Donderdag avondserie
Do 25 apr 2019 Grote Zaal 20.15 uur
Asko|Schรถnberg + SWR Vokalensemble Die Hamletmaschineoratorio Het gratis beschikbaar stellen van dit digitale programmaboekje is een extra service ter voorbereiding op het concert. Het is uitdrukkelijk niet de bedoeling deze versie tijdens het concert te raadplegen via uw mobiele telefoon. Dit is namelijk zeer storend voor de andere concertbezoekers. Bij voorbaat dank.
Programma
Donderdag avondserie Serie Asko|Schönberg
Asko|Schönberg + SWR Vokalensemble Die Hamletmaschineoratorio Bas Wiegers dirigent Sarah Aristidou sopraan Romain Bisschoff bas-bariton Holger Falk bariton Christian Dierstein slagwerk Geneviève Strosser altviool Georges Aperghis (1945) Die Hamletmaschine-oratorio (1999/2000; Nederlandse première)
Do 25 apr 2019 Grote Zaal 20.15 - 21.15 uur ca. 60 minuten zonder pauze
Inleiding Foyerdeck 1 19.15 - 19.45 uur Michel Khalifa in gesprek met componist Georges Aperghis
Dit concert wordt live uitgezonden door de NTR op NPO Radio 4
Met medewerking van Goethe Institut (partner) en Acht Brücken Festival Köln (coproducent)
Dit concert is mede mogelijk gemaakt door Fonds Podiumkunsten en Gemeente Amsterdam
2
Bent u niet vergeten uw mobiele telefoon uit te zetten? Dank u wel.
Toelichting In de aanloop naar het nieuwe millennium vatte de Grieks-Franse componist Georges Aperghis (1945) het plan op ‘een soort mis voor het einde van de eeuw’ te maken. Hem stond een collage van teksten voor ogen, waarbij hij dacht aan ‘rauwe’ schrijvers als Antonin Artaud en H.P. Lovecraft. Bij zijn zoektocht naar geschikte tekstfragmenten stuitte hij op Die Hamletmaschine uit 1977 van de Duitse theaterschrijver Heiner Müller. Verder zoeken bleek niet nodig. Het idee om een collage te maken liet Aperghis varen. Hij besloot de slechts negen pagina’s tekst van Müller te toonzetten: ‘Alles wat ik wilde vertellen was in dat stuk te vinden. Ik las het telkens opnieuw en maakte notities. Ik heb er lang over nagedacht hoe ik dicht bij de tekst kon blijven, hoe ik een lieflijk, verzachtend effect kon vermijden. Ik wilde dat hij al zijn kracht zou behouden!’ Spectrum aan wreedheden Lieflijk is Müllers Hamletmaschine allerminst. Enkele citaten tonen het veelkleurige spectrum aan wreedheden. Müllers register is nu eens pervers (‘Wat je hebt gedood, moet je ook beminnen’, klinkt het uit een doodskist), dan weer misselijkmakend: ‘Ik zal het lijk in de wc proppen, zodat het paleis gesmoord wordt in koninklijke stront. Laat me dan je hart eten, Ophelia.’ Soms genadeloos cynisch: ‘Hier komt het spook dat mij gemaakt heeft, de bijl nog in de schede. Je kan je hoed ophouden ik weet dat je een gat te veel hebt. Ik wou dat mijn moeder er een te weinig had gehad toen jij in het vlees zat: ik zou mezelf bespaard zijn gebleven. Men zou de vrouwen moeten dichtnaaien, een wereld zonder moeders.’ Dan weer hanteert Müller vervreemdende beelden: ‘Mijn gedachten zijn wonden in mijn hersens. Mijn hersens zijn een litteken. Ik wil
een machine zijn. Armen om te grijpen benen om te gaan geen pijn geen gedachte.’ Heiner Müller heeft Hamlet van Shakespeare – dat op zijn beurt weer een versmelting is van de klassieke tragedies Orestes en Elektra – verrijkt met verwijzingen naar Artaud, Karl Marx, Friedrich Hölderlin, E E. Cummings en T.S. Eliot. Zijn tekst is een uitvergroting én verdichting van de grote thema’s die Shakespeare aansnijdt: dood, geweld, psychologische en maatschappelijke conflicten.
