Invloed van vaccinaties op aanleg en weerstand Noor Prent antroposofisch consultatiebureau arts in ruste
Inleiding Een vaccin is het eindproduct van een ingewikkeld proces waarbij verschillende stoffen worden gebruikt. Naast de bewerkte (delen van) bacteriën en virussen, bevat de vloeistof conserveer-middelen om de zuurgraad te regelen, de vloeistof te kunnen bewaren, of besmetting met ongewenste microorganismen te voorkomen. Aluminiumverbindingen dienen om plaatselijk een ontsteking te forceren en het immuunsysteem kunstmatig te activeren. Zonder de toevoeging van aluminium of ander additief zou het lichaam niet of nauwelijks op een vaccinatie reageren. Antibiotica in vaccins zijn een restproduct in het productieproces. Bij een vaccinatie wordt vloeistof via een spier direct in het lichaam gespoten. De barrières van het lichaam die het binnendringen van lichaamsvreemde stoffen, bacteriën en virussen remmen of onmogelijk maken, worden gevormd door de huid, de slijmvliezen van de mond, keel, longen en van het maag-darm-kanaal. Alles is erop gericht om het bloed te beschermen en zuiver te houden. De vaccinvloeistof passeert al die barrières en veroorzaakt een onverhoedse aanval op de integriteit van het lichaam. Er is geen waarschuwing vooraf, zodat het immuun-systeem zich niet van te voren op de klus kan voorbereiden. De reactie is dan ook een shockreactie van het immuunsysteem. Een jonge baby moet het herkennen van ‘lichaamseigen’ en ‘lichaamsvreemd’ langzaam opbouwen en zich eigen maken. Gaandeweg maakt de baby na de geboorte kennis met andere invloeden, in voeding, in omgeving en in indrukken via de zintuigen. Hij leert zich daarin als een eigenheid staande te houden. De thymusklier speelt een belangrijke rol bij het opbouwen van immuniteit en afweer. Het is een soort leerfabriek. Vooral in de kinderjaren ontwikkelt de functie van de thymus zich sterk en groeit de thymusklier.14 Gevaccineerd worden betekent een stressfactor, dat allerlei hormonale effecten teweegbrengt. Onder invloed van stress geeft de bijnier cortisol af, en dit hormoon remt de functie van de thymus. Cortisol zet mechanismen in het lichaam in werking waardoor een veelheid van symptomen kan ontstaan. Zie het artikel over HET POSTVACCINAAL SYNDROOM in Nieuwsbrief Stichting Science & Nutrition van mei 1997 door apotheker Lan Kiauw de Munck-Khoe. Zie ook de brochure Postvaccinaal Syndroom op de website van www.tinussmits.nl
Aanleg en stressfactoren Het kind krijgt een erfelijke aanleg mee met sterke en zwakke eigenschappen. Wanneer de aanleg zich gaat uiten, is het belangrijk om uit te zoeken of er een uitlokkende factor een rol speelt.
Zorgwekkende gevolgen van vaccinaties
versie 20-1112
99 / 198