Frits Strik en Aad Lambert Architect Peter Nagel introduceert het modernisme in Suriname. Hij ontwerpt in de jaren ‘50 de eerste modernistische gebouwen voor het stadscentrum van Paramaribo, dat op de Werelderfgoedlijst van UNESCO staat. In de periode 1951-1969 ontwerpt Nagel meer dan veertig (!) gebouwen in deze stijl, in en buiten Paramaribo. Rond het Kerkplein, een centraal punt van de stad, is Nagels modernisme nadrukkelijk aanwezig. Hier staan vijf belangrijke gebouwen van de architect: het OGEM-gebouw (nu N.V. EBS), De Surinaamsche Bank, het Fatum-gebouw (onherkenbaar verbouwd), de HBU-Bank (nu de Republic Bank Suriname N.V.) en het hoofdpostkantoor. Nagel ontwerpt ook Buitensociëteit Het Park (nu de Nationale Assemblee) en scholen, kerken, ziekenhuizen en woonhuizen. De bouwwerken zijn belangrijk cultuurhistorisch erfgoed, dat in nog geen twintig jaar is ontstaan. De gids beschrijft elk gebouw, met foto’s bij de oplevering en in de huidige staat. Op twee kaarten zijn alle projecten aangegeven, met een wandelroute voor de projecten in het centrum.
Cover)Gids Paramaribo_ht.indd 1
ISBN 978 94 6022 475 1 NUR 648
Paramaribo De modernistische architectuur van ir. Peter J. Nagel Met wandelroute door het centrum langs 21 gebouwen
Frits Strik (1948) is weg- en waterbouwkundige en econoom. Werkte bij de gemeente Amsterdam als directeur Infrastructuur en werkt vanaf 2007 als zelfstandig adviseur voor (semi-) overheidsorganisaties. ir. A. A. (Aad) Lambert (1947) studeerde aan de faculteit Bouwkunde (architectuur) van de Technische Universiteit Delft. Aad Lambert is architect in Amsterdam. www.lambertarchitecten.nl
Frits Strik en Aad Lambert
Tot stand gekomen met medewerking van de Nederlandse ambassade in Paramaribo
Paramaribo De modernistische architectuur van ir. Peter J. Nagel
Paramaribo De modernistische architectuur van ir. Peter J. Nagel
03-05-18 12:24
Paramaribo De modernistische architectuur van ir. Peter J. Nagel 44 Bouwwerken uit de jaren 1951-1969
Foto: 1951
Samenstelling: Frits Strik Teksten: Aad Lambert en Frits Strik 1
Inhoud Kaart 1: Bouwwerken in het centrum van Paramaribo projecten 1-21 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . binnenkant omslag vóór Kaart 2: Bouwwerken buiten het centrum van Paramaribo projecten 22-44 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . binnenkant omslag achter Inleiding
. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
3
Wandelroute langs 21 bouwwerken uit de jaren 1951-1969 in het centrum van Paramaribo. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 11 23 Bouwwerken uit de jaren 1953-1963 buiten het centrum van Paramaribo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 63 Bouwwerken in chronologische volgorde. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 112 Kleurgebruik van de gebouwen bij oplevering . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 116 Kunstenaars . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 120 Overzicht bouwwerken van ir. P.J. Nagel in Suriname. . . . . . . . . . . . . . . . . . 124 Geraadpleegde literatuur/bronnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 127 Belangrijkste geraadpleegde websites . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 127 Fotoverantwoording . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 128
2
Inleiding Suriname Suriname was aanvankelijk, van 1655 tot 1667, een Engelse kolonie. Met de verovering op de Engelsen door Abraham Crijnssen in 1667 werd het land een Nederlandse kolonie, tot de onafhankelijkheid in 1975. Ruim 300 jaar koloniaal bewind laat zijn sporen na. Fysiek en cultureel. Tot op de dag van vandaag. Het land is met 164.000 km2 vier keer groter dan Nederland. De toegankelijkheid en bewerkbaarheid van het land is echter beperkt tot de laaggelegen moerassige kuststrook met een diepte landinwaarts van 60-80 km. Achter deze kuststrook, die slechts circa 10% van het land beslaat, is Suriname licht bergachtig met tropisch regenwoud. Door het land stromen brede