Vr 27 okt 2017 Grote Zaal 20.15 uur
Serie Grote Zangers
Matthias Goerne + Markus Hinterhäuser Schumann volgens Matthias Goerne Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale programmaboekje is een extra service ter voorbereiding op het concert. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie tijdens het concert te raadplegen via uw mobiele telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de andere concertbezoekers. Bij voorbaat dank.
Programma
Serie Grote Zangers Vr 27 okt 2017 Grote Zaal 20.15 - 21.25 uur
Matthias Goerne + Markus Hinterhäuser Schumann volgens Matthias Goerne Matthias Goerne bariton Markus Hinterhäuser piano
ca. 70 minuten zonder pauze
VOORPROGRAMMA Grote Zaal 19.30 - 19.45 uur Dominic Kraemer bariton Daan Boertien piano Gerald Finzi (1901 - 1956) Let us Garlands Bring Come Away Death Who is Sylvia Fear no more Mistress Mine It was a lover and his lass Ralph Vaughan Williams (1872 - 1958) Silent noon
Bent u niet vergeten uw mobiele telefoon uit te zetten? Dank u wel.
2
Programma
Robert Schumann (1810 - 1856) Uit Sechs Gedichte von N. Lenau und Requiem op. 90 (1850) ·· Meine Rose (nr. 2) ·· Kommen und Scheiden (nr. 3) ·· Die Sennin (nr. 4) ·· Einsamkeit (nr. 5) ·· Der schwere Abend (nr. 6) ·· Requiem (nr. 7)
Uit Sechs Gesänge op. 89 (1850) ·· Es stürmet am Abendhimmel (nr. 1) ·· Heimliches Verschwinden (nr. 2) ·· Herbstlied (nr. 3) ·· Abschied vom Walde (nr. 4) ·· Ins Freie (nr. 5) Abendlied op. 107 nr. 6 (1851 - 1852)
Variaties voor piano WoO.24 ‘Geistervariationen’ (1854) ·· Thema. Moderato ·· Var. I (ohne Bezeichnung) ·· Var. II Canonisch ·· Var. III Poco più mosso ·· Var IV (ohne Bezeichnung) ·· Var V (ohne Bezeichnung) Selectie van liederen Der Einsiedler op. 83 nr. 3 (1850) Uit Myrthen op. 25 (1840) ·· Die Lotusblume (nr. 7) ·· Du bist wie eine Blume (nr. 24) Der Himmel hat eine Träne geweint op. 37 nr. 1 (1840) Uit Myrthen op. 25 ·· Was will die einsame Träne (nr. 21) Mein schöner Stern op. 101 nr. 4 (1849) Nachtlied op. 96 nr. 1 (1850)
3
Welkom Normaal is dit welkom gericht aan u, publiek van Grote Zangers. In dit heel speciale geval wil ik ook Matthias Goerne, de beste zanger van de wereld, welkom heten. BBC Music Magazine, Gramophone én de Echo muziekprijs riepen hem uit tot de beste; alsof hij een Oscar, Golden Globe en Palme d’Or wint in één en hetzelfde jaar. De interessante vraag is natuurlijk: wat maakt Matthias Goerne de beste zanger van de wereld? De juryrapporten grossieren in algemeenheden, dus dacht ik zelf na over een antwoord. Er zijn drie dingen waar een beste zanger sowieso aan moet voldoen. Ten eerste heeft hij een prachtige stem, die direct herkenbaar is, ten tweede werkt hij met de beste dirigenten en orkesten ter wereld en tenslotte is een beste zanger beresterk, fysiek en mentaal. Er zijn meerdere zangers die aan deze drie eigenschappen voldoen, waarschijnlijk de meeste Grote Zangers wel, maar waarin onderscheidt Matthias Goerne zich dan specifiek? Ten eerste, denk ik, door zijn improvisatievermogen. Wie er was bij zijn optreden in september 2015 in het Muziekgebouw, herinnert zich dat hij tijdens Des Baches Wiegenlied uit Die schöne Müllerin van Schubert ging spelen met tijd, met stilte. Dat lied duurt doorgaans zes minuten, hij deed er twaalf minuten over. Het leek of hij de tijd stilzette. Pure improvisatie! Ten tweede zingt Goerne volkomen dramatisch. Dat wil zeggen: met het hele lichaam. Eén ademteug lijkt bij hem wel een container lucht te bevatten. Die gaat niet alleen naar zijn longen maar in zijn hele lijf zitten. Van kruin tot kleine teen, elke vezel in zijn lichaam doet mee om klank te produceren. Dat doen weinig hem na. Ten derde begrijpt Goerne misschien 4
wel als beste dat zang communicatie is die van ziel tot ziel gaat. Geen effectbejag, geen sierlijkheid, decorstukken en lichteffecten, dat heeft hij al helemaal niet nodig; hij lijkt zelfs nauwelijks oogcontact te zoeken met de zaal. Zijn focus lijkt volledig en die legt hij op aan u, aan het publiek. Hij zingt niet, hij ís zang. Zelden is concentratie bij het publiek alomvattender dan bij Goerne. Ik wens u een mooi concert. Ik hoop dat de concerten van Matthias Goerne net zo fijn worden als vorige keer en dat we de beste zanger van de wereld ook in de toekomst vaker zullen horen in Grote Zangers. Theo van den Bogaard Stichting Grote Zangers De serie Grote Zangers wordt georganiseerd i.s.m. Muziekgebouw aan ’t IJ
Toelichting ‘Het geluk over zijn na lange strijd gewonnen vrouw heeft hij uitgezongen in het uiterst vruchtbare liederjaar 1840.’ De auteur Caspar Höweler wist in zijn beroemde XYZ der Muziek van die zinnen te schrijven die je bijblijven. Zo ook weer hier, over Schumann, en je mag gerust zeggen dat hoewel de wetenschap en meer in het bijzonder de musicologie inmiddels zo’n 85 jaar verder is, deze woorden uit 1932 in essentie nog altijd bijzonder weinig vertekenend zijn. Ook in zijn meesterlijke Schumann-biografie uit 1997 kon John Daverio Schumanns ‘annus mirabilis’ 1840 nog steeds niet minder suggestief samenvatten dan als ‘Fierce Battles and Blissful Songs’. Een jaar om je als musicoloog en muziekgeïnteresseerde de vingers bij af te likken. De dan 30-jarige Schumann bevindt zich binnen een spannend krachtenveld. Het begon allemaal in 1830 toen hij in Leipzig ten huize van de pianopedagoog Friedrich Wieck zijn dochter Clara leerde kennen. Toen nog bijna een kind ontwikkelde Clara zich niet alleen tot fraaie jongedame maar ook tot pianiste van formaat. Dat had zowel Schumann als vader Wieck haarfijn door. De vader zag al een fortuin in zijn dochter – concerten en tournees door heel Europa – maar Robert zag de betekenis van Clara breder: ze zou én haar muzikale talenten ontwikkelen en optreden, plus dat ze zijn vrouw zou worden. Clara voelde ook veel voor hem, maar pa lag dwars. Hij zag Robert Schumann als een romantische jongen die het bepaald nog niet gemaakt had en bovendien mislukt was als pianist. Componeerde wat pianomuziek en schreef wel aardig. Misschien had dat kwaliteit – vanaf zijn Opus 1 componeerde Schumann meesterwerken en wat hij in zijn Neue Zeitschrift für Musik produceerde zou tot de beste muziekjournalistiek aller tijden gaan behoren – maar een stabiele bestaansbasis was het niet.
