vr 18 mrt 2016 serie kamermuziek internationaal Grote Zaal / 20.15 uur
CĂŠdric Tiberghien &friends Fameuze Hongaren
PROGRAMMA
vr 18 mrt 2016 serie kamermuziek internationaal Grote Zaal / 20.15-22.25 uur DUUR: ca. 60 minuten voor de pauze ca. 50 minuten na de pauze
Cédric Tiberghien & friends Fameuze Hongaren
Alina Ibragimova viool Antoine Tamestit altviool Matthew Hunt klarinet Colin Currie percussie Sam Walton percussie Cédric Tiberghien piano François-Frédéric Guy piano
Dit concert wordt mede mogelijk gemaakt door
AMBASSADE DE FRANCE AUX PAYS-BAS
Béla Bartók (1881-1945) Sonate voor viool solo (1944) 1. Tempo di ciaccona 2. Fuga. Risoluto, non troppo vivo 3. Melodia. Adagio 4. Presto
György Ligeti (1923-2006) Sonate voor altviool solo (1994) 1. Hora lunga 2. Loop 3. Facsar 4. Prestissimo con sordino 5. Lamento 6. Chaconne chromatique
György Kurtág (1926) Hommage aan Robert Schumann (1990)
Béla Bartók Sonate voor twee piano’s en slagwerk (1937) 1. Assai lento allegro troppo 2. Lento, ma non troppo 3. Allegro non troppo
trio voor piano, altviool en klarinet
1. Merkwürdige Pirouetten des Kapellmeisters Johannes Kreisler (vivo) 2. Der begrenzte Kreis (molto semplice, piano e legato) 3. ...und wieder zuckt es schmerzlich F. um die Lippen (feroce, agitato) 4. Felhó valék, már süt a nap (calmo, scorrevole) 5. In der Nacht (presto) 6. Abschied, Meister Raro entdeckt Guillaume de Machault (adagio, poco andante) Béla Bartók Contrasten (1938) voor piano, klarinet en viool 1. Verbunkos (recrutendans) 2. Pihenö (ontspanning) 3. Sebes (snelle dans) PAUZE 3
toelichting
De drie grote componisten die vanavond in één programma worden samen gebracht, zijn met elkaar verbonden door hun Hongaarse origine. Alle drie verlieten zij echter vroeger of later hun land. een knagend probleem. Ligeti verwoordde het zo: ‘De invloed van de Hongaarse cultuur bestond voor mij vooral uit de taal en de literatuur. De Hongaarse literatuur betekent voor mij ‘thuis’.’
Bartók nam op bijna zestigjarige leeftijd afscheid: onder druk van het fascistische regime vertrok hij in 1940 naar New York. In de tuin van zijn huis in Boedapest staat de fragiele oude componist, in brons gegoten en voor altijd in afscheidspose. Ligeti ontvluchtte zijn land in 1956 na de door de Russen onderdrukte Hongaarse opstand. Hij was toen 33 jaar, en woonde vervolgens afwisselend in Duitsland en Oostenrijk. Ook de dertigjarige Kurtág verliet Hongarije na 1956. Hij ging naar Parijs maar keerde terug naar Boedapest. Sinds 2002 woont hij echter permanent in Frankrijk.
Bij de drie componisten hebben melodie en ritme verwantschap met de Hongaarse taal In de muziek die deze drie componisten voortbrachten zijn de elementen van het Hongaarse ‘thuisland’ niet zomaar te ontdekken, want alle drie verwerkten zij vele invloeden in hun idioom. Voor Bartók geldt natuurlijk zijn levenslange inspiratie door de ritmes, de melodieën en harmonieën van de Hongaarse, Sloveense en Roemeense volksmuziek. Maar áls er al iets typisch Hongaars spreekt uit de noten van deze drie componisten, dan is dat vooral de melodievorming en het ritme waaruit vaak verwantschap spreekt met de
De grote betekenis van deze drie componisten heeft zich tijdens hun leven, en voor Bartók en Ligeti ook daarna, niet slechts afgespeeld op lokaal Hongaars niveau maar op het wereldpodium. Als ‘vluchteling’ kwamen zij niet in een armzalig kamp terecht maar werden door hun muziekvrienden met open armen ontvangen. En mét die open armen was het voor hen al moeilijk genoeg. Want het niet meer ‘thuis’ zijn is nu eenmaal voor alle in ‘exil’ levende mensen 4
toelichting
Hongaarse taal. Voor de uitvoerende musici is dit van belang, want het geeft dikwijls de oplossing voor de vraag, hoe een muzikale zin moet worden gefraseerd en gearticuleerd. Een belangrijk kenmerk van de Hongaarse taal is het accent: dat ligt altijd op de eerste lettergreep. Die verhelderende accenten noteerde Bartók bijvoorbeeld niet. Voor de kenners zijn er dan nog de talloze verlengingen van de klinkers. Met andere woorden: de muziek van Bartók, Ligeti en Kurtág klinkt als Hongaars voor gevorderden.
partituur. Het eerste deel van de sonate bevat verwijzingen naar Bachs Chaconne uit de Partita voor viool solo in d-klein, vooral in het statige tempo en de vierdelige opbouw van de muzikale zinnen. Het tweede deel is een wilde fuga maar met veel vrijheid en zeker niet streng in de leer. Het derde deel, de Melodia, vormt een oase van rust en sereniteit terwijl het werk eindigt met een wervelende dans, een soort ‘perpetuum mobile’. De Sonate voor viool solo is het laatste geheel voltooide werk van Bartók, in zes weken tijd geschreven tijdens zijn Amerikaanse verblijf in het landelijke Asheville (North Carolina). Hij componeerde de sonate in opdracht van Yehudi Menuhin. Toen Menuhin het voor het eerst aan hem voorspeelde, stond Bartók op en zei ontroerd: ‘Ik heb nooit gedacht dat muziek zó zou kunnen worden gespeeld terwijl de componist nog niet eens dood is!’ Dat Menuhin in deze hels moeilijke partituur een beetje sjoemelde in het laatste deel waar Bartók op vele plaatsen kwarttonen voorschreef, vond Bartók geen probleem. Maar wie het werk instudeert, dient te weten dat hij die kwarttonen schreef met de bedoeling om de noten extra kleur te geven.
Béla Bartók Sonate voor vioolsolo Meteen aan het begin van Bartóks Sonate voor viool solo horen we zo’n typisch Hongaarse klemtoon. De eerste muzikale zin eindigt met het typerende kort-lang, precies zoals een Hongaar de naam ‘Bartók’ uitspreekt: met het accent op de eerste lettergreep, een dalende interval en een uitklinken van de tweede lettergreep. Het lijkt de signatuur van de componist, op allerlei plekken verborgen in deze grootse 5
toelichting
Contrasten
Hongaarse en Roemeense boeren waarvan de componist in betere tijden getuige moet zijn geweest. Het idioom is lichtelijk polytonaal gekleurd (waarbij meerdere toonsoorten tegelijkertijd klinken) en af en toe hoort men het typische kort-lang ritme, de signatuur van Bartók. Kortom: deze muziek spreekt van ‘thuis’ onder eenvoudige mensen waarmee de zo ascetische en intellectuele Hongaar zich volledig op z’n gemak voelde.
Contrasten is een van de meest speelse en luchtige werken van Bartók, culminerend in een finale met spectaculair vuurwerk. Het stuk werd geschreven als antwoord op een verzoek van zijn vriend, de virtuoze Hongaarse violist Joseph Szigeti, om een korte, tweedelige Rapsodie te schrijven voor hem en jazzklarinettist Benny Goodman.
