Nieuwezijds 2013 #3

Page 1

GRATIS tijdschrift #3 / 2013

Over de toekomst van Amsterdam

MAGAZINE

Praatje Praatje op straat? op straat? Die leuke buur vinden We elkaar wevinden eerst online liever online

Deeleconomie Amsterdammers delen eten, auto, spullen. En verdienen eraan.

130213nieuwezijds.indd 1

Dwarse Denker ‘Containerschepen moeten varen op de wind’

Jelle Brandt Corstius ‘Het is niet handig vijanden te maken die invloedrijk zijn’

4/24/13 5:53 PM


nieuwezijds

Dirk Jan- t vast aaf g le ch ogr Fot r Burg dam zi t. r r de e van e Amst ergade ho ruit v vo o

Imago Gaasperdam In Planetarium Amsterdam brainstormt een handjevol bewoners over de toekomst van Gaasperdam. Een nieuw imago staat hoog op de agenda. Zo moet Gaasperdam in de toekomst niet meer worden geassocieerd met De Bijlmer maar met Het Gooi. Of dan tenminste Weesp en Abcoude.

02

130213nieuwezijds.indd 2

4/24/13 5:53 PM


nummer 3 / 2013

03

130213nieuwezijds.indd 3

4/24/13 5:53 PM


Colofon

nieuwezijds

Nieuwezijds Magazine wordt uitgegeven door Michiel Bergman en Liedewij Loorbach. Nieuwezijds Magazine onderzoekt de toekomst van Amsterdam. Hoe gaan we wonen? Eten? Leren? Zorgen? Consumeren? Wat doen we met energie? Met luchtvervuiling?

Hoofdredacteur: Liedewij Loorbach Uitgever: Michiel Bergman Vormgeving: Studio Pino Aan dit nummer werkten mee: Tekst: Jeroen Beekmans Joop de Boer Jan-Dirk van der Burg Kees Keijer Bregje Lampe Liedewij Loorbach Sara Luijters Hanne Reus Annemiek Verbeek Fotografie: Eva van Aalst Jan-Dirk van der Burg Sander Heezen Julie Hrudova Geert Snoeijer Karoly Effenberger Eindredactie: Katja Meijers Foto cover: Geert Snoeijer Model cover: Ellen van den Berg Oplage: 15.000 Contact: www.facebook.com/ NieuwezijdsMagazine www.nzmagazine.nl info@nzmagazine.nl

130213nieuwezijds.indd 4

Foto: Joost Ruigrok

Nieuwezijds belicht Amsterdammers die hun stad beter proberen te maken. Van geveltuin tot isolatie van een hele wijk. Nieuwezijds Magazine gaat de toekomst optimistisch tegemoet. Nieuwezijds wordt gratis verspreid door Amsterdam.

ED IT OR IAL Zit een uur met Jelle Brandt Corstius op een zonnig terras te praten over de toestand van Nederland en zelfs de zon begint te wenen. Wat zijn we toch een lethargisch volkje dat zich aan alle kanten laat piepelen door politiek en bedrijfsleven. En als een keer iemand probeert daar iets aan te doen, zoals Jelle, krijgt-ie een bak stront over zich heen en blijft het verder stil. En verandert er helemaal niks. Zit een uur met Dennis Karpes in een troosteloze sportkantine in Amstelveen, waar zwarte luxaflex zo veel mogelijk licht buiten houdt, en je hart bolt op van hoop en mogelijkheden. Verdorie, we kunnen het gewoon! Als we maar hard genoeg willen, dan is over twintig jaar de hele aarde groen en het klimaat voor een groot deel geheeld. Dennis is zo’n man die CEO’s van de grootste bedrijven durft uit te kafferen als ze vragen ‘what’s in it for me?’ “Hoe durf je, ga jij maar eens wat terugdoen voor de aardbol die jij al jaren aan het leegtrekken bent.” En die CEO’s, die pikken dat ook nog van hem. Kanonne, wat kijkt zo’n optimistische bril lekker. Kees Keijer interviewde onderzoeker Martijn de Waal over zijn boek De stad als Interface. Stedelingen leven steeds individualistischer, stelt De Waal. Maar behoefte aan contact blijft. En laat internet dat contact nou faciliteren. We kunnen makkelijker dan ooit dichtbij mensen vinden met dezelfde interesses of doelen, zoals fijn buurtgekneuter op sites als Boloboost en Ilovenoord. Als je met dat in je achterhoofd kijkt naar alle mensen die op straat, in de tram, café of club naar hun telefoon turen, wordt het ineens gezellig. Kan ook zijn dat ze hun tentje aan het uitlenen zijn aan een buurtgenoot via Peerby. Of hun avondeten bestellen bij die goede Griekse kok drie straten verderop via Thuisafgehaald. In de We-conomy, of deeleconomie, doen consumenten zaken met elkaar, spullen worden gedeeld, en winst is niet het enige doel, ook het creëren van sociale waarden. Op het laatst kwam Jelle toch nog pragmatisch optimistisch uit de hoek: “Waarom zou de economie nog verder moeten groeien? Als het zo niet werkt, dan moet je een andere economie verzinnen.” Nou, die andere economie die is er dus al. En die kunnen wij samen groter maken. Liedewij Loorbach

4/24/13 5:53 PM


nummer 3 / 2013

Inhoud Praatje op Straat? Stedelingen vinden elkaar liever online

08

Kwaliteitsslag 02 Imago Gaasperdam Made in Amsterdam 07 Bijenhotel 14 Toekomstdromen 7 wensen voor Amsterdam

...<3! 16 ‘Oude meuk’ is niet dood Hoe het Spiegelkwartier zich vernieuwt

20 De donkere toekomst van Jelle B ‘Het is niet handig vijanden te maken die invloedrijk zijn’

26

We-conomy Hoe Amsterdammers geld verdienen door te delen

36 Fietsend langs Start-ups Touren langs De Speld, Studio JUX en Taxi-E

32 Gras in de woestijn “In 20 jaar kunnen we de aarde weer groen maken”

dwarse denker

24 Jorne Langelaan ‘Weg met diesel, containerschepen moeten zeilen’

Stadsridder

41 Nel Breedveld

Gestart/Gestopt 43 Books & Bubbels en Inkt & Olie

Agenda

44 mei

Buiten de Ring 46 Stedelijke trends over de grens 5

130213nieuwezijds.indd 5

4/24/13 5:53 PM


Groot assortiment tuinmeubelen vind je bij Intratuin Amsterdam

Bistrostoel Sardinië Diverse kleuren, staal, 2 jaar garantie. Per stuk

24.95

Bistrotafel Sardinië Diverse kleuren, staal, Ø 60 cm, hoogte 70 cm, 2 jaar garantie. Per stuk

34.95

Intratuin Amsterdam Nobelweg 10, 020-4622922, 7 dagen open, www.intratuin.nl

130213nieuwezijds.indd 6

4/24/13 5:53 PM


nummer 3 / 2013

Made

in Am Bijen sterda hote m l

Bijenhotel, puur eikenhout. Voor in de tuin of op het balkon. Hang hem zo mogelijk in de zon, op een plekje uit de wind. Het hout komt uit Twente, in Amsterdam boort Bart Slot er gaatjes in voor de solitaire bijen. “In de natuur boren kevertjes en andere kleine beestjes die gaatjes, vooral in dood hout. Dat doe ik na met de boor.” In de boorgang verzamelt de solitaire bij nectar voor een ‘bijenbroodje’. Dan legt-ie er een larve naast en bouwt-ie een muurtje. Dan begint de bij met de volgende combi van broodje en larve, tot de gang vol is. En dan komen de larven uit. “De solitaire bij kan wel wat hulp gebruiken,” zegt Slot. “In ons opgeruimde landschap is nog maar weinig plek voor ze. De natuur is gebaad bij rommeligheid, dood hout en takkenbossen.” Met een bijenhotel op je balkon hoef je trouwens niet bang te zijn. “Solitaire bijen hoeven niet een heel volk te verdedigen, daardoor hebben ze een veel kortere angel.”

Bart Slot (32) … is een ondernemende knutselaar die biologie studeerde in Groningen. Onder de naam Natuurontwerper maakt en verkoopt hij een mussentoren, een vleermuiskast (voor de zomer), een bijenhotel in een grote paal (zie foto hiernaast) en het bijenhotel dat ook op een balkon kan hangen. “Er wordt zo veel van slecht materiaal gemaakt, van die in-mekaar-waai-vogelhuisjes van twaalf euro die maar twee seizoenen meegaan. Ik wil producten voor de natuur maken, die ook in de natuur passen en die lang meegaan.” Op het dakterras van zijn woongroep op het Prinseneiland experimenteerde hij afgelopen jaar met een bijenhotel van houtbeton, een mengsel van cement en hout. De solitaire bijen waren niet enthousiast. Dit jaar dus weer puur hout. www.natuurontwerper.nl

7

130213nieuwezijds.indd 7

4/24/13 5:53 PM


nieuwezijds

Praatje op straat? We vinden elkaar liever online. Tekst:

Foto’s:

Kees Keijer

Geert Snoeijer

8

130213nieuwezijds.indd 8

4/24/13 5:53 PM


nummer 3 / 2013

9

130213nieuwezijds.indd 9

4/24/13 5:53 PM


nieuwezijds

De stedeling leeft steeds individualistischer, contact met stadsgenoten zoekt hij op eigen voorwaarden. Filosoof Martijn de Waal ziet dat apps nieuwe mogelijkheden bieden voor Amsterdammers om elkaar te treffen. Om daarna een keer te picknicken. Martijn de Waal, auteur van De stad als interface

In het openbaar vervoer, op pleinen en in cafés: iedereen is tegenwoordig verzonken in zijn eigen digitale wereld. Ouders kijken nauwelijks meer naar de verrichtingen van hun koters tijdens de zwemles of langs de lijn, maar turen gebiologeerd naar hun schermpje. Een praatje aanknopen met iemand die je toevallig ontmoet is er niet meer bij, liever onderhouden we contact met onze vrienden en kennissen via allerlei sociale netwerken. Digitale en mobiele media hebben de afgelopen jaren een enorme vlucht genomen en de invloed op het alledaagse stedelijke leven wordt steeds duidelijker merkbaar. amsterdamenergie.nl Amsterdam Energie is een voorbeeld van een coöperatie zoals ze nu op allerlei plekken ontstaan. Iedereen die energie afneemt, is geen klant maar mede-eigenaar van het bedrijf, en kan zo meebeslissen over de toekomst. De winst wordt niet uitgekeerd aan aandeelhouders, maar wordt geïnvesteerd in duurzame projecten. Leden mogen daartoe zelf projecten aandragen en erover stemmen. Amsterdam Energie is zo een voorbeeld van een manier waarop burgers een belangrijke hulpbron (energie) in gemeenschappelijk beheer nemen. Digitale media spelen daarin een rol omdat ze het makkelijk maken dergelijke projecten te organiseren, leden te mobiliseren en ook om individueel gebruik van de gemeenschappelijke bron af te rekenen.

Smartphones, sociale netwerken, gpsnavigatie, sensornetwerken en smart cards zoals de OV-chipkaart hebben invloed op ons gedrag. Op de manier waarop we ons verplaatsen, waar we naartoe gaan, hoe we met anderen omgaan en hoe we de openbare ruimte in de stad ervaren. Via Twitter, Facebook of Foursquare laten mensen weten waar ze zijn, via navigatieapps kunnen we die plekken snel vinden en ondertussen houden we ‘persoonlijk’ contact via e-mail, sms, whatsapp of tal van andere berichtenservices. In zijn nieuwe boek De stad als interface beschrijft filosoof Martijn de Waal wat de opkomst van deze ‘urban media’ betekent voor de stedelijke openbaarheid. Als iedereen steeds individualistischer wordt, blijft er dan nog iets over van de stad als open democratische ‘gemeenschap van vreemden’? Wat zijn de gevolgen van de veranderingen die de stad als samenleving ondergaat en hebben we daar zelf nog genoeg invloed op? De Waal promoveerde vorig jaar op het onderzoek, waar hij zo’n zes jaar geleden aan begon. “Toen had ik het idee dat de opkomst van internet en de digitale media iets doet met de manier waarop mensen hun omgeving ervaren. Aanvankelijk keek ik vooral naar verbindingen tussen steden. Na de opkomst van internet en satelliettelevisie kon je weliswaar in Amsterdam wonen, maar je cultureel heel erg op Marokko richten. Of andersom; je kunt de hele winter aan de Costa del Sol zitten, maar eigenlijk ben je nog in Nederland.” Al snel verschoof het onderzoek van De Waal zich naar de sociale verhoudingen binnen steden en de manier waarop urban media de ervaring van de stad veranderen. Hij bracht allerlei onderzoeken bij

elkaar en signaleert de ontwikkelingen in de stedelijke ruimte. Steeds meer stedelingen gebruiken publiekelijk hun laptop en telefoon, waarmee zij continu in verbinding staan met ‘soortgenoten’. Ze ontmoeten elkaar op plekken waar leden van dezelfde groep ook een voorkeur voor hebben. Staan we aan de vooravond van een nieuw type verzuiling? Of zijn er alternatieve manieren van samenleven mogelijk? De algemene verwachting is in elk geval dat digitale technologieën zich steeds meer zullen verweven met het leven van alledag. Allerlei softwaretoepassingen zullen er straks voor zorgen dat de stad steeds efficiënter functioneert. ‘Slimme’ stoplichten zorgen voor minder verkeersopstoppingen, koelkasten houden bij wat je in huis hebt, energie wordt steeds verstandiger gebruikt. Deze ontwikkeling neigt naar de smart city, de stad die volgestopt is met sensors, software en netwerken. De stad wordt een goedgeoliede machine en de bewoners vinden er hun weg met de smartphone. De smart city lijkt steeds dichterbij te komen. Sterker nog, volgens sommigen bestaat deze stad van de toekomst al. Songdo, een compleet nieuwe stad in Zuid-Korea, zo’n 65 kilometer ten westen van Seoul, schijnt in elk geval griezelig dichtbij te komen. Songdo staat vol met hoge woontorens met luxe appartementen. De hele stad zit vol met sensors, camera’s en snelle netwerkverbindingen. Een centraal computersysteem houdt allerlei data in de stad bij. Van de energie die gebouwen verbruiken tot de bezetting van parkeerplekken. Straatverlichting wordt aangepast aan de locatie van verkeersdeelnemers. Zelfs al het afval wordt