Gevolg: touwtrekken om Clara, tot in de rechtszaal. Robert mocht niet met Clara trouwen. Hij was arm, instabiel, hij dronk – dat laatste beweerde tenminste Wieck. Toen die drankzucht en allerlei onfraais dat hij zijn gevreesde aanstaande schoonzoon ten laste legde niet konden worden bewezen, was het na lange jaren toch zo ver. Wieck eiste nog wat financiële compensatie maar Clara en Robert togen op 12 september 1840 naar de dorpskerk van Schönefeld bij Leipzig en lieten hun huwelijk inzegenen. In hun woning aan de Inselstrasse 5 te Leipzig werd een klein jaar later hun verbintenis nog eens extra bezegeld met de geboorte van hun eerste kind, een dochter, Marie. In 1840 werd bij Schumann misschien wel de creatiefste bron aangeboord: die van het lied. Nog begin dat jaar, vóór hun huwelijk, begon het nadat hij nooit een lied van betekenis had geschreven en zijn laatste van alweer twaalf jaar terug dateerde. En het hield aan. ‘Ik heb nu meer dan genoeg liederen geschreven (ruim honderd)’, heet het in november, ‘maar ik kan niet ophouden.’ Of, lyrischer: ‘Ik zing mijzelf nog dood, als een nachtegaal.’ Wie de aanleiding was moge duidelijk zijn: ‘In mijn Liederkreis naar Eichendorff bevindt zich veel van jou’. 5
Toelichting
Een ware ‘Liederfrühing’; 130 stuks toen Schumann, precies een jaar na die gedenkwaardige dag in februari de liederenpen terzijde legde om zich nu met al zijn energie en bezetenheid op de symfonie te storten. Een van de grootste liedcomponisten ooit was geboren. Onder zijn liederen bevindt zich Schumanns beroemdste muziek. ‘Als er van alles wat Schumann schreef iets is dat terecht tot de wereldliteratuur is gaan behoren, dan zijn dat absoluut zijn liederen’, zou bijvoorbeeld Grieg schrijven. Zoals de cycli Frauenliebe und -Leben en Dichterliebe, de Liederkreise op. 24 en op. 39 en de Myrthen op. 25, waaruit vanavond een drietal. Elk van deze liederen is Schumann in miniatuur. Een lied als Die Lotusblume op. 25 nr. 7 openbaart je in één keer Schumanns hele karakter, persoonlijkheid, zijn hartstochten, verdriet, vreugden en extases.
De piano was te klein geworden voor Schumanns gedachten Totdat in 1840 plotseling de liederenkoorts de kop opstak, had Schumann alleen pianomuziek gepubliceerd. De pianist Alfred Brendel noemt Schumanns liederen daarom ‘voortzettingen van zijn karakterstukken voor piano’. Maar ze zijn meer. Voor Schumann was op zeker moment, zoals hij zei, ‘de piano te klein geworden voor mijn gedachten’. Een bevriende organist liet hij weten: ‘Uw opmerkingen over mijn pianomuziek doen me plezier. Waren er maar meer die mij zo 6
begrepen als ik heb bedoeld; ik hoop dat dit met mijn liederen beter lukt.’ Dit geschiedde. Toen hij Myrthen afhad, zei Schumann: ‘De Myrthen veroorloven zich absoluut een dieper inzicht in mijn intieme muzikale gevoelens’. Was de overvloed aan emoties de directe aanleiding tot de liederenexplosie, er waren ook wel praktische redenen. Schumann wilde zich bewijzen tegenover schoonvader Wieck. Die had sterk betwijfeld of dat componistje en schrijvertje wel een gezin zou kunnen onderhouden. Schumann richtte zich daarom op een geliefd muziekgenre. Het lied lag in die tijd van alle genres het best in de markt. Trots kon hij in december 1840 een mooie financiële balans laten zien: 240 thaler verdiend met de dat jaar gecomponeerde muziek; 330 thaler met reeds door uitgevers geaccepteerde manuscripten, et cetera. Schumann kon best praktisch zijn als dat nodig was. Bij vlagen, hoewel niet zó hevig, herleefde Schumanns liederenliefde ook na 1840 nog. Vooral als hij zich door de tekst gegrepen voelde, liet hij zich hier van zijn persoonlijkste kant zien. Verlengstukken van zijn emoties, zoals in 1840, en niet te vergeten ook pecuniair interessant (de Schumanns kregen zeven kinderen). In totaal schreef Schumann zo’n 250 liederen. Dit zorgvuldig opgebouwde programma toont zijn vroegste en vrijwel zijn laatste. Een lange tijdsperiode bestrijkt het echter niet: 1840-1852, ruim een decennium. Het accent ligt vandaag duidelijk op de late Schumann – vaak vergeten, nog vaker verguisd. Waar
Toelichting
de meeste zangers niet verder komen dan Dichterliebe of de Liederkreis op. 39, wordt nu een lans gebroken voor Opus 89 en 90. Ze omramen dit programma. Daartussen een veldboeket van enkele vroege Schumannliederen plus de Geistervariazionen voor piano die direct samenhangen met Schumanns grootste biografische crisis ooit. Sechs Gedichte und Requiem op. 90 Vooral in de Sechs Gedichte und Requiem toont Schumann zich bepaald niet de mindere van zijn vroegere zelf. Soms wordt echter gezegd dat de late Schumann niet zo goed meer is, sterker, je zou in zijn werk de symptomen van zijn ziekte direct terug vinden. Drammerige passages naast juist nogal vlakke: een weerspiegeling van zijn zielsziekte, die waarschijnlijk manischdepressiviteit was? Het valt niet altijd te ontkennen maar in het geval van Opus 90 leverden Schumanns psychische problemen misschien juist muziek op die nog dieper gaat dan zijn vroegere. De late liederen zullen nooit zo populair worden als die uit 1840, maar stem je erop af, dan is dit latere werk juist erg aangrijpend. Schumann betreedt regionen die hij eerder nog niet kón betreden. Het hart van de cyclus bestaat uit liederen over een verloren liefde die de dichter in toenemende mate verdrietig stemt. De gedichten van Nikolaus Lenau moesten Schumann wel aanspreken. Lenau was een verwante geest; de dichter werd, net
als Schumann, als veertiger krankzinnig. Schumann schreef op 5 augustus 1850 het slotlied Requiem in de veronderstelling dat Lenau al was overleden. Toen hij drie weken later, op 25 augustus, hoorde dat dat feitelijk pas op 22 augustus was geschied, zei hij lichtelijk geamuseerd door zijn ‘voorgevoel’: ‘Zonder dat ik het wist zong ik al een in memoriam voor de dichter.’ Precies die dag had hij het in de privékring ten gehore gebracht. Overigens is het niet op tekst van Lenau. Als ‘Altkatholisches Gedicht’ wordt het toegeschreven aan Heloïse, de minnares van de middeleeuwse filosoof Abelard. Net als Schumanns ‘grote’ Requiem op. 148, staat het heel opvallend in majeur. Geistervariazionen Met dit piano-intermezzo betreden we de finale fase van Schumanns oeuvre, en ook min of meer van zijn leven. 10 februari 1854: Schumann hoort een constant gesuis in zijn oren. Hoort ook complete composities, zoals het koraal Ein feste Burg ist unser Gott, ‘prachtig geharmoniseerd, gespeeld door een verre blaaskapel’. Een week later dicteren engelen hem een thema; of is het Schubert die zijn hand stuurt? De volgende ochtend zijn de engelen, of Schubert, veranderd in ‘tijgers en hyena’s’ die ‘afgrijselijke muziek zingen en me naar de hel willen slepen’. Tussen extase en gekte door componeert de zieke Schumann vijf variaties op het ‘gedicteerde’ thema. 26 februari: Als een bezetene werkend, badend in het zweet, schrijft Schumann de variaties 7
Toelichting
in het net; kort daarop smeekt hij in een inrichting te worden opgenomen. De volgende ochtend sluipt hij in alle vroegte het huis in Düsseldorf uit, rent naar de Rijn, de brug op en, halverwege, daar waar de rivier het diepst is, springt hij in het ijskoude water. Schumann wordt gered en opgenomen in een inrichting. Hij ziet Clara nooit meer. Psychische martelingen tot zijn dood op 29 juli 1856. De Variazionen, meestal Geistervariazionen genoemd, zijn zijn laatste werk, afgezien van onder andere onzinnige pianobegeleidingen bij Paganini’s vioolcaprices die in de inrichting ontstaan. Liederenselectie Het tweede blokje liederen toont Schumann nog in gelukkiger dagen. De bundel Myrthen – waaruit Die Lotosblume, Du bist wie eine Blume en Was will die einsame Träne – componeerde hij in dat prachtige Liederjahr. Myrthen droeg hij op ‘an meiner geliebter Braut’. Je voelt die liefde, op tekst van Schumanns favoriete dichter Heinrich Heine. Ook het Rückert-lied Der Himmel hat eine Träne geweinet op. 37 nr. 1 ontstond toen. Met Opus 37 sloot Schumann het grote Liederjahr af. Het viert bovendien het gezamenlijke geluk van Robert en Clara op een bijzondere manier: ze componeerden dit opus samen. Clara was behalve pianiste een begaafd componiste en het is mooi dat Schumann haar deze kans tot publicatie bood in een tijd dat het verschijnsel ‘componerende vrouw’ zachtgezegd niet in de mode was. De bundel bevatte negen liederen van Schumann en drie van Clara. 8
Mein schöner Stern, ook op tekst van Rückert, maakt deel uit van het Minnespiel op. 101, een zogenoemd Liederspiel. Deze vorm – een combinatie van toneelstuk en lied – was toen eigenlijk al teloor gegaan. De liederen uit Opus 83 en 96 (beide uit 1850) laten zien dat Schumann, zoon van een boekhandelaar, een groot literatuurkenner was. Eichendorff en Goethe tekenden voor de tekst. Eerstgenoemde zette Schumann veel op muziek maar de tweede relatief weinig. Sechs Gesänge op. 89 1840 mocht dan Schumanns ‘Liederjahr’ zijn, sommigen vinden 1850 een goede tweede. Druk als het was met het componeren van het oratorium Das Paradies und die Peri, de voorbereidingen en uitvoeringen van de opera Genoveva en, als bekroning, het ontstaan van de Rheinische symfonie – plus een verhuizing – vond Schumann toch nog tijd om talloze gedichten te vertonen. We hoorden al Opus 90 en enkele uit Opus 83 en 96. Snel ontstond ook het zestal Opus 89 op tekst van Wielfried von der Neun, pseudonym van F.W.T. Schöpf – niet de beste dichter die de literaire fijnproever Schumann koos. Op 10 mei 1850 begon hij eraan en ze waren alweer af toen hij op 18 mei zijn koffers pakte en afreisde naar Leipzig voor de eerste repetities van Genoveva. Tekst toelichting: Stephen Westra
Liedteksten Robert Schumann Uit 6 Gedichte van Nikolaus Lenau op. 90 Tekst: Nikolaus Lenau (1802 - 1850)
Meine Rose De mooie roos, geknikt en verbleekt door de zon, geef ik water. Aan jou, roos van mijn hart, krom en bleek door het lijden, zou ik graag mijn ziel geven, maar ik zou je helaas niet zien opbloeien. Dem holden Lenzgeschmeide, Der Rose, meiner Freude, Die schon gebeugt und blasser Vom heißen Strahl der Sonnen, Reich‘ ich den Becher Wasser Aus dunklem, tiefem Bronnen. Du Rose meines Herzens! Vom stillen Strahl des Schmerzens Bist du gebeugt und blasser; Ich möchte dir zu Füßen, Wie dieser Blume Wasser, Still meine Seele gießen! Könnt‘ ich dann auch nicht sehen Dich freudig auferstehen. Kommen und scheiden Als zij kwam, was haar beeld lieflijk als het eerste groen. Wat ze zei, klonk als het eerste lentelied. Toen zij vaarwel wuifde leek het alsof mijn laatste jongensdroom verdween.
So oft sie kam, erschien mir die Gestalt So lieblich wie das erste Grün im Wald. Und was sie sprach, drang mir zum Herzen ein Süß wie des Frühlings erstes Lied. Und als Lebwohl sie winkte mit der Hand, War‘s, ob der letzte Jugendtraum mir schwand. Die Sennin Mooie herderin, luister hoe jouw gezang wordt doorgegeven door de rotsen. Eens echter zul je vertrekken en treurig zullen de grauwe rotstoppen aan jouw liederen denken. Schöne Sennin, noch einmal Singe deinen Ruf in’s Thal, Daß die frohe Felsensprache Deinem hellen Ruf erwache. Horch, o Sennin, wie dein Sang In die Brust den Bergen drang, Wie dein Wort die Felsenseelen Freudig fort und fort erzählen! Aber einst, wie Alles flieht, Scheidest du mit deinem Lied, Wenn dich Liebe fortbewogen, Oder dich der Tod entzogen. Und verlassen werden stehn, Traurig stumm herübersehn Dort die grauen Felsenzinnen Und auf deine Lieder sinnen. 9
Liedteksten
Einsamkeit
Der schwere Abend
Donkere sparren, zachtjes klaagt de bron... Hart, dit is de juiste plek voor jouw weeklagen. Klaag maar, hier gaat stil de geest van de liefde. Jouw tranen gaan niet verloren in het mos; God begrijpt jouw liefde.
De donkere wolken hingen laag, terwijl wij treurig door de tuin gingen. Net als onze liefde was de nacht heet, stil en somber. Toen ik jou verliet wenste ik ons de dood toe.
Wildverwachs‘ne dunkle Fichten, Leise klagt die Quelle fort; Herz, das ist der rechte Ort Für dein schmerzliches Verzichten! Grauer Vogel in den Zweigen, Einsam deine Klage singt, Und auf deine Frage bringt Antwort nicht des Waldes Schweigen. Wenn‘s auch immer Schweigen bliebe, Klage, klage fort; es weht, Der dich höret und versteht, Stille hier der Geist der Liebe. Nicht verloren hier im Moose, Herz, dein heimlich Weinen geht, Deine Liebe Gott versteht, Deine tiefe, hoffnungslose!
Die dunklen Wolken hingen Herab so bang und schwer, Wir beide traurig gingen Im Garten hin und her. So heiß und stumm, so trübe Und sternlos war die Nacht, So ganz wie unsre Liebe Zu Tränen nur gemacht. Und als ich mußte scheiden Und gute Nacht dir bot, Wünscht‘ ich bekümmert beiden Im Herzen uns den Tod. Requiem Rust van ’t smartelijk vermoeien en van ’t vurig liefdesgloeien! Degene die naar het gelukzalige samenzijn terug bleef verlangen, ging het huis van de Heiland binnen. Hoor je? Jubelzang klinkt, vreugdetonen waarin de engelenharp klinkt. Ruh‘ von schmerzensreichen Mühen Aus und heißem Liebesglühen; Der nach seligem Verein Trug Verlangen, Ist gegangen Zu des Heilands Wohnung ein.
10
Liedteksten
Dem Gerechten leuchten helle Sterne in des Grabes Zelle, Ihm, der selbst als Stern der Nacht Wird erscheinen, Wenn er seinen Herrn erschaut im Himmelspracht.
Die Jahre wie die Wolken gehn Und lassen mich hier einsam stehn, Die Welt hat mich vergessen, Da tratst du wunderbar zu mir, Wenn ich beim Waldesrauschen hier Gedankenvoll gesessen.
Seid Fürsprecher, heil‘ge Seelen, Heil‘ger Geist, laß Trost nicht fehlen; Hörst du? Jubelsang erklingt, Feiertöne, Darein die schöne Engelsharfe singt:
O Trost der Welt, du stille Nacht! Der Tag hat mich so müd‘ gemacht, Das weite Meer schon dunkelt, Laß ausruhn mich von Lust und Not, Bis daß das ew‘ge Morgenrot Den stillen Wald durchfunkelt.
Ruh‘ von schmerzenreichen Mühen Aus und heißem Liebesglühen; Der nach seligem Verein Trug Verlangen, Ist gegangen Zu des Heilands Wohnung ein. Der Einsiedler Tekst: Josef Karl Benedikt von Eichendorff (1788 - 1857)
Kom, troost van de wereld, stille nacht! De jaren gaan als wolken voorbij en laten mij eenzaam achter, zittend in het ruisend bos. De dag heeft mij moe gemaakt. Laat mij uitrusten van lust en nood tot het morgenrood weer flonkert. Komm, Trost der Welt, du stille Nacht! Wie steigst du von den Bergen sacht, Die Lüfte alle schlafen, Ein Schiffer nur noch, wandermüd‘, Singt übers Meer sein Abendlied Zu Gottes Lob im Hafen.
Die Lotusblume Tekst: Heinrich Heine (1797 - 1856)
De lotusbloem vreest de zon. De maan is haar minaar, voor hem bloeit ze. Ze geurt en weent en huivert van liefde en liefdessmart. Die Lotosblume ängstigt Sich vor der Sonne Pracht Und mit gesenktem Haupte Erwartet sie träumend die Nacht. Der Mond, der ist ihr Buhle Er weckt sie mit seinem Licht, Und ihm entschleiert sie freundlich Ihr frommes Blumengesicht, Sie blüht und glüht und leuchtet Und starret stumm in die Höh‘; Sie duftet und weinet und zittert Vor Liebe und Liebesweh.
11
Liedteksten
Du bist wie eine Blume
Was will die einsame Träne
Tekst: Heinrich Heine
Tekst: Heinrich Heine
Je bent als een bloem, zo lief en mooi en zuiver. Ik kijk naar je met weemoed en bid dat God je zo behoudt.
Wat wil de eenzame traan? Ze bleef achter in mijn oog. Haar glinsterende zussen zijn vervlogen met mijn ellende en vreugde, evenals de blauwe ogenpracht. Ook mijn liefde vervloog als een zucht. Vervlieg nu ook maar, oude, eenzame traan.
Du bist wie eine Blume so hold und schön und rein; ich schau‘ dich an, und Wehmut schleicht mir ins Herz hinein. Mir ist, als ob ich die Hände aufs Haupt dir legen sollt‘, betend, daß Gott dich erhalte so rein und schön und hold. Der Himmel hat eine Träne geweint Tekst: Friedrich Rückert (1788 - 1866)
De hemel had een traan geschreid in de zee. De mossel kwam en sloot haar in als een parel, die ik bemin. Ik zal rein van gemoed waken over jou, mijn hemeltraan in mijn borst. Der Himmel hat eine Thräne geweint, Die hat sich in‘s Meer zu verlieren gemeint. Die Muschel kam und schloß sie ein: Du sollst nun meine Perle sein. Du sollst nicht vor den Wogen zagen, Ich will hindurch dich ruhig tragen. O du mein Schmerz, du meine Lust, Du Himmelsträn‘ in meiner Brust! Gieb, Himmel, daß ich in reinem Gemüthe Den reinsten deiner Tropfen hüte.
12
Was will die einsame Träne? Sie trübt mir ja den Blick. Sie blieb aus alten Zeiten In meinem Auge zurück. Sie hatte viel leuchtende Schwestern, Die alle zerflossen sind, Mit meinen Qualen und Freuden Zerflossen in Nacht und Wind. Wie Nebel sind auch zerflossen Die blauen Sternelein, Die mir jene Freuden und Qualen Gelächelt ins Herz hinein. Ach, meine Liebe selber Zerfloß wie eitel Hauch! Du alte, einsame Träne, Zerfließe jetzunder auch!
Liedteksten
Mein schöner Stern Tekst: Friedrich Rückert
Mijn mooie ster, laat niet je helder licht vertroebelen door de mist in mij. Zink niet omlaag naar de aarde, maar til mij naar de hemel waar jij al staat. Mein schöner Stern! ich bitte dich, O lasse du dein heitres Licht Nicht trüben durch den Dampf in mir, Vielmehr den Dampf in mir zu Licht, Mein schöner Stern, verklären hilf! Mein schöner Stern! ich bitte dich, Nicht senk‘ herab zur Erde dich, Weil du mich noch hier unten siehst, Heb‘ auf vielmehr zum Himmel mich, Mein schöner Stern, wo du schon bist! Nachtlied Tekst: Johann Wolfgang von Goethe (1749 - 1832)
Boven alle bergen is rust, de vogels zwijgen in het bos. Wacht maar, straks rust jij ook! Über allen Gipfeln ist Ruh, in allen Wipfeln spürest du kaum einen Hauch; die Vögelein schweigen im Walde, warte nur, balde ruhest du auch!
Uit Sechs Gesänge von Wilfried von der Neun Tekst: Friedrich Wilhelm Traugott Schöpff (1826 - 1916)
Es stürmet am Abendhimmel Het stormt aan de avondhemel. Een wolk strekt haar armen uit, gloeiend van purperen liefde. Dan wordt de wolk meegenomen door de storm; het purper verdween en zwart bleef achter. Es stürmet am Abendhimmel, Es zittert der Sonne Licht, Im Äther die eine Wolke Von Lust und Lieb‘ ihr spricht. Die Wolke, vom Sturm gezogen, Dehnt weit die Arme aus, Sie glüht im Purpur der Liebe Und wirbt im Sturmgebraus. Da scheidet die Braut von dannen, Die Wolke der Sturm entrafft; Der Purpur ist all verschwunden, Schwarz ist sie und grausenhaft.
13
Liedteksten
Heimliches Verschwinden
Herbstlied
's Nachts kust de lente dat wat bloeit en verdwijnt stilletjes. Maar de mensen zeggen dat de lente voorbij is en het zomer is. Het verdwijnen van de lente doet net zo‘n pijn als het vertrek van de eerste liefde zonder afscheid.
Door de dennen en de linden schijnt al purper, snel zal het herfst zijn. Uitgedoofd is de zon, maar een genot zijn de grijze toppen vol kleurenpracht.
Nachts zu unbekannter Stunde Flieht der liebe Lenz die Flur, Küßt, was blüht, still in der Runde Und verschwindet sonder Spur. Rings von seinen Küssen prangen Früh die Blumen hold verschämt, Daß an ihrem Mund zu hangen, Schmetterling sich nicht bezähmt. Doch die Leute draußen sagen, Daß der Lenz vorüber sei; Und an wetterheißen Tagen Kennt man Sommers Tyrannei. Und wir denken dran beklommen, Daß der Lenz so heimlich floh; Daß er Abschied nicht genommen, Ach! das läßt uns nimmer froh. Also schmerzt es, geht das erste Lieb ohn‘ Abschied von uns fort. Ruhig trügen wir das Schwerste, Spräch‘ sie aus das Scheidewort.
14
Durch die Tannen und die Linden Spinnt schon Purpur her und hin; Will mich Wehmut überwinden, Daß ich bald im Herbste bin. Nimmer! denn vom Walde klingen Märlein mir und Sprüchelein, Die mir süße Tröstung bringen Ob erstorbnem Sonnenschein. Ja, erstorben ist die Sonne Und ihr Strahl ist ohne Macht! Dennoch spricht von ferner Wonne Greiser Wipfel Farbenpracht. Abschied vom Walde De wandelaar neemt afscheid van het stervende woud: ‘Wat was je mij snel lief, goed kende ik jouw spraak en zang. Maar jouw herfstig ruisen en gebulder hoef ik niet.’ Nun scheidet vom sterbenden Walde Der Wandrer mit Herz und Mund: ‚Wie wardst du mir lieb so balde, Was sangst du mir vor allstund! Wohl wußt‘ ich deine Sprache, Wohl kannt‘ ich deinen Sang, Und will‘s an manchem Tage Nachsingen trüb und bang.
Liedteksten
Doch nun, o Wald, dein Rauschen, Dein Brausen laß mir sein! Nicht alles mag ich tauschen Für Herbstes Melodein!‘ Ins Freie Ik voel me zo beklemd. In mijn hart galmen liederen. Vanuit donkere krochten vlieg ik naar buiten. Daar fladdert uit wijde borst het verlangen naar levenslust. Mir ist‘s so eng allüberall! Es schlägt das Herz mit lautem Schall, Und was da schallt, sind Lieder! Aus düstrer Mauern bangem Ring Flieg‘ ich ins Weite froh und flink: Da atm‘ ich Wonne wieder! Da flattert aus der offnen Brust Die Sehnsucht nach verrauschter Lust Und nach gehoffter Wonne: Die Winde tragen‘s himmelan, Die Gräslein geben Fürbitt‘ dran, Sich neigend in der Sonne.
Abendlied Tekst: Gottfried Kinkel (1815 - 1882)
Het is zo stil geworden. De duisternis valt. De sterren staan aan de hemel en leiden de gouden wagen. Werp af, hart, wat je pijn doet en bang maakt. Es ist so still geworden, Verrauscht des Abends Wehn, Nun hört man aller Orten Der Engel Füße gehn, Rings in die Tiefe senket Sich Finsterniß mit Macht – Wirf ab, Herz, was dich kränket Und was dir bange macht! Nun stehn im Himmelskreise Die Stern’ in Majestät; In gleichem festem Gleise Der goldne Wagen geht. Und gleich den Sternen lenket Er deinen Weg durch Nacht – Wirf ab, Herz, was dich kränket, Und was dir bange macht!
Mir ist‘s so eng allüberall! Es schlägt das Herz mit lautem Schall, Und was da schallt, sind Lieder! Aus düstrer Mauern bangem Ring Flieg‘ ich ins Weite froh und flink: Da atm‘ ich Wonne wieder, Da atm‘ ich Wonne wieder; Es schlägt das Herz mit lautem Schall, Und was da schallt, sind Lieder!
15
Biografieën Componist Robert Schumann Robert Schumann (1810 ‑ 1856) was onder invloed van zijn vader in zijn jeugd vooral een gepassioneerde lezer van literatuur en poëzie. Piano speelde hij vanaf zesde jaar, en in zijn gymnasiumtijd begon hij te componeren, aanvankelijk vooral voor zijn eigen instrument. Tijdens zijn pianostudie bij Friedrich Wieck forceerde hij zijn linkerhand en moest hij zijn droom om pianovirtuoos te worden opgeven. Voor de dochter van Wieck, de jonge pianiste Clara, vatte hij een grote liefde op die volledig werd beantwoord maar door de vader werd gedwarsboomd. Geniale pianowerken ontstonden in die tijd, maar in 1840, het jaar waarin Robert en Clara ten slotte toch trouwden, kwam een kentering. Hij schreef nu haast alleen nog liedcomposities, in 1840 alleen al 140 van de in totaal 260 liederen die hij 16
zou componeren. Daarna kwamen de andere genres aan bod: symfonieën, kamermuziek en één voltooide opera. Als dirigent en conservatoriumleraar in Leipzig was Schumann niet succesvol aangezien het steeds moeilijker voor hem werd om te communiceren met de medemens. Een als jonge man opgelopen syfilisinfectie maakte dat hij aan depressieve aanvallen leed en ‘stemmen’ hoorde. Na een zelfmoordpoging belandde hij in de kliniek van Endenich bij Bonn. Daar leefde hij nog enkele jaren in volledige afzondering, tot hij in 1856 stierf.
BiografieĂŤn
17
Biografieën
Uitvoerenden Matthias Goerne Bariton Bariton Matthias Goerne werd geboren in Weimar en ging in de leer bij HansJoachim Beyer, Elisabeth Schwarzkopf en Dietrich Fischer-Dieskau. Als een van de meest gewilde zangers van zijn generatie, is hij regelmatig te gast op prestigieuze festivals en in grote concertzalen over de hele wereld. In 2017 werd Goerne uitgeroepen tot ‘Sänger des Jahres’ door Echo Klassik en was hij winnaar van de Vocal awards van BBC Music Magazine en Gramophone. Voor zijn opnames ontving hij onder andere vier Grammynominaties, een ICMA-prijs, en de Diapason d’or arte. Na legendarische opnames met Vladimir Ashkenazy and Alfred Brendel voor het label Universal Music, voltooide hij onlangs een serie Schubert-liederen op twaalf 18
cd’s voor Harmoni Mundi. Zijn laatste opnames van Brahms-liederen met pianist Christoph Eschenbach en Mahler-liederen met de BBC Symphony kregen lovende kritieken. Goerne treedt ook regelmatig op in de opera sinds zijn debuut in 1997 bij de Salzburger Festspiele als Papageno in Mozarts Zauberflöte. Vorig seizoen maakte hij zijn debuut als Jochaan (Salome) in de Wiener Staatsoper. Afgelopen zomer zong hij de titelrol van de opera Wozzeck op het Salzburger Festival. Van 2001 tot en met 2005 gaf Goerne zangles op de Robert Schumann Akademie in Düsseldorf. Matthias Goerne is erelid van de Royal Academy of Music in Londen.
BiografieĂŤn
19
Biografieën
Markus Hinterhäuser Piano Markus Hinterhäuser (1958) werd geboren in La Spezia, Italië. Hij studeerde piano aan het Weens conservatorium en aan het Mozarteum in Salzburg, en volgde masterclasses van Elisabeth Leonskaja en Oleg Maisenberg. Hinterhäuser speelde in grote zalen als Carnegie Hall in New York, de Musikverein in Wenen en La Scala in Milaan. Tot de festivals waar hij optrad behoren het Parijse Festival d’Automne, de Schubertiade in Hohenems, Wien Modern, het Lucerne Festival en het Holland Festival (2003). Vele jaren begeleidde Hinterhäuser mezzosopraan Brigitte Fassbaender. De afgelopen twee jaar reisde hij met Matthias Goerne de wereld rond voor een uitvoering van Schuberts Winterreise in samenwerking met de Zuid-Afrikaanse kunstenaar William Kentridge. De laatste jaren ging zijn belangstelling 20
uit naar de hedendaagse muziek van Luigi Nono, Karlheinz Stockhausen, Morton Feldman en György Ligeti. Met Tomas ZierhoferKin richtte hij Zeitfluss op, een serie die tussen 1993 en 2001 deel uitmaakte van de Salzburger Festspiele. Hij was eveneens artistiek leider van het project Zeit-Zone in de Wiener Festwochen. In 2011 en 2012 was Hinterhäuser artistiek directeur van de Osterfestspiele Salzburg. Van 2014 tot 2016 was hij algemeen directeur van de Wiener Festwochen, en vanaf 2016 is hij intendant van de Salzburger Festspiele.
BiografieĂŤn
foto: picture alliance/Robert Newald
21
Biografieën
Dominic Kraemer Bariton
foto: Joseph Ford Thompson
Dominic Kraemer studeerde aan de Royal Academy of Music in Londen en aan de St. John’s College in Cambridge, waar hij als choral scholar deel uitmaakte van St John’s wereldberoemde koor. Hij verhuisde naar Nederland in 2014 voor de Dutch National Opera Academy. Afgelopen seizoen maakte Dominic zijn debuut bij De Nationale Opera als Prince 22
Saud al-Faisal in Mohammed Fairouz’ nieuwe opera The New Prince. Hij nam in Engeland deel aan de Young Artist Programmes van Garsington Opera en Opera Holland Park, en doorliep in Nederland verschillende trajecten van DNO talent. Daarnaast werkte hij voor de Bayerischer Staatsoper en Festival d’Aix-en-Provence. Volgend seizoen zingt hij voor de Münchener Biennale een nieuwe rol in een opera van Ondřej Adámek. Dominics recente concerthoogtepunten zijn onder meer een recital op het Harrogate International Festival, Serenade to Music in The Barbican, Chief Bandit in Don Quichotte in de Queen Elizabeth Hall, een optreden als baritonsolist op het London Handel Festival, solo’s in Cantata Evensong met muziek van Bach en tijdgenoten op het St. John’s College, Cambridge met het Orchestra of the Age of Enlightenment en een Bachprogramma met Collegium Musicum Bergen, Noorwegen.
Biografieën
Daan Boertien Piano
foto: Marco Borggreve
Daan Boertien is een Nederlandse concertpianist die zich heeft gespecialiseerd in liedbegeleiding. In 2010 was Daan Boertien prijswinnaar van het Prinses Christinaconcours en in 2011 ontving hij tijdens het Peter de Grote Festival in Groningen een Honorary Award for Outstanding Musicianship. In 2015 ontving hij de ‘Kunst aan de Dijk Prijs voor Jong Talent’.
Daan studeerde bij David Kuyken aan het Conservatorium van Amsterdam, waar hij zowel zijn bachelor- als masterdiploma behaalde. Momenteel studeert hij Liedgestaltung aan de Hochschule für Musik und Theater Hamburg, bij de Duitse liedspecialist Burkhard Kehring. Hiervoor ontving hij een beurs van het Prins Bernhard Cultuurfonds en de Oscar und Vera Ritter-Stiftung Hamburg. De afgelopen jaren werkte Daan samen met zangers als Maarten Koningsberger, Maria Riccarda Wesseling, Marc Pantus en André Morsch. Samen met bariton Raoul Steffani staat Daan Boertien in de finale van Dutch Classical Talent 17/18, die plaatsvindt in TivoliVredenburg op 29 april 2018.
23
Grote Zangers De serie Grote Zangers is een samenwerking tussen Muziekgebouw aan ’t IJ en stichting Grote Zangers.
Serie Grote Zangers De Serie heeft als oogmerk het naar Nederland brengen van de wereldwijde top van klassieke (Lied)Zangers voor 6 toonaangevende concerten per jaar. Wij programmeren de serie in het Muziekgebouw sinds seizoen 2010-2011. Ervaringstraject Grote Zangers Het creëren van podia voor jonge startende zangers hoort bij onze stichtingsdoelen. Grote Zangers selecteert ieder seizoen 6 zangers uit de top van jong zangtalent. Grote Zangers organiseert voor deze zangers precies dát waar een groot tekort aan bestaat: speelbeurten voor soloconcerten. Vaste onderdelen van het traject zijn een Voorprogramma bij onze serie en een full recital in de vorm van een huisconcert. De musici worden gehonoreerd uit Vriendenbijdragen en andere fondsen die wij werven voor dit educatietraject. Een derde programmadeel is momenteel in ontwikkeling. Vrienden Grote Zangers Grote Zangers kent een actieve Vriendenclub. Vrienden wonen dikwijls 24
huisconcerten bij. Er is één keer per jaar een exclusief en bijzonder evenement. Huisconcerten Grote Zangers Huisconcerten vinden plaats in panden met hoge plafonds te Amsterdam. Liefhebbers van Grote Zangers stellen hun huizen ter beschikking om jong toptalent een kans te geven om zich in een soloconcert te presenteren. Een concert duurt ca. 60 minuten, na afloop krijgen gasten een glas wijn aangeboden. De toegang is op uitnodiging. Heeft u interesse een huisconcert bij te wonen? Laat het ons weten via vrienden@grotezangers.nl Partners Muziekgebouw aan ’t IJ; Co-producent serie Grote Zangers De Nationale Opera; Samenwerking Educatietraject Alferink Artists Management; Vocale adviezen Grote Zangers Theo van den Bogaard, directeur Lia van der Steen, communicatie Rozemarijn Tiben, productie Leo Spigt, mecenaat Contact Stichting Grote Zangers Herengracht 458, 1017 CA Amsterdam t 020 6643151 info@grotezangers.nl Volg ons op www.grotezangers.nl
Verwacht
Serie Grote Zangers Vr 1 dec 2017 Grote Zaal 20.15 uur
Dorothea Röschmann + Malcolm Martineau De dramatische kant van Dorothea Röschmann De Duitse Dorothea Röschmann is een lyrische sopraan die zich doorontwikkelde naar het dramatische repertoire. In dit concert schittert ze nu in de geliefde liederen van Mahler en Wagner. Met haar warme, romige en ronde stem kruipt ze vanaf de eerste noot onder de huid van de luisteraar. Ze wordt begeleid op piano door Malcolm Martineau, de top onder de liedbegeleiders. Dorothea Röschmann was in de jaren negentig van de vorige eeuw vooral een lichte lyrische sopraan. Daarom stonden oude-muziekspecialisten als Nikolaus Harnoncourt en Ton Koopman in de rij om met haar te werken. Nu staan de grote dirigenten en operahuizen te dringen om haar te contracteren voor zwaardere dramatische rollen in opera’s van Verdi (Otello) en Janáček (Jenůfa). Met de extra diepte in haar stem is Röschmann uitgegroeid tot een van de grote liedzangeressen van deze tijd.
Dorothea Röschmann
Programma: Franz Schubert Mignon Lieder / Gustav Mahler Rückert-Lieder / Robert Schumann Maria Stuart Lieder / Richard Wagner Wesendonck-Lieder 25
Verwacht
Oktober za 28 okt / 20.15 uur Ralph van Raat Tan Dun: water en vuur za 28 okt / 20.30 uur / BIMHUIS Ex Eye Colin Stetson, Greg Fox, Toby Summerfield, Shahzad Ismaily zo 29 okt / 15.00 uur Renadi Santoso Wat is het geheim van gamelan? (8+)
November do 2 nov / 20.15 uur Ensemble intercontemporain + 33 1/3 Collective No More Masterpieces vr 3 nov / 20.15 uur Cappella Amsterdam Boetepsalmen - Het grootse gebaar van Schnittke za 4 nov / 20.15 uur Calefax + Liza Ferschtman Ideale partners 26
di 7 nov / 20.30 uur The Residents In Between Dreams wo 8 nov / 20.15 uur Alina Ibragimova + Il Pomo d’Oro Focus op de jonge Mendelssohn do 9 nov / 20.15 uur Ives Ensemble Kreupele symmetrie vr 10 nov / 20.15 uur Cello Biënnale Amsterdam 2018 Sneak Preview za 11 nov / 20.15 uur Leif Ove Andsnes Idyll und Abgrund zo 12 nov / 15.00 uur Nederlandse Bachvereniging Jephte & Mirjams Siegesgesang zo 12 nov / 20.15 uur Taksim Trio Ahi di 14 nov / 20.15 uur Kayhan Kalhor + Ali Bahrami Fard Koerdische en Perzische composities
wo 15 nov / 20.00 uur / Paradiso Muziekgebouw aan ’t IJ presenteert: Nederlands Blazers Ensemble Oost West Thuis niet Best wo 15 nov / 20.15 uur graindelavoix Cipriano de Rore: portrait of the artist as a starved dog do 16 nov / 20.15 uur Lunchconcert Ism Conservatorium van Amsterdam do 16 nov / 20.15 uur Amsterdam Sinfonietta + Slagwerk Den Haag + Lucas en Arthur Jussen Snaren, toetsen en stokken
Huil van de Wolff Elke 22e van de maand klinkt om 20.00 uur het geluidsmonument Huil van de Wolff. Martijn Padding componeerde deze interactieve geluidsinstallatie ter herinnering aan oprichter van het Muziekgebouw Jan Wolff (1941 - 2012). Zie voor meer informatie muziekgebouw.nl/ huilvandewolff Geheimtips Bijzondere concerten
Foto: Erik van Gurp
Restaurant Zouthaven Kom voor het concert eten in restaurant Zouthaven. Reserveren: 020 788 2090 of zouthaven.nl
Rondom het concert - Na aanvang van het concert heeft u geen toegang meer tot de zaal. - Zet uw mobiele telefoon uit voor aanvang van het concert. - Het maken van beeld- of geluidsopnamen in de zaal alleen met schriftelijke toestemming. - Algemene Bezoekersvoorwaarden zijn na te lezen op muziekgebouw.nl
Bij de prijs inbegrepen Reververingskosten en garderobe zijn bij de kaartprijs inbegrepen. Ook een pauzedrankje, tenzij anders vermeld op uw concertkaartje. Bij concerten zonder pauze staan drankjes klaar na afloop van het concert.
Steun het Muziekgebouw Inkomsten uit kaartverkoop dekken ten dele onze kosten. Word vriend of doneer: met uw extra steun kunnen we concerten op het hoogste niveau blijven organiseren. Meer informatie: muziekgebouw.nl/steunons
Op de hoogte blijven? Blijf op de hoogte van nieuw geboekte concerten of ander nieuws. Volg ons via onze e-nieuwsbrief (aanmelden op muziekgebouw.nl), Facebook, Twitter of Instagram. Dank! Wij kunnen niet zonder de steun van onze vaste subsidiĂŤnten en Vrienden van het Muziekgebouw. Wij zijn hen daarvoor zeer erkentelijk.
Druk binnenwerk
27