8 minute read
WANDELREPORTAGE | Italië
Onheil op komst.
Rampzalige Alex inVal Maira
Tussen twee coronagolven in trakteer ik mezelf op een geut Piemonte. Gewapend met mondmaskers en handgel trek ik de Val Maira in, een pure vallei vol schoonheid. Maar ongevraagd krijg ik bezoek van Alex.
Æ Tekst en foto’s Bart Vermeyen
In Dronero wijst slechts één pijl de weg naar de Val Maira. Deze nauwe vallei in de Cuneese Alpen heeft geen plaats voor grote vakantiecomplexen of stoeltjesliften. De ongerepte bossen en de authentieke bergdorpjes maken er een echt wandelparadijs van. Ik dool langs oude paden, steeds dieper deze parel in. Het einddoel van mijn solotocht is het minihutje Bivacco Sartore.
Ciciu
Bij Villar San Costanzo maak ik een ommetje langs de Ciciu. Deze stenen paddenstoelen of aardpiramiden ontstonden op het einde van de laatste ijstijd. Hun hoeden van graniet beschermden het onderliggend zachte gesteente tegen erosie. De legende van de versteende soldaten inspireert een groepje schoolkinderen, maar de kaartjesverkoper kijkt verveeld naar de bijna lege parking. De gevolgen van het coronajaar doen zich voelen. Hij vertelt
Versteende soldaten of ciciu. Het groene wandelparadijs van Val Maira Bassa.
me een verhaal van te weinig bezoekers, dreigende werkloosheid en angst voor wat komen gaat. “Misschien verstenen we door corona binnenkort allemaal, zoals de Ciciu!”, grapt hij zijn ongerustheid weg.
Idylle
Met de eerste zonnestralen op mijn rug, klim ik naar de Monte San Bernardo. Na wat klauterwerk sta ik aan het grote kruis op de top. De lucht is nog kil en het uitzicht haarscherp. Voor me breken de Alpi Cuneesi abrupt af en ligt de brede vlakte. Achter me ontdek ik de driehoekige top van de besneeuwde Monte Viso. Ik volg de bergkam westwaarts tot de Colle di Valmale en waan me alleen op de wereld. Verbaasd ontdek ik een hele rij 4x4-tjes. Via de andere bergflank tuffen ze omhoog en netjes opgeklede families spreiden het picknicklaken uit voor een brunch. Deze onverwachte menigte jaagt mijn idylle weg, maar een aangeboden koffie en een fijne babbel verdrijven mijn teleurstelling snel.
Offers
Ik volg de bergkam tot de Monte RocceRé. Een massief rotsblok steekt als een altaar uit over de vallei. In de rots ontdek ik uitgehouwen sleuven en cirkels. Op deze magische plek werden in de bronstijd dieren- en mensenoffers gebracht. Dichter bij de goden kon je 4000 jaar geleden niet komen. Dalend bereik ik de kapel van San Chiaffredo. Het eenvoudige gebouw heeft een mooi fresco met de onthoofde heilige boven de ingang. Via smalle bospaden verken ik de bergflank boven San Damiano. Deze paadjes vormden de levensader tussen de geïsoleerde gehuchten. Vrijwilligers herstellen ze in hun oude glorie en ik passeer tal van vervallen woningen. De spookgehuchten hebben iets lugubers en rustgevend tegelijk. Dikke boomstammen hebben zich een weg gebaand door de scheve muren. Langzamerhand bedekt de natuur de oude menselijke activiteit met een frisgroen laken.
GTA
Ik klim terug naar de bergrichel boven de boomgrens. Een groep gemzen springt verstoord weg over de rotsen. Ik zoek de rood-wit-rode tekens van de GTA (Grande Traversata delle Alpi), die ik een tijd wil volgen. Al snel loop ik hopeloos verloren in een verzopen niemandsland. De GTA verdwijnt in een steil en zompig bos en na een half uur zoeken vind ik nog steeds geen pad.
Geërgerd keer ik met natte voeten terug en doe ik mijn beklag aan een toevallige voorbijganger. De GTA is in deze streek minder belopen dan het populaire middenstuk en geniet daarom minder onderhoud van de CAI, de Italiaanse Alpinistenclub. Ik baal maar vind snel een alternatieve lokale route. De toeristische dienst van Val Maira spaart geen inspanningen om het wandeltoerisme te promoten. Hun aanduidingen onderweg en hun topografische kaarten zijn naar Italiaanse normen behoorlijk goed. Ik offer mijn GTA-idee op, bedenk een plan B en volg de bergkam richting Madonna delle Grazie.
Fluitconcert
Op de Cima Birrone zitten drie oude herders met hun honden te genieten van de zon en van elkaar. Wanneer ik de weg vraag naar het kerkje Madonna del Grazie, verschijnt een brede glimlach op hun strenge, getaande gezichten. Hun herdersstokken wijzen me een fraai pad aan door brede alpenweides. Grote families marmotten genieten in hun dikke vacht van de laatste warme dagen. Ze zijn niet mensenschuw en lijken tikkertje met me te willen spelen. Ik krijg fluitconcerten uit alle hoeken. Het vee sleet hier verschillende parallelpaden uit en ik raak het juiste spoor opnieuw bijster. In de verte ontwaar ik het gele kerkje en ik besluit er dwars over de helling heen te klimmen. De Madonna delle Grazie heeft een kleurig front en fleurt de rotsige bergomgeving op. Onder het afdak kan ik picknicken met zicht op de alpenweides en de imposante rotswand van de Monte Bouilliagna. Met tegenzin verlaat ik deze unieke plek en ik daal via een zigzaggende weg tot Acceglio.
