Juridisch Magazine
In Casu - jaargang 17, nummer 3, maart 2010 – In Casu is een uitgave van de Juridische Faculteitsverening Groningen – www.jfvgroningen.nl
In Casu
The key to privacy Groninger Juristen Congres 23 april 2010 Inschrijven vanaf 15 maart: s www.jfvgroningen.nl/congre
Congresbijlage: The key to privacy Achter de deur van @ Energierecht in de lift Kantoorspecials @ Boekel De Nerée @ DLA Piper @ Höcker Advocaten Personae @ Mr. W.J.M. Davids
Talent beperkt zich zelden tot één tak van sport
Boekel De Nerée zoekt fanatieke advocaat-stagiaires en kandidaat-notarissen De ambitie om te winnen is ook in ons vak onontbeerlijk. Boekel De Nerée is daarom voortdurend op zoek naar talentvolle mensen die hun voorsprong nóg verder willen vergroten. Wil jij ook op het hoogste niveau presteren, dan zorgen wij voor de juiste faciliteiten en de beste coaches. Klaar om in te stappen? Kijk voor meer informatie op www.boekeldeneree.com Boekel De Nerée, advocaten en notarissen; hoofdsponsor van de Koninklijke Nederlandsche Roeibond Gustav Mahlerplein 2 1082 MA Amsterdam T 020 795 39 53
Voorwoord Voorwoord
Ook al is Driekoningen al lang weer voorbij, hierbij alsnog een decanale nieuwjaarswens voor de gehele facultaire gemeenschap.
‘IJs en wederdienende’ is een gezegde dat ik meermaals de afgelopen tijd heb gehoord. Het betekent ‘als ijs en weer dienen’. Nou, dat is de afgelopen tijd niet altijd het geval geweest. Bij tijd en wijlen heeft de ijs- en sneeuwpret het openbare leven in Nederland en de rest van Europa behoorlijk plat gelegd. Dat merkte je ook op onze faculteit: het was wat rustig omdat menigeen zo rond de kerst dubbel reden had om toch maar liever thuis te blijven. Vlak voor kerst werd het faculteitsbestuur geconfronteerd met de vraag hoe dat nu met de tentamens moest. Welke beslissing ook zou worden genomen, het zou altijd ten nadele kunnen uitpakken van deze of gene groep studenten. Zou het tentamen worden afgeblazen, dan zouden de studenten die hadden gestudeerd daarvan nadeel ondervinden. Eenmaal goed voorbereid kun je maar beter het tentamen afleggen in plaats van uitstellen. Zou het tentamen doorgaan, dan zouden wellicht de studenten die vanwege uitval van open-
Het faculteitsbestuur heeft ervoor gekozen om de tentamens zoveel mogelijk door te laten gaan en een bijzondere regeling te treffen voor studenten die op donderdag 17 december aantoonbaar vanwege de overlast niet konden deelnemen aan het tentamen. Nu was er een student die via Nestor heeft opgeroepen een tentamen te boycotten. Wij hebben als faculteitsbestuur deze actie als bijzonder negatief ervaren, niet alleen voor de facultaire onderwijsorganisatie, maar ook voor zijn medestudenten zelf, met name de categorie die wel kon komen. Het faculteitsbestuur was echter blij verrast door de normale opkomstpercentages: onder andere Burgerlijk recht 2: 77%, en Recht en Psychologie: 75%. Studenten hebben de oproep kennelijk vrijwel allemaal genegeerd. Het meest saillante detail was dat, wie ondanks de omstandigheden aanwezig was, kon zien dat deze student er toch was. Het moge duidelijk zijn: dergelijke acties zijn niet voor herhaling vatbaar. Leon Verstappen Decaan
JFV In Casu - maart 2010 -
missen ze een kans.
3
baar vervoer niet of niet tijdig de tentamenlocatie kunnen bereiken, niet kunnen deelnemen. Daarmee
$ " !! " ! ! ! " " ### #
Geachte lezer, Het tweede semester is al even bezig, de lente is in aantocht en u heeft de derde In Casu van het academische jaar 2009-2010 in handen. Een bijzonder veelzijdig nummer waarin verschillende rechtsgebieden uitgebreid aan bod komen. Het leerstuk omtrent de aansprakelijkheid van financieel toezichthouders is actueel in deze tijden van crisis. Ditzelfde geldt voor het ontslag vanwege bedrijfseconomische redenen. In diverse inhoudelijke bijdragen van onze redacteuren wordt hier nader op ingegaan. In hoeverre is de aansprakelijkheid van financieel toezichthouders geregeld? Welke positie neemt de zogenaamde Cohen-advocaat in binnen de advocatuur? Op deze vraagstukken wordt in redactioneel getracht een antwoord te geven. Verder treft u in dit nummer inhoudelijke artikelen aan op met name het gebied van het arbeidsrecht, bedrijfsrecht en bestuursrecht.
lezen over de ervaringen van een redacteur die onlangs een half jaar in Edinburgh heeft gestudeerd. In de rubriek In Casu Rogat bespreken de heer Kortmann en de heer van Bommel de wenselijkheid van een eventuele herziening van artikel 100 Grondwet. In Achter de deur van… wordt stilgestaan bij de ontwikkelingen omtrent het energierecht en de komst van het nieuwe Centre of Energy Law. Ook Personae, waarin we een licht werpen op het leven van de heer Davids, Herbesproken en de column mogen niet ontbreken in deze editie. In Juridisch Actueel tenslotte wordt het fenomeen uitlevering onder de loep genomen. In een moment van het overpeinzen van de toekomst kunt u zich laten inspireren door het lezen van de kantoorspecials die ook in deze editie weer zijn opgenomen en een blik werpen op de recruitmentagenda. Ik wens u veel leesplezier toe, Met vriendelijke groet, Jorien Piël Eindredacteur In Casu
Anneloes Schouten Eveline van Rhijn
Fieke Jonkman
Frederieke Guljé
Jorien Piël
Jorrit de Haan
Leonie Ettema
Luuk Wieringh
Martha Bulthuis
Marthe Riewald
Michaël Dol
Paula Kemp
Pieter Kruijt
Saskia Fikkers
Stijn de Jong
Tetske Welling
Wiert Jan Berghuis
5
Vanzelfsprekend vindt u in deze In Casu ook onze vaste rubrieken terug. In Student and the City kunt u
JFV In Casu - maart 2010 -
VanVoorwoord de redactie
Inhoudsopgave
Colofon en adverteerders Juridisch magazine ‘In Casu’ Jaargang 17, nummer 3, maart 2010
Voorwoorden
Hoofdredactie Marthe Riewald Eindredactie Jorien Piël Luuk Wieringh
@ Leon Verstappen, decaan
3
@ Van de redactie
5
Redactioneel @ Eigen schuld, dikke bult
Redactie Wiert Jan Berghuis Martha Bulthuis Michaël Dol Leonie Ettema Saskia Fikkers Frederieke Guljé Jorrit de Haan Stijn de Jong Fieke Jonkman Paula Kemp Pieter Kruijt Eveline van Rhijn Anneloes Schouten Tetske Welling
10
Kan je als werkgever ervoor zorgen dat werknemers met betrekking tot hun gezondheid grote risico’s mijden in verband met de loondoorbetalingsverplichting van de werkgever? Kortom: Kan de werkgever de werknemer verbieden om bijvoorbeeld te gaan bungeejumpen? @ Aansprakelijkheid van financieel toezichthouders; balanceren op een dun koord
14
Met het faillissement van de DSB-bank kwam niet alleen Dirk Scheringa volop in de spotlights te staan. Ook de financieel toezichthouders stonden volop in de belangstelling. In deze bijdrage enige verhandelingen over de financieel toezichthouders en haar aansprakelijkheid. @ Bijzonder bedrijfsjurist: de Cohen-advocaat
18
Sedert 1997 is het procesmonopolie verruimd. Voordien was de advocatuur met aanverwante privileges
ISSN 3388-8803
slechts aan advocaten gezeten bij advocatenkantoren voorbehouden. Met het oog op meer marktwerking Copyright In Casu Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt worden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Oplage 3250
werd het monopolie door de Werkgroep Cohen in die zin verruimd, dat ook zogenaamde Cohen-advocaten konden worden ingeschreven op het tableau: advocaten in dienstbetrekking bij de overheid, een commerciële of ideologische werkgever. Welke meerwaarde heeft de inschrijving op het tableau voor die beroepsgroep in de praktijk?
Uitgever Juridische Faculteitsvereniging Groningen Bezoekadres: Turftorenstraat 17 Postadres: Oude Kijk in ’t Jatstraat 26 9712 EK Groningen Tel: 050-363583 Fax: 050-3636947 E-mail: jfv@jfvgroningen.nl Websites: www.jfvgroningen.nl www.jfvcarriereboard.nl
@ Standaardregels voor overgangsrecht bij bestemmingsplannen
22
Op 1 juli 2008 zijn de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening en het daarbij behorende Besluit Ruimtelijke Ordening in werking getreden. Hierbij zijn een aantal nieuwe juridische instrumenten ingevoerd, waaronder standaardregels voor overgangsrecht bij bestemmingsplannen. @ Weg vanwege de crisis
26
Ontslag krijgen is dermate ingrijpend in het leven van een persoon dat er vele waarborgen zijn om de positie van de werknemer te beschermen. Echter om het bedrijf in stand te houden en winstgevend te
Vormgeving en druk OCC dehoog media partners, Oosterhout www.occ-dehoog.nl
maken, is het ontslaan van werknemers wel zo nu en dan noodzakelijk. In dit artikel wil ik ingaan op het ontslag vanwege bedrijfseconomische redenen en hoe over een dergelijk verzoek wordt geoordeeld.
Foto omslag iStock Abonnementen Abonnementenprijs inclusief portokosten per jaar: €25,–. Voor meer informatie kunt u e-mailen naar Lonni Westland: vicevoorzitter@jfvgroningen.nl Adventeerdersindex Boekel De Nerée AKD Houthoff Buruma Kennedy Van der Laan Simmons & Simmons Poelmann van den Broek Advocaten Stibbe KienhuisHoving advocaten en notarissen OCC dehoog media partners Dirkzwager advocaten & notarissen Trip Advocaten & Notarissen DLA Piper Höcker Advocaten Van Doorne Linklaters
Column @ Staatsloterij Student and the city @ Student in a different city
2 4 8 13 17 21 29 33 54 59 72 78 82 83 84
Advertenties Tarieven zijn schriftelijk en/of telefonisch aan te vragen bij Lonni Westland. Tel: 050-3635783 Fax: 050-3636947 E-mail: vicevoorzitter@jfvgroningen.nl Standpunten zoals weergegeven in juridisch magazine In Casu zijn uitingen van de auteurs en daarbij niet eveneens standpunten van de Juridische Faculteitsvereniging Groningen.
30
31
Een semester studeren in het buitenland is een onvergetelijke ervaring en een absolute verrijking van je studietijd. In deze ‘Student and the city’ de persoonlijke ervaringen van een Erasmusstudent. Personae @ Mr. W.J.M. Davids
32
Herbesproken @ Verruiming van de wegen die leiden naar bestuurdersaansprakelijkheid
34
In een recent arrest heeft de Hoge Raad het toepassingsgebied van de Beklamel-norm inzake de bestuurdersaansprakelijkheid verbreed. In Casu Rogat @ Artikel 100 Grondwet, parlementair controlemiddel of een schijnvertoning? De herziening van artikel 100 Grondwet. Het uitzenden van troepen naar oorlogsgebieden is een van de meest ingrijpende besluiten die een kabinet kan nemen. Heeft het parlement voldoende mogelijkheden om deze besluiten te controleren? De heer Kortmann en de heer van Bommel bespreken de wenselijkheid van een eventuele herziening van artikel 100 Grondwet.
36
Achter de deur van @ Energierecht in de lift
39
Deze keer een interview met prof. mr. dr. Martha Roggenkamp en dr. Edwin Woerdman van het Groningen Centre of Energy Law. Samen staan zij aan het hoofd van dit nieuwe centrum binnen de Faculteit Rechtsgeleerdheid. Juridisch actueel @ Julio P.: overgeleverd aan zijn uitlevering?
42
Naar aanleiding van alle media-aandacht rondom de uitlevering van Julio P., vermeend oorlogsmisdadiger, wordt het onderwerp ‘uitlevering’ in dit artikel onder de loep genomen. JFV Katern @ Voorwoord voorzitter JFV Groningen
46
@ Fotopagina
47
JFV CarrièreBoard Katern 50
@ Recruitmentagenda
57
Congresbijlage: Inhoudelijke bijdragen @ Voorwoord
56
@ Dirkzwager advocaten & notarissen
57
@ Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn
61
@ Trip Advocaten & Notarissen
67
Kantoorspecials @ Boekel De Nerée
72
@ DLA Piper
75
@ Höcker Advocaten
79
JFV In Casu - maart 2010 -
7
@ Voorwoord commissaris JFV CarrièreBoard
VOOR ECHT JURIDISCH TALENT ZIJN WE BEREID OM VER TE GAAN. Echt juridisch talent is zeldzaam, en talent dat bij ons past nog zeldzamer. Dus als we zo iemand leren kennen, zijn we bereid om ver te gaan. Kennen we jou eigenlijk al?
www.werkenbijhouthoff.nl
Overzicht
Redactioneel Redactioneel @ Eigen schuld, dikke bult? @ Aansprakelijkheid van ďŹ nancieel toezichthouders; balanceren op een dun koord @ Bijzonder bedrijfsjurist: de Cohen-advocaat @ Standaardregels voor overgangsrecht bij bestemmingsplannen @ Weg vanwege de crisis Column @ Staatsloterij JFV In Casu - maart 2010 -
9
Student and the city @ Student in a different city Personae @ Mr. W.J.M. Davids Herbesproken @ Verruiming van de wegen die leiden naar bestuurdersaansprakelijkheid In Casu Rogat @ Artikel 100 Grondwet, parlementair controlemiddel of een schijnvertoning? Achter de deur van‌ @ Energierecht in de lift Juridisch Actueel @ Julio P.: overgeleverd aan zijn uitlevering?
@
Redactioneel
Door Frederieke Guljé
Eigen schuld, dikke bult? Veel mensen vinden het leuk om hun grenzen op te zoeken door allerlei gevaarlijke sporten te beoefenen. Rodeo rijden, speed skiën, wild water kayakken, bungeejumpen en parachutespringen zijn voorbeelden van sporten om een kick van te krijgen. Tijdens de activiteit maken de bijnieren het hormoon adrenaline aan dat als een natuurlijke drug werkt. Hierdoor heeft het ook een verslavende werking. Algemeen bekend is dat deze sporten een grotere kans op ongelukken met zich meebrengen waarbij men zich ernstig kan verwonden en zelfs kan sterven aan de complicaties die men oploopt als men valt.
Een ongeluk zit in een klein hoekje
bijvoorbeeld staat dat hij naast het rondbrengen van de
Zoals gezegd is de kans op een ongeluk bij een
post ook ingezet kan worden bij de sortering van de post
gevaarlijke sport aanwezig. Hoe zit dat nu met de
dan zal hij gedurende die tijd zich waarschijnlijk nog wel
arbeidsovereenkomst die deze persoon heeft met zijn
bezig kunnen houden met het sorteren van post en zal
werkgever? Waarvan moet de werknemer gedurende
hij geen beroep kunnen doen op artikel 629 van boek
zijn arbeidsongeschiktheid rondkomen? En kan de
7 BW. Stel dat de postbode weigert om naar zijn werk
werkgever zich verweren door een beroep te doen op
te komen om post te sorteren. Is de werkgever dan
opzet van de werknemer omdat hij een gevaarlijke sport
gehouden om het loon door te betalen? De werkgever
beoefende?
kan dan een beroep doen op artikel 627 van boek 7 BW. In dit artikel staat dat geen loon is verschuldigd voor de
Op grond van artikel 629 en 670 van boek 7 van het
tijd welke de werknemer de bedongen arbeid niet heeft
Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) is de werkgever
verricht. De werkgever is dan wel verplicht de werknemer
niet bevoegd de arbeidsovereenkomst op te zeggen
kennis te geven van zijn voornemen het loon niet door
gedurende de tijd dat de werknemer ongeschikt is tot
te betalen.
het verrichten van zijn arbeid wegens ziekte en heeft de werknemer gedurende 104 weken recht op doorbetaling
Dan resteert de vraag wanneer er sprake is van ziekte.
van 70% van het loon. Deze wet heeft ervoor gezorgd dat
De Centrale Raad van Beroep oordeelde dat het bij ziekte
de werkgever de gevolgen van een zieke werknemer in
moet gaan om een procesmatig gebeuren, bestaande
de portemonnee is gaan voelen.1
uit een (op korte termijn dreigende) verstoring van lichamelijke of geestelijke functies van de mens, waarbij
Vanaf welk moment treden de rechtsgevolgen van deze
een daling van diens niveau van prestatievermogens
wet in werking? Dat is het moment waarop ‘de werknemer
optreedt.2 Voor de definitie van het begrip ziekte is
de bedongen arbeid niet kan verrichten wegens
het dus van belang dat het gaat om een stijgende lijn
ziekte.’ Wat moet er precies worden verstaan onder de
gericht op herstel. Een persoonlijkheidsstoornis valt dus
bedongen arbeid? Dat hangt af van de omstandigheden
bijvoorbeeld niet onder dit begrip.
van het geval en wat de partijen contractueel hebben afgesproken. Zo zal een postbode met een gebroken
Een gewaarschuwd mens telt voor twee?
been onmogelijk zijn werk kunnen verrichten, maar is een
Heeft de werknemer ook recht op doorbetaling van
telefoniste met hetzelfde probleem waarschijnlijk nog
het loon indien het ongeluk deels aan hem te wijten is
wel in staat om te werken. Hoe ruimer de omschrijving
omdat hij het risico op een ongeluk heeft genomen door
van de functie van de werknemer is opgenomen in het
de gevaarlijke sport te beoefenen? Het gaat hierbij niet
contract hoe groter de kans is dat hij of zij nog wel in
alleen om extreme sporten maar ook om bijvoorbeeld
staat is te werken. Indien in het contract van de postbode
cosmetische ingrepen en arbeidsongeschiktheid na een
“Zo zal een postbode met een gebroken been onmogelijk zijn werk kunnen verrichten, maar is een telefoniste met hetzelfde probleem
ernstig verkeersongeluk. Indien de werknemer was gaan tennissen in
dan ook voor een evenwichtige verdeling van de risico’s tussen
plaats van rodeo rijden was de kans op een ongeluk immers aanzienlijk
werknemers en werkgevers. Naar mijn mening dient de werkgever
minder geweest.
zich terughoudend op te stellen als het gaat om het privéleven
JFV In Casu - maart 2010 -
11
waarschijnlijk nog wel in staat om te werken.”
van de werknemer. Afgelopen jaren is er steeds meer een cultuur Een belangrijk artikel is lid 3 sub a van artikel
ontstaan waarbij werk en privéleven met
7:629 BW. Dit artikel stelt dat de werknemer
elkaar verweven zijn. Door het toenemende
geen recht op loon heeft indien de ziekte
aantal thuiswerkers is de bemoeienis van de
door zijn opzet is veroorzaakt of het gevolg
werkgever op het gebied van de thuissituatie
is van een gebrek waarover hij in het kader
toegenomen. Deze bemoeienis moet er
van een aanstellingskeuring valse informatie
echter niet toe gaan leiden dat de werkgever
heeft verstrekt en daardoor de toetsing
de werknemer voorschrijft welke sporten en
aan de voor de voor de functie opgestelde
operaties hij of zij wel of niet mag doen. Dat
belastbaarheidseisen niet juist kon worden
zou een grote inbreuk zijn op de vrijheid van
uitgevoerd. Het gaat hier dus om opzet van
de werknemers.
de werknemer. Het is voor de werkgever lastig te bewijzen dat een werknemer zijn
Vanuit de literatuur is er echter voor gepleit
arbeidsongeschiktheid wegens ziekte willens
het criterium van opzet te wijzigen in grove
en wetens heeft veroorzaakt. Opzet is niet
schuld.4 De werknemer heeft namelijk op
hetzelfde te kwalificeren als risicovol gedrag. Duidelijk is dat de
grond van artikel 7:611 BW de plicht zich als een goed werknemer
werknemer niet de gevaarlijke sport is gaan beoefenen om ziek te
te gedragen. Van grove schuld zou dan kunnen worden gesproken
worden. Hetzelfde geldt voor de vrouw met de mislukte borstvergroting.
wanneer, rekening houdend met alle omstandigheden van het
Zij had opzet op het vergroten van haar borsten en niet op het
geval, de werknemer een ernstig verwijt kan worden gemaakt. In de
mislukken van de operatie. Een ander voorbeeld is de werknemer die
jurisprudentie zijn hier al voorbeelden van te vinden.
een mislukte zelfmoordpoging heeft gepleegd. Zijn opzet was gericht op de dood en niet op de arbeidsongeschiktheid. Deze gevallen zullen
Een werknemer is gedurende vier jaar in dienst als chauffeur bij de
dus ook niet leiden tot verlies van het recht op loondoorbetaling.
werkgever. Door enkele ernstige blessures die hij heeft opgelopen bij zaalvoetbal is hij 24 maanden beperkt inzetbaar geweest. De
Is het redelijk dat de werkgever moet opdraaien voor de risico’s die de
werkgever heeft de werknemer verzocht om een andere sport te gaan
werknemer neemt? Mag de werkgever zich bemoeien met het privéleven
beoefenen. Daar heeft de werknemer echter helemaal geen zin in. In
van de werknemer? Vooral kleinere ondernemingen zijn van mening
de overeengekomen collectieve arbeidsovereenkomst (hierna: CAO) is
dat het niet redelijk is dat zij moeten opdraaien voor de ondoordachte
bepaald dat de werkgever in geval van ziekte van de werknemer het
acties van de werknemer. De kosten van deze zieke werknemers
loon aanvult tot honderd procent. Bij de zoveelste blessure is de maat
zouden onevenredig zwaar drukken op de ondernemers.3 Zij pleiten
vol voor de werkgever. Hij stopt met de betaling van de aanvulling van
@
In hoger beroep oordeelt het hof dat de werknemer zijn arbeidsongeschiktheid niet opzettelijk heeft veroorzaakt, maar dat er wel sprake is van schuld en toedoen door de werknemer. De werknemer wist door zijn vele blessures dat zaalvoetbal in zijn geval een grotere kans op blessures biedt en heeft desondanks niet aan verzoeken van zijn werkgever om een andere sport te gaan beoefenen, voldaan. Omdat de werknemer heeft nagelaten maatregelen te treffen om de arbeidsongeschiktheid te voorkomen hoeft de werkgever volgens het Hof dan ook niet de CAO-aanvulling te betalen. De werknemer laat het er niet bij zitten en stapt naar de Hoge Raad. De Hoge Raad bevestigt het oordeel van het Hof dat de werknemer geen aanspraak kan maken op de bovenwettelijke, contractuele aanvulling uit de CAO. Artikel 7:629 BW staat er niet aan in de weg dat partijen bij CAO of individuele arbeidsovereenkomst in het voordeel van de werknemer van de wettelijke loondoorbetalingsregeling afwijken. De bij de CAO betrokken partijen mogen een eigen invulling geven aan bovenwettelijke aanspraken op loondoorbetaling tijdens arbeidsongeschiktheid en deze aanspraken aan uitsluitingsgronden
JFV In Casu - maart 2010 -
12
onderwerpen die afwijken van de in de wet genoemde grond ‘opzet’.5 De Kantonrechter te Amersfoort oordeelde dat een werknemer opzet-
“Indien de werknemer
telijk zijn ziekte heeft veroorzaakt door met een te hoog alcoholpromillage in zijn bloed met de auto aan het verkeer deel te nemen,
was gaan tennissen
waardoor hij een verkeersongeval veroorzaakte. De loonvordering
in plaats van rodeo
Conclusie
rijden was de kans op
gedurende de periode van ziekte werd afgewezen.6
Er bestaat een tendens in de jurisprudentie om de werknemer ook enigszins verantwoordelijk te houden voor zijn daden. Dit is in overeenstemming met artikel 611 van boek 7 BW. Het gaat hier echter om uitzonderingsgevallen. Over het algemeen dient aangenomen
een ongeluk immers
te worden dat de rechter terughoudend is met het aannemen van ‘ernstige verwijtbaarheid’ van de werknemer. Ik ben het hiermee eens. Natuurlijk dienen werknemers zich goed te gedragen ten opzichte
aanzienlijk minder geweest.”
van hun werkgever. Het moet naar mijn mening echter niet zo zijn dat zij door de werkgever beperkt zouden worden in hun doen en laten. Als een werknemer altijd al een keer heeft willen rodeo rijden, speed skiën, wild water kayakken, bungeejumpen of parachutespringen, dan moet hij dat vooral een keer doen! @
1
C.J. Loonstra & W.A. Zondag, Arbeidsrechtelijke themata, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2006, p. 432.
2
CRvB 8 januari 1963, RSV 1963, 16 en CRvB 14 mei 1936, ARB 1936, p. 443.
het loon aan de werknemer. Hij had de werknemer immers verzocht
3
om te stoppen met zaalvoetbal en had de werknemer gewaarschuwd het loon niet meer tot honderd procent aan te vullen bij een nieuwe blessure. De werkgever is van mening dat de arbeidsongeschiktheid
<www.zibb.nl> link naar ‘nieuws’, dan naar ‘werkgevers willen niet langer betalen voor blessureverzuim’.
4
door ‘schuld of toedoen’ van de werknemer is veroorzaakt. De
C.J. Loonstra & W.A. Zondag, Arbeidsrechtelijke themata, Den Haag: Boom Juridische uitgevers 2006,
werknemer is het hier niet mee eens en vordert in een rechtszaak
p. 439.
aanvulling van zijn loon op grond van de CAO. De kantonrechter stelt
5
HR 14 maart 2008, LJN BB6699.
de werkgever in het ongelijk en oordeelt dat de werkgever alsnog het
6
Ktg. Amersfoort 12 december 2001, JAR 2002/34.
loon moet aanvullen tot honderd procent.
! " # $ % " & # &$
&
"
$ & # "
" # ' " " $ # # $ & (
! " # " $ %
Redactioneel
Door Wiert Jan Berghuis1
Aansprakelijkheid van financieel toezichthouders; balanceren op een dun koord Met het faillissement van de DSB-bank kwam niet alleen Dirk Scheringa volop in de spotlights te staan. Ook externe toezichthouders zoals de Autoriteit Financiële Markten (hierna: AFM) en De Nederlandsche Bank (hierna: DNB) stonden volop in de belangstelling. De uitspraken van de president van DNB, Nout Wellink, vormden hierbij niet zozeer aanleiding, maar wel een beginpunt voor een toenemende kritische houding ten aanzien van toezichthouders. Mede naar aanleiding hiervan beloofde minister Bos van financiën binnen afzienbare tijd met een standpunt te komen over de aansprakelijkheid van financieel toezichthouders. Dat deze aansprakelijkheid niet vanzelfsprekend is, valt op te maken uit de situatie bij de landen om ons heen. Het is namelijk zo dat toezichthouders in andere Europese landen het op de financiële markt heel bont moeten maken om aansprakelijk te kunnen worden gesteld. In Duitsland genieten de financiële toezichthouders zelfs immuniteit.2 Strekking
of weigeren, een registratie doorhalen of aangifte doen
Deze zeer actuele gebeurtenissen, in combinatie met een
bij het Openbaar Ministerie (OM).
al langer zichtbare trend waarbij steeds meer toezicht-
Voor een goed inzicht dienen de verschillende soorten
houdende instanties in het leven worden geroepen, doen
toezicht van financieel toezichthouders te worden
de vraag rijzen hoe de aansprakelijkheid van financieel
onderverdeeld in systeemtoezicht, prudentieel toezicht
toezichthouders juridisch geregeld is. In de onderhavige
en gedragstoezicht. Systeemtoezicht richt zich op
beschouwing wordt gepoogd een antwoord te geven op
voorkoming van financiële problemen die van de ene
de vraag wanneer er gesproken kan worden van falend
financiële instelling overslaan op de andere, terwijl
toezicht en in hoeverre hier juridische gevolgen, als
prudentieel toezicht bedoeld is om de consument te
aansprakelijkheid, aan verbonden kunnen worden.
beschermen tegen het faillissement van financiële instellingen. Tot slot houdt gedragstoezicht bescher-
Toezicht
ming in van de consument tegen ontoelaatbaar gedrag
Op de financiële markten zijn verschillende partijen
van financiële instellingen.4 In Nederland vallen het
actief waaronder, in toenemende mate, ook consu-
prudentieel en systeemtoezicht onder de verantwoor-
menten. Deze hebben een achtergestelde positie
delijkheid van DNB en is het gedragstoezicht de verant-
wat betreft de kennis van zaken. Voor een gezonde,
woordelijkheid van de AFM.
transparante en vooral eerlijke financiële markt is het
Toezichtsfalen kan nader worden ingedeeld aan de
derhalve van groot belang dat er vertrouwen is. Finan-
hand van concreet en algemeen toezichtsfalen, dit
cieel toezicht kan hieraan bijdragen omdat de toezicht-
afhankelijk van de vraag of er concrete aanwijzingen
houder controleert of financiële instellingen zich aan
van ‘onregelmatigheden’ bestonden waarmee niets of
de regels houden en omdat tegen normoverschrijdend
te weinig is gedaan of dat enkel de algemene controle
gedrag kan worden opgetreden.3 In Nederland ligt het
tekort is geschoten.5 In het geval van concreet toezichts-
financieel toezicht in handen van de AFM en DNB,
falen, ligt de aansprakelijkheid van een toezichthouder
zij kunnen onder meer aanwijzingen geven, een last
eerder voor de hand dan in het geval van algemeen
onder dwangsom of een bestuurlijke boete opleggen,
toezichtsfalen.
een stille curator aanstellen, een vergunning intrekken
Aansprakelijkheid Er geldt geen speciale aansprakelijkheid voor toezichthouders.
“Er geldt geen speciale
Toezichthouders kunnen in Nederland slechts aansprakelijk worden gesteld als vast komt te staan dat zij aan een ander schade hebben
aansprakelijkheid voor
toegebracht, als gevolg van een aan hen toerekenbare onrechtmatige daad ex art. 6:162 Burgerlijk wetboek (hierna: BW). Dit kan
toezichthouders.”
doordat er teveel of juist te weinig toezicht is uitgeoefend. Bij de uitoefening van zijn opdracht bevindt de toezichthouder zich dus in een precaire evenwichtspositie; hij moet een balans zien te vinden tussen enerzijds het behoud van de financiële soliditeit van de aan zijn toezicht onderworpen financiële ondernemingen maar hij moet
heeft kunnen komen. Ook zij sluit zich aan daarmee aan bij de in het
ook de belangen van derden voor ogen houden en beschermen. Dit
hierboven geschetste standpunt.
wordt ook wel het ‘toezichthoudersdilemma’ genoemd.6
er worden voldaan aan de vereisten van relativiteit en causaliteit. De
het arrest Vie d’Or sprak de HR over het invullen van deze zorgvuldig-
vraag die hierbij centraal staat is of het gebrekkige toezicht van de
heidsnorm middels het criterium van de ‘redelijk handelend toezicht-
toezichthouder ook daadwerkelijk heeft geleid tot de schade. Dit is
houder’. 7 De conclusie van A-G Timmerman inzake Vie d’Or neemt
een lastig te beantwoorden vraag, die nog lastiger is te bewijzen.
ook de redelijk handelend toezichthouder als uitgangspunt, waarbij
Bovendien is het antwoord hierop erg afhankelijk van de omstandig-
hij opmerkt dat het een vage norm is waarin uiteenlopende gezichts-
heden van het geval. Ook het relativiteitsvereiste brengt de nodige
punten meewegen.8 Daarbij is van belang te kijken naar hetgeen van
heikele punten met zich mee. Er moet namelijk worden vastgesteld
een redelijk handelend beroepsbeoefenaar mag worden verwacht.
dat ‘de geschonden norm de strekking had tot bescherming tegen
Daarbij kan aansluiting worden gezocht bij de criteria zoals door
de schade zoals door benadeelde geleden’. In het arrest Duwbak
de HR geformuleerd in het Kelderluik-arrest.9 Weliswaar zijn deze
Linda heeft de HR zich uitgelaten over het relativiteitsbeginsel in het
criteria oorspronkelijk bedoeld voor een situatie van gevaarzet-
kader van de onrechtmatige overheidsdaad.15 Door de HR is in dit
10
ting, maar ook in deze context kunnen zij worden toepast. Hierbij
arrest bepaald dat om in concrete gevallen te kunnen beoordelen of
zijn van belang de aard en omvang van de schade, bekendheid en
is voldaan aan het relativiteitsvereiste, het aankomt op het doel en
voorzienbaarheid van de schade, de aard van de gedraging of het
de strekking van de geschonden norm, deze moeten blijken uit de
nalaten (van de toezichthouder) en of eventueel op eenvoudige
wetsgeschiedenis. Als de wetgeschiedenis zwijgt, moet dit volgens
wijze voorzorgsmaatregelen getroffen hadden kunnen worden die
de HR zo geïnterpreteerd worden dat er geen overheidsaansprake-
de schade hadden kunnen voorkomen. Naarmate de toezichthouder
lijkheid uit deze wet kan worden afgeleid. Dit heeft weliswaar tot
meer bekend is met misstanden, neemt voorzienbaarheid van de
kritiek geleid, maar Timmerman is het met de HR eens. Hij conclu-
schade toe en wordt de in acht te nemen toezichtsnorm strenger.11
deert op grond van de wetsgeschiedenis van de Wet toezicht verze-
Een verdere inkleuring wordt volgens Timmerman in zijn conclusie
keringsbedrijf (Wtv) dat de aan de toezichthouder opgedragen taken
onder het Vie d’Or-arrest gegeven door het algemeen belang, de
en daarmee verband houdende bevoegdheden (mede) strekken tot
wettelijke taken en bevoegdheden van de toezichthouder, algemene
bescherming van het vermogensbelang van de individuele polis-
beginselen van behoorlijk bestuur en beoordelings- en beleidsvrij-
houders.16 Ook in de BeFra-zaak speelde deze kwestie, de rechtbank
12
heid. Daarnaast volgen uit de oratie van Van Rossum vijf criteria
oordeelde dat de geschonden norm niet alleen strekt tot bescher-
waarmee de rechter rekening zou moeten houden bij de vaststelling
ming van het algemeen economisch belang, ook ter bescherming
van aansprakelijkheid van de toezichthouders. Achtereenvolgens
van zowel professionele als niet professionele gedupeerde beleg-
gaat het om de aard en het doel van het toezicht dat wordt uitge-
gers.17
JFV In Casu - maart 2010 -
Om aansprakelijkheid op grond van art. 6:162 BW aan te nemen dient
er sprake te zijn van een schending van een zorgvuldigheidsnorm. In
15
Relativiteit en causaliteit Omdat de aansprakelijkheid wordt gebaseerd op art. 6:162 BW, dient
oefend, de bevoegdheden waarover de toezichthouders beschikt en de vraag of de bevoegdheden voldoende zijn benut en tot slot of de
Internationaal perspectief
toezichthouders aan zijn onderzoeksplicht heeft voldaan.13
Van Dam heeft rechtsvergelijkend onderzoek gedaan naar de situatie in de landen om ons heen. Hoewel de drempels verschillen, is
Omdat het hierbij gaat om een publiekrechtelijke taak, geniet een
het in vrijwel alle onderzochte landen mogelijk om toezichthouders
toezichthouder bij de uitoefening van zijn taak een zekere mate
aansprakelijk te stellen voor schade veroorzaakt door handha-
van beleids- en beoordelingsvrijheid. Dit brengt vanzelfsprekend
vingstoezicht.18 Het meest wezenlijke verschil tussen de onderzochte
met zich mee dat aansprakelijkheid, gezien de grote beleids- en
landen betreft het al dan niet aanwezig zijn van (gedeeltelijke)
beoordelingsvrijheid, minder snel wordt aangenomen. Juist omdat
immuniteit. In Duitsland geniet de financieel toezichthouder volle-
deze vrijheden zo belangrijk zijn voor een juiste uitoefening van het
dige immuniteit, zelfs als er sprake is van kwade trouw of grove
toezicht, moet de rechter zich beperken tot een slechts marginale
nalatigheid. België en Engeland gaan hierin minder ver. Er bestaat
toetsing van de manier waarop de toezichthouders haar taak heeft
weliswaar een wettelijke immuniteit maar deze kan onder andere in
vervuld.14 De HR stelt zich in het Vie d’Or arrest op het standpunt dat
het geval van kwade trouw worden opgeheven. Van Dam vraagt zich
bepalend is of de toezichthouder in redelijkheid tot haar oordeel
af of deze vergaande immuniteit in alle gevallen overeenstemt met
@
voor handen had, lijkt het dan ook bepalend te zijn wat de toezicht-
”Dit dilemma maakt
houder op welk moment wist of behoorde te weten. Je kunt hier dan ook stellen ‘kennis is macht’, waardoor de aansprakelijkheid van toezichthouders gezien moet worden als een heel gewone vorm van
toezicht houden tot het
aansprakelijkheid.
balanceren op een dun
De mogelijkheid om toezichthouders aansprakelijk te stellen heeft,
koord.”
nisatie van het toezicht: het heeft een prikkelende werking en zal
mijns inziens, tot op zekere hoogte een nuttige functie in de orgagoed toezicht bevorderen. Een te grote aansprakelijkheid zou juist een averechts effect hebben doordat de toezichthouder zich defensief zal gaan opstellen. Een toezichthouder dient aldus de balans te
het EVRM. Hij ziet dan ook geen reden om het Nederlandse stelsel
vinden tussen enerzijds een te voorzichtig optreden en anderzijds
aan te passen, omdat deze voldoende middelen biedt om zwaar
een te grote voortvarendheid.20 Dit dilemma maakt toezicht houden tot het balanceren op een dun koord. @
19
misbruik te voorkomen.