10

130213nieuwezijds.indd 10

4/24/13 5:53 PM


nummer 3 / 2013

‘Als je ziek bent komt niet de buurvrouw, maar iemand die erover las op Facebook’ op individueel niveau gemeten. Ouders houden toezicht op hun spelende kinderen door camerabeelden te bekijken. Songdo is een modelstad, een proeftuin voor de schone, gezonde en efficiënte gemeenschap van de toekomst. De Waal heeft Songdo bezocht maar raakte niet bijster onder de indruk. “Die stad wordt heel erg gepromoot als een smart city en er worden wereldwijd artikelen over geschreven. Maar feitelijk is er op dit moment nog niet zo heel veel te zien. Het zijn vooral plannen om dit soort smart city technologieën te gaan ontwikkelen. Ik denk wel dat ze er komen, maar het feit dat ze er nog steeds niet zijn geeft wel aan dat de werkelijkheid veel complexer is dan men kan bedenken.” “De visie die erachter zit gaat uit van de stad als een verzameling van infrastructuur, wegen, parkeerplaatsen en verwarmingen. En die gaan we zo efficiënt mogelijk beheren. Het maakt het leven op zich prettiger. Maar het is de beperkte visie van een ingenieur op de stad. De stad is ook een verzameling mensen die met elkaar samenleven. Maar daar wordt eigenlijk heel weinig voor ontwikkeld.” Social city Het alternatieve toekomstscenario voor de smart city is de social city. Uitgangspunt daarvoor is dat de stad in de eerste plaats een gemeenschap is van mensen die ondanks al hun verschillen met elkaar moeten samenleven. Digitale media kunnen volgens De Waal een rol spelen om de onderlinge relaties tussen stedelingen te verbeteren. Hij haalt het voorbeeld aan van ilovenoord, een ‘community website’ die verbanden legt tussen mensen in Amsterdam-Noord. Er staan tips op over

het stadsdeel en de bewoners wisselen informatie uit. Waar kun je goede koffie krijgen? Waar zitten leuke cafés? “Wat ilovenoord zo bijzonder maakt, is dat het niet alleen een digitaal platform is. Ze organiseren ook fysieke activiteiten. Ze hebben bijvoorbeeld een picknickactie bedacht. Er werden honderd kleedjes uitgedeeld om in een park te picknicken. Binnen een mum van tijd hadden mensen zich daarvoor opgegeven. Het grappige is dat dit niet per se een hechte gemeenschap oplevert. Al die mensen gingen op hun eigen kleedje zitten picknicken. Het werd niet één grote, gemeenschappelijke picknick, en toch was er wel een gevoel van gezamenlijkheid.” Roept zo’n initiatief meer het gevoel van contact op dan dat er werkelijk vriendschappen ontstaan? “Het is een soort gelaagd proces. Het begint vaak beleidsmatig. Het idee van een lokale gemeenschap in een wijk, het idee dat mensen vriendschappen in een wijk moeten hebben, een hechte relatie. Terwijl je kunt zeggen: bij ons type samenleving, waarin de individualisering een belangrijke rol speelt, past beter niet een hele hechte lokale gemeenschap, maar eerder een reeks losse lokale gemeenschappen. Je vertrouwt elkaar, je kent elkaar, je groet elkaar, af en toe doe je iets samen. Als je een oppas nodig hebt of als je een boor wilt lenen, dan kun je bij iemand in de buurt aanbellen. Als je elkaar in het park ziet, maak je een praatje, maar dat hoeft niet per se.” Het lijkt zo vanzelfsprekend: een stad waar je anoniem kunt zijn, maar ook rekening houdt met elkaar. Toch is die houding relatief nieuw. Tot in de jaren zestig leefde heel erg het idee dat buurten gemeenschappen zouden zijn. De Waal beschrijft

in De stad als interface hoe de inwoners van de Rotterdamse wijk Pendrecht in de jaren zestig een hechte gemeenschap vormden en elkaar in de gaten hielden. “Die wijk verrees in 1954 en werd opgezet met het idee dat er een lokale gemeenschap gecreëerd moest worden. Televisie bestond nog niet, men had alleen radio. Mediatechnieken waren zijn er nog nauwelijks, alleen radio. De bewoners waren erg op de buurt gericht. Mannen werkten in de ams.urbanecomap.org Urban Ecomap – een project van computergigant Cisco in Amsterdam en San Francisco – was een van de eerste projecten wereldwijd die een poging deed om met behulp van allerlei sensors vat te krijgen op de milieuvervuiling in de stad. Door allerlei data te verzamelen over uitstoot van CO2 en energieverbruik en die op een overzichtelijke manier te presenteren, wordt het probleem inzichtelijk gemaakt. De data zijn bovendien op stadsdeelniveau te bekijken, zodat bewoners hun eigen stadsdeel kunnen vergelijken met het stedelijk gemiddelde, de andere stadsdelen en de doelen die de stad zich heeft gesteld. Zo wordt niet alleen het probleem in kaart gebracht, maar ook de bijdrage van de bewoners (nu nog op stadsdeelniveau, misschien ooit in de toekomst op individueel niveau) inzichtelijk gemaakt. De hoop is dat inzicht op den duur ook tot gedragsverandering kan leiden.

11

130213nieuwezijds.indd 11

4/24/13 5:53 PM


nieuwezijds

12

130213nieuwezijds.indd 12

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

‘Tot de jaren zestig heerste het idee dat buurten gemeenschappen zouden zijn’ havens, vrouwen bleven thuis. Precies om zes uur kwamen de bussen uit de havens en daarna zat iedereen tegelijk aan tafel. De levensritmes liepen zo gelijk dat je elkaar steeds tegenkwam.” Praatje Dat is in hedendaagse steden wel anders. Tegenwoordig herbergt Amsterdam bijvoorbeeld een enorme variëteit aan levensstijlen en identiteiten. Er zijn veel sociale banden, maar het is niet meer vanzelfsprekend dat iedereen in een buurt elkaar kent. “Als je ziek bent komt de buurvrouw niet meer met een netje sinaasappelen. Er komt mogelijk wel iemand langs, maar die woont misschien aan de andere kant van de stad. Iemand die op Facebook heeft gelezen dat je ziek bent.” Stedelingen krijgen steeds meer vrijheid het leven naar eigen inzicht in te richten en de levensritmes van buurtgenoten lopen daardoor minder parallel dan vroeger. De nieuwe media maken het mogelijk dat iedereen zijn eigen leven inricht. Van gemeenschappelijke levensritmes is geen sprake meer. Toch vindt De Waal het belangrijk dat terloopse contacten tussen buurtgenoten mogelijk blijven. In De stad als interface beschrijft hij dat als het ideaal van de Republikeinse Stad. Dat is een stad waarin iedereen de vrijheid heeft om te kiezen uit uiteenlopende levenswijzen, maar tegelijkertijd geldt dat stedelingen ook met elkaar verantwoordelijk zijn voor de stad als geheel. “Kunnen we niet kijken of er nieuwe manieren zijn waarop we die momenten van overlap of korte contactmomenten kunnen creëren? Dat vind ik ook zo goed aan de picknickdag. Mensen vinden het leuk om deel uit te maken van een groter collectief, zonder dat je onder-

deel wordt van een gemeenschap waar de nadruk ligt op een eenduidige gemeenschappelijke cultuur. Je mag gewoon zelf komen picknicken en als je er toch zit, maak je even een praatje met de mensen die naast je zitten.” Een andere mogelijkheid om technologie in te zetten voor meer gemeenschapszin, is volgens De Waal burgers toegang geven tot data. “Overheden verzamelen heel veel data over de stad, maar soms weten ze eigenlijk niet goed wat ze er zelf mee kunnen. Dan kunnen ze het aan de burgers vragen. Een voorbeeld is bomenkap.nl, een site waarop je kunt zien welke bomen genomineerd zijn om gekapt te worden. Normaal staan zulke data ergens in een spreadsheet, maar nu staan ze op een kaart. Als je betrokken bent bij het groen in de stad, kan zoiets een manier zijn om je daar over te informeren en om eventueel tot actie over te gaan. Een website kan dus momenten creëren voor mensen om zich te organiseren.” Grote moeilijkheid met de ontwikkelingen van de urban media: we zitten volgens De Waal in een fase waarin we eigenlijk nog niet weten welke kant het opgaat. “Je kunt van alles bedenken, maar misschien gebeurt er niets mee. En in andere gevallen gebeurt er iets wat niemand kon bedenken. Sms is daar een voorbeeld van. Dat is bedacht als tijdbesparend medium voor drukke zakenmannen. Maar niet voor tieners die juist te veel tijd hadden. Technologie wordt vaak op een andere manier gebruikt dan de uitvinders ervan bedacht hadden. Eigenlijk is mijn boek ook een oproep aan ontwerpers. Misschien dat de scenario’s die ik beschrijf ook weer aangrijpingspunten kunnen zijn voor ontwerpers om dingen te gaan maken.”

Ilovenoord De stadsblog ilovenoord begon ooit als opwelling van AmsterdamNoordbewoner Luc Harings. Toen zijn favoriete bakker de deuren sloot, moest hij op zoek naar een nieuwe plek om lekker brood te kopen. Die vond hij pas nadat een kennis hem terloops over zijn eigen favoriete bakker vertelde. Ergens ook wel opmerkelijk, bedacht Harings achteraf. “Hoe kan het dat ik al zo lang in de buurt woon en deze bakker helemaal niet ken?” Uit enthousiasme over zijn nieuwe ontdekking begon hij een webblog, om zijn favoriete plekken uit Noord te delen met andere bewoners. Inmiddels is ilovenoord uitgegroeid tot een platform dat niet meer weg te denken is in Noord. Niet alleen verschijnen er nog altijd tips online over het leven in de buurt, inmiddels worden er ook allerlei activiteiten in de fysieke ruimte georganiseerd zoals een picknick in het Noorderpark. In Bos en Lommer bestaat een soortgelijk initiatief – Boloboost. Ook daar worden online tips over de buurt gecombineerd met het organiseren van activiteiten. Beide websites spelen zo een rol in de manier waarop de levenswerelden van uiteenlopende stadsdeelbewoners elkaar overlappen en vormen de basis voor activiteiten waarin bewoners elkaar in het stadsdeel kunnen treffen.

13

130213nieuwezijds.indd 13

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

Toekomstdromen Willem-Alexander is bedolven onder toekomstdromen voor zijn koninkrijk. Zeven Amsterdammers over wat zij willen voor hun stad. Illustraties:

Eva van Aalst

Rob Visser Dominee op IJburg

“Ik droom dat Amsterdam ook de nieuwe wijk IJburg in haar hart sluit, waardoor het voor fietsers veel toegankelijker wordt en dit stadsdeel voor jongeren een aantrekkelijke woon- en hangplek vormt, waar de kleintjes op de kinderboerderij, jongeren op het voetbalveld en de puber in de “keet” vertier vindt.”

Jaap Schoufour Hoofd Bureau Broedplaatsen van de gemeente Amsterdam

“Mijn droom is dat wij Amsterdammers veel trotser worden op onze stad. Op de mix van mensen, de vrijheden en mogelijkheden die we hebben, op de liefde die zo veel mensen hebben voor deze stad, de ontelbare goede vrijwillige initiatieven die er bestaan. Op de voorzieningen in alle soorten en maten en dat op een klein oppervlak, de monumentale stad en op alle plannen die we hebben.”

Ronald Snijder Schrijver en programmamaker NormaleMensen.nl

“Mijn droom voor Amsterdam is dat Amsterdam helemaal blauw wordt geverfd. Alles, maar dan ook alles in een diepblauwe, blauwe kleur. De Dam, het Paleis op de Dam, de trams, alle straatjes en grachten, de lantaarnpalen, de vuilnisbakken, de zebrapaden. Alles blauw. Alleen de mensen die in Amsterdam rondlopen steken met hun normale kleren af tegen het diepblauwe blauw van Amsterdam. De wereld zal spreken over ‘die blauwe, blauwe stad’ en iedereen weet dat het over Amsterdam gaat. De toeristen die nu nog voor de drugs en de hoeren komen, komen dan voor de totale blauwervaring van Amsterdam. Het aardige is dat als je dan Amsterdam filmt en chromakey gebruikt, de stad één groot bluescreen wordt en je al het blauw kan vervangen voor beelden van Zaltbommel.” Loopt iedereen ineens in Zaltbommel. Ook interessant misschien.”

14

130213nieuwezijds.indd 14

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

Mirik Milan Nachtburgemeester

“In musea is alleen maar ruimte voor kunst met een grote K. Jeugdcultuur of clubcultuur zoals in discotheken krijgt bijna nergens aandacht, terwijl het een belangrijke stroming is. Ik zou willen dat het Paleis op de Dam jaarlijks een hele dag en nacht wordt opengesteld voor jongeren en jeugdcultuur. Zonder grenzen mogen zij het pand gebruiken, van de vroege ochtend tot de late uurtjes, voor exposities, feesten, culturele festivals. En dat gaat liefst dit jaar al voor het eerst gebeuren.”

