230 meter kaas

Page 1

230 meter kaas





Aldous Huxley in zijn reisdagboek uit 1926, citaat uit Van Stipriaan, 1997

‘Op een land dat het ideale platte vlak van de geometrieboeken is, zijn de wegen en de tochten de kortste afstand tussen twee punten. (…) In de eindeloze polder snijden de dijkwegen en de weerkaatsende sloten in rechte hoeken, een netwerk van volmaakt evenwijdige lijnen. Onafwendbaar leiden de wetten van het perspectief de lange wegen en het glanzende water naar een vaag verdwijnpunt. Af en toe passeer je een paar mensen, erbarmelijk misplaatst, maar over het algemeen hun best doend om hun weinig geometrische verschijning goed te maken door op fietsen te zitten. (…) Wat past de stolpboerderij volmaakt in het geometrische systeem! Geometrie vraagt om geometrie. Het platte vlak van het landschap is bezaaid met de kubussen en de piramiden van de stolpen.’



















230 meter kaas


Inhoud Foto-essays Luuk Kramer De fotograaf laat zien hoe kaasmakerij De Tijd zich in de Beemsterpolder heeft gevoegd en neemt de lezer mee naar binnen om het geheim van Beemsterkaas te aanschouwen.

23 – 35

Jonge meid in de polder José van Campen en Maarten Kloos Inleiding over de geschiedenis van het kaasmaken in de Beemster en de coöperatieve manier van werken bij CONO Kaasmakers. Over de poëzie van zuursel, stremsel, wrongel en wei. En over het landschap met geometrische kavels van 20 morgen.

48 – 51

Tijdlijn Philip Stroomberg De grafisch ontwerper bestudeert de wording van de kaasmakerij. Hij visualiseert hoe de verschillende partijen op hun eigen moment in de tijd hun rol vervullen.

52 –79

Publieke waarde José van Campen De planoloog onderzoekt hoe dit gebouw van een private opdrachtgever zijn publieke betekenis heeft gekregen. Zij beschrijft welke partijen publieke waarde aan het gebouw hebben toegevoegd en wat de succesfactoren zijn geweest.


95 – 113

De Tijd de ruimte Bastiaan Jongerius en José van Campen (red.) De architect laat zijn allereerste ontwerpschetsen voor de kaasmakerij zien en vertelt over zijn inspiratiebronnen. Hij gaat in op de dynamiek van zo’n langdurig en intensief ontwerp- en bouwproces.

115 –123

Dankzij de Beemster Marinke Steenhuis De architectuurhistoricus en voorzitter van het kwaliteitsteam des Beemsters kijkt naar de kaasmakerij. Zij ziet de intrinsieke ruimtelijke waarden van de Beemster terug in het gebouw en geeft de kaasmakerij en de ‘orgware’ daarachter betekenis in de wereldwijde discussie over nieuwbouw in werelderfgoed.

125 –135

Ruimte en plaats / Making place (original version in English) Aaron Betsky De architectuurcriticus plaatst de kaasmakerij in de internationale eregalerij van productiegebouwen en concludeert dat het gebouw ons vooral bewust maakt van de omgeving waarin het staat.



Jonge meid in de polder

Inleiding

JosĂŠ van Campen en Maarten Kloos

23


Jury Arie Keppler Prijs 2014, november 2014

24

‘Het gebouw brengt met zijn uitgestrekte horizontaliteit en bijna mathematische inpassing in het systeem van de Beemster, een hulde aan het DNA van de plek. De architect heeft van het begin tot het eind de touwtjes in handen terwijl toch een open procedure is gevolgd. De samenwerking tussen opdrachtgever en architect is voorbeeldig te noemen.’


Kenners proeven het meteen. Kaas uit de Beemster dankt zijn unieke smaak aan de blauwe zeeklei van de polder, waar de koeien van lente tot herfst grazen in weiden 4 meter onder zeeniveau. De klei, en wellicht ook de zilte zeewind, geven smaak aan het gras, aan de melk, aan de kaas. Kaas uit een drooggelegd landschap van rechte lijnen dat volgens UNESCO behoort tot de allermooiste cultuurgoederen van de wereld. Kaasmaken hoort bij de Beemster. Al snel na de drooglegging van de polder in 1612 werd er op de nieuwe boerderijen kaas geproduceerd. Kaas was de enige manier om melk te conserveren. Het ‘zelfkazen’ was ambachtelijk werk dat in het zomerseizoen, wanneer de koeien in de weilanden waren, door de boerin in haar eigen kaasmakerij werd gedaan. Er werd gemiddeld één kaas per dag gemaakt, en de productie werd verhandeld via de kaasmarkt in Purmerend. In het boek 400 jaar Beemster beschrijft Kees van der Wiel hoe het zelfkazen rond 1900 langzaam werd vervangen door het coöperatieve kaasmaken. In navolging van experimenten met schaalvergroting bij de kaasproductie in Amerika en Canada, richtten coöperaties van boeren kleine ‘dagkaasfabrieken’ op. Over de logistiek was goed nagedacht: de avondmelk werd op de boerderij afgeroomd en ’s nachts koel bewaard, en de volgende ochtend tegelijk met de volle ochtendmelk opgehaald en naar de fabriek gebracht. Eén van de dagkaasfabrieken in de Beemster was De Wilhelmina aan de Hobrederweg. Met zeventien vennoten die elk duizend gulden inlegden, was De Wilhelmina voor die tijd een relatief grote fabriek. In 1929 fuseerde De Wilhelmina met zuivelfabriek De Unie tot de coöperatieve vereniging De Tijd. Deze vereniging opende in 1930 een moderne ‘zoetmelkfabriek’, waarin volle melk verwerkt kon worden tot kaas en boter. De melk werd twee keer per dag opgehaald bij de veehouders zodat afromen en koelen op de boerderij niet meer nodig was. Dit betekende een verdubbeling van de transportbewegingen tussen de boerderijen en de kaasmakerij. Daarom koos de vereniging voor de kaasmakerij een strategische plek midden in de Beemster: Rijperweg 20. De oude dame en de jonge meid