Concluderend slotwoord In aansluiting op de gegeven situatie in de ons omringende landen
JFV In Casu - maart 2010 -
16
is er naar Nederlands recht, in ieder geval voor concreet toezichtsfalen, sprake van een zware dan wel strenge zorgvuldigheidsnorm voor toezichthouders. Deze zorgvuldigheidsnorm neemt het handelen van een redelijk handelende toezichthouder als uitgangspunt. Om falend toezicht daadwerkelijk aan te kunnen tonen speelt deze norm - in samenhang met een nadere invulling middels onder meer de nodige handvatten uit literatuur en jurisprudentie, zoals de Kelderluik-criteria en de omstandigheden van het geval - een belangrijke en bepalende rol. Aangezien vanuit de gebruikte criteria aansluiting wordt gezocht bij de voorzienbaarheid, middels de informatie die de toezichthouder
1
Met dank aan A. Kalatozova en L.S. van Aanholt.
2
R.J. Dijkstra & L.T. Visscher, ‘Een pleidooi voor beperkte aansprakelijkheid van financieel toezichthouders wegens
3
10 Chr. H. van Dijk, ‘Aansprakelijkheid voor falend toezicht op banken en verzekeraars’, NTBR, 2003, p. 193. 11
falend Toezicht’, Tijdschrift voor Financieel Recht, 2007-5,
toezichthouders’, Vennootschap & Onderneming, 2006-3,
p. 140.
p. 52.
R.J. Dijkstra & L. T. Visscher, ‘Een pleidooi voor beperkte
12 Conclusie van A-G Timmerman d.d. 10 februari 2006 in
aansprakelijkheid van financieel toezichthouders wegens falend Toezicht’, Tijdschrift voor Financieel Recht, 2007-5,
cassatieprocedure Vie d’Or, ov. 3.8-14. 13 A.A. van Rossum, Falend Toezicht, Oratie UU, Den Haag:
p. 140. 4
R.J. Dijkstra & L.T. Visscher, ‘Een pleidooi voor beperkte
Boom Juridische Uitgevers 2001. 14 B.P.M. Ravels in zijn bespreking van de uitspraak van de
aansprakelijkheid van financieel toezichthouders wegens
5 6
M.F. Landkroon, ‘Aaansprakelijkheid van financieel
Hoge Raad in Ondernemingsrecht, 2006-17, p. 631-632.
falend Toezicht’, Tijdschrift voor Financieel Recht, 2007-5,
15 HR 7 mei 2004, LJN AO6012, C02/310HR (Duwbak Linda).
p. 140.
16 Conclusie van A-G Timmerman d.d. 10 februari 2006 in
I. Giesen, Toezicht en aansprakelijkheid, Deventer: Kluwer
cassatieprocedure Vie d’Or, ov. 4.8.
2005, p. 116.
17 Rb. Amsterdam 7 juni 2000, JOR 2000, 153.
L.A.G. Moelker, ‘Aansprakelijkheid van toezichthouders,
18 C.C. van Dam, Aansprakelijkheid van Toezichthouders,
bespreking van het rapport van prof. dr. Cees C. van Dam’, Tijdschrift voor Financieel Recht, 2006-5, p. 96.
deel 1 algemeen rapport, p.76 e.v. 19 L.A.G Moelker, ‘Aansprakelijkheid van toezichthouders,
7
HR 13 oktober 2006, JOL 2006, 595 (Vie d’Or).
bespreking van het rapport van prof. Dr. Cees C. van Dam’,
8
Conclusie van A-G Timmerman d.d. 10 februari 2006 in
Tijdschrift voor Financieel Recht, 2006-5, p. 100. Zie ook
cassatieprocedure Vie d’Or, ov. 3.9.
C.C. van Dam, Aansprakelijkheid van Toezichthouders, deel
9
HR 5 november 1965, NJ 1966, 136 nt. GJS (Kelderluik). En
1 algemeen rapport, p.80.
L.A.G. Moelker, ‘Aansprakelijkheid van toezichthouders,
20
L.A.G Moelker ‘Aansprakelijkheid van toezichthouders,
bespreking van het rapport van prof. dr. Cees C. van Dam’,
bespreking van het rapport van prof. Dr. Cees C. van
Tijdschrift voor Financieel Recht, 2006-5, p.98.
Dam’, Tijdschrift voor Financieel recht, 2006-5, p. 96.
>c YZ VYkdXVijjg bdZi _Z lZiZc lVVg _Z kddg hiVVi# :c YVi bdZi _Z od `dgi Zc WdcY^\ bd\Za^_` `jccZc kZgiZaaZc# 7^_ H^bbdch H^bbdch ]ZWWZc lZ YVVg ZZc idda kddg dcil^``ZaY# 9Z :Â&#x201A;c LddgY Hdaa^X^iVi^Z# =^ZgbZZ Yl^c\ _Z _ZoZa[ idi ZZc od `dgi bd\Za^_`Z dbhX]g^_k^c\ kVc _Z iVaZci# 6ah _Z Yjg[i! YVc bV\ _Z oZa[h bZi YVi ZcZ lddgY W^_ dch `dbZc hdaa^X^iZgZc#
>ccdkVi^Z[
:bdi^dcZZa
8]Vdi^hX]
>c^i^Vi^Z[g^_`
HbVV`kda
HigZhhWZhiZcY^\
8dbeZi^i^Z[
HdX^VVa
>ciZaaZXijZZa
8dggZXi
IdZ\Zl^_Y
<ZaZZgY
;VciVhi^hX]
DeZc
8gZVi^Z[
Deka^Z\ZcY
AZj`
>?YZa
Hedgi^Z[
=VcY^\
>ciZch
Dc]VcY^\
HcZa
7gjiVVa
6Xi^Z[
<ZhiddgY
9^eadbVi^Z`
:kZcl^X]i^\
;aZm^WZa
7ZYg^_k^\
<ZdgYZcY
Kgddb
CZi_Zh
DcYZg]djYZcY
LVVgYZkda
<V hcZa cVVg lZg`ZcW^_h^bbdch#ca
DcYZgcZbZcY
DcV[]Vc`Za^_`
LVcigdjlZcY
Hedgi^Z[
<ZYgZkZc
;VcVi^Z`
E^ZciZg
He^g^ijZZa
De\ZlZ`i
HdbWZg
:migVkZgi
:^\ZcVVgY^\
>cigdkZgi
HbZiiZaddh
EZg[ZXi^dc^hi^hX]
7gVV[
KVhiWZgVYZc
7Zhaj^iZaddh
6YZfjVVi
>ciZ\Zg
@Vab
6eVgi
Dei^b^hi^hX]
EZhh^b^hi^hX]
8dbeZiZci
:cZg\^Z`
Hajl
<gdcY^\
HigZc\
KdalVhhZc
>ccZbZcY
KgZZbY
8]Vdi^hX]
<ZeVhh^dcZZgY
<ZkdZa^\
=VgY
lll#lZg`ZcW^_h^bbdch#ca
Redactioneel
Door Michaël Dol
Bijzonder bedrijfsjurist: de Cohen-advocaat Sedert 1997 is het procesmonopolie verruimd. Voordien was de advocatuur met aanverwante privileges slechts aan advocaten gezeten bij advocatenkantoren voorbehouden. Met het oog op meer marktwerking werd het monopolie door de Werkgroep Cohen in die zin verruimd, dat ook zogenaamde Cohen-advocaten konden worden ingeschreven op het tableau: advocaten in dienstbetrekking bij de overheid, een commerciële of ideologische werkgever. Welke meerwaarde heeft de inschrijving op het tableau voor die beroepsgroep in de praktijk?
Inleiding
tingen lopen uiteen, maar aangenomen mag worden dat
Als procesbevoegd bedrijfsjurist lijkt de toekomst uitda-
Nederland thans rond de 3000 bedrijfsjuristen kent,
gend: de spitsvondigheid van de advocatuur gecombi-
afgezet tegen 15000 ingeschreven advocaten. Al met
neerd met de veelzijdigheid van het bedrijfsleven. Met
al is de schatting dat van die bedrijfsjuristen vier- à
de invoering van de ‘Verordening op de praktijkuitoefe-
vijfhonderd zijn ingeschreven op het tableau. Daarmee
ning in dienstbetrekking’ (hierna: de Verordening) is het
ligt het percentage Cohen-advocaten, de met dank aan
voor de bedrijfsjurist mogelijk ingeschreven te worden
de werkgroep Cohen toegelaten advocaten in dienst-
op het tableau en zodoende de privileges van de advo-
betrekking van een commercieel bedrijf, rond de 3%.5
catuur te genieten.1 Omdat de ondergeschiktheidrelatie
Het aantal Cohen-advocaten dat werkzaam is in het
zou kunnen conflicteren met de vrijheid en onafhan-
bedrijfsleven is kleiner, nu genoemd percentage tevens
kelijkheid die het advocatenberoep vereist, heeft deze
de advocaten in dienst van rechtsbijstandverzekeraars,
mogelijkheid lang op zich laten wachten.2
overheid en non-profit organisaties omvat. Zo heeft ook Greenpeace momenteel twee ingeschreven advocaten
Pas in 1994 werd een ‘interdepartementale werkgroep
in dienstbetrekking. De constatering dat advocaten zich
domeinmonopolie advocatuur’ ingesteld, die naar haar
maar weinig laten verleiden in dienst te treden bij een
voorzitter de ‘werkgroep Cohen’ werd genoemd. In haar
commerciële werkgever is valide. Het navolgende onder-
rapport bepleitte de werkgroep een verruiming van de
zoekt de oorzaken.
toelating tot de balie met als doel meer marktwerking binnen het procesmonopolie te introduceren.3 De werk-
Het grootste verschil tussen de bedrijfsjurist en de advo-
groep stelde dat met het garanderen van de onafhan-
caat is dat de bedrijfsjurist in een positie van onderge-
kelijkheid en vrijheid in een daartoe opgesteld statuut,
schiktheid staat ten opzichte van zijn cliënt en de advo-
werkend tussen de advocaat in loondienst en diens
caat niet. Deze juridische ondergeschiktheid was lange
werkgever, het procesmonopolie zonder gevaren kon
tijd de belangrijkste reden om bedrijfsjuristen niet toe
worden verruimd.4 Sedertdien, sinds inwerkingtreding
te laten tot de balie. Naast dit meer principiële verschil
van de Verordening medio 1996, zijn onder voorwaarden
bestaan meer graduele verschillen. Zo zal de bedrijfs-
ook bedrijfsjuristen, juristen in dienst van non-profit
jurist veelal worden betrokken op een moment dat van
organisaties, de overheid en rechtsbijstandverzekeraars
een juridisch probleem nog geen sprake is. De bedrijfs-
bevoegd om zich als advocaat te afficheren en bevoegd
jurist is dan een schakel in het besluitvormingsproces.
om diens werkgever in rechte te vertegenwoordigen.
De vraag die een advocaat krijgt voorgelegd is daaren-
Mijn bijdrage is erop gericht de meerwaarde van inschrij-
tegen meestal al verworden tot een juridisch probleem,
ving op het tableau, voor wie een carrière ambieert in het
waardoor verwacht wordt dat de advocaat vooral de
bedrijfsleven, te onderzoeken.
juridische aspecten beziet. Vanwege dit verschil is de bedrijfsjurist naast juridisch inhoudelijk ook vooral bezig
Taakomschrijving
met de organisatie, bedrijfsvoering en de financiële,
Na de Eerste Wereldoorlog ontstonden bij snel groei-
strategische, sociale en maatschappelijke aspecten van
ende organisaties als Shell, Unilever en Philips de
zijn werkgever. Voor de advocaat in dienstbetrekking
eerste bedrijfsjuridische afdelingen in Nederland. Schat-
zou misschien, voor wat betreft zijn werkzaamheden,
een tussenpositie tussen de twee onderscheiden beroepen worden
Een andere commune voorwaarde blijkend uit artikel 3 van de
verwacht. Niets is echter minder waar. Van de privileges die de advo-
Boekhoudverordening 1998, is de eis dat de advocaat in dienstbetrek-
caat geniet maakt de advocaat wanneer in dienstbetrekking, maar
king de beschikking moet hebben over een derdengeldrekening. Bij
weinig gebruik. Zo is de procesbevoegdheid een papieren bevoegd-
een advocaat in dienstbetrekking zelf gaat echter geen geld om, zijn
heid. De bedrijfsjurist is een generalist, gelet op de veelzijdigheid van
werkgever beheert het geld. Niettemin stelde de Orde de eis van een
zijn functie. Voor het procederen worden, wanneer het erom spant,
stichting derdengelden en zal de werkgever zich in de omslachtige
toch externe experts aangetrokken. De advocaat in dienstbetrekking
constructie moeten schikken. Oplossing is gevonden in een collec-
heeft aldus geen beduidend andere positie of functie dan zijn collega
tieve derdengeldrekening bij het Nederlands Bedrijfsjuristen Genoot-
bedrijfsjurist zonder inschrijving. Gelet op de geringe meerwaarde,
schap (hierna: NBG) waarvan de meeste bedrijfsjuristen lid zijn. De
waarom laat de bedrijfsjurist zich in de praktijk inschrijven op het
oplossing staat echter niet open voor een ieder van de advocaten in
tableau?
dienstbetrekking. Advocaten in dienstbetrekking bij een non-profit instelling, overheid of rechtsbijstandverzekeraar kwalificeren niet als bedrijfsjurist volgens de definitie van de NGB, en de NGB laat als leden slechts bedrijfsjuristen toe.
king zich moeten verzekeren.7 Een misschien wat overbodige eis gelet op de civiele werkgeversaansprakelijkheid als vervat in het Burgerlijk
inschrijving zeker niet
Wetboek. Niettemin staat de eis overeind nu de Orde van zijn advo-
per definitie”
De praktijk heeft een oplossing gevonden in een speciaal soort verze-
19
stageverklaring en de
Evenals elke andere advocaat zal ook de advocaat in dienstbetrek-
JFV In Casu - maart 2010 -
“Een pre zijn de
caten eist dat zij 24 uur per dag en 7 dagen per week verzekerd zijn. kering waarmee de advocaat buiten die werktijden is verzekerd tegen een lagere premie omdat het risico beduidend lager is. Waar werkgevers doorgaans ook niet van gecharmeerd zijn, is de
Als voordelen noemen zittende advocaten in dienstbetrekking, het
toepasselijkheid van de commune gedragsregels op haar advocaten.
kunnen afficheren als advocaat aan derden. Vooral in Amerika is de
Zo is ook de advocaat in dienstbetrekking tot geheimhouding verplicht.
kwalificatie als advocaat belangrijk om serieus te worden genomen.
Op netwerkservers van de werkgever zullen gescheiden en beveiligde
Daarnaast hechten veel advocaten in dienstbetrekking aan het
mappen moeten worden gehouden om de geheimhouding te kunnen
beroepsgeheim, als gevolg waarvan een interne cliënt zich beschermd
waarborgen. Daar waar de werkgever zich troost met de gedachte dat
voelt in het vrijelijk kunnen delen van informatie met zijn juridisch
een verschoningsrecht nog wel eens van pas zou kunnen komen, komt
raadgever. Maar in de meeste gevallen lonkt de veelzijdigheid van
de werkgever bedrogen uit. Het ‘legal privilege’ van verschoning heeft
het bedrijfsleven pas na het voltooien van de advocaatstage. De
het Gerecht van eerste aanleg van de Europese Gemeenschap aan de
beschermde titel is dan reeds verworven en getracht wordt deze te
advocaat in dienstbetrekking, bij in ieder geval mededingingsrech-
behouden bij een overstap. Immers, de bestede tijd en moeite ziet
telijke procedures ontzegd, omdat hij niet als onafhankelijk van zijn
de ijdele jurist in zijn beschermde titel graag behouden.6 Vakinhou-
cliënt kan worden beschouwd.8
delijk heeft de advocaat aan zijn beschermde titel in het bedrijfsleven echter, zoals reeds geconstateerd, maar betrekkelijk weinig.
Naast bovenstaande commune voorwaarden die op zichzelf al voldoende demotiveren, geldt een in het oog springend additionele
De Cohen-randvoorwaarden
voorwaarde ten aanzien van de advocaat in dienstbetrekking. De
Geconstateerd hebbende dat de baten van een advocaat in dienstbe-
werkgroep Cohen heeft toelating mogelijk willen maken maar mits de
trekking voor de werkgever gering zijn, wordt de advocaat in dienstbe-
vrijheid en onafhankelijkheid van de advocaat gewaarborgd konden
trekking voor de werkgever ronduit onaantrekkelijk, gelet op de voor-
blijven. Daartoe stelde de werkgroep het ‘Professioneel statuut voor
waarden die gelden voor inschrijving op het tableau. De Verordening
de advocaat in dienstbetrekking’ op.
stelt een aantal cumulatieve voorwaarden voor inschrijving, naast de voorwaarden die al golden voor de gewone advocaat.
Het Statuut vormt het model voor de afspraken tussen de advocaat in dienstbetrekking en diens werkgever. Daarin verklaart de werk-
Evenals elke andere advocaat zal ook de advocaat in dienstbetrekking
gever ervoor in te staan dat ‘zijn’ advocaat de werkzaamheden zoveel
een stage moeten doorlopen. De Verordening stelt nadrukkelijk dat
mogelijk onafhankelijk zal kunnen uitoefenen.9 Deze verklaring staat
voor de advocaat in dienstbetrekking dezelfde opleidingsvereisten
op gespannen voet met de instructiebevoegdheid zoals de werkgever
hebben te gelden. Hoewel de beroepsopleiding de nodige tijd en inzet
die doorgaans bezit. De verklaring roept bij de werkgever vragen op
vergt, vormt de stage niet het grootste probleem: het zoeken van een
en zal ertoe leiden, zeker met inachtneming van de andere bezwa-
patroon blijkt in de praktijk de moeilijkst te nemen horde. Advocaten
rende implicaties van het in dienst nemen van een advocaat en de
bevoegd om als patroon te fungeren zijn binnen de organisatie veelal
beperkte toegevoegde waarde, dat de werkgever zich, bij het in dienst
niet voorhanden, en een buitenpatroon ontbreekt het aan belang.
betrekken van een advocaat, driemaal zal bedenken.
@
catuur niet bijdraagt aan een versnelling van de carrière.11 Overigens kan in zijn algemeenheid worden opgemerkt dat de doorgroeimoge-
“De spitsvondigheid
lijkheden binnen de bedrijfsjuridische afdeling maar beperkt zijn.
van de advocatuur
een juridische afdeling van een commercieel bedrijf, het pad recht is
gecombineerd met de
het bedrijf is grote uitzondering. In die zin heeft de gewone advocaat
Het is een algemeen bekend gegeven dat, eenmaal werkzaam op zonder zijwegen. Een gelieerde functie of een bestuursfunctie binnen
veelzijdigheid van het
nog meer mogelijkheden. Voorts werken bedrijfsjuristen aanzienlijk
bedrijfsleven.”
zegt meer dan 50 uur per week aan zijn werk te besteden.12 Met daarbij
harder dan hun arbeidscontract van hen verlangt: ruim één op de drie het gegeven dat bedrijfsjuristen doorgaans minder verdienen dan de confrères gezeten op een advocatenkantoor, maakt dat de keuze voor het bedrijfsleven gebaseerd op betere arbeidsvoorwaarden niet gestoeld is op de realiteit.13
JFV In Casu - maart 2010 -
20
In-house advocatuur in de praktijk In dit kader kan niet onbenoemd blijven de evaluatie van de Verorde-
Conclusie
ning medio 2002.10 In de evaluatie is de toestroom vanuit het bedrijfs-
De advocaat in dienstbetrekking is het directe gevolg van de verruiming
leven, de rechtsbijstandverzekeraars, ideële stichtingen, de overheid
van het procesmonopolie. Niettemin heeft de verruiming in de praktijk
en non-profit organisaties onderzocht. De resultaten waren teleurstel-
geen grote gevolgen teweeg gebracht. Weliswaar heeft de wetgever in
lend, de toestroom bleek gering. In de evaluatie werden belemme-
1997 met de ‘Verordening op de praktijkuitoefening in dienstbetrek-
ringen geconstateerd die ook na de evaluatie door de wetgever niet
king’ de deur op een kier gezet, de cumulatief gestelde voorwaarden,
zijn weggenomen. Ook thans geldt enerzijds dat de werkgever in de
de rompslomp voor de werkgever en het gebrek aan meerwaarde in de
privileges maar een beperkte meerwaarde ziet. Anderzijds wordt de
praktijk doen de deur weer zachtjes dicht. In de praktijk lijkt de meer-
werkgever geconfronteerd met extra administratieve werkzaamheden,
waarde niet op te wegen tegen de praktische bezwaren.14 Wie het idee
eisen aan de praktijkuitoefening, bestaat angst ten aanzien van de
heeft postgevat om met de advocatentitel hoger in te kunnen stappen
onafhankelijkheid en blijkt het bereid vinden van een (buiten)patroon
binnen de juridische afdeling van een multinational komt dan ook
veelal een onoverkomelijke horde. De werkgever maakt een kosten-
bedrogen uit. General Counsels zitten niet te wachten op advocaten
baten afweging die doorgaans ten nadele van de advocaat in dienst-
die zich moeilijk af te leren gewoontes hebben aangeleerd, en boven-
betrekking uit zal vallen.
dien veroorzaker zijn van extra administratieve werkzaamheden . Mijn devies is dan ook niet de advocaatstage te lopen met het oog op het
Carrièreperspectief
stimuleren van een carrière in het bedrijfsleven. In de praktijk vormen
De structuur van een bedrijfsjuridische afdeling is transparant en verre
de stageverklaring en de inschrijving op het tableau geen meerwaarde.
van complex. De loopbaan verloopt van junior naar medior en vervol-
Mocht zich echter onverhoopt de situatie voordoen, dat gedurende de
gens naar senior jurist, incidenteel uitmondend in de functie van
advocaatstage het bedrijfsleven lonkt, dan zijn de implicaties voor de
General Counsel. Wie denkt dat de advocaat-bedrijfsjurist in dezen
werkgever wel te relativeren. Maar een pre zijn de stageverklaring en de inschrijving zeker niet per definitie. @
een streepje voor heeft ten aanzien van laatstgenoemde positie, komt bedrogen uit. De statistieken laten zien dat een verleden in de advo-
1 2
Verordening op de praktijkuitoefening in dienstbetrekking,
7
Artikel 2 Verordening op de beroepsaansprakelijkheid.
Staatscourant 1997, 75.
8
GvEAEG 17 september 2007, nr. T-125/03 (AkzoNobel
W.E. Overeem, De Orde van Advocaten. Een institutioneel
Chemicals en Akcros Chemicals/Commissie gevoegde
onderzoek naar het handelen van de Orden van Advocaten
zaken).
1952-heden, Dixis informatiemanagers 2004, p. 63-65. 3
9
F. Jongmans, ‘De advocatuur: een boeiend vak, een onophoudelijk leerproces van groei van stagiaire naar
Artikel 3 lid 3 Verordening op de praktijkuitoefening in dienstbetrekking.
10 J.P. Gunst & F. Bruinsma, Advocaten en advocatuur in
volwassen advocaat’, Ars Aequi 49 (2000)-9, p. 643.
loondienst. Een evaluatieonderzoek naar de Verordening
4
D.J. Hesemans, Lexplicatie. De complete wetgeving
op de praktijkuitoefening in dienstbetrekking, Utrecht:
5
A. Mouritz, ‘In-house advocatuur’, Ars Aequi 54 (2009)-11,
11
p. 969 & B.H.A. van Leeuwen & A.G.H. van der Staay & O.
12 Houthoff Buruma, ‘Bedrijfsjuristen monitor 2009’, p. 25.
Javornik, Beroep: Bedrijfsjurist. Praktische leidraad voor
13 Voxius, ‘Salery Survey onder bedrijfsjuristen 2007’,
toegelicht. Advocatenwet, Deventer: Kluwer 2007, p. 283.
bedrijfsjuristen, Deventer: Kluwer 2009, p. 15-17. 6
B.H.A. van Leeuwen & A.G.H. van der Staay & O. Javornik, Beroep: Bedrijfsjurist. Praktische leidraad voor bedrijfsjuristen, Deventer: Kluwer 2009, p. 38-40.
Universiteit Utrecht 2002. Houthoff Buruma, ‘Bedrijfsjuristen monitor 2009’, p. 7, 15.
Rotterdam: 2007. 14 R.J. Oonk, ‘Advocatuur in loondienst: concurrent of uitkomst?’, Tijdschrift voor de procespraktijk 2009-1, p. 18.
4LLZ[LYSPQRL WVY[YL[[LU NLaVJO[
,Y\P[ OHSLU ^H[ LYPU aP[ K\Z VW[PTHHS WYLZ[LYLU =VVY VUaL RSHU[LU KVLU ^L KH[ HS TLLY KHU QHHY LU Q\PZ[ KHHYKVVY R\UULU ^L VUaL KPLUZ[ ]LYSLUPUN UHHY LLU Z[LLKZ OVNLY UP]LH\ IYLUNLU LU ILOVYLU ^L [V[ KL [VW ]HU KL HK]VJH[LURHU[VYLU +H[ TLYR QL VVR HSZ QL IPQ VUZ PU KPLUZ[ RVT[ 1L SLLY[ QL ]HR Z[LLKZ IL[LY ILOLLYZLU LU QL RYPQN[ ]HU VUZ KL Z[L\U VT QL [HSLU[ ]VSSLKPN [L VU[ WSVVPLU +HHY]VVY ^LYRLU ^L PU[LUZPLM ZHTLU PU ZLJ[PLZ LU [LHTZ 3LLY NPLYPN NLKYL]LU LU HS[PQK RSHU[NLYPJO[ AV VUKLYZ[L\ULU ^L LSRHHY ]\SSLU ^L LSRHHY HHU LU OV\KLU ^L LSRHHY ZJOLYW ,U KH[ HSSLZ PU LLU WYL[[PNL PUMVYTLSL ZMLLY 9LNLSTH[PN aVLRLU ^L Z[HNPHPYLZ LU ILNPUULUK HK]VJH[LU THHY ^L IPLKLU VVR KL TVNLSPQROLPK ]HU LLU TLLSVVWZ[HNL ]HU LLU KHN VM LLU ^LLR VM LLU Z[\KLU[LUZ[HNL ]HU n ^LRLU >PS QL VUaL KLZR\UKPNL ILNLSLPKPUN LY]HYLU QL [HSLU[ ]LYKLY VU[^PRRLSLU LU NYVLPLU PU VUaL IVLPLUKL LU HTIP[PL\aL VYNHUPZH[PL& 2PQR KHU LLUZ VW VUaL ZP[L VUKLY ยบ>LYRLU IPQยป VM ULLT ]YPQISPQ]LUK JVU[HJ[ VW TL[ VUaL /9 THUHNLY +PHUH .LLYHLK[Z
:[ *HUPZP\ZZPUNLS M ;, 5PQTLNLU ; - PUMV'WVLSTHUU]HUKLUIYVLR US ^ ^ ^ W V L S T H U U ] H U K L U I Y V L R U S
Redactioneel
Standaardregels voor overgangsrecht bij bestemmingsplannen
Door Jorrit de Haan
Op 1 juli 2008 zijn de nieuwe Wet Ruimtelijke Ordening en het daarbij behorende Besluit Ruimtelijke Ordening in werking getreden. Hierbij zijn een aantal nieuwe juridische instrumenten ingevoerd, waaronder standaardregels voor overgangsrecht bij bestemmingsplannen. Overgangsrecht vervult een belangrijke functie bij bestemmingsplannen en de wetgever heeft een deel hiervan willen standaardiseren. Dit komt de rechtszekerheid van de burger ten goede omdat nu voor elk bestemmingsplan in Nederland een aantal bepalingen verplicht moeten worden opgenomen. Voorheen stond het gemeenten vrij om zelf hun volledige overgangsrecht op te stellen.
Overgangsrecht bij bestemmingsplannen
Bij het opstellen van een nieuw bestemmingsplan
Een bestemmingsplan is het instrument dat de
komt het voor dat bestaand, legaal gebruik onder
gemeente gebruikt om controle uit te oefenen
het nieuwe plan niet langer is toegestaan. Hierom
op de ruimtelijke ontwikkeling van een bepaald
moeten in de voorschriften die bij een bestem-
gebied. Een bestemmingsplan geeft aan wat voor
mingsplan horen, regels van overgangsrecht worden
een bepaald stuk grond wel en niet is toegestaan.
opgenomen. Deze staan het in principe strijdige
Er bestaan ook plannen voor een ruimtelijke inde-
(met het nieuwe plan) gebruik of gebouw toe, maar
ling op rijks- en provinciaal niveau, maar alleen
het uiteindelijke doel is wel dat deze strijdigheid
het bestemmingsplan kent voorschriften die direct
verdwijnt.2 Deze overgangsbepalingen moeten in
werken voor de burger.
beginsel het gebruik eerbiedigen, maar uitzonderingen zijn hierop mogelijk, mits deugdelijk gemo-
Elke gemeente stelt zijn eigen bestemmingsplannen
tiveerd.3 Dit betekent dat het strijdige gebruik of
en de daarbij behorende voorschriften vast. Het
de strijdige bebouwing blijft toegestaan en dat het
bestemmingsplan kent bepalingen omtrent de
overgangsrecht dit niet volledig mag beperken. Aan
doelen waarvoor bepaalde grond mag worden
de andere kant hoeft ook niet alles te worden toege-
gebruikt. Als er gebouwd mag worden geeft het
staan en kan in het overgangsrecht het strijdige
bijvoorbeeld aan hoe groot het gebouw mag zijn
gebruik of de strijdige bebouwing wel gedeeltelijk
en hoeveel procent van een perceel mag worden
worden beperkt. Overgangsrecht is niet van toepas-
bebouwd. Als de grond voor bepaalde doelen
sing op gebruik of bebouwing dat reeds onder het
gebruikt mag worden, regelt het plan welke soorten
oude bestemmingsplan illegaal was.
gebruik zijn toegestaan en in welke mate. Het bestemmingsplan heeft zowel een preventieve als
Vanuit de praktijk is gebleken dat het gebruik van
een repressieve sanctiewerking.1 Preventief omdat
overgangsrecht bij een bestemmingsplan niet
voor het verlenen van een vergunning vereist kan
altijd soepel verloopt. Het Ministerie van VROM
zijn dat wordt getoetst aan het vigerende bestem-
heeft in 2002 een onderzoek laten uitvoeren naar
mingsplan, repressief omdat op basis van strijd met
de problemen bij overgangsrecht bij bestemmings-
het bestemmingsplan in gevallen door de gemeente
plannen in het kader van de uitvoerige herziening
handhavend kan worden opgetreden. Verder geeft
van de Wro en het daarbij horende Besluit ruimte-
artikel 7.10 Wet Ruimtelijke Ordening (hierna: Wro)
lijke ordening (hierna: Bro). Vanuit dit onderzoek
dat het verboden is gronden en bouwwerken te
zijn acht problemen geformuleerd die spelen met
gebruiken of te laten gebruiken in strijd met een
betrekkingen tot overgangsrecht bij bestemmings-
bestemmingsplan. Het niet naleven van dit artikel
plannen.4 Het belangrijkste probleem is volgens
levert volgens het derde lid een strafbaar feit op.
de onderzoekers dat er een grote verscheidenheid
in het betreffende overgangsrecht bestaat. Zowel het overgangsrecht
niet wordt vergroot. Als hieraan is voldaan mag het gebouw dat niet
tussen gemeentes onderling als wel het overgangsrecht dat binnen
binnen het plan past gedeeltelijk worden vernieuwd of veranderd.
een gemeente wordt gehanteerd kan erg verschillen. Het invoeren
Als het gebouw volledig teniet gaat als gevolg van een calamiteit mag
van algemeen geregelde overgangsrechtelijke regels zou meerdere
het gebouw volledig worden vernieuwd. Voor het vergroten van een
voordelen kunnen hebben; ten eerste kan het de snelheid vergroten
bouwwerk kunnen burgemeester en wethouders eenmalig ontheffing
waarmee bestemmingsplannen worden geproduceerd, het bestem-
verlenen voor een vergroting van maximaal 10% van de inhoud.
mingsplan kan makkelijker worden gehandhaafd en er ontstaat meer
Met betrekking tot het gebruik is in artikel 3.2.3 Bro opgenomen dat
rechtszekerheid voor de burger. De wetgever heeft ervoor gekozen de
het gebruik van grond en bouwwerken dat bestond op het tijdstip van
aanbevelingen van de onderzoekers over te nemen, in de toelichting
inwerkingtreding van het bestemmingsplan en hiermee in strijd is,
bij het Bro wordt dit alleen onderbouwd door naar het betreffende
mag worden voortgezet. Daarbij komt dat het strijdige gebruik alleen
onderzoek te verwijzen.5
mag worden veranderd als het nieuw gebruik naar zijn aard en omvang minder in strijd is met de bepalingen van het nieuwe bestemmings-
Invoering van standaardregels voor overgangsrecht bij bestemmingsplannen
plan. Voor zowel een gebouw in strijd met het bestemmingsplan als
Op 1 juli 2008 is de nieuwe Wro in werking getreden. Dit is een funda-
mingsplan geldt dat dit niet onder overgangsrecht kan vallen als het
mentele herziening van het oude ruimtelijke ordeningsstelsel, dat
onder het ervoor geldende bestemmingsplan ook al onder het over-
veertig jaar heeft gegolden. De uitgangspunten van deze nieuwe wet
gangsrecht viel.
voor het gebruik van grond of een gebouw in strijd met het bestem-
Er is nog een standaardregel van overgangsrecht in het Bro opge-
Onder meer wordt het voor gemeentes verplicht om bestemmings-
nomen. Als toepassing van artikel 3.2.2 Bro zou leiden tot onbillijke
plannen vast te stellen voor hun hele grondgebied, onder het oude
situaties, kunnen burgemeester en wethouders er voor kiezen om met
regime was dit slechts verplicht voorgebieden buiten de bebouwde
het oog op beëindiging op termijn van de met het bestemmingsplan
kom. Daarnaast is nu ingevoerd dat gemeentes geen leges voor bouw-
strijdige situatie, in het plan persoonsgebonden overgangsrecht op
vergunningen meer mogen vragen als een bestemmingsplan niet
te nemen. Uit de toelichting blijkt dat hierbij gedacht moet worden
tijdig, zoals uit de wet volgt, wordt herzien. Dit is bedoeld als finan-
aan gevallen waarin de hoge leeftijd van de gebruiker de verwachting
ciële stimulans om er voor te zorgen dat gemeentes de bestemmings-
wettigt dat de belemmeringen op termijn zullen worden weggenomen,
plannen tijdig wijzigen. De procedure die moet worden doorlopen om
maar niet valt te voorspellen wanneer dat het geval zal zijn. In deze
tot een nieuw bestemmingsplan te komen is in de nieuwe Wro ook
gevallen kan persoonsgebonden overgangsrecht voor gemeenten een
versimpeld waardoor het vaststellen van een nieuw bestemmingsplan
uitkomst bieden.9
JFV In Casu - maart 2010 -
instrument van het bestemmingsplan veranderen er een aantal zaken.