Hamlet kan niet tot daden overgaan, hij is voortdurend besluiteloos. Op een associatieve manier heeft Müller een verregaande reductie toegepast op het beroemde toneelstuk. Het resultaat is een postmodern mozaïek in een open vorm, opgebouwd uit brokstukken en momentopnamen. Tegen de klassieke toneelregels in worden plaats en tijd niet aangeduid. Zo probeert Müller de wankelende figuur van Hamlet uit te drukken: zijn twijfel, de onmogelijkheid ratio en handelen te verenigen, de absurditeit waarmee hij keer op keer wordt geconfronteerd. 3
Toelichting
‘Hamlet slaagt er niet in om zich te wreken’, zegt componist Georges Aperghis, die het drama van de tragische prins heeft gevat in een grillige, geladen muziek: stille, geserreerde momenten kunnen plots exploderen in een klankpandemonium waarin alle personages door elkaar heen schreeuwen. ‘Hij kan niet tot daden overgaan, hij is voortdurend besluiteloos. ‘Zijn of niet zijn’, handelen of niet handelen, tot de daad overgaan of niet... Bij Müller wordt Hamlet een machine.’ Maatschappijkritische achtergrond Bovendien heeft Heiner Müller zijn Hamletmaschine gesitueerd tegen een maatschappijkritische achtergrond. In dat perspectief fungeren de personages als archetypen. Theaterwetenschapper Karl J. Hupperetz zet in zijn essay Postmodernisme en theater (2002) uiteen dat Hamlet de Hongaarse opstand in 1956 belichaamt, dat Hamlets vader symbool staat voor Stalin, Gertrud voor de Communistische Partij, dat Claudius de opvolgers van Stalin representeert en Ophelia de vrouw die zich bevrijdt van het juk van de man. Hupperetz licht toe: ‘Müller demonteerde in deze tekst de gangbare opvatting van geschiedenis met zijn optimistische geloof in vooruitgang en presenteerde eerder een defaitistische positie. Geschiedenis was in Müllers visie eerder een bloedig slagveld, een slachthuis, vol geweld en gruwelen, een kringloop van moord en vernietiging. Niet voor niets werden in scène vier de hoofden van de verantwoordelijken voor het bestaande socialisme, Marx, Lenin en Mao, met een bijl bewerkt.’ 4
Georges Aperghis, die zijn sporen heeft verdiend in het muziektheater, is niet de eerste die de schokkende tekst van Heiner Müller op muziek zet. In 1987 componeert zijn Duitse collega Wolfgang Rihm de gelijknamige opera Hamletmaschine. In 1991 verschijnen zowel Hamletmachine, een radiodrama door de experimentele rockgroep Einstürzende Neubauten met voorman Blixa Bargeld in de rol van prins Hamlet, als Szenische Kammermusik nach Heiner Müllers ‘Hamletmaschine’, een klassiek stuk voor vijf instrumenten van Ruth Zechlin. Passiestuk Aperghis besluit zijn in 2000 voltooide versie in de vorm van een oratorium te gieten: ‘Müller schreef bepaalde passages in hoofdletters. Ik vroeg aan Jean Jourdheuil (de vertaler, red.) wat dat betekende. Hij zei me dat Müller ervan uitging dat elk personage meervoudig is, dat er meerdere Hamlets en meerdere Ophelia’s zijn, en dat de passages in hoofdletters de woorden van een koor zouden kunnen zijn. Toen dacht ik meteen aan een antiek koor, dat becommentarieert wat er gebeurt en conclusies trekt. Anderzijds dacht ik aan de Passies van Bach. Ik heb Hamletmaschine als een passiestuk opgevat.’ In zijn contrastrijke muziek, waarin zang en declamatie elkaar afwisselen, verknoopt Aperghis de verschillende karakters met elkaar. Ze cirkelen allemaal rond Ophelia, aan wie de rol van verteller is toebedeeld. Ze bladert door een familiealbum, met de woorden ‘Ik was Hamlet’. Aperghis: ‘In het
Toelichting
gefluister van het koor verschijnt Hamlet. Vervolgens, in de stem van de zangeres, verschijnt de moeder; ook zij duikt op uit de muziek. En dan Ophelia. De moeder is veranderd in Ophelia. Een onophoudelijke bevalling: dat is wat ik in mijn muzikale vorm wilde proberen.’ Zelf is Aperghis van mening dat hij ‘nog nooit zulke heftige muziek voor koor’ heeft geschreven. Hij krijgt hierin bijval van de kritiek. Wanneer het stuk in 2002 op cd verschijnt, spreekt het Vlaamse dagblad De Standaard van ‘een heel intense partituur (…). Dit is ongenadige muziek, die met een rauwe, plastische aanpak werkt. Koor en vocale solisten worden vervlochten tot een soms angstaanjagend geheel, waarbij de verstaanbaarheid van de tekst geleidelijk verdwijnt en de wrange klankmassa de expressie overneemt.’ Tekst toelichting: Jacqueline Oskamp
5
Liedteksten Georges Aperghis Die Hamletmaschine-oratorio Tekst: Die Hamletmaschine (1977) van Heiner Müller (1929 - 1995) De volgende pagina’s uit Die Hamletmaschine heeft Georges Aperghis als uitgangspunt genomen voor zijn oratorium:
1- FAMILIENALBUM Ich war Hamlet. Ich stand an der Küste und redete mit der Brandung BLABLA, im Rücken die Ruinen von Europa. Die Glocken läuteten das Staatsbegräbnis ein, Mörder und Witwe ein Paar, im Stechschritt hinter dem Sarg des Hohen Kadavers die Räte, heulend in schlecht bezahlter Trauer WER IST DIE LEICH IM LEICHENWALGEN/ UM WEN HÖRT MAN VIEL SCHREIN UND KLAGEN/DIE LEICH IST EINES GROSSEN/ GEBERS VON ALMOSEN das Spalier der Bevölkerung, Werk seiner Staatskunst ER WAR EIN MANN NAHM ALLES NUR VON ALLEN. Ich stoppte den Leichenzug, stemmte den Sarg mit dem Schwert auf, dabei brach die Klinge, mit dem stumpfen Rest gelang es, und verteilte den toten Erzeuger FLEISCH UND FLEISCH GESELLT SICH GERN an die umstehenden Elendsgestalten. Die Trauer ging in Jubel über, der Jubel in Schmatzen, auf dem leeren Sarg besprang der Mörder die Witwe SOLL ICH DIR HINAUFHELFEN ONKEL MACH DIE BEINE AUF MAMA. Ich legte 6
mich auf den Boden und hörte die Welt ihre Runden drehn im Gleichschritt der Verwesung. l’M GOOD HAMLET GI’ME A CAUSE FOR GRIEF AH THE WHOLE GLOBE FOR A REAL SORROW RICHARD THE THIRD I THE PRINCEKILLING KING OH MY PEOPLE WHAT HAVE I DONE UNTO THEE WIE EINEN BUCKEL SCHLEPP ICH MEIN SCHWERES GEHIRN ZWEITER CLOWN IM KOMMUNISTISCHEN FRÜHLING SOMETHING IS ROTTEN IN THIS AGE OF HOPE LETS DELVE IN EARTH AND BLOW HER AT THE MOON Hier kommt das Gespenst das mich gemacht hat, das Beil noch im Schädel. Du kannst deinen Hut aufbehalten, ich weiß, daß du ein Loch zu viel hast. Ich wollte, meine Mutter hätte eines zu wenig gehabt, als du im Fleisch warst: ich wäre mir erspart geblieben. Man sollte die Weiber zunähn, eine Welt ohne Mütter. Wir könnten einander in Ruhe abschlachten, und mit einiger Zuversicht, wenn uns das Leben zu lang wird oder der Hals zu eng für unsre Schreie. Was willst du von mir. Hast du an einem Staatsbe- gräbnis nicht genug. Alter Schnorrer. Hast du kein Blut an den Schuhn. Was geht mich deine Leiche an. Sei froh, daß der Henkel heraussteht, vielleicht kommst du in den Himmel. Worauf wartest du. Die Hähne sind geschlachtet. Der Morgen findet nicht mehr statt.
