wo 17 sep 2014 serie piano Grote Zaal / 20.15 uur
Angela Hewitt Die Kunst der Fuge
PROGRAMMA
wo 17 sep 2014 serie piano Grote Zaal / 20.15-21.45 uur DUUR: ca. 90 minuten zonder Pauze
Angela Hewitt
Die Kunst der Fuge Angela Hewitt piano
Wilt u alstublieft niet applaudisseren wanneer Contrapunctus XIV is gespeeld? Na een lange stilte speelt Angela Hewitt Vor deinen Thron tret ich hiermit. Deze koraalprelude dicteerde Bach naar men veronderstelt op zijn sterfbed en werd door zijn zoon Carl Philipp Emanuel toegevoegd op de laatste pagina van de eerste uitgave van Die Kunst der Fuge. Tekst toelichting: Stephen Westra
Johann Sebastian Bach (1685-1750) Die Kunst der Fuge, BWV1080 (1742?-1749) Contrapunctus I Contrapunctus II Contrapunctus III Contrapunctus IV Contrapunctus V Contrapunctus VI (in Stylo Francese) Contrapunctus VII (per Augmentationem et Diminutionem) Contrapunctus VIII Contrapunctus IX (alla Duodecima) Contrapunctus X (alla Decima) Contrapunctus XI (a 4) Contrapunctus XIIa (a 4, rectus) Contrapunctus XIIb (a 4, inversus) Contrapunctus XIIIa (a 3, rectus) Contrapunctus XIIIb (a 3, inversus) Canon per augmentationem in contrario motu Canon alla ottava Canon alla decima contrapuncto alla terza Canon alla duodecima in contrapuncto alla quinta Contrapunctus XIV (a 4) Vor deinem Thron tret ich hiermit, BWV668
TOELICHTING ‘Men is ervan overtuigd,’ zo schreef de eminente muziektheoreticus F.W. Marpurg in 1752 in het voorwoord van Bachs Kunst der Fuge, ‘dat je in een fuga van 24 maten meer diepgang en wetenschap vindt dan in een concert van vier kilometer…’ De fuga, hoogste vorm van muziek! Maar ook: de basis van het componeren. ‘Niemand kon een muzikale positie krijgen,’ zo nog steeds Marpurg, ‘zonder dat hij kon laten zien dat hij in staat was een gegeven thema te onderwerpen aan allerlei vormen van contrapunt en een fuga kon produceren.’ Tegenwoordig worden er misschien nog maar weinig fuga’s geschreven, hoewel de muziekstudent het betere conservatorium niet doorkomt zonder er, ploeterend, zuchtend, steunend een paar te hebben moeten maken.
Zonder twijfel was het Johann Sebastian Bach bij wie de fuga zijn top bereikte. Schrappen we de fuga’s uit zijn oeuvre, dan valt misschien wel het allermooiste weg, zoals de 48 preludes en fuga’s van Das wohltemperierte Klavier en de machtigste episodes uit de Hohe Messe. Fuga’s schreef Bach zijn hele leven, grote en kleine, maar tegen het eind van zijn leven werd hij door een ware ‘fugamanie’ gegrepen. De Goldbergvariaties, Das musikalische Opfer, Canonische Veränderungen over Vom Himmel hoch en – het absolute summum – Die Kunst der Fuge. Deze machtige compositie moest een staalkaart worden van alle compositorische en uitdrukkingsmogelijkheden die deze kunstvorm te bieden had. Het is Bach gelukt, niemand heeft deze Gradus ad Parnassum overtuigender bestegen. Intussen is deze partituur niet vaak op het podium te horen. Die Kunst der Fuge is bepaald niet Bachs toegankelijkste werk – er zijn er zelfs die zeggen dat je deze complexe, haast wiskundige muziek maar beter kunt ‘lezen’ dan ‘horen’. Dat Bach-pianiste Angela Hewitt er in haar pure eentje het podium mee opdurft, is voor de muziekliefhebber een buitenkans.
De fuga staat voor de alles overtreffende trap In de zeventiende en de eerste helft van de achttiende eeuw lag dat totaal anders. Ook Mozart en Beethoven hadden de fuga nog hoog in het vaandel; in hun latere, meest gedurfde werken – finale van Mozarts Jupitersymfonie, Beethovens titanische Grosse Fuge – staat de fuga voor de alles overtreffende trap. Zelfs Verdi greep, eind negentiende eeuw, voor de finale van zijn opera Falstaff naar de fuga. 4
TOELICHTING
Wat is een fuga? Wat precies is eigenlijk een fuga? Een fuga is een soort sophisticated canon. De canon is bekend; we hebben allemaal wel eens gezellig Vader Jacob gezongen. Het is een meerstemmige compositie, waarbij alle stemmen dezelfde melodie steeds na elkaar inzetten. Men ‘jaagt’ als het ware achter elkaar aan. De fuga werkt in grote lijnen net zo – het woord fuga komt van het Latijnse woord voor ‘vlucht’. Ook hier klinkt meerstemmigheid door stemmen die elkaar imiteren. Maar de fuga is tegelijk vrijer én strenger. Zo ondergaat de melodie in de loop van het stuk allerlei veranderingen en is niet elke stem gelijk aan de andere. Maar door talloze regels en voorschriften bij het componeren is het resultaat altijd een uitermate krachtig en hecht bouwwerk.
eens, en met bezwerende hand volgt dan ook het slotgedeelte met het thema weer netjes in de hoofdtoonsoort, ondersteund door een orgelpunt (een lang aangehouden grondtoon). De mogelijkheden van een muzikaal thema Het knappe van Die Kunst der Fuge is, dat alle twintig delen gebouwd zijn op één thema. Je hoort het in de eerste vier maten en het verandert in wezen niet, hoewel Bach er allerlei kunstgrepen op loslaat. Hij rekt het op (augmentationem) of laat het juist krimpen (diminutionem), met verdubbelde dan wel gehalveerde notenlengtes (Contrapunctus VII bijvoorbeeld). Of hij keert het om, het thema klinkt van achter naar voren (Canon per Augmentationem in contrario Motu). Ontzettend knap zijn de spiegelfuga’s Contrapunctus XII en XIII, waarbij elk interval letterlijk wordt gespiegeld: elke ‘stap’ naar boven wordt een stap naar beneden, en vice versa: Bach laat eerst de ‘gewone’ versie horen, ‘rectus’, en dan de spiegel, ‘inversus’. Zo biedt hij steeds weer een nieuwe kijk op het thema en schept nieuwe mogelijkheden. Er zijn ook twee fuga’s met twee extra thema’s (contrasubjecten), de zogenoemde tripelfuga’s nr. XI en XIV.
Een fuga heeft drie delen. In de expositie wordt het thema in alle verschillende stemmen voorgesteld, afwisselend in de grondtoonsoort en in de dominant (vijf tonen hoger) en wel onder de sprekende namen dux en comes: ‘leider’ en ‘volgeling’, Bij Bach is de comes overigens regelmatig in het octaaf, of ten of zelfs 12 tonen hoger, resp. alla ottava, alla Decima, alla Duodecima. Na de expositie komt de doorwerking: met allerlei modulaties raakt de grondtoonsoort uit het zicht maar niet het hoofdthema dat, olijk-speels of juist majestueus-dreigend, doorlopend opduikt, fragmentarisch en flardsgewijs. Hoogtepunt van deze episode is het stretto, waar de stemmen elkaar overlappen, elkaar als het ware niet laten uitspreken (stretto komt van het Italiaanse ‘stringere’ = in elkaar drukken). Dat is allemaal heel opwindend, het duizelt de luisteraar wel
Het is enigszins ironisch dat Die Kunst der Fuge – deze apotheose van de meest hechte en strenge muziekvorm – in verwarde en chaotische staat aan ons is overgeleverd. Al Bachs partituren zien er helder en overzichtelijk uit, zijn rustige handschrift en gedecideerde beslisdrift houden niet van onduidelijkheden. Voor Die Kunst der Fuge had hij echter niet eens een titel; die heeft een van zijn zonen er later bij bedacht. Overigens komt het hele woord fuga in Bachs partituur 5
TOELICHTING
niet voor, Bach heeft het over ‘contrapunctus’, wat letterlijk tegenpunt of tegenstem betekent, de basis van het meerstemmige componeren. Het manuscript en de eerste twee drukken – postuum – spreken elkaar op allerlei punten tegen. En ook de volgorde van de delen is onduidelijk – waar bijvoorbeeld horen de vier canons?
der Fuge met twaalf fuga’s en twee canons. In de jaren daarna heeft hij er, tussen het werk aan de Goldbergvariaties en Das Musikalische Opfer door, steeds weer aan zitten sleutelen en ook nieuwe delen toegevoegd, onder andere Contrapunctus IV en XIV. Intussen liet hij van enkele delen ook al koperen drukplaten maken voor uitgave.
Abrupt einde Grootste probleem leverde de slotfuga op. ‘Ueber diese Fuge, wo der Nahme B.A.C.H im Contrasubject angebracht worden, ist der Verfasser gestorben’ (‘Bij deze fuga, waar de naam B.A.C.H. in het contrasubject verschijnt, is de componist overleden’). Woorden die Bachs zoon Carl Philipp Emanuel op de laatste pagina van het manuscript noteerde. Bij wijze van excuus eigenlijk, want die grandioze laatste fuga is niet af. Hij stopt ergens middenin, de rest van de pagina is leeg. Het ziet er luguber uit, en klinkt ook zo; als je het naar de letter uitvoert is het of je de ganzenveer uit ’s meesters oude gerimpelde hand ziet glijden. ‘Niets valt meer te betreuren dan het feit dat Bach, door zijn oogziekte en daaropvolgende dood, verhinderd werd om zijn werk zelf af te maken en het ons beschikbaar te stellen,’ schreef Marpurg in het voorwoord. ‘Hij werd verrast door zijn eigen dood, die hem trof toen hij midden in de voltooiing was van zijn laatste fuga waarin hij zich met zijn eigen naam bekend maakte.’
Bach liet zijn weduwe en zonen achter met een gestrande slotfuga Een verslechterende gezondheid en meer specifiek problemen met zijn ogen verhinderden de voltooiing. In 1749 onderging Bach twee oogoperaties, die zijn situatie helaas alleen maar verergerden en zelfs leidden tot zijn dood op 28 juli 1750. Toen zaten zijn weduwe en zonen met een stapeltje manuscripten en wat koperen platen. En vooral met die gestrande slotfuga, die zonder meer de bekroning van het hele opus had moeten worden. Wat te doen? Zoon Carl Philipp Emanuel gaf het werk toch uit; hij adverteerde in mei 1751 in de Critische Nachrichten aus dem Reiche der Gelehrsamheit en voor 4 eichsthaler had je het dan in huis. Ter compensatie van het ontbrekende slot werd een koraal toegevoegd, Vor deinem Tron tritt ich hiermit. Bach, volledig blind, zou het nog op zijn sterfbed hebben gedicteerd aan zijn schoonzoon Altnickol, en met zijn vredige en eerbiedige klank, passend bij het Godsvertrouwen dat de componist eigen was, leek het een mooie afsluiting. Alleen, theoretisch gezien – en Die Kunst der Fuge is een heel theoretisch werk – is er geen enkel verband met het voorafgaande dat juist zo griezelig knap
Er valt op dit drama een en ander af te dingen. Die Kunst der Fuge was namelijk niet Bachs laatste werk – die eer komt aan de Hohe Messe. Hij is er op z’n minst acht jaar voor zijn dood aan begonnen: al uit 1742 dateert een proto-Kunst 6
TOELICHTING
met elkaar samenhangt: zelfs zoiets basaals als de grondtoonsoort is anders – Die Kunst der Fuge is in d klein, de koraal in G groot.
maken. Hij componeerde niet van a naar z, maar van z naar a; een soort ‘terugcomponeren’. Dat slot moet dus hebben bestaan, sterker, als eerste zijn geschreven, op een apart blaadje. Zoeken nog maar even, in de archieven.
Theorieën Intussen is er een kleine bibliotheek volgeschreven over waarom die slotfuga nou niet af is. Extra tot de verbeelding spreekt, dat hij afbreekt kort nadat Bach er zijn eigen naam, vertaald in notennamen, in vervlecht (NB: B = de Duitse benaming voor Bes; H die voor B). En waarom liet Bach uitgerekend deze veertiende Contrapunctus onvoltooid, hij die zoveel betekenis hechtte aan het getal 14, symbool voor zijn eigen naam (B is de tweede letter van het alfabet, A=1, C=3, H=8: 2+1+3+8 = 14). Dikke boeken als Bach en het getal en Hofstadters bestseller GödelEscher-Bach hebben er van alles in willen zien. Een recente theorie wil, dat Bach expres de pen neerlegde om collega’s en toekomstige generaties uit te dagen een oplossing te vinden. Rare theorie, want waarom zou Bach in een werk dat de triomf van de fuga moest illustreren, en zijn eigen bekwaamheid op dat gebied, openlijk besluiten met een mislukking?
Verschillende uitvoeringen Een onvoltooid, rommelig publicatieproces dus, maar er is nóg een probleem. Voor welk instrument, of instrumenten, componeerde Bach Die Kunst der Fuge? Hij liet dat in het duister. De partituur biedt – althans in onze ogen – een wat vreemde aanblik. Sommige delen zijn op twee balken genoteerd, andere, zoals de canons, op slechts één, terwijl de complexe fuga’s op vier balken staan. Met klavecimbel kom je een heel eind, alleen lijkt deze notatievorm dat tegen te spreken, want muziek voor toetsinstrumenten staat altijd op twee balken. Bach ging hier echter terug op een oude, hoewel al wel verouderende, traditie dat je bij complex contrapunt elke stem op een aparte notenbalk noteerde. Het staat de uitvoerende(n) dus vrij te kiezen. Vandaag besluit Angela Hewitt voor de piano maar Bachs ultieme opus is ook prachtig gespeeld door strijkkwartet, in versies voor ensemble van onder meer Jan van Vlijmen en voor orkest van Luciano Berio. Het spectaculairst is het opulent gewaad dat in de verre nadagen van de romantiek Wolfgang Graeser het werk omhing: in 1927 klonk Die Kunst der Fuge met orgel, klavecimbel en immens orkest, waarbij de bewerker niet schroomde het tere stemmenweefsel tevens toe te vertrouwen aan onder meer trompetten en trombones. Waar muziek die soms ‘abstract’ heet te zijn, en die puur de lezer al genot biedt, al niet goed voor blijkt!
Bevredigender is het idee van Bach-specialist Christoph Wolff die meent dat Contrapunctus XIV eigenlijk wél af is, maar dat een specifiek document verloren is geraakt. Van complexe fuga’s als van Die Kunst der Fuge maakte Bach voorstudies. De slotfuga had gezien de opzet één fuga met vier thema’s moeten worden, een zogenoemde quadrupelfuga. In zo’n geval schreef de componist eerst het meest complexe gedeelte – hier de passage waar de vier thema’s tegen elkaar worden gezet – zodat hij wist waar hij uit moest komen en de thema’s kloppend kon 7
BIOGRAFIEËN COMPONIST Johann Sebastian Bach Johann Sebastian Bach (1685‑1750) was een Duits organist, componist, klavecinist, violist, muziekpedagoog en dirigent van barokmuziek. Hij wordt door de meeste musicologen beschouwd als een van de grootste en invloedrijkste componisten uit de geschiedenis van de klassieke muziek. Hij werd geboren in een familie van muzikanten. Na zijn gymnasiumopleiding in Lüneburg werd hij organist in Arnstadt. In 1707 trouwde hij met zijn nicht Maria Barbara, de moeder van zijn oudste zonen Wilhelm Friedemann en Carl Philipp Emanuel, en in 1708 werd hij organist en violist van hertog Wilhelm Ernst von Sachsen-Weimar, waar hij zijn eerste concerten componeerde en begon aan Das wohltemperierte Klavier. Als kapelmeester van
prins Leopold von AnhaltKöthen voltooide hij de Brandenburgse Concerten, Das wohltemperierte Klavier deel 1 en de werken voor viool solo. In de zevenentwintig jaar als Thomascantor in Leipzig schreef hij zijn vele cantates en zijn wereldberoemde Johannes en Matthäus Passion. Vanaf 1729 leidde Bach het Leipziger Collegium Musicum, waarmee hij zijn concerten voor klavecimbel en zijn orkestouvertures uitvoerde. Voor de keurvorst van Saksen in Dresden schreef Bach zijn Hohe Messe. De laatste jaren van zijn leven werkte Bach aan Die Kunst der Fuge. Bach werd vergeefs behandeld aan staar door de Engelse oogarts Taylor, maar stierf op 28 juli 1750 aan een beroerte.
8
biografie
9
biografie
UITVOERENDE Angela Hewitt Piano
De in Otawa (Canada) geboren pianiste Angela Hewitt (1958) behoort tot de toonaangevende pianisten van haar generatie. In 2006 was zij Artist of the Year bij vaktijdschrift Gramophone, in 2010 Instrumentalist of the Year bij de MIDEM Classical Awards. Hewitt studeerde aan de University of Ottawa en het Toronto Royal Conservatory of Music. Zij geeft solorecitals maar treedt ook op met ‘s werelds vooraanstaande orkesten, zoals het Cleveland Symphony Orchestra, het Verbier Festival Chamber Orchestra, het Orpheus Chamber Orchestra en het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Haar discografie reikt van Couperin tot heden, maar het is vooral haar Bach waarmee Angela Hewitt zich in de voorste gelederen plaatst. In 2005 deed de pianiste een belangrijke stap: zij sloot voor het label Hyperion een 11-jarig platencontract af
met opnamen van Bachs belangrijkste pianowerken. ‘One of the record glories of our age,’ begroette The Sunday Times dit project. Zestien delen zijn inmiddels verschenen. Met Die Kunst der Fuge wachtte zij het langst, deze verscheen dit jaar. In haar cd-toelichting verklaart Angela Hewitt haar lange talmen: ‘Ik wist dat ik op een dag Die Kunst der Fuge zou moeten gaan studeren. Min of meer opzettelijk had ik dit uitgesteld toen ik de rest van zijn muziek voor toetsinstrumenten uitvoerde en opnam – dat was voor mij al uitdaging genoeg. Wat ik ervan kende, vond ik nooit erg opwindend. Ik kon niet geloven dat Bach tenslotte in zijn laatste jaren zoiets vervelends had gecomponeerd. Het was daarom met grote vastberadenheid dat ik er in 2012 mee aan het werk ging, aangemoedigd door mijn engagement in de London’s Royal Festival Hall om het werk daar dat seizoen te spelen. Het was ook goed Die Kunst der Fuge pas te benaderen met zoveel jaren Bach achter me. De Goldbergvariaties en veel delen van Das wohltemperierte Klavier leken wel kinderspel 10
hierbij vergeleken! In Die Kunst der Fuge zijn geen preludes die wat verlichtende humor bieden – alleen maar het ene fugatische meesterwerk na het andere. De strengheid van het stuk kan ontmoedigend zijn maar het is ook volstrekt overweldigend, intellectueel zowel als emotioneel. En ik realiseer me nu dat het allesbehalve vervelend is.’
foto: Peter Hundert
biografie
11
VERWACHT
ZA 4 OKT 2014 SERIE dE ij-SALON grote zaal / 15.00 uur
De IJ-Salon
La belle tristesse
foto: 2014 AMcK - Andrew McKinnon Fine Entertainment Since 1986
Aan de vleugel een ware poĂŤet: Alexander Gavrylyuk. Deze jonge Australisch-OekraĂŻense pianist is winnaar van het prestigieuze Rubinstein-concours. Hij heeft grote affiniteit met romantische componisten. Samen met vier bevlogen strijkers uit het Koninklijk Concertgebouworkest brengt hij in deze IJ-Salon een muzikaal kroonjuweel: het Derde pianokwartet van Brahms. Muziek als een warm bad. De dansers van de Junior Company van Het Nationale Ballet sluiten zich aan bij dit hartstochtelijk pleidooi voor de melancholie. Tip voor IJ-Salonbezoekers met kinderen Tegelijk met dit concert is er een workshop van de Klankspeeltuin voor kinderen (7+). Kinderen kunnen een workshop volgen in de Klankspeeltuin, terwijl hun ouders, grootouders of begeleiders het concert bezoeken.
12
Alexander Gavrylyuk
VERWACHT
WO 8 OKT 2014 SERIE PIANO grote zaal / 20.15 uur
Andreas Staier Diabellivariaties
Beethovens laatste grote pianowerk, 33 variaties op een simpel walsje van componist/uitgever Anton Diabelli, is een meesterwerk vol dramatiek, humor en virtuositeit. Hoe toch de muziekwereld te verrassen met een nieuwe opname van zo’n ongekend monument? Fortepianist Andreas Staier slaagt daar wonderwel in: hij verdiepte zich grondig in Beethovens eigen manuscript. En zette met zijn opname een ‘standaard die reikt tot ver buiten het authentieke domein’, aldus de Volkskrant in een 5-sterren recensie. In 1819 vroeg Anton Diabelli aan Beethoven én 50 tijdgenoten om variaties over een door Diabelli zelf gecomponeerde wals te schrijven. Onder hen Franz Schubert, een heel jonge Franz Liszt en Beethovens leerling Carl Czerny, de beruchte etudecomponist. De briljante fortepianist Andreas Staier houdt in dit concert een pleidooi voor Beethovens 33 variaties en plaatst ze tegelijkertijd prachtig in context door een aantal van die andere variaties te spelen. Kleine, mooie ontdekkingen die bij hem in de beste handen zijn.
13
Andreas Staier
VERWACHT
september do 18 sep / 20.15 uur
Quatuor Danel + Jörg Widmann Wereldpremière Rihm vr 19 sep / 19.00 uur
The Rest is Noise Festival These New Puritans | Fennesz | Holly Herndon | Emptyset | Kassem Mosse | Daniel Bachman | Gabriel Saloman
za 27 sep / 20.15 uur
za 4 okt / 20.15 uur
Lautten Compagney + ensemble amarcord Monteverdi Mariavespers
Keller Quartet Mijlpalen van de 20e eeuw zo 5 okt / 15.00 uur
zo 28 sep / 11.00 uur
Guus Janssen + Melle Weijters MicroBlues
zo 5 okt / 20.15 uur zo 28 sep / 13.30 + 15.30 uur
Nederlands Philharmonisch Orkest Peter en de Wolf & Tubby de Tuba (6+)
di 23 sep / 12.30 uur
Lunchconcert Ism Nationaal Muziekinstrumenten Fonds
Tania Kross Wat is het geheim van de stem (8+)
Noors Solistenkoor Hear my prayer wo 8 okt / 20.15 uur
Andreas Staier Diabellivariaties
zo 28 sep / 20.15 uur
Nora Fischer + Ties Mellema Beck Songbook
do 9 okt / 20.15 uur
oktober
Asko|Schönberg + Hilliard Ensemble Naar de middeleeuwen
do 2 okt / 20.15 uur
vr 10 okt / 20.15 uur
DoelenEnsemble + notabu Des canyons aux étoiles...
Luca Pisaroni + Wolfram Rieger Franse en Duitse romantiek
wo 24 sep / 20.15 uur
New European Ensemble Stabat Mater do 25 sep / 20.15 uur
Pierre-Laurent Aimard + Valerie Aimard + Diego Tosi Carter
vr 3 okt / 20.15 uur
vr 26 sep / 20.15 uur
za 4 okt / 15.00 uur
Metropolis Metropole Orkest
De IJ-Salon La belle tristesse
David Kweksilber Big Band Bimhuis 40 jaar
14
Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Muziekgebouw aan ‘t IJ / foto: Erik van Gurp
MUZIEKGEBOUW AAN ’T IJ Piet Heinkade 1 / 1019 BR Postbus 1122 / 1000 BC Amsterdam Kaartverkoop T 020 788 2000 ma t/m za 12.00 -18.00 uur Kantoor T 020 788 2010 F 020 788 2020 E post@muziekgebouw.nl Zakelijke evenementen T 020 788 2023
Restaurant Zouthaven bevindt zich op de begane grond van het Muziekgebouw. Voor een heerlijke start van uw concertavond. Openingstijden en reserveren www.zouthaven.nl of T 020 788 2090 WORD VRIEND Steun het Muziekgebouw al vanaf € 75 per jaar. Lees meer op : www.muziekgebouw.nl/steunons
PARTNERS De activiteiten van Muziekgebouw aan ’t IJ komen tot stand door steun van:
Gelieve te zorgen dat uw mobiele telefoon uit staat tijdens het concert. Camerabeeld- en geluidsopnamen alleen toegestaan met toestemming vooraf.
Mediapartner:
Pauzedrankje (indien inbegrepen) serveren wij op tafels bij de uitgang van de zaal.
Druk binnenwerk:
EARLY BIRD TICKETS Voor jongeren tot 30 jaar, bijna alle concerten € 10. Wees snel: hoe eerder, hoe meer kans. Lees meer op: www.muziekgebouw.nl/earlybirds
Reserveren en openingstijden restaurant Zouthaven: www.zouthaven.nl Centraal Station (15 min lopen) is met tram 26 bereikbaar tot 00.00 uur. Taxicentrale Amsterdam: T 020 677 7777. De Piet Heinparkeergarage onder Muziekgebouw aan ’t IJ is 24 uur per dag open. Informatie + online kaarten bestellen www.muziekgebouw.nl. Ook voor onze nieuwsbrief.