Sonate voor twee piano’s en slagwerk
Evenals Bartók wilde Szigeti naar Amerika emigreren, en daar zou een werk voor hem en jazzidool Benny Goodman een welkome publiekstrekker zijn. Het werd een driedelig stuk want Bartók voegde een enigszins onheilspellend middendeel toe dat contrasteert met de fantasievolle Verbunkos (recrutendans) en de uitbundige finale. Het ontstond in Boedapest, twee jaar voor Bartóks definitieve vertrek naar de Verenigde Staten.
Ook de Sonate voor twee piano’s en slagwerk ontstond nog in Bartóks villa in een buitenwijk van Boedapest. Een bezoek aan die villa, nu als museum toegankelijk voor publiek, is in vele opzichten verhelderend. Het verfijnde modernisme van de ruimten en een deel van het meubilair vormt een verrassende eenheid met de zorgvuldig uitgekozen staaltjes van Hongaarse volkskunst, zoals bont geborduurde gordijnen en traditioneel beschilderde kasten. Bartóks fenomenale muziek uit de jaren dertig – beheerst en gecontroleerd maar tegelijkertijd brandend van expressie – schreef hij aan een simpel houten werktafeltje
Hoewel hij zich toen volledig bewust was van het naderende onheil, is deze duistere stemming in de noten van het eerste en derde deel niet te horen. Integendeel: afgezien van het middendeel is het werk een uitbundig feest waarin vele motieven zijn ontleend aan dansfeesten bij de 6
toelichting
in een rustige ruimte aan de zijkant van het huis. De weldadige orde in dit huis vormde kennelijk de noodzakelijke omgeving voor het felle temperament van de componist. Zo ontstonden werken als Sonate voor twee piano’s en slagwerk waarin het muzikale materiaal uit de volksmuziek volledig is versmolten met het modernisme.
De Sonate voor twee piano’s en slagwerk werd geschreven voor de vijftiende verjaardag van de International Society for Contemporary Music die werd gevierd in Bazel op 16 januari 1938. Bij de première zaten Bartók zelf en zijn vrouw Ditta aan de piano’s. Twee jaar later maakte de componist nog een orkestversie van het werk die ‘lekkerder’ klinkt maar voorbijgaat aan de oorspronkelijke essentie waarin de piano’s worden behandeld als slagwerkinstrumenten terwijl het slagwerk zorgt voor de klankkleur.
In de Sonate voor twee piano’s en slagwerk is de strenge ordening van de muzikale middelen voelbaar, ook voor de onbevangen luisteraar. De steeds weer opduikende omkering van thema’s valt zelfs op als enigszins ‘star’. Maar de onderzoeker ontdekt nog meer intellectuele ‘trucs’ zoals de toepassing van de Fibonaccireeks, een wiskundig principe dat in allerlei natuurverschijnselen voorkomt. Deze reeks 1, 1, 2, 3, 5, 8, 13, 21,... is oneindig en ontstaat door de som van de voorgaande 2 termen (1+1=2, 1+2=3, 2+3=5, 3+5=8 et cetera). Hier zorgt de Fibonaccireeks voor een ordening in de verhouding tussen het aantal noten in een muzikale zin. Die toegepaste ordening houdt de fantastische klankkleuren en de vurige dansritmes van het stuk in zijn greep, met als resultaat een geweldige partituur die bij de luisteraar zorgt voor intense opwinding en concentratie.
