11 minute read
VOEDSELVERMALERS ALS
from GRAM mei 2020
by NVRD
VOEDSELVERMALERS ALS KANSRIJKE OPTIE VOOR GFEINZAMELING HOOGBOUW
Wie de GFE-vermaler eenmaal kent, is fan voor het leven. Dat is kortgezegd de conclusie van een omvangrijk project in Sneek waarbij zo’n tweehonderd woningen werden voorzien van een appa raat dat groente, fruit en etensresten in de gootsteen opvangt, vermaalt en afvoert. Samen met de lozingen van het toilet verdwijnen de keukenresten naar een vergistingscentrale waar er biogas van wordt gemaakt. Een formule die ook prima in nieuwe hoogbouw zou kunnen werken, zo lijkt het
Advertisement
De wijk Noorderhoek in Sneek is de enige plek in Nederland waar alle huishoudens een voedselvermaler én een vacuümtoilet hebben. In 2011 werd de wijk geherstructureerd en kregen alle woningen een dergelijk systeem als onderdeel van het project WaterSchoon. Daarin werken onder meer het waterschap Fryslân, de gemeente Súdwest-Fryslân, woningcorporatie Elkien, kenniscentrum Stowa en waterketenspecialist DeSah samen. Doel van de pilot is om biogas te winnen uit afvalwater. En dat gebeurt op een manier die uniek is in de wereld, namelijk met voedselvermalers en vacuümtoiletten. Maar wat zijn de ervaringen eigenlijk, negen jaar na dato?
ENTHOUSIAST
Ytsen Strikwerda is strategisch relatiemanager bij woningcorporatie Elkien. “We moesten aan het begin van het project eigenlijk veel meer investeren in het uitleggen van de nieuwe apparatuur en in het duidelijk maken waarom we dit doen”, concludeert hij over de introductie van de in Nederland vrij onbekende voedselvermaler. “Nieuwe bewoners kiezen voor hun huis omdat ze op zoek zijn naar woonruimte, niet vanwege de aanwezigheid van een vacuümtoilet of vermaler. Maar als zij aan de voorkant weten wat er voor hen verandert, bijvoorbeeld dat ze hun etensresten niet in de prullenbak gooien, maar door de vermaler doen, dan ontstaat er meer begrip TEKST: SANDER WAGEMAN BEELD: CREM WASTE MANAGEMENT en gevoel bij het gebruik.” Dat zag Strikwerda bijvoorbeeld bij de huishoudens die meededen aan de eerste fase van het project in Sneek. “Zij werden perfect begeleid in het hele proces. Uit de evaluatie bleek later ook dat deze deelnemers heel erg enthousiast waren. Dat zijn ambassadeurs van het systeem geworden. En het is ook echt zo, iedereen die leert omgaan met de GFE-vermaler is om.” Maar voordat de eerste fase de kans kreeg om zijn succes tijdens de volgende fases op een grotere schaal te bewijzen, brak de financiële crisis uit en trad er vertraging op. De woningcorporatie onderging daarbij ook nog een fusie waardoor het project ging ‘zweven’. Strikwerda: “Uiteindelijk, in 2015 is toch besloten om er mee verder te gaan. Er werden tijdens de volgende fase 145 woningen in Noorderhoek, een herstructureringswijk in Sneek, voorzien van een vacuümtoilet en voedselvermaler. Maar de focus lag in die tijd vooral op zaken zoals de techniek van het zuiveringshuis en het vacuümsysteem an sich en minder op het begeleiden en meekrijgen van de bewoners. Terwijl dat nu juist essentieel is, zo hebben we geleerd.”
