Za 10 sep 2016 Grote Zaal / 20.15-22.00 uur
Serie Koren Serie Cappella Amsterdam
Cappella Amsterdam Umbrae mortis
PROGRAMMA
za 10 sep 2016 serie koren serie cappella amsterdam Grote Zaal / 20.15-22.00 uur DUUR: ca. 40 minuten voor de pauze ca. 45 minuten na de pauze
Cappella Amsterdam Umbrae mortis
Daniel Reuss dirigent
Hugo Wolf (1860-1903) Sechs geistliche Lieder (1881) Aufblick Einklang Resignation Letzte Bitte Ergebung Erhebung Johannes Brahms (1833-1897) Fest- und Gedenksprüche op. 109 (1890) Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen? op. 74 nr. 1 (1878) pauze Pascal Dusapin (1955) Umbrae mortis (1997) Thierry Escaich (1965) Dixit Dominus (2002) Salve Regina (2016; Nederlandse première) Ton de Leeuw (1926-1996) Elégie pour les villes détruites (1994)
toelichting
Het programma van vanavond vermeldt religieuze composities uit de tijd van de romantiek, de twintigste en de eenentwintigste eeuw. De stukken werden vrijwel allemaal gecomponeerd op teksten uit de Bijbel. Is deze muziek nu ook een bewijs van de godvruchtigheid van de vijf componisten die deze stukken schreven? Dat is een penibele vraag waarop het antwoord zowel ‘ja’ als ‘nee’ luidt. gebruikte Wolf woorden van de dichter Joseph von Eichendorff. Ton de Leeuw maakte in zijn Elégie dan wel gebruik van teksten uit de Bijbel, maar wat zijn eigen relatie tot de religie betreft liet hij alle mogelijkheden open, en zei: ‘Ik weet dat er een dimensie is die hoger is dan de menselijke dimensie.’
Wat betreft het zondagse zitten in de kerkbanken: dat deden de meesten van hen slechts als kleine jongens samen met hun ouders. Maar later brak de twijfel door en waren ze nog slechts zelden in de kerk te vinden. Dat stond bij een aantal van hen een diepe gelovigheid echter niet in de weg. Johannes Brahms schijnt bijvoorbeeld kort voor zijn dood aan de Amerikaanse muziekjournalist Arthur M. Abell te hebben bekend: ‘Als ik de behoefte voel, dan richt ik me tot mijn schepper met de drie belangrijkste vragen over ons leven hier op aarde: waarvandaan, waarom, waarheen.’ Wat de muziek betreft zou hij volgens Abell hebben vastgesteld: ‘Alle werkelijk geïnspireerde ideeën komen van God.’ Hugo Wolf stond ambivalenter tegenover de religie, maar toch schreef hij een aantal composities op teksten met een religieuze strekking. Zo begint de liedbundel Spanisches Liederbuch met 13 Geistliche Lieder op devote gedichten van Paul Heyse en Emanuel Geibel. Voor het koorwerk Sechs geistlige Lieder waarmee het programma vanavond opent,
Brahms: ‘Als ik de behoefte voel, dan richt ik me tot mijn schepper met de drie belangrijkste vragen over ons leven hier op aarde: waarvandaan, waarom, waarheen.’ Het ‘hogere’ Al vroeg in de negentiende eeuw raakte de regulier beoefende godsdienst geleidelijk in diskrediet. Afgezien van het eventuele bestaan 4
toelichting
van een god, begon men te beseffen dat de mens hoe dan ook zélf een autonome rol speelde in het onderscheiden van goed en kwaad. De enorm invloedrijke achttiende-eeuwse filosoof Immanuel Kant had in zijn vele publicaties al gewezen op de eigen verantwoordelijkheid. In zijn theorieën over de moraal sloot hij trouwens het bestaan van een god niet uit. Maar hoe dan ook: onder invloed van Kant en andere belangrijke filosofen was het gedaan met de naïeve overgave aan De Heer. Men begon een uitweg te zoeken buiten de kerk, en een soort van houvast werd gevonden in het ontzag voor de natuur en het niet te vatten ‘hogere’. Opmerkelijk is, dat geleidelijk de kunst zélf een vervangende religie werd. Grote kunstenaars kregen een haast goddelijke status en hun werken werden geëxposeerd in imposante gebouwen, een soort ‘kunsttempels’. Voor de muziek werden op tempels gelijkende concertgebouwen gebouwd waarin een kerkelijke devotie heerste. De enorme status van grote componisten straalde zelfs af op de dirigent, tegenwoordig nog steeds te pas en te onpas ‘maestro’ genoemd.
troost was te vinden en verzoening met pijn en dood. Zelfs bij de niet te vatten verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog, pasten woorden uit de Bijbel: Ton de Leeuw vond voor zijn Elégie bijvoorbeeld inspiratie bij de profeten Jeremia en Jesaja. Maar ook de strenge en hardvochtige woorden van de psalm Dixit Dominus wisten de Fransman Thierry Escaich te inspireren, en Pascal Dusapin schreef een eigentijdse versie van de dodenmis op de oude Latijnse tekst van het Requiem onder de titel Umbrae mortis.
Maar wat moest men in deze situatie beginnen met de persoonlijke worsteling, de tegenslag, het verlies en de teleurstelling? Juist: daar waren nog altijd die prachtige bijbelteksten waarin 5
toelichting
Hugo Wolf
woorden: ‘de creativiteit van Brahms is de melancholie van de impotentie.’ Deze nare opmerking zou nog lang aan Brahms blijven kleven hoewel iedereen de potentie van Brahms met eigen oren kon vaststellen.
Sechs geistliche Lieder De Sechs geistliche Lieder van Hugo Wolf vormen een cyclus van meditatieve koorliederen waarin God en de natuur als troostende krachten worden aangeroepen. De muziek volgt de tekst per lettergreep en de harmonieën worden slechts af en toe gekruid met een schrijnende dissonant.