rivieren. De Corantijnrivier in het westen als grensrivier met (voorheen Brits-) Guyana, de Coppenamerivier en de Surinamerivier in het midden van het land, de Commewijnerivier deels evenwijdig aan de kustlijn en de Marowijne-rivier in het oosten, als grensrivier met Frans-Guyana. De moerassige kuststrook werd ontgonnen en in cultuur gebracht met de aanleg van plantages langs de rivieren. De plantages werden aangelegd als kleine polders van circa 250-500 ha, met dijken, kanalen, sloten (trenzen) en sluisjes. In de aanleg van polders hadden de Nederlanders veel ervaring. Dat kan niet gezegd worden van de Spanjaarden en Portugezen, die zich mede hierdoor in de rest van Zuid-Amerika vestigden en zich niet bemoeiden met de wilde kust van Brits-, Nederlands- en Frans-Guyana. Suriname was ruim 200 jaar een plantagekolonie met als belangrijkste producten suikerriet, koffie en katoen. Het hoogtepunt van het aantal plantages lag rond 1800 met circa 640 plantages. Daarna, niet in de laatste plaats door de afschaffing van de slavernij in 1863, nam het aantal plantages gestaag af tot 83 in 1903. De plantages waren rendabel door de inzet van slaven als arbeidskrachten. Bij de afschaffing van de slavernij in 1863 kwamen 35.000 tot slaaf gemaakten vrij. Een deel van hen vertrok naar Paramaribo. De stad groeide van 15.000 inwoners in 1863 naar 34.000 inwoners in 1907 en naar 55.500 in 1940.(1) Een ander deel ging werken in de goudwinning. Goudwinning is nog altijd 1 Tussen 1950 en 1970 groeide het aantal inwoners in Paramaribo van 100.000 naar 180.000. In 2015 telde Paramaribo 250.000 inwoners en Suriname 560.000. (Bron: Wereldbank 2017)
3
belangrijk voor werkgelegenheid en als bron voor deviezen, maar is in de uitvoering overwegend kleinschalig gebleven. Eerst in 2006 en 2016 zijn nieuwe concessies voor grootschalige goudwinning verleend. Op plantages werden de vertrokken tot slaaf gemaakten vervangen door aangetrokken contractarbeiders uit Brits-Indië en Nederlands-Indië (voornamelijk Javanen). Daarnaast kwamen mensen uit China om handel te drijven. Daarmee ontstond de verscheidenheid in de bevolkingssamenstelling van Suriname.(2) Paramaribo Paramaribo was tot circa 1940 de hoofdstad van een landbouwkolonie, waaraan de industriële revolutie volstrekt voorbij was gegaan. Hierdoor is de oorspronkelijke structuur van de stad en de karakteristieke houten bebouwing van de stad in hoge mate bewaard gebleven. De activiteiten in de stad en daarmee de gebouwen in de stad, worden gedomineerd door openbaar bestuur, bank- en verzekeringszaken, handelshuizen, woonhuizen, opslagplaatsen, kerken en de daaraan verbonden instellingen voor gezondheidszorg en onderwijs. Na de stadsbranden in 1821 en 1832 is het centrum herbouwd volgens het oude stratenpatroon. Het Vaillantsplein werd daarbij aangelegd met de functie van brandgang. Inmiddels is het een rommelig plein, voornamelijk in gebruik als parkeerplaats. Door de herbouw van het centrum na de e stadsbranden dateren de meeste monumenten uit de 19 eeuw. In 2002 werd het centrum van Paramaribo opgenomen in de Werelderfgoedlijst van de UNESCO, een onomstreden erkenning van de kwaliteit in structuur en architectuur van dit stedelijk gebied. Onderdeel van de stedelijke structuur en daarmee van de UNESCO Werelderfgoedlijst, vormen de bomen. In aantal en verscheidenheid is het bomenareaal uniek. Bomen zijn van oudsher geplant voor de schaduwwerking in lanen en op erven. Op veel plaatsen zijn in de afgelopen jaren echter bomen gekapt om ruimte te maken voor parkeerplaatsen. Fraaie lanen met mahoniebomen van meer dan 200 jaar oud zijn de Heerenstraat, de Nassylaan en de Domineestraat. Door dit bijzondere element van de stedelijke structuur wordt Paramaribo ook wel ‘de mooiste hoofdstad in de tropen’ genoemd. Industriële activiteiten groeiden vooral in en na de Tweede Wereldoorlog. Na de eerste winning van bauxiet in 1916 startte in 1942 de grootschalige 2 Hindostanen 27%, Creolen 18%, Marrons 15%, Javanen 15%, Overigen 25%.
