goedgevulde internationale rugzak in klinisch-wetenschappelijk onderzoek en een sterke visie op de toekomst van onderzoek in Limburg.
Jessa spendeerde in de periode 2023-2024 meer dan 14 miljoen euro aan medische investeringen. Een ziekenhuisbreed project om de patiëntenmonitoring (ca. drie miljoen) te vernieuwen en te optimaliseren is succesvol afgerond. Een van de cathlabzalen (ca. 0,7 miljoen) kreeg een upgrade, we kochten een
SPECT-CT (ca. 0,8 miljoen) en een cardio-CT (ca. 1,4 miljoen) aan én we realiseerden de automatisatie van het ‘corelab’ (ca. 1,3 miljoen). Op de moeder-kindafdeling investeerden we systematisch in de vervanging van couveuses en bevallingsbedden. Het operatiekwartier is een van de meest investeringsintensieve
afdelingen van het ziekenhuis, met o.a. nieuwe phaco-apparatuur, een capnograaf, microscopen en anesthesietoestellen. En dan was er nog de aankoop van de NovaSeq X Plus voor DNA-analyse (ca. 0,6 miljoen), samen met AZ Delta.
Overmatig drank- en druggebruik en een drang naar sensatie leiden tot meer agressie tegenover hulpverleners. Alle Limburgse ziekenhuizen, Brandweer ZuidWest Limburg en Lokale Politie Limburg Regio Hoofdstad blikken samen een opvallende videoclip in. Ze vragen niet enkel respect voor hun werk, maar ook respect voor de privacy van de slachtoffers.
“Hulpverleners komen – ondanks zware straffen – zowat dagelijks in contact met een vorm van agressie.
Op locatie, maar ook in het ziekenhuis”, zegt dr. Yves Breysem, algemeen directeur van Jessa. “Dit is compleet ongepast en heeft een erg grote impact op de hulpverleners. Met deze spot vragen we om respect.”
In de spot zie je een ongeval dat pas gebeurde door de ogen van een slachtoffer. Omstaanders halen schaamteloos hun telefoons boven om alles te filmen. “Dat is een trend die we helaas steeds vaker zien”, vertelt Philip Pirard, hoofdcommissaris van Lokale Politie LRH.
“Deze campagne is een wake-upcall. Laten we van Limburg een provincie maken waarin solidariteit en gezond verstand de norm zijn”, zegt Jos Lantmeeters, gouverneur van de provincie Limburg.
Het videofragment wordt de komende weken verspreid via sociale media. Heb jij het al gezien?
VERANTWOORDELIJKE UITGEVER: vzw Jessa Ziekenhuis, Salvatorstraat 20, 3500 Hasselt
EINDREDACTIE EN GRAFIEK:
dienst communicatie Jessa Ziekenhuis, Salvatorstraat 20, 3500 Hasselt tel. 011 33 53 50 in samenwerking met ZINNIG
www.jessazh.be info@jessazh.be
www.facebook.com/jessaziekenhuis
www.twitter.com/jessaziekenhuis
Strategisch Kompas 2030 18 Supraregionale samenwerking ZOL-Jessa Jessa & Wetenschap Het Vragenkabinet 24 20
Uitgelicht: Jessa in beeld
Complexe buikwandcorrectie Sportraadpleging eForm medische beeldvorming Handige telefoonnummers
Sinds 25 mei 2018 zijn de nieuwe privacyregels van kracht. Je krijgt daarom de mogelijkheid om aan te geven dat je dit magazine enkel nog digitaal wenst te ontvangen. Vraag dit aan via de (gratis) app ‘Quick Scan’. Scan met je smartphone deze QR-code, je komt meteen op de juiste plek terecht.
Kansen genoeg in het daadkrachtige Limburg.
dr. Jos Vandekerkhof
Op 8 oktober ‘24 zag Inez Limburg het levenslicht. Vol bewondering mochten we de geboorte van het Innovatief Netwerk voor Expertise Zorg Limburg – een krachtenbundeling tussen ZOL en Jessa –aanschouwen. Gezond, energiek en klaar om de toekomst van de gezondheidszorg binnen Limburg mee vorm te geven.
De laatste maanden bewoog er veel binnen het ecosysteem van de gezondheidszorg in onze provincie. Zo start de UHasselt binnenkort met het implementatietraject van de masteropleiding in de geneeskunde. Dat Limburg daarbij geen universitair ziekenhuis heeft, maakt van deze sprong een uitdaging. Maar kansen zijn er genoeg in het daadkrachtige Limburg.
Onze provincie heeft haar veerkracht al vaker laten zien in het verleden. De mijnsluitingen, de sluiting van Ford Genk en het einde van Philips Hasselt zijn daarin voorbeelden van hoe we altijd weerbaar blijven, ondanks moeilijke economische tijden. Ook in de ziekenhuiswereld. Jessa pioniert al verschillende decennia als het gaat over innovatie in de gezondheidszorg. Denk maar aan de oprichting van de dienst cardiale heelkunde op 3 april 1992.
Al nemen we ook vandaag een voortrekkersrol op in bijvoorbeeld het domein van next generation sequencing (NGS). Het lijstje innovatieve realisaties van de afgelopen jaren loopt in sneltempo op. Daarin ligt onze toekomst.
Limburg is daarbij een echte zorgregio. Dat biedt niet alleen kansen voor de ziekenhuizen, maar ook voor een integratie met de eerste lijn. Er loopt dan ook een nauwe samenwerking tussen Jessa en CELL (Centrum Eerste Lijn Limburg) onder leiding van de UHasselt. De oprichting van het triumviraat tussen Jessa, ZOL en de UHasselt kon dan ook niet uitblijven na de jarenlange goede samenwerking. In dat kader zijn onze netwerkpartners binnen Andreaz en Linoz de perfecte bondgenoten.
We evolueren stilaan naar één ziekenhuisstructuur in de mooiste tuin van Vlaanderen. Een bredere integratie van het ziekenhuislandschap in Limburg is daarbij onvermijdelijk. Inez zal vroeg of laat dus een broertje of een zusje mogen verwelkomen in de familie. De ouders denken nu al na over een klinkende naam.
Dr. Jos Vandekerkhof
Het aantal kankergevallen stijgt, maar gelukkig ook de overlevingskans. Opsporing, innovatie en kennisdeling spelen daarin een rol. Daarom zijn we blij met de RIZIVerkenning als hoog-volumeinstelling voor Next Generation Sequencing. Op die manier maken we DNA-analyse laagdrempeliger voor de patiënt. Dankzij expertise en samenwerking, over afdelingen en specialisaties heen, bieden we performante oncologische zorg met een menselijk gelaat. In dit dossier gaan we wat dieper in op het uro-oncologisch MOC en de nieuwe melanoomraadpleging.
Uro-oncologisch MOC-overleg bespreekt jaarlijks meer dan 1000 patiënten
Een geïntegreerd behandelplan op maat van de patiënt, dat is het doel van een multidisciplinair oncologisch consult (MOC). Het uro-oncologisch MOC is intussen een van de grootste van Jessa. “Dankzij deze professionele samenwerking behandelen we de patiënt met een brede blik en integreren we nieuwe inzichten en therapieën optimaal in het behandelplan.”
“De diagnose, geschiedenis en algemene toestand van de patiënt vormen de start”, klinkt het bij de betrokken artsen. “We overwegen de beste behandelingen vanuit wetenschappelijk oogpunt, maar bekijken ook wat voor de patiënt het meest haalbaar is. De behandelopties evolueren sterk, vooral de medicamenteuze therapieën. Maar we bekijken ook alternatieven voor chirurgie, zoals ablatie of radiotherapie. Op die manier versterkt het MOC de evolutie van standaardbehandelingen naar een meer evidencebased aanpak op maat.”
Vele perspectieven
De MOC-leden vertegenwoordigen alle betrokken disciplines en er is ook een prostaatverpleegkundige aanwezig. “Dat zorgt voor een gezond debat vanuit verschillende perspectieven, waarbij we altijd tot een consensus komen. Patiënten voelen die
samenwerking ook: we verwijzen vlot door, alle artsen zijn goed op de hoogte … Huisartsen en patiënten kunnen de verslagen trouwens ook makkelijk inkijken.”