György Kurtág
Hommage aan Robert Schumann Kurtágs trio Hommage aan Robert Schumann bestaat uit zes miniatuurtjes waarvan de titels duidelijk betrekking hebben op Schumann. In de muziek is echter geen spoor van Schumann te ontdekken, maar wel van Webern wiens beknopte muziek een belangrijke inspiratiebron vormt voor Kurtág. Het werd zelfs zijn credo om ‘een zodanige beknoptheid te bereiken dat ieder moment 7
toelichting
essentieel en belangrijk is, [...] en dat een maximum aan uitdrukking en inhoud met een minimum aan klanken wordt geformuleerd.’ Naast Weberns beknopte vormgeving bleef de muziek van Bartók voor hem naar eigen zeggen steeds een ijkpunt. Wat wij horen in dit trio is een mysterieuze klankwereld die de sfeer van Bartóks ‘nachtmuzieken’ benadert, en waarin elk geluid wordt geponeerd in opperste concentratie. De muziek lijkt te ontstaan uit de stilte, een stilte waarin elk geritsel of gekuch vanuit de zaal de smetteloze partituur bezoedelt.
avant-gardistische werken zoals Atmosphères, Ramifications en Aventures? Dat kwam doordat Ligeti in de jaren zeventig in een crisis terecht kwam. In 1993 zei hij daarover het volgende: ‘Er waren geen taboes meer, alles was toegestaan. [...] We moesten een manier vinden om niet op onze schreden te hoeven terugkeren, maar evenmin de avant-garde te hoeven voortzetten. Ik zat in een gevangenis: de ene muur was de avant-garde en de andere het verleden, en ik wilde ontsnappen.’ Hij ontsnapte aan het dilemma door zich volledig open te stellen voor alle richtingen in heden en verleden, en daar zijn eigen stempel op te drukken.
György Ligeti De Sonate voor altviool solo bijvoorbeeld is te beschouwen als een ‘suite’ zoals die in de barok werd geschreven. In elk van de zes delen ging Ligeti een confrontatie aan met een bepaalde muzikale vorm uit het verleden. Het thema van het eerste deel is een aan Bartók verwante melodie die klinkt als een Roemeens volksliedje. De melodie wordt gekleurd met microtonale verhogingen en verlagingen die nauwkeurig in de partituur zijn aangegeven. Het deel is eigenlijk een reeks variaties op dezelfde melodie en speelt zich af op de laagste snaar van de altviool, de C-snaar. Ook het tweede en derde
Sonate voor altviool solo In de Sonate voor altviool solo keert Ligeti terug naar zijn bron: de muziek van zijn grote landgenoot Bartók. Maar dat niet alleen: er zijn in deze sonate ook toespelingen te vinden op Bach, op de Oost-Europese volksmuziek en op de vorm van de baroksuite. Waarom al die verwijzingen naar het verleden bij een componist die juist beroemd werd met puur 8
toelichting
deel met de jazzy ritmiek refereren met de vele kwartdubbelgrepen aan Bartók. Ligeti spreekt hier Hongaars met het accent op de eerste lettergreep, wat hij ook noteert in de partituur. Deel 4 met de razendsnel voorbijvliegende nootjes heeft het karakter van een perpetuum mobile. In het vijfde deel baseert Ligeti zich op het barokgenre van de lamento (klaagzang) terwijl het laatste deel Bachs beroemde Chaconne voor viool solo in herinnering roept. Het werk is min of meer geschreven voor altvioliste Tabea Zimmerman die in 1994 de première verzorgde. In 1990 hoorde Ligeti haar toevallig spelen op de West-Duitse radio, en haar spel deed hem denken aan ‘de geur van hout, aarde, looizuur en rode wijn’. Kortom: de geuren van zijn eigen jeugd in Transsylvanië. Tekst toelichting: Katja Reichenfeld
9
BIOGRAFIEËN COMPONISTEN Béla Bartók
Béla Bartók (1881-1945) werd geboren in het Hongaarse Nagyszentmiklós. Hij kreeg zijn eerste pianolessen van zijn moeder en in 1899 begon hij zijn studie compositie en piano aan de Muziekacademie van Boedapest. Bartók ontwikkelde zich in eerste instantie als begenadigd pianist en nam in 1907 de docentenpraktijk aan de
Muziekacademie over van zijn leraar István Thoman. Als componist begon zijn ontwikkeling pas echt toen hij in 1905 componist Zoltán Kodály ontmoette. De twee gingen samen op pad en ontdekten de ware aard van de Hongaarse volksmuziek. Zij maakten een omvangrijke etnomusicologische studie, en hierdoor veranderde ook de muzikale taal in Bartóks eigen composities. Met de eenakter Hertog Blauwbaards Burcht (1911) en het ballet De Houten Prins (1916) vestigde hij zijn naam binnen en over de grens van Hongarije. Bij het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog emigreerde Bartók naar de Verenigde Staten. Daar schreef hij in de zowel fysiek als financieel zware laatste jaren van zijn leven nog een aantal belangrijke werken, zoals het Derde pianoconcert, het Concert voor Orkest, het Concert voor altviool solo en de Sonate voor viool solo. In september 1945 stierf hij in New York aan leukemie. 10
György Kurtág
De Hongaarse György Kurtág (1926) was als componist een laatbloeier. Hoewel hij al in de jaren zeventig en tachtig inmiddels alom erkende meesterwerken schreef zoals Berichten van de overleden R.V. Trusova en het Dubbelconcert voor cello en piano, kwam de werkelijke erkenning pas vanaf 1993 toen hij achtereenvolgens in Wenen, Berlijn, Amsterdam en Parijs verbleef. Al snel werd hij beroemd met zijn muzikale taal waarin
biografieën
György Ligeti
foto: Schott Promotion - H.J. Kropp
concentratie samengaat met een grote aandacht voor klankschoonheid. In zijn werk waart de geest rond van zijn Hongaarse leermeesters Sandor Veress en Ferenc Farkas, maar ook van zijn Parijse docenten Darius Milhaud en Olivier Messiaen, en bovendien van de door hem bewonderde Anton Webern. Samen met zijn vrouw Marta trad hij veelvuldig op als pianoduo, en hij bouwde een reputatie op als leraar kamermuziek aan de Muziekacademie in Boedapest en tijdens masterclasses over de hele wereld.
György Ligeti (19232006) werd geboren in Transsylvanië en studeerde vanaf 1942 in Boedapest. In 1956 ontvluchtte hij zijn land na de door de Russen neergeslagen Hongaarse opstand, en uiteindelijk werd hij Oostenrijks staatsburger. Ligeti groeide uit tot een van de belangrijkste componisten van de Europese avant-garde. Evenals Kurtág studeerde hij bij Ferenc Farkas en Sandor Veress, maar zijn belangrijkste 11
inspirator was de in 1940 uit Boedapest vertrokken Béla Bartók. Net als zijn grote voorbeeld deed Ligeti onderzoek naar de Hongaarse en Roemeense volksmuziek en componeerde aanvankelijk in een aan Bartók verwant idioom. In de vroege jaren zestig verraste hij de complete westerse avant-garde met werken als Atmosphères en Lux Aeterna waarin micropolyfonie een belangrijke rol speelde en waarin de klanken behandeld werden als vlakken en als klanknevels. Na een diepe crisis in de jaren zeventig ontstonden werken zoals de absurdistische opera Le grand macabre waarin de melodie weer een rol speelde. Ook begon het verleden via toespelingen door te dringen in zijn muziek. In latere werken zoals de Piano études waren bovendien niet-westerse ritmes van invloed op zijn muzikale taal.
biografieĂŤn
Buitoni Award. Haar brede repertoire omvat muziek van de barok tot heden en zij speelt zowel op een historisch instrument als op een moderne viool. Met haar vaste pianopartner CĂŠdric Tiberghien voerde zij in de Londense Wigmore Hall de complete cyclus Beethoven-sonates uit en dit jaar vervolgen zij hun succesvolle optreden met de complete Mozart-sonates.
Alina Ibragimova
foto: Eva Vermandel
Viool
Antoine Tamestit Altviool
foto: Eric Larrayadieu
UITVOERENDEN
De Franse altviolist Antoine Tamestit (1979) studeerde aan het Parijse conservatorium.
De Russische violiste Alina Ibragimova (1985) studeerde in Moskou en emigreerde op haar tiende naar Engeland waar zij zich verder ontwikkelde aan de Menuhin School en de Royal College of Music in Londen.
In 2000 won Tamestit de eerste prijs bij het altviool concours Maurice Vieux, en een jaar later bij de Primrose competitie. Naast andere prijzen werd ook aan hem de Borletti Buitoni Award toegekend in 2006. Van 2004 tot 2006 was hij de New Generation Artist op
Ibragimova ontving verschillende prijzen waaronder in 2008 de prestigieuze Borletti 12
biografieĂŤn
Radio 3 van de BBC. Tamestit wordt veel gevraagd bij internationale kamermuziek festivals en geeft regelmatig masterclasses.
Matthew Hunt Klarinet
De Engelse Matthew Hunt begon als koorknaapje aan de Lichfield Cathedral en studeerde vervolgens aan de Guildhall School of Music in Londen. Tegenwoordig is Hunt een van de belangrijkste klarinettisten van zijn generatie. Hij treedt op als solist, als kamermusicus en als orkestmusicus. In soloconcerten schitterde hij bij vele vooraanstaande orkesten zoals het 13
Concertgebouw Kamerorkest en de Berliner Philharmoniker. Hij is soloklarinettist van de Deutsche Kammerphilharmonie Bremen, en lid van Ensemble 260,een kamermuziekgroep die gevestigd is in Sheffield. Onder zijn vele kamermuziekpartners zijn onder andere het Belcea strijkkwartet, het Arditti strijkkwartet, de pianist/ componist Thomas Adès en altist Lawrence Power te vinden.
biografieën
Colin Currie
foto: Marco Borggreve
Percussie
De Engelse slagwerker Colin Currie (1976) won op vijftienjarige leeftijd de Shell/ LSO prijs, en vervolgens onder meer de Borletti Buitoni Award. Bij de BBC was hij New Generation Artist. Als solist trad Currie op met orkesten zoals de London Philharmonic, het Koninklijk Concertgebouworkest en het Philadelphia Orkest. Hij heeft een reeks nieuwe, vaak voor hem geschreven
werken in première gebracht van componisten zoals Elliot Carter, Einojuhani Rautavaara, Steve Reich en Louis Andriessen. Hij treedt veelvuldig op in kamermuziek setting, en met zijn eigen slagwerkensemble The Colin Currie Group. Currie is als gastdocent verbonden aan de Royal Academy of Music in Londen en aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag.
Sam Walton Percussie
Slagwerker Sam Walton treedt regelmatig op in Engelse orkesten zoals de London Philharmonic en BBC Symphony. Sinds 2012 heeft Walton een vaste aanstelling bij het London Symphony Orchestra. Ook speelt hij in het Chamber Orchestra of Europe. Onder zijn solistische optredens waren concerten met violiste Viktoria Mullova. 14
Samen met Colin Currie voerde hij Bartóks Sonate voor twee piano’s en slagwerk uit in de Londense Wigmore Hall en in de BBC Proms. Hij is lid van de groep Between The Notes die zich richt op hedendaagse muziek. Met deze groep reisde hij door Europa, Azië en Australië.
biografieën
foto: Jean-Baptiste Millot
Piano
De Franse pianist Cédric Tiberghien (1975) studeerde aan het Parijse conservatorium en won vervolgens eerste prijzen bij verschillende piano competities waaronder die van het prestigieuze LongThibaud concours. Tiberghien treedt op over de hele wereld als solist en als kamermusicus. Het Londense blad The Daily Telegraph sprak van ‘lichtvoetigheid en
grandeur, ernst en humor.’ Op het ogenblik concentreert Tiberghien zich vooral op Bartók met een programma dat hij zal spelen in Londen, Wenen en Parijs. Na vele opnamen van het grote klassieke en romantische repertoire zal in april aanstaande bij Hyperion een cd van hem uitkomen met Bartóks pianomuziek; het zal de eerste zijn van een serie van drie.
François-Frédéric Guy Piano
François-Frédéric Guy (1969) is zowel in zijn geboorteland Frankrijk als daarbuiten een geliefd pianist van het Duitsromantische repertoire. In 2008 begon Guy aan een Beethoven-project waarbij hij alle pianosonates en pianoconcerten speelde en opnam. Met een Beethoven cyclus trad hij op in onder andere Parijs, Washington en Rio de Janeiro. 15
foto: Guy Vivien
Cédric Tiberghien
Verder heeft Guy grote affiniteit met Brahms, Liszt, Prokofiev en Bartók, en voert hij veel werk van hedendaagse Franse componisten uit. Als solist treed hij op met vooraanstaande orkesten en dirigenten zoals Bernard Haitink, Marc Albrecht en Daniel Harding.
VERWACHT
vr 8 apr 2016 serie kamermuziek internationaal nederlands klarinetfestival grote zaal / 20.15 uur
Sabine Meyer + Quatuor Modigliani
Meesterlijke kwintetten van Mozart en Brahms
Meyer is met haar klassieke Duitse achtergrond de ideale vertolker van de klarinetkwintetten van Mozart en Brahms. Beide halen alles uit het instrument wat erin zit, laten het snijden en verleiden. Terwijl Mozart steeds transparant en klassiek blijft, gooit de hoogromantische Brahms de remmen los. De samenwerking tussen Sabine Meyer en Quatuor Modigliani maakt dit echt een concert om naar uit te kijken. Muziektijdschrift The Strad over dit strijkkwartet: ‘Zowel elk afzonderlijk als gezamenlijk spelen zij absoluut briljant’. PROGRAMMA: Wolfgang Amadeus Mozart Klarinetkwintet / Johannes Brahms Klarinetkwintet
16
foto: Christian Ruvolo
De Duitse Sabine Meyer geldt als de belangrijkste klarinettist van haar generatie. Grootgebracht in de Duitse school staat ze bekend om de prachtige en de technische perfectie van haar spel, ook in de meest complexe stukken. Ze is open, hartelijk en volstrekt eigenzinnig. Na jaren in gerenommeerde orkesten gespeeld te hebben, waaronder de Berliner Philharmoniker, begon ze een solocarrière. Met succes. In dit concert speelt ze met het briljante Franse Quatuor Modigliani.
Sabine Meyer
VERWACHT
VR 15 + ZA 16 APR 2016
SPECIAL
Olli Mustonen
De sonates van Prokofjev Alle negen pianosonates van de grote Russische componist Sergej Prokofjev: een unieke gebeurtenis. Verspreid over twee avonden speelt de Finse meesterpianist Olli Mustonen deze muziek, die binnen de pianomuziek van de 20e eeuw canonstatus heeft. De pers over Mustonen: ‘Wat betreft expressiviteit gaat hij grenzen over waarvan andere pianisten niet eens wisten dat ze bestonden’ (The Sunday Times). VR 15 APR PROGRAMMA: Sergej Prokofjev Sonate nr. 4 / Sonate nr. 2 / Sonate nr. 9 / Sonate nr. 6 ZA 16 APR PROGRAMMA: Sergej Prokofjev Sonate nr. 5 (versie 1923) / Sonate nr. 8 / Sonate nr. 1 / Sonate nr. 3 / Sonate nr. 7
17
Olli Mustonen
VERWACHT
Maart
wo 30 mrt / 20.15 uur
ma 4 apr / 20.30 uur / Kleine Zaal
zo 20 mrt / 11.00 uur / Kleine Zaal
ELECTRA Rache
Anna Meredith The Rest is Noise
Ere Lievonen Het woord aan het woord
do 31 mrt / 12.30 uur
wo 6 april / 20.15 uur
Lunchconcert Ism Conservatorium van Amsterdam
Cappella Amsterdam Feesten met Brahms
zo 20 + ma 21 mrt / 19.30 uur / Nieuwe Kerk
Matthäus, De Leeuw en De Nieuwe Kerk Matthäus Passion zo 20 + ma 21 + vr 25 mrt / 20.00 uur
Blank Out De Nationale Opera i.s.m. het Muziekgebouw di 22 mrt / 20.15 uur
Orkest van de 18e Eeuw + Cappella Amsterdam Het genie Bach
do 31 mrt + vr 1 apr / 20.15 uur
Nederlands Kamerorkest Avontuur met Erik Bosgraaf
April vr 1 april / 20.15 april
Nederlands Kamerorkest Avontuur met Erik Bosgraaf za 2 april / 20.15 uur
wo 23 mrt / 20.15 uur
Nieuw Ensemble + Dhruba Ghosh Het pad van Boeddha
Till Fellner Quasi una fantasia
za 2 apr / 22.30 uur / Splendor
za 26 mrt / 20.15 uur
Nosferatu Insomnio
Het Weeshuis van de Nederlandse Muziek In Splendor zo 3 april / 19.00 uur college + 20.15
ma 28 mrt / 20.15 uur
uur concert
Dudok Kwartet The Pocket Passions
graindelavoix Broederschappen en devotie + college Antonius Abt 18
Unieke jubileumwandeling Muziekgebouw met app Curvices Speciaal voor ons 10-jarig bestaan maakte componiste Rosalie Hirs de poëzie- en klankinstallatie Curvices Amsterdam. Een unieke muzikale rondwandeling waarvoor u de gratis Curvicesapp kunt downloaden via de App Store, Google Play of iTunes. De app schakelt in zodra u rondom het gebouw een van de wandelzones betreedt. Een cadeautje van de componist waarvan u het hele jubileumseizoen kunt profiteren! Meer info: muziekgebouw.nl/ festival/10jaar Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Muziekgebouw aan ‘t IJ / foto: Erik van Gurp
MUZIEKGEBOUW AAN ’T IJ Piet Heinkade 1 / 1019 BR Postbus 1122 / 1000 BC Amsterdam Kaartverkoop T 020 788 2000 ma t/m za 12.00 -18.00 uur Kantoor T 020 788 2010 F 020 788 2020 E post@muziekgebouw.nl Zakelijke evenementen T 020 788 2023
Restaurant Zouthaven bevindt zich op de begane grond van het Muziekgebouw. Voor een heerlijke start van uw concertavond. Openingstijden en reserveren www.zouthaven.nl of T 020 788 2090 WORD VRIEND Steun het Muziekgebouw al vanaf € 75 per jaar. Lees meer op : muziekgebouw.nl/steunons
PARTNERS De activiteiten van het Muziekgebouw aan ’t IJ komen tot stand door steun van:
Gelieve te zorgen dat uw mobiele telefoon uit staat tijdens het concert. Camerabeeld- en geluidsopnamen alleen toegestaan met toestemming vooraf.
Mediapartner:
Pauzedrankje (indien inbegrepen) serveren wij op tafels bij de uitgang van de zaal.
Druk binnenwerk:
EARLY BIRD TICKETS Voor jongeren tot 30 jaar, bijna alle concerten € 10. Wees snel: hoe eerder, hoe meer kans. Lees meer op: www.muziekgebouw.nl/earlybirds
Reserveren en openingstijden restaurant Zouthaven: www.zouthaven.nl. Centraal Station (10-15 min lopen) is met tram 26 bereikbaar tot 00.00 uur. Taxicentrale Amsterdam: T 020 677 7777. De Piet Heinparkeergarage onder Muziekgebouw aan ’t IJ is 24 uur per dag open. Informatie + online kaarten bestellen www.muziekgebouw.nl. Ook voor onze nieuwsbrief.
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX