OP DE RAILS 2014-1
IN DIT NUMMER: Een rondreis met de buurtspoorwegen in 1945 Spoorwegen in en om Amsterdam Varende treinen 8 2 E J A A R G A N G , J A N U A R I 2 0 1 4 B L Z . 1 - 4 8 NEDERLANDSE VERENIGING VAN BELANGSTELLENDEN IN HET SPOOR- EN TRAMWEGWEZEN
Het klassieke beeld van Henegouwen. Marchienne, La Docherie, in de tijd van nijvere mijnen en staalfabrieken met lijn 92 naar Anderlues – Thuin; 7 juli 1956. Foto: J. Bazin.
Een rondreis met de buurtspoorwegen in 1945 In Op de Rails van september 2013 heb ik mijn herinneringen aan de Brabants buurtspoorwegen vastgelegd, maar wegens de Duitse bezetting moesten die verkenningsreizen telkens tot een dag beperkt blijven. Begin september 1944 werd België bevrijd. Dat bood de gelegenheid om een meerdaagse rondreis te maken in het voorjaar van 1945. Ziehier het verslag van deze reis in twee etappes, eerst oostwaarts in Wallonië, daarna westwaarts in Vlaanderen. MAURITS VAN WITSEN
D
e kaart op blz. 24, ontleend aan ‘The Vicinal Story’ van de hand van W.K.J Davies, weergevende het net van de Nationale Maatschappij Van Buurtspoorwegen (NMVB) in zijn toenmalige omvang, geeft de lezer enige ondersteuning bij de door mij gevolgde route. Het was 3 september 1944 en hoewel wij min of meer op de hoogte waren van de oprukkende geallieerde legers, bleken op deze dag tot onze verbazing de Duitse soldaten massaal oostwaarts te vluchten. De trams kregen de opdracht om voor alle zekerheid naar de stelplaatsen terug te keren in afwachting van de strijd, maar die kwam gelukkig niet. 22
OP DE RAILS 1-2014
’s Avonds hoorden we de Britse militairen langskomen, toen was het stil. Pas de volgende dag kwam het leger bevestigen dat Brussel bevrijd was, als in een sprookje. Enorme vreugde alom, temeer omdat de verdere opmars niet te stuiten leek. Helaas bleken de grote rivieren tot het volgende voorjaar een onneembare barrière te zijn, met de Hollandse hongerwinter als gevolg. Ook Brussel was nog niet helemaal veilig, want V1- en V2-bombardementen werden ons deel en ook het Ardennenoffensief in december 1944 was spannend. Voor mijn familie was echter veel belangrijker dat het gevaar van deportatie naar een concentratiekamp in Polen was geweken; we waren weer gelijk-
Station Abcoude zoals het er tot 1973 uitzag, met centraal het seinhuis uit 1901; 28 oktober 1959. Foto: J.G.C. van de Meene.
Spoorwegen in en om Amsterdam J.M. TEN BROEK
Het exploitatierayon Amsterdam bestond in de jaren zeventig voor een substantieel deel uit Amsterdam CS en directe omgeving, maar het kende ook een ‘Noordgroep’ en een ‘Zuidgroep’ van stations en haltes. Voor de sector Transport betekende dat voornamelijk de bediening van de seinhuizen en de bruggen langs de betreffende lijnen. De Zuidgroep omvatte, naast de post Dijksgracht en de stations Amsterdam Muiderpoort (met de posten T en I) en Weesp, het baanvak dat nog steeds wel ‘de Rhijnspoor’ werd genoemd: Amsterdam Amstel, Duivendrecht Aansluiting en Abcoude. Uiteraard loopt ‘de Rhijnspoor’ nog veel verder door (namelijk tot Zevenaar Grens), maar op de provinciegrens ten zuiden van Abcoude lag destijds ook de grens van de rayons en van de districten, zodat vanaf NieuwersluisLoenen de posten onder het rayon Utrecht in het district Midden vielen. Op het Amsterdamse traject (onderdeel van het district Noord-West) vond in de jaren zeventig de eerste grote naoorlogse verbouwing plaats: de verlegging van het baanvak in combinatie met de bouw van de eerste lijnen van de Amsterdamse metro.