Eva van Aalst Illustrator

Rajae el Mouhandiz Zangeres en muzikant

“Ik droom van een Amsterdam met galante duiven. Een duiventemmer weet alle duiven van Amsterdam te temmen. De duiven zullen voor je opzij gaan als je eraan komt op je fiets, je galant begroeten. Ze slaan geen irritant geluid meer uit, maar zingen je toe. Ze laten geen poep meer achter, maar snoepjes.”

“Ik droom dat er in Amsterdam-West een Arabisch/Noord-Afrikaans caférestaurant-podium komt, waar je naast lekkere gegrilde visjes, couscous, tajine, pastilla, mezze, waterpijp, noten-vijgen-dadeltoetjes naar heerlijke cross-over live bands kunt luisteren. Rai, jazz, pop kleinkunst en filmprogramma’s. Dan verlaat ik Rotterdam en kom ik weer in Amsterdam wonen om te helpen. Hoe eerder, des te beter voor de stad. Goed voor de culturele dialoog, en zo’n plek zal my hood, Damsko West, op de kaart zetten.”

Egbert Fransen Directeur Pakhuis de Zwijger

“Amsterdam bestaat in 2025 alweer 750 jaar. Mijn droom is om bottum up dit feest te organiseren. Niet zoals is gebeurd met de kroning, maar echt organiseren vanuit de wijken en buurten. Waardoor aan alle kanten de diversiteit en genialiteit van al die prachtige Amsterdammers doorklinkt. Direct na de kroning mee te beginnen, met Koningin Máxima als beschermvrouw.”

15

130213nieuwezijds.indd 15

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

16

130213nieuwezijds.indd 16

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

Uitverkookp’ u e m de u ‘O e t d o o d i n is % 0  5 e l Sa wt u e i n r h ve c i z t a stra k e i t n na Hoe ee

Bregje Lampe Julie Hrudova

Tekst: Foto:

Het is de rode loper naar het Rijksmuseum, maar de laatste tijd rukken modezaken en eetwinkels op. Of het Spiegelkwartier nog eens het verlengde van de PC wordt? Echt niet. Toen modezaak Carmacoma in oktober 2009 opende in de Nieuwe Spiegelstraat waren de reacties uit de buurt op zijn zachtst gezegd sceptisch. Wat moest een modezaak nou in het middelpunt voor de handel in kunst en antiek? Een modezaak, hoe exclusief die ook pretendeerde te zijn, kon volgens veel oude handelaren alleen maar ellende betekenen. Zwartkijkers zagen de PC al oprukken richting Spiegelkwartier. Zeker toen Jacob Lesman in maart 2011 op nummer 27 met de verkoop van exclusieve handgemaakte herenschoenen begon. En waar Ariëns Kappers eerder oude prenten, tekeningen en kaarten verkocht, zit sinds augustus 2012 Hester van Eeghen met haar exclusieve schoenen en tassen. Nog iets verderop, voorbij de brug richting Rijksmuseum, zit Tamago, dat nieuwe en bijzondere vintage designerkleding verkoopt. Maar eind maart heeft zich ook een nieuwe antiquair in de buurt gevestigd: Bruil en Brandsma. De handelaar

zat eerder aan de Prinsengracht en heeft tegenwoordig een winkel in de Nieuwe Spiegelstraat. Volgens de ondernemers in de buurt is de komst van deze ondernemer het bewijs dat het Spiegelkwartier nog steeds dé plek is om je te vestigen als antiquair. “Goed, de boel beweegt. Toen ik klein was, had je hier in de straat nog een groenteboer en een slager. En waar de viswinkel zit, zit nu een soepwinkel. De laatste tijd komen er vooral modezaken en eetadressen bij. Dat is een kwestie van tijdgeest,” zegt Vincent Geerling, die al een jaar of tien voorzitter is van de ondernemersvereniging van het Spiegelkwartier. Dat is een fanatiek clubje onder aanvoering van Geerling en straatmanager Cunie Out. Een van de belangrijkste oorzaken voor het veranderende straatbeeld ligt volgens Geerling en Out in het feit dat de meeste antiquairs geen opvolging kunnen vinden en besluiten hun pand bij wijze van pensioen te verkopen. Zo ging het bij Ariëns

17

130213nieuwezijds.indd 17

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

Kappers. Zo gaat het straks bij Christo Zotos, die zijn pand momenteel te koop heeft staan. En wie weet waar dat nog meer gaat gebeuren. Neem Jaap Polak, van Polak Works of Art. Hij is 65, en van plan om door te gaan tot hij tachtig is. Wat er daarna gebeurt? Geen idee, zegt Polak zelf. Opvolging heeft hij niet. Hij is wel eigenaar van zijn pand. Zou best kunnen zijn dat hij dat later verkoopt. En dan is het maar afwachten wie dan zijn intrek neemt. “Kleine kans dat er dan weer een antiquair komt. Over het algemeen zijn de huurprijzen van de panden die door vastgoedtypes worden opgekocht heel hoog, voor een antiquair zijn dat soort bedragen niet op te brengen,” zegt Polak. “De ondernemersvereniging probeert zo veel mogelijk invloed uit te oefenen op nieuwe ondernemers die hun intrek in de straat nemen. Want we vinden het belangrijk dat het traditionele karakter van de straat behouden blijft. Maar dat wil niet zeggen dat er alleen maar plaats is voor antiquairs. Het is immers altijd een gemengde straat geweest,” zegt Kitty Laméris, van Frides Laméris. Kitty runt de antiekwinkel die in 1963 werd opgericht door haar ouders sinds 2002 samen met haar broer Willem en zus Anna. Ze waren lange tijd de jongste antiquairs in

de staat, maar inmiddels zijn ze ingehaald door Roeland (32) en Sebastiaan (34) Kramer, die drie jaar geleden de zaak van hun ouders, op de hoek van de Spiegelstraat en de Prinsengracht, overnamen. “Ik ken maar weinig mensen van mijn leeftijd die als antiquair werken. Wij zijn in de winkel opgegroeid, dus voor ons was het een logische stap,” zegt Roeland Kramer. Wat momenteel in de Spiegelstraat gebeurt, het verkopen van een pand bij wijze van pensioen, is niets nieuws. De Negen Straatjes bijvoorbeeld, kennen dezelfde ontwikkeling. Toen Marijke Bijkerk vorig jaar vertrok uit het pand waar ze ruim dertig jaar eerder met tweedehandswinkel Lady Day begon, nam modemerk Marc O’Polo haar plaats in. Daarmee was het veranderende karakter van de Negen Straatjes – van creatief en underground naar commercieel – onderwerp van gesprek in de stad. Zo’n vaart zal het met het Spiegelkwartier niet lopen, menen Geerling en Out. Daarvoor zijn de nieuwkomers te exclusief. Ruim vier jaar na de opening is de kritiek op modezaak Carmacoma allang verstomd. “Ik begrijp de eerste reactie van de ondernemers uit de buurt wel. Ze waren bang dat het karakter van de straat eraan zou gaan. Maar inmiddels hebben we onze plek veroverd. Het assortiment van de

winkel heeft de buurt overtuigd van mijn stelling dat mode ook kunst kan zijn,” zegt eigenaar Marjon Visser.

‘Ondernem bang dat h ers waren e van de strat karakter at er zou gaan’ aan Carmacoma trekt een heel eigen publiek met peperdure en exclusieve designerkleding van merken als Azzedine Alaïa, Gareth Pugh, Raf Simons en Thamanyah; merken die slechts bij een handvol winkels ter wereld verkrijgbaar zijn. “De mensen die bij ons kopen, zijn niet te vergelijken met het publiek in de PC. Onze klanten houden niet van opzichtige chic. Het zijn intellectuele types die ook geïnteresseerd zijn in kunst en antiek. Ze willen net zo goed betalen voor een mooi kunstobject als voor een jurk van Alaïa,” zegt Visser. Als het aan Visser ligt, komen er vooral niet meer modezaken in de straat. Met de zeventig antiquairs die nu nog in de buurt zitten – dertig jaren geleden waren het er veel meer – is de concentratie van antiek

18

130213nieuwezijds.indd 18

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

in het Spiegelkwartier nog altijd hoger dan waar dan ook in Amsterdam. “Hoger zelfs dan waar ook in de Benelux,” zegt Polak, een gerenommeerde handelaar die ook regelmatig te zien is op televisie bij Tussen Kunst & Kitsch. Dat zowel Sotheby’s als Christie’s tegenwoordig geen veilingen meer organiseert in Amsterdam, wil volgens Polak nog niet zeggen dat de handel in antiek ten dode opgeschreven is omdat, zoals de directie van Christie’s beweert, ‘nieuwe rijken geen oude meuk meer willen’. De antiquair pakt er ter illustratie een paar catalogi bij. “Hier, dit wordt allemaal verkocht. Een gotisch beeldje doet nog steeds zo’n 98.000 euro. De smaak is veranderd, want de jeugd is opgevoed met Ikea. En dus doet een boeddhabeeldje het momenteel beter dan een antieke Madonna. Maar als er écht iets moois op de markt komt, wordt het verkocht. Alleen met troep red je het als antiquair nu niet meer. Maar dat geldt sinds de economische crisis in iedere sector, en dat is helemaal niet slecht.” Nee, de crisis is het probleem niet. Polak heeft de afgelopen dertig jaar wel meer crises voorbij zien komen. De antiquairs in de buurt zijn eensgezind: het veranderende karakter van de straat heeft buiten de opvolgingsproblemen alles te maken

met de verbouwing van het Rijksmuseum, die in 2003 begon en pas net is afgerond. Met name de deelraad Oud-Zuid moet het ontgelden – volgens Polak ‘een stelletje geitenwollensokken types die de boel ophouden met hun papierwerk’. “Een klein groepje mensen kan heel veel verpesten. Het is onzinnig dat de deelraad Oud-Zuid en de Fietsersbond zich kunnen bemoeien met zo’n belangrijk rijksgebouw,” zegt Polak.

is opge‘De jeugd EA. Een voed met IK eeld doet boeddhab dan een het beter aria’ antieke M Tijdens de verbouwing werd de ingang van het Rijksmuseum naar de zijkant verplaatst, zodat bezoekers die het museum verlaten bijna automatisch richting PC Hooft in plaats van richting Spiegelkwartier lopen. Voor ondernemers in de buurt betekende dat de helft minder aanloop. Geerling heeft weleens berekend hoeveel inkomsten de antiquairs de afgelopen tien

jaar zijn misgelopen. Kwam hij ergens tussen de 20 en 30 miljoen euro uit. Volgens economisch adviesbureau Lubbe & Larsen zat hij daarmee nog aan de lage kant. Natuurlijk heeft hij dat weleens aangekaart bij Carolien Gehrels, wethouder van stadsdeel Centrum. Meer dan eens zelfs. Maar uiteindelijk heeft dat niet meer dan een schadevergoeding van eenmalig 15 duizend euro voor de vereniging opgeleverd. Een lachertje, als je het Geerling vraagt. Maar goed, op het allerlaatste moment heeft de gemeente nog wel de Spiegelgracht opgeknapt. Lag de straat er toch nog mooi bij tijdens de opening op 13 april. “Eigenlijk is het nog een wonder dat er de afgelopen jaren zoveel antiquairs overeind zijn gebleven. Want ze hebben het zeker niet makkelijk gehad,” zegt Out. Over de toekomst van het Spiegelkwartier maakt de straatmanager zich niet zo veel zorgen. Nu het Rijksmuseum weer open is, kan het alleen maar beter gaan. Out en de rest van de ondernemers in de straat zijn ervan overtuigd dat er aankomende zomer weer minstens twee keer zoveel mensen per dag door het Spiegelkwartier lopen, en daar zitten er zeker een paar tussen die geïnteresseerd zijn in antiek.

19

130213nieuwezijds.indd 19

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

‘Het is niet handig vijanden te maken die invloedrijk zijn’ 20

130213nieuwezijds.indd 20

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

De donkere toekomst van Jelle BC Sinds het begin van de financiële crisis in 2007 is er veel gebeurd maar weinig veranderd aan het financiële systeem. Journalist Jelle Brandt Corstius is bang voor een revolutie, voor anarchie. Hij riep op tot actie. “Wat ik constateerde is dat die actie goed viel onder mensen die geen invloed hebben, en slecht viel onder mensen die wel invloed hebben.” Liedewij Loorbach Karoly Effenberger

Tekst: Foto:

Voor het interview begint vraagt Jelle Brandt Corstius: “Is dit voor print of ook voor internet?” Als het alleen voor print is, dan flapt hij alles eruit, zegt hij. Dan ligt zo’n interview de week daarna toch in de papierbak. “Maar als het op internet komt, moet ik op mijn woorden letten, dan krijg je het vijf jaar later nog terug.” Of hij daar nu dan ook last van heeft? “Ja, daar heb ik nu ook last van,” zegt hij kortaf. Het interview vindt plaats als de kruitdampen van het strijdgewoel rond Brandt Corstius’ Geef Terug!-actie zijn opgetrokken, maar de gevolgen nog voelbaar zijn. De actievoerende journalist lijkt ook een innerlijke strijd te voeren. Er alles aan doen om te voorkomen dat de wereld ‘naar de tyfus’ gaat, en daarbij zichzelf schaden? Want, ‘het is niet handig vijanden te maken die invloedrijk zijn’. Of voor zichzelf kiezen en stil zijn zoals al die andere lethargische Nederlanders die denken dat het allemaal wel overwaait? Het antwoord van Nieuwezijds Magazine hangt in het midden: het artikel komt in een papieren magazine, maar het hele magazine komt wel online, als pdf. “Oké,” zegt Brandt Corstius. “Graag niet ook nog als los artikel online zetten.” In februari begon Brandt Corstius (1978) via Twitter met de actie Geef Terug! Sjoerd van Keulen, de voormalig CEO van de toen net genationaliseerde bank SNS Reaal, moest zijn bonus teruggeven, was het idee. Duizenden mensen gaven gehoor aan de actie, zagen het als een manier om woede, onmacht en frustratie te uiten. Maar meteen daarna zwol een tegengolf aan. Niet alleen tegen de actie, vooral ook tegen Brandt Corstius: columnisten en andere opiniemakers meenden dat Brandt Corstius op de man speelde, aanzette tot een volksgericht. Nieuwsuur besteedde een heel item aan Brandt Corstius, waarin advocaat Gerard Spong vertelde dat Brandt Corstius zich schuldig maakte aan stalking, en rechter en hoogleraar Huub Willems zijn actie ‘schandalig’ noemde.

