Serie Piano
Vr 15 mrt 2019 Grote Zaal 20.15 uur
Marc-AndrĂŠ Hamelin Absoluut meesterschap
Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale programmaboekje is een extra service ter voorbereiding op het concert. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie tijdens het concert te raadplegen via uw mobiele telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de andere concertbezoekers. Bij voorbaat dank.
Programma
Serie Piano Vr 15 mrt 2019 Grote Zaal 20.15 - 22.00 uur
Marc-André Hamelin Absoluut meesterschap
ca. 35 minuten voor de pauze ca. 50 minuten na de pauze
Marc-André Hamelin piano Mario Castelnuovo-Tedesco (1895 - 1968) Cipressi op. 17 (1920) Franz Schubert (1797 - 1828) Wanderer-Fantasie in C op. 15 D.760 (1822) ·· Allegro con fuoco, ma non troppo ·· Adagio ·· Presto ·· Allegro Pauze Alexis Weissenberg (1929 - 2012) 6 Arrangements of Songs by Charles Trenet (2018) ·· Coin de rue ·· Vous oubliez votre cheval ·· En avril à Paris ·· Boum! ·· Vous qui passez sans me voir ·· Ménilmontant
Dit concert wordt opgenomen door de Concertzender.
Gabriel Fauré (1845 - 1924) Nocturne nr. 6 op. 63 (1894) Frédéric Chopin (1810 - 1849) Polonaise-fantaisie in As op. 61 (1846) Frédéric Chopin Scherzo nr. 4 in E op. 54 (1842) 2
Bent u niet vergeten uw mobiele telefoon uit te zetten? Dank u wel.
Toelichting Tegenwoordig is het niet meer bon ton, maar vroeger werd simpelweg van een uitvoerend kunstenaar – en zeker van een pianovirtuoos – verwacht dat hij ter plekke improviseerde. Misschien kwam Mozarts publiek nog wel meer voor wat hij niet op papier had staan dan voor wat wel genoteerd stond, Beethoven was beroemd om zijn improvisaties en ook Liszt liet zijn fantasie ter plekke gaarne de vrije loop. Het is een kunst die nu aan jazz- en popmusici is voorbehouden. De laatste jaren lijkt men echter genoeg te krijgen van het geijkte concertformat: pianist speelt op een uitermate hoog niveau wat er staat, de eigen inbreng is geheel in dienst van de (voor) geschreven noten. Het ziet ernaar uit dat men hiervan los wil komen en dat is misschien een mooie ontwikkeling. In ieder geval kun je je voorstellen dat iemand als MarcAndré Hamelin er wel wat voor voelt. Naast uitvoerend pianist is hij componist: hij weet wat het is om je fantasie aan het werk te zetten. En zo is het niet vreemd dat hij op dit concert niet minder dan drie werken programmeerde die het improviserende, het fantaserende, het ‘spelende’ in de ruimste zin in zich dragen. Dat is al te zien aan de titels: de Polonaisefantaisie van Chopin en Schuberts WandererFantasie, het pièce de résistance vanavond. Misschien zijn de 6 Arrangements of Songs by Charles Trenet van Weissenberg zelfs puur geïmproviseerde muziek. Dromend, dolend, zoekend, fantaserend, transformerend doolt Schuberts Wanderer vanavond rond. Deze Oostenrijker ontmoet, al zwervend, de Fransen Fauré, Chopin (twee keer), Charles Trenet en de Italiaan Castelnuovo-Tedesco. Maar, fantaseren en dromen betekent nog geen richtingloze, stuurloze vaagheid. Denkt u misschien dat bijvoorbeeld Fauré zijn Zesde
nocturne even onder een nachtelijke hemel bij elkaar fantaseerde (nocturne = nachtstuk)? ‘Onder welke prachtige hemel heeft u dit gecomponeerd?’ vroeg iemand hem eens. Waarop Fauré, voor wie componeren ploeteren was: ‘In de Simplontunnel.’
Mario Castelnuovo-Tedesco Cipressi De Italiaan Mario Castelnuovo-Tedesco componeerde zijn cyclus Cipressi naar hij zei ‘ter herinnering aan de mooiste plek ter wereld.’ Dat was het dorpje Usigliano di Lari in Toscane. Hier lag ook het landgoed en de villa van de familie van zijn vrouw Clara Forti. Vele mooie zomers werden er doorgebracht. Vooral koesterde Castelnuovo een diepe liefde voor de prachtige cipressen daar; ‘Ricordando di cipressi d’Usgiliano di Lari’, luidt de volledige titel van de Cipressi die hij in 1920 schreef en kort daarop voor orkest bewerkte. Mario Castelnuovo-Tedesco was vijfentwintig jaar eerder in Florence, niet zo heel ver van het schilderachtige oord, ter wereld gekomen. Zijn latere leven zou hij in Amerika doorbrengen. Als jood was hij in 1939 gedwongen het Italië van Mussolini te ontvluchten. Hij vestigde zich 3
Toelichting
in Hollywood en componeerde zo’n vijftien jaar filmmuziek. In 1946 werd hij Amerikaans staatsburger. Aan het conservatorium van Los Angeles was hij de leraar van onder anderen de filmcomponisten John Williams (Star Wars), Henry Mancini (The Pink Panther) en de onlangs overleden André Previn (tevens dirigent).
Usigliano di Lari
Franz Schubert Wanderer–Fantasie Niet eens een bekende dichter muntte de slagzin van de romantiek. Het was niet Goethe, niet Schiller, ook niet Heine of Von Eichendorff die schreef: ‘Dort, wo du nicht bist, ist das Glück.’ Een zekere Georg Philipp Schmidt – die om z’n naam wat cachet te geven er ‘von Lübeck’ achter zette – tekende ervoor. Het is de slotzin van zijn gedicht Des Fremdlings Abendlied, bekender onder de titel Der Wanderer. De bijbel van de romantiek in het klein. 4
Schubert zette de tekst in 1816 op muziek, nog vóór die in boekvorm was verschenen en met nogal wat ‘vrijheden’. Dat op een van de versies van het lied de titel luidt ‘Der Wanderer oder: Der Fremdling oder: Der Unglückliche’ laat al zien dat het hier niet om iemand gaat die zich vrolijk fluitend op weg begeeft. Deze ‘Wanderer’ is de romantische zwerver, steeds hopend om de hoek het geluk te vinden, om dan te beseffen dat het juist achter hem ligt. Nergens thuis, nergens een bekende, nergens spreekt men zijn taal, ach, vond hij toch de plek waar ‘mijn rozen bloeien,’ waar ‘mijn vrienden wandelen’, ja ‘waar mijn doden opstaan.’ Was thuis gebleven, denk je dan. Maar nee, eeuwig heimwee en verlangen drijft de romantische mens voort. Het zit in hem en door eraan toe te geven, ben je tenminste jezelf. Romantici bestaan nog steeds. Was Schubert zelf zo’n ‘Wanderer’? Hij was bijzonder honkvast. Verliet in zijn leven – wel een kort leven – zijn geboortestad Wenen bijna niet. Het betekent niet dat de romantiek niet in hem gistte. Zes jaar nadat hij zijn lied Der Wanderer had gecomponeerd, vatte hij de thematiek opnieuw op. Eind 1822 schreef hij de grote Fantasie voor piano, die door iemand anders de Wanderer-Fantasie werd gedoopt. Dat laatste was geen losse gooi, het Adagio eruit begint met een lang citaat uit het lied, waarover vervolgens variaties worden gemaakt: ‘Die Sonne dünkt mich matt und kalt, die Blüte welk, das Leben alt, und was sie reden leerer Schall, ich bin ein Fremdling überal.’
Toelichting
(‘Ach, de zon lijkt mat en koud de bloei verwelkt, elk leven oud al dat praten schone schijn en een vreemd’ling steeds te zijn.’) Ondanks de benaming ‘fantasie’ is de Wanderer-Fantasie een bijzonder doortimmerd werk. Een van de meest hechte zelfs van Schubert; het heeft duidelijk de vorm van een klassieke sonate. In de tijd dat Schubert zijn Fantasie schreef, werd hij geobsedeerd door het verschijnsel mono-thematiek. De juist zo gul met melodieën begiftigde Schubert wenste langere werken te schrijven, gebaseerd op slechts één thema. Dat is in de WandererFantasie bij uitstek gelukt. Elk van de vier delen is gebouwd op een en hetzelfde thema, met het karakteristieke ritme lang-kort-kort, lang-kort-kort (ofwel de dactylus) dat hij ontleende hij aan de pianobegeleiding bij genoemde passage uit het lied. In handen van Schubert is het ongelooflijk hoeveel je met één thema kunt uitrichten. Hij steekt wat inventiviteit betreft zijn grote voorbeeld Beethoven naar de kroon. (Overigens doen de prachtige omspelingen in het Adagio denken aan die van de Arietta uit Beethovens iconische laatste Pianosonate op. 111, ook in 1822 voltooid; de heren waren zich niet bewust van elkaars scheppingen). Het klinkt al in het begin manhaftig, stoer, krachtig; wordt in het Adagio tot iets slepends, smachtends, tastends; blijkt de aanleiding tot een dartel scherzo; en levert ten slotte voor Schubert atypisch vuur, uitgelatenheid en technische hoogstandjes in de quasi-fuga finale.
Alexis Weissenberg 6 Arrangements of Songs by Charles Trenet (2018) De 6 Arrangements of Songs by Charles Trenet heeft maar liefst drie auteurs. In de eerste plaats Charles Trenet (1913 - 2001). Hij was tussen de twee wereldoorlogen misschien wel de ‘uitvinder’ van het Franse chanson, zoals dat later bij Juliette Greco, Georges Brassens en Jacques Brel tot volle bloei zou komen. Zingen en optreden deed hij om de zorgen van de mensen in die moeilijke tijden wat te verlichten. Zo was een van zijn bekendste liedjes La douce France, in 1943 gecomponeerd tijdens een treinreis, bedoeld ter morele ondersteuning van de soldaten aan het Franse front. Trenet wist ook de Nederlandse harten te stelen tijdens een optreden voor de AVRO: ‘Dames en hgeren; iek ben zeer glücklich in Holland te zijn en te ziengen voor u: Douce France.’ Tweede auteur van de Six arrangements is de componist Alexis Weissenberg. Geboren in 1929 in Sofia, Bulgarije en nog niet lang geleden, in 2012, overleden in Lugano, Zwitserland. Hij soleerde als pianist onder de baton van dirigenten als George Szell, Eugène Ormandy en Sergiu Celibidache, terwijl Herbert von Karajan eens zei: ‘Met zijn persoonlijkheid en opmerkelijke inzicht is hij een van de belangrijkste uitvoerend kunstenaars van de twintigste eeuw.’ 5
Toelichting
Weissenberg was veelzijdig; hij illustreerde boeken, maakte karikaturen en componeerde pianomuziek, waaronder een Sonate en état de jazz, en vier musicals. Als componist was hij weinig bekend. Te bescheiden misschien? Paste hij niet in zijn tijd? Dat brengt ons bij de derde auteur van de Six arrangements, namelijk bij MarcAndré Hamelin zelf. ‘Ergens in de jaren 1950 verscheen er op het label Lumen een 45-toerenplaat genaamd Mr. Nobody plays Trenet,’ aldus Hamelin. ‘Daarop stonden ongewoon creatieve en onderhoudende bewerkingen van zes chansons van Charles Trenet. De identiteit van ‘Mr. Nobody’ bleef geheim tot hij enkele jaren geleden werd onthuld: Alexis Weissenberg. Het valt makkelijk te begrijpen waarom Weissenberg deze opname onder pseudoniem uitbracht. In die tijd zou het geliefhebber van een serieus klassiek pianist met zulke trivialiteiten als populaire liedjes zijn carrière in gevaar hebben gebracht. (Wat zijn de tijden veranderd. Dit soort dingen wordt nu door platenmaatschappijen verwelkomd, zelfs aangemoedigd.) Vanaf het moment dat een vriend ze mij liet horen, verlangde ik ernaar de arrangementen zelf te spelen. Maar omdat Weissenberg ze niet had uitgeschreven, moest ik zelf een partituur maken. Gelukkig was dat leuk om te doen, hoewel het me een hele maand kostte. Iedereen die de oorspronkelijke liedjes kent, wacht een heerlijke verrassing door wat Weissenberg ermee heeft gedaan. Hij doet hele ongewone dingen: in Coin de rue – de evocatie van een kindertijd – wordt de luisteraar getrakteerd 6
op een draaiorgeltje; het hoempa-ritme van Boum! wordt een foxtrot, terwijl het gematigde Ménilmontant verandert in een halsoverkop perpetuum mobile.’
Gabriel Fauré Nocturne nr. 6 De zomers van 1893 en 1894 bracht Gabriel Fauré door in het plaatsje Prunay-le-Gillon, in het Loire-dal. Twee van zijn mooiste pianowerken componeerde hij er, de Vijfde barcarolle en de Zesde nocturne. Die laatste wordt een van zijn grootste prestaties op pianogebied genoemd. Tenminste, zo spreekt men er tegenwoordig over; toen hij hem schreef, kon Fauré bepaald niet op zoveel bijval rekenen. ‘Denkt u echt dat deze stukken tenslotte gespeeld zullen worden, zoals het ook lang duurde vóór de mening van het publiek in het voordeel van mijn liederen uitviel? (…) Er is haast geen interessante pianomuziek meer!’ Zo schreef hij aan een vriendin, de mecenas Winnaretta Singer. De kans dat deze muziek de podia bereikte was bijna nul. De al 48-jarige Fauré zocht nog altijd naar erkenning. Het tweede thema van de nocturne varieert Fauré’s eigen lied En sourdine op tekst van Paul Verlaine. Dat was ook al niet zo vrolijk. ‘Calmes dans le demi-jour’ (In de kalmte van de schemering) begint het lied nog, maar het eindigt met ‘Voix de notre désespoir le rossignol chantera’ (De nachtegaal zingt als vertolker van onze wanhoop).
Toelichting
Frédéric Chopin Polonaise-fantaisie In 1846 bracht Chopin, zoals in gelukkiger dagen, een vakantie door op het landgoed Nohant, prachtig gelegen in MiddenFrankrijk. Hier stond de villa van zijn minnares, de schrijfster George Sand. Het zou de laatste keer zijn: hun relatie barstte na tien jaar uit elkaar. Niet de geringste aanleiding was de publicatie van Sands roman Lucrezia Floriani, waarin Sand de componist onder een psychologische pijnbank had gelegd. ‘De hele zomer ging heen met tochtjes en uitstapjes,’ schreef Chopin aan zijn ouders, ‘maar ik was niet de la partie; ik was zo lusteloos en gedeprimeerd dat ik vreesde de anderen aan te steken (…) Ik speel een beetje, ik schrijf eens wat.’ Het componeren ging moeizaam: ‘Ik stel alles in het werk maar zonder succes. Als dit zo doorgaat zullen mijn nieuwe composities niet langer kwelende vogels suggereren (…). Ik zal me erbij neer moeten leggen.’ Zo’n beetje het enige wat in die tijd ontstond was de Polonaise-fantaisie. Deze weerspiegelt zijn stemming wel een beetje. Had vroeger het krachtige ritme en het aristocratische karakter van deze Poolse dans hem tot haast atypisch ‘machismo’ verleid, in deze polonaise, zijn laatste, bleef van het aristocratische alleen wat hoofse kuisheid over. Chopin hult flarden van de statige dans in een weemoedige, herfstige nevel; slechts nu en
dan breekt de eigenlijke polonaise door, hij ‘tast’ er als het ware improviserend naar. Oorspronkelijk had Chopin het stuk zelfs ‘Fantasie’ willen noemen. Het is alsof hij zijn vaderland Polen alleen nog heel, heel in de verte ziet liggen, gezien als door de mist van talloze verstreken uren. Geen wonder dat dit reflectieve werk een rol speelt in de melancholieke roman Gloed van Sándor Marai. Scherzo nr. 4 ‘Scherzo’. Een betrekkelijk onschuldig begrip toch. Het woordenboek leert dat het een ‘gekheid’ is, ‘onschuldige spotternij’, een ‘grappige beschouwing’. Chopin had waarschijnlijk weinig met woordenboeken want onschuldig, grappig, gek zijn z’n vier scherzi allerminst. Ze zijn bitter en fel. Of zoals de musicoloog Caspar Höweler het ooit verwoordde: ‘Gelijk parels ontstaan door een ziekte van de oester, danken wij de Scherzi aan de ziekte van Chopins ziel’ (de componist leed aan tuberculose). Muziek ontkiemd in een zieke geest en een ziek lichaam. Maar, omdat lichaam en geest toebehoorden aan een groot kunstenaar, zijn het toch uitingen van grote schoonheid. Als laatste kwam in 1842 het Vierde scherzo op papier. Het enige in majeur, de stormen lijken tot rust gekomen – vergelijk de Polonaise-fantaisie. Dit was in de tijd dat Chopin zich het gelukkigst voelde. De muziek is vooral vriendelijk, vol cantilenen en vaak zo kalm als een lieflijke barcarolle. Tekst toelichting: Stephen Westra
7
Biografieën Componisten Mario CastelnuovoTedesco
Mario Castelnuovo-Tedesco (1895 - 1968) kreeg zijn eerste pianolessen van zijn moeder en schreef als negenjarige zijn eerste composities. Hij studeerde piano aan het Conservatorium van Florence en nam les bij de de Italiaanse componist Ildebrando Pizzetti. Na zijn afstuderen in 1918 zorgde de componist en pianist Alfredo Casella dat 8
Castelnuovo-Tedesco’s composities via de Societa Nazionale di Musica door heel Europa bekend werden. In 1925 ging zijn eerste opera La Mandragora, naar een toneelstuk van Niccolò Machiavelli, in première in het Teatro La Fenice te Venetië. Zijn ontmoeting met de Spaanse gitarist Andrés Segovia inspireerde hem tot zijn eerste gitaarconcert; bijna honderd composities voor gitaar zouden volgen. Zijn joodse afkomst zorgde ervoor dat zijn muziek in de ban werd gedaan en hij verliet in 1939 kort voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog Italië. In Hollywood werkte hij als filmcomponist bij MetroGoldwyn-Mayer waar hij werkte aan partituren voor ongeveer tweehonderd films. Hij componeerde nieuwe opera’s en composities geïnspireerd door Amerikaanse poëzie, joodse liturgie en de Bijbel. In 1958 won hij het Concorso Campari met de opera Il mercante di Venezia, die werd opgevoerd tijdens het festival Maggio musicale fiorentino onder directie van Gianandrea Gavazzeni. Hij overleed in Beverly Hills op 72-jarige leeftijd.
Franz Schubert
Franz Schubert (1797 1828) was de zoon van een muzikale schoolmeester die hem leerde vioolspelen. Pianoles kreeg hij van zijn twaalf jaar oudere broer Ignaz, daarnaast leerde hij zingen. Met zijn mooie jongenssopraan werd hij op zijn elfde aangenomen als koorknaapje in de keizerlijke hofkapel in Wenen. Aan het Stadtskonvikt kreeg hij een goede schoolopleiding. Op zijn dertiende begon hij liederen
Biografieën
te schrijven, en vanaf zijn zeventiende ontstond het ene meesterwerk na het andere, waaronder Der Wanderer, geschreven toen hij negentien was. Met zijn mooie stem en zijn vertrouwdheid met de piano voerde hij zijn liederen in z’n eentje uit tijdens de ‘Schubertiades’, informele salonavonden van Schuberts vriendenkring. Zo schijnt hij nog kort voor zijn dood de hele Winterreise te hebben gespeeld én gezongen. Ook trad hij op als pianosolist en gaf hij pianoles aan adellijke meisjes met wie hij graag vierhandig speelde.
Joseph Grüntal. Een grote tour volgde door Zuid-Afrika van vijftien concerten. In 1946 ging Weissenberg naar de Verenigde Staten om te studeren aan de Juilliard School in New York bij Olga Samaroff.
Gabriel Fauré
Alexis Weissenberg De Bulgaarse pianist Alexis Weissenberg (1929 – 2012) gaf als tienjarige zijn eerste optreden. In 1943 vluchtte hij naar Turkije, bracht drie maanden door in een Duits kamp en reisde aan het eind van de oorlog door naar Palestina. Aan de Jerusalem Academy of Music had hij pianoles van Alfred Schröder en harmonie en compositie van
en speelde in Europa, de VS, Zuid-Amerika en Japan en werkte met befaamde dirigenten en begeleidde zangers als Plácido Domingo en Montserrat Caballé. Hij hield van lesgeven en gaf masterclasses over heel de wereld. In 1933 richtte hij de Alexis Weissenberg’s Piano Master Class op in Engelberg in Zwitserland en leidde veel pianisten op van de nieuwe generatie.
Hij won in 1947 de Leventritt Competition en de Philadelphia Youth Competition en maakte zijn solodebuut in New York met het Philadelphia Orchestra onder leiding van George Szell. In 1956 verhuisde hij naar Parijs en werkte hij aan zijn pianotechniek en -repertoire. Halverwege de jaren zestig pakte hij zijn pianistencarrière weer op
Al op negenjarige leeftijd kwam Gabriel Fauré (1845 1924) terecht op de École de Musique Classique et Réligieuse in Parijs. Zijn leermeesters Louis Niedermeyer en Camille Saint-Saëns zouden een levenslange invloed op hem hebben. Niet alleen zijn religieuze muziek maar ook zijn kamermuziek ademt een sfeer van intimiteit en bescheidenheid. Opvallend zijn zijn impressionistisch aandoende harmonieën en zijn melodieën waarin 9
Biografieën
modale toonladders zijn verwerkt. Vanaf 1874 was Fauré organist aan de Église de la Madeleine. In 1897 werd Fauré docent aan het Conservatorium van Parijs; Maurice Ravel en George Enescu waren er zijn leerlingen.
In 1920, inmiddels directeur van het Conservatorium, ging Fauré met pensioen. Zijn toenemende doofheid dwong hem een stap terug te doen. Ondanks zijn doofheid schreef Fauré in zijn laatste levensjaren enkele van zijn belangrijkste kamermuziekwerken, waaronder zijn enige strijkkwartet. 10
Frédéric Chopin
De van oorsprong Poolse componist Frédéric Chopin (1810 - 1849), kind van een Franse vader en een Poolse moeder, stond in zijn vaderland al snel bekend als een muzikaal genie. Toch kwam Chopin pas tot volledige wasdom nadat hij Polen in 1830 achter zich liet om zich uiteindelijk te vestigen in Parijs. Daar groeide hij uit tot een van de belangrijkste pianisten en componisten en verkeerde hij doorlopend in adellijke kringen. Hij verfijnde
vormen als de mazurka, polonaise en nocturne en hij voegde het zijne toe aan de negentiendeeeuwse pianotechniek. Ook zijn liefdesleven en zijn gezondheid waren veelbesproken onderwerpen. Vooral zijn stormachtige relatie met de Franse schrijfster George Sand werd breed uitgemeten. Door zijn zwakke gestel werd hij niet ouder dan 39 jaar.
Biografieën
Uitvoerende Marc-André Hamelin Piano Marc-André Hamelin (1961, Canada) geniet wereldwijde faam als pianist vanwege het inzicht en de technische beheersing waarmee hij zowel klassiek als eigentijds repertoire uitvoert op het concertpodium en op cd uitbrengt. Hamelin won op negenjarige leeftijd zijn eerste pianoconcours. Hij studeerde verder aan École Vincent d’Indy in Montreal en aan Temple University in Philadelphia. Al tijdens zijn studie ontwikkelde hij zich tot een veelzijdig pianist. Zowel in recitals als in zijn opnamen komen minder bekende grootheden langs als Leo Ornstein, Nicolas Roslavets en Nicolaj Medtner. Hij treedt op in solorecitals en als solist bij orkesten, waaronder het BBC Scottish Symphony Orchestra, Los Angeles Philharmonic en in december
2018 nog met Amsterdam Sinfonietta. Hij heeft meer dan zestig cd’s op zijn naam staan, alle uitgebracht door Hyperion Records. Naast zijn carrière als pianist is Hamelin ook actief als componist. Hij heeft diverse prijzen ontvangen voor zijn albums. Voor zijn 3-cd set Busoni: Late Piano Music kreeg hij in 2014 de ECHO Klassik in de categorie uitvoerend musicus; het werd uitgeroepen tot album van het jaar door de tijdschriften Diapason en Classica. Een album met zijn eigen composities, Hamelin: Études, werd in
2010 genomineerd voor een Grammy, en kreeg de Preis der deutschen Schallplattenkritik in 2011. Hij heeft Canadese onderscheidingen gekregen voor zijn werk: Officier in de Orde van Canada, Chevalier de l’Ordre du Québec, en hij is lid van de Royal Society of Canada. www.marcandrehamelin.com
11
Steun het Muziekgebouw
Met een schenking of nalatenschap helpt u het Muziekgebouw bijzondere artistieke programma’s te realiseren én projecten mogelijk te maken op het gebied van educatie en talentontwikkeling. Vriendschap Iedere bijdrage is van harte welkom; u kunt eenmalig doneren of structureel, door middel van een Vriendschap. Vanaf een jaarbijdrage van € 50,= bent u Vriend van het Muziekgebouw en ontvangt u verschillende tegenprestaties, zoals uitnodigingen voor speciale evenementen en de Vriendennieuwsbrief. Nalatenschap Het is ook mogelijk het Muziekgebouw op te nemen in uw testament. Dankzij de ANBI-status is het Muziekgebouw volledig vrijgesteld van erfbelasting, waardoor de schenking vanuit een erfenis volledig aan de doelstelling ten goede komt. Wilt u hierover meer weten, neem dan a.u.b. contact met ons op. Informatie? Meer informatie vindt u op www.muziekgebouw.nl/steunons. Neem voor vragen contact op met ons kantoor via vrienden@ muziekgebouw.nl of 020-7882010. 12
foto: Adam Mork
Verwacht
Serie Piano Vr 29 mrt 2019 Grote Zaal 20.15 uur
Piotr Anderszewski Beethoven Diabelli-variaties Als íemand de Diabelli-variaties van Beethoven zou kunnen claimen dan is het de Poolse pianist Piotr Anderszewski. Sinds Anderszewski ze speelde als 21-jarige tijdens de Leeds Piano Competition, horen ze bij hem zoals de Goldbergvariaties bij Glenn Gould. Spannend om te horen hoe zijn visie op Beethovens pianotestament zich heeft verdiept. De mythevorming rond Anderszewski en de Diabelli-variaties begonnen in de halve finale van de Leeds Piano Competition. Hij liep toen het podium af omdat hij niet tevreden was over zijn eigen prestatie. In 2001 verscheen zijn veelgeprezen opname van de Diabelli-variaties bij Virgin. Inmiddels is men het er wel over eens dat Anderszewski zich zo vereenzelvigd heeft met het stuk, dat geen andere pianist de intensiteit bereikt die hij etaleert tijdens live-uitvoeringen.
Piotr Anderszewski foto: Simon Fowler
Gesänge der Frühe is de laatste compositie waarvan Schumann zelf nog de drukproeven heeft gecorrigeerd, voordat hij een poging deed zichzelf van het leven te beroven met een sprong in de Rijn. Het behoort tot zijn meest intieme muziek, haast volkomen privé. De zeven pianostukken in Fugettenform weerspiegelen Schumann’s grote interesse in fuga’s, en doen vaak denken aan Bach. Programma: Robert Schumann Sieben Stücke in Fughettenform op. 126 / Gesänge der Frühe op. 133 / Ludwig van Beethoven Diabelli-variaties op. 120
13
Verwacht
Maart zo 17 mrt / 15.00 uur Hadewych Minis Wat is het geheim van zelf liedjes schrijven? (8+) do 21 mrt / 12.30 uur Lunchconcert Conservatorium van Amsterdam do 21 mrt / 20.15 uur Nederlands Kamerkoor + Erik Bosgraaf Vergeten do 21 mrt / 21.00 uur Muziekgebouw aan de Ring Alex Zhang Hungtai + Circular Ruins + Oceanic vr 22 mrt / 20.15 uur Nederlands Kamerorkest Romantische schoonheid met Mahler en Schönberg za 23 mrt / 14.15 uur De IJ-Salon Een jonge passie za 23 mrt / 20.15 uur Emerson String Quartet Brittens laatste en Verdi’s enige 14
Kijk Muziek! zo 24 mrt
13.30 uur + 15.30 uur / Kleine Zaal Mappamondo (2-4) Dadodans | Gaia Gonnelli 13.30 uur Caravan (5+) Julian Schneemann & Drie Vrienden wo 27 mrt / 20.15 uur Anne Sofie von Otter + Pekka Kuusisto + Bengt Forsberg Von Otter zingt Shakespeare
April ma 1 apr / 19.30 uur Reinbert de Leeuw + Nederlands Kamerkoor + Holland Baroque Matthäus Passion di 2 apr / 14.00 uur Openbare repetitie Explore the Score: componist Vladimir Martynov met pianist Ralph van Raat
Minimal Music Festival wo 3 t/m zo 7 apr Zie voor volledig programma: minimalmusicfestival.nl
do 28 mrt / 20.15 uur Silbersee Stimmung II vr 29 mrt / 20.15 uur Piotr Anderszewski Beethoven Diabelli-variaties
za 30 mrt / 20.15 uur Amsterdam Sinfonietta + Beatrice Rana Nachtmuziek zo 31 mrt / 14.00 uur Reinbert de Leeuw + Nederlands Kamerkoor + Holland Baroque Matthäus Passion
Huil van de Wolff Elke 22e van de maand klinkt om 20.00 uur het geluidsmonument Huil van de Wolff. Martijn Padding componeerde deze interactieve geluidsinstallatie ter herinnering aan oprichter van het Muziekgebouw Jan Wolff (1941 - 2012). Zie voor meer informatie muziekgebouw.nl/ huilvandewolff Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Foto: Erik van Gurp
Grand café 4’33 Kom voor het concert eten in Grand café 4’33. Reserveren: 020 788 2090 of 433grandcafe.nl.
Rondom het concert - Na aanvang van het concert heeft u geen toegang meer tot de zaal. - Zet uw mobiele telefoon uit voor aanvang van het concert. - Het maken van beeld- of geluidsopnamen in de zaal alleen met schriftelijke toestemming. - Algemene Bezoekersvoorwaarden zijn na te lezen op muziekgebouw.nl
Bij de prijs inbegrepen Reververingskosten en garderobe zijn bij de kaartprijs inbegrepen. Ook een pauzedrankje, tenzij anders vermeld op uw concertkaartje. Bij concerten zonder pauze staan drankjes klaar na afloop van het concert.
Steun het Muziekgebouw Inkomsten uit kaartverkoop dekken ten dele onze kosten. Word vriend of doneer: met uw extra steun kunnen we concerten op het hoogste niveau blijven organiseren. Meer informatie: muziekgebouw.nl/steunons
Op de hoogte blijven? Blijf op de hoogte van nieuw geboekte concerten of ander nieuws. Volg ons via onze e-nieuwsbrief (aanmelden op muziekgebouw.nl), Facebook, Twitter of Instagram. Dank! Wij kunnen niet zonder de steun van onze vaste subsidiënten en Vrienden van het Muziekgebouw. Wij zijn hen daarvoor zeer erkentelijk.
Druk binnenwerk
15