Odr2018 02

Page 1

OP DE RAILS

2018-2

IN DIT NUMMER: Wisseling van de wacht Vijftig jaar metro in Rotterdam Inzet van het NS-materieel Materieeloverzichten Broodtrommels MAANDBLAD VAN DE NVBS, 86E JAARGANG, FEBR UARI 2018 BLZ. 49-104

Op_de_Rails_2018_02.indb 1

31-01-18 14:36


De Talent 2-treinstellen van DB Regio waren in de zomer van 2017 al regelmatig te zien op de Gäubahn Stuttgart – Singen. Schleissweiler, 3 juli 2017. Foto: Maik Kopke.

Wisseling van de wacht Het begin van het nieuwe dienstregelingjaar is het ideale moment om nieuwe vervoercontracten in te laten gaan. In Duitsland, waar aanbestedingen verplicht zijn, verandert het spoorlandschap jaarlijks op de zondag volgend op de tweede zaterdag van december. FRANS BLANKER-HALSTEIN

Z

oals elk jaar is met ingang van de jaardienstregeling 2018, die op 10 december 2017 inging, een aantal Duitse netwerken overgenomen door een andere ver­­­­­voer­der. Dit leidde tot de inzet van ander, vaak nieuw(er) materieel. Opmerkelijk is dat de zittende vervoerder in veel gevallen het nieuwe vervoercontract won, maar wel verplicht was nieuw materieel in te zetten of het bestaande te moderniseren. Dat is niet altijd succes­vol verlopen, zodat ook dit jaar de term Ersatzkonzept regelmatig valt.

Usedom

De Usedomer Bäder Bahn (UBB) werd in 1994 opgericht als dochterbedrijf van DB als exploitant van het toen nog geïsoleerde spoorwegnet op het Oostzee-eiland Usedom. Het bedrijf is ook beheerder van de infrastructuur en is 68   O P

daarmee te beschouwen als een voorloper van de Mittel­ standsoffensive, waarmee DB rond de eeuwwisseling probeerde door het opzetten van geïntegreerde regionale bedrijven efficiënter te werken en beter in te spelen op lokale wensen. De UBB was, net als andere regionale DB-bedrijven, zeer succesvol en wist het aantal dagelijkse reizigers te laten stijgen van tweeduizend in 1994 naar 8500 in 2008. Een deel van die groei is te verklaren door de aanleg van de vaste oeververbinding in Wolgast en de verlenging van de lijn naar Świnoujście (PL). De belangrijkste oorzaken voor de groei zijn echter de verbetering van de treindienst, de inzet van nieuw toegankelijk materieel in de vorm van 23 GTW 2/6-treinstellen, die de deels op aardgas gestookte Ferkeltaxi’s vervingen, en de lokale marketing. De aanbesteding van het netwerk Usedom leidde begin maart 2017 tot gunning van het vervoercontract voor de

DE RAILS 2-2018

Op_de_Rails_2018_02.indb 68

31-01-18 14:38


De metro op het viaduct in de Mijnsherenlaan, gezien vanaf het Zuidplein, met een trein bestaande uit materieel van de eerste generatie in zijn nadagen; 5 september 1999. Foto: Wim van der Ent.

Vijftig jaar metro in Rotterdam Rotterdam zonder metro is tegenwoordig ondenkbaar. Aan de komst daarvan ging heel wat vooraf en aanvankelijk was er zelfs helemaal geen sprake van een metro. In een jarenlang proces groeide de geplande korte tramtunnel onder de rivier uit tot een metrolijn. Het in 1968 soms spottend begroete metrolijntje van nét geen zes kilometer is in een halve eeuw uitgegroeid tot een netwerk van bijna tachtig kilometer. Een overzicht van ‘hoe het zo is gekomen’ tot dat eerste lijntje.

