1 minute read
Neoclassicisme
from Indische Bouwkunst
In de eerste helft van de negentiende eeuw bouwden ingenieurs van Waterstaat in Nederlands-Indië ook stadhuizen, gerechtsgebouwen en kerken in een classicistische bouwstijl met het klassieke tempelfront als belangrijkste motief, het tijdloos geachte ideaal van de westerse oudheid. In 1854 werd in Nederlands-Indië het Departement van Burgerlijke Openbare Werken (bow) opgericht. Dat kreeg als kerntaak de aanleg van wegen, bruggen, havens, maar ook het beoordelen of realiseren van overheidsgebouwen. Het departement hield vast aan de classicistische stijl, gestoeld op academische geleerdheid.29 Het neoclassicisme maakte zo de waarden en normen van de westerse beschaving zichtbaar in Indië. Voor elk project gold, aangezien het gemeenschapsgeld betrof, een standaardbudget.30 Dure bouwmaterialen uit Europa vonden, ook bij de belangrijkste bouwwerken, terughoudend toepassing. Zuinigheid gold als een deugd. Zelfs de paleizen van de gouverneur-generaal kenmerkten zich door bescheidenheid. Het paleis aan het Koningsplein in Batavia, ook bedoeld voor feesten, bevatte niet eens een balzaal.31 Gangen verbonden het met het oude paleis erachter. Het buitenverblijf van de gouverneur-generaal in Tjipanas lag in een aardbevingsgebied en werd, om die reden, gebouwd van Indisch rasamala hout en djattihout. De vloeren waren van gepleisterd beton en in de galerijen lagen Portland-cementtegels.32 De meeste bouwwerken maakten uitsluitend indruk met hun zuilen, tempelfront, witte kleur en hun Griekse uitstraling. De ingenieurs in Indië gingen niet veel anders te werk dan hun collega’s in Nederland, waar in de kerkbouw de Waterstaatstijl opgeld deed.
Voorbeelden Batavia, Paleis gouverneur generaal (1879), Batavia, De Volksraad (1830, J. Tromp), Batavia, Willemskerk (1839, J.H. Horst), Batavia, Museum (1868, W.F.H.F. de Rader), Batavia, Raad van Justitie (1870, W.F.H.F. de Rader).
Batavia, Paleis gouverneur generaal aan het Koningsplein uit 1879. con