OP DE RAILS 2017-7
IN DIT NUMMER: Het naoorlogse SBB-materieel De NMVB en de Eerste Wereldoorlog Toezicht op spoor, tram en metro 8 5 E J A A R G A N G , J U L I 2 0 1 7 B L Z . 3 2 1 - 3 6 8 NEDERLANDSE VERENIGING VAN BELANGSTELLENDEN IN HET SPOOR- EN TRAMWEGWEZEN
Flirt RABe 523 028 als S2 Allaman – Villeneuve van RER Vaud passeert op 9 september 2015 het kasteel bij Chillon aan het meer van Genève. De bestemmings aanduiding staat al ingesteld voor de terugrit. Foto: Bastiaan Luytjes.
De treinstellen
Het naoorlogse SBB-materieel (vervolg*) BASTIAAN LUYTJES
Het vorige deel in de artikelenreeks over de treinstellen eindigde bij de laatste ontwikkelingen in de twintigste eeuw. Na de millenniumwisseling zijn fabrikanten door middel van zogenaamde platforms meer gestandaardiseerde producten aan gaan bieden. Standaardproducten als de Flirt en Kiss worden nu tot buiten Europa geleverd. Toch ligt hun oorsprong in Zwitserland omdat Stadler ze aanvankelijk in opdracht van de SBB heeft ontwikkeld. Ook van de GTW, eveneens een standaardproduct dat ook in Nederland is afgenomen, begint de geschiedenis in Zwitserland, alleen niet bij de SBB.
Gelenktriebwagen
Stadler begon met de ontwikkeling van de GTW toen de Biel-Täuffelen-Ins-Bahn voor hun smalsporige lijn nieuwe treinstellen met een lage vloer wilde aanschaffen. Als consequentie daarvan moest zware apparatuur een plek op het dak krijgen, wat de spoorwegmaatschappij onwenselijk vond. Het antwoord van Stadler was een treinstel waarvan de aandrijving en alle zware apparatuur is aangebracht in een kleine motorbak; bijkomend voordeel was dat veel onderhoud vanaf de zijkant kon worden gepleegd waardoor werkplaatsen niet hoefden te worden aangepast voor onderhoud vanaf het dak. De niet aangedreven kopbakken zijn met een oplegconstructie aan de motorbak gekoppeld. Naar Zwitsers gebruik kreeg dit type treinstel de aanduiding
GTW 2/6 (twee aangedreven assen en zes assen in totaal; zie OdR 2011-6, blz. 297), waarbij GTW een afkorting is van Gelenktriebwagen. Onder deze aanduiding staat het materieel nog steeds bekend, hoewel oorspronkelijk de naam Regio liner was bedacht. Het eerste normaalsporige prototype van de GTW 2/6 kwam in 1995 op de baan, in 1996 gevolgd door nog twee exemplaren. De dieseltreinstellen gingen als Bm 596 671673 rijden op de lijn Stockach – Radolfszell in Duitsland, die door de Zwitserse Mittelthurgaubahn (MThB) werd geëxploiteerd als Seehäsle, het kleine broertje van de als Seehas geexploiteerde treindienst Kreuzlingen (CH) – Kon stanz – Singen – Engen. In 2003 gingen de Zwitserse treindiensten van de MThB op in Thurbo, voor 90 % SBB-doch ter en voor 10 % in handen van het kanton Thurgau. Omdat het Zwitserse kanton niets te maken wilde hebben met de Duitse Seehäsle, zette SBB vanaf 2005 de exploitatie voort met een eigen Duits dochterbedrijf SBB GmbH. De GTW zou een succesvol product worden, maar dat gold niet voor de prototypes: ze stonden regelmatig aan de kant met storingen. Voor SBB was duidelijk dat inzet van deze twee treinstellen op lange termijn geen optie was. Het bedrijf eiste dat de opdrachtgever zou meebetalen aan vervangend * Vervolg op OdR 2013-4. O P D E R A I L S 7 - 2 0 1 7 341
Twee Duitse militairen poseren op de treeplank met reizigers en trampersoneel. Het is kennelijk aan het begin van de oorlog, alles ziet er nog verzorgd uit. Alle foto’s: verzameling Dirk Eveleens Maarse, fotografen onbekend, tenzij anders vermeld.