D

MAURITS VAN DEN TOORN

e Nieuwe Maas met in het verlengde daarvan de Nieuwe Waterweg hebben Rotterdam aan zijn groei geholpen, maar vormden soms een flinke belemmering voor het verkeer. Vanouds kon de rivier natuurlijk worden overgestoken per boot. Dat gebeurde met de bootjes van de gemeentelijke rederij Heen-enWeer (de bootjes hadden de fantasievolle namen Heen-enWeer I tot en met Heen-en-Weer XVI) en twee wagenveerdiensten, sinds 1911 tussen Willemskade en Katendrecht en sinds 1927 tussen de Parkkade en Charlois. Bovendien was er sinds 1878 de Willemsbrug tussen het stadscentrum en het Noordereiland. Die was in 1927 opgevijzeld en verbreed, zodat de brug over de Koningshaven

tussen het Noordereiland en Zuid minder vaak open hoefde. Desondanks moest (en moet) de Koninginnebrug over deze in 1872-’74 gegraven doorvaarthaven nog steeds regelmatig open voor de scheepvaart, net als de ernaast gelegen spoorbrug, die bekend is geworden onder de benaming ‘de Hef’. Bovendien liep al voor de oorlog het verkeer op de bruggen wel eens helemaal vast, zoals bij de eerste grote wedstrijden in 1937 in de Kuip. Dat er wat moest gebeuren was duidelijk. Al in de jaren dertig plande ingenieur Witteveen, het hoofd van de Dienst Stadsontwikkeling, een brug op de plaats van de Erasmusbrug, een brug op de plaats van de Van Brienenoordbrug voor het doorgaande autoverkeer én een tunnel op de plaats O P D E R A I L S 2 - 2 0 1 8   73

Op_de_Rails_2018_02.indb 73

31-01-18 14:38


OdR 2018-2 blz. 81-82 Teloorgang Q8:Op de Rails Basis 29-01-18 08:46 Pagina 1

Jarenlang gezichtsbepalend in de Intercitydienst via de Frankenwaldbahn: de Baureihe 1201 van Deutsche Bahn. Op 23 juni 2017 was de 120 159 met een zustermachine onderweg bij Bastelsmühle. Foto: Bert van der Kruk.

OdR 2

De teloorgang van 1 de Baureihe 120 De Baureihe 1201 van DB Fernverkehr heeft in de nieuwe dienstregeling het werkterrein behoorlijk zien krimpen, mede door de opening van de hogesnelheidslijn Erfurt – Nürnberg en de daarmee verband houdende vervanging van Intercity’s door ICE’s. RAYMOND KIÈS

D

e Baureihe 120 van de Deutsche Bundesbahn (DB) is de eerste grote serie draaistroomlocomotieven. In 1899 was voor het eerst met draaistroom voor railvoertuigen geëxperimenteerd, maar door de stappen die in de jaren zestig zijn gezet op het gebied van halfgeleidertechniek kwamen de ontwikkelingen in een stroomversnelling. DB deed de eerste ervaringen met draaistroom op met de 202 002, één van de drie door Henschel aan het begin van de jaren zeventig gebouwde experimentele DE2500-diesellocomotieven. De dieselmotor en de generator waren uitgebouwd en de stroomvoorziening kwam uit een vast aan de locomotief gekoppeld stuurstandrijtuig, voorzien van een stroomafnemer. Met deze combinatie simuleerde men een elektrische draaistroomlocomotief. De proefnemingen uit 1974 en ’75 toonden aan dat de universele draaistroomlocomotief realiseerbaar was en daarmee zag DB een oude wens in vervulling gaan, want begin jaren vijftig wilde men al een universele locomotief, maar dat was door de wisselstroomtechniek nog niet mogelijk. Er kwamen afzonderlijke series voor de reizigers- en goederendienst met verschillende overbrengingen (E10 en E40). In 1976 kregen BBC, Krauss-Maffei, Krupp en Henschel opdracht voor de ontwikkeling van de Baureihe 120, waarbij gekeken werd naar de E1200 die Henschel en BBC in 1976 hadden gebouwd voor Ruhrkohle. In deze dertien locomo-

tieven was draaistroomtechniek al toegepast. Dit waren de eerste in serie gebouwde draaistroomlocomotieven.

Prototypen

De Baureihe 120 bestond in aanvang uit vijf prototypen met een vermogen van 5600 kW. De 120 001-004 hadden een maximumsnelheid van 160 km/h; de 120 005, herkenbaar aan de lagere knik in het front, kon 200 km/h halen. De locomotieven, waarvan de eerste in mei 1979 was geleverd, waren in het TEE-kleurenschema geschilderd en vervulden tijdens de vierjarige testperiode, waarin ze vier miljoen kilometer aflegden, de hooggespannen verwachtingen. Alleen de transformator had het predicaat ‘problematisch’ en werd door een ander type vervangen. In 1984 bestelde DB de vervolgserie, vrijwel gelijk aan de prototypen. De TEE-kleuren hadden plaatsgemaakt voor het kort daarvoor geïntroduceerde oriëntrood met wit ‘slabbetje’ op de fronten. De eerste bestelling omvatte 36 exemplaren, de optie op 24 stuks werd een jaar later verzilverd. De serielocomotieven Baureihe 1201 waren toegelaten voor 200 km/h. De levering begon met de 120 103 in januari 1987 en was begin 1989 afgerond. De 120 137-160 hadden een andere overbrenging om bij hoge snelheden meer trekkracht te hebben. De motorrijtuigen van de ICE 1- en ICE 2treinstellen zijn technisch op de Baureihe 120 gebaseerd. OP DE RAILS 2-2018

Op_de_Rails_2018_02.indb 82

81

31-01-18 14:38


Van Den Helder tot Maastricht, van Enkhuizen tot Heerlen en van Schiphol tot Nijmegen wordt de inter­­city­dienst uitsluitend uitgevoerd door VIRM-stellen. De 8610 op het drie­ sporige baanvak ’s-Hertogenbosch – Vught Aansluiting is onderweg als trein 857 naar Maastricht; 5 november 2017. Foto: Arnold de Vries.

Dienstregeling 2018

Inzet van het NS-materieel Voor de ‘tienminutentrein’ tussen Amsterdam en Eindhoven is meer intercitymaterieel nodig. Dat is gevonden door de definitieve overgang van het DDZ van sprinter- naar intercitydiensten, waarbij tevens een herschikking van het materieel van de Noord-Oostverbindingen en de IJssel-Brabantroute heeft plaatsgevonden. De gaten die daardoor bij de sprinterdiensten zijn gevallen, zijn door de komst van de Flirt 3 royaal opgevuld.

D

J.M. TEN BROEK

e verschuivingen in de inzet van het materieel in de dienstregeling 2018 ten opzichte van 2017 staan in het teken van de tienminutendienst op de zogenoemde A2-corridor Amsterdam – Eindhoven, waarvoor meer intercitymaterieel nodig is. Het hiervoor benodigde VIRM is uit meerdere treinseries bij elkaar gesprokkeld en het is vooral DDZ dat de gaten opvult. Omdat daarbij DDZ ook nog in ruime mate is geruild met ICM, is het beeld van een aantal intercityseries nog meer veranderd. Het sprintersegment van het materieelpark heeft zich moeten aanpassen aan het overgaan van de DDZ4’en naar het intercitysegment. Op deze manier heeft

de komst van de Flirts uiteindelijk de inzet van voldoende materieel op de A2-corridor mogelijk gemaakt. De groei van het inzetbare materieelpark zal uiteindelijk een stuk kleiner zijn dan het aantal zitplaatsen dat de Flirts hebben toegevoegd, omdat de praktijk sterker is dan de leer en misschien ook wel omdat de groei van het aantal reizigers (nog) niet zo groot is als gedacht of gehoopt werd. Van de grote ruimte in het materieelpark is inmiddels gebruik gemaakt om drie driewagenstellen SGM met brandschade af te voeren en het lijkt er sterk op dat de hardnekkig defecte locomotieven serie 1700 nu ook permanent roet in het eten gooien. De twee stammen DDM-1 die als gevolg van defecO P D E R A I L S 2 - 2 0 1 8   83

Op_de_Rails_2018_02.indb 83

31-01-18 14:39


OdR 2018-2 blz. 93-99 Broodtrommels v0 Q8:Op de Rails Basis 29-01-18 13:23 Pagina 1

‘Broodtrommel’ 810 245 van Čd vertrekt vanuit Litomyšl naar Choceň; 26 augustus 2017. Foto’s bij dit artikel: Date Jan de Vries.

Nebenbahn retter uit het Oostblok

Broodtrommels

Zoals de Schienenbusse in Duitsland de Nebenbahnretter waren, werden de door de Tsjechoslowaakse Vagónka Studénka gebouwde railbussen dat in een aantal voormalige Oostblok-landen. Wie ze beter bekijkt, begrijpt waarom ze de bijnaam ‘Broodtrommel’ hebben gekregen. DATE JAN DE VRIES

A

an het begin van de jaren zeventig begon de bouw van de railbussen en anno 2018 zijn ze nog steeds actief in Tsjechië, Slowakije, Hongarije en Polen. Om de inzet na zoveel jaren nog mogelijk te maken zijn veel moderniseringen doorgevoerd, maar er worden ook nog exemplaren in de oorspronkelijke staat ingezet. Spoorwegliefhebbers die Tsjechië, Slowakije of Hongarije hebben bezocht, kennen ongetwijfeld de markante, vierkante kleine motorwagens die met of zonder bijwagens dienst doen. Bij velen zal de huidige inzet in Polen of in de Oekraïne echter minder bekend zijn.

Tsjechoslowakije

Als vervanger van de verouderde railbussen serie M131.1, waarvan tussen 1948 en ’56 549 exemplaren zijn geleverd, werd in de jaren zeventig besloten om een nieuwe serie railbussen te bouwen. Deze nieuwe tweeassige railbussen wer-

den door Vagónka Studénka (tegenwoordig onderdeel van de Škoda Holding) gebouwd. In 1973 kwamen twee prototypen op de baan met de nummers M151.0001 en M151.0002. De hiermee opgedane ervaringen waren goed en daarom werden tussen 1975 tot ’84 nog eens 678 motorwagens geleverd waarvan twee voor breedspoor. De normaalspoorvariant werd, inclusief de prototypen, genummerd van M152.0001 tot en met M152.0678. De breedspoormotorrijtuigen kwamen in 1982 onder de nummers M152.5001 en M152.5002 in dienst. Deze waren ontwikkeld voor het grensoverschrijdende verkeer van Tsjechoslowakije naar Tsjop en Oezjhorod in de Oekraïne. De oostgrens van het huidige Slowakije geldt tegenwoordig nog steeds als de overgang tussen normaalen breedspoor. De M151 had twee assen, waarvan één aangedreven. Naast de motorwagens werden 909 bijwagens type Blm geleverd OP DE RAILS 2-2018

Op_de_Rails_2018_02.indb 94

93

31-01-18 14:39


laatste pagina blader pdf_Op de Rails Basis 10-1-2014 20:56 Pagina 1

NVBS, PASSIE VOOR SPOOR ! Nieuwsgierig geworden naar de rest van de inhoud van dit nummer van Op de Rails? Denk er dan eens aan om lid te worden van de Nederlandse Vereniging van Belangstellenden in het Spoor- en tramwegwezen (NVBS). De NVBS-leden ontvangen maandelijks het blad in de bus, maar de NVBS biedt veel meer! In alle delen van het land worden bijeenkomsten belegd waarop presentaties gehouden worden over trein en tram in binnen- en buitenland. De Stichting NVBS Excursies organiseert reizen. Er is ook een afdeling Jongeren. In de NVBS Winkel kun je boeken en dvd’s over railverkeer kopen. En voor wie zich wil documenteren zijn er de NVBS-Bibliotheek en de Stichting NVBS Railverzamelingen. De winkel, de bibliotheek en de documentatiecentra zijn gevestigd in NVBS Centraal in het stationsgebouw van Amersfoort. Afdelingen Op diverse plaatsen zijn er afdelingen die maandelijks een bijeenkomst houden, waar leden door middel van presentaties informatie met elkaar uitwisselen. Deze avonden bieden een uitgelezen kans om andere spoorhobbyisten te ontmoeten. De agenda voor de komende periode is in Op de Rails of op de NVBSwebsite te vinden.

ook abonnementen op vele binnen- en buitenlandse tijdschriften op spoor- en tramweggebied. Bureau Railatlas en Bureau Materieeltekeningen bezitten topografische kaarten en schematische tekeningen van sporen en materieel. Winkel In de NVBS Winkel worden boeken, tijdschriften en dvd’s verkocht. Er is een uitgebreide tweedehandsafdeling. Bestellingen via internet of per post zijn mogelijk.

Excursies De aangeboden excursies variëren van een eendaagse binnenlandse trip tot een reis van vier weken in het buitenland. Voorbeelden: bezoeken aan werkplaatsen en remises, meerdaagse treinreizen door landen in en buiten Europa, maar ook dagbezoeken aan Nederlandse spoor- en trambedrijven. En elk jaar een Oliebollenrit!

Beeldmateriaal Het filmarchief, de diatheek en het fotoarchief bezitten een enorme collectie historische en actuele films, dia’s, prentbriefkaarten en foto’s. Leden kunnen zich abonneren op een fotorondzending. Tienmaal per jaar wordt een pakket foto’s, door leden gemaakt, rondgestuurd.

Documentatie De Stichting NVBS-Railverzamelingen beheert een grote verzameling krantenknipsels, dienstregelingen, vervoersbewijzen en andere documenten. In de bibliotheek staan meer dan elfduizend boeken en vele ingebonden jaargangen tijdschriften. De bibliotheek heeft

Afdeling Jongeren Ook jongeren voelen zich thuis bij de NVBS. De NVBS-afdeling Jongeren organiseert speciaal voor leeftijdgenoten bijzondere activiteiten: een wedstrijd treintrekken bijvoorbeeld, een rondje per trein in het nabije buitenland of een bezoek aan een bouwproject.

Op de Rails Het magazine Op de Rails verschijnt maandelijks. Elk nummer bevat berichten over spooractualiteiten en over de vereniging, over nieuw verschenen boeken en dvd’s (die in de winkel te koop zijn) en aankondigingen van excursies. Daarnaast zijn er langere artikelen over spoor- en tramwegen in binnen- en buitenland. Het maandblad dat door vrijwilligers wordt gemaakt, is full colour en vrij van advertenties.

www.facebook.com/OpdeRails

Lid worden? Nieuwsgierig geworden en meer willen weten, een proefnummer van Op de Rails ontvangen of lid worden? Een lidmaatschap kost 55 euro per jaar, ben je jonger dan 25? Dan betaal je slechts 28 euro voor een heel jaar! Meer weten? Bezoek ons op http://www.nvbs.com


Boven: DE2 82, op 6 juni 1976 onderweg als stoptrein van Zwolle naar Enschede, arriveert in Heino. De dieseltweeën waren beeldbepalend voor deze lijn, al verschenen er ook regelmatig plan U’s. In 1998 maakten ze plaats voor DM’90, waarbij de treinen ook ieder half uur gingen rijden. De verbinding is sindsdien steeds belangrijker geworden. Vorig jaar is het traject Zwolle – Wierden geëlektrificeerd en de baanvaksnelheid op sommige delen verhoogd. Vanaf de zomer gaat er ieder uur een intercity Zwolle – Enschede rijden die Heino overslaat, al is het met een gangetje van 40 km/h. Onder: Station Heino ruim veertig jaar later. De Flirt 3-treinstellen 7301 en 7308 van Keolis Nederland staan op 3 december 2017 klaar voor een proefrit naar Zwolle. Foto’s: J.G.C. van de Meene en Dennis te Dorsthorst.

Op_de_Rails_2018_02.indb 104

31-01-18 14:40


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.