KLACHTEN
Bewoners moesten hun eigen weg vinden met het bij hen onbekende apparaat in hun keuken en dat liep niet altijd even vlekkeloos. “We kregen klachten van enkele mensen, omdat ze het vacuüm afzuigen van de GFE-vermaler in hun beleving te luidruchtig vonden. Anderen belden vaak met de melding dat het ding stuk was. Maar het is niet ongewoon dat er soms een kippenbotje of een koffielepeltje klem komt te zitten. Dat is vrij eenvoudig zelf opgelost, maar als Tijdens het onderzoek van CREM werd restafval gesorteerd. Hier bekijkt de onderzoeker of er nog GFE in het restafval verdwijnt bij mensen met een vermaler. Foto: Arno Vlooswijk
je niet weet hoe dat moet, dan is het niet raar dat er steeds een monteur werd bij geroepen.”
En dus koos een deel van de bewoners er voor om het apparaat links te laten liggen, zo ondervond Frits Steenhuisen, directeur van CREM Waste Management. Zijn bedrijf deed onderzoek naar de ervaringen in Noorderhoek. “We hebben op een gegeven moment het restafval bij de deelnemers onderzocht om te zien of er daadwerkelijk minder GFE terug te vinden was”, vertelt
hij. “Maar dat was helaas niet altijd het geval. Een vijfde van het afval bestond nog steeds uit GFE dat ook prima door de vermaler had gekund.” Uit het onderzoek van Steenhuisen bleek dat vooral voedsel dat nog in de verpakking zat bij het restafval werd gegooid. Brood, groente en vleesbeleg verdween in zijn geheel in de vuilnisbak.
“We besloten bij mensen langs te gaan om hen te bevragen over hun ervaringen met de GFE-vermaler. Daar hebben we veel van geleerd. Bijvoorbeeld dat er te weinig voorlichting is gegeven. Mensen zijn vijf jaar geleden in hun huis komen wonen en moesten het doen met een halve pagina in een uitgebreide handleiding over hun woning. Verder bleek dat bijna niemand het apparaat kende. Mensen werden er bang van, omdat het vacuümsysteem volgens hen een eng geluid maakt.” De lessen die na het project in Sneek zijn te trekken mogen dus helder zijn: investeer in informatieoverdracht en service. “En leg goed uit wat het positieve effect op het milieu is”, voegt Steenhuisen nog toe. “Daardoor raken veel mensen overtuigd, zo blijkt.”
DIGITALISERING
“We zijn al met al eigenlijk toch heel tevreden” concludeert Strikwerda. “Woningcorporaties krijgen namelijk met steeds meer verschillende technieken te maken. Dat is een gevolg van de verduurzaming waar we met z’n allen mee bezig zijn. Waar we eerder 20.000 dezelfde cv-ketels moesten onderhouden, krijgen we nu steeds vaker te maken met warmtepompen, zonnepanelen en andere technieken. We moeten ons daar digitaal op voorbereiden. In het meest ideale geval kun je monteurs met een druk op de knop via hun laptop of tablet laten weten wat ze in een woning kunnen aantreffen. Wellicht zelfs met instructievideo’s er bij. Dankzij het project in Sneek weten we nu beter wat wel werkt en wat niet en zijn we in staat om een slag te maken in de digitalisering.” Mochten andere gemeenten geïnteresseerd zijn dan staat de koffie wat Strikwerda betreft klaar in Sneek. Volgens hem zouden de afvalvermalers prima dienst kunnen doen in hoogbouw. “Mits bewoners goed worden meegenomen dus.”
Ook de gemeente Súdwest-Fryslân waar Sneek onder valt, is enthousiast over het project. Volgens Anne van Scheltinga, adviseur ‘milieu en water’ van die gemeente, is het hele concept heel toekomstbestendig. Vooral ook omdat het systeem niet in strijd is met het verbod op lozing door voedselvermalers op het riool. De wetgeving zou wellicht bij andere gemeenten voor enige terughoudendheid kunnen zorgen. “Maar het WaterSchoon concept richt zich op het behandelen van huishoudelijk afvalwater”, legt Van Scheltinga uit. “Met behulp van een gesloten inzamelsysteem wordt huishoudelijk
afvalwater - zowel grijs als zwart water - en vermalen GF-afval ingezameld. Er vindt vervolgens een zuiveringsproces plaats waarbij energie wordt teruggewonnen in de vorm van biogas. Naast biogas blijft er aan het einde van het zuiveringsproces (red.: te verbranden) slib en (schoon) afvalwater over dat vervolgens op het riool wordt geloosd.”