Daar, aan diezelfde Rijperweg 20, werd in november 2014 de ‘groenste kaasmakerij ter wereld’ geopend: kaasmakerij De Tijd van CONO Kaasmakers. Het is een opvallende verschijning in het monumentale landschap. Bij CONO hebben ze het liefkozend over ‘de oude dame’ en ‘de jonge meid’. De oude dame is de kaasmakerij uit 1930, die in de loop der jaren is aangepast en uitgedijd tot ze echt niet verder kon. Ze heeft een waardige opvolgster gekregen. Op een eigen kavel naast de oude dame strekt de jonge meid zich uit in het gras. 25

Jonge meid in de polder


Situatie bij oplevering nieuwe kaasmakerij

26


Situatie na ontmanteling oude kaasmakerij

27

Jonge meid in de polder


CONO Kaasmakers Opgericht

1901

Doel

Het maken van de lekkerste en duurzaamste kaas van Nederland

Aantal medewerkers

171 FTE

Aantal melkveebedrijven

475 met ruim 25.000 koeien

Jaaromzet 2014

195 miljoen euro

Melkaanvoer 2014

320 miljoen kilogram

Kaasproductie 2014

26.000 ton (ongeveer 5% van de totale kaasproductie in Nederland)

Markt

Nederland, België, Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk, Denemarken, Zweden, Slovenië, Tsjechië, het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten, Canada, China, Singapore en Japan

Organisatie Algemene ledenvergadering 475 veehouders

Beleid

Toezicht

Klankbord

Raad van bestuur 9 veehouders

Raad van commissarissen 8 veehouders + extern lid

Jongerencollege 12 veehouders onder 35 jaar

Dagelijkse leiding Directie

28

Medewerkers


Zodra de kaas van de jonge meid de lekkerste is, zal de oude dame het veld ruimen. De gebouwen zullen worden gesloopt, de loop van de sloten zal worden hersteld en de kavel zal weer groen weiland worden. De jonge meid heeft veel bewonderaars. De veehouders die het gebouw hebben bekostigd, de werknemers van CONO, de omwonenden uit de Beemster, toeristen, journalisten, mensen uit de zuivelsector, architecten, planologen en cultuurhistorici, ze zijn allemaal enthousiast over het gebouw en de intense verbondenheid ervan met het monumentale landschap. Ook Koningin Máxima sprak bij de opening haar waardering uit over het gebouw en de inpassing in de Beemsterpolder. Na de opening werd de kaasmakerij al snel bekroond met prijzen: de Arie Keppler Prijs voor ruimtelijke kwaliteit in Noord-Holland, Zie citaat op pagina 24 de ARC14 Architectuur Award Zie citaat op pagina 30 en de BNA prijs voor het beste gebouw van het jaar 2015 in de categorie Identiteit & Icoonwaarde. Zie citaat op pagina 32

CONO Kaasmakers

De verbondenheid van het gebouw met zijn omgeving is te danken aan de opdrachtgever, die al ruim honderd jaar geworteld is in de Beemster. CONO Kaasmakers is de huidige naam van de in 1901 opgerichte zuivelcoöperatie Wilhelmina. Na de opening van de kaasmakerij aan de Rijperweg in 1930, vonden in de jaren na de Tweede Wereldoorlog verschillende fusies plaats. De Tijd fuseerde met Concordia uit Oudendijk en Ons Belang uit Middelie tot De Combinatie. In 1950 sloot Neerlandia uit Stompetoren zich aan. In 1999, na een fusie met CFM De Vechtstreek, ontstond de zuivelcoöperatie CONO Kaasmakers. Ter ere van haar honderdjarig bestaan werd CONO Kaasmakers in 2001 benoemd tot hofleverancier. Anno 2014 maakt CONO jaarlijks 26.000 ton kaas, dat is zo’n vijf procent van de Nederlandse kaasproductie. Een deel is bestemd voor de Nederlandse markt en een deel voor export binnen en buiten Europa. De coöperatie strijdt tegen smaakvervlakking, wil toonaangevend blijven op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen en streeft naar een eerlijke winstmarge in de hele keten. De coöperatieve manier van werken kenmerkt ook vandaag de dag de sfeer bij CONO. De coöperatie wordt nog steeds bestuurd door haar leden, 475 veehouders in Noord-Holland en de Vechtstreek. De melk van de Noord-Hollandse koeien wordt in de Beemster verwerkt, de melk van de koeien uit de Vechtstreek wordt in Hellendoorn verwerkt door ijsmakers Ben & Jerry’s. De aangesloten veehouderijen zijn vaak familiebedrijven waar hard wordt gewerkt vanuit 29

Jonge meid in de polder


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.