4
bauxietwinning door Alcoa/Suralco en Billiton. In 1965 gevolgd door het in gebruik nemen van een grote aluminiumsmelter even buiten Paramaribo en een waterkrachtcentrale bij de Afobakastuwdam. In 1947 startte Bruynzeel de Suriname Houtmaatschappij N.V. aan de Slangenhoutstraat in Paramaribo. Het bedrijf werd het grootste houtkap- en houtverwerkingsbedrijf in Suriname. De bloeiperiode duurde tot circa 1975. Kortom, in de jaren 1945 tot 1970 werd er veel geïnvesteerd in Suriname, hierin gestimuleerd door het Welvaartsplan, een Tienjaren- en twee Vijfjarenplannen van de Nederlandse regering. Bestuurlijk kreeg Suriname in 1954 met het Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden binnenlands zelfbestuur. Als eerste planmatig opgezette stadswijk komt in de jaren ’50 het gebied Zorg en Hoop tot ontwikkeling, met naast de woonfunctie ook voorzieningen voor gezondheidszorg, onderwijs, sport en religie. Tegen deze achtergrond arriveert ir. Peter J. Nagel in 1951 in Suriname. Ir. Peter J. Nagel, architect Peter Jacobus Nagel (1921-1997) gaat in 1938 studeren aan de Technische Hogeschool (de huidige Technische Universiteit) in Delft, afdeling Weg- en Waterbouw. Naast colleges civiele techniek volgt hij ook architectuurcolleges aan de afdeling Bouwkunde. Nagel heeft een brede belangstelling: bouwen en ontwerpen als constructeur én architect lijkt hem een ideale combinatie. In 1946 studeert hij af als civiel ingenieur. Vanwege de oorlog komt het helaas niet meer van doorstuderen bij Bouwkunde. Nagel voelt zich tijdens zijn studie aangetrokken tot de groep studenten en hoogleraren, die in de jaren ’30 bij Bouwkunde de moderniteit in de architectuur en stedenbouw aanhangen. Dat zijn ‘nieuwlichters’ binnen de behoudende Bouwkunde-omgeving. Zij pleiten voor lichte en luchtige architectuur en niet voor imposante gebouwen die gezag en macht uitstralen. Hun ideaal is functionele architectuur, waarbij constructie en uiterlijk bepaald worden door de functie van het gebouw. Le Corbusier, Breuer, Duiker, Rietveld, Oud en Van Eesteren maken hun idealen waar. Deze visie op architectuur past Nagel als een handschoen: het ontwerpen van constructie en architectuur horen voor hem vanzelfsprekend samen te gaan. De wens om dit ideaal te bereiken wordt tijdens zijn studie in Delft versterkt. Al vroeg in zijn loopbaan kan hij deze architectuur-idealen in Suriname in praktijk brengen. Nagel komt via een omweg in Suriname terecht. Na de oorlog is er weinig plaats in de Nederlandse architectuur voor de idealen van de modernisten. 5
Er moet woningbouw geproduceerd worden en de architectenbureaus van voor de oorlog storten zich op de wederopbouw. Binnen bouwend Nederland ontstaat ook steeds meer bureaucratie. Een aantal studenten, aanhangers van modernisme en functionalisme uit de jaren ’30, komt moeilijk aan het werk en emigreert, zoals veel Nederlanders deden. De optimist Nagel is een van de eersten. Nog geen jaar na de oorlog neemt hij het eerste passagiersschip naar de West, waar zijn oudere broer Jan op Aruba een bouw- en ontwikkelingsmaatschappij heeft. Zijn vrouw Ria reist hem achterna. Nagel werkt daar vier jaar als architect en constructeur. De bouwactiviteiten op Aruba, Curaçao, Bonaire en Sint Maarten gaan zo voorspoedig dat de broers besluiten om ook in Suriname een bouwonderneming op te richten, onder leiding van Peter Nagel. De Surinaamse regering geeft echter geen vergunning voor een bouwmaatschappij. Daarop besluit Nagel om in Paramaribo een ingenieurs- en architectenbureau te vestigen. Dat blijkt geen probleem: er zijn in Suriname wel voldoende aannemers, maar er is geen enkel architectenbureau. Zo kan Peter Nagel vanaf 1951 gedurende bijna twintig jaar met zijn ingenieursen architectenbureau zijn Delftse architectuuridealen in praktijk brengen: gebouwen ontwerpen met een logische constructie die vanzelfsprekend hoort bij het architectonisch ontwerp. Het zijn de eerste uitingen van het modernisme in Suriname. Er is veel werk te doen. Nagel ontwerpt