KANSRIJK
Het vermalen GF-afval wordt dus niet op het riool geloosd, zodat er geen sprake is van strijd met het Activiteitenbesluit en het Besluit lozing afvalwater huishoudens waarin het verbod op lozing vanuit voedselvermalers is opgenomen. Van Scheltinga: “Een dergelijke ‘constructie’ zou dus ook heel goed toegepast kunnen worden bij hoogbouw in andere gemeenten.” En zo lijkt er een kansrijk project voor het oprapen te liggen in Sneek. Gemeenten die met GFEinzameling bij hoogbouw in hun maag zitten, worden met open armen ontvangen in Friesland om kennis te komen maken met de GFE-vermaler.
NOOT RIJKSWATERSTAAT:
De constructie in Sneek is wellicht niet illegaal, maar voldoet zeker niet aan het landelijke beleid zoals vastgelegd in het LAP. De minimum standaard is dat GFT/Etensresten verwerkt wordt tot compost, al dan niet met een voorvergistingsstap die biogas oplevert. Dat gebeurt hier niet: hier wordt GFE ingezameld samen met toiletinhoud en zoveel mogelijk omgezet in biogas. Verder resteert een te verbranden slibfractie. Het biogas is bedoeld als brandstof, waardoor feitelijk uiteindelijk al het organisch materiaal wordt “verbrand”. Het project is door RWS geïnitieerd vanwege de eventuele perspectieven van het gebruik van de vermaler als inzamelmiddel voor GFE. Daarbij zou het vermalen GFE dan na ontwatering door professionele partijen verwerkt moeten worden tot (biogas en) compost voor land- en tuinbouw. Alleen op die manier benut je de waardevolle grondstoffen van GFE voor recycling. Het gebruik van een vermaler is een technische en kostbare optie. Wellicht is een vergelijkbaar resultaat met meer kostenefficiënty te behalen met de nieuwe generatie collectieve inzamelvoorzieningen voor GFE, zoals de mincontainer met ombouw, al of niet met pastoegang.
Haal alles eruit wat erin zit
Je staat er misschien wel eens bij stil. Dat het zonde is dat we voedsel verspillen doordat een deel in de verpakking achterblijft.
Door een drankenkarton slim te vouwen komt ook het laatste restje yoghurt of vla uit het zuivelpak.
Zo draagt iedereen zijn steentje bij in de strijd tegen voedselverspilling! Zo draagt iedereen zijn steentje bij in de strijd tegen voedselverspilling!
Vouwinstructie
1 2
3
Zuivelpak is een initiatief van de zuivelindustrie, de supermarktbranche en drankenkartonproducenten. Via Zuivelpak worden consumenten geïnformeerd over de duurzaamheid van zuivelpakken en andere drankenkartons. Kijk voor meer informatie op www.zuivelpak.nl supermarktbranche en drankenkartonproducenten. Via Zuivelpak worden consumenten geïnformeerd over de duurzaamheid van
REFRAMING GFE: EEN NIEUW PERSPECTIEF OP GROENTE- FRUIT- EN ETENSRESTEN (GFE)
Het is de minst geliefde grondstofstroom in de keuken: schillen, klokhuizen, en kliekjes worden structureel vaak bij het restafval gegooid. Dat wat wél gescheiden ingezameld wordt, is te vaak vervuild met andere materialen. Deze situatie verbetert nauwelijks. Hoe kunnen we anders met GFE omgaan, op zo'n manier dat het beter gescheiden wordt en een hogere kwaliteit behoudt? Design Innovation Group (DIG) ontwikkelde voor dit vraagstuk in opdracht van Rijkswaterstaat nieuwe frames.
TEKST & BEELD: DESIGN INNOVATION GROUP
Er zijn vraagstukken waar mensen al zo lang op dezelfde manier naar kijken, dat de oplossing ligt in het benaderen van het vraagstuk op een wezenlijk ándere manier. In de ontwerpende wereld wordt dit ‘Frame Innovation’ genoemd (methode van Prof. Kees Dorst). Volgens deze methodiek ontwikkelden we stapsgewijs nieuwe frames die het vraagstuk van GFE 'open breken', en leiden tot nieuwe denkwijzen. Met deze frames ontstaat een ander perspectief op hoe we met GFE omgaan: wat verandert er door deze nieuwe blik? Er ontstaat ruimte om na te denken over consequenties van frames, over andere aanpakken, nieuwe oplossingen en nieuwe verhalen.
ANDERS OMGAAN MET GFE
Met medewerkers van gemeenten zijn vier verschillende frames ontwikkeld en verkend, waaronder:
Frame 1: “Stel dat we met GFE omgaan als een stadium in een natuurlijk proces; iets wat nu even vies is maar straks iets fijns oplevert,
dan...”Neem het proces van druif naar drank: druiven als fruit zijn lekker, worden tijdelijk vies door gisting, en zijn daarna weer heerlijk in wijn. Als we met GFE omgaan als een stadium in een natuurlijk proces weten we veel meer van de verschillende stadia en het ‘grondmateriaal’. We krijgen omfietscompost: een product van bijzonder hoge kwaliteit. Er komen composteercursussen. In restaurants zien we ter plekke wat er met snijafval en etensresten gebeurt. Er staan bij tankstations vergistingsinstallaties waar je de inhoud van je GFE-bak inlevert en korting krijgt op groen gas.
Frame 2: “Stel dat we met GFE omgaan als iets dat ontzettend waar
devol is, dan…”ontstaan er mogelijk hele nieuwe vormen van inzameling. Afvalverwerkers maken rechtstreeks afspraken met bewoners, de inzamelaar controleert ter plekke de kwaliteit van het GFE waardoor ingezameld GFE nauwelijks meer vervuiling kent. Sommige inzamelaars zijn gespecialiseerd in het ophalen en verwerken van mono-stromen. Ook wordt er doorlopend onderzoek gedaan naar innovatieve, circulaire toepassingen van organisch restmateriaal. De kwalitatief hoogwaardige producten die daaruit voortkomen zijn overal verkrijgbaar.
EEN BLIK OP DE TOEKOMST
Kijk je door je oogharen naar deze frames, dan zie je overal de toegenomen waarde van GFE terug. In discussies over de gevolgen van de frames stelden medewerkers van gemeenten dat GFE met zorg gescheiden moet worden om tot hoogwaardige toepassingen te komen. In deze speculatieve toekomst hebben inzamelaars en start-ups die toepassingen van GFE ontwikkelen direct baat bij het zelf ophalen ervan. Gemeenten zijn dan niet langer automatisch de partij die eindverantwoordelijk is voor inzameling. Het speelveld verandert; als de markt instapt, dan is het aan de gemeenten om voor een gelijk speelveld, spelregels en kaders voor inzamelende partijen te zorgen. GFE-inzameling is niet langer een bron van frustratie en conflict tussen overheid en inwoners: gezamenlijk streef je naar hoge kwaliteit. Gemeentelijke doelen voor hergebruik van grondstoffen worden behaald door derden.
EN NU?
Zo ver als de hierboven geschetste toekomst zijn we nog niet. Wel geven de frames aanknopingspunten voor hoe het anders kan. Benieuwd wat het reframen van GFE voor jou kan betekenen? Neem contact op met VANG, of kijk op hun website voor meer nieuwe perspectieven op GFE.
DIT ARTIKEL IS GEBASEERD OP:
Dorst, K. (2015). Frame innovation: Create new thinking by design. MIT Press. IenW, RWS, NVRD, VA (2019). Aanvalsplan gft-afval en textiel - Naar meer en schonere deelstromen. Uitvoeringsprogramma VANG-HHA DIG, RWS (2019). Reframing Groente- en Fruitafval. Uitvoeringsprogramma VANG-HHA