za 30 mei 2015 serie koren Grote Zaal / 20.15 uur
Collegium Vocale Gent Madrigalen van Gesualdo
PROGRAMMA
za 30 mei 2015 serie koren Grote Zaal / 20.15-21.30 uur DUUR: ca. 75 minuten zonder pauze
Collegium Vocale Gent Madrigalen van Gesualdo
Hanna Blažiková sopraan Barbora Kabátková sopraan Marnix De Cat countertenor Thomas Hobbs tenor Peter Kooij bas Thomas Dunford luit Philippe Herreweghe artistiek leider, dirigent
Tekst toelichting: Jens van Durme
Carlo Gesualdo (1560-1613) Uit Sesto Libro di Madrigali (1611) 1 Se la mia morte brami 2 Beltà, poi che t’assenti 3 Tu piangi, o Filli mia 4 Resta di darmi noia 5 Chiaro risplender suole Johann Hieronymus Kapsberger (1580-1651) Toccata III uit Libro primo d’intavolatura di lauto (1611) Carlo Gesualdo Uit Sesto Libro di Madrigali (1611) 7 Mille volte il dí moro 8 O dolce mio tesoro 9 Deh, come invan sospiro 10 Io pur respiro in cosí gran dolore 13 Ardita Zanzaretta 14 Ardo per te, mio bene 15 Ancide sol la morte Johann Hieronymus Kapsberger Toccata IV uit Libro primo d’intavolatura di lauto (1611) Carlo Gesualdo Uit Sesto Libro di Madrigali (1611) 16 Quel ‘no’ crudel che la mia speme ancise 17 Moro, lasso, al mio duolo 20 Tu segui, o bella Clori 21 Ancor che per amarti 22 Già piansi nel dolore 23 Quando ridente e bella
TOELICHTING Er zijn weinig componisten wiens naam in de laatste vierhonderd jaar zoveel controverse heeft opgeroepen als die van Don Carlo Gesualdo, Prins van Venosa. Twee aspecten spelen hierin een hardnekkige rol. Om te beginnen werd Gesualdo’s muziek lang afgedaan als het werk van een adellijke dilettant die het zich vanuit die hoedanigheid kon permitteren om regels van harmonie en contrapunt aan zijn prinselijke laars te lappen. Zo concludeerde tenminste de Engelse muziekhistoricus Charles Burney op het einde van de 18e eeuw na analyse van een handvol extreme – maar uit hun context gerukte – madrigalen. Ten tweede gaf Gesualdo’s bewogen levensloop en de moord op zijn eerste vrouw aanleiding tot de terugkerende discussie over het verband tussen deze daad en de getormenteerde aard van zijn muziek, die als een op zichzelf staande rariteit van een gestoorde geest werd afgedaan.
Na de feiten trok Gesualdo zich terug op z’n landgoed en hield er zich enkele jaren gedeisd tot hij in 1594 opnieuw trouwde met Leonora d’Este, nichtje van Alfonso II d’Este, de laatste hertog van Ferrara. Niet alleen doorbrak Gesualdo op die manier zijn isolement, hij kwam bovendien terecht in een van de meest vooruitstrevende muzikale centra van Noord-Italië, een meer dan stimulerende omgeving voor Gesualdo om zijn eerste madrigaalbundels te publiceren en naam te maken als professioneel componist. Na een verblijf van twee jaar keerde Gesualdo terug naar zijn landgoed, pas in het najaar van 1597 gevolgd door zijn echtgenote. Huiselijk geweld en de dood van hun enig kind Alfonsino in 1600 deden de spanningen oplopen in de laatste periode van Gesualdo’s leven. Daarbij had hij last van allerlei psychosomatische en lichamelijke kwalen die hij tevergeefs probeerde te bestrijden met in medisch opzicht hoogst bedenkelijke remedies.