tientallen gebouwen, van woonhuizen en winkels tot ziekenhuizen en fabrieken. In het boek Achteraf bekeken (2005) van zijn echtgenote Maria Nagel-de Groot, worden alle bouwprojecten uit de jaren 1951-1969 beschreven. In 1963 reist het gezin terug naar Nederland en wordt het bureau daarna door anderen voortgezet. Laat-modernisme in Suriname Met zijn gebouwen introduceert Peter Nagel een naoorlogs modernisme in Suriname. Het constructieve en architectonisch ontwerp van de gebouwen zijn ideaal geïntegreerd, ze zijn immers door één en dezelfde persoon gelijktijdig bedacht. De functie van de gebouwen is uitgangspunt voor de ontwerper en het witte stuc- en schilderwerk aan de buitenzijde zorgt voor een zakelijke, lichtvoetige en moderne uitstraling. Voorbeelden in Europa van voor de Tweede Wereldoorlog zijn de villa’s van Le Corbusier, de witte ‘voorbeeldwoningen’ in de Weissenhofsiedlung in Stuttgart, sanatorium Zonnestraal van Duiker in Hilversum en de sociale woningbouw 6
van Oud in Rotterdam en Hoek van Holland. En natuurlijk de ontwerpen van de Bauhaus-architecten in Dessau (Gropius, Mies van der Rohe). Het zijn voorbeelden van progressieve architectuur die Nagel goed kent. Nagel realiseert een pragmatisch modernisme; zijn ontwerpen zijn niet het resultaat van een ontwerpfilosofie van architecten die zich afzetten tegen de heersende architectuurpraktijk, zoals in het vooroorlogse Europa. De ontwerpen van Nagel zijn het resultaat van een heldere vertaling van het gewenste programma van eisen, waarbij de constructie, het gebruik van het gebouw en de klimatologische omstandigheden belangrijke uitgangspunten voor het ontwerp zijn. Dat maakt het resultaat vaak puur en logisch. Invloed van het klimaat Spouwmuren om de kou buiten te houden zijn niet nodig. Wel wordt vaak een extra golfplaten ‘tropendak’ gemaakt, waar de wind onderdoor waait ter verkoeling. De wit gestucte/geverfde gevels reflecteren de zon en voorkomen teveel opwarming. Verticale, vaste betonnen lamellen werken aan de buitenzijde voor de ramen als zonwering (brise soleil). Muren met gaatjesstenen als terrasafscheidingen laten koele wind door. Ruime loggia’s en veranda’s bieden niet alleen een schaduwrijke buitenruimte, maar voorkomen ook oververhitting van de gevels. Bouwmethode Tot de Tweede Wereldoorlog wordt in Suriname voornamelijk in hout gebouwd. Houten gebouwen warmen echter sneller op dan stenen of betonnen gebouwen. Tussen 1935 en 1945 ligt de bouw nagenoeg stil. Om het grote tekort aan woningen, scholen, overheidsgebouwen, gebouwen voor sport en recreatie, ziekenhuizen en kerken in te lopen moet er snel gebouwd worden. Snel bouwen kan met de nieuwe materialen gewapend beton en betonstenen, gecombineerd met hout en plaatmaterialen. Dat gebeurt in veel landen in Midden- en Zuid-Amerika (Argentinië, Mexico, Brazilië). Modernisme Zo bepalen klimaat, bouwmethoden, constructie en het programma van eisen Nagels vanzelfsprekende ontwerpen. Peter Nagel levert in ruim vijftien jaar met zijn architectuur een belangrijke bijdrage aan het pragmatisch modernisme van na 1950 in Suriname. Zijn ontwerpen sluiten naadloos 7
aan bij ‘The International Style’, een wereldwijde architectuurstroming uit de jaren 1925-1940, die ook ‘Functional Architecture’ genoemd wordt. Maar Nagel is geen dogmaticus. Als er aanleiding voor is, laat hij zich soms inspireren door werk van andere architecten, zoals Sybold van Ravestein, Hans Scharoun en Le Corbusier. Daarmee krijgen Nagels ontwerpen een verrassende ‘twist’. Rond het Kerkplein, het centrale punt van de stad, is Nagels modernisme nadrukkelijk aanwezig. Hier staan vijf belangrijke modernistische gebouwen van de architect: het OGEM-gebouw, De Surinaamsche Bank, het Fatumgebouw (onherkenbaar verbouwd), de HBU-Bank en het hoofdpostkantoor. Kunsttoepassing Bij veel gebouwen van Nagel is op initiatief van de architect beeldende kunst aangebracht. Zie onderstaand overzicht. Een korte beschrijving van de kunstenaars volgt op de pagina’s 120 tot en met 123.
Toepassing van kunst in de gebouwen van Nagel Jaar
Project
Kunstenaar
1956
Kabinet van de Gouverneur
Wim de Nooy
1958 1959 1959 1960 1960 1960 1962 1962
Hollandse Bank Unie Surinaamsche Bank Surinaamsche Bank Hoofdpostkantoor Hoofdpostkantoor Hoofdpostkantoor Postkantoor Zorg en Hoop Hotel Torarica
1962 1962 1962 1963 1963 1985
Hotel Torarica Hotel Torarica Hotel Torarica Centrale Bank van Suriname Centrale Bank van Suriname Centrale Bank van Suriname
Erwin de Vries Nic. Loning Erwin de Vries Nola Hatterman Marrons Nic. Loning Nic. Loning Noni Lichtveld, dochter van Lou Lichtveld (Albert Helman) Noni Lichtveld Marrons Nic. Loning Stuart Robles de Medina Nic. Loning René Tosari
8
Over de projectbeschrijvingen Bij de beschrijvingen per gebouw plaatsen we foto’s van de splinternieuwe gebouwen, vlak na de oplevering. Daarnaast tonen we een foto van het gebouw in de toestand waarin we het in 2017 aantroffen. Een aantal gebouwen is ingrijpend verbouwd en uitgebreid zoals het Startheater en het Fatumgebouw aan de Noorderkerkstraat. Sommige gebouwen zijn op een storende manier beschilderd zonder respect voor het oorspronkelijke gebouw. Zo zijn de gevels van het voormalige wijkpostkantoor Zorg en Hoop blauw geschilderd en zijn de vensteromrandingen van het HBU-gebouw tegenwoordig wit geschilderd. Bouwtechnische staat Sommige gebouwen worden slecht onderhouden en zijn er bouwtechnisch slecht aan toe. Het voormalige hoofdpostkantoor aan het Kerkplein is hiervan het meest uitgesproken voorbeeld, evenals het Manufacturen Paleis aan het Sivaplein.
Omschrijving
Bijzonderheden
Driedelig gebrandschilderd raam voorgevel
Opdracht van Jan Nagel (bouwmaatschappij Aruba)
Metalen sculptuur voorgevel Wandschildering hal naast trap Stalen siersmeedwerk in zes ramen naast entree Keramisch muurreliëf in de hal Panelen in houtsnijwerk boven loketten Aluminium wandreliëf tegen gevel traptoren Twee gevelreliëfs Houtsculpturen (indianen) bij entree Geschonken door ministerie van Opbouw Wandkleed zithoek eetzaal Houten kolombekleding met houtsnijwerk Muurschildering; stoet mensen in de eetzaal Drie friezen boven de toegangsdeuren en handgrepen deuren Tegeltableau en gebogen aluminium sculptuur in timpaan Twee keramische tegeltableaus in de hal 9
Monumentenstatus Peter Nagel levert door aantal, vormgeving, materiaalgebruik en praktisch inspelen op de klimaatomstandigheden met zijn gebouwen een belangrijke bijdrage aan de architectuur in Paramaribo. Een aantal modernistische gebouwen is in feite een ‘jong monument’ en verdient dringend plaatsing op een lijst van beschermde monumenten. Het is cultuurhistorisch erfgoed, dat in korte tijd ontstond, hoort bij de ontwikkeling van het land en bewaard moet blijven voor de volgende generaties. Helaas zijn sommige gebouwen uit dit boek inmiddels gesloopt, andere worden slecht onderhouden of zijn ingrijpend en onherkenbaar verbouwd. Verbouwen moet natuurlijk kunnen, maar dan met respect voor het originele ontwerp. Dat krijg je alleen voor elkaar met een goede bescherming door adequate bouwregelgeving. Aandacht en zorg voor het jonge architectonische erfgoed zou gemeengoed moeten worden. Postzegels Veel gebouwen van Peter Nagel zijn bekend geworden onder het grote publiek doordat ze op postzegels zijn afgebeeld. Dat zijn: de Centrale Bank Suriname, het Suriname Stadion, het Diakonessenhuis, het hoofdpostkantoor, hotel Torarica en het jeugdcentrum van de EBGS. De Centrale Bank van Suriname is ook afgebeeld op de bankbiljetten van Suriname. Gedetailleerde informatie De 44 nu volgende projectbeschrijvingen zijn te beknopt om dieper in te gaan op de architectuur en details van de gebouwen. Daarom verwijzen wij voor meer achtergrondinformatie naar drie hoofdstukjes achterin dit boek. In het hoofdstuk ‘Bouwwerken in chronologische volgorde’ (blz. 112 e.v.) staan zwart-witfoto’s van de gebouwen in volgorde van oplevering. Daarmee is te zien hoe Peter Nagel zijn architectonisch ‘handschrift’ ontwikkelde. Welk werk hij maakte in de beginjaren en wanneer ontwierp hij zijn modernistische toppers? In ‘Kleurgebruik van de gebouwen bij oplevering’ (blz. 116 e.v.) laten we zien hoe de architect kleuren toepast. Het zwart-witbeeld van de foto’s uit de jaren ’50 en ’60 krijgt daarmee een extra dimensie. In ‘Kunstenaars’ (blz. 120 e.v.) beschrijven wij de achtergronden van de kunstenaars die Nagel inschakelde bij zijn openbare gebouwen. Ook laten wij ander werk van deze kunstenaars zien. 10
Wandelroute langs 21 bouwwerken uit de jaren 1951-1969 in het centrum van Paramaribo 1 2 3 4 (5) 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21
Kabinet van de Gouverneur . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12 Buitensociëteit Het Park . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 St. Louiseschool . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 De Surinaamsche Bank (DSB) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 18 Directeurswoning van De Surinaamsche Bank. . . . . . . . . . . . . . . 22 (niet openbaar toegankelijk) Fatum ‘De Nederlanden van 1845’ . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 24 Overzeese Gas- en Electriciteitsmaatschappij N.V. (OGEM) . . . . 26 Hollandsche Bank-Unie N.V. (HBU) . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Hoofdpostkantoor van Paramaribo . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 Boekhandel N.V. Varekamp & Co. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36 Startheater . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38 Kapel van de Zusters van Roosendaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 40 E.J. Polanen’s Optische Handel N.V. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 42 Het Manufacturen Paleis . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 44 Curaçaose Handel Maatschappij (Suriname) N.V. (CHM) . . . . . . 46 De Nieuwe Centrale Markt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 48 Winkelpand Kirpalani . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 50 Centrale Bank van Suriname . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 52 Kantoor N.V. Billiton Mij. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 54 Hotel Torarica . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 56 Woonhuis van notaris Cabell . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 60
11
1
Kabinet van de Gouverneur / 1956 Kleine Waterstraat 2017: Het Bestuurs- en Administratief Kabinet van de President
Het gebouw ligt op een mooie plek aan de rand van de beroemde Palmentuin. Het ontwerp is gebaseerd op het tropische klimaat met detaillering die we ook tegenkomen bij de woonhuizen van Nagel. Flauw hellende daken met grote dak-overstekken, gesteund door uitgemetselde ‘schouderstukken’ in het metselwerk van de kopgevels. De vooruitgeschoven verdieping steunt op dubbele kolommen en zorgt voor een beschaduwd voorportaal. Betonnen vensteromkaderingen die je ook elders in Nagels ontwerpen tegenkomt. Maar nog geen verticale betonnen buitenzonwering (brise soleil), zoals Nagel in hetzelfde jaar al wel toepast bij de Louiseschool (1956, project 3). De ramen hebben horizontale glazen lamellen (zie foto uit 1956), waarmee je gemakkelijk kunt ventileren. Het gebouw heeft een zorgvuldig ontworpen interieur met een prachtige ontvangsthal. In de voorgevel een driedelig gebrandschilderd raam van de glazenier Wim de Nooy dat de band tussen de drie delen van het toenmalige 12
Foto: 1956
Foto: 2017
koninkrijk, Suriname, Nederland en de Nederlandse Antillen symboliseert. Het raam werd gemaakt in opdracht van Jan Nagel, de directeur van de Bouwmaatschappij Aruba. Het gebouw kan op een eenvoudige manier weer de allure van de oude foto terugkrijgen. De donkere raamkaders, de kolommen en regenpijpen kunnen weer wit geschilderd worden. En als je de prachtige oorspronkelijke beplanting aanbrengt tegen de voorgevel en naast de entree, dan is het gebouw weer echt onderdeel van de Palmentuin. 13
Foto: 1954
2
Buitensociëteit Het Park / 1954 Waterkant/Zeelandiaweg 2017: De Nationale Assemblee (DNA)
Waar nu de Surinaamse politiek vergadert, was vroeger buitensociëteit Het Park gevestigd. Sinds 1877 had Paramaribo op deze prachtige plaats in het park aan de rivier een buitensociëteit voor de ontspanning van haar leden. Dat waren aanvankelijk militairen, maar al snel wordt het een algemene sociëteit. Je kunt er eten en drinken, er is een kegelbaan en een grote balzaal. Er worden steeds meer muziekuitvoeringen, dansfestijnen en lezingen gehouden voor een groter publiek. Het oude gebouw wordt na 1945 veel te klein en eind 1951 krijgt architect Nagel opdracht om een nieuwe, grote, sociëteit te ontwerpen. Er waren op dat moment in Suriname geen deskundige architecten en constructeurs aanwezig om zo’n werk voor te bereiden en te begeleiden. Het is Nagels eerste proeve van een modernistisch ontworpen gebouw met een dakopbouw, voorzien van een 14
Foto: 2016
vrolijk omhoog krullend dakje. Het gebouw heeft nog niet de kenmerkende karakteristieke elementen van Nagels latere modernistische ontwerpen. Die gebouwen hebben meestal omkaderde raampartijen, vaste buitenzonwering (brise soleil), horizontale raamstroken, ranke luifels en buitengaanderijen. In het ontwerp voor buitensociĂŤteit Het Park overheerst nog een verticale geleding. De onderdelen zijn daardoor nog niet tot een eenheid geworden en het geheel lijkt een beetje op drie losse gebouwen. In zijn schetsontwerp tekent Nagel de toren met het entreegedeelte geheel symmetrisch, van de begane grond tot en met de dakopbouw. Dat geeft de monumentale entree een statisch en wat stijf karakter. Maar bij de bouw verschuift hij de zuilenentree op de begane grond wat naar links ten opzichte van de symmetrieas. Met dit voortschrijdend inzicht tijdens het ontwerpen maakt de architect van de entreetoren een meer ontspannen en sterker onderdeel.
15
3
St. Louiseschool / 1956 Mgr. WulďŹ nghstraat Gebouwd in de tuin van het klooster van de Zusters van Roosendaal
Rooms-katholieke muloschool (meer uitgebreid lager onderwijs) voor meisjes. De school heeft 14 lokalen voor 450 leerlingen. De school is gebouwd in de tuin van het klooster van de Zusters van Roosendaal. Zij behoren tot de orde van Franciscanessen; zij werken veel in het onderwijs en in de gezondheidszorg. Tot 1956 dragen Peter Nagels ontwerpen nog niet de modernistische signatuur, die vanaf 1956 zo kenmerkend is voor zijn architectuur. De Louiseschool en het gebouw van OGEM (1956, project 7) vormen een belangrijk keerpunt in zijn ontwikkeling. Nagel maakt vanaf dit moment met steeds vaardiger hand zijn reeks modernistische ontwerpen met vaste, omkaderde, buitenzonwering van verticale betonnen lamellen en lange horizontale raamstroken. Zie ook het chronologisch foto-overzicht op pagina’s 112 t/m 115. De Louiseschool bestaat uit een middenbouw met hoofdentree, hal, trap, directiekamer en links en rechts een zijvleugel. In de lange tweelaagse zijvleugel zijn twaalf lokalen en in de korte zijvleugel twee bijzondere lokalen. De gevel met de lokalen ligt aan de zonzijde. Hier is een vaste 16
Foto: 1956
Foto: 2016
buitenzonwering van verticale betonnen lamellen (brise soleil) met een kader eromheen. Deze vorm van zonwering komt vaak in Nagels ontwerpen terug. Aan de achtergevel ga je buitenom naar de lokalen, via de tuin en een open galerij. In de nok van de kopgevels zijn ventilatiesleuven, zodat de wind onder het lichtgewicht zadeldak voor koelte kan zorgen. De brise soleil van de linkervleugel loopt van beneden naar boven door als ĂŠĂŠn element. De verdieping van de hoge vleugel is daardoor in de gevel niet herkenbaar. Dat levert een meer evenwichtig Foto: 1956 beeld op met de lage vleugel. 17
4
De Surinaamsche Bank / 1959 Henck Arronstraat 26-30
In 1956 krijgt Nagel opdracht om een nieuw kantoorgebouw voor de Surinaamsche Bank te ontwerpen. Het wordt Nagels eerste gebouw dat zo duidelijk zijn handtekening draagt. Met een modernistische gevel, wit gestuct, stalen ramen en vaste zonwering van verticale lamellen voor de ramen op de verdieping. Deze buitenlamellen (brise soleil) komen sinds het ontwerp van de St. Louiseschool (1956), in veel ontwerpen van de architect terug. Het gebouw ligt een stuk naar achteren ten opzichte van de gevellijn van de Henck Arronstraat. Zo ontstaat een mooi pleintje voor het bankgebouw. Vroeger stond hier het oude houten bankgebouw, dat werd afgebroken toen de nieuwbouw klaar was. De nieuwe bank staat nu stedenbouwkundig mooi en ruim op z’n plek, in het hart van de Noorderkerkstraat. Aan de straat steekt de verdieping uit, met eronder een schaduwrijke entree. Kolommen met een bekleding van in vorm gezette aluminium beplating met 18
Foto: 1959
Foto: 2017
zwartwit gestreepte cannelures (verticale groeven) dragen het volume van de verdieping. De gevel van de verdieping loopt hol en springt links en rechts naar voren. Het zware betonnen kader rond het verdiepingsvolume is precies 19
Foto: 1959
20
Foto: 1959
zo breed als de Noorderkerkstraat. Met deze architectonische middelen markeert Nagel op een overtuigende manier het uiteinde van de stedenbouwkundige ruimte van de Noorderkerkstraat. Binnen, in de hal van de bank, komt het streepjesthema van de buitenkolommen weer terug in de afwerking van de kolommen en de balie. De gevel binnen het grote betonnen kader was vroeger zacht blauwgrijs geschilderd, net zoals de hoeken van het gebouw ter weerszijden van het kader. Daardoor leken de witte zonweringslamellen binnen de omlijsting te zweven, zoals op de zwartwit foto uit 1959 goed te zien is. Met het ene grote gebaar van de gekromde verdieping zet Peter Nagel een sterk modernistisch ontwerp neer. De dieďŹ jzers voor de ramen zijn ontworpen door Erwin de Vries en de wandschildering in de hal is van Nic. Loning. Nagel ontwerpt ook een directeurswoning met gastenverblijf in de tuin achter de bank (zie project 5).
Foto: 1959
21
5
Directeurswoning De Surinaamsche Bank / 1959 Henck Arronstraat 26-30 2017: Vergader- en trainingsruimte van de bank Pand is in oorspronkelijke staat. De tuin is niet openbaar toegankelijk.
Behalve de bank worden in 1959 ook deze directeurswoning en een gastenverblijf gebouwd tussen de palmen in de tuin achter de bank. Het woonhuis is vrij traditioneel van opzet. Het dak van golfplaat op een houten constructie steekt rondom ruim over de gevels heen en dient als zonwering en beschutting tegen de tropische regens. Zoals bij al zijn woonhuizen maakt Nagel in de nok van de kopgevels grote ronde ventilatiegaten, zodat de wind onder het lichtgewicht zadeldak voor koelte kan zorgen. De architect heeft bij dit voorname huis iets bijzonders gemaakt van het 22
overdekte buitenterras. Evenals het terras van woonhuis Cabell (project 21) wordt het overdekt met een groot betondak, dat als balkon dient voor de verdieping. Onder de buitenrand, die met sierlijke bochten verloopt in de vorm van een oor, staan ronde kolommen. Aan het uiteinde van het terrasdak zorgen drie kolommen naast elkaar op een eenvoudige en luchtige manier voor de noodzakelijke dwarsstabiliteit. Bij deze drie opvallende kolommen is tevens de woningentree. De oplossing met enkele kolommen vlak naast elkaar past Nagel veel vaker toe. Het rond lopende balkon kende Nagel van vooroorlogse modernistische projecten van architecten als Oud, Scharoun, Breuer en Van Ravesteijn. Foto: 1959
Foto: 2016
23