De Fest- und Gedenksprüche bijvoorbeeld, geschreven voor de feestelijke opening van de Industriële tentoonstelling van 1889 in zijn geboortestad Hamburg, is een uitgesproken machoachtig werk. Brahms heeft zich hier laten inspireren door de renaissancemuziek van Heinrich Schütz, bijvoorbeeld in het gebruik van imitatie, canon en echo-effecten. Het stuk is toegesneden op de plechtige gelegenheid, maar er is ook een persoonlijke romantische ‘touch’ waarin Brahms in zijn muziek op een expressieve manier de woorden ondersteunt.
Het zijn liederen die ook door goede amateurs uitgevoerd kunnen worden, en waarschijnlijk heeft Wolf gedacht aan zijn eigen vriendenkring genaamd Eulonia (de Uilenclub) die bijeenkwam om voor eigen plezier a cappella koorwerken te zingen. In deze kring leerde hij de beeldschone en luchthartige Vally Franck kennen met wie hij een los-vaste relatie begon. Na drie jaar zette Vally de diep bedroefde componist aan de kant. Het was in deze periode dat hij de ‘geistliche’ koorliederen schreef. De Here God en de troostende natuur moeten voor Wolf op dat moment een soort reddingsboei zijn geweest. Hoewel het een jeugdwerk was heeft Wolf later tevergeefs geprobeerd om het bij een uitgever onder te brengen. Het aangrijpende vijfde lied, Ergebung, werd in 1903 bij zijn eigen begrafenis in Wenen gezongen. In datzelfde jaar werd het hele werk alsnog uitgegeven.
Het ongeveer tien jaar eerder geschreven motet Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen? begint met een pakkend ‘statement’: een luid majeur gevolgd door een fluisterzacht mineur. Met dit krachtige effect opent het vierdelige werk waarin vier verschillende teksten worden gevolgd: het bijbelboek Job, de klaagzang van Jeremiah, het evangelie van Johannes en tot slot een koraal van Luther. Dit slot brengt Bach ten tonele, maar dan wel in een romantisch jasje. Het is muziek van hoog soortelijk gewicht dat zijn oorsprong had in een door Brahms opgegeven project voor een grootschalige mis met de titel Missa Canonica. Hij was erg trots op dit motet dat nota bene in dezelfde zomermaanden ontstond als de voor zijn doen lichte en zonnige Tweede symfonie.
Johannes Brahms
Fest- und Gedenksprüche Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen? Tussen Wolf en Brahms boterde het niet, en Wolf schreef als muziekjournalist de giftige 6
toelichting
Pascal Dusapin
tekst van een van de Maria-antifonen werd twee maanden geleden voor het eerst uitgevoerd in Fribourg (Zwitserland), door Cappella Amsterdam onder leiding van Daniel Reuss, tijdens het Festival International de Musiques Sacrées.
Umbrae mortis
Umbrae mortis van Pascal Dusapin is met een tijdsduur van circa vijf minuten een van de kortste dodenmissen die ooit werden geschreven.
Ton de Leeuw
De componist volgt de Latijnse tekst zoals die bijna zes eeuwen geleden door Johannes Ockeghem werd gebruikt in diens vroegst overgeleverde polyfone dodenmis. Ook de soberheid van de muziek doet denken aan Ockeghem, hoewel de muzikale lijnen veel expressiever zijn en een groter bereik hebben. Het werk was oorspronkelijk gedacht als geënsceneerd onderdeel van het religieuze koorwerk Granum sinapis, het ‘mosterdzaadje’. De benaming komt uit de Bijbel en duidt op een piepkleine zaadje waaruit een reusachtige plant kan groeien. Umbrae mortis maakte zich echter los van de grote plant en bleef een op zichzelf staand werk. Het klonk voor het eerst in 1998 tijdens het Festival Musica in Straatsburg.
Elégie pour les villes détruites Elégie pour les villes détruites is een van de laatste werken van Ton de Leeuw. Het is een aangrijpend stuk waarin dissonanten zich verdichten tot clusters. Stijgende lijnen zwellen aan tot een aanklacht en het ontredderde individu schreeuwt het uit in exclamaties van de solozangers. Het werk werd in 1994 geschreven voor het Nederlands Kamerkoor op teksten uit de Bijbel. Waarschijnlijk dacht De Leeuw hierbij vooral terug aan zijn geboortestad Rotterdam die aan het begin van de Tweede Wereldoorlog door een bombardement werd verwoest. De familie vluchtte naar Breda en daar bracht De Leeuw zijn tienerjaren door. In de Elégie is geen spoor te bekennen van nagestreefde klankschoonheid als doel op zich. Elke noot heeft betekenis en staat in dienst van de expressie. Zijn opvatting over de betekenis van muziek wist De Leeuw treffend te verwoorden: ‘Muziek heeft niet alleen een esthetische betekenis (mooi of lelijk), maar ook een morele inhoud, in de zin van: geestelijk verrijkend of geestelijk armoedig.’ Wie open staat voor de muziek wordt zeker geestelijk verrijkt met deze klacht die helaas ook nu zo toepasselijk is.
Thierry Escaich Dixit Dominus Salve Regina
Dixit Dominus en Salve Regina zijn twee korte werken van Thierry Escaich. In het indrukwekkende eerste stuk op tekst van psalm 110 wordt een kort aangebonden God opgevoerd in barse uitroepen en zinnen waarin de spraakmelodie wordt gevolgd. Dixit Dominus ging in 2002 in première in Vézelay. Het tweede werk is een primeur voor Nederland: het Salve Regina op
Tekst toelichting: Katja Reichenfeld
7
liedteksten Hugo Wolf Sechs Geistliche Lieder Tekst: Joseph von Eichendorff (1788-1857)
1. Aufblick Vergeht mir der Himmel von Staube schier Herr, im Getümmel zeig‘ dein Panier!
1. Het oog omhoog Zie ‘k haast de hemel door ‘t stof niet meer, hef in ‘t gewemel uw vaandel, Heer!
Wie schwank‘ ich s¨ndlich, lässt du von mir: unüberwindlich bin ich mit dir!
Zonde u jaagt de zonde mij heen en weer: met u verbonden krijgt geen mij neer!
Herr, im Getümmel zeig‘ dein Panier! Unüberwindlich bin ich mit dir!
Hef in ‘t gewemel uw vaandel, Heer! Met u verbonden krijgt geen mij neer!
2. Einkehr Weil jetzo alles stille ist und alle Menschen schlafen, mein‘ Seel‘ das ew‘ge Licht begrüsst, ruht wie ein Schiff in Hafen.
2. Bezinning Omdat alles nu zo stil is en alle mensen slapen, begroet mijn ziel het eeuwige licht, en rust als een schip in de haven.
Der falsche Fleiß, die Eitelkeit, was keinen mag erlaben, darin der Tag das Herz zerstreut, liegt alles tief begraben.
De valse vlijt, de ijdelheid, waaraan niemand zich mag laven, daarin verstrooit de dag het hart, ligt alles diep begraven. 8
liedteksten
Ein andrer König wunderreich mit königlichen Sinnen, zieht herrlich ein im stillen Reich, besteigt die ew‘gen Zinnen.
Een andere wonderbare koning, met koninklijke trekken, trekt vorstelijk binnen in het stille rijk, en bestijgt de eeuwige kantelen.
3. Resignation Komm, Trost der Welt, du stille Nacht! Wie steigst du von den Bergen sacht, Die Lüfte alle schlafen, Ein Schiffer nur noch, wandermüd‘, Singt übers Meer sein Abendlied Zu Gottes Lob im Hafen.
3. Berusting Kom, troost van de wereld, jij stille nacht! Hoe rijs je lichtvoetig uit de bergen op, en de luchten slapen allemaal; slechts een schipper zingt nog, moegezworven, over de zee z’n avondlied, ter ere van God in de haven.
Die Jahre wie die Wolken gehn Und lassen mich hier einsam stehn, Die Welt hat mich vergessen, Da tratst du wunderbar zu mir, Wenn ich beim Waldesrauschen hier Gedankenvoll gesessen.
De jaren vervliegen zoals de wolken en laten me hier eenzaam staan, de wereld heeft me vergeten. Daar trad u op wonderbaarlijke wijze tot mij, toen ik hier bij het ruisen van het woud in gedachten verzonken zat.
O Trost der Welt, du stille Nacht! Der Tag hat mich so müd‘ gemacht, Das weite Meer schon dunkelt, Laß ausruhn mich von Lust und Not, Bis daß das ew‘ge Morgenrot Den stillen Wald durchfunkelt.
Kom, troost van de wereld, jij stille nacht! De dag heeft mij zo moe gemaakt, de verre zee wordt reeds donker; laat mij uitrusten van het vermaak en de nood, totdat het eeuwige morgenrood fonkelt door het stille woud.
4. Letzte Bitte Wie ein todeswunder Streiter, der den Weg verloren hat, schwank‘ ich nun und kann nicht weiter, von dem Leben sterbensmatt. Nacht schon decket alle Müden, und so still ist‘s um mich her, Herr, gib Frieden! Herr, auch mir gib endlich Frieden, denn ich wünsch‘ und hoff‘ nichts mehr!
4. Laatste bede Als een dodelijk verwonde strijder, die de weg kwijt is geraakt, wankel ik nu en kan niet verder, stervensmoe van het leven. De nacht bedekt reeds alle vermoeiden, en de rust heerst om mij heen, Heer, geef ook mij eindelijk vrede, want ik wens en hoop niets meer. 9
liedteksten
5. Ergebung Dein Wille, Herr, geschehe! Verdunkelt schweigt das Land, Im Zug der Wetter sehe ich schauernd deine Hand. O mit uns Sündern gehe erbarmend ins Gericht! Ich beug‘ im tiefsten Wehe zum Staub mein Angesicht. Dein Wille, Herr, geschehe!
5. Overgave Uw wil geschiede, Heer! Verduisterd zwijgt het land. In ‘t wisselen van ’t weer, zie ‘k huiverend uw hand. Ach, schenk ons zondaars, eer gij recht spreekt, mededogen! In diep berouw kniel ‘k neer, mijn hoofd in ‘t stof gebogen! Uw wil geschiede, Heer!
6. Erhebung So laß herein nun brechen die Brandung, wie sie will, du darfst ein Wort nur sprechen, so wird der Abgrund still. Und bricht die letzte Brücke zu dir, der treulich steht, hebt über Not und Glücke mich einsam das Gebet.
6. Opheffing Laat nu de vloed de gronden verzwelgen als hij wil: één woord slechts uit uw mond en de diepten worden stil. Al breekt de laatste brug, dan heft mij tot u, die redt, boven geluk en nood van de mens eenzaam ‘t gebed.
10
liedteksten
Johannes Brahms Fest- und Gedenksprüche, op. 109 Tekst: Psalm 22 en 29, bijbelboek Deuteronomium
1. Unsere Väter hofften auf dich Unsere Väter hofften auf dich; und da sie hofften, halfst du ihnen aus. Zu dir schrieen sie und wurden errettet, sie hofften auf dich und wurden nicht zu Schanden. Der Herr wird seinem Volk Kraft geben, der Herr wird sein Volk segnen mit Frieden.
1. Op u hebben onze ouders vertrouwd; Zij hebben vertrouwd en u verloste hen. Tot u geroepen en zij ontkwamen, Op u vertrouwd en zij werden niet beschaamd.
2. Wenn ein starker Gewappneter Wenn ein starker Gewappneter seinen Palast bewahret, so bleibet das Seine mit Frieden. Aber: ein jeglich Reich, so es mit ihm selbst uneins wird, das wird wüste; und ein Haus fället über das andere. Wenn ein starker Gewappneter seinen Palast bewahret, so bleibet das Seine mit Frieden.
2. Wanneer een sterk, goed bewapend man zijn domein bewaakt, dan zijn zijn bezittingen veilig. Maar: elk rijk dat innerlijk verdeeld is
3. Wo ist ein so herrlich Volk Wo ist ein so herrlich Volk, zu dem Götter also nahe sich tun als der Herr, unser Gott, so oft wir ihn anrufen. Hüte dich nur und bewahre deine Seele wohl, dass du nicht vergessest der Geschichten, die deine Augen gesehen haben, und dass sie nicht aus deinem Herzen komme alle dein Leben lang. Und sollt deinen Kindern und Kindeskindern kund tun. Amen.
3. Want welk volk, hoe groot ook, heeft goden zo dichtbij als wij de Heer, onze God, telkens als wij hem om hulp roepen? Wees gewaarschuwd en neem u zorgvuldig in acht, zodat u nooit vergeet wat u met eigen ogen hebt gezien, maar de herinnering daaraan levendig houdt en alles aan uw kinderen en kleinkinderen doorvertelt. Amen.
De Heer zal zijn volk kracht geven, De Heer zal zijn volk met vrede zegenen.
wordt verwoest, en huis na huis stort in. Wanneer een sterk, goed bewapend man zijn domein bewaakt, dan zijn zijn bezittingen veilig.
Vertaling: De Nieuwe Bijbel
11
liedteksten
Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen? Tekst: Oude en Nieuwe testament
Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen und das Leben den betrübten Herzen? Die des Todes warten, und kommt nicht, und grüben ihn wohl aus dem Verborgenen; die sich fast freuen und sind fröhlich, daß sie das Grab bekommen.
Waarom geeft Hij rampspoedigen het licht, en het leven aan hen die bitter bedroefd zijn? Zij wachten op den dood, en hij komt niet, zij graven er naar, meer dan naar verborgen schatten,zij zouden zich verheugen tot jubelens toe, blijde zijn, wanneer zij het graf gevonden hadden. (Waarom geeft Hij het licht) aan een man wiens weg verborgen is, wien God elken weg heeft afgesneden?
Und dem Manne, deß Weg verborgen ist, und Gott vor ihm denselben bedecket?
Lasset uns unser Herz samt den Händen aufheben zu Gott im Himmel.
Laten wij met de handen ons hart opheffen tot God in de hemel.
Siehe, wir preisen selig, die erduldet haben. Die Geduld Hiobs habt ihr gehöret, und das Ende des Herrn habt ihr gesehen; denn der Herr ist barmherzig und ein Erbarmer!
Zie, wij prijzen hen zalig, die volhard hebben; gij hebt van de volharding van Job gehoord en gij hebt uit het einde, dat de Heere deed volgen, gezien, dat de Here rijk is aan barmhartigheid en ontferming.
Mit Fried und Freud ich fahr dahin, in Gottes Willen, getrost ist mir mein Herz und Sinn, sanft und stille. Wie Gott mir verheißen hat, der Tod ist mir Schlaf worden.
Met vrede en vreugde ga ik heen naar Gods wil mijn hart en zinnen zijn getroost, zacht en stil. Zoals God beloofd heeft, is de dood mij slaap geworden
12
liedteksten
Pascal Dusapin Umbrae Mortis Tekst: uit de Katholieke mis voor de doden en uit Psalm 23
Kyrie eleison Christe eleison
Heer ontferm u Christus ontferm u
Requiem aeternam dona eis Domine Et lux perpetua Exaudi orationem meam Ad te omnis caro veniet
Geef hen eeuwige rust, Heer En eeuwig licht Verhoor mijn gebed Alle vlees zal tot u komen
Si ambulem in medio umbrae mortis non timeo mala
Ook als ik moet gaan door een dal vol schaduw van dood, kwaad zal ik niet vrezen
Thierry Escaich Dixit Dominus Tekst: Psalm 110
1. Dixit Dominus Domino meo: Sede a dextris meis, donec ponam inimicos tuos scabellum pedum tuorum.
1. De Heer zeide tot mijn Heer: Zit neder aan Mijn rechterhand. Totdat ik uw vijanden leg als een rustbank voor uw voeten.
2. Virgam virtutis tuæ emittet Dominus ex Sion: dominare in medio inimicorum tuorum.
2. De Heer strekt uw machtige scepter uit van Sion - Heers te midden van uw vijanden.
3. Tecum principium in die virtutis tuæ in splendoribus sanctorum: ex utero, ante luciferum, genui te.
3. U zij de heerschappij ten dage van macht in de luister van uw heiligheid – uit mijn schoot heb ik U verwekt vóór de morgenster. 13