21

130213nieuwezijds.indd 21

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

interview Jij bent nu de verpersoonlijking geworden van de strijd tegen het financiële systeem. “Ja, jammer genoeg wel. Ik hoopte dat het alleen maar een voorzet zou zijn, dat er discussie zou losbarsten. Misschien niet eens dat die man zijn bonus terug zou geven, want dat is niet allemaal even realistisch, maar dat er een stap gezet zou worden vanuit de financiële wereld. Dat de financiële wereld zou zeggen: ‘Het is nogal wat dat jullie de banken hebben genationaliseerd, veel dank daarvoor’. En dat ze een fatsoenlijke bijdrage doen aan de gigantische som geld die dat ons heeft gekost. Een mea culpa. Maar dat komt er niet. De financiële wereld staat ook geenszins onder druk. Alleen met zo’n actie als die van mijzelf. Een gemiddelde krant of tv-programma bericht er niet over.” Bewegingen die zulke druk uitoefenen hebben een leider nodig. “Nou, dat ben ik niet. Voor leiderschap moet je zelfverzekerd zijn en moet je ijdel zijn. En dat zit er bij mij niet in. Ik ben niet geschikt. Dat merkte ik ook bij Pauw & Witteman, en De Wereld Draait Door. Ik kan die boodschap niet goed overbrengen. Met de pen wel, maar niet live op tv. Ja, ik kan tekstschrijver van de beweging worden. Maar er staat niemand op.” Jij kwam in een storm terecht na je Geef Terug!-actie, met allerlei krachten die zich tegen jou richtten. Begreep jij waar die krachten vandaan kwamen? “Niet helemaal. En daar zal ik ook nooit helemaal achter komen. Nederland is zo klein dat er een goede kans is dat bankiers en advocaten en het mediawereldje behoorlijk verweven zijn. Ik ken al die verbanden niet. Wat ik heb geconstateerd is dat de actie goed viel onder mensen die geen enkele invloed hebben, en slecht viel onder mensen die wel invloed hebben. Die constatering vind ik heel interessant. Ik vind hem ook heel deprimerend.”

Had jij geen behoefte om te onderzoeken waar die tegenkrachten vandaan komen? “Hmm. Nou, ik denk niet dat ik daar al te veel mijn neus in moet steken. Kijk, ik moet voortdurend in mijn hoofd houden dat ik met deze actie al veel schade oploop. Dit is voor mij persoonlijk alleen maar nadelig. Want ik ben journalist, en als journalist moet je proberen objectief te zijn of zogenaamd geen mening te hebben. Dat is nu weg. Het is ook niet handig om vijanden te maken die invloedrijk zijn, helemaal niet als je werkt voor de publieke omroep. Dus als ik nu ook nog eens ga lopen neuzen, wat ik wel heel interessant vind, in zo’n heel netwerk dat tegenkracht biedt, dan kom ik misschien niet meer aan de bak. Ik moet ook aan mezelf denken.” Zoeken andere mensen die wel iets willen doen tegen het financiële systeem contact met jou om samen te werken? “Ja, maar dat zijn niet per se mensen waar ik in geloof. De mensen van de samenzweringen die alles erbij slepen. Er waren prominente mensen die zeiden dat ze de actie steunden, maar die gaven er geen navolging aan.” Waarom ben jij zo activistisch? “Ik vraag me af waarom anderen niet activistisch zijn. Ik vind het zo logisch als wat.” Omdat mensen zich één minuut druk maken en daarna denken: ik ga lekker bier drinken met vrienden. “Dat doe ik ook. Zo’n actie kost niet veel tijd.”

“Ik wil alles doen wat ik kan om te voorkomen dat de wereld naar de tyfus gaat”

Een tweet is zo gestuurd. Maar het nadenken en bloggen kost toch tijd? “Ja, dat klopt, in mijn hoofd ben ik er ook mee bezig. Kijk, ik kan alleen met mezelf leven als ik alles heb gedaan wat ik kon om te voorkomen dat de wereld naar de tyfus gaat, want zo zie ik het. Dat geldt voor de actie met Sjoerd van Keulen, maar ook tijdens Occupy, waar ik actief was. Mensen denken vaak dat ik invloed wil of andere mensen wil veranderen, dat is absoluut niet het geval.” Voel je je tegenover jezelf verplicht je bekendheid te gebruiken? “Ik begrijp dat wat ik doe meer invloed heeft dan als een ander het doet. Dus ja, natuurlijk gebruik ik mijn positie. Maar voor ik met mijn hoofd op tv was deed ik ook al dit soort dingen.”

‘Alles gaat volgens de wet, maar kloppen die wetten wel?’ Wat is je grootste zorg? “Dat als er nu niks verandert, er een revolutie komt. En revoluties brengen alleen maar ellende mee. Ik heb vijf jaar in Rusland gewoond, ik heb gezien wat 70 jaar communisme met zich heeft meegebracht. De wereld is al een jaar of tien uit balans. Normale instituties die zorgen voor die balans, dus bijvoorbeeld de politiek of toezichthouders, krijgen dat niet meer voor elkaar. Femke Halsema zei over het gedrag van de bestuurders van scholengroep Amarantis, waar grote financiële problemen waren ontstaan: ‘Het gedrag van de bestuurders viel binnen de wet, maar het is onwenselijk’. Het is dus een grijs gebied geworden. Alles gaat wel volgens de wet, maar kloppen die wetten wel? Worden wij als burgers wel genoeg vertegenwoordigd door de politiek?

22

130213nieuwezijds.indd 22

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

Ik geloof echt in een markteconomie, maar die is ziek en die moet gezond worden gemaakt. Nu. Als dat niet gebeurt, komt er iets anders voor in de plaats wat nog veel erger is. Anarchie, hyperinflatie of een soort linkse revolutie.” Als het zo erg is, waarom maken zo weinig mensen zich er dan druk over? “Ik denk dat veel mensen moeite hebben om de gevaren in de toekomst te zien. Het probleem is er pas als je er middenin zit. Dus als er een jeugdwerkloosheid is van 50%, zoals nu in Spanje of Italië, ja dan staan de pleinen vol. Maar in Nederland ontspringen we voorlopig nog de dans. We doen alsof we in een soort bubbel zitten, en de crisis ons nooit zal raken.” Tijdens Occupy was het al snel een beetje sneu om je erbij aan te sluiten. Hoe kwam dat? “Waarschijnlijk door de associatie met de mensen die normaalgesproken daar op komen dagen. Antiglobalisten, Internationale Socialisten, die sommige mensen te radicaal vinden.” Het lijkt ook wel of het not done is om hard stelling te nemen, zoals jij doet. “Ja, dat zie ik ook. Ik denk dat als je aan iemand vraagt: vind je het financiële systeem gezond?, niemand ‘ja’ zegt. Ik denk dat de gemiddelde Nederlander het absoluut met mij eens is, dus dat is het probleem niet. Het is meer een soort gelatenheid. Dat het waarschijnlijk wel door iemand, god weet wie, zal worden opgelost. Het hele activistische wat er wel in de jaren tachtig in zat, dat is verdwenen. De laatste keer dat we massaal op de been kwamen was met de oorlog tegen Irak. Maar dat was duidelijk tegen Bush. Een domme beslissing door één man. En dit is het systeem, een vijand zonder gezicht. Je weet dat het verrot is, maar wat doe je eraan?”

Uiteindelijk moet het toch via de politiek. “Nee, daar geloof ik niet in. Zelfs de oppositiepartijen zijn er niet mee bezig. Als je ziet wat voor lijn de SP heeft, de aanpak van de financieel economische sector staat nauwelijks op de agenda. Dat is ook waarom ik zo’n Geef Terug!-actie begin. Normaal zou je dat via de politiek doen, zo is dat nou eenmaal geregeld. Maar dat functioneert niet meer. Ik geloof ook niet in toezichthouders. De bazen van de ECB (Europese Centrale Bank) en de Fed (centrale bank van de VS) verdienen samen niet meer dan de ambtenaar die nu de SNS-bank runt. Dan kan je ook niet verwachten dat daar enige tegenkracht van komt.” De bankiers gaan ook niet zelf zeggen: ik lever geld en macht in. “Nee, we moeten ze dus onder druk zetten. Door dit soort acties. Door één persoon eruit te pikken… ik weet nu, via betrouwbare bron, dat ze in Aerdenhout en waar ze ook zitten, nu doodsbang zijn. Ik denk werkelijk dat bankiers en politici elke keer denken: ‘Ongelofelijk met hoeveel wij wegkomen’. Dat ze anticiperen op iets veel ergers, maar dat dat telkens niet gebeurt. Ik denk dat ze denken: ‘Man oh man, wat kunnen wij mensen naaien voordat ze iets terug ondernemen’. Ik geloof in volksinitiatieven die hopelijk niet uitmonden in een revolutie. Dat is de enige hoop die ik nog heb.”

‘Waarom zou de economie nog moeten groeien? Verzin maar een andere economie’

Zijn politiek en de financiële wereld te veel vervlochten? “Ja. Dat VVD’ers in de bankwereld terecht komen, dat vind ik normaal. Maar dat er zo veel oud PvdA’ers in de bankwereld terecht komen is voor mij reden om niet op zo’n partij te stemmen. Dat deugt gewoon niet. Dat zie je in andere landen echt niet. Volgens mij moet je niet de schijn van belangenverstrengeling opwekken. Er zijn genoeg mensen die geschikt zijn om commissaris bij een bank te zijn. Dus waarom zou je dat als partij doen? Maar ook daar komen ze mee weg. Het is niet dat ze in opspraak komen als Wim Kok bij ING gaat werken. Niemand lijkt zich daar druk over te maken. Dus die ergernis is iets persoonlijks van mij, andere mensen hebben daar kennelijk vrede mee.” Gloort er nog hoop? “Het zou best kunnen dat we gewoon de crisis doormodderen. Twintig jaar achteruitgang, dat is helemaal zo slecht niet. Dat is misschien wel het beste wat Nederland kan overkomen. Goed voor het gemeenschapsgevoel. En mensen zullen genoegen leren nemen met minder. Zitten we niet op een duur terras, maar op een bankje met een biertje van de supermarkt. Wat maakt het uit?” Klinkt nog steeds als een prima leven. “Dat heilige geloof in economische groei, ik begrijp heel goed dat dat honderd jaar geleden belangrijk was, toen heel veel mensen in armoedige omstandigheden leefden. Maar waarom zou nu de economie nog verder moeten groeien? Dat geloof moet gewoon weg. Iedereen woont toch in een mooi huis, waarom moet je dan nog een kamer erbij, of nog een duurder bad? Zeggen ze: ‘Ja maar zo houd je de economie in stand’. Nou, dan moet je een andere economie verzinnen.”

23

130213nieuwezijds.indd 23

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

n

a Jorne Langela

Containerschip moet zeilen 24

130213nieuwezijds.indd 24

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

Weg met vervuilende containerschepen: vervoer per zeilschip is volgens kapitein Jorne Langelaan de enige eerlijke manier van transport over water. “Al het andere is misdadig.” Annemiek Verbeek Karoly Effenberger

tekst: foto:

Een fietsframe uit China, mango’s uit Burkina Faso, bevroren vis uit Vietnam en de laatste mode uit Mexico: maar liefst negentig procent van alles om ons heen is per schip over zee naar ons toe gekomen. In absolute cijfers is de scheepvaart verreweg de meest vervuilende transportsector: de totale CO2-uitstoot is tweemaal zo groot als die van de luchtvaartsector, de zestien grootste zeeschepen produceren samen net zoveel emissie als alle auto’s op aarde samen. spier- en windkracht Dat kan, nee, dat móét anders, vindt Jorne Langelaan (34), telg uit een koopvaardijfamilie en mede-oprichter van Fairtransport. Eerlijk vervoer, dat is duurzaam vervoer per zeilschip. Met de clipper Tres Hombres vaart hij als kapitein de wereldzeeën over. Voortgestuwd door louter spier- en windkracht, is het schip al vier keer de Atlantische Oceaan rondgevaren, met aan boord onder andere biologische wijn, eerlijke cacao, rum en tabak. Honderd procent CO2-vrij van A naar B gebracht. Langelaan valt direct op in de bomvolle kantine van de Openbare Bibliotheek aan het IJ. Prototype zeebonk. Boomlang, woeste blonde krullen die onder zijn pet uitsteken, felblauwe ogen, een baard van een paar dagen. Met zijn dikke, Noorse wollen kabeltrui is hij gekleed op de op hout gestookte woonboot waar hij verblijft als hij niet vaart. “Wil je goedkoop en snel of schoon, eerlijk en duurzaam vervoeren?” Het is deze retorische gewetensvraag die hij waar hij kan, zo vaak hij kan, hardop uitspreekt. En dat is steeds vaker, want de jonge kapitein is een veel gevraagd man voor lezingen op congressen en bijeenkomsten, waaronder het befaamde TEDx Amsterdam.