Nauwelijks twintig jaar huwt Gesualdo in 1586 met zijn nicht Maria d’Avalos, omschreven als de mooiste vrouw van Napels en komt hij als Prins van Venosa aan het hoofd van de familie te staan. De buitenechtelijke vrijheden die Maria zichzelf gunde, draaiden uit op een regelrecht drama wanneer ze door haar echtgenoot in de val wordt gelokt. In de vroege ochtend van 17 oktober 1590 wordt zij samen met haar minnaar Fabrizio Carafa ‘in flagrante delicto’ betrapt en op gruwelijke wijze vermoord. De reputatie van Carlo Gesualdo als psychopaat was geboren. Toch had hij, naar plaatselijk gebruik, niet alleen het recht maar ook de plicht om de erezaak te beslechten zoals gebeurde.
In een sfeer van verbittering, wroeging en rusteloosheid maar volkomen lucide als het ging om zijn capaciteiten en positie als componist, concentreerde Gesualdo zich op de publicatie van zijn muzikale erfenis. Na een viertal 4
TOELICHTING
madrigaalboeken volgt in 1603 de publicatie van twee religieuze motetbundels. In 1611, twee jaar voor zijn dood, verschijnen tenslotte een uitgave met muziek voor de goede week, de Responsoria en Gesualdo’s twee laatste boeken met vijfstemmige madrigalen waaronder de bundel Madrigali a cinque voci, libro sesto. Uit dezelfde tijd stammen de twee luitbewerkingen van Johann Hieronymus Kapsberger die tijdens dit concert als intermezzi fungeren.
Net als de madrigalen uit Libro Quinto ging in het Zesde madrigaalboek waarschijnlijk niet om nieuwe composities, maar om werken die in de periode tussen 1596 en 1611 tot stand waren gekomen als ‘musica reservata’: experimentele huismuziek van adellijke makelij en enkel bedoeld voor adellijke oren. Toch circuleerden deze madrigalen al een tijd in piraatversies en werden passages vaak gekopieerd. Dat beweerde tenminste Gesualdo zelf, en daarom was publicatie voor hem noodzakelijk geworden. Voor wie de zes madrigaalboeken op een rij zet wordt het ook duidelijk dat de madrigalen uit deze fantastische bundel niet uit de lucht zijn gevallen als extravagante aberraties, maar volledig in de lijn liggen van Gesualdo’s evolutie als componist.
Rijke beeldtaal De oorsprong van het zestiende-eeuwse madrigaal in Italië ging samen met de herwaardering van de poëzie van Petrarca (1304-1374). Zijn rijke beeldtaal vroeg om een muzikale vorm die even vrij was als de inhoud van de verzen zelf. Vierstemmigheid was de norm, maar dit ging in de tweede helft van de zestiende eeuw geleidelijk over naar vijfstemmigheid. De declamatorische en syntactische waarde van de teksten en de tekstkeuze werden steeds belangrijker. Om te beantwoorden aan de eisen van sterk emotioneel geladen teksten werd in de madrigalen meer en meer gebruik gemaakt van chromatiek, ongewone harmonische wendingen, extreme dissonanten en abrupte pauzes. Deze technieken gebruikte Gesualdo in de laatste twee bundels voortdurend en hij werd dé verpersoonlijking van de maniëristische componist: excentriek, hyperpersoonlijk, ambivalent, virtuoos maar technisch perfect onderlegd!
Het belangrijkste thema van het Zesde madrigaalboek is de bitterzoete liefde die enkel in de dood bereikbaar is Veel meer nog dan in zijn eerste bundels krijgen de expressieve mogelijkheden van de tekst in deze laatste bundel ook voorrang op de literaire kwaliteit ervan. Zo gebruikte Gesualdo bijna zonder uitzondering anonieme of zelfgeschreven teksten waarvan de emotionele 5
toelichting
thematiek gaandeweg was beperkt tot een paar onderwerpen. In deze ‘poesia per musica’ heeft, afgezien van een enkel pastoraal of humoristische getint madrigaal, slechts één thema de hoofdrol: de bitterzoete liefde die enkel in de dood bereikbaar is. De bijna pathologische hang naar deze interne tegenstelling is dé motor van de muzikale spankracht. Die wordt gevoed door de grootst mogelijke contrasten qua dynamiek, tempo of textuur en de voortdurende wisseling en voortgang van het tonale evenwicht. De magie van Gesualdo’s stijl is een ander gebruik van volkomen vertrouwde componenten. In die zin is zijn muziek heel mooi te vergelijken met de intrigerende en beangstigende stillevens van de schilder Giuseppe Arcimboldo (15271593). Gesualdo was het er enkel om te doen om – in een weliswaar zeer persoonlijke en emotionele taal – de geest van de tekst te vatten in muziek. Ook al was hij perfect op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen, toch koos hij consequent voor het ‘ouderwetse’ medium van het madrigaal om zijn taal te spreken. Zo was hij in de woorden van musicoloog Joseph Kermann ‘in zekere zin de schepper van “doodgeboren fantasieën”, maar heeft zijn visie net zo goed bijgedragen tot de nieuwe harmonische taal van de barok’.
6
liedteksten Carlo Gesualdo
Sesto Libro di Madrigali 1 Se la mia morte brami Se la mia morte brami, Crudel, lieto ne moro E dopo morte ancor te solo adoro. Ma se vuoi ch’io non t’ami, Ahi, che a pensarlo solo, Il duol m’ancide e l’alma fugge a volo.
1 Als jij mijn dood verlangt Als jij mijn dood verlangt, O wrede, dan zal ik gelukkig sterven. En zelfs na de dood zal ik jou alleen liefhebben. Maar als je verlangt dat ik je niet liefheb, Ach! de gedachte alleen al doet mij sterven, en doet mijn ziel mij verlaten.
2 Beltà, poi che t’assenti Beltà, poi che t’assenti, Come ne porti il cor, porta I tormenti, Chè tormentato cor può ben sentire La doglia del morire, E un’alma senza core Non può sentir dolore.
2 Schoonheid, nu je mij verlaat Schoonheid, nu je mij verlaat, en nu je mijn hart met je meeneemt, neem dan ook mijn lijden. Want een lijdend hart voelt al te zeer de pijn van het sterven, maar een harteloze ziel kan geen pijn meer voelen.
3 Tu piangi, o Filli mia Tu piangi, o Filli mia, E pensi estinguer quell’ardente fiamma Che sì dolce m’infiamma. Ahi, che sì picciol pianto f ache il core Tanto più avvampi di vivace ardore.
3 Je huilt, o mijn Phyllis Je huilt, o mijn Phyllis, en denkt dat je zo die vurige vlam kunt blussen die mij zo zoet verzengt. Maar helaas, jouw kleine tranen zetten mijn hart des te heviger in vuur en vlam.
7
liedteksten
4 Resta di darmi noia Resta di darmi noia, Pensier crudo e fallace, Ch’esser non puògià mai quell che a te piace! Morta è per me la gioia, Onde sperar non lice D’esser mai più felice.
4 Stop met mij lastigvallen Stop met mij lastigvallen, wrede en verraderlijke gedachte, want wat jij wilt kan nooit gebeuren. De vreugde is dood voor mij, en er rest mij geen enkele hoop dat ik ooit weer gelukkig zal zijn.
5 Chiaro risplender suole Chiaro rispleder suole A tutti il mio bel sole, Ma oscuro e fosco a me misero appare, Onde in lagrime amare Consume la mia vita. Ah, s’io potessi almen chiederle aita! Lieto all’or ne morrei E finirian, oimè, gli affani miei.
5 Het is de gewoonte van mijn mooie zon Het is de gewoonte van mijn mooie zon, om helder op iedereen te schijnen. Maar voor mij, arme, is zij donker en somber, en zo verteer ik mijn dagen, met bittere tranen. Ach, kon ik haar maar smeken om haar hulp, gelukkig zou ik dan sterven, en mijn lijden, ach, zou tot een einde komen.
7 Mille volte il dí moro Mille volte il dì moro E voi, empi sospiri, Non fate, oimè, che in sospirando io spiri? E tu, alma crudele, se il mio duolo T’affligge sì, che non ten’ fuggi a volo? Ahi, che sol Morte al mio duol aspro e rio
7 Ik sterf wel duizend keer per dag Ik sterf wel duizend keer per dag. En jullie, valse zuchten, sterven niet. Ach, mag ik niet sterven door al dat zuchten? En jij, wrede ziel, als mijn zorgen je zo teisteren, waarom vlucht je dan niet? Ach, alleen de dood toont medelijden met mijn pijn, bitter en wreed, en neemt mijn leven. Dus daarom, mijn zuchten en mijn ziel zijn meedogenloos, maar de dood is barmhartig.
Divine pietosa e ancide il viver mio! Così dunque I sospiri e l’alma mia Sono ver me spietati e Morte pia.
8
liedteksten
8 O dolce mio tesoro O dolce mio Tesoro, Non mirar s’io mi moro, Che il tuo vitale sguardo Non f ache mi consume il foco ond’ardo. Ah no, mirami pur, anima mia, Che vita allor mi fia la morte mia!
8 O mijn zoete schat O, mijn zoete schat, kijk niet naar me als ik sterf, want jouw vitale blik ontsteekt het vuur dat mij verteert. Ach nee, kijk toch naar mij, mijn lief, zodat mijn dood mijn leven wordt.
9 Deh, come invan sospiro Deh, come invan sospiro, Deh, come invan vi miro, Poichè, crudel, voi fate ogni un gioire Et a me sol morire! Infelice mia sorte, Che la vita per me divenga Morte.
9 Ach, hoe vergeefs ik zucht Ach, hoe ik tevergeefs zucht, ach, hoe ik tevergeefs staar, want, O wrede, jij brengt vreugde aan iedereen, maar mij bezorg je slechts de dood. Ellendig is mijn lot, dat het leven voor mij de dood wordt.
10 Io pur respiro in così gran dolore Io pur respire in così gran dolore E tu pur vivi, o dispietato core? Ahi, che non vi è più spene Di riveder il nostro amato bene! Deh, morte, danne aita, Uccidi questa vita! Pietosa ne ferisci, e un colpo solo A la vita dia fin ed al gran duolo.
10 Adem ik nog, ondanks mijn kwellingen Adem ik nog, ondanks mijn kwellingen, en leef jij nog, o genadeloos hart? Ach, er is geen hoop meer om onze geliefde ooit nog te zien. Ach, dood, breng hulp, vermoord dit leven! Verwond het met genade en laat een enkele klap het einde brengen aan het leven en aan dit grote lijden.
9
liedteksten
13 Arditta Zanzaretta Arditta Zanzaretta Morde colei che il mio cor struggle e tiene In cosi crude pene; Fugge poi e rivola In quell bel senso che il mio cor invola, Indi la prende e stringe e le dà morte Per sua felice sorte. Ti morderò anchor io, Dolce amato ben io, E se mi prendi e stringi, ahi, verrò meno Provando in quell bel sen dolce veleno.
13 Een kleine dappere mug Een dappere, kleine mug bijt de vrouw die mijn hart verwoest, en mij zulk wreed lijden toebrengt. Dan vlucht het beestje, en vliegt terug naar die mooie borst die mijn hart gestolen heeft. Daar ontdekt ze het, verplettert en doodt het, het had zijn eigen gelukkig lot. Ik zal je dan ook maar bijten, mijn zoete geliefde, en als jij mij ontdekt en verplettert, dan zal ik flauwvallen terwijl ik dat zoete vergif proef op jouw mooie borst.
14 Ardo per te, mio bene Ardo per te, mio bene, ma l’ardore
14 Ik sta in vuur en vlam, mijn lief Ik sta in vuur en vlam voor jou, mijn lief, maar deze vlammen zijn als een zacht briesje rond mijn hart. Ik sterf voor jou, mijn lief, maar de dood verandert in verrukking, zo zoet is dit verlangen. Toch is dit een gelukkig lot, dat ik zo brand en sterf: de vlammen worden zachte briesjes, en de dood een vreugde.
Spira dolce aura al core. Moro per te, mia vita, ma il morire Gioia divine, dolcissimo il languire. Felice sorte anchor ch’io arda e moia: L’ardor divine dolce àura, el morir gioia.
10
liedteksten
15 Ancide sol la morte Ancide sol la morte, E tu, mio core, che la vita sei, Uccider non mi muoi Col dolce colpo de’ begli occhi tuoi. Io, morendo per te, lieto morrei,
15 Alleen de dood kan doden Alleen de dood kan doden, en jij, mijn hart, die zo levend is, kan mij niet doden met de zachte klap van jouw mooie blik. Als ik voor jou zou sterven, dan zou ik vrolijk sterven, als de dodelijke klap gegeven werd door zo’n vitale schoonheid.
Se ferita mortale Uscir potesse da beltà vitale. 16 Quel ‘no’ crudel che la mia speme ancise
Amor vince ogni core.
16 Dat wrede ‘nee’ dat mijn hoop de grond in sloeg Dat wrede ‘nee’ dat mijn hoop de grond in sloeg, ligt daar nu, vastgenageld door wel duizend kussen van mijn wraakzuchtige mond, en dicht bij de dood op die mooie lippen, als een wilde slang, levenloos tussen de bloemen. O gelukkige victorie! Laat geliefden in hun scharlakenrode schoonheid deze woorden lezen: ‘De liefde heeft dit mooie gezicht overwonnen.’ De liefde overwint alle harten.
17 Moro, lasso, al mio duolo Moro, lasso, al mio duolo E chì mi può dar vita, Ahi, che m’ancide e non vuol darmi aita! O dolorosa sorte, Chi dar vita può, ahi, mi dà morte!
17 Ik sterf, ach, van verdriet Ik sterf, ach, van verdriet, en degene die me zou kunnen redden, ach, is mij juist aan het doden en helpt me niet. O wreed lot, degene die mij zou kunnen redden, ach, brengt mij mijn dood.
Quel ‘no’ crudel che la mia speme ancise Ecco che pur trafitto Da mille baci di mia bocca ultrice, Qual fiera serpe in mezzo a I fiori essangue, Tra quelle belle labra a morte langue. O vittoria felice! In quell vago rossor gli amanti scritto Leggan: “Di quell bel volto ha vinto Amore.”
11
liedteksten
20 Tu segui, o bella Clori Tu segui, o bella Clori, Un fuggitivo core, E ‘l mio tu fuggi ch’arde sol d’amore. Ah, non fuggir chi t’ama, Sprezza chi te non brama! E s’hai d’amor desio Ama me sol, perchè te sol amo io.
20 O schone Chloris, je achtervolgt O schone Chloris, je achtervolgt een vluchtend hart, en vlucht weg van het mijne, dat juist van liefde voor jou brandt. Ach, vlucht niet van degene die je liefheeft, maar vermijd de man die niet om jou geeft. En als je verlangt naar liefde, heb mij dan lief, want ik hou alleen van jou.
21 Ancor che per amarti Anchor che per amarti io mi consume, In ogni parte e non a me rimiri, Ti, bramata cagion di miei martiri, Deh, volgi omai ver me gli amati lumi Poi che vil fango anchor rimirar suole, Senza oscurar I suoi bei raggi, il Sole.
21 Hoewel elk deel van mij wordt verteerd Hoewel elk deel van mij wordt verteerd door mijn liefde voor jou, zie je me niet staan. Jij, O mijn verlangen en bron van mijn lijden, Ach, wend je lieve blik tot mij, Want de zon kan neerkijken op nederige modder zonder dat zijn mooie stralen worden verduisterd.
22 Già piansi nel dolore Già piansi nel dolore; Or gioisce il mio core Perchè dice il ben mio: “Ardo per te ancor io.” Fuggan dunque le noie, e ‘l tristo pianto
22 Eens huilde ik van verdriet Eens huilde ik van verdriet, Maar nu verheugt zich mijn hart, Want mijn geliefde heeft gezegd: ‘Ik brand ook voor jou van liefde’. Laat mijn zorgen nu verdwijnen, en mijn droeve tranen veranderen in zoete, lieve liederen.
Omai si cangi in dolce e lieto canto.
12
liedteksten
23 Quando ridente e bella Quando ridente e bella più vaga d’ogni stella
23 Wanneer lieflijk en lachend Wanneer, lieflijk en lachend, mooier dan elke ster, Licori zich aan mij onthult, En de liefdesgoden met haar spelen, Word ik vervuld met zulke blijdschap, Dat door mijn vreugde de wereld zelf blij wordt.
Mi si mostra Licori E seco scherzan lascivetti Amori, Tutto gioisco e sì di gioia abbando Che de la gioia mia gioisce il mondo.
13
BIOGRAFIEËN COMPONISTEN Carlo Gesualdo da Venosa
Carlo Gesualdo (1566-1613) was een Italiaans componist, luitspeler en edelman uit de late renaissance. Hij was een leerling van Pomponio Nenna en zeer bevriend met de dichter Torquato Tasso.
muziek. Zo vermoordde hij in 1590 met behulp van dienaren zijn vrouw en haar minnaar nadat hij hen op heterdaad betrapte, een in adellijke kringen toentertijd geen ongebruikelijke actie. Hij had een grote naam als luitspeler, maar is muziekhistorisch vooral belangrijk om zijn zeer vooruitstrevende vernieuwingen op het gebied van het madrigaal. In 1960 orkestreerde Stravinsky drie madrigalen van Gesualdo, ter gelegenheid van wat men toen voor zijn 400ste geboortejaar hield. Nu weten we dat dat 1566 moet zijn. Met name zijn latere werken vertonen een voor zijn tijd ongehoorde melodische en harmonische rijkdom en expressiviteit. Hij componeerde, naast madrigalen, vijf-, zes- en zevenstemmige motetten en responsoria.
Gesualdo is zowel door zijn muziek, als door zijn levensloop een opvallende figuur binnen de klassieke 14
Johannes Hieronymus Kapsberger
Johannes Hieronymus Kapsberger (ca. 1580-1651), ook bekend als Giovanni Girolamo Kapsperger, was een Duits-Italiaanse barokcomponist en luitist. Zijn ouders waren van origine Duits, maar Kapsberger werd geboren in Venetië. In 1605 verhuisde hij naar Rome. Hij was niet alleen een virtuoos op de luit, alsook op de theorbo en de chitarrone. Na zijn huwelijk in 1609 begon hij met
biografie
UITVOERENDEN Philippe Herreweghe Dirigent
foto: Michiel Hendrickx
het uitgeven van zijn muziek, waaronder zijn Libro primo d’intavolatyra di lauto (1611). In 1624 kwam hij in dienst bij kardinaal Francesco Barberini, waar hij onder anderen werkte met de componist Frescobaldi en hij bleef bij hem in dienst tot 1646. Kapsbergers muziek is het meest bekend om zijn buitenissige ritmes en stimulerende melodie, kwaliteiten die het duidelijkst tot uiting komen in zijn dansmuziek. Samen met Alessandro Piccinini was Kapsberger een van de voornaamste componisten van luitmuziek in zijn tijd en was zeer belangrijk voor de bevordering van het instrument.
Philippe Herreweghe (1947) is in Nederland een veel en graag geziene gast. Hij is de oprichter van diverse muziekgezelschappen die alle gespecialiseerd zijn in specifieke periodes in de muziekgeschiedenis. In Nederland is hij het bekendst om zijn authentieke vertolkingen van vocale barokmuziek. 15
Herreweghe studeerde piano, orgel en klavecimbel aan het conservatorium van Gent en vervolgens geneeskunde en psychiatrie aan de Gentse universiteit. Tegelijkertijd raakte hij hevig geïnteresseerd in de historische uitvoeringspraktijk en in 1970, nog tijdens zijn studietijd, richtte hij het Collegium Vocale Gent op. Speciaal om Franse barokmuziek uit te voeren stichtte hij in 1977 het vocaal en instrumentaal ensemble La Chapelle Royale. Voor uitvoering van klassieke en romantische muziek vormde hij in 1991 het Orchestre des Champs Elysées. In 1997 werd Philippe Herreweghe benoemd tot Doctor honoris causa aan de Katholieke Universiteit Leuven. In 2003 kreeg hij in Frankrijk de titel ‘Chevalier de la Légion d’Honneur’ toegekend. Hij is hoofddirigent van deFilharmonie en vaste gastdirigent van de Nederlandse Radio Kamer Filharmonie.
foto: Michiel Hendrickx
biografie
Collegium Vocale Gent Collegium Vocale Gent werd opgericht in 1970 en werkte sindsdien vooral samen met dirigent Philippe Herreweghe. Al in de beginfase trad het koor op in Amsterdam met een onvergetelijke uitvoering van Bachs Johannes Passion. Als een van de eerste vocale ensembles pasten deze zangers de resultaten toe van het toen nieuwe onderzoek naar de historische uitvoeringspraktijk. Het
Collegium werkte veelvuldig samen met musici als Gustav Leonhardt, Nikolaus Harnoncourt en Ton Koopman. Zij maakten meer dan zestig cd-opnamen en de kern van hun repertoire werd gevormd door de barok. Tegenwoordig heeft echter ook romantische en eigentijdse muziek een belangrijke plaats in hun programmering.
16
seizoen 2015-2016 serie koren
Internationale topkoren staan dit seizoen weer garant voor muzikale ervaringen op zeer hoog niveau. In de Grote Zaal zingen onder meer het Duitse RIAS Kammerchor, het Ests Filharmonisch Koor en het Franse Pygmalion. De koorconcerten laten een prachtige diversiteit aan klanken horen: van stralende barok uit Italië tot de edele eenvoud van Arvo Pärt en de even sobere als aangrijpende boetepsalmen van de Rus Schnittke. vr 11 sept 2015 Cappella Amsterdam + Amsterdam Sinfonietta Pärt 80
wo 6 apr 2016 Cappella Amsterdam Feesten met Brahms
wo 7 okt 2015 Pygmalion Van Schütz tot Bach
ma 25 apr 2016 RIAS Kammerchor + Concerto Italiano Meerkorige Italiaanse barok
vr 18 dec 2015 The Tallis Scholars Kerst met Tallis en Pärt
za 28 mei 2016 Nederlands Kamerkoor + Residentie Orkest Händels Israël in Egypte
za 16 jan 2016 Ests Filharmonisch Kamerkoor Boetepsalmen van Schnittke
17
VERWACHT
Juni di 2 jun / 20.30 uur Holland Festival
Pierre Boulez, Asko|Schönberg, Slagwerk Den Haag Beyond the Score® A Portrait of Pierre Boulez
di 16 jun / 20.30 uur
za 18 jul / 19.00 uur / Muziekgebouw
Holland Festival
+ zo 19 jul / 20.00 uur / Bimhuis
Guo Wenjing, Frank Scheffer Het Innerlijke Landschap
Viva Brasil Festival 2015 Alceu Valença, Carla Visi + afterparty
wo 17 jun / 20.30 uur / Kleine Zaal
Jenny Hval The Rest Is Noise
vr 11 t/m zo 13 sep do 18 jun / 20.30 uur
do 4 jun / 20.30 uur
Holland Festival
Holland Festival
Sarah Nemtsov, Solistenensemble Kaleidoskop Baroque Revisited
Annie Dorsen Yesterday Tomorrow
September
za 6 jun 12.12 uur tot
Muziekgebouw 10 jaar vr 11 sep / 20.15 uur
Cappella Amsterdam + Amsterdam Sinfonietta vr 11 sep / 22.45 uur
Bram van Sambeek
zo 7 jun 13.12 uur
za 20 jun 16.30 + 20.30 uur +
Holland Festival
zo 21 jun 16.30 + 20.30 uur
Klangforum Wien, Netzzeit, forum experimentelle architektur urbo kune
Holland Festival
za 12 sep / 20.30 uur
Solistenensemble Kaleidoskop Now I lay me down
De Beste Acht Ensembles
zo 7 jun / 20.30 uur
ma 29 jun / 20.30 / Kleine Zaal
Holland Festival
BEAK> The Rest is Noise
za 12 sep / 23.00 uur
Robert Henke
The Gurdjieff Folk Instruments Ensemble Armenia: Orient and Occident
Juli
Ere Lievonen zo 13 sep / 20.15 uur
Melnikov, Boesch en Danel
do 11 + vr 12 + zo 14 jun / 20.30 uur
za 4 + zo 5 jul / 20.30 uur
Holland Festival
Rundfunckchor Berlin Human Requiem
Arnoud Noordegraaf, Adrian Hornsby, Ai Weiwei As Big As The Sky
zo 13 sep / 11.00 uur / Kleine Zaal
18
www.muziekgebouw.nl/festival/ 10jaar/ Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Muziekgebouw aan ‘t IJ / foto: Erik van Gurp
MUZIEKGEBOUW AAN ’T IJ Piet Heinkade 1 / 1019 BR Postbus 1122 / 1000 BC Amsterdam Kaartverkoop T 020 788 2000 ma t/m za 12.00 -18.00 uur Kantoor T 020 788 2010 F 020 788 2020 E post@muziekgebouw.nl Zakelijke evenementen T 020 788 2023
Restaurant Zouthaven bevindt zich op de begane grond van het Muziekgebouw. Voor een heerlijke start van uw concertavond. Openingstijden en reserveren www.zouthaven.nl of T 020 788 2090 WORD VRIEND Steun het Muziekgebouw al vanaf € 75 per jaar. Lees meer op : muziekgebouw.nl/steunons
PARTNERS De activiteiten van het Muziekgebouw aan ’t IJ komen tot stand door steun van:
Gelieve te zorgen dat uw mobiele telefoon uit staat tijdens het concert. Camerabeeld- en geluidsopnamen alleen toegestaan met toestemming vooraf.
Mediapartner:
Pauzedrankje (indien inbegrepen) serveren wij op tafels bij de uitgang van de zaal.
Druk binnenwerk:
EARLY BIRD TICKETS Voor jongeren tot 30 jaar, bijna alle concerten € 10. Wees snel: hoe eerder, hoe meer kans. Lees meer op: www.muziekgebouw.nl/earlybirds
Reserveren en openingstijden restaurant Zouthaven: www.zouthaven.nl. Centraal Station (10-15 min lopen) is met tram 26 bereikbaar tot 00.00 uur. Taxicentrale Amsterdam: T 020 677 7777. De Piet Heinparkeergarage onder Muziekgebouw aan ’t IJ is 24 uur per dag open. Informatie + online kaarten bestellen www.muziekgebouw.nl. Ook voor onze nieuwsbrief.