Sterkere resultaten
“Het aantal besproken urologische maligniteiten is verdubbeld in vergelijking met zeven jaar geleden. Dat komt ook door de betere registratie. Intussen bespreken we meer dan duizend patiënten per jaar. Na het Borstcentrum zijn we het grootste MOC. Voor de werking van het Borstcentrum is alles wettelijk geregeld, voor urologie niet. Maar we streven nu al diezelfde kwaliteit na en dat zien we in de resultaten. Daarom willen we deze aanpak stap voor stap verder uitrollen binnen het Andreaz-netwerk.
Het Sint-Franciscusziekenhuis van Heusden-Zolder neemt nu al deel aan ons wekelijks overleg.”
Betrokken artsen
Oncologie: dr. Daisy Luyten
Radiotherapie: dr. Leen Noé, dr. Kobe Reynders, dr. Philippe Bulens
Urologie: dr. Tom Tuytten, dr. Patrick Willemen, dr. Nathalie Lauwers, dr. Jo Stragier, dr. Brecht Jacobs Nucleaire geneeskunde: dr. Jean-Philippe Cambier
Radiologie: dr. Geert Souverijns, dr. Jurgen Bielen, dr. Christophe Balliauw, dr. Jan Vanrusselt
Nieuwe melanoomraadpleging comprimeert zorgpad
Kreeg een patiënt de diagnose huidkanker? Dan kan de behandeling snel opgestart worden via de nieuwe melanoomraadpleging. Deze consultatie combineert verschillende stappen: van eerste oncologisch gesprek tot de technische onderzoeken. “Zo versterken we onze multidisciplinaire kijk en hoeft de patiënt maar één keer naar het ziekenhuis te komen.”
“Hoe sneller we een melanoom diagnosticeren en behandelen, hoe beter de prognose”, zegt prof. dr. Jeroen Mebis. “Met de nieuwe melanoomraadpleging kunnen we korter op de bal spelen. Nadat de biopsie en diagnose gebeurd zijn bij de dermatoloog, trachten we nieuwe patiënten binnen de week te ontvangen.”
Drie stappen gecombineerd
“De patiënt ontmoet eerst de oncoloog, die het zorgpad en de staging opstart. Daarna kan hij onmiddellijk bij de chirurg terecht, die soms al een operatiedatum meegeeft. Elke week zijn er trouwens twee gespecialiseerde chirurgen aanwezig. Na dit tweede gesprek volgen meteen ook de technische onderzoeken.”
Vaker systeemtherapie
“We behandelen steeds meer melanomen, mede dankzij de betere opsporing. De therapiemogelijkheden evolueren ook erg snel. Huidtumoren werden vroeger vaak geopereerd, vandaag kiezen we sneller voor nieuwe opties binnen de systeemtherapie. Patiënten met uitzaaiingen genezen daardoor vaker. Het blijft dus erg belangrijk om de behandelingen vanuit verschillende specialismen te bekijken. Deze multidisciplinaire melanoomraadpleging is dan ook een win-win, zowel voor de patiënt als voor de arts.”
Betrokken artsen: dr. Bart Appeltans, dr. Didier Nolens, dr. Anouk Cornelissen, dr. Philippe Bulens, dr. Kobe Reynders, dr. Bjorn Baerts, dr. Nina De Moor, prof. dr. Jeroen Mebis
Melanoomraadpleging: elke woensdagnamiddag
Doorverwijzen? Bel de artsenlijn via 011 33 79 66
Oncologisch dagziekenhuis krijgt nieuw huiselijk interieur
Na de NMR- en spoedafdeling hebben ook de dagziekenhuizen van medische oncologie en hematologie een grondige opknapbeurt gekregen. De klinische witte kleur maakte plaats voor warme houttinten. Nieuwe schermen in de wachtruimte vertellen de patiënten wanneer ze bij de arts binnen kunnen. Maar ook de werkwijze is aangepast. Zo kunnen patiënten nu langer bij hun familie of begeleiders in de wachtruimte blijven en en zitten ze minder lang in de therapiestoel.
RIZIV erkent Jessa als hoog-volumeinstelling voor Next Generation
Sequencing
Dankzij die erkenning wordt een aantal NGS-testen in oncologische context vanaf nu terugbetaald. Dat maakt zo’n DNA-analyse toegankelijker voor de patiënt. Het gaat om NGS-testen met biomarkers waarvan het klinisch nut is aangetoond bij specifieke solide tumoren en hematologische maligniteiten. Sinds dit jaar behoort Next
Generation Sequencing trouwens tot de standaardzorg binnen (hemato-)oncologie. Maar het blijft een vrij complexe procedure die vraagt om ervaring en de juiste technologie.
In België zijn er daarom slechts 12 hoogvolume-instellingen die samen 96 % van alle NGS-testen uitvoeren. Jessa is het enige Limburgse ziekenhuis dat deel uitmaakt van deze NGS-conventie.
Wat is Next Generation Sequencing?
Een nieuwe vorm van DNA-analyse die gericht mutaties opspoort in de genen van bijvoorbeeld kankercellen. In tegenstelling tot de klassiekere DNA-analyses, leest een NGS-test een groot aantal genen tegelijk uit, waardoor de analyses sneller, beter en op termijn goedkoper worden. De testresultaten zijn belangrijk voor een correcte diagnose en bepalen mee de juiste medicatie voor een doeltreffende behandeling. In de zomereditie van Jessa Linea las je al dat Jessa daarom, samen met AZ Delta in Roeselare, investeert in een bijkomende Next Generation Sequencer.
Een patiënt met hartfalen wordt opgevolgd door meerdere zorgverleners: van cardioloog tot thuiszorgteam. Dat vraagt om een goede samenwerking en heldere richtlijnen. “Met het nieuwe zorgpad brengen we structuur en uniformiteit in de verschillende onderdelen van hartfalenzorg. Het is een nationaal gedragen zorgpad, in samenwerking met Domus Medica”, zegt cardioloog dr. Philippe Jr. Timmermans.
Minder ziekenhuisopnames en betere levensverwachting “Hartfalen behandelen is best complex”, vertelt Philippe Jr. Timmermans. “Mensen consulteren meerdere zorgverleners: huisarts, kinesist, cardioloog … Het ziekteverloop is soms heel dynamisch en vaak hebben patiënten nog andere aandoeningen. Gelukkig worden de behandelingen steeds uitgebreider. Elk ziekenhuis heeft intussen zijn eigen project om hartfalenzorg te verbeteren, maar deze waardevolle initiatieven blijven vaak lokaal en onvolledig. Er was dus nood aan een overkoepelend zorgpad op Belgisch niveau. Zeker omdat er is aangetoond dat zo’n uniform hartfalenprogramma de prognose verbetert en ziekenhuisopnames vermindert.”
www.zorgpadhartfalen.be
“We vertaalden de bestaande Europese richtlijnen naar onze Belgische context. Een nieuwe overzichtelijke website bundelt het volledige zorgpad: richtlijnen en praktische adviezen voor zorgverleners, paramedici, patiënten en hun familieleden. Je vindt er achtergrond over de diagnose, de behandeling, de opvolging en de rol van de huisarts. Dit zorgpad is er vooral voor zorgverleners en is op die manier een aanvulling op www.heartfailure.be en www.heartfailurematters.org, die vooral gericht zijn op patiënten.”
Concrete handvaten
“Een patiënt met hartfalen besteedt de meeste tijd thuis. Daarom is de continuïteit in zorg tussen ziekenhuis en thuis belangrijk. We besteden bewust veel aandacht aan praktische adviezen in de vorm van ‘wat te doen bij …’ Het zijn concrete handvaten die helpen om gericht te handelen bij nierinsufficiëntie, ionenstoornissen, hartdecompensatie, hypotensie, dehydratatie … Wanneer we samen op tijd belangrijke veranderingen opmerken, kunnen we de therapie aanpassen en soms verdere deterioratie en ziekenhuisopnames voorkomen. Daarom bevat het zorgpad ook een symptomenkaart die patiënten een eenvoudig grafisch overzicht geeft van de alarmsymptomen waarvoor ze hun arts moeten verwittigen.”
Optimale en uniforme hartfalenzorg in België
“Dit nationale zorgpad is gebaseerd op de European Society of Cardiology-richtlijnen. Dat zijn inzichten voor en door cardiologen, vooral opgesteld vanuit een wetenschappelijke achtergrond en wat minder vanuit de praktijk. Bovendien kun je niet verwachten dat elke zorgverlener alle gespecialiseerde richtlijnen in detail kent. Daarom hebben we deze ESC-richtlijnen toegankelijker gemaakt: wetenschappelijk onderbouwd, voldoende praktisch en zinvol in onze Belgische context. Samen met cardiologen, zorgverleners en Domus Medica.”
Belangrijke doodsoorzaak
“Steeds meer patiënten krijgen de diagnose hartfalen: meer dan 10 % van de 70-plussers. En dat zal nog toenemen door o.a. de vergrijzing, maar ook door de betere overleving van andere hartaandoeningen. Hartfalen is een van de belangrijkste doodsoorzaken in België: ruim een kwart van de patiënten overlijdt binnen een jaar, bijna de helft binnen 5 jaar. De mortaliteit wordt vaak onderschat en ligt in lijn met de vaak gediagnosticeerde kankers. We hebben met ons hele team hard gewerkt aan dit zorgpad en hopen dat het alle zorgverleners helpt in hun dagelijkse praktijk.”
Lees het volledige zorgpad op www.zorgpadhartfalen.be
Hartfalen Jessa: hartfalen@jessazh.be, 011 33 70 33 of 011 33 70 34 Nieuws!
Jessa is onlangs erkend als Advanced Heart Failure Center door de European Society of Cardiology.
Cardiologen Hartfalenwerking Jessa: dr. Jan Stassen, dr. Jan Verwerft en dr. Philippe Jr. Timmermans
Hartfalenverpleegkundigen: Marita Houbrechts, Sacha
De Groof en Hanne Goris
Na het behalen van een bachelor en master Geneeskunde aan de KU Leuven, startte dr. Stefan Timmerman zijn assistentschap in het Imeldaziekenhuis in Bonheiden. Latere opleidingsjaren voltooide hij in Sint-Augustinus in Antwerpen en UZ Leuven, met een specifieke focus op gynaecologische chirurgie, echografie en hoogrisico-verloskunde. Voor het voltooien van zijn opleiding trok de Leuvenaar de internationale toer op, richting het Queen Charlotte’s and Chelsea Hospital aan het Imperial College in Londen.
Geruggensteund door heel wat wetenschappelijke publicaties en presentaties op congressen, verheugt Steven Timmerman zich erop bij te dragen aan de hoogwaardige patiëntenzorg in Jessa. Dat doet hij in combinatie met de afronding van zijn PhD rond echografie en minimaal invasieve chirurgische technieken in de gynaecologie in UZ Leuven.
Dr. Stefan Timmerman versterkt sinds 1 oktober 2024 het gynaecologieteam van Jessa.
Begin november startte dr. Anouk Cornelissen als plastisch chirurg bij Jessa. Ze is gespecialiseerd in dermato-oncologische ingrepen en heeft een voorliefde voor borstreconstructies. Daarover leverde ze ook een doctoraat af.
Anouk Cornelissen studeerde af aan de Universiteit van Maastricht.
Dermato-oncologie
Samen met plastisch chirurg dr. Didier Nolens en dr. Bart Appeltans maakt
Anouk Cornelissen deel uit van de chirurgische tak van de melanoomkliniek. “Ik leg me er vooral toe op BCC’s, SCC’s, melanomen, poortwachtersklierprocedures, excisies van grotere maligniteiten … Mijn voorliefde ligt bij reconstructies: zowel kleine ingrepen in het aangezicht als borstreconstructies.”
Leven weer opbouwen
“Omdat de overlevingskansen stijgen, voeren we steeds meer reconstructies uit. Als plastisch chirurg kom je vaak pas na de kankerbehandeling in beeld, wanneer het weer beter gaat. Je helpt patiënten om hun leven weer op te bouwen en ondersteunt hen bij een nieuwe spannende fase. Sommige
kleinere reconstructies en huidtransplantaties kunnen trouwens ook onder lokale verdoving. Daardoor mag de patiënt vaak snel naar huis.”
Doctoraat over levenskwaliteit na borstreconstructie
“Bij een borstreconstructie kunnen we ook een gevoelszenuw van de buik mee transplanteren naar de borstkas. Dat is een vrij nieuwe techniek die nog niet standaard wordt toegepast. We doen dit vooral protectief”, legt Anouk Cornelissen uit. “Zo voorkomen we bijvoorbeeld dat vrouwen brandwonden oplopen omdat ze niets voelen. Ons onderzoek leerde dat dit de levenskwaliteit significant verbetert. Het was trouwens de eerste keer dat dit onderzocht werd. Patiënten hebben weer gevoel in hun borst, maar daarmee keert het erogene gevoel niet terug. Dat is een complex proces waarbij de hersenen ook een rol spelen.”
Liefde voor het vak
“Voor mij zit alles vervat in deze vorm van chirurgie. Bij een complexere reconstructie ben je lange tijd gefocust. Zo’n ingreep biedt afwisseling: een grotere wonde schoonmaken is wat grover werk, in het aangezicht zet je de puntjes op de i met microchirurgie. Ik had trouwens de eer om de Taiwanese chirurg dr. Fu-Chan Wei te ontmoeten, de man die de microchirurgie groot maakte. Bovendien mag ik dit werk doen in Hasselt, waar ik geboren en getogen ben. Dat is een mooi extraatje.”
Raadpleging op maandagvoormiddag, woensdagvoormiddag en vrijdagvoormiddag.
Tweewekelijks melanoomraadpleging op woensdagnamiddag.
Telefoonnummer afspraken balie T. 011 33 55 77
Luchtweginfecties komen en gaan. Maar welke kiem veroorzaakt de verkoudheid van je patiënt? Het nieuwe Snotkompas op de Jessa-website toont elke week welke pathogenen voorkomen in Limburg. Deze objectieve barometer kan richting geven bij de diagnose en de behandeling van verkoudheden.
Analyse van respiratoire labostalen
“Wekelijks krijgen we heel wat stalen binnen in ons klinisch laboratorium, zowel van het ziekenhuis als van huisartsen”, vertelt dr. Steven Martens, klinisch bioloog. “We testen verschillende virussen en bacteriën op elk respiratoir staal dat we ontvangen. Wanneer we al die data naast elkaar leggen, zien we golven in de pathogenen die luchtweginfecties kunnen veroorzaken. Denk daarbij aan SARSCoV-2, influenza of RSV. Die relevante info delen we graag met (huis)artsen. Op Belgisch niveau worden acute luchtweginfecties ook gemonitord binnen de SARIsurveillance. Maar onze cijfers geven een accurater beeld voor Hasselt en Limburg. Elke maandagvoormiddag actualiseren we de grafieken en de bijbehorende toelichting.”
Meer bewustzijn rond luchtweginfecties
“Na de COVID-19-pandemie zijn de patronen – de seizoenen – wat minder voorspelbaar geworden”, vult Jozef Dingemans, moleculair bioloog, aan. “Het Snotkompas kan zo’n seizoen al in een vroeg stadium aantonen. Niet onbelangrijk, want mensen stappen vaak voor een verkoudheid naar hun huisarts. Luchtweginfecties zijn zelfs een vaak voorkomende reden voor een ziekenhuisopname, zeker bij kwetsbare personen.
Sinds de pandemie zijn mensen ook meer bezig met de oorzaak van hun verkoudheid. We zien over het algemeen meer aandacht voor medische data. Daarom werken we op dit moment ook aan een Darmkompas.”
Bekijk het Snotkompas op:
Jessa staat vandaag garant voor warme topzorg. Om die ook morgen te waarborgen, moeten we anticiperen op toekomstige uitdagingen, zoals de shift naar ambulante zorg, digitalisatie, personeelstekort en financiële druk. Hoe?
Met het Strategisch Kompas 2030, een toekomstvisie op basis van zes pijlers:
Uitmuntend in patiëntervaring en kwaliteit
We bieden patiënten hoogstaande zorg en een uitstekende ervaring. Ze worden als gelijkwaardige partners betrokken bij hun zorgtraject en vinden fysiek én digitaal makkelijk toegang tot het ziekenhuis.
Toekomstgerichte en flexibele zorgorganisatie
Met een doordachte mix van ervaring en talent garanderen we veilige en
kwaliteitsvolle zorg voor elk type patiënt. We ondersteunen outreach, werken samen met de eerste lijn en gebruiken data en patiëntervaring om bij te sturen.
Ons zorgpark
Ons zorgpark krijgt vorm. Met heldere processen en organisatiestructuren creëren we de juiste omgeving om alle strategische ambities waar te maken.
Supraregionaal ankerpunt in Limburg
Met partners UHasselt en ZOL verzekeren we kwaliteitsvolle supraregionale zorg in Limburg. ‘Concurreren’ wordt ‘samenwerken’, met formele afspraken over ‘eenheid van vermogen’ en gezamenlijke zorgverlening.
Eén met netwerkziekenhuizen
We streven naar een fusie met
az Vesalius en het Sint-Franciscusziekenhuis, een nauwe samenwerking met Sint-Trudo en één geïntegreerd zorgmodel voor heel Limburg.
Financieel duurzaam en operationeel excellent
We excelleren op een financieel gezonde manier, o.a. door meer economisch bewustzijn te creëren bij medewerkers, efficiëntere processen te implementeren en het artsenbeleid op het Jessa-beleid af te stemmen.
Zet je mee koers naar 2030?
Hou JessaLinea dan in de gaten. De komende zes edities gaan we telkens dieper in op één van de pijlers. We starten met de supraregionale samenwerking ZOL-Jessa, onder de naam Inez Limburg.
Sinds begin oktober waait er een frisse wind door de samenwerking tussen ZOL en Jessa. Maak kennis met Inez Limburg. De nieuwe naam van de supraregionale samenwerking staat voor Innovatief
Netwerk voor Expertise Zorg. Het doel? De kwaliteit van de Limburgse zorg blijven verbeteren en daarbij de lat steeds hoger leggen inzake specialisatie en technologie.
Door de krachten van de twee grootste ziekenhuizen in Limburg nog systematischer te bundelen, beoogt Inez Limburg de hoogste kwaliteit en het grootste gemak voor de Limburgse patiënt. Dat doen ze als sinds 2011, met onder andere de krachtenbundeling rond de diensten fertiliteit, interventionele radiologie, complexe pancreaschirurgie, NICU en LOC (Limburgs Oncologisch Centrum).
De bedoeling van deze nieuwe zet is om de expertise rond onder andere pancreaschirurgie, behandelingen voor hoofd-halskanker en cardio-chirurgie samen te brengen en te versterken binnen het netwerk.
Extra erkenningen op het oog
Volgens Jessa-voorzitter Ingrid Lieten spreken de voordelen van de uitbreiding van het partnership voor zich.
“Door gezamenlijk meer patiënten te bereiken, wordt onze expertise vergroot. Dat is in de eerste plaats zeer goed voor onze patiënten, maar het vergroot ook de kans op erkenningen door de overheid. Vaak worden die toegekend op basis van de aangetoonde expertise én het aantal ingrepen of behandelingen op jaarbasis.”
Concreet stuurt de huisarts de patiënt dus door naar de plek waar de benodigde expertise aanwezig is.
Gerichte doorverwijzing
Concreet stuurt de huisarts de patiënt dus door naar de plek waar de benodigde expertise aanwezig is. Dat kan
zowel richting Jessa als ZOL. Al blijven de netwerkpartners van Linoz (Noorderhart) en Andreaz (az Vesalius, Sint-Trudo en Sint-Franciscusziekenhuis) ook belangrijke partners in dit verhaal. Ook zij zullen patiënten doorverwijzen naar specialisten binnen Inez Limburg en zijn uitgenodigd op het bestuursorgaan van de nieuwe vzw.
Intensieve samenwerking met de UHasselt
Inez Limburg focust daarbij op de uitbreiding van de samenwerking met de UHasselt. En daar is Tom Arts, voorzitter van ZOL, bijzonder tevreden mee. “Het is dankzij hoogstaand wetenschappelijk onderzoek dat nieuwe inzichten verworven worden. Daarop voortbouwend kunnen behandelingen van hooggespecialiseerde zorg worden aangepast.” En ook rector van de UHasselt, Bernard Vanheusden, kijkt uit naar een intensere samenwerking. “De uitbouw van gespecialiseerde zorg in nez Limburg ondersteunen we vanuit het huidige en toekomstige wetenschappelijk onderzoek in de UHasselt in domeinen zoals cardiologie, oncologie en mobile health. Deze samenwerking versterkt daarbij de ambities van de UHasselt in de uitbouw van de master Geneeskunde in
samenwerking met de KU Leuven én de verdere ontwikkeling van de Health Campus Diepenbeek Campus.”
Bedrijfseconomische voordelen
Naast de kwalitatieve medische zorg is de samenwerking tussen Jessa en ZOL ook voordelig voor de niet-medische aspecten van de ziekenhuizen. Denk aan de verbetering en het delen van inzichten rond IT, infrastructuur, backoffice, kwaliteit en efficiëntie in het algemeen. Door ook op dit vlak dezelfde koers te varen, creëren beide ziekenhuizen enkele kwalitatieve en bedrijfseconomische voordelen. Voor de verdere uitwerking hiervan wordt een meerjarenactieplan op poten gezet.
Als eerste punt op de agenda van Inez Limburg? Een supraregionaal medisch actieplan opstellen, gebaseerd op de huidige locoregionale, zorgstrategische doelstellingen. En van daaruit richting de zorg van de toekomst!
Hoe verbeteren we de gezondheid van patiënten én organiseren we onze zorg zo efficiënt mogelijk? Een hybride aanpak kan een antwoord bieden. Zo’n hybride zorgpad combineert ‘gewone’ opvolging met extra monitoring via sensoren, apps en andere digital health-toepassingen. “Na twaalf jaar onderzoek willen we nu ook de praktische implementatie faciliteren. We moeten nieuwe technologieën durven omarmen.”
“Het is belangrijk dat we vanaf het begin samenwerken op Limburgs niveau”, zegt Inge Thijs, coördinator van het nieuwe Remote Clinical Monitoring Center (RCMC)*. “Onze collega’s van de Mobile Health Unit onderzoeken de haalbaarheid, relevantie en veiligheid van zo’n hybride aanpak. Met ons RCMC en faciliteren we daarna de uitrol in de praktijk. Dat doen we op drie manieren.”
1. Scenario’s testen in demolab
“Met zo’n hybride aanpak verander je manieren van samenwerken. Daarom testen we de scenario’s op voorhand zo realistisch mogelijk. We bekijken hoe je de data van de toestellen monitort en hoe je omgaat met de alarmen, notificaties en acties van hulpverleners. Dat doen we samen met het THINK3 simulation & innovation lab van de UHasselt.”
2. Hybride zorg belichten
“Begin november organiseerden we bijvoorbeeld een symposium waar we doeners, denkers, patiënten, beleidsmakers, … samenbrachten. We toonden niet alleen de theorie, maar ook de verhalen op de werkvloer. Zo willen we een vliegwiel zijn dat de implementatie van hybride zorg stimuleert.”
3. Logistiek beheren
“Dit is de meest praktische taak die we later zullen organiseren: een servicecenter dat de toestellogistiek beheert, alle data van de devices monitort, hulp inschakelt bij alarmen ... Zo willen we gaten opvullen zonder extra werk bij de zorgverleners te leggen. We engageren ons om dit samen met de Limburgse zorgactoren uit te bouwen.”
Van revalidatie tot thuishospitalisatie
“Dit najaar startte het hybride zorgpad cardiale telerevalidatie (zie verder). Voorgaand onderzoek toont bijvoorbeeld aan dat patiënten die na hartproblemen ook thuis extra bewegen minder vaak terug in het ziekenhuis belanden. Een ander voorbeeld dat nog in de beginfase staat: kan een patiënt na een buikoperatie vroeger ontslagen worden en thuis veilig verder herstellen?
Dat onderzoeken we via een realistische thuisopstelling in een ziekenhuiskamer.”
Belang van terugbetaling
“Patiënten voelen zich veiliger omdat ze constanter opgevolgd worden”, vertelt Hilde Kelchtermans, onderzoekscoördinator bij het Clinical Trial Center. “‘Maar wat met de digitale geletterdheid bij ouderen?’ horen we
vaak. Dat valt best mee. Bovendien kunnen we patiënten ook opvolgen met andere technologieën of op de klassieke manier. Maar zo’n hybride aanpak uitrollen, is makkelijker als het terugbetaald wordt. Daarom bouwen we op al het voorgaande onderzoek om de meerwaarde en kosteneffectiviteit te beargumenteren. We kijken uit naar het eerste hybride zorgpad dat binnenkort terugbetaald zou worden: telemonitoring van hartfalenpatiënten.”
Patiënten voelen zich veiliger omdat ze constanter opgevolgd worden.
Ook binnen de eerste lijn
“Elk zorgpad heeft zijn eigen doelstellingen: beter behandelresultaat, inspelen op het dalend aantal zorgverleners … We bekijken casus per casus of digitale hulpmiddelen kunnen helpen en welke invloed ze hebben op de kosten en het personeel. Kan hybride zorg ook huisartsen ondersteunen? Denk daarbij aan de opvolging van hypertensie of cardiovasculaire risicofactoren. Samen met het Centrum Eerste Lijn Limburg werken we al aan een project rond (pre)diabetesopvolging.”
Suggestie voor hybride zorg binnen een specifiek zorgpad? Laat het ons weten via inge.thijs@uhasselt.be.
* Het RCMC is een speerpunt van Health Campus Limburg DC, en is een gezamenlijk initiatief van UHasselt, Jessa, ZOL, Noorderhart, Centrum Eerste Lijn Limburg (CELL) en LRM.
JESSA, CENTRUM VOOR WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK!
Wie in aanmerking komt voor revalidatie na hartproblemen kan nu standaard kiezen voor een hybride traject: een combinatie van sessies in het ziekenhuis én extra beweegmomenten thuis. Sinds september zijn er al meer dan 60 patiënten gestart.
Gezondheid verbeteren en drempels verlagen “We moedigen alle patiënten aan om te kiezen voor de hybride vorm”, zegt prof. dr. Paul Dendale, cardioloog. “In onze voorbereidende Telerehab III-studie zagen we immers dat de conditie van patiënten die ook thuis bewogen veel meer verbeterde. Ze werden ook opvallend minder opnieuw gehospitaliseerd. Jammer genoeg kiest maar één derde vandaag voor cardiale revalidatie. Reden? Weinig tijd, geen vervoer of weinig revalidatiefaciliteiten. Dat aantal moet omhoog en deze hybride formule kan daarbij helpen.”
Met een smartwatch
Dr. Linqi Xu, zorgpadtrekker, legt uit: “Patiënten vullen hun reguliere revalidatie in het ziekenhuis aan met extra beweging thuis. Een Fitbit-horloge meet de activiteit en andere factoren zoals slaap. Na drie tot zes maanden hybride revalidatie volgt dan een langetermijnfase van zes maanden met enkel telerevalidatie. De patiënt draagt dan meer verantwoordelijkheid, maar blijft ondersteund door het ziekenhuis. We onderzoeken nu hoe dit verloopt en bekijken ook de mogelijkheden voor terugbetaling. In een volgende fase kunnen mensen ook enkel telerevalidatie volgen: je traint dan een jaar lang thuis met de hulp van het ziekenhuis.”
Technologie die je vertelt of je je voet correct afrolt tijdens het stappen, dat is wat de inlegzool Stride One doet. Het onderzoekdepartement FRAME onderzocht samen met technologiestart-up Ceriter hoe een inlegzool met audiofeedback mensen kan helpen om hun gangpatroon na een beroerte weer te verbeteren.
Sarah Meyer, wetenschappelijk onderzoekster, legt uit:
“Acht sensoren in de dunne inlegzool meten de verschillende voetzones tijdens het stappen. De software analyseert alles en geeft audiofeedback dankzij een bluetoothverbinding met de smartphone. De Limburgse start-up Ceriter ontwikkelde de zool voor parkinsonpatiënten. Wanneer er freezing wordt gedetecteerd, horen ze een signaal via hun telefoon dat hen helpt om weer grotere stappen te nemen. Ceriter vroeg ons of dit principe ook waardevol is bij revalidatie na een beroerte. Een interessante vraag, want dat is wat we met FRAME o.a. doen: revalidatiegerichte bedrijven ondersteunen met een wetenschappelijke aanpak en klinische evidentie.”
Looppatroon trainen na CVA
“De plasticiteit van de hersenen is het grootst tijdens de eerste maanden na een beroerte. Dan kun je de beste revalidatieresultaten verwachten, maar herhaling is wel belangrijk. En daar kan de Stride One bij helpen. De sensoren meten het afrolpatroon van de voet. Bij elke juiste stap krijgt de patiënt positieve audiofeedback. Wanneer zijn stappatroon verbetert, hoort hij bijvoorbeeld pas een ‘pling’ na tien correcte stappen. Het platform bundelt alle data en
helpt de kinesitherapeut zo om aanpassingen te maken en gericht feedback te geven.”
Sterke resultaten
De zool is erkend als Medical Device Klasse 1 onder de Europese MDR-wetgeving. “Samen met onze artsen, ergotherapeuten en kinesisten optimaliseerden we de software voor revalidatie na CVA. Daarna bestudeerden we het effect in een eerste korte implementatiestudie. We vroegen 10 patiënten om de zool een week te gebruiken tijdens hun revalidatiesessies en enkele uurtjes daarbuiten. We toetsten de effecten in een 3 minuten-wandeltest: eenmaal met zooltje en een keer zonder. Dat geeft ons een indicatie over de snelheid, want die is belangrijk om straks o.a. veilig aan de overkant van het zebrapad te raken. Maar we kijken ook naar de kwaliteit van de stappen. De patiënten liepen niet sneller met het zooltje, maar wel beter. We zagen een toename van 25 % correcte roll-offbewegingen voor de meest geïmpacteerde voetzone. De deelnemers waren zelf ook heel tevreden. Meer dan de helft gaf aan dat ze de aanwijzingen van hun kinesist nu beter begrijpen.”
Sensoren in de gezondheidszorg
“De effecten op lange termijn moeten we nog verder bekijken, maar we vermoeden dat de betere stapkwaliteit
een goede basis vormt voor de rest van de revalidatie. En wie stabieler loopt, struikelt vaak ook minder. De inlegzool toont het nut van sensoren. Samen met de onderzoeksgroep Mobilab & Care van Hogeschool Thomas More bekijken we meer algemeen hoe we sensoren in revalidatiehulpmiddelen kunnen gebruiken om bijvoorbeeld therapietrouw te observeren.”
Trainingstool voor revalidatiecentra
“De technologische mogelijkheden zijn bijna eindeloos, maar daarom zijn ze niet altijd even relevant voor de klinische praktijk. We ondersteunen bedrijven dan ook bij die marktgerelateerde vraagstukken. Parkinsonpatiënten kunnen de Stride One kopen om thuis te gebruiken, maar bij CVA-patiënten is het vooral een extra hulpmiddel voor revalidatiecentra. In Jessa blijven we de zool alvast inzetten, of beter gezegd: inleggen”, glimlacht Sarah.
In elke editie van JessaLinea stelt een huisarts(enpraktijk) vragen. Deze keer is Praktijk De Dreef uit Stevoort aan de beurt. Dr. Steven Bex en zijn collega’s willen graag meer weten over het gebruik van puffers bij baby’s en kinderen. Daarnaast vragen de artsen zich af wanneer patiënten met een verhoogd cardiovasculair risico nood hebben aan een screening van de aorta abdominalis. Tot slot is er nog een pertinente vraag over het verschil tussen herpes genitalis en herpes labialis.
Puffers en/of aerosols worden vaak ingezet bij aanslepende hoest bij baby’s en kinderen. In de praktijk merken we dat dit door ouders vaak te pas en te onpas wordt gebruikt. In welke situaties is zo’n puffer echt zinvol? Welke puffer schrijven we dan voor? En wanneer is een afwachtende houding de beste optie?
Dr. Tine Alliet, kinder- en jeugdarts
“Als je kind gediagnosticeerd is met astma of als er symptomen zijn – zoals piepende ademhaling, benauwdheid of aanhoudende droge hoest – kan een puffer met een luchtwegverwijder (bv. Ventolin©, Atrovent© of Duovent©) nuttig zijn om de luchtwegen open te maken. Bij regelmatige astmasymptomen is er mogelijk een onderhoudsbehandeling met een inhalatiecorticosteroïd nodig (al dan niet in combinatie met een langwerkende luchtwegverwijder) om de ontstekingsreactie te verminderen (bv. Flixotide©, Seretide© of Symbicort©).
Wanneer een kind een acute aanval heeft – bijvoorbeeld na een inspanning, bij infecties of bij blootstelling aan gekende allergenen – is een noodpuffer met een luchtwegverwijder noodzakelijk. Indien de klachten hiermee onvoldoende verbeteren, contacteren de ouders het best hun (kinder)arts of gaan ze naar de dichtstbijzijnde spoedgevallendienst.
Bij een blafhoest, zoals bij een valse kroep, kan het nodig zijn een aerosol met cortisone (bv. Pulmicort©) toe te dienen. Een alternatief is een eenmalige toediening van cortisone via de mond (bv. Aacidexam©).
Kinderen met onderliggende longaandoeningen zoals cystic fibrosis of PCD kunnen aerosols met hypertoon zout, al dan niet in combinatie met een luchtwegverwijder, nodig hebben om slijm los te maken. Daarnaast gebruiken we bij deze kinderen soms aerosols met medicatie (bv. antibiotica of antischimmel) om een rechtstreeks effect te bekomen op de longen.
De keuze voor een puffer of aerosol hangt voornamelijk af van de onderliggende medische toestand van het kind. Een puffer heeft meestal de voorkeur, omdat het een betere depositie in de longen geeft. Als het kind te kortademig is en bijgevolg geen goede inhalatietechniek heeft of bij enkele medische aandoeningen zoals valse kroep of laryngitis, heeft een aerosol de voorkeur.
Het gebruik van een puffer of aerosol moet altijd afgestemd worden met een (kinder)arts. Op basis van de onderliggende medische problematiek zal de (kinder)arts voor het juiste geneesmiddel in de puffer of aerosol kiezen. Er zijn natuurlijk ook omstandigheden waarbij inhalatietherapie minder zinvol is. Bijvoorbeeld bij een slijmerige hoest bij een bovensteluchtweginfectie. Indien het kind geen diagnose van astma of hyperreactieve luchtwegen heeft, is het altijd beter om eerst een arts te raadplegen in plaats van op eigen initiatief inhalatietherapie op te starten. Zo wordt overmatig gebruik van medicatie vermeden, de situatie van het kind correct ingeschat en de gepaste behandeling ingesteld.”
Wat is de plaats van screening op een aorta abdominalis bij patiënten met een verhoogd cardiovasculair risico? Is er ook een plaats voor een ECG bij patiënten met hypertensie?
Prof. dr. Pascal Vranckx, cardioloog ICCU
“Abdominaal aorta-aneurysma (AAA) en hypertensie hebben één ding gemeen: ze blijven vaak lang onopgemerkt totdat ze ernstige schade veroorzaken. Toch kunnen eenvoudige screeningsmethoden de uitkomst voor patiënten drastisch verbeteren.
Een AAA ontstaat door een verwijding van de abdominale aorta, meestal gedefinieerd als een diameter van drie centimeter of meer. Het gevaar zit in de groei: hoe groter het aneurysma, hoe hoger het risico op een ruptuur. Omdat AAA zelden symptomen veroorzaakt, is vroege opsporing cruciaal.
Screening op AAA is effectief wanneer de aandoening een belangrijke oorzaak is van morbiditeit en mortaliteit, wanneer het presymptomatisch kan worden gedetecteerd en wanneer vroege behandeling betere uitkomsten biedt. Echografie is de gouden standaard vanwege de hoge gevoeligheid (95%) en specificiteit (100%).
Grootschalige screeningsstudies tonen aan dat vroege detectie de sterfte door AAA-ruptuur met meer dan 50% vermindert. Zo bleek uit een meta-analyse dat het uitnodigen van 240 mannen tussen 65 en 74 jaar voor screening één sterfgeval door ruptuur voorkomt. Bij langdurige follow-up (≥13 jaar) blijft dit voordeel zichtbaar.
De European Society of Cardiology (ESC) en de U.S. Preventive Services Task Force (USPSTF) adviseren eenmalige echografie voor respectievelijk mannen boven de 65 en mannen tussen 65 en 75 jaar die ooit hebben gerookt. Hoewel de prevalentie bij vrouwen veel lager is (0,7% bij vrouwen ouder dan 60 jaar) en screening momenteel niet standaard wordt aanbevolen, kan bij specifieke risicogroepen – zoals vrouwen met een familiegeschiedenis van AAA – wel screening overwogen worden.
Bij patiënten met hypertensie is het nut van een 12-lead ECG onmiskenbaar. Hypertensie kan leiden tot complicaties zoals linkerventrikelhypertrofie (LVH) en atriumfibrilleren (AF), die op hun beurt het risico op hartfalen en beroerte verhogen. Een ECG kan deze afwijkingen vroeg detecteren en biedt daardoor zowel diagnostische als prognostische voordelen. Regelmatige herhaling van het ECG is vooral zinvol bij een onregelmatige pols of cardiale symptomen.
LVH is een sterke voorspeller van cardiovasculaire sterfte, terwijl AF geassocieerd is met een verhoogd risico op beroertes. Daarom raden richtlijnen aan om bij alle patiënten met hypertensie een ECG te maken. Dit is een eenvoudige en relatief goedkope stap die veel inzicht biedt in de cardiovasculaire gezondheid van de patiënt.
Gerichte screening is eenvoudig, effectief en essentieel. Een echografie of ECG kan niet alleen diagnoses verbeteren, maar ook complicaties en sterfte drastisch verminderen. Een kleine investering in tijd levert een enorme gezondheidswinst op.”
Wat zijn, behalve de locatie van uitbraak, de verschillen tussen herpes genitalis en herpes labialis? Welke waarschuwingen moeten er gegeven worden aan de seksuele partners? Kan een herpes genitalis bijvoorbeeld door orale seks overgedragen worden?
Prof. dr. Peter Messiaen, infectioloog
“Herpes genitalis wordt veroorzaakt door het herpes-simplexvirus (HSV) type 1 én type 2. HSV-1 geeft klassiek eerder de herpes labialis, maar HSV-1 kan ook voorkomen als genitale herpes. En omgekeerd kan HSV-2 ook in en rond de mond herpes veroorzaken door orogenitale transmissie.
De pathogenese en kliniek van HSV-1 en HSV-2 genitale herpes zijn zeer gelijklopend, alleen recidiveren genitale HSV-2-infecties vaker dan HSV-1-infecties (gemiddeld vier tot vijf keer in het eerste jaar). Nadien neemt de frequentie doorgaans af. Wat betreft waarschuwingen is het zoals bij alle soa’s belangrijk om partnernotificatie te bespreken met de patiënt, andere soa’s ook mee te testen en condoomgebruik en andere vormen van veilige seks te adviseren. Een behandeling (met valaciclovir of aciclovir) is zinvol bij primo-infectie of bij hinderlijke recidieven, liefst binnen de 48 uur na het ontstaan van de symptomen. Bij frequente recidieven (meer dan zes per jaar) is eventueel een onderhoudsbehandeling nuttig. In de meeste gevallen is er na zeven dagen (ook zonder antivirale therapie) geen actieve virusreplicatie meer vast te stellen en is het transmissierisico geweken.”
Liesbreuk, parastomale hernia, littekenbreuk ... Sommige buikwandbreuken kunnen best gecompliceerd zijn. Dr. Stijn Van Hoef startte dit jaar als abdominaal chirurg in Jessa en Sint-Trudo en brengt zijn expertise in complexe buikwandheelkunde en robotchirurgie mee. Hij legt uit hoe zulke complexe breuken, die vaak ook gepaard gaan met chronische pijn, binnen het Andreaz-netwerk behandeld kunnen worden.
Steeds vaker met de robot
“Vandaag opereren we ook complexere hernia’s minimaal invasief. Bijna drie vierde van de operaties waarvoor we vroeger de buik openden, kan nu met de robot. Bij een navelbreuk met ernstige rectus-diastase plaatsen we bijvoorbeeld een groot net met slechts drie kleine sneden. De pijnklachten vallen goed mee, waardoor mensen soms nog dezelfde dag naar huis gaan. Door de grootte van het net reduceren we de kans op herval ook fors.”
Preoperatieve optimalisatie
“Met een goede voorbereiding verminderen we het risico op herval en problemen na de ingreep. Botoxinfiltratie is de meest courante voorbereidingstechniek. Zo’n maand vooraf injecteren we onder echogeleiding botox in
dr. Stijn Van Hoef
de schuine buikspieren. De botox verlengt de spieren en maakt de breukranden mobieler, waardoor we de hernia beter kunnen sluiten. Deze techniek geeft ons een flink voordeel bij complexe breuken, maar wordt – ondanks de erg goede resultaten – nog niet terugbetaald. Een tweede methode die we af en toe gebruiken is het Preoperatief Progressief Pneumoperitoneum (PPP). We blazen de buik op voorhand op, waardoor zelfs zeer complexe casussen haalbaar worden. We bespreken de rol en noodzaak van zo’n voorbereiding duidelijk met de patiënt.”
Een breuk en overgewicht “Binnen ons obesitascentrum begeleiden we patiënten met een buikwandbreuk bij preoperatief gewichtsverlies.
Mensen zonder overgewicht genezen immers sneller en lopen minder risico op nieuwe breuken achteraf. We bekijken de volledige situatie: komt een obese patiënt met een buikwandhernia ook in aanmerking voor vermageringschirurgie? Dan doen we eerst de vermageringsingreep omdat die het breukherstel verbetert.”
“Bijna drie vierde van de operaties waarvoor we vroeger de buik openden, kan nu met de robot.”
Chronische liespijn
Zo’n 10 % van de patiënten behoudt pijn na een liesbreukingreep. Risicofactoren zijn o.a. preoperatieve pijnklachten, kleine liesbreuken en een jonge leeftijd. “Chronische pijn hoeven we niet zomaar te aanvaarden. Met o.a. een aanvullende MRI of EMG zoeken we dieper naar een mogelijke oorzaak. Daarna kijken we samen met de patiënt hoe we zijn klachten kunnen verbeteren en hoever we daarin gaan. Opties zijn bijvoorbeeld infiltraties op de pijnplaats of samen met de kinesitherapeut werken aan onderliggende musculaire aspecten. Onze pijntherapeuten staan ook altijd klaar.”
Liesbreukoperatie niet altijd nodig
“Gezien deze kans op chronische pijn wegen we de mogelijke ingreep altijd af ten opzichte van de symptomen. Zo is bij mannen het risico op inklemming bij een liesbreuk relatief klein en is een operatie niet altijd nodig. We volgen de symptomen dan wel korter op. Bij vrouwen is de kans op inklemming groter, waardoor een operatie wel aangewezen is. Bij enige twijfel kunnen huisartsen patiënten altijd naar ons doorverwijzen.”
Inhoudelijk en regionaal samenwerken
“Door een intense samenwerking binnen onze netwerkziekenhuizen, kunnen we onze expertise breed aanbieden. Met onze chirurgenassociatie willen we op termijn een Limburgs Buikwandcentrum uitbouwen. Dit zal georganiseerd worden vanuit Sint-Trudo, waar deze abdominale ingrepen en voorbereidingen nu al gebeuren.”
Je bent sportarts, huisarts of kinesitherapeut en wil graag bijkomend advies over de behandeling van een sportblessure? Dan kun je terecht bij de multidisciplinaire sportraadpleging, waar orthopedische chirurgen en fysische geneesheren de krachten bundelen. Ze bieden tweedelijnsadvies en gespecialiseerde revalidatie aan (amateur)sporters en sportclubs in een parallel behandeltraject.
“Mensen sporten steeds meer en stellen zichzelf ook hogere doelen. We zien in het ziekenhuis dan ook een significante toename van het aantal sportletsels, waardoor er nood is aan een meer gespecialiseerde opvang voor deze pathologie”, legt orthopedisch chirurg dr. Cedric Vanderstappen uit. “De sportraadpleging bouwt de samenwerking tussen orthopedie en fysische geneeskunde verder uit. We hebben intussen de voormalige ‘rugschool’ op campus Salvator omgebouwd tot een multidisciplinaire plek met consultatieruimtes en een grote oefenzaal met sportgerichte afwerking.”
Amateursporters en sportclubs
“Het grootste deel van onze patiënten bestaat uit geblesseerde amateursporters. Bij de start van het voetbalseizoen of tijdens de skiperiodes is het opvallend drukker. Op vraag van de kinesitherapeut, huisarts of sportarts proberen we de patiënt zo snel mogelijk te zien. We ondersteunen ook semiprofessionele en professionele sportclubs, zoals voetbalclub Sporting Hasselt. Bij ernstige blessures assisteren we hun medische cel, zodat de spelers zo goed mogelijk herstellen.”
Tweedelijnsadvies
“We focussen ons op operatieve indicaties en therapieresistente problematiek als tweede lijn. De samenwerking tussen orthopedie en fysische geneeskunde zorgt voor een bundeling van kennis en een brede blik. Na onderzoek voeren we al dan niet een ingreep uit en geven we advies voor revalidatie. Heel vaak kan de eigen (sport)arts of kinesitherapeut de revalidatie nadien perfect opnieuw verderzetten. Wat het revalidatieluik betreft, richten we
ons vooral op gespecialiseerde revalidatie die bij de eigen kinesitherapeut niet meer kan. In onze oefenzaal geven we vandaag krachttraining met vliegwieltechnologie en is er infrastructuur voor aquarevalidatie. In de nabije toekomst zal er ook een hightech anti-zwaartekracht-loopband aanwezig zijn.”
Directe communicatie en korte wachttijd
Sportarts dr. Michael Mariën werkt vaak samen met Jessa. “Er waren al vergaderingen met enkele sportartsen, orthopedisten, radiologen en fysisch geneesheren, maar de sportraadpleging bundelt alles op een professionele manier. Ik werk heel graag met hen samen. Als sportarts hebben we binnen onze eerste lijn al heel wat technische mogelijkheden – ESWT, echogeleide infiltraties, PRP ... – waarmee we veel blessures en kwalen opvangen. Maar acute letsels verwijzen we door naar de sportraadpleging. De wachttijd voor advies en beeldvorming is kort en de communicatie is altijd direct en open.”
Hetzelfde doel
“We roepen tweedelijnsadvies in wanneer we duidelijk zien dat een operatie nodig is of bij een moeilijke revalidatie die langer duurt dan verwacht. De multidisciplinaire blik helpt om het revalidatieplan te optimaliseren. Het is als sportarts dus belangrijk om je netwerk uit te breiden, de specialisten te leren kennen en de telefoon te nemen om je vragen te stellen. We hebben immers hetzelfde doel: een topbegeleiding van de sporter, zowel amateur als professioneel.”
Sportraadpleging elke maandagnamiddag
Secretariaat Orthopedie: 011 28 88 88
Secretariaat Fysische Geneeskunde: 011 33 88 00
14/9 – De 20e verjaardag van onze revalidatiecampus in Herk-de-Stad werd gevierd met een mooie fietstocht voor medewerkers, (ex-)revalidanten en sympathisanten.
17/9 – Deze artsen zetelen in de nieuw verkozen medische raad. V.l.n.r.: dr. Koen Theunissen, prof. dr.Brigitte Maes, dr. Gert Roosen, dr. Kristof Kempeneers, prof. dr. Gregory Sergeant, dr. Verena Wijnen, dr. Reinoud Cartuyvels, dr. Edith Bleus, prof. dr. Lieven Herbots, dr. Jan Vanrusselt, dr. Peter Martens, dr. Peter Aerssens, prof. dr. Jasperina Dubois, dr. Bruno Termote, dr. Sophie Marquette en dr. Annelien Goedgezelschap. Niet op de foto: prof. dr. Pascal Vranckx.
14/9 – TVL interviewt Larissa Jans. Als jonge graficus en ex-revalidante ontwierp ze het nieuwe logo voor Reva Herk dat op haar shirt te zien is.
25/9 – In de ‘Week van het Hart’ organiseerde Hartcentrum Hasselt een infosessie voor 165 aanwezigen. Ze kregen aansluitend een reanimatietraining.
17/10 – Op de ‘Dag tegen Kanker’ toverde het organiserend team een glimlach op vele gezichten. Livemuziek weerklonk op de oncologische afdelingen en meter van de Stichting tegen Kanker, Goedele Wachters, kwam een babbeltje slaan met enkele patiënten.
6/10 – Met 234 deelnemers was Jessa opnieuw uitstekend vertegenwoordigd op de jongste en zonovergoten editie van Dwars door Hasselt. Ook dr. Peter Martens, nieuwbakken voorzitter van de medische raad (links), trok het Jessa-shirt aan. Op de foto blinkt hij naast dr. Jos Vandekerkhof (medisch directeur), Mauro Convalle (directeur zorg) en Hilde Goossens (directeur IT).
Het coördinatieteam van De Muziekkliniek: Katrien Gijbels, Leen Van Bever en Annelies Vekemans (rechts).
2/12 – Als ouders te maken krijgen met een doodgeborene, kunnen ze op de afdeling materniteit gebruikmaken van een koesterkamertje. Een hartverwarmend project dat gerealiseerd kon worden dankzij steunacties van Cera, Rotary Hasselt , Jessa-personeel en tientallen giften die werden opgehaald via het JessaFonds. Uiterst links: dr. Yves Breysem, algemeen directeur van Jessa.
Het digitale aanvraagformulier voor medische beeldvorming moet tegen eind 2024 volledig operationeel zijn. IT-manager Jan Jansen werkte samen met zijn team intensief aan het gloednieuwe eForm, in nauw overleg met de dienst radiologie.
“De digitale algemene verwijsbrief loopt al vijf jaar binnen het huisartsencircuit. Het is een eForm waarbij de huisarts een patiënt vlot doorverwijst richting een dienst of specifieke arts binnen Jessa. Nieuwer in het aanbod is het aanvraagformulier voor medische beeldvorming. “Ook dit document loopt via de beveiligde verbinding van de eHealthBox tussen zorgverleners”, stelt Jan Jansen gerust. “Het zit daarbij vervat in elk gehomologeerd EMD, waardoor iedere huisarts er vanuit een
vertrouwde digitale omgeving gebruik van kan maken. Samen met onze dienst radiologie gaven we het formulier vorm – rekening houdend met wettelijke bepalingen. Die manier van werken zorgt ervoor dat het formulier alle relevante info voor de aanvraag van radiologie-onderzoeken verstrekt aan onze dienst.”
Gebruiksgemak
Veel patiëntinformatie op het eForm wordt automatisch ingevuld vanuit het medisch dossier. Jan Jansen: “Als een patiënt bijvoorbeeld zwanger is of allergisch is voor penicilline, wordt die info meteen gelinkt. Het document is daarbij ook nog eens heel gebruiksvriendelijk.”
Diensthoofd radiologie dr. Geert Souverijns beaamt dat. “In dit digitale tijdperk verwacht een patiënt een snelle, elektronische communicatie tussen artsen. Je elimineert daarbij
vervelende telefoons van onze secretariaten naar doorverwijzers als de patiënt het formulier vergeten is bij aankomst in ons ziekenhuis. En we zetten een rem op papierverspilling.”
Ook huisarts Jente Blokken ziet de pluspunten. “De klinische informatie rond de aanvraag kan veel beter gekoppeld worden aan het verslag, waardoor betrokken zorgverleners makkelijker geïnformeerd worden. Al zal het wel een uitdaging worden om ervoor te zorgen dat de verwijsbrief steeds in de juiste inbox terechtkomt.”
Jessa is Baanbrekende Werkgever
Antwerp Management School, Jobat, VDAB en AFAS Software België selecteren elk jaar enkele ‘Baanbrekende Werkgevers’. Criteria zijn onder andere een duurzaam hr-beleid en mensgerichte aanpak. Jessa diende dit jaar een plan van aanpak in en werd beloond met het certificaat ‘Baanbrekende Werkgever voor 2025’. Het ziekenhuis overtuigde voornamelijk met zijn aanpak rond de thema’s welzijn, verbondenheid en talent-ontwikkeling.
Personeelsdirecteur Inge Vanstraelen licht het hr-beleid kort toe, terwijl artsen en verpleegkundigen uitleggen waarom het fijn werken is bij Jessa.
Callcenter medische beeldvorming 011 33 55 66
Callcenter (voor afspraken) 011 33 55 77
Abdominale heelkunde 011 33 75 00
Cardiologie 011 37 35 65
VKF adviescentrum 011 33 70 57 en 011 33 70 59
Cardiothoracale en vasculaire
heelkunde 011 33 71 00
Endocrinologie
011 33 72 80
Fysische geneeskunde 011 33 88 00
Gastro-enterologie 011 33 76 00
Geriatrie 011 33 78 00
Gynaecologie 011 22 82 19
Scan de QR-code en bekijk het filmpje.
Infectiologie 011 33 76 50
Klinisch laboratorium en ambulante bloedafname
Campus Virga Jesse: 011 33 82 00
Campus Salvator: 011 33 83 00
Materniteit/Kraamkliniek Balie verpleegafdeling: 011 33 93 20
Medische oncologie, hematologie en radiotherapie 011 33 79 79 (algemeen) 011 33 79 66 (enkel artsen, elke weekdag van 8u-17u)
Nefrologie 011 33 87 00
Neurochirurgie 011 33 75 70
Neurologie 011 33 78 74
Nucleaire geneeskunde 011 33 81 90
ORL 011 33 74 20
Orthopedie 011 33 77 40
Pneumologie 011 24 11 81 (privépraktijk)
Psychogeriatrie (enkel op maandag tussen 12 en 13 u.)
011 33 78 16
Slikcentrum 011 33 76 00 en 011 33 74 20 slikcentrum@jessazh.be
Travel Clinic 011 33 83 38 (tussen 9 en 16 u.)
Urologie 011 33 76 70
Specialismen die niet in deze lijst opgenomen zijn, bereik je via het secretariaat raadplegingen: 011 33 55 70
SYMPOSIUM ‘NEUROCHIRURGIE 2025: INNOVATIES EN DE KRACHT VAN TECHNOLOGIE IN DE ZORG’
DATUM: 1 februari 2025
LOCATIE - UHasselt, Oude Gevangenis
MEER INFO EN INSCHRIJVEN: https://www.jessazh.be/neurochirurgie-2025-innovaties-en-de-kracht-van-technologie-in-de-zorg
SYMPOSIUM ‘32E REGIONAAL SYMPOSIUM LIMBURGS ONCOLOGISCH CENTRUM’
DATUM: 15 februari 2025
LOCATIE - UHasselt, Oude Gevangenis
MEER INFO EN INSCHRIJVEN: https://www.loc.be/32e-regionaal-symposium-loc
SYMPOSIUM ‘20 JAAR REVALIDATIE IN HERK: EEN BLIK RICHTING DE HORIZON’
DATUM: 22 februari 2025
LOCATIE - De Markthallen, Herk-de-Stad
MEER INFO EN INSCHRIJVEN: https://www.jessazh.be/symposium-reva-herk-20-jaar-revalidatie
SYMPOSIUM ‘THE FIRST 25.550 DAYS, INSPIRED BY CHILDHOOD CARE AND SCIENCE’
DATUM: 22 maart 2025
LOCATIE - UHasselt, Oude Gevangenis
MEER INFO EN INSCHRIJVEN: https://www.jessazh.be/symposium-the-first-25.550-days-inspired-by-childhood-care-and-science-
SYMPOSIUM ‘8TH EDITION OF THE HYBRID SYMPOSIUM ON EXERCISE ECHOCARDIOGRAPHY’
DATUM: 29 maart 2025
LOCATIE - Jessa Ziekenhuis, campus Virga Jesse, aula
MEER INFO VOLGT via https://www.hartcentrumhasselt.be/
Een overzicht van de geplande symposia is steeds ook te vinden via de website: www.jessazh.be/symposia-events