‘De Ecoliner wordt het grootste hybride zeilvrachtschip ooit gebouwd’

project van lange adem Op dit moment werkt hij met zijn partners Arjen van der Veen en Andreas Lackner – zelfbenoemde ‘pioniers van het eerlijke transport’ – aan een ambitieus nieuw plan: de bouw van de Ecoliner, het grootste hybride zeilvrachtschip ooit gebouwd, dat in capaciteit de directe concurrentie kan aangaan met reguliere containerschepen. “Een project van de lange adem,” noemt Langelaan het optimistisch, want een fiks deel van de benodigde miljoenen is nog niet binnen. Zo is ook de Tres Hombres er gekomen: hard werken, doorzetten, geloven. Hij kent zijn partners al van de zeevaartschool, ze hebben alle drie jarenlange ervaring in de koopvaardij en zagen in die hoedanigheid de immense vervuiling op internationale vaarroutes met eigen ogen. Tien jaar terug staken ze de koppen bij elkaar: ze zouden een zeilschip bouwen en de wereld laten zien dat het ook anders kon. Het duurde nog een paar jaar voordat ze tegen een geschikte romp aanliepen, een van oorsprong Duitse oorlogsboot. Zestig procent van ‘het wrak’ moest vervangen worden. In twee jaar tijd, en met de hulp van meer dan tweehonderd vrijwilligers van over de hele wereld, werd de romp omgebouwd tot de Tres Hombres. Op het moment van het gesprek worden in het Caraïbisch gebied vijftigduizend eerlijke chocoladerepen van the Grenada Chocolate Company geladen om richting Amsterdam te varen. Misdadig “Zeelui vinden de Tres Hombres geweldig. Het is een wereld van nostalgie. Als we aanmeren, komen mensen aan boord om foto’s te maken. Leuk, maar er verandert niks door. In zijn aard is de scheepvaartwereld oerconservatief.” Langelaan verstaat de kunst zijn messcherpe boodschap charmant te verpakken. Want messcherp is het: “Duurzaam transport met zeilschepen is de enige eerlijke manier, al het andere is ronduit misdadig. Misdadig naar de naar

schatting zestigduizend mensen die elk jaar onnodig overlijden door de vervuiling die de scheepvaart veroorzaakt. Misdadig naar het milieu, maar vooral misdadig naar generaties na ons. Hoe gaan we uitleggen dat wij verzaakt hebben iets te veranderen, terwijl dat wel mogelijk was?”

‘Reguliere rederijen hebben het moeilijk. Wij krijgen alleen maar meer aanvragen’ VOC-manier Als niemand anders het voortouw neemt de boel te veranderen, dan doen zij het wel. De Ecoliner is ontworpen aan dezelfde tekentafel waar ook het zeilschip Rainbow Warrior III van Greenpeace ontstond. “De Ecoliner wordt een lichtend voorbeeld van bestaande mogelijkheden, zesduizend jaar bewezen zeilvaarttechnieken samengebald in een hypermodern zeilend vrachtschip.” De Ecoliner is meer dan honderddertig meter lang, krijgt vier masten en kan acht miljoen kilo vracht vervoeren. Het schip heeft een motor die wordt bijgezet als de zeilsnelheid zakt onder een vastgestelde limiet. Langelaan gelooft in de oude ‘VOC-manier’ om schepen te bouwen met vooral geld van particuliere investeerders. Tegelijk broeden ze op plannen om een tweede klipper te kopen. “Terwijl veel rederijen amper genoeg klandizie hebben om de boel draaiende te houden, krijgen wij namelijk alleen maar méér aanvragen. Het past bij de tijdgeest, steeds meer bedrijven willen zich nadrukkelijk als duurzaam profileren. Als de sector ziet dat het kán, ben ik ervan overtuigd dat anderen volgen. Ze zullen wel moeten, we kunnen simpelweg niet eeuwig doorgaan met het uitputten van de aarde.”

25

130213nieuwezijds.indd 25

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

Zoeken naar het geld … Tekst: Beeld:

Liedewij Loorbach Sander Heezen

Thuisafgehaald, Peerby, Airbnb, WeGo. Eten, spullen, huizen, auto’s: bezit is achterhaald, we willen alles delen. En we willen zaken doen met elkaar, niet met bedrijven. “Er is een sterke behoefte van de consument aan deze nieuwe economie.” Alleen geld ermee verdienen is nog moeilijk. Money makes the world go round. Aan dat tijdperk komt een einde als het aan de WE-conomy mensen ligt, aan de voorhoede van de deeleconomie, of ruileconomie. Allemaal namen voor een economie waarin geld niet meer de enige drijfveer is voor handel, maar waarin alle denkbare vormen van waarde van belang zijn. Zoals zorg, een prettige omgeving en fijn contact met je buren. En waarin consumenten zaken doen met elkaar, niet met grote bedrijven. Voorbeelden van die nieuwe economie waar Amsterdammers al aan meedoen zijn Peerby.com, een platform waar buren elkaar kunnen vinden om spullen van elkaar te lenen, Thuisafgehaald.nl, waarop je een buurtgenoot kan vinden die voor een paar euro een goed maal voor je kookt, en WeGo, een platform waarop autobezitters en huurders elkaar vinden. Voor alle gevallen geldt: cut out the middle man. Een dag een boor nodig? Huren is dus niet meer nodig, je wandelt naar de overkant van de straat, belt aan bij die man die je enkel nog als schim achter de ramen had

zien bewegen, en voor nop kan je klussen. Via Thuisafgehaald haal je voor vijf euro of zelfs minder een home cooked meal. Hoewel de thuiskoks aan hygiëne-eisen moeten voldoen, hoeven ze geen dure keuken te huren, geen winkelruimte. Waarom naar een dure traiteur, als je op drie hoog achter minstens zo’n lekker maal haalt? Voor eenderde van de prijs? WeGo maakt de verhuurbedrijven overbodig. Diks, Nedcar, ze zijn niet meer nodig. Met WeGo kun je huren van je buren. Komt het geld direct bij hen terecht, en je hebt nog veel meer keus ook. Jeep, Twingo, oldtimer … De verzekering is goed geregeld, en bovendien doe je wat voor je eigen openbare ruimte. Want door autobezit op deze manier te delen, zijn op den duur minder auto’s nodig, en komt er meer ruimte voor groen, een speelrek, fietsparkeren of een bankje. Horten en stoten Deze nieuwe economie is aan het groeien, en deze nieuwe economie is de toekomst, zegt hoogleraar Jan Jonker. Hij doet aan

de Universiteit van Nijmegen onderzoek naar businessmodellen die in deze ‘WE-conomy’ aan het ontstaan zijn. Een paar van de kenmerken die hij aan deze nieuwe bedrijven hangt: het gaat om meer dan het creëren van financiële waarde, geld is niet het enige ruilmiddel en bezit staat niet centraal maar gebruik. De groei van deze nieuwe economie gaat met horten en stoten. Want makkelijk is het nog niet. Den Haag bijvoorbeeld, is nog verre van ingespeeld op deze nieuwe vormen van ondernemen. Jonker: “De politiek gaat allang niet meer over vooruitkijken, alleen nog maar over hoe we omgaan met de schulden die we in het verleden hebben gemaakt. Met de nieuwe economie is Den Haag dus helemaal niet bezig. De regels en structuren zijn nog niet aangepast.” In Engeland zijn ze al verder. “Daar hebben ze voor ondernemingen in deze nieuwe economie, social enterprises, andere belastingregels,” zegt Ieteke Schouten van Peerby. Ondernemingen waarbij niet winstmaximalisatie het hoogste doel is maar het

Waarom naar een traiteur als de buurman net zo lekker kookt? Voor eenderde van de prijs? 26

130213nieuwezijds.indd 26

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

… in de We-conomy

toevoegen van waarde aan de omgeving, hoeven bijvoorbeeld niet vooraf hun belasting te betalen, hoeven minder vaak aangifte te doen, en worden minder zwaar belast. Tien procent van het Gross Domestic Product van de EU bestaat inmiddels uit social business. Sociaal ondernemerschap is een van de Europese economische speerpunten. Frankrijk heeft inmiddels een onderminister ‘sociale en solidaire economie.’ Logisch, vindt Schouten die aandacht en ondersteuning. “Het levert de overheid ook heel veel op: meer sociale cohesie, mensen zorgen meer voor elkaar, leven gezonder. Dat bespaart de overheid ook geld.” De oprichter van Peerby, Daan Weddepohl, voegt toe: “Het verminderen van belasting op dit soort bedrijven gaat niet ten koste van de welvaart, de welvaart wordt namelijk al direct begunstigd. Uiteindelijk is geld maar een middel om iets te doen, ook voor de overheid. Je kan er geen gat van boren.” Natuurlijk zouden die soepele regels ook voor Peerby prettig zijn. Maar van de

huidige situatie trekken ze zich niks aan. Jonker: “De ondernemers vinden de gaten en mogelijkheden. Die vinden de cracks, en gaan gewoon door. Die gaan echt niet zitten wachten op Den Haag.” Jonker noemt zichzelf een activistische hoogleraar. “Subversief zelfs als het nodig is. Ik wil deze beweging een duwtje geven.” Dat doet hij door de nieuwe businessmodellen die hij onderzoekt te delen. “Ik wil dat anderen er weer van leren.” Hoe zorg je er nou voor dat zo’n nieuwe bedrijfsvorm ook gezond is? Want hoewel je met geld geen gat kan boren, blijven die ordinaire euro’s hard nodig om een bedrijf te draaien. Week van de Spruit Tienduizenden maaltijden zijn er al gedeeld via Thuisafgehaald.nl, het platform dat in maart 2012 werd opgericht door Marieke Hart en haar man Jan Thij Bakker. Het platform groeide snel dankzij een item in De Wereld Draait Door direct na de lancering. Het duo kon het maar ternau-

wernood bijbenen. Dankzij een gift van Stichting DOEN, waarvan ze een community manager konden aannemen, bleven ze overeind. Daarna begon de worsteling: “We hebben best veel eigen geld in het platform gestoken. Maar dat plafond was op een gegeven moment bereikt. Ik kan ook niet bezig blijven om elke avond tot elf uur achter de laptop te zitten,” zegt Hart. Het kan wel zo zijn dat een euro geen gat kan boren, Hart zegt: “We moeten reëel zijn: dingen kosten ook geld.” Neem het onderhouden van de website, het doorontwikkelen van het platform, het bereikbaar zijn voor de community. En dat zijn dan alleen nog maar de kosten voor onderhoud, niet voor uitbreiding. Thuisafgehaald verdiende af en toe wat geld door speciale activiteiten te organiseren voor gemeenten rond het delen van eten. “En we doen gesponsorde activiteiten, zoals ondersteuning van De Week van de Spruit,” zegt Hart. “Snappcar, een autodeelbedrijf, kan makkelijk een percentage boven op het verhuurbedrag gooien.

‘Ik kon niet bezig blijven elke avond tot elf uur achter de laptop te zitten’ 27

130213nieuwezijds.indd 27

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

“Ik gebruik die strijkplank bijna nooit. Fijn als mijn buren er wat aan hebben.”

Daar gaat het om bedragen van vijftig euro. Onze thuiskoks vragen zo’n vijf euro, soms nog minder. Als je daar dan een euro op wil gooien, is dat heel erg veel geld.” Na wikken en wegen kwam het platform uit op een bijdrage per maaltijd van maximaal 0,25 cent. Te betalen door de afhaler aan de kok. Zodra de kok 2,50 heeft geïnd via de eters, wordt dat bedrag afgeschreven van de rekening van de kok. Eind maart introduceerde Thuisafgehaald deze nieuwe bijdrage aan het platform bij de koks en de eters. “Daarop hebben wel 150 gebruikers zich uitgeschreven, maar op 37.000 valt dat gelukkig erg mee,” zegt Hart. “Een aantal mensen ging uitrekenen hoeveel het ons op zou leveren en die kwamen op 180.000. Terwijl het waarschijnlijk gaat om 10.000 euro per jaar.” Andere inkomstenbronnen blijven dus nodig. Chocola is populair De Utrechters van Thuisafgehaald en de Amsterdammers van Peerby zijn inmiddels goede bekenden van elkaar. Ze wisselen tips uit, ook over hoe ze geld kunnen verdienen. De eerste naam van Peerby was Huurbuur. Huren van je buren dus. De eerste versie van het platform bood twee

Wendy leende via Peerby een kattenbak voor haar kater die door een operatie tijdelijk niet naar buiten kon.

