2019 01 25 Elisabeth Leonskaja

Page 1

Vr 25 jan 2019 Grote Zaal 20.15 uur

Serie Piano

Elisabeth Leonskaja Beethovens laatste pianosonates Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale programmaboekje is een extra service ter voorbereiding op het concert. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie tijdens het concert te raadplegen via uw mobiele telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de andere concertbezoekers. Bij voorbaat dank.


Programma

Serie Piano Vr 25 jan 2019 Grote Zaal 20.15 - 21.30 uur ca. 75 minuten zonder pauze

Elisabeth Leonskaja Beethovens laatste pianosonates Elisabeth Leonskaja piano

Bent u niet vergeten uw mobiele telefoon uit te zetten? Dank u wel.

2


Programma

Ludwig van Beethoven (1770 - 1827) Sonate nr. 30 op. 109 in E (1820) ·· Vivace ma non troppo, Adagio espressivo ·· Prestissimo ·· Gesangvoll, mit innigster Empfindung. Andante molto cantabile ed espressivo Sonate nr. 31 op. 110 in As (1821/1822) ·· Moderato cantabile molto espressivo ·· Allegro molto ·· Adagio ma non troppo - Arioso dolente - Fuga, Arioso, Fuga Sonate nr. 32 op. 111 in c (1821/1822) ·· Maestoso - Allegro con brio ed appassionato ·· Arietta. Adagio molto semplice e cantabile

3


Toelichting Vanaf zijn kindertijd in Bonn stond het klavier centraal in het leven van Ludwig van Beethoven. Hij moet een jaar of vijf zijn geweest toen hij huilend op een voetenbankje achter het klavecimbel stond, op de vingers gemept door zijn opvliegende papa. Vader Johann was trouwens helemaal geen pianist maar een koorzanger met slechts beperkte kennis van het pianospel. Hij was zo verstandig om zijn begaafde zoontje door te sturen naar een vakman, en zo had Beethoven ongeveer vanaf zijn negende les van hoforganist en matige componist Christian Gottlob Neefe. Maar geen enkele grote pianist heeft zich ooit ontfermd over zijn pianospel en het was voornamelijk op eigen kracht dat hij zich ontwikkelde tot een fenomenale pianist. Toen hij eenmaal beroemd was geworden en in Wenen woonde, deden pianobouwers hun uiterste best om aan zijn wensen tegemoet te komen en schonken hem hun instrumenten. Zo speelde hij achtereenvolgens op een Graf, een Walter, een Erard en tenslotte op een Broadwood. Maar niet één voldeed volledig en uiteindelijk verklaarde hij de piano tot een ‘onbevredigend instrument’. Het suggereren van expressie Maar wat was het dan dat Beethoven zocht en niet vond in de toetsen? Het precieze antwoord zullen wij niet vinden, maar bij benadering kunnen we het wél begrijpen. Er zijn namelijk vele beschrijvingen overgeleverd van Beethovens pianospel dat zijn tijdgenoten enorm verwonderde, omdat het in alle opzichten ‘ongewoon’ was. Bij hem geen rijgsnoer van gelijkmatige muzikale pareltjes, zoals gebruikelijk was in die tijd, maar een verbazingwekkend 4

‘vrij’ spel waarbij alle mogelijke middelen ingezet werden om de zeggingskracht van de muziek te vergroten. Versnellingen en vertragingen, crescendi en diminuendi moesten extra duidelijk maken wat hij wilde ‘zeggen’. De combinatie van een vertraging met een crescendo schijnt zelfs Beethovens specialiteit te zijn geweest.

Beethovens bijschriften gunnen ons een kijkje in zijn ziel Dit heeft hij trouwens nooit in zijn partituren genoteerd. Dat is vreemd, want vaak legde hij in bijschriften vast wat voor klank hij verlangde. Dat wil zeggen: met een aanduiding van de beoogde expressie liet hij de juiste klank over aan de pianist. Wat moeten we bijvoorbeeld beginnen met ‘Andante molto cantabile ed espressivo’ (Opus 109)? Of met ‘con amabilità’ en ‘Arioso dolente’ (Opus 110)? Iedere pianist zal zijn eigen manier moeten vinden om een ‘zeer zangerig en expressief Andante’ tot klinken te brengen, of ‘beminnelijkheid’ in klank om te zetten. En hoe zou ‘pijnlijk en als het ware in recitatiefstijl gezongen’ moeten klinken? Dergelijke bijschriften suggereren een expressie die eigenlijk de pianotechniek te boven gaat. Alleen al de aanduiding ‘cantabile’ vereist van een toetsenist zowel


Toelichting

techniek als verbeeldingskracht om de piano te laten ‘zingen’. Beethovens bijschriften geven geen echte duidelijkheid en kunnen niet concreet door de pianist worden gerealiseerd, maar wel gunnen ze ons een kijkje in Beethovens ziel. Eén generatie eerder schreven componisten hun noten nog vrijwel zonder een enkel bijschrift. Zelfs de dynamiek (hard of zacht) werd vaak niet aangegeven. Haydn en zijn tijdgenoten gingen ervan uit dat iedereen wel wist hoe hij dat moest oplossen. Maar Beethoven had extreme wensen en hij begreep dat het goed mis kon gaan. Dus noteerde hij in zijn partituren vaak wat hij wilde uitdrukken. Zelfs van ‘ingehouden expressie’ is sprake in zijn laatste Pianosonate op. 111. In passages waarin de melodie onderbroken wordt, waardoor het lijkt op een geëmotioneerd ‘stamelen’, is soms geen enkel bijschrift genoteerd (zoals in het Adagio ma non troppo van Opus. 110). Maar in de Cavatina van zijn Strijkkwartet op. 130 vindt men in zo’n passage het woord ‘beklemmt’ (beklemmend, benauwd).

Sonate op. 109 De drie Sonates op. 109, 110 en 111 zijn geschreven in een periode van ruim twee jaar (1820 tot en met 1822). De meest lieflijke, Opus 109, werd door Beethoven opgedragen aan Maximiliana, de pianospelende negentienjarige dochter van zijn vriendin Antonia Brentano. Hij schrijft aan haar: ‘[...] Het is de geest die edele en betere mensen

op deze aardkloot bijeenhoudt, die door geen enkele tijd vernietigd kan worden. Deze geest is het die nu tot u spreekt [...]’ Het is ontroerend dat Beethoven erop leek te vertrouwen dat zijn intieme en hoogdravende woorden door het meisje zouden worden begrepen. Na de ongenaakbare ‘Hammerklaviersonate’ op. 106 is Opus 109 veel toegankelijker en vooral lyrisch van karakter. De muziek maakt op het eerste gehoor de indruk van een vrije improvisatie. Zij begint zangerig maar wordt al snel onderbroken door een cadensachtige passage. De noten klinken ongeduldig en we krijgen de indruk dat het deel uit elkaar valt in twee niet bij elkaar passende brokken. Maar juist doordat die ‘brokken’ worden herhaald, wijzen zij erop dat er iets anders aan de hand is: de ‘brokken’ zijn misschien wel twee tegenstrijdige thema’s van een sonatestructuur. Deze tweeslachtigheid, expressieve vrijheid en hechte structuur, is een karaktertrek van alle late werken van Beethoven. De grote en plotselinge contrasten worden schijnbaar ingegeven door ongeduld en behoefte aan extreme expressie, maar zijn tegelijkertijd elementen van de nog steeds geldende klassieke vorm. Dat geeft, naar mijn mening, de typische hevige late-Beethovenspanning die elke luisteraar intuïtief aanvoelt, en die door analyse ook aangetoond kan worden. Ook het tweede deel van Opus 109 lijkt geïmproviseerd en rapsodisch, maar bestaat uit twee tegengestelde ideeën: een stormachtige beweeglijkheid die 5


Toelichting

wordt onderbroken door een introverte passage met een unisono bas. Toch duidt de structuur wederom op de klassieke sonatevorm. Het derde deel is een variatiedeel op een koraalachtig thema. In de variaties wordt een immense spanning opgebouwd die in de vijfde variatie leidt tot een fugato en in de laatste variatie uiteindelijk oplost in een etherische trillerpassage. Nooit heeft een componist vóór Beethoven een uitgesponnen triller zó expressief gebruikt! Ook in zijn laatste Sonate op. 111 neemt Beethoven afscheid met een wegzwevende triller.

Sonate op. 110 Sonate op. 110 is aan niemand opgedragen, maar vermoed wordt dat Beethoven hierin een hommage bracht aan zijn ‘onsterfelijke geliefde’, de net overleden Josephine von Brunsvik. In deze sonate houdt Beethoven vast aan de traditionele vormen: sonatevorm, scherzo, adagio, finale (de fuga). Maar tegelijkertijd doorbreekt hij die vormen en zet ze volledig naar zijn hand. Het ‘iktijdperk’ van de romantiek is aangebroken in muziek die in ieder opzicht volstrekt persoonlijk is. Niemand zal zich afvragen van wie deze muziek is, want dat kan er maar één zijn: Beethoven. Wat de vorm van het eerste deel betreft: eenvoudige en zangerige gedeelten worden onderbroken door quasi geïmproviseerde passages. Er spreekt een hunkering uit deze muziek, niet alleen uit het zangerige 6

hoofdthema, maar ook bijvoorbeeld uit het uit elkaar bewegen van de twee handen in een ‘wijde ligging’. Wat kan dit anders betekenen dan een verlangen om grenzen te overschrijden? En dat is wat Beethoven dan ook voortdurend doet. In de syncopen van het tweede deel (een scherzo), in de aanhef van het derde deel (Adagio ma non troppo: een barok-achtig recitatief dat uitmondt in het Arioso dolente) en vooral in de hele opzet van het laatste deel. Het Adagio en Arioso gaan dan over in een vitale en triomfantelijke Fuga, waarna het langzame Arioso nog een keer terugkeert. Wanneer de fuga voor de tweede keer terugkomt, breekt er een euforie los die nog het meest wegheeft van een uitzinnige lofzang op het leven.

Sonate op. 111 De laatste sonate, Opus 111 is misschien wel de meest merkwaardige van de drie. Evenals dertien andere belangrijke werken is deze sonate opgedragen aan aartshertog Rudolph, zijn mecenas, piano- en compositieleerling. De inleiding van Opus 111 begint met een aanval op de piano waardoor meteen alles op scherp staat. Het spannende septiemakkoord is de belangrijkste samenklank en een gepuncteerd ritme grijpt de luisteraar bij de lurven. Daarna volgt het ‘echte’ begin van deel één (Allegro con brio): een gehamerd thema dat meer bij een fuga past dan bij een sonate. Het vreemdste is dat het hoofdthema geen contrasterend thema naast zich duldt: voor een sonate is dit een zeldzaam monomaan stuk.


Toelichting

Over het tweede deel, de Arietta, is veel geschreven, onder andere door Thomas Mann in zijn Doktor Faustus. Want waarom volgt er geen snelle finale op de langzame Arietta? Dat zat niet alleen Thomas Mann, maar ook Beethovens uitgever hoog. Beethoven vond dit zo beneden peil dat hij zich er met een grap uit redde en de sonate naar een andere uitgever stuurde, de ‘boerenpummel van een Diabelli’, die geen moeilijke vragen stelde. Immers: vier eerdere Beethoven sonates waren eveneens tweedelig, en bovendien: wát viel er nog te zeggen na de verstilde laatste drie maten van de Arietta? Een ander raadsel van dit deel is de ongebruikelijke naam. Want Arietta betekent ‘korte aria’ en het duidt hier op een lang variatiedeel met een zangerig thema van zestien maten. In zes variaties en een coda varieert Beethoven vooral de ritmiek die soms zelfs ‘jazzy’ uitpakt. Na een lang uitgesponnen trillerpassage komt het zingende thema nog één keer terug. Bach deed datzelfde aan het eind van zijn Goldbergvariaties. Hier geen euforisch slot zoals in de Sonate op. 110, maar een terugkeer naar de eenvoud van het begin, een wending die steeds weer ontroering teweeg brengt bij de luisteraar. Tekst toelichting: Katja Reichenfeld

7


Biografieën Componist Ludwig van Beethoven Ludwig van Beethoven (1770 - 1827) kwam uit een Vlaamse muzikantenfamilie: zijn grootvader Louis was in Mechelen zanger en koordirigent en werd in 1732 dirigent van het hofkoor in Bonn. Ook zijn vader Johan was in Bonn zanger in dienst van de keurvorst, maar hij raakte verslaafd aan de drank en werd na de dood van zijn echtgenote daarom zelfs ontslagen. Zo kreeg Beethoven op zijn negentiende de volledige verantwoordelijkheid over zijn vader en zijn twee broertjes. Waardevolle informatie over Beethovens jeugd in Bonn vindt men in een verslag, geschreven door de buren van de familie Beethoven, het zogenoemde Fischerdocument. Daarin wordt bijvoorbeeld beschreven dat Beethoven eerst pianoles kreeg van zijn vader en vioolles van de 8

kleurrijke Franz Rovantini. Ook had hij les van Tobias Pfeiffer, een muzikale duizendpoot (zanger, pianist, hoboïst en acteur). Rovantini en Pfeiffer waren vrienden van vader Johan. Zij lieten het kind improviseren en prikkelden zijn fantasie. Pas in 1779 kreeg Beethoven een degelijke leraar: hoforganist en componist Christian Gottlob Neefe. Hij was een ontwikkelde man die zijn leerling in contact bracht met de belangrijke ideeën van Carl Philipp Emanuel Bach over muziek als uitdrukking van het hyperindividuele. Bovendien was Neefe vrijmetselaar en hoofd van de ‘Illuminaten’, de vrijmetselaarsgroep in Bonn. Neefe maakte Beethoven vertrouwd met een humanistische wereldvisie, die zijn eigen beeld van een ‘godheid’ en zijn grote verering van de natuur evenwel niet verdrong. Vanaf 1792 woonde Beethoven definitief in Wenen waar hij aanvankelijk les kreeg van Joseph Haydn. ‘Nooit iets van hem geleerd’, beweerde hij later. Maar zijn vroege Weense werken zijn doordrenkt van Haydn-

achtige wendingen. Beethoven arriveerde in Wenen met aanbevelingsbrieven van adellijke personen uit Bonn en de deuren zwiepten open van de paleizen van de families Lichnowsky, Kinsky, Lobkowitz en Rasumovsky. Vele adellijke meisjes kregen pianoles van Beethoven en in de leskamer ontstonden verliefdheden die helaas nooit tot een door Beethoven zo gewenst huwelijk leidden, wegens het onoverbrugbare standsverschil. Een van de liefdes leidde evenwel tot een dochter, Minona, omkering van het Duitse woord ‘anonim’. Zij componeerde en was de dochter van gravin Josephine von Brunsvik. Beethoven werd in Wenen aanvankelijk vooral beroemd als pianovirtuoos en improvisator. In de eerste tien jaar in Wenen schreef hij twintig van zijn totaal tweeëndertig pianosonates. In vele passages in de pianosonates kunnen wij sporen vinden van Beethoven de improvisator. Verschillende malen in zijn vroege jaren in Wenen werd hij aangezet tot een ‘pianoduel’ (een prille vorm


BiografieĂŤn

van een muziekconcours), hoewel hij deze wedstrijden haatte. Vanaf 1797 had Beethoven gehoorproblemen. In 1802 schreef hij de wanhopige afscheidsbrief aan zijn twee broers, het Heiligenstadt Testament. In 1815 werd hij door zijn beschadigde gehoor genoodzaakt te stoppen als uitvoerend pianist. Hij was toen vijfenveertig jaar oud. Dat hij doof en wel doorging met componeren en daarin een enorme verdieping bereikte, is een wonder van menselijke kracht en concentratie. Na de Pianosonates op. 109, 110 en 111 voltooide hij nog onder andere de Diabellivariaties, de Negende symfonie en de vijf late strijkkwartetten. Hoewel een deel van zijn publiek hem in zijn latere werken niet meer kon volgen, bleef hij voor vele onderlegde muziekliefhebbers tot het eind van zijn leven een onwaarschijnlijke grootheid.

9


Biografieën

Uitvoerende Elisabeth Leonskaja Elisabeth Leonskaja (1945) groeide op in Tbilisi, Georgië. Haar ouders waren van joods-Poolse afkomst. Vanaf haar zevende ontwikkelde zij zich heel snel en op haar elfde trad zij voor het eerst op in Beethovens Eerste Pianoconcert. Vervolgens studeerde Leonskaja aan het conservatorium in Moskou, terwijl zij toen al de Enesco Piano Competitie had gewonnen. Later won zij eerste prijzen bij het Marguerite Long Concours en het Koningin Elisabeth Concours (1964). Daardoor was zij op jonge leeftijd ook buiten Rusland bekend. Ze trouwde al snel met violist Oleg Kagan, door wie zij in contact kwam met de dertig jaar oudere Sviatoslav Richter. Ze raakte met hem intens bevriend en Richter nam haar onder zijn hoede en trad samen met haar op. In 1978 vertrok zij uit de 10

Sovjet-Unie en sindsdien woont zij in Wenen. Haar carrière in het Westen begon met een geweldig debuut tijdens het Festival in Salzburg van 1979. Sindsdien treedt zij op met vele vooraanstaande musici en ensembles, als solist en als kamermusicus. Tijdens masterclasses geeft zij haar ervaring en kennis door aan de jongere generatie. Onder haar plaatopnamen zijn ook de drie laatste Beethoven pianosonates (DDD 2009), die zij al vanaf jonge leeftijd speelt. Tekst biografieën: Katja Reichenfeld


BiografieĂŤn

foto: Marco Borggreve

11


Steun het Muziekgebouw

Met een schenking of nalatenschap helpt u het Muziekgebouw bijzondere artistieke programma’s te realiseren én projecten mogelijk te maken op het gebied van educatie en talentontwikkeling. Vriendschap Iedere bijdrage is van harte welkom; u kunt eenmalig doneren of structureel, door middel van een Vriendschap. Vanaf een jaarbijdrage van € 50,= bent u Vriend van het Muziekgebouw en ontvangt u verschillende tegenprestaties, zoals uitnodigingen voor speciale evenementen en de Vriendennieuwsbrief. Nalatenschap Het is ook mogelijk het Muziekgebouw op te nemen in uw testament. Dankzij de ANBI-status is het Muziekgebouw volledig vrijgesteld van erfbelasting, waardoor de schenking vanuit een erfenis volledig aan de doelstelling ten goede komt. Wilt u hierover meer weten, neem dan a.u.b. contact met ons op. Informatie? Meer informatie vindt u op www.muziekgebouw.nl/steunons. Neem voor vragen contact op met ons kantoor via vrienden@ muziekgebouw.nl of 020-7882010. 12

foto: Adam Mork


Verwacht

Serie Piano Vr 15 mrt 2019 Grote Zaal 20.15 uur Concert

Marc-André Hamelin Absoluut meesterschap ‘Absoluut meesterschap!’ schreef Trouw in een vijfsterren recensie na een concert van Marc-André Hamelin in het Muziekgebouw. In 2015-2016 was deze Canadese pianist artist in residence en verraste hij met intrigerende programma’s. Dat doet hij ook nu bij zijn terugkeer in deze zaal, waar hij zo graag speelt. Deze avond muziek van Mario Castelnuovo-Tedesco en Alexis Weissenberg naast geliefde werken van Schubert, Fauré en Chopin. The New York Times prees al eens de wijze waarop Marc-André Hamelin juist het minder bekende, maar belangwekkende pianorepertoire nieuw leven geeft. In de jaren 50 verscheen de plaat Mr. Nobody Plays Trenet met liedjes van chansonnier Charles Trenet. Zo’n tien jaar geleden ontdekte men dat het om een opname van Alexis Weissenberg ging, een legendarische pianist uit de vorige eeuw. Hamelin nam de moeite de coole, jazzy arrangementen van Weissenberg noot voor noot uit te schrijven en aan de vergetelheid te onttrekken.

Marc-André Hamelin

Programma: Mario Castelnuovo-Tedesco Cipressi / Franz Schubert Wanderer-fantasie / Alexis Weissenberg Six arrangements of songs sung by Charles Trenet / Gabriel Fauré Nocturne nr. 6 op. 63 / Frédéric Chopin Polonaise nr. 7 op. 61 ‘Polonaise-fantasie’ / Scherzo nr. 4 op. 54

13


Verwacht

Januari za 26 jan / 14.15 uur De IJ-Salon Mysterie van de tango za 26 jan / 20.15 uur Brodsky Quartet In Memoriam Kijk Muziek! zo 27 jan 13.30 + 15.30 uur / Kleine Zaal (2-4) Maya zingt de wereld rond Samba Salad 13.30 + 15.30 uur Flamenco 4 Kids: El Árbol con Alas | De Boom met Vleugels (5+) Compañía Anabel Veloso

do 31 jan / 20.15 uur Nederlands Blazers Ensemble Symmetries

20.15 uur Dani de Morón Septet + Patricia Guerrero (dans) ‘21’

Februari

Zie voor de volledige programmering: www.muziekgebouw.nl/ flamenco

Flamenco Biënnale Nederland vr 1 t/m za 3 feb vr 1 feb 20.15 uur Accademia del Piacere met Fahmi Alqhai & Ghalia Benali Romances: Between the East and the West za 2 feb 17.00 uur / Kleine Zaal Tony Roe + José Quevedo ‘Bolita’ DeDos 20.00 uur Amir ElSaffar Ensemble + Vanesa Aibar (dans) Flamenco & Orient

wo 30 jan / 20.30 uur Insomnio Zappa’s Yellow Shark

22.00 uur Slagwerk Den Haag + Eduardo Guerrero (dans) ¡Kick- Pluck -Planta-TacónTap- Clap- Clack!

do 31 jan / 20.00 uur / Muziekgebouw aan de Ring Jerusalem In My Heart + discourse (fwd: gher space)

zo 3 feb 14.00 uur / Kleine Zaal Trio Arbós e Rafael de Utrera Flamenco Envisioned

14

wo 6 feb / 20.15 uur Holland Baroque + Dorothee Mields + Marco Ambrosini Barok met een Zweeds tintje + COLLEGE do 7 feb / 20.15 uur Herz Ensemble x gen x

Huil van de Wolff Elke 22e van de maand klinkt om 20.00 uur het geluidsmonument Huil van de Wolff. Martijn Padding componeerde deze interactieve geluidsinstallatie ter herinnering aan oprichter van het Muziekgebouw Jan Wolff (1941 - 2012). Zie voor meer informatie muziekgebouw.nl/ huilvandewolff Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen


Foto: Erik van Gurp

Grand café 4’33 Kom voor het concert eten in Grand café 4’33. Reserveren: 020 788 2090 of 433grandcafe.nl.

Rondom het concert - Na aanvang van het concert heeft u geen toegang meer tot de zaal. - Zet uw mobiele telefoon uit voor aanvang van het concert. - Het maken van beeld- of geluidsopnamen in de zaal alleen met schriftelijke toestemming. - Algemene Bezoekersvoorwaarden zijn na te lezen op muziekgebouw.nl

Bij de prijs inbegrepen Reververingskosten en garderobe zijn bij de kaartprijs inbegrepen. Ook een pauzedrankje, tenzij anders vermeld op uw concertkaartje. Bij concerten zonder pauze staan drankjes klaar na afloop van het concert.

Steun het Muziekgebouw Inkomsten uit kaartverkoop dekken ten dele onze kosten. Word vriend of doneer: met uw extra steun kunnen we concerten op het hoogste niveau blijven organiseren. Meer informatie: muziekgebouw.nl/steunons

Op de hoogte blijven? Blijf op de hoogte van nieuw geboekte concerten of ander nieuws. Volg ons via onze e-nieuwsbrief (aanmelden op muziekgebouw.nl), Facebook, Twitter of Instagram. Dank! Wij kunnen niet zonder de steun van onze vaste subsidiënten en Vrienden van het Muziekgebouw. Wij zijn hen daarvoor zeer erkentelijk.

Druk binnenwerk

15



Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.