liedteksten
4. Juravit Dominus, et non pœnitebit eum: Tu es sacerdos in æternum secundum ordinem Melchisedech.
4. De Heer heeft gezworen en het zal Hem niet berouwen – Gij zijt priester in eeuwigheid naar de wijze van Melchisedech.
5. Dominus a dextris tuis; confregit in die irae suae reges.
5. De Heer is aan uw rechterhand – op de dag van Zijn toorn zal Hij de koningen verpletteren.
6. Judicabit in nationibus, implebit ruinas; conquassabit capita in terra multorum.
6. Hij zal de volkeren richten, hun ondergang voltrekken – hun hoofden verpletteren over geheel de aarde.
7. De torrente in via bibet; propterea exaltabit caput.
7. Uit een beek zal Hij drinken op zijn weg – en daarom het hoofd fier verheffen.
Salve Regina Tekst: Maria antifoon
Salve, Regina, mater misericordiae,
Wees gegroet, koningin, moeder van barmhartigheid; ons leven, onze vreugde en onze hoop, wees gegroet. Tot u roepen wij, ballingen, kinderen van Eva; tot u smeken wij, zuchtend en wenend in dit dal van tranen. Daarom dan, onze voorspreekster, sla op ons uw barmhartige ogen; en toon ons, na deze ballingschap, Jezus, de gezegende vrucht van uw schoot. O goedertieren, o liefdevolle, o zoete maagd Maria. Bid voor ons, heilige moeder van God, Opdat wij de beloften van Christus waardig worden.
vita, dulcedo, et spes nostra, salve. Ad te clamamus, exsules filii Hevae. Ad te suspiramus, gementes et flentes in hac lacrimarum valle. Eia, ergo, Advocata nostra, illos tuos misericordes oculos ad nos converte. Et Jesum, benedictum fructum ventris tui, nobis post hoc exilium ostende. O clemens, o pia, o dulcis Virgo Maria! Amen. 14
liedteksten
Ton de Leeuw Elégie pour les villes détruites Tekst: Bijbelteksten uit de Psalmen en de Profeten
Part 1 Deus, Deus meus, respice in me, quare me dereliquisti?
Deel 1 Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?
Part 2 Quand je crie, réponds-moi, Dieu de ma justice.
Deel 2 Antwoord mij als ik roep, God die mij recht doet.
Car en toi je me confie, Eternel, je dis: tu es mon Dieu.
Maar ik vertrouw op u, Heer, ik zeg: U bent mijn God.
Psalm 22:1
Psalm 4:1
Psalm 31:15
Er komt een volk aan uit het noorden, een grote overmacht. Ze houden boog en zwaard gereed, wreed zijn ze, meedogenloos. Hun krijgsrumoer klinkt als een bulderende zee. De koning hoort van hun komst, zijn handen beginnen te trillen. Angst en paniek overvallen hem, zoals weeën een barende vrouw.
Voici qu’un peuple arrive des extrémités de la terre. Ils portent des armes; ils sont cruels et sans pitié. Leur voix mugit comme la mer. Au bruit de leur approche nos mains ont défailli. L’angoisse nous a saisis, comme la femme qui enfante.
Jeremia 50:41, 43
‘Hul je in het zwart, mijn volk,wentel je in het stof. Rouw als om een enig kind, klaag met bitter rouwbeklag. De verwoester overvalt je, onverhoeds.
Fille de mon peuple, roule-toi dans la cendre, verse des larmes comme pour un fils unique. Car le dévastateur fond sur nous à l’improviste.
Jeremia 6:26
Waag je niet buiten de stad, ga niet op reis, want daar heerst het zwaard van de vijand, het zaait overal paniek!’
N’allez pas sur les chemins, ne sortez pas dans les champs, car là est l’épée de l’ennemi. [Jeremia]
Jeremia 6:25
15
liedteksten
Lève-toi, Jérusalem, fais éclater ta splendeur.
Sta op en schitter, Jeruzalem.
Part 3 Comment a-t-elle pu être livrée à l’abandon, cette ville, jadis si peuplée? Toutes ses portes sont désertes et elle est remplie d’amertume. Ses enfants ont marché captifs devant l’oppresseur. Dans sa colère le Seigneur a démoli ses forteresses. Il les a fait crouler sur le sol. Le vainqueur a porté la main sur tous ses trésors. Ses princes fuient sans force devant celui qui les poursuit. Les enfants sont tombés sous les coups de l’épée. Que dirai-je? Nul n’a échappé; nul n’a survécu. Ils sont tous exterminés. [Jeremia]
Deel 3 Ach, hoe eenzaam zit zij neer, de eens zo levendige stad. Haar poorten liggen verlaten. En zijzelf: bitter is haar lot. Haar kinderen zijn gevangen weggevoerd, voor de vijand uit. Hij heeft in zijn woede de vestingen van Juda vernietigd, hij heeft het koninkrijk vernederd en zijn leiders onteerd. De vijand heeft zijn hand naar haar kostbaarheden uitgestrekt. Haar leiders zijn van al hun kracht beroofd, voor hun vervolgers uit. De kinderen zijn gevallen door het zwaard. Wat zal ik zeggen? Niemand kan ontkomen, niemand overleeft; allen worden gedood.
Jesaja 60:1
Klaagliederen 1:1, 4, 5; 2:2: 1:10, 6; 2:21, 22
Uit de diepte roep ik tot u, Heer, Heer, hoor mijn stem.
De profundis clamavi ad te Domine, Domine. Exaudi vocem meam.
Psalm 130:1
Leve-toi, Jérusalem, fais éclater ta splendeur.
Sta op en schitter, Jeruzalem.
Part 4 Ecoutez tous, o peuples, et voyez ma douleur. Je m’adresse à vous, à vous tous qui passez ici.Regardez et voyez s’il est une douleur pareille a ma douleur. Amen [Jeremia]
Deel 4 Jullie die hier voorbijgaan, raakt het jullie niet? Merk toch op en zie: is er leed als het leed dat mij wordt aangedaan. Amen.
Miserere mei.
Wees mij genadig.
Jesaja 60:1
Klaagliederen 1:12
Psalm 51:3
16
liedteksten
Part 5 Seigneur, tu as été pour nous un refuge, de génération en génération. Avant que les montagnes fussent nées, et que tu eusses crée la terre et le monde, d’éternité en éternité tu es Dieu.Tu réduis l’homme en poussière, et tu dis: Fils de l’homme, retournez à la terre. Car mille ans sont à tes yeux comme le jour d’hier quand il n’est plus, et tu les emportes; ils sont comme un songe qui, le matin, passe comme l’aube.
