Rumtelijke kwaliteit in multifunctionale groengebieden - Mirjam van de Velde en Jorinde Mulders

Page 1

RUIMTELIJKE KWALITEIT

Mirjam van de Velde-Kanselaar en Jorinde Mulders

IN MULTI FUNCTIONELE GROENGEBIEDEN


colofon Afstudeeropdracht Ontwerp ondersteunend onderzoek Landschapsarchitectuur In opdracht van: Hogeschool Van Hall Larenstein Begeleiders: Adrian Noortman Cees Zoon Auteurs: Mirjam van de Velde - Kanselaar Jorinde Mulders Foto’s: Alle foto’s, mits anders is vermeld, zijn gemaakt door de auteurs

2


voorwoord Dit rapport is het verslag van een drie maanden durende zoektocht naar ruimtelijke kwaliteit in multifunctionele groengebieden, afgekort als MFG. Als onderdeel van het afstudeertraject is er ontwerpondersteunende onderzoek gedaan. De uitkomsten van het onderzoek zullen gebruikt gaan worden bij de uitwerking van een eerder gemaakt masterplan. Met het onderzoek wilden wij een zoektocht starten naar de vraag hoe MFG’s meer kunnen zijn dan schijnbaar toevallig naast elkaar geplaatste functies in een groene zone. Wij pretenderen niet dat wij alles onderzocht en beschreven hebben, daarvoor was eenvoudig de tijd te kort. Maar wij hopen dat wij een goede eerste aanzet hebben gegeven. Wij willen onze docenten Adrian Noortman en Cees Zoon hartelijk bedanken voor de begeleidingen. De discussie met hen en hun inbreng hebben dit rapport helpen vormgeven. Tijdens het onderzoek hebben wij gesproken met een aantal mensen in het veld die ons meer inzicht hebben gegeven in hoe een multifunctioneel groengebied, waar aandacht is voor recreatie en natuur, goed kan functioneren. Als weergave van die opgedane kennis is het verslag van een interview in het rapport afgedrukt. Wij willen Tanja Vermeer, Gerrit de Koe, Peter Vergeer en Hellen Velders, hartelijk bedanken voor hun inspirerende enthousiasme. Niet in de laatste plaats willen wij het thuisfront bedanken voor alle geduld en steun. Jorinde Mulders- Higgins Mirjam van de Velde-Kanselaar 14 februari 2014

 3


inhoudsopgave Colofon Voorwoord Samenvatting Hoofdstuk 1

Hoofdstuk 2

Hoofdstuk 3

Hoofdstuk 4

4 

Blz. 2 3 5 Blz. Hoofdstuk 5

Het hoe en waarom van dit onderzoek 1.1 Aanleiding 1.2 Doel 1.3 Hoofdvraag en deelvragen 1.4 Hypothese 1.5 Werkwijze

6 6 7 7 7

Multifunctionele Groengebieden uitgelegd 2.1 Wat zijn kenmerken van MFG’s in stadsranden? 2.2 Noodzaak van ruimtelijke kwaliteit in MFG

8 8

Ruimtelijke kwaliteit als maatstaf 3.1 Definitie van het begrip 3.2 Ruimtelijke kwaliteit in het onderzoek 3.3 De analyse van de ruimtelijke kwaliteit

10 11 12

Analyse van een drietal Multi Functionele Groengebieden 4.1 Voorwaarden referentiegebieden 4.2 Keuze referentiegebieden 4.3 Recreatiewaarde, natuurwaarde en klimaatbestendigheid 4.4 Noordelijke middelpolder, amstelveen 4.5 Peppelensteeg / veldhuizerbos, ede 4.6 Middenmeer / voorland, amsterdam

14 14 15 16 28 40

Hoofdstuk 6

Conclusies van het vergelijkend onderzoek 5.1 uitkomsten van vergelijkend onderzoek 5.2 de ruimtelijke kwaliteit van de referentiegebieden

56 58

Ruimtelijke principes als uitkomst 6.1 Beantwoording van de deelvragen 6.2 Beantwoording van de hoofdvraag 6.3 Conclusies van Meervoudig Ruimtegebruik 6.4 Controleren van de hypothese

60 62 63 63

Nawoord

65

Bijlage 1 Schema: begrippen Ruimtelijke kwaliteit in MFG Bijlage 2 Poster Ontwerpprincipes Bijlage 3 Begrippenlijst Bronnen

66 67 68 71


samenvatting Dit onderzoek gaat over wat verstaan kan worden onder ruimtelijke kwaliteit en hoe deze in Multi Functionele Groengebieden ingezet kan worden om deze beter in te zetten voor recreatiewaarde, natuurwaarde en klimaatbestendigheid, met name in stadsranden. In stadsranden, tussen stad en land in, liggen vaak gebieden waarin allerlei functies liggen die geen plek kunnen krijgen in de stad. Ze horen wel bij de stad omdat ze functies vervullen die de stad bedienen, zoals bijvoorbeeld sportvoorzieningen, waterzuivering en een begraafplaats. Ze bestaan meestal uit diverse functies met (groene) restruimte eromheen. Doel van dit onderzoek is het vinden van inrichtingsprincipes die de ruimtelijke kwaliteit in een MGF in een stadsrand kunnen verhogen, en hiermee meer waarde kunnen toekennen aan het gebied. Om deze inrichtingsprincipes te vinden is het begrip Ruimtelijke Kwaliteit duidelijk gedefinieerd. Hierbij is gebruikgemaakt van de matrix van Habiforum waarin maatschappelijke belangen worden gekoppeld aan de ontwerpeisen. Zo wordt ervan uitgegaan dat ruimtelijke kwaliteit gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde heeft. Deze waarden worden in een matrix afgezet tegen economische, sociale, ecologische en culturele belangen. (zie bijlage 1) Hierbij gaat het om objectieve en subjectieve elementen. Voor dit onderzoek zijn de objectieve elementen zoals de ondergrond en landschapsstructuren in een lagenmodel gezet waar vier begrippen, die gedestilleerd zijn uit de matrix, doorheen lopen. De begrippen zijn Toegankelijkheid, Samenhang, Meervoudig ruimtegebruik en Robuustheid.

Met dit analysemodel zijn een drietal referentiegebieden bekeken. Eerst is gekeken hoe de gebieden in elkaar zitten. Hiervoor zijn diverse kaartjes gebruikt waarin de landschapsstructuur duidelijk wordt of de soort functies. Door de elementen van de vier hoofdbegrippen uitgebreid te beschrijven is een beeld ontstaan van het functioneren van het desbetreffende gebied. De gevonden variabelen zijn in geabstraheerde tekeningetjes gezet en met elkaar vergeleken. Dat levert een aardig beeld op van waar ruimtelijke kwaliteit in zit. De drie gebieden bleken een redelijke (Noordelijke Middelpolder, Amstelveen), een slechte (Peppelensteeg/Veldhuizerbos, Ede) en een goede (Middenmeer/Voorland) ruimtelijke kwaliteit te hebben. Met behulp van deze conclusies zijn een aantal ruimtelijke principes gevonden die invloed uitoefenen op ruimtelijke kwaliteit. Deze zijn in een schema gezet en als bijlage 2 en als poster achterin het rapport bijgevoegd. Opvallende conclusie van dit onderzoek is dat ruimtelijke kwaliteit niet zozeer zit in het toepassen van ruimtelijke elementen alswel in het samenbrengen van functies die elkaar aanvullen of versterken. Meervoudig ruimtegebruik in de zin van intensiever gebruik van de ruimte, het verweven van functies die daardoor een relatie aangaan, het stapelen van functies waardoor bijvoorbeeld van dezelfde faciliteiten gebruik gemaakt kan worden of het gebruik van dezelfde ruimte maar op een ander moment in de tijd, is hierbij het belangrijkste aspect gebleken.

 5


1

M

aa

rs ch

alk er we

er d

Utrecht

Afb.1.1 Ligging van de Maarschalkerweerd bij Utrecht. Dit gebied is onderdeel van de ontwerpopgave en daarom aanleiding voor dit onderzoek.

6 

het hoe en waarom van dit onderzoek 1.1 Aanleiding

1.2 Doel

Het ontwerp ondersteunend onderzoek is gericht op het vinden van handvatten voor een deeluitwerking van het masterplan. Dit masterplan gaat over het parkachtige groengebied ten oosten van Utrecht dat ingeklemd ligt tussen Utrecht-oost, de Uithof, Zeist en Bunnik en een belangrijk uitloopgebied vormt voor de stad Utrecht en haar directe omgeving. De relatie tussen dit groengebied en de stad is nog niet optimaal en zeker niet toekomstbestendig.

Het doel van het onderzoek is te zoeken naar handvatten om meer betekenis te geven aan MFG’s, in de zin dat het meer recreatieve - en natuurwaarde krijgt en een bijdrage levert aan de klimaatbestendige stad. Dit onderzoek is een manier om de verschillende functies, met hun al dan niet aantrekkelijke verschijningsvormen, tot een samenhang te smeden, zodat een gebied ontstaat dat een waardige entree vormt voor zowel de stad als het buitengebied.

Op de overgang van stad naar land liggen barrieres die een oplossing behoeven. Een van die barrieres is het tussengebied Maarschalkerweerd, dat gekenmerkt wordt door stedelijke functies, zoals groengebonden sportfaciliteiten, volkstuintjes en bedrijven waar in de stad geen ruimte voor is. Doordat deze functies naast elkaar liggen in een ogenschijnlijk willekeurige rangorde en vaak een groene rand hebben, komt het gebied over als groengebied met meerdere ingepaste functies. Een degelijke gebied wordt als MultiFunctioneel Groengebied (MFG) aangeduid. De toenemende druk op de openbare ruimte vraagt om een integrale verbetering van deze gebieden. Hiervoor is een gebiedsvisie nodig meerdere doelstelling omvat dan alleen de som van de individuele functies van de verschillende activiteiten, die in het gebied zijn bepland.

Met andere woorden, het doel van dit onderzoek is het vinden van inrichtingsprincipes die bepalend zijn voor het verhogen van de ruimtelijke kwaliteit in MGF in stadsranden, en hiermee meer waarde toekennen aan het gebied.


1.3 Hoofdvraag en deelvragen

1.5 werkwijze

De hoofdvraag luidt: Wat zijn de bepalende ruimtelijke inrichtingsprincipes die de ruimtelijke kwaliteit en betekenis in MFG’s verhogen.

Omdat in de hoofd- en deelvragen vrij veel begrippen voorkomen die uitleg behoeven, heeft het onderzoek zich in de eerste fase gericht op het helder te formuleren en in de context van het onderzoek te plaatsen van deze begrippen. Hierbij is gebruik gemaakt van de Ruimtelijke Kwaliteiten Matrix van Habiforum (Hooimeier e.a., 2001). Uitgangspunt hierbij is dat ruimtelijke kwaliteit gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde verenigt en rekening houdt met economische, sociale, ecologische en culturele belangen. Hierbij gaat het hierbij om zowel objectieve en subjectieve elementen.

Deze hoofdvraag is onder te verdelen in de volgende deelvragen: • Wat zijn de ruimtelijke kenmerken van MFG’s? • Welke aspecten zijn bepalend voor ruimtelijke kwaliteit van MFG’s? • Welke ruimtelijke principes kunnen er geformuleerd worden om de ruimtelijke kwaliteit in MFG’s te verhogen? • Welke aspecten en principes zijn bepalend voor recreatiewaarde, natuurwaarde en klimaatbestendigheid?

1.4 hypothese De verwachting is dat door de samenhang van de verschillende functies binnen een multifunctioneel groengebied te versterken en te zoeken naar het combineren van functies, ruimtelijke kwaliteit kan ontstaan, die zowel de natuurwaarde als de recreatieve aantrekkelijkheid zal bevorderen en de klimaatbestendigheid van het gebied en de omgeving zal toenemen. Onderliggende landschappelijke structuren zijn waarschijnlijk belangrijk voor de eigen identiteit van de plek.

In de volgende stap van het onderzoek zijn de aspecten, die als bepalend voor de ruimtelijke kwaliteit zijn gevonden, in een matrix gecombineerd met een lagenmodel. Door een aantal referentiegebieden te analyseren werd onderzocht welke ruimtelijke elementen en inrichtingsprincipes bij kunnen dragen aan ruimtelijke kwaliteit van MFG’s. Deze referentiegebieden moeten wel aan een aantal voorwaarden voldoen om waardevol te zijn voor het onderzoek (deze randvoorwaarden zijn beschreven in hoofdstuk 4).

7


2

multi functionele groengebieden Afb.2.1 Volkstuintje Amsterdamse stijl met huisjes erop.

Afb.2.2 De waterzuiverings installatie van Amstelveen midden in de polder.

2.1 Wat zijn kenmerken van MFG’s in stadsranden?

2.2 Noodzaak van ruimtelijke kwaliteit in MFG

Hoewel een MFG ingebed kan liggen in het stedelijk weefsel, is het toch altijd onderdeel (geweest) van de stadsrand. Een MFG kenmerkt zich door stedelijke functies, zoals grondgebonden sportfaciliteiten, volkstuintjes, een begraafplaats, een waterzuivering en bedrijven/ bedrijfjes, waar in de stad geen ruimte voor is. Deze functies worden meestal afgeschermd met een groene rand, waardoor het gebied over komt als groengebied met meerdere ingepaste functies. Doordat de functies naast elkaar liggen in een ogenschijnlijk willekeurige rangorde komt het gebied vaak over als rommelig en onverzorgd. De afzonderlijke functies worden vaak afgeschermd met hekken, wat een onvriendelijke, afwerende indruk maakt.

De monofunctionele versnipperde stadsrand heeft zijn langste tijd gehad. Daarvoor zijn de laatste stukjes groen rondom de stad te kostbaar geworden. Bovendien verandert de tijdbesteding van mensen. De samenleving verandert. Daarom is het van belang dat MFG’s en de sportparken die erin liggen mee veranderen. Bij sportbeoefening komt het accent steeds meer te liggen op individuele sportbeoefening in plaats van groepssporten. Daarnaast kent het traditionele sportpark een piekbelasting tijdens de avonden weekenduren. Op doordeweekse dagen zijn ze grotendeels verlaten. Daarnaast zijn naschoolse opvang, kinderdagverblijven en fysiotherapie steeds vaker op zoek naar faciliteiten, met namen tijdens de daluren. Echter tot nu toe zien weinig sportvereningen de toegevoegde waarde van de multifuntionele ingezet van hun faciliteiten.

Als er doorgaande routes zijn, worden deze meestal gecombineerd met de ontsluitingsweg van de functies. De ingepaste functies kunnen een tijdelijk karakter hebben omdat de stadsrand geneigd is om op te schuiven richting groengebied. Visuele aantrekkelijkheid heeft dan meestal weinig prioriteit. Er is vaak een vrij abrupte overgang van stad naar het MFG. Vaak is de omgeving met zijn rug naar het gebied toegekeerd. Het MFG wordt vaak begrenst door een barrière, zoals bv een grote verkeersweg, een spoorlijn of waterpartij of een combinatie hiervan.

Afb.2.3 Het “survivalhonk” in het MFG bij Ede.

8

Door hun ligging aan de stadsrand bieden de MFG’s een kans voor het creëren van recreatie- en natuurwaarde. Echter de huidige vormgeving van de MFG’s is hier niet opgericht. Door de toenemende vraag naar deze functies, bieden MFG’s kansen om mensen dichtbij huis de natuur te laten beleven. Daarnaast zijn er veel mogelijkheden voor individuele sportbeoefening en ontspanning in een MFG.


Maar er is nog een kans die opgepakt kan worden. De voorzitter van het IPCC (Intergovermental Panel on Climate Change) riep onlangs tijdens zijn bezoek in Nederland op om de klimaatproblemen serieuzer aan te pakken. Nederland is door zijn ligging in de delta van Europa extra kwetsbaar voor de klimaatveranderingen. Het IPCC heeft geconcludeerd dat voor 95% vaststaat dat de klimaatsveranderingen het gevolg is van menselijk handelen. Door de ligging maar ook de verschijningsvorm liggen er juist in MGF kansen om de gevolgen van de klimaatsverandering op te vangen. Hierbij kan gedacht worden aan waterretentie, het tegengaan van hitte en de opvang van CO2 en fijnstof. De intensivering in van het gebruik van de ruimte door mens en natuur en de klimaatverandering vraagt om een nieuwe visie op de MFG’s. Dit rapport is een zoektocht naar het antwoord hoe deze ruimtelijke kwaliteiten tot stand gebracht kunnen worden in een MFG.

Afb.2.4 Natuurbeleving langs het Klein Loopveld, een groene buffer tegen Buitenveldert aan. (bron: bomennederlands blog)

Afb.2.5 Waterzuivering als educatieve attractie

Afb.2.6 Wandelen en natuurbeleving voor iedereen.

 9


3

ruimtelijke kwaliteit als maatstaf 3.1 definitie van het begrip Het begrip “Ruimtelijke Kwaliteit” wordt veel in de mond genomen als het over gebiedsontwikkeling gaat, maar wat wordt er eigenlijk mee bedoeld? Afb. 3.1 De bloemkoolwijk als voorbeeld van veranderde opvatting van ruimtelijke kwaliteit

Verkenning van het begrip Ruimtelijke kwaliteit is een soort containerbegrip waar iedereen zijn eigen interpretatie aan geeft. Ook lijkt het een legitimiteit te geven aan ruimtelijke plannen waardoor ze beter ‘verkopen’. Tegelijkertijd krijgt het begrip veel aandacht van ruimtelijke planners vanuit de behoefte de kwaliteit van de plannen te willen vergroten. Daarom is het goed om hier te definiëren wat in dit onderzoek onder ruimtelijke kwaliteit wordt verstaan. Een leidraad hierbij is het rapport “Ruimtelijke kwaliteit in gebiedsontwikkelingen” (Habiforum, 2009). Er zitten veel aspecten aan ruimtelijke kwaliteit. Allereerst is ruimtelijke kwaliteit afhankelijk van plaats, tijd, belang en schaalniveau. Als een van deze variabelen veranderen, verandert ook de ruimtelijke kwaliteit. Een voorbeeld hiervan is de zogenoemde bloemkoolwijk, die in de jaren ‘80 van de vorige eeuw in de woningbouw erg populair was (Afb. 3.1). Door een verandering in het denken over stedenbouw, dus een verandering in tijd, wordt dit nu als achterhaald gezien. De ruimtelijke kwaliteit wordt minder gewaardeerd terwijl er fysiek niets veranderd is. Er zitten dus objectieve en subjectieve waarden in ruimtelijke kwaliteit. De objectieve waarden zitten in de fysieke structuur van het landschap. Hiermee worden de bodem, de ontstaansgeschiedenis en herkanbare landsschapsstructuren bedoeld (zie FIg. 3.1).

10

fysieke structuur van het landschap

objectief

functioneren van het systeem landschap

waarde toegekend aan functioneren

subjectief

Fig.3.1 Ruimtelijke kwaliteit heeft ovjectieve en subjectieve componenten naar: Termoshuizen&Opdan, 2009 Ruimtelijke kwaliteit wordt niet door iedereen op dezelfde manier beleefd en beschreven. Niet iedereen vindt hetzelfde belangrijk of geeft er dezelfde betekenis aan. Als twee mensen bijvoorbeeld allebei ‘rust en ruimte’ in hun leefomgeving belangrijk vinden, kan dat voor de een de nabijheid van een groot wandelbos betekenen, maar voor de ander een groot balkon met een weids uitzicht. Plekken krijgen een ‘meerwaarde’ wanneer mensen er op hun eigen wijze betekenins aan geven. Dit is de subjectieve waarde die toegekend wordt aan het functioneren van het systeem landschap. Die is voor een groot deel tijd- en plaatsgebonden (zie FIg. 3.1). Ruimtelijke kwaliteit ontstaat niet vanzelf. Sterker nog: als je niets doet, verdwijnt het vanzelf. Het kost inspanning om bestaande ruimtelijke kwaliteit te behouden. De ‘rust en ruimte’ van het bos en van het balkon worden op vele manieren bedreigd. Zonder zorg verwatert ruimtelijke kwaliteit. Het is de zorg van alle betrokkenen om ruimtelijke kwaliteit te onderhouden en te verbeteren (bron: www. werkpartners.net).


Verder invullen van het begrip voor het onderzoek Vitruvius gebruikte in ongeveer 60 voor Christus de termen schoonheid (Venustas), bruikbaarheid (Ulitas) en degelijkheid (Firmitas) om de kwaliteit van een bouwwerk te beschrijven. In de huidige tijd kunnen wij deze begrippen omschrijven met gebruikswaarde, belevingswaarde en toekomstwaarde. Gebruikswaarde = doelmatigheid + functionele samenhang Belevingswaarde = diversiteit + identiteit + schoonheid Toekomstwaarde = duurzaamheid + aanpasbaarheid + beheerbaarheid Samenvattend: Ruimtelijke kwaliteit heeft gebruiks-, belevings- en toekomstwaarde en houdt rekening met economische, sociale, ecologische en culturele belangen. Hierbij gaat het om objectieve en subjectieve elementen. Deze kwaliteit staat voortdurend onderdruk en moet onderhouden worden om op peil te blijven.

3.2 ruimtelijke kwaliteit in het onderzoek Om concrete handvatten te krijgen voor de ruimtelijke kwaliteit stelt Habiforum in het rapport ‘Ruimtelijke kwaliteit in meervoud’ voor om een matrix te gebruiken waarin de maatschappelijke belangen worden gekoppeld aan de ontwerpeisen. Deze matrix van Habiforum is ingevuld voor MFG’s (zie bijlage 1). Uit deze matrix volgen 22 begrippen, die invloed hebben op ruimtelijke kwaliteit. Gezien de beperkte tijd binnen het huidige onderzoek, zijn uit deze lijst 4 hoofdbegrippen gedestilleerd: Toegankelijkheid, Samenhang,

Meervoudig Ruimtegebruik en Robuustheid. In paragraaf 3.3 zullen deze begrippen verder toegelicht worden. Om het begrip ruimtelijke kwaliteit verder te onderzoeken, zijn deze vier hoofdbegrippen van een kleurcode voorzien (zie fig. 3.2). Met deze kleurcode zijn de 22 begrippen in de matrix geclassificeerd. Uit deze analyse blijkt dat er relaties zijn tussen specifieke waarden en belangen. Met andere woorden de vier hoofdbegrippen zijn niet uniform over de matrix verdeeld, maar vormen specifieke verbindingen tussen waarden en belangen. Zo is Toegankelijkheid voornamelijk een gebruikswaarde met een economisch belang, is Samenhang een belevingswaarde, is Meervoudig ruimtegebruik vooral toekomst waarde en is Robuustheid een ecologisch belang.

economisch

sociaal

ecologisch

cultureel

belang

belang

belang

belang

gebruikswaarde

belevingswaarde

toekomstwaarde

Toegankelijkheid

Meervoudig Ruimtegebruik

Samenhang

Robuustheid

Fig. 3.2 De matrix van Habiforum met de vier hoofdbegrippen ingevuld

11


fysieke structuur van het landschap

objectief

functioneren van het systeem landschap

waarde toegekend aan functioneren

subjectief

3.3 de analyse van de ruimtelijke kwaliteit De fysieke structuur van het landschap wordt geanalyseerd door middel van een lagenmodel. Hierin worden de volgende lagen onderscheiden: • Ondergrond; de geomorfologische en geografische ondergrond  inclusief historische occupatiepatronen, • Infrastructuur; netwerk verbindingen op elk nivo, • Groenstructuren;  alle  vormen  van  aaneengesloten  vormen  van  opgaand groen, • Watersysteem;  de  aan-  en  afvoer  van  water,  wateropslag,  hergebruik enz, • Functie; grondgebruik en/of grondgebonden activiteiten, • Bebouwing; elke vorm van bebouwing die als massa gezien kan  worden. Het functioneren van het systeem landschap wordt geanalyseerd aan de hand van doorsnedes, foto’s en het lagenmodel. Hiervoor worden de 4 hoofdbegrippen die het meest essentieel zijn voor ruimtelijke kwaliteit in MFG’s als leidraad gebruikt. Ze staan als gekleurde pijlen door het lagenmodel getekend, omdat op elke laag wordt onderzocht of hier aanknopingspunten te vinden zijn voor ruimtelijke kwaliteit.

12

Fig. 3.3 Analysemethodiek naar: Het ontwerp van de openbare ruimte (Meyer e.a., 2009)


Uitleg van de vier hoofdbegrippen • Toegankelijkheid;  Toegankelijkheid is de mate waarin een gebied vanuit andere gebieden te bereiken is door meerdere gebruikersgroepen, hoe de aanwezige functies ontsloten zijn en hoe openbaar de aanwezige ruimte is. De focus van het onderzoek was op: •Verhouding openbaar/privé, •Toegangen en parkeergelegenheid, •Duidelijke routes.  • Samenhang Samenhang is de mate waarin onderdelen van een geheel in relatie staan tot elkaar, door elkaar aan te vullen dan wel te beïnvloeden. In dit onderzoek heeft de interne samenhang prioriteit gekregen. Hierin zijn functionele en ruimtelijke samenhang te onderscheiden. De focus van het onderzoek was op: •Groene en blauwe structuren, •De indeling van de ruime, •Hoe de gebouwen en functies reageren op de omgeving, •Identiteitgevende elementen zoals cultuurhistorische elementen, ladschappelijke elementen of landmarks. • Meervoudig ruimtegebruik; Ruimtegebruik is meervoudig als de bestaande ruimte intensiever wordt ingericht, met meer menging van functies, als meer ruimte wordt gecreëerd op hetzelfde oppervlak, of als de ruimte in de tijd duurzamer wordt ingericht (Habiforum, Plan van Aanpak, augustus 1999). De focus van het onderzoek was op:

•Geïntensiveerd, •Verweven, •Gestapeld, •Opeenvolgend ruimtegebruik (in tijd).

• Robuustheid Robuustheid wordt meestal gebruikt met betrekking tot natuur en ecosystemen. Hierbij wordt ervan uit gegaan dan een (eco-) systeem altijd onderdeel uitmaakt van een groter systeem. Robuustheid is de mate waarin een systeem gevoelig is voor verstoringen van buitenaf. In dit onderzoek wordt het begrip robuustheid beperkt tot de robuustheid van de groene en blauwe structuur. De focus van het onderzoek was op: •Netwerken van groen en water, zowel interne netwerken als aansluiting op de omgeving.

Waardering van het functioneren van het landschap Door de referentiegebieden te analyseren kunnen conclusies getrokken worden over welke aspecten een bijdrage kunnen leveren aan ruimtelijke kwaliteit. Hierbij wordt dus een waarde toegekend aan het functioneren van het landschap.

ROBUUSTHEID

TOEGANKELIJKHEID

SAMENHANG

MEERVOUDIG RUIMTEGRBRUIK

13


4

analyse van multifunctionele groengebieden 4.1 voorwaarden referentiegebieden

Afb. 4.1 Referentiegebied ‘t Loopveld

Afb. 4.2 Referentiegebied Peppelsteeg / Veldhuizerbos

Door een aantal referentiegebieden te analyseren, moet duidelijk worden welke ruimtelijke elementen en inrichtingsprincipes bij kunnen dragen aan de ruimtelijke kwaliteit van multifunctionele groengebieden. Deze referentiegebieden moeten aan een aantal voorwaarden voldoen om waardevol te zijn voor het onderzoek. Deze voorwaarden zijn: • Er moeten minimaal drie verschillende gebruiksfuncties te identificeren zijn, • Grondgebonden sportfaciliteiten moet als gebruiksfunctie aanwezig zijn, • Het gebied is een aaneengesloten gebied dat binnen logische dan wel natuurlijke grenzen ligt (bv een snelweg of waterweg), • Het gebied maakt onderdeel uit van de stadsrand of heeft dat in het verleden gedaan. • Er moet een groene dan wel blauwe structuur in liggen die (potentiële) natuurwaarde heeft.

4.2 Keuze referentiegebieden De drie gebieden die zijn geanalyseerd zijn: 1. De Noordelijke Middelpolder, Amstelveen (polderlandschap, 68 ha) 2. Peppelensteeg / Veldhuizerbos, Ede (zandlandschap, 100 ha) 3. Sportparken Middenmeer / Voorland, Amsterdam (polderlandschap, 118 ha) Afb. 4.3 Referentiegebied Middenmeer / Voorland

14

1

3 2

Fig. 4.1 Ligging van de referentiegebieden Deze gebieden voldoen aan de gestelde voorwaarden. Er is gekozen voor twee traditionelere gebieden (waar functies schijnbaar willekeurig naast elkaar liggen) in twee verschillende landschaptypen. Daarnaast is er lang gezocht naar een referentiegebied er bewust gewerkt is aan het verhogen van de ruimtelijke kwaliteit. Park Randenbroek (Amersfoort) voldeed aan die voorwaarde. Later is via de website van Smartcity’s het sportcomplex Middenmeer / Voorland ontdekt. Omdat de indruk ontstond dat daar heel actief ingespeeld wordt op de recreatie- en natuurwaarde van het gebied, is gekozen voor analyse van dit gebied. Bij meer tijd was Park Randenbroek een goed 4e referentiegebied geweest. Elk gebied is op twee schaalnivo’s bekeken. Eerst op de schaal van het hele gebied in combinatie met zijn omgeving, daarna op de schaal van de mogelijke deelgebieden en hun kenmerken.


4.3 recreatiewaarde, natuurwaarde en klimaatbestendigheid Als de belangrijkste variabelen van de ruimtelijke kwaliteit bekend zijn, is het interessant om te kijken welke voorwaarden er zijn om een gebied meer betekenis te geven, met andere woorden: hoe kunnen de variabelen ingezet worden om hetzij de recreatiewaarde een boost te geven, de natuurwaarde te verhogen, of het gebied in te zetten ten behoeve van klimaatbestendiger te maken of een combinatie hiervan. Hierbij valt te denken aan Recreatiewaarde. Dit houdt in: • de mogelijkheid van een ommetje van 30 minuten (2 -2,5 km) • voldoende recreatieve aantrekkelijkheid of één of meer landmarks • een prettige route tussen stad en land • weinig (zicht) barrières • eerste beleving natuur Natuurwaarde. Dit houdt in: • behoud van biodiversiteit rond de stad • levensvatbare populaties van inheemse soorten Klimaatbestendigheid. Dit houdt in: • wateropvang en inzijging • CO2-opvang • afkoelen van de stad

15


4.4 noordelijke middelpolder, amstelveen

De

Am

s te

eg

16 

Sportpark ‘t Loopveld

r e nw

Saskia van UIlenburglaan

AMSTELVEEN

Ringdijk

De keuze voor de noordelijke Middelpolder zonder het zuidelijke deel erbij te nemen heeft als reden dat het gebied door een uitstulpsel van het bovenland in twee delen is verdeeld. Het noordelijke deel kan daarom als logische eenheid worden gezien met de Machineweg als zuidelijke grens.

Kalfjeslaan

ve r l o

Het gebied is het noordelijke deel van de Middelpolder, die langs de hele oostelijke stadsrand van Amstelveen tot aan Ouderkerk aan de Amstel loopt. Dit hele gebied is weer onderdeel van een groter uitloopgebied van Amsterdam, de Amstelscheg.

AMSTERDAM

Ko s t

Ligging en afbakening De noordelijke Middelpolder ligt op de grens van Amsterdam (Buitenveldert) en Amstelveen en wordt aan de noordzijde begrenst door de Kalfjeslaan, aan de oost en zuidkant door de Ringdijk en aan de westkant door de stadsrand van Amstelveen. (afb..)

Machineweg

Fig.4.2 Basiskaart Noordelijke Middelpolder

l


Algemene beschrijving Het gebied wordt redelijk druk bezocht door mensen uit de omringende buurten. De voornaamste bezigheid is wandelen of de hond uitlaten. Ook gaan de mensen uit het kantorenpark aan de rand regelmatig een ommetje maken, hoewel er geen directe verbinding is met het gebied. Ook wordt het gebied gebruikt als doorgaande route, hetzij van oost naar west en vise versa via de Kalfjeslaan, of van noord naar zuid midden door het sportpark en langs de waterzuivering. Overdag wordt er door een enkeling gebruik gemaakt van de golfbaan, verder is het portpark vooral in het weekend druk bezocht. In de avonduren, met name in de winter, wordt alleen sporadisch van de voetbalvelden gebruik gemaakt. Ontstaansgeschiedenis De Amstel is een natuurlijke waterweg die vanaf de late middeleeuwen voortdurend is aangepast ten behoeve van goederen- en personen vervoer over water. Kenmerkend voor de ontwikkeling van het veen- en poldergebied is de aanleg van de polderkaden. Door de voortschrijdende bodemdaling van de aanliggende veen- en landbouwgronden (als gevolg van de ontvening in de 17de en 18de eeuw en het natuurlijke proces van inklinking) werd het verschil tussen de hoogte van het maaiveld en het peil van de Amstel steeds groter. Als gevolg daarvan moesten de kaden steeds worden verhoogd. Het “Bovenland” is het niet ontveende gebied dat wordt begrensd door de Amstel en Amsteldijk aan de ene zijde en de Ringdijk en Ringsloot aan de andere zijde. Het ligt door inklinking zo’n twee meter lager dan de Amsteldijk. Achter de Ringdijk is het land ontveend en daardoor ruim vier meter lager dan de Amstel.

Afb.4.4 De entree van het sportpark van af de Kalfjeslaan.

Afb.4.5 Vanuit het recreatiebosje lopen lange zichtlijnen naar de polder.

Afb.4.6 De Kalfjeslaan ligt een paar meter hoger dan het sportpark.

De 4.7 Middelpolder is een wijds en waterrijk gebied, ideaal voor weide- en watervogels.

Afb.4.8 Vanuit de polder is de RIngdijk veel hoger gelegen en dus een zicht barrière.

Afb.4.9 De westrand van het sportpark wordt geflankeerd door hoge kantoren van Amstelveen.

17


AMSTERDAM

Afb.4.10 De rivier de Amstel ligt zo’n 2m boven het omringende bovenland en meer dan 4m hoger dan de Middelpolder.

Noordelijke Middelpolder

AMSTELVEEN

Zuidelijke Middelpolder

Fig.4.3 Landschapsstructuurkaart Noordelijke Middelpolder Afb.4.11 De Kalfjeslaan met ecolint loopt van oost naar west en verbindt de Amstel met het Amsterdamse bos.

Kalfjeslaan Sportpark ‘t Loopveld

Afb.4.12 Het wandelbosje is wel aardig om te zien en wordt veel gebruikt voor een ommetje met de hond.

18

Na het uitvenen van de Middelpolder werd de daar ontstane plas in 1894 drooggemalen door een stoomgemaal. Dit gemaal is er nog steeds te vinden aan de Amsteldijk noord. Het overgrote deel van de droogmakerij is opgenomen in de stedelijke bebouwing van Amstelveen. (Bron: Gebiedsperspectief en Beeldkwaliteitsplan Amstelscheg). Het landelijke deel ervan is een typische stadsrandzone met diverse, op zichzelf gerichte functies zoals een sportpark, een begraafplaats en een waterzuivering. Zonering De noordelijke Middelpolder bestaat uit een aantal tegen elkaar aangeschoven delen. De bovenste helft wordt ingenomen door het sportpark ‘t Loopveld. Langs de bovenzijde loopt hier de Kalfjeslaan met een belangrijke fietsverbinding tussen de Amstel en Amstelveen. Tegen Buitenveldert aan ligt een vijftig meter brede eco-strip met over de volle lengte een wandelpad met een aantal entrees naar de buurt erachter. (zie Afb. ) De Functies •voetbalvelden •hockeyvelden •cricketveld •golfbaan •tennisvelden •recreatiebosje

ecolint met wandelpad doorgaande fietsrooute ruiterpaden begraafplaats riool wterzuivering boerderijen met weidegrond

Het sportpark bestaat uit een ruim aantal sportvelden, een aantal tennisbanen en een golfbaan die zich over het hele sportpark uitstrekt. Fig.4.4 Zone-kaart Noordelijke Middelpolder


Ten zuiden van het sportpark ligt een groot parkeerterrein met een begraafplaats ernaast. Deze ligt op een verhoogd talud in verband met de hoge grondwaterstand en werpt hierdoor een fysieke barriere op naar het wandelgebied aan de zuidkant hiervan.

Afb.4.13 Er staan duidelijke wegwijzers langs de route. Hierboven staat ook een waarchuwing dat op het hele terrein gegolfd wordt.

Kalfjeslaan

P

Dit wordt op zijn beurt weer van het oostelijke deel van de polder gescheiden door het terren van de waterzuivering, dat voor een groot deel omringd is door een groene wand. Er loopt we een wandelpad omheen, een zogenaamd voetspoor dat beperkt toegankelijk is.

P

P Begr aafplaats

Het oostelijke deel bestaat uit boerderijen en woningen die langs de Ringdijk liggen met hun daarachter liggende weidegronden.

P

RWZ

Afb.4.5 Functiekaart Noordelijke Middelpolder

19


Ontsluiting Het gebied wordt bediend door drie parkeerplaatsen. Een in de noord-oosthoek, een langs de hoofdroute midden in het sportpark en een naast de begraafplaats. Alleen P1 en P2 zijn onderling verbonden en te bereiken vanaf de Amsteldijk. P3 is alleen vanuit Amstelveen te bereiken. De parkeerplaatsen liggen tussen de sportfuncties in wat betekent dat er autoverkeer is op het park. Met name in weekend is het er behoorlijk druk. De waterzuivering en de boerderijen worden ontsloten via de Ringdijk en hebben geen functionele relatie met de andere functies.

Afb.14 De route van P2 naar P1 is een enkele asfaltweg met aan weerszijden een anti-parkeergreppel. Er is geen apart wandel- of fietspad.

Fig. 4.6 Ontsluitingskaart Noordelijke Middelpolder Afb.4.15 De sportcomplexen hebben hun eigen toegangshek.

Met de fiets loopt er een noord-zuid route dwars door het gebied vanaf de Kalfjeslaan, tussen de sportvelden door en langs de waterzuivering naar de ringdijk. Van hieruit gaat de route verder richting Amstel of richting Amstelveen. Als de Ringdijk verder naar het zuiden gevolgd wordt loopt hier nog een fietsroute dwars door de zuidelijke Middelpolder naar Ouderkerk aan de Amstel. Toegankelijkheid De meeste sportcomplexen hebben een toegangshek. Dit staat meestal open. Vanuit de hoofdroute zijn er ook voetpaden die met een bruggetje over de sloot direct toegang geven tot de velden en de kantine. Dit is met name van belang voor de golfers.

Afb.4.16 Op veel plaatsen zijn er eenvoudige bruggetjes over de sloten gelegd die toegang geven tot de velden en kantine.

20 

Fig.4.7 Toegankelijkheids kaart Noordelijke Middelpolder

De golfclub heeft een golfbaan die over het hele sportpark loopt. De baan is open op maandag tot en met vrijdag van 9.00 uur tot zonsondergang. In de weekends is de baan gedeeltelijk open, afhankelijk van andere sporten die dan plaatsvinden. Overdag zijn er altijd wel een paar mensen aan het golfen, met name gepensioneerden.


Functionele samenhang Er is weinig functionele samenhang tussen de verschillende zones, behalve dan dat ze gebruik maken van dezelfde ontsluitingsroutes en parkeeplaatsen. De meeste afzonderlijke fucties zijn op zichzelf gericht: een vlak met een rand, eventueel de massa van een clubgebouw en een omringende sloot. De sportverenigingen linksboven hebben nog de meeste fuctionele samenhang met elkaar. Ze maken gebruik van dezelfde parkeerplaats en liggen allemaal aan de centrale route. Een hockeyvereniging ligt er wat geisoleerd bij. Zij wordt van de andere sportvelden gescheiden door de golfcourse, maakt gebruik van een ander parkeerterrein en is afgesloten met een hek. De golfbaan is nog het meest verweven met het hele sportpark omdat de holes over alle andere velden verspreid liggen. De begraafplaats heeft behalve met de parkeerplaats geen enkele relatie met rest van het gebied. Het ligt verhoogd in het landschap met een heesterrand eromheen. Er is dus ook geen zichtrelatie. De wandel- en fietsroutes moeten eromheen. De waterzuivering is een op zichzelf staande unit met zijn eigen ontsluiting aan de Ringdijk. Er zijn wel plannen om een watertuin aan te leggen die het gezuiverde rioolwater verder op een natuurlijke manier geschikt maakt voor het oppervlaktewater van Amstelveen. Het is de bedoeling dit in de toekomst aaneen recreatieve functie te koppelen maar de koncrete plannen waren nog niet openbaar. Fig. 4.8 Functionele samenhangs skaart Noordelijke Middelpolder

21


Kalfjeslaan

Afb. 4.17 De dijk die het MGF omarmd is het belangrijkste samenbindende element, samen met de Kalfjeslaan die de noordzijde met een robuuste bomenlaan afsluit.

Afb.4.19 De golfbaan is een lange open strook die doorloopt tot aan de Kalfjeslaan.

Afb.4.20 De entree vanaf de Kalfjeslaanbestaat uit een groenstrook met in het midden een onregelmatig rijtje bomen. Links hiervan loopt een fietspad, rechts en wandelpad.

Fig.4.10 Doorsnede A-A Vanaf de hoofdroute vanaf de Kalfjeslaan loopt de noord-zuidroute het sportpark in. Aan weerszijden van de groensrook liggen sportveden achter een smalle singel met struiken. Vanwege de lange zichtlijn, de transparante begroeiing en het feit dat de paden iets hoger liggen maakt dat het sportpark van hieruit als duidelijke eenheid wordt ervaren.

Ringdijk

Afb.4.18 De herhaling van het concept bomenrij met struiken en sloot geeft eenheid.

22

Fig.4.9 Ruimtelijke samenhangs kaart Noordelijke Middelpolder


Ruimtelijke samenhang De ruimtelijke samenhang van het hele gebied zit ‘m vooral in de duidelijke landschapsstructuren zoals de smalle, rechte kavels en de omringende dijk. De Kalfjeslaan met z’n robuuste bomenlaan geeft richting aan het geheel. Op kleinere schaal, bijvoorbeeld in het sportpark, zorgt de herhaling van het principe bomenrij met struiken, sloot, grasstrook en geasfalteerd pad ook voor een zekere eenheid. Doordat de routes steeds dwars op elkaar aansluiten is het gebied leesbaar.

de waterzuivering. Een aantal lange zichtlijnen over het water van de sloot refereren wel aan het landschap. De golfbaan heeft daarentegen juist wel relatie met het landschap omdat het ook een open vlak betreft met een doorkijk naar het weidegebied in de zuid-oosthoek. Doordat alle golfholes via bruggetjes over de sloten bereikbaar zijn zulln de golfers het gebied nog het meest als eenheid ervaren.

Afb.4.22 Links het wandelbosje, rechts de verhoogde begraafplaats. In de verte amstelveen.

Het wandelbosje heeft, hoewel aardig om te zien en qua begroeiing in lijn met het landschap, weinig ruimtelijke samenhang met de rest. Het ligt te veel ingesloten tussen de stadsrand, de begraafpalats en Afb. 4.21 De parkeerplaats P3 vanuit Amstelveen gezien. Fig.4.11 Doorsnede B-B De parkeerplaats P3 met daarnaast de begraafplaats ligt dwars tussen het sportpark en het wandelgebied in en werpen samen door hun hoogte en aankleding een fysieke barriere op. Hierdoor is er geen ruimtelijke relatietussen het sportpark en het zuidelijke deel. Er kondigt zich geen aantrekkelijke route aan, het park lijkt hier op te houden.

Afb.4.23 Langs de verhoogde begraafplaats met de parkeerplaats P3 loopt een fietspad en een ruiterpad richting Amstelveen. Doordat deze iets lager liggen worden de geparkeerde auto’s aardig afgeschermd door het omringende groen.

23


+ +

+ +

intensief verweven

Meervoudig ruimtegebruik Meervoudig ruimtegebruik bestaat uit een aantal facetten. + +van sport, Het meeste effect wordt hier bereikt met het + verweven + + natuur en recreatie. Hierdoor wordt hetzelfde +gebied+op+verschillende manieren beleefd.

intensief

Een slimme manier van meervoudig ruimtegebruik zien we bij de golfbaan. Deze is ook voor wandelaars toegankelijk en maakt gebruik van het hel park als daar even niet zoveel te doen is. Dit voorkomt dat kostbare ruimte voor een beperkte doelgroep wordt gereserveerd, verweven zoals op de meeste golfbanen.

gestapeld

tijd

+ + + + + + + +

intensief

verweven

gestapeld

opeenvolgend

tijd

opeenvolgend

verweven

Afb.4.24 Het gebied rondom P1 wordt intensief gebruikt door meerdere gebruikersgroepen zoals de werknemers van de kantoren op de achtergrond of mensen die hun hond uitlaten

24 

Afb.4.26 De dijk van de Kalfjeslaan is waterkering, doorgaande fietsroute, ecologische verbinding, wandelpad en in de zomer schapenweitje.

Afb.4.25 Er loopt een wandelfietspad tussen de sportvelden door. Hiernaast ligt een gestapeld ruiterpad. Hierdoor wordt sportbeoefening, recreatie en forensisch verkeer met elkaar verweven.

tijd

Afb.4.27 Door de week en als de sportvelden niet gebruikt worden is de golfbaan die over het hele sportpark verstrooid ligt te toegankelijk. In het weekend en de avonduren wordt hier gevoetbald en gehockeyd.


Robuustheid De Noordelijke Middelpolder bestaat voor een groot gedeelte uit vogelweide gebied. Het is heel open, weids en stil. De grote stad die op een steenworp afstand ligt versterkt zelfs de beleving en het gevoel van buiten zijn. In de inrichting van het gebied is veel aandacht besteed aan deze gebiedsspecifieke kenmerken. Transparante singels, rechte kavelsloten en lange zichtlijnen bevestigen het polderlandschap.

 25


Conclusies ten aanzien van de ruimtelijke kwaliteit De parameters die in dit onderzoek gehanteerd worden om ruimtelijke kwaliteit te duiden zijn Toegankeijkheid, Samenhang, Meervoudig ruimtegebruik en Robuustheid. Dit gebied moet het vooral hebben van zijn duidelijke structuur die aansluit op het polderlandschap. Het maakt deel uit van een groter geheel waar openheid en waterrijk land de boventoon vieren. Zo dicht bij de stad is dat een positief punt. De toegankelijkheid laat nog wel te wensen over, wat verklaart dat het gebied behalve in de weekeinden niet erg druk bezocht wordt. De parkeerplaatsen met hun verkeer drukken nogal een stempel op het sportpark zodat daar wandelen in het weekend niet plezierig is. Met de samenhang in het sportpark zit het redelijk goed door de herkanbare groene- en blauwe structuur, maar het hele gebied valt nog uit elkaar in allemaal deelgebiedjes. Hierin zorgt vooral de waterzuivering, als een groot, afgesloten complex, voor verstoring. Toch zou juist dit complex bij kunnen dragen aan bijvoorbeeld bewustwording over watergebruik door een educatieve functie op zich te nemen. De gebouwen en installaties spreken genoeg tot de verbeelding om hier een interessante plek van te maken.

Algemeen Het gebied heeft nog duidelijk de landschapsstructuur van de droogmakerij met rechte kavelsloten, dijken met knotwilgen en lage, transparante singels van elzen en wilgen.

Functies en zonering Het gebeid heeft drie duidelijke zones: recreatie, sport en landbouw met daarin een aantal verwante functies. Het sportpark is geconcentreerd in de noordwest hoek, de recreatie in de zuidwesthoek en de landbouw in het overige deel. Het landbouwgebied heeft een hoge natuurwaarde omdat het vogelweidegebied is.

Toegankelijkheid De toegankelijkheid beperkt zich tot de routes tussen de functies door en het wandelbosje. Doordat het gebied nogal open is en er lange zichtlijnen zijn, zijn ook de ontoegankelijke functies meestal te zien. Met name het open weidegebied met sloten en rietkanten is hierdoor wel beleefbaar.

Ontsluiting De belangrijkste routes volgen de strikte kavelstructuur van de droogmakerij. Alleen de wandelpaden in het recreatiebosje wijken hiervan af. Parkeerplaatsen bedienen meerdere functies en liggen daarom centraal in het sportpark. Dit heeft tot gevolg dat er autoverkeer op het park is.

26


Functionele samenhang De functies binnen de zonering hebben een hoge functionele samenhang maar de zones onderling staan tamelijk los van elkaar. Door de recreatieve routes worden de recreatiezone en de sportzone wel met elkaar verbonden.

Ruimtelijke samenhang De ruimtelijke samenhang van het hele gebied wordt vooral veroorzaakt door de herkenbare landsschapsstructuur met de Ringdijk als samenbindend element en de Kalfjeslaan als robuuste groene rand.

Meervoudig ruimtegebruik heeft in ieder geval in het sportpark voet aan de grond gekregen door de combinatie sport en recreatie. Ook de combinatie natuur en extensieve recreatie in het ecolint langs de stadsrand van Amsterdam zorgt voor een functionele groene buffer naar het buitengebied. Maar vooral de slimme oplossing met de golfbaan verdient lof. Waar golfterreinen doorgaans grote, uitgestrekte ontoegankelijke vlaktes zijn maakt “de baan� hier deel uit van het hele sportpark en is voor iedereen vrij toegankelijk.

Intern zorgen de herhaling van transparante singels en sloten voor enige samehang in het sportpark. De waterstructuur is in de rest van het gebied het meest structurerende element. Meervoudig ruimtegebruik In het hele gebied is de verweving van paden met andere functies de meest voorkomende vorm van meervoudig ruimtegebruik. De dijk is een belangrijke stapeling van functies. Verder is alleen in het sportpark de ruimte opeenvolgend in de tijd in gebruik door verschillende doelgroepen.

Robuustheid De robuustheid in het hele gebied heeft vooral te maken met de verbinding met de context via landschappelijke structuren. Veel ruimte, veel water, veel lucht. Structuren die belangrijk zijn voor de natuur zijn de Kalfjeslaan met robuuste bomenlaan zijn natte eco-strip en de vele kavelsloten en vochtig weideland.

27


Hoofdstuk

12

Plaatsbeschrijving Sportpark Peppelensteeg / Veldhuizerbos ligt aan de rand van de wijk Veldhuizen B in Ede, tussen de N224, de A30 en de spoorlijn Arnhem - Utrecht. Tot eind jaren ‘70 van de vorige eeuw was het gebied in gebruik als landbouwgebied. Het gebied is in de loop van de jaren steeds meer ingeklemd komen te zitten tussen bebouwing.

28 

4.5 Peppelensteeg / veldhuizerbos, ede

vraagstelling

Basiskaart Peppelsteeg / Veldhuizerbos


Algemene beschrijving van het gebied De grens tussen het MFG en de woonwijk wordt gevormd door een aantal retentiesingels. Aan de ene kant zorgt dit voor begeleiding, aan de andere kant maakt het dat het aantal toegangen tot de wijk beperkt is. Daarnaast is de woonwijk niet ontworpen in relatie met het water en het omringende MFG. Deze twee factoren zorgen ervoor dat de relatie tussen de woonwijk en het MFG zwak is.

De retentievijver tussen MFG en woonwijk

Het stadsbos

De volkstuinen zijn zo ingegricht dat er een wandelgebied is ontstaan

De sportvelden zijn naar binnen gerichte eenheden

Ook ongebruikelijke functies zoals een motorclub hebben een plek in dit MFG

De moskee en de sporthallen vormen samen met het parkeerterrein een eenheid

Dit MFG is bij uitstek een voorbeeld waar functies schijnbaar willekeurig naast elkaar liggen. Allerlei functies die in het stedelijk gebied moeilijk te plaatsen zijn, zijn hier terecht gekomen. Een moskee, een waterbergingfaciliteit, een motorclub, een scholengemeenschap en een waterzuivering. Voor nieuwe functies is gezocht naar een locatie in het MFG zonder dat er op een duidelijke samenhang is in het gebied werd gestuurd. Er is wel een duidelijke zonering. (zie afbeelding.) Naast sportfaciliteiten liggen in het MFG volkstuinen, een stadsbos (omschrijving gemeente Ede), een scouting en enkele akkers, die nog in productie zijn. Er is geen samenbindende eenheid of structuur in het gebied. De sportfaciliteiten zijn in grote meerderheid gericht op sporten in verenigingsverband. Op de skatebaan na moet voor alle sportfaciliteiten betaald worden. Er zijn voorzichtige gesprekken gaande in het gebied om meer samen te werken en meer eenheid uit te stralen. Nu staan delen van het gebied bekend onder verschillende namen: Peppelensteeg, Inschoten, De Koekelt en Veldhuizerbos. Het stadsbos is in 1989 ontstaan als compensatie voor de aanleg van een golfbaan bij Nunspeet. Tot enkele jaren terug bestond het

 29


bos voornamelijk uit (snelgroeiende) populieren en heesters. Het merendeel van de populieren is gekapt (2012-2013) na klachten van omwonenden over de zaadpluizen. De heester begroeiing is gebleven. Er wordt nu ingezet op toekomstbestendige bomen, zoals de eik. Naar verwachting wordt over 30 jaar het streefbeeld bereikt. Er is een kleine boomgaard aangeplant met appels, peren en kweeperen, die door bezoekers geplukt kunnen worden.

Zonering

De volkstuinen zijn samen met het stadsbos gerenoveerd. Het beschikbare terrein werd niet volledig gebruikt. Daarnaast waren er sportvelden te weinig. Er zijn 2 nieuwe voetbalvelden aangelegd en de overgebleven ruimte is opgesplitst in 4 gedeelten ten behoeve van de nieuwe volkstuinen. De volkstuinen zijn afgeschermd doormiddel van lage heggen met wandelpaden er tussendoor. Hierdoor is dit gedeelte meer beleefbaard geworden. De ondergrond van het gebied bestaat uit een beekeerdgrond. Beekeerdgronden zijn kalkloos, dus niet heel erg vruchtbaar. Doordat het altijd landbouwgebied is geweest, zal deze naar verwachting verbeterd zijn. De oude landschapstructuur is bij de akkers nog te herkennen. In de rest van het gebied is een nieuwe structuur er overheen gegaan. (zie afbeelding hiernaast) Zonering De zonering in het gebied is helder. In het oosten ligt de sportzone. In  het  westen  is  een  groener  gedeelte.  Er  is  weinig  verwevenheid;  alleen bij de volktuinen is het dat het geval.

De huidige structuur vergeleken met de historische kaart; er zijn weinig historische elementen over

30


Functies Het is een gebied met veel verschillende functies. Ongeveer de helft ervan is sport gerelateerd. •motorclub •zwembad •moskee •sporthal •schietbaan •turnhal •hondentraining •squashhal •waterzuivering •tennisvelden •wateropvangbak •voetbalvelden •harmonievereniging •ijs-en skeelerbaan •showkorps •wielerbaan •scholengemeenschap •survival bedrijf •jongerencentrum •skatebaan •scouting •tafeltennis •commercieel  bedrijf  met  •akkers •volktuinvereniging tennis, zwembad en fitness •commercieelbedrijf met fitness •stadsbos Met al deze functies is het gebied het meest gevarieerd van de drie referentiegebieden. In het oosten liggen de functies heel geconcentreerd en heeft het meer een stedelijk karakter. Naar het westen toe is er steeds meer ruimte voor groen en is er meer openheid. De functies versterken elkaar minimaal. Er zijn een paar uitzoenderingen: Er zijn twee gezamenlijke parkeerplaatsen. Twee gebouwen hebben meerdere functies onder een dak, maar delen geen gezamenlijke faciliteiten: tennisvereniging /ijsvereniging en showkorps/harmonie en jongerencentrum. De woonfuncties zijn uit het gebied verdwenen. Alleen aan de Dwarsweg zijn nog een aantal huizen te vinden, maar ruimtelijk gezien behoren deze huizen niet tot het gebied.

31


Toegankelijkheid Het stadsbos is vrij toegankelijk. De retentievijver en -singels vormen de overgang tussen de woonwijk en het parkgedeelte. De percelen bos zijn veelal overwoekerd met bramen waardoor spelen of ander gebruik bijna niet mogelijk is. De paden zijn niet verhard en na regen modderig. Ze zijn slecht leesbaar, doordat een vaste structuur ontbreekt.

Het stadsbos is volgegroeid met bramen

De volkstuinen liggen in het parkgedeelte. Zij zijn alleen toegankelijk voor leden, maar doordat het complex is opgedeeld in vier eenheden kan er tussendoor gewandeld worden. Tweederde van het gebied is niet toegankelijk of semi-toegankelijk

De akkers en waterzuivering zijn niet toegankelijk en vormen obstakels in het gebied. De sportvelden zijn alleen toegankelijk voor leden of bij een bezoek aan een wedstrijd. Ontsluiting De hoofdontsluiting van sportpark is vanaf de Kastelenlaan. Ieder deelgebied heeft een eigen parkeerplaats waar vanuit de diverse functies bereikbaar zijn. In het weekend tijdens de wedstrjden is het autoverkeer in het sportgedeelte intensief. De scouting en de waterzuivering hebben hun eigen ontsluiting via de Dwarsweg, die niet toegankelijk is voor doorgaand verkeer.

Toegang tot sportcomplex Inschoten

Voor fietsers liggen er doorgaande routes door het MFG oost-west (centrum Ede - Veenendaal) en noord - zuid (Veldhuizen B - zuidkant Ede). Deze routes zijn slecht leesbaar, maar intensief gebruikt. De herinrichtingen van het plein en de (ver)bouw van functies heeft dit plein samenhang gegeven

32

De parkeerplaatsen liggen zo dicht mogelijk bij de functies. Twee parkeerplaatsen worden gedeeld.

De structuur van het stadsbos is niet helder. Er zijn op diverse plekken olifantpaadjes ontstaan. de paden zijn niet verhard.


Samenhang De retentievijver- en singels en de spoorlijn (en in mindere mate het talud van de A30) vormen de herkenbare randen van het gebied. De samenhang met de omgeving is alleen aanwezig met de woonwijk en een klein beetje richting de Kastelenlaan In het westen scheidt het talud van de A30 het gebied van de omgeving. In het zuiden grenst het gebied aan de achterkanten van de bedrijven (aan de overkant van de spoorlijn). Hier zijn dus geen relaties te vinden. De meeste functies zijn op zichzelf gericht er zijn weinig onderlinge relaties. Het plein bij de moskee en het plein bij het zwembad zijn wel als eenheid te zien. Bij de moskee zijn de gebouwen duidelijk op het plein gericht. De glazen kantine van de sporthal steekt zelf uit en legt daarmee dir ecte een relatie met het plein. De inrichting van het parkeerterrein is aantrekkelijk vorm gegeven met lage heggen en rozenperken. Het geheel maakt een verzorgde indruk. De volkstuinen gaan eveneens een interactie met hun omgeving aan, doordat ze verweven zijn met wandelpaden. De akkers zijn zichtbaar vanaf de wandelpaden in het parkdeel en geven daardoor een plus aan de beleving.

De samenhang in het referenteigebied Peppellensteeg / Veldhuizerbos

33


Ruimtelijke samenhang De ruimtelijke samenhang in het gebied zelf is laag, doordat het gebied niet als een eenheid is ontwikkeld. Aantal deelgebieden zijn wel als eenheid te zien: het stadsbos, rond de volkstuinen en de pleinen bij de moskee en het zwembad hebben wel een ruimtelijke samenhang.

34

Plein Moskee (doorsnede A-A’) De aankleding van het plein is veranderd na de plaatsing van de moskee en veel verzorgder geworden, De buitenkant van de sporthal is opgeknapt en heeft modernere uitstaling gekregen en de kantine maakt de verbinding tussen de sporthal en turnhal, maar maar juist ook de zichtrelatie met het plein. Een nieuw gebouw tussen de turnhal en de moskee sluit het plein nog meer af waardoor het meer besloten wordt. De moskee wordt intensief gebruikt en dat brengt op de werkdagen meer levendigheid in dit gebied.


Fietspad langs de retentievijver (doorsnede B-B’) Ogenschijnlijk zijn alle elementen voor een prettige beleving van dit  fiets-  en  wandelpad  aanwezig.  Toch  is  de  beleving  anders;  waarschijnlijk doordat het profiel te breed is

Fietspad langs de retentievijver (doorsnede D-D’) De achtertuinen van huizen grenzen aan de retentievijver. Het verschilt per eigenaar of er een relatie is gezocht met de omgeving. Het wandelpad loopt met de retentievijver mee en biedt er een goede

Fietspad tussen sportvelden (doorsnede C-C’) Het fietspad ‘wringt’ zich tussen de sportvelden door. Er is geen enkele relatie tussen de verschillende functies. de hekken en andere barrieres aan de buitenzijde van de sportvelden belemmeren het zicht vanaf het fietspad op de velden.

beleving samen met de bijzondere bomen die langs het water zijn gepland. De retentievijver kan veel extra regenwateropvangen en de flauwe oevers bieden natuurwaarde.

35


+ + + + + + + +

intensief verweven

Meervoudig ruimtegebruik Het Meervoudig ruimtegebruik is in dit gebied niet veel aanwezig. een van de redenen is waarschijnlijk dat er lange tijd ruimte genoeg + was. De parkeerplaats bij de moskee en de wandelpaden+door + het + + plekken + die + + volkstuincomplex zijn van de laatste tijd. Dit levert op meer ruimtelijke kwaliteit op.

verweven

intensief

gestapeld

tijd

+ + + + + + + +

intensief

verweven

opeenvolgend

gestapeld

tijd

opeenvolgend

verweven De parkeerplaats bij de moskee is geĂŻntensiveerd. Het gebruik door de verschillende doelgroepen vindt plaats op verschillende tijdstippen.

36 

Er liggen wandelenpaden tussen de verschillende gestapelddeelgebieden van de volkstuinen door.

Deze retentievijvers hebben zowel de functie van waterberging, als natuurwaarde. Maar worden ook gebruikt om op te schaatsen.

In de winter is het de ijsbaan, in de zomer de skeelerbaan


Het groen-blauw netwerk

De retentievijver kan veel extra water op vangen

Robuustheid De hoeveelheid bomen en heesters is in het stadsbos (parkgedeelte) aanzienlijk. Op de noordelijke akkers staan resten van een houtsingelstructuur. In de rest van het gebied is het vooral bedoelt als afscherming en is er geen hecht netwerk. De retentievijver kunnen veel extra regenwater opvangen. De oevers zijn flauw en hebben hierdoor natuurwaarde gekregen. De sloten in het gebied staan normaal gesproken droog en kunnen in natte periodes wateropvangen. Verder zijn er geen maatregelen bekend in het gebied om de natuurwaarde te vergroten. Het gebied sluit maar weinig aan op de opgeving. Conclusie: Intern is de robuustheid nog wel positief in het parkgedeelte, maar het is niet in een netwerk opgenomen

Het stadsbos heeft nog wel enige omvang

37


Conclusies Ede Het referentiegebied wordt niet als eenheid benaderd door beleidsmakers. Terwijl de deelgebieden dezelfde grenzen delen. Het biedt nieuwe kansen om het gebied wel als eenheid te gaan zien. Het gebied is beetje bij beetje ingevuld met diverse functies, zonder een dat er een visie aan ten grondslag lijkt te liggen. De routes zijn om de functies heengeplooid en daardoor niet helder. Er zijn wel deelgebieden met ruimtelijke kwaliteit, maar dit bestaat uit incidenten. Het overgrote deel heeft een lage ruimtelijke kwaliteit en is daarmee niet aantrekkelijk.

Algemeen Over de oude landschapsstructuur is een nieuwe structuur heengelegd, die niet helder is.

Functies en zonering Het gebied heeft een grote verscheidenheid aan functies. De functies in gebouwen zitten meer in het oosten geconcentreerd. Naar het westen toe worden de functies groener en neemt de bebouwing af. De zones zijn erg gescheiden. Er is weinig verwevenheid.

Toegankelijkheid Er zijn grote deelgebieden die niet toegankelijk zijn. Bezoekers moeten hun weg zoeken tussen de functies door. Het leidt tot een onduidelijke infrastructuur.

Ontsluiting De parkeerplaatsen liggen geconcentreerd in het sportpark en zo dicht mogelijk bij de functie De routes zijn slecht leesbaar door het ontbreken van een heldere structuur. De paden in het stadsbos lijken spontaan ontstaan te zijn.

38 


Functionele samenhang De meeste functies zijn erg op zichzelf gericht. Daar waar wel een functionele samenhang is, is er ook sprake van Meervoudig ruimtegebruik

Ruimtelijke samenhang De structurerende elementen, retentiesingel en spoorlijn, zitten aan de buitenkant.

Meervoudig ruimtegebruik Het meervoudig ruimtegebruik bestaat uit incidenten

Robuustheid Geen heldere groen-blauwe structuur, netwerken sluiten slecht aan. Oude structuur ten dele aanwezig en nieuwe aanplant heeft geen duidelijk plan Aansluiting van de groenstructuur op de context is minimaal aanwezig.

 39


4.6 Middenmeer / voorland, amsterdam Ligging en afbakening Het gebied ligt in Amsterdamoost in de Watergraafsmeer en omvat de sportparken Voorland/ Middenmeer en tuinpark Nieuw Levenskracht. Aan de noordoost zijde wordt het begrenst door een flinke bundel spoorlijnen die onder andere naar het centraal station van Amsterdam gaan. De westzijde wordt afgesloten door respectievelijk de Kruislaan en de Middenweg waarachter de stadsrand van Amsterdam begint. De oostgrens wordt gevormd door de ringweg A10 die hier op een hoog talud voorbijkomt en is afgeschermd met een geluidsscherm. Dit moet in de toekomst begroeid zijn. Ten zuiden hiervan ligt de prachtige begraafplaats De Nieuwe Ooster. Daaronder sportpark Drieburg. Deze laatste twee zijn niet bij het gebied betrokken omdat de Middenweg er tussendoor loopt en de begraafplaats afgesloten is. Er zijn plannen om zowel de

40 

Basiskaart Middenmeer / Voorland


begraafplaats als sportpark Drieburg meer met het park te verbinden maar ze maken er vooralsnog geen deel van uit. Algemene beschrijving Het gebied ligt nu ingebed tussen het stedelijk weefsel van Amsterdam en Diemen, maar heeft ooit deel uitgemaakt van de stadsrand. Daarom is de stedenbouwkundige druk op het gebied heel groot. De reden dat het nog niet volledig is opgeslokt door de stad is de verdienste van de huidige beheerders die van een kwijnend sportpark een levendig stadspark hebben gemaakt. Het gebied wordt momenteel bezocht door zeer uiteenlopende gebruikersgroepen. Het fungeert als stadspark voor de omringende buurten, als aangename doorgaande route voor fietsers en natuurlijk als sportpark. Ontstaansgeschiedenis De sportparken liggen op de bodem van een droogmakerij, de Watergraafsmeer. Dit voormalige meer had een open verbinding met de Zuiderzee en was diep uitgesleten door tijdewerking. De bodem bestaat uit zeeklei die honderden jaren eerder afgezet is door de zee. De veenlagen die op vele plaatsen in West-Nederland op deze zeeklei is aangegroeid zijn weggeslagen. Na het droogmaken van het meer in 1629 is het land verder ontwaterd door het graven van sloten en is de klei gerijpt. Hierdoor is bodem verder ingeklonken. De droogmakerij ligt zeven meter onder NAP. Rijke kooplieden verhuurden na de drooglegging het land aan boeren. De boeren verkochten hun melk, groenten en fruit op de Amsterdamse markten. In de 17e en de 18e eeuw bouwden welgestelde Amsterdammers buitenplaatsen in de Watergraafsmeer.

Alle sportvelden zijn vrij toegankelijk; er kan ook op eigen gelegenheid gesport worden

Voor jongeren is er een eigen sport en chillplek gemaakt

Het planten van fruitbomen en uitdelen van fruit bij wedstrijden passen in gezonde leefstijl

Het hart van het gebied wordt gevormd door het Meerpark

Vrijwilligers helpen bij het beheer van het ecologisch groen (bron:natuur je beste buur)

Naast groepssporten is er veel ruimte voor individuele sport (bron: oost.amsterdam.nl)

 41


Zonering Het grootste gedeelte van het park bestaat uit diverse sportcomplexen die ingebed liggen in het grid van sloten en singels. Centraal hierin ligt de recreatiestrook die Het Meerpark wordt genoemd. Hierdoorheen loopt een doorgaande route van noordwest naar zuidoost. Aan de noordoostzijde liggen de volkstuinen tegen het spoor aan. Tussen de sportvelden door liggen wandelpaden. De verwevenheid in het gebied is daardoor groot.

Afb. Het Meerpark wordt aangegeven met een slagboom die meer een symbolische functieheeft dan een functionele.

Afb. zonekaart in sportpark Midden / Voorland In totaal zijn 160 van deze lusthoven gebouwd om de stadse hectiek maar ook zeker de ondraaglijke stadse stank in de zomer te ontvluchten. In 1921 werd de Watergraafsmeer ingelijfd door Amsterdam en werd deze al vrij snel bebouwd met huizen. Vroeg in de 20e eeuw werden ook vele sportclubs opgericht die een plek kregen in de Watergraafsmeer. Een aantal bestaan al meer dan 100 jaar. Ajax is wel de meest bekende. Stadion De Meer werd echter in 1996 verruild voor de Arena. Op de plek waar het stadion stond is nu een woonwijk gebouwd.

42

Functies •Kunstijsbaan, IJshal, skeelerbaan •voetbalvelden •hockeyvelden •honkbalveld •atletiekbaan •tennisvelden •outdoor fitness •natuurspeelplaats met klimwand •recreatiestrook met barbecue plekken, picknicktafels en groot      schaakbord •jeugdhonk met skatebaan en puber-proof DJ-tafel •doorgaande fietsroutes •wandelroutes met natuurthema •fruitbomen van “Fruit4sport” •volkstuinvereniging De hoofdfunctie van het MFG is sport. Van de totale van 68 ha wordt 41 ha hiervoor gebruikt. Daarnaast is nog 13 ha in gebruik als volkstuinen en 14 ha bestaat uit beplanting. Het gebruik is zeer intensief. Vooral in de weekenden is de druk op de sportfaciliteiten


en de omgeving groot. Naast sport is recreatie en ontspanning een belangrijke nevenfunctie. Het hele gebied is opengesteld om te wandelenen en er zijn speciale natuurwandelingen uitgezet. Op de recreatiestrook, het Meerpark, is er ruimte voor alledaagse sport- en spelactiviteiten en is er een natuurspeelplaats met klimwand aangelegd. Het gras en de picknick tafels met barbecue plaats worden met mooi weer intensief gebruikt. Ook voor tieners zijn er voorzieningen zodat zij zich ook gezien voelen in het park. Naast de atletiekbaan is een soort jeugdhonk met skatebaan, hangplek en een DJ-tafel waar de eigen iPod op aangesloten kan worden. Tot 01.00u mag hier muziek gemaakt worden. Daarna wordt gehandhaafd door de politie. Een ander bijzonder project is “Fruit4Sport�. Op het sportpark zijn ftuit-boomgaarden aangelegd waar in de nazomer van geoogst kan worden. Dit is dan meteen een echte buurt-happening. Het fruit wordt uitgedeeld als gezond alternatief voor snoep en er worden taarten van gemaakt voor in de kantine. Een groepje enthousiaste buurtbewoners is ook betrokken bij het beheer en onderhoud van de parken. (bron: Natuurvriendelijk beheer en onderhoud sportparken stadsdeel oost, Landschap Noord Holland, 2011)

Afb. functiekaart in sportpark Midden / Voorland

43


Afb. Door duidelijke richting aanwijzers zijn alle sporcomplexen goed te vinden.

Afb. Toegankelijkheids kaart in sportpark Midden / Voorland

Toegankelijkheid De toegankelijkhed in de sportparken is een belangrijk punt waarop het gebied hoog scoort. Het gebied is toegankelijk van 7 uur ‘s ochtens tot 1 uur ‘s nachts. Alleen de ijsbaan is niet openbaar toegankelijk. De volkstuinen zijn in de wintermaanden dicht maar vormen in het seizoen juist het toneel voor thema-rondwandelingen. Ontsluiting De padenstructuur is helder en volgt de rationele structuur van de droogmakerij. Met duidelijke blauwe borden wordt de weg gewezen. Er zijn doorgaande fietsroutes en vrijliggende wandelpaden die ook tussen de velden door lopen. Vanuit de hoofdroute zorgen eenvoudige bruggetjes voor de bereikbaarheid van de complexen. De kantines van de sportcomplexen kunnen met de auto bevoorraad worden maar verder is het gebied alleen voor langzaam verkeer. De parkeerplaatsen bevinden zich aan de buitenranden van het gebied. De enorme populariteit van de sportparken in het algemeen en de ijsbaan in het bijzonder willen in de omliggende buurten nog wel eens voor parkeeroverlast zorgen. Functionele samenhang Het hele gebied wordt door veel verschillende doelgroepen en op allerlei verschillende manieren gebruikt. Dit heeft verrassend genoeg geen invloed op het aantal vernielingen in het gebied, in tegendeel. Er is altijd wel een toeziend oog...Door de structuur van het gebied ontstaan er een soort zones die door hun ligging logischerwijs meer functionele samenhang met elkaar hebben. De hoofdroutes vormen steeds de verbindende schakel.

Afb. Ontsluitings kaart in sportpark Midden / Voorland

44


Afb. Doorsnede C-C De wandelpaden tussen de sportvelden door vereven sport met recreatie.

Afb. Functionele samenhangs kaart Middenmeer / Voorland

45


Afb. De natuurspeelplaats verbindt de beide oevers van de sloot waardoor ze bij elkaar gaan horen in plaats van elkaar gescheiden zijn.

Afb. Doorsnede B-B De doorsnede geeft de natuurspeelplaats weer die de beide oevers van de sloot op een speelse manier met elkaar verbindt. Door de houtsngel aan de ene kant en de heuvel aan de andere wordt dit als een aparte ruimte ervaren die wel verbonden is met het geheel.

Ruimtelijke samenhangs kaart Middenmeer / Voorland

46


Ruimtelijke samenhang Het gebied vertoont veel ruimtelijke samenhang door de heldere structuur, het padenstelsel, de herhaalde boomsingels met onderbegroeiing en de rechte kavelsloten. Door de aparte ruimtes steeds met elkaar te verbinden ontstaat toch een groter geheel. Ook zichtrelaties spelen hierbij een belangrijke rol. De hoofdentree van het gebied wordt gevormd door een brede grasstrook. Aan het eind van deze strip verbreedt ze zich waardoor het idee van een centraal plein ontstaat. Hier ligt in een hoek de natuurspeelplaats. Omdat hij in een bocht van de sloot ligt en aan de andere kant wordt afgeschermd door de heuvel die opgeworpen is om de klimwand een plek te geven en dient als uitvalbasis van de glijbanen, voelt hij hierdoor enigszins als een op zichzelf staande ruimte De boomsingel aan de overkant van de sloot die hier iets dichter is verstrekt dat gevoel zodat het een besloten plek is.

Aan de andere kant van de heuvel loopt de fietsroute voorbij en staan de buiten-fitness apparaten. Deze kant heeft een opener sfeer met meer beweging. De groene strip en het “plein” erachter, ofwel Het Meerpark, geven een extra dimensie aan het geheel door aan deze oorspronkelijk als doorgaande route in gebruik zijnde groenstrook recreatieve functies toe te voegen. Hierdoor wordt dit het kloppend hart van het hele gebied en het samenbindend element bij uitstek. (zie doorsnedes A-A en B-B)

Afb. De fietsroute en het wandelpad komen samen op het “plein” lopen om de speelplaats heen. Hier komen verschillende richtingen bij elkaar.

Afb. Doorsnede A-A De doorsnede geeft het Meerpark weer met centraal gelegen de groenstrook met diverse recreatieve gebruiksmogelijkheden.

47


verweven

+ + + + + + + + Meervoudig ruimtegebruik intensief Meervoudig ruimtegebruik bestaat uit een aantal facetten. Deze komen in het gebied ruimschoots voor. Vooral de verwevenheid van sport en recreatie is een belangrijke bron van ruimtelijke kwaliteit. Met name de groene entreestrook biedt door het toevoegen van nieuwe functies zoals dagrecreatie, picknicken en spelen zovel meer aan het geheel.

verweven

Het is hierdoor de spil van het hele gebied geworden De naam Meerpark slaat dan ook niet alleen op het feit dat hier ooit een meer lag, maar ook op de meerwaarde die het gebied krijgt door gestapeld meervoudig ruimtegebruik.

+ + + + + + + +

intensief

tijd

verweven

opeenvolgend

gestapeld

tijd

opeenvolgend

verweven Het clubhuis van Athena herbergt ook een fysiotherapie en een naschoolse opvang. Daarnaast zullen in de kantine tussen de middag warme maaltijden worden geserveerd voor oudere buurtbewoners. Die hierdoor niet alleen een gezonde maaltijd krijgen, maar sociale aanspraak en lichaamsbeweging.

gestapeld

48

Langs veel sportvelden liggen wandelpaden. gestapeld Hierdoor krijgt het gebied veel recreatiewaarde.

tijd

opeenvolgend

De sloot is onderdeel van het watersysteem in het park. Naast natuurwaarde biedt deze sloot ook speelgelegenheid.

bron: www.wknederland.nu In de zomermaanden worden de sportvelden gebruikt voor andere evenementen, zoals WK Nederland en bedrijfssportdagen.


Afb. Oude hout, tekkenrillen en natuurlijke overs zijn voorbeelden van natuurlijk beheer van het gebied.

Robuustheid Natuur heeft naast sport en recreatie sinds enkele jaren een functie gekregen in het gebied. De sportparken hebben een zeer groene uitstraling. Wat meteen opvalt zijn de vele boomsingels rondom de velden. Hierdoor ontstaat een coulisseachtig landschap aan de rand van de stad. Dit beeld wordt versterkt door het aanwezige struikgewas onder de bomen. Tussen de boomsingels en de watergangen in, is een gevarieerde onderhoudsstrook aanwezig. Deze grazige strook gaat over in (onlangs gerealiseerde) natuurlijke oevers. In de oeverzone staat op enkele plekken riet of liesgras. In het water komen weinig waterplanten voor.

tussen andere groene gebieden in en om Amsterdam. Specifiek beheer moet de natuurwaarde van het gebied, dat deel uitmaakt van een ecolint, verhogen.

Er ligt op diverse plekken oud hout en er worden takkenrillen aangelegd ten behoeve van de ringslang. De sportparken hebben een belangrijke functie als groengebied en als verbindende schakel

49


Conclusies ten aanzien van de ruimtelijke kwaliteit De parameters die in dit onderzoek gehanteerd worden om ruimtelijke kwaliteit te duiden zijn Toegankelijkheid, Samenhang, Meervoudig ruimtegebruik en Robuustheid. Dit gebied scoort het best op ruimtelijke kwaliteit omdat de toegankelijkheid  en  leesbaarheid  hoog  is;  het  gebied  samehang  heeft door de interne structuur van zowel de paden als de groenblauwe  structuur;  er  vele  vormen  van  meervoudig  ruimtegebruik  voorkomen en het geheel aansluit op een grotere groen-blauwe structuur van de stad. Maar het belangrijkst is de combinatie van functies die het gebied meerwaarde geven. Dit zijn vaak sociaal-maatschappelijke functies die de buurt betrokken houden en het gebied levendigheid verschaffen en daarmee bestaansrecht, ofwel toekomstwaarde.

Algemeen Het gebied heeft nog duidelijk de landschapsstructuur van de droogmakerij met rechte kavelsloten. Het ligt ingebed in het stedelijk weefsel en is een kostbaar stukje open ruimte geworden.

Functies en zonering Het hele park heeft naast de belangrijkste sportfunctie inmiddels een hele belangrijke sociale functie gekregen. Het is uitloopgebeid voor de omringende buurten en wordt voor veel verschillende buitenactiviteiten gebruikt. De centrale groene strip is de belangrijkste zone van waaruit het hele park betekenis krijgt.

Toegankelijkheid Het overgrote deel van het gebied is toegankelijk. Daardoor zijn er altijd wel mensen te vinden in het gebied. Dat maakt een levendige indruk. Door de lange zichtlijnen en de regelmatige dwarsverbindingen is het heel leesbaar en uitnodigend.

Ontsluiting De parkeerplaatsen zijn aan de buitenzijde gesitueerd. Intern is het gebied alleen voor langzaam verkeer. Dit versterkt de parkachtige sfeer. De routes zijn gebaseerd op de landschapsstructuur en daardoor helder en leesbaar. Er zijn door de vele bruggetjes en zijpaden voldoende keuzemogelijkheden, wat het gebied recreatief aantrekkelijk maakt.

50


Functionele samenhang Het hele park heeft als hoofdfunctie sport. Daaraan zijn ander functies toegevoegd die het gebied meerwaarde geven. Het Meerpark, de centrale recreatiezone, werkt als centrum waaruit het gebied wordt gestructureerd. Hier komt alles samen, het is het kloppend hart van het park.

Ruimtelijke samenhang De ruimtelijke samenhang van het hele gebied wordt vooral veroorzaakt door de herkenbare landsschapsstructuur. Intern zorgen de herhaling van transparante singels en sloten met bruggetjes voor samehang. Hoewel het hele gebied verdeeld kan worden in zones voelt het als een geheel.

Meervoudig ruimtegebruik Het merendeel van het gebied kent een vorm van meervoudig ruimtegebruik. In het hele gebied is de verweving van paden met andere functies de meest voorkomende vorm.

Robuustheid Het interne netwerk is sterk. Het is gebaseerd op de landschapsstructuur van de droogmakerij. De groen-blauwe structuur is onderdeel van een groter netwerk.

51


4.7 een betekenisvolle MFG in de praktijk interview

De flyer met de uitgezette wandelroutes

Bij het bezoek aan het referentiegebied Middenmeer / Voorland in Amsterdam werden wij gastvrij onthaald bij hockeyclub Athena. Daar hebben wij 1,5 uur zitten praten met Tanja Vermeer over de veranderingen in het gebied. Zij wees ons daarbij op de rol die teammanager sportaccomodatie hierbij heeft. Wij hebben hem daarop benaderd voor een interview om te praten over de ruimtelijke kwaliteit die in het gebied is ontstaan. Later in gesprek schoven ook Peter Vergeer (teamleider) en Hellen Velders (intensiveringsmanager) aan. Veranderingen van trationeel sportcomplex tot multifunctioneel openbaar sportcomplex Sportpark Middenmeer / Voorland was sinds 1934 tot de verhuizing in 1996 de thuisbasis van voetbalclub Ajax. Het was tot aan 2002 een traditioneel sportpark, waarbij elke vereniging zijn eigen afgebakend terrein had. Gerrit de Koe is in 2002 de beheerder van het gebied geworden. Op dat moment waren de bezoekersaantallen te laag, er was onderbezetting (480 teams en 800.000 bezoekers per jaar). Hij voorzag dat als de situatie niet zou verbeteren dit gebied zou worden prijsgegeven voor de woningbouw en de sportverenigingen naar buiten de stad zouden worden verplaatst. Met een nieuwe visie op het gebied is hij aan de slag gegaan en het park biedt nu plaats aan 800 teams en heeft 1,8 miljoen bezoekers per jaar. Visie voor het gebied 10 jaar geleden is er een visie voor het gebied opgesteld: het leisureplan. Daarin is beschreven hoe sport en recreatie samen kunnen gaan. Vanuit de hoofdlijnen van deze visie wordt nog steeds gewerkt al heeft de realiteit binnen 2 jaar de plannen

52 

ingehaald waardoor plannen voor een uitgebreid recreatief park met waterpartijen en ecologische zones niet door kon gaan. De visie blijft de belangrijkste denkrichting. In 2011 is daar een visie bijgekomen over het ecologische beheer en onderhoud van het terrein. Openheid sportvelden 10 jaar geleden had elke vereniging zijn eigen terrein met hekken afgebakend. Gerrit de Koe is met de verenigingen gaan praten over zijn visie voor het behoud van het sportpark en heeft hen ervan overtuigd dat het voor de overleving van het complex van belang was om de terreinen open te stellen. Dit ging niet zonder slag of stoot en heeft ongeveer 3 jaar geduurd. De voornaamste bezwaren waren: het sneller slijten van de materialen en de verhoogde kans op inbraken. Om de verenigingen tegemoet komen worden elke 2 jaar nieuwe netten verstrekt. Opmerkelijk is dat het aantal vernielingen

De sportvelden zijn voor iedereen toegankelijk en de parkachtige sfeer maakt een wandeling mogelijk


na het weghalen van de hekken rondom de terreinen niet groter gebleken dan op andere complexen. De sociale veiligheid en betrokkenheid van zowel bezoeers als beheerders dragen bij aan de veiligheid in het gebied. De regels die bij de toegang van het park staan maakt het mogelijk om te handhaven als dat noodzakelijk. In de praktijk blijkt dit goed te werken.

Verenigingen wordt gevraagd om voor de faciliteiten die zij mogen gebruiken op sportcomplex een wederdienst te leveren. Bij de hockeyclub gaan ze in de gezonde kantine tussen de middag maaltijden serveren aan ouderen uit de nabije omgeving, die zo ook nog een beetje lichaamsbeweging krijgen en de mogelijkheid tot sociale contacten.

Meerpark als samenbindend element Centraal in het gebied ligt een groenstrook, het “Meerpark”. Dit was voorheen alleen een doorgaande fietsroute. Deze strook is getransformeerd tot een parkzone waarin diverse parkfuncties liggen, zoals picknickbanken, een klimwand, buiten-fitnessapparaten en een (water)speeltuin. De doorgaande fietsroute is behouden gebleven. Vanuit het Meerpark zijn korte wandelroutes uitgezet waarbij een flyer en bordjes in het park wijzen op de bijzondere natuur in het gebied. Op een mooie dag in de zomer wordt er ‘gevochten’ om de mooiste plekjes om te BBQen of te picknicken. Het is een besloten gebieden geworden, maar wel weer zo open dat het relatie houdt met de omgeving. Hierdoor is het het samenbindende element van het hele gebied geworden.

Schoon, heel en veilig Schoon, heel en veilig zijn de uitgangspunten van Gerrit de Koe. Er wordt direct ingegrepen als er iets mis loopt in het park. Zo wordt de kwaliteit in het gebied hoog gehouden. Er wordt heel pragmatisch gereageerd op ontwikkelingen. Zo worden spontane olifantpaadjes geformaliseerd en ingebed.

Versteviging positie Er wordt voortdurend gekeken naar welke nieuwe functies er gekoppeld kunnen worden aan het gebied om zo het gebruik van het gebied te intensiveren. De functies in het Meerpark zijn daar een voorbeeld van, maar het gaat ook om het organiseren van sportgerelateerde evenementen zoals WK Nederland en het WK beachvolleybal in 2015. Bedrijfssportdagen en teambuilding zijn faciliteiten die ook de financiele positie versterken.

Beheer en Onderhoud Ondanks het beperkt e budget heeft Gerrit de Koe vele plannen. Door het aangegaan van (soms onorthodoxe) samenwerkingsverbanden kunnen er toch veel ‘leuke’ dingen gerealiseerd worden. Daarbij kan gedacht worden aan Fruit4sport, waarbij samen met de Universiteit Wageningen een pilot is opgezet om fruit uit de sportboomgaard in te zetten om in de kantines gezonde eetgewoontes te stimuleren. Maar er kan ook gedacht worden aan vrijwilligers die helpen met het ecologisch beheer van de parken of verslaafden die helpen bij het onderhoud. Ook activiteiten als een boomplantdag en NL doet worden met open armen ontvangen. In het gebied staan vijftig verschillende bomen en een grote verscheidenheid aan heesters. Er is samenwerking gezocht met de vlinderstichting die 2 idylles (bloemrijke stroken) gaat aanleggen. Hierdoor zal het gebied nog diverser worden. Ook zijn er plannen

53


voor het plaatsen van bijenkasten. Kwaliteit Kwaliteit zit in meerdere zaken. In kwaliteit van medewerkers, in de kwaliteit van de openbare ruimte en in de omgang met bezoekers. Daarom wordt er op woensdagmiddag geen beheer uitgevoerd met grote machines, omdat schoolkinderen dan voor training naar het sportcomplex komen. Grote machines leveren dan gevaar op.

moeilijk voor te stellen hoe het er dan uit kan zien en zien allerlei beren op de weg. Langzaamaan dringt het besef door dat het ook een politiek verkoopargument is om een sportcomplex ook zo voor het voetlicht te brengen. Hij weet nog geen ander sportcomplex die zo met ‘zijn’ visie is gaan werken. Door zelf steeds meer de media op te zoeken en te vertellen welke nieuwe ontwikkelingen er zijn en mensen uit de politiek uit te nodigen om te komen kijken probeert hij het draagvlak van het gebied en zijn visie te verstevigen. Toekomst Deze visie is richtlijn voor de toekomst. Door alle multifunctionele groengebieden in Stadsdeel Oost aan elkaar te knopen ontstaat een sportboulevard, waarbinnen alle functies gaan samenwerken, elkaar aanvullen en versterken.

Idylle (bron: Vlinderstichting) Hoewel de ruimtelijke kwaliteit wordt beschreven en gewaarborgd doormiddel van het beheerplan en de daarbij behorende streefbeelden, wordt de kwaliteit ter plekke gemaakt. Met de visie in het achterhoofd wordt voortdurend gekeken welke ingrepen noodzakelijk zijn. Hierbij is de natuur een belangrijk onderdeel van de recreatiewaarde. Daarom is het ook belangrijk om steeds heel goed te luisteren naar de gebruikers en de potentiële gebruikers. Wat vinden zij belangrijk of wat zou er moeten komen? De slagkracht is groot, plannen bestaan nooit lang, ze worden snel gerealiseerd. Publiciteit Gerrit de Koe heeft op diverse symposia verteld dat multifunctionele sportcomplexen de toekomst hebben. Beheerders vinden het zich

54

Voorbeeld van publiciteit voor ontwikkelingen in het gebied (bron Stadsblad de Echo 18-09-13)


55


5

5.1 uitkomsten van vergelijkend onderzoek

infrastructuur

samenhang

toegankelijkheid

Middelpolder

56

Peppelensteeg

Meerpark

In deze paragraaf worden eerst de uitkomsten van het referentie onderzoek met elkaar vergeleken. Naar aanleiding hiervan wordt de ruimtelijke kwaliteit van de drie gebieden bepaald. Het volgende hoofdstuk behandelt de ruimtelijke principes die hieruit zijn voortgekomen. toegankelijkheid Opvallend is dat zowel bij Middelpolder als Peppelensteeg vooral tussen de functies door of erlangs gelopen kan worden. Bij het Meerpark valt de bijna integrale openbaarheid op.

samenhang Samenhang wordt enerzijds veroorzaakt door ruimtelijke elementen zoals de groen-blauwe structuur en de infrastructuur die samen een eenheid vormen, anderzijds door bepaalde functies samen te brengen die elkaar positief be誰nvloeden. Het sportpark in de Middelpolder en het Meerpark hebben een vergelijkbare ruimtelijke structuur. Wat het Meerpark meer heeft is een centrale as met een stapeling van functies die samenbindend werkt. In Peppelensteeg ontbreekt een samenhangende structuur. De randen houden het gebied bijeen. infrastructuur De infrastructuur heeft grote invloed op de toegankelijkheid. Zowel De middelpolder als het Meerpark hebben een heldere infrastructuur met duidelijke bewegwijzering. Dit maakt de gebieden leesbaar. Peppelensteeg ontbeert die structuur en komt daardoor rommelig en onleesbaar over.


Middelpolder

meervoudig ruimtegebruik

meervoudig ruimtegebruik Meervoudig ruimtegebruik blijkt het meest bepalende element te zijn voor ruimtelijke kwaliteit in MFG. Door stapeling en verweving van functies wordt een levendigheid bereikt die erg positief gewaardeerd wordt. Meerpark spant hierin de kroon, gevolgd door de Middelpolder. Bij Peppelensteeg beperkt het zich nog tot incidenten op kleine schaal.

landschapsstructuur

landschapsstructuur De landschapsstructuur is belangrijk om de samenhang met de context te voelen en het gebied daarmee identiteit te geven. Middelpolder en Meerpark maken gebruik van die structuur waarbij opvalt dat in de middelpolder de blauwe structuur sterker is dan de groene. Bij het Meerpark is dit meer in balans en bij Peppelensteeg ontbreekt de samenhang met de context bijna volledig.

Meerpark

ontsluiting

ontsluiting Door de parkeerplaatsen aan de buitenkant van het gebied te plaatsen wordt de parkachtige sfeer versterkt (Meerpark). Door veel verschillende parkeerplaatsen wordt het gebied rommelig en onaantrekkelijk (Peppelensteeg). Parkeerplaatsen in het gebied verstoren de rust vanwege autoverkeer en delen het gebied op in secties (Middelpolder).

Peppelensteeg

57


5.2 de ruimtelijke kwaliteit van de referentiegebieden Op basis van de uitkomsten van de vergelijking tussen de drie referentie gebieden kunnen we stellen dat het gebied Middenmeer/ Voorland in Amsterdam de meeste ruimtelijke kwaliteit bezit en het gebied Peppelensteeg/Veldhuizerbos bij Ede de minste. Het gebied de noordelijke Middelpolder bij Amstelveen zit hier tussenin met een redelijke score op een aantal aspecten maar ook nog wat negatieve bevindingen. Noordelijke Middelpolder De sterkste troef bij Amstelveen is het feit dat de landschappelijke elementen nog goed herkenbaar zijn in het hele gebied. Daarmee is het een aantrekkelijk uitloopgebied voor de directe omgeving. Het wordt als prettige route ervaren van de stad naar het buitengebied. Ook de redelijke toegankelijkheid voor meerdere doelgroepen draagt hieraan bij hoewel het autoverkeer op het sportpark de recreatiewaarde wat vermindert. Veel verblijfswaarde heeft het gebied daarom nog niet. De samenhang in de deelgebieden is redelijk goed door de herkanbare groene- en blauwe structuur die aansluit op het landschap, maar tussen de deelgebieden is weinig relatie. De verweving met wandel-, fiets en ruiterroutes maakt daarin wel wat goed maar met name de waterzuivering en de begraafplaats fungeren nog als obstakels. Meervoudig ruimtegebruik zien we dan ook alleen nog op het sportpark in beperkte mate. Peppelensteeg/Veldhuizerbos Bij Ede zijn er wel deelgebieden die aantrekkelijk zijn en door de gebruikers worden gewaardeerd, maar dit zijn incidenten. De grootste makke van he gebied is dat het beetje bij beetje is ingevuld met

58 


diverse functies, zonder een dat er een visie aan ten grondslag lijkt te liggen. De routes zijn om de functies heengeplooid en daardoor niet helder. Groenstructuren zijn versleten en niet onderhouden, nieuwe structuren zijn tamlijk willekeurig aangelegd, zonder daarbij rekening te houden met landschappelijke elementen. Meervoudig ruimtegebruik komt alleen voor waar een wadelpad tussen de volkstuinen doorloopt. Het gebied heeft totaal geen samenhang. Hierdoor heeft het overgrote deel een lage ruimtelijke kwaliteit en is daarmee niet aantrekkelijk.

Conclusie Uit het vergelijkend onderzoek blijkt dat daar waar meervoudig ruimtegebruik het best is toegepast in combinatie met toegankelijkheid, de samenhang van het gebied toeneemt en de ruimtelijke kwaliteit hoog is. De principes die hieruit zijn te destileren worden besproken in het laatste hoofdstuk, de conclusies en aanbevelingen.

Middenmeer/Voorland Dit gebied scoort het best op ruimtelijke kwaliteit omdat de toegankelijkheid en leesbaarheid hoog is; het gebied samehang heeft door de interne structuur van zowel de paden als de groenblauwe structuur; er vele vormen van meervoudig ruimtegebruik voorkomen en het geheel aansluit op een grotere groen-blauwe structuur van de stad. Maar het belangrijkst is de combinatie van functies die het gebied meerwaarde geven. Dit zijn vaak sociaal-maatschappelijke functies die de buurt betrokken houden en het gebied levendigheid verschaffen en daarmee bestaansrecht, ofwel toekomstwaarde. Hier is de toepassing van meervoudig ruimtegebruik het grootst. Dit leidt blijkbaar tot hoge ruimtelijke kwaliteit.

 59


6

conclusies en aanbevelingen In dit onderzoek zijn maar een beperkt aantal gebieden onderzocht. De conclusies die uit de onderzochte gebieden getrokken kunnen worden, moeten naar verwachting worden bijgesteld als het onderzoek wordt uitgebreid naar meer gebieden. Toch zijn er een aantal relevante conclusies te trekken. In dit hoofdstuk worden deze besproken. Hieronder worden eerst de antwoorden op de deelvragen gegeven, waarna de hoofdconclusie van het onderzoek wordt beschreven.

6.1 beantwoording van de DEELVRAGEN 1. Wat zijn de ruimtelijke kenmerken van de MFG? De ruimtelijke kenmerken van MFG zoals beschreven in paragraaf 2.1 zijn in meer of mindere mate van toepassing op de onderzochte gebieden. Het gebied bij Ede voldoet nog het meest aan dit klassieke beeld van een MFG. Amstelveen wijkt hiervan af door een grotere samenhang en een beperking van het gebruik van hekken. Het gebied in Amsterdam heeft een vorm gevonden waarbij de negatieve aspecten van een traditioneel MFG omgevormd zijn tot goed functionerend gebied zowel intern als in de context van de stad. 2. Welke aspecten zijn bepalend voor ruimtelijke kwaliteit van MFG? De aspecten die gevonden zijn om ruimtelijke kwaliteit te duiden in MFG komen voort uit de toepassing van de matrix van Habiforim (zie paragraaf 3.1). Hieruit zijn een viertal begrippen gedestilleerd waarop de drie referentiegebieden zijn onderzocht. Dit zijn Toegankelijkheid, Samenhang, Meervoudig ruimtegebruik en Robuustheid. Uit het onderzoek is gebleken dat meervoudig ruimtegebruik het meest bepalend is voor ruimtelijke kwaliteit. Toegankelijkheid en

60 

Robuustheid zijn hiervoor een voorwaarde. Samenhang is vaak een gevolg van Meervoudig ruimtegebruik en Robuustheid. 3. Welke ruimtelijke principes kunnen er geformuleerd worden om de ruimtelijke kwaliteit in MFG te verhogen? Uiteindelijk zijn er een achttiental ruimtelijke principes geformuleerd. Tien hiervan hebben betrekking op Samenhang en Meervoudig ruimtegebruik. Zes gaan over Toegankelijkheid en twee hebben met infrastructuur en routes te maken. Deze principes zijn verbeeld in pictogrammen op een poster die als bijlage achterin dit rapport is bijgevoegd. Zes principes worden hiernaast getoond als indicatie voor de gevonden principes.

Meervoudig ruimtegebruik

Ruimtelijke samenhang (sportfuncties)

Meervoudig ruimtegebruik met gebiedsvreemde elementen zoals maaltijdvoorziening voor ouderen in de sportkantine

De verschillende functies zijn verweven, de infrastructuur is onderdeel van de ruimtelijke eenheid


Structurerende elementen

De structuur van het gebied is gebaseerd op de landschapsstructuur Routes

Verbindende element

Een verbindend element, zoals een park, geeft meer samenhang in een gebied Toegankelijkheid (toegankelijkheid beperkt door bescherming eigendommen bv volkstuinen)

4. Welke aspecten en principes zijn bepalend voor recreatiewaarde, natuurwaarde en klimaatbestendigheid? Bepaalde aspecten van de ruimtelijke kwaliteit zijn van belang voor het vergroten van de recreatiewaarde, de natuurwaarde of ruimtelijke kwaliteit. Er is geen direct onderzoek gedaan naar deze waarden. Maar uit de conclusies van het onderzoek en uit literatuur en algemene kennis kunnen wel de bepalende onderdelen worden geformuleerd: Recreatiewaarde Groen-blauwe structuur moet hecht en sterk zijn Padenstructuur goed leesbaar maken Verweving van infra en andere functies Individuele sportbeoefening initiëren Verblijfsruimte creëren Nieuwe doelgroepen bedienen (bv skeeler of fitnessparcours) Natuurbeleving stimuleren (eventueel met wandelroutes infobordjes)

en

Natuurwaarde Voldoende volume groen en water Ecologisch verantwoord beheer Aansluitende structuren (extern en intern) Leefgebieden scheppen (takkenrillen, nest- en bijenkasten) Beplanting aanpassen voor doelsoorten

Leesbare routes met keuzemogelijkheden

Het complex is opgedeeld en lage heggen zorgen voor afscherming

Klimaatbestendigheid Plaatselijke wateropvang, bv met wadi’s Profielen van watergangen zo maken dat het extra water kan opvangen

61


Voldoende volume van bomen en heesters essentieel voor opvang CO2 en fijnstof Groen als belangrijke hitteregulerend factor voor een stad Energiebesparing in het gebied door middel van ledlampen, modernere CV in sportcomplexen of zonnecellen op het dak (zie ook: Sustainable sport parks, a case study in Watergraafsmeer, Amsterdam, Universiteit van Utrecht, 2012)

6.2 beantwoording van de HOOFDVRAAG Wat zijn de bepalende ruimtelijke inrichtingsprincipes die de ruimtelijke kwaliteit en betekenis in MFG’s verhogen? Het belangrijkste aspect van de ruimtelijke kwaliteit is het Meervoudig ruimtegebruik. Waar in de referentiegebieden Meervoudig ruimtegebruik werd waargenomen, werd de ruimtelijke kwaliteit als hoog ervaren. Daarnaast is gebleken dat het voor een goed functionerend ruimtegebruik noodzakelijk is om de andere aspecten, Toegankelijkheid, Samenhang en Robuustheid, mee te veranderen. In veel gevallen zullen deze andere aspecten automatisch verbeteren. Meervoudig ruimtegebruik is daarmee ook het belangrijkste inrichtingsprincipe om de betekenis van een gebied te vergroten. Een belangrijke aanvullende conclusie is dat ruimtelijke kwaliteit meer is dan een inrichtingsprincipe. Om de ruimtelijke kwaliteit in een gebied te verhogen moeten één of meer belang (economisch, sociaal, ecologisch of cultureel) groter worden en onderkend worden. Met andere worden: er moet een urgentie zijn. Deze urgentie wordt bepaald door de ligging van het gebied en de belangen die vanuit de omgeving op het gebied inwerken.

