Tijdschrift De Dokter, nr. 2, jaargang 11 (april 2020)

Page 1

#R2IL 202

AP

0

deDokter LEDENBLAD VAN DE LANDELIJKE HUISARTSEN VERENIGING

CORONAVIRUS

‘Dagelijks overleg met crisisteam’ (PAGINA 8)

Hoe wilt u dokteren? ‘Het vak positief overbrengen op nieuwe generatie’

ANW-zorg ‘Spoed is spoed’ verlicht de druk op de HAP Cao-app Alle vragen en antwoorden overzichtelijk bij de hand Wet DBA Welke gevolgen hebben deze regels voor u?


a dv er t en t ie

Natascha: “Ze luisteren naar je, en je kunt er snel terecht”

Waarom DC Klinie ken? Kor te wac htlijste

n Snelle vers laglegging Contracten met alle zorgverze keraars Aangeslote no ZorgDome p in

Uw patiënt in goede handen Pijnzorg bij DC Klinieken betekent voor uw patiënten een kwalitatief hoogwaardige en efficiënte behandeling door zeer ervaren pijnspecialisten. Zónder lange wachtlijsten. Zo nodig doen de pijnspecialisten een beroep op een van onze neurologen, fysiotherapeuten en/of psychologen. Tijdens de behandeling blijven wij in nauw contact met u als verwijzer. Zo bent u volledig en tijdig op de hoogte van de ontwikkelingen van uw patiënt. Dit is een van de voorbeelden van ‘Goede zorg, nu!’, onze visie. Wij geloven in samenwerking. Met u en andere zorgprofessionals. DC Klinieken is als netwerkpartner verantwoordelijk voor de zorg tussen de 1e en 2e lijn. Dagelijks zetten ruim 600 toegewijde medewerkers en specialisten zich in om uw patiënten de best mogelijke zorg aan te bieden. DC Klinieken is een landelijke zorgorganisatie met 13 vestigingen. Naast pijnzorg bieden wij onder andere dermatologie, allergologie, radiologie en maag- en darmonderzoeken aan. Door de opzet van DC Klinieken – specialisatie met hoge volumes – organiseren wij aantoonbaar kwalitatief hoogwaardige zorg tegen lagere tarieven dan elders.

www.dcklinieken.nl t 088 0100 900


Ella Kalsbeek voorzitterscolumn Samen de schouders eronder

R

amen in Nederland vullen zich met witte shirts met een rood hart erop geschilderd. Ik wil er graag wat varianten aan toevoegen: het bruine overhemd, de gele blouse, de rode jurk, het groenwit gestreepte t-shirt, allemaal met zo’n zelfde hart. Als symbool voor de veelkleurigheid van de huisarts, altijd dichtbij de patiënt, zelfs in tijden van videobellen. En als teken van trots op alle huisartsen, die in de frontlinie van de coronastrijd hun werk doen. Want een gevoel van trots mag er zeker zijn. Op huisartsen die met een fantastisch aanpakkend vermogen voor hun patiënten blijven zorgen. Op het huisartsen rampenopvangplan dat al jaren klaar lag en ieder jaar weer geoefend werd, ‘voor het geval dat’. Op al die huisartsen die kennis met elkaar delen op HAweb, zoekend naar de meest praktische oplossingen. Trots ook op alle crisisteams, die van elkaar leren en de huisartsen in hun regio de weg wijzen. Op huisartsen die met hun pragmatisme en flexibiliteit samen tot creatieve oplossingen komen, zoals de huisartsenpraktijken in Boxtel die in nog geen 24 uur een oude pastorie ombouwden tot één praktijk waar zij de coronapatiënten zien. Tegelijkertijd zie ik wat voor zware wissel dit trekt op de huisartsenzorg. Er moeten ook pittige afwegingen

worden gemaakt. Hoe lang kan de reguliere zorg worden uitgesteld dan wel worden verplaatst naar telefoon en online? Hoe gaan we om met de meest kwetsbare patiënten, voor wie deze periode al extra zwaar is, hoe zorgen we dat ook zij nog goede hulp krijgen? En hoe zorgen we dat iedereen die de zorg levert, dat ook veilig kan doen? Daar heb ik op dit moment de antwoorden nog niet op. Ik schrijf dit voorwoord anderhalve week voordat De Dokter bij u op de mat valt. Ik weet dus niet in welke situatie we ons bevinden op het moment dat u dit leest. Ik hoop natuurlijk van harte dat het nijpende tekort aan beschermingsmaterialen in de huisartsenpraktijken inmiddels minder groot is geworden. Op dit moment is dat namelijk een van onze grootste zorgen. Dat wordt wel een puntje voor de evaluatie achteraf en dan druk ik mij nog mild uit. Ik kan me voorstellen dat deze pandemie ook voor u persoonlijk zwaar is. Niet alleen vanwege de zorgen om de patiënten, maar ook door de zorgen over de veiligheid van jezelf en je naasten. Hoe daarmee om te gaan, staat niet in het rampenopvangplan. Gelukkig kunnen we elkaar bijstaan, kunnen huisartsen bij elkaar terecht, om uw hart te luchten en voor advies en waar nodig wat relativering. Ook om elkaar af en toe te wijzen op

‘ Blijf elkaar vinden. In oplossingen, samenwerken en woorden van steun’ het belang van “ABC - Alles Behalve Corona”. Even een half uurtje een gesprek over iets anders, aandacht voor de persoonlijke omstandigheden in plaats van het werk. Dat lijkt me heel gezond. Vanuit de LHV proberen we u zo goed mogelijk bij te staan. Met actuele en accurate berichten, iedere dag weer. U weet ons te vinden, dat zien we en dat is goed om te merken. Blijf in deze tijd ook elkaar vinden. In oplossingen, samen werken en woorden van steun. Ook in deze moeilijke tijden doen we het samen. ¶ Ella Kalsbeek

colofon De Dokter is het ledenblad van de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) en verschijnt 7 keer per jaar. De LHV is de beroepsorganisatie voor alle huisartsen in Nederland. Oplage 14.250 exemplaren Elfde jaargang, nr 2 april 2020 Eindredactie Nathalie Pol

Redactieraad Heleen van Bloemendaal, Aimée de Heij, Jelly Hogendorp, Margriet Niehof, David Renkema, Lennart Rijkers, Pleunie Schalkwijk, Cora ten Tusscher, Tekst & Beeld Berber Bijma, Rob ter Bekke, Simone de Blouw, Harmen de Boer, Erik van der Burgt, Aad Goudappel, Fleur Halkema, Rob van Hoorn, Corien Lambregtse, Gijs Versteeg, Els Wiegant,

Lidmaatschap LHV Als LHV-lid ontvangt u automatisch De Dokter. Het LHVlidmaatschap kunt u schriftelijk of per e-mail beëindigen, uiterlijk één maand voor het einde van het kalenderjaar. Op www.lhv.nl vindt u hierover meer informatie.

Art direction en vormgeving Curve Mags and More, Haarlem www.curve.nl Advertentieverkoop SGNM, Oscar van den Bosch T: 06 11 59 15 22 E. oscar@sgnm.nl

Adreswijziging Graag doorgeven via ledenadministratie@lhv.nl

Drukwerk Habo da Costa, Vianen

de Dokter 2/2020

3

Contact redactie Postbus 20056, 3502 LB Utrecht E. dedokter@lhv.nl www.lhv.nl/dedokter Overname van teksten is toegestaan onder bronvermelding en met toestemming van de redactie.


0 #R2IL 202

deDokter

AP

inhoud april 2020

LEDENBLAD VAN DE LANDELIJKE HUISARTSEN VERENIGING

CORONAVIRUS

‘Dagelijks overleg met crisisteam’ (PAGINA 8)

Hoe wilt u dokteren? ‘Het vak positief overbrengen op nieuwe generatie’

18

ANW-zorg ‘Spoed is spoed’ verlicht de druk op de HAP

Cao-app Alle vragen en antwoorden overzichtelijk bij de hand Wet DBA Welke gevolgen hebben deze regels voor u?

DD2002_01_Cover.indd 1

24-03-20 15:50

06

BINNENKIJKEN Net opgeleverd, nu al binnenkijken in ‘de mooiste praktijk van Nederland’

17

VIJF VRAGEN

08

14

Hoe wordt de nieuwe vaccinatie tegen pneumokokken in gang gezet?

33

MIJN PRAKTIJKSTART

Coronacrisis

CAO-app

‘Op vrijdagmiddag 28 februari belde de directeur van onze huisartsenpost. Ik denk dat we een crisis hebben. Over een half uur komen we bij elkaar.’ Een blik achter de schermen van dagelijks crisisoverleg en - organisatie in tijden van corona.

Nieuwe app maakt informatie over cao-huisartsenzorg toegankelijk, concreet en vindbaar.

Huisarts Merel van Gelderen vindt het ‘heerlijk’ om in haar eigen praktijk in Landgraaf continuïteit van zorg te bieden

40

LHV NIEUWS

26 ANW-zorg Pilots ‘spoed is spoed’ laten zien dat consulten en visites in de nacht dalen. LHV, InEen en VPHuisartsen zoeken huisartsenposten die als koplopers met deze aanpak aan de slag willen.

quickscan van... Ninke Vosseberg, huisarts in Wageningen Ik zie ernaar uit om een band op te bouwen met eigen patiënten en collega’s. Ik word de derde maat in een duopraktijk. Mijn collega’s hadden ook voor een vaste waarnemer kunnen kiezen, maar als je het artikel over de opvolger van de Wet DBA leest, dan zie je dat het heel wat voordelen

4

biedt om een huisarts in dienst te nemen of je te associëren. Voor de continuïteit van de zorg voor patiënten is dat ook het fijnst. Bij het lezen van het artikel over de Cao-app heb ik de app meteen op mijn telefoon gezet. Erg handig. Ik weet nu hoe het zit met de uren voor nascholing voor medewerkers.

de Dokter 2/2020

FOTO: SVEN MENSCHEL

‘H

oe wil je dokteren? Leuke vraag. Ik heb zelf ook meegedaan aan de LHVenquête waar het artikel over gaat. Mijn antwoorden kloppen precies met die van mijn leeftijdsgroep. Ik ben 35 en in juli word ik medepraktijkhouder in de praktijk in Wageningen waar ik sinds een paar maanden als waarnemer werk.


quotes ‘Even was ik jaloers op de pastoor, die tot dik in de 80 rouwbegeleider is’ Huisarts Pieter Antonides in Hoe wil huisarts dokteren? (pagina 18)

30 Wet DBA Of de opvolger van de Wet DBA er komt of niet, in alle gevallen worden waarnemingen die langer dan een jaar duren risicovoller. Welke stappen kunt u als waarnemend huisarts of praktijkhouder nu al zetten?

‘Een jaar geleden was het een oefening, nu is het echt’ Huisarts Koen van Vugt, lid van het crisisteam in West-Brabant. (pagina 8)

‘Als het druk is, heb ik in ieder geval wat te doen’ Aankomend huisarts Nick Glaser in Hoe wil de huisarts dokteren (pagina 18)

‘Iedereen is verbaasd dat ik fulltime werk’ Huisarts Merel van Gelderen over haar praktijkstart (pagina 30)

Het verhaal over ‘Alleen U1 en U2 in de nacht’ kan ik aanraden. Ik heb op de post in Ede gewerkt waar ze deze aanpak toepassen. Het zou fantastisch zijn als er ’s nachts minder huisartsen nodig zijn. Dat scheelt diensten en zorgt voor meer huisartsen overdag.’ ¶

‘Dat we het netwerk goed hebben onderhouden, geeft in deze crisis slagkracht’ Huisarts Anoek Nietsch (pagina 8)

de Dokter 2/2020

5


binnenkijken Annemarie de Vet en Femke Hohmann,

Huisartsenpraktijk Hohmann & De Vet Rotterdam TEKST: BERBER BIJM A // FOTOGR AFIE: SIMONE MICHELLE

Hoge ruimtes met veel glas zorgen voor veel daglicht in de praktijk

‘De mooiste praktijk van Nederland’

Z

e wilden de mooiste huisartsenpraktijk van Nederland en die hébben ze nu. Geen twijfel mogelijk, zeggen Annemarie de Vet en Femke Hohmann, een paar maanden na het betrekken van hun nieuwe pand in Rotterdam. Ze zijn niet de enigen die er zo over denken; de 12-jarige dochter van Hohmann vroeg al of ze niet met het gezin naar het praktijkpand konden verhuizen.