Deel 5 Heer, u bent ons een toevlucht geweest van geslacht op geslacht. Nog voor de bergen waren geboren, voor u aarde en land had gebaard – u bent, o God, van eeuwigheid tot eeuwigheid. U doet de sterveling terugkeren tot stof en zegt: ‘Keer terug, mensenkind.’ Duizend jaar zijn in uw ogen als de dag van gisteren die voorbij is, niet meer dan een wake in de nacht.
Quia melior est dies una in atriis tuis, super millia.
Beter één dag in uw voorhoven dan duizend dagen daarbuiten.
Psalm 90:1-4
Psalm 84:11
Vertaling: Nieuwe Bijbel Vertaling
17
BIOGRAFIEËN COMPONISTEN Hugo Wolf
Hugo Wolf (1860-1903) werd geboren in Styria, nu Slovenië. Zijn Duitse vader runde een leerhandel en was een begaafde amateurmusicus die zijn zoon piano- en vioolles gaf. Al op jonge leeftijd was er voornamelijk muziek in Hugo’s hoofd en daardoor mislukte zijn schoolopleiding. Op vijftienjarige leeftijd ging hij naar het conservatorium in Wenen, waar hij bevriend raakte met Mahler en een
ontmoeting had met de door hem zo bewonderde Richard Wagner. In 1877 werd hij van het conservatorium weggestuurd wegens ‘gebrek aan discipline’, en in hetzelfde jaar liep hij een syfilisinfectie op die hem later funest zou worden. Wolf was geen regelmatige werker maar hij moest het hebben van haast manische buien van inspiratie. Vanaf zijn achtentwintigste schreef hij vooral liederen waarin hij op een zó bijzondere manier tekst en muziek met elkaar verbond dat zij zijn overige composities volledig overschaduwden. Minder bekend is dat hij ook kamermuziek schreef, pianowerken, orkestwerken (hiertoe aangemoedigd door Wagner), één opera en zo´n eenentwintig koorwerken. De laatste zes jaar van zijn leven verbleef Wolf in een krankzinnigengesticht. Inmiddels was echter het grote belang van zijn kunstenaarschap doorgedrongen tot de muziekwereld. Na zijn dood werd hij in Wenen begraven naast Schubert en Beethoven. 18
Johannes Brahms
Johannes Brahms (1833-1897) groeide op in Hamburg in een muzikaal gezin. Van zijn vader kreeg hij viool- en celloles maar hij was vooral gefocust op de piano. Als leerling van de fameuze Eduard Marxsen ontwikkelde hij zich tot een briljant pianist, maar de nadruk kwam al gauw te liggen bij zijn eigen composities. Brahms koesterde grote belangstelling voor de muziek uit de renaissance, een belangstelling die hij deelde met bevriende musicologen zoals Philipp Spitta. De invloed
biografieën
Pascal Dusapin
foto: Editions Salabert | Collège de France
van technieken uit de renaissance en de barok is vaak herkenbaar in zijn werken, vooral in zijn koormuziek. Een belangrijk deel van zijn leven was Brahms ook koordirigent. In Hamburg, Detmold en Wenen leidde hij goede amateurkoren waaraan hij zeer gehecht was en waarvoor hij eigen werken schreef. Maar ook Palestrina en Schütz stonden op zijn koorprogramma’s. Als componist van grootschalige symfonische werken maakte hij in 1868 een doorbraak met zijn Deutsches Requiem. Pas daarna ontstonden zijn symfonieën. Naast de vele instrumentale werken schreef hij zijn leven lang ook composities voor de menselijke stem. De Vier ernste Gesänge is zijn laatste vocale compositie, geschreven in het jaar voor zijn dood.
De Franse componist Pascal Dusapin (1955) studeerde in de jaren zeventig aanvankelijk musicologie en kunstgeschiedenis in Parijs. Na het horen van Arcana van Edgard Varèse en Polytope de Cluny, een multimedia show van Iannis Xenakis, besloot hij zich op de muziek te richten. Hij studeerde compositie bij Xenakis en bij de Italiaan Franco Donatoni. Hij absorbeerde de ideeën van deze twee grote voorbeelden, maar vervolgens maakte hij zich van hen los en wist een 19
heel eigen stijl te creëren. Als muziekstudent trad Dusapin op als jazzpianist, maar hij componeerde vooral kamermuziek en orkestwerken, en daarnaast vocale muziek en zeven opera’s. Dusapin is niet alleen componist maar ook een gedreven fotograaf die zijn werk af en toe exposeert.
biografieën
Thierry Escaich
Ton de Leeuw
foto: Guy Vivien
foto: Wim Janssen
ritmes. Zijn oeuvre, meer dan honderd werken, omvat alle verschillende genres, van muziek voor orgel, kamermuziek, tot orkestwerken en één opera: Claude, ook verschenen op dvd. Met zijn werk oogstte hij verschillende belangrijke Franse prijzen.
De Franse Thierry Escaich (1965) studeerde orgel, improvisatie en compositie aan het Parijse conservatorium. In 1992 werd hij daar zelf compositie- en improvisatie docent.
Ton de Leeuw (1926-1996) groeide op in een muzikaal gezin met twee ouders die semiberoepszangers waren. Pianoles kreeg hij aanvankelijk van zijn zusje. Al als tiener had De Leeuw grote belangstelling voor de twintigste-eeuwse muziek en de niet-westerse muziek.
In 1996 kreeg Escaich tevens een aanstelling als organist van de kerk St Etienne du Mont, als opvolger van de beroemde Maurice Duruflé. Zijn passie voor de cinema leidde tot het maken van filmmuziek waarbij hij improviseerde op piano en orgel. Zijn muziek heeft een sterk beeldende kwaliteit en spreekt een groot publiek aan. Prachtige klankkleuren gaan samen met een meeslepende lyriek en opwindende
Tijdens de Tweede Wereldoorlog bereidde hij zich voor op het staatsexamen met hulp van componist Louis Toebosch. Later studeerde hij compositie bij Henk Badings, Olivier Messiaen en Thomas Hartmann. Etnomusicologie studeerde hij bij Jaap Kunst, en de kennis die hij daar opdeed droeg in zijn 20
biografieën
UITVOERENDEN Daniel Reuss
foto: Marco Borggreve
composities bij tot een eigen, oosters gekleurd idioom. De Leeuw was achtereenvolgens geluidtechnicus bij de radio, compositiedocent aan het Amsterdamse conservatorium en vanaf 1984 directeur. Zijn oeuvre, meer dan honderd composities, omvat orkestmuziek, opera en kamermuziek, maar vooral de vocale werken zijn representatief voor zijn esthetiek.
Als ‘overtuigd niet-specialist’ dirigeert Daniel Reuss repertoire dat vele stijlen bestrijkt, van rond het jaar 1200 tot de meest actuele muziek. Sinds 1990 is hij artistiek leider en chefdirigent van Cappella Amsterdam, dat de afgelopen jaren is uitgegroeid tot een vooraanstaand kamerkoor in Europa. Daniel Reuss (1961) studeerde koordirectie aan het Rotterdams Conservatorium bij Barend Schuurman. In 1990 volgde hij Jan Boeke op als artistiek leider en chef-dirigent 21
van Cappella Amsterdam. Van 2003 tot 2006 was Reuss eveneens chef-dirigent van het RIAS Kammerchor in Berlijn. Van 2008 tot medio 2013 was hij tevens chef-dirigent van het Ests Philharmonisch Kamerkoor, waarbij hij als gastdirigent betrokken blijft. Daniel Reuss werkt geregeld met vooraanstaande ensembles en orkesten in heel Europa, zoals de Akademie für Alte Musik Berlin, Musikfabrik, Vocal Consort Berlin en het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Op uitnodiging van Pierre Boulez was Daniel Reuss in 2006 als docent en dirigent te gast bij de Lucerne Festival Academy in Zwitserland.
biografieën
Cappella Amsterdam Met een rijkdom aan stemkleuren bereikt kamerkoor Cappella Amsterdam zijn specifieke homogene klank. Sinds 1990 staat het koor onder artistieke leiding van chefdirigent Daniel Reuss. Vanaf de oprichting in 1970 door Jan Boeke vormt de liefde voor muziek de leidraad voor Cappella Amsterdam. Om elke compositie te laten spreken, heeft het koor zich zowel op moderne als op oude, authentieke zangtechnieken toegelegd. De nadruk in het repertoire ligt op die twee uitersten: oude meesters en moderne muziek. Speciale aandacht schenkt het koor aan werken van Nederlandse componisten, van Sweelinck tot Andriessen en Ton de Leeuw, en werkt samen met Nederlandse en internationale topensembles en -orkesten, zoals het Orkest van de Achttiende Eeuw en Asko|Schönberg. Bij harmonia mundi verschijnen vrijwel jaarlijks cd’s van het kamerkoor. De cd met koorwerken van Leoš Janá cek ˇ (2012) is bekroond
met de Edison Klassiek 2013. In 2014 zijn twee cd’s uitgebracht. De eerste cd, Stabat Mater van Francis Poulenc, ontving de Choc de l’Année 2014; de tweede, Warum ist das Licht gegeben dem Mühseligen? met bijzondere koorwerken van Johannes Brahms, heeft in 2015 de Preis der deutchen Schallplattenkritik gekregen. In het najaar van 2016 komt een cd uit met delen van de Kanon Pokajanen van Arvo Pärt. www.cappellaamsterdam.nl
Sopranen Andrea van Beek Martha Bosch Marijke van der Harst Maria Köpcke Margreet Rietveld Marjo van Someren Rachel Thompson Elma Timmers-Dekker Alten Sabine van der Heijden Luise Kimm Mieke van Laren Dorien Lievers Åsa Olsson Inga Schneider Suzanne Verburg Desirée Verlaan 22
Tenoren Ross Buddie Dolf Drabbels Jon Etxabe Arzuaga Mattijs Hoogendijk Johannes Klügling Adriaan De Koster João Paulo Moreira Diederik Rooker Bassen Erks Jan Dekker Jan Douwes Christoph Drescher Martijn de Graaf Bierbrauwer Jan Willem van der Hagen Kees Jan de Koning Pierre-Guy Le Gall White Bart Oenema
foto: Marco Borggreve
biografieĂŤn
23
VERWACHT
DO 24 NOV 2016
Serie cappella amsterdam Tenso european choir festival grote zaal / 20.15 uur
Cappella Amsterdam Again and Again
‘Mensen komen en mensen gaan, en de aarde draait maar door..‘, dit idee van tijdloosheid wordt bezongen in again van de vooraanstaande Amerikaanse componist David Lang én in de uitgebreide stamboom uit Josquins Liber generationis. Afwisselend en thematisch met elkaar verbonden, klinken verfijnde zettingen van deze twee componisten, met als hoogtepunt de wereldpremière van Langs lamentation; een compositie in opdracht van het Muziekgebouw met steun van AMMODO. PROGRAMMA: Georgi Sztojanov nieuw werk (wereldpremière) / David Lang evening morning day / where you go (Nederlandse première) / for love is strong / again (after ecclesiastes) / lamentation (wereldpremière) / Josquin des Prez In principio / Pulchra es / Liber generationis / Planxit autem David
24
Georgi Sztojanov
VERWACHT
ZA 26 NOV 2016
serie koren Tenso european choir festival grote zaal / 20.15 uur
Polski Chór Kameralny (Pools Kamerkoor) 1050
Het Pools Kamerkoor (Polski Chór Kameralny) uit Gdansk ´ presenteert in dit concert een bloemlezing uit het Poolse kamerkoorrepertoire. Het repertoire begint bij het Poolse riddergezang Ave Maria (Bogurodzica) uit de 13e eeuw en eindigt bij de jongste generatie Poolse componisten. De titel 1050 verwijst naar het symbolische jaartal waarin de Poolse Prins Mieszko I zich namens Polen liet dopen tot het christelijk geloof. PROGRAMMA: Anonimus Bogurodzica / Jerzy Liban z Legnicy Ortus de Polonia / Mikołaj Gomółka Psalm 29 Niescie ´ chwałe¸ , mocarze / Psalm 47 Kleszczmy re¸ koma / Wacław z Szamotuł Modlitwa, gdy dziatki spac´ ida¸ / Andrzej Hakenberger Veni dilecte mi à 8 / Vulnerasti cor meum à 12 / Nigra sum á 12 / Mikołaj Zielenski ´ Per Merita Sancti Adalberti / Ortus de Polonia / Magnificat / Henryk Mikołaj Górecki Veni Sancte Spiritus / Andrzej Koszewski Zdrowas´ Królewno Wyborna / Paweł Łukaszewski Nunc dimittis / Paweł Szymanski ´ In Paradisum / Krzysztof Penderecki O gloriosa virginum / Augustyn Bloch Anenaiki
25
Krzysztof Penderecki
VERWACHT
September
za 24 sep / 15.00 uur
zo 2 okt / 20.15 uur
do 15 sep / 20.15 uur
De IJ-Salon Vroeg of laat?
Nieuw Amsterdams Peil Russische zielen
wo 28 sep / 20.15 uur
Brodsky Quartet Concert en cd-presentatie integrale opname Sjostakovitsj
vr 16 sep / 20.30 uur / Kleine Zaal
Murcof, Dadub, Dubit + Reggy Van Oers Morph
Rosanne Philippens & friends I love Schubert
do 6 okt / 12.30 uur
Jacob Olie Trio Lunchconcert i.s.m. NMF
do 29 sep / 20.15 uur
za 17 sep / 20.15 uur / Bimhuis
Doelenkwartet Tussen stilte en materie
Morgenland Morgenland Festival
vr 30 sep / 20.15 uur
Nederlands Blazers Ensemble Stemmen uit het Oosten
zo 18 sep /15.00 uur
Ju Percussion Slagwerksensatie uit AziĂŤ
vr 7 okt / 20.15 uur
Oktober
Nederlandse Bachvereniging De vier jaargetijden
za 1 okt / 20.00-8.00 uur
za 8 okt / 20.15 uur
Merlijn Twaalfhoven Resonance night
Anoushka Shankar Land of Gold
zo 2 okt / 11.00 uur / Kleine Zaal
zo 9 okt / 15.00 uur
Maarten Havinga In de geest van Huygens
Nederlands Kamerkoor + Peter Phillips Nederlands Kamerkoor ontmoet Rob Wijnberg
Amsterdam Baroque Orchestra Favorieten van Bach di 20 sep / 20.30 uur
Jesu / Sun Kil Moon The Rest Is Noise wo 21 sep / 20.15 uur
Georg Nigl + Alexander Melnikov Rihm in het voetspoor van Schubert vr 23 sep / 20.15 uur
zo 2 okt / 15.00 uur
do 6 okt / 20.15 uur
Sabrina Starke Wat is het geheim van zingen? (8+)
Boris Giltburg Etudes van Skrjabin, Liszt en Rachmaninov 26
Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Muziekgebouw aan ‘t IJ / foto: Erik van Gurp
MUZIEKGEBOUW AAN ’T IJ Piet Heinkade 1 / 1019 BR Postbus 1122 / 1000 BC Amsterdam Kaartverkoop T 020 788 2000 ma t/m za 12.00 -18.00 uur Kantoor T 020 788 2010 F 020 788 2020 E post@muziekgebouw.nl Zakelijke evenementen T 020 788 2023
Restaurant Zouthaven bevindt zich op de begane grond van het Muziekgebouw. Voor een heerlijke start van uw concertavond. Openingstijden en reserveren www.zouthaven.nl of T 020 788 2090 WORD VRIEND Steun het Muziekgebouw al vanaf € 75 per jaar. Lees meer op : muziekgebouw.nl/steunons
PARTNERS De activiteiten van het Muziekgebouw aan ’t IJ komen tot stand door steun van:
Gelieve te zorgen dat uw mobiele telefoon uit staat tijdens het concert. Camerabeeld- en geluidsopnamen alleen toegestaan met toestemming vooraf.
Mediapartner:
Pauzedrankje (indien inbegrepen) serveren wij op tafels bij de uitgang van de zaal.
Druk binnenwerk:
EARLY BIRD TICKETS Voor jongeren tot 30 jaar, bijna alle concerten € 10. Wees snel: hoe eerder, hoe meer kans. Lees meer op: www.muziekgebouw.nl/earlybirds
Reserveren en openingstijden restaurant Zouthaven: www.zouthaven.nl. Centraal Station (10-15 min lopen) is met tram 26 bereikbaar tot 00.00 uur. Taxicentrale Amsterdam: T 020 677 7777. De Piet Heinparkeergarage onder Muziekgebouw aan ’t IJ is 24 uur per dag open. Informatie + online kaarten bestellen www.muziekgebouw.nl. Ook voor onze nieuwsbrief.
XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX XXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXXX