KLIM- EN BERGSPORTMAGAZINE MONTE
Extra: Mini-poster om in de winterse sfeer te komen.
Extra: Mini-poster om in de winterse sfeer te komen.
With its particularly sensitive and strongly performance-oriented construction and lots of rubber, the CLUE is the ideal choice for bouldering problems, slabs and demanding overhang climbing. The aggressive shape brings a great deal of tension despite the particularly soft Vibram XS sole for optimal sensitivity. The stretch tongue allows for a comfortable step-in and still keeps the shoe reliably on the foot. With its timeless design, the CLUE is the perfect shoe to be fired up for sending today.
in de kijker: Le Camp de Base
Mount Coach 10: Gevorderde Alpinismestage in Courmayeur
Mount Coach 11: open voor aanmeldingen! natuur en ecologie
De terugkeer van de Euroziatische Lynx in de Alpen
OVER de KLIM- EN BERGSPORTFEDERATIE
De Klim- en bergsportfederatie vzw is een unisportfederatie met meer dan 14 000 leden, erkend en gesubsidieerd door Sport Vlaanderen.
De KBF telt 42 aangesloten clubs. Vind een club in jouw regio op www.klimenbergsportfederatie.be/clubs
BEREIKBAARHEID
Statiestraat 64, 2070 Zwijndrecht
Bereikbaar van maandag tot vrijdag, tussen 9:00 en 17:00 uur
T: 03 830 75 00*
*Tijdens het weekend: uitsluitend voor de melding van ernstige ongevallen. Andere ongevallen meld je op maandag.
E: info@kbfvzw.be
W: www.kbfvzw.be
Klachten: ombudspersoon@kbfvzw.be
SHOP
In de KBF-webshop kun je allerlei topo’s, boeken en cursusteksten aankopen aan democratische prijzen.
Meer op webshop.klimenbergsportfederatie.be
KBF-HUTTEN
Chaveehut
Rue de la Chavée 7, 5330 Maillen
Van 1 maart tot 30 oktober: ieder weekend open van vrijdag tot zondag.
Vennhütte
Am Bahnhof 13, 4790 Burg-Reuland
Vanaf 30 maart: ieder weekend open van vrijdag tot zondag.
Reserveer je slaapplaats via www.kbfvzw.be of info@kbfvzw.be. Voor KBF-leden geldt een kortingstarief.
Voel je je slachtoffer van grensoverschrijdend gedrag? Was je er getuige van, of heb je vragen over dit thema?
KLIMGREPEN KLIM VOLUMES
KLIMGREPEN KLIM VOLUMES
Praat erover met je club-API of de federatie-API (aanspreekpunt integriteit).
• Noodgeval: hulplijn 1712
• Advies: api@kbfvzw.be of 03 830 75 02
meer info op www.klimenbergsportfederatie.be/api
HARDWAREN KLIM MATERIALEN
HARDWAREN KLIM MATERIALEN
MOUNT COACH-Academy
Belgian Rebolting Team
KBF werkt samen met:
blijf op de hoogte
Volg de laatste nieuwtjes in de sport
@k limenbergsportfederatie
Wedstrijd
Het was een wedstrijdje, die donderdagochtend in juni op het KBF-secretariaat. Want als je de aandacht wilt van mensen die professioneel met sport bezig zijn, moet je er een kleine competitie van maken. De opdracht was eenvoudig: tover zo snel mogelijk het noodplan op het scherm van je laptop. En nee, dat gaat niet over wat te doen bij brand in de Statiestraat 64. Het geeft wel richtlijnen voor het geval er een melding van een zwaar (berg)ongeval binnenkomt. Het zijn niet de telefoongesprekken waar we naar uitkijken, maar zeker in de zomermaanden kunnen we maar beter voorbereid zijn.
Niet dat we op het secretariaat veel kunnen doen. We luisteren naar het verhaal, vaak meer dan eens, en spelen tussenpersoon tussen verzekering en slachtoffer. We geven wat uitleg in de ene richting, dringen wat aan in de andere en zorgen dat de papieren in orde zijn.
En tegelijk doen we heel veel, met zijn allen binnen KBF en onze clubs: we geven opleiding, we begeleiden, we informeren, we zorgen voor bijscholing. Goed verzekerd de bergen in, zeggen we. Dan bedoelen we inderdaad dat jouw bijdrage ervoor zorgt dat de kosten gedekt zijn, als je iets zou voorhebben. Maar eigenlijk hopen we vooral dat je ook die andere verzekering neemt, die wat meer inspanning vraagt. Want wie goed voorbereid vertrekt, loopt minder risico en bespaart zichzelf hopelijk veel ellende en ons lastige telefoontjes. Daar zijn we je dankbaar voor.
En dat wedstrijdje? Het werd, niet toevallig, met glans gewonnen door de twee collega’s die het vaakst de telefoon opnemen. Een fotofinish en bij gebrek aan VAR zullen we nooit weten wie nu echt gewonnen heeft.
Bruno Vermeeren algemeen directeur
van de Klim- en bergsportfederatie
VERSCHIJNINGSDATA 2024
januari, maart, juni, oktober
deadlines 2024 oktober 19.07.2024
REDACTIEVERANTWOORDELIJKE | Eindredactie
Reginald Roels / reginald.roels@kbfvzw.be
REDACTIEMEDEWERKERS
Bart Smets, Lisa Viane, Hilde De Dobbeleer, Lus Van den Bossche, Arne Monstrey, Jan Cools
VORMGEVING, PREPRESS EN DRUK
Lay-out / Opmaak en beeldvorming: Reginald Roels KBF
Druk: EVM Print / Group Daneels - Waver
VERANTWOORDELIJKE UITGEVer
Yanick Bos - p/a Statiestraat 64 - Zwijndrecht
Annelore Orije / annelore.orije@kbfvzw.be
Discover everything you need for an exciting climbing experience, selected carefully by seasoned climbers, Ollie & Jacco, who care as much about your climbing fun as you do. From the essentials to all the extras, this is your one-stop-shop! 9cclimbing.com
WELKOM Ward - nieuwe KBF-collega!
Het KBF-team breidt zich uit. Eén jaar geleden mochten we Jef Cox verwelkomen, en nu vervoegt ook zijn jongere broer Ward zich bij ons team.
Ward zal zijn schouders zetten onder het nieuwe project "Boost Sportmodel: Sneller, Hoger, Sterker”. Dit project heeft als doel de leerlijnen Sportklimmen een grondige opfrissing te geven. Ze vormen de basis voor alle klimtechnische opleidingen en maken dat onze clubs kwaliteitsvolle en hoogstaande lessen kunnen blijven geven. Zo helpen we de volgende generatie sportklimmers op weg naar de realisatie van hun olympische droom.
Wil je Ward verwelkomen? Dat kan, stuur je mail naar ward.cox@ klimenbergsportfederatie.be. We wensen hem alvast veel succes!
Bomal - Calvaire
Na een lange sluiting van heeft CAB de milieuvergunning voor deze site in orde gemaakt en het beheer overgenomen van de UBS. Sector Mont Bell vraagt nog wat onderhoud, maar de hoofdwand is al terug open! In kader van deze milieuvergunning werd de sector 'Rocher de la Croix' permanent gesloten.
Yvoir - La Dalle Rose
Ook in Yvoir is er hard gewerkt. Het Belgian Rebolting Team ging er aan de slag om de instabiele rotsplaat op la Dalle Rose stevig onder handen te nemen. Na dagen hard labeur lopen er heel wat nieuwe routes komen over La Dalle Rose in Yvoir. De moeite om te komen ontdekken! Met dank aan onze rotswerkers.
Alle info, locaties, parking voor klimmers... vind je op www.klimenbergsportfederatie.be/rotsmassieven
De Bocq-vallei is sinds kort weer een klimmassief rijker, op een kleine 5 km van Durnal pronkt een nieuwe site in Spontin "Rochers de la Rochette". Qua klimstijl zijn er veel gelijkenissen met Durnal, met voornamelijk routes in de vijde graad en uitlopers tot 6A+. In totaal zijn er 24 nieuwe lijnen uitgezet, met veel dank natuurlijk aan het Belgian Rebolting Team die hier in 2017 de eerste werken startten.
Kom je de nieuwkomer graag eens testen? Alle KBF-leden zijn welkom op het klimmassief te Spontin, gelegen aan de Rue des Rivières. Alle locaties en info over de rotsmassieven vind je steeds op www.klimenbergsportfederantie.be/rotsmassieven.
Ben je nog geen lid, dan kan een KBF-lid je uitnodigen voor een dagje aan de rots. Hierbij neem je een individuele klimtoelating voor de toegang en de dagverzekering. Meer info op www.klimenbergsportfederatie.be/klimtoelating-rotsen.
Met je lidmaatschap draag je rechtstreeks bij aan het beheer en het onderhoud van de massieven op Belgische bodem. Dat KBF intussen twaalf klimgebieden in haar beheer heeft hebben we dus ook aan jou te danken!
SCARPA - Reflex V
Het hoeft niet altijd de Tarantula te zijn
Tekst Arne Monstrey (verkoper bij
Met de Reflex heeft Scarpa een mooie beginnersschoen op de markt gebracht. Het is uiteraard veel meer dan dat. Eigenlijk is het vooral een comfortabele schoen. Ideaal dus ook voor iedereen die een goed zittende schoen zoekt om mee te gaan multipitchen. De zool is plat en de pasvorm symmetrisch. Het bovenwerk is uitermate ademend. Twee velcro's die in tegenovergestelde richtingen sluiten, zorgen voor een goede fit. De rubber zool heeft met 4 mm genoeg dikte te bieden om lang mee te gaan. Veel klimmers gaan voor de Tarantula van La Sportiva als 'basis' schoen, maar de Reflex V van Scarpa heeft zeker zo veel te bieden, misschien zelfs meer... Beslist het passen en vergelijken waard!
Adviesverkoopprijs: 119,95
Gewicht: 420 gram (per paar)
KAVU - Cavanaugh (cottage knit)
Outdoor met een hoek af
Ook al gaat het Amerikaanse buitensportmerk Kavu al een tijdje mee, het is nog niet echt doorgebroken op de Europese markt. En dat is op zich wel jammer. Het is niet direct een hoogtechnologische speler (zoals bijvoorbeeld Patagonia (waar het visueel soms toch wel wat op trekt) dat bijvoorbeeld wel is). Maar het biedt wel kwaliteit aan een concurrentiële prijs. En er is een beetje een hoek af, wat het eindresultaat vaak wel mooi maakt. Getuige bijvoorbeeld de Cavanaugh Fleece. De twee zakken vooraan zijn eigenlijk grote één buidelzak. Lekker gezellig als je ingeduffeld aan een kampvuur zit op een mooie herfstavond.
Adviesverkoopprijs: 94,95 euro
Gewicht: niet gespecifieerd door leverancier
BACH - Recover -5°C Down
Een lichtgewicht drieseizoensslaapzak met waterdicht voeteinde
De Bach Recover is een brede mummyslaapzak gemaakt om van de lente tot en met de herfst mee te kunnen gaan kamperen. Voor een gewicht van net iets meer dan 1.000 gram krijg je een slaapzak die temperaturen tot ongeveer -5 °C aankan. Koude perceptie blijft natuurlijk iets persoonlijks, maar de slaapzak heeft alleszins een hoogkwalitatieve donzen vulling meegekregen ( FP 750+ cuin; 90/10). Dons dat bovendien gerecycleerd is. Net zoals de binnen- en de buitentijk, die ook uit 100% gerecycleerd nylon bestaan. Dit maakt deze slaapzak niet alleen een verstandige keuze op vlak van technische, maar ook op vlak van ecologische specificaties. Naast een inwendig zakje (handig om je GSM in weg te steken zodat je zeker je alarm hoort), beschikt de slaapzak uiteraard ook over een aanpasbare kap en tochtkraag. Maar wat ze nog anders maakt, is het feit dat het voeteinde waterdicht is afgewerkt. Iedereen (en zeker lange mensen) is 's ochtends al eens wakker geworden met een vochtige slaapzak omdat je ermee tegen het tentzeil hebt liggen duwen. Dat betekent minder isolatie en dus koudere voeten. Maar daar heeft Bach dus komaf mee gemaakt. Ze is verkrijgbaar in drie verschillende lengtematen.
Adviesverkoopprijs: 489,95 euro (short); 499,95 euro (regular); 509,95 euro (long)
Gewicht: 990 gram (short); 1.050 gram (regular); 1.120 gram (long) Temperatuurbereik (ISO 23537-1): comfort -2°C; limiet -8°C: extreem: -27 °C
LA SPORTIVA - Prodigio
Ultra dempend voor Ultra Trails
Met de nieuwe La Sportiva Prodigio trailrunningschoen doet een dempend wonder voor ultralopen zijn intrede in de hardloopwereld. De uitermate dempende X-Flow tussenzool beschermt je voeten tegen extreme belasting en zorgt tegelijkertijd voor een zeer efficiënte omzetting van je beenkracht. De progressieve rocker en het brede voetbed begeleiden atleten met een natuurlijke houding en een harmonieuze afrol. De grote veiligheidsneus en het ademende bovenwerk zorgen voor comfort, zelfs na meerdere uren. Tegelijkertijd is de samenstelling van de rubberen buitenzool tot in het detail geoptimaliseerd. Dankzij het profiel met 3,5 mm lamellen ben je verzekerd van een perfecte grip, op elke ondergrond.
Adviesverkoopprijs: 159,95 euro Gewicht: 540 gram (per paar, voor een gemiddelde maat 42)
BLUE ICE - W's Cuesta Adj.
Eindelijk ook in een damesversie!
Voor zij die de gordel nog niet kennen: de Cuesta Adjustable is zowat de beste allround klimgordel op de markt. En eindelijk bestaat er ook een damesversie! De gordel is licht (slechts 310 gram), compact en tegelijkertijd nog uiterst aangenaam om lang aan te hebben. De beenlussen zijn verstelbaar, waardoor je er net zo goed mee in zaal kunt klimmen als op een alpiene noordwand. Er zijn zelfs extra lusjes voorzien om grote 'clippers' aan te bevestigen om je ijsvijzen te sorteren. Daarnaast zijn de 4 materiaallussen ruim genoeg en staan ze iets van de gordel weg waardoor je gemakkelijk al je materiaal kwijt kunt. De gordel is verkrijgbaar in vier verschillende taillematen (van XS tot L). Er is zelfs een haul loop voorzien achteraan. Dames, waar wachten jullie nog op?
Adviesverkoopprijs: 109,95 euro Gewicht: 310 gram (maat M)
RAB - Veil 12
Eén van de handigste loopvestjes op de markt
Dit lichtgewicht vestje belooft je beste vriend te worden tijdens lange loopsessies. Of het nu hier in de Belgische bossen of al trailrunnend doorheen de Alpen is. De Veil 12 is voorzien van extra opbergruimte, handig tijdens langere afstanden. Zo blijf je voorzien van energie, blijf je gehydrateerd en ben je voorbereid op alles wat je sessie voor je in petto heeft. Niet alleen geraken er twee soft flasks van 500 ml elk in, er is ook extra ruimte op het rugpand voor eten en een lichtgewicht regenjas. Ook lichte opblooibare wandelstokken kunnen handig en snel opgeborgen worden. RAB blijft een merk door en voor klimmers, maar ze verkennen graag de randjes van de actieve buitensport. Daarmee dat ze zich al een tijdje op het bikepacken en nu dus ook op het trailrunnen hebben gestort. En ze trekken de kwalitatieve lijn duidelijk door!
Adviesverkoopprijs: 159,95 euro
Gewicht: 363 gram (incl. de 2 lege soft flasks; 279 gram zonder)
Locatie: Boondaalsesteenweg 210C, 1050 Elsene
Oprichters: Florian Delcoigne, Merlin Didier, Stéphane Hanssens
Openingsdatum: 21/05/2022
Wat onze klimzaal uniek maakt: Het feit dat we erin geslaagd zijn zowel beginners als professionele klimmers aan te spreken met behoud van kwaliteit. Beginnen met klimmen naast Belgische kampioenen die aan het trainen zijn, is heel inspirerend. Le Camp de Base is, naast een klimzaal, bedoeld als ontmoetingsplek waar het goed toeven is.
Onze toekomstvisie: Het is niet onze bedoeling om een keten te creëren of de steeds meer groeiende ‘boulderparks’-beweging te omarmen. We blijven openstaan voor geweldige kansen die het project zinvol zouden maken en onze waarden weerspiegelen.
Disciplines: boulder
Aantal vierkante meter klim oppervlak Boulder: 750 m²
Andere trainingsfaciliteiten: spraywall, hangboard, campusbord, fitnesstoestellen
Jeugdwerking via de club: De Camp 4 academy is bedoeld voor jongeren (6 – 18 jaar) en heeft tot doel de vaardigheden van haar leden op lange termijn te ontwikkelen, met het oog op prestaties en welzijn.
Training voor volwassenen via de club: ontdekking sessie, modules van 4 lessen, jaarlijkse cursus, privélessen door topsporters.
Toegangsvoorwaarden: iedereen is welkom, van beginner tot topsporter. Klimmers onder 12 jaar moeten onder actief toezicht zijn van een volwassene. Klimmers tussen 12 en 16 jaar kunnen zelfstandig en op eigen verantwoordelijkheid klimmen, als er ouderlijke toestemming is gegeven aan de receptie van de zaal.
Onze klimzaal is verbonden met een KBF-club, nl.: Le Camp 4.
Korting voor KBF-leden: ja, aangepaste tarieven voor klimbeurten en abonnementen.
