Za 29 sep 2018 Grote Zaal 20.15 uur
Serie Strijkkwartetten
Arditti Quartet Première Birtwistle
Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale programmaboekje is een extra service ter voorbereiding op het concert. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie tijdens het concert te raadplegen via uw mobiele telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de andere concertbezoekers. Bij voorbaat dank.
Programma
Serie Strijkkwartetten Za 29 sep 2018 Grote Zaal 20.15 - 22.00 uur
Arditti Quartet Première Birtwistle Arditti Quartet: Irvine Arditti viool Ashot Sarkissjan viool Ralf Ehlers altviool Lucas Fels cello
ca. 55 minuten voor de pauze ca. 30 minuten na de pauze
VOORPROGRAMMA Entreehal 19.45 - 20.00 uur Mauna Ensemble: Daniel Leenders viool Ana Cunha Brandão viool Daniel Silva altviool Dominika Kaczmarczyk cello Joseph Haydn (1732 - 1809) Strijkkwartet op.33 no.3 in C ‘The Bird’ I Allegro moderato II Scherzo: Allegretto IV Rondo: Presto
Bent u niet vergeten uw mobiele telefoon uit te zetten? Dank u wel.
2
Programma
Alban Berg (1885 - 1935) Strijkkwartet op. 3 (1910) ·· Langsam ·· Massige Viertel Anton Webern (1883 - 1945) Fünf Sätze op. 5 (1909) ·· Heftig bewegt ·· Sehr langsam ·· Sehr bewegt ·· Sehr langsam ·· In zarter bewegung Brian Ferneyhough (1943) Strijkkwartet nr. 3 (1987) ·· I ·· II Pauze Harrison Birtwistle (1934) The Silk Houses Sequences (2015; Nederlandse première)
3
Toelichting Al sinds de middeleeuwen bewandelt de Engelse muziek een eigen pad dat deels afwijkt van alles wat er op het vasteland van Europa gebeurt. Of het nu gaat om de middeleeuwse koorwerken van John Dunstaple, de luitliederen die John Dowland in de vroege renaissance schreef, de orkestpartituren van Ralph Vaughan-Williams en Edward Elgar of de werken van Benjamin Britten, steeds is de Engelse tongval duidelijk waarneembaar. Toch is de invloed van de muziek van het Europese vasteland altijd groot geweest. De middeleeuwse Engelse koormuziek en de renaissanceliederen van Dowland en consorten konden niet bestaan zonder de Franco-Vlaamse school, de muziek van Vaughan-Williams, Elgar en later Britten niet zonder de romantiek van Mahler en Bruckner en de eigenwijze noten van twintigste-eeuwse componisten als Igor Stravinsky en Béla Bartók. Ook de naoorlogse Engelse componisten werden ondanks een veelheid aan eigen stijlen en invalshoeken sterk beïnvloed door alles wat er in Europa gebeurde. Wat dat aangaat hadden de werken van Brian Ferneyhough en Harrison Birtwistle, twee van de meest eigenzinnige componisten met stevige wortels in de naoorlogse twintigste eeuw, niet kunnen bestaan zonder de invloed van Olivier Messiaen, Karlheinz Stockhausen, Pierre Boulez en verder terug de Tweede Weense School met vooral Alban Berg en Anton Webern als grootste voorbeelden. De Nederlandse première van The Silk House Sequences van Birtwistle en het uit 1987 stammende Derde Strijkkwartet van Ferneyhough ademen dezelfde sfeer van vernieuwing en ontdekking die werken als het Strijkkwartet op. 3 van Alban Berg en de Fünf Sätze op. 5 van Anton Webern hadden, die in het verwarrende niemandsland tussen 4
de regelloosheid van de vrije atonaliteit en de gebondenheid van Schönbergs twaalftoonstechniek ontstonden. Wat dat aangaat is de Oostenrijks-Engelse ontmoeting die tijdens dit concert in scene is gezet, ondanks het feit dat er welhaast een eeuw tijdsverschil zit tussen het ontstaan van de verschillende werken, bovenal een vereniging van geestgenoten die stromingen en technieken op geheel eigen wijze interpreteren en verwerken.
Alban Berg Strijkkwartet op. 3 Met zijn Strijkkwartet op. 3 legde Alban Berg een soort meesterproef af. Het was het laatste werk dat hij schreef als student van Arnold Schönberg en zijn docent was er, ondanks een matig ontvangen première in 1911, erg gelukkig mee. Vooral omdat Berg in dit werk een muzikale volwassenheid aan de dag legt die enerzijds duidelijk maakt dat hij de lessen van zijn leermeester geheel opgenomen heeft en anderzijds dat hij zelfvertrouwen genoeg had om met alle informatie zijn eigen weg te gaan. Want waar in zijn eerder gepubliceerde werken zoals de Pianosonate op. 1 en de Vier liederen
Toelichting
op. 2 de tonaliteit op de achtergrond nog regeert, weet Berg deze in zijn Strijkkwartet geheel los te laten en toch het gevoel van richting en emotionele geladenheid te behouden. Die emotionele geladenheid had, naar zeggen van zijn latere echtgenote Helene, alles te maken met het feit dat haar vader geen brood zag in een relatie tussen de componist met zijn onzekere bestaan en zijn dochter, en de twee geliefden verbood elkaar nog langer te ontmoeten. Met een beetje goede wil is aan het begin van het eerste deel van het Strijkkwartet een thematiek te ontdekken die dicht bij Schönbergs romantische Verklärte Nacht staat, terwijl in het tweede deel de echo’s van Wagners Tristan und Isolde doorklinken, een mooie verwijzing naar een even onmogelijke als onontkoombare liefde. Los van deze persoonlijke inspiratie is het Strijkkwartet een prachtige combinatie van traditionele vormen en een contemporaine toontaal. Het eerste deel lijkt op een sonatevorm met het aan het begin van Verklärte Nacht verwante eerste thema en een lyrisch tweede thema dat na een stilte en wat stugge ritmische cellozuchten in de eerste viool wordt geïntroduceerd. Het tweede deel lijkt het schema van een rondo aan te houden met vijf gevarieerde presentaties van het thema en daartussen vier episodes met nieuw materiaal. Door aan het slot het eerste thema van het eerste deel terug te laten komen, creëert Berg een eenheid in het werk dat pas een aantal jaren na de Eerste Wereldoorlog werkelijk op waarde werd geschat.
Anton Webern Fünf Sätze op. 5 Het idee dat Anton Webern zijn eerste officiële muzikale post bekleedde als operettedirigent in het Oostenrijkse Bad Ischl, lijkt volstrekt onverenigbaar met de radicale taal van zijn Fünf Sätze op. 5 voor strijkkwartet. Als er iets ver verwijderd is van de direct aansprekende en eenvoudige lyriek van de Oostenrijkse operette dan is dat wel de taal die Webern bezigde na zijn studie bij Arnold Schönberg. Meer nog dan Schönberg zelf en zijn studiegenoot Alban Berg trok Webern de uiterste consequenties uit het opheffen van de tonaliteit als leidraad. Hij creëerde een vrije atonale taal die vooral bijeen gehouden wordt door even beknopte als herkenbare motieven die door vele bewerkingen, omkeringen en variaties – ingegeven door Weberns diepgaande studie van de muziek van de renaissance – de eenheid binnen het werk en de verschillende delen garanderen. Desondanks is het een eenheid in verscheidenheid, want Webern overlaadt de luisteraar in de kleine twaalf minuten die de vijf delen in beslag nemen met informatie. En met destijds ‘state of the art’-speeltechnieken die de componist als getalenteerd cellist bijzonder goed kende. De vijf delen staan tot elkaar in de verhouding snel-langzaam-snel-langzaam 5
Toelichting
gevolgd door een ingetogen finale en worden bij elkaar gehouden door motivische verwantschap. Het geheel lijkt het midden te houden tussen een zeer beknopte vijfdelige klassieke sonate (sommige analisten menen in het eerste deel een sonatevorm te vinden) en een barokke suite waarbij het vijfde deel, het langste van alle delen, nog het meest lijkt op een lyrisch duet tussen de cello en de viool. Hoewel de eerste uitvoering in 1910 vooral onbegrip teweeg bracht, bleef Webern zeer tevreden met de Fünf Sätze: in 1929 arrangeerde hij het werk succesvol voor strijkorkest.
Brian Ferneyhough Strijkkwartet nr. 3 Ondanks zijn zeer Engelse wortels, die vooral tot uiting komen in zijn compromisloze houding jegens de muziek, zijn de belangrijkste inspiratiebronnen van Brian Ferneyhough componisten als Pierre Boulez, Karlheinz Stockhausen en Anton Webern. Van de laatste leerde hij vooral om de zeggingskracht van de muziek te bundelen in slechts een paar noten. Hij beleed zijn schatplichtigheid aan Webern vooral in zijn Sonatas for String Quartet uit 1967, een werk bestaande uit twintig compacte delen die elk een universum op zich vormen, alsof elk deel op zich een volkomen geïmplodeerd strijkkwartet 6
is. Van Boulez en Stockhausen keek de deels als autodidact bekend staande Ferneyhough vooral de technische ‘macht’ over het materiaal af. En bracht hij het een paar stappen verder. Want hoewel hij het serialisme als organisatieprincipe al snel afwees, verhief hij de organisatie van een stroom van quasi intuïtieve invallen tot een ware kunst. Daarbij zijn zijn partituren zowel voor de musici als voor de luisteraar een ware uitputtingsslag. Voor de musici omdat hij een extreme graad van beheersing en determinatie pretendeert in zijn partituren. Alsof elke milliseconde vastgelegd moet worden, schrijft Ferneyhough nagenoeg onmogelijke ritmische constructies voor terwijl het notenmateriaal als zodanig ook al het uiterste vergt van de uitvoerenden. Ondertussen is het aan de luisteraar om in deze implosie van informatie zijn weg te vinden. Het Derde Strijkkwartet dat Ferneyhough in 1987 schreef, en opdroeg aan de leden van het Arditti Quartet, is hierop geen uitzondering. Het werk in twee delen vormt een aaneenschakeling van schijnbaar losse motieven en texturen dat door een diep verborgen oerpuls toch volkomen logisch en vanzelfsprekend klinkt. Voor zover er iets over de noten van Ferneyhough te zeggen valt – het gaat doorgans meer over textuur dan over melodie en harmonie – is ook in dit kwartet de kracht van de componist dat hij op een heel diep niveau weet te raken en iets weet te zeggen dat overkomt als buitengewoon essentieel en belangwekkend.
Toelichting
Harrison Birtwistle The Silk House Sequences Net als Brian Ferneyhough begon ook Harrison Birtwistle zijn muzikale carrière in de voetsporen van Schönberg, Berg en Webern. Hij werd zelfs, met een verwijzing naar de Tweede Weense School, enige tijd samen met Alexander Goehr en Peter Maxwell Davies tot de Manchester School gerekend. Die verzamelnaam had niet meer om het lijf dan de plek waar de drie Engelse componisten gezamenlijk studeerden, want verder ging Birtwistle al snel zijn eigen weg. Zijn muziek was van meet af aan ruig, complex en vooral vol van ritmische drive. Birtwistle maakte en maakt veelvuldig gebruik van ostinate ritmische patronen waarbinnen een muzikaal idee zich steeds ontwikkelt. Hij heeft zijn eigen muziek ooit beschreven als een wandeling door een stadje. Je begint op het grote plein met de kerk en een kroeg en raakt via zijstraten steeds verder van het uitgangspunt verwijderd, terwijl het wel hetzelfde stadje blijft. Zo is het ook met The Silk House Sequences, zijn tweede echte strijkkwartet na The Tree of Strings uit 2007.
variatie zijn op het materiaal dat in het begin gepresenteerd wordt. Birtwistle zelf omschreef het werk bij de première in november 2015 in de Londense Wigmore Hall als een ‘machine met wielen als ostinato’s die snel ronddraaien, vaak op twee verschillende snelheden tegelijkertijd’. Iedere sequens matigt aan het slot in snelheid om dan weer op te starten voor de volgende passage. Het toonmateriaal bestaat daarbij veelvuldig uit grote intervallen die agressief van het ene instrument naar het andere springen. Slechts een enkel moment, ongeveer halverwege, lijkt de machine vast te lopen, om vervolgens weer op te starten en uiteindelijk na nog wat horten en stoten, zuchtend tot stilstand te komen. Tekst toelichting: Paul Janssen
The Silk House Sequences, genoemd naar zijn huis in Wiltshire, ontstond in 2015 mede op verzoek van het Arditti Quartet. Het werk bestaat uit verschillende episodes, die alle een soms ver verwijderde 7
Biografieën Componisten Alban Berg
De Oostenrijkse componist Alban Berg (1885 - 1935) was net als Anton Webern een leerling van Arnold Schönberg. Samen met Schönberg en Webern vormde hij het boegbeeld van de Tweede Weense School, de componisten die de tonaliteit achter zich lieten ten gunste van de door Schönberg ontwikkelde dodecafonie. Van deze drie componisten 8
bleek Berg uiteindelijk de componist die de nieuw ontwikkelde mogelijkheden het meest toepaste vanuit het gedachtengoed van de late negentiende eeuw. Het leidde tot een zeer persoonlijke en dramatische taal die Berg met terugwerkende kracht verhief tot een van de sleutelfiguren op de drempel van de twintigste-eeuwse muziekgeschiedenis. En dat niet alleen. Want werken als het Vioolconcert, Wozzeck en de Lyrische Suite vinden tot op de dag van vandaag hun weg steeds makkelijker naar het publiek.
Anton Webern Anton Webern (1883 1945) kwam ter wereld in Wenen en stierf in 1945 in het Oostenrijkse Mittersill door een kogel van een Amerikaanse soldaat. Hoewel hij aan de Universiteit van Wenen begon aan een reguliere muziekopleiding, ging hij in 1904 privé bij Arnold Schönberg studeren.
Onder diens vleugels legde Webern de fundamenten voor een bescheiden en zeer opvallend oeuvre waarin de beknoptheid van het muzikale materiaal, atonaliteit en de twaalftoonstechniek een belangrijke rol spelen. Hiermee werd hij een van de grote inspiratiebronnen voor het naoorlogse modernisme van de twintigste eeuw. Webern was ook actief als dirigent.
Brian Ferneyhough De Engelse componist Brian Ferneyhough (1943) woont sinds de jaren tachtig in de
Biografieën
Verenigde Staten waar hij compositie doceert aan de Stanford University. Ferneyhough studeerde aan de Royal Academy of Music bij Lennox Berkeley en vervolgde zijn studie bij onder anderen Ton de Leeuw en Klaus Huber. Sinds de jaren zeventig manifesteert Ferneyhough zich internationaal.
rigide en formele compositiesystemen ontleend aan het integraal serialisme toe, in latere werken beperkte hij zich tot het bepalen van het basismateriaal en de basisvoorwaarden. Bij de uiteindelijke compositie laat hij de spontaniteit een steeds grotere rol spelen. In 2007 werd hem de Ernst von Siemens Muziek Prijs toegekend.
Harrison Birtwistle
Hoewel zijn eerste werken door hun hoge moeilijkheidsgraad op weerstand stuitten, groeide de componist al snel uit tot de peetvader van de Nieuwe Complexiteit. In zijn vroege werken paste Ferneyhough
als klarinettist in een orkest dat Gilbert en Sullivanproducties begeleidde. Birtwistle ontwikkelde zich daarnaast als een componist van naar eigen zeggen ‘post Vaughan-Williamsstukken’. In 1952 ging hij klarinet en compositie studeren aan het Royal Manchester College of Music. Hij zette zijn studie voort in de Verenigde Staten aan de Princeton University. Daar schreef hij in 1967 de compromisloze opera Punch and Judy die Birtwistle op de kaart zette als een belangrijke contemporaine Engelse stem. Hij was van 1975 tot 1983 artistiek leider van het Royal National Theatre en van 1994 tot 2001 compositiedocent aan het King’s College in Londen. In 1995 kreeg hij de Ernst von Siemens Muziek Prijs voor zijn betekenis voor de hedendaagse muziek.
foto: Graeme Robertson
De Engelse componist Harrison Birtwistle (1934) begon zijn muzikale leven 9
Biografieën
foto: Astrid Karger
Uitvoerenden Arditti Quartet Het Arditti Quartet werd in 1974 opgericht door violist Irvine Arditti. Hij vormde samen met John Senter, Levine Andrade en Lenox Mackenzie een kwartet dat zich richtte op de hedendaagse muziek. Het Arditti Quartet werkte nauw samen met componisten als Thomas Adès, Georges Aperghis, Birtwistle, John Cage, Elliott Carter, Hugues 10
Dufourt, Pascal Dusapin, Ivan Fedele, Ferneyhough, Luca Francesconi, Sofia Goebaidoelina, Jonathan Harvey, Toshio Hosokawa, Mauricio Kagel, György Kurtág, Helmut Lachenmann, György Ligeti, Conlon Nancarrow, Wolfgang Rihm, Giacinto Scelsi, Salvatore Sciarrino en Karlheinz Stockhausen. Dat is, aldus het Arditti Quartet essentieel voor het proces om moderne muziek te interpreteren. Hoewel Irvine Arditti het enige oorspronkelijke lid van het gezelschap is en de samenstelling enige wijzigingen onderging, is
dit ethos de constante in de historie van het kwartet. Alle grote componisten van de late twintigste en eenentwintigste eeuw schreven werken voor het ensemble en het aantal opnamen van het viertal gaat richting de tweehonderd. Het kwartet draagt zijn kennis en ervaring over op de jongere generatie door wereldwijd vele masterclasses en workshops te geven. Het kwartet won vele prijzen en kreeg in 1999 de prestigieuze Ernst von Siemens Muziek Prijs voor hun ‘levenslange bijdrage’ aan de muziek.
Biografieën
Mauna Ensemble Het Mauna ensemble bestaat uit een vijftal jonge enthousiaste musici die als doel hebben om muziek bij een zo breed mogelijk publiek te betrekken. Het ensemble, bestaande uit Daniel Leenders (viool), Ana Brandão (viool), Daniel Silva (Altviool), Dominika Kaczmarczyk (cello) en Jurn Tjoa (piano), kent een repertoire variërend van klassiek tot modern. De formatie is aanpasbaar om zo veel mogelijk repertoire te kunnen uitvoeren. Zo kan het ensemble een vorm aannemen als duo, trio, kwartet of kwintet. Het Mauna Ensemble heeft coaching gehad van onder anderen Jeroen den Herder, Jelena Ocic en Frank van der Laar. Het ensemble won de Govert van Wijnprijs op de Maassluise muziekweek.
11
Serie Strijkkwartetten
Verwacht
Za 13 okt 2018 Grote Zaal 20.15 uur
Artemis Quartett Haydn, Brahms en Bartók Topwerken van Haydn, Bartók en Brahms door het Duitse Artemis Quartett. Een strijkkwartet wiens muzikaliteit volgens de Süddeutsche Zeitung alle andere ensembles overtreft. Het zijn dé ingrediënten voor een enerverende kwartetavond. Voor het Artemis Quartett is de Grote Zaal van het Muziekgebouw bovendien ‘de beste zaal voor strijkkwartet’. Dat bewijzen ze met deze strijkkwartetgeschiedenis in een notendop. Het Artemis Quartett reist in dit concert met grote passen door de kwartetgeschiedenis. Haydn geldt als vader van het genre. Brahms wist in de 19e eeuw de geest van Beethoven te laten voortleven in grootse strijkkwartetten. En Bartók schiep in de 21e eeuw een intens oeuvre dat de klank van het strijkkwartet wezenlijk veranderde. Zijn Vierde strijkkwartet is daar een mooi voorbeeld van. Programma: Joseph Haydn Strijkkwartet op. 74 nr. 3 ‘Reiterquartett’ / Béla Bartók Strijkkwartet nr. 4 / Johannes Brahms Strijkkwartet nr. 2, op. 51 nr. 2
Artemis Quartett foto: Nikolaj Lund
12
Steun het Muziekgebouw
Met een schenking of nalatenschap helpt u het Muziekgebouw bijzondere artistieke programma’s te realiseren én projecten mogelijk te maken op het gebied van educatie en talentontwikkeling.
foto: Adam Mork
Vriendschap Iedere bijdrage is van harte welkom; u kunt eenmalig doneren of structureel, door middel van een Vriendschap. Vanaf een jaarbijdrage van € 50,= bent u Vriend van het Muziekgebouw en ontvangt u verschillende tegenprestaties, zoals uitnodigingen voor speciale evenementen en de Vriendennieuwsbrief. Nalatenschap Het is ook mogelijk het Muziekgebouw op te nemen in uw testament. Dankzij de ANBI-status is het Muziekgebouw volledig vrijgesteld van erfbelasting, waardoor de schenking vanuit een erfenis volledig aan de doelstelling ten goede komt. Wilt u hierover meer weten, neem dan a.u.b. contact met ons op. Informatie? Meer informatie vindt u op www.muziekgebouw.nl/steunons. Neem voor vragen contact op met ons kantoor via vrienden@ muziekgebouw.nl of 020-7882010. 13
Verwacht
September zo 30 sep / 11.00 uur / Kleine Zaal Ere Lievonen + Anne Veinberg Dans, Dans, Dans! zo 30 sep / 20.15 uur Under The Horizon Nederlands Kamerkoor + Huang Yi Studio +
Oktober
do 4 okt / 20.15 uur New European Ensemble De visioenen van Goebaidoelina vr 5 okt / 20.15 uur Amsterdam Sinfonietta + Liza Ferschtman Ferschtmans Fratres
za 6 okt / 20.15 uur Nederlandse Bachvereniging De Brandenburgse Concerten
zo 7 okt / 20.15 uur Christian Poltéra + Ronald Brautigam Beethoven plus
wo 3 okt / 20.15 uur Harriet Muziektheater Transparant
ma 8 okt / 20.15 uur James Farm Joshua Redman, Aaron Parks, Matt Penman, Eric Harland
14
do 11 okt / 20.15 uur Millennium Jazz Orchestra + Laura Bohn Bernstein Celebration Tour vr 12 okt / 20.15 uur Nederlands Blazers Ensemble Desert Blues za 13 okt / 20.15 uur Artemis Quartett Haydn, Brahms en Bartók
zo 7 okt / 15.00 uur Thomas Oliemans Wat is het geheim van zingen? (8+)
di 2 okt / 21.30 uur / Kleine Zaal Ben Vince + Coby Sey Vooruitstrevende stemmen uit Londense underground
do 4 okt / 12.30 uur Ernst Jan Vos, Hadewijch van Gent + Mattias Spee Lunchconcert i.s.m. Conservatorium van Amsterdam
wo 10 okt / 20.15 uur Cuca Roseta Fado vernieuwd
di 9 okt / 20.15 uur Amsterdam Sinfonietta + Liza Ferschtman Ferschtmans Fratres
Huil van de Wolff Elke 22e van de maand klinkt om 20.00 uur het geluidsmonument Huil van de Wolff. Martijn Padding componeerde deze interactieve geluidsinstallatie ter herinnering aan oprichter van het Muziekgebouw Jan Wolff (1941 - 2012). Zie voor meer informatie muziekgebouw.nl/ huilvandewolff Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Foto: Erik van Gurp
Grand café 4’33 Kom voor het concert eten in Grand café 4’33. Reserveren: 020 788 2090 of 433grandcafe.nl.
Rondom het concert - Na aanvang van het concert heeft u geen toegang meer tot de zaal. - Zet uw mobiele telefoon uit voor aanvang van het concert. - Het maken van beeld- of geluidsopnamen in de zaal alleen met schriftelijke toestemming. - Algemene Bezoekersvoorwaarden zijn na te lezen op muziekgebouw.nl
Bij de prijs inbegrepen Reververingskosten en garderobe zijn bij de kaartprijs inbegrepen. Ook een pauzedrankje, tenzij anders vermeld op uw concertkaartje. Bij concerten zonder pauze staan drankjes klaar na afloop van het concert.
Steun het Muziekgebouw Inkomsten uit kaartverkoop dekken ten dele onze kosten. Word vriend of doneer: met uw extra steun kunnen we concerten op het hoogste niveau blijven organiseren. Meer informatie: muziekgebouw.nl/steunons
Op de hoogte blijven? Blijf op de hoogte van nieuw geboekte concerten of ander nieuws. Volg ons via onze e-nieuwsbrief (aanmelden op muziekgebouw.nl), Facebook, Twitter of Instagram. Dank! Wij kunnen niet zonder de steun van onze vaste subsidiënten en Vrienden van het Muziekgebouw. Wij zijn hen daarvoor zeer erkentelijk.
Druk binnenwerk
15