62

Alle drie de referentiegebieden liggen (oorspronkelijk) aan de rand van het stedelijk gebied. In Amsterdam en ook steeds meer in Ede zijn de gebieden ingeklemd door bebouwing. Bij Amsterdam heeft Diemen het gebied tegen de A10 volgebouwd en in Ede is hetzelfde proces bezig door de aanleg van de A30, de groei van de bedrijventerreinen en de woninguitbreiding in Kernhem. Binnen 5 jaar zal de insluiting compleet zijn. ‘t Loopveld vormt hierop de uitzondering en een insluiting is niet te verwachten omdat het referentiegebied in de beschermde Amstelscheg ligt. Door zijn ligging was de noodzaak om te veranderen in Sportpark Middenmeer/ Voorland het grootst door de druk van de stedenbouw, de onderbezetting van de sport accommodaties en de beperkte openbare groene ruimte in de stad. Hier zijn dus economische, sociale en in mindere mate ecologische belangen in het spel. Deze belangen innitieerden de verhoging van de ruimtelijke kwaliteit. In Ede, waar de Samenhang en het Meervoudig ruimtegebruik beperkt is, wordt de urgentie nog niet gevoeld. De belangen die op korte termijn een aanzet kunnen geven voor de verhoging van de ruimtelijke kwaliteit zijn: economisch: • rendabeler maken van het gebied • er moet ruimte komen voor een nieuwe functie sociaal: • meer behoefte aan individuele sportbeoefening (keuzemogelijkheid) • parkfuncties wordt steeds belangrijker door verdere inklemming ecologisch • door de klimaatveranderingen wordt het gebied steeds belangrijker voor wateropvang, wegvangen


6.3 Conclusies Meervoudig ruimtegebruik

6.4 Controleren van de hypothese

Zoals bij het beantwoorden van de hoofdvraag is benoemd, is meervoudig ruimtegebruik de belangrijkste factor die ruimtelijke kwaliteit bepaald. Als de verschillende aspecten die bijdragen aan meervoudig ruimte gebruik gegroepeerd worden, blijkt in deze analyse dat verschillende aspecten gekoppeld zijn aan de verschillende lagen in het lagenmodel. Zo zijn intensief gebruik en opeenvolgend gekoppeld aan de laag functies, verweven met infrastructuur en gestapeld aan water en groen.

De hypothese luidde: De verwachting is dat door de Samenhang van de verschillende functies binnen een multifunctioneel groengebied te versterken en te zoeken naar het combineren van functies, ruimtelijke kwaliteit kan ontstaan, die zowel de natuurwaarde als de recreatieve aantrekkelijkheid zal bevorderen en de klimaatbestendigheid van het gebied en de omgeving zal toenemen. Onderliggende landschappelijke structuren zijn waarschijnlijk belangrijk voor de eigen identiteit van de plek.

intensief •parkeerplaats, achtereenvolgens in gebruik door verschillende gebruikersgroepen •clubgebouw met fysiotherapie of BSO •kunstgrasvelden •sportveld en golfbaan

De verwachting dat een goede samenhang in het gebied belangrijk is voor de ruimtelijke kwaliteit is juist. Maar de belangrijkste motor om het gebied meer ruimtelijke kwaliteit te geven is het Meervoudig ruimtegebruik. De recreatiewaarde zal door een grotere samenhang en het Meervoudig ruimtegebruik zeker verhoogd worden. De klimaatbestendigheid en de natuurwaarde hebben baat bij een robuust groen-blauw netwerk.

}

verweven •volkstuinen met paden •paden langs sportveld •ruiterpad, fiets- en wandelpad door gebied gestapeld •water met natuur en opvang •water met speeltuin •dijk als ecolint •gebouw met sedumdak opeenvolgend •ijs- en skeelerbaan •sportevenenementen tijdens zomerstop sportverenigingen

} } }

functies

infrastructuur

water en groen

De uitkomsten van het onderzoek bevestigen de hypothese, maar geven er nog net een andere twist aan. Aanbevelingen Een gebiedsvisie, die de eenheid van het gebied onderschrijft, verhoogt de ruimtelijke kwaliteit in het hele gebied. Gebieden die de focus hebben op een belang hebben over het algemeen een lage ruimtelijke kwaliteit. In MFG’s waar de belangen (economisch, sociaal, ecologisch en cultureel) evenredig vertegenwoordigd zijn, hebben een hogere ruimtelijke kwaliteit. Dit zou in een vervolgonderzoek verder onderbouwd kunnen worden.

functies

63


64


nawoord Evaluatie Er is tijdens het onderzoek veel geleerd over Ruimtelijke kwaliteit. En hoewel er goede handvatten zijn gevonden om met het begrip om te gaan, was het niet altijd makkelijk om het helemaal scherp te krijgen. Wat ook meespeelde was de worsteling met de schaal. Op welk niveau zijn we aan het kijken? Er is zoveel mogelijk gestructuuurd op gebieds- en deelgebiedsniveau. Ruimtelijke kwaliteit bestaat uit veel facettten. Dat maakt het er niet eenvoudiger op om het te onderzoeken. Aan het begin van het onderzoek is er voor gekozen om vier hoofdbegrippen te bestuderen; Toegankelijkheid, Samenhang, Meervoudig ruimtegebruik en Robuustheid. Het is goed om het aantal te onderzoeken begrippen te beperken, maar ruimtelijke kwaliteit blijft aspecten hebben die objectief maar juist ook subjectief zijn. Tijdens het onderzoek is de meeste aandacht geweest voor toegankelijkheid en samenhang, omdat het de begrippen zijn die het eenvoudigst in kaart te brengen zijn.

Zoals ook al in het voorwoord is beschreven, is dit rapport een aanzet in de zoektocht naar ruimtelijke kwaliteit. Ruimtelijke kwaliteit is een complex begrip dat een van de voorwaarden is voor het goed functioneren van een gebied. Zoals ook uit het verslag van het interview blijkt, is alleen het realiseren van aangename plekken niet voldoende. De belangen die spelen, onderkend of niet onderkend , in een gebied maken en breken of plannen de gewenste uitwerking hebben.

Meervoudig ruimtegebruik is lastig in een kaart te vangen. Daarom is er voor gekozen om in elk gebied de meest aansprekende voorbeelden te laten zien. Hopelijk werken deze voorbeelden inspirerend voor andere gebieden. Robuustheid vergt een onderzoek op zich. Dit neemt niet weg dat robuustheid de belangrijkste vertegenwoordiger voor het ecologische belang van ruimtelijke kwaliteit is. Daarom is er voor gekozen om het groen-blauwe netwerk in het gebied en hoe het is verbonden met de omgeving te beschrijven. Het maakt een wezenlijk onderdeel uit van de ruimtelijke kwaliteit.

 65


Bijlage 1

Schema: begrippen Ruimtelijke kwaliteit in MFG

Economisch belang

Gebruikswaarde

Belevingswaarde

Toekomstwaarde

66 

Bereikbaarheid Routes

Imago/uitstraling aantrekkelijkheid

Functiemenging Stimulerende effecten Flexibiliteit

Sociaal belang

Keuzemogelijkheid

Ecologisch belang

Water in balans Ecologische structuur

Herkenbaarheid Structuren Samenhang Recreatieve aantrekkelijkheid

Ruimte voor verschillende doelgroepen

Cultureel belang

Contrastrijke omgeving Landmark Eigenheid

Duurzaamheid Gezonde ecosystemen


Bijlage 2

67


Bijlage 3

begrippenlijst Ruimtelijke voorwaarden (Subjectieve) waarde toegekend aan functioneren op basis van de fysieke structuur van het landschap en het functioneren van het systeem landschap. (?) Inrichtingsprincipe Algemeen geldende ruimtelijke verschijningsvormen die een en hetzelfde doel nastreven. In ons geval ruimtelijke kwaliteit. Ruimtelijke kwaliteit Ruimtelijke kwaliteit heeft gebruiks-, belevings- en toekomstwaarde en houdt rekening met economische, sociale, ecologische en culturele belangen. Hierbij gaat het om objectieve en subjectieve elementen. Deze kwaliteit staat voortdurend onderdruk en moet onderhouden worden om op peil te blijven. Robuustheid Robuustheid is de mate waarin een systeem gevoelig is voor verstoringen van buitenaf. Het systeem moet blijven functioneren ondanks negatieve invloeden van buitenaf. Het houdt zichzelf in stand. Toegankelijkheid Toegankelijkheid is de mate waarin een gebied te bereiken is vanuit andere gebieden door meerdere gebruikersgroepen. Hierbij spelen meerdere aspecten een rol zoals herkenbaarheid, aantrekkelijkheid, veiligheid enz.

68

Samenhang Samenhang is de mate waarin onderdelen van een geheel in relatie staan tot elkaar door elkaar aan te vullen dan wel te beïnvloeden. 1) Affiniteit 2) Aansluiting 3) Band 4) Connectie 5) Connexiteit 6) Correlatie 7) Context 8) Consistentie 9) Cohesie 10) Draad 11) Liaison 12) Link 13) Nexus 14) Onderling verband 15) Relatie 16) Schakel 17) Structuur 18) Verbinding 19) Verknochtheid 20) Verband 21) Verbintenis 22) Wisselwerking (bron: http://www.mijnwoordenboek.nl/puzzelwoordenboek) Meervoudig ruimtegebruik Ruimtegebruik is meervoudig als de bestaande ruimte intensiever wordt ingericht, met meer menging van functies, als meer ruimte wordt gecreëerd op hetzelfde oppervlak, of als de ruimte in de tijd duurzamer wordt ingericht (Habiforum, Plan van Aanpak, augustus 1999). Met andere woorden: geïntensiveerd, verweven, gestapeld of opeenvolgend ruimtegebruik Natuurwaarde Def.: de subjectieve maatschappelijke betekenis die op basis van criteria (o.a. diversiteit, zeldzaamheid, kenmerkendheid, compleetheid, uitgestrektheid, stabiliteit) aan een bepaalde configuratie van een ecosysteem wordt toegerekend. (bron http://www.encyclo.nl/lokaal/10880) Toekomstwaarde De mate waarin een gebied ook voor de toekomst kwaliteit in zich draagt in de vorm van een aantrekkende werking op positieve ontwikkelingen, doelmatigheid in de tijd heeft en zich aan kan aanpassen aan veranderende behoeftes.


Bereikbaarheid Def.: bereikbaarheid is één van de vier thema†™s binnen Wegbeheer. De mate waarin een bepaald gebied bereikbaar is vanuit andere gebieden. De voornaamste kenmerken hebben betrekking op de verplaatsingen (relaties) tussen de gebieden, de snelheid en betrouwbaarheid van die relaties en de toegankelijkheid. (bron: http://www.encyclo.nl/lokaal/10880) Functiemenging Het naast elkaar (laten) voorkomen van verschillende functies in een wijk zoals wonen, werken en recreëren, waardoor de leefbaarheid toeneemt en de mobiliteit afneemt (bron: http://www. thesauruszorgenwelzijn.nl) Herkenbaarheid Heeft te maken met gebruikswaarde en belevingswaarde in combinatie met bereikbaarheid. Structuren Structuren hebben in ruimtelijke zin te maken met elementen die met elkaar verbonden zijn en samen de ruimte indelen, structureren. Water in balans De wijze van inrichting en beheer van de ruimte draagt bij aan het voorkomen van verdroging en wateroverlast. Ecologische structuur De inrichting van het gebied versterkt de leefruimte van planten en dieren. Onderlinge verbinding van groene ruimten is daarvoor een voorwaarde.

Duurzaamheid Duurzaamheid van wat? Het betekent “iets” dat moet blijven, dat duurzaam is. Dit begrip is te gebruiken voor allerlei politieke doeleinden. Mee doen aan Kyoto-verdrag? Economie zwaar belasten? Duurzame ontwikkeling: een ontwikkeling die waarschijnlijk meewerkt om de plannen van de machthebbers te verwezenlijken. In positieve zin: Een stabiel politiek systeem is gebaseerd op duurzame sociaal-economische verhoudingen, die het best gediend zijn door de erkenning en bescherming van de individuele soevereiniteit. (Zie de rechtsfilosofische verhandelingen van Frank van Dun) (bron:http:// www.vrijspreker.nl/wp/lezersservice/woordenlijst) Gezonde ecosystemen Gezonde ecosystemen zijn noodzakelijk voor het voortbestaan van de voorraden. Ieder gebied levert daaraan een bijdrage. Landmark Ruimte of gebouw dat iconisch is in het gebied en waar mensen naar toetrekken. Eigenheid Het bijzondere karakter van een plek. Deze moet worden behouden en benut. Voortbouwen op de bestaande kenmerken van de eigen omgeving. Flexibiliteit Ruimte is in beweging. Door integratie van nieuwe elementen ontstaat een levendige en uitdagende omgeving. Er kan worden ingesprongen op veranderingen in de tijd.

69


70


bronnen Websites: www.werkpartners.net (6 januari 2014) http://amsterdamsmartcity.com/knowledgecentre/slimme-sportparken (16 januari 2014) www. Atlas van de leefomgeving.nl (16 januari 2014) Rapporten: Natuurvriendelijk beheer en onderhoud sportparken stadsdeel oost , Landschap Noord Holland, 2011 Ontwikkelingsvisie sportparken Middenmeer / Voorland, Oranjewoud, 2001 Kwaliteit in meervoud; Conceptualisering en operationalisering van ruimtelijke kwaliteit voor meervoudig ruimtegebruik, P. Hooimeier e.a., Habiforum,2001 Ruimtelijke kwaliteit in gebiedsontwikkeling, Habiforum, 2009 Gebiedsperspectief en beeldkwaliteit Amstelscheg, Bestuurlijk Overleg Amstelscheg, 2011 Kapstok voor kennis, verkenningsstudie naar vragen over gebruik en beleving, I.Luten en S. Korz, 2000 Sustainable sport parks, a case study in Watergraafsmeer, Amsterdam, Universiteit van Utrecht, 2012) Boeken: Het ontwerp van de openbare ruimte, H. Meyer e.a., Uitgeverij SUN, 2009

 71


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.