23
zijn: decentraal wat kan, minder regels en uitvoeringsgericht.6 Voor het
hopelijk minder tijd in beslag zal nemen. Zo vervalt de goedkeuring die moest worden gegeven door gedeputeerde staten en is het aantal
De standaardregels zijn niet direct van toepassing op bestemmings-
momenten dat het plan ter inzage wordt gelegd verminderd.7
plannen, gemeentes dienen ze op te nemen in de voorschriften die worden opgesteld bij elk bestemmingsplan. Voor deze oplossing is gekozen om het de burger gemakkelijker te maken. Op deze manier
“Overgangsrecht vervult een
staan zoveel mogelijk op het bestemmingsplan van toepassing zijnde bepalingen in de voorschriften die bij het plan horen.10
Standaardregels bij bestemmingsplannen
belangrijke functie bij
In een artikel bespreken mr. J.J. Scheltens-Fokke en prof. mr. P.J.J.
bestemmingsplannen.”
nieuwe Bro.11 Zij vinden het een goed idee dat er standaardregels over
van Buuren de overgangsregelingen zoals ze zijn opgenomen in het overgangsrecht bij bestemmingsplannen in het Bro zijn opgenomen. Wel menen zij dat er met name onduidelijkheid bestaat over de vraag of er bij een partiële herziening van een bestemmingsplan ook over-
Bij de nieuw ingevoerde wet hoort ook een nieuw Bro. De bepalingen
gangsrechtelijke bepalingen bij deze herziening dienen te worden
uit dit besluit zien voor een groot gedeelte op bestemmingsplannen en
opgenomen. Als dit het geval is kan er in de praktijk onduidelijk
bestaat onder meer uit regels die gaan over de digitalisering van ruim-
ontstaan over de vraag welke datum als peildatum dient te worden
telijke plannen en besluiten, de inhoud en vormgeving van bestem-
gehanteerd.12
mingsplannen en de procedures. Helemaal nieuw zijn in het Bro opgenomen een gedeelte over standaardegels in bestemmingsplannen en
Een peildatum is een belangrijk begrip voor overgangsrecht bij bestem-
een gedeelte over tegemoetkoming bij schade.8 Bij de standaardregels
mingsplannen: het is de datum vanaf welke het nieuwe bestemmings-
voor bestemmingsplannen zijn een aantal overgangsrechtelijke bepa-
plan zijn werking kent. Voor de invoering van het nieuwe Bro werden
lingen opgenomen. Deze bepalingen kwamen in de praktijk al voor bij
er verschillende peildata gehanteerd voor bouwwerken en voor
individuele bestemmingsplannen van verschillende gemeenten en
gebruik.13 Bij bouwwerken werd de datum van de terinzagelegging
dienen nu verplicht te worden opgenomen in de bepalingen bij elk
gehanteerd als peildatum. Zo konden bouwvergunningen die werden
bestemmingsplan.
aangevraagd voor een perceel waarvan de bestemming misschien zou veranderen worden aangehouden tot na de definitieve vaststel-
De overgangsrechtelijke bepalingen zijn opgedeeld in een bepaling
ling van het bestemmingsplan. Op die manier werd voorkomen dat
voor bouwwerken en een bepaling voor het gebruik van gronden. In de
burgers na de terinzagelegging van een nieuw bestemmingsplan nog
bepaling voor bouwwerken, artikel 3.2.1 Bro, wordt geregeld dat een
snel een aanvraag voor een bouwvergunning konden indienen om zo
bouwwerk dat op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestem-
het nieuwe bestemmingsplan te omzeilen. Voor gebruik gold als peil-
mingsplan aanwezig of in uitvoering is, dan wel gebouwd kan worden
datum al de inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan.14
krachtens een bouwvergunning, en afwijkt van het plan, toch mag
Nu geldt dus voor zowel bouwwerken als gebruik als peildatum de
worden aangepast. Dit kan slechts in gevallen waarbij door de veran-
inwerkingtreding van het nieuwe bestemmingsplan. Over de veran-
dering deze afwijking van het bestemmingsplan naar aard en omvang
derde peildatum voor bouwwerken overweegt de wetgever het
@
volgende. Er wordt van uit gegaan dat deze verandering
niet
“Peildatum is een
bezwaarlijk
is, omdat het voor een
belangrijk begrip.”
gemeentebestuur dat een verstandig en juist gebruik maakt van de instrumenten
JFV In Casu - maart 2010 -
24
die de Woningwet en de Wro bieden, mogelijk is om de verlening van alle bouw- en aanlegvergunningen die niet
1
regeling, tegen te houden.15 Hiermee wordt het voorbe-
J.W. van Zundert, Het bestemmingsplan: een juridisch bestuurlijke inleiding in de ruimtelijke ordening,
passen in de nieuwe plan-
Deventer: Kluwer 2006, p.14. 2
E.D.M. Knecht, Memo bestemmingsplan &
reidingsbesluit bedoeld. Is
bouwvergunning, Alphen aan de Rijn: Kluwer 2005,
voor het gebied waarvoor
p. 37.
een bepaald bestemmings-
3
plan geldt een voorbereidingsbesluit
bestuurlijke inleiding in de ruimtelijke ordening,
genomen,
dan mogen aanvragen voor
Deventer: Kluwer 2006, p.191. 4
bouwvergunningen worden aangehouden
tot
J.W. van Zundert, Het bestemmingsplan: een juridisch
Th. Peters en P.C. Gilhuis, ‘Standaardisering overgangsrecht in bestemmingsplannen’,
het
Fundamentele Herziening Wet Ruimtelijke Ordening:
moment waarop een nieuw
Onderzoek naar aanleiding van het BRO, Ministerie
bestemmingsplan is vastge-
van VROM 2002, p. 7.
steld.
5
Toelichting bij het Besluit Ruimtelijke Ordening,
Conclusie
6
Folder ‘De nieuwe Wet ruimtelijke ordening geeft
wat kan en uitvoeringsge-
7
Idem.
richt.16 Dit zijn de kernpunten
8
Toelichting bij het Besluit Ruimtelijke Ordening,
herziening van de Wro en
9
Idem, p. 60.
het daarbij horende Bro zijn
10 Idem, p. 37.
gebaseerd. Een onderdeel
11
Staatsblad 2008, 145, p.36 e.v. Minder regels, decentraal
ruimte’, www.vrom.nl/wro.
waarop de fundamentele
hiervan is het opnemen van standaardregels voor overgangsrecht bij bestemmingsplannen. De invoering van deze standaardregels valt volgens mij onder twee van deze drie punten. Het lijkt ten eerste te impliceren dat overgangsrecht bij bestemmingsplannen dus niet decentraal kan:
Staatsblad 2008, 145, p. 25.
J.J. Scheltens-Fokke en P.J.J van Buuren, ‘Overgangsrecht in bestemmingsplannen volgens het ontwerp-Bro’, Tijdschrift voor Bouwrecht, p.831.
12 Idem, p. 832. 13 P.J.J. van Buuren, Ch. W. Backes, A.A.J. de Gier en A.G.A. Nijmeier, Hoofdlijnen ruimtelijk bestuursrecht, Deventer: Kluwer 2006, p.61.
de wetgever heeft geoordeeld dat het centraal moet worden gere-
14 Idem, p.66.
geld. Ten tweede is het punt van minder regels wel van toepassing.
15 Toelichting bij het Besluit Ruimtelijke Ordening,
Nu er landelijk gestandaardiseerd overgangsrecht is gekomen zal het voor diegenen die er mee moeten werken een stuk overzichtelijker worden. @
Staatsblad 2008, 145, p. 57. 16 Folder ‘De nieuwe Wet ruimtelijke ordening geeft ruimte’, <www.vrom.nl/wro>.
www.jfvcarrie reboard.nl
JFV CarrièreBoard Studeren, oriënteren en solliciteren Hoe graag je misschien ook student zou willen blijven, eens komt toch het moment dat het einde van je rechtenstudie nadert. De wereld ligt aan je voeten. Maar wat heeft die wereld jou eigenlijk te bieden? De arbeidsmarkt biedt een groot aantal werkgevers. Maar welke werkgever past het best bij jouw profiel? Wat zijn je mogelijkheden als starter binnen en buiten de advocatuur? Hoe kom je ermee in contact? Met dit soort vragen ben je bij JFV CarrièreBoard aan het juiste adres. Een kosteloze service van de Juridische Faculteitsvereniging Groningen die jou informeert over je loopbaanmogelijkheden. JFV CarrièreBoard biedt jou als rechtenstudent verschillende oriëntatiemogelijkheden. Op de website www.jfvcarriereboard.nl vind je onder meer: - Profielen van kantoren, bedrijven en instellingen - Stages (nationaal en internationaal) - Vacatures - Recruitmentagenda
- Ontwikkelingen op de arbeidsmarkt - Informatie over solliciteren - Studeren in het buitenland - Ervaringen van studenten
Daarnaast organiseert JFV CarrièreBoard regelmatig recruitmentactiviteiten en kantoor- en bedrijfsbezoeken. Kortom, als jij na je studie zonder zorgen in het diepe wilt duiken, is JFV CarrièreBoard je ideale springplank.
Juridische Faculteitsvereniging Groningen Oude Kijk in ‘t Jatstraat 26 - 9712 EK Groningen Telefoon 050-3635783 - Fax: 050-3636947 - E-mail: jfv@jfvgroningen.nl - www.jfvcarriereboard.nl
Redactioneel
Door Pieter Kruijt
Weg vanwege de crisis Nu de welbekende kredietcrisis langzaam uit het slop kruipt, de economie weer langzaam als vanouds groeit en bedrijven en banken weer risico’s durven te nemen, zou je zeggen dat er geen ontslagen vanwege bedrijfseconomische redenen zullen volgen. Toch komt dit wel voor doordat de werkgever probeert in te spelen op de markt, er onverwachte externe factoren invloed hebben en het vertrouwen dat regelmatig wegvalt in de economie. Ontslag krijgen is dermate ingrijpend in het leven van een persoon dat er vele waarborgen zijn om de positie van de werknemer te beschermen. De werkgever kan niet zomaar zijn werknemer de laan uit sturen. Echter om het bedrijf in stand te houden en winstgevend te krijgen of te behouden, is het ontslaan van werknemers wel zo nu en dan noodzakelijk. Er zijn verschillende gronden om een werknemer de deur te wijzen. In dit artikel wil ik ingaan op het ontslag vanwege bedrijfseconomische redenen.
De definitie van arbeidsovereenkomst is te vinden in artikel 7:610, eerste lid BW: ‘De arbeidsovereenkomst is de overeenkomst waarbij de ene partij, de
“Ontslag is
werknemer, zich verbindt in dienst van de andere partij, de werkgever, tegen loon gedurende zekere tijd arbeid te verrichten.’ Titel 7.10 van het Burgerlijk Wetboek voorziet in zaken betreffende de arbeidsovereenkomst. De arbeidsovereenkomst kan in prin-
het laatste redmiddel.”
cipe alleen op de in de wet aangegeven manieren eindigen. Dit kan dus door de eenzijdige opzegging van de overeenkomst door de werkgever of werknemer, door wederzijds goedvinden om de over-
lijke redenen, maar ook op grond van bedrijfseco-
eenkomst te doen eindigen, door beëindiging van
nomische redenen.
de overeenkomst van rechtswege, door de rechter op grond van artikel 7:685 BW of door ontslag op
De Procedure
staande voet. Voor opzegging van een overeen-
De procedure voor ontslag van een enkele werk-
komst voor onbepaalde tijd moet de geldende
nemer vangt aan met de werkgever die het UWV
opzegtermijn in acht worden genomen. Opzegging
Werkbedrijf (hierna: UWV) schriftelijk verzoekt tot
moet op grond van artikel 6 Buitengewoon Besluit
toestemming van de opzegging van de arbeidsover-
arbeidsverhoudingen (hierna: BBA) voorafgegaan
eenkomst. Hierbij moeten gegevens en bescheiden
zijn door de verlening van een ontslagvergunning.
worden bijgevoegd, waaruit blijkt dat het ontslag
De werkgever kan op verschillende gronden een
gerechtvaardigd is. Het UWV geeft het dossier door
werknemer ontslaan, zoals op grond van persoon-
aan de Ontslagadviescommissie.1 Zij beslist namens
het UWV positief of negatief. In geval van een verlening van de vergunning is de werkgever niet verplicht de werknemer te ontslaan, maar hij moet wel overgaan op ontslag binnen acht weken na de verlening van
“De werkgever mag
de vergunning.2 In geval van ziekte van de werknemer of van ontslag van twintig of meer werknemers zijn er nog aanvullende regels van
niet zomaar mensen
toepassing. Verder zijn er ook gevallen waarvoor toestemming niet
aanwijzen die in
nodig is, namelijk ontslag op staande voet, ontslag in geval van failissement en ontslag in de proeftijd. Op grond van artikel 3:1 Ontslagbesluit volgt dat het ontslag redelijk moet zijn, anders volgt er geen toestemming om de overeenkomst op te zeggen.
aanmerking komen voor ontslag.”
Wanneer de werkgever een werknemer wil ontslaan op grond van bedrijfseconomische redenen heeft de werkgever drie mogelijkheden. Hij kan de overeenkomst eenzijdig opzeggen (mits in het bezit van de
ciële positie, de werkvermindering, de organisatorische verandering
eenkomst opzeggen met wederzijds goedvinden.3 Voor wat betreft de
of reorganisatie, technologische verandering, beëindiging van de
redelijkheid van de beëindiging geeft de wet geen omvattende regels
bedrijfsactiviteit, een bedrijfsverhuizing en vervallen van subsidie. Bij
over welke situatie het ontslag rechtvaardigt. Zoals eerder genoemd
de manier van aantonen moet gedacht worden aan het overleggen van
dient op grond van artikel 6 BBA voor de opzegging een ontslagver-
een opgave van aantal werkzame personen in het bedrijf, balansen,
gunning te zijn verleend. Bij ministriële regeling kunnen extra regels
rapporten, jaarcijfers en andere cijfermatige onderbouwing. Lang niet
worden gesteld.
altijd kan de werkgever aantonen, met uitzondering van bijvoorbeeld
De werkgever moet niet alleen aantonen dat de financiële noodzaak
het aantonen van verminderde vraag, dat er arbeidsplaatsen dienen
vaststaat, maar ook dat hij de ‘juiste’, maximaal twintig, werknemers
te vervallen. Echter moet hij wel aan kunnen tonen dat voor de doel-
naar het beginsel van de ‘afspiegeling’ heeft aangewezen voor ontslag
matige bedrijfsvoering het verval van arbeidsplaatsen het gevolg moet
en dat deze geen overplaatsing in het verschiet ligt.
zijn en dat het niet volgens de normale bedrijfsvoering opgelost kan
De vraag die nu naar boven komt is hoe je de noodzaak van het ontslag
worden. Dit moet gehonoreerd worden door het UWV of de kanton-
in verband met de bedrijfseconomische positie in kaart brengt en wie
rechter in geval van ontbinding, wil de werkgever overgaan tot actie.
er moet vertrekken binnen het bedrijf?
Daarbij kan de rechter niet altijd overgaan tot ontslag, omdat hij niet
JFV In Casu - maart 2010 -
artikel 7:685 BW de overeenkomst te ontbinden of hij kan de over-
27
vergunning), hij kan zich richten tot de kantonrechter om op grond van
altijd kan oordelen of in casu wel of niet is voldaan aan de redelijke
Bedrijfseconomische redenen
onderbouwing.6
Opmerkelijk is dat in 2008 van de 18318 ontslagvergunning maar liefst 64 procent was verleend op grond van bedrijfseconomische
Wie moet er weg?
redenen.4 Hieruit kun je concluderen dat het UWV of de rechter een
Ontslag is het laatste redmiddel. Voordat de werkgever overgaat tot
dergelijk verzoek vaak honoreert. Artikel 4:1 Ontslagbesluit vermeldt
ontslag, moet eerst gekeken worden of hij de werknemer na de reor-
dat in geval van redenen die voort komen uit bedrijfseconomische
ganisatie een functie kan aanbieden, die als passend kan worden
aard, de werkgever aannemelijk moet
beschouwd. Is dit niet mogelijk, dan zal
maken dat op grond hiervan één of meer
mogelijk het ontslag volgen.
arbeidsplaatsen dienen te vervallen. Wat
De werkgever mag niet zomaar mensen
onder bedrijfseconomische redenen wordt
aanwijzen die in aanmerking komen
verstaan, wordt uitgewerkt in de toelichting
voor ontslag. Dit gaat aan de hand van
van het Ontslagbesluit: ‘Deze categorie
het afspiegelingsbeginsel ex artikel 4:2
omvat bedrijfsorganisatorische redenen
Ontslagbesluit. Per bedrijfsvestiging en
evenals technologische wijzigingen in het
per categorie uitwisselbare functies zal de
productie-proces. Ingevolge artikel 4:1 is
leeftijdsopbouw voor en na de reorgani-
het voldoende dat de werkgever aanneme-
satie procentueel ongeveer gelijk moeten
lijk maakt dat een doelmatige bedrijfsvoe-
blijven. Met een uitwisselbare functie
ring het verval van de arbeidsplaatsen met
wordt bedoeld: een functie die naar aard,
zich mee brengt en dat personeelsverloop
inhoud, omstandigheden, functieniveau
of overplaatsing geen oplossing bieden.’5
en beloning gelijkwaardig wederkerig,
Essentieel bij het aantonen van het nood-
vergelijkbaar en gelijkwaardig7 is met
zakelijk schrappen van functies moet de
een andere functie. Het gaat dus niet om
werkgever aantonen dat de oorzaak ligt in
de vaardigheden en kwaliteiten, maar
één of meer van de volgende categoriën;
het gaat enkel om de vergelijking van de
de gegevens betreffende de slechte finan-
functies zelf.
@
mische redenen de werknemer moest ontslaan en dus, na een korte periode, niet zomaar op zoek kan gaan naar goedkopere arbeids-
“Wanneer de werkgever een werknemer wil
krachten via bijvoorbeeld het uitzendbureau. Uit recente rechtspraak blijkt dat uit art. 4.5 van het Ontslagbesluit moet worden verstaan dat niet alleen het in dienst nemen van werknemers wordt bedoeld maar ook vervanging door ‘goedkopere’ arbeidskrachten, zoals uitzend-
JFV In Casu - maart 2010 -
28
personeel en gedetacheerde krachten dan wel opdrachtnemers als
ontslaan op grond van
bedoeld in art 7:400 BW.8 In casu nam, binnen een aantal weken waarin dit was uitgesloten, de werkgever toch nieuwe ‘goedkopere’ werknemers aan ondanks de wederindiensttredingsvoorwaarde. De
bedrijfseconomische redenen heeft de
rechter concludeerde dat dit in strijd zou zijn met de bedoeling van de voorwaarde en dat maakte de opzegging van het dienstverband bij het ontslag vernietigbaar. Het ontslagrecht is zo geregeld dat de willekeur van de werkgever
werkgever drie mogelijkheden.”
niet of nauwelijks voorkomt bij ontslagen. Het anciëniteitsbeginsel in samenhang met het afspiegelingsbeginsel beschermt de, met name oudere, werknemer. Dit omdat zij in een ongunstige positie zullen bevinden op de arbeidsmarkt. Het bedrijf moet voor wat betreft ontslagen vanwege bedrijseconomische redenen duidelijk aantonen waarom het noodzakelijk is en heeft bij het aanwijzen van het personeel deels vrije keuze. @
Het personeel wordt ingedeeld in vijf leeftijdscategorieën, 15 tot 25 jaar, 25 tot 35 jaar, 35 tot 45 jaar, 45 tot 55 jaar en 55 jaar en ouder. Wanneer dit is gebeurd, komt de werknemer met het kortste dienstverband het eerst voor ontslag in aanmerking. Daarbij gelden er uitzonderingen voor werknemers met een onmisbare unieke functie of als het gaat om een werknemer met een zwakke arbeidsmarktpositie of als de werknemer bij een ander bedrijf gedetacheerd is en vervanging niet mogelijk is. In geval van een collectief ontslag is de werkgever in principe niet
1
Art. 6, vierde lid BBA jo. Art. 2:5 Ontslagbesluit.
2
Art. 2:7 Ontslagbesluit.
3
p. 634.
motieven er arbeidsplaatsen moeten vervallen. Een toestemming van de werknemersvereniging is dan voldoende.
C.L. van Middelkoop, ‘De redelijkheidstoets bij bedrijfseconomisch ontslag, Ars Aequi 2009 nr. 10,
verplicht om aannemelijk te maken dat op grond van de voorgenoemde 4
Directie Arbeidsverhoudingen, Ontslagstatistiek, jaarrapportage 2008, Ministerie van Sociale zaken en
Voor de werknemer
werkgelegenheid, mei 2009.
Wanneer een dergelijk verzoek wordt gehonoreerd en de werknemer
5
Staatscourant 1998, 238, p. 12.
wordt ontslagen, kan de werknemer zich ex artikel 4:5 Ontslagbesluit
6
Ktg. Leeuwarden, 16 juli 1993, praktijkgids 1993/3975.
aan een zogenaamde wederindiensttredingsvoorwaarde verbinden.
7
Deze voorwaarde geeft de werknemer een houvast om opnieuw in dienst te kunnen treden bij het bedrijf in betere tijden, echter wel naar maatstaven van de ‘gebruikelijke arbeidsvoorwaarden’. Voor de werkgever zou dit nadelig kunnen zijn, omdat deze vanwege bedrijfsecono-
J. van Dongelen & W.J.P.M. Fase & P.J.S. van den Boogaard & S.F.H. Jellinghaus, Ontslagrecht, Zutphen: Uitgeverij Paris, 2007, p. 110.
8
Vzr. Rb. Arnhem, 11 augustus 2009, LJN BJ8094.
45## /:
+F CFOU EFSEF PG WJFSEFKBBST SFDIUFOTUVEFOU FO KF IFCU BNCJUJF %BO TDISJKG KF KF JO WPPS EF WJKGEBBHTF .BTUFSDMBTT WBO UPU FO NFU NFJ PQ POT LBOUPPS JO /FX :PSL 8BOU EBBS QBL KF UJKEFOT XPSLTIPQT TBNFO NFU POT [BLFO BBO CJOOFO
FFO CSFFE TDBMB WBO SFDIUTHFCJFEFO FO MFFS KF PO[F JOUFSOBUJPOBMF SFDIUTQSBLUJKL CFUFS LFOOFO &O OBUVVSMJKL MBBU KF EF TUBE [FMG PPL OJFU MJOLT MJHHFO ,PSUPN OFU BMT WPSJH KBBS WJKG EBHFO ´XPSL IBSE QMBZ IBSEµ JO /FX :PSL 4DISJKG KF WPPS NBBSU JO WJB PO[F XFCTJUF XXX XFSLFOCJKTUJCCF OM
Column
Door Jorrit de Haan
Staatsloterij Met meedoen met de Staatsloterij kun je een hoop geld verdienen, bij de afgelopen oudejaarstrekking stond de teller op € 27,5 miljoen. Deze hoofdprijs is gewonnen door een groep van tien collega’s van een bedrijf uit Zeeland. Nu is dit hartstikke leuk voor ze, maar ik kan me ook voorstellen dat er een hoop gedonder van kan komen. Problemen die ik me kan inbeelden hebben te maken met de vraag hoe je bepaalt aan wie je uitkeert als er een groep mensen een prijs wint. Er is één iemand met het originele lot en het lijkt
Een hoop vragen over de Staatsloterij dus ik ben op
mij dat deze persoon in ieder geval recht heeft op
zoek gegaan naar antwoorden. Na twee keer bellen
uitkering. Je zou kunnen zeggen dat deze persoon
met de klantenservice krijg ik het hoofdkantoor aan
alleen het gehele bedrag krijgt en dat de groep
de lijn. De receptioniste weet mij te vertellen dat de
onderling het bedrag verdeelt. Maar dan gaat, terwijl
Staatsloterij uitkeert aan tien mensen als er tien
de prijs zelf belastingvrij is, een groot gedeelte van
hebben gewonnen, niet slechts aan diegene die het
het prijzengeld alsnog naar de Belastingsdienst
lot heeft. De meeste mensen die zij kent, ze mag
vanwege de belasting op schenkingen. Dit lijkt mij
zelf niet meespelen, kopiëren het lot waar ze samen
voor de Staatsloterij de optie waarbij zij het minste
mee spelen om onduidelijkheden te voorkomen. Op
risico lopen, maar op deze manier krijgt één persoon
mijn vraag of hier ooit gedonder van komt reageert
wel (te) veel macht.
ze lachend dat er in al de tijd dat ze bij de loterij werkt hier nog geen problemen van zijn gekomen.
Een andere optie is dat de Staatsloterij het geld zelf verdeelt onder de deelnemers. Er is op die manier
Een paar vragen zijn in ieder geval beantwoord, maar
geen schenkingsrecht verschuldigd en er ontstaat
ze raadt me aan om ze ook aan de persvoorlichter te
geen onenigheid tussen partijen. Maar ik zie voor
stellen. Ze zal hem vragen om mij terug te bellen.
de Belastingdienst en dus de rijkskas een groot
Zoals het een slecht voorlichter betaamt belt hij
nadeel. Als bijvoorbeeld ouders een grote geldprijs
natuurlijk niet terug en nadat ik zijn secretaresse
winnen, kunnen ze er voor kiezen om hun kinderen
me twee maal heb laten verzekeren dat hij die dag
als mededeelnemer aan te melden. Zo kunnen ze
toch écht zal terug bellen geef ik het maar op. Je
een gedeelte van de prijs in theorie gratis schenken
zou verwachten dat de Staatsloterij na alle slechte
aan hun kinderen. Dit gaat natuurlijk op voor elke
publiciteit van deze zomer1 iets aan zijn publieke
winnaar van de Staatsloterij die iemand wil laten
imago zou willen doen, maar daarvan is mij niets gebleken. @
delen in zijn of haar geluk. Verder lijkt mij nog dat er binnen de groep die samen mee speelt een geschil kan ontstaan. Hoe
1
Afgelopen zomer werd bekend dat de
bewijs je aan de Staatsloterij wie er deel uitmaken
directeur van de Staatsloterij iets meer
van de groep die mee speelt? Volgens het voorbeeld
dan € 400.000 per jaar verdient, ruim
van afgelopen oud en nieuw: stel dat één van de
boven de Balkenendenorm. Daarnaast
medewerkers van het bedrijf in Zeeland niet mee
ontstond er commotie over de garantie
wilde spelen. De overige tien collega’s winnen de
die zou zijn geboden dat de Jackpot
hoofdprijs. Wat gebeurt er als deze elfde collega
zou vallen. Toen deze viel betrof het
zich aanmeldt bij de Staatsloterij als één van de
een zogeheten 1/5de lot en dus werd
winnaars? Bij wie ligt het bewijsrecht en hoe stelt
ook maar 1/5de van de prijs uitgekeerd.
de Staatsloterij zich op bij een dergelijk geschil? Ik
Sindsdien heeft de Staatsloterij reclame-
kan me voorstellen dat zij liever geen partij worden
uitingen hieromtrent aangepast.
in een dergelijk geschil.
Student and the city
Student in a different city
Door Saskia Fikkers
De ‘Student and the city’ staat deze keer in het teken van studeren in het buitenland, ‘Student in a different city’ in dit geval. Een semester studeren in het buitenland is, net als stage lopen en actief zijn in verschillende commissies, iets wat goed staat op je cv en door toekomstige werkgevers erg gewaardeerd wordt. Maar als je studeren in het buitenland puur ziet als een mooie aanvulling op je commissiewerk ben je volgens mij verkeerd bezig: een periode in
De voorbereidingen voor een studieperiode in het
binnen twee weken voelde ik me al helemaal thuis
buitenland zijn niet zo ingewikkeld als ze lijken.
in Edinburgh. In het geval van Edinburgh moet je
Natuurlijk, je moet je op tijd aanmelden en het
daarvoor de eerste paar weken wel een paar flinke
is wel aan te raden om hiervoor wat research te
blaren en een dagelijkse regenbui voor lief nemen!
doen: in wat voor stad wil je graag wonen, welke
Het daadwerkelijke studeren in Edinburgh was
talen moet je spreken, welke vakken kun je kiezen?
af en toe best pittig. Het Schotse recht is toch wel
Mijn ervaring is dat je een heel eind komt door
heel anders dan het Nederlandse recht, en je begint
verslagen van studenten te lezen die eerder weg
zonder enige voorkennis. Daarnaast heb ik de
zijn geweest en door websites van universiteiten te
indruk gekregen dat de rechtenstudie in Schotland
bezoeken. Daarnaast moet je natuurlijk zorgen dat
serieuzer wordt genomen dan bij ons: als je vertelt
je goed weet te motiveren waarom je een periode
dat je rechten studeert wordt je bewonderend
weg wilt: voor sommige universiteiten is er meer
aangekeken, waar in Nederland automatisch wordt
vraag dan aanbod, en waarom zou jij er dan juist
aangenomen dat je wel niet zal weten wat je met je
moeten studeren? Een periode in het buitenland
toekomst aan wilt. Best een welkome verandering!
is natuurlijk een subjectieve ervaring en iedereen zal deze periode anders beleven. Maar als er een
Wat mijn tijd in Edinburgh vooral zo mooi heeft
ding juist zo leuk is aan een periode in een ander
gemaakt is het contact met studenten van over de
land wonen, dan is dat het feit dat je zoveel nieuwe
hele wereld. Vanaf de eerste week was er al een
dingen meemaakt en nieuwe mensen ontmoet, dat
grote groep internationale studenten in Edinburgh
het bijna onmogelijk is om het niet naar je zin te
waarvan iedereen op zoek is naar nieuwe vrienden
hebben.
om een zo leuk mogelijke tijd te hebben. Het is te vergelijken met als eerstejaars verhuizen naar
Ik heb zelf een semester gestudeerd aan de
Groningen, maar dan op dubbele snelheid: het ene
University of Edinburgh in Schotland. Ik koos
moment verdwaal je nog op weg naar huis maar het
voor Edinburgh omdat ik wilde studeren aan een
volgende moment sta je in een pub met een pint en
Engelstalige universiteit en wilde wonen in een
lijkt het alsof je nooit anders gedaan hebt.
mooie en gezellige stad. Maar het bleef natuurlijk
Ik hoop in dit artikel iedereen ervan overtuigd te
een wild guess; je weet van tevoren nooit hoe het je
hebben om een semester in het buitenland te gaan
daadwerkelijk zal bevallen. En toegegeven, toen ik
studeren: hoe cliché het ook klinkt, je hebt niets
op Schiphol afscheid moest nemen van mijn familie
te verliezen en zoveel te winnen! Er gaat natuurlijk
en vrienden en ik het vliegtuig instapte zonder een
niets boven Groningen, maar het kan geen kwaad
kamer of zelfs maar een bekende in Edinburgh,
om je horizon wat te verbreden. En waarom zou je dat niet doen als je de kans krijgt? @
stond het huilen mij nader dan het lachen. Maar binnen een week had ik een kamer gevonden en
JFV In Casu - maart 2010 -
waar je je leven lang mooie herinneringen aan zult hebben.
31
het buitenland betekent vooral een enorm leuke tijd en een ervaring
Personae
Door Leonie Ettema
Mr. W.J.M. Davids Ondanks dat de naam Willibrord Davids regelmatig in de media opduikt, zullen velen hem in eerste instantie niet herkennen. Aangezien hij tot dusverre echter een indrukwekkende loopbaan heeft afgelegd, is het de hoogste tijd om mr. W.J.M. Davids eens onder de loep te nemen. Willibrord Jacob Maria Davids werd op 17 oktober
hij. De boeken en tijdschriftartikelen die mr.
1938 geboren in Rotterdam als tweede in een
Davids op zijn naam heeft staan, bestrijken met
katholiek gezin met zes kinderen. Hij is Neder-
name het grensgebied van het privaatrecht met het
lands recht en Notarieel recht gaan studeren aan
strafrecht of het belastingrecht. Verder is hij sinds
de Katholieke Universiteit Nijmegen. Nadat hij in
begin 2009 voorzitter van de Restitutiecommissie
1965 als kandidaat-notaris aan de slag is gegaan in
die advies geeft over de teruggave van tijdens de
Hilversum en op Curaçao, kwam hij naar Groningen
Tweede Wereldoorlog geroofd kunstbezit.
om dat beroep ook hier uit te oefenen. Dit heeft hij tot 1975 gedaan, waarna Davids de stad nog niet
Vlak na het begin van dit voorzitterschap bleek
heeft verlaten. In dat jaar is hij namelijk als weten-
Davids nog even gewild als altijd. Om alle stampij
schappelijk hoofddocent van de notariële vakken
rond de missie in Irak te doen afnemen, heeft het
aangenomen aan de Rijksuniversiteit Groningen.
kabinet besloten tot het instellen van een onderzoekscommissie. Deze onafhankelijke commissie
Vijf jaar later, in 1980, heeft mr. Davids een andere
heeft onderzoek gedaan naar de voorbereiding en
‘tak van sport’ opgezocht. Hij liet het notariaat
besluitvorming over de politieke steun van Neder-
achter zich en is in de Rechtbank Assen als rechter
land aan de inval in Irak.1 Davids werd gevraagd
aan het werk gegaan. In 1984 is hij bij deze zelfde
de rol van voorzitter op zich te nemen, met welk
rechtbank benoemd tot vice-president. Na deze
verzoek hij heeft ingestemd. Vervolgens heeft hij de
functie twee jaar te hebben uitgeoefend, besloot
vrijheid gehad om de overige commissieleden zelf
hij het hogerop te zoeken: in 1986 werd mr. Davids
uit te kiezen. Eén van de belangrijkste taken van
benoemd tot raadsheer in de Hoge Raad en in 1998
de onderzoekscommissie was het onder ede horen
eveneens tot vice-president. Tot slot komt hij toe
van de bij de besluitvorming rond Irak betrokken
aan de functie waar de meeste mensen hem van
personen. Een opvallend detail is dat de commissie
zullen kennen. Met ingang van mei 2004 werd
bij de uitoefening van deze en andere taken onder
hij benoemd tot president van de Hoge Raad der
andere gebruik maakte van een dossier, bestaande
Nederlanden. Op 70-jarige leeftijd is hem in 2008
uit de resultaten van onderzoeken die verricht zijn
eervol ontslag verleend.
door diverse omroepen, dag- en weekbladen. Op
Alsof dit alles nog niet indrukwekkend genoeg was,
12 januari van dit jaar werden de resultaten van
deed en doet mr. Davids nog talloze andere dingen.
het onderzoek aan de betrokken ministers aange-
Zo maakt hij deel uit van het Comité van Aanbe-
boden.
veling van onze eigen Juridische Faculteitsvereniging te Groningen,
Al met al heeft mr. W.J.M. Davids een indrukwek-
was hij voorzitter van
kend curriculum vitae met bezigheden welke
diverse
verspreid door heel Nederland zijn verricht. Een naam dus die onthouden mag worden. @
instellingen
op het terrein van jeugd- en daklozenzorg en publiceerde
1
<www.onderzoekscommissie-irak. nl> onder ‘Commissie van onderzoek besluitvorming Irak’.
mr. W.J.M. Davids
www.kienhuishoving.nl
Hubertusbar KienhuisHoving
J E S T U D E N T E N T I J D V E R L AT E N K O S T M O E I T E . WIJ HEBBEN DAAR BEGRIP VOOR.
BIJ ONS KRIJGT TALENT ALLE RUIMTE.
ENSCHEDE - OLDENZAAL
PAN THEON 25 POSTBUS 109 7500 AC ENSCHEDE TEL. (053) 480 42 00
Go East!
Herbesproken
Door Paula Kemp
Verruiming van de wegen die leiden naar bestuurdersaansprakelijkheid Ondernemingen en hun bestuurders en commissarissen hebben te maken met verschillende soorten aansprakelijkheid. De zogenaamde interne aansprakelijkheid is de aansprakelijkheid van bestuurders tegenover de ondernemingen die zij besturen. Bestuurders en commissarissen zijn gehouden hun taak behoorlijk te vervullen. Doen zij dat niet, dan lopen zij het risico door de onderneming zelf aansprakelijk te worden gesteld voor de schade die zij hebben veroorzaakt door onbehoorlijk te handelen. De tweede soort aansprakelijkheid wordt externe aansprakelijkheid genoemd. Bij externe aansprakelijkheid gaat het om de aansprakelijkheid van bestuurders tegenover de verschillende buitenstaanders bij een onderneming.1 In het Beklamel-arrest heeft de Hoge Raad in 1989 reeds een norm aangelegd voor de externe bestuurdersaansprakelijkheid.2 Deze Beklamel-norm is in een recent arrest door de Hoge Raad verbreed.3
Beklamel-arrest
Beklamel-maatstaf
Een bestuurder van een rechtspersoon (zoals de nv
Hoewel bestuurders in beginsel niet aansprakelijk
en de bv) kan aansprakelijk zijn indien hij namens
zijn voor de schade die een individuele crediteur
de vennootschap een overeenkomst sluit, terwijl
lijdt ten gevolge van de wanprestatie (en mogelijke
hij weet of behoort te weten dat de vennootschap
insolventie) van de rechtspersoon, bestaan hierop
die overeenkomst niet kan nakomen. Deze regel
belangrijke uitzonderingen. In het arrest Beklamel is
heet de ‘Beklamel-norm’, genoemd naar een
beslist dat een bestuurder aansprakelijk kan zijn uit
uitspraak uit 1989 van ons hoogste rechtscollege,
onrechtmatige daad, wanneer hij de rechtspersoon
de Hoge Raad, waarin de regel voor het eerst werd
een overeenkomst laat sluiten met een derde terwijl
geformuleerd. In die zaak had de directeur van
hij weet of redelijkerwijs behoort te begrijpen dat
Beklamel bv een overeenkomst gesloten met een
de rechtspersoon niet (tijdig) zal kunnen nakomen
leverancier van veevoeder, terwijl hij redelijkerwijze
en geen verhaal zal bieden voor de schade die de
kon weten dat Beklamel nooit de koopsom zou
derde ten gevolge van de wanprestatie lijdt.5 In
kunnen voldoen en bovendien geen verhaal zou
het arrest New Holland Belgium is deze maatstaf
kunnen bieden voor de schade die de leverancier
verduidelijkt. Wanneer aan voormelde criteria
zou lijden. Korte tijd later ging Beklamel dan ook
is voldaan, moet worden aangenomen dat de
failliet. De gedupeerde leverancier heeft vervolgens
bestuurder zodanig verwijtbaar heeft gehandeld,
de directeur aansprakelijk gesteld voor de schade
dat hij aansprakelijk is, behoudens door hem
(de niet-betaalde koopsom) en heeft van de Hoge
te stellen, zijn optreden rechtvaardigende of
Raad gelijk gekregen.4
verontschuldigende omstandigheden.6 Daarbij geldt dat een bestuurder geacht wordt van de financiële @
situatie van de rechtspersoon zodanig op de hoogte te zijn, dat hij kan
Voorts stelt de Hoge Raad vast dat de bestuurder van Kloosterbrink
beoordelen of de rechtspersoon in staat is om nieuwe verplichtingen
wist of redelijkerwijze moest begrijpen, dat Kloosterbrink niet aan haar
na te komen. Beschikt de bestuurder niet over deze wetenschap,
verplichtingen tegenover de bank zou kunnen voldoen (het primaire
dan dient hij van het aangaan van overeenkomsten met belangrijke
toepassingsgebied voor het Beklamel-criterium).10
financiële consequenties af te zien.7 De aansprakelijkheid van de bestuurder onder deze maatstaf is verder uitgebreid in het arrest
Conclusie
Sobi/Hurks ten aanzien van de lopende verplichtingen.8 Wanneer
Zoals voormeld is de Beklamel-norm ontwikkeld voor gevallen
de bestuurder eenmaal weet of redelijkerwijs behoort te begrijpen
waarin een contractspartij van de vennootschap wordt gedupeerd:
dat de rechtspersoon zijn verplichtingen niet meer kan nakomen,
de vennootschap gaat verplichtingen aan op een moment dat de
is hij tevens gehouden om partijen waarmee is gecontracteerd en
bestuurder op grond van de financiële situatie van de vennootschap
die nog prestaties dienen te verrichten waar verplichtingen van de
wist, of als redelijk handelend bestuurder in elk geval moest begrijpen,
rechtspersoon tegenover staan, te waarschuwen dat de rechtspersoon
dat de vennootschap die niet zou kunnen nakomen. Doet dat scenario
niet langer in staat is te presteren dan wel surséance van betaling aan
zich voor, dan kan de gedupeerde contractspartij de bestuurder
te vragen.9
persoonlijk aanspreken op grond van onrechtmatige daad. Op 26 juni
door de door hem bestuurde vennootschap schulden te laten aangaan
de vennootschappen Kloosterbrink en Eurocommerce die samen
tegenover derden, maar ook als hij andere vennootschappen ertoe
een dochtervennootschap hebben opgericht waarvan zij ieder
beweegt een risico voor aansprakelijkheid tegenover een derde op
voor de helft aandeelhouder zijn. Op enig moment verzoekt de
zich te nemen, terwijl hij weet of behoort te begrijpen dat de door
dochtervennootschap aan de bank om de rekening-courantfaciliteit
hem bestuurde vennootschap haar verplichtingen – in dit geval een garantieverplichting – niet zou kunnen nakomen. 11 @
uit te breiden. De bank stemt hierin toe, onder andere op voorwaarde dat het risicodragend vermogen van de vennootschap in stand blijft. Er wordt een kapitaalinstandhoudings-verklaring (hierna: KIV) opgemaakt. De beide moedervennootschappen tekenen die mee en verklaren daarmee zo nodig stortingen in de vennootschap te zullen doen om zo het risicodragend kapitaal weer op het door de bank vereiste peil te brengen. Na verloop van tijd zijn die stortingen daadwerkelijk nodig. Geen van beide vennootschappen heeft echter aan de uit de KIV voortvloeiende verplichting jegens bank voldaan. Kloosterbrink niet omdat zij meende
1
<www.bestuurdersaansprakelijkheid.nl>.
en volgens haar mocht menen dat de verplichting geclausuleerd was
2
HR 6 oktober 1989, NJ 1990, 286.
(alleen gold voor het geval de resultaten bij de dochtermaatschappij
3
HR 26 juni 2009, NJ 2009, 418.
aan een eerder aan de bank overgelegde prognose zouden beant-
4
Nieuwsbrief van Till advocaten, jaargang 7, mei 2007.
woorden), hetgeen niet het geval was geweest. Eurocommerce niet
5
HR 6 oktober 1989, NJ 1990, 286. Vgl. art. 2:93 lid 3
6
HR 18 februari 2000, NJ 2000, 295. Daarmee is
en 2:203 lid 3 BW.
omdat partijen ‘samen zouden optrekken’ en Kloosterbrink haar deel niet voldeed en niet kon voldoen, bovendien meende daartoe
de Hoge Raad van Schilfgaarde gevolgd, zie zijn
ook niet verplicht te zijn, gelet op de zojuist genoemde clausule. De dochtermaatschappij is daarna op eigen verzoek failliet verklaard.
noot onder HR 20 november 1998, NJ 1999, 684
Daarop heeft de bank Eurocommerce aangesproken met als gevolg
(Wijsmuller).
dat Eurocommerce ruim euro 1.3 miljoen aan de bank heeft betaald.
7
HR 27 november 1998, NJ 1999, 148 (Veenbrink/
8
HR 21 december 2001, JOR 2002, 38.
9
Maanen, M.H.J. van, Positiebepaling van de Hoge
Baarsma). Zie met name r.o. 3.4.6.
Vervolgens heeft Eurocommerce Kloosterman en haar directeuren gedagvaard tot schadevergoeding.
Raad bij het ontwikkelen van maatstaven voor
De Beklamel-regel komt ter sprake bij de vraag of de bestuurder van Kloosterbrink, persoonlijk aansprakelijk is. Hierbij doet zich de
bestuurdersaansprakelijkheid, Vennootschap en
bijzonderheid voor dat de bestuurder door Eurocommerce aansprakelijk
Onderneming 2004, nr. 7/8, p. 121.
werd gehouden, niet wegens het aangaan van verplichtingen jegens
10 HR 26 juni 2009, LJN BI0468, r.o. 4.5.
Eurocommerce, maar in verband met handelingen die Eurocommerce
11
Bladel – Oltean, M. van, Onrechtmatige daad
ertoe brachten aan de bank een eigen KIV af te geven. De Hoge Raad
van de vennootschapsbestuurder,
oordeelt dat het hof de Beklamel-norm ook in het onderhavige geval
<http://www.wieringa-advocaten.nl/nlblawg.
terecht heeft toegepast. Daarbij de opmerking dat Eurocommerce
php?id=1569>.
ertoe is gebracht een risico voor aansprakelijkheid op zich te nemen dat wezenlijk groter was dan Eurocommerce wist of kon begrijpen.
JFV In Casu - maart 2010 -
maatstaf verruimd. Een bestuurder handelt dus niet alleen onrechtmatig
Het arrest van 26 juni 2009 van de Hoge Raad heeft betrekking op
35
2009 heeft de Hoge Raad de toepassing van de hierboven beschreven
Verruiming
Artikel 100 Grondwet,
In Casu Rogat
Door Stijn de Jong
parlementair controlemiddel of een schijnvertoning? Niets verhit de gemoederen binnen de Nederlandse politiek zo als een debat over het inzetten van ‘onze jongens’ in oorlogssituaties. Artikel 100 van de Grondwet (zie kader) regelt op dit moment de controle van het parlement over het inzetten van troepen, door de regering te verplichten vooraf de Staten-Generaal in te lichten. 14 december jongstleden werd er in de Tweede Kamer door ministers Maxime Verhagen (Buitenlandse Zaken), Eimert van Middelkoop (Defensie) en Guusje ter Horst (Binnenlandse Zaken) met het parlement gediscussieerd over een eventuele aanpassing van dit artikel. Verschillende fracties hebben laten weten dat zij het recht op inlichtingen te zwak vinden en graag een formeel instemmingsrecht zien voor het parlement als de Nederlandse krijgsmacht uitgezonden wordt, al dan niet in NAVO- of EU-verband. In deze In Casu Rogat leest u achtereenvolgens de visies van de heer C.A.J.M. Kortmann, emeritus hoogleraar staats- en bestuursrecht aan de Radboud Universiteit Nijmegen, en van de heer van Bommel, Tweede Kamerlid voor de SP. Artikel 100 Grondwet
Geschiedenis
De regering verstrekt de Staten-Generaal vooraf
In 1994 nam de Tweede Kamer een motie-Van Middelkoop
inlichtingen over de inzet of het ter beschikking
(de huidige minister van Defensie) aan, waarin de Kamer
stellen van de krijgsmacht ter handhaving of
de regering vroeg een regeling voor te bereiden krachtens
bevordering van de internationale rechtsorde.
welke de Kamer bij de uitzending van militaire eenheden
Daaronder is begrepen het vooraf verstrekken van
een formeel instemmingsrecht heeft. In diverse andere
inlichtingen over de inzet of het ter beschikking
staten is dit het geval. Ten behoeve van de genoemde
stellen van de krijgsmacht voor humanitaire
grondwetsherziening kwam de regering echter met een
hulpverlening in geval van gewapend conflict.
tekst die de regering verplicht vooraf aan de Kamers inlichtingen te verschaffen. Men zou verwacht hebben
Het eerste lid geldt niet, indien dwingende
dat de Kamer daarmee geen genoegen zou nemen, daar
redenen het vooraf verstrekken van inlichtingen
de tekst haar bepaald geen instemmingsrecht toekende.
verhinderen. In dat geval worden inlichtingen zo
Zij deed dat, inclusief Van Middelkoop, echter wel.
spoedig mogelijk verstrekt.
De laatste achttien jaar is het aantal militaire optredens in het buitenland spectaculair vergroot. In die periode is artikel 100 in de grondwet geïntroduceerd. Niet in alle
Artikel 100 Grondwet, 99% fout.
gevallen van een artikel 100-procedure zal de kwestie
Sinds 1983, jaar van een algehele grondwetsherziening,
zo beladen zijn dat van oorlogvoeren kan worden
is er nog heel wat aan de Grondwet gepeuterd. Zo
gesproken, maar in cruciale gevallen wel. Daarnaast zijn
werden in 2000 de bepalingen inzake de defensie
er ook beslissingen van de inzet van militairen die niet
‘gemoderniseerd’. Een van de resultaten ervan is artikel
onder artikel 100 worden gerekend of die krachtens de
100. Het artikel heeft een bijzondere geschiedenis en
grondwet helemaal niet hoeven te worden voorgelegd
kent een bijzondere toepassing. Daarover volgt nu het
aan het parlement, zoals Speciale Operaties. Ook die
een en ander.
gevallen gaan over het voeren van oorlog. Tegelijkertijd @
Harry van Bommel Nederlands en Engels, “Christelijke Lerarenopleiding” te Zwolle, 1982-1987. Politicologie, Universiteit van Amsterdam, van 1987 tot 1994. Beleidsmedewerker SP-fractie Tweede Kamer der Staten-Generaal, 1994-1998. Lid Tweede Kamer der Staten-Generaal, 1998-heden. Lid Parlementaire Assemblée van de NAVO, vanaf november 2006-heden. Ondervoorzitter vaste commissie voor Europese Zaken (Tweede Kamer), 2007-heden.
staat de nationale soevereiniteit onder druk als gevolg van de
Als men ziet over wat voor futiliteiten de Kamer zich kan opwinden,
oprichting van internationale troepenmachten die zo snel moeten
is moeilijk te begrijpen dat zij op dit punt niet meer op haar strepen
kunnen worden ingezet dat de normale parlementaire controle
stond en staat.
niet goed mogelijk is. Die situatie heeft zich in de praktijk nog niet voorgedaan, maar bij het beëindigen van de Koude Oorlog konden
C.A.J.M. Kortmann
we ons niet voorstellen dat in de periode tot 2009 de Nederlandse
Emeritus hoogleraar staats- en bestuusrecht aan de Radboud Univer-
luchtmacht een deel van Joegoslavië zou hebben gebombardeerd,
siteit Nijmegen.
De democratische legitimatie van oorlogsvoering
komende 18 jaar te wachten staat?
Half december 2009 debatteerde de Tweede Kamer over de rol van
Waarom? Omdat zij meende dat de bepaling haar wel een materieel
de Kamer in het geval van de inzet van Nederlandse militairen in het
instemmingsrecht zou verschaffen. Ik vrees dat de Kamer zichzelf voor
kader van internationale troepenmachten als de NATO Reaction Force
de gek hield. Want, ook al kan de Kamer vóór uitzending van militairen
(NRF) en de EU-battlegroups. De parlementaire commissie Van Baalen
daarover debatteren en door een of meer moties van haar opvatting
bepleitte een volledig instemmingsrecht voor de Kamer voordat de
doen blijken, een motie, afgezien van de motie van wantrouwen,
Nederlandse troepen worden ingezet. De SP is het daar mee eens.
bindt de regering juridisch niet. Kortom, er is hoogstens sprake van
Het debat is een volgende tussenstap in de eeuwenoude discussie
een ‘politiek instemmingsrecht’ van de Kamer, maar dat kan op allerlei
over het voeren van oorlog en de democratische legitimatie daarvan.
terreinen voorkomen. De Kamer kan immers over elk onderwerp vooraf
Het debat was ook nodig door de verdere arbeidsdeling tussen
inlichtingen vragen, en vervolgens laten weten wat zij van dit of dat
bondgenoten en het tijdelijk samenvoegen van krijgsmachtdelen. Wat
vindt.
is de invloed van een regering op de inzet van Nederlandse troepen in NAVO- of EU-verband? Wat is de invloed van de Staten-Generaal bij de
Toepassing
controle op en de legitimering van een dergelijke beslissing?
Lezing van artikel 100 doet vermoeden dat het van toepassing is als een van de omstandigheden, genoemd in het artikel zich voordoet.
Daarom is van het grootste belang dat het Nederlandse parlement
Dit is echter niet het geval. De regering nam in 2001 het standpunt
grote controle heeft over inzet van eigen troepen in oorlogen. De
in dat artikel 100 alleen van toepassing is in geval van vrijwillige
wijze waarop de regering vorm geeft aan de uitvoering van artikel 100
uitzending e.d. van militairen. Zodra er sprake is van een verplichting
is tot nu toe goed gebleken. De tegenstelling tussen de commissie
tot bijstand, zoals voortvloeiend uit bijvoorbeeld artikel 5 van het
en de regering spitste zich toe op het instemmingsrecht van de
Navo-verdrag zou de verplichting van artikel 100 niet gelden. De Kamer
Staten-Generaal. De regering heeft verschillende argumenten om te
heeft zich daarbij neergelegd, wat gezien de eerdere wens tot een
bestrijden dat dit recht bestaat. In eerste instantie lijkt het argument
formeel instemmingsrecht verrassend is. In ieder geval geven noch de
dat een dergelijk instemmingsrecht niet in overeenstemming is met
tekst van artikel 100, noch de geschiedenis ervan aanleiding tot het
de constitutionele, dualistische verhoudingen, zinnig en valide. Ook
regeringsstandpunt.
omdat invoering ervan zou leiden tot een ongewenste verstrengeling van verantwoordelijkheden tussen controlerende en besturende
Om de geringe betekenis van het artikel verder te adstrueren wijs ik er
macht.
op dat het volgens de wetsgeschiedenis alleen van toepassing is op door de regering reeds genomen besluiten. Dat standpunt, waartoe
Toch zijn naar het oordeel van de SP deze staatsrechtelijke argu-
de tekst van artikel 100 niet dwingt, heeft de regering nooit verlaten.
menten niet het hoofdargument van de regering. Dat is vooral om
Dat betekent dat de Kamer niet alleen juridisch maar zelfs politiek
te voorkomen dat de NAVO haar verplichtingen kan doorvoeren,
geconfronteerd wordt met moeilijk terug te draaien besluiten.
zonder een formeel recht van de Kamer dat als vertragende of zelfs tegenwerkende kracht zou kunnen werken. Om dat uit te sluiten is het
Slot
nodig het instemmingsrecht te formaliseren in de grondwet.
De geschiedenis en de toepassing van artikel 100 zijn een voorbeeld van hoe een parlement zich als een mak lam gedraagt. Uitzending
Harry van Bommel
van militairen is geen sinecure, er staan mensenlevens op het spel.
Tweede Kamerlid SP @
C.A.J.M. Kortmann Nederlands recht, Katholieke Universiteit Nijmegen, 1962 - 1967 Frans recht, Université de Poitiers (Frankrijk), 1967 - 1968 Lector Nederlands- en vergelijkend staatsrecht, Universiteit van Amsterdam, 1976 - 1980 Hoogleraar Nederlands- en vergelijkend staatsrecht, Universiteit van Amsterdam, 1980 - 1981 Hoogleraar staats- en bestuursrecht, Radboud Universiteit Nijmegen, 1981 - 2009 Voorzitter van de referendumcommissie bij het referendum over de Europese Grondwet, 2005 Lid Staatscommissie Grondwet, 2009-heden
JFV In Casu - maart 2010 -
we al jaren in Afghanistan zouden vechten. Dus wie weet wat ons in de
37
noch dat we steun aan een aanvalsoorlog op Irak zouden geven of dat
Geopend
maandag t/m vrijdag van 12.00 tot 14.0 0 uur
JFV Studiewinkel De JFV biedt je de mogelijkheid om bij de JFV Studiewinkel gedurende het hele jaar met 10% korting studieboeken te kopen. Daarnaast kun je hier terecht voor de aanschaf van uittreksels en collegeaantekeningen. Op de JFV Studiewinkel kan je je ook inschrijven als je nog geen lid bent van de JFV. Je ontvangt dan direct de ledenkorting. Daarnaast is er nuttige informatie te vinden met betrekking tot jouw verdere loopbaan in de JFV CarrièreBank.
JFV Studiewinkel Uurwerkersgang 8a - Geopend: maandag t/m vrijdag van 12.00 tot 14.00 uur Telefoon 050-3635783 - Fax: 050-3636947 - E-mail: jfv@jfvgroningen.nl - www.jfvgroningen.nl
Deze keer een interview met prof. mr. dr. Martha Roggenkamp en dr. Edwin Woerdman van het Groningen Centre of Energy Law. Samen staan zij aan het hoofd van dit nieuwe centrum binnen de Faculteit Rechtsgeleerdheid. Mevrouw Roggenkamp is daarnaast onder andere deeltijdhoogleraar Energierecht en werkzaam als adviseur Energierecht bij Brinkhof advocaten te Amsterdam. De heer Woerdman is tevens universitair hoofddocent rechtseconomie.
Groningen Centre of Energy Law Het Groningen Centre of Energy Law (hierna: GCEL)
39
Door Jorrit de Haan en Anneloes Schouten
Energierecht in de lift
is in 2007 opgericht om het energierecht binnen
JFV In Casu - maart 2010 -
Achter de deur van
de juridische faculteit een bredere basis te geven. Nadat Roggenkamp in 2005 werd benoemd als hoogleraar energierecht heeft Woerdman, die een proefschrift heeft geschreven over emissiehandel, prof. mr. dr. Martha Roggenkamp
direct contact met haar gezocht. Hieruit is een samenwerking ontstaan die geresulteerd heeft in de oprichting van het GCEL. Omdat energierecht een breed vakgebied is en zij meer deelspecialisten aan zich wilden binden, hebben ze binnen de faculteit gekeken wie zich direct of indirect bezig hielden met
CO2 afvang en opslag als eerste project
energierecht. Energierecht is een breed onderwerp
Het eerste grote onderzoek dat vanuit het GCEL is
en de personen die zich aan het centrum hebben
uitgevoerd, is een onderzoek naar de juridische
verbonden zijn collega’s van Europees, civiel- en
aspecten van de afvang en opslag van CO2, in het
bestuursrecht, ondernemingsrecht en fiscaalrecht.
Engels ‘Carbon Capture and Storage’ genoemd
Ook rechtseconomie
zijn
(hierna: CCS). De uitkomsten van dit onderzoek
vertegenwoordigd waardoor het mogelijk is om
zijn gebundeld in het boek ‘Legal Design of
verschillende en uiteenlopende aspecten van een
Carbon Capture and Storage: Developments in
energierechtelijk thema nader te onderzoeken.
the Netherlands from an International and EU
Uiteindelijk hebben zich zo’n 25 medewerkers aan
Perspective’ dat in november 2009 is uitgekomen.
het GCEL verbonden.
Dit onderzoek is voor de Faculteit Rechtsgeleerdheid
en
bestuurskunde
het eerste grote onderzoek geweest waarbij bijna ‘Energie’ is, naast ‘gezond oud worden’, sinds 1 à
alle vakgroepen zijn betrokken. Het boek bevat
2 jaar één van de speerpunten van de RuG. Waar
bijdragen van Anatole Boute, Jan Bouwman, Marcel
de RuG naar toe wil werken is dat bij het 400-jarig
Brus, Irene Burgers, Oscar Couwenberg, Kars de
bestaan van de universiteit, iedereen in de wereld
Graaf, Wilbert Grevers, Avelien Haan, Jan Jans,
weet dat ze voor Energie naar Groningen moeten.
Dick Lubach, Ko de Ridder, Martha Roggenkamp,
Naast het GCEL is er een onderzoeksgroep bij
Hans Vedder, Mark Wissink en Edwin Woerdman.
Wis- en Natuurkunde en inmiddels is ook een
Ieder van de auteurs behandelt een specifiek
onderzoekscentrum opgezet door de faculteiten
onderwerp binnen het hoofdthema van het boek.
Economie en Psychologie. In Groningen hebben we
Bij het uitvoeren van een dergelijk onderzoek
dus drie grote onderzoeksgroepen die zich bezig
is het belangrijk dat er tussen het werk van de
houden met Energie. Deze moeten uiteindelijk
verschillende auteurs een bepaalde cohesie
meer gaan samenwerken om met de hele
bestaat. Het was de taak van de eindredacteuren,
universiteit naar buiten te treden. Dat gebeurt via
Roggenkamp en Woerdman, om er voor te zorgen
het Energy Delta Research Centre (EDReC), dat al
dat er uiteindelijk een afgerond boek kon worden
het universitaire onderzoek naar energie bundelt.
gepresenteerd.
@
Groningen Centre of Energy Law
Wie is bij de opslag van CO2 aansprakelijk voor eventuele schade? Welk recht is van toepassing bij het transport van gas en elektriciteit over landsgrenzen? Wie is eigenaar van ondergrondse pijpleidingen en delfstoffen? Is de gratis uitgifte van emissierechten in strijd met het vervuiler-betaalt principe?
JFV In Casu - maart 2010 -
40
Dient er een apart rechtsregime te komen voor de ontwikkeling van windenergie op zee?
Hoe komt een dergelijk project tot stand? Eerst is, in overleg met
Juridische onzekerheden rond CO2 afvang en opslag
alle betrokkenen van het GCEL, een onderwerp voor het onderzoek
CCS is opgenomen in een Richtlijn van de EU, hiermee is een juridische
gekozen. Het onderwerp wordt ontleed; bij CCS is dit de afvang,
basis gegeven aan het proces van afvang, transport en opvang van
het transport en de opslag van CO2. Vervolgens worden de juridisch
CO2. Woerdman geeft zijn visie als rechtseconoom. Hij legt uit dat er
interessante aspecten vanuit verschillende disciplines onderzocht.
al op kleine schaal experimenteel onderzoek werd verricht met de
Dit gaat bijvoorbeeld over eventuele vergunningen die nodig zijn,
technieken van CCS. Omdat de doelstellingen voor het terugbrengen
de aansprakelijkheid voor wanneer het mis gaat en de opname
van CO2 niet makkelijk te halen waren, is het ondergronds opslaan
van CCS in het emmissiehandelsysteem. Roggenkamp en Woerd-
van CO2 een potentieel interessante optie. Omdat deze stap nog
man hebben met een inleidend en een concluderend stuk van het
niet juridisch was geregeld bestaat er een grote onzekerheid voor
boek een samenhangend en overzichtelijk geheel willen maken. Nu is
partijen die in een dergelijke nieuwe techniek willen investeren.
het afwachten wat boekbesprekers over het boek in de verschillende
De CCS Richtlijn biedt meer juridische zekerheid op basis waarvan
vaktijdschriften zullen schrijven.
investeren in deze nieuwe techniek makkelijker wordt. Toch zijn er nog steeds tal van juridische haken en ogen die investeringen in CCS
Het GCEL is niet de enige onderzoeksgroep in Europa die onderzoek
belemmeren.
heeft gedaan en doet naar de juridische aspecten van CCS in de EU, maar het is hen wel als eerste in
Roggenkamp geeft aan dat
Europa gelukt om een uitvoerig
de uiteindelijke doelstelling
en interdisciplinair onderzoek
vanuit de EU is dat wij naar
hierover te presenteren. Toch
een samenleving gaan die
is een dergelijk onderzoek
volledig onafhankelijk is van
opstarten en uitvoeren niet
fossiele brandstoffen, hetzij
altijd
door
zonder
moeite.
Het
energiebesparingen,
GCEL is als centrum aan de
hetzij
door
RuG verbonden maar toch
duurzame energie te benutten.
bronnen
met name een entiteit die
Zolang deze technieken nog
bestaat uit een groot aantal
niet beschikbaar zijn, maakt
verschillende medewerkers die
onze
vooral verplichtingen hebben
van
samenleving fossiele
van
gebruik
brandstoffen
aan hun eigen vakgroep en
en daarbij komt CO2 vrij. Er
ook daar onderzoek moeten
bestaat nog wel discussie over
verrichten. Het is daarom zaak om iedereen zo veel mogelijk
dr. Edwin Woerdman
de schadelijke effecten van CO2 maar over het algemeen
een onderwerp te geven dat ze kunnen koppelen aan hun eigen
wordt aangenomen dat de uitstoot hiervan zo veel mogelijk moet
onderzoek. Wat helpt is dat energie een onderwerp is dat veel in de
worden beperkt. Er bestaat al een emissiehandelrichtlijn die is
belangstelling staat. Er is vanuit het bedrijfsleven en de overheid
bedoeld om het gebruik van fossiele brandstoffen te beperken, maar
veel interesse voor het onderwerp waardoor het minder lastig is om
de uitstoot gaat niet snel genoeg naar beneden. Een mogelijke, zij
de ďŹ nanciĂŤle middelen te krijgen die nodig zijn om onderzoek te
het niet oneindig toepasbare, oplossing is om het teveel aan CO2 op
kunnen uitvoeren.
te slaan in de grond. Hierdoor wordt het klimaat in ieder geval niet
@
nóg zwaarder belast. De CCS Richtlijn is bedoeld om de periode te
eenmaal sprake van een CCS Richtlijn en daar gaan de onderzoekers
overbruggen die we nodig hebben om de technieken te ontwikkelen
van uit. Nu er een dergelijke Richtlijn is, moet deze geïmplementeerd
die CO2-uitstoot tot het verleden laten behoren.
worden en de juridische aspecten daarvan zijn onderzocht. Het boek behandeld wat er gedaan moet worden binnen het recht in Nederland
De Commissie is bij het opstellen van de Richtlijn erg voortvarend te
om CCS mogelijk te maken.
Energierecht onderwijs
Richtlijn geregeld. De lidstaten hebben ieder een eigen belang en elk
Roggenkamp merkt nog op dat het GCEL niet alleen aan onderzoek
land kan waar mogelijk de Richtlijn op een eigen manier invullen.
doet, maar ook onderwijs verzorgt. Voor de studenten geven ze het
Ook zijn er aspecten van CCS die niet in alle landen voorkomen.
vak Energierecht. Vanuit de praktijk is er veel behoefte aan kennis
Nederland bijvoorbeeld kent relatief veel gaswinningsgebieden,
over energierecht, mede omdat het een erg nieuw onderwerp is. Het
legt Roggenkamp uit. Nu is het zo dat wanneer een gasveld leeg is,
GCEL heeft in combinatie met vergelijkbare centra in Kopenhagen en
dat dan de installatie die gebruikt wordt voor de gaswinning moet
Oslo ook een internationaal onderwijsprogramma opgezet: het North
worden verwijderd. Maar deze installatie kan misschien later worden
Sea Energy Law Programme. En binnenkort wordt begonnen met
gebruikt om CO2 in de diepe ondergrond op te slaan. Deze situatie
een modulair onderwijsprogramma op diverse locaties in Nederland
bijvoorbeeld is niet geregeld in de Richtlijn CCS. Een ander probleem
voor mensen uit de praktijk. Advocaten, ambtenaren en anderen
zou bijvoorbeeld kunnen ontstaan wanneer lidstaten verschillende
die geïnteresseerd zijn kunnen verschillende modules volgen over
aansprakelijkheidsregimes gaan hanteren. Als, zeg, een emittent
diverse aspecten van het energierecht.
uit Duitsland vanwege een strikter aansprakelijkheidsregime in Nederland CO2 wil opslaan en er gebeurt een ongeluk of er ontstaat
Voor studenten die geïnteresseerd zijn in het bestuderen van het
een lek, dan zit Nederland met Duits CO2 dat wij in Nederland met
energierecht is misschien een geruststellende gedachte dat hiervoor
aan te kopen emissierechten moeten compenseren. Roggenkamp
niet veel technische kennis is vereist. Juristen kunnen aannemen
en Woerdman weten niet in hoeverre de Commissie deze problemen
dat bepaalde dingen technisch mogelijk zijn. Het GCEL heeft wel
heeft voorzien, want het is nog een erg nieuw onderwerp. Wel gaan
bepaalde mensen uit de praktijk waarop de onderzoekers kunnen
er volgens hen op termijn zeker aanpassingen plaatsvinden aan de
terugvallen. Technische kennis is niet vereist om het energierecht te
Richtlijn. Ze verwachten op bepaalde punten in een later stadium
kunnen bestuderen.
toch nog een verdergaande harmonisatie van de regelgeving. Bij de invoering en evaluatie van de Emissiehandelrichtlijn is dat ook zo
Toekomstige projecten
gegaan.
Roggenkamp en Woerdman zien een bloeiende toekomst voor onderzoek naar en onderwijs over energierecht binnen onze faculteit,
Publiek verzet tegen CO2 opslag
in samenwerking met publieke en private partners van buiten. Er
In Nederland speelt CCS in de publieke discussie ook een rol, nu
wordt nu nagedacht over het volgende Facultaire project. Er wordt
de overheid bekend heeft gemaakt dat er in Barendrecht een proef
onder meer gedacht aan energieopwekking door consumenten of
gaat plaatsvinden met de opslag van CO2 in een gebied onder een
het functioneren van het ‘unbundelde’1 energiebedrijf. Duidelijk is
woonwijk. Vanuit de bewoners van deze wijk zijn vele protesten
dat het Groningen Centre of Energy Law de wind in de zeilen heeft.
georganiseerd, maar de proef gaat toch door. Volgens Roggenkamp
De RuG heeft energieonderzoek tot speerpunt gebombardeerd. Het
is in Barendrecht de opslag van CO2 niet zozeer het probleem, maar
centrum zelf heeft in een paar jaar tijd maar liefst vier AIO’s en een
vooral de communicatie over een dergelijke proef. Er zijn drie grote
postdoc in de wacht weten te slepen – en er zijn er meer onderweg.
milieueffectonderzoeken gedaan en uit elk van deze onderzoeken is
We zullen dus nog veel van Roggenkamp en Woerdman gaan horen de komende jaren. @
gebleken dat de ondergrondse opslag van CO2 veilig is. Maar het is lastig om de bewoners te overtuigen van de veiligheid. Gas is veel gevaarlijker dan CO2, maar iedereen koopt gewoon huizen die op gasvelden zijn gebouwd. CO2 is minder schadelijk, maar omdat het nieuw is om het in de grond op te slaan zijn mensen er angstig voor.
1
Unbundling betekent letterlijk ontvlechting. In deze context betekent het de ontvlechting van het
In het boek kan geen uitspraak worden gevonden of CCS uiteindelijk
netwerkbedrijf van de energieleveranciers om de
een goed idee is of niet. Het is niet één van de doelstellingen van
concurrentie te bevorderen.
het boek om daar een wetenschappelijk oordeel te geven. Er is nu
JFV In Casu - maart 2010 -
Er zijn echter veel compromissen gesloten en niet alles wordt in de
41
werk gegaan, vindt Woerdman. De Richtlijn is snel tot stand gekomen.
Juridisch Actueel
Door Tetske Welling
Julio P.: overgeleverd aan zijn uitlevering? Uitlevering. Het is een fenomeen dat al verweven is in alle rechtsordes. Om deze reden is het op zich niet een actueel fenomeen, ware het niet dat de laatste tijd de naam Julio P. veel in de media opduikt. Julio P. is nog in afwachting op een beslissing op de kwestie of hij uitgeleverd zal worden om in een ander land berecht te worden. Een goed moment om stil te staan bij de kwesties omtrent uitlevering. Want wat houdt ‘uitlevering’ nou precies in? En hoe is dit fenomeen juridisch omkaderd? Dat en meer zal in dit artikel naar voren komen. Tevens wordt een redelijk nieuwe constructie, de ‘overlevering’, belicht.
Al een tijdje had Argentinië hem op het oog. Medio maart 2009 vaardigde het land een internationaal arrestatiebevel uit tegen de man waarvan men vermeent
“Nederland zal
dat hij een grote rol speelde in de doodsvluchten die in Argentinië uitgevoerd werden in de jaren ’70 en ’80 ten tijde van de militaire dictatuur van Jorge Videla.1 Julio P. heet hij en hij bleek inmiddels een piloot bij Transavia te zijn; hij woonde al jaren gelukkig met zijn vrouw en kinderen in Nederland. In september 2009 werd hij in Spanje gearresteerd, ironisch genoeg vlak voor de
de overlevering van Julio P. niet verzoeken: hij
laatste vlucht voor zijn pensioen. P. is dus in een ander land aangehouden dan waar hij het delict zou hebben gepleegd waarvan hij verdacht wordt. Wanneer hier sprake van is, treedt de kwestie
zal in Argentinië berecht worden.”
‘uitlevering’ ten tonele. Omdat Argentinië graag Julio P. wil berechten voor zijn misdaden, zal Spanje hem eerst moeten overdragen aan de Argentijnse autoriteiten. Nu wil het geval dat P. niet alleen de Argentijnse nationaliteit
gearresteerd in verband met een 31 jaar oud zedendelict.2
heeft, maar ook Nederlands staatsburger is. Nederland
Polanski werd al jaren gezocht door de justitie in de
en Argentinië zouden dus beide om zijn uitlevering
Verenigde Staten. Hij erkende destijds schuld, maar
kunnen vragen.
sloeg vervolgens op de vlucht. Sindsdien heeft hij geen voet meer gezet op Amerikaanse bodem. Hij kwam
En zo zijn er nog veel meer voorbeelden van misdadigers
zelfs niet in Groot-Brittannië, omdat hij bang was voor
die in een land gearresteerd worden op last van een
uitlevering aan de Verenigde Staten. Zwitserland heeft
ander land, om vervolgens uitgeleverd te worden en daar
echter ook een uitleveringsverdrag met de Verenigde
te worden berecht. Denk aan McKinnon, een beruchte
Staten. Eenmaal aangekomen op het Zwitserse vlieg-
hacker die in Groot-Brittannië werd gearresteerd en
veld werd hij – op verzoek van Amerika – meteen
waarvan de rechter in juli van dit jaar besliste dat hij
gearresteerd. Door de Verenigde Staten is inmiddels om
uitgeleverd zou worden aan de Verenigde Staten vanwege
zijn uitlevering gevraagd.
het hacken van computersystemen in het Pentagon. Of denk aan Demjanjuk, een van oorlogsmisdaden
Allemaal redelijk recente voorbeelden, maar dat is niet
verdachte man die in april in Amerika werd uitgeleverd
voor niets: per jaar worden er in Nederland alleen al ruim
aan Duitsland. Of bijvoorbeeld Polanski, een bekende
800 verzoeken om uitlevering behandeld. Nederland
Poolse filmmaker. Hij werd in september in Zwitserland
zelf laat ongeveer 175 verzoeken tot uitlevering uitgaan @
naar andere landen.3 Het gebeurt dus op grote schaal, maar wat houdt
toepasselijke buitenlandse wetgeving en in het van toepassing zijnde
‘uitlevering’ nu precies in? Hoe wordt het juridisch gelegitimeerd en -
verdrag geregeld. Verder kennen we diverse verdragen die Nederland
meer in het bijzonder - hoe wordt dit in Nederland geregeld?
met andere staten heeft gesloten om de uitlevering van personen te regelen. Ook op Europees niveau wordt veel geregeld omtrent de
Uitlevering
uitlevering. Zo is er bijvoorbeeld het Europees Uitleveringsverdrag,
Uitlevering is in essentie het overdragen van een vreemdeling door
gesloten in 1996, inzake uitlevering tussen de lidstaten van de
het land op wiens grondgebied hij zich bevindt, aan het land waar
Europese Unie en kennen we sinds kort de Overleveringswet uit 2004
deze verdacht wordt van – of veroordeeld is voor – een misdrijf. Een
op basis van het Europese aanhoudingsbevel, waarover later meer.10
land kan namelijk niet de verdachte persoon arresteren wanneer deze zich
Uitzonderingen
niet op hun grondgebied bevindt; er
In principe wordt er uitgeleverd wanneer
moet dan om uitlevering gevraagd
er geen bezwaren zijn tegen de uitlevering
worden aan het land waar hij zich
van een opgeëiste persoon. Echter, in
wel bevindt.4 Uitlevering geschiedt
sommige gevallen zijn er uitzonderingen
enkel op verzoek van een land.5
mogelijk waarbij uitlevering uitgesloten
Als je in Nederland opgepakt zou
is.
worden en een andere staat verzoekt om uitlevering, dan kan Nederland
Zo kan volgens artikel 8 UW geen uit-
je overdragen aan deze staat om
levering plaatsvinden wanneer in de
daar berecht te worden. Voordat je
verzoekende staat de doodstraf is gesteld
overgedragen wordt, onderzoekt een mogelijk is. Hierbij gaat het niet om de vraag of je schuldig bent of
worden, dan wordt hij niet uitgeleverd. Dit is tenzij er naar het oordeel
niet; daar gaat de buitenlandse rechter over.6 De rechtbank zal enkel
van de Minister van Justitie voldoende waarborgen zijn dat die straf
de toelaatbaarheid van de uitlevering onderzoeken. Het proces wordt
niet zal worden uitgevoerd, mocht de verdachte veroordeeld worden
in gang gebracht door een officier van justitie die de zaak toegewezen
(denk aan het gratierecht).11 In de opvolgende artikelen 9 t/m 11 UW
krijgt en aanhangig moet maken. De verdachte is de wederpartij
zijn nog meer uitzonderingen genoemd, bijvoorbeeld wanneer het feit
in de zaak en kan zich verweren tegen de uitlevering. Wanneer de
naar Nederlands recht verjaard is, of wanneer het gaat om een politiek
rechtbank geoordeeld heeft over het verzoek tot uitlevering, zal de
of militair delict. Ook een slechte gezondheid, ouderdom of juist
Minister van Justitie het verzoek inwilligen of afwijzen. Verklaart de
een zeer jonge leeftijd zijn gronden waarop uitlevering uitgesloten
rechter de uitlevering ontoelaatbaar, dan wijst de minister het verzoek
kan worden. In veel landen is het ook niet gebruikelijk dat er eigen
af. Verklaart de rechtbank de uitlevering echter ontoelaatbaar, dan
staatsburgers worden uitgeleverd. Daarnaast geldt het ne bis idem
kan de minister de uitlevering alsnog weigeren (mits daarvoor een
beginsel ook in veel verdragen: wanneer uitlevering wordt gevraagd
rechtsgrond in het verdrag staat).7
voor een delict waarvoor de opgeëiste persoon al eerder veroordeeld
JFV In Casu - maart 2010 -
wordt verzocht. Kan de opgeëiste persoon ter dood veroordeeld
43
op het feit ter zake waarvan uitlevering
Nederlandse rechtbank en de Minister van Justitie of de uitlevering
is, wordt uitlevering niet toegelaten, zoals blijkt uit een arrest van de Het gaat bij uitlevering dus om interstatelijke strafrechtelijke samen-
Hoge Raad.12
werking, geregeld door het internationale strafrecht. Er is geen regel in het volkenrecht dat uitlevering verplicht. Daarom worden tussen
Tevens is het wel eens voorgekomen dat gevraagd werd om uitlevering
staten onderling verdragen gesloten om een uitlevering mogelijk
in verband met een feit die niet in het uitleveringsverdrag genoemd
te maken, zogenaamde uitleveringsverdragen.8 Hierin wordt onder
staat. Dit was bijvoorbeeld het geval bij Willem Holleeder toen hij
andere geregeld voor welke misdrijven een vreemdeling uitgeleverd
in Frankrijk werd opgepakt en Nederland om zijn uitlevering vroeg.
kan worden, onder welke condities en hoe de uitlevering in zijn
Omdat het verdrag tussen Frankrijk en Nederland niet repte over het
werk zal moeten gaan. Wanneer er geen uitleveringverdrag is, ligt
delict dat hij gepleegd had (afpersing en vrijheidberoving), was dit
de uitlevering ietwat gecompliceerder. In het internationaal recht is
voldoende grond om hem niet uit te leveren.13
uitlevering namelijk niet verplicht wanneer er geen verdrag is. In zulke gevallen kan het land waar de verdachte gearresteerd is, weigeren
Van uitlevering naar overlevering
hem asiel te verlenen en hem uiteindelijk alsnog uitleveren.
In het kader van de Europese eenwording heeft de EU ook op het gebied van uitlevering harmonisatie voor ogen. Het doel van de Unie is
Wettelijke omkadering op nationaal en Europees niveau
immers om één ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid te
In artikel 2 van de Grondwet wordt ‘uitlevering’ genoemd en
creëren. Dat doel brengt met zich mee dat de klassieke strafrechtelijke
toegelaten, mits op grond van een verdrag. Verdere voorschriften
samenwerking tussen de lidstaten moet worden vervangen door
moeten bij wet worden gegeven. Nederland kent allereerst de
een voor elke lidstaat geldend systeem.14 In 2002 is daarom het
Uitleveringswet (verder: UW), welke in 1967 van kracht is gegaan. In
zogeheten Kaderbesluit Europees aanhoudingsbevel tot stand
artikel 1 van deze wet staat dat uitlevering de verwijdering van een
gekomen.15 Hiermee wordt de procedure rond de uitlevering binnen
persoon – verder in de UW aangeduid als de opgeëiste persoon – is
de Europese Unie vereenvoudigd. Nederland heeft dit Kaderbesluit
uit Nederland, met het doel hem ter beschikking te stellen aan de
geïmplementeerd door de Overleveringswet (verder: OW) van april
autoriteiten van een andere staat ten behoeve van hetzij een in die
2004.16 Ter zake van uitleveringen binnen de EU is deze wet van
staat tegen hem gericht strafrechtelijk onderzoek, hetzij de (verdere)
toepassing, terwijl voor de landen buiten de Unie nog steeds de
tenuitvoerlegging van een hem in die staat opgelegde straf.9 Het
Uitleveringswet geldt.
kan dus gaan om een vervolgingsuitlevering dan wel een executieuitlevering. De UW bestrijkt niet het geval van ‘inlevering’, dat een
Op veel gebieden komt de Overleveringswet met de Uitleveringwet
persoon uitgeleverd wordt aan Nederland. Deze materie wordt door de
overeen, zo zijn er veel dezelfde gronden waarop uitlevering wordt
@
geweigerd. Het grootste verschil met de Uitleveringswet is de snelheid
in een verdrag met de verzoekende staat is geregeld. En ook al
waarmee de overleveringsprocedures (moeten) worden afgehandeld.
is uitlevering in een verdrag geregeld, het kan toch zijn dat niet tot
Een uitlevering kan gemiddeld zo’n acht maanden duren, terwijl de
uitlevering overgegaan wordt omdat een van de uitzonderingsgronden
overlevering binnen maximaal 60 dagen moet geschieden.17 Daarnaast
van toepassing is. Op Europees niveau is het Kaderbesluit Europees
kan enkel overgeleverd worden op basis van de Overleveringswet
aanhoudingsbevel genomen om zo de uitlevering voor de lidstaten
wanneer het gaat om strafbare feiten waarop in het strafrecht van de
van de EU te harmoniseren en vereenvoudigen. Nederland heeft dit
uitgevaardigde staat een vrijheidsstraf van minstens een jaar is gezet,
kaderbesluit geïmplementeerd in de Overleveringswet, welke naast
artikel 2 OW. De eindbeslissing van de Minister van Justitie is niet
overeenkomsten ook grote verschillen toont met de Uitleveringswet.
meer vereist, er is een duidelijke termijn verbonden aan de procedure, de bepalingen bevatten vele waarborgen: uit de wet blijkt dat alles gericht is op een efficiëntere afwikkeling van de overlevering dan bij
Gebleken is van het nut van uitlevering, de moeilijkheden daaromtrent en de vragen die erover rijzen in het specifieke geval van Julio P. @
uitlevering het geval was.
De kwestie ‘Julio P.’ Na het lezen van bovenstaande zou men denken dat de uitlevering
1
van Julio P. gesneden koek is. Hij is gearresteerd in Spanje; Argentinië wil hem hebben; ‘gewoon’ uitleveren lijkt het devies. Er zit echter meer
2
achter. Zoals gezegd heeft P. niet enkel een Argentijnse, maar ook de Nederlandse nationaliteit. Beide landen kunnen dus om zijn uitlevering
3
44 JFV In Casu - maart 2010 -
<http://www.uitlevering.nl>, link naar ‘Archief’, dan naar ‘sterke toename uit- en overleveringen’.
4
is van mening dat hij beter in Argentinië berecht kan worden: daar zijn de misdaden immers gepleegd.
<http://www.nrc.nl/kunst/article2371068.ece/ Regisseur_Roman_Polanski_aangehouden>.
vragen. Nederland heeft echter geweigerd zijn uitlevering (in dit geval: overlevering op basis van de Overleveringswet) te verzoeken. De Staat
<http://www.nrc.nl/binnenland/article2366993.ece/ Julio_P._sprak_tegen_collegas_over_dodenvluchten>.
Prof. mr. P.H. Kooijmans, Internationaal publiekrecht in vogelvlucht, Deventer: Kluwer 2008, p. 64.
5
Van der Pot, Handboek van het Nederlandse staatsrecht, Deventer: Kluwer 2006, p. 252.
De vraag die rijst is waarom hij niet gewoon in Nederland is gearres-
6
<http://www.uitlevering.nl>.
teerd? Hier woonde hij en was hij immers werkzaam voor Transavia:
7
Van der Pot, Handboek van het Nederlandse
waarom de moeite doen om hem helemaal in Spanje op te pakken? Zou hij in Nederland zijn opgepakt, dan was uitlevering van hem
staatsrecht, Deventer: Kluwer 2006, p. 252. 8
aan Argentinië uitgesloten: wij leveren immers geen staatsburgers uit, artikel 4 lid 1 UW. Spanje daarentegen zou wel aan Argentinië
9
mogen uitleveren: Nederland wil dit ook. Julio P. echter wil wel graag
Kluwer 2002, p. 89. 10
kort geding heeft de landsadvocaat gesteld dat Nederland niet om zijn overlevering wil vragen. Hoewel er in Nederland wel een onderzoek
Van der Pot, Handboek van het Nederlandse staatsrecht, Deventer: Kluwer 2006, p. 250.
11
tegen P. loopt, kan hij, wanneer dat onderzoek strandt terwijl hij al
Van der Pot, Handboek van het Nederlandse staatsrecht, Deventer: Kluwer 2006, p. 251.
wel aan Nederland is uitgeleverd, niet meer in Argentinië worden
12
berecht.18 De voorzieningenrechter heeft op 18 december 2009 in het
13
voordeel van de landsadvocaat beslist: Nederland zal de overlevering van Julio P niet verzoeken.19 Hij zal in Argentinië berecht worden.
Mr. J.M. Sjöcrona en Mr. A.M.M. Orie, Internationaal strafrecht vanuit Nederlands perspectief, Deventer:
hier berecht worden. Hij heeft zelf een kort geding aangespannen om ervoor te zorgen dat Nederland om zijn overlevering zal vragen. In dit
Prof. mr. P.H. Kooijmans, Internationaal publiekrecht in vogelvlucht, Deventer: Kluwer 2008, p. 64.
HR 19 december 2000, LJN AA9374. F. Soeterman, de Hoornse taart en andere rechtsmonumentjes, Verse Hoeven 2000, p. 80.
14
E. van Sliedregt, J.M. Sjöcrona e.a., Handboek Internationaal Strafrecht: schets van het Europese
Conclusie
en Internationale strafrecht, Deventer: Kluwer 2008,
Julio P., Nederlands staatsburger, zit vast in Spanje. Hij wordt ervan verdacht oorlogsmisdaden in Argentinië gepleegd te hebben.
p. 142. 15
Argentinië wil hem dan ook maar wat graag berechten en heeft om zijn uitlevering gevraagd. Julio echter wil graag in Nederland berecht
16
worden; daar heeft hij recht op nu hij Nederlands staatsburger is. Hij heeft geen geluk. Onlangs is besloten dat Nederland niet om zijn
H.M. Cadenau, Het Europees aanhoudingsbevel: een update, Juridisch up to Date nr. 12, 11 juni 2009, p. 20. Van der Pot, Handboek van het Nederlandse staatsrecht, Deventer: Kluwer 2006, p. 250.
17
E. van Sliedregt, J.M. Sjöcrona e.a., Handboek
uitlevering hoeft te vragen. Hij zal dus, wanneer Spanje positief op het
Internationaal Strafrecht: schets van het Europese
uitleveringsverzoek beslist, in Argentinië zijn lot vinden.
en Internationale strafrecht, Deventer: Kluwer 2008, p. 152.
Naar aanleiding van alle media-aandacht rondom Julio P. en zijn
18
uitlevering is in dit artikel het fenomeen uitlevering verder onder de loep genomen. Gebleken is wat uitlevering precies inhoudt, namelijk het overdragen van een persoon aan een staat die daarom verzoekt, wegens het plegen van een misdrijf in die betreffende staat. De uitlevering is in Nederland in de Uitleveringswet geregeld, maar kan uitsluitend plaatsvinden wanneer de uitlevering tevens
<http://www.nrc.nl/binnenland/article2434660. ece/Staat_vraagt_niet_om_uitlevering_van_piloot_ Julio_P.>.
19
Rechtbank ’s-Gravenhage, 18-12-2009, LJN BK7001.
Overzicht
JFV Katern @ Voorwoord voorzitter JFV Groningen
JFV In Casu - maart 2010 -
45
@ Fotopagina
Juridische Faculteitsvereniging Groningen
@
JFV Katern
Kriebels De echte winter loopt ten einde en het voorjaar komt eraan. Laat de lentekriebels maar komen! De één vlucht nog even naar de bergen om daar op de lange latten naar beneden te suizen en te genieten van de zon op een terrasje. De ander sluit zich op in de Juridische bieb of z’n kamer om zich voor te bereiden op de studentenrechtbank. Voor je het weet is ook maart weer voorbij en hetzelfde geldt voor het collegejaar.
Met de tentamens in het verschiet worden we toch
begint op pagina 53. Hier kun je inhoudelijke bijdragen
geconfronteerd met het feit dat we nog wel even
vinden die toegespitst zijn op het thema van het aanko-
hebben. Wil jij je extra voorbereiden op je tentamen
mende Groninger Juristen Congres. Onder leiding van
door met een advocaat de stof door te nemen? Houd dan
dhr. Zondag, die op zal treden als dagvoorzitter, zullen
www.jfvgroningen.nl in de gaten voor informatie over de
de 23ste verschillende interessante sprekers ingaan op
tentamentrainingen die de commissie studiefaciliteiten
het thema. Na het plenaire gedeelte en een lunch zullen
heeft georganiseerd.
er in de middag twee workshoprondes zijn. Uiteraard is er een afsluitende borrel en krijg je de kans om te
De afgelopen periode is er weer een aantal activiteiten
dineren met andere deelnemers aan het congres.
de revue gepasseerd. Eind januari vonden de boekenmarkten plaats en op 1 februari het Juridisch Café en
Tot slot wens ik je veel succes met de tentamens. Ben je
de algemene ledenborrel. Hierover kun je lezen in het
daarna toe aan de nodige ontspanning? Uiteraard ben
Activiteitenoverzicht, dat hierna volgt. Over de Bedrijven-
je van harte uitgenodigd voor de algemene ledenborrel
en Instellingendag, de Almanakuitreiking en het Eerste-
op 12 april.
jaars- en Mastersymposium zal in de volgende In Casu verslag worden gedaan.
Namens het JFV Bestuur Marieke van der Veen
Inmiddels is ook het kandidaatsbestuur 2010-2011 bekend en is het mogelijk om te solliciteren voor een plekje in een van de commissies die de JFV rijk is. Lijkt het je leuk om actief lid te worden maar wil je nog wat extra informatie? Kom dan naar de Open Dag van de JFV op 17 maart 2010. De deadline voor het inleveren van het sollicitatieformulier, dat je kunt vinden op de website, is 2 april 2010. Je kunt het formulier inleveren bij het JFV Hok, Turftorenstraat 17, of e-mailen naar jfvbestuur@hotmail.com. Ook het activiteitenaanbod van de JFV gaat deze periode gewoon door. Op 7, 8 en 9 april zal een groep van dertig studenten in Den Haag verblijven. Tijdens deze excursie zal een bezoek worden gebracht aan tal van instanties. Wil je mee met deze excursie? Houd dan de site en de posterborden in de gaten voor de inschrijfdatum. Op 23 april 2010 zal in de Gasunie het Groninger Juristen Congres plaatsvinden. Het congres zal in het teken staan van een arbeidsrechtelijk thema: ‘The key to privacy’, waarbij het privacyrecht op de werkvloer centraal staat. In deze In Casu is een Congresbijlage opgenomen die
2ECHTBANKBEZOEK ,EEUWARDEN EERSTEJAARSCOMMISSIE
$EBATDAG
$EBATDAG
JFV In Casu - maart 2010 -
47
)30 BEKENDMAKINGSBORREL
"OEKENMARKT
*URIDISCH #AFm
-OOT #OURT
3OLLICITATIETRAININGENDAG
)30 BEKENDMAKINGSBORREL
(ALFJAARLIJKSE !LGEMENE ,EDENVERGADERING
3OLLICITATIETRAININGENDAG
3OLLICITATIETRAININGENDAG
3INTERKLAASVIERING
!LGEMENE LEDENBORREL
!LGEMENE LEDENBORREL
JFV In Casu - maart 2010 -
48
!LGEMENE LEDENBORREL
(ALFJAARLIJKSE !LGEMENE ,EDENVERGADERING *URIDISCH #AFm
!LGEMENE LEDENBORREL
!LGEMENE LEDENBORREL
-OOT #OURT
+ERSTDINER
JFV Katern
Activiteitenoverzicht ISP-bekendmakingsborrel Al weken zoemde het in het Groningse van de geruchten: vorig jaar Dubai, is dat nog te overtreffen? En waar dan naartoe? De commissie Internationaal Studieproject koos ervoor niet gelijk alles weg te geven en verscheen op de ISP-bekendmakingsborrel in bouwvakkers outfit. Middels een spetterend filmpje werd het dan toch uiteindelijk verrassend duidelijk: New York!!
het even kan: mensen al pratende overtuigen van jouw standpunt. Om dit te leren of verder te ontplooien, organiseert de JFV een Debatdag. Dit jaar had deze dag op 5 november het thema “De financiële kant van de rechtsbijstand: laat je recht spreken!” In de eerste uitgave van In Casu kon je artikelen lezen om je voor te bereiden op dit thema. Op de dag zelf werd in een plenair gedeelte dit thema verder uitgewerkt. Daarna kreeg je de kans om in verschillende workshops zelf aan de slag te gaan met de debatteren. Na een gezellig diner kon je vervolgens je kunsten vertonen in het einddebat. Frederik Bouwman kwam uiteindelijk als beste debater uit de bus.
JFV CarrièreBoard: Sollicitatietrainingendag Elke goede rechtenstudie kent een fase waarin je je gaat oriënteren op je toekomst. Dan kom je erachter dat er toch veel afhangt van het moment van solliciteren. Om de studenten hierin te ondersteunen is de Sollicitatietrainingendag, georganiseerd door JFV CarrièreBoard, al jaren een bekend fenomeen. Op deze dag kan je alle fijne kneepjes van het solliciteren leren in het thema “Je studie of je leven!” De dag in Martiniplaza was een groot succes, al was het maar door de vele cv’s die gecheckt zijn of het interessante forum waarin de vereisten voor een goed cv belicht zijn.
EBF/JFV Kerstgala Midden in de tentamenstress is daar elk jaar weer het EBF/JFV Kerstgala. Het zinnenprikkelende thema van dit jaar was “Luxuria Extravaganza, een lust voor het oog…” De avond in Huize Maas was erg geslaagd, onder meer door de klanken die Michel de Hey ten gehore bracht.
JFV In Casu - maart 2010 -
Een belangrijk onderdeel van je ontwikkeling als jurist is spreken in het openbaar en als
49
Debatdag
Halfjaarlijkse Algemene Ledenvergadering De Juridische Faculteitsvereniging Groningen houdt elk halfjaar een Algemene Ledenvergadering. Hier zijn alle leden welkom voor tekst en uitleg van het bestuur. In november was het hier weer tijd voor. In Café de Keyzer werden de halfjaarlijkse stukken toegelicht en was er tijd en ruimte voor opmerkingen.
Boekenmarkten Als service naar de studenten toe kan je bij de JFV boeken kopen met 10% korting. Dat scheelt je op jaarbasis nogal wat geld. Aan het begin van elk semester organiseren wij een boekenmarkt, waar je de bestelde boeken kan afhalen. In januari 2010 was de laatste boekenmarkt en hebben veel studenten weer al hun kennis ingeslagen voor de komende maanden.
Excursie Leeuwarden Tijdens je studie is het belangrijk dat je ook aan inhoudelijke activiteiten meedoet náást
50
je studie. Daarom organiseerde de eerstejaarscommissie een excursie naar de recht-
JFV In Casu - maart 2010 -
bank in Leeuwarden. Dit was leuk en vooral ook leerzaam, omdat de enthousiaste groep studenten de kans kreeg de rechtbank van boven tot beneden te leren kennen.
Excursie Moot Court Enkele keren per jaar organiseert de Excursiecommissie van de JFV uitstapjes voor de rechtenstudent. Dit keer kon je je inschrijven voor een excursie naar het Moot Court in Den Haag. Dit was een excursie voor buitenlandse studenten. Tijdens deze dag werden de rechtssystemen van een aantal landen onder de loep genomen.
Sinterklaas en borrel Begin december bracht de goedheiligman een bezoekje aan de JFV in Café De Keyzer. Hierna was het weer tijd voor de maandelijks algemene ledenborrel en kon je voor een zeer gereduceerde prijs een aantal studiebiertjes meepakken.
Juridisch Café Radicaal Reclasseren: rechtstreeks terug in de maatschappij. Alles over dit onderwerp kon je leren op het Juridisch Café in Café De Keyzer op 1 februari onder het genot van een borrel. Aansluitend vond de algemene ledenborrel plaats.
Overzicht
JFV CarrièreBoard Katern @ Voorwoord commissaris JFV CarrièreBoard
JFV In Casu - maart 2010 -
51
@ Recruitmentagenda
@
JFV CarrièreBoard Katern
Beste lezer, Het nieuwe semester is alweer een tijdje bezig en de hoorcolleges en werkgroepen worden natuurlijk weer trouw gevolgd. JFV CarrièreBoard heeft niet stilgezeten en er zijn weer verschillende activiteiten georganiseerd voor de derde- en vierdejaars studenten die zich graag willen oriënteren op de verschillende carrièremogelijkheden.
Afgelopen maand heeft JFV CarrièreBoard de jaar-
jou mogelijkheden zijn om mee te doen aan een
lijkse Bedrijven- en Instellingendag georganiseerd.
interessante Masterclass of Business Course. Als je
Op 19 februari 2010 kwamen 38 werkgevers uit het
de Wegwijzer nog niet in je bezit hebt, haal hem dan
hele land naar Martiniplaza om zich aan de Groningse
snel op in de JFV Studiewinkel!
rechtenstudent te presenteren. De dag begon met een plenair gedeelte alwaar drie sprekers waren
JFV CarrièreBoard heeft zelf ook nog een aantal
uitgenodigd om iets te vertellen over hun eigen
activiteiten op de agenda staan. Zo is het nog
carrière. Hierna begonnen de workshops waarin de
mogelijk om je op te geven voor de Legal English
studenten presentaties kregen van verschillende
Course die we kunnen aanbieden in samenwerking
kantoren, bedrijven of instellingen. Na een goede
met Linklaters. Deze course biedt jou als student
lunch was er ’s middags een banenmarkt waar de
een goede manier om alvast in contact te komen
student op een laagdrempelige manier in contact
met juridisch Engels. Als jij later wilt werken bij een
kon komen met vele verschillende kantoren. Na de
internationaal ingesteld kantoor zal je hier zeker
borrel kreeg iedereen een goed gevulde gadgettas
mee te maken krijgen. Er zullen drie middagen
mee naar huis en konden een aantal studenten
worden georganiseerd in Groningen, de vierde
nog deelnemen aan het kennismakingsdiner in
middag zal worden afgesloten in Amsterdam op
’t Feithhuis. De foto’s van deze dag staan vanzelf-
het kantoor van Linklaters. Op deze laatste dag
sprekend op de website!
zal je (mits je de course met goed gevolg hebt doorlopen) een certificaat uitgereikt krijgen tijdens
Ook heeft JFV CarrièreBoard tien skyboxkaarten
de kantoorborrel. De exacte data staan op de JFV
mogen vergeven voor een wedstrijd van FC
CarrièreBoard website. Meedoen is geheel gratis,
Groningen. Op zondag 7 maart kregen tien studenten
maar er is helaas maar een beperkt aantal plaatsen
de kans om met PlasBossinade kennis te maken en
beschikbaar. Mocht je graag mee willen doen, ga
vanuit hun skybox de wedstrijd FC Groningen – VVV
dan naar de website voor meer informatie en je
Venlo te bekijken. De heer Entzinger heeft ook als
inschrijving! www.jfvcarriereboard.nl
huisadvocaat van FC Groningen kunnen vertellen over verschillende zaken die PlasBossinade voor de
Tenslotte wil ik iedereen succes wensen met de
club heeft gedaan. We hopen dat iedereen het naar
colleges en de tentamens die er straks alweer
zijn zin heeft gehad en terugkijkt op een geslaagde
aankomen. Graag zie ik jullie terug op één van de
middag.
activiteiten!
Ook kantoren organiseren dit semester weer
Joost van Sloten
verschillende activiteiten waar je als derde- of
Commissaris JFV CarrièreBoard
vierdejaars student aan kan meedoen. Op deze dagen leer je een kantoor goed kennen en word je met de praktijk geconfronteerd. Al deze activiteiten kan je natuurlijk terugvinden op onze website, maar dit semester is er weer de JFV CarrièreBoard Wegwijzer samengesteld. Deze Wegwijzer is een handzaam boekje waarin je snel kan zien of er voor
Recruitmentagenda Semester 2 2009/2010 Datum
Deadline inschrijven
Meer informatie
Februari AKD Business Excellence Class Overheid & Onderneming
4 februari 2010
voor 4 januari 2010
www.werkenbijakd.nl
JFV Groningen Bedrijven- en Instellingendag
19 februari 2010
voor 14 februari 2010
www.jfvgroningen.nl/bid
Maart JFV CarrièreBoard i.s.m. PlasBossinade Plaatsen in de skybox van FC Groningen
7 maart 2010
n.v.t.
Allen & Overy Global Apollo Experience
8 maart 2010
zie website
www.werkenbijallenovery.nl
Trip Advocaten & Notarissen Trip Talentendag
12 maart 2010
26 februari 2010
www.triplaw.nl
NautaDutilh NautaDutilh Experience
25 maart 2010
Zie website
www.werkenbijnautadutilh.nl
April Holland Van Gijzen Masterclass New York
15 t/m 19 april 2010
19 februari 2010
www.hollandlaw.nl
NautaDutilh Masterclass
15,16 en 17 april 2010
1 maart 2010
Ministerie van Financiën Fiscale Masterclass
21 en 22 april 2010
Zie website
www.minfin.nl
AKD Greendays 2010
22 en 23 april 2010
1 april 2010
www.werkenbijakd.nl
Baker & McKenzie So You Think You Can Tax
22 en 23 april 2010
zie website
www.eenwereldbaanbijbaker.nl
JFV Groningen Groninger Juristen Congres
23 april 2010
zie website
www.jfvgroningen.nl/congres
verschillende data in maart, april en mei
Zie website
www.jfvgroningen.nl
Mei Clifford Chance Select Class 2010
4 t/m 7 mei 2010
voor 1 april
www.ontdekcliffordchance.nl
Freshfields Bruckhaus Deringer Corporate Law Course
6 en 7 mei 2010
voor 26 april
www.werkenbijfreshfields.nl
Stibbe STBB2NY
11 t/m 17 mei 2010
15 maart 2010
www.werkenbijstibbe.nl
NautaDutilh NautaDutilh Experience
27 mei 2010
zie website
www.werkenbijnautadutilh.nl
Juni Freshfields Bruckhaus Deringer Freshfields Connect
2010 / 2011
voor 7 juni 2010
www.werkenbijfreshfields.nl
Juli Loyens & Loeff Summer Course 2010
5 t/m 9 juli 2010
15 mei 2010
www.loyensloeffacademy.nl
JFV CarrièreBoard Legal English Course i.s.m. Linklaters
Voor de meest actuele lijst met activiteiten ga je naar www.jfvcarriereboard.nl!
JFV IN CASU - MAART 2010 -
53
Instantie / Activiteit
Wij bekennen kleur: Groen! Milieu en klimaat vinden wij belangrijk. Om die reden recyclen wij als drukkerij niet alleen al onze afvalstoffen, maar wij drukken en printen bijvoorbeeld ook op papier met het FSC-keurmerk. Bewust omgaan met drukwerk, zonder moeite? Kijk op www.occ-dehoog.nl/fsc
(ET KEURMERK VOOR VERANTWOORD BOSBEHEER #5 #/# Â&#x2C6; &OREST 3TEWARDSHIP #OUNCIL ! #
3T FTcTaX]V " #( % 2C >^bcTaW^dc ~ %! #&% $ ~ X]U^/^RR STW^^V ][
Overzicht
Congresbijlage: Inhoudelijke bijdragen @ Voorwoord @ Dirkzwager advocaten & notarissen @ Trip Advocaten & Notarissen
JFV In Casu - maart 2010 -
55
@ Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn
@
Voorwoord
De economische crisis is vandaag de dag nog steeds actueel. Om het hoofd boven water te kunnen houden is het, juist in tijden van economische malaise, belangrijk voor de werkgever om te kunnen rekenen op zijn werknemers. Hij mag erop vertrouwen dat het personeel zich tijdens het werk optimaal inzet en zich alleen met zaken bezig houdt die gerelateerd zijn aan het werk. Als werknemers ziek zijn, mag de werkgever ervan uit gaan dat zij ook echt niet in staat zijn om te werken en dat zij er alles aan doen om genezing te bespoedigen. Maar hoever mag de werkgever gaan in het controleren van zijn personeel?
Voor de controle op werknemers staan de werkgever
de Rijksuniversiteit Groningen, zullen verscheidene
uiteenlopende, soms diep op het persoonlijk leven
gerenommeerde sprekers, ieder vanuit het eigen werk-
van de werknemer ingrijpende, controlemiddelen ten
terrein, ingaan op het privacyrecht op de werkvloer.
dienste. Door voortschrijdende techniek worden deze
Na dit ochtendprogramma zullen, na een uitgebreide
mogelijkheden steeds groter.
lunch, de workshops van start gaan in het nabijgelegen
Hiertegenover staat het privébelang van de werknemer.
Martiniplaza. Verschillende terreinen van het privacy-
Het recht op privacy wordt in Nederland als een groot
recht zullen dan verder worden uitgediept. Na dit educa-
goed beschouwd en werknemers mogen er dan ook
tieve gedeelte zal de dag ontspannen worden afgesloten
vanuit gaan dat dit recht zowel binnen als buiten werk-
met een borrel en eventueel een diner in grand café
tijd door de werkgever gerespecteerd wordt.
&ZO.
Het zal geen verbazing wekken dat deze geschetste
Lijkt het je leuk om de theoretische rechtenstudie eens te
belangen dikwijls met elkaar botsen. Waar ligt de balans
combineren met een educatief en gezellig dagje praktijk,
tussen beide uitersten? Is een strikte scheiding tussen
houd dan vrijdag 23 april 2010 vrij in je agenda zodat je
werk en privé wel mogelijk en in welke omstandigheden
niets van deze dag hoeft te missen! Graag hopen wij jou
is een inbreuk op de privacy toegestaan? Mogen er
dan te mogen ontvangen.
bijvoorbeeld camera’s op de werkplek geplaatst worden om toezicht te houden op de werknemers? Heeft een
De volgende pagina’s in deze In Casu zijn gewijd aan
werkgever het recht om privé-emails te lezen? Mag de
het Groninger Juristen Congres en bevatten inhoudelijke
werkgever betekenis hechten aan het gedrag van werk-
stukken over het privacyrecht. Om alvast in de sfeer
nemers buiten werktijd?
te komen en voor een optimale voorbereiding op het congres, raad ik je dan ook aan om deze pagina’s eens
Deze tegenstelling van belangen is dit jaar het onder-
rustig door te lezen.
werp van het Groninger Juristen Congres van de JFV. Met het arbeidsrechtelijke thema ‘The key to privacy’
Met vriendelijke groet,
zal het privacyrecht op de werkvloer centraal staan. Een in onze ogen interessante, actuele problematiek
Namens de congrescommissie 2009-2010,
waarvan wij verwachten dat deze de rechtenstudenten zal aanspreken.
Wiecher van Lingen Voorzitter
Deze geheel verzorgde dag begint met een plenair gedeelte in het mooie gebouw van de Nederlandse Gasunie te Groningen. Onder leiding van dagvoorzitter prof. mr. dr. W.A. Zondag, hoogleraar Arbeidsrecht aan
werkzaam bij Dirkzwager advocaten & notarissen N.V. als advocaatstagiaire op de sectie Arbeidsrecht.
Privacy op de werkvloer: een interessant stukje (arbeids)recht Sinds september 2009 ben ik werkzaam als advocaatstagiaire bij Dirkzwager advocaten & notarissen N.V. op de sectie Arbeidsrecht in Arnhem. Tijdens een kantoorbezoek in maart 2009 raakte ik erg enthousiast over het kantoor en de sfeer die er hangt. Dit enthousiasme is er nog steeds. Op onze sectie hebben wij te maken met een levendige praktijk en een grote variëteit aan zaken en cliënten: van ontslagrecht tot medezeggenschapsrecht en van 57
Door mr. M. (Marieke) Botter,
werknemers tot grote multinationals. Ook verder is ons werk erg gevarieerd.
JFV In Casu - maart 2010 -
Inhoudelijke bijdrage
Ook de ‘privétisering’ op de werkplek kent haar grenzen
Zo voeren wij bijvoorbeeld besprekingen met cliënten, onderhandelen wij met advocaten van wederpartijen, pleiten wij op zittingen en adviseren wij bij belangrijke reorganisaties. Een onderwerp waar wij als sectie ook wel mee te maken hebben is het recht op privacy van werknemers op de werkvloer. Hierop zal ik in dit artikel verder ingaan.
Inleiding
te verrichten onder het gezag van de werkgever en hierbij
Binnen arbeidsverhoudingen is sprake van een zekere
diens aanwijzingen op te volgen. Met het betreden van
spanning tussen het recht van werknemers op privacy
de werkvloer levert de werknemer een deel van zijn
en het recht van de werkgever om gezag uit te oefenen.
aanspraken op respect voor zijn persoonlijke levens-
Het recht op privacy is niet terug te vinden in Titel 10
sfeer in. Deze beperking is echter niet oneindig.4
van Boek 7 van het Burgerlijk Wetboek, maar ligt verankerd in de Grondwet en Internationale verdragen. Het
Waar het gaat om het recht op privacy van werknemers
recht op privacy is in Nederland verder uitgewerkt in
op de werkvloer, kun je aan meer situaties denken dan
de Wet Bescherming Persoonsgegevens (verder Wbp).
alleen het onderhouden van privécontacten tijdens werk-
Uit jurisprudentie van het Europese Hof1 en de Hoge
tijd. Privacy komt op heel veel manieren aan de orde.
Raad2 vloeit voort dat het recht op privacy zich ook
Zonder uitputtend te willen zijn, zullen de volgende in de
uitstrekt tot de werkplek. In de lagere rechtspraak is
praktijk voorkomende onderwerpen algemeen worden
zelfs, zoals de kantonrechters te Haarlem en Amsterdam
belicht. Mag een werkgever de e-mail en het internet-
het verwoordden, een zekere ‘privétisering’ op de werk-
gebruik van zijn werknemers controleren? Mag een
plek waar te nemen; de grens tussen werk en privé
werkgever een blaastest afnemen bij werknemers om te
vervaagt enigszins. Een werkgever moet binnen zekere
controleren of zij alcohol gebruiken tijdens werktijd? Is
grenzen aanvaarden dat een werknemer onder werktijd
de werkgever bevoegd cameratoezicht op de werkplek in
privécontacten (bijvoorbeeld per e-mail) onderhoudt,
te stellen? En is een werknemer bevoegd om zijn eigen
waarvan hij de privacy dient te waarborgen.3
personeelsdossier in te zien?
Binnen een arbeidsverhouding geldt een zekere beper-
Controle e-mail en internetgebruik
king van grondrechten van werknemers.
Het is tegenwoordig bijna ondenkbaar dat binnen een
Tegenover het loon staat de verplichting werkzaamheden
organisatie geen gebruik wordt gemaakt van e-mail en
@
internet. Naast het zakelijk e-mail- en internetgebruik, moet een werk-
in haar vrije tijd. Ondanks dat er sprake was van een inbreuk op de
gever een bepaalde mate van niet-zakelijk e-mail- en internetgebruik
persoonlijke levenssfeer, stond niet ter discussie of deze drugstest
onder werktijd toestaan. Maar wel binnen grenzen: voortdurend surfen
ondergaan moest worden. De Hoge Raad overwoog dat een dergelijke
op marktplaats of het bezoeken van pornosites is niet de bedoeling
inbreuk gerechtvaardigd is indien de inbreuk makende handeling een
(laat staan websites met – zacht gezegd – minderjarigen, waarover
legitiem doel dient en is voldaan aan het noodzakelijkheidcriterium,
wij laatst een zaak hadden). Een werkgever is op grond van art. 7:660
het proportionaliteitscriterium en het subsidiariteitcriterium. De Hoge
BW bevoegd om gedragscodes en gebruiksregels op te stellen, waarin
Raad overwoog dat niet was vastgesteld dat het beleid van Hyatt erop
regels worden gegeven voor gebruik van e-mail- en internetfaciliteiten.
was gericht te onderzoeken wat haar werknemers in de privésfeer
Hij doet daar ook verstandig aan; blijkens jurisprudentie is misbruik
doen en daaraan consequenties te verbinden, maar dat dit gedrag wel
van internet en e-mail veel gemakkelijker te sanctioneren als daaraan
arbeidsrechtelijke gevolgen kan hebben. Ondanks de inbreuk werd
een reglement van de werkgever ten grondslag ligt. Een werkgever is
aan het belang van de werkgeefster bij het behoud van haar goede
eveneens bevoegd om maatregelen te nemen voor de controle op de
naam meer gewicht toegekend dan aan het belang van de werkneem-
naleving van de regels. Uit het goed werknemerschap vloeit onder
ster in haar vrije tijd cocaïne te kunnen gebruiken.
andere voort dat redelijke gedragsregels ten aanzien van het gebruik van e-mail en internet behoren te worden nageleefd.5
In een recente uitspraak van de Kantonrechter Alkmaar8 had een werk-
JFV In Casu - maart 2010 -
58
gever een aantal werknemers geschorst en gedegradeerd, omdat zij Een werkgever die wenst over te gaan tot controle van e-mail- en inter-
weigerden zich te onderwerpen aan een door de werkgever opgelegde
netgebruik van zijn werknemers zal dus vaak een gedragscode willen
urinetest en het ondertekenen van een nieuw alcohol- en drugsbeleid.
opstellen. Hierin zal de werkgever de doeleinden moeten bepalen
De werkgever wilde eveneens de bevoegdheid in het leven roepen om
waarvoor hij controle noodzakelijk acht. De maatregelen moeten in
te allen tijde de privébezittingen en hutten te mogen doorzoeken. De
een redelijke verhouding staan tot de belangen van de werknemer. Via
rechter beoordeelde dit als een inbreuk op de persoonlijke levens-
e-mail zal de werknemer immers niet alleen zakelijk communiceren,
sfeer van de werknemers. Nu het hier ging om werkzaamheden die
maar in sommige gevallen ook privézaken afhandelen. Eveneens zal
op een schip werden verricht, erkende de rechter de noodzaak van
de werknemer de ruimte moeten worden gelaten om zijn werkzaam-
een alcohol- en drugsbeleid. Nu er echter reeds sprake was van een
heden naar eigen inzicht te verrichten zonder dat zijn baas voortdu-
blaastest en er geen overleg was gepleegd met het personeel, de
rend over zijn schouder meekijkt. Continue controle op internet en
ondernemingsraad en sociale partners, werden de vorderingen van de
e-mail ( met name op de inhoud ervan) doet daaraan afbreuk. Indien
werknemers toegewezen.
er een ondernemingsraad is ingesteld, is instemming van de ondernemingsraad met de gedragscode vereist. Daarnaast moeten de
Een blaastest is dus zeker niet per se verboden. Of een werkgever zijn
werknemers van de regels kennis kunnen nemen. Op grond van de
werknemers kan verplichten een blaastest te doen, zal onder andere
belangenafweging moet de werkgever, als controle op naleving van de
afhangen van de aard van de werkzaamheden en de aanwezigheid
gedragscode daadwerkelijk nodig blijkt, het minst vergaande middel
van een (door de personeelsvertegenwoordiging/OR goedgekeurd)
voor controle kiezen.6
alcohol- en drugsbeleid.
Alcoholgebruik op het werk
Cameratoezicht op de werkplek
Recent hadden we op kantoor een zaak over een werknemer die alcohol
Kan een werkgever camera’s ophangen binnen zijn bedrijf? Het
gebruikte tijdens werktijd. Hij had hiervoor al eens een (ernstige)
antwoord op deze vraag is zowel bevestigend als ontkennend. Indien
schriftelijke berisping gekregen en na een klacht van klanten was de
een werkgever cameratoezicht wil inzetten binnen zijn bedrijf dient
maat voor de werkgever vol. Er werd een verzoekschrift ingediend tot
hij aan een aantal voorwaarden te voldoen, omdat de inbreuk op de
beëindiging van de arbeidsovereenkomst op grond van een dringende
privacy van de werknemers niet gering is.
reden. Soms kan alcoholmisbruik een grond opleveren voor ontslag op staande voet. Wel is vereist dat de werkgever de werknemer waar-
Indien een werkgever over wenst te gaan tot cameratoezicht, dient
schuwt voor de consequenties van zijn gedrag en dient hij de werk-
hij te beargumenteren waarom het bedrijfsbelang zwaarder weegt
nemer begeleiding en hulp aan te bieden om van zijn probleem af te
dan het privacybelang van de werknemers. De werkgever moet een
komen. De vraag in een dergelijke situatie is hoe je het alcoholgebruik
gerechtvaardigd belang hebben bij het inzetten van cameratoezicht.
van de werknemer als werkgever concreet kunt bewijzen. Een werk-
Het kan daarbij bijvoorbeeld gaan om beveiliging van eigendommen
nemer die alcohol nuttigt op zijn werk, zal dit meestal in alle toon-
of bescherming van de werknemers en klanten.9 Indien de werkgever
aarden ontkennen. Kun je als werkgever de werknemer dan verplichten
een gerechtvaardigd belang heeft om over te gaan tot cameratoe-
een blaastest te doen?
zicht, is het belangrijk dat hij aan zijn werknemers kenbaar maakt dat videocamera’s aanwezig zijn. Heimelijk cameratoezicht is straf-
In het Hyatt-arrest7 kwam het geval aan de orde waarin een werkneem-
baar op grond van art. 139f en 441b Sr. Bij vermoeden van strafbare
ster een drugstest moest ondergaan in het kader van het antidrugsbe-
feiten kan de werkgever ook heimelijk cameratoezicht inzetten, maar
leid van haar werkgever. Bij deze drugstest werden sporen van cocaïne
hierbij is wel vereist dat de werknemers en/of de ondernemingsraad
gevonden en de werkneemster werd op staande voet ontslagen. Het
vooraf in kennis zijn gesteld over de mogelijkheid om in het algemeen
twistpunt zat in het feit dat de werkneemster de cocaïne had gebruikt
verborgen camera’s in te zetten.10
@
Naast de werknemer hebben anderen slechts beperkt toegang tot het personeelsdossier. Het moet gaan om personen die een taak hebben die deze toegang rechtvaardigt, zoals de directe baas of het HRM-personeel. Aan anderen (zowel binnen als buiten de organisatie) kunnen slechts beperkt gegevens uit het personeelsdossier worden verstrekt. Dit kan bijvoorbeeld als er sprake is van een wettelijke verplichting (zoals op grond van fiscale wetgeving).
Conclusie Privacy dient zich in het arbeidsrecht op veel manieren aan. Een werknemer heeft op grond van de nationale en internationale regelgeving en jurisprudentie ook op de werkvloer recht op privacy. Maar niet onbeperkt. Een werkgever mag een controlebeleid voeren wat betreft e-mail en internetgebruik. Ook mag een werkgever onder bepaalde voorwaarden toezicht houden op zijn werknemers door middel van het plaatsen van een (verborgen) camera. Een werknemer is zelfs in
onder bepaalde voorwaarden. Het beginsel dat de werknemer op de Mr. M. (Marieke) Botter
werkplek recht heeft op privacy wordt hierbij altijd in het oog gehouden en blijft dan ook de hoofdregel.
In de praktijk doen werkgevers soms eerst aangifte bij de politie,
Op het JFV-congres van 23 april 2010, over privacy op de werkvloer,
waarna de politie in het kader van het onderzoek wellicht (een)
zullen deze onderwerpen ongetwijfeld verder uitgediept worden.
camera(’s) plaatst. Dat ontslaat een werkgever van de vereisten voor
Namens Dirkzwager en mijzelf wens ik je een uitstekend congres toe en misschien zien wij elkaar daar. @
cameratoezicht, maar heeft als nadeel dat de werkgever niet zeker is dat hij de beelden spoedig kan zien.
Inzage in eigen personeelsdossier Een werkgever houdt eigenlijk altijd een personeelsdossier bij van zijn werknemers, waarin persoonsgegevens (zoals de sollicitatiebrief en andere documenten uit de sollicitatieprocedure, beoordelingsgesprekken, waarschuwingen, verzuimgegevens, etc.) van de desbetref1
EHRM 16 december 1992, NJ 1993, 400 (Niemetz) en
lijk zijn voor het doel waarvoor het personeelsdossier is ingesteld. Niet
2
HR 27 april 2001, JAR 2001/95.
alleen is een werkgever verplicht werknemers te informeren over het
3
Ktr. Haarlem 16 juni 2000, JAR 2000/170 en Ktr.
4
J.H.J. Terstegge, Goed werken in netwerken. Regels
fende werknemer worden bewaard. De hoofdregel is dat alleen die
EHRM 25 juni 1997, NJ 1998, 506 (Halford).
gegevens in een personeelsdossier mogen voorkomen die noodzake-
Amsterdam 26 april 2000, JAR 2001/101.
gebruik van de persoonsgegevens voor verschillende doeleinden, een werknemer is ook bevoegd zelf inzage te krijgen in zijn personeels-
voor controle op e-mail en internetgebruik van
dossier. Zeker als bijvoorbeeld een ontslagprocedure wordt gestart,
werknemers Den Haag: 2002, p. 19.
hebben werknemers daar ter onderbouwing van hun zaak nog wel eens behoefte aan.
5
J.H.J. Terstegge, Goed werken in netwerken. Regels voor controle op e-mail en internetgebruik van werknemers Den Haag: 2002, p. 21.
Op grond van artikel 35 Wbp kan een werknemer met redelijke tussenpozen inzage vorderen in zijn personeelsdossier. Dit hangt ook samen
6
J.H.J. Terstegge, Goed werken in netwerken. Regels voor controle op e-mail en internetgebruik van
met het goed werkgeverschap van art. 7:611 BW. In principe heeft de
werknemers Den Haag: 2002, p. 41-42.
werknemer inzage in alle gegevens in het personeelsdossier. Een 7
Hoge Raad 14 september 2007, NJ 2008, 334.
om inzage in bepaalde gegevens te weigeren. Op grond van art 36 Wbp
8
Ktr. Alkmaar 29 oktober 2009, LJN BK7945.
kan de werknemer ook naar aanleiding van de inzage in het perso-
9
Informatieblad cameratoezicht nummer 3A, oktober
werkgever kan echter een (uitzonderlijk) zwaarwichtig belang hebben
neelsdossier de werkgever verzoeken de gegevens te verbeteren, aan
2007 (www.cbpweb.nl).
te vullen, te verwijderen of af te schermen. Dat kan als de gegevens
10 Ktr. Haarlem 24 mei 2006, NJF 2006/516, Ktr. Zwolle
die gebruikt worden door de organisatie feitelijk onjuist, onvolledig
11 november 2005, JAR 2005/280 en Hoge Raad
of niet ter zake dienend zijn voor het doel of de doeleinden van de
27 april 2001, NJ 2001/421.
“verwerking”.
JFV In Casu - maart 2010 -
test van zijn werkgever. Dit alles mag de werkgever echter slechts
59
bepaalde gevallen verplicht mee te werken aan een alcohol- of drugs-
²EJSL[XBHFS XFFU EBU LMFJOF MFUUFSUKFT WPPS NJK HSPUF HFWPMHFO LVOOFO IFCCFO ³ KJK PPL %JSL[XBHFS JT FFO WFFM[JKEJH MBOEFMJKL UPQ LBOUPPS NFU FFO LMJOLFOEF SFQVUBUJF FFO VJUTUFLFOEF PQMFJEJOH NPPJF DMJqOUFO FO VJUEBHFOEF PPL JOUFSOBUJPOBMF QSPKFDUFO 0OT LBOUPPS IFFGU WFTUJHJOHFO JO "SOIFN FO /JKNFHFO FO UFMU SVJN NFEFXFSLFST EJF [JDI UIVJT WPFMFO JO FFO QSPGFTTJPOFMF OVDIUFSF FO DPMMFHJBMF XFSLPNHFWJOH %JSL[XBHFS XFSLU PQ IPPH KVSJEJTDI OJWFBV WPPS HSPUF FO NJEEFMHSPUF CFESJKWFO PWFSIFEFO JOTUFMMJOHFO FO QBSUJDVMJFSFO NFU FFO GJKOHFWPFMJHF BOUFOOF WPPS EF QFSTPPOMJKLF BTQFDUFO WBO FFO [BBL WPPS EF NFOT BDIUFS EF DMJqOU +PVX QSPGFTTJPOBMJUFJU BNCJUJF TPDJBMF JOUFMMJHFOUJF nO HFWPFM WPPS LXBMJUFJU WJOEFO CJK POT EBO PPL FFO WSVDIUCBSF WPFEJOHTCPEFN
,JKL WPPS NFFS JOGPSNBUJF PWFS POT LBOUPPS PG BDUVFMF WBDBUVSFT FO PG TUVEFOUTUBHFT PQ XXX EJSL[XBHFS OM
XXX EJSL[XBHFS OM
Dirkzwager advocaten & notarissen
Inhoudelijke bijdrage
XYZ is de helft van (oud) ABC: een nieuwe hofformule voor vergoeding kennelijk onredelijk ontslag?
Door mr. P.W.H.M. Willems12
In de kennelijk onredelijk ontslagprocedure van artikel 7:681 BW en de ontbindingsprocedure van artikel 7:685 BW, kan de rechter aan de werknemer een vergoeding toekennen. Tot voor kort wezen de vijf gerechtshoven toepassing van de kantonrechtersformule in de kennelijk onredelijk ontslagprocedure unaniem van de hand.3 Het Hof ’s-Gravenhage heeft met de arresten van 14 oktober 20084 deze zienswijze doorbroken en daarmee een einde gemaakt aan de eensgezindheid tussen de hoven. Het (b)lijkt daarmee de weg te hebben vrijgemaakt voor verdere discussie over de wijze waarop 61
de vergoeding in de kennelijk onredelijk ontslagprocedure zou moeten JFV In Casu - maart 2010 -
worden vastgesteld. De laatste ontwikkeling in deze discussie vormen de arresten van de hoven Amsterdam, ’s-Hertogenbosch en Leeuwarden (als nevenzittingsplaats van Arnhem) van 7 juli 2009.5 Deze uitspraken zijn van belang in de discussie over de vraag of schadevergoeding bij kennelijk onredelijk ontslag volgens een vaste formule kan c.q. zou moeten worden begroot en of dit dezelfde formule kan zijn aan de hand waarvan de ontbindingsvergoeding door de kantonrechter wordt vastgesteld. De betreffende arresten zullen in deze bijdrage worden besproken, waarbij met name zal worden ingegaan op de eerste vraag. De ’14-oktober-arresten’ van het Hof ’s-Gravenhage
standpunt dat de kantonrechtersformule is geschreven
Daar waar in de lagere rechtspraak in het verleden wel
voor ontbindingsprocedures en niet voor de vaststelling
eens overwogen is dat de (enkele) opzegging zonder
van de schadevergoeding in het kader van een kenne-
vergoeding op basis van de kantonrechtersformule
lijk onredelijke opzegging. Met name het systematische
kennelijk onredelijk is6, namen de hoven tot voor kort
argument dat in de kennelijk onredelijk ontslagproce-
het standpunt in dat de Aanbevelingen van de Kring van
dure in de regel eerst een preventieve en repressieve
Kantonrechters geen rol kunnen spelen bij de bepaling
ontslagtoets plaatsvindt voordat de hoogte van een
van de kennelijke onredelijkheid of de hoogte van een
eventuele vergoeding kan worden bepaald, alsmede
vergoeding in dat verband. Direct gevolg van deze ziens-
het gegeven dat in de kennelijk onredelijk ontslagproce-
wijze was een hoge mate van onzekerheid en onduide-
dure meer ruimte is voor een uitvoerig feitenonderzoek,
lijkheid zowel over de vraag wanneer kennelijke onrede-
worden doorslaggevend geacht.8 Voorstanders stellen
lijkheid van de opzegging wordt aangenomen als over
dat er geen wezenlijk principieel verschil valt te bear-
de wijze waarop een eventuele vergoeding moet worden
gumenteren tussen de vergoeding van art. 7:681 BW en
berekend die de kennelijke onredelijkheid beoogt te
die van art. 7:685 BW. Onder hen Duk, die in 20089 de
compenseren. In de literatuur is dan ook herhaaldelijk
hoven heeft opgeroepen een hofformule op te stellen om
bepleit dat wat betreft de (berekening van de) vergoeding
daarmee een einde te maken aan alle onzekerheden.
ingeval van ontbinding en opzegging gelijkstelling zou
moeten plaatsvinden.7 Tegenstanders stellen zich op het
@
twee vragen die standaard bij een kennelijk onredelijk ontslagprocedure aan de orde komen – is het ontslag kennelijk onredelijk en zo ja, welke vergoeding moet worden toegekend? – terug te brengen tot één vraag: is er een vergoeding toegekend conform de gegeven formule? Zo nee, dan is het ontslag ‘veelal’ kennelijk onredelijk15. De door het Hof ’s-Gravenhage ontwikkelde formule voor het berekenen van kennelijk onredelijke opzeggingsvergoeding luidt: (A x B x C) x 0,7 = vergoeding ex. art. 7:681 BW16 Doordat volgens het Haagse Hof een opzegging ‘veelal’ kennelijk onredelijk is, tenzij de met de door hem vastgestelde formule te berekenen vergoeding is betaald, leidt de Haagse regel snel(ler) tot het aannemen van kennelijke onredelijkheid. Zoals Verhulp17 terecht signaleert, kan Mevrouw mr. P.W.H.M. Willems, advocaat bij Pels Rijcken & Droogleever Fortuijn N.V.
worden gezien. Daar staat evenwel tegenover dat de formule in ieder geval (voor het Haagse ressort) duidelijkheid schept. Het is daarbij
62 JFV In Casu - maart 2010 -
dit als nadeel van de door het Haagse Hof geformuleerde rekenregel
overigens niet zo dat het Hof met de 14 oktober-arresten een vaste Wellicht hierop vooruitlopend, heeft het Hof ’s-Gravenhage op 14
vergoeding heeft geïntroduceerd, integendeel. Genuanceerd gebruik
oktober 2008 een zevental arresten gewezen met daarin een stan-
van de C-factor en de korting van 30%18 op de uitkomst van de kanton-
daardoverweging ten aanzien van de kennelijke onredelijkheid.
rechtersformule, leiden ertoe dat de omstandigheden van het geval
Wees het hof toepassing van de kantonrechtersformule in kennelijk
steeds opnieuw hun invloed kunnen uitoefenen op de uiteindelijke
onredelijk ontslagzaken als gezegd voordien nog uitdrukkelijk van de
uitkomst van de formule van het Haagse Hof. Althans, tot op zekere
hand10, met genoemde arresten heeft het hof de kantonrechtersfor-
hoogte. Zo wordt in meerdere van de arresten door het hof overwogen
mule als uitgangspunt genomen voor de berekening van de vergoe-
dat de enkele opzegging van de arbeidsovereenkomst na een periode
ding bij kennelijk onredelijk ontslag, zij het met enkele aanpassingen.
van 104 weken arbeidsongeschiktheid, op zichzelf niet kennelijk onre-
Ter rechtvaardiging voor het toepassen van de kantonrechtersformule
delijk is (C=0).19 Dat kan volgens het hof anders zijn als er een verband
voert het hof aan dat ‘zowel in ontbindingsprocedures als in kenne-
is tussen de arbeidsongeschiktheid en de arbeidsomstandigheden of
lijk onredelijk ontslagzaken het gaat om een vergoeding met het oog
ingeval de werkgever tekortgeschoten is in zijn reïntegratieverplich-
op de gevolgen van het eindigen van de dienstbetrekking, waarbij de
tingen. Die laatste omstandigheid leidt in een aantal van de arresten
schade abstract berekend wordt’11 en dat de bestaande onzekerheid
tot een aanpassing van de C-factor.20 21 Bij bedrijfseconomische zaken
onwenselijk is. Met behulp van de C-factor in de kantonrechtersfor-
geldt volgens het Hof ’s-Gravenhage in beginsel een verplichting tot
mule zou rekening gehouden kunnen worden met alle voor de hoogte
het aanbieden van een vergoeding van C=1 (minus 30%), tenzij sprake
van de schadevergoeding relevante factoren. Indien geen sprake is
is van een door de werkgever met een representatieve vakorganisatie
van een kennelijk onredelijk ontslag, dient de C-factor op 0 te worden
overeengekomen sociaal plan of andere bijzondere omstandigheden
gezet.12
tot aanpassing nopen (zoals een slechte financiële situatie.22 Aldus lijkt het Hof onderscheid te maken tussen bedrijfseconomisch ontslag
Kern van de arresten vormt de overweging dat het opzeggen van
(‘C=1 tenzij’) en ontslag na langdurige arbeidsongeschiktheid (‘C=0
de arbeidsovereenkomst zonder dat tenminste een vergoeding is
tenzij bijkomende omstandigheden’), waarmee met name in de eerste
aangeboden berekend volgens de kantonrechtersformule vermin-
categorie van ontslagen minder ruimte lijkt te zijn voor alle omstan-
derd met 30%, niet altijd doch ‘veelal’ kennelijk onredelijk is. Met
digheden.23
andere woorden: het Haagse Hof gaat uit van het vermoeden dat een volgens de ‘ten tijde van het eindigen van de arbeidsovereenkomst
De ‘7 juli arresten’ van de hoven Amsterdam, ’s-Hertogenbosch en Leeuwarden
opzegging kennelijk onredelijk is wanneer niet tenminste 70% van de geldende kantonrechtersformule’13 te berekenen vergoeding is aange-
Na de arresten van het Hof ’s-Gravenhage, bleef enige tijd onduidelijk
boden. Ingeval zich dat vermoeden voordoet, dient de opzeggende
of andere hoven de Haagse regel zouden volgen en of de regel daarmee
werkgever de onredelijkheid weg te nemen door betaling van de door
de status van de door Duk gewenste hofformule zou verkrijgen. De
het hof kennelijk redelijk geachte vergoeding. Deze formule geldt
hoven ’s-Hertogenbosch, Arnhem en Leeuwarden wezen respectie-
uitdrukkelijk alleen voor zover het beroep is gefundeerd op het ‘gevol-
velijk kort voor en na de arresten van het Haagse Hof nog arresten
gencriterium’ van artikel 7:681 lid 2 sub b BW.14 In deze bepaling staat
waarin zij iedere toepassing van de kantonrechtersformule van de
opgenomen dat ten aanzien van de gevolgen voor de werknemer mede
hand wezen.24 Het Hof Leeuwarden wees op 14 oktober 2008 – dus
in aanmerking genomen moet(en) worden de eventuele ‘getroffen
dezelfde dag als waarop het Haagse hof arrest wees – toepassing van
voorziening(en)’ voor de werknemer. Het hof heeft daarbij gekozen
de kantonrechtersformule in kennelijk onredelijk ontslagzaken zelfs
voor hantering van één geïntegreerde toets van het ontslag door de
nog tot tweemaal toe van de hand.25 Dat de praktijk weerbarstiger kan @
zijn dan de regel, zien we in het ressort Amsterdam. Daar waar het Hof
Daarbij staat X in de formule voor het aantal gewogen dienstjaren.
Amsterdam toepassing van de kantonrechtersformule voor de bereke-
De hoven hebben voor de invulling hiervan aansluiting gezocht bij
ning van de kennelijk onredelijk ontslagvergoeding begin 2008 nog
de oude en niet de huidige, versoberde A-factor uit de kantonrech-
expliciet van de hand wees26, zocht een kantonrechter in hetzelfde
tersformule. Onduidelijk blijft waarom de hoven niet aansluiten bij
ressort later dat jaar (deels) aansluiting bij de formule van het Haagse
de huidige A-factor. Door ook bij ontslagen na 1 januari 2009 voor
Hof en nam daarmee wél reflexwerking aan.27
de kennelijk onredelijk ontslagtoets te blijven uitgaan van de oude kantonrechtersformule, blijken de ontbindingsvergoeding en de
Aan deze onduidelijkheid lijkt een einde te zijn gekomen met de
kennelijk onredelijk ontslagvergoeding naar elkaar toe te kruipen.
arresten van 7 juli 2009 van de gerechtshoven Amsterdam, ’s-Herto-
Ingeval van een werknemer tot 35 jaar, zijn met een neutrale C-factor
genbosch en Leeuwarden. In lijn met de jurisprudentie van de Hoge
in de huidige kantonrechtersformule en een standaard Z-factor Z=0,5
Raad herhalen de hoven de regel dat bij de beoordeling van de vraag
in de XYZ-formule, de ontbindingsvergoeding en de kennelijk onrede-
of de gevolgen van de opzegging te ernstig zijn in vergelijking met het
lijk ontslagvergoeding volgens XYZ zelfs even hoog. Voor deze cate-
belang van de werkgever bij de opzegging, de rechter alle omstandig-
gorie lijkt de ontbindingsprocedure voor werkgevers aantrekkelijker
heden van het geval ten tijde van het ontslag in onderlinge samen-
te worden nu daarin immers in beginsel geen mogelijkheid tot hoger
hang in aanmerking dient te nemen. De vraag of zij de ‘kennelijk
beroep en cassatie in is opgenomen. De Y-factor wordt gevormd door het laatstverdiende salaris. Bestu-
nend beantwoord. Daar waar het Hof ’s-Gravenhage een geïntegreerde
dering van de toelichting op de ingrediënten van de Y-factor leert dat
toets hanteert voor de vaststelling of een ontslag kennelijk onredelijk
deze gelijk is aan de B-factor uit de kantonrechtersformule.
JFV In Casu - maart 2010 -
gerechtshoven Amsterdam, ’s-Hertogenbosch en Leeuwarden ontken-
63
onredelijk ontslagformule’ van het Haagse Hof volgen, wordt door de
moet worden geoordeeld, brengen de overige hoven een splitsing aan in de toetsing. Eerst dient de vraag te worden beantwoord óf de opzeg-
Z vormt de correctiefactor. In de Z-factor worden alle omstandigheden
ging kennelijk onredelijk is. Indien het antwoord bevestigend is, - dan
van het geval ten tijde van het ontslag gewogen, onder meer de hier-
pas - komt de schadevergoeding aan de orde. Het aanbieden van een
voor genoemde omstandigheden. Uitgangspunt is Z=0,5. Daarbij
vergoeding is slechts één van de vele omstandigheden die hierbij een
heeft volgens de hoven te gelden dat de Z-factor beoogt in beginsel de
rol speelt. De arresten geven een (niet-limitatieve) beschrijving van vier
maximale schadevergoeding bij een kennelijk onredelijke opzegging
categorieën van omstandigheden die de rechter in aanmerking moet
vast te leggen. Slechts in bijzondere gevallen kan deze factor hoger
nemen bij toetsing van het gevolgencriterium zoals opgenomen onder
(of lager) uitvallen dan 0,5. De Z-factor van 0,5 bedoelt aan te sluiten
art. 7:681 lid 2 sub b BW. De eerste categorie omstandigheden ziet op
bij de bestaande praktijk van de (gepubliceerde en ongepubliceerde)
het dienstverband en de opzegging in het algemeen. Het gaat daarbij
rechtspraak van de hoven van de laatste jaren. Bestudering van de
onder meer om de duur van de arbeidsovereenkomst, de noodzaak
hoogte van schadevergoedingen die de laatste jaren in het kader van
voor de werkgever om het dienstverband te beëindigen, de wijze van
kennelijk onredelijk ontslag zijn toegekend, leert ons dat deze over
functioneren van de werknemer, diens leeftijd en de financiële situatie
het algemeen waren gelegen tussen 10% en 50% van de (neutrale)
van de werkgever. Bij arbeidsongeschiktheid zijn specifieke omstan-
oude – namelijk destijds geldende – kantonrechtersformule.30 De
digheden de relatie tussen arbeidsongeschiktheid en werk, de verwijt-
schadevergoeding zal in beginsel niet hoger zijn dan de verwachte
baarheid van de werkgever ten aanzien van de arbeidsongeschiktheid,
inkomstenderving tot aan de pensioengerechtigde leeftijd. Ook op dit
de aard, duur en mate van arbeidsongeschiktheid (en de kans op
punt is vergelijking met de kantonrechtersformule onvermijdelijk.
herstel), de reïntegratie-inspanningen van partijen en een eventueel geboden compensatie tijdens de arbeidsongeschiktheid. De tweede
Stammenstrijd?
categorie omstandigheden ziet op de vraag of en zo ja welke inspan-
Hoewel het Hof ’s-Gravenhage met de toepassing van de kantonrech-
ningen werkgever en werknemer zich hebben getroost om ander werk
tersformule in kennelijk onredelijk ontslagzaken heeft gepoogd een
te vinden en daarmee opzegging te voorkomen. Vrijstelling van werk
einde te maken aan de onzekerheid en lopende discussies, (b)lijkt het
met behoud van loon gedurende enige tijd en de arbeidsmarktpositie
zonder overleg voor de troepen uitgerend te zijn. Terwijl tot 14 oktober
van de werknemer spelen in dit verband een rol.28 De derde categorie
2008 op het niveau van de gerechtshoven in elk geval nog sprake
omstandigheden heeft betrekking op de financiële gevolgen van de
was van unanimiteit door toepassing van de kantonrechtersformule
opzegging voor de werknemer. De vierde en laatste categorie ziet op
in kennelijk onredelijk ontslagzaken af te wijzen, lijkt het Haagse hof
de door de werkgever al dan niet getroffen voorzieningen en financiële
met zijn arresten een startschot te hebben gegeven voor een stam-
compensatie waaronder een sociaal plan of een reeds aangeboden/
menstrijd van niveau. Een strijd waarin de overige hoven31 klaarblijke-
29
betaalde vergoeding. (Eerst) indien op basis van een weging van alle
lijk wél met elkaar overleg hebben gevoerd alvorens de arresten van 7
omstandigheden is geoordeeld dat de opzegging kennelijk onredelijk
juli 2009 te wijzen. Saillant detail daarbij is overigens dat op diezelfde
is, komt de schadevergoeding aan de orde. Voor de hoogte van de
dag het Haagse Hof nog een arrest wees waarin het de koers van de 14
schadevergoeding hebben de hoven een nieuwe formule vastgesteld
oktober-arresten herhaalde.32
welke luidt: Los van de vraag of en op welke wijze het Hof ’s-Gravenhage thans (X x Y x Z) = schadevergoeding
zal antwoorden op de ‘aanval’ van de andere hoven, is een in mijn ogen interessantere vraag of het systeem van de wet ruimte laat voor
@
een vaste formule (niet persé de kantonrechtersformule) zoals door
is, komt de schadevergoeding aan de orde. Hoewel de hoven dit niet
de hoven gehanteerd bij het toetsen en waarderen van de kennelijke
expliciet hebben gezegd, kan uit het feit dat in geval van een kennelijk
onredelijkheid van een ontslag. De vraag hoe de door het Haagse Hof
onredelijk ontslag altijd een schadevergoeding dient te worden toege-
gehanteerde wijze van schadebegroting zich verhoudt tot het karakter
kend36, worden afgeleid dat de Z-factor altijd hoger zal zijn dan 0. De
van de schadevergoeding van artikel 7:681 BW is inmiddels in cassatie
omstandigheden van het geval lijken bij de 7 juli-arresten dan ook
voorgelegd aan de Hoge Raad.
vooral een rol te spelen bij de vraag óf het ontslag kennelijk onredelijk is. Is die hefboom eenmaal gepasseerd, wordt in beginsel een gestan-
De wetgever heeft bij invoering van het kennelijk onredelijk ontslag in
daardiseerde vergoeding gehanteerd.
JFV In Casu - maart 2010 -
64
het BW bewust niet aangegeven in welke omstandigheden sprake is van een kennelijk onredelijk ontslag doch heeft zich beperkt tot een
Afrondend
niet-limitatieve ‘illustratieve’ opsomming van omstandigheden die
Aannemend dat de hoven met hun arresten hebben beoogd meer
kunnen leiden tot het oordeel dat het ontslag kennelijk onredelijk is.
rechtseenheid te bewerkstelligen gezien de hoge mate van onvoor-
Terecht merken Houweling en Van der Voet33 terzake op dat om maat-
spelbaarheid van de uitkomsten van kennelijk onredelijk ontslag-
werk mogelijk te maken, rechterlijke instanties een grote mate van
procedures, moet worden geconstateerd dat door het klaarblijkelijk
vrijheid dienen te hebben in de beoordeling van de feiten en omstan-
ontbreken van voorafgaande afstemming, vooralsnog het tegendeel is
digheden. De Hoge Raad heeft in dit verband als gezegd, meerdere
bereikt. Daar waar tot 14 oktober 2008 uniforme toepassing van de
keren aangegeven dat alle relevante omstandigheden van het geval
kantonrechtersformule in kennelijk onredelijk ontslagzaken van de
in de afweging dienen te worden betrokken en dat niet één of meer
hand werd gewezen, heeft het Haagse Hof de kantonrechtersformule
specifieke omstandigheden op voorhand tot een kennelijk onredelijk
thans aanvaard. Daarbij is het met behulp van de C-factor mogelijk
ontslag of tot een schadevergoeding van een bepaalde omvang kunnen
de omstandigheden van het geval te laten meewegen, hoewel bij
leiden. Afhankelijk van de wijze waarop invulling wordt gegeven aan
bedrijfseconomisch ontslag sprake is van een zekere standaardisering
de C- of Z-factor, kan strijd ontstaan met deze jurisprudentie van de
doordat het Haagse hof in beginsel uitgaat van C=1 (minus 30%) tenzij
Hoge Raad en de bedoeling van de wetgever. Los dus van de discussie
sprake is van een door de werkgever met een representatieve vakor-
of de voor art. 7:685 BW geschreven kantonrechtersformule al dan niet
ganisatie overeengekomen sociaal plan of andere bijzondere omstan-
kan worden gehanteerd voor een kennelijk onredelijk ontslagtoets en
digheden die aanpassing noodzakelijk maken (zoals een slechte
waarover al ettelijke verhandelingen zijn geschreven, rijst de vraag in
financiële situatie). De overige hoven hebben een geheel ‘eigen’37
hoeverre de hoven in algemene zin met de thans door hen ontwik-
formule ontwikkeld. Ook in deze formule is sprake van een zekere
kelde formules voldoen aan de jurisprudentie van de Hoge Raad en de
standaardisering door min of meer ‘rücksichtlos’ de factor Z op 0,5 te
bedoeling van de wetgever. Weliswaar wordt bij het Hof ’s-Gravenhage
plaatsen. Aldus wordt mijns inziens geen recht gedaan aan de vaste
door middel van de C-factor van de kantonrechtersformule ogenschijn-
rechtspraak van de Hoge Raad en de bedoeling van de wetgever name-
lijk rekening gehouden met alle relevante omstandigheden, dit geldt
lijk dat niet standaard een vergoeding moet worden toegekend én dat
mijns inziens niet voor de categorie bedrijfseconomische ontslagen.
rekening moet worden gehouden met ‘alle’ omstandigheden en niet
In beginsel geldt bij bedrijfseconomische zaken volgens het Hof
uitsluitend met de ‘bijzondere’. Wat betreft de 14 oktober-arresten van
’s-Gravenhage immers een verplichting tot het aanbieden van een
het Haagse Hof, lijken de niet-bedrijfseconomische arresten overigens
vergoeding van C=1 (minus 30%), tenzij sprake is van een door de
iets meer ‘cassatieproof’ dan de bedrijfseconomische arresten waarin
werkgever met een representatieve vakorganisatie overeengekomen
de correctiefactor C behoudens bijzondere omstandigheden wordt
sociaal plan of andere bijzondere omstandigheden tot aanpassing
gestandaardiseerd op C=1 (minus 30%). Voor beide categorieën geldt
nopen (zoals een slechte financiële situatie).34 Ook kunnen vraag-
natuurlijk dat in algemene zin de vraag rijst of de Hoge Raad toepas-
tekens worden gesteld bij het door het Haagse Hof geïntroduceerde
sing van de kantonrechtersformule in de kennelijk onredelijk ontslag-
vermoeden dat een opzegging kennelijk onredelijk is wanneer niet
procedure zal toestaan38. Voor de 7 juli-arresten geldt mijns inziens dat
tenminste 70% van de volgens de ‘ten tijde van het eindigen van de
de maximering en standaardisering van de Z-factor op Z=0,5 sneller
arbeidsovereenkomst geldende kantonrechtersformule’ te berekenen
strijd zal opleveren met de vaste rechtspraak van de Hoge Raad en de
vergoeding is aangeboden. Alle relevante omstandigheden van het
bedoeling van de wetgever. Vanuit het zonder twijfel door alle hoven
geval dienen immers in de afweging te worden betrokken en op voor-
ondersteunde streven naar rechtseenheid, zal de Hoge Raad een einde
hand kunnen niet één of meer specifieke omstandigheden – zoals het
(moeten) maken aan de huidige onduidelijkheid en onzekerheid zoals
niet betaald hebben van een vergoeding – tot een kennelijk onrede-
die is veroorzaakt door de niet gelijkluidende formules van de hoven.
lijk ontslag of tot een schadevergoeding van een bepaalde omvang
De Hoge Raad – die een cassatieberoep in behandeling heeft van het
leiden.
hof ’s-Gravenhage - zal zich nu eindelijk kunnen uitspreken over de (on)mogelijkheid een (de) (kantonrechters)formule te hanteren in
De 7 juli-arresten maximeren en standaardiseren de Z-factor (correc-
kennelijk onredelijk ontslagprocedures en in het verlengde daarvan
tiefactor) – bijzondere gevallen daargelaten – op Z=0,5 en laten
duidelijkheid kunnen geven over een wellicht te hanteren eenduidige
daarbij ogenschijnlijk minder beoordelingsvrijheid aan de rechter.35
formule.
Daar staat evenwel tegenover de splitsing in de toetsing door middel van de tweetrapsraket. Eerst dient de vraag te worden beantwoord óf
En wat vindt de Hoge Raad uiteindelijk?
de opzegging kennelijk onredelijk is. Indien het antwoord bevestigend
De Hoge Raad heeft uiteindelijk niet geaarzeld met het geven van een
@
van de omstandigheden tezamen en in onderling verband, is het
Raad het arrest van het Gerechtshof Den Haag van 2 december 2008
formuleren van vuistregels niet mogelijk. De Hoge Raad heeft immers
vernietigd en aangegeven dat de kantonrechtersformule niet alleen niet
aangegeven dat het te voer voert om een kwalificatie te geven dan wel
kan worden gehanteerd bij een beoordeling van de kennelijke onrede-
een wegingsfactor of rangorde van omstandigheden die van invloed
lijkheid van een opzegging doch daarnaast kan deze formule ook niet
kunnen zijn op de beoordeling van de kennelijke onredelijkheid.
worden gebruikt ter berekening van de hoogte van een vergoeding. De
Dat geldt ook voor een leidraad die kan dienen ter vaststelling van
Hoge Raad heeft met zijn arrest aangegeven dat bij een beoordeling
de hoogte van een vergoeding. Hoewel er nog cassatieberoep loopt
van de opzegging, eerst de kennelijke onredelijkheid moet worden
tegen één van de XYZ-arresten42, lijkt met het arrest van de Hoge Raad
beoordeeld. Er kan dan ook geen sprake zijn van een integrale toets,
van 27 november 2009 duidelijk dat ook deze formule de toets der
zoals het hof Den Haag als uitgangspunt had genomen. Voorts heeft
kritiek van de Hoge Raad niet zal kunnen doorstaan. Onduidelijk is
de Hoge Raad bepaald dat de aard van de ontbindingsvergoeding niet
daarmee hoe de hoogte van een vergoeding ingeval kennelijke onre-
overeenkomt met die van de kennelijk onredelijk ontslagvergoeding
delijkheid wordt aangenomen, wordt berekend. De rechter lijkt geen
en de berekeningswijze van de één, niet kan worden benut ter begro-
andere maatstaf te hebben dan de verwachte schade, die als die er
ting van de ander.40
niet is, weinig houvast zal bieden. De eerste voorzichtige uitspraken
Het voorspellen van de kennelijke onredelijkheid van een opzegging
van (lagere) rechters hebben zich inmiddels reeds aangediend doch
is er met het arrest van de Hoge Raad niet eenvoudiger op geworden,
een lijn laat zich daaruit niet destilleren.43 De rechtszekerheid is er met het arrest van de Hoge Raad helaas niet op vooruit gegaan. @
zo heeft Verhulp terecht geconstateerd.41 Nu volgens de Hoge Raad
1
Mevrouw mr. P.W.H.M. Willems is advocaat bij Pels Rijcken
9
& Droogleever Fortuijn N.V. 2
Deze bijdrage is aanvankelijk geschreven voor en is
3
Zie: M.W.A.M. van Kempen en J.J.W. Ladesteijn, ‘Reflex-
reddeloos’, SMA 2008, p. 207 e.v. 10 Zie onder meer Hof ’s-Gravenhage 26 januari 2006, LJN
verschenen in TAP 2009, 6/7.
5
AZ8877 en 25 mei 2007, LJN BA6752. 11
Zie voor de verschillen en overeenkomsten van het karakter
werking van de kantonrechtersformule in de kennelijk-
van beide procedures: R.E.M. Dijkstra, ‘Geld wat stom is,
onredelijk-ontslagprocedure’, ArbeidsRecht 2008/2, p. 16
maakt recht wat krom is!’, SR 2008-1, p. 307-311.
e.v. en bijvoorbeeld Hof ’s-Gravenhage 10 januari 2003,
12 Zie Hof ’s-Gravenhage 21 april 2009, JIN 2009/335.
JAR 2003/105; Hof ’s-Hertogenbosch 21 maart 2006, JAR
13 Uit deze overweging van het hof volgt dat doorslaggevend
2006/241 (r.o.4.15); Hof Amsterdam 23 maart 2006,
4
R.A.A. Duk, ‘Kennelijk onredelijk: radeloos, redeloos en
is wanneer de arbeidsovereenkomst is geëindigd. Dit
JAR2006/224; Hof Leeuwarden 18 oktober 2006, JAR
betekent dat ook na 1 januari 2009 zijnde de datum
2006/285 en Hof Arnhem 12 december 2006, JAR 2007/44.
waarop de herziene Aanbevelingen van de Kring van
Hof s’Gravenhage 14 oktober 2008, LJN BF6720, LJN BF6790,
Kantonrechters in werking zijn getreden, nog gerekend
LJN BF 6960, LJN BF7002, LJN BF7077, LJN BF8122 en LJN
zal moeten worden met de oude kantonrechtersformule
BF8136.
indien de arbeidsovereenkomst voor genoemde datum is
Hof Amsterdam 7 juli 2009, LJN BJ1644, LJN BJ1648, Hof
geëindigd.
‘s-Hertogenbosch 7 juli 2009, LJN BJ 1710, LJN1713, LJN
14 Alle zeven arresten hadden betrekking op het zogeheten
BJ1716 en Hof Leeuwarden 7 juli 2009, LJN BJ1688.
gevolgencriterium van artikel 7:681 lid 2 sub b BW.
6
Vgl. Ktr. Heerlen 23 augustus 2006, JAR 2006/230.
15 Zie uitdrukkelijk: Hof ’s-Gravenhage 21 januari 2009, LJN
7
O.a. W.A. Zondag, ‘Actuele rechtspraak inzake het kennelijk onredelijk ontslag’, Ara 2004-2, p. 61; G.J.J. Heerma van Voss, ‘Ontbinding en kennelijk onredelijke opzegging’, in: De ontbinding van de arbeidsovereenkomst in tienvoud, (red. R. Hansma), Deventer: Kluwer 2005, p. 65-77; C.G. Scholtens, ‘Formules en statistieken’, in: Afvloeiingsregelingen (red. F.B.J. Grapperhaus e.a.)
8
BH0254. 16 Vgl. A.R. Houweling en G.W. van der Voet, ‘Kennelijk onredelijk ontslag volgens het Hof ’s-Gravenhage: hogere wiskunde of ‘systematical madness’?, TAP 2009/1, p. 15-23. 17 E. Verhulp, ‘Het Haagse vermoeden van kennelijk onredelijk ontslag’, ArbeidsRecht 2009/1, p. 3-8. 18 De aftrek van 30% schijnt te zijn ingegeven omdat de
Deventer: Kluwer 2004, p. 160.
redelijkheid van het ontslag blijkens het woordje ‘kennelijk’
O.a. W.H.A.C.M. Bouwens, ‘Ontslagvergoedingen op een
slechts marginaal mag worden getoetst, aan de opzegging
dynamische arbeidsmarkt’, Den Haag: Boom Juridische
reeds de redelijkheidstoets van artikel 6 BBA vooraf
Uitgevers, 2008 (diss.); M.W.A.M. van Kempen en J.J.W.
is gegaan en er al een opzegtermijn in acht genomen
Ladesteijn, ‘Reflexwerking van de kantonrechtersformule
is moeten worden. Vgl. O. van de Kind, ‘Berekening
in de kennelijk-onredelijk-ontslagprocedure’, ArbeidsRecht
vergoeding kennelijk onredelijk ontslag volgens Hof
2008/2, p. 16 e.v.
’s-Gravenhage, TRA 2009/1, p. 21-23.
65
de kennelijke onredelijkheid moet worden vastgesteld aan de hand
opzeggingen. Met zijn arrest van 27 november 200939 heeft de Hoge
JFV In Casu - maart 2010 -
oordeel over de beoordeling van de kennelijke onredelijkheid van
19 Vgl. ook HR 15 februari 2008, JAR 2008/76 (Chromalloy). 20 In het arrest van 20 januari 2009 heeft het Hof ’s-Gravenhage zijn formule herhaald. Onder r.o. 5.4 sub j vermeldt het hof: ‘bij een min of meer abstracte benadering past het naar het oordeel van het hof om in alle opzichten niet al te veel in detail te treden c.q. te gaan
66
kennelijk onredelijk ontslag. Van kantonrechtersformule naar hofformule’, Advocatenblad 2009/10, p. 418-421. 30 Scholten verwijst in literatuur naar een jurisprudentieonderzoek van R.M. Beltzer e.a. betreffende uitspraken tussen 1995-1997. Uit dit onderzoek kwam naar voren dat
milimeteren. Daarom een algemene ‘aftrek’ van 30% (met
‘terwijl kantonrechters zich over het algemeen terughoudend
een minimum van een maand) voor de combinatie van
opstellen ten opzichte van het gebruik van de formule in
‘kennelijk’, ‘opzegtermijn’ en ‘veelal eerst CWI-toetsing’. Hof
kennelijk onredelijk ontslagprocedures en zich in uitspraken
’s-Gravenhage 20 januari 2009, JAR 2009/53. Vgl. ook ktr.
slechts zelden expliciet op de kantonrechtersformule
’s-Gravenhage 27 november 2008, LJN BG6662.
JFV In Casu - maart 2010 -
29 Vgl. B. van Meurs, ‘XYZ: nieuwe formule voor vergoeding
baseren, de hoogte van de in de praktijk toegekende
21 Vgl. ook Hof ’s-Gravenhage 18 augustus 2009, LJN
vergoedingen een duidelijk verband vertoont met de hoogte
BJ5487, waarin de C-factor op 0,4 werd gesteld bij
die bij de toepassing van de kantonrechtersformule zou zijn
ontslag na langdurige arbeidsongeschiktheid waarbij
vastgesteld maar gemiddeld ruim een derde lager is.’ Hier
de arbeidsongeschiktheid ‘werkgerelateerd’ wordt
kwam men dus uit op de kantonrechtersformule -30%. Vgl.
bevonden maat werkgever geen verwijt valt te maken.
C.G. Scholtens, t.a.p. en R.M. Beltzer e.a., ‘Vergoedingen bij
Daarbij was het hof van oordeel dat de werkgever geen
ontslag van werknemers en ambtenaren’, 1999, p. 97.
reintegratieverplichtingen had geschonden en ruim
31 Weliswaar zijn de arresten van 7 juli 2009 afkomstig
7 maanden langer het loon had doorbetaald dan de
van de hoven Amsterdam, ’s-Hertogenbosch en
wettelijke 24 maanden.
Leeuwarden doch laatstgenoemd hof heeft gefungeerd als
22 Vgl. Hof ’s-Gravenhage 4 november 2008, LJN BG4566.
nevenzittingsplaats van het Hof Arnhem terwijl Hof Arnhem
23 HR 15 februari 2008, JAR 2008/76 en HR 3 december 2004,
op 21 juli 2009 (JAR 2009/197) de XYZ-formule eveneens
JAR 2005/2 alsmede J.J.M. de Laat, ‘De cirkel is weer rond’, SR 1998-1, p. 17. 24 Hof ’s-Hertogenbosch 16 september 2008, JAR 2008/292 en 10 maart 2009, LJN BH5994, waarin het hof benadrukte dat de vergoeding in het kader van een artikel 7:681 BW procedure een billijke schadevergoeding betreft maar
heeft toegepast. 32 Hof ’s-Gravenhage 7 juli 2009, LJN BJ1712. 33 A.R. Houweling en G.W. van der Voet, t.a.p., p.16. 34 Vgl. LJN BF679 r.o. 3.10 en LJN BG4566 r.o. 18 alsmede r.o. 16. 35 Vgl. ktr. Bergen op Zoom 22 juli 2009, LJN BJ393 waarin
aannam dat de kantonrechtersformule kan ‘helpen’ bij het
de kantonrechter overweegt: ‘De kantonrechter is van
begroten van de schade; Hof Arnhem 22 juli 2008, RAR
oordeel dat het redelijk en billijk is om aan werknemer een
2008/136 en 3 maart 2009, LJN BH7770; Hof Leeuwarden
schadevergoeding ter zake kennelijk onredelijk ontslag
16 december 2008, JAR 2009/37. 25 Hof Leeuwarden 14 oktober 2008, LJN BG3150 en LJN BG3099. Van latere datum: LJN BG2948 en LJN BH0316. 26 Hof Amsterdam 17 januari 2008, JAR 2008/200 en na de 14 oktober-arresten 24 februari 2009, LJN BI6603. 27 Ktr. Amsterdam 24 november 2008, JAR 2009/22. De kantonrechter gebruikte de kantonrechtersformule om tot berekening van de kennelijk onredelijke ontslagvergoeding te komen doch ging niet over tot de 30% kortingsregel.
toe te kennen volgens de XYZ-formule. Hierbij wordt de correctiefactor Z op 0,5 gesteld omdat de kantonrechter geen bijzondere redenen ziet om deze gebruikelijke factor naar boven of beneden bij te stellen’. 36 Hoge Raad 4 juni 1976, NJ 1977/98. 37 Gezien de opvallende gelijkenis met de Aanbevelingen van de Kring van Kantonrechters kunnen m.i. vraagtekens worden gesteld bij de authenticiteit van de XYZ-formule. 38 Houweling heeft betoogd dat de Hoge Raad toepassing
In plaats daarvan werd in verband met de opzegtermijn
van (een variant op) de kantonrechtersformule in een
gedurende welke het salaris door de werkgever was
artikel 7:681 BW procedure niet zal en kan toestaan (vgl. JIN
doorbetaald, een aantal maandsalarissen van het op
2009/71).
basis van de kantonrechtersformule berekende bedrag
39 Hoge Raad 27 november 2009, JAR 2009/305.
afgetrokken. Evenzo: Hof ’s-Hertogenbosch 11 maart 2008,
40 Zie voor een uitvoerige en zeer lezenswaardige bespreking
JAR 2008/108. 28 Vgl. ktr. Utrecht 5 augustus 2009, LJN BJ4806. In deze
van het arrest van de Hoge Raad: E. Verhulp. JAR Verklaard. Afl. 5, december 2009.
uitspraak stelde de rechtbank de C-factor naar beneden bij
41 E. Verhulp, a.w., zie voetnoot 40.
tot C=0,6 omdat de werkgever de werknemer gedurende
42 Gerechtshof Arnhem 21 juli 2009, JAR 2009/197.
drie-en-een-halve maand had vrijgesteld van het verrichten
43 Kantonrechter Eindhoven 17 december 2009, LJN BK8201
van werkzaamheden met behoud van loon.
en Kantonrechter Deventer 24 december 2009, LJN BK8633.
Inhoudelijke bijdrage
Werkgever als Sherlock Holmes bij zieke werknemer
Door mr. K.E. de Vries*
Zieke werknemers kunnen werkgevers heel wat hoofdbrekens bezorgen. De meeste zieke werknemers zijn oprecht ziek en veelal na een korte ziekteperiode snel hersteld. Meestal komt daar de inschakeling van een bedrijfsarts niet eens te pas. Er zijn daarentegen ook werknemers die misbruik maken van het vertrouwen van hun werkgever en zich onder valse voorwendselen ziek melden en/of zich langer ziek houden. De werkgever zit dan met de gebakken peren: geen werknemer die arbeid verricht en vervolgens wel de verplichting om het loon door te betalen.
aan de controlevoorschriften en of hij niet opzettelijk zijn re-integratie belemmert. Daarmee kan een werkgever tegen de grens van de privacy van de werknemer aan lopen.
Wettelijk kader
digheden, niet over mag gaan tot een ontslag op staande
Werkgevers zijn op grond van artikel 7:629 BW verplicht
voet wegens het schenden van controlevoorschriften
om gedurende twee jaar 70% van het loon door te
bij ziekte. Een werknemer kan zich in theorie een tijd
betalen bij ziekte.1 Het artikel is een uitzondering op
lang onbereikbaar houden en niet verschijnen op het
de hoofdregel van artikel 7:627 BW: geen arbeid, geen
spreekuur van de bedrijfsarts maar uiteindelijk toch zijn
loon. Het is het risico van een werkgever dat werkne-
loon ontvangen. In de tussenliggende periode is er geen
mers ziek worden. Dat is ook niet zo gek. In zekere zin
controle geweest en kan de werkgever niet weten of de
is een dergelijke situatie vergelijkbaar met de uitval van
werknemer nog ziek is en/of de werknemer zijn herstel
een machine. Zieke werknemers worden dus beschermd
niet belemmert.
tegen de inkomensgevolgen van ziekte. De wet zegt niet precies wat de controlevoorschriften Artikel 7:629 BW kent twee sanctiemogelijkheden: het
mogen inhouden, maar brengt wel duidelijke beper-
verval van het recht op loondoorbetaling in lid 3 in zes
kingen aan. Zo moet de werknemer zijn werkgever infor-
limitatief opgesomde gevallen en de loonopschorting
meren, zodat deze kan nagaan of het loon moet worden
bij schending van ziektecontrolevoorschriften (lid 6). In
doorbetaald. De voorschriften moeten redelijk zijn.
de opsomming staan bijvoorbeeld de belemmering of
De werkgever kan dus wel voorschrijven dat een werk-
vertraging van de genezing en de weigering om passende
nemer meldt dat hij ziek is, maar niet dat de werknemer
arbeid te verrichten genoemd.
openbaart welke ziekte hij heeft. Volgens de regering is dit laatste niet van belang voor de beoordeling of er
Vooral de opschorting van de loondoorbetaling bij
aanspraak bestaat op loondoorbetaling. De werkgever
schending van de controlevoorschriften bij ziekte leidt
kan ook voorschrijven dat de werknemer hem globaal
geregeld tot onbegrip van werkgevers, omdat de werk-
inzicht geeft in de maatregelen die hij tot zijn genezing
nemer, zodra hij zich houdt aan de ziektecontrolevoor-
heeft getroffen â&#x20AC;&#x201C; bijvoorbeeld of hij zich onder dokters-
schriften, aanspraak heeft op het loon in de zin van
behandeling heeft gesteld â&#x20AC;&#x201C;, maar niet dat de werknemer
artikel 7:629 BW. Sinds het arrest Vixia/Gerrits2 weten
hem gedetailleerd over (de voortgang van) zijn genezing
wij dat een werkgever, behoudens bijkomende omstan-
informeert, aldus de regering.3 Een werkgever mag dit @
JFV In Casu - maart 2010 -
willen controleren of een werknemer daadwerkelijk ziek is, of hij zich houdt
67
Geen wonder dat werkgevers soms het heft in eigen hand willen nemen en
ook niet vragen aan de bedrijfsarts of behandelend arts, althans deze
data, op verschillende plaatsen en tijdstippen vastgesteld dat de heer
medici mogen deze informatie weigeren te verstrekken op grond van
[A] zowel vóór als ná zijn bezoekjes, die hij pleegde bij de Arbo-arts te
hun medisch beroepsgeheim (artikel 7:457 BW).
Rijswijk en zijn werkgever (...) in Zoetermeer, opvallend moeilijker liep,
JFV In Casu - maart 2010 -
68
kennelijk ten gevolge van fysiek/lichamelijk ongemak, in vergelijking Dat de voorschriften redelijk moeten zijn, impliceert dat zij voor de
met zijn manier van lopen buiten het gezichtsveld van genoemden,
werknemer niet onnodig belastend mogen zijn. Zo zal de werkgever
waarbij hij zich kennelijk zonder enig ongemak voortbewoog. Gelet op
kunnen verlangen dat hij voor het verstrekken van inlichtingen op
bovenstaande lijkt de conclusie gerechtvaardigd, dat de heer [A] zijn
gezette tijden thuis is om bijvoorbeeld een spoedcontrole door de
werkgever, alsmede de Arbo-arts, kennelijk opzettelijk op een dwaal-
bedrijfsarts mogelijk te maken, of dat hij daartoe de werkgever of de
spoor wil brengen, door zijn fysieke/lichamelijke klachten (rug) ogen-
door hem ingeschakelde arbodienst bezoekt. Een voorschrift dat de
schijnlijk erger voor te doen dan in werkelijkheid. Niet uitgesloten lijkt,
werknemer voortdurend aan huis bindt of dagelijkse controle gebiedt,
dat [A], na een geslaagde hernia-operatie in het geheel simuleert nog
gaat echter te ver.4 Een als gevolg van burn-out zieke werknemer hoeft
rugklachten te ondervinden.” De werkgever confronteerde de werk-
immers niet bedlegerig te zijn en kan prima overdag boodschappen
nemer met deze conclusies, maar de werknemer hield zijn toneelspel
doen.
vol. Hierop trok de werkgever de conclusie dat de werknemer hem een rad voor de ogen draaide en ontsloeg de werknemer op staande voet.
Inschakeling detectivebureau De wet legt de vrijheid van de werkgever dus op verschillende manieren
De kantonrechter vond dat de verkregen informatie toelaatbaar was
aan banden. De wet regelt niets over de vraag wanneer het toelaat-
omdat de observaties waren gedaan vanaf de openbare weg. Er was
baar is een detectivebureau in te schakelen. Wel blijkt uit het hier-
geen sprake van een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer. Boven-
voor geschetste wettelijke kader dat de wetgever in eerste instantie
dien was er geen schending van hoor/wederhoor, ook al had de werk-
de arbodienst of bedrijfsarts op het oog heeft gehad voor bijstand
nemer de videobeelden niet zelf gezien. De werkgever had voldoende
bij de verzuimbegeleiding. Bedrijfsartsen voeren naast begeleidings-
duidelijk gemaakt wat er te zien was op de beelden. De kanton-
en re-integratietaken ook controletaken uit voor de werkgever. In de
rechter concludeerde, na deskundigenonderzoek, dat de werkgever
jurisprudentie is er echter een aantal voorbeelden te vinden van zaken
de handelwijze van de werknemer terecht had mogen aanmerken
waarin de werkgever een detecti-
als misleiding van de werkgever
vebureau heeft ingeschakeld.5
en het voorwenden van een arbeidsongeschiktheid die niet
Het
Hof
‘s-Hertogenbosch
bestond.
oordeelde in 1992 dat bij het observeren van een zieke leer-
Het in het geheim observeren
kracht door een detective geen
en maken van foto’s en video-
sprake was van inbreuk op de
opnamen van een werknemer
persoonlijke levenssfeer, omdat
leverde in de zaak van kanton-
de waarnemingen op de open-
rechter Amsterdam wél inbreuk
bare weg waren gedaan. Wel vond
op van de privacy van de werk-
het hof dat het controleren van
nemer.8 De werknemer was per
een werknemer buiten zijn mede-
1 mei 1997 in dienst getreden
weten slechts aanvaardbaar is
als toezichthouder bij de dienst Stadstoezicht van de gemeente
onder zeer bijzondere omstandigheden, waarin ernstige verden-
mr. K.E. de Vries
kingen zijn gerezen ter zake van
Amsterdam. Daarna werd zij arbeidsongeschikt,
gemiddeld
ernstige overtredingen. In deze casus was van die bijzondere omstan-
bijna het hele jaar. Er was dus sprake van een heftig ziekteverzuim
digheden geen sprake. De werknemer had volgens het Hof eerst zelf
waar de werkgever de werknemer op aansprak. Het UWV besliste
aangesproken moeten worden op de verdenking.6
vervolgens dat de werknemer voor minder dan 15% arbeidsongeschikt was (!) en dat de werknemer moest re-integreren. Met ingang van mei
Een bekende en bijzondere uitspraak van de kantonrechter te Delft is
2001 werd de werknemer regelmatig uitgenodigd voor gesprekken met
de volgende.7 De werkgever twijfelde over de vraag of de werknemer
de bedrijfsarts en de speciale verzuimcoördinator. De werknemer ging
wel ziek was. De werknemer had zich ziek gemeld wegens rug- en
in op de eerste uitnodiging voor een gesprek op 14 mei 2001, maar
mobiliteitsklachten. De werkgever vertrouwde het niet en liet een
heeft vervolgens een gesprek dat was gepland op 18 juni 2001 afge-
detectivebureau onderzoek doen. Het detectivebureau rapporteerde:
zegd, evenals een gesprek op 28 juni 2001.
“Uit feiten en omstandigheden tijdens de observaties is op meerdere
@
Het Bureau Integriteit van de Dienst Stadstoezicht heeft de werknemer
Slechts bij ernstige vermoedens lijkt de inschakeling van detectivebu-
daarna, in de periode van 27 september tot en met 11 oktober 2001,
reaus niet tegen de werkgever te worden gebruikt en wordt verkregen
geobserveerd op dagen waarop zij was uitgenodigd voor gesprekken
informatie toegelaten. Informatie ingewonnen door observatie wordt
met de bedrijfsarts en de verzuimcoördinator. Hieruit bleek dat de
soms wel en soms niet als een inbreuk op de privacy beschouwd,
werknemer door drie observanten was geobserveerd, terwijl zij haar
waarbij getoetst wordt of de inbreuk in de gegeven omstandigheden
hond uitliet, boodschappen deed bij Albert Heijn en Intratuin en het
proportioneel is. Rechters lijken de werknemer hierin over het alge-
graf van haar oma bezocht. Hiervan zijn foto’s en video-opnamen
meen te beschermen, hoewel dit afhankelijk is van de omstandigheden van het geval. @
gemaakt. De resultaten van dit onderzoek zijn op 26 november 2001 met de werknemer besproken. De werknemer stelde vervolgens dat zij hierdoor psychisch ziek was geworden en vorderde schadevergoeding. De kantonrechter vond weliswaar dat er sprake was van een inbreuk op de privacy van de werknemer, maar vond de inbreuk wel legitiem,
*
mr. K.E. (Kornelis) de Vries is aan de RuG in 2006
sprake van een onrechtmatige daad, zodat de kantonrechter geen
afgestudeerd in Nederlands Recht (Masters
beslissing hoefde te nemen over de eventuele geleden schade.
Bedrijfsrecht en Privaatrecht) en in 2007 in de master
Werkgevers spelen zelf ook wel eens voor detective en drijven daarin
2006 verbonden aan het kantoor Trip Advocaten
door. In de zaak van kantonrechter Lelystad ging dat dan ook mis.9 De
& Notarissen te Groningen en werkzaam op de
Law in Europe (Hanse Law School). Hij is sinds
werknemer was volgens het advies van de bedrijfsarts per 7 augustus
sectie Arbeidsrecht. Zijn dagelijkse praktijk bestaat
2001 weer arbeidsgeschikt. Bij brief van 13 augustus 2001 heeft de
daarnaast uit algemeen civielrecht en personen- en
werkgever de werknemer op staande voet ontslagen. Als reden voor het ontslag heeft de werkgever meegedeeld dat hij met herhaling had
familierecht. 1
De wet geeft wel een beperking: de eerste 52 weken
moeten constateren dat de werknemer onjuiste informatie verstrekte
van ziekte mag de loon doorbetaling niet onder het
met betrekking tot mogelijke ziekte. Verder zou de werknemer niet op
minimumloon komen. De aanspraak geldt ook indien
het spreekuur van de bedrijfsarts zijn gekomen op 10 augustus zonder
de werknemer wegens zwangerschap of bevalling niet
opgave van redenen. De werknemer stelt dat het ontslag nietig is en
in staat is de bedongen arbeid te verrichten.
vordert doorbetaling van loon.
2
HR 8 oktober 2004, JAR 2004/259. Zie ook HR 24
De kantonrechter stelt vast dat de werkgever informatie bij het zieken-
3
Memorie van Toelichting Wet uitbreiding
december 2004, JAR 2005/50. huis, waar de werknemer zei geweest te zijn, heeft nagetrokken, dat
loondoorbetaling tijdens ziekte, TK 1995-1996 24 439,
hij heeft getracht in contact te komen met de huisarts van werknemer
nr. 3, p. 21.
en dat hij, omdat hij niet geloofde dat werknemer werkelijk naar zijn
4
Memorie van Toelichting Wet uitbreiding
huisarts zou gaan, een medewerker heeft laten posten bij diens prak-
loondoorbetaling tijdens ziekte, TK 1995-1996 24 439,
tijk. Voorts heeft hij de werknemer dagelijks, soms zelf meermalen,
nr. 3, p. 21.
en ook in het weekend, thuis gebeld. De kantonrechter is van oordeel
5
Zie ook een (overzichts)artikel van R.A. Heida, ‘Twijfel
dat het een werkgever niet past om op deze, intimiderende, wijze een
aan medische beperkingen: video-observatie en
werknemer tijdens arbeidsongeschiktheid te controleren. De handel-
deskundigenbericht ‘, ArbeidsRecht 2008/37.
wijze van de werkgever dient aangemerkt te worden als onbetamelijk
6
Pres. Hof Den Bosch 2 december 1992, NJ 1993/327.
en een inbreuk op de privacy van werknemer. Dit klemt volgens de
Zie ook: Kantonrechter Gouda 27 mei 1999, KG 1999,
kantonrechter temeer waar de controlerende taak wettelijk is opge-
166, waarin een schoonmaker tijdens arbeidsverzuim
dragen aan een onafhankelijke derde. Nu de werknemer kennelijk op
elders schoonmaakwerkzaamheden verrichtte. Hier
7 augustus had aangegeven nog ziek te zijn, had de werkgever moeten
werd de video-observatie weliswaar als strijdig met
volstaan met de (herhaalde) ziekmelding en had zij het verder aan de
goed werkgeverschap gezien, maar desalniettemin
bedrijfsarts moeten overlaten hoe daarmee om te gaan.
Conclusie
toegelaten als bewijsmateriaal. 7
Kantonrechter Delft 9 februari 2005, JAR 2008/45.
8
Kantonrechter Amsterdam 8 augustus 2007, JAR
9
Kantonrechter Lelystad 3 oktober 2001, JAR 2001/226.
Werkgevers moeten terughoudend zijn bij het gebruik maken van de inschakeling van detectivebureaus. Uitgangspunt is de inschakeling van de bedrijfsarts of arbodienst en de wettelijke sanctiemogelijkheden om de werknemer zich te laten houden aan de voorschriften.
2007/262.
JFV In Casu - maart 2010 -
afspraken met de werkgever en bedrijfsarts afzegde. Er was dus geen
69
omdat de inbreuk was gemaakt om na te gaan waarom de werknemer
”En masse naar de Zuidas? Of heb jij het kaliber voor de Noordas?”
De Zuidas, magisch centrum voor afgestudeerden in de rechten. Alle kantoren van naam bij elkaar. Daar wil je bij horen. Geen wonder dat elk jaar alle Groninger rechtenstudenten kudde-gewijs naar het westen trekken. Alle? Bijna alle. Gelukkig zijn er een paar die beter weten, die slimmer zijn, die beseffen waarom ze in het Noorden zijn gaan studeren. Zij kiezen voor de Noordas, die loopt van Leeuwarden via Drachten naar Assen en Groningen. Ook daar is het werk uitdagend. Ook daar krijg je gerenommeerde bedrijven als klant. Maar het grote verschil is dat jouw talent bij ons eerder opvalt en je sneller met beslissers aan tafel zit. Ben jij zo’n talent, dan ben je dus welkom bij Trip Advocaten & Notarissen.
www.triplaw.nl
Groningen | Assen | Drachten | Leeuwarden
OVERTUIGEND
Overzicht
Kantoorspecials @ Boekel De Nerée @ DLA Piper
JFV In Casu - maart 2010 -
71
@ Höcker Advocaten
@
Kantoorspecial
Boekel De Nerée Op een koude winterdag vetrokken twee redactieleden van de In Casu per trein naar de Amsterdamse Zuidas. Spijtig genoeg strandde één redacteur bij Meppel vanwege hevige sneeuwval, waarna hij onverrichter zake weer terug kon keren naar Groningen. Fieke kwam echter wel aan bij Boekel De Nerée, waar ze een gesprek had met advocaat medewerker Maurits Mazel en recruiter Marjorie Claushuis. Door Fieke Jonkman en Stijn de Jong
Maurits heeft zijn rechtenstudie in Groningen gedaan, met als afstu-
kenmerkend. Onze juridische adviezen zijn helder, kort en to the point.
deerrichting privaatrecht. Daarna heeft hij nog een extra master
Cliënten kunnen daadwerkelijk wat met onze adviezen, ze krijgen
arbeidsrecht in Amsterdam aan UvA gedaan, wat hij combineerde
geen onnodige omhaal van woorden. Iedereen steekt zijn handen uit
met een werkstudentschap binnen de sectie Arbeidsrecht van Boekel
de mouwen en werkt hard, maar daarna bestaat de mogelijkheid om
De Nerée. Naast zijn studie werkte hij bij de rechtswinkel Groningen
gezellig een borrel met elkaar te drinken. We doen veel met elkaar,
en organiseerde hij TEIMUN; een grote internationale conferentie
zoals sporten, maar dat hoeft niet als je daar geen zin in hebt.
voor met name buitenlandse studenten. Tevens was hij actief lid van studentenvereniging Vindicat atque Polit. Hij heeft een studentstage
Zijn er verder nog verschillen met andere kantoren?
gelopen bij een groot advocatenkantoor in Rotterdam op de secties
Maurits: We geven praktisch advies. Cliënten lezen adviezen van
Arbeidsrecht en Commercial Litigation. Sinds juni 2006 is hij werkzaam
meer dan anderhalf kantje gewoon niet. Het jurisprudentieonderzoek
bij Boekel De Nerée, eerst bij Arbeidsrecht, en via een uitstapje naar
moeten wij natuurlijk wel doen, maar de cliënt heeft er niks aan wat de
de sectie Privaatrechtelijk Bouwrecht weer op de sectie Arbeidsrecht.
Hoge Raad in 1981 heeft gezegd. Zij willen weten wat de rechtsregels in hun specifieke geval op dat moment met zich meebrengen. Mijn
Marjorie heeft personeelsmanagement gestudeerd in Groningen. Zij
ervaring is dat andere kantoren soms adviezen schrijven van meer dan
is sinds 2007 werkzaam als recruiter bij Boekel De Nerée en is daarbij
tien pagina’s, waarvan de cliënt alleen het kopje conclusie leest. Men
verantwoordelijk voor de werving en selectie van juristen. Daarnaast
vraagt een bruikbaar, concreet advies in begrijpelijke taal, niet (al te
onderhoudt zij de contacten met de studieverenigingen en houdt zij
veel) juridisch formele taal. Zo worden wij ook opgeleid.
zich bezig met de arbeidsmarktcommunicatie. Een dubbelinterview.
Voordat je bij Boekel De Nerée ging werken had je waarschijnlijk een beeld van hoe het kantoor zou zijn. Wat was dat beeld en is dat in de loop van de tijd veranderd?
Is er voor medewerkers ook ruimte om zich te blijven ontwikkelen gedurende de loopbaan? Maurits: Ja, zeker. We hebben een zogenoemd TOPJ-programma waarin buiten de normale begeleiding inhoudelijke (vaardigheids)cursussen worden gegeven over allerlei rechtsgebieden. Maar er is absoluut
Maurits: Ja, ik dacht dat de advocatuur vooral erg hard werken was
ook ruimte voor andere externe trainingen en cursussen. Morgen heb
en dat je verder geen sociaal leven meer had. Dat bleek in de praktijk
ik een cursus commerciële ontwikkeling waarbij je het gedrag van
erg mee te vallen. De normale kantooruren van Boekel De Nerée zijn
cliënten leert inschatten en tips krijgt over onder andere netwerken.
van 9 uur ’s ochtends tot 7 uur ’s avonds. Natuurlijk is dat afhankelijk
Daarnaast doet Boekel De Nerée ook mee aan de Law-Firm school voor
van de drukte en de sectie, waardoor zeker ook wel eens langere
stagiaires waaraan ook veertien andere grote kantoren meedoen. Wat
dagen voor kunnen komen. Binnen Boekel De Nerée werkt men hard
ook leuk is om te noemen is het Boekelgerecht. Dat is een simulatie
en professioneel, maar Boekel vindt een goede werk/privé-balans
van een rechtbankzitting waarbij oud-compagnons rechter spelen.
belangrijk. Voor mij was dat een belangrijke reden om voor Boekel De
Twee stagiaires behandelen één casus van een rechtsgebied. Eentje
Nerée te kiezen.
treedt dan op namens Boekel en de ander tegen Boekel namens een cliënt van hem, waarbij de patroon de cliënt speelt. Verkleedpartijen
Marjorie: Als je te veel lange dagen maakt functioneer je op een
en gadgets worden daarbij niet geschuwd!
gegeven moment niet meer goed. Als geconstateerd wordt dat op een bepaalde sectie structureel tot laat doorgewerkt moet worden dan
Marjorie: Alle advocaatstagiairs nemen één keer deel aan het Boekel-
wordt daar wat aan gedaan. Zijn er te weinig mensen, werken mensen
gerecht. Eigenlijk is het een extra pleitoefening omdat binnen de
niet efficiënt genoeg, verdelen we het werk niet goed genoeg? Daar
advocatuur steeds vaker wordt geadviseerd dan geprocedeerd. We
wordt kritisch naar gekeken, zodat mensen goed blijven functioneren.
vinden het als kantoor belangrijk dat stagiaires hun procesvaardigheden goed blijven ontwikkelen.
Waarin onderscheidt Boekel De Nerée zich nog meer? Maurits: Boekel De Nerée is van oorsprong een Nederlands kantoor,
Maurits: Het wordt ook gewaardeerd als je dingen voor kantoor doet.
met één vestiging in Amsterdam. Vooral de nuchtere mentaliteit is
Zo heb ik samen met een collega-advocaatstagiair een netwerk voor
aandacht te blijven vestigen op het roeien, maar dan op het plein voor Boekel De Nerée. Veel studentenroeiers en sportieve collega´s hebben meegedaan en het record is behaald! Het is net een stapje verder durven kijken.
JFV In Casu - maart 2010 -
73
Hoeveel studentstagiairs nemen jullie ongeveer aan op jaarbasis? Marjorie: Dat ligt eraan hoeveel plek we hebben en wat voor CV’s binnenkomen. Ik vind kwaliteit belangrijker dan kwantiteit en vind het daarom belangrijk dat de stagiaires een goede tijd hebben bij Boekel De Nerée. Ik stimuleer dat studentstagiaires zoveel mogelijk facetten meekrijgen van het advocatenvak. Dat betekent zittingen, besprekingen met cliënten, interne besprekingen en sociale evenementen. Studenten kunnen ook altijd een open sollicitatie voor een studentstage sturen, er zijn voldoende plekken beschikbaar NB: in de eerste zin zeg je dat het eraan ligt hoeveel plek we hebben en hier zeg je dat we altijd wel plek hebben….
Is dat ook investeren in de toekomst? Marjorie: Ja zeker. Heel veel studentstagiaires groeien bij ons door naar Young Professionals opgericht, Ambitious Mindz. Tweejaarlijks orga-
advocaatstagiair. We nemen alleen mensen aan waar we enthousiast
niseren wij een bijeenkomst voor mensen in de eerste fase van hun
over zijn en waar het helemaal mee klikt.
professionele carrière, professionals tot ongeveer 35 jaar. Vragen als “Wat is een goede balans tussen werk en privé?” en “Hoe maak je
Maurits: We hebben een vrij stevige selectieprocedure waarbij het
de juiste professionele keuzes?” komen hierbij aan bod. Daarnaast
uitgangspunt is dat je als advocaatstagiaire in principe doorgroeit naar
is het leuk om mensen te ontmoeten die met dezelfde vragen zitten.
medewerker. Daarin word je goed begeleid, maar je moet er natuurlijk
Netwerken is een nuttige subdoelstelling. Boekel De Nerée is ook
wel zelf invulling aan geven. Je haalt eruit wat je erin stopt. Dat gaf
maatschappelijk betrokken. Zo geven onze advocaten regelmatig
mij toen ik zelf stagiair was wel een bepaalde geruststelling. Wat je
les op de IMC weekendschool in Slotervaart aan kinderen in achter-
bijvoorbeeld bij andere kantoren ziet is dat ze een stuk of twintig
standmilieus. We meten de scholieren de toga aan, vertellen over
stagiaires aannemen, terwijl er uiteindelijk maar plek is voor vijf of zes
het vak van advocaat en leren hen argumenteren. Op deze manier
medewerkers. Die ellebogensfeer heerst helemaal niet bij ons.
bieden we mogelijkheden en kennis om ambities van kinderen te verwezenlijken en andere opties aan te reiken waarmee zij thuis niet in aanraking komen. Het is goed en verhelderend naast je werk met zinnig vrijwilligerswerk bezig te zijn.
Krijgen stagiaires dan ook verantwoordelijkheid en eigen cliënten, of zijn ze maar een klein radertje in het grote geheel? Maurits: Ja, je wordt gestimuleerd om eigen verantwoordelijkheid te
Marjorie: Iets heel anders waar ik net aan zat te denken is het sportieve
nemen. Daar worden stagiaires ook in begeleid, daar worden plannen
karakter van Boekel. Afgelopen jaar stond ik op Bangkok Airport en
voor geschreven en netwerken voor beschikbaar gesteld. Het doel
kreeg ik toevallig een Guiness Book of Records in mijn handen. Ik
is dat je langzamerhand je eigen praktijk opbouwt. Bij Boekel De
keek onder the Netherlands en zag daar een heel grote foto met op
Nerée worden het hebben van eigen cliënten en het zelf nemen van
de achtergrond Boekel De Nerée, van onze wereldrecordpoging om zo
cliëntencontact gestimuleerd. Maar nogmaals geldt: je haalt eruit wat
veel mogelijk mensen op ergometers te laten roeien. In het Olympische
je erin stopt.
jaar vond kantoor het leuk door middel van deze recordpoging
@
74 JFV In Casu - maart 2010 -
Hebben jullie nog tips voor studenten die de advocatuur in willen?
in je brief waarom je bij een bedrijf of kantoor solliciteert en waarom je
Marjorie: Ja, kijk goed om je heen, dat is zo belangrijk. Ik spreek zoveel
gemotiveerd bent. En laat niet alleen je brief maar ook je CV checken.
sollicitanten die zich een maand voordat ze afstuderen een keer gaan
Ook op duidelijkheid, mensen hebben soms de meest interessante
oriënteren. Echt, begin zodra je je master in gaat. Dat is echt een van
bijbanen maar vermelden dan niet wat ze precies gedaan hebben.
de belangrijkste tips die ik kan geven.
Omschrijf je verantwoordelijkheden. En maak dingen persoonlijk. Ik
terwijl overal op internet staat dat ik de contactpersoon ben. Vermeld
vind het bijvoorbeeld ook interessant om te weten wat de hobby’s van Maurits: Als je ook maar een beetje overweegt de advocatuur in te
mensen zijn, want dat maakt wat voor persoon jij bent.
gaan, adviseer ik om in ieder geval een stage binnen de advocatuur te lopen. Verder is het belangrijk dat je kantoren goed vergelijkt. Namens
Maurits: Je moet ook bepaalde sociale kwaliteiten hebben. Studenten
Boekel De Nerée ga ik al jaren naar de BID in Groningen, wat ik trouwens
die actief zijn in het een of ander hebben laten zien dat ze zich naast
echt fantastisch vind. Het blijft mooi om in je oude studentenstad rond
hun studie hebben ingezet voor andere dingen en dus hun aandacht
te lopen. De BID is een heel goede mogelijkheid om rond te neuzen
kunnen verdelen. Dat kan van alles zijn: binnen en buiten studenten-,
in de advocatuur. Hier kun je allerlei mensen spreken: Hoe zit het
studie- of sportvereniging, rechts- of wetswinkel, politieke functies of
daarmee, hoe zijn jullie daarin? Het is nooit verloren tijd.
– inderdaad – andere interessante bijbanen.
Marjorie: Ik vind het altijd zo jammer als studenten zeggen dat stage
Marjorie: Actief zijn is inderdaad een rode lijn. Een Boekelaar steekt
lopen tijdens je studie zonde van je tijd is. Probeer anders aan het
gewoon zijn handen uit de mouwen en is bereid een extra stapje te
eind van je studie stage te lopen. Ook prima. Maar oriënteer je. Ga
zetten In je masterfase moet je laten zien dat je een bepaalde studie-
naar business courses, kantoorbezoeken en banenmarkten. Ik kan
richting interessant vind. Wij snappen ook dat je in het begin van je
het niet genoeg stimuleren. Alle studenten die bij ons stage hebben
studie aan het genieten bent, maar daarna wordt het tijd dat mensen
gelopen zeggen dat ze in die twee maanden meer hebben gezien
serieuzer worden. En ik denk dat je, als je oprecht geïnteresseerd bent
dan een half jaar in de collegebanken. Ik vind het heel jammer als ik
in je studie, dat ook terug kunt laten zien in je cijfers.
een sollicitant krijg die nergens heeft rondgekeken. Hoe kun je dan beargumenteren wat je echt wilt?
Na dit gesprek keerde uw redacteur, gewapend met een Boekelparaplu tegen de sneeuw, weer terug naar het Hoge Noorden. Graag
Als je eenmaal een kantoor hebt gekozen waar je wilt solliciteren, waar moet je dan op letten?
bedanken wij Marjorie en Maurits voor hun tijd en de mogelijkheid om
Maurits: Als je dan eenmaal gaat solliciteren denk ik dat elk contactmoment met een kantoor belangrijk is voor de eerste indruk. Hoe vaak wij sollicitatiebrieven met schrijffouten krijgen…
Dat
is dodelijk. Het is voor een jurist of advocaat uiterst knullig als je schrijffouten in een sollicitatiebrief maakt. Marjorie: Ik denk wel dat je je als student met je brief kunt onderscheiden. Hoe vaak ik een brief krijg met “Geachte heer/mevrouw”
een keer in de keuken van een van de grotere Amsterdamse kantoren te kijken. @
Kantoorspecial
DLA Piper DLA Piper is een van oorsprong Nederlands kantoor dat in 1916 is opgericht. In 2004 is het kantoor gefuseerd met het Engelse DLA en een jaar later met twee Amerikaanse kantoren, Piper Rudnick en Gray Cary. Sinds 2006 heet het kantoor wereldwijd DLA Piper. Inmiddels is DLA Piper het grootste advocatenkantoor ter wereld. DLA Piper Nederland is een full service kantoor en is gevestigd in Amsterdam. Hier werken ruim 130 advocaten, (kandidaat-) notarissen en belastingadviseurs en 120 medewerkers support staf (secretariaat en stafdelingen).
75
Door Paula Kemp
JFV In Casu - maart 2010 -
Wouters Advocaten & Notarissen is in 1991 opgericht en is in 2002 gefuseerd met AKD. In 2005 heeft Simone de overstap van AKD naar DLA Piper gemaakt en enkele jaren later werd ze door DLA Piper New York gevraagd om daar als projectmanager te komen werken. In januari 2008 is Simone op secondment gegaan naar DLA Piper in New York en recentelijk is ze weer terug op het kantoor van DLA Piper in Amsterdam.
Kandidaat notaris en werken over de grens Simone deed in New York het werk van een project manager. Dat houdt het volgende in. Amerikaanse multinationals worden door fiscalisten van DLA Piper geadviseerd hoe ze belasting kunnen besparen door wijzigingen aan te brengen in hun internationale structuur van vennootschappen (bijvoorbeeld na een overname). Het fiscale advies wordt uitgewerkt in een fiscaal stappenplan. Nadat een project is “verkocht” werken ondernemingsrechtjuristen over de hele wereld samen om een project te implementeren, onder leiding van een project manager. De project manager verzorgt een gedetailleerd juridisch stappenplan, stelt overeenkomsten en besluiten op, stroomlijnt het advies uit alle landen, begeleidt de cliënt bij het beoordelen en ondertekenen van de stukken en verzamelt alle getekende stukken in Simone Cuypers
een closing binder. De cliënt gebruikt de closing binder om alle stappen in de boeken van de betrokken vennootschappen te verantwoorden en als naslagwerk voor de accountant die de jaarstukken controleert.
Kandidaat notaris Simone Cuypers
Als project manager was Simone met name betrokken bij structuren
Kandidaat notaris Simone Cuypers heeft van 1994 tot 1999 in Leiden
met daarin Nederlandse besloten vennootschappen, coöperaties of
gestudeerd en na de propedeuse heeft ze gekozen voor notarieel recht.
commanditaire vennootschappen. Zo had ze dagelijks nog contact met
Naast haar studie was ze onder andere lid van de Broederschap der
collega’s in Amsterdam. Voordat Simone naar New York ging stelde ze
Notariële Studenten te Leiden (BNSL). Simone gaf aan dat ze tijdens
vanuit Amsterdam alle stukken op (denk aan akten van oprichting,
haar studie in Leiden in contact kwam met uitwisselingsstudenten
statutenwijziging, aandelenoverdracht en fusie en verkoop- en
uit Amerika en zich op dat moment realiseerde dat haar keuze
leningsovereenkomsten) en verzorgde ze het juridisch advies naar
voor notarieel recht voornamelijk Nederlands werk met zich zou
Nederlands recht voor dergelijke projecten.
meebrengen. In augustus 1999 begon ze als kandidaat notaris op de sectie ondernemingsrecht bij Wouters Advocaten & Notarissen
Kantoorsfeer
(onderdeel van het internationale kantorennetwerk van Andersen
Simone gaf aan dat er op het kantoor in Amsterdam op niet-hiër-
Legal). Ze heeft gekozen voor het ondernemingsrecht omdat ze
archische manier wordt samengewerkt. Voorts heeft het volledige
verwachtte daarin meer internationale cliënten te kunnen bedienen.
kantoor van DLA Piper Amsterdam internationale cliënten en dat draagt
@
76 JFV In Casu - maart 2010 -
bij aan een uitdagende sfeer. De vestiging New York is qua aantal
‘Ondernemingsrechtklasje’. In dit klasje geven ervaren medewerkers
werknemers vergelijkbaar met het kantoor in Amsterdam. Simone gaf
((kandidaat) notarissen en advocaten) les aan de hand van het
aan dat de sfeer op kantoor New York ook erg prettig was. Zowel in
boek ‘Van de BV en de NV’ van Mr. P. van Schilfgaarde. Tijdens een
New York als in Amsterdam is men serieus aan het werk, maar wegens
bijeenkomst worden er een of meerdere hoofdstukken aan de hand
de hoge urennorm in Amerika (de urennorm in Amerika is vijfhonderd
van praktijkvoorbeelden besproken. Voorts geeft Simone aan dat het
uur hoger op jaarbasis dan in Nederland) is er daar minder ruimte voor
mogelijk is dat een kandidaat notaris zich specialiseert middels een
onderling sociaal contact.
opleiding bij een juridisch opleidingsinstituut.
Beroepsopleiding
Verder dient een (kandidaat) notaris in iedere twee jaar ten minste
Tijdens de eerste drie stagejaren volgt een kandidaat notaris de
veertig Permanente Educatiepunten (hierna: PE) te behalen. De PE
beroepsopleiding die in opdracht van de Koninklijke Notariële
punten zijn verdeeld in juridische en management gerichte punten
Beroepsvereniging (KNB) wordt georganiseerd door de Stichting
en een (kandidaat) notaris dient zijn volledige loopbaan aan de
Beroepsopleiding Notariaat. Simone gaf aan dat het mogelijk is om
verplichting van PE punten te voldoen. Simone geeft voorts aan dat
de beroepsopleiding te combineren met het werken over de grens (wel
de advocaten, notarissen of belastingadviseurs van DLA Piper zelf
adviseert ze om dit vooraf af te stemmen met de KNB). Zo waren er
cursussen geven en dat deze cursussen toegankelijk zijn voor alle
tijdens haar beroepsopleiding wel kandidaat notarissen die tijdens
professionals van DLA Piper en vaak ook voor cliënten. In geval een
de beroepsopleiding in het buitenland voor een Nederlandse notaris
bepaald onderwerp niet bij een interne cursus wordt behandeld, is het
werkten (voor de verplichte bijeenkomsten van de beroepsopleiding
tevens mogelijk om een externe cursus te volgen die door het kantoor
kwamen zij terug naar Nederland). De vereisten voor het erkennen
wordt vergoed.
van een stage in het buitenland staan vermeld in de wet op het Notarisambt.1
Notaris en pro bono Simone vertelde dat de maatschappelijke betrokkenheid van haar
Simone heeft de overgang van haar studie naar het gaan werken als
Amerikaanse collega’s groot is. Bij de presidentiële verkiezingen
kandidaat notaris als erg prettig ervaren. Bij Wouters Advocaten &
in november 2008 bemanden meer dan 225 Amerikaanse collega’s
Notarissen verliep de overgang met name door het team van mensen
de hotline van Election Protection, Amerika’s grootste onpartijdige
waarin ze kwam te werken prima.
inspanning om de rechten te beschermen van kiezers om hun stem uit te brengen en te laten meetellen. Het kantoor van DLA Piper in
Advocatenkantoren met een internationale commerciële en financiële
Washington DC fungeerde als hoofdkantoor van de Election Protection,
praktijk – waaronder DLA Piper – hebben de Law Firm School opge-
waar vandaan nationale nieuwszenders live verslag deden. Pro bono
richt om stagiaires in de advocatuur op het kwaliteitsniveau te
is een big issue in de Verenigde Staten. Elke associate van DLA Piper
brengen dat nodig is voor de cliënten. De Law Firm School is niet
in Amerika dient een minimaal aantal uren per jaar aan pro bono
voor kandidaat notarissen. Simone gaf aan dat de bestaande nota-
werk te besteden (of het nou juridisch advies is of het bezorgen van
riële beroepsopleiding enorm uitgebreid en intensief is, waardoor
leftovers aan een opvanghuis voor daklozen). Simone heeft in New
een verzwaring middels bijvoorbeeld een Law Firm School niet nodig
York ook meegeholpen met een pro bono project voor The World Bank.
is. Ze is van mening dat cursussen – na afronding van de beroeps-
De opdracht bestond uit het beantwoorden van juridische vragen die
opleiding - gericht op specifieke onderdelen van de notariële praktijk
betrekking hadden op vrouwenrechten (Doing Business: Opportunities
(bijvoorbeeld ondernemingsrecht of vastgoed) een goede aanvulling op
for Women). In 2007 is er door DLA Piper in Amerika 128.345 uur pro
de beroepsopleiding kunnen zijn. Bij DLA Piper is er bijvoorbeeld een
bono werk verricht.
@
77
In Nederland geldt er geen verplichting om een minimaal aantal
JFV In Casu - maart 2010 -
uren aan pro bono zaken te besteden, maar DLA Piper Amsterdam biedt veel ruimte voor pro bono projecten. DLA Piper Amsterdam werkt o.a. mee aan de KidZZ Academy2 en Liselotte Bosch (HR Executive Arbeidsmarktcommunicatie) geeft sollicitatietrainingen voor basisschool- en vmbo-leerlingen die aangesloten zijn het project Jinc.3
Een internationale praktijk en de benefits DLA Piper heeft over de hele wereld kantoren en Simone gaf aan dat ze het erg leuk vindt om met collega’s wereldwijd samen te werken. Voorts vindt ze het prettig dat ze met haar keuze voor notarieel recht in combinatie met een kantoor met een internationaal netwerk cliënten over de hele wereld kan bedienen. Daarnaast vindt ze het interessant om te werken met grote merken uit bijvoorbeeld Amerika en dat door het zien van deze merken in het dagelijkse leven, haar notariële werk meer ‘tot leven’ komt. Verder ervaart ze het van gedachten wisselen met mensen uit andere landen over juridische vraagstukken als een meerwaarde in haar werk als kandidaat notaris. Simone geeft als advies aan de huidige studenten dat het van
1e gesprek met één partner uit de partnercommissie. Aansluitend
belang is om goed uit te zoeken waar je wil gaan werken en of je
vindt een capaciteitentest plaats op de onderdelen: taalvaardigheid,
internationale ambities hebt. Ze geeft aan dat in geval een student
verbale logica en cijferreeksen. In geval het gesprek en de test
na afronding van zijn studie enkele jaren in het buitenland wil gaan
succesvol waren, volgt er een tweede gesprek met één partner uit de
werken, het verstandig is om te kiezen voor een kantoor met een
partnercommissie. De laatste gespreksronde is met twee mensen uit
internationaal netwerk. Voorts is volgens Simone een stage ook een
de sollicitatiecommissie en iemand van de HR afdeling. Voor meer
goede mogelijkheid om je als student te oriënteren en te zien welke
informatie kun je contact opnemen met: Eveline Schrijber van de
mogelijkheden een kantoor kan bieden en of er een team van mensen
afdeling recruitment: 020-5419 820 / eveline.schrijber@dlapiper.com / www.werkenbijdlapiper.nl. @
zit waar je deel van wil gaan uitmaken.
Studentstages en sollicitatieprocedure Bij DLA Piper kun je gedurende het hele jaar stage lopen. Indien je interesse hebt in een stage stuur dan je sollicitatie bestaande uit een motivatiebrief, CV en cijferlijst via de website www.werkenbijdlapiper. nl toe. Direct solliciteren voor een functie als junior associate kan
1
ook. Voor starters geldt dat je op grond van je papieren sollicitatie,
2
<http://www.ictkidzzacademy.nl/>.
bestaande uit een motivatiebrief, CV, officiële cijferlijst, scriptie en
3
<http://www.jinc-amsterdam.nl/>.
eventuele studentstagebeoordelingen, wordt uitgenodigd voor een
Johannes C.H. Melis, De Notariswet, p. 305.
BE LOCAL - GO GLOBAL
DLA Piper is een internationaal full service kantoor gevestigd in Amsterdam. Bij DLA Piper werken in Nederland 250 mensen, onder wie ruim 130 advocaten, (kandidaat-)notarissen en belastingadviseurs. DLA Piper maakt wereldwijd een sterke groei door en is één van de grootste en meest toonaangevende kantoren.
Interesse? Kijk voor meer informatie op www.werkenbijdlapiper.nl of neem contact op met Eveline Schrijber (recruiter): 020-5419820 eveline.schrijber@dlapiper.com.
Ben jij (bijna) afgestudeerd en wil je werken in een internationale werkomgeving? Ben je ambitieus, flexibel en een echte teamplayer? Start dan je carrière bij DLA Piper! Wij zijn constant op zoek naar enthousiaste en gedreven mensen die zich willen blijven ontwikkelen. Bij DLA Piper bieden we jou uitstekende (internationale) opleidingsmogelijkheden.
DLA Piper Nederland N.V. is onderdeel van DLA Piper, een wereldwijd opererende juridische dienstverlener met ruim 3500 juristen, werkzaam in 29 landen. DLA Piper is gevestigd in 67 belangrijke steden in Europa, Azië, het Midden-Oosten en de Verenigde Staten
www.dlapiper.com
EVERYTHING MATTERS
Kantoorspecial
Höcker Advocaten Het begint allemaal op een frisse woensdagochtend. Na de halve treinreis gezelschap te hebben van een stuk of twintig tamelijk beschonken leden van een Groningse studentenvereniging, zijn wij verheugd om eens een kijkje te nemen bij Höcker Advocaten in Amsterdam. Vanaf de tramhalte zien we het prachtige pand al: een typisch advocatenkantoor direct naast het Vondelpark. Voordat we naar binnen stappen, checken we ons nog vluchtig op eventuele restverschijnselen van ons gezelschap tijdens de treinreis, maar de bierlucht is inmiddels vervlogen. Gelukkig. Dat interviewt iets prettiger. Door Martha Bulthuis en Eveline van Rhijn
79
te maken in Australië om vervolgens weer als eerstejaars te beginnen
JFV In Casu - maart 2010 -
aan de bachelor Nederlands Recht, eveneens aan de Universiteit Utrecht. Doelbewust heeft hij niet voor een gespecialiseerde master gekozen, maar voor een bredere civielrechtelijke master. Hij wilde breed afstuderen. Naast zijn studie was hij werkzaam als assistentredactiesecretaris van het tijdschrift Intellectueel Eigendom en Reclamerecht. Tevens gaf hij tweedejaarsstudenten les in het vak Nieuwe Media en het Auteursrecht. Op die manier heeft hij zich naast zijn brede afstudeerrichting, toch gespecialiseerd in zijn huidige vakgebied: intellectuele eigendom en ICT-recht. Spijt dat hij eerst een andere studie heeft gedaan, heeft hij niet. In zijn huidige functie heeft hij veel aan het feit dat hij naast de juridische kennis, ook kennis heeft van communicatietechnologie. Het vakgebied waarin hij werkzaam is, is constant in ontwikkeling en enige achterliggende kennis is dan wel een pre. Bij binnenkomst worden we hartelijk verwelkomd door de receptioniste
Van Eek is in juni 2009 afgestudeerd. Op de dag van zijn afstuderen
die ons de kapstok en de wachtkamer wijst. “De heer Van Eek is nog in
had hij een vergadering bij Höcker Advocaten in zijn functie als
bespreking, maar hij zal er zo wel aankomen.” zegt ze geïnteresseerd
assistent-redactiesecretaris bij IER. Ter viering van zijn afstuderen
nadat wij vertellen dat we voor een interview met Daan van Eek
kreeg hij niet alleen taart, maar ook een aanbod om te solliciteren bij
komen. We zitten ongeveer vijf minuten in de wachtkamer als hij
de sectie intellectuele eigendom en ICT-recht (hierna: IE). Diezelfde
ons hoogstpersoonlijk op komt halen. Warme handdrukken worden
avond nog heeft hij zijn cv en cijferlijst opgestuurd en werd hij
uitgewisseld en we lopen met hem mee naar een ruime vergaderzaal,
vervolgens uitgenodigd om op gesprek te komen bij de partners uit de
waar we een lekker kopje thee ingeschonken krijgen. Eerst praten
sectie IE. Na het eerste gesprek succesvol te hebben afgerond, volgde
we nog wat na over onze, nogal ongewone, treinreis maar al gauw
er een gesprek met zijn toekomstige patroon en een medewerker van
komen we ter zake. We zijn hier immers om meer te weten te komen
een andere sectie. Het derde gesprek was een kennismakingsgesprek
over Höcker Advocaten. We beginnen echter met de persoonlijke
met twee andere partners van de maatschap. Als laatste volgde er een
achtergrond van Daan van Eek zelf.
assessment, waarna Van Eek werd aangenomen. Zo ziet de procedure eruit bij advocaat-stagiaires die komen solliciteren bij Höcker, zodat er
Daan van Eek
een breed beeld ontstaat van de sollicitant. Nadat hij was aangenomen
Daan van Eek, advocaat-stagiair bij Höcker Advocaten, begon zijn
bij Höcker Advocaten, is Van Eek eerst twee maanden gaan reizen.
studententijd, niet zo vanzelfsprekend, met de opleiding Communi-
Twee dagen na terugkomst is hij aan het werk gegaan. Toen wij hem
catie- en Informatiewetenschappen aan de Universiteit van Utrecht.
vroegen naar de overgang van student naar medewerker gaf hij aan
Deze studie volgde hij met veel plezier. In de laatste fase van zijn
dit niet als erg zwaar te hebben ervaren. De eerste twee weken waren
studie kreeg hij het vak Nieuwe Media en Auteursrecht, waarmee de
vermoeiend, maar al snel was hij gewend aan het nieuwe werkritme.
juridische kant van zijn studie belicht werd. Dit vond hij inhoudelijk
Daar komt bij dat hij na bijna zeven jaar studeren juist zin had om aan
het meest interessante vak dat hij tot dan toe had gevolgd en de
het werk te gaan.
juridische interesse was hiermee gewekt. Hij besloot zijn bachelor af
@
wordt eveneens jurisprudentie besproken. De sectie IE bestaat uit vier
“Zowel onderling als
advocaten, waarvan twee partners. Iedereen binnen de sectie houdt een aantal vakbladen bij om die vervolgens samen te bespreken. Zo
JFV In Casu - maart 2010 -
80
blijven ze op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen binnen hun
tegenover cliënten is
rechtsgebied. Er komen echter ook vaak collega’s van andere secties
Höcker toegankelijk en
in intellectueel eigendom of daar toevallig mee te maken hebben.
laagdrempelig.”
manier kan overleg plaatsvinden tussen collega’s en hoeft men het
bij de jurisprudentiebespreking zitten, omdat die geïnteresseerd zijn Iedere maandagochtend worden de nieuwe zaken besproken. Op die wiel niet tweemaal uit te vinden als iemand eerder een soortgelijke zaak heeft gehad. Dit komt de efficiëntie en kennisopbouw van de sectie zeker ten goede.
Van Eeks werkdag is altijd gevarieerd. Er zijn namelijk bijna geen
Op de vraag wat Höcker Advocaten nu zo bijzonder maakt, antwoordt
dagen die gaan zoals hij gepland heeft. Vooral op een afdeling als
Van Eek dat hem vooral de informele sfeer zo aanspreekt. Iedereen is
IE krijgt hij veel te maken met de dagelijkse procespraktijk. Met
weliswaar formeel gekleed - afgezien van de “Casual Friday” - maar
name kortgedingen komen veel voor. Hij houdt zich veel bezig met
zowel onderling als tegenover cliënten is Höcker toegankelijk en
het schrijven van adviezen, opstellen van processtukken en het
laagdrempelig. Het gebeurt zelfs regelmatig dat cliënten een mailtje
deelnemen aan besprekingen, zowel binnen als buiten het kantoor.
sturen waarin zij aangeven dat ze de sfeer zo prettig vinden op het
Daarnaast doet hij, ondanks dat hij nog maar kort in dienst is, een
kantoor. Daarnaast vindt Van Eek het zeer prettig dat je als advocaat-
aantal zaken zelf.
stagiair al in een vroeg stadium zelf verantwoordelijk bent voor een aantal zaken.
Het kantoor Höcker Advocaten is een middelgroot kantoor met ruim 45 advocaten
Voor de sportieve medewerkers is er de mogelijkheid om het bedrijfs-
en is gevestigd in een prachtig pand gelegen in het centrum van
hockeyteam te versterken. Dit team bestaat deels uit medewerkers
Amsterdam met uitzicht op het Vondelpark. Tijdens lunchpauzes wordt
van Höcker Advocaten en deels uit medewerkers van Kennedy Van
hier vaak een wandelingetje gemaakt. Het zeer authentieke pand
der Laan Advocaten. Samen doen zij regelmatig mee aan bedrijfs-
bestaat uit drie losse panden die zijn samengevoegd tot één kantoor.
hockeytoernooien.
Direct ernaast gelegen is nog een vierde pand dat onderdeel uit maakt van Höcker Advocaten en dat net zo’n authentieke uitstraling heeft als
Advocaat-stagiairschap
de andere panden.
Met betrekking tot het advocaat-stagiairschap vertelt Van Eek dat de opleiding twee maal per jaar start: in september en in maart. Eén van
Höcker Advocaten heeft een hoge mate van expertise en mede daar-
de vereisten is dat men minstens dertig opleidingspunten behaalt.
door wordt inhoudelijk zeer goed werk afgeleverd. Het kantoor
Dit kan op allerlei manieren gedaan worden, bijvoorbeeld door het
is geënt op specifieke branches in de markt, waaronder de reclame-,
volgen van congressen of lezingen die in je vakgebied vallen. Om zijn
media- en entertainmentbranche. De rechtsgebieden waarin het
studiepunten te halen heeft Van Eek onder andere zijn scriptie over
advocatenkantoor gespecialiseerd is, zijn onder andere onderne-
aansprakelijkheid van derden bij auteursrechtinbreuk herschreven tot
mingsrecht en insolventierecht, arbeids- en medezeggenschaps-
een artikel dat recentelijk in het tijdschrift Intellectueel Eigendom en
recht, intellectueel eigendom, ICT- en mediarecht, vastgoedrecht,
Reclamerecht gepubliceerd is. Aansluitend heeft hij een congres in
omgevings- en bestuursrecht en fiscaal (proces)recht.
Utrecht gevolgd, waarvoor tevens een aantal studiepunten verkregen konden worden.
Elke woensdag en vrijdag vindt er een kantoorbrede lunch plaats. Dan komen alle werknemers van het kantoor bij elkaar om samen te lunchen.
Bij veel kantoren vindt er een sectiewisseling plaats tijdens de
Op dinsdag wordt tijdens de lunch de jurisprudentie besproken met de
opleiding. Het advocaat-stagiairschap bestaat dan uit anderhalf
nieuwe stagiaires. Elke donderdag wordt er geluncht met de sectie IE en
jaar lang transactiepraktijk en anderhalf jaar lang procespraktijk.
@
meegenomen, maar je geschiktheid moet uiteindelijk blijken uit je
“Je krijgt veel ruimte
persoonlijkheid. Het is heel belangrijk dat je bij het kantoor past. De activiteiten tijdens de stage kunnen enorm uiteenlopen. Je wordt nauw betrokken bij de praktijk en zoveel mogelijk meegenomen naar
om jezelf te
besprekingen en zittingen. Je functioneert ter ondersteuning en kan
ontwikkelen en te
krijgen: “Kan ik nog een akte indienen of ben ik te laat?”. Wanneer
ontplooien.”
worden aan de stukken. Verder worden de student-stagiaires ook betrokken bij activiteiten binnen het kantoor zelf. Zo worden er voor het bedrijfshockeyteam altijd extra sportievelingen gezocht. Veel studenten ervaren een grote kloof tussen de studie en de praktijk. Het student-stagairschap is daar een goede link tussen. Het maakt de theorie veel levendiger. Naast studentenstages organiseert Höcker Advocaten regelmatig workshops en zijn zij aanwezig op veel banenmarkten. Tevens doen zij mee aan de STEP In-housedagen. Deze worden georganiseerd door de Stichting Student en Praktijk (STEP). Laatstejaars rechtenstudenten kunnen dan een informeel bezoek brengen bij topmultinationals en advocatenkantoren. Bij Höcker krijgen de studenten naast allerlei activiteiten zoals een quiz, een casus voorgelegd en wordt er een zaak nagespeeld. Eén van de partners speelt de rechter. Daarna wordt er uitgebreid geluncht met z’n allen.
Daan van Eek
Aan studenten wil Van Eek meegeven dat je vooral moet doen wat je leuk vindt. Vooral in de werkomgeving is het van belang dat je lekker in je vel zit. Hoe meer plezier je in je werk hebt, hoe beter ook de kwaliteit
Bij Höcker gebeurt dit niet, omdat je binnen de sectie al met deze
van je werk wordt. Dus kies niet persé voor een kantoor met de meeste
verschillende aspecten van het advocaatschap te maken krijgt. Vooral
prestige maar kies voor een werkplek waar je hart ligt.
bij een sectie als IE zal het niet snel gebeuren dat er onvoldoende proceservaring opgedaan wordt. Sommige kantoren nemen meerdere advocaat-stagiaires aan, terwijl er uiteindelijk slechts één wordt
Kijk voor meer informatie over Höcker Advocaten op www.hocker.nl. @
aangenomen als medewerker. Dat is bij Höcker niet het geval. Je wordt er aangenomen om door te kunnen groeien als medewerker. Je krijgt veel ruimte om jezelf te ontwikkelen en te ontplooien.
Student-stagiairschap Voor studenten die in de laatste twee jaar van hun rechtenstudie zitten, is het mogelijk een tweemaandelijkse stage te lopen bij Höcker Advocaten. Wil je hiervoor in aanmerking komen, stuur dan je cv en cijferlijst op en wellicht wordt je uitgenodigd voor een gesprek. Op het gesprek kun je aangeven welke sectie je interessant lijkt. Als je meerdere secties leuk vindt, is een sectiewissel mogelijk gedurende de stage. Goede cijfers en een goed cv is natuurlijk altijd mooi
”Kies voor een werkplek waar je hart ligt.”
JFV In Casu - maart 2010 -
het processtuk daar ruimte voor laat, kan zelfs meegeschreven
81
allerlei vraagstukken voorgelegd krijgen. Zo kan je de vraag voorgelegd
2 maanden studentstage in Amsterdam aan het Vondelpark?
=LW MLM LQ GH ODDWVWH MDDU YDQ MH UHFKWHQVWXGLH HQ ZLO MLM ZHWHQ KRH KHW LV RP DGYRFDDW WH ]LMQ" .RP GDQ PDDQGHQ VWXGHQWVWDJH ORSHQ ELM +|FNHU $GYRFDWHQ LQ $PVWHUGDP 9DQXLW RQV NDQWRRU DDQ KHW 9RQGHOSDUN ZHUNHQ UXLP DGYRFDWHQ *HGXUHQGH HHQ VWXGHQWVWDJH ZRUG MH GRRU RQ]H DGYRFDWHQ QDXZ ELM GH SUDNWLMN EHWURNNHQ -H JDDW PHH QDDU EHVSUHNLQJHQ PHW FOLsQWHQ ]LWWLQJHQ ELM GH UHFKWEDQN HQ XLWHUDDUG QDDU DOOH NDQWRRUDFWLYLWHLWHQ 2RN NULMJ MH GH UXLPWH RP RS YHUVFKLOOHQGH UHFKWVJHELHGHQ WH ZHUNHQ RP RS GH]H PDQLHU WH RQWGHNNHQ ZDDU MH LQWHUHVVHV HQ WDOHQWHQ OLJJHQ (HQ OHHU]DPH HUYDULQJ GXV 6WXGHQWVWDJLDLUHV ZRUGHQ SHUVRRQOLMN EHJHOHLG GRRU HHQ DGYRFDDW 9DQ VWDJLDLUHV YHUZDFKWHQ ZLM HQWKRXVLDVPH HQ HLJHQ LQLWLDWLHI +HE MLM LQWHUHVVH RP HHQ VWXGHQWVWDJH ELM RQV NDQWRRU WH ORSHQ" 6WXXU GDQ MH FY HQ FLMIHUOLMVW QDDU (OOHQ 2RPHV RRPHV#KRFNHU QO %LM DDQPHOGLQJ KRXGHQ ZH UHNHQLQJ PHW MH YRRUNHXU YRRU HHQ EHSDDOGH VHFWLH 9RRU PHHU LQIR ZZZ KRFNHU QO
Van Eeghenstraat 98, 1071 GL Amsterdam 020 577 77 00, www.hocker.nl
De wet van Van Doorne:
Meelopen is geen goede stage
Bij Van Doorne werken gedreven en geslepen geesten. Advocaten, notarissen en fiscalisten die hun vak verstaan. Kom je bij ons stage lopen, dan leren we je dat vak graag. Maar weet wel waar je aan begint. Aan meelopers hebben we hier geen behoefte, aan mensen die vooroplopen en vooruitdenken des te meer. Onze praktijk leert dat talent pas komt bovendrijven wanneer het zich mag bewijzen. Kijk op www.werkenbijvandoorne.nl hoe je je talent op scherp kunt zetten. Maak kennis met je nieuwe collegaâ&#x20AC;&#x2122;s, neem een kijkje op je nieuwe werkplek en kies de toekomst die je wilt. Heb je vragen of wil je solliciteren, neem dan contact op met onze recruiter Wendy Arends-Verhoeff, 020 6789 342, humanresources@van-doorne.com
Van Doorne houdt je scherp
Van Doorne N.V. Afdeling Human Resources Postbus 75265 1070 AG Amsterdam
Become complete.
Headline-making deals.
Linklaters is a global law firm, trusted by the world's top companies, financial institutions and governments to solve their most complex legal issues. Thatâ&#x20AC;&#x2122;s why RBS, ABN AMRO and NIBC turned to our Amsterdam office to advise them on the â&#x201A;Ź120,000,00 financing of PCM Group following its acquisition by the Belgian media group De Persgroep. Our team in the Netherlands lead headline-making deals that give our people the opportunity to develop and grow. To find out what you could be doing and to read about the PCM Group transaction, visit our website www.linklaters.com/nlgraduates