Rampzalige Alex
Acceglio is het laatste dorp van de Val Maira. In de lucht rommelt het steeds luider en de hogere bergen zijn verborgen onder dreigende wolken. Het weerbericht voorspelt helaas weinig goeds de komende dagen: harde wind, regen en sneeuw. De tocht naar de Bivacco Sartore wil ik niet aanvatten onder ongunstige omstandigheden. Ik wik en weeg, ik twijfel en schipper, maar er zit niets anders op. De bergen zijn meester
Geïsoleerde boerderij Alpi Cuneesi. Opties zat voor plan B.
en met tegenzin bedenk ik een plan C. Over de zuidelijke flank steek ik via de Valle Grana over naar de Val Stura. Ik doorkruis lavendelvelden en wandel langs de Largo Mistral het stadje Demonte in. De Provence ligt aan de andere kant van het massief, maar de Provençaalse invloed voel je tot hier. De wind trekt steeds harder en harder aan. Het is helaas geen warme mistral, maar de voorbode van een opkomende storm. De weersvoorspellingen staan in het knalrood en in de krant krijgt de storm een naam, Alex. Ik besluit me binnenshuis schuil te houden. Alex slaat snoeihard toe. Met duizend bliksems en overvloedige stortregens ontpopt hij zich als een echt inferno. De radio vermeldt enkele doden en tal van vermisten. Het voelt ongepast dat ik hier nu als toerist in dit rampgebied aanwezig ben. De mensen tateren de angst hoofdschuddend van zich af. Ik besluit om de geteisterde bergen te verlaten en wijk voor de laatste dagen uit naar de heuvelende regio Langhe. Onderweg zie ik overal restanten van het noodweer. Bulldozers scheppen slib van overstromingen van de wegen en de brandweer heeft de handen vol met het stutten van gebouwen. Bij de brug over de rivier Tanaro wordt het verkeer onder politiebegeleiding met mondjesmaat toegelaten. De meestal vrij lome rivier is losgebarsten en het kolkende water sleurt met gemak dikke boomstammen mee. Als gewichtloze lucifers gaan de stronken kopje onder en terroriseren ze de pijlers van
Ik wik en weeg, ik twijfel en schipper, maar er zit niets anders op. De bergen zijn meester en met tegenzin bedenk ik een plan C.
Val Maira Alta. Plan D in de Langhe: adelaarsnest La Morra.
de brug. Met een bang hart bereik ik veilig de andere oever. Ik koop in La Morra een nieuwe wandelkaart en bedenk een plan D.
Buitenbeentje
De klassieke schoonheid van de Langhe brengt rust. De lucht is terug hemelsblauw, de wijngaarden vaalgroen en de versterkte dorpjes okergeel. Als een arendsnest boven de hele regio waakt La Morra over de keurig geordende velden. De regenvloed van Alex toverde de bodem om tot een zompige kleilaag. Aan mijn wandelschoenen kleven dikke hompen modder. Mijn bewegingen tijdens het afdalen lijken meer op skiën dan op wandelen. De intense zon biedt troost en droogt het landschap langzaam op. De kaart gidst me door de wijngaarden, vol rijpe trossen die smeken om geoogst te worden. Ik rijg een reeks fraaie middeleeuwse dorpen aan elkaar. De terrassen in Barolo zitten tjokvol opgesmukte Italianen en de wijngeur vult elk steeg van het dorp. Op de menu’s lees ik exorbitante prijzen. Barolo is niet alleen de hoofdstad van de Koning van de Italiaanse wijn, maar ook een ontmoetingsplek voor de beau monde! Met mijn rugzak en wandeloutfit voel ik me hier een buitenbeentje.
Barolo tot de dood
Op de terugweg ontwaar ik tussen de wijnvelden een kleurrijk gebouw. De Cappella del Barolo werd door twee kunstenaars herdoopt tot een kakelbont kunstwerk. De lege kapel is een geliefd decor voor fotoshoots. Een bruid en bruidegom maken er hun trouwreportage en het witte kleed steekt perfect af tegen de felle kleuren. Het verhaal gaat de ronde dat de kunstenaars als betaling elke week een fles Barolo ontvingen tot aan hun dood. Voor zo’n appreciatie zou ik met plezier mijn verfkwast hanteren! Op het plein van La Morra geniet ik van de zonsondergang over dit lapjesdeken van gouden wijnvelden. Ik had gehoopt om deze tocht af te sluiten met een kopje thee in de Bivacco Sartore. Maar Alex en plan B, C en D brachten me tot hier. Toch is eindigen met een glas Barolo bij dit uitzicht over de Langhe een magische afsluiter van een flexibel bezoek aan Piemonte! Alla salute Piemonte, alla prossima volta!
PRAKTISCHE INFO
Ik wandelde in 9 dagen 240 km, maar zoals je kon lezen in de tekst waren het niet de geplande etappes. Ik startte wel in Dronero en dook de Val Maira in op lokale wandelpaden die ik vond op lokale kaarten (details vind je bij de extra info), maar door het noodweer moest ik na enkele dagen uitwijken naar de lagergelegen wijnregio Langhe. Interessante websites over de Val Maira: cuneotrekking.com, alpicuneesi.it, invalmaira.it en vallemaira.org. In Op Weg 2016 6 verscheen eerder een artikel over de Val Maira en zijn ‘Percorsi Occitani’ (lokale paden), in 2013 6 eentje over de GTA. Beide vind je nog steeds terug in de artikeldatabank op onze website.
ONLINE