Rhijnspoor Van de in 1843 geopende spoorlijn naar Utrecht van de Nederlandsche Rhijnspoorweg-Maatschappij (NRS) is het oorspronkelijke tracé van de eerste circa 5,2 kilometer in Amsterdam verdwenen. Het station Weesperpoort is thans het Weesperplein en de eerste kilometer de Wibautstraat. Trekken we deze straat op de kaart in gedachten rechtdoor,
(vervolg)
dan zien we dat ‘de Rhijnspoor’ pal ten westen van het station Amsterdam Amstel lag. Het Amstelstation kwam op 15 oktober 1939 in dienst, tegelijk met een groot deel van de Spoorwegwerken Oost, waarin de spoorlijnen ten oosten van Amsterdam Centraal omhoog werden gebracht. Onderdeel ervan was de sluiting van het Weesperpoortstation en daarmee het richten van het treinverkeer uit Utrecht op het Centraal Station, waarbij het Amstelstation de functie van Weesperpoort voor dit deel van de stad overnam. Op dit station bevindt zich een van de weinige hectometerborden in Nederland die prominent midden op een perron is aangebracht, namelijk 1.5. Hier pikt de spoorlijn de kilometrering van ‘de Rhijnspoor’ op; het Amstelstation ligt officieel op km. 1.462. Van Amsterdam CS tot dit punt werd een eigen kilometrering gevolgd, beginnend bij km. 0 en eindigend op km. 5.852, waar hij overging op km. 1.461. Dergelijke constructies worden bij wijzigingen vrijwel altijd gemaakt, omdat het opnieuw kilometreren van een baanvak een schier onmogelijke klus is: alle objecten van alle technische disciplines worden geïdentificeerd aan de kilometrering. En die van ‘de Rhijnspoor’ loopt door tot Zevenaar Grens… In later jaren is bij de kilometrering van Amsterdam CS – Amstel honderd opgeteld ter voorkoming van verwarring. Ook dit soort constructies zullen we vaker in deze artikelenreeks tegenkomen, bijvoorbeeld bij verbindingsbogen. De verschuiving van het tracé tussen Amsterdam Amstel en Duivendrecht naar een hooggelegen baan ten oosten ervan
OP DE RAILS 1-2014
29
Aankomst in Trelleborg van een veerboot uit Sassnitz, 11 juni 1992. Slechts een kabel met vlaggetjes vormt de laatste afscheiding met het water. Foto’s, tenzij anders vermeld: John Krijgsman.
Varende treinen (vervolg) JOHN KRIJGSMAN
Al sinds 1850 worden in Europa railvoertuigen overgevaren over rivieren, meren en zeeën. In het tweede deel van deze artikelenreeks gaat het over de vele speciale voorzieningen die de vaartuigen aan boord hebben om spoorwegmaterieel te kunnen vervoeren. En over de zin en onzin van het overvaren van treinen. De bewegingen die schepen maken kunnen een lading aan boord gemakkelijk in beweging brengen, zeker als die op spoorwielen op rails staat. Omdat bewegende lading fatale gevolgen kan hebben voor het schip en de aanwezigen aan boord moeten maatregelen genomen worden om te voorkomen dat spoorvoertuigen op/in een schip ‘aan de rol gaan’. En mocht het onverhoopt toch gebeuren, dan is het wel zo fijn als er voorzieningen aanwezig zijn die voorkomen dat het spoorwegmaterieel via boeg of achtersteven het ruime sop kan kiezen. Daarom wordt op spoorveerboten het rollend materieel altijd stevig verbonden met het vaartuig. Aan het einde van sporen aan boord die toegang geven tot de aanlegsteigers zijn er meestal (beweegbare) afsluitingen die de buffers van het spoorwegmaterieel kunnen opvangen. Door voortschrijdend inzicht na ongelukken met veerboten zijn de veiligheidsvoorschriften ook voor spoorponten steeds strenger geworden. Treinveerboten met een onafgeschermd dek en aan het eind van het spoor alleen een wegklapbaar stootjuk zijn er niet meer en het varen met geopende boeg of achtersteven is tegenwoordig beperkt tot enkele meters vanaf de aanlegsteiger. Ernstige ongelukken met spoorveerboten hebben zich in Europa niet meer voor-
gedaan sinds de ramp in 1993 met de Jan Heweliusz van de dienst Ystad (S) – Świnoujscie (PL). Voor het vastzetten aan boord worden verschillende technieken gebruikt. Na een begin met touwen ging men zo’n honderd jaar geleden over op kettingen met wartels waarmee ogen of haken aan de stelbalk werden verbonden met ogen of speciale rails in het dek. RIC-rijtuigen die voor dit systeem geschikt zijn, dragen bij de kenmerken op de stelbalk een anker als symbool. Ook de speciale goederenwagens met Brits profiel voor de spoorveerdiensten over Het Kanaal droegen het anker als kenmerk en de letter ‘f’ in hun wagenkenmerk. Bij de veerdienst over de Sont tussen Helsingør (DK) en Helsingborg (S) werden de trekhaken van de spoorvoertuigen gebruikt voor verankering aan het dek. Op de veerboten tussen Messina en Villa San Giovanni (I) worden de rijtuigen tegenwoordig aan het einde van het spoor met hun schroefkoppeling vastgemaakt aan een balk waar de buffers tegenaan drukken. Hetzelfde principe wordt toegepast op de breedspoorveerdiensten vanuit Sassnitz Fährhafen (D) naar Rusland en Litouwen: de automatische koppeling (type SA3) wordt verbonden met een SA3-koppeling die aan het einde van het spoor aan het schip is bevestigd. Op laatstgenoemde veerdiensten worden bovendien onder de bakken van alle goederenwagens ‘stempels’ gezet. Hierdoor rusten de bakken met hun lading niet alleen maar op de vering van hun draaistellen, maar deels ongeveerd op het dek. Zo wordt voorkomen dat de zware en hoge Russische goederenwagens – waarvan er maar liefst 111 op de twee dekken vervoerd kunnen worden – gezamenlijk
OP DE RAILS 1-2014
37
NVBS, PASSIE VOOR SPOOR ! Nieuwsgierig geworden naar de rest van de inhoud van dit nummer van Op de Rails? Denk er dan eens aan om lid te worden van de Nederlandse Vereniging van Belangstellenden in het Spoor- en tramwegwezen (NVBS). De NVBS-leden ontvangen maandelijks het blad in de bus, maar de NVBS biedt veel meer! In alle delen van het land worden bijeenkomsten belegd waarop presentaties gehouden worden over trein en tram in binnen- en buitenland. De Stichting NVBS Excursies organiseert reizen. Er is ook een afdeling Jongeren. In de NVBS Winkel kun je boeken en dvd’s over railverkeer kopen. En voor wie zich wil documenteren zijn er de NVBS-Bibliotheek en de Stichting NVBS Railverzamelingen. De winkel, de bibliotheek en de documentatiecentra zijn gevestigd in NVBS Centraal in het stationsgebouw van Amersfoort. Afdelingen Op diverse plaatsen zijn er afdelingen die maandelijks een bijeenkomst houden, waar leden door middel van presentaties informatie met elkaar uitwisselen. Deze avonden bieden een uitgelezen kans om andere spoorhobbyisten te ontmoeten. De agenda voor de komende periode is in Op de Rails of op de NVBSwebsite te vinden.
ook abonnementen op vele binnen- en buitenlandse tijdschriften op spoor- en tramweggebied. Bureau Railatlas en Bureau Materieeltekeningen bezitten topografische kaarten en schematische tekeningen van sporen en materieel. Winkel In de NVBS Winkel worden boeken, tijdschriften en dvd’s verkocht. Er is een uitgebreide tweedehandsafdeling. Bestellingen via internet of per post zijn mogelijk.
Excursies De aangeboden excursies variëren van een eendaagse binnenlandse trip tot een reis van vier weken in het buitenland. Voorbeelden: bezoeken aan werkplaatsen en remises, meerdaagse treinreizen door landen in en buiten Europa, maar ook dagbezoeken aan Nederlandse spoor- en trambedrijven. En elk jaar een Oliebollenrit!
Beeldmateriaal Het filmarchief, de diatheek en het fotoarchief bezitten een enorme collectie historische en actuele films, dia’s, prentbriefkaarten en foto’s. Leden kunnen zich abonneren op een fotorondzending. Tienmaal per jaar wordt een pakket foto’s, door leden gemaakt, rondgestuurd.
Documentatie De Stichting NVBS-Railverzamelingen beheert een grote verzameling krantenknipsels, dienstregelingen, vervoersbewijzen en andere documenten. In de bibliotheek staan meer dan elfduizend boeken en vele ingebonden jaargangen tijdschriften. De bibliotheek heeft
Afdeling Jongeren Ook jongeren voelen zich thuis bij de NVBS. De NVBS-afdeling Jongeren organiseert speciaal voor leeftijdgenoten bijzondere activiteiten: een wedstrijd treintrekken bijvoorbeeld, een rondje per trein in het nabije buitenland of een bezoek aan een bouwproject.
Op de Rails Het magazine Op de Rails verschijnt maandelijks. Elk nummer bevat berichten over spooractualiteiten en over de vereniging, over nieuw verschenen boeken en dvd’s (die in de winkel te koop zijn) en aankondigingen van excursies. Daarnaast zijn er langere artikelen over spoor- en tramwegen in binnen- en buitenland. Het maandblad dat door vrijwilligers wordt gemaakt, is full colour en vrij van advertenties.
www.facebook.com/OpdeRails
Lid worden? Nieuwsgierig geworden en meer willen weten, een proefnummer van Op de Rails ontvangen of lid worden? Een lidmaatschap kost 55 euro per jaar, ben je jonger dan 25? Dan betaal je slechts 28 euro voor een heel jaar! Meer weten? Bezoek ons op http://www.nvbs.com
De blauwe wagens vormden lange tijd het materieel bij uitstek van de Amsterdamse lijn 25. Op 29 maart 1968 kwam er aan hun inzet op deze lijn een einde. De laatste wagen op die dag was de 463; één dag eerder, op 28 maart, kon dezelfde tram eveneens op lijn 25 op het Rokin worden gefotografeerd. Op de laatste dag van lijn 25, ruim 45 jaar later op 14 december 2013, verscheen blauwe wagen 465 met bijwagen 731 om het afscheid luister bij te zetten. Op de foto rijdt de combinatie op het kruispunt Rijnstraat/Vrijheidslaan. Foto’s: Frans Boom en André van der Smaal.