Extra’s?
- Yogazaal met yogalessen
- Sauna
- mogelijkheid om door een fysiotherapeut behandeld te worden,
- een gezellige bar met lokale en ambachtelijke producten en waar coworking mogelijk is,
- een mezzanine ingericht met banken om even te lezen
- samenwerking met de zalen À Bloc, Petite Île en Hall9 :
• de 10 beurtenkaart is geldig in de vier zalen,
• een abonnement in Le Camp de Base geeft recht op 20% korting op toegang van de drie zalen
Wat moet je nog van onze klimzaal weten?
De zaal organiseert regelmatig evenementen en wedstrijden: filmvertoningen, workshops, verjaardagsfeest voor de opening van de zaal, een manche van de BXL Boulder Battle, nationale wedstrijden zoals senioren en jeugd bekers en kampioenschappen, en vooral de Master Of Fire, jaarlijkse wedstrijd die buitenlandse topsporters aantrekt.
Dit jaar vindt de Master of Fire plaats op 6 en 7 december en de inschrijvingen zijn al open.
Via de club ondersteunt de klimzaal financieel de beste Belgische klimmers waaronder Sébastien Berthe, Lucie Watillon, Simon Lorenzi, Sean Villanueva en Hannes Van Duysen.
Website: https://www.lecampdebase.be/ Instagram: https://www.instagram.com/lecampdebase.bxl/ Facebook : https://www.facebook.com/lecampdebase.bxl
Het highline-wereldkampioenschap zou je “de Oscars” van de highline-wereld kunnen noemen. De highline-vedetten komen vanuit alle uithoeken van de wereld om hun skills op het slappe touw te showen. Een rode loper is hen te min: de highliners komen op het wereldkampioenschap aan met de skilift die hen tot het gaLAAXy skistation op 2222m hoogte brengt. Dat wordt dan weer gecompenseerd doordat er iets minder categorieën zijn dan bij de Oscars, namelijk slechts twee: Speed en Freestyle. In die twee categorieën doen de 42 geselecteerde atleten hun opperste best om met een beeldje naar huis te gaan.
Speed draait zoals je al kan raden om snelheid. Je wil zo snel mogelijk bij de rode vlag geraken na over een lengte van 60m je uiterste best gedaan te hebben om niet van die 25mm brede slackline te vallen. In de finales race je niet tegen de klok maar tegen een andere evenwichts-adept die parallel op eenzelfde gevaarte staat. Om duimen en vingers bij af te likken, lopen maar…
De freestyle-categorie is een waar Hollywood spektakel. Hier gaat het niet alleen om evenwicht en behendigheid, maar ook om creativiteit en flair. Denk aan salto’s, pirouettes en andere acrobatische toeren, alles op een 70m lange elastische slackline die omhoog en omlaag bounced. De namen voor deze tricks zouden zo een rode loper kunnen passeren: Yoda roll, Darth vader, Allmighty en … Can of Soup. De juryleden, een stel doorgewinterde highline-critici, beoordelen de prestaties met een combinatie van bewondering en kritische blikken die je normaal alleen bij filmrecensies zou verwachten. Onder hen een van de beste freestylers ter wereld én KBF/BeSlack-lid, jawel, Oscar Defoor. Hoe kan het ook anders.
Mijn persoonlijke ambitie was de top drie in de speed-categorie te behalen. De kwalificatie voor de finales begon sterk en ik kon de op twee na snelste tijd neerzetten van het pak: 35 seconden. Dat was wel nog steeds vijf seconden trager dan op training, maar spotlights en flashende camera’s doen wat met een mens... Na een goede kwartfinale waarin ik de Italiaan Carlo Cozzio van me af kon schudden stond ik in de halve finale recht tegenover “El Gato” (De Kat), de rijzende ster van het moment, oftewel Michael Torealba uit Venezuela. In de finals geldt “the best out of 3”: wie als eerste twee keer een battle wint gaat naar de volgende ronde. De tijden van El Gato waren sneller dan die van mij, ik moest dus risico nemen en voluit gaan. Dit voluitgaan resulteerde in suspense en een zeer gelijk oplopende race waarin ik tweemaal op tien meter vóór het einde naast mijn webbing galoppeerde en spectaculair viel. El Gato – Jef: 2-0. Jammer, maar er volgde nog de troostfinale voor de derde plaats. Daar moest ik het opnemen tegen “Mago do Equilibrio” (“Evenwichtstovenaar”) Vidal uit Brazilie, vooral bekend als de snelste slackliner ter wereld.
Hij had verassend genoeg zijn halve finale verloren en was niet van plan om van het podium te vallen. De wind stak op en ik rook mijn kans: onder moeilijke condities was er misschien nog iets mogelijk. De eerste run ging naar mij, El Mago schatte me misschien iets te traag in waardoor hij zelf wat te veel op safe had gespeelt en, BAM, Jef was eerst bij de vlag, de top drie lag terug voor het grijpen. Maar helaas verliep mijn tweede run zoals bij El Gato, ik gaf wat te veel, en viel vóór de vod. En ook de derde run was voor Brazilie: Vidal finishte zelf in stijl met een split tot op de vlag. De vierde plaats was voor Jef Cox aus Belgien…
Net als bij de Oscars is er ook bij het highlinewereld-kampioenschap geen gebrek aan glitter en glamour. De atleten verschijnen in hun beste met javel gebleachte slackline t-shirt en decathlon zonnebril. En laten we de livestream niet vergeten – een extravagante show vol met dronebeelden en slow-motion herhalingen, compleet met een dramatische soundtrack die Hans Zimmer zelf jaloers zou maken. Zegt deze beschrijving je niets, en wil je toch wel eens weten hoe zo’n highline speed- of freestyle kampioenschap er echt uit ziet? Of wil je de volledige resultaten analyseren? Alles is te herbekijken op: https://www.swiss-slackline.ch/en/laax-highline/
Tekst Stijn Vandenbussche/ Foto's Michiel Pieters en Pierre Materne
Highlinen is het balanceren op een plat lint, ook wel 'webbing' genoemd, hoog in de lucht. Veel mensen denken dat we op adrenaline kicken, roekeloos zijn of compleet gestoord. Maar het is juist de kalmte en rust die je moet vinden om recht te blijven staan. We genieten van het moment, de omgeving, de stilte, de innerlijke rust, en doen dit met respect voor de natuur.. Een lijn van 2,2 km span je niet zomaar op; er gaat veel denkwerk en voorbereiding aan vooraf.
BeSlack vzw:
“Het kloppend hart van de highline-gemeenschap in België”
Bij BeSlack vzw hebben we deze passie voor highlinen omgezet in een missie: het toegankelijk maken van deze unieke sport voor alle geïnteresseerden. We zijn een aanspreekpunt voor iedereen die wil beginnen met highlinen. We bieden opleidingen aan waarin we uitleggen hoe je zo’n lijn installeert. We proberen voortdurend nieuwe locaties te openen om onze sport te beoefenen en organiseren jaarlijks een festival waar 150 mensen van over de hele wereld graag aan deelnemen. Daarnaast fungeren we als aanspreekpunt en communicatiekanaal voor partijen die bij highlinen betrokken zijn, zoals rots- en natuurbeheerders, KBF en CAB, gemeentebesturen en de DNF. Zo zorgen we ervoor dat alle voorschriften en regels duidelijk worden doorgegeven en nageleefd door iedereen die de sport beoefent.
Op zoek naar een nieuw Belgisch highline record: de voorbereiding.
Als je de basis onder de knie hebt en de kriebels van het highlinen echt te pakken hebt, wil je altijd langere lijnen hangen om je grenzen te verleggen. Hierdoor breken we geregeld ons eigen record. Zo hebben we een record van 380 meter en 450 meter gehaald in een steengroeve in Malmedy. Daarna hebben we de rotsen Merinos en Jeunesse in Freyr verbonden met een lijn van 770 meter. En vorig jaar hebben we nog een prachtige lijn van 1,2 kilometer gehangen boven de Warchevallei in Malmedy. Na ons vorige record van 1,2 km waren we vastbesloten om een nog langere highline te spannen. We begonnen de zoektocht naar een geschikte locatie en al snel werd duidelijk dat dit in België een uitdaging zou zijn. Een lange lijn buigt sterk door, waardoor we voldoende hoogte nodig hebben. Het hoogteverschil tussen de twee ankerpunten mag niet te groot zijn, en er moet aan beide zijden een opening in het bos zijn om te kunnen vertrekken. Bovendien mogen er geen treinsporen, autowegen, elektriciteitskabels of andere obstakels in de weg liggen.
Al snel beseften we dat, als zo’n plek al bestaat, we de rivieren moesten afgaan. Dit deden we, weliswaar niet fysiek, maar virtueel via Google Maps. Na talloze uren van virtueel verkennen, vonden we uiteindelijk langs de Semois de perfecte locatie die voldoet aan al onze eisen. “Le Tombeau Du Géant”
De eerste beelden op Google Maps zagen er veelbelovend uit. Een indrukwekkend uitkijkpunt met een prachtig uitzicht op de kronkelende Semois. Een ideaal vertrekpunt. Het was gemakkelijk bereikbaar en de eerste tientallen meters waren kort gesnoeid. Het hoogteprofiel leek veelbelovend, dus het was zeker de moeite waard om op verkenning te gaan. Dit uitkijkpunt bleek een van de bekendste van de Ardennen te zijn. Veel mensen kenden de plek, maar hadden nooit gedacht dat dit een ideale highline-spot zou zijn.
In oktober 2023 gaan we voor het eerst op verkenning. Op Google Maps konden we alleen het vertrekpunt goed zien, dus we wisten min of meer dat dit een geschikte locatie zou zijn. De onzekerheid lag bij de overkant. Zou daar een opening in het bos zijn? Zullen er daar stevige bomen te vinden zijn? En wat met het terreinprofiel? Nadat we door de vallei waren gewandeld en door de Semois waren gewaad, kwamen we aan de andere kant. En ja, daar was een opening in het bos! Enkele tientallen meters waren de bomen kort gesnoeid, alsof men wist dat we hier ooit zouden komen. Er liep een mooi breed pad naar het anker en het bankje onderaan het anker maakte de plek helemaal af.
Na de verkenning waren we hoopvol en stuurden we meteen een mail naar de "Commune van Bouillon". "Bonjour Monsieur le maire, nous avons une idée..." We schakelden onze Franstalige BeSlackers in om deze mail zo overtuigend mogelijk te maken. We voegden informatie toe over wie we zijn, foto's en naslagwerk van onze vorige records, en gaven uitleg over onze andere activiteiten.
Na het versturen van de perfecte mail kregen we snel antwoord. We mochten ons idee voorstellen op het schepencollege. Alweer een stap in de goede richting. Tijdens het schepencollege presenteerden we onszelf en ons project. Tot onze verbazing kregen we vrijwel meteen goedkeuring. Verheugd maar verbaasd gingen we naar buiten. De snelle goedkeuring had ons aangenaam verrast, maar meteen drong de volgende vraag zich op: "Hoe hangen we in hemelsnaam een highline van 2.2km op?”
We hebben al vaak lange lijnen van ongeveer 300 meter gehangen en beschikken over de technische ervaring van ons vorige record van 1,2 km. Normaal gezien spannen we eerst een touw van 5mm
dyneema, ook wel toplijn genoemd. Dit materiaal is heel licht en super sterk. Hierdoor kunnen we de webbing aan deze toplijn hangen en trekken we dit over als een soort gordijn. Maar na berekeningen bleek dat de gebruikelijke werkmethodiek voor zo’n lange lijn niet meer haalbaar is. De krachten waarmee we te maken zouden krijgen zijn te hoog voor de gebruikelijke materialen, en we zijn beperkt in de trekkracht die we zelf kunnen genereren om de lijn over te trekken. Het kostenplaatje liep snel op als we industriële materialen en machines wilden gebruiken, en ook logistiek was het een uitdaging om alles op zijn plek te krijgen, vooral als we zware machines naar het verre anker moesten brengen dat zich midden in de bossen bevond. Omdat het niet haalbaar was om de lijn met eigen kracht over te trekken, zochten we al snel naar een oplossing waarbij we de hulp van de zwaartekracht konden gebruiken. In plaats van alles rechtstreeks van punt A naar punt B te trekken, kwam het idee om twee deathrides te installeren. Hierbij zou de webbing over een toplijn naar beneden kunnen dalen, waardoor de grote overspanning van 2.2km niet meer nodig is. De zwaartekracht doet het zware werk. Beneden konden we de webbing langs de oever van de Semois leggen. Daarna gaan we alles verbinden en hijsen we de lijn omhoog. Om de ideale locaties voor twee deathrides te vinden, vroegen we geodata van het terrein en de begroeiing op. In een virtueel 3D-model zochten we naar de beste plekken om aan beide kanten een deathride te installeren. Dit bracht nieuwe vraagstukken met zich mee, zoals de benodigde spankracht voor de deathrides en de mate van doorbuiging die ze konden veroorloven. De toegestane doorbuiging was hier aanzienlijk minder dan bij een normale ophanging, omdat we naar een laag punt in de vallei moeten gaan en al dicht tegen de kruinen van bomen starten. Hoewel de grote overspanning van 2,2 km wegviel, waren de deathrides nog steeds behoorlijk lang, met wel afstanden van 650 en 750 meter.
'Hoe ben ik hier terecht gekomen...?'
De onzekerheid over het functioneren van het deathride-systeem bleef knagen, dus organiseerden we een testweekend. De weergoden waren ons gunstig gezind, het was waarschijnlijk het enige mooie weekend in april. Ideaal, want we moesten met heel wat materiaal door de Semois. Door de sterke stroming was het al een serieuze klus en onze platte opblaasbare boot maakte het er niet makkelijker op. De deathride van 650 meter bleek niet ideaal, dus we verlegden die naar een afstand van 950 meter. Het was een hele uitdaging, maar uiteindelijk bleek dit de perfecte oplossing.
Om de webbing over deathride naar beneden te trekken, moest er onder de deathride nog een tweede trekdraad geïnstalleerd worden. Dit deden we met behulp van een halter uit de fitness. Terwijl we de halter met visdraad naar beneden lieten glijden via onze deathride, kregen we vele verbaasde blikken van passerende wandelaars. Nadat de halter de oever van de Semois had bereikt, konden we de visdraad vervangen door een stevige trekdraad. Zo konden we nadien de webbing over de deathride naar beneden trekken. Veel kracht was er niet nodig omdat een groot deel van de trekkracht door de zwaartekracht kwam.
Het testweekend was geslaagd. We hadden de webbing via een deathride over een stuk bos van 950m kunnen brengen en de motivatie van de groep was groter dan ooit. Ondertussen waren we al het benodigde materiaal aan het verzamelen en aankopen. Geen goedkope investering. De financiering via sponsoring viel tegen gezien dit niet het sterkste punt is bij BeSlack, Dankzij privé financiering van een aantal mensen hebben we juist 2.2 km webbing kunnen verzamelen. De groep was vastbesloten: die lijn zou er komen.
De dag van de Installatie
Alles was geregeld: de goedkeuring van de gemeente en DNF, de sluiting van het luchtruim, het materiaal, de financiering, de mensen en hun enthousiasme of ‘stoke’ genoemd. Alle musketons, snappers, katrollen, rigs, touwen enz. werden 's ochtends vroeg opengelegd op de parking en we probeerden zo goed als mogelijk overzicht te bewaren waar elk materiaal moest komen. De groep werd in drie teams verdeeld. Twee teams installeerden aan elke kant een deathride, terwijl het derde team zich bezighield met het koppelen van alle stukken webbing. De lijn van 2,2 km bestaat uit stukken van 50 m, 100 m of 300 m, die telkens gekoppeld moeten worden, inclusief een back-up lijn van gepaste lengte die onderaan de hoofdlijn wordt getapet. Het is geen moeilijke klus, maar wel een waarbij je je hoofd erbij moet houden.
Het testweekend wierp zijn vruchten af. We wisten hoe we een deathride moesten installeren, waar we die moesten installeren en hoe we die moesten opspannen. Alles ging vlotter dan verwacht. De hevige regenbui kwam op het juiste moment, want het was even wachten op de webbing die klaargemaakt werd. Dankzij de stad Bouillon konden we het overdekte terras van de cabane aan het uitkijkpunt gebruiken. Na de regenbui pakten we de draad weer op. Tegen 17:00 uur was er aan beide kanten van de vallei een deathride geïnstalleerd met daaraan de webbing.
'Vol bewondering werd over heel de highline-wereld naar ons land zonder bergen gekeken. De beelden gingen viraal...'
We begonnen met het neerleggen van het middelste deel van de lijn langs de oever van de Semois. Toevallig was het gras op de plekken waar we de lijn wilden leggen al netjes gemaaid, wat ons werk vergemakkelijkte. Onze teamleden waren verspreid over de vallei, strategisch gepositioneerd om verschillende taken uit te voeren. Sommigen stonden in de rivier en hielden de lijn uit het water, terwijl anderen verantwoordelijk waren voor het bedienen van de 'guiding taglines'. Dit waren dunne touwen die aan de highline waren bevestigd.
De guiding taglines speelden een cruciale rol in het proces. Ze maakten het mogelijk om de webbing tijdens het omhoog hijsen zijwaarts te trekken. Dit was noodzakelijk zodat de webbing niet vast kwam te zitten in de bomen. Ook moest de webbing niet alleen verticaal opgetild worden, maar het moest ook een horizontale verplaatsing van 60 meter boven een dicht bebost stuk ondergaan. Door voortdurend in contact te blijven met elkaar met walkies slaagden we erin de lijn veilig en zonder problemen op zijn plek te krijgen. Net voor het donker rees de lange lijn van 2,2 km als een gigantische slang uit de vallei omhoog.
De volgende dag moesten we de definitieve ankerpunten afwerken en de lijn naar die punten verhangen. Daarna brachten we de lijn volledig op spanning. Met een katrolsysteem kun je de krachten vermenigvuldigen met factor vijf. Als je dan met vijf sterke personen trekt, kun je snel de benodigde kracht en spanning op de lijn genereren. De afwerking kon niet rap genoeg gebeuren en tegen de middag kon de eerste persoon de lijn op. Hij had een zware taak voor de boeg. Door de twee deathrides bleven de toplijnen om de 25 meter aan de highline bevestigd met musketons. Daarom moest de eerste persoon om de 25 meter gaan zitten om een musketon los te maken, en dit over de hele 2.2 km.
Terwijl de eerste persoon de lastige taak had om continu te gaan zitten en op te staan, was het voor de rest van het team nagelbijten. De eerste persoon op die enorme lijn werd nauwlettend in de gaten gehouden, evenals de doorbuiging en krachten op de lijn. Aan de verre kant hadden we een dynamisch anker geïnstalleerd, waarmee we te allen tijde veilig webbing konden uitgeven of innemen. Naarmate een persoon naar het midden wandelt, stijgt de kracht in het systeem; ook door hevige wind kunnen de krachten toenemen. Met het dynamische anker konden we de lijn uitgeven en zo de krachten in het systeem verminderen. We konden echter niet blijven uitgeven, want dan zou de persoon in de bomen belandden.
Alle waarden waren goed berekend en ingeschat, waardoor het dynamische anker niet nodig was. De overtocht is veilig verlopen en de musketons waren van de lijn. Kortom, de lijn was geopend. Hierna kon iedereen die had meegewerkt zich uitleven. Sommigen moesten even geduld hebben want een tocht naar de overkant duurde al vlug tussen 1u30 tot 2u30 en we waren met 20 highliners. Maar eenmaal op de lijn was het genieten en het gevoel van euforie overviel je meteen. Alle tijd en moeite van de voorbereidingen en van de installatie vergat je instant. Je bevindt je boven het adembenemende landschap van "Le Tombeau du Géant", balancerend op een lijn van slechts twee cm breed. De ankerpunten leken eindeloos ver weg. Het was zo surrealistisch dat je soms twijfelde aan de werkelijkheid van het moment. De vraag “hoe ben ik hier nu terecht gekomen?" kwam vaak bovendrijven. Maar het was realiteit en het was ongelooflijk.
De derde langste lijn ter wereld
Om het Belgisch record highlinen te vestigen, moest iemand de lijn succesvol kunnen oversteken zonder te vallen, een prestatie die bekendstaat als "senden". Op de tweede dag slaagde Jef Cox hierin en het record was een feit!
De dagen erna vonden van de eerste zonnestralen tot het laatste schemerlicht doorlopend sessies plaats. Soms moesten we door de dichte mist de eerste sessie van de dag wat uitstellen, maar tegen het einde van de week liet ons ook dat niet meer tegenhouden. De lijn zal hier tot slot maar één keer hangen. Ook de hevige regenbuien, die we "sending rain" noemden, hielden ons niet tegen om de lijn zonder vallen over te steken. In totaal zijn er 50 sessies uitgevoerd, waarbij elke sessie onder unieke weersomstandigheden plaatsvond.
Het weer, en vooral de wind en onweer, werd nauwlettend in de gaten gehouden met verschillende weer-apps. Gelukkig waren de weergoden ons opnieuw gunstig gezind en de onweders gingen rakelings voorbij aan "Le tombeau du Géant". Slechts één keer moest iemand teruggeroepen worden vanwege plotselinge windstoten, maar na een half uur konden we weer verder.
Dankzij het ‘gunstige’ weer konden we meerdere keren over de lijn om zo ons eigen snelheidsrecord te breken. Zo werd de snelste send die van Jef Cox in 40 minuten en deed hij zelfs een full moon (heen en terug) in 1u34. Dit is een wereldrecord. Maar ook andere highliners zetten hun persoonlijk record neer. Vijf mensen hebben de lijn gesend (Jef Cox, Oscar Defoor, Kobe Somers, Janis Dothée, Stijn Vandenbussche) en 18 personen maakten succesvol de overtocht en scherpe tijden onder het uur werden neergezet.
Vol bewondering werd van over heel de highline-wereld naar ons land zonder bergen gekeken. De beelden gingen viraal bij de highliners. België werd met de derde langste lijn ter wereld op de highline kaart gezet.
Aftermovie:
BeSlack Belgian Highline Record 2,2 km - Wet Giants Humping Dynosaurs https://www.youtube.com/watch?v=JMlw3aYjNc0
Details van de lijn
Naam: Wet Giants Humping Dynosaurs
Lengte: 2200 m
Hoogte: 150 m
Webbing: 1200 m Dynosaur, 900 m Y2k, 100 m Parsec
Basisspanning: 6,5 kN
Doorbuiging van de lijn: 80-90 m
RIGGING TEAM
Stijn Vandenbussche, Jef Cox, Viktor Deturck, Jessica Levine, Janis Dothée, Jonathan Desmaele, Senne Jennis, Wouter Op De Beeck, Sam De Roeck, Pierre Materne, Richard Walker, René Deridder, Oscar Defoor, Maxime Dupont, Kobe Somers, Julie Engelen, Gertian Roose, Emile Dumon, Colin O’Modhrain, Santy Torres Jiménez
SENDS
Fullmoon / aller-retour: Jef Cox (1u34 min)
Send: Jef Cox (40 min), Oscar Defoor, Kobe Somers, Janis Dothée, Stijn Vandenbussche
Cross: Viktor Deturck, Jessica Levine (59 min), Jonathan Desmaele, Senne Jennis, Wouter Op De Beeck, Sam De Roeck, René Deridder, Julie Engelen, Gertian Roose, Emile Dumon, Santy Torres Jiménez
Walk: Richard Walker, Pierre Raulier, Maxime Dupont, Colin O’Modhrain, Pierre Materne
Zomer 2009 vertrekken vier enthousiaste jonge klimmers naar Peru om er een aantal bergen te beklimmen. In 2006 waren ze gestart met de Mount Coach opleiding. Op 2 augustus 2009, tijdens de beklimming van hun laatste berg, de Tocllaraju, breken seracs af. Drie jonge, beloftevolle mensen verliezen het leven waaronder An. Wij (Dirk en Gert, haar ouders; Els, haar zus samen met vriend Seba; en Patrick, vriend van de familie) willen veertien jaar later Ans voetsporen volgen tot het basiskamp van de Tocclaraju.
Lima
Na een aangename vlucht van twaalf uur, met mooi zicht op de Andes boven Ecuador, bereiken we Lima, een enorme stad gelegen tussen woestijnkleurige bergen en de zee. Onze bagage is niet mee, wat betekent dat we de volgende dag nogmaals door het chaotische verkeer naar de luchthaven moeten. De eerste indruk van deze stad is vuil, zonder enig ruimtelijk beleid. We hebben een hostel geboekt in Magdalena de Mar, de buurt waar Lieve en Mark wonen. De volgende morgen gaan we bij hen ontbijten. Zij zijn begin jaren zeventig naar Peru gekomen als ontwikkelingswerkers. Hun kinderen en kleinkinderen wonen en werken in Lima. Daarom blijven zij er ook, ondanks de ontgoocheling nu, door de corruptie op alle niveaus. In 2010 hebben zij geholpen bij de aankoop van een herdenkingssteen. Na het ontbijt hebben we een paar uur tijd om ‘het andere Lima’ te bezoeken: de Plaza de Armas met zijn neokoloniale gebouwen, het presidentieel paleis met de aflossing van de wacht, de basiliek en het klooster van Franciscus van Assisi, waar in de toren gieren wonen, en ten slotte het Casa Higgins met mooie plaatselijke kunst zoals maskers.
Daarna is het tijd om onze bagage op te halen in de luchthaven en naar het busstation te rijden. We hebben een nachtbus geboekt naar Huaraz, die om 22u30 vertrekt. Het busstation is vrij nieuw en enorm groot.
Huaraz
Om 6u25 komen we aan in Huaraz, de hoofdstad van de regio Ancash in de Cordillera Blanca. De stad ligt op 3100 meter en werd in 1970 bijna volledig verwoest door een aardbeving. Hugo, onze plaatselijke contactpersoon, haalt ons op en brengt ons naar hotel Tumi. Na het ontbijt gaan we op verkenning in deze aangename, levendige stad met trekking bureaus, outdoor winkels, een overdekte markt, marktjes in de straten en vele parkjes. Het is feest, er is muziek op de plaza en een pride optocht. Huaraz is de stad van waaruit veel klimmers en wandelaars vertrekken voor de omliggende zesduizenders.
Onze eerste acclimatisatietocht gaat naar het Willcacocha lake op 3725 m. Met een ‘collectivo’ het plaatselijke busje, rijden we tot het dorp Puente, waar het pad vertrekt. Langs huisjes, een school, graanvelden en eucalyptusbomen bereiken we langzaam het meer. De vermoeidheid slaat toe. Het meer stelt niet veel voor maar het zicht op de Cordillera Blanca en - Nera is de moeite. Bij de afdaling verstuikt Gert haar voet. Normaal zouden we de volgende dag op tweedaagse vertrekken maar we nemen een rustdag. Voor mij welgekomen, ik voel dat ik veel meer tijd nodig heb om te acclimatiseren dan vroeger.
Laguna Churup
Een van de mooiste beklimmingen, volgens de notities van An, was de Churup. De trekking naar de Laguna, in het Huascaran nationaal park, wordt ook beschreven als een mooie acclimatisatietocht. Een ‘collectivo’ brengt ons in minder dan een uur van Huaraz naar Pitek, het vertrekpunt op 3850 m. Het stenen pad, omgeven met gras en bloemen, is goed aangegeven en stijgt langzaam. Hogerop wordt het klimwerk, af en toe beveiligd met kabels. We kruisen een jong Duits koppel met baby op de rug. Ze hebben hun camper verscheept naar Colombia en zijn een jaar onderweg. We picknicken tussen de rotsen aan het diepblauwe meer waar de omringende bergen zich in weerspiegelen. Daarna traverseren we naar links, naar de ‘Mirador de Churup’, met zicht over de hele vallei. Na een laatste blik op de omgeving, ieder met zijn eigen gedachten, zetten we de afdaling in. Wanneer ik beneden kom wachten de anderen al in het busje dat vertrekkensklaar staat. Ik zit naast een Nederlandse, zij is grafisch ontwerper en heeft zes maand verlof genomen. Ze vertrok in Mexico en via Guatemala, Colombia en Ecuador reisde ze naar Peru, eindbestemming. Op de bus in Ecuador werd haar cash geld en camera uit haar rugzak, die aan haar voeten stond, gestolen. Verder geen problemen als solo reiziger in Zuid-Amerika.
basiskamp van de Ishinca en Tocllaraju
Dag zeven pikt een taxi ons om 8u op, we rijden naar Pasha op 3670m, waar een drijver met ezels wacht. Hugo heeft een paard met begeleider geregeld zodat Gert meekan. Ik ben moe, heb last van de hoogte en diarree. Toch geniet ik van het landschap, de geuren en kleuren. Af en toe lijkt het een oerwoud en eens hogerop is het een weidse vlakte met een wilde, weelderige begroeiing. Ik tel mijn stappen, na 700 stappen mag ik even rusten, iets drinken en een stukje gember eten. Het laatste uur komt Dirk mij tegemoet en het is al 16u30 wanneer ik het basiskamp van de Ishinca op 4350 m bereik. De tenten staan tegen de rotsen opgesteld, beschermd voor de wind, tegenover de hut, aan de andere kant van de rivier. De Ishinca, 5530 m is een acclimatisatieberg voor de omliggende hogere bergen.
De nacht is koud, ’s morgens ligt er rijm op de tent en het is 8u vooraleer de zon onze kampplaats bereikt. Gert blijft in het kamp, het pad naar het basiskamp van de Tocllaraju is te lastig voor haar verstuikte voet. Wij vertrekken via de Ichinca hut en volgen een tijdje de rivier over gras en stenen. Eens boven de 4600 m wordt het pad steiler met gruis en stenen en daarna gaat het over in een groot blokkenveld. Tegen de middag bereiken we de rots waar de gedenksteen aan ophangt, op 4850m, in de buurt staat een groot wit kruis. Hoewel de steen beschut en met de rug naar de Tocllaraju werd opgehangen, is er al een moer losgekomen. De berg zelf is imposant, de witte flank schittert tegen de blauwe lucht. Geen wonder dat men deze prachtige rots- en sneeuwformatie wil beklimmen.
Tijdens de afdaling ontmoeten we een jonge, dertigjarige vrouw met twee gidsen. Om middernacht beginnen ze aan de beklimming van de normaalroute. Haar motto “beter leven dan sterven in je zetel”. ’s Avonds genieten we van een prachtige gloed, de Tocllaraju licht mooi op.
De volgende dag stappen Dirk, Patrick, Els en Seba richting de Ichinca. Gert en ik gaan iets drinken in de hut, ik had gehoopt het huttenboek van 2009 te vinden, maar er liggen enkel recente exemplaren. Daarna volgt onze dagelijkse routine: water filteren, eten maken,… Niet lang nadat de zon onder is, wordt het koud en duiken we de tent in.
Om zes uur worden we gewekt door de ezels en het paard van onze drijver. Hij zit samen met zijn schoondochter tegen de rots op ons te wachten. Zij willen voor de middag beneden zijn. We ontbijten en pakken alles vlug in. De terugweg is anders dan wat ik mij herinner van de heenweg, maar nog mooier en ruiger. Het busje wacht ons al op in Pasha en kort na de middag zijn we in het Tumi hotel.
We hebben nog een dag om het rustig aan te doen en Huaraz te bezoeken. Er is een groot evenement aan de gang, 40 jaar educatie, met speeches en de nationale Peruaanse hymne. Daarna volgt een optocht van het leger, de politie en alle schoolklassen, van klein naar groot.
De volgende dag vertrekken we om 11u met de bus naar Lima, we hebben plaatsen geboekt op het bovendek, op de eerste rij. Wij genieten van het afwisselende landschap: de witte bergen maken plaats voor boomgaarden met mango, banaan, papaja en plantages met koffie, pistache, … Maar we zitten ook met onze neus op het verkeer voor ons, het is alsof we zelf met de bus rijden en voortdurend moeten remmen. In Lima verblijven we in hotel Patio in de wijk Miraflores, het moderne Lima met flatgebouwen en groen en ook koloniale villa’s er tussenin.
Het belangrijkste deel van de reis zit erop maar nu we hier toch zijn willen we ook een stuk Peruviaanse natuur- en cultuur ontdekken. We hebben een trip in het tropisch regenwoud geboekt en een bezoek aan een archeologische site.
Cuzco en Manu tropisch regenwoud
We rijden via de kustweg, langs de oceaan naar de luchthaven. Hoge golven met surfers en joggers langs het strand maken deel uit van de scene. In een uur vliegen we boven de Andes naar Cuzco. Cuzco ligt op 3360 m en is de hoofdstad van de gelijknamige regio. Een drukke, toeristische stad die nog vele overblijfselen van het Incarijk bevat.
We hebben een vierdaagse tocht geboekt in het Manu Reserve, een nationaal park dat in 1977 erkend werd als Unesco werelderfgoed vanwege de enorme diversiteit aan fauna en flora. We worden om 6 uur ’s morgens met een busje opgehaald. In Pancantambo, een kleurrijk dorp, krijgen we ontbijt. Kort daarna rijden we het natuurpark in, een mooi groen tropisch regenwoud met beneden de rivier. Een stop in het vogelreservaat met alle soorten kolibries en de cock-ofthe-rock, de nationale vogel van Peru. We overnachten in lodges.
Ontbijt om 5u30. Om 6u30 zijn we al op weg naar het dorp van waaruit de boot vertrekt, maar eerst moeten we nog rubberlaarzen ophalen. De rivier ligt op 800 m hoogte, we krijgen een andere begroeiing. Er is weinig water, af en toe moeten we de boot verlaten en helpen hem naar dieper water te sleuren. We gaan even met een vlot langs een zijrivier om dichter bij de vele vogels en inheemse planten te komen. Voor we naar de lodge varen, nemen we een bad in een warmwaterbron met vele mooie vlinders die aangetrokken worden door de zwavelrotsen. De volgende ochtend moeten we opnieuw om 5u30 opstaan, en brengt de boot ons naar een strandje van waaruit we een enorme roestkleurige wand zien waarop de vogels ’s ochtends mineralen komen pikken. ’s Avonds neemt de gids ons nog mee op een nachtwandeling waar we vooral veel kikkers en spinnen zien.
7 juli, Els’ verjaardag: de kok heeft een verjaardagcake gebakken. Na het ontbijt varen we terug. Het busje staat in het dorp te wachten. Lunch in de Dera lodge, een mooier en beter onderhouden verblijf dan het vorige. We stoppen opnieuw in Pancantambo voor koffie en cake en bereiken Cuzco tegen de avond. Op de Plaza de Armas is er een grote Toyota Show, de auto’s nemen de volgende dag deel aan een rally.
Choquequirao Archeological Park
Vanuit Cuzco bezoeken de meeste toeristen Machu Pichu. Deze bekendste archeologische site is bereikbaar met de trein. Wij kozen voor een voettocht naar een even oude site, Choquequirao, wat in het Quechua wieg van goud betekent. Choquequirao ligt op de Inca trail. Na twee dagen bereik je de site en in zes dagen stap je tot Machu Pichu. De enige mensen die we onderweg zijn tegengekomen was een jong stel Fransen die de hele trail stapten.
We worden al om 4u30 in het hotel opgehaald en krijgen onderweg ontbijt. Het begin van de weg oogt triest - heel veel vervallen huizen - maar dat verandert naarmate we het platteland naderen. Er komt meer groen, veel landbouw en op de achtergrond zien we sneeuwpieken van meer dan zesduizend meter. De tocht start in Cachora (2950 m), op vier uur rijden van Cuzco. Muildieren, Samanta, een paard voor Gert met Kelly als begeleider, Fabian de kok en William de gids wachten ons op. We moeten 1000 meter dalen tot de Apurimac rivier. We hebben een fantastisch uitzicht op de besneeuwde bergtoppen.
Het is heel warm en even voor we de rivier oversteken is er een kampplaats waar we ons kunnen verfrissen en lunchen. Na de oversteek moeten we nog 250 m klimmen tot onze eerste overnachtingsplaats. Ik zit een eindje op het paard maar voel me niet op mijn gemak. Het oude stenen Inca pad is steil en smal, en het paard is moe en stopt dikwijls om boomblaadjes te eten. Het is al na 17 uur wanneer we op Bamba Rosa aankomen, een kleine vuile campingplaats. Om 5u30 thee en ontbijt, tenten opvouwen en op weg. De klim gaat vlotter dan de vorige dag en om 10 uur bereiken we de tweede overnachtingplaats, Marampata, op net geen 3000 m. Na de middag bezoeken we Choquequirao, vanaf de kampplaats een uur wandelen. De site is goed onderhouden en ligt midden in een prachtige natuur. De uitzichten zijn schitterend, van groene bossen over witte bergtoppen naar grillige rotsformaties. De ruïnes zijn goed onderhouden en geven een beeld van het rijke Inca verleden. We hoopten deze dagen een Condor te zien maar dat is jammer genoeg niet gelukt.
De derde ochtend gaan we om 6 uur op weg voor de afdaling langs het grillige rotspad, en eens we de rivier over zijn wordt het heet. We lunchen opnieuw op Chikiska, maar stappen verder naar een hoger gelegen camping op de bergflank, omgeven door speciale bomen vol orchideeën, planten en cactussen. Het enige nadeel: we worden opgegeten door ‘knotjes’, kleine vliegjes. Dag vier gaan we om 4u30 op weg naar Chachora, waar we opnieuw de bus nemen om na de middag in Cuzco aan te komen.
Nu zit ook het natuur- en cultuurgebeuren van onze reis erop. Mooie, interessante, alles vullende dagen. Het belangrijkste van deze reis was Huaraz en de trekking naar het basiskamp van Ichinca en Tocllaraju. het kampement daar, de zon zien ondergaan, het licht op de bergen, de sterrenhemel,… Herinneringen die altijd zullen blijven.
Praktisch
Wij vlogen met KLM van Brussel, via Amsterdam naar Lima en teru (niet ecologisch maar de trein naar Amsterdam was geen optie, dan moest je daags voordien al vertrekken en de vlucht Amsterdam-Lima was duurder).
Lima-Huaraz: 8u nachtbus van Cruz del Sol – Huaraz-Lima: 9u dag bus van Cruz del Sol Contactpersoon Huaraz: Hugo Sifuentes
Lima-Cuszo-Lima: vlucht met Latam Airlines Trekking Manu tropisch regenwoud: Pantiacollamanu@gmail.com
De Ultra Tour du Mt Blanc (UTMB), het officiëuze WK ultratraillopen, staat hoog op mijn todolijstje, en dit liefst zo snel en onafhankelijk mogelijk… powerhikend met een tarp en bivakzak bijvoorbeeld….
Eind juni 2024. We – Peter en ik – strijken neer in Les Houches in de buurt van de Prarion kabellift. Een kleine 2 uur later staan we 800m hoger op de Col de Voza. Frisse windstootjes wisselen af met vochtige warme lucht. Er hangt onweer in de lucht. De eerste regendruppels vallen, maar die zorgen dan weer voor een welkome verkoeling. Met nu en dan zicht op de Glacier de Bionnaissay, richting col de Tricot, draaien we dalend rond de Crozat-top af richting St-GervaisLes-Bains. We volgen het dal bergopwaarts in de richting van les Contamines-Montjoie, op zoek naar onze eerste bivakplek in de wild. De vlakke, vers gemaaide ‘voortuin’ van een opslaghut ter hoogte van Bionnay wordt onze keuze voor de nacht.
VOORBIJ DE PIJNGRENS
Tijdens de nacht werden we getracteerd op een ware lichtshow, maar het ‘rommelen’ bleef toch gelukkig op afstand. De dagen zijn lekker lang – het eerste licht tegen 5u in de ochtend en pas donker na 22 uur. Deze lange dagen zijn precies wat we nodig hebben in dit powerhike-concept. Het geeft ons 17u dagelijkse speelruimte zonder verplichtingen. Heerlijk gevoel! Bij gebrek aan kookfaciliteiten –het gewicht – zijn we wel afhankelijk van hetgeen we onderweg tegenkomen.
6u30. Inpakken Na een klein uurtje stappen bereiken we ContaminesMontjoie. De lokale bakker is open én heeft lekkere koffie. Nu kan de dag écht starten.. Ter hoogte van de Refuge La Balme (1705m) begint het weer duidelijk te keren. We zijn ondertussen 3 uren onderweg. Het voelt frisser aan en de wind steekt op. Er volgt een pittige klim van 3,5km en 613 hoogtemeters naar onze 1e col: Col du Bonhomme (2329m). Met zicht op de Col halen we de regenjas boven. Er licht veel sneeuw, er is weinig zicht en ik heb ijskoude handen. Het schuilhutje dat plaats kan bieden aan een 10-tal gegadigden is meer dan welkom. Het kost me veel tijd om in mijn handschoenen te geraken.
Er volgt een ‘tricky’ stuk richting Réfuge du Col de la Croix du Bonhomme. Er moeten verschillende hellende sneeuwvlakten gepasseerd worden. Na een deugddoend soepje in Réfuge du Col de la Croix du Bonhomme is het 5 km downhillen naar Les Chapieux. Onze lichte rugzak komt hier helemaal tot zijn recht. Les Chapieux betekent het moment van de omschakeling, nl 11 km en 1016 hoogtemeters klimmen naar Italië, grotendeels langsheen de Torrent des Glaciers. We passeren talrijke watervalletjes, maar niet allemaal even eenvoudig.
Chalet-Réfuge des Mottets. We zijn ondertussen 8,5 uren onderweg. Het is 16u en er zijn nog veel daglichturen beschikbaar. Verder dan maar. Col de la Seigne. We hebben alweer weinig tot geen zicht en vooral waait er een sterke wind. We zijn meer dan 10 uren aan het powerhiken wanneer ik merk dat mijn navigatie aangeeft dat we vogelvlucht 400m verwijderd zijn van onze route. Ik kijk links tegen een massief aan (les Pyramides Calcaires) waaruit ik besluit dat de échte route achter dit massief moet lopen (wat blijkt te kloppen) en mogelijk niet eindigt in dezelfde vallei (wat niet blijkt te kloppen). Dit alternatief is nauwelijks aangeduid (en zo blijkt nadien ook op de kaart). Al vlug zitten we in een onherbergzaam sneeuwlandschap met diepe kloven tussen rots en sneeuw. Steile hard bevroren sneeuwhellingen traverseren zonder microspikes voelt niet veilig. Op de Col aangekomen is de teleurstelling heel groot wanneer er nog meer sneeuw blijkt te liggen, het te volgen pad onzichtbaar is en er geen hut te zien is zo ver het oog reikt.
Terugkeren dan maar. Twee uren later zijn we terug op het punt waar ik besliste te keren. Pfff. Wat een navigatie-blunder. Het is ondertussen 20u30 gepasseerd. We hebben er 45km, bijna 13u powerhiken, 3264m+ en 1992m- opzitten. Gelukkig wacht ons een hele sympathieke huttenservice die ons nog een avondmaal wilt serveren. Er zijn nog 2 bedden vrij, waar we dankbaar gebruik van maken. Italiaans bier verzacht de pijn en vermoeidheid. Deze dag heeft er bij mij wel stevig ingehakt. Mijn lijf doet overal pijn.
7u. Ontbijten en wegwezen. We proberen het relatief vlakke stukje vallei tot Lac Combal te lopen, maar 8kg op de rug kan toch stevig schudden zodat we al vlug omschakelen naar een stevige wandeltred. De klim naar Arête de Mt Favre (2423m): 453m+ op 2,6km is pittig. Pompen. Ik voel de inspanningen van gisteren.
En dan volgt bijna 5km balkonlopen boven Val Veni afdalend (458m) naar Refuge Maison Vieille Checrouit en verder afdalen naar het wintersportoord Courmayeur. Bos en boomwortels wisselen af met skipiste. Middag. Het perfecte moment om in het centrum neer te strijken voor een échte gelato. Er staat ons alweer een pittige klim te wachten naar Refugio Bertone: Net geen 5km en 784m+. Nu voelen we pas écht de schade van afgelopen dag. Het tempo lijkt echt op niets.
De Rifugio Bertone is echt fantastisch gelegen, met een zicht op de Grand Jorasses… tenminste… indien je zicht zou hebben, want het weer beslist er anders over. Het uitzicht wordt in theorie nog beter tussen Bertone en Bonatti omdat het traject glooit (284m+ 236m-) gedurende ruim 7km en er dus voluit vanop dit Val Ferret balkon kan genoten worden. Regen en wind weerhouden ons toch van languit genieten in het gras. Jammer.
16u. We bereiken Refugio Walter Bonatti. De fut is eruit en we beslissen het avondeten rustig af te wachten. Tegen 21u hebben we gegeten. Iedereen maakt zich klaar voor zijn bed, wij pakken in op zoek naar een slaapplek. De enige vlakke vierkante meters worden al bezet door tentbewoners. Een lichthellend terrein is het enige alternatief en het moet snel gebeuren, want de regen zet harder aan. Man toch! Het water gutst ondertussen al met bakken over mijn luifel terwijl mijn matje - onder de tarp door - richting kletsnatte buitenlucht glijdt. Dit wordt een moeilijke nacht. Niet opjagen, zoveel mogelijk rusten en wachten op zonsonder- en opkomst…
ULTRAVLOT IN DE ZWITSERSE ALPEN
5u30. Het is licht én het regent niet. Tijd om in te pakken. Met een slok water en een hapje van het noodrantsoen starten we de dag. Réfuge Elena is het vooruitzicht. Eerst afdalen (351m-) naar resto Arnouva, het verst berijdbare punt in de Val Ferret. En dan evenveel meters klimmen naar Réfugio Elena (2062m). Prachtige ligging en vergeleken met Bonatti veel kleiner en gezelliger. Koffie met toast. Zwaar, maar welkom. Vanaf hier klimmen we verder via Grand Col Ferret (2530m) Zwitserland in. De relatieve rustdag van gisteren heeft toch deugd gedaan. De benen hebben er helemaal zin in. Er is power voor het klimwerk en ook het dalend rollen loopt lekker. Geen zicht boven op de col begint een jammere constante te worden. Aan de andere dalende kant zien we een ijzig sneeuwlandschap in elke mogelijke richting. We laten de sneeuw achter ons. Na 10km en net geen 1000m- bereiken we tegen de middag het ondertussen broeierige La Fouly (1604m) voor een Rivella-momentje, mijn favoriete Zwitserse frisdrank.
Er volgt nog 10km rustig dalend (540m-) traject doorheen Zwitserse dorpjes waar de tijd is blijven stilstaan. Les Arlaches bijvoorbeeld is heerlijk authentiek gebleven! We hebben er alweer meer dan 7u powerhike opzitten. Vanaf nu is het klimmen tot het einde van de dag. Ongeacht waar we eindigen. Champex-Lac ligt 5km verder en 400m hogerop.
In het centrum houden we halt om ons diner te nuttigen. Het voordeel van de stad is dat je zelf kan kiezen wanneer je eet, in tegenstelling tot de berghutten. 16u is eigenlijk een beetje vroeg om avondmaal te nemen, maar voordeel is dat er dan nog veel daglichturen overblijven.
We traverseren bijna 5km via Champex d’en Haut en Bas langsheen de bergwand naar Plan d’en Haut. We klimmen nog bijna 7 km en 708 m naar La Giète.
We kunnen de bivak nog net opbouwen voordat de regen aanvat. 47km. 11u30 powerhiking. 2384m+ en 2579m-. Alweer een heel pittige dag, welke we lekker verteerd hebben. Morgen staan er nog maar 32km op de teller, onzer laatste dag. Lijkt een makkie, maar niet alles is wat het lijkt.
LADDERKLIMMEN NAAR LA TÊTE AUX VENTS
6u30u. We dalen af naar de Col de Forclaz (1526m). De kms beginnen door te wegen. Benen ‘lopen vlug vol’ in het klimmen, bovenbenen ‘ontploffen’, maar het dalen voelt gemakkelijk.
3,6km en 635m klimmen naar Les Tseppes. Ja, deze doet hard pijn. Op deze alternatieve route komen we ook geen TMB-ers meer tegen, want die passeren de Zwitsers-Franse grens allen via Col de Balme. In anonimiteit passeren we de grens na 3,5u powerhiken.
Er volgt een toffe afdaling (500m-) met mooie vergezichten naar Vallorcine dat er teleurstellend doods bij ligt.
We volgen de rivier vanuit Vallorcine tot de Col des Montets en dan duiken we het bos in aan de overkant van de straat. Ik mis de afslag naar Tête Béchar – waardoor we nu richting la Tête aux Vents (2133m) klimmen en terecht komen in een reeks laddersessies. 400m te hoog en bovendien net hoog genoeg om midden in een regenzone komen te lopen. Réfuge de la Flégère.
We zetten de afdaling in en bereiken anderhalf uur later Chamonix centrum. 36km, net geen 10u powerhiking. 1924m+ en 2720m-.
De afsluitende 8km tussen Chamonix en Les Houches doen we voorafgaand aan de terugreis, morgen… na het toeristen in Chamonix
Een
Een tocht per vlot naar het onbekende, mountainbiken op de Filipijnen en klimmen in de Californische Sierra Nevada - met deze en veel meer spannende avonturen komt de EOFT vanaf oktober 2024 in zeven steden doorheen België weer op het witte doek.
Met een vlot bestaande uit zes europalletten en acht lege naftbussen, peddelen Ben en Hugo uit Londen over de Vindelälven in Noord-Zweden richting Oostzee. Maar een tripje dat voor slechts twee weken gepland was, begint al snel door stroomversnellingen, muggentornado’s en heftige onweders uit de hand te lopen...
Blind vertrouwen tijdens het
De blinde klimmer Erik Weihenmayer beklimt met zijn maatje Timmy O’Neill een van de meest imposante wanden in de Californische Sierra Nevada. In „Soundscape“ laat hij ons zien hoe je de schoonheid van de natuur kunt doorvoelen – met alle zintuigen die een mens ter beschikking staan.
wortels. In „Cycle of Bayanihan“ bezoekt de professionele mountainbikester haar familie op de Filipijnen en wordt daar door de groeiende mountainbike-community met open armen ontvangen.
Alle informatie over het programma en meer voorstellingen op:
Ochtendgloren op de Spallagraat op Piz Bernina - Ben Bonnaerens
Foto aan het beekje dat vertrekt uit Lac Labarre, Ecrin, Frankrijk. Derde slaapplaats bij een tententrekking van Vénosc, via Valsenestre weer naar Venosc. Via de GR54 en GR54B - Bart Despiegelaere
Op een zonnige dag in de Pyreneeën daalden we de canyon Sallena af (V3a3II). We genoten enorm veel van de prachtige ruwe natuur in deze canyon waar maar weinig mensen komen. De prachtige rode rots in combinatie met heerlijk fris bergwater leeft zich tot mooie foto's! Het plezier is duidelijk af te lezen van het gezicht van Cas, een beginnende canyoneer die duidelijk gebeten is door deze fantastische bergsport. - Arjen Ceulemans
Geen sport die zo goed op beeld pakt als de klim- en bergsport, reden te meer om jaarlijks een fotowedstrijd te organiseren onder onze leden. We verzamelen hun onvergetelijke momenten, en delen ze met anderen, om ieders inspiratie en motivatie wat te spijzen. Hier al een blik op de inzendingen van 2024. Bedankt aan onze fantastische leden!
Een deep water solo route in Cala Santanyi - Filip De vos
Onderdeel van de Tour du Combin op de Mountainbike in het najaar. Je ziet hier de ingang van de Fenetre du Durand aan de Switzerse kant. - Tuna Dilara
Kies uit meer dan 25 workshops en stel zelf je dagprogramma samen.
Surf naar portaal.klimenbergsportfederatie.be > events of scan de QR-code hiernaast.
Na twee succesvolle edities verhuist onze winterkaravaan naar Herentals voor een dag vol interessante workshops over toerski, ijsklimmen & sneeuwschoenwandelen. Zowel beginnende als ervaren wintersporters kunnen er hun gading vinden. Onze gediplomeerde winterstageleiders delen hun kennis & tips met jullie over de diverse aspecten
Op het programma staat een mix van bestaande thema's en nieuwe workshops, daarbij maken we volop gebruik van de prachtige omgeving om actief buiten te zijn. Sommige sessies worden ook wat langer zodat er meer tijd is om te oefenen en diepgang te geven aan een onderwerp. Je zal zelf je programma kunnen samenstellen.
Klaar voor winters avontuur? Onze stageleiders organiseren weer tal van interessante stages.
Samen met onze clubs kan je je uitleven in 5 uitdagende winterdisciplines .
Wat kan je verwachten?
• Gediplomeerde stageleiders die vol passie hun ervaring doorgeven
• Veiligheid staat voorop, we nemen geen onnodige risico’s.
• We leiden je op om later zelfstandig op stap te kunnen gaan.
• Het zijn geen luxe-skivakanties, wel stages met de échte bergsportspirit.
Wat verwachten we van jou?
Een basisworkshop van sneeuw- en lawinekunde is een must als je de winterse bergen intrekt, en de eerste voorwaarde om op stage te gaan. Heb je deze workshop al gevolgd en wil je doorstromen naar een hoger niveau, volg dan ook nog een gevorderde workshop.
Kies een stage op jouw niveau en bereid je fysiek voor!
• De sneeuw buiten piste is een pak variabeler en minder evident dan de gladgestreken sneeuwautostrades. Heb je weinig offpiste-ervaring, kies dan voor de tussenstap van de freeride-stages.
• Toerskiën en sneeuwschoenwandelen is een pak vermoeiender dan bergwandelen in de zomer en vergt meer uithouding en kracht. Ook op het beginnersniveau wordt een zekere fitheid verwacht.
• IJsklimmen is spectaculair maar ook uitdagend en vooral geschikt voor de ervaren rotsklimmer die niet voor wat kou terugdeinst.
Je vindt het volledig aanbod terug op https://portaal.klimenbergsportfederatie.be/events/ of scan de QR-code hiernaast.
Sneeuw- en lawinekunde: basis (beginners)
Toerskiën
Freeride / offpiste
Toerski beginners
IJsklimmen beginners
Toerski ervaring
IJsklimmen ervaring
Sneeuwschoenwandelen (opleiding)
Sneeuwschoenwandelen ervaring
Sneeuw- en lawinekunde: verdieping (gevorderden)
Toerski gevorderd
Begeleid
Sneeuwschoenwandelen beginners
Begeleid
Sneeuwschoenwandelen ervaring
IJsklimmen
Begeleid Sneeuwschoenwandelen gevorderden
Splitboarden
Freeride / offpiste
Ervaren toerskiër en een een competitiebeestje? Al eens gedacht om mee te doen aan een Belgisch Kampioenschap Ski-Mountaineering? Je kan vrij deelnemen maar wie wil, kan ook klaargestoomd worden tijdens een voorbereidingstraject onder leiding van twee Belgische toppers!
Voor wie?
Gevorderde toerskiërs die fysiek fit zijn, eens diep durven gaan en zich vlot aanpassen aan diverse sneeuwcondities
Waar?
Het BK gaat door in Rothwald, Zwitserland
Datum?
14 & 16 februari 2025
Disciplines
Er zijn twee wedstrijden, elk met een podium voor mannen & vrouwen. Je kan kiezen aan beide disciplines meedoen of één van beide.
De Vertical gaat door op vrijdag. Ideaal om je spieren op spanning te brengen voor de individuele race of als doel op zich als je een powerkanon bent bergop.
Op zondag gaat de individuele race door, die met ruim 15km veel langer en een afwisseling tussen diverse klimen daalsecties tussen 1.725 en 2.355 meter, met ook één portage. Ideaal voor de allrounders.
Voorbereidingstraject!
Om de stap naar het BK wat kleiner te maken en geïnteresseerde deelnemers goed klaar te stomen, hebben we een traject voorzien. Kurt Piot was jarenlang heel erg actief in het internationale wedstrijdgebeuren en behaalde heel wat Belgische titels. Katrien Aerts is nog actief als wedstrijdskiër en is ex-topsportster freestyle ski (met deelname aan de Olympische Spelen in Sotsji).
Maximaal 15 deelnemers kunnen intekenen voor dit traject door hier in te schrijven: https://portaal.klimenbergsportfederatie.be/events/ (exacte link komt nog)
Woensdagavond 13 novembe r – online infomoment (20-21u)
We maken alvast kort kennis, geven aan hoe het traject eruit gaat zien en maken de eerste afspraken.
Zaterdag 30 november – Skipiste Peer & C-mine (9u–17u)
Eerste kennismaking met in de ochtend uitleg rond materiaal en oefenen op techniek & wissels. Na de middag verplaatsen we ons naar C-mine voor een trainingsessie met aandacht voor alle fysieke aspecten die nodig zijn.
Tweede helft januari (datum nog niet vast) –Mini-stage in Granier & optionele wedstrijd
De Beaufortain is een mekka voor toerskiërs, vooral bekend omwille van de Pierra Menta, en dus ook een perfecte locatie om te trainen. Onze uitvalsbasis is Auberge de Valézan, op een boogscheut van Granier. We voorzien op de 1ste dag een focus op techniek & kort circuit voor herhaling van techniek en wissels.
Op de 2de dag trekken we erop uit om wat aan onze conditie te werken. Na een rustdag kan – wie wil - in het weekend deelnemen aan de Combe Bénite om wat wedstrijdritme op te doen, gaan supporteren of er zelf op uittrekken.
Meer info over de wedstrijd: https://www.combebenite.fr/skialpinisme/
Optioneel maar aanbevolen
Op de Dag van de Winterbergsporter op 17 november in Herentals zijn er tal van interessante workshops voor toerskiërs. Katrien Aerts geeft er o.a. een theoretische workshop over training en ook een outdoorsessie.
In het najaar 2025: diverse trainingsmomenten voor het skyrunnen. Ski-alpinisten bouwen, zeker in de zomer en als voorbereiding op het seizoen, hun conditie in belangrijke mate op met trails met de nodige hoogtemeters. Het is aan te raden om eens aan te sluiten op volgende momenten:
- 26 oktober in Winterslag: trainingsmoment (gratis voor KBF-leden)
- 9 november in de Schorre: trainingsmoment (gratis voor KBF-leden)
- 23 november in de Kesselberg; workshop stijgen/dalen in trail- en skyrunning (focus op techniek) (betalend)
- Planning voorjaar zal later bekend gemaakt worden
Ook kun je met andere deelnemers afspreken om te trainen of op trainingsstage te gaan.
In de adembenemende omgeving van de Kitzbüheler Alpen vindt dit jaar de toerskistage voor beginners plaats, georganiseerd door Peter en Geert (BPA). De deelnemers, van wie bijna iedereen een absolute debutant, komen samen in het schilderachtige Wildschönau (Auffach) voor een week vol avontuur.
Inskiën en teamspirit
De twee dagen vóór het officiële begin van de stage worden ingevuld met het inskiën met de groep. Dat vormt voor de deelnemers een uitstekende gelegenheid elkaar beter te leren kennen en de ski's op te warmen voor de avonturen die ons te wachten staan. De sfeer is vanaf het begin uitstekend. Op zondagavond is er een plechtige opening en een eerste educatief moment waarop we de kans krijgen de werking van onze lawinebiepers te testen: een essentiële vaardigheid die gedurende de hele week van pas zal komen.
Dag 1: De eerste stappen in de ongerepte sneeuw
De eerste dag toerskiën start met een iets uitgebreidere test van de biepers, gevolgd door de eerste stapjes met de vellen. Onder leiding van de ervaren monitoren Peter en Geert verlaat de groep de gebaande paden en duikt ze de ongerepte natuur in. Ondanks enkele uitdagingen, zoals het leren van de Spitzkehren-techniek, bereiken we met succes de top van Schwaigberghorn. Een lange afdaling volgt, met een hoogteverschil van 1017 meter. Voor velen is dit de eerste keer buiten de piste, wat ondanks enkele valpartijen al snel vertrouwd terrein wordt.
Tijdens de afdaling ontmoeten we enkele herten, waarvan er één een opvallend witte achterkant heeft. Iris, een van de biologen van de groep, identificeert ook het kenmerkende geluid van een zwarte specht. Tijdens de afdaling blijkt dat we de verkeerde richting insloegen, waardoor we terug een stuk moeten klimmen. Zo ervaren we dat het aanvellen aan het einde van de dag een echte uitdaging kan zijn. Met een simulatie van het zoeken met lawinebiepers, sonderen en het uitgraven van een lawineslachtoffer sluiten we onze eerste toerski-ervaring af.
's Avonds nemen we de tijd om de STOP or GO techniek onder de knie te krijgen en maken we samen met Geert en Peter een tochtplanning op basis van het lawine- en weerbericht. Om de avond af te sluiten duiken we nog even de bar in waar we de lokale Schnaps proeven, die helaas niet helemaal in de smaak valt.
Dag 2: Breiteggern en Wildkarspitze - een positieve kentering
Na een welverdiende nachtrust begint de tweede dag met een korte bieptest. Iedereen, fris en goed hersteld, trekt erop uit voor een nieuwe dag vol avontuur. Doorheen de dag vordert de groep beduidend vlotter. Tijdens een lunchpauze bij een alm zorgen we voor voldoende energie. Terwijl de meesten daarvoor een mueslibar of energiereep eten, is Iris vooral blij met haar hardgekookte ei. Lekker!
Onder wisselende omstandigheden met mooie zon en stevige wind op de top, bereikt de groep redelijk snel de eerste piek waarna we ook een tweede proberen mee te pakken. De skitechniek verbetert merkbaar, vinden de deelnemers, en ook de begeleiding merkt voorzichtig een positieve kentering op ;-). Het zien van een auerhoen tijdens de afdaling en de Sachertorte en pint achteraf voegen welgekomen extraatjes toe aan deze succesvolle dag.
‘s Avonds geniet de groep van lasagne en een saladebar. De hongerige magen worden gevuld. Daarna volgt weerom de tochtvoorbereiding, waarbij de groep steeds meer inbreng krijgt bij het plannen van de route. De keuze valt deze keer – mede ingegeven door het toegenomen lawinegevaar - op een tocht in een andere vallei.
Dag 3: Uitdagende tocht naar Ramkarkopf
Op de derde dag plannen we de Wiesboden of de Ramkarkopf te beklimmen, mits de sneeuwcondities het toelaten. Levi en Kaat nemen het voortouw bij het sporen en leren al snel hoe zwaar dit is bij uitdagende sneeuwcondities.
We spreken af dat we tussen beide toppen zullen kiezen op een plek waar we de condities beter kunnen waarnemen. Aangezien die er op de Ramkarkopf beter uitzien is de keuze gauw gemaakt. De groep beklimt gestaag de helling ondanks de stevige wind. Alle leden bereiken de top van de 1200 hm hoge beklimming. Voor het laatste stukje gaan de ski's uit, aangezien de sneeuw hier voor een groot deel is weggeblazen. Het is een zowel fysiek als mentaal uitdagende dag maar met kracht en dankzij doorzetting ronden we hem succesvol af.
's Avonds ontspannen we in de sauna, waar verschillende Kempenaars elkaar beter leren kennen en de ervaringen worden uitgewisseld: een welverdiende afsluiting van een intense dag.
Op de voorlaatste dag plannen we een tocht naar de Gressenstein. De dag begint met regen maar ons vertrek ligt min of meer op hoogte van de sneeuwgrens. Al snel volgt een verrassende opklaring en komt het zonnetje erdoor.
De verse sneeuw en de prachtige omgeving werken voor iedereen motiverend en we klimmen tot een locatie waar we goed zicht hebben op de Gressenstein. Daar wordt – op aanraden van de leiding - de tocht aangepast omwille van mogelijke lawinerisico's. Voor het bereiken van de Gressenstein dienen we enkel steile “ingeblazen” passages te overwinnen. We kiezen ervoor meteen richting Grosser Beil te stappen.
Na een uitdagende klim met enkele steile stukjes – waar de wind duidelijk minder gespeeld heeft - worden we op de top beloond met een weids uitzicht, een heldere hemel en diepe poedersneeuw. De afdaling langs de ongerepte flank is voor alle deelnemers een fijne beloning voor het harde werk.
Na deze prachtige afdaling wacht ons nog een laatste pittig stuk tot aan de auto's. We moeten enkele keren de weg zoeken, afdalen langs een smal paadje en enkele natte sneeuwlawines op de bosweg kruisen.
Dit alles maakt de dag nog uitdagender, maar het zicht op onze prachtige afdaling houdt de motivatie hoog. Vlak voor het eindpunt komt Yves jammerlijk ten val waarbij hij zijn knie forceert.
Na al deze uitdagingen sluiten we de dag af in de après-ski bar waar we genieten van de lokale band die het lokaal vult met vrolijke deuntjes, begeleid door het karakteristieke geluid van een trekzak (Kempisch voor harmonica).
De laatste dag brengt nog een laatste uitdaging met de beklimming van de Joellspitze. Omdat er regen is gevallen tot op vrij grote hoogte opteren we om een stuk naar boven te gaan met de skilift. Het is duidelijk dat de fysieke inspanning van de afgelopen dagen haar tol eist. Yves neemt het zekere voor het onzekere en blijft in het hotel om zijn knie de nodige rust te geven.
De dag ontwikkelt zich tot een ware afvalrace tussen de deelnemers waarbij uiteindelijk slechts vier deelnemers overblijven. Iris en Raf kiezen ervoor om op de Joellspitze het klimspoor terug te nemen en via het skigebied af te dalen.
Voor de overgebleven deelnemers wacht er nog een memorabele afdaling en een extra klim. De afdaling is er eentje van het pittige kaliber. Terwijl de rest van de groep de techniek goed onder de knie heeft, krijgt Levi de ski’s nauwelijks onder controle in de zware sneeuw. Een beetje onderlinge competitie tussen deelnemers en begeleiders om zo snel mogelijk de flank te beklimmen voegt nog wat extra (in)spanning toe aan de dag.
De dag eindigt met een welverdiende beloning in de vorm van een grote Schnitzel en curryworst in een restaurant op de piste; een perfecte “culinaire” afsluiter van deze avontuurlijke week in de Kitzbüheler Alpen.
Een week van uitdaging en overwinningen
Na vijf intense dagen van nieuwe ervaringen, poedersneeuw en papsneeuw, het zonnetje en wat regen voelen alle deelnemers zich voldaan. De ervaringen varieerden van uitdagende tochten en nieuwe technieken tot gezellige avonden in de après-ski. De geleerde lessen en de verbeterde vaardigheden zullen ons nog lang bijblijven en we hopen in 2025 nog eens samen op pad te gaan.
Dit stageverslag biedt slechts een glimp van de indrukken die we hebben opgedaan tijdens de toerskistage. We willen Peter en Geert graag bedanken voor deze onvergetelijke ervaring.
Voor de ervaringsstage trekken we dit jaar naar de Bielerhöhe in het Oostenrijkse Vorarlberg. Vanuit het Berggasthof Piz Buin, gelegen op zo’n 2000m, zullen we dagtochten maken. Valleien in alle richtingen bieden hier veel toerskimogelijkheden. Begin februari maken we kennis met de groep. We besluiten een dagje vroeger te vertrekken en op zondag al even de ski’s aan te binden in Sankt-Gallenkirch. We ronden tijdig af. Het hotel is immers niet bereikbaar via de gesloten (zomer)bergpas. Om 16u vertrekt de laatste lift in Partenen waar we boven worden opgewacht door een busje. Dat brengt ons via smalle tunnels naar het hotel.
Standaardmaatregelen (Stop or Go-methode)
We treffen Peter onze stageleider aan in de Stube van het hotel. We frissen het gebruik van de LVS-toestellen op, nemen nog eens de “Stop or Go”- methode door en bekijken de tochtopties voor de stageweek. Alle deelnemers hebben reeds de nodige toerski-ervaring. Peter wil er deze week de “Stop-or-Go”- standaardmaatregelen nog eens goed inpompen. Het Silvrettagebied heeft toppen tot ruim boven de 3000 meter, wat de mogelijkheid biedt om ook wat aan “ski-alpinisme” te doen. Bij de ene klinkt dit als muziek in de oren, bij de andere is dit letterlijk onbekend terrein en is er (gezonde) aarzeling aanwezig. Daarmee belanden we vanzelf bij de “groepsinschatting” van de Stop or Go. Check! Een (lichte) piolet, lichte klimgordel, stijgijzers en touw gaan dus mee op tochten waar de alpine mogelijkheden zich aanbieden. Tijdens de tocht zelf zullen we dan herevalueren of elkeen zich klaar voelt voor een eventuele steilere (klauter)passage : stop… or go…
Sneeuwcondities
Het winterseizoen in de regio wordt gekenmerkt door veel neerslag met helaas vrij hoge temperaturen. Dat zorgt ervoor dat er op lager gelegen plaatsen tot 30 à 40% minder sneeuw ligt dan gebruikelijk (< 2000m), maar in hoger gelegen gebieden tot wel meer dan 40% meer. In onze valleien zit het dus goed, ware het niet dat de wind flink geblazen heeft. Op maandag is de verse sneeuw van vrijdag dan ook al flink “verhard/ingeblazen”. Dat laat zich zien in het lawinebericht van die dag : lawinegevaar 3 “aanzienlijk” met als hoofdproblemen “driftsneeuw” en “glijdende sneeuw”. De kritieke hellingen zijn dus deze boven de 34° én dienen geëvalueerd te worden op de ganse flank waar men zich bevindt. De standaardmaatregel “lawineberichtgeving” is daarmee afgetoetst. Check! De rest van de week zal gekenmerkt worden door vrij hoge temperaturen, vrij veel zon en (zeer) lichte sneeuwval. De zwakke(re) lagen in het sneeuwdek verdwijnen vrij snel en het lawinegevaar zakt dan ook naar niveau 2. Aan de Zwitserse kant van dit grensgebied houdt het SLF langer vast aan niveau 3. Op het terrein blijven we de eerste dagen dan ook extra waakzaam…
Genoeg ernstige materie nu… We trekken erop uit en zoeken het juiste tempo. Voor de ene gaat dit al sneller dan voor de andere én dit varieert al eens van dag tot dag. Ook dit jaar blijkt gehuurd skimateriaal niet altijd ideaal, waardoor (vele) blaren één van ons teisteren. Goed ontsmetten, huidpleisters aanbrengen en versterken met sporttape drijft het tempo van onze pechvogel weer op. Een tweede pechvogel biedt zich aan: een eerdere knieblessure blijkt op onze eerste tocht naar de Hennekopf ernstiger dan verwacht. Verder skiën met pijn en nog meer risico’s nemen is geen optie. Het slactoffer beslist dan ook om de volgende dag in het hotel te blijven. We worden op enkele van onze tochten geconfronteerd met “slecht zicht”. Maar de lokale terreinkennis van onze stageleider in combinatie met het dagelijks doornemen van de topokaarten, toerskigidsen en onlinetochtplanning geven ons voldoende inzicht in wat ons te wachten staat. Standaardmaatregel “oriëntatie” : check! We proberen ook telkens een indicatieve tijdsplanning op te stellen, wat ons in staat moet stellen tijdens de tochten herkenningspunten op te zoeken (hutjes, terreinvariaties, koerswijzigingen,…). Bij zeer dichte mist blijkt dit een (zeer) grote uitdaging. Gelukkig trekt de mist meestal vrij snel weg en breekt de zon dan toch door.
We spotten in de verte een aantal Schneehühner. We matigen het tempo en houden ons stil. Ze storen zich gelukkig niet aan onze aanwezigheid. Ze huppelen rustig verder door de sneeuw, kruisen ons gepland spoor en trekken de steile flank op. Later op de week zullen we ook nog de kenmerkende sporen van een sneeuwhaas aantreffen. Het is ons een raadsel hoe de dieren aan voedsel raken. Opmerkelijk om vast te stellen hoe ze in deze moeilijke omstandigheden kunnen (over)leven.
Storm
Op dinsdag trekken we door het Bieltal richting Bieltaljoch en Tirolerof Ochsenscharte. Vandaaruit zullen we over een steilere flank richting Ochsental trekken en langs daar afdalen. De weercondities boven zullen dus mee bepalend zijn. Het weerbericht voorspelt “matige” wind, dus dat zou al bij al dienen mee te vallen… Check! Dat blijkt aanvankelijk ook zo te zijn, maar voorbij een bruuske terreinovergang komen we plots in felle wind terecht. Even verder gaat de wind weer luwen om dan vervolgens weer fel op te steken. De terreinvariaties gaan gepaard met sterk wisselende weersomstandigheden. Naarmate we het Joch naderen verdwijnt het spoor al even snel als het gespoord is én zien we de driftsneeuw(platen) zich voor onze ogen vormen. Dan toch eerder het Zwitserse “niveau 3” hier? Verder steile(re) flanken optrekken is in deze omstandigheden onverantwoord. Een duidelijke STOP. We beslissen om te bouwen en houden alles wat loshangt goed vast. Bij het afdalen dienen we dan toch een korte steile flank te traverseren. We houden voldoende afstand en één van ons triggert daarbij onder de ski’s een kleine, nog dunne driftsneeuwplaat. Vrij snel zitten we weer in windluw gebied. Een derde pechvogel – onze Peter himself - met kapotte skibinding biedt zich aan. Het mag nu wel gaan ophouden. Eens beneden gaat elkeen zijn eigen weg : vlug een reserveski gaan halen in het dal, nog even aanvellen voor die ene korte poedersneeuwhelling vlakbij onze verblijfplaats waar Peter de vorige dag al een spoor gelegd heeft, wat lokaal toerisme of wat sneller de sauna in. De wellness in het hotel is absoluut de moeite. Het loungegedeelte biedt – al zeker bij volle maan - een prachtig panoramisch zicht op het omliggende gebergte. Na een inspannende dag is dit ideaal om de vermoeide spieren tot rust te laten komen.
Timing
Woensdag gaat het richting Schneeglocke. Iedereen nog steeds zijn nooduitrusting bij? LVS, sonde, sneeuwschop, (opgeladen) GSM, eerste hulpkit, reddingsdeken, helm en – zo gewenst – een airbagrugzak? Ja? Check, we kunnen vertrekken. De tocht naar deze “klassieker” wordt gekenmerkt door een zeer lange, relatief vlakke aanloop. Vervolgens, reeds op zo’n 2500m hoogte, begint de klim richting Klostertalergletsjer. Vanaf die hoogte wordt het verminderde zuurstofgehalte ook merkbaar. Eens aangekomen op zo’n 3000m begint de tocht dus al goed in de benen te zitten. Nog even doorbijten tot aan de top met een laatste klim van zo’n 200 hm op een wel zeer steile, ijzige flank. We “peppen mekaar op” en met de Harscheisen aan trekken we verder door een stevige wind. Het is wat worstelen met de timing, maar na zo’n vijf uur raken we toch rond 14u op de top. Die steekt ruimschoots uit boven het merendeel van de omliggende bergen. We kunnen dus genieten van een mooi verstrekkend zicht ! Nog even bijtanken en door het (nipt) respecteren van onze timing, hebben we vervolgens nog alle tijd om in de namiddagzon af te dalen naar het dal. Door de warmte van de zon ligt de sneeuw er dan nog relatief goed bij. Het stuwmeer en gasthof zijn gehuld in een dikke mist en dat levert prachtige plaatjes op. Het blijkt daar die dag niet uitgeklaard te zijn. Het bergweer blijft verbazen.
Dan toch wat ski-alpinisme ?
Nu iedereen na enkele dagen het ritme in de benen heeft, belanden we uiteindelijk daar waar de week begon : morgen misschien naar een top met wat (bescheiden) alpinisme ? We beslissen opnieuw het Klostertal in te trekken. Halfweg zullen we dan door het Kromertal sporen. Zo’n 300 hoogtemeter Spitzekehren staan ons daarbij te wachten. We hebben er zin in! Eenmaal boven zijn er meerdere opties: eventueel een extra tussenklim naar de Sonntagspitze en vervolgens rechtstreeks afdalen via de Saarbrücker Hütte of eerst nog een kleine alpiene klim naar de Sattelkopf? We beslissen om het te laten afhangen van de timing én de inschatting ter plaatse. Check! We starten aan het stuwmeer en gaan door een tunnel met een rustgevend licht- en muziekspel. Helemaal “zen” trekken we het tempo die dag behoorlijk op. Voor we het Litznersattel bereiken nemen we er eerst de Sonntagspitze bij. Eenmaal afgedaald en weer met de vellen tot in het zadel, houden we kort overleg. Dan toch de beklimming of meteen verder afdalen? Er is wat aarzeling, maar uiteindelijk biedt de mogelijkheid om ingebonden naar boven te trekken het nodige comfort. Groepsdynamiek : check! Klein misverstand omtrent het pauzemoment: recheck!
Elkeen bindt de ski’s op de rugzak, trekt de klimgordel met schroefkarabiner aan en begint de klim met behulp van de piolet. Eén iemand verkiest meteen in te binden en volgt – goed gezekerdonder nauwe begeleiding van onze monitor. De anderen voelen zich zeker genoeg en volgen eveneens hun spoor, klaar om – zo nodig - in te binden naar eigen (eerlijke!) beoordeling en aanvoelen. Al klauterend raken we even later op de top. We zijn fier op wat we bereikt hebben. Ook hier worden we getrakteerd op een prachtig zicht op de drieduizenders en de lager gelegen dalen. Bij de afdaling passeren we een zeer steile passage. Dankzij de terreinkennis van Peter kunnen we oordelen dat deze veilig is wegens “sterk verspoord terrein” (lees: vrij “populaire” afdaalroute). Afstand houden en veilige verzamelplaatsen opzoeken blijft wel de boodschap. Check!
Dan toch wat ski-alpinisme ?
Nu iedereen na enkele dagen het ritme in de benen heeft, belanden we uiteindelijk daar waar de week begon : morgen misschien naar een top met wat (bescheiden) alpinisme ? We beslissen opnieuw het Klostertal in te trekken. Halfweg zullen we dan door het Kromertal sporen. Zo’n 300 hoogtemeter Spitzekehren staan ons daarbij te wachten. We hebben er zin in! Eenmaal boven zijn er meerdere opties: eventueel een extra tussenklim naar de Sonntagspitze en vervolgens rechtstreeks afdalen via de Saarbrücker Hütte of eerst nog een kleine alpiene klim naar de Sattelkopf? We beslissen om het te laten afhangen van de timing én de inschatting ter plaatse. Check! We starten aan het stuwmeer en gaan door een tunnel met een rustgevend licht- en muziekspel. Helemaal “zen” trekken we het tempo die dag behoorlijk op. Voor we het Litznersattel bereiken nemen we er eerst de Sonntagspitze bij. Eenmaal afgedaald en weer met de vellen tot in het zadel, houden we kort overleg. Dan toch de beklimming of meteen verder afdalen? Er is wat aarzeling, maar uiteindelijk biedt de mogelijkheid om ingebonden naar boven te trekken het nodige comfort. Groepsdynamiek : check! Klein misverstand omtrent het pauzemoment: recheck!
Elkeen bindt de ski’s op de rugzak, trekt de klimgordel met schroefkarabiner aan en begint de klim met behulp van de piolet. Eén iemand verkiest meteen in te binden en volgt – goed gezekerdonder nauwe begeleiding van onze monitor. De anderen voelen zich zeker genoeg en volgen eveneens hun spoor, klaar om – zo nodig - in te binden naar eigen (eerlijke!) beoordeling en aanvoelen. Al klauterend raken we even later op de top. We zijn fier op wat we bereikt hebben. Ook hier worden we getrakteerd op een prachtig zicht op de drieduizenders en de lager gelegen dalen. Bij de afdaling passeren we een zeer steile passage. Dankzij de terreinkennis van Peter kunnen we oordelen dat deze veilig is wegens “sterk verspoord terrein” (lees: vrij “populaire” afdaalroute). Afstand houden en veilige verzamelplaatsen opzoeken blijft wel de boodschap. Check!
Het alpenneefje van Shakespeare
De laatste dag is er enorm veel mist. We kiezen voor een rustige tocht richting Wiesbadenerhütte. Voor één van ons een mooie herinnering aan een prachtige (lange) zomertrektocht over de Vermuntgletscher, die vervolgens langs een oude tolhut aan de voet van de Piz Buin en de Tuoi-Hütte tot in het mooie Zwitserse alpendorpje Guarda leidde. Met gids een absolute aanrader !
Het zicht is nog behoorlijk, maar navigatie blijkt ook in deze omstandigheden een uitdaging. Met enige moeite krijgen we de hut in zicht en laven we ons aan wat de keuken te bieden heeft.
Het laatste lange deel van de afdaling doet ons steeds twijfelen tussen aan- of afvellen, maar we bereiken voldaan het eindpunt van onze stage. Sommigen van ons rest nog wat energie voor een laatste spurt... In 2026 dan toch maar eens deelnemen aan deze Olympische discipline ?
Het was een leuke week met een aangename groep. Samen tochten plannen, mekaar al eens helpen en ook al eens wachten op elkaar. We genoten van de tochten, de wellness, de lekkere keuken van het hotel en we maakten veel plezier.
En voor de lasershow hadden de afwezigen ongelijk. Dank aan Peter en alle deelnemers om er een mooie week van te maken. We werden er nog eens goed op gewezen dat we in lawinegevaarlijk gebied maar “één ding” dienen te onthouden : “To check and to check, that’s the answer”. Waar woont dat alpenneefje van Shakespeare ?
Stagebegeleider : Peter Vanhoof Deelnemers : Hilke Evenepoel, Patrick Eeckloo, Bart Maes, Wim Raemdonck en Pieter Van Braekel
In maart 2021 zeilden Robin en ik voor de eerste keer naar Noorwegen. We hadden gehoord dat je daar vanaf de zeilboot naar boven kan hiken om daarna met een prachtig zicht op de fjord met ski’s of snowboard af te dalen. Dat leek iets voor ons, dus sneeuwraketten ingepakt, boots in het vooronder gedropt en onze snowboards, die sjorden we wegens plaatsgebrek maar aan het zonnepaneel vast.
Zo vertrokken we over de Noordzee, langs de Noorse kust tot in Alesund en de Sunnmøre Alpen. Wat we daar vonden, overtrof al onze verwachtingen. Majestueuze fjorden en maagdelijk witte flanken met zicht op zee. Onbeschrijfelijk mooi. In 2024 keerden we met onze nieuwe boot, Mencia, terug naar dit prachtige gebied en deze keer samen met een bende gepassioneerde bergsporters, maar vooral een groep prettig gestoorde vrienden.
Het zacht gekraak van houten vloerplaten maakt me wakker, er volgt wat metalig gerinkel, een klik en dan keert de stilte terug. Ik draai me nog even om tot de warme geur van koffie mijn neusvleugels prikkelt. Ik wacht op het gepruttel van de percolator om op te staan. Terwijl ik rustig recht kom, hoor ik dat de ijskast wordt geopend. Ik neem wat proper ondergoed uit de lade onder m’n bed en grabbel slaperig tussen het hoopje kleren op de grond op zoek naar de thermische onderlaag die daar gisteravond een tijdelijke rustplaats vond. In mijn haren krabbend kruip ik vanuit onze gezellige kajuit richting het epicentrum van het schip. Daar staat nog een andere slaapkop zijn beddengoed op te vouwen terwijl in de keuken door een vroege vogel alles voor het ontbijt wordt klaargezet. Ik ga zitten en neem met plezier de thermos koffie aan. Vanuit de voorkajuit komt nog een verwaaide kop tevoorschijn. Fruit, brood en ontbijtgranen worden over de tafel verspreid. We zitten met zes aan de kleine tafel en toch is er aan ruimte geen gebrek. Wat volgt is een next level ochtendritueel. Het is bijna een dans. Het is onze derde ochtend aan boord en ondertussen kent iedereen zonder woorden zijn plek. Binnen dit en uur staan we alle zes gepakt en gezakt met boards en boots aan wal. Klaar voor weer een epische dag op de berg.
Een maand eerder vertrokken Robin en ik met onze zeilboot Mencia vanuit Antwerpen. Begin maart zeilden we over de Noordzee via Den Helder naar Stavanger en daarna langs de Noorse kust verder noord tot Alesund. Het was een pittige tocht vroeg in het seizoen. We waren dus enorm blij toen de contouren van de Noorse stad zich op de horizon aftekenden. Moe maar voldaan zochten we een plekje in de gasthaven tussen de prachtige jugendstil pakhuizen in het centrum van Alesund. Hier kwam onze voltallige bemanning enkele dagen geleden aan boord. Hun ski’s en snowboards werden zorgvuldig op het dek vastgemaakt. De rest van hun spullen verdwenen in de vele hoekjes en kantjes van het schip. We lieten onze bemanning nog een nachtje “inslingeren ”. De volgende ochtend gingen de trossen los. Vanuit de kuip van het schip in het gezellige centrum van de stad is het nog moeilijk te bevatten dat we de volgende dag dezelfde tijd volledig omringd zouden zijn door het alpine hooggebergte.
Het is een dagje zeilen tot onze eerste potentiële beklimming. Onze bemanning neemt enthousiast het roer, terwijl we ons een weg banen naar de ingang van de Hjørundfjord. Er wordt alvast volop gespeculeerd over de condities voor de komende dagen en natuurlijk de sneeuwkwaliteit, maar voorlopig geeft de fjord nog niet veel prijs. Af en toe krijgen we van tussen een dikke wolkensluier een glimp te zien van de dramatische toppen. “Zou het boven sneeuwen?” We meren aan in Trandal. Een gehucht in de Hjørundfjorden dat alleen vanaf het water bereikbaar is. De spanning is te snijden, maar het weer klaart voorlopig niet op. Toch is onze bemanning niet te houden en zodra de landvasten vastzitten gaan de stapschoenen aan. We kunnen al even de aanloop checken. Even later keert een enthousiaste bende terug naar de boot. De stafkaart wordt op tafel gegooid. Wat zijn onze opties hier? Nog even “fatmap” erbij nemen en de laatste lawine-update van Varsom nalezen. Blåbretinden, wordt onze eerste beklimming.
De Hjørundfjord is ongeveer 36 km lang en snijdt dwars door de Sunnmøre Alpen met een spectaculair landschap als gevolg. Als je door de fjord zeilt, voel je je minuscuul klein tussen die spitse reuzen langs de waterlijn die vanaf het wateroppervlak tot 1.700 meter steil omhoog rijzen. Wat het zeilen in dit gebied interessant en uitdagend maakt. De steile flanken, het temperatuurverschil tussen de besneeuwde toppen en het water beneden in de fjord maken de wind ontzettend onvoorspelbaar. De steile toppen vormen dus niet alleen een interessante uitdaging op het land maar ook op het water. Wij gingen tijdens ons zeil- en ski avontuur op tocht langs een paar befaamde Sunnmøre toppen, zoals de Sylvkallen (1.310 m) en de iconische Slogen (1.564 m) die we zowel langs de steile zuidflank als de meer glooiende noordflank beklommen. Het gebied is al langer bekend bij wandelaars en backcountry skiërs, maar wordt gespaard van massatoerisme omdat de grotere schepen de bekende naburige fjorden, zoals de Geirangerfjord, op hun vaarroute zetten. Daardoor hadden we, met Mencia, deze al even indrukwekkende fjord bijna voor ons alleen.
De Blåbretinden (1476 m), is ons doel voor de dag. We krijgen een lift tot aan de sneeuwgrens. Waar een oude lawine de weg onderbreekt, begint onze beklimming. Latten aan, nog een pieps check en we zijn weg. Onze hike begint met een glooiende lijn tussen lage begroeiing. Onze koploper houdt er een goede pas in en zigzagt ons zonder probleem omhoog. Als we achterom kijken, hebben we een prachtig uitzicht over de fjord, maar rondom kruipen de wolken langzaam maar zeker dichterbij. Onze top verdwijnt uit het zicht in de witte massa. Voorlopig hebben we nog goede zichtbaarheid, maar als de kom zich zo meteen vult zien we niks meer. We besluiten het vlakke stuk langs een meer, toch nog een stuk verder te volgen, tot op een hoger liggende heuvel halverwege de tweede kom. Vanaf hier hebben we een prachtig uitzicht op de fjord en de volgende vallei. We zijn nog een travers van een honderdtal meter en zo’n 200 hoogtemeters van de top verwijderd, maar ons doel zit nog steeds verstopt achter een wit gordijn. De wind trekt aan, dus besluiten we om hier om te bouwen. Als iedereen klaar staat, horen we in de verte achter het witte gordijn een dof gerommel. We zetten voorzichtig de afdaling in. Als we de glooiende kom bereiken, trekt het wolkendek langzaam weg en de top van de indrukwekkende Blåbretinden torent opnieuw hoog boven de vallei uit. De bron van het lage gerommel is nu duidelijk zichtbaar, op de steile flank net onder de top is een scherpe breuklijn te zien vanaf waar een grote lawine naar beneden gleed. Terugdraaien bleek de goede keuze. Onze “summit fever” was nog niet geblust, maar we hadden de berg gerespecteerd en werden hiervoor nu beloond. In de zonnige vallei, konden we onze tocht naar beneden enthousiast verder zetten met een heerlijke afdaling langs de glooiende flanken, met zicht op zee. Dat is toch te gek voor woorden! Bij de boot aangekomen draperen we onze bezwete spullen over de railing, en warmen ons op in de zachte lentezon. Terwijl onze spullen drogen wordt een vislijntje uitgegooid. Nog even het eten voor vanavond vangen. Het “sea to summit” gevoel is compleet.
Pag 44 : © Ijen Derie
Pag 45 onder: © whiteoutphotpgraphy
Sail en ski of snow, een combinatie van twee sporten, de naam zegt het zelf: zeilen en bergsporten, maar wat betekent dat nu? Het doel van beide sporten is zoveel mogelijk tijd op en in het unieke Noorse landschap doorbrengen. Het weer is uiteraard de bepalende factor. Niet alleen op de berg, maar ook op het water. Zo zijn vele vertrekpunten enkel via het water bereikbaar en moeten de condities het toelaten om met de boot aan te meren of te ankeren. De tocht selectie ontstaat vanuit een wisselwerking en goede communicatie tussen de schipper en de begeleider(s) van de ski tour. De boot wordt gebruikt om te eten, te slapen, te hergroeperen en natuurlijk ons te verplaatsen. Soms ankeren we vlak bij de aanloop van de gekozen beklimming, zodat we met ons bijbootje iedereen naar de kant kunnen brengen. Of we meren af aan een klein pontonnetje, dan kan iedereen gemakkelijk zelf van boord springen. Bij een travers kunnen onze berggeiten gedropt worden bij aanvang, en ligt er een warme boot op hen te wachten aan de andere kant van het traject.
Soms zijn er meerdere beklimmingen vanaf een bepaald punt bereikbaar, dan blijven we een nachtje rustig liggen. We gaan wat vissen, de koele kikkers gaan even zwemmen of gewoon lekker relaxen na een sportieve dag. Of we varen ‘s avonds nog een stukje, meestal niet lang, want de verschillende aanlopen liggen niet zo ver verspreid en met de boot zijn zelfs de meest afgelegen stukjes van de fjord makkelijk te bereiken. Dan zeilen we even verder door het prachtige landschap. Het enige wat je hoort is het ruisen van de wind. We verplaatsen ons zonder het landschap te veranderen of te vervuilen. We zeilen verder, en als de aftekening van het kielzog in de zeegang verdwijnt, is het alsof we er nooit zijn geweest. Daarom zijn toeren of splitboarden en zeilen zulke compatibele sporten. Low impact, geen skiliften, geen resorts, enkel de wind die het schip voortstuwt en jouw twee benen die je naar boven dragen. Een duurzame manier om van dit unieke gebied te genieten.
En dat deden we, met volle teugen. Het omhoog klauteren tot de sneeuwgrens had soms een heel hoog “type two fun ” gehalte, maar we gingen ervoor en werden keer op keer met de meest onvergetelijke ervaringen beloond. De uitzichten waren fenomenaal. En na een dag onderweg zijn in een uitdagend berggebied, werden we ‘s avonds ondergedompeld in de zalige rust op het water beneden in de fjord. Aan het einde van elke week keerden we met een bende gelukzalige kopjes, moe maar voldaan naar Alesund terug. Hier namen we afscheid, maar uiteraard niet voordat er plannen voor een volgend avontuur werden gesmeed. Vanaf februari 2025, gaan we met Mencia weer op tocht. We zeilen verder noord deze keer, naar de regio Tromsø, Lyngen en Alta. In het noorden van Noorwegen, ver boven de arctische cirkel, gaan we op verkenning langs de ontelbare eilanden en toppen die dit gebied een uniek uitzicht geven. Opnieuw Sail en ski, maar nu van besneeuwde stranden tot besneeuwde toppen, klinkt niet slecht, toch?
Meer op instagram @mencia_sailing of www.menciaadventuresailing.com
Al enkele jaren trek ik er met mijn vrouw op uit tijdens de krokusvakantie, zónder kindjes! Onze eerste editie bracht ons met de TGV naar Marseille. Waar we een citytrip combineerden met een tweedaagse staptocht doorheen de Calanques, inclusief bivak aan een prachtig baaitje. Het jaar nadien herhaalden we deze formule waarbij we Aixen-Provence combineerden met een driedaagse op en rond de Montagne Sainte Victoire en er in twee verschillende bivakhutten overnachtten. Maar voor ons tienjarig samenzijn, was ik op zoek naar iets speciaals. Die zoektocht bracht mij naar Marokko. Meerbepaald naar de Toubkal. Deze Berg is met 4.167 meter de hoogste van heel noordelijk Afrika. Ik kende hem vooral als een populaire trekkingtop in de zomer, maar blijkbaar werd die ook gedaan in de winter. Bovendien start de wandelroute naar de top in een dorp dat op slechts anderhalf uur rijden van Marrakech ligt. Alweer lag een gouden combo ‘citytrip – natuur’ voor ons klaar.
Toubkal here we come!
Vluchten, taxirit, verblijf... Ik had alles op voorhand van thuis uit reeds geregeld. De eigenaars van de hut hadden mij reeds gezegd dat een gids verplicht was. Maar die had ik niet nodig. Ik heb ervaring genoeg en ik wou deze reis alleen doen met mijn vrouw. Ik had geen goesting om ter plekke bij een andere groep ingeschoven te worden. En met de woorden ‘we zien wel’, en ook nog ‘we regelen dat wel ter plaatse’, pakten we onze rugzakken in.
En zo vertrokken we met de laatavondvlucht van Charleroi naar Marrakech. Eens aangekomen stond onze chauffeur effectief op ons te wachten. Het is te zeggen, de man met wie ik gecorrespondeerd had per mail. Of ik dan nu eventjes ineens alles cash zou willen afrekenen (het hotel van de eerste nacht, de taxirit ernaartoe en twee nachten in half pension in de berghut). Hij verzekerde mij dat alles geregeld was en toonde ons zelfs een of ander louche uitziend reservatiesysteem, waaruit zou moeten blijken dat alles echt in orde was. Maar als hij de eigenaar van onze berghut was, waarom was hij dan in Marrakech, en niet in de bergen? Zucht… Reizen in Afrika, het blijft het meest magische continent dat ik ken, maar je mag er soms ook niet teveel bij nadenken… En dus gaven we hem het geld en stapten in bij onze taxichauffeur. Om redelijk snel het gevoel te hebben dat we gewoon gerold waren… Verdomme, wij zijn zo’n ervaren reizigers en we laten ons hier na vijf minuten op Afrikaanse bodem al zo afzetten… Idioten die we zijn.
En dan moest onze taxichauffeur onderweg nog even stoppen voor een koffietje en ook nog eens bij zijn ouders, die hem een slaapzak meegaven. Verder verliep de weg zonder hindernissen. Het is te zeggen, het was al middernacht en dus aardig donker. Bovendien was dit deel van Marokko nog niet zo lang geleden getroffen door een zeer zware aardbeving. Gebouwen lagen nog tegen de grond, er waren veel tentenkampen opgetrokken en de weg naar Imlil was op zijn zachtst gezegd ‘spannend’ te noemen. Maar bon, uiteindelijk kwamen we toch aan aan ons hotel. Omdat ik het echter niet helemaal vertrouwde, vroeg ik of onze chauffeur toch niet even wou wachten tot we effectief binnen waren. Gelukkig maar, want er kwam niemand open doen en pas na meerdere telefoontjes en gebonk op de deur kwam er iemand aan. Oef, eerst slapen (in een kamer zonder ramen) en morgen zien we wel weer verder…
Dankzij onze vermoeidheid sliepen we uiteindelijk goed, maar aan het ontbijt zullen we niet teveel woorden vuil maken (het tafelkleed was immers al vuil genoeg). Maar buiten scheen de zon en de sneeuw op de ons omringende Bergen maakte ons op slag weer vrolijk! Alle betalingen bleken ondertussen effectief in orde. We hadden ons dus toch niet in het zak laten zetten! Maar...
Er was wel een volgende hindernis: We hadden geen gids. Sinds er in 2018 twee jonge westerse dames vermoord geweest zijn in deze vallei, is elke westerling verplicht om een gids te hebben. Bij doorvragen nadien bleef alles heel vaag, want alle gidsen begeleiden hun cliënten alleen maar naar de top van de Toubkal en dan liefst allemaal langs dezelfde route. Wil je een andere route of Berg doen, dan kan dat, maar als het te technisch wordt, dan wachten ze liever op je in de hut. En als je een doorgaande trektocht wilt doen, dan moeten ze met je meegaan tot aan de col die grenst aan de volgende vallei en daarna zijn ze niet langer verplicht… Bovendien geloofde ik op geen enkel moment dat de aanwezigheid van een gids mijn veiligheid als ervaren bergbeklimmer zou vergroten, maar ik weet ook wel dat dat hier meer een kwestie is van het creëren van werk.
Ik had gedacht hier nog wel stiekem langs de controleposten te kunnen glippen, maar al snel werd duidelijk dat dat dus niet ging lukken. En dus gingen we in het dorp alsnog op zoek naar iemand. En zoals dat dan gaat in Afrika, als jij op zoek bent naar iets of iemand, komt dat iets of iemand wel op zoek naar jou. Niet veel later zaten we dus een koffietje te drinken, wachtende op Khalid. Is het omdat ik nogal duidelijk (uit de hoogte?) had gesteld dat ik zelfstandig alpinist was, en eigenlijk geen gids nodig had? Feit is dat er een joviale jonge kerel kwam afgestapt met een vlotte en vrolijke tred. Ook al beklimt hij zo’n drie keer per week de Toubkal (hoe slecht moet dát niet zijn voor je knieën?!), hij had er duidelijk wel zin in.
Vanuit Imlil ging het dan omhoog, het hele dorp door. Redelijk snel daarna kwamen we aan een grote vlakte temidden van de Bergen waar we effectief onze paspoorten moesten afgeven aan een politiecontrole. We lunchten aan het schrijn van Sidi Chamharouch en genoten van ons halfweg punt. Maar toen moest de eindeloze klim nog beginnen! Omdat ik van plan was om deze top zelfstandig te doen, had ik best wel wat materiaal mee, wat mij toch een beetje op hoongelach van Khalid bracht. ‘Steekt daar een tent in je rugzak of zo?’
Maar niet veel later passeerden we een groepje Marrokaanse jongeren, die ook even hun kans wilden wagen en zich afvroegen of ik toevallig geen EHBO bijhad? En plots was ik een jongeman zijn kuit aan het masseren met Voltaren crème en aan het uitleggen om de hoeveel tijd hij een nieuwe Ibuprofen mocht nemen. Ondertussen was Katrien zonnecrème aan het uitdelen aan de dames uit de groep...
En dan, oef, eindelijk, de Refuge des Mouflons. Als Imlil op 1.800 m ligt en de refuge op 3.200 hadden we vandaag al 1.400 hoogtemeters op de teller staan, waarvan de laatste 200 door de sneeuw. Op zoek naar iets meer ‘luxe’ was ik er in geslaagd om een tweepersoonskamer te boeken. Kwestie van toch iets uitgeruster aan een toppoging te kunnen beginnen. Het avondeten verliep wat chaotisch, maar was wel zeer lekker en zeker voldoende.
De meeste andere klimmers gingen zeer vroeg opstaan om de zonsopgang vanop de top te zien. Die zelfopgelegde stress en tijdsdruk hadden wij liever niet. En in plaats van om 4 uur, stonden wij om 6 uur op. Nog steeds op tijd om bij ons vertrek de Bergen en de wolken langzaam van kleur te zien veranderen. ´
Er loopt een duidelijk spoor van de hut naar de top. Als zelfstandig klimmer heb je dus effectief geen gids nodig, maar zoals gezegd, het is het creëren en ondersteunen van jobs in deze anders arme streek. Ze zorgen er voor dat andere groepen (je bent hier zeker niet alleen) een goed tempo aanhouden en op tijd een rustmoment nemen. Maar op geen enkel moment ga je ingebonden naar boven of wordt er een passage afgezekerd. Dat hoeft ook niet, het is immers een wandelberg van het alpiene niveau F. En toch… zijn er plekken waar je best niet valt… Grote Bergen trekken overal in de wereld mensen aan en niet iedereen kan het bergmilieu correct inschatten. In diezelfde week dat wij daar zaten, zijn er twee mensen dodelijk verongelukt omdat ze uitgeschoven waren en niet wisten hoe ze zichzelf moesten tegenhouden. Wel of geen gids, maakt op zo’n momenten helaas weinig uit. Mensen vergeten soms dat ze verantwoordelijk zijn voor hun eigen kunnen (of niet kunnen).
Voor ons was het vooral een confrontatie met de limieten van ons lichaam. Niet dat het niet ging, maar Khalid met zijn 26 lentes vloog omhoog, terwijl wij met onze ‘39+ leeftijd’ toch beduidend trager waren. Wat niet per se slecht is in de Bergen. Langzaam maar zeker kwamen we dus hoger. De verse sneeuw lag er nog maar een week en dus was alles rondom ons nog maagdelijk wit. Het zorgde voor een prachtig landschap waarbij we onze ogen de kost gaven. En toen stonden we op de zuidcol, waar we al een prachtig vergezicht voorgeschoteld kregen. We vervolgden de graat tot een valse top en dan waren we er uiteindelijk toch: de top van de Toubkal.
Met 4.167 meters hoogte, hadden we er vandaag toch ook alweer bijna 1.000 op de teller staan. Het was voor Katrien haar eerste ‘grote’ Berg en ze was duidelijk onder de indruk op de top. Het uitzicht, de prestatie, de grandeur van de Bergen. En ja, ook van de rust, maar dan meer van de rust die de natuur uitstraalde, want alleen waren we er niet.
Het moge duidelijk zijn, de Toubkal is een populaire Berg! Niet verwonderlijk ook. Je kunt relatief goedkoop vliegen naar Marrakech en eens ter plekke is het supergemakkelijk om een pakketje te boeken. Voor 150 euro per persoon krijg je een taxirit heen en terug, een gids, en je overnachting in half pension in 1 van de 2 berghutten halverwege. Er wordt dan wel van je verwacht dat je dezelfde dag van je topbeklimming nog helemaal weer afdaalt naar Imlil (2.400 hoogtemeters!) en ’s avonds nog terug naar Marrakech rijdt… Wij kozen ervoor om nog een extra dag in de refuge te blijven en nadien zelfs nog een extra dag in Imlil, maar dan wel in een veel beter hotel. Nadien verbleven we ook nog even in Marrakech. Druk, dat zeker, maar je voelt er echt dat het al eeuwenlang een zeer belangrijke stad is geweest. En de Medersa Ben Youssef is werkelijk prachtig. Met Pasen is het er te druk en in de zomer te warm. We kunnen iedereen aanraden om er in de krokusvakantie naartoe te gaan, we hebben ondertussen zelfs het visitekaartje van een goede gids op zak. Doe in dat geval niet alleen de Toubkal, maar ook Khalid de groeten!
De Toubkal gaat waarschijnlijk lopen met het merendeel van alle beklimmingen in het Atlas gebergte. Gevolgd door de M’Goun. Maar er liggen honderden toppen op je te wachten in deze streek, die er in de winter trouwens bijligt zoals de Alpen in ons voorjaar. Vele toppen worden nauwelijks beklommen en er vallen hier nog zeer veel avontuurlijke routes te openen! Zowel op rots, sneeuw als mixte. Er bestaat trouwens een redelijk volledige Cicerone Guide van deze streek die je op weg kan helpen. En voor de avontuurlijke wandelaars. De Brit Michael Peyron heeft een trektocht van 60 dagen bedacht die de hele Atlas doorsteekt (The Great Atlas Traverse). Marokko mag dan misschien een toeristisch topland zijn, eens je van het klassieke toeristische circuit afstapt, ligt er nog een fantastische wildernis aan je voeten, aangevuld met warme mensen, authentieke gastvrijheid en een prachtige cultuur.
Nadat voor de meesten de examens gedaan waren, was het alweer tijd voor de volgende mount coach stage: gevorderd alpinisme. Er werd geopteerd voor het Mont Blanc massief vanuit Courmayeur omdat daar met alle condities wel iets te beklimmen valt. Vadim en Sander waren zo verstandig om de week voor de stage al enkele alpiene avonturen te ondernemen samen met Hugo, papa van Sander, waardoor ze min of meer geacclimatiseerd en uitgerust aan de start van de week verschenen. Ze wilden de Spaghetti Tour vanuit Zermatt aanvatten, maar vanwege de overstromingen en het lawinerisico daar gingen ze richting Chamonix, naar de Cabane de Trient, waar ze onder andere de Arête de la Table beklommen. Emma, Kobe, Emile en Kasper reden zaterdag 29/6 op vanuit België. Het gezelschap ontmoette elkaar en de begeleiders An en Sam op de camping Aiguille Noire en praatte bij tijdens een gezellig diner in het voortreffelijke restaurant van de camping. Die avond wordt meteen duidelijk dat tijdens een gevorderde stage meer zelfstandigheid verwacht wordt; An en Sam vragen die avond om de groep de volgende ochtend te brengen richting een bepaald coördinaat met kaart en kompas, klaar om drie dagen en twee nachten in het gebergte te spenderen. Emile en Kasper nemen deze eerste oriëntatieuitdaging op zich.
Dag 1
Die zondagochtend 30/6 neemt het gezelschap de Skyway lift omhoog tot Punta Helbronner. De mist die daar overal hangt maakt het oriënteren niet gemakkelijk, maar wel des te leerrijker. Emile en Kasper besluiten om de liftkabels van de Helbronner - Midi ‘Panoramic’ verbinding, die nog net zichtbaar zijn, te volgen tijdens het afdalen, om dan op een gegeven moment naar links af te slagen en weer te stijgen op de gletsjer richting het vlakkere deel van de gletsjer tussen de Grand Capucin en de Tour Ronde. Die tactiek werkte uitstekend, afgezien van feit dat er geen stopstrategie was, als Sam en An niet hadden ingegrepen was de groep veel te ver doorgewandeld. Volgende keer in de mist oriënteren we ons dichter naar een zichtbaar herkenningspunt zoals de Grand Capucin, om van daaruit via een nieuwe azimut naar het geplande punt te stappen. Het tentenkamp wordt geïnstalleerd, en daarna begeefd de groep zich richting een grote spalt om de spaltenberging te herhalen. Die nacht meldt het weer van de komende dagen zich aan: temperaturen die schommelen rond het vriespunt met regelmatige neerslag, wat resulteert in een mix van regen & sneeuw. Van hevige wind wordt de groep de eerste nacht nog gespaard.
Hoewel het originele plan was om maandag 1/7 de Tour Ronde noordwand te beklimmen, werd van dit plan afgeweken om twee redenen: ten eerste zou door de relatief warme nacht de noordwand niet genoeg aangevroren zijn en ten tweede beheersten niet alle teamleden de alpiene voortschrijdingstechnieken voldoende. Er was nood aan herhaling tijdens welke An en Sam konden ingrijpen en dit werd gedaan op de traverse van de Aiguille d'Entrêves en de Aiguille de Toule. Die nacht bleef qua weersomstandigheden erg gelijkaardig aan de vorige, wat betekende dat ondanks dat de veiligheidstechnieken goed herhaald waren, de Tour Ronde noordwand op 2/7 weeral van de lijst met opties verdween.
Door de aanhoudende regen werd gekozen om langer in de tenten te blijven, daardoor stond de zomerse ochtendzon al op de noordwand van de Tour Ronde, echt geen goed idee om daarin te kruipen dus. De westelijk gelegen Gervasutti Couloir zou nog lang van de zon gespaard blijven, dus ging de groep daarheen om de Tour Ronde zo te proberen beklimmen. In principe was dit een goed plan, maar eens de groep aan de voet van de couloir stond, bleek de bergschrund te groot om zonder tijdrovende, alpiene, gymnastische technieken in de couloir te geraken. De sneeuw die bijgevallen was had de bergschrund niet gedicht, maar wel veel minder compact gemaakt. Om erover te geraken zou gegraven moeten worden naar compactere sneeuw en dat voor heel wat meters, wat wel gedaan zou kunnen worden indien er slechts een twee- of driemanscordée door moest, maar niet met een groep van acht.Daarom werd het plan voor een tweede keer gewijzigd en ging de groep helemaal naar de oostelijke kant om dan de Tour Ronde te beklimmen via de graat traverse. Die graat lag door de aangevroren regen en sneeuw meer mixte dan droog, wat zorgde voor goede tractie met de crampons. Op de graat vorderde de groep vlot, maar door de omzwervingen werd te veel tijd verloren. We besloten om voor de top af te dalen zodat er zeker nog voldoende tijd was om het tentenkamp op te breken, te wandelen richting Helbronner en naar Courmayeur af te dalen met de Skyway lift. Het restaurant van camping Aiguille Noire wacht op ons! Die avond werden de voorbije dagen besproken en de plannen voor de komende dagen gesmeed.
Dag 4
Woensdag 3/7 kon iedereen uitslapen, in de namiddag werd opnieuw de Skyway lift genomen en daar werd deze keer vlakbij het Helbronner punt een tentenkamp opgezet. Op de planning voor de volgende dag stond de beklimming van Mont Maudit via de Kuffner graat. De groep wist het toen nog niet, maar die donderdag 4/7 zou een erg lange dag worden.
Om 1u30 ging bij de meesten de wekker, om 2u30 vertrokken we richting de Kuffner graat. We kwamen op de graat via de directe variant, via de prominente sneeuwcouloir van ongeveer 50°. Na een uur klimmen over sneeuw arriveerden we bij moeilijkere mixed passages, de crux van de route. In het begin leek dit op een korte opstopping, maar achteraf bleek dit langer dan drie uur te duren. Kasper zocht nog links en rechts naar andere opties om de file te omzeilen, maar tevergeefs. De verloren uren braken ons zuur op verder in de beklimming, want de zon had ondertussen van harde, goed dragende sneeuw papsneeuw gemaakt. Hierdoor konden we niet meer simultaan vorderen aan een goed tempo, maar moesten we noodgedwongen lengtes uitzekeren, daardoor duurde alles na de vertraging nog extra lang. Veel later dan initieel gepland topten we uit van de graat, en daar woedde een hevige wind, wat boven de 4000 meter erg kou was, zo koud dat zelfs onze vochtige handschoenen hard bevroren waren. Dankzij de primaloft technologie die Rab in de handschoenen integreert bleven die handschoenen zo toch nog warm. We besloten om daar bij die eerste mogelijke uitweg af te dalen. De afdaling bestond uit een vijftal geïmproviseerde rappels, maar aan de achtergelaten prussiks te zien waren we duidelijk niet de eersten die dit zo gedaan hadden. Omdat we iedereen lieten rappellen op onze touwen die we vast installeerden ging het rappellen gelukkig heel vlot. Zelfs na zo een lange dag met ups en downs sloeg Kobe er met zijn rope access ervaring in om de rappels vlot op te kuisen. Ook de Britse, Ierse en Duitse cordées waren ons dankbaar voor deze uitwegmogelijkheid. Dan volgde nog de afdaling via de Trois Monts route en opnieuw het omhoog wandelen richting Helbronner. Na 20 uur arriveerden we weer bij onze tenten. Wat een avontuur!
dag 6
Na een lange beklimming als de Kuffner werdt er de laatste dag besloten om wat langer te slapen en af te sluiten met de Aiguille Marbrées, een beklimming die in vergelijking met het niveau van de dagen ervoor veel gemakkelijker was, ideal om uit te bollen dus.
Bedankt aan Hendrik dat we zijn laptop mochten gebruiken om dit verslag te schrijven tijdens de LUAK summermeet in Ailefroide.
Bedankt aan onze sponsors.
60 dagen opleiding gespreid over 2 jaren
Ben jij een gedreven bergsporter, tussen 18 en 25 jaar, en wil jij je niveau naar een nieuwe hoogte tillen? Dan is de Mount Coach Academy misschien wel iets voor jou! Om de twee jaar wordt er binnen de federatie een team van 6 beloftevolle bergsporters geselecteerd, die vervolgens ondergedompeld worden in een intensief traject van allerlei opleidingen overheen de hele breedte van de klim- en bergsport.
Bij Mount Coach Academy kan je als jonge, gemotiveerde en talentvolle klim- en bergsporter een intensief opleidingstraject volgen. In een relatief korte periode van twee tot drie jaar word je getraind tot een sterke allround klim- en bergsporter die in staat is om zelfstandig hoogalpiene beklimmingen van een hoger niveau te volbrengen. Daarnaast vervul je als Mount Coach’er een voorbeeldrol voor andere ambitieuze bergsporters en draag je bij aan de promotie van veilige bergsport.
Elke twee jaar start een nieuwe opleidingscyclus, waarbij een team van 6 jongeren tussen 18 en 25 jaar worden geselecteerd op basis van motivatie, groepsdynamische kwaliteiten, fysieke conditie en rotsklimniveau. Er wordt gewerkt vanuit een ontwikkelingsgerichte visie. Je krijgt les vanuit een ervaringsgerichte aanpak en coaching gericht op zowel jouw groei als klim- en bergsporter als op het proces dat je als team beleeft.
Het programma omvat een 60-tal dagen aan opleidingsweekends en stages binnen de bergsportdisciplines bergbeklimmen (in zomer en winter), avontuurlijk rotsklimmen, watervalijsklimmen en toerskiën.
Het eerste jaar staan alvast volgende stages op de planning, naast meerdere weekends in eigen land:
• Pisteskiën en basis freeriden in Chamonix van 6 tot 11 april
• Rotsklimmen op kalk: advanced multipitch in Presles van 1 tot 4 mei
• Bergbeklimmen basis in Chamonix van 29 juni tot 5 jul
• Rotsklimmen op graniet: trad climbing in Orco in 2e helft september (o.v.)
Later volgen nog stages watervalijsklimmen, toerskiën, gevorderden bergbeklimmen en winteralpinisme. Een meer gedetailleerde planning beschikbaar op aanvraag. Na het opleidingstraject wordt de groep gecoacht bij de organisatie van een eigen klimexpeditie.
Zelf interesse om mee te doen? Volg dan de webinar op woensdag 18 december en laat alvast je interesse weten via mountcoach@ kbfvzw.be. Vervolgens zal je een motivatiebrief moeten bezorgen, deelnemen aan een eerste ingangsproef op 22 februari in Klimax en aan het selectieweekend op 15 en 16 maart in de Ardennen.
https://www.klimenbergsportfederatie.be/mount-coach-academy
De kans dat je in de Alpen een lynx tegenkomt is bijzonder klein, maar dat betekent niet dat het dier je niet gespot heeft.
Deze middelgrote katachtige (tot 30 kg voor een mannelijk en 22 kg voor een vrouwelijk dier) met gepluimde oren, stompe staart en grote poten is bijzonder schuw. Zijn aanwezigheid wordt doorgaans enkel bevestigd via wildcamera’s, sporen in de sneeuw of stukjes vacht die bij het merken werden achtergelaten.
In de Alpen en pre-Alpen is de lynx een echte bosbewoner. Bomen en struikgewas laten het dier toe om zich verdekt op te stellen en zijn prooien vanuit een hinderlaag te overvallen. De meeste tekenen van zijn aanwezigheid worden gevonden tussen 200 en 1200 meter hoogte, en dan vooral in gebieden met een stevige ree-populatie.
De lynx is een pure carnivoor. Naast de ree, staan ook gems, hert, moeflon, kleinere zoogdieren en vogels op zijn menu. Wanneer het dier zich veilig voelt zal het de buit ter plaatse consumeren en vervolgens met bladeren bedekken. Zo niet, sleept het de prooi weg naar een plek met dichte begroeiing. Een ree zal in 3 tot 5 dagen opgegeten worden, typisch tijdens een aantal avondbezoeken. In zeldzame gevallen werd in de Alpen predatie op schapen of geiten genoteerd. De mens is geen prooi.
De lynx kan gedurende de hele dag actief zijn, maar in functie van de jacht is hij dat het meest tijdens de schemeruren. Tijdens de middag en de diepe nacht wordt er gerust.
De ogen van de lynx zijn in het donker zes maal gevoeliger dan de onze. Ze staan bijna perfect frontaal, wat een uitstekend nachtzicht garandeert. Ook het goed ontwikkelde gehoor is essentieel voor de jacht. Het reukorgaan blijkt vooral belangrijk te zijn voor communicatie tussen soortgenoten.
De volwassen lynx leidt een solitair bestaan en laat in zijn territorium geen soortgenoten van hetzelfde geslacht toe. Volwassen mannetjes merken hun grenzen door uitwerpselen duidelijk zichtbaar achter te laten en urine te sproeien. De dieren mijden elkaar en echte confrontaties zijn eerder zeldzaam.
In maart en april is het paartijd. Wanneer partners elkaar ontmoeten vinden geritualiseerde bewegingen plaats, zoals het zachte en langdurig ‘kopjes’ geven. Na een dracht van ongeveer 70 dagen worden gemiddeld twee blinde, hulpeloze welpen geboren. Deze worden op een goed verborgen plek uitsluitend door de moeder opgevoed. Zij aarzelt niet om de jongen meerdere keren te verplaatsen. De opvoeding duurt ongeveer 10 maanden, maar de mortaliteit bij de jongen wordt geschat op bijna 50%. Een vrouwelijke lynx zal overigens niet elk jaar welpen baren.
De verwachte levensduur van de lynx in het wild is maximum 15 jaar. In gevangenschap worden de dieren tot 20 jaar oud.
De grootste alpiene populaties bevinden zich momenteel in de Franse Jura, in het Noordwesten van Zwitserland en in Slovenië. Zij zijn het gevolg van succesvolle herintroductieprogramma’s uit de jaren 70 van vorige eeuw.
De herintroductie naar andere gebieden verloopt echter moeizaam. De lynx verplaatst zich een stuk minder makkelijk dan de wolf. DNA-armoede van geïsoleerde populaties is dan ook een grote bezorgdheid.
Het multinationale ‘Lifelynx’-project tracht het voortbestaan van het dier in de Zuidoostelijke Alpen (Italië, Oostenrijk) en in de Dinarische Alpen (Slovenië, Kroatië, etc.) te bevorderen. Inteelt wordt daarbij tegengegaan door lynxen uit de Karpaten (Roemenië) te introduceren. Daarnaast wordt getracht om geïsoleerde populaties via natuurlijke corridors met elkaar te verbinden om zo de DNA-flow te bevorderen.
Voor meer informatie over de Euraziatische lynx verwijs ik graag naar volgende websites: https://www.lifelynx.eu https://www.kora.ch/en/kora/scalp
Je kan me bereiken via luc.tcr.thijs@icloud.com.
5 oktober Belgian Boulder Cup Boulder Blok, Hoboken
5 oktober Outdoor Kaderdag alle disciplines Pont-à-Lesse
6 oktober Noodoefening alle disciplines Pont-à-Lesse
12 oktober Belgian Boulder Youth Cup Boulder BeBloc, Jambes
19 oktober
19 oktober
2 november
Belgian Lead Youth Cup Lead Alpamayo, Beringen
Antwerp Climbing Trophy
Belgian Lead Youth Cup 2
Boulder & Toprope Klimzaal Wallstreet, Deurne
Lead Altitude CCM, Braine L'Alleud
6 november Infomoment Club-API's Alle Online
17 november Dag van de Wintersporter Winterdisciplines Herentals
13-15 december Dag van de Trainer - Sport Vlaanderen Alle Gent
18 december Infomoment Mount Coach 11 Bergbeklimmen Online
Op zoek naar een stage, groepstocht of opleiding tot lesgever of begeleider?
Op het KBF-portaal vind je alle info. Surf naar portaal.klimenbergsportfederatie.be en klik op "Events"
Voor de wedstrijden is er een aparte kalender. Voor een overzicht van de nationale en regionale wedstrijden surf je naar: https://cmbel.shiftf5.be/competitions/cmbel
Een kalender van de internationale wedstrijden sportklimmen vind je op ifsc-climbing.org
Ruim aanbod van topo's en boeken in de webshop webshop.klimenbergsportfederatie.be
Rue de la Chavee 7, Maillen
Van 1/3 tot 30/10 ieder weekend open van vrij- tot zondag
Reserveer via www.kbfvzw.be > chaveehut t
Nu met kortingen tot -50%!
Am Bahnhof 13, Burg-Reuland
Ieder weekend open van vrij- tot zondag
Reserveer via www.kbfvzw.be > vennhütte
As clouds clear and the landscape thaws, the mountains become our meeting place.
Where we discover new routes together, and bonds are formed on the summit.
Trotse partner van: