OP DE RAILS 2021-3
IN DIT NUMMER: Liberalisering goederenvervoer
De stamboom van de NS 1200 Van Dubbelrail naar Amsteltram ‘Vacantiekaarten’ MAANDBLAD
VAN
DE
NVBS,
89E
JAARGANG,
MAART
2021
BLZ.
105-156
ACTS reed gedurende korte tijd, in samenwerking met de Duitse Uwe Adam Eisenbahnverkehrsunternehmen GmbH, het vervoer van afval van Groningen Losplaats naar Bremen. Op 27 maart 2003 steekt Uwe Adam-locomotief 14 (ex-DB 242 005), met lege afvaltrein 46280 uit Bremen bij Nieuweschans de Westerwoldse Aa over. De diesellocomotief rijdt nu voor Pozbruk Connect in Polen. Foto's bij dit artikel: Wouter Radstake.
Liberalisering van het Europese railgoederenvervoer Toen ik de vraag kreeg een artikel te schrijven over de liberalisatie van het Europese goederenvervoer per spoor, wist ik dat het persoonlijk zou worden. De Europese Economische Gemeenschap (nu: Europese Unie) had weliswaar aan de wieg gestaan van de liberalisatie van het goederenvervoer per spoor met het uitgeven van Richtlijn 91/440/EEG op 29 juli 1991 betreffende de ontwikkeling van de spoorwegen in de Europese Gemeenschap, maar ik lag in die wieg. En voor sommigen van de gevestigde orde ook in de weg.
Europees jaar van het spoor - deel drie
M
WOUTER RADSTAKE
et Richtlijn 91/440/EEG van de Europese Economische Gemeenschap werd niet alleen de bestuurlijke onafhankelijkheid geregeld van toentertijd nog geheel in publieke handen zijnde spoorwegondernemingen, maar ook van de scheiding van het beheer van de spoorweginfrastructuur (lengte in de 28 EU-landen in 1990: 237.671 km; 2018: 216.878 km) en de exploitatie van de vervoerdiensten van de spoorweg ondernemingen per 30 december 1992. Daarbij is de boekhoudkundige scheiding verplicht, en de organisatorische of institutionele scheiding facultatief. Een andere zaak was
het garanderen van het recht op toegang aan internationale samenwerkingsverbanden van spoorwegondernemingen en spoorwegondernemingen die internationaal gecombineerd goederenvervoer verrichtten tot de spoorwegnetten van de lidstaten. Daartoe behoorden ook ondernemingen die nog geen spoorwegonderneming waren. Nederland en nog enkele landen wilden nog een stap verder gaan en het goederenvervoer per spoor op hun grondgebied helemaal liberaliseren, ook voor nieuwkomers. Zowel de Europese Gemeenschap (nu: Europese Unie) als Nederland hadden als hoofddoel de efficiëntie van het spoorvervoer te vergroO P D E R A I L S 3 - 2 0 2 1 125
NS-locomotief 1201 loopt binnen op spoor 3 van station Haarlem met de intercity van Zandvoort naar Maas tricht, bestaande uit acht Plan E-rijtuigen; omstreeks 1980. Foto: Sjoerd Bekhof.
I
De stamboom van (vervolg*) de NS 1200 PETER VAN DER MARK
n 1945 autoriseerde de Pennsylvania Railroad de bouw van acht elektrische proeflocomotieven voor het goederenvervoer, met tractiemotoren in neusophanging als bij de snel opkomende dieselelektrische locomotieven. De holle as-afvering had zich tijdens de oorlog bij overbelasting en verminderd onderhoud als zwakke schakel geopenbaard en werd bij de lage snelheden waarmee goederentreinen in de VS doorgaans reden niet nodig geacht.