opties: huren van je buren, of lenen. Bleek dus dat mensen helemaal geen geld hoefden te verdienen aan het uitlenen van die boor. Weddepohl: “Mijn mensbeeld is echt veranderd. Mensen zijn zo lief voor elkaar.” Maar aan verhuur had nog een verdienmodel gehangen kunnen worden, als mensen onderling lenen valt er weinig te verdienen. Hun Amerikaanse collega’s van Neighborgoods.com zoeken al een paar jaar naar een manier om de site rendabel, liefst winstgevend te maken. De oprichters hadden zelfs hun handen van het platform afgetrokken omdat het financieel niet lukte, maar er bleven maar leden bij komen en buren bleven elkaar maar spullen lenen via het platform. Dus zijn de oprichters weer teruggekomen om het platform te onderhouden. Schouten: “Er is een sterke behoefte onder consumenten om te delen, om zo met hun spullen om te gaan.” De markt is er dus, de vraag is alleen nog: hoe kun je uit die markt voldoende geld halen? Peerby draait nu op geld van Stichting DOEN, van een wedstrijd van het Clinton Global Initiative die ze wonnen in New York, en van een commerciële investeerder. Vorig jaar kregen ze van accelerator Rockstart, in ruil voor 8% van de aandelen,

coaching van ervaren ondernemers, les en ruimte om te werken. Weddepohl: “We zijn nu aan het kijken of we een verzekering kunnen verkopen bij het uitlenen van de grotere spullen.” Schouten: “Of dat mensen iets doneren als waardering achteraf. ‘Heeft Peerby je geholpen? Doneer aan ons platform!’. Waar we ook aan denken: een giftshop. Mensen willen elkaar graag bedanken als ze iets geleend hebben. Chocola is het populairst, hebben we gemerkt.” Het zal lastig zijn om mensen die nu gratis van een dienst als Peerby gebruik kunnen maken, zo ver te krijgen om er ook voor te betalen. “Er moet een kanteling in het denken komen,” zegt Hart van Thuisafgehaald. “Ik geloof dat dat mogelijk is. Zeker onze koks beseffen hoe hard wij voor het platform werken, die zullen ook begrijpen dat dat op een gegeven moment wat geld moet opleveren.” WeGo, het autodeelplatform dat in april een herstart maakte in Amsterdam-West, heeft vanaf het begin een manier om geld te verdienen ingebouwd. Van de ritprijs die de huurder betaalt, gaat 70% naar de eigenaar van de auto, 10% naar verzekeraar Centraal Beheer Achmea en 20%

Het is lastig gratis gebruikers zover te krijgen dat ze betalen 28

130213nieuwezijds.indd 28

4/24/13 5:54 PM


s n

nummer 3 / 2013

Kim (r) zocht verkleedkleren voor een feestje en deed een oproep op Peerby. Buurvrouw Inge (l) bleek theatermaker met een grote verkleedkist.

naar WeGo. “Voor ons is het veel makkelijker om geld te verdienen dan voor sites als Peerby en Thuisafgehaald,” zegt Toy Hertogh van WeGo. “Maar voor hen is het weer veel makkelijker om een community op te bouwen.” Dekking, dat is de belangrijkste succesfactor van WeGo, zegt Hertogh. “Je gaat alleen huren via WeGo als er ook echt een auto, en liefst meerdere, bij jou om de hoek staat.” Via buurtplatforms online probeert WeGo zo veel mogelijk mensen te bereiken. Investeren Aan de herstart ging een lange strijd vooraf. Technisch en financieel was het een ingewikkelde klus om het platform voor elkaar te krijgen. Na een eerste opstart in 2011, ging WeGo na een paar maanden plat. Het geld was op. “De investeringskosten per auto waren ook te hoog,” zegt Hertogh. Zeshonderd euro kostte het om een auto uit te rusten met de zogenaamde WeGo box die ervoor zorgt dat een huurder via een sms de auto kan openen. De kosten van de achterkant van de website waren ook gigantisch. WeGo kon een doorstart maken dankzij geld van Stichting DOEN, daar zijn ze weer, en een grote investering van een rijke Nederlandse familie die de wereld duurzamer wil maken. Het geloof dat er geld verdiend kan worden met WeGo is er dus. “Wij zijn ook gewoon een commercieel bedrijf,” zegt Hertogh. “Maar wel een commercieel bedrijf dat het verbeteren van de openbare ruimte en het milieu op

een duidelijke tweede plaats heeft staan.” De investeringskosten per auto zijn inmiddels teruggebracht tot 400 euro. Nog altijd een flink bedrag om terug te verdienen. De verhuurder betaalt 12,50 per maand aan abonnementskosten. Om een deel van de kosten te dekken, en ook om een drempel op te werpen voor autobezitters die er in een opwelling aan mee willen doen. Behalve de reguliere autoverhuurbedrijven ziet Hertogh Greenwheels als de grote concurrent. “De mensen die daar een abonnement op hebben gebruiken regelmatig een auto, en zijn bewuste rijders. Precies de groep die wij willen bereiken.” Greenwheels is volgens Hertogh een goede dienst, maar een die als het aan hem ligt snel achterhaald wordt. De dienst lost het probleem, een auto huren in de buurt, op een ouderwetse manier op. “Ze claimen juist enorm veel openbare ruimte. Op al die parkeerplaatsen mag verder niemand staan als de auto weg is. Frustrerend voor anderen die een parkeerplek zoeken, en verder kan er ook niks mee gedaan worden. Zonde.” Hertogh voelt zich er een beetje ongemakkelijk bij dat WeGo van stadsdeel West vijftig parkeerplekken aangeboden kreeg. Het stadsdeel moet immers elk bedrijf, dus ook elk autodeelbedrijf, hetzelfde behandelen. “Eigenlijk gaat het tegen ons principe in, want we willen juist dat openbare ruimte efficiënter gebruikt wordt. Maar we hebben toch geen ‘nee’ gezegd. We kunnen de reclame die we erdoor krijgen op de palen die

erbij staan in deze opstartfase goed gebruiken.” Volgens hoogleraar Jonker draait de hele beweging om massa. De nieuwe businessmodellen kunnen niet draaien op een niche, ze moeten volume hebben om succesvol te zijn. En succesvol duidt voor deze nieuwe bedrijven niet alleen op financiën, maar ook op hun positieve impact op de omgeving. “Als voldoende mensen zeggen: zo willen we het niet meer, dan gebeurt er wat. Het is aan de nieuwe bedrijven om het zo laagdrempelig te maken dat het voor iedereen bereikbaar is. Als ik bij de Praxis of Gamma een pakket kan kopen om mijn huis duurzaam te maken, dan ontketent dat een revolutie van onderop. We moeten met dat soort ogen gaan kijken.” Wat Jonker ook constateerde: de nieuwe bedrijfsvormen worden niet door de gevestigde orde ontwikkeld, maar door nieuwkomers die het anders willen. En sommigen, zoals Peerby en Thuisafgehaald, beginnen met hun idealen voorop, en hopen er daarna een haalbaar zakelijk model op te plakken. Het onderzoek van Jonker wordt ook in andere Europese landen gedaan. In juni worden nieuwe resultaten gepresenteerd. Jonker hoopt dat ze bijdragen aan de groei van de WE-conomy. “Ik wil gewoon dat we met z’n allen die vijftien stappen die er zitten tussen de wortel in de grond en de wortel in de supermarkt kunnen verminderen. Ik wil er twaalf tussenuit halen. Het kan anders.”

29

130213nieuwezijds.indd 29

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

Thuisafgehaald.nl

Peerby.nl

ShareNL

Geen zin om te koken? Vast iemand in de buurt die lekker heeft gekookt en waar je aan kunt bellen om voor een paar euro de plastic bakjes te laten vullen. Thuisafgehaald.nl begon in maart 2012 en werd al snel een succes. Tienduizenden maaltijden zijn er al verkocht via de site, in Amsterdam staan tegen de achthonderd koks geregistreerd. Eters laten hun commentaar achter, waardoor nieuwe afhalers snel een idee krijgen van de kwaliteiten van de koks. En de gezelligheid in de keuken. Want bij de een krijg je een glas wijn terwijl hij de laatste hand legt aan je maaltijd, bij de ander word je zo snel mogelijk geholpen en sta je binnen twee minuten weer buiten. En het ligt maar aan je bui waar je voorkeur naar uitgaat.

Boor nodig? Iemand bij jou in de straat heeft er vast eentje die je mag lenen. En Peerby.nl brengt jullie bij elkaar. Wereldwijd zijn er zo’n twintig organisaties die zich bezighouden met dit soort ‘peer 2 peer renting’. Peerby is net iets anders dan de meeste deelplatforms, want Peerby werkt vraaggestuurd. Je hoeft niet het aanbod door te nemen op internet, Peerby zet de vraag voor je uit. Peerby vraagt voor jou aan je buren om die hogedrukreiniger die je nodig hebt. Meestal heb je een half uur na het vragen bij Peerby al beet. Dan hoef je alleen nog maar te bellen/mailen/whatsappen/chatten met de aardige buurman, en je kunt aan de slag.

Nederlandse P2P-bedrijven (peer to peer) hebben zich verzameld onder de naam ShareNL. Initiatiefnemers Thuisafgehaald, Peerby, Konnektid, Toogethr en Snappcar kijken samen hoe ze de P2P-bedrijven kunnen verbinden, en promoten de deeleconomie bij het publiek. De eerste meeting was half april. Ze hopen dat meer deelplatforms zich bij het initiatief aansluiten.

OntmOEt

Stichting DOEN ondersteunt groene, sociale en crea­ tieve initiatieven van ondernemende mensen die risico’s durven nemen om hun vaak baanbrekende ideeën tot leven te brengen en daarmee anderen te inspireren. Peerby, Thuisafgehaald en WeGo zijn daar een mooi voorbeeld van. Deze initiatieven brengen buurtgenoten met elkaar in contact door het afhalen van maaltijden en door het lenen en huren van spullen. De bedenkers van deze initiatieven werken niet alleen aan sociale cohesie maar ook aan serieuze alternatieven voor de oude economie en het stimuleren van gezamenlijk bezit. Safka Overweel, programmamanager bij Stichting DOEN: ‘Projecten waar diensten en goederen uitgewisseld worden dragen bij aan een nieuwe deeleconomie. Door spullen en maaltijden te delen komen buurtgenoten op een makkelijke manier met elkaar in contact. Zo leren buren elkaar weer kennen! DOEN kan dankzij de deelnemers van de goede doelen loterijen dit soort projecten blijven ondersteunen. Goede ideeën zijn altijd welkom. Wil je meer weten over DOEN en haar projecten? Kijk eens op onze website www.doen.nl’

65085 DOEN tekstkader Nieuwezijds-AvS.indd 2 130213nieuwezijds.indd 30

WeGo.nu Een auto huur je gewoon van een particulier die bij jou in de buurt woont. Zo bespaart hij op zijn autokosten, en maak jij gebruik van de auto die anders toch maar stilstaat. De verhuurder bepaalt zelf de prijs, de huurder betaalt geen abonnementskosten. In april lanceerde WeGo een nieuwe website. WeGo richt zich eerst op stadsdeel West. Met een grote campagne hopen ze snel genoeg autoverhuurders te krijgen, zodat het ook aantrekkelijk is voor huurders. Snappcar.nl is een vergelijkbaar platform dat al functioneert. Verschil tussen Snappcar en WeGo: bij WeGo hoeven de huurder en verhuurder elkaar niet te ontmoeten voor sleuteloverdracht. Via de WeGo box opent de huurder de auto met een sms. In de auto ligt vervolgens de autosleutel. Daardoor hoeft de beschikbaarheid van de auto niet afhankelijk te zijn van de beschikbaarheid van de verhuurder zelf. Bij beide platforms zijn de auto’s en de rijders goed verzekerd.

23-04-13 13:21 4/24/13 5:54 PM

DOEN A


13 13:21

SOCIAAL

ONDERNEMEN IS EEN KWESTIE VAN NU

Mensen met psychiatrische achter足 grond en een grote afstand tot de arbeidsmarkt passend werk of een leerwerkplek bieden. Dat is wat Restaurant Freud al 6 jaar doet met steun van Stichting DOEN. Afgelopen periode kon Restaurant Freud mede door deze ondersteuning de keuken en het restaurant verbouwen op de Spaarndammerstraat. Zo kan Freud nog meer mensen een (leer)werkplek bieden. Benieuwd wat wij nog meer DOEN? Kijk op: www.doen.nl

www.restaurantfreud.nl

DOEN Adv Restaurant Freud.indd 3 130213nieuwezijds.indd 31

Foto: Amke

19-04-13 13:19 4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

32

130213nieuwezijds.indd 32

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

Gras in de woestijn Foto: Ann-Sophie Falter

De strijd van twee Hollanders De aarde vergroenen in twintig jaar. Droogte laten verdampen, honger uitbannnen, de grote orkanen stoppen. Dennis Karpes denkt groot. De VN en Desmond Tutu zijn al aan boord. Met Google wordt gepraat. “Nu is de tijd om iets onbaatzuchtigs te doen.”

Foto links: Peter Westerveld (l), bedenker van de vergroeningstechniek contour trenching, en Dennis Karpes, mede-oprichter van de Naga Foundation.

33

130213nieuwezijds.indd 33

4/24/13 5:54 PM


nieuwezijds

Contour trenching; diepe geulen graven door de verdroogte aardkorst heen ...

… wachten op regen …

Hoe werkt het?

lange, geulen. En groen trekt weer regen aan, doordat het de lucht koeler en vochtiger maakt. Zo versterkt het effect zichzelf. Karpes’ toevoeging aan de oplossing van Westerveld: creatieve marketing. Drie jaar geleden begonnen Westerveld, Karpes en Paul Martijn met de Naga Foundation, een stichting die de mensheid ertoe moet bewegen deze groene golf te veroorzaken.” Halverwege juni gaan we met de communicatie naar buiten knallen, en dan moet de crowdfundingmachine gaan lopen waar we al drie jaar van dromen,” zegt Karpes. Ooit werkte hij bij Levi’s op de marketingafdeling, tot hij zich bedacht dat het belachelijk was om spijkerbroeken te verkopen als je ook iets goeds kunt bijdragen aan de wereld. Hij begon Dance4Life, de stichting die via onderwijsprojecten en dansfeesten wereldwijd jongeren bewust maakt van de gevaren van aids. Met zijn volhardendheid wist hij de grootste namen aan zich te binden. “Tiësto bleef maar nee zeggen. Uiteindelijk zei ik: wil je nou alleen maar voor jezelf dingen doen, of wil jij de Bono van de dance worden?” Tiësto kwam aan boord. Karpes’ kracht is inspiratie en groots denken. Een uur met hem praten en alle grote bedrijven komen voorbij waaien. Hij praat met Google. Hij heeft plannen met Facebook. Hij is erop

Stap 1

Stap 2

Stap 3

Satellietbeelden van de wereld. Timelaps. Gele vlekken die steeds groter worden. Dennis Karpes geeft interviews alsof hij een presentatie geeft voor een volle zaal. Vol filmpjes en plaatjes en muziek ter ondersteuning. Met een begeesterde blik, en grote gebaren. “Verwoestijning. Landdegradatie. Het geel wordt alleen maar groter, en het groen alleen maar kleiner. Alle continenten hebben er last van. We zijn nu met zeven miljard mensen, binnen tien jaar met acht miljard en we stoten door naar de 10,4 miljard. Dat raakt het waterprobleem, het voedselprobleem, het klimaatprobleem. Ik ga straks zeggen: dit is onze uitdaging.” En dit is de oplossing: het verdroogde land vergroenen door middel van climate engineering. De belangrijkste van de technieken daarvoor is ontwikkeld door de Nederlander Peter Westerveld. Veel land is verdroogd doordat vegetatie verdween, door vee, door mensen. Uitgedroogd land neem geen water op omdat de bovenste laag is verworden tot een dikke ondoordringbare korst. Gevolg als er wel regen valt: overstromingen. Met contour trenching worden er grote geulen gegraven in het landschap, van minimaal één meter diep. Zo kan regen de laag aarde bereiken die wel water opneemt. Daardoor vergroent het gebied rond de, soms kilomters

34

130213nieuwezijds.indd 34

4/24/13 5:54 PM


nummer 3 / 2013

… regen is opgenomen door de aarde en brengt meer groen en nieuwe vegetatie.

gebrand Shell aan boord te krijgen. “Diesel en bulldozers, dat is alles wat we van ze nodig hebben.” Desmond Tutu heeft hij gestrikt als beschermheer van de Naga Foundation, en zal in een videoboodschap de wereld aansporen om mee te graven. Hij heeft contact met Will.i.am, want er moet een nieuwe ‘We are the world’ komen. En een game, om jongeren te betrekken. Lancering van de campagne om de aarde te vergroenen: 17 juni. De officiële VN World Day to Combat Desertification. De VN zijn uiteraard al aan boord. De universiteit Wageningen gaat wetenschappelijk ondersteunen. “Sommige mensen zeggen: je bent niet goed bij je hoofd. Maar ik zeg: dit gaat gebeuren, en daar ga ik ook niet van afwijken. Dat is ook echt een geloof. Als je daarvan gaat afwijken, dan gaat het niet gebeuren. Ik ben wel een vechter.” En als het aan Karpes ligt is over twintig jaar de droogte opgelost. “We willen honderd miljoen euro in tien jaar. En dan zeg ik het nog bescheiden want eigenlijk hebben we vijftien miljard nodig, en dan is de hele wereld groen.” Westerveld heeft al precies uitgerekend waar al die geulen moeten komen. In Kenia zijn ze al bezig. Vergunningen, overleg, er komt nogal wat bij kijken voor er gegraven kan worden. Maar als straks de Keniaanse overheid, de corporatie

van 11.000 Masai boeren en de Kenia Wildlife Service het eens zijn dan kan het graven van de geulen, ‘de infiltratie units’, beginnen. Bij elkaar opgeteld moet er 300 vierkante kilometer gegraven worden. “Dat is echt veel. Door de combinatie van de bergen, de manier waarop de regenwolken het land binnenkomen, en de plekken waarop gegraven wordt, zal de neerslag gelijkmatiger gaan vallen. Binnen tien jaar is dan 20.000 vierkante kilometer groen geworden. Dat is de helft van Nederland.” Duizend projecten van soortgelijke grootte realiseren, en de Naga Foundation kan zich opheffen. De honderd miljoen, of eigenlijk vijftien miljard, moet door iedereen op aarde betaald worden, vindt Karpes. Schoolkinderen, studenten, oma’s. Waar ze ook wonen. En uiteraard ook door grote bedrijven. “Na afloop van de laatste presentaties die ik gaf, kwamen mensen van grote bedrijven naar me toe, die zeiden ‘what’s in it for me?’. Ik werd zo giftig. Ik zei: ‘Door jouw ‘what’s in it for me-mentaliteit’ zitten we nu in de wereld die jij elke dag in de krant ziet en op televisie. Ga jij maar eens wat terugdoen voor de aardbol die jij al jaren aan het leegtrekken bent. Hoezo what’s in it for me?” Dan milder: “Ik snap het wel, maar het is heel erg het oude denken. Doe maar eens wat goed, dan komt er vanzelf iets goeds terug.”

Effectiviteit 300 km² graven = 20.000 km² groen 20.000 km²

300 km² www.nagafoundation.org

35

130213nieuwezijds.indd 35

4/24/13 5:55 PM


nieuwezijds

FIETSEND LANGS START-UPS

Links Melissa Marijnen (klein), rechts Linda Vermaat (lang) - de dames van Professional Rebel poseren achter in café De Bekeerde Suster waar wordt geborreld en nagepraat over de fietstocht

Start-ups zitten lang niet altijd hartje centrum, waar de huren meestal hoog zijn. Kilometers vreten hoort er dus bij, tijdens de maandelijkse Start-up Tour langs drie Amsterdamse beginnende bedrijven. Een café bij het Amstelstation is de verzamelplek voor deze editie. Vlak bij halte nummer één: het kantoor van Taxi-E aan de Spaklerweg. Halte twee en drie: Studio Jux (Indische Buurt) en De Speld (centrum). De tour is bedoeld voor net afgestudeerden met ondernemersaspiraties en startende ondernemers, die inspiratie op kunnen doen en vragen kunnen stellen. Vooraf heeft iedereen een notitieboekje gekregen, om aantekeningen in te maken. Twee aan twee fietst de groep achter Melissa Marijnen en collega Max Verloop aan. Wie treuzelt wordt gemaand een beetje

De Start-up Tour fietst je elke maand langs drie hoogtepunten van ondernemerschap. Of dieptepunten. Een van de start-uppers tijdens de tour: ‘Terugkijkend denk ik: hoe hebben we het volgehouden?’ Tekst: Foto’s:

Sara Luijters Julie Hrudova

door te trappen. ‘Het voelt als toerist in eigen stad,’ zegt een deelnemer. Marijnen startte in mei vorig jaar met Linda Vermaat de blog (Y)our Learning Curve, waarop ze wekelijks verslag uitbrachten van een gesprek met een voor hen leerzame figuur. “We hadden ook na onze studie behoefte om ons te blijven ontwikkelen. Tijd en geld voor een dure cursus hadden we niet, maar de behoefte aan inspirerende verhalen en tips uit de praktijk was er wél. En dus besloten we om mensen op te zoeken, koffie met ze te drinken en vragen te stellen,” vertelt Vermaat. Om ook voor anderen het gat tussen de academische en de ondernemerswereld te verkleinen, startte het duo met een eigen projectbureau, Professional Rebel, gericht op educatie van nieuwsgierige en ambiti-

euze mensen. In Berlijn maakten ze kennis met de Start-up Tour, georganiseerd door de Nederlander Derk Marseille. Vermaat: “Dat was precies wat wij ook wilden gaan doen. Derk zei ‘Prima, doe je ding’.” Voor de fietstochten zoekt Professional Rebel naar ondernemers die zij zelf ook graag beter willen leren kennen. “We gaan maandelijks met een groep van ongeveer vijftien man langs bij bedrijven die cutting edge zijn, die een vernieuwend concept of businessmodel hebben. En die de ballen hebben om tegen de stroom in te gaan,” zegt Vermaat.

‘Je moet als ondernemer bereid zijn om uit je comfort zone te stappen’ 36

130213nieuwezijds.indd 36

4/24/13 5:55 PM


nummer 3 / 2013

4.

3.

1.

2.

1. Amstelstation 2. Taxi-E 3. Studio Jux 4. De Speld

Fietsend vanaf de verzamelplek bij het Amstelstation (1) naar het kantoor van Taxi-E (2), de burelen van Studio JUX (3) in de Indische buurt, en de plek waar De Speld (4) zijn eigen visie op het nieuws produceert.

Aangekomen bij het kantoor van Taxi-E, op het oninspirerende industrieterrein aan de Spaklerweg, worden de fietsen op slot gezet. Als de jassen zijn uitgetrokken, komen de notitieboekjes tevoorschijn. Lisanne de Munk, lifestyle redacteur bij Viva, pent driftig mee als oprichter Ruud Zandvliet aan de groep vertelt hoe hij zijn baan in de financiële sector eind 2010  op-zegde om samen met Edvard Hendriksen de taxicentrale te starten. “Wees niet krampachtig met je ideeën, maar deel ze met de juiste mensen,” het zijn praktische tips van de bevlogen ondernemer. Zandvliet: “Het zou mooi zijn als het lukt, dat was de insteek, maar daar mag je nooit vanuit gaan.” Toen Taxi-E begon was de prognose dat er in 2012 honderd auto’s in de stad zouden rondrijden. Zandvliet, lachend: “Het zijn er nu dertien.” Dit bedrijf heeft precies de ‘ballen’ waar Professional Rebel naar zoekt. Niet alleen gaven de heren een topfunctie met dito

salaris op om duurzaam te gaan ondernemen, ze stapten ook nog eens in een wereld die niet bepaald bekend staat om z’n vriendelijkheid. Chauffeur Herman vertelt dat ze weleens door chauffeurs van andere taxi’s worden vastgezet bij het halen en brengen van een klant. Hun beste wapen is het bieden van goede service, stelt Zandvliet. Voorkomende chauffeurs, die het portier voor de klant openen, die excuses aanbieden als ze verkeerd rijden (wie een klacht heeft, krijgt een bloemetje thuis), een tablet op de achterbank en lagere tarieven. Hun doel is om preferred taxi van Amsterdam te worden en uiteindelijk zelfs de oversteek naar New York te wagen. “Of ze weleens wakker hebben gelegen van het starten van een eigen bedrijf?,” wil een deelnemer weten. “Nee,” zegt Zandvliet, “je moet als ondernemer gewoon bereid zijn om uit je comfort zone te stappen. En een lieve vriendin die je in die pittige beginjaren steunt, helpt ook wel.”

37

130213nieuwezijds.indd 37

4/24/13 5:55 PM


nieuwezijds

‘Tip voor ondernemers: ken je zwaktes’ Na een kleine drie kilometer tegen de harde wind in gefietst te hebben, arriveert de groep bij modelabel Studio Jux in de Indische buurt. Daar staat in grote letters ‘Cool as Nepali Ice’ op de muur geschreven. De kleding van ontwerper Jitske Lundgren wordt geproduceerd in Nepal. Met de fabriek die het label daar runt kunnen 25 families in hun levensonderhoud voorzien. Lundgren studeerde mode maar wilde naast ontwerpen ook de wereld verbeteren. Met eerlijk gemaakte kleding van eco-materialen als hennep en gerecyclede colaflesjes. Als manager werd Carlien Helmink aangetrokken. Helmink: “Je kunt de mooiste fairtrade-collecties ontwerpen, je maakt pas een verschil als je de kleding ook verkoopt.” “Spreek je de taal van de boardrooms, zoals de mannen van Taxi-E?,” vraagt een van de deelnemers haar. “Nee, nog steeds niet,” antwoordt Helmink relaxed. “Daarom neem ik ook altijd een accountant in strak pak mee naar

zakelijke besprekingen.” De wijze les van Studio Jux voor startende ondernemers is ‘Ken uw zwaktes’. En ook: Reken op een lange aanlooptijd, maar zet wel hoog in. Helmink: “Onze droom is world domination. Studio Jux moet je over drie jaar overal zien, niet alleen in fairtrade-winkels, maar ook in de Bijenkorf.” De laatste en derde halte van de fietstocht is bij De Speld, de satirische online krant. Melle en Jochem van den Berg (geen familie) houden kantoor in een hoekje van een indrukwekkend pakhuis aan de Binnenkant met uitzicht op de Montelbaanstoren, waar ook het hippe magazine Vice en hiphop-site Puna worden gemaakt. Bij De Speld zijn ze iets minder juichend over het ondernemerschap dan de voorgangers. Jochem van den Berg: “Terugkijkend denk ik, hoe hebben we het volgehouden?” Rijk zijn ze nog altijd niet, maar alle inzet heeft ze wel 41.705 volgers op Facebook opgeleverd.

