€ 10,75
ode aan het maakproces
kunstschrift is een tweemaandelijkse uitgave van Kunst en Schrijven bv, Amsterdam/Zutphen 60ste jaargang, nr 6 december 2016/januari 2017 redactie
hoofdredactie Mariëtte Haveman eindredactie Annemiek Overbeek beeldredactie Andrea Müller-Schirmer redactieraad Paul van den Akker Ann-Sophie Lehmann Ruud Priem vormgeving
Omar Saiid Saiid & Smale, Amsterdam redactieadres
ook voor informatie over uw abonnement, het bestellen van losse nummers, opzeggingen, adreswijzigingen en plaatsen van advertenties Kunstschrift Postbus 10859 1001 EW Amsterdam 020-6251607 0575-431182 info@kunstschrift.nl kunstschrift@xs4all.nl www.kunstschrift.nl lithografie en druk
Wilco Art Books, Amersfoort aanmelden en vragen abonnement
Abonnementenland Postbus 20, 1910 AA Uitgeest 0900-226 52 63 klantenservice@aboland.nl • jaarabonnement (6 nummers) € 56,00 • studenten en 65+ € 52,50 • buiten benelux € 70,00 korting van 1,50 bij betaling met automatische incasso • proefabonnement (3 nummers) € 27,50 • losse nummers € 10,75 (exclusief verzendkosten) • linnen bewaarband € 17,50 (inclusief verzendkosten) Om het abonnement op te zeggen hanteren wij een termijn van twee maanden. Adreswijzigingen ontvangen wij graag drie weken van tevoren op het mailadres info@kunstschrift.nl issn
0166-7297
afbeelding omslag
Filmstill uit Visite à Picasso, 1949 • regie Paul Haesaerts afbeelding inhoudspagina
Armando in zijn atelier, 2007 • foto Jeannine Govaers Kunstschrift is ook te volgen op facebook. Wilt u iets vragen of meedelen, en op de hoogte gehouden worden, zoek ons dan op www.facebook.com/kunstschrift
oed G Gemaakt! 2 Ode aan het maakproces Mariëtte Haveman
8 Het domein van de verbeelding: Patty Struik 10 De weg van kunde naar kunst 12 Morelli’s nageltje Paul van den Akker
20 Al kijkend meeschilderen Vanessa van ’t Hoogt
22 Ars et Mechanica 24 Denken met materiaal Over mythes en voorstellingen van het maken Ann-Sophie Lehmann
36 Daedalos en Ikaros Over techniek en verbeelding 38 Het verhaal van Butades Over de oorsprong van de kunst 40 Pygmalion of het verlangen kunst tot leven te brengen 42 Unvollendet Over het vraagstuk van de voltooiing Robbert Roos
50 Giotto’s O Het hoogste kunstenaarschap Judith van Meeuwen
Kunstschrift in het Rijksmuseum Op donderdag 22 december kondigen wij ons 40-jarig jubileum aan met de presentatie van ons boek Het reizende detail aan prof. dr. Henk van Os. Aansluitend vertelt conservator Huigen Leeflang over de prenten van Hercules Segers. De middag is gratis voor abonnees. Meer informatie vindt u op pagina 52.
KAdE en Kunstschrift De tentoonstelling Van 21 januari t/m 17 april 2017 in Kunsthal KAdE in Amersfoort: Goed Gemaakt. Ode aan het maakproces. Over inspiratie en vakmanschap, materialen, technieken en de praktijk in het atelier. Meer over lezingen en andere activiteiten op pagina 52. Werken met x zijn op de tentoonstelling te zien.
Hoe wordt kunst gemaakt, en waarom? Het maakproces achter het kunstwerk is iets waar altijd al een bijzondere fascinatie van uitgaat. En wie meer weet, ziet ook meer. Dit Kunstschrift geldt tevens als publicatie bij onze eigen tentoonstelling Goed gemaakt, ter viering van ons veertigjarig jubileum.