Experimentals en Rectifiers
General Electric leverde vier stuks E2b Bo’Bo’ (nummers 4939-4942) die bekend werden als de ‘GE Experimentals’, en bouwde twee soortgelijke machines voor de Great Northern Railway, die ze inzette op haar elektrisch traject door de Cascade-tunnel (12,5 kilometer). Die werden echter, na beëindiging van de elektrische tractie, in maart 1953 alsnog aan de PRR doorverkocht, waar ze de nummers 4943 en 4944 kregen. Deze GE Experimentals waren ontworpen voor wisselspanning, wogen 112 ton (asdruk 28 ton), leverden 1900 kW (2500 pk) en hadden een trekkracht van 157 kN. De E2b’s hadden tractiemotoren die in de jaren dertig ontwikkeld waren voor de PRR-P5/P5a-
machines, waarmee ze in treinschakeling konden rijden. Twee machines konden een trein aan van 7925 ton. De PRR had echter 10.160 ton gespecificeerd en om de treinen te kunnen rijden die de PRR-directie voor ogen had, bleven drie locomotieven nodig. Baldwin en Westinghouse leverden vanaf de herfst van 1951 ook vier proefmachines: twee Co’Co’’s, type E3c (nummers 4997-98) en twee Bo’Bo’Bo’’s, type E3b (nummers 499596). Deze locomotieven waren uitgerust met de nieuwe Westinghouse ignitron gelijkrichter-technologie. Als die faalde konden de machines alsnog met een gewone wissel stroommotor en omvormer worden uitgerust. Ze waren met zes Westinghouse 370-D2 gelijkstroom-tractiemotoren uitgerust, dezelfde als bij de dieselelektrische locomotieven werden toegepast. Iedere E3c-locomotief woog 164 ton (asdruk 27,5 ton) en had een trekkracht van 402 kN. Ze zetten per koppel 4414 kW of 6000 pk op het spoor en trokken tijdens de proefrit de voorgeschreven 12.193 ton zonder moeite. Een rit door de Blue Ridge Mountains met * Vervolg op OdR 2021-2. O P D E R A I L S 3 - 2 0 2 1 133
De 905 op lijn 5 passeert na de zomerbuitendienststelling van 2019 de nieuwe onderdoorgang Kronenburg die alleen nog in ruwbouw klaar is. Het BN-materieel wordt dit voorjaar vervangen door de blauw-witte CAF-trams; 27 augustus 2019. Foto: Rob de Haan.
Van Dubbelrail naar Amsteltram De Amstelveenlijn, dertig jaar geleden aangelegd als combinatie van sneltram en stadstram tussen station Amsterdam Zuid en Amstelveen Zuid, is de afgelopen twee jaar vernieuwd en verbouwd. Aan de ene kant ingekort, aan de andere kant later verlengd: met de komst van tramlijn 25 als opvolger van sneltram 51 is een verbinding herboren die een lange en gecompliceerde voorgeschiedenis heeft.
D
TIM BORIC
ertig jaar na aanleg is een raillijn toe aan vervanging van infrastructuur en materieel. Maar in het geval van de Amstelveenlijn was er veel meer aan de hand. De betrokken partijen bij de Amstelveenlijn – de gemeenten Amsterdam en Amstelveen, de Stadsregio1 en het GVB – kwamen tot de conclusie dat aan een renovatie alléén niet te denken viel. De meest zichtbare aanleiding was dat de menging van metro- en tramexploitatie in de praktijk maar matig voldeed. In OdR 2019-2 is daarover al uitgebreid geschreven in het artikel ‘Compromis met problemen’. De sneltrams van lijn 51 moesten op elke rit bij station Zuid ‘ombouwen’ van metro naar tram of omgekeerd, een rituele dans met pantografen en derde-rail-stroomafnemers, omschakelen naar een
142 O P
DE RAILS 3-2021
andere spanning en het in- of uitklappen van treeplanken. Vooral de hydraulische treeplankaandrijving bleef voor storingen zorgen. Dit maakte de toch al complexe dienstuitvoering op lijn 51 notoir onbetrouwbaar. Ook was het vooral lijn 51 die nogal eens betrokken raakte bij aanrijdingen met onvoorzichtige weggebruikers, vaak met ernstige afloop door de grotere kans om onder de tram beklemd te raken. Maar de beweegredenen voor de gedaanteverandering van de Amstelveenlijn wortelen breder en dieper, ze hebben ook te maken met het Zuidasdokproject en de Noord-Zuidlijn. In dit artikel gaan we na hoe de Amstelveenlijn daarmee verweven is geraakt en volgen we het spoor terug tot het begin. Daarna komt de verbouwing in de afgelopen jaren aan bod en tenslotte volgt een blik op wat nog te gebeuren staat.
Van links naar rechts: Afb. 1: ‘algemeene vacantiekaart’ SS/NCS 1900. Afb. 2: ‘vacantiekaart’ SS 1911. Afb 3: ‘bijzondere vacantiekaart’ SS 1907.
Een blik in de archieven van de SNR
‘Vacantiekaarten’
Voordat de NV Nederlandsche Spoorwegen op 1 januari 1938 tot stand kwam, zelfs lang voor de overeenkomst van voorgangers HSM en SS inzake een gezamenlijk reizigerstarief in 1911, waren al vakantiekaarten te koop. Vermoedelijk een uitvinding van de SS en door haar samen met de NCS en later ook de NBDS uitgegeven.
D
GERRIT C. VAN STRAATEN
e verkoop van vakantiekaarten was beperkt tot de zomermaanden en had als doel het promoten van het reizen over langere afstanden. Ondanks die overeenkomst bleven SS en HSM ook na 1911 aanvankelijk kaarten verkopen die alleen geldig waren op hun eigen lijnen.
Vakantiekaarten van SS en HSM
Kaart 2586 (afbeelding 1)*, een groot formaat ‘algemeene vacantiekaart’ van SS/NCS uit 1900 was voor een enkele reis vanaf het afgiftestation, aangegeven met het stationsdatumstempel. Hier Leiden SS zodat de reis aangevangen moet zijn in de richting Alphen aan den Rijn. De bestemming kon elk SS/NCS-station op Nederlands grondgebied zijn. Bepaalde langeafstandstreinen en treinen waarvoor een toeslag verschuldigd was, waren uitgesloten. De coupon aan de rechterkant gaf de reiziger het recht binnen een maand nog een vakantiekaart te kopen. Dat die volgende kaart net als het afgebeelde exemplaar ƒ 3 kostte, doet enigszins vreemd aan. Mogelijk kostte een vakantiekaart bij eerste aanschaf dan ook meer dan dat bedrag en is de afgebeelde kaart al een vervolgkaart. Uit de kleine lettertjes blijkt dat deze kaarten ook in het Kurhaus te Scheveningen verkocht werden. Naderhand werd de SS-vakantiekaart een langwerpig model 150 O P
DE RAILS 3-2021
kaart van dezelfde breedte en dikte als gewone spoorkaartjes. Jaar en station van afgifte waren op de kaart vermeld (kaart A0567 uit 1911, afbeelding 2). Opvallend is de geldigheid voor de reis naar Herzogenrath in Duitsland. Dat station was het eindpunt van de NZS-lijn (de voormalige Nederlandsche Zuider-Spoorwegmaatschappij) vanaf Sittard, die in 1899 door de SS werd overgenomen. Let ook op het vervallen van de aanduiding ‘algemeene vacantiekaart’. Voordien was er namelijk ook een aparte ‘bijzondere vacantiekaart’ maar in 1911 kennelijk niet meer. Het ‘bijzondere’ daarvan hield in dat die kaarten slechts voor een enkele reis naar een aantal met name genoemde stations geldig waren. Kaart A0293 uit 1907 (afbeelding 3) is zo’n kaart naar een aantal stations in het midden en oosten van het land; ook vandaag de dag zijn de meeste ervan nog steeds geliefde vakantiebestemmingen. HSM-vakantiekaarten zijn kennelijk zo zeldzaam dat hiervan slechts een afbeelding uit het HSM Modellenboek van 1911 gereproduceerd kan worden (afbeelding 4). Deze kaarten waren ook van het langwerpige model en geldig vanaf het op de kaart gedrukte station naar elk ander HSM-station in Nederland. Ook hier weer uitzonderingen, waaronder alle stoomtramlijnen van de HSM. De tekst op de achterkant vermeldt dat ze ook geldig waren op lijnen
laatste pagina blader pdf_Op de Rails Basis 10-1-2014 20:56 Pagina 1
NVBS, PASSIE VOOR SPOOR ! Nieuwsgierig geworden naar de rest van de inhoud van dit nummer van Op de Rails? Denk er dan eens aan om lid te worden van de Nederlandse Vereniging van Belangstellenden in het Spoor- en tramwegwezen (NVBS). De NVBS-leden ontvangen maandelijks het blad in de bus, maar de NVBS biedt veel meer! In alle delen van het land worden bijeenkomsten belegd waarop presentaties gehouden worden over trein en tram in binnen- en buitenland. De Stichting NVBS Excursies organiseert reizen. Er is ook een afdeling Jongeren. In de NVBS Winkel kun je boeken en dvd’s over railverkeer kopen. En voor wie zich wil documenteren zijn er de NVBS-Bibliotheek en de Stichting NVBS Railverzamelingen. De winkel, de bibliotheek en de documentatiecentra zijn gevestigd in NVBS Centraal in het stationsgebouw van Amersfoort. Afdelingen Op diverse plaatsen zijn er afdelingen die maandelijks een bijeenkomst houden, waar leden door middel van presentaties informatie met elkaar uitwisselen. Deze avonden bieden een uitgelezen kans om andere spoorhobbyisten te ontmoeten. De agenda voor de komende periode is in Op de Rails of op de NVBSwebsite te vinden.
ook abonnementen op vele binnen- en buitenlandse tijdschriften op spoor- en tramweggebied. Bureau Railatlas en Bureau Materieeltekeningen bezitten topografische kaarten en schematische tekeningen van sporen en materieel. Winkel In de NVBS Winkel worden boeken, tijdschriften en dvd’s verkocht. Er is een uitgebreide tweedehandsafdeling. Bestellingen via internet of per post zijn mogelijk.
Excursies De aangeboden excursies variëren van een eendaagse binnenlandse trip tot een reis van vier weken in het buitenland. Voorbeelden: bezoeken aan werkplaatsen en remises, meerdaagse treinreizen door landen in en buiten Europa, maar ook dagbezoeken aan Nederlandse spoor- en trambedrijven. En elk jaar een Oliebollenrit!
Beeldmateriaal Het filmarchief, de diatheek en het fotoarchief bezitten een enorme collectie historische en actuele films, dia’s, prentbriefkaarten en foto’s. Leden kunnen zich abonneren op een fotorondzending. Tienmaal per jaar wordt een pakket foto’s, door leden gemaakt, rondgestuurd.
Documentatie De Stichting NVBS-Railverzamelingen beheert een grote verzameling krantenknipsels, dienstregelingen, vervoersbewijzen en andere documenten. In de bibliotheek staan meer dan elfduizend boeken en vele ingebonden jaargangen tijdschriften. De bibliotheek heeft
Afdeling Jongeren Ook jongeren voelen zich thuis bij de NVBS. De NVBS-afdeling Jongeren organiseert speciaal voor leeftijdgenoten bijzondere activiteiten: een wedstrijd treintrekken bijvoorbeeld, een rondje per trein in het nabije buitenland of een bezoek aan een bouwproject.
Op de Rails Het magazine Op de Rails verschijnt maandelijks. Elk nummer bevat berichten over spooractualiteiten en over de vereniging, over nieuw verschenen boeken en dvd’s (die in de winkel te koop zijn) en aankondigingen van excursies. Daarnaast zijn er langere artikelen over spoor- en tramwegen in binnen- en buitenland. Het maandblad dat door vrijwilligers wordt gemaakt, is full colour en vrij van advertenties.
www.facebook.com/OpdeRails
Lid worden? Nieuwsgierig geworden en meer willen weten, een proefnummer van Op de Rails ontvangen of lid worden? Een lidmaatschap kost 55 euro per jaar, ben je jonger dan 25? Dan betaal je slechts 28 euro voor een heel jaar! Meer weten? Bezoek ons op http://www.nvbs.com
De forse sneeuwval bracht niet alleen de spoorwegen maar ook de trambedrijven in de problemen, waarbij museummaterieel te hulp werd geroepen. In Rotterdam werd vierasser 2605 gebruikt op onder meer de route van lijn 24 naar Vlaardingen; 7 februari 2021. Een dag later sprongen de Weense 6011 en de Amsterdamse pekelwagen P7 (als borstelwagen zonder pekel) bij om het traject van lijn 17 in Amsterdam berijdbaar te maken. Osdorpplein, 8 februari 2021. Foto’s: Marco Moerland, Richard Carels.
000