binnenlandsbestu ur a nl
t Niemand weet hoeveel slachtoffers ze jaarlijks maken. ïoeh komen steeds meer gemeeÍIten in actie tegen loverboys" ls dat wel verstandig nu al zoveel instanties zich hezighouden met de bestrijding vari deze vorrn van gedwongen prostitutie? Mensie Melchior
l-r e Zwolse wethouder Peter Pot vond het I I i twee jaar geleden zijn 'verantwoordeLL lijkheid om te zorgen dat er een
Ita
t
aanpak tegen loverboys kwam'. In de Overijsselse hoofdstad palmden mooie jongens in snelle auto's jonge meisjes in. Na een periode van cadeautjes en aandacht die de verliefde meisjes thuis vaak tekort kwamen, ontpopten deze jongens zich als loverboys. De meisjes kwamen na geestelijke en lichamelijke dwang in de prostitutie terecht, het geld was voor hun loverboy. Pot zorgde ervoor dat alle betrokl<en instanties samen om de tafel kwamen te zitten. Politie, het openbaar ministerie, de GG&GD, Bureau Jeugdzorg, welzijnswerk, l<inderopvang én de gemeente Zwolle komen één keer in de vier weken bij elkaar. Zij bespreken de meldingen die via het speciaal opgezette centrale meldpunt of bij jeugdzorg binnenkomen en bekijken welke hulp zr.y kunnen geven. Als de slachtoffers geen aangifte durven te doen, bekijkt de politie of zij andere misdaden plegen. Zo is er toch een juridische verdachte die het Openbaar Ministerie kan vervolgen. Er is een keur aan instanties betrokken bij de aanpak van loverboys en de opvang van hun slachtoffers. Moeten gemeenten zich dan nog wel bemoeien met dit probleem? .|uist omdat er zoveel instanties zijn, is dat nodig', vindt week12 | 19maart 2004
Pot.'Er is coórdinatie nodig en de gemeente kan de regie voeren, zorgen dat iedereen samen om de tafel gaat zitten.'
Geruïneerd Het is onduidelijk hoe groot het probleem van de loverboys precies is, omdat het moeilijk is landelijke cijfers boven water te krijgen. Het Nederlands Instituut voor Sociaal Seksuologisch Onderzoek voerde in 1998 voor het rninisterie van Justitie een inventarisatie uit en schatte dat het jaarlijks om duizend tot
ftienhonderd slachtoffers gaat. In Zwolle hebben alle inspanningen ertoe geleid dat 38 meisjes in twee jaar tijd hulp l<regen. Acht jongens zijn aangemerkt als juridisch verdachte, drie van hen zijn aangehouden en veroordeeld voor de handel in verdovende middelen. Ondanks deze lage aantallen vindt Pot inzet van de gemeente gerechtvaardigd.'De gemeente is verantwoordelijk voor het lokale veiligheidsbeleid. En als je deze meisjes spreekt, weet je dat het leven van de slachtoffers totaal wordt geruïneerd.' De afdeling communicatie van Zwolle wordt overspoeld met vragen over hun aanpak, ook door andere gemeenten. Daarom vindt Pot samen met de Stichting Bhjf van m'n Lijf in Leeuwarden dat er een landelijk expertisecentrum moet komen. Zij hebben een voorstel gedaan en minister Donner vanJustitie is vij