LOG010_p01-40_redac_REflash_redac 10/04/15 09:56 Page1
#010 avril-mai-juin 2015
www.logon-euregio.com
Catalogue - C
talog atalogus - Ka
MMM Business Media & co – Périodique trimestriel d’information – Prix : 13 EUR – Bureau de dépôt : Awans – P915755
Catalogue - Ca
talogus - Kata
Brasseries : transport par barge et écocombi
3PL CLAC Aachen: Transporte per Lastenrad
Infra Werken in Duitsland hebben impact op capaciteit Betuweroute
Dossier Invoering van de kilometerheffing in België in 2016
log
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page2
34 Dossier: Elke kilometer zal tellen Vanaf begin 2016 komt er een slimme kilometerheffing voor vrachtwagens in België. Alle eigenaars van vrachtwagens met een maximum toegelaten massa (MTM) van meer dan 3,5 ton zullen de heffing moeten betalen. Deze maatregel zal niet alleen van toepassing zijn op autosnelwegen, maar ook op een aantal gewest- en gemeentewegen
14 3PL – Hermos Transport Op basis van zijn specifieke dienstverlening voor Carglass EDC Hasselt, heeft Hermos Transport intussen ook een nieuw akkoord gesloten met Alken Maes uit de Heineken Group.
16 3PL – Zetra Zetra uit Sittard assembleert banden en wielen en levert daarmee een unieke dienst aan VDL Nedcar. In de hal van 20.000 m² wil Zetra opslag met toegevoegde waarde diensten ontwikkelen.
30 INFRA – Viaducs d’Herstal: bientôt plus fluides Voici presque qu’un an qu’a démarré le chantier colossal relatif aux viaducs d’Herstal. Ceux-ci sont réhabilités mais aussi élargis pour une meilleure mobilité. Les travaux devraient se terminer fin 2016.
2 - Log.ON 010
27 INFRA – 3 Gleise ins Ruhrgebiet Die Ausbaustrecke EmmerichOberhausen gehört zu den wichtigsten und größten Schienen-Infrastrukturprojekten des Landes NRW.
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page3
Sommaire / Inhoud / Inhalt
Edito
04 n TREND 04 06 08 10
News Kutsch : die soziale Verantwortung fährt mit Invall : Transport alleen is niet genoeg Logistik gemeinsam in der Region vermarkten
12 14 16 18
Vincent Logistics : priviligiér la qualité à la quantité Hermos Transport : Distributie op maat Zetra : kampioen in toegevoegde waarde CLAC Aachen: Transport per Lastenrad
12 n 3PL
Jean-Marie Becker
NL
Troeven uitspelen Dat de Euregio Maas-Rijn in zijn geheel een logistieke hotspot is, daar is men het over eens. Maar daarbinnen zijn er nog diverse regio’s die zich extra willen profileren. Dat sterke logistieke centra zoals Venlo of Luik dat doen, vinden we vanzelfsprekend. Maar ook de stad Aldenhoven wil zich profileren met de aanwezigheid van een zeer groot aantal logistieke dienstverleners op zijn grondgebied en in de buurt. Vanuit academische hoek komt er steun voor die idee om die streek gezamenlijk te promoten aan de hand van de goede aansluiting op het autowegennet, de aanwezigheid van vele vierkante meters magazijnen, het ruime aanbod aan logistieke dienstverleners en last but not least: de aanwezigheid van logistieke opleidingen en kenniscentra.
22 n SHIPPERS 24 n HR
AB Inbev : la logistique durable dans le viseur
26 n INFRA
Logistiek van festivaldecoratie (Tomorrowland) 26 27 28 30 32
News 3 Gleise ins Ruhrgebiet Is er toekomst voor de oude Ford-gebouwen? Viaducs d’Herstal: bientôt plus fluides Werken aan het spoor
34 n DOSSIER
46 n CARTE BLANCHE Elke kilometer zal tellen
DE Trümpfe ausspielen
Euregional Young Logistics Professionals Network, Johan Grutman, POM Limburg
Dass die Euregio Maas-Rhein insgesamt ein logistischer Hotspot ist, ist allgemein bekannt. Doch sie umfasst auch verschiedene Regionen, die sich ihrerseits profilieren möchten. Wenn starke logistische Zentren wie Venlo oder Lüttich das tun, finden wir das selbstverständlich. Aber auch die Stadt Aldenhoven möchte mit der Präsenz zahlreicher Logistik-Dienstleister auf dem Gebiet der Gemeinde und in der Umgebung auf sich aufmerksam machen. Die Idee, die Region gemeinsam zu bewerben, wird von akademischer Seite unterstützt: aufgrund des guten Anschlusses an das Straßennetz, des Vorhandenseins umfangreicher Lagerflächen, der großen Auswahl an Logistik-Dienstleistern und last but not least der guten logistischen Ausbildungsmöglichkeiten und Kompetenzzentren.
> www.logon-euregio.com - Via de QR-codes naast elk artikel komt u bij de vertaling van uw keuze op www.logon-euregio.com - Über die QR-Codes bei jedem Artikel gelangen Sie zur Übersetzung Ihrer Wahl auf www.logon-euregio.com - Via les QR-codes qui accompagnent chaque article, vous trouverez la traduction de votre choix sur www.logon-euregio.com
EDITORIAL TEAM Editorial Director: Claude Yvens (cyvens@mmm.be) Team: Peter Ooms (Final Editor), Relindis Becker, Astrid Huyghe, Jean-Louis Vandevoorde, Philippe Van Dooren, Luc Weyens Comité de rédaction: Pascal Swinkels (ELC Limburg), Johan Grutman (POM Limburg), Kristel Cielen (POM Limburg), Benjamin Haag (IHK Aachen), Bernard Piette (LIW), Jean-Marie Becker (MMM), Hervé Lilien (MMM), Claude Yvens (Truck & Business, Peter Ooms (Log.On)
SALES & MARKETING TEAM Sales Director: Marleen Neukermans (mneukermans@mmm.be) Key Account Manager: William Fabry (wfabry@logon-euregio.com) Sales Assistant: Patricia Lavergne (plavergne@mmm.be) PRODUCTION Production Manager: Sonia Counet EDITOR CEO: Jean-Marie Becker Managing Director: Hervé Lilien PRICE : 49 EUR - 1 year – 79 EUR - 2 years
© Reproduction rights (texts, advertisements, pictures) reserved for all countries. Received documents will not be returned. By submitting them, the author implicitly authorizes their publication
MMM BUSINESS MEDIA & co sa/nv Complexe Arrobas - Parc Artisanal 11-13 - 4671 BLEGNY-Barchon (Belgium) Phone: +32 (0)4 387 87 87 - Fax: +32 (0)4 387 90 87 info@mmm.be www.mmm-businessmedia.com
FR
Jouer les bons atouts C’est incontestable : l’Euregio Meuse-Rhin est un véritable haut-lieu de la logistique au sein duquel diverses régions entendent se démarquer. C’est tout naturellement le cas de centres logistiques bien armés comme Venlo ou Liège. Mais la ville d’Aldenhoven souhaite elle aussi attirer les regards grâce à la présence de très nombreux prestataires logistiques sur son territoire et dans les alentours. Au sein du monde académique, d’aucuns soutiennent l’idée de promouvoir collectivement la région et de souligner pour ce faire sa bonne connexion avec le réseau autoroutier, ses immenses surfaces d’entreposage, le nombre et la diversité de ses prestataires logistiques ainsi que ses formations en logistique et ses centres de connaissances.
Log.ON 010 -
3
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page4
NEWS
Teilladungskooperation PLA gibt Vollgas Nach erfolgreicher Testphase ist die Part Load Alliance (PLA) operativ gestartet. Bereits auf insgesamt 86 Direktverbindungen können PLA-Partner ihre Teilladungen ab sofort wesentlich einfacher disponieren und deutlich kostengünstiger abwickeln. „Der effizienteste Weg, eine Teilladung zu transportieren, ist der direkte Weg vom Versender zum Empfänger. Genau da setzt unser System an“, erklärt Heinz Hintzen, Geschäftsführer der PLA. Durch das computergestützte, partnerübergreifende Optimierungsverfahren auf Basis von Geokoordinaten bündelt das neue Teilladungssystem die Sendungen aller 20 Systempartner relationsbezogen auf definierten 61 nationalen und 25 internationalen Linien. Der Vorteil: Ein zentraler Umschlag und somit SpitzeWinkelverkehre sowie teure Umwege entfallen, die Kosten sinken deutlich. Zudem können die Linienpartner die PLA-Tourenoptimierung auch für ihre Regionaltransporte nutzen. Mit zusätzlichen Innovationen will die Teilladungskooperation ihren Service verbessern, um weitere Partner zu gewinnen und das Liniennetz auszubauen. „Mittelfristig wollen wir die Liniendichte deutlich erhöhen und auch zunehmend international agieren“, blickt Geschäftsführer Hintzen optimistisch in die Zukunft. > Heinz Hintzen: „Mittelfristig wollen wir die Liniendichte deutlich erhöhen und auch zunehmend international agieren“.
Biomedica op 2 en 3 juni Op 2 en 3 juni organiseert LifeTechLimburg, samen met haar partners uit Maastricht, Leuven, Eindhoven, Aken en Luik de negende editie van Biomedica. Biomedica is het grootste life sciences & Health event van de Euregio en het belangrijkste uithangbord voor de sector. Organiserende partners zijn LifeTechLimburg, Bioliège, LifeTecZone, LifeTechAachenJulich. Verder wordt deze beurs eveneens ondersteund door de universiteiten van deze regio's. Gemiddeld trekt de beurs een 800-tal bezoekers met een gevarieerd publiek gaande van wetenschappers tot business people, intermediairen en studenten. Centraal staat het thema health innovations en door het innovatieve 2-daagse programma worden de best practices vanuit de Euregio in het veld van Biotech/Pharma & Medtech/Care in de kijker gesteld. Tot slot willen de organisatoren de speerpunten uit de regio een podium geven tijdens Biomedica. Op die manier is onder andere de logistiek dienstverlener H.Essers ook present op Biomedica met een satellietprogramma. Momenteel is het familiebedrijf uit Limburg niet enkel een topspeler in de farmasector, maar speelt het sinds enkele jaren ook een belangrijke rol in diverse diensten naar zorginstellingen toe. In de i-session Ageing op Biomedica zal aan dit topic de nodige aandacht besteedt worden. >
Nos partenaires - Onze partners - Unsere Partner
Agenda 2015
07/04-12/05 Hogeschool Windesheim, Zwolle
MASTERCLASS: QUALITY MANAGEMENT IN THE AUTOMOTIVE SECTOR
Organisatie: Windesheim/KennisDC
23/04
-> 09:30 - 17:00 Uhr
Locatie: ADAC Fahrsicherheitszentrum, Elfgener Dorfstraße 1, 41515 Grevenbroich
4. GEFAHRGUT UND SICHERHEITSTAG RHEINLAND
Organisatie: IHK Aachen
29-30/04
03-07/05
München
GROEPSBEZOEK AAN DE BEURS TRANSPORT LOGISTIC IN MÜNCHEN
Organisatie: ELC
04/05
Palais des Congrès de Liège
CONFÉRENCE "COMMENT L’INTERNET DES OBJETS VA RÉVOLUTIONNER NOTRE ÉCONOMIE"
Organisation : LIW avec la SRIW
18/05
CCI Luxembourg, Kirchberg
LES AWARDS LEAN AND GREEN LUXEMBOURG
Halles des foires de Liège, Avenue Maurice Denis 4, 4000 Liège
Organisation: LIW
Organisatie: easyFairs
21/05
BEURS ‘TRANSPORT ET LOGISTIQUE LIÈGE’
29/04
Halles des foires de Liège, Avenue Maurice Denis 4, 4000 Liège
LOGISTICS IN WALLONIA EXPERIENCE TOUR
Organisation : LIW
4 - Log.ON 010
Entra
POLE TRANSPORT & LOGISTIQUE HAINAUT
Organisation : LIW
04/06
Skechers
POLE TRANSPORT & LOGISTIQUE LIÈGE
Organisation : LIW
09-11/06
Enterprise-Integration-Center (EICe), Campus-Boulevard 55, 52074 Aachen
AACHENER ERP-TAGE
Organisator: FIR RWTH
11/06
Batiment UCM - Wierde
ASSEMBLÉE GÉNÉRALE LOGISTICS IN WALLONIA
Organistion : LiW
Juli
E-FULFILMENT EVENT
Organisator: KennisDC, ELC
01/10
Fontys Venlo
LOGISTICS CAREER DAY VENLO
Organisatie: ELC
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page5
Grootste distributiecentrum van Nederland op Holtum-Noord Op het multimodaal bedrijventerrein Holtum-Noord verrijst binnenkort het grootste distributiecentrum van Nederland. Leeyen Vastgoed bouwt op een 18 hectare groot perceel dit logistieke centrum met een totaaloppervlakte van ruim 145.000 vierkante meter. De realisatie van het grote distributiecentrum is mogelijk door de verkoop van ruim 10 hectare door de gemeente aan Leeyen. De overige 7,5 hectare heeft het bedrijf uit Beringe van een particulier verworven. De totale investering die Leeyen doet, bedraagt ruim 50 miljoen euro. ,,Dankzij deze ontwikkeling op HoltumNoord wordt Sittard-Geleen nog meer een logistieke hotspot in Nederland. Bovendien is deze ontwikkeling van groot belang voor de werkgelegenheid in de regio” zegt wethouder Pieter Meekels (economie), die aangeeft dat afspraken zijn gemaakt met de nieuwe eigenaar over multimodale aan- of afvoer van goederen. ,,Want de kracht van het gebied is dat er uitstekende water-, rail- en wegverbindin-
Leeyen Vastgoed bouwt op een 18 hectare groot perceel dit logistieke centrum met een totaaloppervlakte van ruim 145.000 m².
gen zijn. Uitgangspunt is dat nieuwe bedrijven minstens twee van deze drie vervoersmogelijkheden benutten.” De verkoop van de 18 hectare aan de vastgoedfirma is mede tot stand gekomen dankzij medewerking van de Provincie Limburg. Die was tot voor kort een van de grondeigenaren in het gebied. Dankzij de verkoop van het betreffende perceel aan de gemeente Sittard-Geleen, kon deze unieke ontwikkeling plaatsvinden.
Gedeputeerde Twan Beurskens: ,,Met Holtum Noord III zorgen we voor een hoogwaardige invulling van de behoefte aan bedrijventerreinen in de Westelijke Mijnstreek. Met het grootste distributiecentrum van Nederland behoort Holtum Noord nu tot de logistieke top. Deze ontwikkeling levert op de langere termijn circa 1000 nieuwe arbeidsplaatsen en betekent dus een prachtige economische versterking voor de regio.” >
Log.ON 010 -
5
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page6
TREND
Kutsch: Die soziale Veran t n Corporate Social Responsibility ist ein Trend, der auch in der Logistikbranche ankommt
n Auch für KMUs gilt: Klare Strategie sollte erkennbar sein
n Sind Mitarbeiter und Kunden gut eingebunden, zieht das Thema schnell Kreise und 30 LKW und Auflieger stehen auf dem Hof der Kutsch Fahrzeughandelsgesellschaft mbH in Alsdorf bei Aachen. Inhaber Jürgen Kutsch handelt mit gebrauchten Nutzfahrzeugen, inländisch sowie europaweit und darüber hinaus. „Wir suchen ständig Fahrzeuge, vorwiegend zwischen 12 und 35 t Gewicht, die wir bundesweit und in den benachbarten Grenzländern ankaufen“, berichtet der Unternehmer. Unterstützt wird er dabei von seinen drei Mitarbeitern Frank Beuel, Wolfgang Adamski, Raphael Bartniczek, die die Fahrzeuge überführen und um alle Formalitäten kümmern. Doch daneben gibt es ein weiteres Thema, das Kutsch umtreibt: Corporate Social Responsibility (CSR)‚ die gesellschaftliche unternehmerische Verantwortung: „CSR als faires soziales Handeln
R
“
Gesellschaftliche Projekte sollten immer eng mit dem Unternehmen verknüpft sein.”
Jürgen Kutsch, Inhaber Kutsch Fahrzeughandelsgesellschaft mbH, Alsdorf mit einer klaren Strategie, das ist in europäischen Unternehmen inzwischen ein Trend“, sagt Kutsch. Seit einigen Jahren ruft er soziale Projekte ins Leben, die er in der eigens gegründeten Stiftung bündelt (www.stiftung-juergen-kutsch.de). Wie etwa „Obst und Gemüse für die Kleinsten“: 25 öffentliche Einrichtungen, darunter mehrere Kindertagesstätten, lässt Kutsch mittlerweile mit frischen Bio-Produkten beliefern. Auch Mädchenfußballturniere oder eine Vernissage regionaler Künstler gehören zu den Aktionen.
lich ist, dass Eltern auf gesunde Ernährung achten, Kinder oft ohne Frühstück zur Kita oder in die Schule kommen.“ Das hat Vazquez zum Nachdenken gebracht: „Ich fand sein Engagement klasse – und habe mich anstecken lassen!“ Inzwischen hat die Firma Vazquez bereits zweimal für das Projekt gespendet. „Statt der üblichen Weihnachtsgeschenke haben wir eine Karte an unsere Kunden geschickt und über unsere Spende informiert – das kam gut an und wir haben viel Zustimmung bekommen.“ Das zeigt, dass CSR gerade bei KMUs aus der Logistikbranche zwar noch nicht an der Tagesordnung ist, aber ein Trend, der nicht zuletzt auch fürs gute Image sorgt: „CSR-Aktivitäten können ein Alleinstellungsmerkmal sein und erzeugen oft ein besonderes Vertrauensverhältnis zwischen Kunde und Lieferant“, berichtet Kutsch aus eigenen Erfahrungen.
Trend zu mehr Verantwortung In der Logistikbranche ist das Thema CSR zwar noch nicht sehr präsent. Doch was Jürgen Kutsch macht, das zieht Kreise: „Unsere Firmen unterhalten seit mehr als 20 Jahren Geschäftsbeziehungen“, berichtet Kunde Rafael Vazquez, der mit seiner Alsdorfer Firma vor allem Spezial- und Sondertransporte übernimmt. „Als ich vom Projekt „Obst und Gemüse“ hörte, habe ich mich gefragt: Wie kommt er darauf?“ Die Antwort war einfach: „Jürgen Kutsch hat mir erzählt, dass er in einer Gegend in Aachen aufgewachsen ist, wo es nicht selbstverständ-
6 - Log.ON 010
Ans Unternehmen angedockt Motiviert wird der 50jährige durch seinen christlichen Glauben. Doch er sagt: „Jeder muss für sich herausfinden, was sein Antrieb ist, wenn er gesellschaftliche Verantwortung übernimmt. Ich will nicht missionieren. Vorbild sein und Verantwortung übernehmen, das möchte ich jedoch gern.“ Oft wird Kutsch gefragt, wo der Nutzen liege. „Mal davon abgesehen, dass CSR in meinen Wertevorstellungen verankert ist und mein ganzes Handeln – egal ob als Geschäftsmann oder als Privat-
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page7
n twortung fährt mit Fa. Kutsch handelt mit gebrauchten Nutzfahrzeuge europaweit und darüber hinaus.
person – durchzieht, hat die Sache durchaus auch einen Mehrwert: Tue Gutes und rede darüber – das ist doch eine uralte Prämisse, die jeder Kaufmann verinnerlicht haben sollte“, schmunzelt Kutsch. „CSR muss jedoch eng mit dem Unternehmen verknüpft sein. Auf unserer Homepage findet man einen Link zur Stiftung, wir haben die CSR-Wortmarke auf Visitenkarten und Firmenwagen. Wir drängen das niemandem auf, verstecken es aber auch nicht.“ Natürlich gibt es häufig Fragen von Geschäftspartnern dazu. Doch schnell verstehen sie, worum es geht; so wie Spediteur Vazquez, und oft entsteht daraus auch wieder etwas Neues, Eigenes.
Alte Idee im neuen Gewand Ist auch der Begriff „CSR“ ein moderner, so ist die Idee des verantwortlichen Unternehmertums schon viel älter. Über die Grenzen hinweg ist das Leitbild des ehrbaren Kaufmanns, der sich als Patriarch um seine Belegschaft und deren Familien kümmerte, ein wohlbekanntes Bild. Doch heute versteht man unter CSR die umfassende Strategie eines Unternehmens, in die alle Mitarbeiter eingebunden sein sollten. „CSR muss von innen nach außen geschehen. Das ganze Team muss die Idee mittragen“, sagt Kutsch, der seine Angestellten von Anfang an mit ins Boot geholt hat. „Ich würde jedem Unternehmer empfehlen, das Thema CSR fest in seiner Strategie zu verankern. Dann besteht weniger Gefahr,
dass die Projekte ins Leere laufen.“ Das rät auch Fritz Rötting von der IHK Aachen: „Der Mittelstand in unserer Region ist sehr aktiv in dieser Hinsicht. Allerdings lassen sich viele vom Gefühl leiten und weniger von strategisch angelegten Konzepten. Die CSR-Standards, die auf Großkonzerne ausgerichtet, passen auf KMUs nicht. Dennoch ist es auch für kleinere Firmen möglich, CSRStrategien zu planen und umzusetzen. Wichtig ist: Das Leitbild muss zum Unternehmen passen, die Projekte sollten nicht willkürlich ausgewählt werden.“ Die Handelskammern in der Grenzregion unterstützen bei der Planung. In Netzwerken stellen sie Informationen bereit, beraten und vermitteln Kontakte. „Wir arbeiten eng mit der IHK Bonn/Rhein-Sieg zusammen, die mit ihrer CSR-Initiative Rheinland eine Vorreiterrolle einnimmt“, so Rötting. Hier findet sich eine erste Anlaufstelle für alle, die dem Trend folgen und selbst aktiv werden möchten. > Relindis Becker
„Obst und Gemüse für die Kleinsten“ – eines der wichtigsten Projekte der Stiftung (r.: Jürgen Kutsch). (©(Harald Kroemer)
„Gesellschaftliche Projekte sollten eng mit dem Unternehmen verknüpft sein und nicht für sich alleine stehen.“ Jürgen Kutsch, Inhaber Kutsch Fahrzeugshandelsgesellschaft mbH, Alsdorf.
FR n La responsabilité sociale des entreprises (RSE) s’implante peu à peu dans le secteur logistique n Une stratégie claire et identifiable : un impératif aussi pour les PME n L’implication des clients et des collaborateurs permet de faire des émules
NL
>
www.logon-euregio.com
n Corporate Social Responsibility is een trend die ook in de logistieke sector de kop opsteekt n Ook voor kmo’s geldt: een duidelijke, herkenbare strategie is nodig n Zijn de medewerkers en de klanten goed geïnformeerd, dan krijgt die aanpak snel navolging
Log.ON 010 -
7
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page8
TREND
INVALL : Transport alleen is n INVALL helpt bedrijven om toegevoegde waarde te leveren in de logistiek
n Martin Slangen Meubeldistributie monteert en installeert meubels
n Boom Transport heeft een niche gevonden in het transport van convenience food inds meer dan 5 jaar werken overheid, onderwijs en ondernemingen in het kader van INNVALL samen, om Limburg op weg te brengen naar een internationale toppositie in de afwikkeling en regie van goederenstromen en logistieke activiteiten. Daarbij mikt men specifiek op het ontwikkelen van toegevoegde waarde in de logistiek door innovatie. Daar staat het letterwoord ook voor: Innovatie Value Added Logistics Limburg. Op 9 februari vond een symposium plaats bij Zetra Group in Sittard waar ook geïnteresseerde buitenstaanders op bezoek kwamen om INVALL beter te leren ken-
S
“
De Invall-vergadering vond plaats in de productiehal van Zetra.
Met de invoering van de toegevoegde waarde diensten verandert ook het business model van het bedrijf.” nen. Het centrale thema van deze bijeenkomst is de besluitvorming om tot een strategische koerswijziging te komen. Om die idee voor te stellen hanteert men bij INVALL het beeld van de rotonde waarbij een organisatie op de rotonde verschillende richtingen kan inslagen, maar tegelijk ook altijd de mogelijkheid heeft om terug
DE n INVALL unterstützt Betriebe bei der Schaffung von Mehrwert für die Logistik n Martin Slangen Meubeldistributie montiert und installiert Möbel n Boom Transport hat mit dem Transport von Convenience Food eine Nische gefunden
FR
>
www.logon-euregio.com
n INVALL aide les entreprises à apporter une valeur ajoutée dans la logistique n Martin Slangen Meubeldistributie monte et installe des meubles n Boom Transport a identifié une niche dans le transport du convenience food
8 - Log.ON 010
te komen op zijn stappen. Steffen de Lange, innovatie adviseur van de Kamer van Koophandel, lichtte dat concept toe. Hij wees er wel op dat het belangrijk is om effectief ook keuzes te maken in de veranderende wereld. Dat werd duidelijk gemaakt aan de hand van een filmpje over wisselende wereldbeelden. Tijdens het symposium kwamen enkele bedrijven uit de logistieke sector getuigen over hun traject om tot meer toegevoegde waarde te komen. De eerste was de gastheer Zetra zelf. Daarna lichtte Ron van Kerkhoff van Martin Slangen Meubeldistributie hoe zijn bedrijf de weg naar toegevoegde waarde heeft ingeslagen door op vraag van een klant ook de montage van de meubelen op zich te nemen. “We hebben een Oostenrijkse klant die gespecialiseerd is in meubelen voor projecten zoals hotels, ziekenhuizen en verzorgingsinstellingen. Daarvoor verzorgden we in de eerste plaats de voorraad inclusief douane-entrepot en transport. Maar dan vroeg die klant ons om ook de montage ter plaatse uit te voeren. Daar hebben we toch goed over nagedacht. Zeker met het oog op onze medewerkers hadden we onze twijfels: willen onze chauffeurs wel monteurs en installateurs worden? Als we hen daarover contacteerden, kregen we echter heel positieve reacties. Intussen zijn we een jaar bezig op deze manier. Onze medewerkers monteren niet alleen de meubelen, maar leggen ook leidingen en installeren bijvoorbeeld compressoren die horen
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page9
n is niet genoeg Medewerkers van Zetra leggen hoe zij toegevoegde waarde creëren voor hun klanten.
“Ons belangrijkste exploot was de snelle inrichting van 600 kamers,” zegt Ron van Kerkhoff van Martin Slangen Meubeldistributie.
Steun van de provincie
bij medisch meubilair. Ons belangrijkste exploot is de inrichting van 600 kamers op een zeer korte tijd. Daarmee hebben we onze slagkracht aangetoond bij die klant. Intussen zijn we een jaar bezig en zijn we heel tevreden over het resultaat. We wisten al lang dat het rendement op het pure transport onvoldoende zou zijn op de lange termijn. Nu staan we er veel beter voor.” Het business model van het bedrijf is daarmee ook danig veranderd. Waar een klassiek transportbedrijf zijn voertuigen voortdurend wil laten rijden, blijven de trucks nu een hele tijd stilstaan na de levering en tijdens de montage. Het succes van Martin Slangen is er niet van zelf gekomen. Toen het bedrijf op dezelfde manier wilde starten met distributie van keukens, doken er grote hindernissen op omdat de markt voor de keukens plots heel sterk daalde. Een tweede voorbeeld van een bedrijf dat een oplossing vond om toegevoegde waarde te creëren was Boom Transport. Peter Boom: “We hebben onze niche gevonden in het transport en de overslag van convenience food. Hier is de doorloopsnelheid van cruciaal belang, maar we slagen er toch in om die bundels te groeperen en zo efficiënter te laten verlopen. Het is een service die we aanbieden naar het Verenigd Koninkrijk. Daarbij hebben we in het verleden ook moeilijke keuze moeten maken. We hadden traditioneel een goede business in bulkgoederen zoals grind, zand en suikerbieten. Hoewel
Twan Beurskens, gedeputeerde voor economie van de Provincie Limburg kwam ook aan het woord tijdens het symposium. Hem werd het vuur aan de schenen gelegd door Steffen de Lange die vertrok van een centrale stelling: “De huidige subsidie procedure verstart innovatie”. Twan Beurskens weerlegde die kritiek echter. De provincie zet sterk in op onderzoek en onderwijs. De universiteiten en hogescholen kunnen dankzij de provincie onderzoek doen gericht op de logistieke sector. De gedeputeerde legde dan nog sterk de nadruk op de steunmaatregelen die de provincie voorziet voor de logistieke sector. Dat gaat in de eerste plaats om infrastructuur waarbij de bereikbaarheid voorop staat en dat voor de verschillende modi. Een recent initiatief zijn de plannen om een groot perceel van 20 ha te verkavelen en ter beschikking te stellen van geïnteresseerden uit de logistiek.
Twan Beurskens, gedeputeerde voor economie van de Provincie Limburg. “Steun voor infrastructuur voor de verschillende modi.”
die tak winstgevend was, hebben we hem in 1998 afgestoten om ons te concentreren op koeltransporten. Dat gaat intussen goed. We hebben ook een tijd een koelmagazijn gehad, maar dat is dan weer succes geworden. Dat hebben we intussen weer verkocht.” > Peter Ooms Log.ON 010 -
9
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page10
TREND
Logistik gemeinsam in der R
n Veranstaltung in Aldenhoven gibt neue Impulse
n Engere Verzahnung von F&E und Industrie schafft Mehrwert n Die Region liegt infrastrukturell gut angebunden ie kann sich eine Region als Logistikregion profilieren, auch wenn der Konkurrenzdruck der Nachbarstädte Köln/Bonn, Düsseldorf und Aachen groß ist? Welche Voraussetzungen müssen in der Infrastruktur geschaffen, welche Entwicklungen vorangetrieben werden? Welche Akteure sollten an einen Tisch gebracht werden und wie nutzt man vorhandene Synergien am effektivsten? Diese und viele anderen
W
“
Die Region erfüllt bereits viele gute Kriterien für einen Logistikstandort.”
Prof. Dr. Markus Focke, Professor für Logistikmanagement, FH Aachen Fragen wurden in der Logistik-Veranstaltung „Vom Seecontainer bis zur letzten Meile“ am 11. März im Veranstaltungszentrum Aldenhoven diskutiert. Eingeladen hatte die Wirtschaftsförderung des Kreises Düren: Landrat Wolfgang Spelthahn, Anette Reinholz,
10 - Log.ON 010
Leiterin der Stabsstelle Wirtschaftsförderung und Moderatorin Magdalena Diez begrüßten knapp 100 Politiker, Unternehmer und andere Wirtschaftsakteure aus der Region, um sich über den Logistikstandort Aldenhoven auszutauschen und neue Ideen zu entwickeln.
Gemeinsame Dachmarke schaffen Die Branche Transport und Logistik gehört nach der Papierindustrie und dem allgemeinen Maschinenbau zu den profilbildenden Branchen des Landkreises. Allein in Aldenhoven und näherer Umgebung finden sich 11 Logistikbetriebe – von groß bis klein. Die infrastrukturelle Lage ist sehr gut, Gewerbeflächen zahlreich und günstig vorhanden. Die knapp 14.000 Einwohner zählende Gemeinde liegt an der nördlichen Spitze eines imaginären Dreiecks zwischen A4, A44, B54 und ist somit logistisch gut angebunden. Dieses Dreieck zog Prof. Dr. Markus Focke von der FH Aachen in seinem Vortrag auf und entwickelte daraus seine Vision für die Region: „Sie wären überrascht, wie viele Unternehmen mit Bezug zur Logistik in diesem Bereich zu finden
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page11
er Region vermarkten Referenten und Veranstalter (v.l.): Hans Königs (Repräsentant Hafen Antwerpen), Spediteur Tim Hammer, Joachim Diehl (Geschäftsführer IRR), Prof. Dr. Markus Focke (FH Aachen), Anette Reinholz (Wirtschaftsförderung), Moderatorin Magdalena Diez, Spediteur Heinz Hintzen, Aldenhovens Bürgermeister Ralf Claßen, Paul Oellers (Unternehmervertreter), Landrat Wolfgang Spelthahn.
sind“, betonte er und empfahl, dass die Region dies als Wettbewerbsvorteil begreifen möge und sich in einem nächsten Schritt einheitlich unter einer Dachmarke vermarkten solle. Denn viele andere Kriterien für einen guten Logistikstandort erfüllt die Region bereits: Die gute Anbindung an das Autobahnnetz, es gibt Sammelgutspediteure und Kontraktlogistiker mit Lager, der Zugang zur Mietinfrastruktur ist vorhanden, das notwendige Logistik-Know-how ebenfalls – nicht zuletzt durch die Nähe zu Universitäten und Hochschulen.
Viele Stärken, aber auch Schwächen Damit ein gemeinschaftlicher Ansatz jedoch funktioniert, ist es wichtig, regionales „Klein-Klein“ zu vermeiden und eine Reihe unterschiedlicher Akteure zusammen zu bringen, die alle dasselbe Ziel verfolgen – auch wenn der einzelne in seinen spezifischen Interessen dann schon einmal zurückstecken muss. Für Anette Reinholz ist die Idee der gemeinsamen Vermarktung ein erster Schritt in die richtige Richtung. Jedoch, so ist sie sicher, muss an einer wichtigen Stellschraube noch gedreht werden: „Langfristig brauchen wir einen Umschlagterminal für Schiene-Straße, das ist der entscheidende Baustein, der uns in der Infrastruktur noch fehlt.“ Doch die Idee eines Terminals bei Düren, die vor einigen Jahren angedacht wurde, verlief mangels Investoren und fehlender Priorisierung in der Fördermittelliste des Landes NRW im Sande. Ein weiterer Knackpunkt ist der Zustand vieler Straßen und Brücken in NRW: Hier fehlen in den nächsten zehn Jahren allein für den Erhalt zehn Milliarden Euro – Erneuerungen und Ausbau noch nicht inbegriffen. Private Investoren könnten hier helfen, meinte Hans Königs, der als Vertreter des Antwerpener Hafens einige Beispiele für erfolgreiche Infrastruktur-Projekte privater Investoren in Belgien nannte. Er beklagte, dass es vor allem auf deutscher Seite angesichts des großen Wachstums von Güterverkehren aus den Seehäfen ins Hinterland noch keine ausreichenden Planflächen für Umschlags- und Verladeplätze gäbe. Kaum zu glauben, wenn man bedenkt, dass NRW mit 631.000 Arbeitsplätze in der erweiterten Logistikbranche bei diesem Thema eigentlich ganz vorne mitspielen müsste.
F&E Potenzial nutzen Auf die von Prof. Focke erwähnte Nähe zu RWTH und FH Aachen inklusive des Jülicher Campus’ ging auch Heinz Joh. Hintzen von der Hintzen Logistik GmbH ein. „Logistik hat sehr viel Entwicklungspotenzial. Wir als Unternehmer sind aber gefordert, unsere Vorstellungen zu den Hochschulen zu tragen, damit dort Ideen in die
Umsetzung gelangen können. Aldenhoven liegt auf der Achse Aachen-Jülich und sollte sich dieser Chance unbedingt öffnen“, meinte Hintzen, der mit seinem Leuchtturmprojekt PLA (Part Loaded Alliance) bereits bewiesen hat, wie viel Innovationskraft in der Region steckt. Einen Campus hat Aldenhoven übrigens auch: Auf dem „campus aldenhoven“ steht eine leistungsfähige Testanlage für Fahrzeugtechnik zur Verfügung, namhafte Auto-Hersteller prüfen hier in Zusammenarbeit mit renommierten Instituten modernste Entwicklungen. Der Campus bietet außerdem Gewerbe- und Grundstücksflächen für Dienstleister und produzierende Unternehmen. Alles zusammen genommen keine schlechten Voraussetzungen für die Region, um den Strukturwandel zu schaffen. Oder, wie Landrat Spelthahn es ausdrückte: „Aldenhoven ist die Blaupause, wie es gelingen kann.“
Die Gemeinde Aldenhoven (rote Markierung) liegt in einem imaginären Dreieck zwischen A4, A44 und B54. Die Region ist infrastrukturell in dieser Hinsicht sehr gut angebunden.
> Relindis Becker
FR n Une conférence logistique à Aldenhoven a fait naître de nouvelles impulsions n Des liens plus étroits entre la R&D et l’industrie créent de la valeur ajoutée n La région dispose d’une bonne infrastructure
NL
>
www.logon-euregio.com
n De bijeenkomst in Aldenhoven leverde nieuwe impulsen op n De nauwe banden tussen O&O en industrie creëren een meerwaarde n De regio beschikt over een goede infrastructuur
Log.ON 010 -
11
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page12
3PL
Vincent Logistics : privilégie n «Privilégier la qualité à la quantité», voici la philosophie de Jean Vincent,
Chez Vincent Logistics, le niveau d’informatisation des données et de suivi des véhicules est élevé.
directeur de Vincent Logistics
n Ses activités se partagent entre transport (75% du CA) et logistique (25%)
n La société compte 210 travailleurs olidement implantée au cœur de l’Euregio, voici 43 ans que Vincent Logistics SA est active dans le secteur du transport et de la logistique. Ses véhicules parcourent les routes du Benelux, d’Allemagne, de France mais aussi d’Angleterre. « L’activité transport est subdivisée en trois sous-activités qui concentrent chacun une partie du parc », développe Jean Vincent, directeur et propriétaire de Vincent Logistics. « 48 camions avec tautliner sont affectés au transport partiel et complet des produits palettisés, 38 camions avec remorques surbaissées au transport de matériel agricole ou de chantier et 30 semi-remorques aux activités spécifiques sur base contractuelle (longue durée). » Les activités logistiques, elles, s’effectuent sur 3 sites : Eynatten, Herstal et Milmort, sur une surface globale de 75.000 m². « Nos prestations logistiques sont variées : préparation de commande, triage qualitatif, réalisation d’inventaires, reconditionnement, emballage, lavage, picking ou co-packaging, etc. »
S
Qualité et flexibilité Son panel de prestations, que celles-ci relèvent des volets transport ou logistique, Vincent Logistics n’entend pas l’élargir de façon démesurée mais bien le pérenniser et l’améliorer continuellement. Qualité et flexibilité sont
NL n "Kwaliteit is belangrijker dan kwantiteit". Dat is de filosofie van Jean Vincent n De activiteiten omvatten zowel transport (75 % van de omzet) als logistiek (25%) n De onderneming stelt 210 werknemers tewerk
DE
>
www.logon-euregio.com
n Für Jean Vincent, Direktor von Vincent Logistics, geht Qualität über Quantität n Seine Aktivitäten verteilen sich zu 75% auf Transport und zu 25% auf Logistik n Das Unternehmen beschäftigt 210 Mitarbeiter
12 - Log.ON 010
ses maîtres-mots. La croissance pour la croissance, Jean Vincent n’y croit pas. « Il est primordial de garder une taille d’entreprise qui reste maîtrisable. Nous préférons nous concentrer sur un nombre de marchés limités, afin d’être à même de les desservir de manière optimale. » Une philosophie qui répond directement aux attentes actuelles. « Le secteur dans lequel nous évoluons est hyper concurrentiel. Les marges nettes d’exploitation sont faibles et notre secteur est en profonde restructuration. A court terme, ce phénomène ne va que s’accroître car les donneurs d’ordre ont un niveau de gestion et d’exigence tellement élevé que seuls les acteurs du transport structurés et organisés pourront répondre à leurs prescriptions. Pour rester compétitifs, nous devons donc placer la qualité des services donnés au sommet de nos priorités. »
Personnel qualifié et formé en continu Cette recherche de qualité se traduit aussi bien au niveau du personnel que du matériel et des infrastructures. « Nous employons 210 personnes parmi lesquels 146 conducteurs, 32 travailleurs affectés à la logistique, 25 à l’administration et 7 au service de maintenance. La formation du personnel est primordiale. C’est leur engagement quotidien et leur professionnalisme qui nous a permis de forger une entreprise performante et rentable. » Des employés qui sont régulièrement sensibilisés à la notion de sécurité. « Nous réalisons beaucoup de formations en interne qui portent leurs fruits. Cela nous a permis d’enregistrer ces 5 dernières années
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:48 Page13
égier la qualité à la quantité
“
Le siège social de Vincent Logistics à Herstal.
Jean Vincent, directeur et propriétaire de Vincent Logistics.
Nous préférons nous concentrer sur un nombre de marchés limités, afin d’être à même de les desservir de manière optimale.”
Jean Vincent une nette diminution des accidents de roulage et accidents sur site. Aujourd’hui, nous avons un taux de sinistralité très faible. Bien sûr, les technologies évoluent et nous aident mais cette diminution des accidents est surtout due à l’engagement du personnel et à son niveau de qualification. »
22% du parc renouvelé annuellement Les outils utilisés par le personnel sont aussi des garants de qualité. Chez Vincent Logistics, les véhicules sont régulièrement entretenus et 22% du parc est renouvelé annuellement. « Nous assurons ainsi à notre personnel comme à nos clients un outil moderne, fiable, performant et économique.» Les véhicules s’inscrivent également dans une dynamique écologique. « Notre part de véhicules plus propres, les Euro VI, est déjà très significative dans notre parc et, à leur côté, on ne retrouve que des Euro IV. » Les technologies d’informatique embarquée présentes dans les véhicules sont elles aussi à la pointe. « Notre niveau d’informatisation des données et de suivi est poussé. Nous n’avons pas attendu que cela soit demandé par un client, nous l’avons mis en place de nous-mêmes et nous nous apercevons aujourd’hui que c’est absolument nécessaire si l’on veut garder la confiance de nos donneurs d’ordre. »
Infrastructures performantes A côté du personnel et du matériel, les infrastructures immobilières ne sont pas en reste. Les bâtiments utilisés par Vincent Logistics possèdent tous un niveau d’isolation élevé et sont chauffés. Les sites sont sécurisés 24h/24 par un service de garde.
Position idéale L’implantation de Vincent Logistics est résolument un atout. « 72% de notre activité sont générées par des commandes de donneurs d’ordre principalement allemands et issus du Benelux. Notre situation géographique est idéale car elle se situe souvent à équidistance entre les lieux de production et de livraison. » L’entreprise travaille pour un nombre de clients très important, actifs dans des secteurs variés « de façon à ne pas être tributaire d’un nombre limité de donneurs d’ordre. »
Clés de la réussite Voici 43 ans que Vincent Logistics évolue dans le secteur du transport et de la logistique. Les clés de sa réussite ? « Une rigueur extrême dans la gestion de nos activités et dans leur suivi, une action commerciale soutenue et récurrente, qui assure continuellement une promotion de nos prestations et une foi inébranlable dans la profession. » > Astrid Huyghe
Vincent Logistics en bref • 116 véhicules moteurs (Volvo 90% et Mercedes 10%) • 195 remorques et semi-remorques • 210 travailleurs • 80.000 m² d’infrastructures logistiques • Herstal www.vincentlogistics.com
Log.ON 010 -
13
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page14
3PL
Hermos Transport: Distri b n Het partnerschap met Carglass EDC Hasselt houdt intussen 20 jaar stand
n Een gelijkaardige service op maat wordt nu
Samen werken aan kwaliteit: het percentage glasbreuk is gedaald van 3 naar 1%.
uitgewerkt voor Alken Maes
n Hermos is actief in de vergaderingen en kwaliteitscirkels van de klant p basis van zijn specifieke dienstverlening voor Carglass EDC Hasselt, heeft Hermos Transport intussen ook een nieuw akkoord gesloten met Alken Maes uit de Heineken Group. Ook daar gaat het om geregelde transporten tussen de brouwerijen, de co-fillers en de distributiecentra waarbij Hermos zich engageert om strikte service level agreements (SLA) te halen. Zaakvoerster Ina Hermans: “Onze dienstverlening werken we uit in nauw overleg met de klant. Dat vraagt een zeer intensieve voorbereiding om de wensen van de opdrachtgever goed te leren kennen. Ik zelf schrijf dan de procedures uit. Ook bij de opstart van de samenwerking ben ik zelf heel nauw betrokken en vaak ben ik dan dagelijks in de kantoren van onze klant te vinden om meteen te kunnen bijsturen. Hermos zet hierbij steeds een vast team van planners en chauffeurs in om snel de vereiste prestaties te kunnen neerzetten en de kwaliteit te kunnen handhaven. Pas als de routine op punt staat, denken we eraan om de taken ook over te geven aan anderen, weliswaar weer na een intensieve begeleiding.”
O
20 jaar Carglass Die manier van werken heeft Hermos op punt gezet met zijn klant Carglass EDC Hasselt, een partnerschap dat intussen al 20 jaar stand houdt. Er is een heel nauwe
FR n Un partenariat de 20 ans avec Carglass EDC Hasselt n Elaboration d’un service personnalisé pour Alken Maes n Présence dans les réunions et cercles de qualité du client
DE
>
www.logon-euregio.com
n Die Partnerschaft mit Carglass EDC Hasselt besteht nun schon seit 20 Jahren n Für Alken Maes wird nun ein maßgeschneiderter Service derselben Art ausgearbeitet n Hermos nimmt an Sitzungen und Qualitätsgremien des Kunden teil
14 - Log.ON 010
samenwerking met het Europees distributiecentrum in Hasselt. Hermos zorgt voor een regelmatige leveringen aan alle Carglass ateliers in België, Nederland en Duitsland, met daarbij dagelijkse transporten naar de lokale hubs van Carglass waar ook voorraad wordt aangehouden. Het transportbedrijf speelt een essentiële rol in de doorgedreven service die Carglass EDC Hasselt biedt. Als de ateliers voor 18 uur bestellen, mogen ze er zeker van zijn dat de volgende dag vóór 8 uur de nieuwe autoruiten geleverd zijn. “En dat betekent dat wij vooral ’s nachts rijden. Onze chauffeurs hebben toegang tot de magazijnen en filialen op dat moment en kunnen hun werk doen zonder dat medewerkers van Carglass aanwezig hoeven te zijn. De bestellingen staan dan klaar en we zorgen voor het transport naar de filialen. Ook daar zorgen onze chauffeurs in hun eentje voor. Dat is minder van zelfsprekend dan het lijkt,” zegt Ina Hermans. Dat komt omdat de autoruiten worden vervoerd in speciale kratten die soms tot 400 kg kunnen wegen. De trucks van Hermos kunnen niet altijd voor de deur van een filiaal parkeren en dan is het nodig om de zware kratten soms honderden meters met een transpallet te vervoeren. Chauffeurs hebben het al meegemaakt dat tijdens strenge winters een klassiek transpallet dan niet meer werkt. Ze komen zoals gezegd ’s nachts aan en op dat moment is er nog niet geruimd of gestrooid. “We hebben daar intussen een oplossing gevonden in een transpallet met een luchtband (Linde City Truck),” zegt Ina Hermans.
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page15
ri butie op maat
Hermos zoekt oplossingen in functie van de organisatie van de klant.
Wachttijden terugdringen Het is een voorbeeld van de manier van werken van Hermos om oplossingen te zoeken en te investeren in functie van de organisatie van de klant. Daarbij wil men samen verdergaan om de efficiëntie stap voor stap te verhogen. Bij Carglass gebeurt dat bijvoorbeeld door steeds ook de lege kratten mee terug te nemen, soms met goede autoruiten die terug naar het Carglass EDC moeten, soms met beschadigde ruiten en gebroken glas dat rechtstreeks naar de afvalverwerker moet. Ina Hermans: “Op die manier verhogen we stelselmatig de benutting van de vrachtwagens en kan Carglass EDC Hasselt ook kosten besparen.” Bij die projecten om de kwaliteit en de efficiëntie verder te verbeteren, vertrekt Hermos altijd van een objectieve meting. “Zo hanteren wij al lang een intern systeem om wachttijden van onze chauffeurs op het terrein van de klant te capteren. Aan de hand daarvan kunnen we zien wat de oorzaken zijn van die vertragingen en uitzoeken of er geen oplossingen voor te bedenken zijn. Dit jaar nemen we deel aan de Speed Docking actie waarbij in verschillende distributiecentra van de supermarktketens wordt nagegaan hoe het is gesteld met die wachttijden. We doen hier graag aan mee, omdat op deze manier ook de ervaringen van andere transporteurs meegenomen worden. Alles wordt bovendien op een objectieve manier vastgesteld,” zegt Ina Hermans. Omgekeerd werkt Hermos ook actief mee aan het verbeteren van de kwaliteit van de processen van de klant.
“
Zaakvoerders Ina Hermans en haar man Patrick Lenaers.
Hermos engageert zich om strikte service level agreements te halen.”
Carglass EDC Hasselt had zo een project gelanceerd om het percentage van glasbreuk in de hele keten te verminderen. Ook de transporteurs werken hier aan mee. “Ik ben dan aanwezig in de vergaderingen en kwaliteitskringen van Carglass EDC Hasselt om te zoeken naar mogelijkheden en oplossingen om die beschadigingen te vermijden. We zijn er intussen in geslaagd om het percentage glasbreuk tijdens het transport terug te dringen van 3 naar 1%,” zegt Ina Hermans. Bij die kwaliteitsverbetering horen ook inspanningen om de milieu-impact van het bedrijf terug te dringen. “Daarom werken we al een tijd mee met het Lean & Green project. We hebben het certificaat behaald in 2013 op basis van onze inspanningen om het aantal ritten terug te dringen door een betere planning en het kwaliteitsproject rond beschadigingen. Rond de voertuigen zelf zorgen we nu door een preventief onderhoud, de bewaking van de bandenspanning en de opleiding van de chauffeurs voor een lager verbruik en een vermindering van de CO2uitstoot,” zegt Ina Hermans. > Peter Ooms
Hermos in het kort • 56 medewerkers waarvan 50 chauffeurs • 43 trekkers, 45 opleggers • 6 miljoen euro omzet www.hermos.be
Log.ON 010 -
15
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page16
3PL
Zetra: Kampioen in toege vo n Zetra assembleert banden en wielen en levert daarmee een unieke dienst aan VDL Nedcar
n In de hal van 20.000 m² wil Zetra opslag met toegevoegde waarde diensten ontwikkelen
n Alle tachtig vrachtwagens werden verkocht in 2003 yre Wheel Mounting Center (TWMC), zo heet de afdeling van Zetra die grotendeels bestaat uit een geautomatiseerde productielijn die in perfecte condities banden monteert en balanceert. Dat gebeurt enerzijds voor de nabijgelegen fabriek VDL/Nedcar waar intussen de BMW Mini’s van de band rollen. Anderzijds is het ook een after-sales dienstverlening voor de bandensector in het kader van de wisseling van zomer- naar winterbanden en omgekeerd. Nick Zelissen: “Het machinaal monteren van banden op wielen is eigenlijk een standaardproces dat ook wel door andere partijen wordt uitgevoerd. Wat ons uniek maakt is, dat we dit doen volgens een volledig geautomatiseerd proces waarbij ook track & tracing een belangrijke rol speelt. Ook belangrijk is het aantal wielen per dag die gemonteerd kunnen worden waardoor er een grote flexibiliteit ontstaat die in de after-sales erg belangrijk is. Voor wat betreft VDL/Nedcar ontvangen we elke 95 seconden een signaal van hun productieplanning en dan start bij ons de montage. In functie van de auto nemen we een set van wielen met de aangepaste banden en monteren die dan. In het begin krijgt elk wiel een barcode opgekleefd en aan dat unieke nummer wordt nu bij elke productiestap informatie toegevoegd. Zo ontstaat er per band een set van data
T
FR n Montage des pneus et jantes : Zetra offre un service unique à VDL Nedcar n Dans son magasin de 20 000 m², Zetra entend développer des services à valeur ajoutée n Les 80 camions ont été vendus en 2003
DE
>
www.logon-euregio.com
n Zetra zieht Reifen auf Räder und erbringt damit eine einzigartige Dienstleistung für VDL Nedcar n In der 20.000 m² großen Halle will Zetra ein Lager mit wertschöpfenden Dienstleistungen aufbauen n Alle eigenen achtzig Lastwagen wurden 2003 verkauft
16 - Log.ON 010
Zetra wil diensten met toegevoegde waarde combineren met de opslag in het magazijn.
(omgevingstemperatuur, druk, draaimoment, enz) die samen met de wielen aan VDL/Nedcar wordt bezorgd. Op die manier is de kwaliteitscontrole volledig gedocumenteerd en traceerbaar voor onze klant. Het is bijvoorbeeld belangrijk dat de banden niet te koud zijn op het moment van de montage. Daardoor worden ze namelijk star en dan vraagt het meer kracht aan de machine om de band over de velg te trekken. Die extra kracht kan scheurtjes veroorzaken die later tot echte schade kunnen leiden. VDL/Nedcar wil dat allemaal kunnen opvolgen en controleren. Wanneer een set klaar is, wordt die netjes gestapeld en naar de automatische vrachtwagenlading gebracht. Die sets van wiel-bandcombinaties vertrekken namelijk rechtstreeks naar de fabriek.” Die manier van leveren maakt van Zetra een unieke partner voor VDL/Nedcar. Het is namelijk de enige SILSleverancier. SILS staat voor supply in line sequence: direct aan de assemblagelijn en in volgorde van de productie. “Het vraagt natuurlijk heel wat planning en een strakke organisatie. Je moet ook in staat zijn om een panne van een machine goed te kunnen opvangen. Maar als dat lukt, realiseer je meteen ook een resem voordelen. Heel wat extra handelingen worden gewoon uitgeschakeld. Andere bedrijven houden de gemonteerde wielen in voorraad en leveren die dan wanneer die klant ze afroept. Die extra opslag kennen wij niet. Daarmee vermijden we meteen een hele reeks van handelingen: palletiseren, intern vervoer naar het magazijn, wegzetten, picken, laden, enzovoort. Dat levert niet alleen efficiën-
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page17
e voegde waarde
“
Het Tyre Wheel Mounting Center (TWMC): een geautomatiseerde productielijn voor het monteren en balanceren van banden.
Nick en Mart Zelissen zijn samen eigenaar van de Zetra Group Sittard.
Zetra is de enige leverancier van VDL/Nedcar die aan de band levert in de volgorde van de productie.”
tiewinst op, maar ook een aanzienlijke vermindering van het risico op schade dat inherent is aan elke handeling in het magazijn,” zegt Nick Zelissen. Die prestaties leveren het bedrijf intussen extra aandacht op binnen de automobielsector. In de eerste plaats kan Zetra meegroeien met VDL/Nedcar waar men na een klein jaar productie al spreekt over een mogelijke productieverhoging, eventueel zelfs in een tweeploegensysteem. Zetra moet dan ook zijn capaciteit opdrijven. Met die activiteiten bouwt het zijn reputatie uit en dat zou op termijn kunnen leiden tot bijkomende vestigingen in de buurt van andere assemblagefabrieken.
Geen trucks Nick en Mart Zelissen zijn samen eigenaar van de Zetra Group Sittard. “We hebben een taakverdeling afgesproken waarbij Mart zich in de eerste plaats bezig houdt met het technische luik en het beheer van het equipment. Ik zelf zorg dan meer voor het commerciële verhaal, het personeelsbeheer en het financieel management. Onderhandelingen met klanten voeren we gewoonlijk samen,” zegt Nick Zelissen. Vroeger was Zetra een traditionele logistieke dienstverlener met een eigen wagenpark. “Maar in 2003 hebben we al onze vrachtwagens verkocht. In die tijd begon de concurrentie uit Oost-Europa met goedkope chauffeurs. Ook de mobiliteitsproblemen maakten het ons extra moeilijk. Wij hebben al heel snel beslist dat we die strijd niet zouden aangaan. We hadden op dat moment ook het
alternatief achter de hand om voor NedCar banden en wielen te monteren. Intussen zorgen we zelf wel voor opslag, toegevoegde waarde diensten, maar dus ook transport, zij het dat we nu onderaannemers vragen om voor ons te rijden. Wij nemen wel de verantwoordelijkheid voor de hele afwikkeling: dat kan gaan van de containerafhandeling van importgoederen tot en met de distributie. De kern van de dienstverlening ligt in het magazijn waar we alle goederen scannen zodat we een volledig papierloos proces kennen. We maken gebruik van een warehouse management systeem om alle stromen op te volgen. Als diensten met toegevoegde waarde bieden we het stuffen en strippen van containers aan, maar ook herverpakkingen, kleine manuele aanpassingen en rework. Die VAL-dienstverlening willen we combineren met de opslag in ons magazijn. Nu hebben we een overdekte en verwarmde oppervlakte van 20.000 m² ter onze beschikking. Die kan zonder problemen nog uitgebreid worden tot 35000 m².” > Peter Ooms
Zetra in het kort • 20 werknemers • 20.000 m² magazijn • 1,5 miljoen wiel-band combinaties per jaar www.zetra.nl
Log.ON 010 -
17
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page18
3PL
CLAC Aachen: Transporte p n Liefert Waren bis zu 100kg Gewicht oder 200l Volumen per Rad
n Webbasierte Buchungsplattform mit hohem Automatisierungsgrad
n Schnelle, preiswerte und umweltfreundliche Alternative adfahren in Aachen ist nicht jedermanns Sache: Die Stadt in den Ausläufern der Eifel ist vielerorts hügliger, als man denkt. Doch für Jörg Albrecht, 35, ist das kein Grund, das Rad in der Garage zu lassen. Im Gegenteil: Ende 2012 hat der Inhaber einer Agentur für Kommunikationsberatung ein zweites Standbein gegründet und bietet mit CLAC Citylogistik Aachen innerstädtische Transporte per Rad an. Vier Lastenräder, davon drei e-bikes, und vier „konventionelle“ Räder fahren inzwischen für das Unternehmen und liefern alles Mögliche und scheinbar Unmögliche aus. „Unsere Lastenräder können Ladungen von bis zu 100kg Gewicht oder 200l Volumen transportieren. Das können kleinformatige Produkte wie Bücher, Magazine oder Aktenordner sein, aber auch sperrige Gegenstände wie eine Klimaanlage, Bettwaren oder einen Schrank haben wir schon sicher ans Ziel gebracht“, beschreibt Jörg Albrecht die Frachten. Vieles ist machbar, Albrecht denkt dabei besonders an die zahlreichen Akten, die Steuerberater oder Behörden täglich hin- und her transportieren müssen. Auch Laborfahrten lassen sich gut umsetzen, auf Wunsch in gekühlten Transportboxen.
R
Potenziale erschließen Etwa 400 Fahrten hat CLAC im letzten Jahr übernommen, täglich 100 sollen es bis Ende 2016 werden.
NL n Levering van goederen met een gewicht tot 100 kg of een volume tot 200 l n Webgebaseerd boekingsplatform met een hoge automatiseringsgraad n Snel, voordelig en milieuvriendelijk alternatief
Der CLAC-Fuhrpark: Zwei der drei Lastenräder sind e-bikes.
„Ich schätze, dass rund 50% der innerstädtischen Transporte vom LKW oder Auto aufs Rad umgeschichtet werden können. Andere Schätzungen gehen sogar von bis zu 80% aus“, meint Albrecht. „Für Aachen sehe ich langfristig ein Potenzial von 25.000 Fahrradtransporten im Jahr.“ Doch bis dahin ist noch viel Überzeugungsarbeit nötig: „Was in Dänemark und in den Niederlanden schon in zahlreichen Städten umgesetzt ist, halten viele deutsche Unternehmer noch für eine „grüne, etwas spinnerte Idee“. Sie müssen noch von den klaren wirtschaftlichen Vorteilen der Radkurier-Lösungen überzeugt werden.“ Dabei liegen die auf der Hand: Das Rad ist oft schneller und wendiger und zieht an den Autos im Stadtverkehr vorbei. Kürzere Wege sind möglich, da die Räder andere Strecken nutzen können. Preiswert, umweltfreundlich und leise sind die Transporte per Rad außerdem. Nach und nach spricht sich das auch in Aachen rum.
Pluspunkt für Einzelhandel
FR
>
www.logon-euregio.com
n Livraison de marchandises jusqu’à 100 kg ou 200 l de volume par vélo n Plateforme de réservation en ligne largement automatisée n Solution rapide, bon marché et écologique
18 - Log.ON 010
Die Kunden sind etwa Druckereien, Buchhandlungen, Kaufhäuser und ein großer Anbieter von Berufsbekleidung, für den CLAC regelmäßig die Mensen und Wohnheime des Aachener Studentenwerks beliefert. Auch ein Geschäft für Snowboard- und Skater-Bedarf gehört zum Kundenkreis. „Für dieses Unternehmen setzt meine Agentur derzeit unter anderem einen neuen Online-Shop um. Mit CLAC sorgen wir dann für die schnelle Auslieferung von Bestellungen möglichst noch am selben Tag.“ Damit spricht Albrecht einen Aspekt an, der bei der Gründung von CLAC eine große Rolle spielte:
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page19
e per Lastenrad
“
Handlich und flexibel: Lastenrad und Waren passen sogar in den Aufzug.
Jörg Albrecht (rechts) beim Workshop „Elektromobilität“ (mit Dr. Georg Werdermann, Uwe Müller, Stadt Aachen (v.l.). (© Albrecht Medien)
Der Transport von Waren per Lastenrad ist schnell, preiswert, sicher und umweltfreundlich.”
Jörg Albrecht, Inhaber CLAC Citylogistik Aachen „Viele Kunden meiner Kommunikationsagentur kommen aus dem Einzelhandel. Da ist natürlich immer wieder eine wichtige Frage: Was können wir als lokale Anbieter der Stärke des Online-Handels entgegensetzen? Für diese Firmen ist das Angebot von eigenen OnlineShops in Kombination mit einer zeitnahen Auslieferung – oftmals als intraday-delivery – ein echter Pluspunkt. CLAC macht das möglich.“
Intelligente Plattform statt Transport 1.0 Für Albrecht ist ein weiterer maßgeblicher Baustein das webbasierte Buchungsportal. „Bestehende Portale waren mir zu unflexibel. Außerdem möchte ich einen hohen Automatisierungsgrad erreichen und auf herkömmliche Buchungswege, wie etwa eine Funkzentrale, verzichten. Deshalb haben wir eine eigene Plattform programmiert.“ Mit Hilfe von www.clac.at/aachen soll der „Transportprozess 1.0“, wie Albrecht ihn bezeichnet, schon bald der Vergangenheit angehören. Das System ist transparent mit Blick auf Kosten und Lieferzeiten, funktioniert stabil und ist einfach zu handhaben. Zudem werden den Transportsuchenden auch Alternativen angeboten: Die „intelligente Plattform“ sortiert vor und macht dem Kunden Vorschläge zur bestmöglichen Transportlösung für sein jeweiliges Transportgut. Gegen eine geringe Nutzungsgebühr kann sich jeder Anbieter eintragen.
stellte er CLAC im Rahmen des städtischen Workshops „Elektromobilität“ vor. „Viele Aktivitäten zum Thema werden von Seiten der Stadt im europäischen Förderprojekt CIVITAS DYN@MO gebündelt. Mit Mitteln aus diesem Projekt konnte ich Ende 2013 mein zweites Lasten-e-bike anschaffen.“ Die Stadt Aachen unterstützt Initiativen wie CLAC, denn sie hat bekanntlich ein erhebliches Problem mit der Luftreinhaltung. „20% des CO2-Ausstoßes in Deutschland werden vom Verkehr verursacht, auch in Aachen. Jedes Lastenrad bedeutet ein Auto weniger und damit eine Verbesserung der CO2-Bilanz.“ Durch den Umstieg auf das Rad könnten die Aachener vielleicht sogar die grüne Umweltzone verhindern, die der Stadt droht. Nach Ansicht von Experten bringt nämlich die Einführung zum jetzigen Zeitpunkt keine spürbare Verbesserung, Alternativen in Sachen Luftreinhaltung müssen gedacht werden. Mit CLAC ist eine Alternative am Start, von der wir sicher noch hören werden. > Relindis Becker
CLAC Aachen auf einen Blick • 400 Fahrten in 2014 • 3 Lastenräder (davon 2 e-bikes), 4 weitere Räder, 4 freie Kurierfahrer • Bis zu 100kg oder 200l pro Lastenrad
Auch „analog“ gut vernetzt Jörg Albrecht weiß auch, wie wichtig eine gute Vernetzung außerhalb des Internets ist. Kürzlich
www.clac.at/aachen
Log.ON 010 -
19
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page20
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page21
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page22
SHIPPER
AB InBev : La logistique d u n Le brasseur AB InBev nourrit de grandes ambitions en matière de logistique durable
n Les premiers écocombis de Ninatrans en
Belgique soumis à des règles très strictes
n Le transport de bouteilles consignées entre Louvain et Jupille se fait par barge e premier écocombi roule depuis peu en Flandre. Cet ensemble y circule pour le compte d’AB InBev. L’ambitieux groupe brassicole de Louvain est devenu le numéro un mondial avec une part de marché de 25 %. Ce que l’on sait moins, c’est qu’il nourrit aussi de grandes ambitions en matière de transport et de logistique. En effet, il veut faire baisser les émissions de CO2 de ses activités logistiques dans le monde de 15 % d’ici 2017 (par rapport à 2013). Cette aspiration s’inscrit dans son engagement à « être la Meilleure Entreprise Brassicole qui Unit les Gens pour un Monde Meilleur » et se traduit par sept objectifs environnementaux planétaires qui concernent la consommation d’eau, le développement agricole, l’énergie, l’émission de gaz à effet de serre, les matériaux et le recyclage. Voici un peu plus d’un an, le groupe y a ajouté l’amélioration des performances écologiques de sa logistique. Dans cette perspective, AB InBev a pris comme référentiel le programme Lean and Green du Vlaams Instituut voor de Logistiek (Institut flamand de la Logistique). Le géant louvaniste fait partie, comme Ninatrans, des premières sociétés certifiées Lean and Green en Flandre. L’objectif est d’abaisser les émissions de CO2 de 20 % en moins de cinq ans. AB InBev a donc pris le Lean and Green comme modèle pour définir le plan de
L
DE n Große Ambitionen der Brauereigruppe AB InBev in puncto nachhaltige Logistik n Strenge Vorschriften für die ersten Ecocombis von Ninatrans n Leerguttransport zwischen Leuven und Jupille mit dem Binnenschiff
NL
>
www.logon-euregio.com
n Bierbrouwer AB InBev koestert grote ambities voor een duurzame logistiek n De eerst ecocombi’s in België van Ninatrans krijgen heel strenge regels opgelegd n Het vervoer van leeggoed tussen Leuven en Jupille gebeurt per binnenschip
22 - Log.ON 010
“J’espère aussi qu’à l’avenir nous pourrons traverser en écocombis les frontières et transporter par exemple vers les Pays-Bas,” déclare Benny Smets, CEO de Ninatrans.
réduction de son empreinte carbone en Europe. Ces résultats ont à leur tour servi de prémisses aux objectifs internationaux du Groupe, qui portent tant sur le transport entrant et sortant que sur les activités de stockage. La démarche a débouché sur de nouvelles initiatives telles que le recours à des carburants de substitution, à des ‘outils de conduite intelligente’ et à des camions conçus pour être d’une efficacité énergétique maximale. Les écocombis relèvent de cette logique : AB InBev en fait rouler un en Flandre, mais deux autres circulent déjà aux Pays-Bas depuis quelque temps.
Ecocombi Comme on le sait, deux écocombis remplacent trois ensembles classiques. Celui de Ninatrans/AB InBev emprunte un itinéraire fixe agréé entre Heverlee et le terminal de Katoen Natie dans le port d’Anvers. Il transporte des fûts destinés à être exportés outre-mer. « Ce projet-pilote doit nous permettre de cerner l’ampleur des avantages liés aux écocombis. Grâce à eux, il faut moins de trajets pour transporter la même quantité de marchandises, ce qui réduit nos émissions de CO2 », commente Arthur van Och, directeur logistique pour le Benelux et la France. Benny Smets, CEO de Ninatrans : “Les restrictions actuelles sont parfaitement compréhensibles pour le moment car nous sommes dans une période d’essai. Il est normal qu’on limite la circulation des écocombis
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page23
d urable dans le viseur Transport fluvial de bouteilles vides consignées « En plus des écocombis, nous évaluons aussi d’autres modes de transport comme la navigation fluviale », explique Arthur van Och. L’an dernier, ce travail a débouché sur un projet-pilote mené de concert avec la société André Celis : le transport de bouteilles vides par barge. André Celis est un entrepreneur de Louvain spécialisé en matériaux de construction. Pour les transporter de Jupille à Louvain, il recourt entre autres au transport fluvial. Une fois la cargaison déchargée, la barge retourne normalement à vide à Jupille. Bien que le trajet prenne environ deux jours, AB InBev veut déterminer par ce projet expérimental si le transport fluvial est envisageable pour acheminer des bouteilles vides consignées entre Louvain et Jupille. Il faut 13 camions pour véhiculer le même volume de bacs de vidanges.
et que les autorités se montrent prudentes. Personnellement, je suis persuadé que les écocombis n’ont que des avantages dont le fait qu’ils garantissent une totale sécurité et permettent de transporter en une fois de plus gros chargements et donc de réaliser des économies de carburant et de réduire les émissions de CO2. J’espère qu’une fois le projet pilote terminé et les avantages des écocombis prouvés, les règles seront adaptées et que ces véhicules pourront emprunter davantage d’itinéraires. Par exemple, nous souhaiterions pouvoir passer par le ring de Bruxelles.” « Intégrer ce projet pilote n’était pas seulement un souhait de notre société. Le secteur des chargeurs est aussi demandeur car, pour eux aussi, les écocombis n’ont que des avantages. Nous avons directement été soutenus par AB InBev, notre partenaire. Sans leur engagement et l’adaptation de leur planning en vue de mettre en place ce trajet avec écocombi, tout cela n’aurait pas été possible. D’autres clients s’intéressent déjà fortement aux écocombis. » « J’espère que les règles définitives qui seront adoptées à l’issue du projet pilote seront moins strictes. Actuellement, on a imposé à tous les transporteurs des règles générales mais à l’avenir, ce serait bien d’analyser chaque situation et de délivrer les autorisations au cas par cas. Dans le cas des localités et agglomérations par exemple, il est à ce jour interdit de les traverser. Mais les agglomérations comprennent aussi des chaussées sans habitations.
La barge emporte des matériaux de construction de Celis à l’aller et des vidanges d’AB InBev au retour.
“
Chaussées qu’un écocombi pourrait traverser sans problème. J’espère aussi qu’à l’avenir nous pourrons traverser en écocombis les frontières et transporter par exemple vers les Pays-Bas. Six camions Ninatrans effectuent quotidiennement la navette Bruxelles-
Grâce aux écocombis, il faut moins de trajets pour transporter la même quantité de marchandises.”
Arthur van Och, directeur logistique chez AB InBev Amsterdam, un trajet exclusivement sur autoroute car les points de départ et d’arrivée sont situés en bordure d’autoroute. Ces 6 camions pourraient donc être facilement remplacés par 4 écocombis. » > Philippe Van Dooren et Astrid Huyghe Log.ON 010 -
23
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page24
HR
Logistiek van festivaldecora n De indrukwekkende decoratiestukken worden gebruikt in België, de VS en Brazilië
n De stukken moeten in een 20-voets container passen
n Tomorrowland sprak voor het Euregional Young Logistics Professionals Network
“
“
ogistiek is niet echt onze corebusiness, daarom zorgen we ervoor dat onze onderaannemers zo veel mogelijk zelf de logistiek en het transport naar en van de festivalterreinen organiseren,” zegt Joris Mahieu, international operations manager van Tomorrowland. Hij is verantwoordelijk voor het operationele beheer van de festivals in de Verenigde Staten en
L
In de praktijk kunnen veel decoraties opgeplooid worden.” Brazilië. Voor standaard technisch materiaal rekent hij het liefst op lokale leveranciers die ook zelf instaan voor de logistiek. “Maar anderzijds hebben we ook specifieke decoraties laten maken voor de podia en voor het festivalterrein. Die moeten wel van het ene festival naar het andere worden getransporteerd. Die zijn ook te kostbaar om maar één keer per jaar te gebruiken. Door de inzet op verschillende festivals, kunnen we ze sneller afschrijven en dat geeft ons weer de kans om sneller met nieuwe decoraties te komen.” Voor de opslag van het materiaal huurt Tomorrowland
DE n Einsatz der imposanten Kulissen in Belgien, den USA und Brasilien n Die Teile müssen in einen 20-Fuß-Container passen n Beitrag von Tomorrowland vor dem Euregional Young Logistics Professionals Network
FR
>
www.logon-euregio.com
n Les éléments de décoration sont utilisés en Belgique, aux USA et au Brésil n Ils doivent entrer dans un conteneur de 20 pieds n Le responsable opérationnel de Tomorrowland s’est exprimé devant l’Euregional Young Logistics Professionals Network
24 - Log.ON 010
een magazijn in de buurt van Boom. Daar werken het hele jaar een viertal vaste mensen, maar in de aanloop van het festival loopt dat op tot 20. Op de andere locaties worden op tijdelijke basis een magazijn, samen met de inrichting en de voertuigen gehuurd vlakbij de festivalterreinen. Op een samenkomst in de gebouwen van de Euregional Young Logistics Professionals Network over eventlogistiek legde hij uit hoe de ontwerpers van die decoraties een totale vrijheid krijgen. “Die moeten we niet vragen om stukken te ontwerpen die op een europallet passen. Dat kan ook niet. De enige dwingende eis is dat de onderdelen in een 20-voetscontainer kunnen om zo per schip vervoerd te worden. In de praktijk houdt dat in dat veel decoraties ofwel bestaan als spandoeken en dus opgeplooid kunnen worden. Onze bekende vulkaan bijvoorbeeld die 20 meter hoog is op het terrein bestaat volledig uit opblaasbare onderdelen en piepschuim. Die vulkaan ziet er van ver dan wel heel stevig uit, maar in feite kunnen we die volledig aflaten en dan oprollen of opplooien,” zegt Joris Mahieu.
De biertunnel Het festival is ontstaan in België en heeft een vaste locatie gevonden in het Provinciaal Domein in Boom. Dat is een natuur- en wandelgebied met heel weinig verharde
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page25
coratie Joris Mahieu gaf zijn presentatie tijdens een vergadering van de Euregional Young Logistics Professionals Network in de gebouwen van de Barge Terminal van Born.
E-commerce De eerste bijeenkomst van dit netwerk vond plaats op 19 februari in het Logistics Innovation and Training Centre (LITC) op de Nike-campus in Laakdal. Meer dan honderd aanwezigen volgden een boeiende uiteenzetting over “de toekomst van e-commerce in de Euregio Maas-Rijn” door Buck Consultants International, waarna een tip van de sluier van het nieuwe investeringsproject van Nike in Ham werd gelicht door Nike zelf. De aansluitende rondleidingen op de Nike-campus en in het Nike-warehouse werden door de aanwezigen zeer gesmaakt. Achteraf werd er nog uitvoerig nagepraat over logistiek en e-commerce tijdens de netwerkreceptie.
Een honderdtal jonge logistieke professionals waren aanwezig op de eerste vergadering in het LITC op de Nike Campus in Laakdal.
wegen en dat is lastig om er met zware voertuigen te rijden om er bijvoorbeeld voedsel en drank te leveren. “We lossen dat op door grote koelcontainers al zeer vroeg op het terrein te installeren en al te vullen met grote hoeveelheden voedsel en drank. De podia en decoraties worden dan rond die technische installaties geplaatst. Het bier kent nog een aparte problematiek. In feite wordt dat in grote tanks geleverd die achter het hoofdpodium komen te staan, een van de enige plaatsen waar trucks wel kunnen komen. Van daar vertrekt een ondergrondse bierleiding naar de drankentent. We hebben in feite een biertunnel van 150 meter lengte gegraven en die loopt precies onder het grote podium door,” zegt Joris Mahieu.
Internationaal transport Zoals gezegd worden de podia en decoratiestukken in een container op het schip gezet voor het transport over zee. Tomorrowland rekent daarbij ruime marges in om alles op tijd ter plekke te krijgen. “We weten dat er altijd onzekerheid is met die transporten. Onze podia verzenden we daarom al twee maanden vooraf naar het volgende festivalterrein. Decoraties moeten toch ook een maand vooraf verzonden worden.” De douane in de verschillende landen is dan een probleem bij dit onconventionele vervoer.
Euregional Young Logistics Professionals Network Het Euregionale overlegorgaan voor logistiek “gate4logistics” (samengesteld uit partners uit beide Limburgen en de regio’s Luik en Aken) heeft een ‘Euregional Young Logistics Professionals Network’ opgericht om de uitwisseling van kennis en ervaring tussen jonge logistieke professionals in de Euregio te bevorderen. Het is de bedoeling om de veelzijdigheid van de logistieke sector in de kijker te zetten en om jongeren duidelijk maken dat logistiek een boeiende en leerrijke sector is met veel toekomstperspectieven.
“De douane in de Verenigde Staten heeft eens grashalmen van het festivalterrein in een container gevonden. Die gekke zaden hebben daar heel wat argwaan gewekt. We hebben drie weken moeten wachten tot onze goederen werden vrijgegeven. In de toekomst zullen daardoor ook al onze zendingen als verdacht worden beschouwd. In Brazilië moet je dan weer erg uitkijken met verschillende invoertaksen waar je jezelf blauw aan kan betalen. We hebben intussen een consultant ingeschakeld om voor ons uit te zoeken hoe we die taksen tot een redelijk niveau kunnen beperken.” > Peter Ooms Log.ON 010 -
25
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page26
NEWS
Bahnoperateur DistriRail setzt auf Drehscheibe Duisburg Der niederländische Bahnoperateur DistriRail und duisport verstärken ihre Zusammenarbeit. DistriRail nutzt das Netzwerk von duisport zur Verteilung der Waren im europäischen Hinterland und baut die Shuttle-Verkehre zwischen Rotterdam und Duisburg weiter aus. Darüber hinaus geht duisport eine Minderheitsbeteiligung bei DistriRail ein. DistriRail hat sich entschieden, Duisburg verstärkt als Hinterlanddrehscheibe zu nutzen und die Zahl ihrer täglichen Shuttle-Verkehre zwischen Rotterdam und Duisburg deutlich zu erhöhen – auf mehrere Abfahrten täglich. Um dieses Konzept nachhaltig zu etablieren, hat duisport das Angebot der Eigentümer von DistriRail angenommen, eine Minderheitsbeteiligung an diesem System einzugehen. Dem von vielen Marktteilnehmern prognostizierten starken Containeraufkommen in den nächsten Jahren wird dadurch Rechnung getragen. Insbesondere den neuen Terminals
Duisport hat das Angebot der Eigentümer von DistriRail angenommen, eine Minderheitsbeteiligung an diesem System einzugehen.
auf der Maasvlakte II, die in deutlich stärkerem Maße Bahnverkehre ins Hinterland starten wollen, wird hiermit ein leistungsfähiges Konzept angeboten. >
Meer truckstops in Nederlands Limburg FR
>
www.logon-euregio.com
NL
De regio Limburg, het bedrijfsleven, politie en Rijkswaterstaat ondertekende in Roermond een intentieovereenkomst over een netwerk van veilige truckstops in Limburg. In de intentieovereenkomst leggen de partijen vast de aanleg van minstens vijf beveiligde truckstops zo veel mogelijk te stimuleren en te faciliteren. Vooruitlopend op concrete plannen wil de provincie 600.000 euro bijdragen aan de verbetering en beveiliging van de parkeerplaats voor 225 vrachtwagens aan de James Cookweg op industrieterrein Tradeport in Venlo als de andere partijen meedoen. Rijkswaterstaat heeft de intentie in totaal 1 miljoen euro bij te dragen aan de totale problematiek van vrachtwagenparkeerplaatsen. >
Buitenring Parkstad Limburg mag worden aangelegd Het provinciale inpassingsplan 'Buitenring Parkstad Limburg 2012' dat de aanleg van een nieuwe provinciale weg in de regio Parkstad mogelijk maakt, is bijna volledig in stand gelaten. Dat betekent dat definitief met de aanleg van de provinciale weg kan worden begonnen. Dit blijkt uit een uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State van 11 maart 2015. Deze zaak kent een lange voorgeschiedenis. De Afdeling bestuursrechtspraak vernietigde al in december 2011 een eerder inpassingsplan voor de buitenring. >
>
www.logon-euregio.com
DE
Percée internationale pour le Rhin d'acier Le journal Metro a annoncé une avancée que le gouvernement flamand aurait réalisée dans le dossier du Rhin d' acier. Cette ligne ferroviaire relie Anvers à la Ruhrgebiet allemande via le Limbourg belge et néerlandais. Toutes les parties ont marqué leur accord pour injecter ensemble de l' argent dans une étude à grande échelle sur les trois tracés qui sont actuellement sur la table, selon le ministre flamand de la Mobilité Ben Weyts dans une interview accordée à Metro. « Une telle étude n’a jamais eu lieu (…) Il s’agit d’une aubaine et chacun veut y participer. A ce niveau, l’engagement, mais aussi et surtout l’input financier constitue un signal important. Le fait que toutes les parties impliquées y injectent de l’argent, montre que cette fois c’est du sérieux. » >
26 - Log.ON 010
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:49 Page27
INFRA
3 Gleise ins Ruhrgebiet n Wichtiger grenzüberschreitender Anschluss an Betuwe-Linie
n Güterzugverkehre verdoppeln sich bis 2025 auf dieser Strecke
n Vorabmaßnahmen laufen, endgültige Genehmigung steht noch aus is zum Jahr 2025 sollte sie fertig sein, ansonsten wird es eng: Die Ausbaustrecke (ABS) Emmerich-Oberhausen gehört zu den wichtigsten und größten Schienen-Infrastrukturprojekten des Landes NRW. Angebunden an die niederländische Betuwe-Linie sind für die genannte Strecke Güterzugzahlen für das Jahr 2025 von bis zu 186 Zügen pro Tag prognostiziert (heute etwa 90 pro Tag). Davon verbleiben 59 Güterzüge in der Region, weitere 56 in Deutschland. Diese Zahlen unterstreichen die Bedeutung der Strecke für NRW und ganz Deutschland. Sie verweisen aber ebenso auf die Dringlichkeit, Kapazitäten im Schienenverkehr für die steigenden Umschlagzahlen der niederländischen und belgischen Seehäfen bereit zu halten. Im aktuellen Verkehrswegeplan der Bundesrepublik (BVWP) ist die ABS 46/2, wie die Ausbaustrecke offiziell heißt, als vordringliches und internationales Vorhaben enthalten. Seit Dezember 2014 sind alle Planfeststellungsunterlagen offen gelegt worden. Nun wartet man auf das „Go“ der Bezirksregierung Düsseldorf. Erste Maßnahmen auf der rund 73 km langen Strecke hat die Deutsche Bahn schon in Angriff genommen: „Im Mai 2012 und Juni 2013 haben wir in Emmerich ein neues Elektronisches Stellwerk eingebaut. Damit haben wir die Leit- und Sicherungstechnik auf den neuesten Stand gebracht“, erläutert Herbert Dopstadt, Leiter Fahrplan der DB Netz AG für NRW. „Ein ganz wichtiger Aspekt ist, dass nun mehr Züge in kürzeren Abständen hintereinander fahren können. Das entspannt den
B
FR n Importante jonction transfrontalière avec la ligne de la Betuwe n Doublement du trafic de marchandises sur ce tronçon à l’horizon 2025 n Les préparatifs sont en cours, le feu vert définitif n’a pas encore été donné
NL
>
www.logon-euregio.com
n Belangrijke, grensoverschrijdende aansluiting op de Betuwelijn n Tot 2025 verdubbelt het goederenvervoer over dit traject n De voorbereidende maatregelen lopen, de definitieve vergunning ontbreekt nog
Herbert Dopstadt, Leiter Fahrplan, DB Netz G/NRW.
Wenn alles nach Plan verläuft, wird die Strecke EmmerichOberhausen in den nächsten Jahren auf rund 73 km ausgebaut.
Betriebsfluss deutlich, die Streckenkapazität wird erhöht.“ Dazu kommen Maßnahmen im Eisenbahnknoten Oberhausen sowie die Ausrüstung der Strecke mit ETCS (European Train Control System). Aktuell realisiert die Deutsche Bahn weitere Vorabmaßnahmen, für die bereits Baurecht vorliegt. „Wir beseitigen drei von derzeit noch 53 Bahnübergängen. Sie werden durch Eisenbahn- bzw. Straßenüberführungen ersetzt. 2015 haben zudem die Arbeiten für Umstellung des Stromsystemwechsels in Emmerich zwischen Deutschland und den Niederlanden begonnen“, skizziert Herbert Dopstadt die Lage. Auch für 2016 sind Vorabmaßnahmen geplant: „Das betrifft im Wesentlichen die Beseitigung von weiteren Bahnübergängen. Es sind aber auch erste Arbeiten an Brücken für den dreigleisigen Ausbau geplant.“ Mit dem konkreten Ausbau der Strecke in den einzelnen Planfeststellungsabschnitten kann erst begonnen werden, wenn die oben erwähnten Beschlüsse vorliegen. Mit einem ersten Beschluss durch das Eisenbahn-Amt ist ggf. in diesem Jahr zu rechnen. > Relindis Becker Log.ON 010 -
27
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page28
INFRA
Is er toekomst voor de ou d
n De gebouwen van Ford worden eigendom van de Vlaamse regering op 1 januari 2016 n Voor de logistiek zijn de hallen niet geschikt, maar wel voor de industrie?
n Makelaars zien veel interesse voor de kleinere gebouwen van de toeleveranciers Het nieuwe magazijn voor Infrax van H.Essers is de eerste geslaagde reconversie op de Ford-site.
“
e gebouwen van Ford zullen op 1 januari 2016 eigendom worden van de Vlaamse Regering. Voor die datum krijgt Ford de tijd om de gebouwen leeg te maken. De Vlaamse Regering laat intussen een studie uitvoeren over de economische mogelijkheden van de gebouwen en terreinen. Die studie zou vier maanden in beslag nemen, daarna zou de Vlaamse Regering een actieplan uitwerken en bepalen welke investeringen nodig zijn. Het uitrollen van dat plan zou dan nog een 18 tot 24 maanden kunnen duren.
D
dig in eigendom heeft genomen en dat is pas begin 2016. Alleen als er een partij is die het geheel of een groot stuk ervan wil huren of kopen, zal men inderdaad sneller in actie komen. Die lange wachttijd werkt wel verlammend op de markt. Geïnteresseerden kijken de kat uit de boom tot er duidelijkheid is. Velen vragen zich ook af of er subsidies zullen voorzien worden en of ze daar een graantje van kunnen meepikken,” denkt Bart Vanderhoydonck, verantwoordelijk voor industriële panden binnen Cushman & Wakefield in België.
Ford-site
De laatste jaren is het in België niet gelukt om een nieuwe investeerder te vinden uit de productiesector.”
28 - Log.ON 010
Het blijft voorlopig gissen naar wat de uiteindelijke doelstelling van de regering kan zijn. Kenners gaan ervanuit dat alle opties nog open liggen: hergebruik, een opdeling in kleinere percelen, maar ook de volledige afbraak en een herverkaveling. “Maar de actieve bewerking van de markt zal pas echt van start gaan als de overheid het pand volle-
Wat er met de Ford-gebouwen moet gebeuren is inderdaad geen eenvoudige vraag. Het gaat om twee zeer grote hallen van meerdere honderdduizenden vierkante meter op een terrein van 1,3 miljoen m². De gebouwen zijn nergens hoger dan 6 meter. Er is ook een gedeelte op twee niveaus waar de ververij zich bevond. De tussenvloeren kunnen echter niet worden verwijderd. De panden zijn intussen meer dan 50 jaar oud. Die gebouwen zijn dan ook niet geschikt voor logistieke activiteiten. De vraag is dan of er een grote industriële partij gevonden kan worden om zich hier te vestigen. De laatste jaren is het in ieder geval
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page29
u de Ford-gebouwen? Wildgroei aan incubatoren De CEO van H.Essers Gert Bervoets is ook actief in Locate, het vehikel binnen het Strategisch Actieplan Limburg in het Kwadraat (SALK) om buitenlandse investeerders aan te trekken. “Dat is meer dan zwaaien met een lap grond en subsidies. Goed dus dat daar ook ondernemers in zitten die begrijpen wat bedrijven nodig hebben”, zegt hij in de krant De Tijd. Bervoets vindt wel dat de SALK-middelen te veel versnipperd zijn en waarschuwt voor een wildgroei aan incubatoren en campussen.
Gert Bervoets, CEO van H.Essers.
niet gelukt om een nieuwe investeerder te vinden uit de productiesector. Bart Vanderhoydonck: “Het zou daarom misschien niet slecht zijn om die oude industriële gebouwen af te breken en dan volledig opnieuw te beginnen met een moderne infrastructuur. Want het terrein zelf heeft wel troeven: het beschikt over een spooraansluiting en er is al heel wat wegenis beschikbaar. Op die manier wordt een herverkaveling mogelijk, zelfs op vrij korte termijn.” Zijn collega Xavier Van Reeth van CBRE is daar niet noodzakelijk voorstander van. “Bij een afbraak wordt er meteen ook veel waarde vernietigd. Dat moet je zo veel mogelijk vermijden. Maar anderzijds zal het zeer moeilijk zijn om een dergelijke oppervlakte weer nuttig te hergebruiken.”
Supplierspark Intussen kunnen de gebouwen in het suppliers park wel al verhandeld worden. En naar verluidt is er een levendige interesse voor die panden. “Het zijn dan ook veel jongere gebouwen, kleiner van omvang en met veel grond rond het pand. We zien een zeer grote belangstelling voor twee van die gebouwen vanwege kleinere ondernemingen die er hun productie in willen onderbrengen. Er is geen interesse vanuit de logistieke sector, maar dat is ook logisch. Met hun 8000 tot 10.000 m² en een hoogte van 6 meter, zijn deze gebouwen te klein en te laag voor een moderne opslag van goederen”, zegt Xavier Van Reeth. Naar verluidt zouden er al akkoorden gesloten zijn met geïnteresseerde partijen, maar moet men wachten tot de originele betrokkenen – waaronder Ford – officieel hebben afgezien van hun voorkooprecht. Eén van de oorspronkelijke toeleveranciers, blijft ook in de toekomst actief op de site. Het gaat om SML dat voor Ford motoren en transmissies assembleerde. Voortaan levert het achterassen en ophangingen aan Audi Brussels. Dat alles wel in zeer afgeslankte vorm: het tijdschrift Trends meldt dat van de vroegere 300 medewerkers nog slechts 28 hun job hebben behouden. De enige uitzondering op de stelling dat de site niet
geschikt is voor logistiek, is het nieuwe centrale magazijn van Infrax, de energienetbeheerder van Limburg, dat zal worden uitgebaat door H.Essers. Deze logistieke dienstverlener was al de eigenaar van het gebouw, maar had het verhuurd aan Synchreon, de toeleverancier van deurpanelen en bodembekleding aan Ford. In functie van die nieuwe bestemming werd het gebouw heringericht en aangepast met bijkomende loskades. Het gaat om een magazijn van 10.000 vierkante meter waar reserveonderdelen voor gasen elektriciteitsleidingen zullen worden opgeslagen om vandaar de worden verdeeld naar 20 afhaalpunten waar technici zich komen bevoorraden. Het terrein is ook geschikt voor de grote kabelbobijnen, waarvoor je uitzonderlijk vervoer nodig hebt. Infrax zal op de site de voorraad centraliseren die anders over vier locaties verspreid lag. Het gaat om de eerste geslaagde reconversie op de site. > Peter Ooms
«De gebouwen van de Ford zijn niet geschikt voor logistieke activiteiten», volgens Bart Vanderhoydonck van Cushman & Wakefield.
DE n Die Ford-Gebäude gehen am 1.1.2016 in den Besitz der flämischen Regierung über n Eignen sich die für Logistik untauglichen Hallen für die Industrie? n Für kleinere Gebäude sehen Makler Interessenten unter den Zulieferern
FR
>
www.logon-euregio.com
n Le 1er janvier 2016, le gouvernement flamand deviendra propriétaire du site Ford n Le bâtiment ne convient pas aux activités logistiques, mais quid du secteur industriel ? n Les agents immobiliers constatent un grand intérêt de la part des fournisseurs pour les plus petits bâtiments
Log.ON 010 -
29
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page30
INFRA
A3/E40: les viaducs d'Hers n Voici presque qu’un an qu’a démarré le chantier colossal relatif aux viaducs d’Herstal
n Ceux-ci sont réhabilités mais aussi élargis pour une meilleure mobilité
n Les travaux devraient se terminer fin 2016 oici quasi un an qu’a démarré le chantier relatif aux trois viaducs d’Herstal, sur l’autoroute A3/E40 (lancement le 19 mai 2014). Ces travaux visent à réhabiliter et à élargir les viaducs d’Herstal construits dans les années 60. Deux d’entre eux passent au-dessus du canal Albert et de la Meuse, le troisième au-dessus de Chertal. L’élargissement des trois viaducs apportera des solutions relatives à la sécurité et à la mobilité (voir schémas). Globalement, ces travaux vont : - réhabiliter et sécuriser les trois viaducs - créer une bande d’arrêt d’urgence dans le sens de circulation Aix > Bruxelles - créer une bande d’accélération/décélération Bruxelles > Aix - créer une bande d’arrêt d’urgence Bruxelles > Aix - ouvrir la bretelle Herstal vers Aix actuellement fermée
V
Six phases En ce moment, nous sommes dans la première phase du chantier, qui en compte six. Cette première phase touchera à sa fin en juillet 2015. Durant ces différentes étapes, les viaducs vont être réhabilités et élargis. La réhabilitation consistera au remplacement complet des équipements (étanchéité, revêtement, joints de dilatation, garde-corps, etc.), au renforcement des poutres et des piles (appuis intermédiaires du pont), à l’épaississement de la dalle de béton et au traitement des charpentes métalliques y compris peintures anticorrosion, etc. L’élargissement requerra, lui, la construction de nouveaux ouvrages (dont des tabliers* qui seront couplés aux tabliers* existants) et la réhabilitation et l’adaptation des bretelles d’accès et de sortie des échangeurs concernés. Trafic journalier moyen dépassant les 100.000 véhicules Ce chantier, qui s’étend sur trois viaducs successifs,
est l'un des plus importants du Plan routes qui vise à réhabiliter le réseau structurant de Wallonie. Mais il est indispensable. Il se situe en effet à un endroit stratégique, à proximité de l’échangeur de Cheratte entre l’E40 et l’E25. Cette zone constitue une porte d’entrée du contournement de Liège reliant directement la Wallonie, via la Province de Liège, aux Pays-Bas et à l’Allemagne. La portion comprise entre l’échangeur de Cheratte et celui de Loncin, incluant les trois viaducs de Herstal, est la plus fréquentée de Wallonie avec un trafic journalier moyen dépassant les 100.000 véhicules (deux sens de circulation cumulés).
Le chantier en chiffres
Impact sur la mobilité
Trois viaducs en chantier • 650 mètres de long au total sur 30 mètres de large • 21.000 m² à réhabiliter • 5000 m² de tabliers* neufs à construire • Trafic journalier moyen : + 100.000 véhicules (deux sens de circulation cumulés) • Durée calendrier : 2 ans et demi • Coût : 31 millions d’euros TVAC
Comme tout chantier de cette ampleur, celui des viaducs d’Herstal comprend son lot d’impacts sur la mobilité. Toutefois, étant donné la durée du chantier et le nombre de véhicules qui transitent par les viaducs, le chantier a été calculé de manière à garantir une fluidité du trafic maximale. Ainsi, trois bandes de circulation seront maintenues en permanence durant le chantier et ce, dans chaque sens de circulation. Seule exception: lors de la 4ème phase
30 - Log.ON 010
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page31
© SOFICO
© SOFICO
Herstal bientôt plus fluides
Ce méga chantier, démarré en mai 2014, vise à réhabiliter et à élargir les viaducs d’Herstal qui voient transiter, tous les jours, plus de 100.000 véhicules (deux sens de circulation cumulés). (© SPW)
du chantier, la circulation vers Bruxelles sera ramenée de 3 à 2 bandes pendant 15 jours calendrier. Selon les phases de travaux, les bandes de circulation seront déplacées ou basculées d’un côté ou de l’autre du viaduc. Leur largeur sera également rétrécie. Au niveau des voies navigables, la circulation des bateaux sera maintenue en permanence durant toute la durée du chantier aussi bien sur le Canal Albert que sur la Meuse.
Un chantier de deux ans et demi Démarré le 19 mai 2014, le chantier est prévu pour une durée de 30 mois calendrier, soit deux ans et demi. Il devrait donc se terminer, s’il n’accuse aucun retard, fin 2016. Son coût: 31 millions d’euros TVAC. Ces travaux, effectués par BESIX-ABTech, sont financés par la SOFICO et réalisés en collaboration avec son partenaire technique, la Direction générale opérationnelle Routes et Bâtiments du Service public de Wallonie. > Astrid Huyghe * Tablier : partie d'un pont comprenant la couverture, qui porte la voie routière, et l'ensemble des structures porteuses de la couverture situées au-dessous de celle-ci et à peu près à son niveau.
DE n Viadukte von Herstal seit fast einem Jahr Großbaustelle n Instandsetzung und gleichzeitige Vergrößerung für bessere Mobilität n Voraussichtlicher Abschluss der Bauarbeiten Ende 2016
NL
>
www.logon-euregio.com
n Bijna een jaar geleden gingen de enorme werkzaamheden aan de viaducten van Herstal van start n Ze worden niet alleen vernieuwd, maar ook verbreed om de mobiliteit te verbeteren n De werkzaamheden moeten eind 2016 klaar zijn
Log.ON 010 -
31
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page32
INFRA
Werken aan het spoor n De werken aan het spoor
De werken in Duitsland zullen aanzienlijke hinder veroorzaken op de Betuweroute.
tussen Emmerich en Oberhausen verkleint capaciteit Betuweroute
n De zoektocht naar
alternatieven brengt meer vervoer naar de Brabantlijn
n De samenwerking tussen de Nederlandse en Duitse spooruitbater verbetert snel
“
p het Duitse grondgebied starten weldra de werken om het spoor dat aansluit op de Betuweroute, de spoorlijn tussen Rotterdam en de Duitse grens in de buurt van Nijmegen, uit te breiden met een derde spoor. Die werken zullen aanzienlijke hin-
O
Men verwacht bijkomende drukte op de Brabantlijn.” der veroorzaken voor alle verkeer op die route, ook voor het vrachtvervoer. Op de Duits-Nederlandse logistieke conferentie op 5 maart in Duisburg kwam Eric Mekenkamp, secretaris van de federatie KNV Spoorgoederenvervoer aan het woord met een presentatie over de impact van die werken. De aanleg van een derde spoor tussen Emmerich (vlakbij de Nederlandse
DE n Verringerte Kapazität der Betuweroute aufgrund der Gleisbauarbeiten zwischen Emmerich und Oberhausen n Suche nach Alternativen sorgt für mehr Verkehr auf der Brabantlinie n Schnelle Verbesserung der Zusammenarbeit von niederländischen und deutschen Bahnbetreibern
FR
>
www.logon-euregio.com
n Les travaux entre Emmerich et Oberhausen réduisent la capacité de la ligne de Betuwe n La recherche d’itinéraires de délestage déplace une part grandissante du trafic vers la ligne du Brabant n La collaboration entre les exploitants allemands et néerlandais du rail s’améliore
32 - Log.ON 010
grens) en Oberhausen (in het noorden van het Ruhrgebied) zullen al dit jaar een negatieve impact hebben op de capaciteit van die lijn. Gedurende 17 weken zal er slechts één spoor beschikbaar zijn. Het komt er op neer dat er per dag maximaal 40 treinen zullen kunnen passeren. Tussen 18 april en 18 oktober 2016 zal er slechts één spoor kunnen worden gebruikt op de sectie tussen Emmerich en Oberhausen. Tussen november 2016 en 2022 zal de capaciteit nog dalen naar 25 treinen per dag. Op de conferentie werd de vraag gesteld aan vertegenwoordigers van DB Schenker Rail en Distrirail over het belang dat zij hechten aan de Betuweroute. Uit hun reactie blijkt dat het belang van de uitbreiding van de capaciteit moeilijk kan worden overschat. Aart Klomp van DB Schenker Rail Nederland: “Zonder de Betuweroute kunnen wij niet overleven. In het geheel van onze activiteiten in Nederland bestaat 85% uit vervoer van goederen richting Duitsland. Daarvan gaat 80% via de Betuweroute.” In Duitsland en Nederland werkt men intussen verder aan maatregelen om de impact van de werken zoveel mogelijk te beperken. Ten eerste is er nu meer contact tussen de infrastructuuruitbaters ProRail in Nederland en DB Netze in Duitsland. Door een betere samenwerking en informatie-uitwisseling willen zij de impact van de werken zoveel mogelijk te beperken. Uit reacties van de betrokkenen bleek een zekere tevredenheid over de gang van zaken op dat vlak. In het verleden had die samenwerking nog te wensen over gelaten. Een groot deel van de oplossing zal moeten komen van alternatieve routes zoals de zogenaamde Brabant-route langs Breda, Eindhoven en Venlo. Dat zal daar tot bijkomende drukte leiden waardoor de kans op overbezetting niet denkbeeldig is. > Peter Ooms
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page33
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page34
DOSSIER
Elke kilometer zal tellen
n In België wordt in 2016 een kilometerheffing voor vrachtwagens ingevoerd n Veel vragen zijn nog steeds onbeantwoord
n Er zullen veel verschillen zijn met de Duitse LKW Maut
Dit systeem vervangt het huidige Eurovignetsysteem voor vrachtwagens van meer dan 12 ton.
“
anaf begin 2016 komt er een slimme kilometerheffing voor vrachtwagens in België. Alle eigenaars van vrachtwagens met een maximum toegelaten massa (MTM) van meer dan 3,5 ton zullen de heffing betalen. Deze maatregel zal niet alleen van toepassing zijn op autosnelwegen, maar ook op een aantal gewest- en gemeentewegen. Dit systeem vervangt het huidige Eurovignet-systeem voor vrachtwagens van meer dan 12 ton. Het wordt ook uitgebreid naar vrachtwagens van meer dan 3,5 ton, omdat – althans volgens de officiële uitleg - ook die schade aanrichten aan onze wegen. Terwijl het Eurovignet forfaitair is, wordt de nieuwe belasting een ‘slimme kilometerheffing’, omdat men
V
De nieuwe belasting is een slimme kilometerheffing, omdat men zal betalen in functie van het type weg, het aantal kilometers, het gewicht en de milieukenmerken van het voertuig.” zal betalen in functie van de plaats waar men rijdt (type wegen), het aantal afgelegde kilometers, het gewicht van het voertuig en de milieukenmerken ervan (euro-norm). Het systeem is gebaseerd op het principe ‘de gebruiker betaalt’. Volgens de initiatiefnemers (de drie gewesten) levert iedereen op die manier een faire bijdrage voor het gebruik van de wegen.
34 - Log.ON 010
België en Nederland Er is al langer sprake van de invoering van wegbeprijzing in België. Oorspronkelijk was het de bedoeling dat België en Nederland in 2012 samen een kilometerheffing voor trucks (en een jaar later voor auto’s) zouden invoeren. Bij het aantreden van de eerste regering Rutte in 2010 besliste Nederland echter af te stappen van dit plan en het te vervangen door een accijnsverhoging op brandstoffen. De redenering van de Nederlandse regering was dat het effect van een kilometerheffing op de mobiliteit gering zou zijn, terwijl de kosten van de uitbating van het tolsysteem proportioneel te hoog zijn. België besloot dan maar - vooral onder impuls van de toenmalige Vlaamse regering Peeters – om alleen te gaan. In 2011 sloten de drie gewesten (Vlaanderen, Wallonië en Brussel) een politiek akkoord om samen een kilometerheffing voor vrachtwagens in te voeren; een wegenvignet voor personenwagens; en in ‘Groot Brussel’ een proefproject te lanceren rond een kilometerheffing voor auto’s. Inmiddels is het autovignet in de koelkast beland en is de proef gehouden (maar op een sisser afgelopen). Enkel de heffing voor vrachtwagens staat nu nog op de agenda.
België Begin 2014 sloten de drie gewesten hiervoor een samenwerkingsakkoord. Voor de coördinatie werd het ‘intergewestelijk’ samenwerkingsverband Viapass gecreëerd. Dat moet dienen als tussenpersoon tussen de gewesten en het bedrijf Satellic, dat het systeem zal uitbaten. Viapass is tevens belast met coördinatie van de handha-
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page35
ving, het doorbetalen aan de gewesten van de geïnde heffingen, en dergelijke. Viapass en Satellic (een joint-venture tussen het Duitse T Systems en het Oostenrijkse Strabag) moeten nu zorgen voor een effectieve uitrol van het systeem tegen begin 2016. Voorlopig is de startdatum 1 januari of 1 februari. Om dat mogelijk te maken, moet al het voorbereidend werk tegen 1 juli 2015 klaar zijn. Technisch en organisatorisch lijkt dit een haalbare kaart… ware het niet dat de drie gewesten een groot deel van hun huiswerk nog moeten doen. De tarieven (en het betroffen wegennet) zijn immers nog niet bekend. Die moeten door de drie gewesten afzonderlijk vastgelegd worden. Als referentie wordt een tarief gehanteerd dat dicht bij het basistarief van de LKW Maut ligt (12,5 cent per kilometer voor een Euro5 vrachtwagen)… maar er moet nog overleg gepleegd worden met de verschillende stakeholders (de transporteurs en de Vlaamse havens vooral, omdat hun concurrentiepositie beïnvloed zal worden). Maar de Belgische transportsector is niet meegaand: omdat er geen heffing komt voor het autoverkeer, zal de impact op de verbetering van de mobiliteit quasi nul zijn. Daar zijn zo goed als alle experts het over eens. De vervoerders zien dan ook alleen maar nadelen aan de heffing: hun transportkosten zullen groeien met 5 à 10%, die ze – zo vrezen ze – moeilijk aan de klanten zullen kunnen doorrekenen.
Verschil met LKW Maut Het Belgische systeem is nagenoeg hetzelfde als dat van de LKW Maut in Duitsland. De uitbater van het systeem Log.ON 010 -
35
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page36
DOSSIER
Ook de buitenlandse trucks zullen verplicht een OBU aan boord moeten hebben. Zelfs trucks die nooit of zelden op de snelwegen rijden, zullen een OBU moeten gebruiken. Ze zullen waarschijnlijk de hoogste heffing betalen, omdat ze vaak oud zijn.
in België, Satellic, is immers voor 76% eigendom van het Duitse T-Systems, dat voor 45% eigenaar is van Toll Collect, de uitbater van de LKW Maut. Maar er zijn ook grote verschillen. In Duitsland geldt de tolplicht voor vrachtwagens vanaf 12 ton. In België hebben de gewesten gekozen voor 3,5 ton als onderste limiet. In Duitsland is de hoogte van de tol afhankelijk van het aantal assen, terwijl in België die afhankelijk is van het totale gewicht (MTM). Er zouden twee categorieën zijn: van 3,5 tot 32 ton en meer dan 32 ton. In België zal tevens - in tegenstelling tot Duitsland de heffing kunnen variëren in functie van het type wegen. Zo zou het Brussels gewest een enkelvoudig tarief willen hanteren op de snelwegen, een dubbel tarief op de gewestwegen en een zelfs een driedubbel tarief op de gemeentewegen! Nog een verschil met de LKW Maut in Duitsland is dat op sommige wegen in België - die in het Waalse gewest - er BTW zal moeten worden betaald. In Wallonië worden de autowegen en grote gewestwegen immers beheerd door een openbaar bedrijf, de Sofico. Daar zal de kilometerheffing een ‘retributie’ zijn.
DE n Belgien führt 2016 eine Kilometerabgabe für Lkw ein n Noch viele offene Fragen zu diesem Thema n Große Unterschiede zur deutschen Lkw-Maut
FR
>
www.logon-euregio.com
n Une taxe kilométrique sera introduite en 2016 en Belgique n De nombreuses questions restent encore sans réponse n Il y aura de nombreuses différences avec la LKW Maut allemande
36 - Log.ON 010
De OBU van Satellic is 'plug and play'.
In Vlaanderen en Brussel is de heffing een belasting (en dus zonder BTW).
Verplichte OBU Het Duitse systeem biedt drie mogelijkheden voor het maken van een boeking voor de LKW Maut: de automatische boeking via een On Board Unit (OBU), de handmatige boeking via een tolterminal, en de handmatige boeking via het Internet. Die twee laatste opties zullen in België niet bestaan. Dat betekent dat elke vrachtwagen die zich op de Belgische wegen bevindt, over een werkende OBU zal moeten beschikken. Ook de trucks die maar occasioneel op een snelweg of hoofdweg rijden (drankencentrales, marktkramers, …). Dat komt omdat de heffing van toepassing zal zijn op alle wegen van België, maar dat op de meeste van hen een ‘nultarief’ zal gelden. Tol zal enkel geheven worden op vermoedelijk 6.900 km. Ook de buitenlandse trucks zullen verplicht een OBU aan boord hebben. Voor de transportbedrijven die regelmatig in België rijden is dat geen probleem, maar voor de occasionele OBU-gebruikers zal dat anders zijn. Zij zullen telkens even moeten stoppen in een servicepunt in de buurt van de grensovergang. Satellic voorziet daar een registratietijd van 10 minuten. Maar nu al rijzen er twijfels over de haalbaarheid van zo’n korte tijd: in het buitenland zullen er slechts een vijftiental servicepunten zijn (één per grensoverschrijdende snelweg). > Philippe Van Dooren
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page37
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page38
CARTE BLANCHE
Euregional Young Logistics Professionals Network n Gate4logistics bevordert de contacten tussen jonge Johan Grutman, Logistiek Platform Limburg/POM Limburg, Logistiek Manager
logistieke professionals
n Ervaringsuitwisseling tussen jonge professionals met een hoger diploma
n Ook laatstejaarsstudenten uit de logistieke opleidingen in de Euregio Maas-Rijn
“
et Euregionale overlegorgaan voor logistiek “gate4logistics” (samengesteld uit partners uit beide Limburgen en de regio’s Luik en Aken) heeft een ‘Euregional Young Logistics Professionals Network’ opgericht om de uitwisseling van kennis en ervaring tussen jonge logistieke professionals in de Euregio te bevorderen. Het is de bedoeling om de veelzijdigheid van de logistieke sector in de kijker te zetten en om jongeren duidelijk maken dat logistiek een boeiende en leerrijke sector is met veel toekomstperspectieven. In dit kader worden er een aantal themabijeenkomsten georganiseerd voor een welbepaald doelpubliek. In de eerste plaats mikken we op logistieke professionals met een diploma hoger onderwijs (master, bachelor, graduaat) en maximaal 10 jaar werkervaring die over het potentieel beschikken om op termijn deel uit te maken van het management team of directiecomité van een logistiek bedrijf in de Euregio. Daarnaast organiseren we ook evenementen voor laatstejaarsstudenten logistieke opleidingen in het hoger onderwijs in de Euregio Maas-Rijn. De eerste bijeenkomst van dit netwerk vond plaats op 19 februari in het Logistics Innovation and Training Centre (LITC) op de Nike-campus in Laakdal. Meer dan honderd aanwezigen volgden een boeiende uiteenzetting over de toekomst van DE e-commerce in de Euregio Maas-Rijn door Buck Consultants International, waarna een tip van de sluier n Gate4logistics fördert Kontakte zwischen over het nieuwe investeringsproject van Nike in jungen Logistikfachleuten Ham werd gelicht door Nike zelf. De aansluitende n Erfahrungsaustausch von jungen rondleidingen op de Nike-campus en in het NikeFachleuten mit Universitätsabschluss warehouse werden door de aanwezigen zeer gesmaakt. n Auch Studenten im letzten Jahr aus den Achteraf werd er nog uitvoerig nagepraat over logistiek Logistikstudiengängen in der Euregio en e-commerce tijdens de netwerkreceptie. Maas-Rhein Op 17 maart werd dan een tweede bijeenkomst > www.logon-euregio.com georganiseerd in het PLC te Born (Nederlands Limburg) FR over event-logistiek waar specialisten aan het woord kwamen. Onder andere de logistiek verantwoordelijke n Gate4logistics favorise les contacts entre van Tomorrowland gunde de aanwezigen een blik achter jeunes professionnels de la logistique de schermen van dit mega-festival. > n Echange d’expériences entre jeunes professionnels diplômés de l’enseignement supérieur n Aussi pour les futurs logisticiens en dernière année d’études dans l’Euregio
H
We willen jongeren duidelijk maken dat logistiek een boeiende sector is met veel toekomstperspectieven.”
38 - Log.ON 010
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page39
LOG010_p01-40_redac_12_redac 9/04/15 14:50 Page40
Get your business on the road with...
DIGITAL
EVENT
www.truck-business.com www.link2fleet.com www.warehouseandlogistics.com www.logon-euregio.com www.speciaal-transport-magazine.com www.ports-business.com
MMM BUSINESS MEDIA & Co nv/sa • Complexe Arrobas • Parc Artisanal 11-13 • 4671 BLEGNY-Barchon (Belgium) Phone: 00 32 (0)4 387 87 87 • Fax: 00 32 (0)4 387 90 87 • info@mmm.be • www.mmm-businessmedia.com