Liedteksten
SOLL ICH WEILS BRAUCH IST EIN STÜCK EISEN STECKEN IN DAS NÄCHSTE FLEISCH ODER INS ÜBERNÄCHSTE MICH DRAN ZU HALTEN WEIL DIE WELT SICH DREHT HERR BRICH MIR DAS GENICK IM STURZ VON EINER BIERBANK Meiner Mutter die braut. Ihre Brüste ein Rosenbeet, der Scoß die Schlangen- grube. Hast du deinen Text verlernt, Mam. Ich souffliere WASCH DIR DEN MORD AUS DEM GESICHT MEIN PRINZ/UND MACH DEM NEUEN DÄNMARK SCHONE AUGEN. Ich werde dich wieder zur Jungfrau machen, Mutter, damit dein König eine blutige Hochzeit hat. DER MUTTERSCHOSS IST KEINE EINBAHNSTRASSE. Jetzt binde ich dir die Hände auf den Rücken, weil mich ekelt vor deiner Umarmung, mit deinem Brautschleier. Jetzt zerreiße ich das Brautkleid. Jetzt mußt du schreien. Jetzt beschmiere ich die Fetzen deines Brautkleids mit der Erde, die mein Vater geworden ist, mit den Fetzen dein Gesicht deinen Bauch deine Brüste. Jetzt nehme ich dich, meine Mutter, in seiner, meines Vaters, unsichtbaren Spur. Deinen Schrei ersticke ich mit meinen Lippen. Ekennst du die Frucht deines Leibes. Jetzt geh in deine Hochzeit, Hure, breit in der dänischen Sonne, die auf Lebendige und Tote scheint. Ich will die Leiche in den Abtritt stopfen, daß der Palast erstickt in königlicher Scheiße . Dann laß mich dein Herz essen, Ophelia, das meine Tränen weint.
2 - DAS EUROPA DER FRAU Enormous room. Ophelia. Ihr Herz ist eine Uhr. OPHELIA [ CHOR/HAMLET] lch bin Ophelia. Die der Fluß nicht behalten hat. Die Frau am Strick Die Frau mit den aufgeschnittenen Pulsadern Die Frau mit der Überdosis AUF DEN LIPPEN SCHNEE Die Frau mit dem Kopf im Gasherd. Gestern habe ich aufgehört mich zu töten. lch bin allein mit meinen Brüsten meinen Schenkeln meinem Schoß. lch zertrümmre die Werkzeuge meiner Gefangenschaft den Stuhl den Tisch das Bett. Ich zerstöre das Schlachtfeld das mein Heim war. Ich reiße die Türen auf, damit der Wind herein kann und der Schrei der Welt. Ich zerschlage das Fenster. Mit meinen blutenden Händen zerreiße ich die Fotografien der Männer die ich geliebt habe und die mich gebraucht haben auf dem Bett auf dem Tisch auf dem Stuhl auf dem Boden. Ich lege Feuer an mein Gefängnis. Ich werfe meine Kleider in das Feuer. Ich grabe die Uhr aus meiner Brust die mein Herz war. Ich gehe auf die Straße, gekleidet in mein Blut. 3 - SCHERZO Universität der Toten. Gewisper und Gemurmel. Von ihren Grabsteinen (Kathedern) aus werfen die toten Philosophen ihre Bücher auf Hamlet. Galerie (Ballett) der toten Frauen. Die Frau am Strick Die Frau mit den auf- geschnittenen Pulsadern usw. Hamlet betrachtet sie mit der Haltung eines Museums (Theater)-Besuchers. Die toten Frauen reißen ihm die Kleider vom Leib. 7
Liedteksten
Aus einem aufrechtstehenden Sarg mit der Aufschrift HAMLET 1 treten Claudius und, als Hure gekleidet und geschminkt, Ophelia. Striptease von Ophelia. OPHELIA Willst du mein Herz essen, Hamlet. Lacht. HAMLET, Hände vorm Gesicht: Ich will eine Frau sein. Hamlet zieht Ophelias Kleider an, Ophelia schminkt ihm eine Hurenmaske, Claudius, jetzt Hamlets Vater, lacht ohne Laut, Ophelia wirft Hamlet eine Kußhand zu und tritt mit Claudius/Hamlet Vater zurück in den Sarg. Hamlet in Hurenpose. Ein Engel, das Gesicht im Nakken: Horatio. Tanzt mit Hamlet. STIMME(N) aus dem Sarg: Was du getötet hast sollst du auch lieben. Der Tanz wird schneller und wilder. Gelachteraus dem Sarg. Auf einer Schau- kel die Madonna mit dem Brust krebs. Horatio spannt einen Regenschirm auf, umarmt Hamlet. Erstarren in der Umarmung unter dem Re genschirm . Der Brustkrebs strahlt wie eine Sonne. 4 - PEST IN BUDA SCHLACHT UM GRÖNLAND Raum 2, von Ophelia zerstört. Leere Rüstung, Beil im Helm. HAMLET Der Ofen blakt im friedlosen Oktober A BAD COLD HE HAD OF IT JUST THE WORST TIME 8
JUST THE WORST TIME OF THE YEAR FOR A REVOLUTION Durch die Vorstädte Zement in Blüte geht Doktor Schiwago weint Um seine Wölfe IM WINTER MANCHMAL KAMEN SIE INS DORF ZERFLEISCHTEN EINEN BAUERN legt Maske und Kostüm ab. HAMLETDARSTELLER lch bin nicht Hamlet. lch spiele keine Rolle mehr. Meine Worte haben mir nichts mehr zu sagen. Meine Gedanken saugen den Bildern das Blut aus. Mein Drama findet nicht mehr statt. Hinter mir wird die Dekoration aufgebaut. Von Leuten, die mein Drama nicht interessiert, für Leute, die es nichts angeht. Mich interessiert es auch nicht mehr. lch spiele nicht mehr mit. Bühnenarbeiter stellen, vom Hamletdarsteller unbemerkt, einen Küh- lschrank und drei Fernsehgeräte auf. Geräusch der Kühlanlage. Drei Pro- gramme ohne Ton. Die Dekoration ist ein Denkmal. Es stellt in hundertfacher Vergrößerung einen Mann dar, der Geschichte gemacht hat. Die Versteinerung einer Hoffnung. Sein Name ist auswechselbar. Die Hoffnung hat sich nicht erfüllt. Das Denkmal liegt am Boden, geschleift drei Jahre nach dem Staatsbegäbnis des Gehaßten und Verehrten von seinen Nachfolgern in der Macht. Der Stein ist bewohnt. In den geräumigen Nasen - und Ohrlochern , Haut - und Uniformfalten des zertrümmerten Standbilds haust die ärmere Bevölkerung der Metropole. Auf den Sturz des Denkmals folgt nach einer angemessenen Zeit der Aufstand. Mein
Liedteksten
Drama, wenn es noch stattfinden würde, fände in der Zeit des Aufstands statt. Der Aufstand beginnt als Spaziergang. Gegen die Verkehrsordnung während der Arbeitszeit. Die Straße gehört den Fußgängern. Hier und da wird ein Auto umgeworfen. Angsttraum eines Messerwerfers: Langsame Fahrt durch eine Einbahnstraße auf einen unwiderruflichen Parkplatz zu, der von bewaffneten Fußgängern umstellt ist. Polizisten, wenn sie im Weg stehn, werden an den Straßenrand gespült. Wenn der Zug sich dem Regierungsviertel nähert, kommt er an einem Polizeikordon zum Stehen. Gruppen bilden sich, aus denen Redner aufsteigen. Auf dem Balkon eines Regierungsgebäudes erscheint ein Mann mit schlecht sitzendem Frack und beginnt ebenfalls zu reden. Wenn ihn der erste Stein trifft, zieht auch er sich hinter die Flügeltür aus Panzerglas zurück. Aus dem Ruf nach mehr Freiheit wird der Schrei nach dem Sturz der Regierung. Man beginnt die Polizisten zu entwaffnen, stürmt zwei drei Gebäude, ein Gefängnis eine Polizeistation ein Büro der Geheimpolizei, hängt ein Dutzend Handlanger der Macht an den Füßen auf, die Regierung setzt Truppen ein, Panzer. Mein Platz, wenn mein Drama noch stattfinden würde, wäre auf beiden Seiten der Front, zwischen den Fronten, darüber. Ich stehe im Schweißgeruch der Menge und werfe Steine auf Polizisten Soldaten Panzer Panzerglas. lch blicke durch die Flügeltür aus Panzerglas auf die andrängende Menge und rieche meinen Angstschweiß. lch schüttle, von Brechreiz gewürgt, meine Faust gegen mich, der hinter dem Panzerglas steht. lch sehe,
geschüttelt von Furcht und Verachtung, in der andrängenden Menge mich, Schaum vor meinem Mund, meine Faust gegen mich schütteln. lch hänge mein uniformiertes Fleisch an den Füßen auf. lch bin der Soldat im Panzerturm, mein Kopf ist leer unter dem Helm, der erstickte Schrei unter den Ketten. Ich bin die Schreibmaschine. Ich knüpfe die Schlinge, wenn die Rädelsführer aufgehängt werden, ziehe den Schemel weg, breche mein Genick. lch bin mein Gefangener. Ich füttere mit meinen Daten die Computer. Meine Rollen sind Speichel und Spucknapf Messer und Wunde Zahn und Gurgel Hals und Strick. Ich bin die Datenbank. Blutend in der Menge. Aufatmend hinter der Flügeltür. Wortschleim absondernd in meiner schalldichten Sprechblase über der Schlacht. Mein Drama hat nicht stattgefunden. Das Textbuch ist verlorengegangen. Die Schauspieler haben ihre Gesichter an den Nagel in der Garderobe gehängt. ln seinem Kasten verfault der Souffleur. Die ausgestopften Pestleichen im Zuschauerraum bewegen keine Hand. lch gehe nach Hause und schlage die Zeit tot, einig/Mit meinem ungeteilten Selbst. Ich breche mein versiegeltes Fleisch auf. Ich will in meinen Adern wohnen, im Mark meiner Knochen, im Labyrinth meines Schädels. Ich ziehe mich zurück in meine Eingeweide. Ich nehme Platz in meiner Scheiße, meinem Blut. Irgendwo werden Leiber zerbrochen, damit ich wohnen kaon in meiner Scheiße. Irgendwo werden Leiber geöffnet, damit ich allein sein kaon mit meinem Blut. Meine Gedanken sind Wunden in meinrm Gehirn. Mein Gehirn ist eine Narbe. Ich will eine 9