Opvallend is dat zich onder de deelnemers aan deze Start-up Tour weinig beginnende ondernemers bevinden. Meedoen aan de tour is blijkbaar ook leuk als uitje. Consultant Dirk Scherma (31) is al eerder mee geweest, vandaag heeft hij er zelfs speciaal vrij voor genomen. “Ik vind het interessant om alle verhalen te horen. Dit is een stuk inspirerender dan een beetje niksen op de bank.” Maarten Osieck (36), ‘in between jobs’, heeft als een van de weinige aanwezigen een ondernemersplan, voor een social business, klaarliggen. ‘Ondernemen is denken, durven en doen. Maar bij mij loopt het steeds vast bij het durven, ik moet toch mijn hypotheek betalen. Wat ik vandaag heb opgestoken is dat je je ideeën ook moet durven delen. Ik ga nu zeker meer met anderen over mijn plan praten, om met die feedback aan de slag te gaan.” Recruiter Julia Fiereg

(30) wil graag van baan veranderen. “Wat mij is bijgebleven na vandaag is dat wanneer je een goed idee hebt, je de wereld kunt verbeteren.” Na Amsterdam is deze zomer ook Berlijn aan de beurt voor een Professional Roadtrip. Professional Rebel is net terug van een oriëntatietrip naar de stad. “We richten ons op Nederlandse young urban professionals die vastzitten in hun baan en verder willen kijken, maar niet weten wat ze precies kunnen gaan doen,” zegt Vermaat. “In Berlijn, een plek vol vernieuwende start-ups, gaan we ze uit hun comfort zone schudden.”

Kijk voor de volgende Start-up Tour op www.professionalrebel.nl

Fietsen vanaf Taxi-E naar Studio JUX

38

130213nieuwezijds.indd 38

4/24/13 5:55 PM


De zalm kan Frank niet wild genoeg zijn. Frank’s wilde zalm wordt met de lijn gevangen in de woeste wateren van Zuidoost-Alaska. Waar de visserij al sinds 1950 duurzaam is, en de visstand daardoor elk jaar beter wordt. En in Amsterdam, in onze eigen rokerij, inspecteren, fileren en zouten we de wilde zalm, waarna we hem temmen met de rook van smeulende hickory. Kleinschalig en tot in de perfectie. 100% ambachtelijk handwerk met een fantastisch, volledig verantwoord resultaat. En (dus) onvergetelijk lekker.

Frank’s Smoke House Wittenburgergracht 303, Amsterdam

Bestel ook op smokehouse.nl

crewel, zijde ,

grand foulards, TAFELKLEDEN,

strepen,

DUPATTAS

Voor uw ramen

CAPSICUM

Oude Hoogstraat 1, 1012 CD Amsterdam

w w w. c a p s i c u m . n l

130213nieuwezijds.indd 39

4/24/13 5:55 PM


130213nieuwezijds.indd 40

4/24/13 5:55 PM


nummer 3 / 2013

Sinds wanneer bent u actief voor de buurt? “In 1980 was ik al actief in het aktiecomité Zeeheldenbuurt. We protesteerden onder andere tegen de sloop hier. Die hebben we ook tegengehouden. Het grappige van onze buurt is dat het echt een eilandje is, een dorp. Maar er gebeurt ontzettend veel aan stadsvernieuwing, en je hebt hier van alles van Amsterdam bij elkaar. Van de 1950 inwoners zit 30% met een minimuminkomen, maar we hebben ook miljonairs op de Silodam.”

Nel Breedveld Sinds 1977 woont Nel Breedveld (66) in de Zeeheldenbuurt, ingeklemd tussen Prinseneiland en het IJ. Al 32 jaar houdt ze de instanties in de smiezen die morrelen aan de buurt. De laatste tijd op de agenda: geplande nieuwe kiosken en onderhoud van woningen.

Hoe zet u zich in voor de buurt? “Ik zit in de bewonerscommissie Oudbouw Zeeheldenbuurt Eigen Haard. Eigen Haard is de grootste woningcorporatie hier. We overleggen over onderhoud, renovatie, verkoop van woningen. En ik ben secretaris van het Bewonersplatform Zeeheldenbuurt. Om de buurt te informeren schrijf ik ook stukjes in de Staatskrant. De krant verliest vanaf 2014 haar subsidie, dus daar moeten we ons nu ook druk over maken.” Waar bent u de laatste tijd mee bezig? “Het onderhoud van de woningen. Eigen Haard heeft panden gesplitst om woningen te verkopen, ze moeten wel. Maar de rapportages over de staat van de woningen die Eigen Haard daarvoor bij de gemeente moest inleveren, mogen wij niet inzien. Daar staan ook zaken in over asbest. Eigen Haard zei: ‘Die rapportages snappen jullie toch niet.’ En ze zeggen: ‘Het is

stads ridder x x x een publiekrechtelijk document, dus we hoeven het jullie niet te laten zien.’ Het stadsdeel is de rapportages kwijt. Wethouder Lambriex mailde dat hij er persoonlijk in zou duiken. Daarna kregen we weer een brief van Eigen Haard, dat het zo fantastisch was dat we ze scherp houden. Maar nog altijd krijgen we die rapportage niet te zien.” Klinkt niet makkelijk. “Bij Eigen Haard fuseren ze maar door. Het is steeds onduidelijker wie je waarvoor moet hebben, ze hebben zelf ook geen overzicht meer. En het stadsdeel is sinds de fusie ook een stuk moeilijker te benaderen. Ze zijn steeds alles kwijt.” Wat is uw laatste wapenfeit? “Een vastgoedondernemer wilde hier in dit kleine buurtje zes rode kiosken neerzetten. Lelijke dingen. We konden een ‘premature zienswijze’ indienen, nog voordat het stadsdeel een beslissing nam. Had ik nog nooit van gehoord, maar we hebben het gedaan. De ondernemer heeft inmiddels de aanvraag voor de meeste kiosken ingetrokken, maar met de kiosk op de Silodam is hij nog bezig. En daar strijden wij nog tegen. De buurt is bang dat de zichtlijnen naar het water aangetast worden, en dat de kiosk graffiti aantrekt. Bovendien, er staan hier nog een heleboel winkelpanden leeg. Laat die ondernemer lekker daarin gaan zitten.”

41

130213nieuwezijds.indd 41

4/24/13 5:55 PM


Our store and its contents are dedicated to simple pleasures that are, these days, all too easily overlooked, undervalued or simply forgotten. The good things such as staring at a sky full of stars, listening to the dawn chorus, walks that end in pubs, and tea that tastes of a campfire. Yes it’s a collection of products, but what we’re really promoting is a life where time is made for time to be enjoyed. Enjoyed with family, friends and that big muddy place, the outside. The Quiet Farm Purveyors Of Good

thequietfarm.com

130213nieuwezijds.indd 42

Harry the Gladstone Bag and Tigg the dog, Millican

4/24/13 5:55 PM


nummer 3 / 2013

Books & Bubbles Gestart

Gestopt INKT & Olie

Hoe kwam je op het idee? “Drie jaar geleden kwam ik uit Groningen naar Amsterdam. Ik las altijd al alles wat los en vast zat, maar beleefde dat vooral alleen. In Amsterdam zijn veel meer literaire events, sociale happenings waar de literaire ervaring gedeeld wordt. Dat vind ik geweldig. Je ziet zoveel meer in boeken als je het deelt met anderen. Toen wist ik: literatuur moet gevierd worden. Daarom: boeken én bubbels.” Waarom op de Jan Pieter Heijestraat? “Ik heb een tijdje in Parijs gewoond en ben fan van de boekwinkel Shakespeare and Company. Zoiets moest het worden. Ik woon hier om de hoek en wist meteen dat deze plek die potentie had. Om het te krijgen moest ik nog wel een pitch doen. Ik won omdat de eigenaar dacht dat ik een verrijking voor de straat zou zijn.” Hoe reageert de buurt? “‘Ik ben trots dat dit in mijn straat zit,’ zei iemand laatst nog. Heel leuk. Ook de straatmanager en andere winke-

Wat: Books & Bubbles Waar: Jan Pieter Heijestraat 168 Wie: Steffy Roos du Maine (1986) Gestart: november 2012

Wat: Inkt & Olie Waar: Ferdinand Bolstraat 151 Wie: Anouk Hazenberg (1979) Gestopt: 1 maart 2013 Gestart: september 2008

‘Literatuur moet gevierd worden’

‘Geen beter moment om te starten: tegelijk met de crisis’

liers zijn aardig. ‘En gelukkig niet weer een belwinkel,’ dat hoorde ik ook. Al is de eigenaar van de belwinkel hier heel aardig.” Zit er wel brood in het boek? “Ik had verwacht voor gek te worden verklaard. Maar de reacties waren overweldigend positief. Het boek heeft zijn unieke waarde. Een verhaal op een e-reader ruikt niet zoals een – bij voorkeur tweedehands – boek ruikt. Het is ook raar elk boek te lezen alsof het de printrol van Kerouac’s On the Road is: zonder een pagina om te slaan. En wat als je straks niet meer iemands boekenkast kan begluren als je op bezoek bent? Je moet wel meer bieden tegenwoordig, als boekwinkel. Daarom hebben wij de leesclub (met onbeperkt bubbels), conversation dinners en literaire feestjes. De events leveren nu nog geen winst op, maar zo bouw ik de community van Books & Bubbles op.”

Waarom sloot Inkt & Olie? “De huur ging omhoog, want het contract liep af. Ik ben niet failliet of zo, maar de boekhandel in het algemeen heeft het moeilijk. Dus wilde ik niet nog vijf jaar aan een huurcontract vastzitten.”

dicht?! Wat zoooonde! De crisis hè?’ Dat laatste irriteert wel een beetje. (cynisch) Ja, ik had geen beter moment kunnen kiezen om te starten: tegelijk met de crisis. Maar het is mijn eigen keuze geweest om te stoppen. Die beslissing is niet crisisgerelateerd.”

Met welke droom begon je? “Ik heb literatuurwetenschappen gestudeerd en de hotelschool gedaan. Zodoende kwam ik op het idee van een boekwinkel met café. Vandaar ook de naam: Inkt & Olie. Olie was afkomstig van ‘in de olie zetten’, maar helaas was er geen vergunning om alcohol te schenken. Dus toen werd het koffie, taart en tosti’s - zelfgemaakt. Al komen er natuurlijk ook altijd mensen vragen om printerinkt.”

Hebben boekwinkels nog wel toekomst? “Ik zie zeker toekomst in het boek. Alleen dan met printing on demand. Je kiest je boek, een omslag, één druk op de knop en het rolt eruit. The American Book Center heeft zoiets. En tweedehands boeken zullen populairder worden. De handel zal meer in niches plaatsvinden. Met hele kleine, onvindbare boekwinkeltjes.”

Wat waren de reacties? “Inkt & Olie had veel vaste klanten, die kwamen ook voor advies. Dan vroeg ik wat ze leuk vonden en gaf een stapeltje mee om uit te kiezen. Die mensen reageren teleurgesteld. En er komen mensen binnen die uitroepen: ‘Ga jij

En nu? “Even bijkomen hiervan. En eens naar die boekhandel op de Javastraat, de Java bookstore. En weer naar Schimmelpennink, mijn favoriet. Daar had ik hiervoor nooit tijd voor. Voorlopig onderneem ik even niets meer, en zal ik vooral te vinden zijn in andere boekhandels. Daar ben ik nou eenmaal graag.”

43

130213nieuwezijds.indd 43

4/24/13 5:55 PM


130213nieuwezijds.indd 44

4/24/13 5:55 PM


nummer 3 / 2013

Di 21

Di 21

Do 16 Vr 17

What design Pop Up City can do! Live

Conferentie Vertrouwen in de stad

Do 16 / Vr 17 mei 15.00 uur Dagkaart: 175,–

Dinsdag 21 mei 17.00 – 22.00 uur Entree: gratis

Stadsschouwburg Amsterdam Combiticket: 300,–

Wow, da’s een klap geld voor een kaartje! Maar voor iedereen in de hoek van ontwerpen, van grafisch tot mode, is het de investering meer dan waard. What design can do! is een conferentie van twee dagen vol inspirerende sprekers uit alle ontwerphoeken van over de hele wereld. Met behalve aandacht voor wat mooi is en wat werkt, aandacht voor de sociale kant van design. Met borrels en lunch en feestjes. En natuurlijk: netwerken in die rood velours gangen van de Schouwburg.

Dinsdag 21 mei Entree: 8 euro

Brakke Grond

De mannen van het blog Pop Up City, die in dit magazine zo’n fijne selectie maakten op pagina’s 46-47, brengen hun blog naar het podium. Een avond vol ideeën, verhalen en trends die de stad van nu en in de toekomst vormgeven. Met columns, interviews, filmpjes en andere korte formats waarmee lekker snel de diepte in kan worden gegaan. Voor een nieuwe blik op je eigen stad.

Pakhuis de Zwijger Piet Heinkade 179

Betutteling van ambtenaren, wij hebben er steeds minder zin in en zij hebben er steeds minder tijd voor. Burgers maken de stad weer zelf, en de overheid kan daarbij helpen. Er wordt volop geëxperimenteerd met trusts, ook wel ‘wijkondernemingen’. Pakhuis de Zwijger zet de partijen, ondernemende burgers en overheid, samen aan tafel om tot de best werkende methodes te komen.

www.brakkegrond.nl

www.whatdesigncando.nl

Tostifabriek Zo’n kleffe tosti in de sportkantine. Stelt niks voor. Nou, dat dacht je. Deze lente en zomer kun je op het oude Storkterrein in Oost, bij Mediamatic voor de deur, gaan kijken wat er bij het maken van zo’n tosti komt kijken. Graan wuift steeds hoger in zelfgebouwde bakken. Twee varkens en twee koeien wonen op de kade, dijen uit en geven melk. Ketchup moeten mensen straks zelf maar meenemen. Tomaten verbouwen, dat gaat nog wel. Maar weet je hoeveel suiker er in ketchup zit?! www.detostifabriek.nl

45

130213nieuwezijds.indd 45

4/24/13 5:55 PM


130213nieuwezijds.indd 46

4/24/13 5:55 PM


130213nieuwezijds.indd 47

4/24/13 5:55 PM


www.nzmagazine.nl /nieuwezijdsmagazine

130213nieuwezijds.indd 48

4/24/13 5:55 PM


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.