Ode aa n het maa
roces
M A R I E T T E H AV E M A N
Het begint met een waarneming: van een gezicht in een wolk, een landschap op een verweerde muur. Iemand zag de vorm van een mammoet in een rots en voegde met een stuk houtskool ogen, mond, beharing toe. Hij of zij zette een stap terug en schrok: in het halfduister van de grot was het beest tot leven gekomen [1]. Aan de andere kant van de aardbol voegde iemand op hetzelfde moment ogen en handen toe aan een stuk hout dat hem deed denken aan een levend wezen, half vos half mens. Een godheid was geboren. Niemand weet hoe of waar de kunst is begonnen, maar zodra we onze handen vrij hadden zal het niet lang geduurd hebben. Kunst maken gebeurt tussen het overleven door, zoals de kunst zich ook bevindt in het gebied tussen materie en geest, tussen idee en verwezenlijking, tussen droom en daad. En dan volgt meteen de vraag: wat willen we ermee? De geschiedenis leert ons: alle mogelijke zaken, en soms allemaal tegelijk. We willen eren, bezweren, imponeren, betoveren, verleiden, verdrijven, of simpelweg iets heel moois maken. Maar al die doelen om kunst te maken, hoe effectief ook, zijn eigenlijk secundair. Primair is de vorm, en onze extreme gevoeligheid daarvoor. Alle kunst begint met maken, iets uitproberen. En kunstwerken, ongeacht hun doel, beginnen met
2
het moment waarop iemand een pen, een beiteltje of tekenstift pakt en een dode vorm tot leven brengt. Dit is iets wat wij kunnen, en ik geloof dat het iets is wat we moeten. Zonder kunst wordt het leven op een essentiĂŤle manier leeg en dood. Maar een begin is maar een begin. Daarna volgen andere mechanismen, die net zo goed met ons mens-zijn te maken hebben: die van de bedoelingen, en die van de techniek. Eerst ontstaat iets wonderbaarlijks uit een rotsblok of een stuk hout, en vervolgens willen we er iets van: schoonheid, aanbidding, afschrikking, troost. En wat we ervan willen heeft invloed op de technieken die we inzetten om het doel te realiseren. Dat geldt voor moderne kunst in precies dezelfde mate als het geldt voor negentiende-eeuwse salonkunst, en net zo goed als voor grotschilderingen uit het Pleistoceen. Zelfs conceptuele kunst ontsnapt niet aan het maakproces en beantwoordt aan eigen esthetische regels: handschrift in neon, een uitzonderlijk mooie drukletter, een zin gehouwen in graniet. Er moet iets gemaakt worden, en dat iets moet aan bepaalde spelregels voldoen. In de hedendaagse kunst is het maakproces een zichtbaar en voelbaar onderdeel van de kunst geworden. Een houten man waarin de boomstam nog zichtbaar is [66]; de Handtekeningmachine van Axel en
KUNSTSCHRIFT 6/2016 GOED GEMAAKT
<1 Detail van een schilde-
ring in de grotten van Lascaux, 15.000 tot 10.000 voor Chr. <2 Carel Visser
Gevleugelde paraplu, 1979 • paraplu, zwanevleugels, plaat- en betonijzer, 21 x 90 x 112 cm • Groninger Museum • zie ook afbeelding 55 3 Jean-Léon Gérôme
Michelangelo toont een leerling de Torso Belvedere, 1849 • olieverf op doek, 52 x 37,4 cm • Dahesh Museum of Art, New York
Helena van der Kraan [27], de strandbeesten van Theo Jansen, de gedroomde vliegmachines van Panamarenko. Al die kunstwerken beantwoorden aan de stille voorwaarde dat ‘het maken’ onderdeel is van het resultaat. In de eeuwen voor ons was het maakproces juist iets wat verborgen moest worden. Wat de verdere eisen en voorwaarden ook waren, het kunstwerk moest ‘zijn’, alsof het gegroeid was, ontstaan eerder dan gemaakt. Dat geldt heel sterk voor
de oudste vormen van kunst, die vaak een magische werking of betekenis dragen: Tahitiaanse godheden, bizons uit de oertijd, en de meeste religieuze kunst: van sommige Byzantijnse iconen werd gezegd dat ze uit de hemel waren gevallen. Maar het geldt ook voor de Grandes Machines van de grote Franse Salon. Een schilderij van Jean-Léon Gérôme verraadt in niets dat er een mensenhand, of -hoofd, aan te pas is gekomen [3].
3
4 Gonzales Coques
(toegeschreven), Portret van een man die een brief ontvangt, ca. 1640-1645 • olieverf op paneel, 55,9 x 44,2 cm • Particuliere collectie 5 Dick Ket
Dubbelportret van de schilder en zijn vader, 1939-1940 • olieverf op doek, 97 x 117 cm • Museum Arnhem
4
Wij weten inmiddels dat alle kunst in onze musea is gemaakt, door mensen. En we vinden het leuk om iets te weten over hoe ze het deden. Er is een heel genre kunstwerken waarin ‘het atelier’ of ‘de kunstenaar aan het werk’ te zien is. Zulke voorstellingen hebben een zonderlinge intimiteit, alsof we iets zien wat eigenlijk behoort tot het privédomein van de kunstenaar. In het New Yorkse Metropolitan Museum was in de zomer van 2016 een tentoonstelling te zien getiteld Unfinished. Thoughts Left Visible [4]. Niet voor niets trok die tentoonstelling een massa bezoekers. Een onvoltooid kunstwerk heeft een magnetische kwaliteit, vergelijkbaar met anatomische poppen of schaalmodellen van het centrale zenuwstelsel: alsof we iets zien wat eigenlijk niet voor het blote oog bedoeld is. Het maakproces achter het kunstwerk is iets waar van oudsher een speciale fascinatie en ook een zekere huiver voor bestaat. Daarvan spreekt de uitgebreide mythologie over hoe de kunst is ontstaan. Prometheus, Ikaros, Daedalos, de dochter van Butades [32, 56], Zeuxis [22] en Hephaistos: in alle grote Griekse verhalen over het ontstaan van de kunst zit een element van mysterie en tragiek: wie te dicht bij het vuur van Prometheus komt kan zich branden, en de vleugels die de kunstenaar boven alledaagsheid en materie uittillen brengen hem ook ten val. Wij bewoners van de eenentwintigste eeuw hebben geleerd dat dat maar verhalen zijn. Kunstwerken worden gemaakt door mensen, en de wetenschap van dat feit kan ons ontzag voor hun prestaties alleen maar vergroten.
Toch werkt de mythe van het spontaan gegroeide kunstwerk nog steeds. We kijken naar een zelfportret van Rembrandt en wat we zien is de kunstenaar wiens scherpe ogen ons observeren, over vier eeuwen heen [69]. In zulke werken blijft de weg die ertoe heeft geleid verborgen achter het fenomenale oppervlak. Het beeld heeft zich losgemaakt van alle middelen en bedoelingen. En ook dat is iets wat eigenlijk alle grote kunst gemeen heeft: de suggestie van een eigen bestaan, los van de maker. Is het dan wel zinvol om al die sluiers op te lichten, of bederven we daarmee het plezier en de betovering? Er zijn mensen die dat geloven, en die om die reden elke elementaire kennis over kunst afwijzen als op zijn best secundair. De kunstliteratuur bestaat nog steeds voor driekwart uit boeken waarin intellectuele achtergronden worden belicht: een denkwereld, een politieke, religieuze of artistieke omgeving. Maar ik geloof dat die exclusieve focus op de spirituele of intellectuele kant geen recht doet aan de kern van de kunst. De grondslag van mijn en onze benadering van kunst is de vaste overtuiging dat het plezier groter wordt naarmate we meer weten van het maken, en dat de betovering blijft waar die hoort: in het kunstwerk. Je kunt geweldige boeken schrijven over wat een Rembrandt tot een Rembrandt maakt, zoals de grote kunsthistoricus Ernst van de Wetering heeft gedaan, maar het portret blijft ons rustig aankijken, en ons ontzag voor degene die ons aankijkt is alleen maar groter. Kunstwerken zijn robuuster dan de kenniscritici denken. Inmiddels bevinden wij ons, met onze ode aan het maakproces, in een brandpunt van een hernieuwde belangstelling voor het ambacht. Ook in de kunst is die belangstelling grootscheeps terrein aan het winnen. Van universitaire onderzoeksprogramma’s en televisieuitzendingen zoals de leuke serie Het geheim van de meester tot en met YouTubetutorials over hoe een gezicht of een kleimannetje tot leven te brengen, overal is echte aandacht voor de vraag: hoe is het gemaakt? Welk proces, welke overwegingen, vaardigheden en materialen gingen
KUNSTSCHRIFT 6/2016 GOED GEMAAKT
vooraf aan dat kunstwerk dat nu zo soeverein in zijn element staat te zijn, soms al vele eeuwen lang? Over de redenen voor die belangstelling kun je van alles bedenken. Misschien is het een tegenbeweging tegen de toenemende abstrahering en ontmaterialisering van de wetenschap, van nanotechnologie tot virtual-realitybrillen die ons, hop, verplaatsen naar de Sixtijnse kapel, de Rocky Mountains of de Melkweg. Tegelijk is diezelfde wetenschap beter dan ooit in het onderzoek naar materie. Ouderdom, opbouw, herkomst, voorgeschiedenis; voor al die vragen bestaan apparaten die een vrijwel feilloos antwoord kunnen geven. Voor het oog van de moderne techniek blijft weinig verborgen. Terug van Melkweg en hypertechnologie naar het maken van kunst, door de bril van Kunstschrift. Natuurlijk pretenderen wij niet dat wij alle antwoorden kennen. Maar wij, makers van Kunstschrift, weten al zo lang we dat doen hoe leuk het is, en zinvol, en
verhogend voor het plezier om te laten zien dat kunstwerken hun eigen geschiedenis hebben. Dat ze zijn gemaakt, ooit, door iemand, met speciale middelen en bedoelingen. Als Kunstschrift rust op een credo is het dat de kern van alle creatie daar ligt: in de samenwerking tussen hoofd en hand en materiaal. Onze benadering van willekeurig welk kunstwerk zal altijd uitgaan van de vragen naar de keuzes, de vaardigheden en de materialen. En niet te vergeten de wereld waarin het kunstwerk moest bestaan. Al die nieuwsgierigheid, de kunst kan er wel tegen. En wij, de liefhebbers, hebben er alleen maar plezier van. MariĂŤtte Haveman is hoofdredacteur van Kunstschrift
5