Liedteksten
Maschine sein. Arme zu greifen Beine zu gehn kein Schmerz kein Gedanke. Bildschirme schwarz. Blut aus dem Kühlschrank. Drei nackte Frauen: Marx Le- nin Mao. S prechen gleichzeitig jeder in seiner Sprache den Text ES GILT ALLE VERHÄLTNISSE UMZUWERFEN, IN DENEN DER MENSCH ... Hamletdarsteller legt Kostüm und Maske an. HAMLET DER DÄNE PRINZ UND WURMFRASS STOLPERND VON LOCH ZU LOCH AUFS LETZTE LOCH ZU LUSTLOS IM RÜCKEN DAS GESPENST DAS IHN GEMACHT HAT GRÜN WIE OPHELIAS FLEISCH IM WOCHENBETT UND KNAPP VORM DRITTEN HAHNENSCHREI ZERREISST EIN NARR DAS SCHELLENKLEID DES PHILOSOPHEN KRIECHT EIN BELEIBTER BLUTHUND IN DEN PANZER Tritt in die Rüstung, spaltet mit dem Beil die Köpfe von Marx Lenin Mao. Schnee. Eiszeit. 5 - WILDHARREND / IN DER FURCHTBAREN RÜSTUNG / JAHRTAUSENDE Tiefsee. Ophelia im Rollstuhl. Fische Trümmer Leichen und Leichenteile treiben vorbei. OPHELIA während zwei Männer in Arztkitteln sie und den Rollstuhl von unten nach oben in Mullbin den schnüren. 10
Hier spricht Elektra. lm Herzen der Finsternis. Unter der Sonne der Folter. An die Metropolen der Welt. lm Namen der Opfer. lch stoße allen Samen aus, den ich empfangen habe. lch verwandle die Milch meiner Brüste in tödliches Gift. lch nehme die Welt zurück, die ich geboren habe. Ich ersticke die Welt, die ich geboren habe, zwischen meinen Schenkeln. Ich begrabe sie in meiner Scham. Nieder mit dem Glück der Unterwerfung. Es lebe der Haß, die Verachtung, der Aufstand, der Tod. Wenn sie mit Fleischermessern durch eure Schlafzimmer geht, werdet ihr die Wahrheit wissen. Männer ab. Ophelia bleibt auf der Bühne, reglos in der weißen Verpackung. © 2000 Editions Durand / Henschel Schauspiel Theaterverlag With kind authorization of Editions Durand
Biografieën
foto: Xavier Lambours
Componist Georges Aperghis De Griekse componist Georges Aperghis (1945) groeide op met een vader die beeldhouwer was en een moeder die actief was als kunstschilder. Aperghis vertrok op achttienjarige leeftijd
naar Parijs waar hij een compositieleerling werd van zijn landgenoot Iannis Xenakis. Al snel vond hij een eigen weg voorbij het naoorlogse serialisme en in 1976 richtte hij het Atelier Theatre et Musique (ATEM) op om een plek te creëren voor zijn muziektheatrale werken. Aperghis maakte naam met geëngageerde composities en een even complexe als kleurrijke toontaal. Het leverde hem
in 2011 de eerste Maurico Kagel Muziekprijs op. In 2015 onderstreepte de Biënnale van Venetië Aperghis’ belang voor de hedendaagse muziek door het toekennen van de oeuvre-prijs ‘Golden Lion for Lifetime Achievement’.
11
Biografieën
Uitvoerenden Sarah Aristidou Sopraan
foto: Neda Navaee
De Franse sopraan Sarah Aristidou begon haar muzikale opleiding als kind in het koor Maîtrise de Radio France in Parijs, behaalde een bachelor in musicologie (Université Paris-Sorbonne) en vervolgde haar zangstudie aan de Universität der Künste Berlijn en Theaterakademie August Everding (Master of Music). 12
Aristidou werd genomineerd als meest veelbelovende talent in het Opernwelt Jaaroverzicht 2016. Voor de seizoenen 2017-19 is ze verbonden aan de International Opera Studio in Staatsoper Unter den Linden Berlijn. Ze treedt ook op in het Bregenzfestival, Philharmonie Keulen, Konzerthaus Berlijn en gaf een soloconcert voor Radio France Parijs. Ze werkte met Daniel Barenboim, Sir Simon Rattle, Mariss Jansons en Matthias Pintscher onder meer voor het Symfonieorkest van de Beierse radio, Staatskapelle Berlin en Ensemble Modern Frankfurt. Ze vertolkte stukken van Wolfgang Rihm en Manfred Trojahn.
Romain Bischoff Bas-bariton
foto: Bowie Verschuuren
Romain Bischoff is operazanger, dirigent, innovator en algemeen directeur van Silbersee, productiehuis voor muziektheater. Op jonge leeftijd begon hij als basbariton met barokensemble Les Arts Florissants. Sindsdien heeft Bischoff zich ontwikkeld tot een veelzijdige zanger en performer: van renaissance tot hedendaags, van Mozarts Figaro tot
Biografieën
Xenakis’ Déesse Athéna. Uiteindelijk specialiseerde hij zich in avant-garde opera. Hij soleerde in meer dan honderdvijftig hedendaagse werken, in vele toonaangevende operahuizen en festivals, waaronder het Holland Festival, de Nationale Opera, Dresdner Tage der Zeitgenössischen Musik, de Biënnale van Venetië, BAM New York en het Donaueschingen Festival. Hij dirigeerde ook tal van muziektheatervoorstellingen waaronder twintig premières en veelgeprezen internationale uitvoeringen. Romain Bischoff leidt Silbersee al ruim 15 jaar. Bischoff is een interdisciplinaire bruggenbouwer pur sang en drijvende kracht achter talloze co-creaties met makers en organisaties uit alle hoeken van de culturele wereld.
Holger Falk Bariton
Gewandhaus Leipzig, Bozar Brussel, Teatro Real Madrid, Théâtre des ChampsÉlysées Parijs, Theater an der Wien, Pools Nationale Opera Warschau, Frick New York en Phillips-Collection Washington. Falk is een gerenommeerde vertolker van het twintigste-eeuwse liedrepertoire en werd geëerd met de Duitse Record Critics Award 2017.
foto: Kaupo Kikkas
De bariton Holger Falk ‘is een van de meest intellectueel en vocaal flexibele zangers op Duitse podia’ schreef het tijdschrift Opernwelt. Falk heeft tal van werken van hedendaagse componisten uitgevoerd, van onder anderen Wolfgang Rihm, Peter Eötvös, Beat Furrer en Georges Aperghis. Hij stond op de podia van de Beierse Staatsopera München, Elbphilharmonie Hamburg, 13
Biografieën
Christian Dierstein Slagwerk
foto: Thomas Hammelmann
Christian Dierstein is gespecialiseerd in hedendaagse muziek. Hij studeerde aan de Musikhochschule van Freiburg en in Parijs en won verschillende competities. Dierstein ontving beurzen van de Studienstiftung des deutschen Volkes en de Akademie Schloß Solitude, Stuttgart. Sinds 1988 is hij lid van ensemble recherche. Samen met Marcus Weiss en Nic Hodges 14
vormt hij het Trio Accanto. Naast zijn uitvoeringen van nieuwe muziek concentreerde hij zich op niet-Europese muziek en vrije improvisatie. Dierstein geeft (solo)concerten door heel Europa, waaronder Het Concertgebouw in Amsterdam, Berliner Festspiele, Brussel Festival, Donaueschinger Musiktage, Huddersfield Festival, Lucerne Festival, Moskou, Festival d’Autome Parijs en Ircam Parijs. Zijn cd-opnamen werden meer dan eens onderscheiden. Dierstein werkt regelmatig samen met grote componisten van nu waaronder Hans Abrahamsen, Beat Furrer, Helmut Lachenmann, Rebecca Saunders en Salvatore Sciarrino. Hij doceert aan verschillende academies en geeft masterclasses over de hele wereld.
Geneviève Strosser Altviool
Geneviève Strosser speelt met verschillende ensembles voor hedendaagse muziek, waaronder Ensemble intercontemporain en London Sinfonietta. Daarnaast voert Strosser het klassieke kamermuziekrepertoire uit en wordt vaak als solist gevraagd bij onder meer BBC National Orchestra of Wales en het Orkest van De Munt in Brussel. Ze speelde in Het Concertgebouw in
Biografieën
Amsterdam, de Berliner Philharmonie en Wigmore Hall in London en op festivals als Berliner Festwochen en Ars Musica. Strosser werkt veel met componisten van nu; Stefano Gervasoni en Hugues Dufourt schreven een altvioolconcert voor haar. Strosser bracht enkele composities van Georges Aperghis in première. Naast haar uitvoerende activiteiten doceerde ze onder andere aan het Trinity College of Music in Londen en aan het Conservatoire National Supérieur de Musique de Paris. In 2004 is ze benoemd tot hoogleraar aan de muziekacademie van Basel.
Bas Wiegers Dirigent
foto: Paz Guillen
Bas Wiegers weet zich met zijn openheid en ondogmatische aanpak aan het roer van toonaangevende Europese orkesten en solistenensembles te onderscheiden.
Asko|Schönberg werkt geregeld met Bas Wiegers. In Nederland dirigeerde hij onder andere het Residentie Orkest, het Nederlands Philharmonisch Orkest, het Rotterdams Philharmonisch Orkest en, samen met Peter Eötvös, het Koninklijk Concertgebouworkest. Daarnaast deed hij gastoptredens bij het WDR Symfonie Orkest, het Estonian National Symphony Orchestra, het Athens State Orchestra, Ensemble Modern, Ensemble Musikfabrik, Neue Vokalsolisten Stuttgart en bij festivals zoals Wien Modern, Huddersfield Contemporary Music Festival, London Almeida Festival, Aldeburgh Festival en Acht Brücken in Keulen. Met ingang van seizoen 2018/19 is Wiegers Eerste Gastdirigent van Klangforum Wien.
Wiegers benadert zijn werk op gedetailleerde wijze, gebaseerd op zijn jarenlange ervaring als violist en een brede kennis van het repertoire van barok tot hedendaagse muziek. 15
Biografieën
Asko|Schönberg De hooggekwalificeerde en bevlogen musici van Asko|Schönberg spelen werk uit de twintigste en eenentwintigste eeuw, zowel in concertvorm als in interdisciplinaire voorstellingen. Door een grote wendbaarheid, in te haken op actualiteit of daar juist dwars tegen in te gaan, neemt Asko|Schönberg een eigenzinnige positie in binnen de kunsten. Samenwerking tussen musici en componisten en makers staat centraal. In een dynamische werkproces onderzoeken zij samen muzikale en theatrale vormen, technieken en (on)mogelijkheden, wat leidt tot spannende vondsten, nieuwe inzichten en presentatievormen. Asko|Schönberg bouwt met respect voor het twintigsteeeuwse erfgoed aan het repertoire van de toekomst. Op het repertoire staat niet alleen werk van de generatie van twintigsteeeuwse muziekvernieuwers met grote, gerenommeerde 16
namen als Louis Andriessen, Sofia Goebaidoelina, Pierre Boulez, György Kurtág en György Ligeti. Ook werk van de huidige generatie als Michel van der Aa, Huang Ruo, Calliope Tsoupaki en Joey Roukens staat op de lessenaars. Het ensemble biedt kansen aan jong talent door jaarlijks compositieopdrachten te verlenen aan jonge makers. Asko|Schönberg is ensemble in residence bij het Muziekgebouw www.askoschoenberg.nl.
Jana Machalett fluit Marieke Schut hobo David Kweksilber klarinet Daniël Boeke klarinet Serguei Dovgaliouk hoorn Jan Harshagen hoorn Arthur Kerklaan trompet Koen Kaptijn trombone Tjeerd Oostendorp tuba Pauline Post piano, synthesizer Joey Marijs slagwerk Joseph Puglia viool Liesbeth Steffens altviool Sebastiaan van Halsema cello David Bordeleau cello Quirijn van Regteren Altena contrabas
BiografieĂŤn
foto: Polle Willemsen
17
Biografieën
SWR Vokalensemble Vanuit passie en kennis legt het radiokoor van SWR zich al zeventig jaar toe op de uitvoering en verdere ontwikkeling van vocale muziek. De tonale cultuur en de vocale en stilistische flexibiliteit van de zangers is uniek en inspireert componisten tot het maken van nieuw werk. Sinds 1946 heeft de SWR elk jaar verschillende opdrachten voor het koor uitgegeven. Het ensemble heeft meer dan tweehonderdvijftig nieuwe koorwerken in première gebracht die vaak het onmogelijke mogelijk maakten en het ondenkbare denkbaar. Naast hedendaagse muziek richt het SWR Vokalensemble zich vooral op koorwerken uit de romantische periode en de eigentijdse muziek. Onder leiding van Marcus Creed (sinds 2003) ontving het SWR Vokalensemble meerdere onderscheidingen voor zijn interpretatie van kamermuziek en zijn stijlbewuste interpretaties, 18
waaronder de Duitse Music Critics’ Award, de Echo Klassik Prize, de Diapason d’Or, de Choc de la Musique en de Grand Prix du Disque. www.swr.de/ve
Sopranen Barbara van den Boom Kirsten Drope Ute Engelke Dorothea Jakob Andrea Lehment Wakako Nakaso Lisa Rothländer Eva-Maria Schappé Aya Tsujimoto Dorothea Winkel Alten Sabine Czinczel Stefanie Gläser-Blumenschein Carolina große Darrelmann Judith Hilger Domenika Hirschler Ulrike Koch Sandra Stahlheber Gisela Uhlmann-Zöbeley Wiebke Wighardt
Tenoren Frank Bossert Henning Jensen Johannes Kaleschke Christopher Kaplan Rüdiger Linn Julius Pfeifer Wilfried Rombach Hitoshi Tamada Alexander Yudenkov Bassen Jens Hamann Bernhard Hartmann Fabian Hemmelmann Torsten Müller Philip Niederberger Mikhail Nikiforov Oliver Pürckhauer Mikhail Shashkov Yuval Weinberg koordirigent
BiografieĂŤn
foto: Klaus Mellenthin
19
Verwacht
Donderdag avondserie Do 2 mei 2019 Grote Zaal 20.15 uur
Nederlands Kamerorkest Piazzolla door Vincent van Amsterdam De accordeon is zelden op het concertpodium te horen. Maar wie Vincent van Amsterdam hoort spelen, is gegarandeerd om. Wat een klankrijkdom en wat een veelzijdig instrument. Niet voor niets was hij winnaar van de Dutch Classical Talent Award 2016. In dit programma is Van Amsterdam solist in bandoneonconcerten van Willem Jeths en van Astor Piazzolla. De bandoneon ontsteeg de Argentijnse kroegen en straathoeken dankzij Piazzolla. De concerten van Willem Jeths en Piazzolla zijn oorspronkelijk voor de bandoneon gecomponeerd. Op de accordeon klinkt de muziek nog krachtiger en rijker. Willem Jeths is een componist van het grote gebaar. Een groot deel van zijn Concerto kent een zachte dynamiek, maar af en toe pakt hij flink uit. Programma: Willem Jeths Bandoneon Concerto, arr. voor accordion / Georges Bizet / Rodion Sjtsjedrin delen uit Carmen Suite / Astor Piazzolla Bandoneon Concerto, arr. voor accordeon
20
Vincent van Amsterdam
Verwacht
Serie Asko|Schönberg Andriessen Festival
Asko|Schönberg Ter Ere
Za 25 mei 2019 Grote Zaal 13.00 uur
Louis Andriessen is de meest toonaangevende Nederlandse componist van de afgelopen 50 jaar. Maar hij geldt óók als een vooraanstaand pedagoog. Als compositiedocent aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag had Andriessen collega’s van over de hele wereld onder zijn hoede. Een aantal van hen eert Andriessen in dit concert met nieuw werk. Het stuk van Mary Finsterer is een wereldpremière. Deze veelvuldig bekroonde Australische componist schreef tien jaar geleden ook al het openingsstuk voor de viering van Andriessens 70e verjaardag. De Nederlandse componist en dichter Rozalie Hirs componeerde voor Andriessen een concerto voor twee harpen en ensemble. Pete Harden, vertegenwoordiger van een nieuwe generatie eclectische componisten/muzikanten, schreef een stuk geïnspireerd op het werk van Frank Zappa. Het celloconcert Last Words schreef Martijn Padding speciaal voor Asko|Schönberg en soliste Doris Hochscheid.
Mary Finsterer foto: Dean Golja
Asko|Schönberg is ensemble in residence.
Programma: Mary Finsterer nieuw werk / Rozalie Hirs parallel world and sea* / Pete Harden At Pappa’s Altar* Martijn Padding Last Words – voor solo cello en ensemble* * Met steun van Fonds Podiumkunsten
21
Verwacht
April vr 26 apr / 20.15 uur Michael Schade + Malcolm Martineau Die schöne Müllerin
Mei wo 1 mei / 20.15 uur Prijswinnaarsconcert 2019 Winnaars Nederlands Vioolconcours + Nationaal Cello Concours + YPF Pianoconcours do 2 mei / 12.30 uur Rubens Consort Kamermuziek Lab Lunchconcert i.s.m. Prinses Christina Concours do 2 mei / 20.15 uur Nederlands Kamerorkest Piazzolla door Vincent van Amsterdam do 2 mei / 20.30 uur / Bimhuis Irreversible Entanglements The Rest is Noise @ Bimhuis vr 3 mei / 20.15 uur Collegium Vocale Gent Madrigalen van Monteverdi 22
zo 5 mei / 18.30 uur Vrije Noten Componistendiner wo 8 mei / 20.15 uur Camerata Salzburg + Alexander Lonquich Pianist en dirigent do 9 mei / 20.15 uur Nieuw Ensemble Première Georges Aperghis Lost Connections vr 10 mei / 20.15 uur Amsterdam Sinfonietta + Anthony Marwood + Alexander Melnikov Wonderkinderen za 11 mei / 14.15 uur De IJ-Salon Klezmer & Co za 11 mei / 20.15 uur Schumann Quartett Chiaroscuro zo 12 mei / 11.00 uur / Kleine Zaal Carolina Eyck + Ere Lievonen + Wouter Snoei The Theremin Stories zo 12 mei / 15.00 uur Nederlandse Bachvereniging Café Zimmermann
wo 15 mei / 20.15 uur Nederlands Kamerkoor + Paul Van Nevel De schatkamer van Paul Van Nevel do 16 mei / 12.30 uur Artem Trio Lunchconcert ism NMF do 16 mei / 20.00 uur / Paradiso Nederlands Blazers Ensemble Bach en Soefi do 16 mei / 20.15 uur Amsterdam Sinfonietta + Anthony Marwood + Alexander Melnikov Illumine me
Huil van de Wolff Elke 22e van de maand klinkt om 20.00 uur het geluidsmonument Huil van de Wolff. Martijn Padding componeerde deze interactieve geluidsinstallatie ter herinnering aan oprichter van het Muziekgebouw Jan Wolff (1941 - 2012). Zie voor meer informatie muziekgebouw.nl/ huilvandewolff Geheimtips Bijzondere concerten die je niet mag missen
Foto: Erik van Gurp
Grand café 4’33 Kom voor het concert eten in Grand café 4’33. Reserveren: 020 788 2090 of 433grandcafe.nl.
Rondom het concert - Na aanvang van het concert heeft u geen toegang meer tot de zaal. - Zet uw mobiele telefoon uit voor aanvang van het concert. - Het maken van beeld- of geluidsopnamen in de zaal alleen met schriftelijke toestemming. - Algemene Bezoekersvoorwaarden zijn na te lezen op muziekgebouw.nl
Bij de prijs inbegrepen Reververingskosten en garderobe zijn bij de kaartprijs inbegrepen. Ook een pauzedrankje, tenzij anders vermeld op uw concertkaartje. Bij concerten zonder pauze staan drankjes klaar na afloop van het concert.
Steun het Muziekgebouw Inkomsten uit kaartverkoop dekken ten dele onze kosten. Word vriend of doneer: met uw extra steun kunnen we concerten op het hoogste niveau blijven organiseren. Meer informatie: muziekgebouw.nl/steunons
Op de hoogte blijven? Blijf op de hoogte van nieuw geboekte concerten of ander nieuws. Volg ons via onze e-nieuwsbrief (aanmelden op muziekgebouw.nl), Facebook, Twitter of Instagram. Dank! Wij kunnen niet zonder de steun van onze vaste subsidiënten en Vrienden van het Muziekgebouw. Wij zijn hen daarvoor zeer erkentelijk.
Druk binnenwerk
23