De NMVB en de Eerste Wereldoorlog In veel landen, vooral Frankrijk, Groot-Brittannië, België en uiteraard Duitsland, wordt deze jaren veel aandacht besteed aan de herdenking van de veldslagen tijdens de Eerste Wereldoorlog (1914-1918). Deze maand precies honderd jaar geleden, op 31 juli 1917, begon de derde Slag om Ieper, een (vergeefse) poging van de Britten om het Duitse front te doorbreken. Dit artikel probeert een indruk te geven van de rol die metersporige smalspoorlijnen aan het Vlaamse front en elders in het land speelden en wat dit voor gevolgen had in de jaren na 1918.
B
DIRK EVELEENS MAARSE
elgië bezat in 1914 een uitgebreid stelsel van interlokale stoomtramwegen. In tegenstelling tot in ons land was er in België een aaneengesloten net dat het hele land bedekte. Het was aangelegd door één organisatie, de Société Nationale des Chemins de fer Vicinaux (SNCV) of, in het Nederlands, de Nationale Maatschappij van Buurtspoorwegen (NMVB). Na een complexe procedure voor de vergunningen en financiering verzorgde de NMVB de aanleg en de aanschaf van het materieel. De exploitatie werd bij aanbesteding gegund aan parti-
348 O P
DE RAILS 7-2017
culiere ondernemingen, de zogenaamde pachters. Er waren kleine pachters die slechts één lijn exploiteerden en er waren grote jongens bij wier financiële belangen nauw verstrengeld waren met de omvangrijke en complexe Belgische industriële en bancaire wereld. Een hoofdrol hierbij speelde ir. Édouard Empain. Empain was afkomstig van het metaalconstructiebedrijf S.A. La Métallurgique te Tubize (Tubeke), maar werd tramondernemer toen hij in 1881 de S.A. Railways Economiques de Liège – Seraing et Extensions (RELSE)
Door het voortijdig omleggen van een wissel ontspoorden de achterste vier rijtuigen van trein 123 Amsterdam – Rotterdam op 21 juli 1903 bij het passeren van de splitsing Amsterdam NHSS, de splitsing van de Oude Lijn (links) en de Noord-Hollandse Staatsspoorweg (rechts). Op de achtergrond seinhuis III. Foto: Stichting NVBS Railverzamelingen.
A
Toezicht op spoor, tram en metro Regelmatig staat er in het nieuws een zin als ‘heeft ILT een toelating afgegeven...’ of ‘aldus een onderzoeksrapport van ILT’. Maar wat is Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) nu precies? In dit artikel gaan we nader in op de ontstaansgeschiedenis van het spoorwegtoezicht en vervolgens op wat de ILT nu doet aan toezicht op railsystemen. WIM BEUKENKAMP*
l bij de aanleg van de eerste spoorlijnen in Nederland was er een vorm van toezicht. De concessie uit 1836, verleend aan de Hollandsche IJzeren Spoorweg-Maatschappij (HIJSM) voor de spoorlijn Amsterdam – Haarlem, vermeldde het volgende: ‘Op nakoming van die reglementen (die op het gebruik der spoorwegen in het algemeen en op den hunnen in het bijzonder gemaakt zullen worden) zoowel als op het behoorlijk tot stand brengen van den spoorweg, zal gewaakt worden door het Departement van Binnenlandse Zaken, aan hetwelk de adressanten gevolgelijk verplicht zullen zijn alle verlangde openingen toe doen en alle bijzonderheden mede te deelen, welke strekken kunnen om hunne onderneming met den gevolge van dien te leeren kennen en waardeeren.’1 Niet alleen werd er toezicht uitgeoefend op de exploitatie, ingenieurs van Rijkswaterstaat (dat toen net als de spoor358 O P
DE RAILS 7-2017
wegen onder het Departement van Binnenlandse Zaken viel) hielden ook dagelijks toezicht op de bouw, inrichting en instandhouding van de infrastructuur. In 1845 werd de hoofdingenieur van de Waterstaat namens de minister benoemd tot Rijkscommissaris bij de Nederlandsche Rhijnspoorweg-Maatschappij (NRS). Ook bij andere spoorwegen werden Rijkscommissarissen benoemd. Zij werden belast met het toezicht op de uitvoering van de werken van aanleg en de exploitatie van de spoorwegen.
Raad van Toezicht
Met het van kracht worden van de Spoorwegwet van 1860 werd in dat jaar de Raad van Toezicht op de Spoorweg* m.m.v. Andres Wedzinga
laatste pagina blader pdf_Op de Rails Basis 10-1-2014 20:56 Pagina 1
NVBS, PASSIE VOOR SPOOR ! Nieuwsgierig geworden naar de rest van de inhoud van dit nummer van Op de Rails? Denk er dan eens aan om lid te worden van de Nederlandse Vereniging van Belangstellenden in het Spoor- en tramwegwezen (NVBS). De NVBS-leden ontvangen maandelijks het blad in de bus, maar de NVBS biedt veel meer! In alle delen van het land worden bijeenkomsten belegd waarop presentaties gehouden worden over trein en tram in binnen- en buitenland. De Stichting NVBS Excursies organiseert reizen. Er is ook een afdeling Jongeren. In de NVBS Winkel kun je boeken en dvd’s over railverkeer kopen. En voor wie zich wil documenteren zijn er de NVBS-Bibliotheek en de Stichting NVBS Railverzamelingen. De winkel, de bibliotheek en de documentatiecentra zijn gevestigd in NVBS Centraal in het stationsgebouw van Amersfoort. Afdelingen Op diverse plaatsen zijn er afdelingen die maandelijks een bijeenkomst houden, waar leden door middel van presentaties informatie met elkaar uitwisselen. Deze avonden bieden een uitgelezen kans om andere spoorhobbyisten te ontmoeten. De agenda voor de komende periode is in Op de Rails of op de NVBSwebsite te vinden.
ook abonnementen op vele binnen- en buitenlandse tijdschriften op spoor- en tramweggebied. Bureau Railatlas en Bureau Materieeltekeningen bezitten topografische kaarten en schematische tekeningen van sporen en materieel. Winkel In de NVBS Winkel worden boeken, tijdschriften en dvd’s verkocht. Er is een uitgebreide tweedehandsafdeling. Bestellingen via internet of per post zijn mogelijk.
Excursies De aangeboden excursies variëren van een eendaagse binnenlandse trip tot een reis van vier weken in het buitenland. Voorbeelden: bezoeken aan werkplaatsen en remises, meerdaagse treinreizen door landen in en buiten Europa, maar ook dagbezoeken aan Nederlandse spoor- en trambedrijven. En elk jaar een Oliebollenrit!
Beeldmateriaal Het filmarchief, de diatheek en het fotoarchief bezitten een enorme collectie historische en actuele films, dia’s, prentbriefkaarten en foto’s. Leden kunnen zich abonneren op een fotorondzending. Tienmaal per jaar wordt een pakket foto’s, door leden gemaakt, rondgestuurd.
Documentatie De Stichting NVBS-Railverzamelingen beheert een grote verzameling krantenknipsels, dienstregelingen, vervoersbewijzen en andere documenten. In de bibliotheek staan meer dan elfduizend boeken en vele ingebonden jaargangen tijdschriften. De bibliotheek heeft
Afdeling Jongeren Ook jongeren voelen zich thuis bij de NVBS. De NVBS-afdeling Jongeren organiseert speciaal voor leeftijdgenoten bijzondere activiteiten: een wedstrijd treintrekken bijvoorbeeld, een rondje per trein in het nabije buitenland of een bezoek aan een bouwproject.
Op de Rails Het magazine Op de Rails verschijnt maandelijks. Elk nummer bevat berichten over spooractualiteiten en over de vereniging, over nieuw verschenen boeken en dvd’s (die in de winkel te koop zijn) en aankondigingen van excursies. Daarnaast zijn er langere artikelen over spoor- en tramwegen in binnen- en buitenland. Het maandblad dat door vrijwilligers wordt gemaakt, is full colour en vrij van advertenties.
www.facebook.com/OpdeRails
Lid worden? Nieuwsgierig geworden en meer willen weten, een proefnummer van Op de Rails ontvangen of lid worden? Een lidmaatschap kost 55 euro per jaar, ben je jonger dan 25? Dan betaal je slechts 28 euro voor een heel jaar! Meer weten? Bezoek ons op http://www.nvbs.com
Het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem organiseerde in het weekend van 17 en 18 juni weer het tram- en busspektakel Volgende halte: Openluchtmuseum, waarvoor dit keer drie museumtrams uit Den Haag waren gehaald, de motorwagens 58 en 77 en aanhangwagen 779 die dienst deed achter motorwagen 274 van het openluchtmuseum. Boven passeert buitenlijnmotorwagen 58 op 18 juni 2017, onder staat het Haagse trio motorwagens een dag eerder voor de remise. Foto’s: Erwin Voorhaar en Raymond Naber.
000