Onzichtbaar maar met bewezen effect: in de wachtkamer wordt subtiel een plezierige geur verspreid. De geur heeft zijn wortels in de Londense Bond Street

Hohmann en De Vet hebben door een samenloop van omstandigheden hun vierde pand in dertien jaar. De afgelopen zeven jaren was hun duopraktijk gevestigd in een nieuw gebouwd gezondheidscentrum. De bedoeling was dat ze daar tot hun pensioen zouden blijven, maar ruimtegebrek maakte dat ze toch weer een nieuwe plek zochten. Die vonden ze honderd meter verderop, in het voormalige restaurant van een gerenoveerde oudereninstelling. Grappig detail: in datzelfde restaurant werden ze aan hun patiënten voorgesteld toen ze in 2007 de praktijk van hun voorganger

6

de Dokter 2/2020

overnamen. De Vet: ‘Het is een prachtige kans om halverwege je carrière, als je inmiddels weet wat werkt en wat niet werkt, nog eens helemaal opnieuw een praktijk in te richten.’ Van een lege ruimte met wat betonnen palen zonder nutsvoorzieningen en riolering maakten ze met een klein team in 4,5 maand een moderne huisartsenpraktijk. De huisartsen namen zelf besluiten over basale zaken als looplijnen, lichtinval, geluiddichtheid. De partner van De Vet, die ontwerper is, nam grotendeels de inrichting voor zijn rekening. De zoons van de beide huisartsen – ze hebben samen acht kinderen – werkten hard mee om alles op tijd af te krijgen. De patiënten zijn unaniem erg enthousiast over de praktijk. De verhuizing vanuit het gezondheidscentrum is niet nadelig gebleken, zegt Hohmann. ‘De apotheek is nog ongeveer even ver lopen en we hebben nog net zo makkelijk overleg met de andere disciplines. Het gaat er meer om dat je elkaar kent dan dat je bij elkaar in het gebouw zit.’ ¶


Annemarie de Vet en Femke Hohmann

LHV Bouwadvies LHV Bouwadvies denkt met u mee en kan u in contact brengen met onafhankelijke, deskundige adviseurs. Gouden Regels Bij nieuwbouw of verbouw van uw praktijk is het belangrijk dat u en uw team er straks prettig en efficiënt kunnen werken. In de Gouden Regels van LHV Bouwadvies staan de belangrijkste kenmerken van een goed ontworpen huisartsenpraktijk. U kunt ze downloaden op www.lhv.nl/bouwadvies

De twee labruimtes zijn kleine kamertjes in een spreekkamer

De entresol is een multifunctionele ruimte waar alleen medewerkers komen – ‘wat hebben we dát gemist in onze vorige praktijkruimte’

Bij huisartsenpraktijk Hohmann en De Vet werken 3 huisartsen, 2 huisartsen in opleiding, 1 POH somatiek, 1 POH Ouderenzorg, 1 POHGGZ en 4 assistentes.

De sfeer van de praktijk is ‘stoer en vriendelijk’. Staal en glas zijn gecombineerd met natuurkleuren en veel groen

De beide 3D kurken design wanden met daarin geconserveerde planten zijn de blikvangers van de praktijk. ‘We zijn de eersten ter wereld die dit hebben’

de Dokter 2/2020

7


Crisisteams prepareren zich voor de grote coronagolf

HUISARTSEN RAMPENOPVANG PLAN: VAN PAPIER NAAR REALITEIT 8

de Dokter 2/2020


Het coronavirus is elke dag voorpaginanieuws. Sinds de laatste week van februari staan alle huisartsenorganisaties op scherp, landelijk en in de regio. De huisartsen rampenopvangplannen blijken goud waard. De rollen en taken zijn verdeeld, alle betrokkenen weten waar en bij wie ze moeten zijn, zeker op cruciale momenten. De landelijke en regionale crisisteams draaien op volle toeren. Hieronder verhalen van LHV’ers in de frontlinie van de strijd. TEKST: CORIEN L AMBREGTSE // FOTOGR AFIE: ED VAN RIJSWIJK

------------

Lisette Romijn, lid LHV-crisisteam en huisarts:

‘Het beste advies is: bewaar de rust’

‘H

eldere communicatie is de ultieme uitdaging in een crisis.’ Lisette Romijn, huisarts, LHV-beleidsmedewerker en lid van het LHV-crisisteam fungeert als spin in het web. Ze communiceert met de regio’s, maar zit ook aan de landelijke overlegtafels om het huisartsenperspectief in te brengen. ‘Ze staan als een huis: de structuren voor overleg en coördinatie en de huisartsen rampenopvangplannen. Van de Mexicaanse griep tien jaar geleden hebben we veel geleerd; we zijn veel beter voorbereid op een crisis. Er zijn landelijke aanspreekpunten en zeven regionale crisiscoördinatoren. We hebben een toolkit Uitbraak infectieziekten, een elearning Vermijdbare zorginfecties, een lijst met praktische tips voor de huisartsen en nog veel meer. Het is goed om te zien dat het werkt. Ik heb elke dag contact met de regionale crisiscoördinatoren en ook met InEen, NHG, RIVM, GGD en VWS. Samen met het NHG zitten we bijvoorbeeld in het landelijke Outbreak Management Team (OMT). Daar overleggen deskundigen, onder meer van het RIVM, over de maatregelen die moeten worden genomen.

de Dokter 2/2020

9

Daarnaast participeren we ook in het landelijk bestuurlijk adviesorgaan (BAO), dat over de adviezen vanuit het OMT beslist. Wij bekijken die adviezen vanuit het perspectief van de huisartsenzorg. Ook geven wij vragen door die wij van huisartsen krijgen. Wat zeggen we tegen zwangere vrouwen, hoe gaan we om met eigen personeel dat tot de risicogroep behoort? Natuurlijk moet iedereen zijn gezonde verstand gebruiken, maar het is ook belangrijk dat er duidelijke richtlijnen zijn. Goede communicatie is cruciaal in een crisis, maar ook ontzettend lastig, omdat de ontwikkelingen zo snel gaan. In een weekend begin maart hoorde ik Jaap van Dissel van het RIVM tijdens een persconferentie ineens zeggen dat in Brabant alle mensen, inclusief zorgprofessionals, met verkoudheid thuis moesten blijven. Toen ben ik onmiddellijk in actie gekomen. Dat zou echt grote problemen in de zorg opleveren. Wie zou er dan nog kunnen werken? Op maandag is die maatregel gelukkig bijgesteld voor zorgprofessionals. Maar in feite had dit eerst goed besproken moeten worden om paniek te voorkomen. Hoe goed je je ook voorbereidt, bij een crisis gaat het toch altijd anders dan je denkt. Op papier kan alles goed geregeld zijn, maar de realiteit is weerbarstig. Social media zijn op zichzelf geweldig, maar onrust is zo gezaaid. En soms is er te veel informatie. Daarom zeg ik tegen alle huisartsen: houd je aan de richtlijnen van RIVM, NHG en GGD. Check de informatie op hun en onze website. Alle


informatie die wij als LHV in de dagelijkse update naar buiten brengen, is bij die partijen gecheckt. Het is belangrijk dat we dezelfde boodschap brengen. Het beste advies is: bewaar de rust.’

------------

Carin Littooij, lid LHV-crisisteam, bestuurslid LHV en huisarts:

‘Het is onvermijdelijk dat je soms achter de feiten aanloopt’

‘A

lles draait nu even om het coronavirus.’ Carin Littooij begint elke ochtend vroeg met een overleg met NHG en InEen, en eindigt de dag met een overleg met het LHV-crisisteam. Daartussen heeft ze andere overleggen, staat ze de pers te woord en werkt ze ook nog in haar praktijk. ‘Het lukt alleen omdat het hele team van ons gezondheidscentrum me zo geweldig steunt.’ ‘Ergens in januari heb ik intern binnen de LHV een mailtje gestuurd: zijn we voldoende opgelijnd voor een grootschalige uitbraak van het coronavirus in Nederland? Daar kreeg ik heel snel antwoord op, want gelukkig zijn we dat. De afstemmingslijnen zijn helder, alle regio’s hebben een huisarts rampen opvangplan (HaROP) en een harop-coördinator. Eind januari hebben LHV, NHG en InEen de koppen bij elkaar gestoken: hoe trekken we samen op in deze crisis? Sindsdien overleggen we elke ochtend waar we staan, wat er moet gebeuren en hoe we de taken verdelen. Ik breng in wat we de avond ervoor als LHV-crisisteam hebben besproken. Elk lid van het crisisteam heeft die dag overleggen gehad in Den Haag of in de regio’s, ook met andere organisaties of besturen, en geeft daar een samenvatting van. We kijken terug naar wat de dag heeft gebracht, wat er de volgende dag moet gebeuren en wat

dat betekent voor de communicatie naar onze leden. Er is een enorme behoefte aan informatie. Dat zien we aan de duizenden bezoekers van onze website. Iedereen wil alles zo vroeg en zo snel mogelijk weten. Dat begrijp ik. Maar wij brengen alleen naar buiten wat zeker is en wat gecheckt is, bijvoorbeeld door het RIVM. Dat betekent dat we soms later met informatie komen dan we zouden willen. In een crisis is het onvermijdelijk dat je soms achter de feiten aanloopt. Besluiten worden vaak onder hoge druk en met spoed genomen. Waar wij zelf als LHV grote druk op hebben gezet, is het tekort aan bescher-

‘Goede communicatie is cruciaal in deze crisis, maar ook ontzettend lastig, omdat de ontwikkelingen zo snel gaan’ mingsmiddelen. Ongelooflijk dat dat zo slecht was geregeld. Ook zijn we samen met VPH en InEen al vroeg naar de NZa gestapt om per 1 april een financiële regeling te hebben. We merken dat er bij huisartsen financiële onzekerheid ontstaat omdat de reguliere zorg op dit moment grotendeels wegvalt. We willen niet dat financiële zorgen mensen afleiden van het zorginhoudelijk werk dat nu moet gebeuren. We hebben alle huisartsen hard nodig. Je kunt wel zeggen dat mijn leven op dit moment helemaal in het teken staat van het coronavirus. Ik zit er middenin: bij de LHV, in onze praktijk en ook thuis, want mijn man is positief getest. Of ik dat bedreigend vind? Nee. Ik heb geeneens tijd om bang te zijn. Wij zijn als huisartsen gewend om continuïteit van zorg te bieden. Dat is een van de kernwaarden van ons vak. Dat doen we nu ook. Het

10

de Dokter 2/2020

is ongelooflijk om te zien hoe collega’s elkaar ondersteunen en op elkaar letten. Ik weet zeker dat we dit samen kunnen doorstaan.’

------------

Koen van Vugt, lid crisisteam West-Brabant:

‘Het wordt moeilijk als veel huisartsen uitvallen’

‘E

en jaar geleden was het een oefening, nu is het echt.’ Koen van Vugt is lid van het crisisteam in West-Brabant. Hij is praktijkhoudend huisarts in EttenLeur en bestuurslid van de LHV-huisartsenkring West-Brabant. ‘Op vrijdagmiddag 28 februari belde de directeur van onze huisartsenpost. ‘Ik denk dat we een crisis hebben. Over een half uur komen we als crisisteam bij elkaar.’ Zo zijn we begonnen en sindsdien hebben we elke dag overleg. Ik ben continu bereikbaar en pak altijd mijn telefoon op. Niemand weet hoe lang dit gaat duren. We zijn in een oorlogssituatie, zoals onze Italiaanse collega’s zeggen. Als crisisteam voeren wij de chain of command aan: wij bepalen wat er gebeurt en wanneer. De huisartsenposten, de zorggroepen en de crisiscoördinatoren binnen de hagro’s organiseren het en voeren het uit. We proberen iedereen te informeren en te betrekken om te voorkomen dat er wilde verhalen rondgaan. Een van de eerste stappen in onze regio was het scheiden van de virale en nietvirale patiënten. We hebben alle huisartsenpraktijken en de huisartsenpost gevraagd voor beide groepen aparte tijdsblokken aan te houden en speciale, virale spreekuren in te stellen. Al snel daarna hebben we besloten deze maatregel op te schalen. Alle virale patiënten gaan direct naar een centrale locatie en komen dus niet meer in de huisartsenpraktijken, om


coronavirus besmetting te voorkomen. Dat kan een huisartsenpraktijk, een huisartsenpost of een andere locatie zijn. De visites aan virale patiënten worden ook vanuit de huisartsenpost gedaan. Dat betekent wel dat alle huisartsen meer diensten moeten gaan doen. Dat wordt dan weer geregeld door de zorggroepen. Zo neemt iedereen zijn rol. We hebben een jaar geleden nog geoefend met het huisartsen rampenopvangplan, nu is het echt. Natuurlijk hadden we een aantal dingen nog beter kunnen voorbereiden, maar tot nu toe heb ik het gevoel dat we het aankunnen. Als er veel huisartsen uitvallen, zal het moeilijk worden. Daarom is het van ongelooflijk belang dat er voldoende beschermingsmiddelen voorradig zijn om huisartsen en ander personeel te beschermen. Zij draaien immers de spreekuren en doen de visites bij virale patiënten. Wat andere crisisteams van ons kunnen leren? Ik raad ze aan om snel en proactief op te treden. Achteraf gezien hadden wij de virale en niet-virale patiëntenstromen eerder kunnen scheiden. Dus alle virale patiënten meteen naar de huisartsenposten. Dat is het veiligst en meest overzichtelijk.’

------------

Anoek Nietsch, waarnemend huisarts, lid crisisteam Oost-Brabant

‘De situatie kan zomaar totaal anders zijn’

A

ls bestuurslid van kring Zuidoost Brabant, is waarnemend huisarts Anoek Nietsch lid van het Regionaal Overleg Acute Zorg. Nu zit ze ook in het crisisteam Oost-Brabant. ‘Waarnemers staan klaar om bij te springen.’ ‘Voor waarnemers is het op dit moment wat rustiger in de dagpraktijk, omdat bijna overal de normale zorg is afgeschaald. Ik merk het zelf ook. Het voor-

deel is dat als er via de waarneem-app een oproep wordt gedaan om diensten te vervullen, bijvoorbeeld in een ‘isolatiepost’ waar virale patiënten apart worden opgevangen, dan zijn die diensten in no time opgevuld. De bereidwilligheid van waarnemers om diensten te vervullen, is groot. We hebben als crisisteam elke dag overleg. Wat dat betreft, komt het dus wel goed uit dat het niet zo druk is in de praktijk waar ik waarneem. Het is mooi om te zien dat we met het huisartsen rampenopvangplan voortbouwen op een goed functionerend netwerk. Mensen weten elkaar te vinden. Ik ben de verbindende schakel naar het Regionaal

‘Als crisisteam voeren wij de chain of command aan: wij bepalen wat er gebeurt en wanneer’

Overleg Acute Zorg (ROAZ), waaraan ook de ziekenhuizen, de GGD en de ambulancedienst deelnemen. Dat we dat netwerk de afgelopen jaren goed hebben onderhouden, geeft nu slagkracht. Het gaat op dit moment goed in de huisartsenzorg. We hebben allemaal het gevoel dat we in de stilte voor de storm zitten. De situatie in de regio kan zomaar totaal anders zijn. Daar zijn we op voorbereid. Huisartspraktijken kunnen opschalen als het nodig is, maar het zal moeilijk worden als het in de ziekenhuizen gaat vastlopen. Als de IC’s vol liggen en we geen patiënten meer kunnen insturen, krijgen we als huisartsen heel veel werk. Ik weet zeker dat de waarnemers klaar staan om ook in die situatie hun steentje bij te dragen. We zijn allemaal gepassioneerd voor ons vak. Er heerst een groot samenhorigheidsgevoel. Deze crisis

de Dokter 2/2020

11

kunnen we met alle huisartsen samen het hoofd bieden.’

------------

Renske Kramer, LHV-crisiscoördinator Brabant

‘Als mensen in de frontlinie niet veilig kunnen werken, is er een groot probleem’ ‘Het gedoe over beschermende middelen zouden we er niet bij moeten hebben.’ Renske Kramer, LHV-beleidsmedewerker in Brabant, ondersteunt als regionale crisiscoördinator de drie crisisteams in West-, Midden- en Noordoost-Brabant. ‘We hadden allerlei knelpunten voorzien, maar dit knelpunt niet.’

‘D

e crisisteams hebben als taak om de huisartsenvoorziening in crisistijd in stand te houden. We hebben er nu veel profijt van dat we elk jaar hebben geoefend met het huisartsen rampenopvangplan. De rollen en taken zijn verdeeld, er is een duidelijke overlegstructuur. Ook zijn mensen getraind in scenariodenken, waardoor we weten wanneer en op welke manier we de zorg gaan opschalen. Dat geeft rust, hoe hectisch alles ook is. Als medewerker van het regiokantoor ondersteun ik de vijf kringbesturen in Brabant. Op dit moment ben ik fulltime bezig met het coronavirus. Fysiek kan ik me niet opsplitsen, maar ik doe wat ik kan om te zorgen dat de kringen en de andere huisartsenorganisaties met elkaar verbonden zijn. In de crisisteams werken de huisartsenposten en de LHV-kringen in ons gebied nauw samen. Er is een duidelijke communicatiestructuur met de huisartsenpraktijken. Elke hagro heeft een crisiscoördinator, die aanspreekpunt is voor het crisisteam. Die verbindingslijnen blijken nu heel goed te werken. Daarnaast ben ik ook de verbindende


a dv er t en t ie

Gestroomlijnde zorg

CGM HUISARTS is het meest complete en betrouwbare Huisarts Informatie Systeem. De juiste patiĂŤntgegevens zijn hierin van levensbelang. CGM stroomlijnt zorgdata, geeft meer inzicht en bevordert een goede samenwerking in de zorg. www.cgm.com/nl


coronavirus schakel met het landelijke crisisteam in Utrecht. Als er bij ons knelpunten zijn, breng ik die over naar het landelijke crisisteam. Het landelijke team heeft korte lijnen met VWS, RIVM en GGD. Op die manier proberen we snel te schakelen, maar dan nog kost het veel moeite om een probleem als het tekort aan persoonlijke beschermingsmiddelen opgelost te krijgen. Dat betekent dat er veel tijd wordt gestoken in het zoeken naar mondkapjes en andere beschermende materialen via alternatieve kanalen. Dat geeft heel veel ruis en gedoe. We hadden allerlei knelpunten voorzien, maar dit knelpunt niet. Want beschermingsmateriaal zou landelijk vanuit het ministerie worden geregeld. Als mensen die in de frontlinie werken, niet veilig kunnen werken, hebben we een groot probleem. Artsen kunnen immers ook ziek worden of een besmettingsbron voor eigen patiënten worden. Waar wij ons als crisisteams op voorbereiden? Op een mogelijke grote golf. We zijn voorbereid op opschaling naar samenwerking binnen hagro’s of 24-uurszorg vanuit centrale punten in de regio. In de ene regio in Brabant wordt de urgentie al meer gevoeld dan in de andere, omdat er ook binnen de provincie nog verschillen zijn. Maar dat kan elke dag anders worden. Vanuit de hagro’s kregen wij de vraag om

als regionaal crisisteam vooral directief en proactief sturing te geven, omdat wij meer zicht hebben op wat er speelt en wat er nodig is dan zij. Er wordt dus veel van het crisisteam verwacht.’

------------

Monique Roedoe, LHV-manager communicatie & public affairs:

‘Er is grote behoefte aan eenduidige, overzichtelijke informatie’

H

et landelijke LHV-crisisteam zorgt ervoor dat alle lijnen bij elkaar komen. Monique Roedoe, LHV-manager communicatie & public affairs, zorgt er met haar team voor dat huisartsen en pers op de hoogte blijven. ‘Als wij iets publiceren, kun je er zeker van zijn dat het klopt.’ ‘Tot nu toe was het huisartsen rampenopvangplan (HaROP) een papieren verhaal. Nu is het realiteit. We hebben als crisisteam dagelijks overleg, om alles te doen wat nodig is zodat huisartsen

Alles over het coronavirus/COVID-19 Op zoek naar informatie over COVID-19 en wat dat voor uw praktijk betekent? Kijk voor praktische tips, een toolbox, een e-learning, nieuwsoverzichten en nog veel meer op de LHV-website: • LHV-dossier Coronavirus: https://www.lhv.nl, op de homepage vindt u direct het dossier. Zie ook de pdf met Praktische tips voor huisartsen. • Toolkit Uitbraak infectieziekten De LHV stelt de E-learning Vermijdbare zorginfecties in de huisartsenpraktijk gratis beschikbaar voor alle huisartsen. U vindt de toolkit en de e-learning via de homepage van de LHV-website.

de Dokter 2/2020

13

hun werk kunnen blijven doen. De LHV bracht op vrijdag altijd al een nieuwsbrief uit, nu geven we dagelijks op de website een update over de stand van zaken rond het coronavirus. Er is bij huisartsen grote behoefte aan eenduidige, overzichtelijke en heldere informatie, daar proberen wij in te voorzien. Wij werken daarbij nauw samen met het NHG en InEen. We verwijzen naar elkaar om te voorkomen dat we dezelfde informatie op meerdere plekken bieden. Het NHG maakt in nauw overleg met het RIVM de richtlijnen voor het werk in de huisartsenpraktijk en op de huisartsenposten. Wij als LHV richten ons op alles wat nodig is om goede huisartsenzorg te geven. Tegelijkertijd is de LHV de stem en het gezicht van de huisartsen naar de buitenwereld. We informeren de pers over wat er in de huisartsenzorg gebeurt en over problemen waar huisartsen tegenaan lopen, zoals het tekort aan persoonlijke beschermingsmiddelen. Daar krijgen we talloze vragen over, van huisartsen én de pers. Wij zorgen ervoor dat er bestuursleden en huisartsen beschikbaar zijn om dat verhaal te vertellen. Zo bewaken we de juiste beeldvorming. Wij willen geen onnodige paniek, maar we zijn wel kritisch waar het moet. Het is ontzettend belangrijk voor onze leden dat ze op de informatie van de LHV kunnen bouwen. Dat betekent dat we liever iets later zijn, omdat we informatie eerst gecheckt willen hebben, dan dat we te snel onjuiste informatie verstrekken. Er is al genoeg verwarring. Als wij iets publiceren, kun je er zeker van zijn dat het klopt. Als wij merken dat er onder huisartsen verwarring is, bijvoorbeeld over richtlijnen, dan kaarten wij dat samen met het NHG aan bij het RIVM of VWS en vragen wij specifieke richtlijnen voor de huisartsenzorg. In het dossier Coronavirus op de LHV-website staat een overzicht met alle praktische tips die wij voor huisartsen hebben verzameld. Ook geven wij adviezen over beeldbellen en videoconsult en informatie over financiële regelingen. Al deze informatie en het nieuwsoverzicht houden wij voortdurend actueel.’ ¶


‘Spoed is spoed’ verlicht de druk op ANW-zorg

KOPLOPERS AAN DE SLAG MET SPOEDZORG IN DE NACHT: ALLEEN U1 EN U2 Stel dat de huisartsenpost ’s nachts alleen nog patiënten met echte urgentie ziet. En dat minder urgente patiënten de volgende ochtend worden gezien. Hoeveel lichter zou dat de diensten maken en hoeveel huisartsen zou dat schelen? Elke huisartsenpost die aan de slag wil met ‘Alleen U1 en U2 in de nacht’ kan zich aanmelden als koploper. TEKST: CORIEN L AMBREGTSE ILLUSTR ATIE: A AD GOUDAPPEL

D

e problemen rond de ANWzorg vragen structurele oplossingen. Misschien wel een andere opzet van de spoedeisende medische hulp. Maar dat is lange termijn werk. Wie op korte termijn de druk op de nachtdiensten wil verlichten, kan snel resultaat behalen met de aanpak ‘Alleen U1 en U2 in de nacht’, die LHV, InEen en VPHuisartsen samen hebben ingezet. Het motto luidt: ‘Spoed is spoed’. De huisartsenposten in ZaanstreekWaterland en Gelderse Vallei zijn er vorig jaar in een pilot mee begonnen. In de nacht worden in principe alleen patiënten met U1 en U2 gezien. Met de pilots zijn zulke goede resultaten behaald, dat er nu koplopers worden gezocht die de aanpak overnemen. Jeroen van der Noordaa is projectcoördinator ANW: ‘Het aantal visites en consulten in de nacht is tijdens de pilots gedaald. In Zaanstreek is het aantal U3-patiënten in de nacht met een derde afgenomen. Daarnaast hebben zowel de triagisten als de huisartsen geleerd om op een andere manier naar klachten te kijken. Een patiënt belt omdat hij een urgente klacht heeft; dat is helemaal prima. Maar de triagist bepaalt, zo nodig in overleg met de regie-arts, of de urgentie zo hoog is dat de patiënt nog diezelfde nacht moet worden gezien. Als de urgentie lager is, krijgt de patiënt de boodschap dat hij de volgende ochtend vroeg bij het spreekuur van de eigen dokter terecht kan. Dat kan voldoende geruststelling zijn.’

14

de Dokter 2/2020

▪▪SCHERPER TRIAGEREN Aan het succes van de aanpak zijn wel een paar voorwaarden verbonden. Van der Noordaa: ‘De triagisten hebben een training nodig om nog scherper te triageren en om dwingende patiënten op een goede manier te woord te staan. Dat vraagt ook goede samenwerking tussen huisarts en triagist. Bij een U3-geval overlegt de triagist met de arts over wat er nodig is, soms gaat de arts zelf in gesprek met de patiënt. Van beiden moet de patiënt dezelfde boodschap krijgen: de huisartsenpost is er alleen voor spoedzorg; niet voor zorg die tot de volgende dag kan wachten. Een belangrijke voorwaarde is dus ook dat huisartsen in het ochtendspreekuur een plekje vrijhouden voor een patiënt die zich ’s nachts heeft gemeld.’ Het doel van de aanpak is dat er minder druk komt op de ANW-diensten. ‘En het zou helemaal mooi zijn als het aantal dienstdoende huisartsen daardoor omlaag kan. Want als er ’s nachts minder huisartsen nodig zijn, zijn er overdag meer huisartsen beschikbaar. Dat is beter voor de patiënt, maar ook fijner voor de huisarts.’ ▪▪DWDD-PROGRAMMA Er zijn op dit moment zeker tien regio’s die overwegen om koploper te worden en deze aanpak toe te passen. De LHV organiseert bijeenkomsten om regio’s hierover te informeren. Van der Noordaa trekt ook door het land om de aanpak toe te lichten. Zo


‘ Het aantal visites en consulten in de nacht is tijdens de pilots gedaald’

de Dokter 2/2020

15


was hij onlangs te gast bij de huisartsenregio Eemland, waar hij samen met huisarts Marc Segaar, kaderhuisarts spoedzorg, met succes een ‘DWDD-programma’ presenteerde: Van der Noordaa als presentator, Segaar als sidekick en drie keer drie gasten uit alle betrokken disciplines aan tafel. De zaal kreeg ook ruimte om mee te praten. ‘Wij zijn in Eemland bezig om te kijken hoe we de samenwerking met ketenpartners kunnen optimaliseren’, vertelt Segaar, tevens voorzitter van de adviescommissie die het bestuur van de huisartsenpost Eemland (350.000 patiënten) adviseert over de toekomst. ‘Ons ideaal is om samen met alle spoedzorgpartners te integreren in een Spoed Eisende Medische Dienst. Dat zou voor alle partijen qua inzet het efficiëntst zijn. Maar dat is zo’n ingewikkeld en langdurig traject, ook in verband met de financiering, dat we nu eerst naar andere oplossingen kijken. We starten eerst met een Zorgcoördinatiecentrum: een callcenter waarin we meer gaan samenwerken met de ambulancedienst. Dat is al een hele stap.’ Een belangrijke beslissing is ook om in de nabije toekomst de huisartsenpost te presenteren als spoedpost. ‘Een patiënt die belt, krijgt via het bandje meteen te horen dat de huisartsenpost alleen spoedzorg levert.’ Daarnaast gaat Eemland binnenkort aan de slag met ‘Alleen U1 en U2 in de nacht’. Segaar: ‘Het coronavirus gooit onze plannen wat in de war, maar we gaan er zeker mee beginnen. De triagisten krijgen dan eventueel een training om de triage aan te scherpen en om in overleg met de regie-arts goed met U3 om te gaan. Want er zit toch verschil tussen de ene U3 en de andere. Ook vragen we alle huisartsenpraktijken om in het ochtendspreekuur een plekje vrij te houden voor U3-patiënten die zich in de nacht hebben gemeld.’

‘ De tussendeur naar de SEH staat nu letterlijk open, zodat medewerkers elkaar leren kennen’ ▪▪REGIO DRECHTSTEDEN De regio Drechtsteden overweegt eveneens om koploper te worden. Angelique Boers, kaderhuisarts spoedzorg, is medisch manager van de huisartsenpost (285.000 patiënten). ‘Wij zijn in de volle breedte aan het kijken hoe we de werkdruk van huisartsen kunnen verlichten. De spoedzorg is daar onderdeel van. We dachten net als Eemland aan de opzet van een Spoed Eisende Medische Dienst, maar dat is voorlopig nog een brug te ver. We hebben besloten om vanuit de huidige situatie steeds kleine stappen te zetten, waarbij we meer gaan samenwerken met onze ketenpartners: de SEH, ambulancedienst en GGZ. We hebben de tussendeur naar de SEH bijvoorbeeld letterlijk opengezet, zodat medewerkers elkaar leren kennen - als basis voor een betere samenwerking. We kijken of we bepaalde zorgpaden beter kunnen inrichten, voor de patiënt en de SEH, zonder dat dit huisartsen extra werk bezorgt. Omgekeerd kan de SEH ons wellicht helpen door als het nodig is in de nacht bij te springen. Twee jaar geleden heeft de HAP Drechtsteden met succes actie ondernomen om het aantal U4-gevallen in de nacht te verminderen. Dat is gelukt. Boers: ‘Met de 'spoed is spoed' aanpak willen we nu ook het aantal U3-patiënten in de nacht verminderen. Als het lukt, kunnen we het rooster van de nachtdienst mogelijk aanpassen. Dan moeten we wel kunnen afspreken dat een SEH-arts in geval van nood bijspringt. Bijvoorbeeld als de huisarts een visite rijdt en er nog een U1 binnenkomt. Onze huisartsen hebben aangegeven dat zij het heel belangrijk vinden dat zij er niet in hun eentje voor staan ’s nachts. Dat is

16

de Dokter 2/2020

voor hen nog belangrijker dan dat het aantal nachtdiensten wordt teruggebracht. Er moet een terugvaloptie zijn, dat is voor ons het uitgangspunt.’ Tijdens een LHV-bijeenkomst over de aanpak hoorde Boers over de ervaringen van de regio’s die al begonnen zijn. ‘Je kunt niet verwachten dat je met ‘Spoed is Spoed’ alle problemen oplost. Maar van alle stapjes die we zetten om de werkdruk te verminderen en beter samen te werken met ketenpartners, is dit er één.’ ¶

WORD KOPLOPER ‘SPOED IS SPOED’ LHV, InEen en VPHuisartsen zijn bezig om de aanpak ‘alleen U1 en U2 in de nacht’ over het hele land uit te rollen, onder het motto ‘Spoed is Spoed’. Regio’s die met deze aanpak aan de slag willen, kunnen zich als koploper aanmelden. De aanpak verlicht niet alleen op korte termijn de druk op de huisartsenpost, maar kan ook een goede stap zijn op weg naar een toekomstige Acute Zorgpost, waarin alle ketenpartners samenwerken. Interesse in de aanpak ‘Alleen U1 en U2 in de nacht’ en andere oplossingen voor de spoedzorg? Of wilt u in uw regio een bijeenkomst organiseren waarin het DWDD-programma Spoedzorg voor uw huisartsenpostregio wordt gepresenteerd? Neem contact op met Jeroen van der Noordaa, projectcoördinator ANW, telefoon: 06 3779 4022. Of kijk op de speciale LHV-website: praktijkvoorbeeldenanw.lhv.nl.


5 5 vragen

Pneumokokkenvaccinaties Nederlandse huisartsen verrichten al jarenlang goed werk met de griepvaccinaties voor ouderen en kwetsbare groepen. Vanaf dit najaar komt daar de inenting tegen pneumokokken bij. Hoe wordt de nieuwe vaccinatie in gang gezet? TEKST: BERBER BIJM A

1

Hoe is het besluit voor deze nieuwe inenting tot stand gekomen?

Op advies van de Gezondheidsraad heeft de minister van VWS besloten alle 60- tot en met 75-jarigen eens in de vijf jaar op te roepen voor een vaccinatie tegen de pneumokokken-bacterie. De Ledenraad van de LHV heeft in juni vorig jaar besloten om in te stemmen met het verzoek van VWS aan huisartsen om die vaccinaties te verzorgen. De eerste keer dat dat gebeurt, is komend najaar. U ontvangt een vergoeding van 21 euro per vaccinatie.

2

Wanneer hoor ik meer over hoe dat in z’n werk gaat?

In de loop van maart brengt de Stichting Nationaal Programma Grieppreventie (SNPG) haar eerste nieuwsbrief uit over het pneumokokkenvaccinatieprogramma. Daarna wordt u regelmatig geïnformeerd. Op 1 mei gaat de SNPG-website met alle informatie live. Vanaf die datum is ook een praktijkhandleiding van het NHG beschikbaar op de websites van SNPG, LHV en NHG. Daarnaast komen er e-learnings via de SNPG en het NHG.

3

Wordt mijn HIS op tijd aangepast?

Jazeker. 1 mei is ook de datum waarop HIS-leveranciers hun systemen hebben aangepast op de introductie van

deze nieuwe vaccinatie. Dit is een van de randvoorwaarden die de Ledenraad van LHV heeft gesteld bij de toezegging om de inentingen uit te voeren.

4

Hoe organiseer ik de uitvoering?

Het pneumokokkenvaccinatieprogramma loopt gelijk op met de griepvaccinatiecampagne. U kunt dus vanaf 1 juni vaccins bestellen met de bestelapplicatie van de SNPG. Patiëntvoorlichting kan in de maanden daarna met diverse materialen, waaronder Q&A’s en een wachtkamerfilmpje. Vanaf september stuurt u uitnodigingen naar patiënten. Er wordt een infographic gemaakt die u – net als bij de griepvaccinatie – wordt geadviseerd te gebruiken op de achterzijde van uw uitnodigingsbrief. Het vaccineren begint in oktober. De pneumokokkenvaccinatie kan tegelijkertijd worden gegeven met de griepprik. In de handleiding worden verschillende vaccinatie-strategieën toegelicht. Meedoen aan de pneumokokkenvaccinatie is voor huisartsen vrijwillig. Wel hebben huisartsen als beroepsgroep bij VWS aangegeven zich verantwoordelijk te voelen voor een goede campagne, net als bij de griepvaccinatie. LHV en NHG kunnen zich vinden in het besluit van VWS voor de pneumokokkenvaccinatie, die in veel omringende landen al langer bestaat.

de Dokter 2/2020

17

5

Ik heb niet genoeg koelcapaciteit voor deze nieuwe vaccins. Wat te doen?

De verpakking van de pneumokokkenvaccins is vrij groot. Het is belangrijk dat u zorgt voor goede en voldoende koelcapaciteit. SNPG geeft informatie over de kwaliteitseisen. Mogelijk kunt u een oplossing vinden in samenspraak met andere huisartsen of de apotheek. De LHV heeft het mogelijke gebrek aan koelcapaciteit al ruime tijd geleden aangekaart bij VWS. Het ministerie heeft daarop een bedrag van maximaal 300 euro per huisartsenpraktijk beschikbaar gesteld voor de aanschaf of het huren van medische koelcapaciteit. Het maximale bedrag dat VWS daarvoor beschikbaar heeft, is 600.000 euro. Deze eenmalige ‘noodpot’ biedt u dus een goede gelegenheid om uw koelcapaciteit qua omvang en kwaliteit op orde te brengen, met een tegemoetkoming van het ministerie. ¶

Voor meer informatie over de pneumokokkenvaccinatie kunt u terecht bij het SNGP (pneumokokken@snpg.nl of 0900-4743777) of bij Iddo de Ruiter, huisarts en senior beleidsmedewerker bij de LHV.

Iddo de Ruiter I.de.Ruiter@lhv.nl


HOE WIL DE HUISARTS DOKTEREN?

Het ideaal: een vertrouwensband met patiënten in een overzichtelijke praktijk Verreweg de meeste huisartsen willen samenwerken met één of een paar collega’s in een liefst eigen praktijk, zodat ze een persoonlijke band met hun patiënten kunnen opbouwen. Dat blijkt uit een onderzoek van de LHV onder 2800 huisartsen. LHV-bestuurder Wendy Borneman: ‘We zien ook dat zowel jonge als oudere huisartsen veelal niet fulltime in de dagpraktijk willen werken, zodat andere verplichtingen ook nog te behappen zijn.’ TEKST: BERBER BIJMA

‘D

e groeiende vraag naar huisartsenzorg knelt in toenemende mate met wat we kunnen leveren. Daarin moeten keuzes worden gemaakt’, zegt LHV-bestuurder Wendy Borneman. ‘Voor ons als LHV is het daarom belangrijk om te weten wat huisartsen zélf willen, wat hun wensen en drijfveren zijn. Dat was aanleiding om het onderzoek ‘Hoe wil de huisarts dokteren?’ op te zetten. Interessant daarbij is om te weten in hoeverre de wensen per leeftijdsgroep – en daarmee per loopbaanfase – verschillen. Er leeft wel eens het beeld dat ‘jonge huisartsen allemaal waarnemer willen worden en minder uren willen werken’. Het overgrote deel van de huisartsen tot en met 35 jaar is nu waarnemer, maar binnen nu en tien jaar wil 71 procent een eigen praktijk. Van de 36-45-jarigen is 60 procent praktijkhouder en wil nog eens een behoorlijke groep dat binnen tien jaar worden. Jonge huisartsen spreken zich wellicht duidelijker uit voor een goede balans tussen werk en privé, maar oudere huisartsen blijken die wens net zo goed te hebben. Beiden willen veelal niet fulltime in de dagpraktijk werken, maar liever 3 of 4 dagen, zodat andere verplichtingen ook nog te behappen

zijn. Een gezonde wens wat mij betreft, want met vijf dagen dagpraktijk kom je al snel op 60 uur per week.’ ▪▪TOE AAN IETS NIEUWS Huisartsen van 45 tot 55 jaar geven aan dat zij het vak én de praktijkvoering in de vingers hebben en toe zijn aan iets nieuws, bijvoorbeeld het opleiderschap of een specialisatie. Huisartsen van boven de 55 willen veelal hun uren afbouwen richting pensioen, soms ook vanwege mantelzorg of eigen gezondheidsklachten. Een deel blijft praktijkhouder, anderen gaan in dienst of waarnemen. Borneman: ‘Los van die accentverschillen per levensfase zijn de overeenkomsten tussen alle leeftijdsgroepen groot. Een vertrouwensband met patiënten opbouwen is bijvoorbeeld voor alle huisartsen een belangrijke motivator.’ In alle leeftijdsgroepen zijn een duopraktijk of een groepspraktijk van 3 à 4 maten de meest populaire praktijkvormen. Borneman: ‘Dat geeft ons houvast in gesprekken met andere partijen, want we zien nogal eens dat van buitenaf schaalvergroting in de huisartsenzorg wordt gestimuleerd. Wij kunnen nu gefundeerd stellen dat huisartsen voorkeur

18

de Dokter 2/2020

hebben voor een niet te grote praktijk, met de juiste ondersteuning.’ ▪▪WERKDRUK Het onderzoek herbevestigt ook de urgentie van onderwerpen waar de LHV al op inzet. ‘Werkdruk en administratieve lasten blijken bijvoorbeeld de belangrijkste redenen zijn om géén praktijkhouder te worden. Met dit onderzoek in de hand kunnen we opnieuw aantonen dat het écht anders moet. De uitkomsten geven ons bovendien informatie om gericht te lobbyen en diensten aan te bieden die nog beter aansluiten op de wensen van onze leden. We kunnen bijvoorbeeld ondersteunen bij het vormgeven van een praktijk met meerdere parttime praktijkhouders.’ Winst van de enquête is volgens Borneman niet alleen dat de LHV zicht krijgt op wensen en behoeften van leden, maar zeker ook dat die huisartsen onderling zicht krijgen op elkaars wensen en drijfveren. ‘We leggen soms verschillende accenten, maar we delen de liefde voor het vak en de zorg voor de patiënt. Daar willen we met z’n allen verantwoordelijkheid voor nemen.’ ¶


HUISARTSEN IN OPLEIDING Kiezen voor het huisartsenvak vanwege de diversiteit in werkzaamheden; de langdurige vertrouwensband met patiënten en de zelfstandigheid ● Willen na afstuderen vlieguren maken, meestal eerst als waarnemer of hidha

‘In een iets grotere praktijk is ruimte voor specialisatie’

Nick Glaser (31) Is: derdejaars aios, werkzaam in een gezondheidscentrum in Spijkenisse Wil: als arts actief blijven in de sportwereld

‘M

ijn vader is altijd zelfstandig ondernemer geweest. Niet als arts overigens, maar bij hem heb ik wel gezien hoe fijn het is om zelf de regie te hebben over hoe je je werk inricht. Het mooie van het huisartsenvak vind ik de combinatie van het medisch-generalistische en het sociale aspect van het vak. Je staat gewoon tussen de mensen, zonder witte jas. Als derdejaars aios werk ik nu in een gezondheidscentrum in Spijkenisse; eerder was ik aios in een kleine praktijk in Brabant. Bijna iedereen begint na de opleiding als waarnemer. Ik denk dat ik dat de eerste drie of vier jaar ook ga doen. Dat geeft wat

flexibiliteit en tijd om uit te zoeken waar ik me thuis voel. Mijn vriendin en ik hebben nu nog geen kinderen, maar mochten die er komen, dan is het ook fijn als ik wat tijd thuis kan doorbrengen. Dat lukt als waarnemer makkelijker dan als praktijkhouder. Mijn voorkeur gaat vooralsnog uit naar een iets grotere praktijk, omdat er dan ruimte is voor specialisatie. Ik denk dat dat – naast onze generalistische taak – de toekomst is. Ik wil me graag specialiseren in het bewegingsapparaat. Daar ga ik binnen de opleiding ook een differentiatie over volgen. Naast mijn werk als huisarts ben ik clubarts voor een vrouwenteam in het ere-

de Dokter 2/2020

19

divisievoetbal. Totnogtoe kost dat niet veel tijd, maar wellicht wil ik er in de toekomst meer mee gaan doen. Die sportiviteit en prestatiegerichtheid zijn ontzettend leuk om mee te krijgen. Ja, de droom is natuurlijk clubarts bij Feyenoord… Over werkdruk maak ik me niet zo’n zorgen. Ik ben van het halfvolle glas: als het druk is, heb ik in ieder geval wat te doen. Met efficiënte praktijkvoering en goed time management kom je een heel eind. Dat zie ik aan de collega’s met wie ik nu werk.’


HUISARTSEN T/M 35 JAAR ORIËNTEREN Ontdekken eigen voorkeuren door in verschillende praktijken binnen te kijken ● Opdoen werkervaring: vlieguren binnen de spreekkamer ● Flexibiliteit in werkuren vanwege (jong) gezin ● Willen binnen nu en 10 jaar werken als praktijkhouder (71%)

Henrieke Geertsma-Daling (33) Is: waarnemend huisarts in Frederiksoord Wil: binnen een paar jaar praktijkhouder zijn met patiënten op naam inds mijn afstuderen, nu 3,5 jaar geleden, heb ik voor langere periodes waargenomen. Ik zie dat als de voorbereidingsfase van het praktijkhouderschap. Over twee à drie jaar hoop ik toe te treden tot een maatschap of iets over te nemen. Mijn jaren als waarnemer geven mij de tijd het vak onder de knie te krijgen en mijn eigen manier van dokteren te ontwikkelen, zonder gelijk ook werkgever te zijn. In die zin wordt van praktijkhouders nu meer verwacht dan vroeger: je hebt meteen ook een stuk of tien medewerkers om leiding aan te geven. Waarnemen geeft ook een beetje lucht nu de kinderen nog klein zijn – ik ben zwanger van de derde. Ik vind het bovendien plezierig om eerst in meerdere praktijken te werken: kleiner, groter, meer en minder traditioneel, met verschillende soorten dagindelingen. Dat helpt om een beeld te vormen van hoe ik zelf mijn praktijk zou willen vormgeven. Drie jaar geleden had ik daar nog geen idee van. Het bestuurswerk dat ik al een aantal jaren doe, helpt overigens óók om ideeën te vormen over hoe ik wil werken. Uiteindelijk wil ik zeker praktijkhouder worden. Die vorm van dokteren en verantwoordelijkheid nemen heeft naar mijn idee de toekomst. Daarvoor is het wel belangrijk dat oudere huisartsen hun praktijk bij de tijd houden. Sommige zijn zó traditioneel, dat overnemen een hele klus is omdat je dan zoveel moet moderniseren. Liefst word ik praktijkhouder in een iets grotere plattelandspraktijk met een aantal maten. Ik heb een sterke voorkeur voor patiënten op naam, zodat je een band kunt opbouwen met je eigen patiënten en hen goed in de gaten kunt houden. Over een jaar of tien ben ik misschien wel opleider. Dat trekt me wel: je geeft kennis door, en wordt tegelijk scherp gehouden door aankomende huisartsen die een kijkje in jouw keuken nemen.’

FOTO: GIJS VERSTEEG

S

20

‘Als waarnemer leer ik het vak zonder meteen ook werkgever te zijn’

de Dokter 2/2020


HUISARTSEN 36 T/M 45 JAAR CONTINUÏTEIT Medisch-inhoudelijk werk goed in de vingers ● Fase van vestiging in eigen praktjk, behoefte aan meer continuïteit in patiëntencontact en vast team ● Werken nu meestal als praktijkhouder (58%) en/of willen binnen 10 jaar als praktijkhouder werken (75%)

‘Een duopraktijk is ideaal: niet te veel mensen aan het roer’

Eva Snijder (35) en Femke Dijkstra (36)

E

va: ‘In april 2019 ben ik begonnen als praktijkhouder. Femke kwam een paar maanden later als waarnemer en beoogd duocollega. Sinds januari is de praktijk van ons samen. We hebben twee praktijkondersteuners en twee assistentes bij 4000 patiënten.’ Femke: ‘Mijn jaren als waarnemer gaven tijd om uit te zoeken: waar willen we ons settelen als gezin, waar wil ik een praktijk overnemen? De vijf waarnemersjaren heb ik wel nodig gehad om me daar een beeld van te vormen.’ Eva: ‘Ik voel me nu veel meer bekwaam dan toen ik net van de opleiding af was. In mijn

zes jaren als waarnemer heb ik kunnen zien hoe anderen dokteren. Praktijkhouder worden was vanaf het begin het doel. Het is leuk om eigen regie te hebben en de praktijk zo te kunnen inrichten als je wilt.’ Femke: ‘In het ondernemersgezin waar ik uitkom, heb ik wel gezien dat eigen regie ook sores met zich meebrengt, maar die wilde ik er wel bij. Geen vier weken zomervakantie en niet altijd vrij met Kerst – zo zij het.’ Eva: ‘Een duopraktijk vind ik ideaal. Korte lijntjes, niet te veel mensen aan het roer. Dat willen we zo houden.’ Femke: ‘We kennen onze patiënten, weten wie kwetsbaar is. Hedel groeit en daar krij-

de Dokter 2/2020

21

gen wij natuurlijk ook mee te maken. Maar het is de vraag of dat betekent dat onze praktijk moet groeien. Er kan ook een nieuwe praktijk bij komen. Wij hebben sowieso wel grotere huisvestiging nodig en ons team moet groter.’ Eva: ‘De komende jaren zullen we onze handen wel vol hebben aan het ontwikkelen van de praktijk. Daarna kan er wel weer wat bij. Misschien zijn we over vijf of tien jaar wel opleiders.’ Femke: ‘Dat lijkt me mooi: het enthousiasme voor het vak overdragen én gevoed worden met de ideeën van een nieuwe generatie huisartsen.’

FOTO: KEES BEEK M ANS/VRBLD

Zijn: sinds kort duo-praktijkhouders in Hedel Willen: de komende jaren hun praktijk verder vormgeven en met een groeiend team verhuizen naar een groter pand


a dv er t en t ie

Online behandelen werkt Geen wachtlijst, direct aan de slag! Als uw patiënt psychische zorg nodig heeft, kan hij of zij bij ons meteen online terecht. Wij behandelen uw patiënt via beeldbellen en chat, Zij geeft online behandelen een dikke 8!

dus niet in onze behandelkamer. De patiënt krijgt daarmee snel hulp waar en wanneer dat nodig is. We zetten volledig online behandelen nu al veel in bij depressie | angst | trauma

Aanmelden? Kijk voor meer informatie op parnassiagroep.nl/onlinebehandelen Emma hoefde niet te wachten. Ze kreeg direct hulp op het moment dat het nodig was, thuis of zelfs onderweg.

Hier stond een advertentie

Hier stond een advertentie


HUISARTSEN 46 TOT 55 JAAR VERBREDING & ONTWIKKELING Medisch-inhoudelijk werk en praktijkvoering goed in de vingers ● Zoeken naar afwisseling door nevenfuncties, verbreding of verdieping van het werk ● Werken nu meestal als praktijkhouder (82%)

Priska Israel (50) Is: hidha, ggz kaderarts, docent en groepsbegeleider aan de huisartsenopleiding in Maastricht Wil: naast de patiëntenzorg blijven werken als opleider

‘M

‘Als hidha heb ik meer ruimte voor nevenfuncties’ FOTO: ROB VAN HOORN

ijn werk als opleider zou ik absoluut niet willen missen. Ik krijg zoveel energie van die studenten. De patiëntenzorg ervaar ik duidelijk als zwaarder werk. Mijn partner is ook huisarts en we begonnen ons waarnemerschap met het idee dat we beiden een praktijk gingen zoeken. Hij is inderdaad praktijkhouder geworden, ik uiteindelijk niet. Al tijdens mijn waarnemerschap in Maastricht ging ik aan de opleiding werken. Later heb ik de kaderopleiding ggz gevolgd en op mijn veertigste werd ik hidha in de praktijk waar ik toen al een tijd werkte. Ik heb 0,4 baan aan de opleiding en 0,5 in de praktijk, verdeeld over drie dagen. Met diverse extra taken, bijvoorbeeld in samenwerking met ggz-aanbieders in de regio, kom ik op een goed gevulde werkweek. Het praktijkhouderschap zie ik als een tweede baan naast de patiëntenzorg. Daar kun je voor kiezen, maar ik héb al een tweede baan, namelijk aan de opleiding. Natuurlijk mis je dingen als je geen praktijkhouder bent, maar daar zou ik het opleiden niet voor willen opgeven. Als hidha krijg ik gelukkig in de praktijk ook veel ruimte om het werk te organiseren zoals ik het ’t liefst doe. Mijn werk als kaderhuisarts ggz zou ik ook niet willen missen. Er zijn al jarenlang steeds zoveel nieuwe ontwikkelingen in de ggz, dat het me nog steeds niet verveelt. Ik geloof in een dynamische carrière: ik ben begonnen met meer dan fulltime te werken, heb het tijdelijk wat rustiger aan gedaan toen onze dochter werd geboren en heb nu opgeteld ongeveer een hele baan. Het fijne van ons werk is dat je kunt kiezen uit allerlei soorten nevenfuncties. Als hidha heb ik daar wat meer ruimte voor dan een praktijkhouder. Daarom zou ik mijn werk eigenlijk niet anders willen dan hoe ik het nu doe.’

de Dokter 2/2020

23


HUISARTSEN 46 T/M 55 JAAR VERBREDING & ONTWIKKELING Medisch-inhoudelijk werk en praktijkvoering goed in de vingers ● Zoeken naar afwisseling door nevenfuncties, verbreding of verdieping van het werk ● Werken nu meestal als praktijkhouder (82%)

Loet Birker (52) Is: praktijkhouder in een groepspraktijk in Dongen Wil: regelmatig iets nieuws doen om de hersenen te laten kraken en jaar of tien geleden kreeg ik het gevoel dat ik mijn patiëntenpopulatie aardig kende en inmiddels behoorlijk wat ervaring had opgebouwd met de gebruikelijke problemen die je bij patiënten tegenkomt. Dat was ook het moment waarop het begon te broeien: ik zocht een nieuwe uitdaging. Ik houd ervan om mijn hersenen nu en dan flink te laten kraken. Ik ben toen SCEN-arts geworden en een aantal jaren later ook opleider. Inmiddels hoor ik naar mijn gevoel duidelijk bij de generatie ervaren huisartsen; daar past het opleider-zijn ook bij. Die ervaring betekent dat ik ook een laagje dieper kan boren in het kijken naar de toekomst: hoe meer verleden je hebt om op terug te vallen, hoe meer bagage om een visie op het vak te ontwikkelen. Ik probeer jonge huisartsen te stimuleren om praktijkhouder te worden. Het is goed om te horen dat uit deze enquête blijkt dat ze dat ook bijna allemaal wíllen. Het is de verantwoordelijkheid van ons als ervaren huisartsen om dan wel een positieve boodschap te brengen. De afgelopen jaren hebben oudere huisartsen heel wat gemopperd over werkdruk, administratieve lasten en financiële onzekerheid. Om dan tegelijk te zeggen ‘Word allemaal huisarts!’ – tsja, dat is een dubbele boodschap richting de jonge huisartsen. Ik probeer op hen over te brengen dat we een prachtig vak hebben. Ik zie bijvoorbeeld de zesjarigen van twintig jaar geleden nu zelf ouders worden. Dat is toch prachtig? Je kunt in ons vak veel van jezelf kwijt en je kunt veel voor anderen betekenen. Een maatschap met vier huisartsen, zoals ik nu werk, is voor mij de ideale vorm. Net wat meer competenties en specialisaties bij elkaar dan in een duopraktijk, maar nog wel overzichtelijk. Over tien jaar heb ik inhoudelijk misschien nog wel een verdere verdiepingsslag gemaakt, bijvoorbeeld als huisarts-docent.’

FOTO: KEES BEEK M ANS/VRBLD

‘E

24

‘Ik wil het vak positief overbrengen op de nieuwe generatie’

de Dokter 2/2020


HUISARTSEN 55+ JAAR VOORBEREIDEN & AFBOUWEN Pensioen komt in zicht, nadenken over afbouwen en praktijkopvolging ● 38% gaat binnen nu en 10 jaar met pensioen ● Eenderde van hen wil tot het pensioen minder uren werken of het werk op een andere manier uitvoeren (met name als waarnemer of hidha)

‘Ik wilde niet te lang meestribbelen met mijn opvolgers’

Pieter Antonides (61) Heeft: zijn praktijk in Erp overgedragen aan twee opvolgers Wil: nog een tijd actief blijven in de huisartsenwereld

FOTO: ERIK VAN DER BURGT/VRBLD

‘T

ot vier jaar terug werkte ik met de vaste maat met wie ik 25 jaar heb gewerkt. Met het oog op de continuïteit was het niet verstandig tegelijk te stoppen. De afgelopen jaren zijn twee nieuwe collega’s in de maatschap ingestroomd, die de tijd hebben gehad om zich in te werken. Vorig najaar ben ik gestopt; relatief vroeg dus. Dat was bewust. Ik wilde het moment dat ik een minder goede huisarts zou worden, niet afwachten. Bovendien leek het me goed mijn jonge collega’s niet in de weg te zitten. Op een gegeven moment krijg je natuurlijk toch wat verschil van inzicht.

Ik wilde niet te lang ‘meestribbelen’. Daar wordt niemand beter van. De praktijk heeft dik 5500 patiënten en ik wilde graag van iedereen zo’n beetje op de hoogte zijn. Dat dreigde natuurlijk te veel te worden. Ik vind dat ik op het perfecte moment ben gestopt. Incidenteel neem ik waar en dat hoop ik te blijven doen. Daarnaast heb ik in ieder geval dit jaar nog een aantal bestuurstaken. Ik merk dat ik nu echt moeite moet doen het vak goed bij te houden. Voor je ’t weet verdwijn je uit het circuit van je vanzelfsprekende informatiebronnen. Misschien

de Dokter 2/2020

25

ga ik in deeltijd ergens aan de slag. In deze overgangsfase is dat nog niet duidelijk. Terugkijkend ben ik tevreden over hoe ik heb gedokterd. Ik heb ook de mensen áchter de klachten behandeld en een intensieve band met ze opgebouwd. Het was mooi om samen met een maat te werken. Zeker in de laatste levensfase van een patiënt is het fijn als je iemand kunt vragen mee te kijken. Mijn patiënten zijn nu medeburgers. Een subtiele verandering in de verhouding, die ik niet precies kan omschrijven. Heel even was ik jaloers op de pastoor, die tot dik in de 80 kan fungeren als rouwbegeleider.’


App maakt informatie toegankelijk, concreet en vindbaar

ALLES OVER DE CAO HUISARTSENZORG EN EEN GOED GESPREK Wilt u iets opzoeken in de cao? Weten of vakantiedagen moeten worden uitbetaald? En wat precies het verschil is tussen doktersassistent A en B? Op de net gelanceerde cao-app voor de huisartsenzorg vindt u meteen de informatie die u nodig hebt. En meer. Want de app biedt ook inspiratie voor een goed gesprek met medewerkers over duurzame inzetbaarheid. TEKST: CORIEN L AMBREGTSE FOTOGR AFIE: HARMEN DE BOER

26

‘H

uisartsenpraktijken zitten nu al krap in het personeel, maar in de toekomst wordt het nog krapper. Daarom is het belangrijk dat we ons niet alleen inspannen om medewerkers te werven, maar hen ook zo lang mogelijk binden. Met de cao-app willen we daaraan een bijdrage leveren.’ Antonie van Schothorst, huisarts op Urk, is LHV-onderhandelaar aan de cao-tafel Huisartsenzorg. Samen met Marja de Kruijff en Natalie van Rosmalen vormt hij het LHV-cao-team. De LHV en InEen zitten namens de werkgevers aan de cao-tafel. Namens de werknemers zitten de Nederlandse Vereniging van Doktersassistenten (NVDA), de Nederlandse Vereniging van Praktijkondersteuners (NVvPO)

de Dokter 2/2020

en de vakbonden FNV Zorg & Welzijn en CNV Zorg & Welzijn aan tafel. ‘Elke anderhalf jaar hebben we overleg over de nieuwe cao. Natuurlijk hebben we het dan over de lonen. Het is duidelijk dat werkgevers en werknemers op dat punt verschillende belangen hebben. Maar we hebben vooral ook een groot gezámenlijk belang: ervoor zorgen dat we voldoende personeel vinden en houden. Daar willen we ons aan de cao-tafel gezamenlijk voor inzetten.' Een van de manieren om medewerkers te werven en te binden, is volgens Van Schothorst laten zien dat je als sector met de tijd meegaat. ‘Op die manier is het idee voor een cao-app ontstaan. Daarmee kunnen we huisartsen en medewerkers in de huisart-


HOE ZIT DE CAO-APP IN ELKAAR?

D

e app Cao Huisartsenzorg bevat vier onderdelen: ‘Cao’ (inclusief Handleiding FWHZ), ‘Tools’, ‘Goed voor elkaar’ en ‘FAQ’ (veelgestelde vragen). Goed voor elkaar gaat over duurzame inzetbaarheid en heeft twee onderdelen: Tips van collega’s en Gesprekskaart. Onder Tips van collega’s vind je filmpjes met interviews van collega’s in de huisartsenzorg, die onder meer vertellen over hoe zij omgaan met loopbaanontwikkeling, het doorvoeren van veranderingen, samenwerking en nascholing. Bij Gesprekskaart vind je zeven thema's, waaronder ‘motivatie en talenten’, ‘kennis en vaardigheden’, ‘gezondheid en vitaliteit’, ‘werk en privé’, ‘werkomstandigheden en samenwerken’. Onder elk kopje staat een aantal vragen die je naar keuze kunt aanvinken om te bespreken. Zowel de werkgever als de medewerker kunnen de vragen vooraf kiezen en naar elkaar mailen, zodat tijdens het gesprek het best passende (digitale) vragenlijstje op tafel ligt. Het is ook mogelijk eigen vragen toe te voegen. De cao-app is een initiatief van de partners aan de caotafel Huisartsenzorg en is met financiële ondersteuning van de Stichting Sociaal Fonds Huisartsenzorg (SSFH) tot stand gekomen. Dit fonds verzorgt de vergoedingen voor stagiairs en begeleiders en steunt daarnaast initiatieven die de sector als geheel vooruithelpen.

senzorg op een eigentijdse manier van informatie voorzien over de cao en functiewaardering. De app bevat daarnaast ook digitale hulpmiddelen als modelovereenkomsten en nuttige links. Daar hoef je dus geen boekje meer op na te slaan, de informatie staat gewoon op je telefoon.’ ▪▪GESPREKSKAARTEN Een bijzonder onderdeel op de app is ‘Goed voor elkaar’ met als subtitel ‘Duurzaam’. Een klik op het bijbeho-

‘ Dankzij de app kan ik aangeven welke vragen ik graag bij een gesprek met een medewerker aan de orde wil stellen’

rende icoontje leidt naar het scherm ‘Tips van collega’s’ en ‘Gesprekskaart.’ Dit is het onderdeel waar LHV-adviseur Natalie van Rosmalen het meest trots op is. ‘Het onderwerp duurzame inzetbaarheid is voor veel medewerkers in de huisartsenzorg iets abstracts, terwijl het over heel concrete dingen gaat als werkplezier, samenwerking, ontwikkeling en gezondheid. Wij willen de app inzetten om die onderwerpen meer onder de aandacht te brengen en zowel huisarts als medewerker inspiratie te geven voor een goed gesprek. Het is belangrijk om met elkaar in gesprek te gaan over vragen als ‘Welke veranderingen verwacht je de komende jaren in je werk, wat betekent dat en wat is nodig om bij te

de Dokter 2/2020

27

blijven?’ en ‘Zijn werk en privé goed in balans?’ Door deze vragen open te bespreken, zorg je voor een stimulerende en ondersteunende omgeving waar teamleden graag werken en word je niet verrast doordat iemand plotseling zijn baan opzegt.’ ▪▪VEELGESTELDE VRAGEN De app bevat ook het onderdeel FAQ. Het gaat om veelgestelde vragen over zaken als arbeidstijden, overwerk, verlof, ziekte en salaris. Deze vragen worden periodiek geactualiseerd en aangevuld. LHV-adviseur Marja de Kruijff krijgt en beantwoordt samen met collega’s heel veel vragen van huisartsen. ‘Van de 4500 ledenvragen die we vorig jaar bij de LHV binnen kregen, gingen


a dv er t en t ie

Hier stond een advertentie


er 700 over de cao. Veel vragen gaan bijvoorbeeld over het verschil tussen meeruren en overuren. In het antwoord in de app hebben we daar nu ook voorbeelden bij gegeven, zodat het duidelijker wordt.' De antwoorden zijn niet door de LHV bedacht, het gaat om dingen die in de cao staan, met een uitleg en/of verduidelijking erbij. ‘Ook hiervoor geldt: leuker kunnen we het niet maken, makkelijker wel. Daarom hebben we dus ook een zoekfunctie in de app opgenomen. Als je een trefwoord intoetst, zie je meteen waar dat in de cao voorkomt.’ ▪▪FEEDBACK De app is in twee maanden tijd al meer dan 4000 keer gedownload. De verwachting is dat het aantal flink zal stijgen, want er werken ongeveer 5.000 werkgevers en 32.000 medewerkers in de huisartsenzorg. Een groep die volgens De Kruijff veel aan de app heeft, zijn de praktijkmanagers. ‘Die zijn er heel blij mee, omdat de informatie makkelijk toegankelijk is en veel vragen meteen worden beantwoord. Na het antwoord volgt de vraag: was het antwoord nuttig? We gebruiken de reacties om antwoorden nog duidelijker te verwoorden of aan te vullen.’ De werkgroep die de app heeft samengesteld, blijft elk kwartaal bij elkaar komen om te bespreken welke updates nodig zijn. ‘Wellicht komen er nieuwe functies bij of moet een bestaande functiebeschrijving worden aangepast. Mogelijk zijn er nieuwe instrumenten of links die aan het onderdeel Tools kunnen worden toegevoegd. En als er een nieuwe cao is afgesloten, worden artikelen zo nodig aangepast. Zo’n app is dus nooit klaar, daar zijn we ons terdege van bewust. Maar we zijn blij dat we als sector hiermee bij de tijd zijn. Heb je een vraag over de cao, dan hoef je niet te bellen of te mailen en op antwoord te wachten, je vindt het antwoord gewoon op je telefoon.’

‘ We hebben ook een zoekfunctie in de app opgenomen. Als je een trefwoord intoetst, zie je meteen waar dat onderwerp in de cao voorkomt’

Veelgestelde vragen De veelgestelde vragen zijn ingedeeld in twaalf categorieën. Bovenaan staan de vragen over de cao en de arbeidsovereenkomst. Daarna volgen vragen over arbeidstijd, buitengewoon verlof, meeruren en overuren, overname praktijk, salaris, scholing en toeslagen en vergoedingen, vakantie, verlof, de Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB), ziekte en zwangerschap. Eén van de meest gestelde vragen is: wat is het verschil tussen meeruren en overuren? De app geeft een uitgebreid antwoord, geïllustreerd met voorbeelden. Om alvast een tipje van de sluier op te lichten: als een werknemer met een fulltime aanstelling extra werkt dan zijn dat overuren. Als een parttime medewerker extra uren werkt (maar niet meer dan 38 uur per week, gemeten over een periode van 13 weken) dan zijn dat meeruren. De app is gratis voor iedereen te downloaden. www.lhv.nl/cao

de Dokter 2/2020

29

▪▪WERKDRUK VERLICHTEN Van Schothorst gaat de app zeker gebruiken bij de jaargesprekken met de medewerkers van zijn praktijk. Zijn praktijkmanager ook, want die doet de meeste gesprekken. 'Er zijn vast veel meer huisartsen die deze taak delegeren. Als je ziet hoe groot praktijkteams tegenwoordig zijn, red je het niet meer om alle gesprekken zelf te doen. Onze praktijk telt 35 teamleden. Dankzij de app kan ik wel aan de praktijkmanager meegeven welke vragen ik graag bij een gesprek met een medewerker aan de orde zou willen stellen. Je kunt via het onderdeel 'Gesprekskaart' vragen selecteren en zo een eigen lijstje samenstellen. Ook werknemers kunnen zich zo voorbereiden en onderwerpen op de agenda zetten.' Een van de interessantste vragen vindt hij de vraag onder het kopje ‘Motivatie en talenten’: ‘Van welke werkzaamheden krijg je energie en welke talenten gebruik je dan?’ En een andere belangrijke vraag staat onder het kopje ‘Gezondheid en vitaliteit’: ‘Wat kun jij doen om de werkdruk te verlichten en wat heb je van de werkgever nodig?’ 'Het mooie van die vraag is dat hij laat zien dat de oplossing van de werkdruk van twee kanten moet komen: zowel van de werkgever als de werknemer.' Hij hoopt dat er door de gespreksvragen een goed gesprek ontstaat. ‘Je hoeft natuurlijk niet alle vragen in één keer te behandelen. Een stuk of 10 per keer lijkt mij het maximum en dan van verschillende thema's. Maar ik kan me ook voorstellen dat twee vragen soms al genoeg zijn.’ Voor de huisartsen die de jaargesprekken toch het liefst (allemaal) zelf doen, heeft LHV-adviseur Van Rosmalen nog wel een tip: ‘Verspreid de jaargesprekken over het hele jaar. Doe er dus elk kwartaal een paar. Ze allemaal opsparen tot het eind van jaar is echt niet goed voor je eigen duurzame inzetbaarheid.’ ¶


mijn praktijkstart Hoe kijken huisartsen terug op de start van hun eigen praktijk? Welke plannen zijn er voor de toekomst? En welk advies hebben zij voor andere starters? Merel van Gelderen over haar praktijkstart in Landgraaf.

‘Het lukt me om los te vliegen’

30

de Dokter 2/2020


WIE

Lang gezocht naar deze praktijk?

FOTO: ROB VAN HOORN

‘Haha, nee. Anderhalf jaar geleden kwam ik als waarnemer op de huisartsenpost Wim Niessen tegen. Ik kende hem van een speeddatesessie voor opleidingsplaatsen. Ik werd niet bij hem geplaatst, maar het klikte wel. Hij zei meteen: ‘Ik zoek een opvolger.’ Ik dacht: hoho, even rustig – laten we eerst maar eens even kijken. In oktober 2018 ben ik een dag in de week bij hem gaan waarnemen. En na een tijdje twee dagen per week, om beter te kunnen voelen of de praktijk en ik echt bij elkaar passen. In maart vorig jaar heb ik de knoop doorgehakt. Ergens dacht ik: moet ik niet wachten, komt dit niet te vroeg, maar je weet het toch nooit helemaal zeker en het voelde goed. Oorspronkelijk kom ik uit Hoofddorp. Door mijn studie ben ik in Maastricht terecht gekomen en ook met een Limburger getrouwd. Inmiddels ben ik hier helemaal ingeburgerd – alleen het accent ontbreekt nog. Voordat ik de huisartsenopleiding koos, heb ik wat omzwervingen gemaakt: ik heb bijna twee jaar als assistent chirurgie gewerkt en ruim een half jaar ouderengeneeskunde gedaan. Daarmee heb ik ervaring opgedaan, wat eelt op mijn ziel gekregen en ik ben vooral stressbestendiger geworden. Dat heeft vast ook geholpen om deze beslissing te nemen.’

zorgverzekeraars moeten sturen. Dat is toch niet van deze tijd? In de eerste maand had ik nog wel eens de neiging om mijn voorganger een appje te sturen. Maar hij is na zijn afscheid heel stoer gelijk 3 maanden op reis gegaan. Hij had er alle vertrouwen in dat ik het kon. En dat is ook zo. Inmiddels kan ik helemaal los vliegen.’

Wat voor soort dokter ben je? ‘Ik ben een duidelijke, directe dokter. Dat is wel eens lastig, want in Limburg praten mensen vaak met een bochtje om dingen heen. Een patiënt moet hoesten, voelt zich niet lekker en is bang dat hij iets onder de leden heeft. Dan zeg ik gewoon: ‘Bent u bang dat u het coronavirus heeft?’ Maar ik ken natuurlijk ook de technieken om wat minder direct te zijn. Dan zeg ik er achteraan: ‘Het lijkt of u schrikt om dat te horen, klopt dat?’

Hoe ziet je praktijk er over tien jaar uit? ‘Het lijkt me leuk om huisartsen op te leiden, dus ik denk dat ik dan wel een aios onder mijn vleugels heb. Ik ben niet op zoek naar een specialisme. Ik ben een generalist, maar daarin wel een perfectionist. Eigenlijk wil ik van alles wat ik doe alles weten.’

Wat geeft energie?

Jouw beste tip voor starters?

‘Het is erg leuk om van patiënten te horen dat ze blij zijn dat ik de praktijk heb overgenomen. Ik vind het heerlijk om continuïteit van zorg te kunnen bieden. Als waarnemer vlieg je toch meer in en uit. De eerste maand was hectisch. Ik zei soms tegen mijn man: waar ben ik aan begonnen? Maar na twee maanden begonnen de dingen elke dag meer op hun plek te vallen. Het is wennen dat je alles zelf moet regelen en beslissen. Maar het gaat goed. Mijn man is accountant. Die heeft alle boeken doorgenomen, de rekeningen bekeken en een financiële jaarplanning opgesteld. Tot nu toe loopt het volgens de planning. Soms zijn er dingen die je efficiënter zou willen oplossen. Ik heb 26 briefjes met mijn rekeningnummer naar

‘Neem je tijd. Kies een praktijk die bij je past. Slaap er heel veel nachten over. En doe het stap voor stap. Ga in gesprek met het personeel, kijk of de patiënten je liggen, onderzoek hoe dingen zijn geregeld, of de administratie op orde is en er geen addertjes onder het gras zitten. Het helpt als je financiën leuk vindt en wat ondernemerschap in je hebt, zoals ik. En helemaal als je een man hebt die accountant is. Maar als je dat niet hebt, neem dan een goede adviseur.’ ¶

de Dokter 2/2020

31

Merel van Gelderen (31) huisarts in Landgraaf, 2350 patiënten

WAAR Merel van Gelderen nam op 1 januari dit jaar de praktijk over van huisarts Wim Niessen, die met pensioen ging. Samen met de huisartsen Janssen, van Hooren, Sluysmans en Snijders vormt ze een HOED: Medisch Centrum Nieuwenhagen in Landgraaf. Ze zijn alle vijf zelfstandig, maar nemen incidenteel voor elkaar waar. Met een van de huisartsen deelt Merel de doktersassistenten.

FULLTIME Ze werkt fulltime, omdat ze de praktijk goed wil leren kennen en zelf de regie wil hebben. Alle post gaat door haar handen. ‘Iedereen is verbaasd dat ik fulltime werk. Maar ik vind het heerlijk continuïteit van zorg te kunnen bieden. En ik houd ook nog tijd over voor mijn man, vrienden en sport. Dus helemaal goed.’

HARDLOPEN Drie keer in de week loopt ze hard, ook als het regent. De halve marathon vindt ze wat te lang, maar 14 kilometer haalt ze wel. Ze loopt hard om haar hoofd leeg te maken en geniet intussen van het Limburgse landschap.

LHV CHECKLIST Bent u aankomend praktijkhouder? Gebruik dan de LHV Checklist praktijkstart. In één oogopslag ziet u wat u 12, 6 en 3 maanden voor uw start moet doen. Als LHV-lid kunt u de checklist gratis downloaden op www.lhv.nl.


TOEKOMSTIGE ZZP-WETGEVING GAAT ALLE HUISARTSEN AAN

VASTE WAARNEMING WORDT RISICOVOL Of de opvolger van de Wet DBA er komt of niet, in alle gevallen worden waarnemingen die langer dan een jaar duren risicovoller. Voor de huisartsenzorg heeft dat grote gevolgen, want veel waarnemers hebben een ‘vaste’ waarneemplek. LHV-jurist David Renkema legt uit hoe het zit met de nieuwe wetgeving en waar u als praktijkhoudend of waarnemend huisarts rekening mee moet houden. TEKST: CORIEN L AMBREGTSE

Hoe zit het met de vervanger van de wet DBA? De plannen van minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) houden in dat de zzp-markt wordt verdeeld in drie categorieën: de onderkant van de arbeidsmarkt, de bovenkant van de arbeidsmarkt en de laag ertussenin. Om de onderkant van de arbeidsmarkt te beschermen, mag het minimum-uurtarief voor zzp’ers niet lager zijn dan 16 euro. Dat wordt vastgelegd in de Wet Minimumbeloning Zelfstandigen. De groep aan de bovenkant betreft zzp’ers die meer dan 75 euro per uur verdienen. Ook hiervoor wil Koolmees een aparte wet maken: de Wet op de Zelfstandigenverklaring. De middengroep zit ertussenin met een uurtarief tussen de 16 en 75 euro. Hiervoor blijft de oude wetgeving gelden, aangevuld met een ‘webmodule’ om de gezagsrelatie te toetsen. Verder moeten álle zzp’ers op grond van de Wet Minimumbeloning Zelfstandigen via een offerte vooraf én met urenoverzichten achteraf

Alerts voor praktijkhoudend huisartsen (opdrachtgevers)

E

en modelovereenkomst biedt u maar beperkt bescherming. De Belastingdienst gaat vanaf 2021 bij meerjarige vaste waarnemingen mogelijk tóch toetsen of er een gezagsrelatie is. De Belastingdienst ziet inbedding van de waarnemer in uw praktijkorganisatie als een teken van een gezagsverhouding. Als de Belastingdienst constateert dat er een gezagsverhouding is, dan krijgt

32

u een naheffing van de sociale premies en de loonbelasting, horend bij een loondienstbetrekking. Dat kan flink in de papieren lopen. Benut het jaar 2020 om met uw vaste waarnemer om tafel te gaan als u de relatie langdurig wilt voortzetten. Bespreek onder welke voorwaarden dat zowel voor u als voor de waarnemer meerwaarde en werkplezier oplevert.

de Dokter 2/2020

Onderzoek of dat ook binnen andere vormen (dienstverband of medepraktijkhouderschap) kan. In de loop van 2020 brengt de LHV hier meer informatie over.


aantonen dat hun tarief daadwerkelijk boven de 16 euro zit. De opdrachtgever moet dit controleren. Dit brengt dus administratieve lasten met zich mee.

Hoe zit het straks met de gezagsrelatie? De groep aan de bovenkant mag maximaal één jaar voor een opdrachtgever werken, zonder dat de Belastingdienst toetst of er sprake is van een gezagsverhouding. Na dat jaar kan die toets wel plaatsvinden. Opdrachten mogen alleen buiten loondienst worden uitgevoerd als er geen sprake is van een gezagsverhouding. Is die er wel, dan kan de opdrachtgever (met terugwerkende kracht) worden aangeslagen voor sociale premies. In de middengroep blijft de toets: wel of geen gezagsverhouding. Daar wordt op dit moment een aanvullend instrument voor ontwikkeld: de webmodule. Dit is een vragenlijst waarmee je kunt toetsen of de opdracht door een zzp’er mag worden uitgevoerd. Die webmodule lijkt echter

ongeschikt voor de zorg. Waarschijnlijk blijven de door de Belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomsten die met de LHV-contractengenerator kunnen worden gemaakt, nog steeds bruikbaar. De goedkeuring van de Belastingdienst geldt voor een modelovereenkomst voor de duur van een jaar. In de praktijk worden overeenkomsten vaak van jaar tot jaar verlengd. De verwachting is dat de Belastingdienst bij toekomstige controles in die gevallen toch kritisch gaat kijken of er sprake is van een gezagsrelatie. Als een waarnemer is ingebed in de organisatie, meedoet met vergaderingen en meedraait met vakantieroosters, zijn dat voor de Belastingdienst al tekenen van een gezagsrelatie. En bij de meeste ‘vaste’ waarnemers is dat het geval.

Worden deze plannen wetgeving? Het conceptvoorstel is via een internetconsultatie aan de samenleving voorgelegd. Er is veel kritiek op gekomen, ook van de werkgevers- en

werknemersorganisaties in de Stichting van de Arbeid, vanwege de administratieve last die de wet veroorzaakt. Ook de LHV heeft op het voorstel gereageerd, samen met de KNMT, de Federatie Medisch Specialisten en VvAA. Wij hebben aangegeven dat het voorstel te weinig rekening houdt met zorgspecifieke aspecten, waardoor er grote knelpunten in de zorg kunnen ontstaan. Alle reacties worden nu door het ministerie van SZW bekeken en verwerkt. Gelet op de kritiek is het de vraag wat er van het concept-voorstel overblijft.

En wat als de nieuwe wetgeving er niet komt? Ongeacht of de nieuwe wetgeving er wel of niet komt, zal de Belastingdienst vanaf 2021 strenger gaan controleren. Gelet op de criteria die de Belastingdienst hanteert, kan zij bij vaste waarneming mogelijk toch de conclusie trekken dat er een gezagsverhouding is. Dit kan grote financiële gevolgen hebben voor de opdrachtgever (lees: praktijkhoudende huisarts).

Alerts voor waarnemend huisartsen (opdrachtnemers)

E

en opdracht mag alleen buiten loondienst worden uitgevoerd als u geen gezagsrelatie hebt met de opdrachtgever. Volgens de criteria van de Belastingdienst is die relatie er sneller dan u denkt. De fiscale gevolgen zijn voor de opdrachtgever, maar de relatie met u kan daarbij onder druk komen te staan. De naheffing kan er onder omstandigheden toe leiden dat de Belastingdienst vindt dat u geen ondernemer bent.

Dit betekent mogelijk dat uw fiscale ondernemersfaciliteiten worden teruggevorderd. De kwestie van de gezagsrelatie in een specifieke opdracht staat los van de vraag of u voor de Inkomstenbelasting als ondernemer wordt gezien. Daarvoor gelden criteria als meerdere opdrachtgevers, spreiding van opdrachten en ondernemersrisico. Verhoging van het tarief naar 75+ euro is

de Dokter 2/2020

voor vaste waarneming geen oplossing. Ook met dit tarief mogen tijdelijke opdrachten niet langer dan een jaar duren. Benut het jaar 2020 om met uw opdrachtgever te verkennen in welke vorm de werkrelatie voor u beiden meerwaarde biedt. Misschien in dienstverband of mede-praktijkhouderschap. In de loop van 2020 komt hier vanuit de LHV meer informatie over.

33


a dv er t en t ie

EEN FRISSE KIJK OP UW PRAKTIJK Van Ree Accountants helpt u gezond te ondernemen in uw medische praktijk. Natuurlijk zorgen we ervoor dat u tijdig over de juiste praktijkcijfers beschikt. Onze dienstverlening gaat verder. Wij ontzorgen u door het geven van heldere adviezen op het gebied van: ■ Financiële en salarisadministratie ■ Personeelsbeleid ■ Praktijkmanagement ■ Fiscaliteit ■ Praktijkoverdracht en -overname Onze frisse kijk op uw praktijk levert verrassende inzichten op. Neem gerust vrijblijvend contact met ons via info@vanreeacc.nl of telefonisch 0343 – 415 940.

www.accountantsindezorg.nl PRAKTIJK SUPPORT | ACCOUNTANCY | BELASTINGEN | ALPHEN AAN DEN RIJN | BARNEVELD | GELDERMALSEN LEERSUM | NIEUWEGEIN | ZWOLLE


MARGRIET NIEHOF, LHV-ADVISEUR PUBLIC AFFAIRS:

‘Opvolger Wet DBA is een wet voor de samenleving, geen zorgwet’ De LHV-lobby over de vervanging van de Wet DBA is op de dag na de presentatie van het regeerakkoord Rutte III al begonnen. Margriet Niehof, LHV-adviseur Public Affairs, heeft het onderwerp al 2,5 jaar op haar netvlies staan en dat blijft ook nog wel even zo.

‘H

et kabinet kondigde in oktober 2017 in het regeerakkoord aan dat de Wet DBA in deze regeerperiode wordt vervangen door nieuwe wetgeving. Toen we als LHV lazen wat het kabinet met zzp’ers wilde, beseften we meteen dat dit grote gevolgen zou hebben voor al onze leden. Waarnemend huisartsen zijn de smeerolie in de huisartsenzorg. We zijn de dag erna aan de slag gegaan om onze positie te bepalen. Het lastige is dat de nieuwe wet afkomstig is van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, dus niet van VWS, ons ‘moederdepartement’ waar we veel contact mee hebben. We moesten dus toegang vinden tot andere beleidsmakers dan die we al kennen. We zijn vanaf het begin samen met de Federatie van Medisch Specialisten, de tandartsenorganisatie KNMT en de VVAA opgetrokken, omdat zij dezelfde zorgen hebben als wij. Het is een wet voor de hele samenleving, geen zorgwet. Ons punt is dat er meer rekening moet worden gehouden met de specifieke wetgeving die in de gezondheidszorg geldt. Zo is waarneming langer dan een jaar in de zorg helemaal niet ongebruikelijk. Ook is de tijd van inzet vooraf moeilijk te bepalen; denk aan vervanging bij ziekte of studie. Het is ook normaal dat een waarnemer zich met de kernactiviteit van een huisartsenpraktijk bezighoudt en doktersassistentes en praktijkondersteuners aanstuurt.

Maar de Belastingdienst ziet dat allemaal als aanwijzingen voor een gezagsverhouding. Als er sprake is van een gezagsrelatie mag een opdracht niet buiten loondienst worden uitgevoerd. De lengte van de opdracht speelt bij de beoordeling een rol. Voor de bovenkant van de markt wordt maximaal één jaar een hard criterium; dit is al in de conceptwet opgenomen. Als waarneemcontracten na een jaar moeten worden beëindigd, heeft dat grote gevolgen voor de kwaliteit en de continuïteit van de zorg. Daar hebben wij de beleidsmakers van zowel SZW als VWS op gewezen en we hebben het in de internetconsultatie herhaald. We moeten afwachten wat minister Koolmees met de kritiek gaat doen. Als er een wetsvoorstel komt, zal de Raad van State daarover eerst advies uitbrengen. Daarna kan de minister het wetsvoorstel terugnemen en aanpassen óf doorsturen naar het parlement. Het hele politieke traject kan wel twee jaar duren, dus het is sowieso de vraag of het lukt in deze kabinetsperiode. Tot die tijd blijft de oude wet van kracht blijft. De Belastingdienst zal daar vanaf 1 januari fiscaal op gaan handhaven. Onze boodschap aan alle woordvoerders zorg en sociale zaken blijft: laat de nieuwe wet niet botsen met zorgwetgeving.’ Volg het hele tijdpad van de opvolger van de Wet DBA en de lobby van de LHV op www.lhv.nl/tijdpad-wet-dba

de Dokter 2/2020

Webinar Wet DBA De Wet DBA die in 2016 is ingevoerd, wordt vermoedelijk per 1 januari 2021 vervangen door nieuwe wetgeving voor zzp’ers. Zoals het nu lijkt, zal deze wetgeving veel impact hebben op het vaste waarnemerschap. De LHV houdt op www.lhv.nl een dossier bij over de Opvolger Wet DBA en over alles wat zij doet om de zorg van huisartsen over het voetlicht te brengen. De LHV-Academie organiseert een webinar waarin LHV-jurist David Renkema en een fiscaal adviseur u bijpraten over alles wat u moet weten over de opvolger van de Wet DBA en over hoe u zich daarop kunt voorbereiden als waarnemend of praktijkhoudend huisarts.

Wanneer? Donderdag 18 juni 2020, van 19.30 uur tot 20.30 uur. Aanmelden kan op www.lhv.nl/LHV-Academie (zoek op Webinar)

35


a dv er t en t ie

VAN DER SCHOOT

Countus Seres accountants+adviseurs

ARCHITECTEN

bv BNA SCHIJNDEL

Samen beter voor de ondernemende huisarts De onafhankelijke adviseur voor huisartsen

Als huisarts bent u ondernemer in de zorg. In welke situatie u ook zit, u moet regelmatig beslissingen nemen die financiële gevolgen hebben. Een betrouwbare partner kunt u daar wel bij gebruiken. De adviseurs van Countus Seres zijn experts op fiscaal, juridisch en financieel gebied en kunnen u adviseren en begeleiden bij de start van uw praktijk, bij de uitdagingen en vragen waar u als praktijkhouder tegen aan loopt en bij de overdracht van uw praktijk.

ONTWERP • A RCHI T E CT UUR

Wilt u meer weten over onze dienstverlening en expertise, neemt u dan contact op met een van onze adviseurs via 0317 41 91 35, of mail naar info@seres.nl.

INTERIEUR • DIRECTIEVOERING BOUWMANAGEMENT • HAALBAARHEID

www.seres.nl

W W W. VA N D E R S C H O O TA R C H I T E C T E N . N L

ter-seres 171019.indd 1

27-10-17 13:49

Diagnostiek • Klinisch chemisch onderzoek • Medisch microbiologisch onderzoek • Cervixcytologie • Histologie • Moleculaire diagnostiek • PCR-testen • Beeldvormend onderzoek • Functieonderzoek

www.eurofins-nmdl-lcpl.com

www.salux.nl


LHV Nieuws Coronavirus: update voor huisartsen Op de LHV-website staat alle actuele informatie over het coronavirus overzichtelijk op een rij. Dagelijks werken wij het overzicht bij . Blijf op de hoogte via www.lhv.nl

LHV Huisartsendag verplaatst naar 19 september

V

anwege de uitbraak van corona in Nederland en de grote druk die dit legt op de huisartsenzorg is de LHV Huisartsendag uitgesteld. Het evenement stond gepland voor zaterdag 18 april, maar zal nu plaatsvinden op zaterdag 19 september 2020. De locatie blijft hetzelfde: het World Forum in Den Haag. Als u al een kaartje heeft gekocht, dan blijft dit gewoon geldig. Mocht u op 19 september niet kunnen, dan kunt u uw ticket kosteloos annuleren. We gaan ervanuit dat we in september hetzelfde programma kunnen aanbieden. Daarvoor zijn we nu druk bezig met de afstemming met alle sprekers en andere betrokkenen. We houden u op de hoogte via de verschillende LHV-kanalen. Heeft u nog vragen? Bezoek dan www.LHVhuisartsendag.nl voor meer informatie of stuur een bericht naar huisartsendag@lhv.nl

TOOLBOX

HECHTE HUISARTSENZORG

Samenwerken in de regio: waarom en hoe? LHV, NHG en InEen willen een impuls geven aan structurele regionale samenwerking tussen huisartsen onderling, liefst in één regionale huisartsenorganisatie. Daarom hebben zij een heldere visie op deze samenwerking geformuleerd.

Z

es bouwstenen vormen de ingrediënten voor zo’n regionale huisartsenorganisatie. Huisartsen weten daarmee wat zij minimaal mogen verwachten van hun organisatie. In het hele land worden al veel succesvolle samenwerkingen gerealiseerd, getuige de verhalen van de betrokken huisartsen en bestuurders. Basisvoorwaarden zijn een heldere structuur voor besluitvorming, betrokkenheid van alle huisartsen die in een regio werken en adequate financiering. We hopen dat deze bouwstenen, voorwaarden en voorbeelden u inspireren – en helpen – om te bouwen aan hechtere huisartsenzorg. Het gaat om de volgende bouwstenen:

1 2

Opstellen van een regioplan

3 4 5 6

ndersteuning van het O automatiserings- en informatiseringsbeleid Gemandateerde samenwerkingsafspraken maken Ondersteuning bij arbeidsmarktproblematiek ntzorging en facilitering O van de bedrijfsvoering Ondersteuning bij vormgeving van het zorgaanbod en kwaliteitsbeleid

U vindt de bouwstenen en nog veel meer ondersteunende informatie op www.hechtehuisartsenzorg.nl.

Hechte huisartsenzorg

WERK STRUCTUREEL SAMEN IN DE REGIO

de Dokter 2/2020

37


wisselcolumn Coen Albers, huisarts in Middelburg Hoe lang nog? ij ligt op zijn zij in het hooglaagbed, Herman. Hij kijkt naar buiten. Het is grijs en het regent. Ik zit naast hem. Uit de computer aan het voeteneinde klinkt muziek. ‘Pink Floyd, dat vinden wij mooi, u kent het zeker nog? Maar hij gaat wel achteruit dokter, hij eet haast niets meer. Hoe lang hebben we nog, wat denkt u?’, vraagt Ria. Vorige week kregen ze de uitslag van de specialist. Een jaar geleden werd een uitgezaaide prostaatkanker vastgesteld. De ziekte breekt nu door de radiochemotherapie en de hormooninjecties heen. Uitbehandeld. Daarvoor zag ik hem nooit, altijd gezond. Vroeger hofmeester op de grote vaart, weinig thuis, laat getrouwd, zelf geen kinderen. Herman pakt naar de papegaai, hij draait zich op zijn rug. ’Ja dokter, het is gebeurd met me, het is niet anders. En het is goed dat ik er vroeg uit kon,

‘Zolang je niet dood bent, leef je nog. De kunst is om dat dan ook te doen' we hebben mooie jaren gehad samen. De pijn in mijn benen is een stuk minder na die andere medicijnen, dat scheelt. En ik slaap nu goed, met dat blauwe pilletje.’ ‘Niemand kan precies zeggen hoe lang u nog heeft, het is bij iedereen anders. Dat het langzaam achteruit gaat is duidelijk, het is niet te genezen. We kun-

38

de Dokter 2/2020

nen pijn en ongemak wel verlichten. En u kunt, samen met uw dierbaren, proberen er het beste van te maken. Alleen maar wachten, op verslechtering en op het einde, kan lang duren. Voor u en voor uw omgeving. ‘Maar hij eet haast niets meer, alleen maar drinken is toch niet genoeg?’, onderbreekt Ria. ‘En zijn ogen zijn ook zo achteruit, tv kijken gaat ook al niet meer’. ‘Maar ik kan toch nog goed horen en we zijn nog samen’, werpt Herman tegen. ‘Zolang je niet dood bent leef je nog. De kunst is om dat dan ook te doen’, orakel ik. ‘Als je bijna niets meer zelf kunt, is het dan niet beter om te kijken naar wat nog wél gaat en bedenken wat je prettig vindt? Dat kunnen soms simpele dingen zijn, zoals muziek. En je bent altijd nog gezelschap voor anderen. En afleiding is een goede pijnstiller.’ Buiten breekt de zon door. Bij de voordeur vraagt Ria hoe lang ik nog moet. Dat hoor ik vaker. ‘Tot een uur of zes vanmiddag’, zeg ik. ‘Grapje. Ik mag nog een jaar of vier. Je moet wel zorgen dat het leuk blijft, werken. Door een stapje terug te doen en dingen te delen met jonge collega’s.’ ‘Gelijk hebt u’. Ik krijg een knipoog. Dit was mijn laatste column in dit blad. Met plezier heb ik zes jaar mijn overwegingen gedeeld. Maar ik laat de pen ook graag over aan nieuw bloed. ¶ albers@vleugelnoot.nl

FOTO: LINDA HEMMES

H


a dv er t en t ie

Doorverwijzen naar een stoppen-met-roken specialist Samenwerking Medipro en huisartsen Medipro is een landelijke zorgverlener gespecialiseerd bij begeleiding bij het stoppen met roken. Medipro-coaches werken op diverse plekken in het land al samen met huisartsenpraktijken. Ervaring leert dat deze samenwerking een succes is voor beide partijen. De huisarts kan patiënten verwijzen naar een coach en de gesprekken kunnen indien gewenst ook plaatsvinden in uw praktijk. De Medipro coach kan ook in uw praktijk een vrijblijvende informatie spreekuur houden met rokende patiënten.

Waarom doorverwijzen naar Medipro? • • • • • • • •

Vestigingen door heel Nederland Contracten met alle grote zorgverzekeraars Behandelingen vergoed vanuit basispakket, zonder eigen risico Coaches ingeschreven in het Kwaliteitsregister Stoppen met Roken Ondersteuning door medische staf, bestaande uit o.a. verslavingsarts en psycholoog Persoonlijke en telefonische coaching Korte wachtlijst Verwijzing van patiënten kan gemakkelijk en snel via ZorgDomein en ZorgMail

Heeft u interesse? Medipro stuurt u graag kosteloos de informatiebox toe. Neem hiervoor telefonisch of per e-mail contact met ons op.

088 – 78 67 732

www.medipro.nl

info@medipro.nl


a dv er t en t ie

Hier stond een advertentie


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.