Kinderkrant Drechtsteden april 2023

VOGELS SPOTTEN

HENDRIK-IDO-AMBACHT – Pim (11), Daley (8), Moreno (9), Teun (10) en Ryan (10) gingen 15 maart met Hi5Ambacht op zoek naar vogels in de Crezéepolder. Ryan: ‘Ik houd veel van vogels, ik vind ze interessant. Ik kijk naar vogels met mijn verrekijker en zoek ze dan op in mijn vogelboekje.’ Teun: ‘Ik vind het leuk om nieuwe vogels te leren kennen en daar meer over te weten.’ Daley: ‘Ik spot sinds een half jaar vogels. Ik ga vaak met mijn moeder de natuur in. We kijken dan met een verrekijker naar vogels. De vogels die we vinden kruisen we aan in een app. Ik heb tot nu toe zo’n 50 verschillende vogels gevonden.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

Veel verschillende vogels

‘We hebben vandaag zo’n 25 soorten vogels gespot’, vertelt Hans, de vogelaar die mee op pad is. ‘Er komen hier roofvogels, die eten vlees. Ik zag er 1 in de lucht die steeds omlaag ging’, zegt Moreno. ‘Dat was een torenvalk. Hij was aan het bidden. Dan hangt hij stil in de lucht. Als hij de plas van een muis ziet, duikt hij naar beneden om de muis te vangen’, zegt Pim. ‘Er was hier gisteren een zeearend. We zagen de resten van een grauwe gans liggen. Die heeft de zeearend gegeten. Ik wil graag de kievit en de kerkuil zien. De kievit heb ik zojuist gezien hier’,

vertelt Ryan. ‘Ik vind het leuk dat ik de kluut heb gezien. Hij zocht met zijn snavel beestjes in het zand’, zegt Teun. ‘Ik heb vandaag veel nieuwe vogels gezien, ik denk 12. Ik vind de brandgans en torenvalk de mooiste’, zegt Daley.

‘We zijn hier samen met een vogelaar op pad. Een vogelaar is iemand die veel van vogels weet. Hij heeft een grote verrekijker mee. Daarmee zie je de vogels van heel dichtbij. Hij vertelt welke vogels hij waar ziet’, vertelt Ryan. ‘Door die grote kijker kun je precies zijn hoe een vogel eruitziet’, zegt Moreno.

BUITENDIJKS: Aan de rivierzijde van een dijk.

De Crezéepolder

De jongens spotten de vogels in de Crezéepolder. Dit is een buitendijks natuurgebied tussen Hendrik-IdoAmbacht en Ridderkerk. ‘Ik vind het een mooie en rustgevende plek hier. Er is veel water. Er zijn zandbanken. Er is eb en vloed hier. Het water gaat dus naar beneden en komt weer omhoog’, vertelt Pim. ‘Daarom komen hier veel vogels. Als het water zakt, zijn er allemaal beestjes die ze kunnen eten’, zegt Teun.

Meedoen aan een tv-programma

Milan en Nathan spelen rugby

De leukste kinderboeken uitkiezen

Rijden met een Smart Train

Pim, Daley, Moreno, Teun en Ryan spotten vogels in de Crezéepolder.

De jongens gaan samen met vogelaar Hans met verrekijkers op zoek naar zo veel mogelijk verschillende vogels.

Verschillende soorten ganzen.

Daley zoekt samen met Paul van Hi5Ambacht een gespotte vogel op in de vogelgids.

Twee baby’s liggen in de wieg. Zegt de één tegen de ander: ‘Ik ben om 12 uur ’s nachts geboren.’ Zegt de ander: ‘Zo, jij mag laat opblijven!’

Meagan (10)

Een boogschutter komt thuis en zegt tegen zijn vrouw: ‘Ik heb je gemist!’

Saar (12)

Twee ontsnapte boeven volgen een spoorlijn. ‘Ik kan niet meer’, zucht de één na een tijdje. ‘Al die trappen!’ ‘Dat is nog niks’, zegt de ander. ‘Die leuningen zijn ook zo laag!’

Aïcha (11)

nn y en Jim m y

Stop! Die weg naar school is niet veilig! Zo moet je drie drukke straten over.

Maar hoe kom ik dan op school?

Geen paniek. Ik heb een veilige route uitgestippeld. Kom!

Cool!

Het brandt en het huppelt door het bos. Ariana (9)

Vlambi.

ANTWOORD (1 WOORD):

REGELS: DE WOORDEN VIND JE HORIZONTAAL, VERTICAAL EN DIAGONAAL. JE MAG LETTERS MEERDERE KEREN GEBRUIKEN. ALS JE DE OVERGEBLEVEN LETTERS IN DE JUISTE VOLGORDE ZET, KRIJG JE HET ANTWOORD. MAIL DIT WOORD SAMEN MET JE VOORNAAM, LEEFTIJD EN HET TELEFOONNUMMER VAN JE OUDERS OF VERZOR- GERS (ZODAT WE CONTACT MET JE OP KUNNEN NEMEN ALS JE HEBT GEWONNEN) NAAR ANTWOORD@KINDERKRANTDRECHTSTEDEN.NL ALLEEN WINNAARS KRIJGEN BERICHT.

Michiel van de Vijver

Verderop rechtsaf.

Veilig: ja. Handig: nee.

Het heeft overal gaten: bovenaan, onderaan en ook aan de 4 zijkanten. Ondanks al deze gaten kan dit ding heel veel water vasthouden. Wat is het?

Elayah (10)

Een spons.

Deze Kinderkrant Drechtsteden wordt mede mogelijk gemaakt door:

HET ANTWOORD VAN DE WOORDZOEKER IN DE VORIGE KINDERKRANT IS: TUINIEREN����� DE WINNAAR IS: EVI (8)

ZOEK

de konijnen in deze Kinderkrant

Kun jij ze allemaal vinden? Vul hier het aantal in:

De nieuwe Kinderkrant Drechtsteden verschijnt donderdag 11 mei

Heb jij een leuke mop, een goed raadsel of een leuk idee voor een artikel? Mail deze met je voornaam en je leeftijd naar redactie@kinderkrantdrechtsteden.nl

COLOFON MEER INFORMATIE

EN CONTACT: www.kinderkrantdrechtsteden.nl

Kinderkrant Drechtsteden verschijnt in Alblasserdam, Dordrecht, Heerjansdam, Hendrik-Ido-Ambacht, Sliedrecht en Zwijndrecht. Oprichter en hoofdredacteur: Linda te Veldhuis

Eindredacteur: Mariska Buitendijk-Pijl Vormgever: Stan van Oss Op alle artikelen in Kinderkrant Drechtsteden berust copyright.

Volg de Kinderkrant op:

Gezondheid en Sport

Gebruik jij vaak een beeldscherm?

ZWIJNDRECHT – De kans is groot dat ook jij iedere dag meerdere keren naar een beeldscherm kijkt. Denk aan de tv, laptop, spelcomputer of telefoon. Ali (12), Ahmed (11), Adnan (10) en Akram (10) bekijken wanneer zij een beeldscherm gebruiken, op school maar ook thuis. Het is beter om niet te lang achter een beeldscherm te zitten. Je kunt er slechter van gaan zien of pijn krijgen in bijvoorbeeld je nek. Ga dus vooral ook buiten spelen, sporten of lezen. TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘Na school ga ik 2 uur buiten spelen en daarna leren op mijn Chromebook. Daarna ga ik Playstation 5 spelen en op mijn telefoon tot het avondeten. Daarna ga ik weer even op mijn telefoon. Ook help ik mijn zusjes met hun schoolwerk. Ik game iedere avond met Ahmed. Ik kijk naar voetbal, kijk op mijn telefoon en speel online op de Playstation. Ik heb een keer 3 uur lang tv gekeken en op de Playstation gespeeld. Ik ging pas om 1 uur ’s nachts slapen. Daarna was ik helemaal duizelig. Je kunt slechtere ogen krijgen van een beeldscherm. Mijn neef ziet van dichtbij erg slecht. Hij zat altijd op een beeldscherm, ook in de auto. Hij heeft nu een pleister op 1 oog.’

‘Thuis speel ik spelletjes op de tablet of telefoon.

Ik werk thuis ook aan opdrachten voor school. Ik speel veel buiten na school. Ik neem mijn telefoon dan niet mee. In het weekend zit ik per dag 1 uurtje op scherm, ik kijk bijvoorbeeld even naar voetbal of zit op de telefoon of tablet. Of op de Playstation bij mijn oma. Ik zat een keer lang met gebogen nek en rug op de bank met de tablet. Ik had daarna last van mijn nek en rug. Als je vlak voor het slapen op een scherm kijkt, blijf je langer wakker.’

‘Voor school zit ik een kwartiertje op mijn telefoon en erna een uurtje. Ik speel op de Nintendo en zit op mijn telefoon in de avond. Ik heb gehoord dat als je veel met een gebogen nek op een scherm kijkt, je een soort bolletje op de je nek krijgt. Ik lig dan weleens op mijn rug met het scherm boven me, maar dan ben ik bang dat mijn telefoon in mijn gezicht valt. Ik sport veel. Als je veel op een scherm zit én je beweegt te weinig, dan kun je dik worden.’

Tips om minder naar een beeldscherm te kijken:

- Ahmed: ‘Je kunt op je telefoon schermtijd invullen, bijvoorbeeld maximaal 2 uur. Als die tijd voorbij is, kun je je telefoon niet meer gebruiken. Een noodoproep kan nog wel.’

- Ali: ‘Denk na wat je kunt doen om niet te veel op je telefoon te zitten. Doe bijvoorbeeld klusjes of ga met je broertje of zusje spelen, als je die hebt.’

- Adnan: ‘Ga buiten spelen en neem je telefoon niet mee. Of help in huis.’

- Akram: ‘Ga met familie praten. En print werkbladen voor school uit en maak ze op papier.’

Beeldschermen en je ogen

Te veel dichtbij kijken kan slecht zijn voor je ogen. Je kunt wazig gaan zien en een bril nodig hebben. Artsen adviseren daarom de 20-20-2-regel. Heb je 20 minuten naar een beeldscherm gekeken, kijk dan 20 seconden in de verte en ga 2 uur per dag naar buiten om te spelen of te sporten.

Adviestijden beeldschermgebruik

• 6 - 8 jaar: maximaal 1 uur per dag (liefst 2x30 minuten)

• 8 - 10 jaar: maximaal 1 à 1,5 uur per dag

• 10 - 12 jaar: maximaal 2 uur per dag

• 12 jaar en ouder: maximaal 3 uur per dag

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

DORDRECHT – Milan (9) en Nathan (9) spelen sinds 1,5 jaar rugby bij de Dordtsche Rugby Club. Milan: ‘Rugby is een soort balsport, waarbij je veel samenwerkt.’ Nathan: ‘Rugby is een stoere sport. Je moet best tegen een stootje kunnen, want er wordt veel kracht in het spel gebruikt. Het is een gemengde sport, het is dus voor jongens en meisjes.’ Milan: ‘En je kunt er lekker vies van worden. Het is de bedoeling om met je team de bal over de try line van de tegenstander te drukken. Dat is de scorelijn. Dan heb je een punt. Wij spelen rugby met een team van 8 spelers. Ons eigen team is alleen te klein, dus we spelen bij wedstrijden ook met leden van een club uit Roosendaal. We willen graag een eigen team. Dus we zoeken nog jongens en meisjes vanaf 6 jaar die met ons mee willen spelen!’ TEKST EN FOTO’S:

‘Een rugbybal is niet rond, maar heeft de vorm van een ei. Ik denk dat je hem zo makkelijker kunt gooien’, zegt Milan. ‘Een eivormige bal stuitert ook anders dan een ronde bal. Hij schiet een soort van weg, een andere kant op’, zegt Nathan.

Passen, kicken, beuken en tackelen ‘Je mag nooit voorbij de speler die de bal heeft. De bal is altijd vooraan in het veld. Daarom gooi je ook achteruit naar een andere speler’, zegt Milan. ‘Je mag alleen tegen de bal schoppen als je hem uit je handen laat vallen en dan wegschopt. Dit heet kicken’, vertelt Nathan. ‘Je mag tegen elkaar aan beuken. Je hoopt dat je tegenstander

‘Ik kijk voor school 5 minuten tv.

Thuis werk ik op de laptop aan opdrachten voor school. In de middag zit ik 30 minuten op mijn telefoon en ik kijk wat tv. In het weekend ga ik na het wakker worden op mijn telefoon. Na buiten spelen ga ik op de Playstation of Xbox. Of ik kijk YouTube. Op zondag doe ik herhaalwerk voor school. Een telefoon is verleidelijk. Ik denk vaak aan de spelletjes daarop en wil die dan spelen.’

de bal loslaat en dan kun jij de bal pakken. Je mag bij het beuken niet je armen of handen gebruiken’, legt Milan uit. ‘Een andere manier om de bal te krijgen is tackelen. Je pakt iemand dan onder zijn navel bij zijn benen, zodat die persoon valt en hopelijk de bal loslaat. Omdat je best hard kan vallen, draag je een bitje om je tanden te beschermen’, zegt Nathan.

Sterk of snel

‘Het beste is om in je team verschillende soorten spelers te hebben, sterke en snelle. Ik ben een snelle speler. Ik ben daarom ook aanvaller. Ik probeer te scoren met de bal’, zegt Nathan. ‘Ik ben een sterke speler, ik heb veel kracht. Ik ben dus verdediger en probeer andere spelers tegen te houden. Als ik dan de bal heb, speel ik deze snel aan een snelle speler, zoals Nathan. Dan kan die gaan scoren’, vertelt Milan.

Milan en Nathan laten de eivormige rugbybal zien.

Nathan tackelt Milan.

LINDA TE VELDHUIS

Nathan kickt de bal.

Ali

Ahmed

Akram

Adnan

HENDRIK-IDO-AMBACHT – Jacob (8), Jaziah (9), Felicia (8) en Emma (8) hadden naast hun plein van het Christelijk Kindcentrum De Tweestroom medio maart een praktische verkeersles. Jake (11) uit groep 8 hielp bij deze les. Jacob: ‘We leren in deze lessen waar je op moet letten tijdens het fietsen in het verkeer.’ Emma: ‘Bijvoorbeeld wie voorrang heeft en wie moet stoppen. Ik vind deze oefeningen belangrijk. Je leert hoe iets in het verkeer gaat.’ Jaziah: ‘We hebben dit soort lessen vaker.’ De leerlingen deden deze keer 3 verschillende oefeningen. TEKST:

VRAAG OM AAN IEMAND TE STELLEN:

Hoe oefende jij met fietsen?

FIETSOEFENINGEN MET JE KLAS

DE VERKEERSQUIZ

1. DOOR WELK BORD WEET JE DAT JE OP EEN VOORRANGSWEG RIJDT?

A. Een soepbord.

B. Het bord met de gele ruit.

C. Het bord met de rode driehoek.

2. WAAR KIJK JE OVERHEEN NADAT JE IEMAND HEBT INGEHAALD?

A. Je linkerschouder.

B. Je rechterschouder.

C. Je stuur.

3. WAT LEER JE DOOR MET 1 HAND TE STUREN?

A. Stunten.

B. Je balans houden.

C. Vallen.

Tweestroommaatje helpt bij de lessen

Jake legt de oefening met de stokjes uit.

Een speciale verkeersdocent geeft de les, maar Jake helpt deze als Tweestroommaatje. ‘De juf vroeg of 6 kinderen uit groep 8 wilden helpen bij de fietslessen. Het leek me leuk om te doen, dus ik heb me opgegeven. Je kunt dan eigenlijk even de meester zijn. We kregen als helpers de oefeningen voor de les uitgelegd. We legden tijdens de les uit wat de bedoeling was. Ik geef nu de les met het overgeven van het stokje. Ik wil nog wel een keer helpen met het geven van een les. Maar soms waren de kinderen wel een beetje irritant. Als ze niet luisterden, moest ik harder gaan praten’, vertelt Jake.

Voorrang

De verkeersborden geven aan dat Jacob op deze kruising voorrang heeft. Daarom moet Jaziah wachten.

‘We oefenen wie wanneer voorrang heeft en wie wanneer moet stoppen. Iemand van rechts heeft voorrang. Maar als bij jou het bord met de omgekeerde driehoek met rode rand staat, heeft de ander voorrang en moet je stoppen’, vertelt Emma. ‘En als je op een weg met het bord met de gele ruit fietst, heb jij voorrang. Maar soms geven anderen geen voorrang. Je moet dus altijd goed opletten in het verkeer’, zegt Felicia. ‘Het is altijd leuk om voorrang te krijgen’, vindt Jaziah. ‘Het is handig dat er verkeersborden staan. Dan weet iedereen wat de regels zijn’, zegt Jacob.

Balans houden

Jaziah geeft het stokje over aan Emma.

Jake legt uit, dat de leerlingen rechtuit naar elkaar toe gaan fietsen. De één geeft onderweg een stokje over aan de ander.

Het is belangrijk om je balans te houden en sturend met 1 hand rechtuit te blijven fietsen. Zo kun je het stokje goed geven en aanpakken. ‘Ik probeer het stokje zo goed mogelijk aan te geven. Het is een beetje lastig om met 1 hand te sturen en rechtuit te gaan. En het stokje moet niet op de grond vallen’, vertelt Felicia.

Passeren

De leerlingen oefenen hoe je door een versmalling fietst en hoe je iemand inhaalt. ‘In deze oefening maak je een scherpe bocht en daarna ga je harder fietsen om de ander in te halen. Ik ga dan even staand fietsen’, vertelt Jacob. Bij het inhalen is het belangrijk dat je over je rechterschouder kijkt. Zo kun je zien of je ver genoeg voorbij de ander bent.

Inhalen

Deze rubriek is mede mogelijk gemaakt door:

Antwoorden:

1. B 2. B 3. B

Jacob, Jaziah, Felicia en Emma hebben een praktische verkeersles. Jake (in het midden) helpt bij de les.

Jacob haalt Felicia in.

Emma fietst door een versmalling heen.

Meer te weten komen over WOII

DORDRECHT – Coen (11), Dean (12), Fenna (11), Lise (11) en Lieke (11) bezochten begin maart met hun klasgenoten van SOL De Watervlinder het Museum 1940-1945. Lieke: ‘Ik ken niemand die de oorlog heeft meegemaakt. Ik heb in het museum net een meneer ontmoet die de oorlog heeft meegemaakt.’ Dean: ‘Mijn overgrootoma heeft de oorlog meegemaakt. Ik heb nooit met haar over de oorlog gepraat. Dat vindt ze niet leuk.’ Fenna: ‘Ik vind het belangrijk dat wij hier met onze klas zijn. Het is heel erg wat er gebeurd is in de Tweede Wereldoorlog.’ Lise: ‘Ik wist nog niet zo veel over deze oorlog. Maar het is belangrijk dat wij weten hoe het was. Er zijn toen veel mensen doodgegaan.’

‘Ik praat soms thuis, met vrienden of op school over oorlog. Ook lees ik weleens een boek over de Tweede Wereldoorlog’, zegt Dean. ‘Onze juf vindt het belangrijk dat wij weten wat er in de Tweede Wereldoorlog is gebeurd. Daarom zijn we vandaag hier’, vertelt Lieke. In het museum is allerlei informatie te vinden over de Tweede Wereldoorlog in de

Drechtsteden. Ook staan er veel spullen uit die tijd. ‘Ik vind het speciaal dat hier een apparaat voor het versturen van morsecodes is’, zegt Coen.

Adolf Hitler en de holocaust

‘Adolf Hitler wilde meer macht hebben en Duitsland groter maken. Hij vond dat er ook geen Joden meer mochten zijn. Zo kwam de Tweede Wereldoorlog’, vertelt Dean. Ook vond toen de holocaust plaats. Dit was het vervolgen en doden van Joden. Er zijn tussen de 5,1 en 6 miljoen Europese Joden vermoord.

Bijna geen eten

‘Tijdens de hongerwinter was er bijna geen eten in Nederland’, zegt Dean. ‘Ik wist niet dat die tijd zo erg was. De mensen hadden echt bijna niets te eten. Ze waren zo mager. Dat zie ik hier op foto’s’, vertelt Fenna. ‘Ze maakten soep van bloembollen. Ze schilden deze eerst. Daarna raspten ze en kookten ze de bloembollen. Ik

zou zoiets ook alleen maar eten als ik niets anders had’, vertelt Lieke.

Veel angst

‘Ik denk dat er veel paniek was tijdens de oorlog. De mensen moesten gaan schuilen voor bommen als het luchtalarm afging’, zegt Lieke. ‘Ik denk dat het een gevaarlijke tijd was om te leven met al die bommen en soldaten. Je moest ook oppassen met wat je zei of deed’, vertelt Coen. ‘Het lijkt me erg heftig om in oorlog te leven. Je kunt niet normaal over straat gaan’, zegt Lise.

Verschillende kleding en wapens Er hangen verschillende originele kostuums en andere kleding in het museum. ‘Ik vind die pakken en kostuums er raar uit zien. Ze zien er ook allemaal zo grauw uit’, zegt

M ee d oe n aa n ee n tv -pr o gr a mm a

HENDRIK-IDO-AMBACHT – Elena (10) en Jaslyn (14) deden mee aan Voor het Blok bij Zapp. Elena: ‘In dit programma staan 2 teams op een smalle rand en proberen vragen goed te beantwoorden of opdrachten goed te doen.’ Jaslyn: ‘Er komen blokken in je rug naar voren als je een fout antwoord geeft. Het team, dat het langst op de rand blijft staan, wint. Een team bestaat uit 4 personen: 2 kinderen en 2 bekende Nederlanders. Bij ons deed de cast van De Regels van Floor mee. De moeder en broer van Floor zaten in ons team. Floor en de vader zaten in het andere team.’

‘Ik wilde heel graag aan Voor het Blok meedoen. Ik kijk het programma vaak. Ik wilde weten hoe deelnemen zou voelen. En ik wilde graag een keer op tv komen. Jaslyn is mijn buurmeisje en we spelen vaak. Ik wilde heel graag met haar meedoen, dus ik heb het haar gevraagd’, vertelt Elena. ‘Ik kende het programma niet zo. Ik heb het bekeken en mij leek het ook leuk om mee te doen’, zegt Jaslyn.

Naar de casting

‘Ik heb ons toen opgegeven. We maakten een filmpje om ons voor te stellen en stuurden dat naar het programma. Een tijd later hoorden we dat we langs mochten komen voor een casting. Dan kijken ze of je geschikt bent om deel te nemen aan het programma. Ze stelden vragen en dan drukte je op een belletje als je het antwoord wist’, vertelt Elena. ‘De casting was een soort minispelshow’, zegt Jaslyn. ‘Ik vond de casting heel spannend, daarna zouden we horen of mee mochten doen’, zegt Elena.

In de studio

‘Heel veel weken later hoorden we dat we mee mochten doen’, zegt Jaslyn. ‘We gingen naar de studio in Hilversum. We kregen visagie. Dan krijg je een poedertje op je gezicht, zodat het licht niet weerkaatst in je gezicht’, vertelt Elena. ‘In de studio werd alles uitgelegd en kregen we blauwe shirts aan. We zagen daar ook pas onze tegenstanders, 2 jongens. We speelden een proefronde, zodat je weet hoe de

blokken in je rug voelen en hoe je landt. Je springt toch zo’n 1,5 meter naar beneden. Daarna begon het echte spel’, vertelt Jaslyn.

Stem klinkt anders

De uitzending is een paar maanden na de opname. ‘We hebben de uitzending met een hele groep bij Jaslyn thuis bekeken. Ik vond het heel raar om mezelf te zien en te horen’, vertelt Elena. ‘Ik vond het ook een beetje gek om mezelf te zien. Je stem klinkt in je hoofd anders. En we hebben heel erg gelachen om onze gezichten waarop ingezoomd werd’, zegt Jaslyn.

Lise. ‘Er zijn ook veel wapens te zien. Sommige zien er als nieuw uit, maar andere zijn erg beschadigd’, zegt Dean.

Coen en Dean zitten bij een apparaat om morsecodes te versturen.

Coen, Dean, Fenna, Lise en Lieke leren in het Museum 1940-1945 meer over de Tweede Wereldoorlog.

Fenna, Lise en Lieke staan bij fietsen uit de oorlog.

Jaslyn en Elena spelen het spel met het doorgeven van de blokjes.

Elena en Jaslyn met de cast van De Regels van Floor.

Jaslyn en Elena zijn team blauw samen met de moeder en broer van Floor.

WOII: Afkorting voor de Tweede Wereldoorlog.

Wil je weten of Elena en Jaslyn gewonnen hebben?

De uitzending is terug te kijken via Zapp. Het is de uitzending van 11 maart 2023.

Een bal besturen

DORDRECHT – Léon (10), Milan (12) en Eli (11) volgen iedere dinsdagmiddag een keuzeles op Christelijk Kindcentrum De Sterrekijker. Tijdens 1 van de lessen werken ze met de Sphero BOLT. Eli: ‘Dat is een soort robotbal. Ik laat deze een parcours rollen. Ik kan via de tablet de richting van het rollen van de bal bepalen.’ Léon: ‘We programmeren de bal met een tablet. Ik vind het leuk om te programmeren. En nu kan ik gelijk zien wat er gebeurt met wat ik geprogrammeerd heb.’ Milan: ‘Ik wil later in mijn werk iets met programmeren gaan doen. Ik maak nu al vaak een game in Scratch.’ TEKST EN

FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘Ik vind programmeren leuk omdat je dan zelf iets kan maken. Je bedenkt iets en stelt dat in op de computer’, vertelt Milan. ‘Ik vind deze bollen leuk om te programmeren. Er beweegt echt iets na het programmeren’, zegt Léon. ‘We besturen de bal met blokcode. Je zet daarbij op je tablet

allemaal blokjes met opdrachten van boven naar beneden. Dat is dan gelijk de volgorde waarin alles gebeurt’, vertelt Milan.

Kleuren kiezen

‘In de Sphero BOLT zit een verbindingschip. Zo kan je hem via de tablet besturen. Ook kun je de kleur van de ledlampjes bovenop de bal kiezen. Als je even niet weet welke bal van jou is, verander je de lichtjes snel als in een disco. Dan weet je zo welke bal van jou is’, zegt Léon. ‘Je kunt op de tablet ook een tekeningetje maken en die op de ledlampjes laten zien’, vertelt Eli.

Richting instellen

Er ligt een soort kleed met allemaal locaties op de grond.

‘Ik wil dat mijn Sphero

BOLT van de airport naar de farmer market gaat. Daarna

PARCOURS: Een te volgen route.

Een trein programmeren

DORDRECHT – Senn (12), Fenno (9) en Anouk (9) volgen ook iedere dinsdagmiddag een keuzeles op Christelijk Kindcentrum De Sterrekijker. Tijdens 1 van de lessen werken ze met de Intelino Smart Train. Senn: ‘Dat is een trein die je moet programmeren om hem te laten rijden.’ Anouk: ‘We volgen opdrachten op de laptop, zodat we leren hoe we de trein kunnen programmeren.’ Fenno: ‘Het is nu de 2e keer dat ik de trein programmeer. Ik vind het leuk om te weten hoe deze trein werkt.’ TEKST: LINDA TE VELDHUIS FOTO:

GEMEENTE ZWIJNDRECHT

‘We koppelen de trein eerst aan de laptop’, zegt Anouk. ‘Dat gaat via Bluetooth’, zegt Senn. ‘We zien de trein daarna ook op de laptop rijden’, gaat Anouk verder. ‘We zien op het scherm ook de codes die we op de rails leggen’, zegt Fenno.

Gekleurde blokjes

Er zitten allemaal gekleurde blokjes bij de trein. Deze kunnen in de rails geklikt worden. ‘Een serie gekleurde blokjes geven een opdracht aan de trein’, vertelt Senn. ‘De trein leest met sensoren de gekleurde blokjes en dan weet hij wat hij moet doen. We

moet hij naar het art center en het restaurant’, legt Léon uit. ‘Het is belangrijk dat het blauwe lichtje op de bal aan de achterkant zit als je begint. Anders klopt je besturing niet. Je stelt de richting in met een soort draaischijfje op de tablet. Zo kun je het aantal graden van de richting instellen’, vertelt Eli.

Snelheid bepalen

‘Ik laat de bal eerst langzaam rijden. Als de route goed gaat, stel ik een hogere snelheid in’, zegt Léon. ‘Als je bal te snel laat gaan, vliegt hij alle kanten op. Dan moet je steeds opnieuw beginnen’, vertelt Eli.

De jongens programmeren de ballen zo dat ze op de juiste snelheid via de gewenste weg op hun eindpunt aankomen.

zien de geplaatste gekleurde blokjes ook op de rails op het beeldscherm’, zegt Fenno. De sensoren zitten aan de voor- en achterkant van de trein.

‘Je kunt namelijk zelf kiezen welke kant de trein op rijdt’, vertelt Fenno.

Codes goed neerleggen

‘We hadden een code neergelegd om de trein langzamer te laten rijden. Maar hij ging niet langzamer na de gekleurde blokjes. Het bleek dat we nog een wit blokje voor het groene blokje moesten leggen’, vertelt Anouk. ‘En als de trein van de andere kant komt, leest hij de code andersom. Dus dan moet je de blokjes anders neerleggen’, zegt Fenno.

Eli en Léon besturen elk een Sphero BOLT via de tablet met blokcodes.

Milan, Léon en Eli gaan robotballen programmeren om een parcours te volgen.

Deze kleurcode betekent dat de trein moet stoppen.

rood,

Experimenteren met elektromagneten

DORDRECHT – Mert (13), Delano (12), Zeni (12), Liliana (11), Tanny (11) en Ray-Jayden (11) volgen op hun school Don Bosco lessen met de Maakbox van Maakotheek over magnetisme. Ray-Jayden: ‘Een magneet is een stuk metaal dat andere metalen dingen kan vasthouden.’ Delano: ‘Er zijn sterke en minder sterke magneten.’ Zeni: ‘Er zit magnetiet in een magneet. Dat is een soort zwarte stof, die magnetisch is.’ TEKST EN FOTO'S: LINDA TE VELDHUIS

De 2e les gaat over elektromagneten. ‘Er zijn permanente en tijdelijke magneten. Permanent betekent voor altijd. Een tijdelijke magneet is soms magnetisch. Dat is bijvoorbeeld een elektromagneet. Die is magnetisch door elektriciteit’, zegt Ray-Jayden. ‘Zo’n magneet wordt bijvoorbeeld gebruikt bij HVC om metalen afval op te pakken’, vertelt Zeni. ‘Een sterke magneet pakt dan grote

stukken metaal en een zwakkere magneet kleine stukken metaal’, zegt Delano.

Paperclips oppakken

‘We hebben 2 verschillende magneten en 2 soorten batterijen gekregen. De ene magneet heet een spoel. Dat is een spijker met koperdraad eromheen. De andere is een platte ronde magneet. De magneten pakken

Bezoek het Techniekfestival op 8 juni

8 juni 2023 vindt het Techniekfestival weer plaats.

In de krant van september van 2022 stond een uitgebreid artikel hierover.

Wil je er deze keer ook bij zijn? Vraag je meester of juf een mail te sturen naar sterktechniekonderwijs@h3o.nl. Hij of zij krijgt dan meer informatie over het Techniekfestival.

minder paperclips zonder stroom. De magneet wordt sterker door er elektriciteit op te zetten. Ze pakken dan meer paperclips op’, vertelt Mert.

Sterker worden

‘We hebben 2 verschillende batterijen om aan te sluiten op de magneten. We komen er in de les achter dat magneten met batterijen met lage volt minder sterk zijn dan magneten met batterijen met hoge volt’, vertelt Tanny. ‘Hoe meer volt, hoe meer paperclips bleven plakken aan de magneet’, zegt Liliana. ‘Volt zegt iets over de kracht van de stroom’, weet Delano. ‘De 3 batterijen samen waren 4,5 volt en de grote groene was 9 volt. De groene batterij maakte een magneet dus sterker dan de 3 batterijen samen’, vertelt Zeni.

Bij welke magneet (spoel) is de sterkste batterij gebruikt?

O Foto A, omdat

O Foto B, omdat

Wil jij ook aan de slag met nieuwe technieken?

Wil je ook met een Maakbox aan het werk? Kijk op www.maakotheek.nl hoe dat kan. Of kom met je klas naar SKILLZ. Dit is de werkplaats voor innovatie vol techniek uit de 21e eeuw. Je vindt hier bijvoorbeeld VR-brillen, 3D-printers, robots, drones en een green screen. Zit je in groep 6, 7 of 8 op een basisschool in Dordrecht? Vraag je meester of juf een mail te sturen naar sterktechniekonderwijs@h3o.nl. Hij of zij krijgt dan informatie over de mogelijkheden voor lessen bij SKILLZ. SKILLZ heeft een lokaal op het Leerpark in Dordrecht.

Ray-Jayden, Tanny, Zeni, Delano, Mert en Liliana gaan in hun klas aan de slag met magneten.

Een magneet wordt sterker door de elektriciteit.

Mert en Delano schrijven hun bevindingen op.

Voetballen met robots tijdens het Techniekfestival 2022.

Antwoord: Foto B, omdat hier

de meeste paperclips aan de magneet blijven hangen.

Leerlingen krijgen uitleg over het vliegen met drones tijdens het Techniekfestival 2022.

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

Kunst & Cultuur

Naar het Rijksmuseum

AMSTERDAM – Milan (11), Sem (9) en Jinthe (9) bezochten 13 maart met hun klasgenoten van de Prins Willem-Alexanderschool uit Sliedrecht het Rijksmuseum. In de klas hadden ze verschillende lessen over kunstschilders gehad. In het Rijksmuseum konden ze in de klas besproken schilderijen in het echt bekijken. De leerlingen reisden met de bus naar Amsterdam en kregen in het Rijksmuseum een rondleiding langs verschillende topstukken. Sem: ‘Ik vind het interessant om te gaan. Het is leuk om te weten wat je voorouders hebben meegemaakt.’ Jinthe: ‘Ik vind het belangrijk dat ik meer over geschiedenis weet.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

Sem en Milan zijn nog niet eerder in het Rijksmuseum geweest. Jinthe wel: ‘Ik ben 2 keer eerder geweest met ons gezin en vrienden van mijn ouders.’ ‘We hebben het in de klas over Rembrandt van Rijn en Johannes Vermeer gehad. Hier hangen schilderijen van hen’, vertelt Sem. ‘We kunnen helaas niet naar de schilderijen van Vermeer. Die hangen nu in een tentoonstelling waar we geen kaarten voor hebben’, zegt Milan. ‘We kunnen dus niet Het Meisje met de Parel van hem zien’, vertelt Jinthe.

Gouden Eeuw

SPECERIJEN: Delen van planten die lekker smaken of ruiken.

Er hangen veel schilderijen uit de 17e eeuw in het Rijksmuseum. Die eeuw heet de Gouden Eeuw. Er is toen veel geld verdiend met handel in specerijen en ook in mensen (slaven). De gids tijdens de rondleiding vertelt: ‘Eigenlijk was deze eeuw alleen voor een kleine rijke groep mensen een fijne tijd. En in het oosten van Nederland noemden ze deze tijd zelfs de Zwarte Eeuw, omdat daar toen oorlog was. Er wordt dus niet meer alleen van de Gouden Eeuw gesproken.’

TOPSTUKKEN: De belangrijkste werken in een kunstcollectie.

Eettafel van rijke mensen

Op het stilleven van Pieter Claesz. staat een eettafel van rijke mensen. ‘Hoe langer je naar het schilderij kijkt, hoe meer dingen je ziet’, zegt Milan. ‘De gids vertelt veel over het schilderij. Ik wist eigenlijk niet dat er vroeger geen zout en peper door het eten ging. Er waren nog geen specerijen’, vertelt Sem. Specerijen worden in de 17e eeuw alleen gebruikt door rijke mensen. Ze staan op het schilderij van Pieter Claesz., samen met andere dure producten. Zo zie je dat het een eettafel van rijke mensen is.

de gids geleerd waarom het meisje zo in het licht staat. Rembrandt heeft op het meisje het gezicht van zijn overleden vrouw geschilderd’, zegt Jinthe. ‘De Nachtwacht is een groot schilderij. Maar vroeger was het nog groter. Het is in stukken gezaagd’, vertelt Milan.

De Nachtwacht is 3D

De leerlingen bekijken onder andere

De Nachtwacht van Rembrandt van Rijn. ‘We hebben in de klas geleerd over het lichtgebruik van Rembrandt. Hij schildert zo dat het schilderij diepte heeft. Het is 3D. Ik heb van

Schildertechnieken en verf maken ‘Rembrandt schilderde met dikke klodders verf. Van Gogh schilderde weer heel anders. Die maakte allemaal streepjes in verschillende kleuren’, zegt Sem. Van veraf zie je

Ben jij ook in het Rijksmuseum geweest? Of ga je misschien nog?

O Ja, ik ben met familie of vrienden geweest.

O Ja, ik ben met mijn klas geweest.

O Nee, maar ik ga binnenkort.

O Nee, maar ik wil wel ooit een keer gaan.

O Nee en ik wil ook niet naar het Rijksmuseum.

dan de gemengde kleur, maar dichtbij zie je de losse streepjes. ‘Verf mengden de kunstschilders zelf. Ze gebruikten gedroogde luizen om rood te maken. Voor geel vermaalden ze zandsteen. Zwart maakten ze met verbrande kippenbotjes. Voor blauw was een speciale blauwe steen nodig. Die heet lapis lazulli’, weet Milan. ‘Die steen was heel duur, dus er wordt in de schilderijen maar weinig blauw gebruikt’, zegt Jinthe.

STILLEVEN:

Een schilderij met onbeweeglijke voorwerpen.

Milan, Sem en Jinthe zijn in het Rijksmuseum in Amsterdam.

Sem, Jinthe en Milan bekijken een stilleven van de kunstschilder Pieter Claesz.

Milan, Sem en Jinthe staan voor De Nachtwacht.

Vincent van Gogh schilderde in streepjes met verschillende kleuren.

Materialen waar de kleuren van verf mee werden gemaakt.

Een <b>website</b> maken met codetaal

HENDRIK-IDO-AMBACHT – Alyssa (12), Terrence (10), Stijn (11) en Ravi (8) waren 1 april bij het Digilab in de Bibliotheek AanZet. Zij leerden daar hoe je met codetaal een website kunt bouwen. Terrence: ‘Ik vind het leuk dat je met codes iets kunt maken wat je op een scherm ziet.’ Ravi: ‘Ik las op de website van de bibliotheek dat je hier een website kon leren maken. Dat lijkt me leuk, want dan kan ik deze aan mijn familie laten zien.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘Ik heb al veel games in Roblox gebouwd. Nu bouw ik voor het eerst een website. Ik maak samen met mijn zus Alyssa een website’, vertelt Terrence. ‘Er komt informatie op onze website. We zetten er ook foto’s en filmpjes op. Ik bouw voor het eerst iets met codetaal’, zegt Alyssa. ‘Ik had vandaag nog niks te doen en vind het leuk om iets uit te proberen. Vandaag is dat dus het bouwen van een website’, vertelt Stijn.

Voorbeelden codetaal voor tekst

<b>Deze tekst staat vet</b>

<u>Deze tekst staat onderstreept</u>

<i>Deze tekst staat schuin</i>

<h1>Een hele grote kop

<h3>Een middelgrote kop

<h5>Een kleine kop

Ook iets leuks doen in de bibliotheek?

De Bibliotheek AanZet organiseert in al haar vestigingen verschillende activiteiten, zoals het Digilab. Het Digilab in Hendrik-Ido-Ambacht is er weer op 6 mei en op 3 juni. Je vindt het totale activiteitenaanbod op flyers in de bibliotheek bij jou in de buurt. Je kunt ook kijken op www.debibliotheekaanzet.nl/activiteiten.

lettertype te kiezen, tik je een stukje codetaal. En daarin zet je de naam van je gekozen lettertype’, legt Stijn uit.

Nauwkeurig zijn

e

een lettertype vergeten’, vertelt Alyssa. De gemaakte websites zijn tijdens het Digilab online geplaatst, zodat alle deelnemers hun gemaakte website aan anderen kunnen laten zien.

Schrijven in codetaal

‘Ik luister steeds naar wat ze hier vertellen wat ik moet doen bij het bouwen van de website’, zegt Stijn. ‘Ik heb weleens eerder codetaal gezien. Ik snap al een beetje wat er in de codetaal staat. We plaatsen de tekst met codetaal, maar ook de foto’s’, vertelt Ravi. ‘Om een

Gratis lid worden

‘Je moet heel nauwkeurig zijn in het typen van de codes. Als je een tikfoutje maakt, wordt de code niet herkend en verandert er niets op je website’, zegt Ravi. ‘Je moet ook niet de hoofdletters in de naam van

Wist je dat je gratis lid van de Bibliotheek AanZet kunt worden?

Inschrijven kan aan de balie van jouw bibliotheek of via www.debibliotheekaanzet.nl/lid-worden

ALBLASSERDAM – Femke (10), Erik (11), Ziva (11) en Bram (11) doen mee aan de Kinderjury 2023. Femke: ‘We hebben 4 bijeenkomsten in de bibliotheek waarvoor we boeken lezen. Vandaag is de laatste bijeenkomst en stemmen we allemaal welke 3 boeken we het leukst vinden.’ Erik: ‘De Kinderjury kiest dus eigenlijk welke boeken het leukst zijn. Zo weet je welke boeken leuk zijn om te lezen, als je niet kunt kiezen. Het is een soort prijs voor boeken. Als een boek de prijs wint, is dat goede reclame voor het boek.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

De boeken die gelezen worden door de Kinderjury zijn allemaal verschenen in 2022. ‘De bibliotheek heeft een lijst gemaakt van deze boeken’, zegt Erik. ‘Er staan zo’n 30 boeken op’, weet Bram. ‘Je mag zelf

uitkiezen welke boeken je daarvan wilt lezen’, vertelt Femke. ‘Tijdens de bijeenkomsten praten we over de gelezen boeken. Zo kom je er achter of je een bepaald boek ook wilt lezen’, zegt Ziva.

Wat is een goed boek?

‘Als ik een boek goed vind, zit ik helemaal in het verhaal en kan ik amper stoppen met lezen. Het boek moet op jouw leesniveau zijn en niet te kinderachtig voor je leeftijd zijn’, vertelt Ziva. ‘Ik let op 3 dingen in een boek. Is het grappig? Is het spannend? En zit er veel fantasie in?

Als dat allemaal in 1 boek zit, dan vind ik dat een heel goed boek’, legt Bram uit. ‘Als ik echt in het verhaal zit en de rest om me heen vergeet, vind ik het een goed boek’, zegt Femke. ‘Ik kijk ook of er een leuke sfeer in het boek is. En of ik wat ik lees ook echt voor me zie of voel’, vertelt Erik. ‘Soms is een boek in het begin saai, maar later is het boek dan toch leuk geworden’, vindt Ziva.

Boeken kiezen en stemmen

‘Ik vind het leuk dat ik voor mijn dorp op de leukste boeken kan stemmen’, zegt Bram. ‘Er zijn zoveel mensen en mijn stem telt ook mee. Net die ene stem kan verschil maken’, vertelt Ziva. ‘Leuk dat ik mag stemmen, maar ik doe vooral met de Kinderjury mee om het lezen.

Ik lees hier nu boeken, die ik anders niet zo snel tegengekomen was’, zegt Erik. ‘Ik vind het leuk dat ik mee help met het stemmen op de beste boeken. Ik kies van zo’n korte lijst met boeken makkelijker een boek uit dan uit de kast in de bibliotheek. Daar staan zo veel boeken. Ik weet dan niet wat ik moet kiezen’, vertelt Femke.

De Top 3 van de Kinderjury Alblasserdam

Ziva, Bram, Erik en Femke zitten in de Kinderjury 2023.

Ravi plaatst een plaatje in zijn website over voetbal.

Erik stopt zijn formulier in de stembus.

Alyssa en Terrence kiezen hun onderwerp met een spinning wheel.

Stijn tikt tekst voor zijn website over vissen.

D e l

u k s t e k i n d e r b o e k e n u i t k i e z e n

1. Amari en het spel der magiërs van B.B. Alston

2. Drakenbloed van Ina de Man

3. Dog Man - Moeders mooiste van Dav Pilkey

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

Welke eigenschappen moet

een

De Vraag en Puzzel

burgemeester hebben?

HENDRIK-IDO-AMBACHT – Een burgemeester staat aan het hoofd van een gemeente. Jan Heijkoop, de burgemeester van Hendrik-Ido-Ambacht, stopt eind 2023. Dit betekent dat daar gezocht wordt naar een nieuwe burgemeester. Voor Zwijndrecht wordt ook naar een nieuwe burgemeester gezocht. Edo Haan is daar nu tijdelijk burgemeester. Jan Willem Boersma is eind maart als burgemeester van Alblasserdam begonnen. Jan de Vries is sinds 2 jaar burgemeester van Sliedrecht. Wouter Kolff is sinds 2017 de burgemeester van Dordrecht. Luann (11), Ralph (11), Pieter (11), Julia (10), Henrik (10) en Mirthe (10) vertellen welke eigenschappen zij bij een burgemeester vinden passen.

‘Ik vind dat een burgemeester veel dingen moet kunnen bedenken. Ik vind dat een burgemeester sportief moet zijn. En een burgemeester moet rustig zijn. Als iemand boos is, dan moet de burgemeester niet ook boos worden, maar rustig in gesprek blijven.’

‘Ik vind een snor, een baard en een kaal hoofd goed bij een burgemeester passen. Een burgemeester moet zichzelf blijven en zich niet anders voordoen dan hij is. Ook moet een burgemeester goed kunnen luisteren als er iets veranderd moet worden. Een burgemeester moet sociaal zijn. En ik vind dat hij christelijk moet zijn, dat ben ik zelf ook.’

‘Een burgemeester moet positief zijn. Ik vind het handig als een burgemeester op social media zit. Een burgemeester moet slim zijn en goed nadenken wat hij of zij doet. Een burgemeester draagt een grote ketting, die hoort bij de gemeente. De nieuwe burgemeester gaat deze ook dragen.’

‘Een burgemeester moet goed kunnen luisteren naar wat mensen in de gemeente zeggen. En daar ook iets mee doen, dus beslissingen kunnen nemen. Een burgemeester moet goed met andere mensen om kunnen gaan en eerlijk zijn. Ik vind dat naast de gewone burgemeester in Hendrik-IdoAmbacht ook een kinderburgemeester moet komen. Die let meer op wat kinderen leuk vinden.’

‘Ik vind dat een vrouw ook burgemeester kan zijn. Een burgemeester moet niet twijfelen bij het nemen van beslissingen en meeleven met de mensen in een gemeente. Ook moet hij of zij goed tegen commentaar kunnen als mensen zeggen dat ze het ergens niet mee eens zijn. Een burgemeester moet goed geld kunnen verdelen, zodat er geld overblijft voor iets anders als dat nodig is. Een burgemeester moet ook goed eigen grenzen aan kunnen geven.’

‘Ik zou het leuk vinden als de burgemeester kan voetballen. Ik vind ook dat de burgemeester in de gemeente moet wonen. Zo weet de burgemeester hoe het er in de gemeente uitziet en wat er gebeurt. Hij of zij moet ook veel tijd hebben om met mensen te praten. Ik vind dat de burgemeester bij verschillende plekken in de gemeente langs moet gaan, bijvoorbeeld in de sporthal.’

K i n d e r K r a n t P U Z Z e L

Welke eigenschappen moet een burgemeester hebben?

Wat heeft Milan als sterke speler?

PAGINA 3

Wat geven de leerlingen aan elkaar door tijdens het fietsen?

PAGINA 4

Hoe noem je het vervolgen en doden van Joden in WOII?

PAGINA 5

Welke magneet is soms magnetisch?

PAGINA 6 & 7

Waar zijn Milan, Sem en Jinthe?

PAGINA 8

Waar heeft Terrence veel games in gebouwd?

PAGINA 9

Wat is de voornaam van de burgemeester van Dordrecht?

PAGINA 10

De vader van Elisa en Nienke is elektrotechnisch …

PAGINA 11

Wat spelen Aiyesmay en Joël in de musical?

PAGINA 12

De letters in de gele balk vormen het antwoord. Mail dit antwoord, samen met je voornaam, leeftijd en het telefoonnummer van je ouder(s) of verzorger(s), naar antwoord@kinderkrantdrechtsteden.nl

We verloten de prijs onder de goede inzendingen. Alleen de winnaar krijgt bericht.

in Zwijndrecht bij:

Het antwoord van de puzzel van februari is: VERKIEZING De winnaar is Jasmijn (8) GEFELICITEERD!

Wil je nog meer puzzelen? Kijk dan eens op PUZZELCORNER.NL voor meer leuke puzzels!

Hoe heten de belangrijkste werken in een kunstcollectie?

PAGINA 8

TEKST EN FOTO'S: LINDA TE VELDHUIS

Ralph

Julia

Pieter

Luann

Mirthe

Henrik

MIJN VADER IS: ELEKTROTECHNISCH INSPECTEUR

ZWIJNDRECHT – De vader van Elisa (11) en Nienke (8) is elektrotechnisch inspecteur bij De Inspectievraagbaak. Elisa: ‘Mijn vader werkt in de techniek. Zijn werk heeft met elektriciteit te maken. Hij inspecteert of iets bijvoorbeeld geen brand kan veroorzaken.’ Berry, de vader van Elisa en Nienke: ‘Klopt. Ik inspecteer elektrotechnische installaties. Een voorbeeld daarvan is een groepenkast. Inspecteren is kijken en beoordelen of iets nog goed en veilig is.’ Nienke: ‘Mijn vader komt voor zijn werk op veel verschillende plekken.’ TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

Berry inspecteert de groepenkast met een thermografische camera.

‘Mijn vader gaat met de auto naar zijn werk. Hij neemt de spullen die hij nodig heeft mee. Hij bekijkt en meet op verschillende plekken, soms dichtbij en soms ver weg van ons huis. Hij komt in het hele land’, vertelt Nienke. ‘Ik kom inderdaad op heel veel verschillende plekken. De ene keer ben ik in de haven, de andere keer bij een slachterij. Dan ben ik weer in woningen of bij de politie. Ik kom overal. Dat vind ik erg leuk aan mijn beroep’, vertelt Berry. ‘Ik vind het werk van mijn vader belangrijk. Hij kan voorkomen dat de elektriciteit het ergens niet meer doet en zorgt ervoor dat het veilig is’, zegt Elisa.

Met een thermografische camera kijken

‘Ik bekijk een installatie eerst met mijn ogen. Daarna beoordeel ik de

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

installatie met meetapparatuur, zoals een thermografische camera. Deze camera ziet warmte. Als een plek in bijvoorbeeld de groepenkast te warm is, dan kan daar een kabel kapot of los zijn. Deze moet vervangen worden, zodat de installatie niet te heet wordt. Er kan dan eventueel brand uitbreken’, legt Berry uit. ‘Mijn vader maakt na de inspectie een verslag. Hij zet daar ook foto’s bij’, zegt Elisa. ‘Ja, ik schrijf op wat ik heb gevonden tijdens het inspecteren’, zegt Berry.

Explosieve plekken

‘Soms kom ik op plekken waar explosieve chemicaliën, brandstoffen en gassen liggen opgeslagen. Ik moet de tanks waarin deze zitten inspecteren. Ik moet dan bovenop de tanks de installatie inspecteren. Dat vind ik wel spannend. De tanks zijn hoog. Het is belangrijk om de installaties te inspecteren, want de chemicaliën en brandstoffen kunnen ontploffen als er brand uitbreekt of als er vonken zijn’, vertelt Berry.

Welke opleiding doe je voor deze baan?

ELEKTRISCHE INSTALLATIE: Alle elektrische apparatuur inclusief de kabels, de groepenkasten en aansluitingen.

‘Ik doe dit werk sinds 10 jaar. Ik ben eerst onder andere elektrotechnisch tekenaar geweest. Toen werkte ik vooral op kantoor, nu ben ik elke dag ergens anders aan het werk. Elektriciteit is bijna overal wel voor nodig. Zonder stroom kunnen we heel veel niet. Het is daarom belangrijk dat veel jongens en meisjes in de elektrotechniek gaan werken’, zegt Berry. Er zijn verschillende elektrotechnische opleidingen voor na je middelbare school. Je kunt ze in de Drechtsteden volgen.

WAT DOET EEN... KAPITEIN BINNENVAART?

SLIEDRECHT – Sommige beroepen zijn waarschijnlijk gelijk duidelijk voor je, bijvoorbeeld juf of buschauffeur. Maar er zijn ook heel veel beroepen waarvan je eigenlijk niet weet wat het werk inhoudt. Jayda (11), Isis (11) en Ava (12) vertellen over het beroep kapitein binnenvaart. Wat denken zij dat die baan inhoudt? En lijkt de baan hen leuk? TEKST EN FOTO’S: LINDA TE VELDHUIS

‘Nog nooit van gehoord. Misschien is het iemand die boten naar binnen vaart, misschien een groot vakantieschip? Ik wil later sowieso met kleine kinderen of dieren gaan werken. Ook ben ik tijdens vakantie een keer heel erg misselijk op een boot geworden. Ik voelde me echt heel ziek toen. Dat wil ik niet op mijn werk hebben.’

Dit artikel is mede mogelijk gemaakt door:

‘Ik ken het beroep niet. Een kapitein is van een boot. Maar wat binnenvaart betekent weet ik niet. Misschien is het een kapitein die schepen een soort van parkeert? Of zorgt deze persoon voor mensen op een cruiseschip of begeleidt mensen om op een schip te komen? Ik denk niet dat het een beroep voor mij is. Ik hou wel van varen op een bootje, maar alleen als het lekker weer is. Ik wil iets aan land doen en niet heel de tijd op het water zijn.’

‘Ik heb nog nooit van dit beroep gehoord. Een vriend van mijn vader werkt op een schip, maar ik weet niet als wat. En mijn vader werkt met containers, dus ik ken wel containerschepen. Misschien is het iemand die het schip van een ander naar binnen vaart? Ik zou geen kapitein binnenvaart willen worden. Ik vind heel de tijd varen niet leuk. Je zit dan de hele tijd te sturen, net als in een auto.’

Wat is een kapitein binnenvaart??

‘Ik begrijp na de uitleg dat een kapitein binnenvaart eigenlijk de bestuurder van een schip op de rivier is’, zegt Ava. Als binnenvaartkapitein geef je leiding aan het schip en de bemanning. Je bent verantwoordelijk voor de veiligheid van alle opvarenden, het scheepsonderhoud en de lading. Je hebt meestal een ondernemersdiploma. Naast dat je als zelfstandig ondernemer kapitein kunt zijn, kun je ook in loondienst bij een rederij werken. Een rederij is een bedrijf met meerdere schepen.

De vader van Elisa en Nienke is elektrotechnisch inspecteur.

Jayda

DORDRECHT – De juf van Rozemarijn (9), Marcus (8), Aiyesmay (9), Joël (9) en Elice (8) won vorig jaar een prijs: het maken van een musical in 1 dag. Daarom speelden groep 5 tot en met 8 van Evangelisch IKC Eden op 17 maart de musical Jona. Aiyesmay: ‘Onze juf kon bij een wedstrijd het beste verhalen uit de bijbel vertellen. Daarom oefenen we vandaag een musical.’ Joël: ‘De musical gaat over het verhaal van Jona. Die gaat naar Ninevé, maar wil daar niet heen.’ Rozemarijn: ‘Een musical is een soort toneelstuk met liedjes.’ TEKST: LINDA TE VELDHUIS

‘Als je op school oefent voor een musical is dat in groep 8 en dan oefen je wel een paar weken. Nu leren we een musical in een paar uurtjes. Ook knutselen we spullen die nodig zijn voor de achtergrond. We treden aan het eind van de dag op voor onze ouders’, vertelt Marcus. ‘Ik vind het leuk dat we dit met elkaar doen’, zegt Rozemarijn.

Verschillende rollen

‘We hebben van te voren gehoord welke rollen we spelen.’, zegt Aiyesmay. ‘De ene helft van onze klas is krab en de andere helft is student’, zegt Marcus. Aiyesmay en Joël zijn studenten, Rozemarijn, Marcus en Elice zijn krabben. ‘We kregen van te voren door welke kleren we mee moesten nemen voor onze rollen’, vertelt Aiyesmay. ‘Ik heb de kleren al gelijk aangedaan: de studenten moeten blauw met groene kleren met lange witte sokken dragen’, vertelt Joël. ‘De krabben dragen zwarte kleren met rood en oranje erbij’, zegt Marcus.

Bestaande musical

‘We hebben een stukje van de musical gezien’, zegt Joël. ‘De teksten zijn er al, deze schrijven we niet zelf’, vertelt Elice. ‘De mensen van de musical leren ons wat wij straks doen’, vertelt

Aiyesmay. ‘De hoofdrollen worden gespeeld door acteurs, niet door kinderen van ons’, zegt Rozemarijn. ‘Wij hebben als krabben geen tekst om te zeggen. De krabben gaan liedjes zingen’,

zegt Elice. ‘Wij hebben als studenten een beetje tekst’, zegt Joël. ‘De studenten zingen niet’, vertelt Aiyesmay. ‘Iedere groep oefent los van de rest het eigen onderdeel. In de show komen deze onderdelen allemaal samen’, legt Marcus uit.

Het optreden

Rozemarijn, Marcus, Aiyesmay, Joël en Elice staan op de trappen in de zaal waar ze op gaan treden.

‘Je moet op het podium goed laten zien wat je bedoelt’, zegt Aiyesmay. ‘Op het podium liggen metalen buizen. We moeten opletten dat we daar niet over struikelen als we als krabben heen en weer rennen’, zegt Marcus. ‘Je moet zo hard praten als je kan’, zegt Joël. ‘Ja, want je krijgt niet zo’n microfoon op je wang’, vult Marcus aan. ‘Nadat ik op het podium geweest ben, ga ik de rest van de musical kijken’, zegt Joël. ‘Ik vind het jammer dat de musical niet opgenomen wordt. Dan kon ik de musical terugkijken’, zegt Marcus. ‘Ik vraag of mijn moeder wil filmen’, zegt Rozemarijn.

Bomen planten op het schoolplein

ZWIJNDRECHT – Thirza (10), Manou (11), Lize (10), Arno (10) en Jesse (10) plantten tijdens de Boomfeestdag samen met hun klasgenoten uit groep 7 bomen en struiken op hun schoolplein. Thirza: ‘Zo wordt ons schoolplein groener en minder grijs.’ Arno: ‘Bomen en struiken staan gezellig en ze geven schaduw.’ Jesse: ‘En bomen zijn een leuke speelplek. Misschien kunnen we er later wel in klimmen.’ Lize: ‘Ook is het beter voor het milieu als er meer bomen en struiken zijn.’ TEKST: LINDA TE VELDHUIS FOTO’S: FROMM ME PICTURES

Thirza, Manou, Lize, Arno en Jesse zitten op de Ds. Abraham Hellenbroekschool. De school heeft sinds dit schooljaar een nieuw gebouw en schoolplein. Het schoolplein is nog niet helemaal klaar en er is nog plek voor bomen en struiken. ‘We planten daarom

vandaag 8 bomen’, zegt Manou. ‘We planten een Japanse lariks en wilgen’, weet Arno. ‘En ik denk dat we zo’n 12 tot 15 struiken plaatsen’, zegt Lize. ‘Dit zijn vlinderstruiken. Daar komen vlinders op af’, vertelt Thirza.

Boomkoningin

‘We hadden vorige week een les over bomen in de klas als voorbereiding op het bomen planten. Ze hadden toen een pot met eikels. Je moest raden hoeveel dat er waren. Ik zat het dichtstbij en werd daardoor de Boomkoningin. Dat betekent dat ik de 1e boom samen met de wethouder ga planten. Ik vind het leuk dat ik dit mag doen, zoiets doe je eigenlijk nooit’, vertelt Manou.

Bomen planten

‘De te planten bomen zijn 3 jaar oud’, zegt Jesse. ‘Een boom is na 30

jaar pas echt groot’, vertelt Arno. ‘De kuilen voor de bomen waren al gemaakt. De kuilen voor de struiken hebben we zelf met een schep gemaakt’, zegt Lize. ‘De wortels van de bomen zaten met aarde in een soort zak’, vertelt Thirza. ‘Die zak verteert in de grond’, zegt Arno. ‘Ik vond het grappig om met mijn handen aarde en zand over de wortels te gooien’, vertelt Thirza.

Houtsnippers

‘Boven op de mix van zand en aarde komen houtsnippers’, zegt Arno. ‘Katten gaan dan niet op die plek poepen. Ze vinden houtsnippers niet fijn’, weet Jesse. ‘De houtsnippers zien er ook mooi uit’, vindt Thirza.

Thirza, Manou, Lize, Arno en Jesse staan bij zojuist geplante bomen op hun schoolplein.

Rozemarijn, Elice, Aiyesmay, Marcus en Joël zijn omgekleed en gaan bijna de musical spelen. FOTO: NELINE BOS

FOTO: LINDA TE VELDHUIS

Manou plant samen met de wethouder de 1e boom.

Jesse verspreidt houtsnippers rond een boom.