OPZIJ FEMINISTISCH MAANDBLAD 4.0
REPORTAGE
ZUID AFRIKA
‘PECH ALS JE HIER MET EEN VAGINA GEBOREN BENT’
WATSKEBURT?!
HILLARY CLINTON
NR .1 0 • 2 01 7 • 4 5 s te JAARGANG • € 5,99
UNIVERSITEIT LEIDEN
CAREL STOLKER LANGS DE MEETLAT
STELLINGDAME
JUSTINE VAN DE BEEK VVD KAMERLID
DILAN YESILGÖZ
NIET IN EEN HOKJE TE PLAATSEN
BOEGBEELD
LENA DUNHAM DE ONSTUITBARE OPMARS VAN JONGE
FEMINISTEN
JUCO / CONTOUR BY GETTY IMAGES
HOUDT DE CELEBRITY FEMINISTEN BIJ DE LES
Elske Doets LL.M.
prof. dr. Margriet Sitskoorn
FOTO: PETER LODDER
FOTO: WALTER KALLENBACH
FOTO: MARCEL KRIJGER
Hadassah de Boer
FOTO: ROY BEUSKER
mr. Inez Weski
mr. Naema Tahir
FOTO: GHISLAINE VINK
drs. Femke Halsema
Shay Kreuger
FOTO: LUCIEN KROON
FOTO: HUNK FOR MINISTERIE VAN BEELD
FOTO: PETER VROON FOTO: STEPHAN VANFLETEREN
drs. Sabine Uitslag
FOTO: WALTER KALLENBACH
FOTO: WALTER KALLENBACH
Anne-Marie Rakhorst
FOTO: VINCENT BOON
Aldith Hunkar
Carola Rodriguez
Cisca Dresselhuys
M AG
ACADEMY
N
E
© ENITH STENHUYS
ZI
17
rmeren: onze ‘Economie transfo het complete artikel Zie pagina 18 voor
A
2017
EMY® MAGA SPEAKERS ACAD
& Thomas Rauub er Sabine Oberh rol als rentmeesters’
20
®
MAGAZINE
ZINE | NO 23 | JUBILEUMUITGAV
DONK
RD VAN HOOIJ
E |
DAVID ICKE akt is het spel ‘Als de mens ontwa s uit’ van de machthebber I
OPLAGE 70.000
TI EIBEN
PROF. DR. GUSZ
de ‘Robotbaby trapt e af ’ industriële evoluti
SJEIK IMRAN
NAZAR
s: Amerikanen ‘Geweldig nieuw !’ kunnen toch denken OIS FILLON
FRANÇ ’ vindt economie ‘Franse ‘Thatcher verworvenheden’ belangrijker dan
EVERT JAAP
LUGT
tie ‘Succes kan innova juist belemmeren’ PROF. DR. IRIS
SOMMER
zijn ‘Waarnemingen niet altijd waar’
KUIPERS DR. ANDRÉ
in het ‘Een unieke kijk aut’ leven van een astron
17-01-17 15:37
my.com
Marlies Dekkers
(er zijn geen kosten aan verbonden)
magazine@speakersacademy.nl
Katinka Simonse (Tinkebell)
Manon Ossevoort
Helga van Leur
drs. Mirjam Sterk
FOTO: STIJN GHIJSEN
FOTO: NICK VAN ORMONDT
FOTO: RIANNE NOORDEGRAAF
FOTO: CASPER RILA
FOTO: ENITH STENHUYS
Judith Osborn
FOTO: MOOM FOTOGRAFIE
drs. Hedy d’Ancona
Barbara Barend
FOTO: RTV OOST
prof. dr. ir. Ionica Smeets
FOTO: ROY BEUSKER
mr. Fatima Moreira de Melo
FOTO: LONNEKE STULEN
Vivianne Bendermacher
speakersacademy.nl | 010-4333322
FOTO: IRIS@DUTCHANDFAMOUS
Astrid Joosten
FOTO: CARLI HERMES
Inspirerende sprekers en dagvoorzitters boekt u bij Europa’s grootste sprekersinstituut
2
FOTO: ENITH STENHUYS
| speakersacade
FOTO: YPE DRIESSEN
azine_2017.indd
Cover_Academy_Mag
voorkomen dat ‘Kan de wereld het slechte?’ we afglijden naar
HOSEIN
FOTO: MET DANK AAN TINKEBELL
010 - 433 33 22
JACQUES ATTAL
RICHA gearriveerd in ‘De toekomst is ag’ het leven van vanda
Bestel de jubileumuitgave van ACADEMY© Magazine 2017
FOTO: OLAF KRAAK
15DE JAARGANG
FOTO: SEB TER BURG
|
Ebru Umar
Myrthe Hilkens
drs. Jacobine Geel
Annemarie van Gaal
OPZI
COLOFON/UITGELICHT OOK IN 2018
DE OPZIJ AGENDA
F E M I N I S T I S C H M A A N D B LA D 4 . 0
N R .10 • 20 17 • 45 s te JAARGANG • € 5,99
COLOFON Redactieadres Haagweg 4-H1, 2311 AA Leiden redactie@opzij.nl Hoofdredacteur Marianne Verhoeven Eindredactie Marleen Hogendoorn Art Director Emmely Pardon Medewerkers Erzsó Alföldy, Julie Blik, Branded Cinema, Asha ten Broeke, Corbino, Marilse Eerkens, Sofie van den Enk, Jolene Groen, Nico Hofstra, Karlijn van Houwelingen, Joëlle Kelderman, Claudi Kessels, Nina Klaassen, Alies Pegtel, Lize Prins, De Reismeiden, Sheila Sitalsing, Fieke Tissink, Janice Turner, Marieke van Willigen, ANP Foto, The Interview People, Getty Images, Hollandse Hoogte Directeur/uitgever Hans van Brussel Distributie Aldipress Druk HaboDaCosta COPYRIGHT Niets uit deze uitgave mag op welke wijze dan ook worden overgenomen zonder voorafgaande toestemming van de auteurs of rechthebbenden. De uitgever is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van druk- en zetfouten. De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten van de illustraties volgens de wettelijke bepalingen te regelen. Zij die menen nog zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich wenden tot de uitgever. ABONNEMENTEN Een abonnement wordt tot wederopzegging aangegaan, tenzij anders vermeld. Opzeggingen kunnen UITSLUITEND schriftelijk worden doorgegeven, per post naar Opzij B.V., Abonnementenservice, Haagweg 4-H1, 2311 AA LEIDEN of per email naar abonnementen@opzij.nl. KLANTENSERVICE Op opzij.nl/abonnementen kunt u zelf een abonnement nemen. Voor contact over abonnementen, bestellingen, wijzigingen en vragen kunt u mailen naar abonnementen@opzij.nl. Een jaarabonnement kost € 55,99 voor 10 nummers. PERSOONSGEGEVENS We maken u erop attent dat aan ons verstrekte persoonsgegevens zoals naam, (e-mail)adres en telefoonnummers worden opgenomen in het gegevensbestand van Opzij B.V.. Dit bestand is aangemeld bij het College bescherming persoonsgegevens door Opzij B.V., de verantwoordelijke voor uw gegevens. Uw persoonsgegevens worden gebruikt voor onze abonnementenadministratie, voor de uitvoering van met ons gesloten overeenkomsten en om u op de hoogte te houden van interessante informatie en aanbiedingen van producten en diensten, eventueel ook na beëindiging van uw abonnement.
VANAF NOVEMBER VERKRIJGBAAR IN DE BOEKHANDEL OF RESERVEER NU ALVAST VIA OPZIJ.NL
UITGELICHT CLAUDI KESSELS Illustratrice Claudi Kessels deelt elke maand een kopstoot uit over een maatschappelijke kwestie. Wat mij aansprak aan de vraag van opzij: een ‘mooie’ cartoon te maken. Mijn liefde voor beeld en het tekenen ook echt gebruiken om er een goed werk van te maken. Wat mij erg aanspreekt in dit blad is de mooie layout en een sterke opinie. Deze maand tekende ze een Kopstoot naar aanleiding van de slettenbokaal van een Groningse studentenvereniging.
JOLENE GROEN Vanuit het heerlijke Italië schrijft Jolene Groen berichten voor onze website. Ook stelt ze de maandelijkse boeken top vijf vast. “Op de site schrijf ik graag over inspirerende vrouwen, zoals bijvoorbeeld laatst over Anouk die briljant reageerde op een beledigende column. Ook schrijf ik over onderwerpen die mij als vrouw en feministe woedend maken, zoals seksueel geweld en landen die vrouwen behandelen als tweederangs burgers.” OPZIJ I NR. 10 I 2017
3
WWW.SJAALMANIA.NL
EDITORIAL
NATIONALE VOLKSSPORT
E
igenlijk had ik het hier alleen maar willen hebben over de aardige, inspirerende en bijzondere ontmoetingen en reacties die ik afgelopen maanden heb gehad. OPZIJ heeft, voor wie dat is ontgaan, sinds juni van dit jaar een nieuwe uitgever, hoofdredacteur en ook de redactie heeft verder wat personele wijzigingen ondergaan. Natuurlijk, er is ook kritiek, maar zolang dat in de vorm van waardevol commentaar komt, kun je er wat mee. Want nee, we produceren zeker geen foutloze nummers (dank aan de vrijwillige eindredacteuren die ons ongevraagd op niet-gecorrigeerde spel-, taal- en tikfouten wijzen). En zoals met de meeste onderwerpen die voor flink wat maatschappelijk debat zorgen: er bestaat vaak geen waarheid, er zijn wel heel veel meningen. En die zien we met veel plezier – mede – terug op onze website, Facebook- en Instagram-pagina, waar dagelijks een veelheid aan berichten door ons wordt geplaatst. Die website bevelen we de lezers van ons blad dan ook van harte
aan. We kunnen immers met een papieren maanduitgave niet heel erg actueel zijn. Dus de website voor actuele berichten, het magazine voor achtergronden en verdieping. Koningin van het met kritiek omgaan is misschien wel Lena Dunham. Juist door het inzetten van haar – zoals ze het zelf omschrijft – imperfecte lichaam schudt zij de boel op en houdt zij grappig genoeg juist al die onzekere celebrity-feministen met hun zogenaamd wel perfecte lijven een spiegel voor en houdt ze bij de les. Dat zij in de VS en ook internationaal het jonge feminisme van een flinke dot energie heeft voorzien, is geweldig. Maar ook hier in Nederland kennen we een hele nieuwe garde, die goed van zich laat horen. Met blogs, vlogs, websites, lezingen, commentaren en noem maar op. Een mooi voorbeeld hiervan is Justine van de Beek van Stellingdames. Lees haar interview, maar volg haar vooral ook op haar eigen kanalen. Het zijn dit soort ontmoetingen en gesprekken waar ik heel erg vrolijk van word. Zoals ik van – bijna – dit hele nummer vrolijk word. Van de Universiteit
Leiden, waar rector Carel Stolker serieus werk maakt van diversiteit. Van het essay over vaderschapsverlof. Van Maartje Laterveer, die een boek schreef over Vrouwen & Seks. Ja, geen nieuw onderwerp, maar wel nieuwe teksten. Van Hillary Clinton. Maar niet van de column van Asha ten Broeke. Lees en huiver en laten wij, onze kinderen en onze vrienden, maar vooral onze vijanden alsjeblieft nog even goed nadenken voor we uit de heup schietend waar dan ook op reageren. Want wat moeten we met campagnes tegen het pesten op scholen, als wij, de volwassenen, zelf het pesten tot nationale volkssport lijken te maken. Terechte kritiek kwam er van wetenschapsvrouw Judith Prins, hoogleraar Medische Psychologie aan het Radboudumc, die in het vorige nummer van OPZIJ werd geïnterviewd. Ze heeft namelijk onderzoek gedaan naar het chronisch vermoeidheidssyndroom en niet naar chronische vermoeidheid onder kankerpatiënten. Door het wegvallen van een zin is hierdoor een foute – en voor onderzoekers pijnlijke, suggestie gewekt. Excuses! O OPZIJ I NR. 10 I 2017
5
INHOUD
56
38
72
34
Maatschappij & Wetenschap 08
SAY WHAT?
11
CLAUDI’S KOPSTOOT
12
ONZE WERELD Opmerkelijk nieuws
28
REPORTAGE BUITENLAND ZUID AFRIKA Pech als je hier geboren bent met een vagina
46
INTERVIEW BUITENLAND HILLARY CLINTON Watskeburt?!
Mensen 16
50
ESSAY VADERSCHAPSVERLOF Geen rooskleurig plaatje
60
VROUWEN IN DE WETENSCHAP De overeenkomsten tussen filosofie en voetbal
66
60
20
34
38
56
94
99
6
OPEN DOEK DILAN YESILGÖZ Z – ZEGERIUS FEMINISME 4.0 LENA DUNHAM houdt de celebrityfeministen bij de les
9
Eind score 7
VOORPUBLICATIE Vrouwen & seks
28
10
VAKVROUW KRISTEL GROENENBOOM Directeur container service Groenenboom LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT CAREL STOLKER Universiteit Leiden
6
5
4
ZUSTERSCHAP JUSTINE VAN DE BEEK
3
MAN OVER VROUW XANDER VAN DER WULP
2
OPHEMELEN ATA KANDÓ
1
INHOUD
84
50
Kunst & cultuur 72
NAAR BED MET DIETRICH & PIAF IRENE KUIPERS & FREDERIQUE SLUYTERMAN
76
BOEKEN
79
BOEKEN TOP 5
80
FILM & TV
81
TENTOONSTELLING
82
PODIUM
84
VAN OPZIJ YENTL & DE BOER
88
OP REIS Lissabon
82
88
94
Columns 05
EDITORIAL
15
SOFIE VAN DEN ENK
19
SHEILA SITALSING
27
ASHA TEN BROEKE
66
16
Service 03
COLOFON
14
ABONNEE WORDEN
98
SHOPPING OPZIJ I NR. 10 I 2017
7
SAY WHAT?
#PAARSE tuinbroek Op onze website en Facebookpagina wordt veel gereageerd. Vaak waardevol en leerzaam. Soms zo zuur, dat we er de slappe lach van krijgen. Daarom een nieuwe rubriek: #paarsetuinbroek. Hierbij de zuurste oprisping van de afgelopen maand.
SAY
FOTO INSTAGRAM @P!NK
WHAT? ENOUGH is enough Voetballende vrouwen verdienen nog altijd minder dan voetballende mannen. Dat wisten we wel. Onze beste voetbalster Lieke Martens verdient bij FC Barcelona nu € 200.000 per jaar, terwijl andere voetballers dit in anderhalve dag verdienen. Uit onderzoek blijkt dat 87 procent van de professionele voetbalsters overweegt voortijdig te stoppen vanwege deze kloof. De bekende keepster Hope Solo sprak tijdens een congres van spelersvakbond FIFPro in Amsterdam over het verschil in salarissen. Volgens haar zorgen gelijke salarissen voor meer respect van mannen en vrouwen voor deze sport. “We love the game, we want to grow the game but enough is enough!”
8
Keep SHINING “Mama, I’m the ugliest girl I know. I look like a boy with long hair.” Dat zei de zesjarige dochter van zangeres Pink op een ochtend tegen haar. De zangeres maakte voor haar dochter een PowerPoint-presentatie met androgyne sterren zoals Freddy Mercury, Michael Jackson, Annie Lennox, Janis Joplin en David Bowie. Pink kreeg tijdens de VMA’s afgelopen maand de oeuvreprijs uitgereikt door Ellen DeGeneres. In haar speech vertelde ze over haar dochter en ging ze in tegen de transgender en homofobe opvattingen en conservatieve schoonheidsidealen. Er zijn verschillende soorten schoonheid. “We don’t change and we help other people not to change. Thank you for being yourself. Keep shining!”
SAY WHAT?
Hou het lekker VOOR JEZELF
FOTO RUMAG
Zo heet de campagne tegen sexting, die afgelopen maand startte. Het moet jongeren ervan weerhouden om sexy berichten, foto’s of filmpjes van anderen door te sturen of online te plaatsen. Het is een initiatief van de organisaties Fier, HelpWanted en Free a Girl. De campagne moet jongeren bewust maken van de gevolgen die het verspreiden of online plaatsen van een naaktfoto of seksfilmpje kan hebben. Het verspreiden van pikante filmpjes kan enorme gevolgen hebben voor het slachtoffer: schaamte, pesten en zelfs chantage. En eenmaal verspreid staan de foto’s of filmpjes voor eeuwig online. Nog te vaak ligt de focus op het slachtoffer: wat dom, wat een slet, had hij of zij maar geen filmpje moeten maken. Deze campagne richt zich juist op de verspreiders, die tot nu buiten beeld bleven. Vaak gaat het materiaal zo snel viral, dat er niet eens achterhaald worden wie de dader is. Denk maar aan het verhaal van Patricia Paay.
TO PEE or not to pee Elke vrouw kent het probleem: een volle blaas en nog een lange reis te gaan. Het overkwam de twintiger Geerte Piening. Na een avond uitgaan in Amsterdam besloot ze buiten te plassen. Vriendinnen waarschuwden haar toen er politieagenten aan kwamen lopen, maar ze kon al niet meer stoppen. Een boete van € 140 was het gevolg. Ze is ertegen in beroep gegaan, omdat ze het oneerlijk vindt dat er voor vrouwen nauwelijks openbare toiletten zijn. Maar de kantonrechter, die weliswaar de boete voor de wildplassende vrouw toch matigde en op € 90 bepaalde, vond dat ze best op een urinoir had gekund. Voor een man geen probleem, die staat met zijn verondersteld edele deel richting de bak, een vrouw zou precies andersom moeten staan, zitten: geen idee wat deze edelachtbare in gedachten had.
Nog meer actie tegen loonongelijkheid. De Amerikaans actrice en comédienne Amy Schumer ontdekte dat Netflix haar veel minder betaalde voor haar shows dan haar mannelijke collega’s Dave Chappelle en Chris Rock. Ze ging vervolgens opnieuw om de tafel zitten met Netflix en dat liep goed af. Volgens het tijdschrift Variety kreeg Schumer voor haar show elf miljoen dollar, terwijl haar collega’s Chris Rock en Dave Chappelle voor hun comedyspecials 20 miljoen dollar kregen. Op Instagram laat Schumer weten: “I believe women deserve equal pay. However I don’t believe I deserve equal pay to Chris and Dave. They are legends and 2 of the greatest comics of all time. I didn’t ask for the same as my friends. I did ask for more than the initial offer. I will continue to work my ass off and be the best performer I can be.” Wees dus niet bang om het gesprek aan te gaan met je werkgever als je vindt dat je een hoger salaris verdient.
FOTO INSTAGRAM @AMYSCHUMER
Loonkloof deel II
OPZIJ I NR. 10 I 2017
9
SAY WHAT?
6,2%
van de uitvoerende bestuursleden is vrouw. Je leest het goed: zes komma twee procent! Van de 212 bestuurders zijn er nu dertien vrouw. Dat blijkt uit de Dutch Female Board Index die afgelopen maand werd gepresenteerd. Vorig jaar was het ‘beter’ gesteld met vrouwen in het bestuur, toen ging het om 7,1 procent. Er is ook nog relatief goed nieuws te melden. Het percentage vrouwelijke commissarissen is gestegen van 23,1 procent naar 24,6 procent. Maar hier staat tegenover dat 21 procent van de beurs genoteerde bedrijven nog geen enkele vrouw aan de top heeft.
Jurkjes voor IEDEREEN HEMA verwijdert aan het eind van dit jaar alle geslachtsaanduidingen van hun kinderkleding. De labels zullen voortaan aangeven dat het om kinderkleding gaat en niet meer of het voor een jongen of een meisje is. De afgelopen twee jaar heeft het bedrijf van klanten veel verzoeken gekregen om de kindercollectie zo te maken dat jongensen meisjeskleding meer uitwisselbaar is. En zo kan ieder kind aantrekken wat hij of zij leuk vindt. Twitter explodeerde. Goede reclame voor de HEMA dus.
GOEDE kusser “Ik leef voor de seksscènes met hem. Hij is een goede kusser. Het was fijn om hem te kussen als twintiger, en nu weer als bijna-tachtiger,” grapte actrice Jane Fonda over haar samenwerking met Robert Redford op het filmfestival in Venetië. “Eigenlijk had ik graag veel langere liefdesscènes in deze nieuwe film gehad,” vervolgt ze, “alleen wilde regisseur Ritesh Batra daar niet aan. Al zou het ook best kunnen dat Robert daarachter zat.” Redford zat er blozend en wat gegeneerd naast. Fonda en Redford spelen in de nieuwe film Our souls at night over een weduwnaar en zijn eenzame buurvrouw. De acteurs spelen weer samen nadat ze vijftig jaar geleden voor het eerst als getrouwd stel te zien waren in de komedie Barefoot in the Park. De nieuwe film is op Netflix te zien.
OUD, VET & lelijk Vliegtuigmaatschappij Aeroflot moet twee stewardessen 17000 en 11000 roebel betalen (omgerekend zo’n 248 en 161 euro) om het verlies aan salaris te compenseren. De twee Russische stewardessen mochten niet meer op internationale vluchten werken, omdat ze te dik waren. De vrouwen pasten namelijk niet in maatje 42. De twee stapten naar de rechter en werden in hun gelijk gesteld. Ze noemden zichzelf voor de grap ‘oud, vet en lelijk’ en wilden van de rechter horen dat je zo niet met mensen om mag gaan. De rechter vond dat ook: je carrière mag niet stranden vanwege een kilootje meer of minder. 10
Claudi’s kopstoot
Ter Kuijlen en Van Swieten vinden het juist ontzettend geinig dat hun kroost dit jaar ook lid is geworden van Vindicat. OPZIJ I NR. 10 I 2017
11
ONZE WERELD Nederland
Amerika Drie voormalige werknemers van Google klagen het bedrijf aan voor seksisme. Volgens de vrouwen zou Google mannen meer betalen voor hetzelfde werk. Ook zouden vrouwen minder kans maken op een promotie dan mannen. Eerder kwam ook al naar buiten dat zestig vrouwen een proces willen aanspannen tegen het bedrijf vanwege de salarisverschillen. En dat terwijl Google een vice-president Diversiteit heeft aangesteld.
FOTO: @FLOTUS
Volgens het College voor de Rechten van de Mens gebeurt het nog te vaak dat zwangere vrouwen worden gediscrimineerd op de arbeidsmarkt. Werkgevers verlengen hun contract niet of wijzen ze af voor een baan. Demissionair minister Asscher (Sociale Zaken) komt daarom met een campagne tegen zwangerschapsdiscriminatie op de werkvloer. Hij roept werkgevers op om zwangere vrouwen niet anders te behandelen. “Goede en moderne werkgevers kijken verder dan negen maanden vooruit,” aldus de minister.
Tunesië Een primeur in Tunesië: moslimvrouwen mogen er nu trouwen met nietmoslims. Opmerkelijk, want het land past hiermee de sharia aan. Dat is het recht dat zich baseert op de Koran en andere bronnen. Er wordt al lang gevochten door vrouwenorganisaties om deze wet aan te passen, maar het is president Beji Caid Essebsi geweest die het initiatief heeft genomen en de regering deze stap heeft aanbevolen. Voor moslimmannen was het wel toegestaan om met niet-moslimvrouwen te trouwen. Een goede stap voorwaarts richting de rechten van de vrouw in Tunesië dus.
Italië De Italiaanse schrijfster Elena Ferrante is een man. Domenico Starnone blijkt achter het pseudoniem te schuilen. Ferrante is de schrijfster van de bekende reeks de Napolitaanse romans. De schrijfster was al best mysterieus, zo wilde ze alleen per mail communiceren over haar literatuur. Tekstanalisten en taalwetenschappers van de universiteit van Padua deden onderzoek naar stijl, woordkeuze en kenmerkende emoties in de boeken van Ferrante en ontdekten opvallende gelijkenissen met de literatuur van Starnone. 12
ONZE WERELD Opmerkelijk nieuws afgelopen maand.
EU
Iran Elke woensdag plaatsen Iraanse vrouwen op social media foto’s en video’s van zichzelf met een witte hoofddoek, of zelfs helemaal geen hoofddoek op. Via de campagne #WhiteWednesdays protesteren ze tegen de wet die hen verplicht een hoofddoek te dragen. De campagne is een initiatief van de Iraanse activiste en journaliste Masih Alinejad, die in 2014 het platform My Stealthy Freedom oprichtte, een online beweging die zich verzet tegen de strikte kledingvoorschriften voor vrouwen in Iran. Ze is niet tegen de islam of tegen een hoofddoek, maar vindt dat de keuze om wel of geen hoofddoek te dragen bij de vrouw ligt en niet moet worden opgelegd door de staat, de maatschappij of door familie. Ze wil Iraanse vrouwen een stem geven, maar spoort ook mannen aan om hun vrouwen, moeders en dochters te steunen.
talaq, talaq, talaq!
De Europese Commissie komt met een prijs voor vrouwelijke ondernemers. De meest innovatieve bedrijven kunnen een geldbedrag winnen. En dit gaat om flinke bedragen. Het hoogste bedrag van €100.000 wordt uitgereikt aan de ondernemers met het meest succesvolle en innovatieve bedrijf. Als je wilt meedoen dan moet je in het verleden ook subsidies hebben ontvangen uit de publieke of de private sector. De Europese Commissie hoopt op deze manier meer vrouwen te motiveren om ook te gaan ondernemen. Je kunt je tot 15 november opgeven. Voor meer info ga naar ec.europa.eu/research/prizes/women-innovators
Nepal Nepal gaat strenger optreden tegen de traditie dat vrouwen tijdens hun menstruatie worden verbannen naar een schuur of stal. Vanaf volgend jaar worden er celstraffen en boetes uitgedeeld aan Nepalezen die zich hier strafbaar aan maken. De overheid hoopt zo een einde te maken aan deze oude Hindoetraditie. In bepaalde delen van het land worden vrouwen als onrein beschouwd tijdens hun menstruatie. Ze mogen daarom vier dagen niet in huis komen en geen personen of eten aanraken. Mensenrechten-organisaties voeren al langer actie tegen deze traditie omdat verbannen vrouwen zouden zijn omgekomen door onderkoeling en slangenbeten. Ook zouden ze infecties kunnen oplopen door de slechte omstandigheden.
India Goed nieuws vanuit India: het hooggerechtshof verbiedt de flitsscheiding. Tot voor kort was het mogelijk voor moslimmannen om van hun vrouw te scheiden door simpelweg drie keer het woord ‘talaq’ te zeggen. Alleen mannen kunnen het gebruiken en het mag via telefoon, brief en zelfs smsje Mensenrechten-organisaties kaartten de kwestie bij het hooggerechtshof aan omdat vrouwen hierdoor van de ene op de andere dag op straat konden worden gezet. Levens van vrouwen werden erdoor verwoest.
Singapore Halimah Yacob (1954) is de eerste vrouwelijke president van de stadstaat Singapore. Afgelopen maand werd ze officieel geïnaugureerd als de achtste president. Verkiezingen waren niet nodig, de andere kandidaten voldeden niet aan de criteria om president te worden. Hiervoor was Yacob de voorzitster van het parlement, ook al de eerste vrouwelijke. Het is voor het eerst sinds de onafhankelijkheid van Maleisië in 1965 dat iemand uit de Maleisische minderheid tot staatshoofd benoemd is. De regering had vooraf bepaald dat dit een vereiste was, het zou deze minderheid een steuntje in de rug geven. OPZIJ I NR. 10 I 2017
13
ABONNEE WORDEN
NEEM NU EEN JAARABONNEMENT OP DE VERNIEUWDE OPZIJ en ontvang een sjaal van Sjaalmania ter waarde van € 89,95 CADEAU!
Materiaal: 8% cashmere, 47% merino wol, 30% viscose, 15% polyamide
EEN HEE JAAR + SJ L VOO AAL R
€ 59,
50
Keuze uit deze drie kleuren. Wil je meer kleur? Kijk en koop er dan zelf een bij sjaalmania.nl
GA NAAR OPZIJ.NL/ABONNEMENTEN Deze aanbieding is geldig zolang de voorraad strekt. De eenmalige bezorgkosten bedragen €4,95. Het abonnement is tot wederopzegging en wordt na de actieperiode (10 nummers) verlengd met een jaar. Er geldt een opzegtermijn van 1 maand. Betalingsvoorwaarden en overige informatie zijn opgenomen in het colofon. 14
COLUMN SOFIE VAN DEN ENK Sofie van den Enk (36) presenteert Keuringsdienst van Waarde, is schrijver en treedt op als Amerika-deskundige. Ze woont met haar man, zoon en dochter in Utrecht.
DE
vrouwelijke VIKING
T
wee paarden, een zwaard, hakbijlen, schilden, beeldjes die bemoeienis met aanvalstactieken verraden, en andere kostbare spullen lagen in haar graf. Duizend jaar werd ze met rust gelaten om in 1880 opgegraven te worden. Direct aangezien voor een man, ging ze als krijger de boeken in. Nog eens 137 jaar zou het duren voordat onderzoekers onlangs definitief bewijs vonden dat het graf uit het Zweedse Birka in de buurt van Stockholm van een vrouw was. Wie was deze Viking? Ze spreekt tot de verbeelding, zoveel is zeker. De Scandinavische Jeanne d’Arc, een oeroude voorloper van Disney’s Vaiana, was volgens deze onderzoekers zelfs een officier geweest. Ik betrap mezelf erop dat ik gelijk verval in een soort zie-je-welgedachte. Het voelt als een bewijs voor onze kracht, postuum voel ik me verbonden met haar strijdlust (ze was ook nog eens ongeveer even oud als ik bij het moment van overlijden) en ik aas al op nog meer dode Vikingvrouwen om ook hiermee een lans te kunnen breken voor de oneindige mogelijkheden van onze soort. Teleurstelling bespeur ik bij mezelf als ik in het NOS-verslag lees dat de onderzoekers haar meer zien als uitzondering dan regel. Die teleurstelling groeit zelfs uit tot
verontwaardiging als ik zie dat ze haar positie ook te danken had kunnen hebben aan haar hoge afkomst. Dat kon wel eens zwaarder hebben gewogen dan geslacht. Nou ja zeg. Misschien was ze wel gewoon supergoed. Ik speur het originele artikel af naar die quote van de onderzoekers en kan het niet vinden. Wel lees ik een kritische noot van een Nederlandse conservator die zich afvraagt of we niet te graag willen dat deze vrouw een strijder was. Een Engelse hoogleraar Vikingstudies, Judith Jesch, vraagt zich hetzelfde af. Want waarom had ze dan geen sporen van vechtblessures? Nooit had ze een bot gebroken, geen enkel zwaard had littekens gemaakt in haar skelet. Wil een wapenuitrusting zeggen dat iemand tijdens zijn leven vocht, of had de overledene dat nodig op zijn of haar weg naar het Walhalla? Want waarom zijn er anders ook kindergraven gevonden met wapens? En zijn er mannen begraven met sieraden; waren die dan transgender?
Het onderzoek waar we allemaal zo opgetogen over waren, ging over DNA. Dat er een vrouw in het graf lag is onomstotelijk bewezen; wat dat betekent in combinatie met de voorwerpen blijft de interessante vraag. De geschiedenis is een prachtig scherm om je eigen werkelijkheid op te projecteren. Niet voor niets herschrijven dictaturen de historie. Ik zou ook wel eigenhandig uitvindingen van het wiel, de stoomtrein en elektriciteit toe willen schrijven aan mensen van mijn eigen geslacht, maar dat maakt het niet waar. En bovenal verandert het niets aan wat ons nu te doen staat. Rolmodellen kunnen helpen, maar ook zonder historisch bewijs kunnen we ons bewust zijn van onze kracht. Historisch onderzoek is geweldig, maar mijn zie-je-wel gedachte zou moeten afreizen naar het rijk van de god Odin om daar in de eeuwige jachtvelden te rusten, samen met Jeanne en Vaiana. O
De geschiedenis is een prachtig scherm om je eigen werkelijkheid op te projecteren OPZIJ I NR. 10 I 2017
15
OPEN DOEK
16
DOOR NICO HOFSTRA BEELD JULIE BLIK
OPEN DOEK
Ze begon haar politieke carrière op jonge leeftijd bij de SP en GroenLinks, maar draaide uiteindelijk honderdtachtig graden naar rechts. Sinds maart zit ze in de Tweede Kamer voor de VVD als woordvoerder media, ontwikkelingssamenwerking en emancipatie. We spreken Dilan Yesilgöz – Zegerius (40) op haar kantoor in Den Haag.
O
pvallend in je kantoor is de foto van een 106-jarige Armeense gewapende vrouw. Waarom koos je voor dit portret? “Omdat in haar blik zichtbaar is wat ze heeft meegemaakt en hoeveel ze heeft geleden, tenminste, dat is wat ik zie. Maar ze straalt ook kracht uit. Deze vrouw herinnert me elke dag aan de ware reden waarom ik hier zit. Het is namelijk makkelijk om je te laten meeslepen door de politiek en de waan van de dag. Die foto houdt mij scherp om me voortdurend te realiseren dat vrijheid niet voor iedereen vanzelfsprekend is.” Wat betekent vrijheid voor jou? “Ik zie het als de kern van wat ik doe en de rode draad in mijn leven. Ik ben geboren in Turkije, waar mijn ouders streden voor de gelijke rechten van minderheden, zoals vrouwen, Koerden en homo’s. Toen ik acht was moesten we vluchten. Dit is de context waarin ik ben opgegroeid en daar ben ik me van bewust. Met name door de moord op Van Gogh realiseerde ik me dat vrijheid ook in Nederland geen theoretisch gegeven is. Ook hier zijn mensen die willen voorkomen dat je doet en zegt wat je wil. Dat heb ik de afgelopen jaren zeer veel gezien, of het nou een gepest homostel is of een opgesloten Marokkaanse bruid. Er moet altijd voor vrijheid worden gestreden.” Je Turkse afkomst komt tijdens interviews vaker ter sprake, is dat niet vervelend? “Ter illustratie breng ik dit onderwerp nu zelf ter sprake, maar als jij dit had gedaan was het vervelend geweest. Daar ben ik eerlijk in. Als je was begonnen met: ‘Jij zit in de Tweede Kamer met je Turkse achtergrond, is dat niet knap?’ Hoezo is dat knap? Mijn achtergrond is op sommige vlakken inderdaad relevant, maar het bepaalt niet mijn hele identiteit. Het is vervelend als mensen dit als een allesbepalend thema opgooien. Mijn achtergrond is belangrijk voor me, maar ik heb ook
vijfentwintig jaar in Amersfoort gewoond. Zo is mijn tienertijd, toen ik daar alle kroegen afstruinde, net zo belangrijk voor me. Nog zoiets: rond de verkiezingen kreeg ik geregeld de vraag wat mijn achterban was en daar achteraan de opmerking dat het wel Turkse Nederlanders zouden zijn. Wat een onzin, mijn achterban is elke liberaal die in vrijheid zijn of haar leven vorm wil geven, waar diegene ook geboren is.” Sterker nog, je krijgt best wat kritiek te verduren van de Turkse gemeenschap. Op fora word je onder andere uitgemaakt voor ‘Turkije-hater’, omdat je met een Nederlandse man getrouwd bent. “Moet je nagaan wat deze uitspraken zeggen over de integratie van die mensen. Ik vond het vooral om die reden schokkend, maar het raakt me niet persoonlijk. Ik denk alleen: hoe kan het dat je leeft in een land waar je alle kansen en mogelijkheden krijgt en vervolgens anderen zo discrimineert en uitsluit. Hier heb ik dus geen goed woord voor over.” Vormt je eigen ervaring als vluchteling je kijk op het huidige vluchtelingenbeleid? “Ik sta achter de standpunten van de VVD, dat we liever mensen in de regio opvangen. Het vluchtelingenbeleid is voor mensen die op de vlucht zijn voor vervolging in eigen land. Die worden op dit moment door links op een hoop gegooid met mensen uit Marokko en de Dominicaanse Republiek, waar geen sprake is van vervolging. Linkse partijen heten iedereen maar welkom. Zo van: waag de gevaarlijke tocht en bij aankomst zetten we je in een AZC en zien we wel hoe lang je daar moet wachten. Als mensen uitgeprocedeerd raken, heeft dat vaak een leven in de illegaliteit tot gevolg. Dat zit er namelijk allemaal achter. Je hoort wel dat het me frustreert, die ‘komt allen maar’-houding, zonder verantwoordelijkheid nemen. Deze houding is allesbehalve een sociale houding.” OPZIJ I NR. 10 I 2017
17
OPEN DOEK
‘Hoe kan het dat je leeft in een land waar je alle kansen en mogelijkheden krijgt en vervolgens anderen zo discrimineert en uitsluit’
Sinds dit jaar ben je lid van de Tweede Kamer. Waar ga je je aandacht de komende tijd op richten? “Als het gaat over mijn portefeuille emancipatie, is een van mijn belangrijkste doelstellingen om de discussie aan te wakkeren over het gevolg van parttime werken. Is dat echt wat wij voor ogen hebben als het gaat om de emancipatie van de vrouw? Ik zie jonge vrouwen direct na hun studie parttime werken om daarnaast wat voor zichzelf te kunnen doen. Prima natuurlijk, maar emancipatie betekent meer dan alleen kunnen doen wat je zelf wil. Het betekent óók verantwoordelijkheid nemen en aanschuiven aan de tafel waar de beslissingen worden genomen.” Zie je hierin een rol voor de overheid? “Tot op zekere hoogte, want vrouwen moeten het wel zelf waarmaken. Dat betekent dat je niet parttime kunt werken en na tien jaar bij mij komt vragen om een vrouwenquotum, omdat je geen lid wordt van een raad van bestuur. Natuurlijk werkt dat niet zo. Logisch. Oorzaak en gevolg en eigen verantwoordelijkheid nemen ontbreekt af en toe in deze discussie. Dat vind ik jammer. 18
Het is overigens ook een bijna onmogelijke discussie om op gang te krijgen. Jij hebt makkelijk praten, omdat je geen kinderen hebt, luidt dan de kritiek.” En had je zelf als Turks-Nederlandse vrouw nooit moeite om je huidige positie te bereiken? “Ongetwijfeld. Maar het is niet mijn stijl om daar constant bij stil te staan, ik zou hier trouwens ook geen antwoord op weten. En zoals gezegd wil ik niet in een hokje geplaatst worden als Turkse Nederlander. Ik voel me geen slachtoffer, daar heb ik nooit echt tijd voor gehad.” Op je rechterarm heb je een tatoeage, staat deze ergens symbool voor? “Er staat ‘Sara’, mijn oma, geschreven in het handschrift van mijn moeder. Mijn grootmoeder was ziek, toen wij moesten vluchten. Ze overleed in diezelfde periode. Ik heb weinig herinneringen aan haar, maar ik ken de verhalen. Ze was een krachtige vrouw, maar haar omgeving zag haar als zachtaardig en open. Ik hoop dat ik op haar lijk. Als ik die naam zie, denk ik aan de sterke vrouwen in mijn familie. Ik hoop dat ik in moeilijke situaties net zoveel kracht kan tonen als zij.” O
COLUMN SHEILA SITALSING Econoom Sheila Sitalsing (48) is freelance journalist en columnist bij de Volkskrant. Ze woont met haar man en twee kinderen in Delft.
VRIJ dankzij een rokje
M
et kleren uit Bangladesh moet je oppassen, zo had ik onthouden nadat er met groot geraas een kledingfabriek was ingestort. Rana Plaza heette het gebouw. Het had acht verdiepingen, C&A liet er kleren assembleren, net als Mango, Primark, Bennetton en nog een heleboel andere textielboeren, en er kwamen 1.127 mensen om het leven bij de ramp. Vooral vrouwen. Er kwamen convenanten en spijtbetuigingen van modeketens. Schoon is de sector nog steeds niet; tegelijk is er vooruitgang. Want ondanks alle tekortkomingen en uitbuiting waarmee de productie van off-shoulder tops en kekke rokjes gepaard gaat, ontworstelt zich in Bangladesh een hele generatie vrouwen aan armoede, onvrijheid en uithuwelijking. Dankzij een baan in de textiel. Lichtend voorbeeld is Laizu. Laizu is een jonge vrouw die figureert in een hartverwarmend filmpje van twee minuten en 36 seconden dat Paul Myles en Davide Morandini monteerden en dat verscheen op de site van online platform De Correspondent. De twee journalisten organiseerden samen met de grootste vakbonden van Bangladesh
bijeenkomsten voor textielwerkers in verschillende wijken, liet de textielarbeiders elkaar filmen en interviewen en destilleerden er interessante verhalen uit. Zoals dat van Laizu. Zij staat model voor de talloze vrouwen die de extreme, uitzichtloze armoede van het platteland wisten te ontvluchten dankzij een baan achter de naaimachine. Het belangrijkste: ze verdient haar eigen geld, waardoor ze zich niet door ouders of anderen hoeft te laten koeioneren in een huwelijk dat ze niet wil. Bangladesh behoort tot de landen met de hoogste percentages kindhuwelijken: bijna een vijfde van de meisjes is gehuwd voor haar vijftiende, meer dan de helft is al aan een man geschonken voor haar achttiende verjaardag. Inspraak is niet vanzelfsprekend. Op het filmpje zien we wat financiële
onafhankelijkheid voor Laizu’s leven heeft betekend. Ze heeft een aardige ogende vriend, die ze op het werk heeft ontmoet, helemaal zelf uitgezocht. Ze gaan samen winkelen, kijken samen naar films, maken selfies, zitten langs de rivier, hebben plezier. Ze piekert niet over trouwen, ook al regent het huwelijksaanzoeken, elke keer als zij, vrouw van de wereld, haar oude dorp bezoekt. De stad en de fabriek schonken haar vrijheid om voor zichzelf te betalen en om te bepalen hoe ze haar leven inricht. Het patriarchaat is er nog lang niet mee verslagen, maar áls het aan diggelen gaat, is het dankzij vrouwen als Laizu, die in het filmpje besluit met: “Ik weet niet of mannen van onafhankelijke vrouwen houden of niet. Maar ik houd wel van mezelf.” Ze lacht er een heerlijke lach bij. O
Laizu verdient haar eigen geld, waardoor ze zich niet hoeft te laten koeioneren in een huwelijk dat ze niet wil OPZIJ I NR. 10 I 2017
19
FEMINISME 4.0
20
DOOR KARLIJN VAN HOUWELINGEN
BEELD HOLLANDSE HOOGTE
FEMINISME 4.0 LENA DUNHAM
BOEGBEELD
LENA DUNHAM HOUDT DE CELEBRITY FEMINISTEN BIJ DE LES
Op de grootste entertainmaint-podia ter wereld gaat geen awardshow voorbij zonder feministisch statement. Bij de uitreiking van de Emmy’s in september waren het Reese Witherspoon en Nicole Kidman die het actievoeren voor hun rekening namen. Feminisme is nog nooit zo trendy geweest.
OPZIJ I NR. 10 I 2017
21
FEMINISME 4.0 LENA DUNHAM
“E
indelijk echte vrouwen in tv-series,” verzuchtten Kidman en Witherspoon met in hun hand de gouden beloning voor Big Little Lies, een serie waarin ze krachtige en gecompliceerde moeders spelen, niet de inhoudsloze knappe meisjes die ze veel te vaak zijn geweest. Kidman wees naar de cast van Big Little Lies: “Dit is een vriendschap die kansen heeft gecreëerd, uit frustratie, omdat we geen mooie rollen kregen aangeboden. Meer mooie rollen voor vrouwen, alsjeblieft!” Enkele weken eerder, toen MTV de prijzen voor de beste videoclips uitreikte, greep Pink de microfoon om een lans te breken voor meisjes als haar dochter, die zichzelf lelijk vond omdat ze ‘net een jongetje’ was. Actrice Jennifer Lawrence, zangeressen Miley Cyrus en Taylor Swift: allemaal spraken ze zich uit over de positie van vrouwen. De meest daadkrachtige onder de uitgesproken feministische beroemdheden is Emma Watson, die verder gaat dan de wat consequentieloze statements van collega-sterren. Ze voert actie voor gendergelijkheid als ambassadeur van het VN-initiatief He for She. De meest bewonderde onder de
wil géén feminist zijn, met die ontiegelijk succesvolle, machtige en begeerde vrouw als het gezicht bij dat label? Het hedendaagse feminisme kent ook zo z’n commerciële en fysieke kanten. Het is een prima instrument voor persoonlijke branding, en het verkoopt: T-shirts met de opdruk Feminist AF (as fuck) hangen bij het hippe Brits ASOS en het Bijenkorfachtige Amerikaanse Nordstrom in de (online) rekken. Iederéén kan feminist zijn - bestel zo’n T-shirt en je hoort erbij, ook als je van twerken in een gouden bikini houdt. Of júist als je van twerken in een gouden bikini houdt: het jonge feminisme van vandaag draait voor een flink deel om het onbeschaamd tonen van vrouwenlijven. Na de tweede en de derde golf is het feminisme 4.0 ook gefocust op het doorbreken van de laatste taboes en beknellende schoonheidsidealen rond het lichaam van de vrouw. “Een groot deel van mijn missie is het normaliseren van het echte vrouwenlichaam en niet zwichten voor representatie in de media,” zei Lena Dunham, misschien wel de verpersoonlijking van dat hedendaagse feminisme, op Toronto’s Comedy Festival Just For Laughs, nadat ze haar onthullende
‘Een groot deel van mijn missie is het normaliseren van het echte vrouwenlichaam en niet zwichten voor representatie in de media’ celebrity-feministen moet Beyoncé zijn, die tijdens de uitreiking van de MTV Awards in 2014 uit de kast kwam voor een scherm met daarop in gigantische letters het woord FEMINIST. Ja, ook Beyoncé, die haar miljarden mede bij elkaar verdiende door in stoeipoespakjes met haar billen te schudden. Wie 22
autobiografie Not That Kind of Girl had gepubliceerd. Dunham was pas 28 toen ze als cultureel icoon en ‘stem van haar generatie’ haar memoires mocht uitbrengen tegen betaling van een voorschot van 3,5 miljoen dollar. Het New Yorkse wonderkind had al eens
op de lijst van honderd invloedrijkste mensen ter wereld van Time gestaan en een eerste serie Emmy’s en Golden Globes gewonnen voor haar serie Girls, vol beroerde seks en dwalende millennials. Dunham en haar blote borsten, bolle buik en royale dijen spelen zelf de hoofdrol. “Ik ben naakt op tv. Heel vaak,” zo omschreef ze het in Not That Kind of Girl. Exhibitionisme? Haar lichaam is voor Dunham gewoon een ‘instrument om haar verhaal te vertellen’, al sinds ze als studente in de fontein van haar universiteit dook. Het was 2007 en de eerste keer dat ze haar imperfecte lijf met de wereld deelde. Aan Oberlin College in Ohio maakte ze de korte film The Fountain. In een miniscule bikini poetst ze haar tanden en wast ze haar haar in een beeldhouwwerk op de universiteitscampus. In latere producties verschijnt ze naakt op een badrand terwijl ze een cakeje eet, naakt op het toilet terwijl ze een taart naar binnen werkt, naakt achter een tafeltennistafel, naakt of halfnaakt in talrijke seksscènes, en zelden glamoureus. Blogs als Slate en Vulture publiceerden na de finale van Girls in april dit jaar een overzicht van al die scenes, gerangschikt naar de hoeveelheid awkwardness. Over de allereerste scene, in de eerste aflevering van het eerste seizoen van Girls, wordt nu nog gepraat. Lena Dunham kon als haar mollige personage Hannah net voorkomen dat ze ongevraagd in haar achterste werd genomen. Schaamt ze zich weleens? Het is de vraag die ze nooit meer wil horen, zei ze tegen schrijfster Roxane Gay. “Als ik me schaamde, zou ik het niet steeds doen. Wat die mensen echt vragen is, schaam je je ervoor zo’n lijf te hebben?” En in haar boek, over de eerste keer in seksuele pose voor de camera: “Ik trok gewoon mijn T-shirt over mijn hoofd en dook erin. Later, toen ik naar de beelden keek, was ik niet verlegen. Ik vond het niet geweldig wat ik zag, maar ik haatte het ook niet. Mijn lichaam was gewoon een instrument om het
FEMINISME 4.0 LENA DUNHAM
verhaal te vertellen. Het was amper me, meer een in oma-onderbroek gehulde hulp, die ik weloverwogen in dienst had genomen. Ik zag er niet elegant, mooi of talentvol uit. Dit was seks zoals ik het kende.” Schaamte kent ze minder dan gemiddeld, angsten des te meer. In haar jeugd worstelde ze met een obsessief-compulsieve stoornis, die van haar een meisje zonder vrienden, maar met een legertje therapeuten maakte. Tot haar elfde sliep ze bij
haar ouders in bed, bang voor slaap als ze was. Ze gedijde het beste onder volwassenen. Met haar vader - succesvol schilder van penissenen moeder - succesvol fotograaf - bezocht ze in de weekenden graag galeries, waar ze als tiener gerust tegen figuren als sterfotograaf Cindy Sherman zei: “Cindy, goed je te zien. Laten we eens samen lunchen.” Ze deelt tekortkomingen onbevreesd in boek en beeld, ook nu het tijdperk Girls ten einde is. Via haar podcast
Women Of The Hour en de 500.000 volgers van haar online magazine Lenny Letter, behoudt Dunham haar culturele invloed. Het feminisme dat ze daarbij voorstaat kent weinig regels en is uitermate persoonlijk. In haar memoires schrijft ze over haar missie anno 2014. “Als ik met dat wat ik heb geleerd één lullig baantje draaglijker voor jou kan maken, of je ervan kan weerhouden het soort seks te hebben waarbij je het gevoel hebt dat je je schoenen moet aanhouden
OPZIJ I NR. 10 I 2017
23
FEMINISME 4.0 LENA DUNHAM
voor het geval je er halverwege de daad vandoor wilt gaan, dan was elke misstap van mij het waard.” Een collectieve politieke strijd, zoals die van haar feministische voorgangers, voerde Dunham - nog - niet. “Ik ben er niet op uit het feminisme van een ander te definiëren,” zei ze tegen Time, dat haar vroeg of feminisme en tegen abortus zijn samen gaan. Oudere feministen klaagden over de nieuwe garde tijdens de Amerikaanse verkiezingscampagne van 2016. Ze namen het jonge vrouwen kwalijk dat ze zo met zichzelf bezig zijn, en niet onvoorwaardelijk voor geestverwant Hillary Clinton kozen. Gloria Steinem suggereerde zelfs dat ze op de Democratische uitdager Bernie Sanders stemden om mannen te ontmoeten: “Als je jong bent, denk je: waar zijn de jongens? De jongens zijn bij Bernie.” Ook Lena Dunham had haar twijfels bij Clinton. De New York Times berichtte dat ze tijdens een etentje in het New Yorkse appartement van de baas van HBO haar tweestrijd uit de doeken deed. Ze maakte zich zorgen over de manier waarop Clinton in de jaren negentig omging met het losbandige seksleven van haar man. Hillary Clinton aarzelde destijds niet om de vrouwen die Bill Clinton beschuldigden van wangedrag, overspel, maar ook aanranding en verkrachting, keihard aan te vallen. Dunham ervoer zelf hoe een getuigenis over seksueel misbruik in twijfel werd getrokken, nadat ze in haar boek schreef over een nare ervaring in haar studententijd. Er barstte een discussie los over de geloofwaardigheid van haar verhaal. Maar wie staat er op 8 november 2016 in een hoekje van het campagnekantoor van Hillary Clinton, om de hoek van Wall Street in New York? Ze valt zelfs, gehuld in pluizige beige nepbontjas, niet op tussen een groepje vrienden. Lena Dunham knapt op de verkiezingsdag het vuile werk op. Onophoudelijk kiezers benaderen. Bellen, sms’en, om zoveel aanhangers naar de stembureaus te krijgen. Eerder 24
reisde ze ook al voor Hillary Clinton door het land om campagne te voeren. Ze sprak onder meer op de Democratische Conventie. Maar nu wil Dunham een gewone vrijwilliger zijn, en beperkt ze het contact met journalisten. “Er hangt een heerlijke vibe hier,” zegt ze wel, tussen de voorraden chocolate chip cookies en pretzels die de moed erin houden. “We doen wat we kunnen op deze laatste dag.” En, wat later een pijnlijke misvatting blijkt: “Het wordt geweldig vanavond.”
Het verbond tussen oude en nieuwe feministen dat Lena Dunham met haar inzet voor Hillary Clinton probeerde te smeden, kan niet voorkomen dat een onverholen seksist president werd. Misschien was Dunham ook niet de beste pleitbezorger: ze is de koningin van de controverse. De cyclus gaat ongeveer zo, beschreef The Atlantic. Lena Dunham zegt iets dat mensen kwetst. Lena Dunham biedt excuses aan. Lena Dunham gaat door met haar leven. Soms is er nog een
FEMINISME 4.0 LENA DUNHAM
‘Mijn lichaam was gewoon een instrument om het verhaal te vertellen. Het was amper me, meer een in oma-onderbroek gehulde hulp, die ik weloverwogen in dienst had genomen’
element – Lena Dunham leert een les – voordat het proces weer van voor af aan begint. Voorbeelden genoeg. Het verhaal over het aanraken van de genitaliën van haar zus in haar boek. De medestudent die zich herkende in haar beschrijving van misbruik en een rechtszaak aanspande. Afvallen – dat werd hypocriet gevonden van iemand die de wereld vertelde dat ze haar lichaam accepteert. Een opmerking over het fameuze Met Gala, waar tafelgenoot en football-speler Odell Beckham Jr. niet tegen haar praatte en zij conclusies trok over zijn kijk op vrouwen. De opmerking dat ze wenste dat ze ooit een abortus had gehad. “Dunham neemt met dit alles deel aan een eeuwenoud ritueel,” concludeerde The Atlantic. “Ze doet alle belangrijke dingen die jonge volwassenen doen, dat wil zeggen fouten maken en ze weer corrigeren, steeds weer – maar dan in het openbaar.” Haar lessen trekt ze ook in het openbaar. Na de internetwoede volgen, indien gepast, geregeld excuses in een uitvoerige Instagram-post. Haar opmerking over abortus vond ze bij nader inzien bijvoorbeeld een ‘smakeloze grap’. Lang werd ze bekritiseerd omdat ze als ‘stem van haar generatie’ een wel erg beperkt beeld van die generatie schetste: haar personages waren witte mensen uit de betere milieus, zoals zijzelf. Terwijl Girls zich afspeelt in Brooklyn, een van de meest diverse stukjes Amerika. Lena Dunham is niet meer dan een bevoorrecht blank meisje, was de teneur. Een worsteling met chronische pijn en vermoeidheid – de gevolgen van baarmoederaandoening endometriose en een autoimmuunziekte aan haar gewrichten – veranderde niets aan het beeld dat ze teveel profiteerde van de zilveren lepel in haar mond. Op gezondheidsvlak kent ze echter weinig privileges. In dit voorjaar zegde ze een theatertour af vanwege langdurige pijn. In een jaar werd ze vijf keer geopereerd. OPZIJ I NR. 10 I 2017
25
FEMINISME 4.0 LENA DUNHAM
‘Haar lessen trekt ze ook in het openbaar. Na de internetwoede volgen, indien gepast, geregeld excuses in een uitvoerige Instagram-post’ Je afsluiten voor kritiek is niet per se de beste manier om te dealen met ophef, ondervond Dunham. “Het duurde even voordat ik me realiseerde dat het beter voor me zou zijn om te verbinden en te leren en te luisteren, dan om naar huis te gaan en een deken om m’n hoofd te doen. Dat was het begin van een hele, hele belangrijke les voor me.” Toen ze de
26
eerste aflevering van Girls schreef, op haar 23e, was ze niet ‘toegerust’ om goed met kwesties als ras om te gaan, gaf ze later aan. In het tweede seizoen kreeg haar personage Hannah prompt een relatie met een zwarte jongen, ook nog een Republikein. Zo werd het activisme van Lena Dunham langzaam minder
persoonlijk en meer politiek. De verkiezing van een president die soms het slechtste in Amerika naar boven haalt, hielp daar ook een handje bij. Op haar Instagram-account spreekt Lena zich nu voor 3,2 miljoen volgers uit tegen witte overmacht of tegen de plannen van Trump om het Amerikaanse zorgstelsel te hervormen en de financiering voor Planned Parenthood in te trekken. In elke Lenny Letter komt wel een keer ter sprake dat Amerika ‘pijnlijke’ tijden doormaakt, en hoe de lezer daar iets aan kan veranderen. Ze schrijft daarbij heus óók nog over acné als je volwassen bent. Plaatst een onflatteuze foto van een bil op instagram, kort na een naaktfoto die op kernonderdelen bedekt is met emoji’s. “Ik voel me zo op m’n gemak met het idee dat deze peervormige honingpot zowel mensen aan het lachen maakt, als erbij kan liggen als een Suicide Girl pin-up circa 2004.” Waar Beyoncé goddelijk gestyled zwangerschapsfoto’s de wereld in stuurt, Taylor Swift en Miley Cyrus op social media toch vooral hun muziek promoten en Emma Watson het bij wat posts over heldinnen uit het verleden houdt, blijft Lena Dunham de boel opschudden met ontregelend, komisch beeld van haar eigen lijf en vragen over vrouwen en hun lichamen. Bij een foto van een experimentele outfit, een gehaakt topje met fluweelblauwe muiltjes onder stekeltjeshaar: “Ik worstel met het vrouwelijke, met presentatie, met schoonheid – wat maakt dat ik me begeerlijk voel? Wat maakt dat ik me sterk genoeg voel om tegen de huidige regering te vechten, om hard te vechten voor vrouwen en hun rechten? Wat maakt dat ik me voel als mijn eigen babysitter in 1993?” O
COLUMN ASHA TEN BROEKE Asha ten Broeke (34) is wetenschapsjournalist en auteur van Het idee M/V en Eet Mij. Ze woont met haar man en twee dochters in Deventer.
HOGE
bomen
E
igenlijk had ik geen zin in Twitter. Op vakantie was ik omringd geweest door zee, strand en mensen die niet denken dat zachtmoedigheid een teken van zwakte is. Ik voelde me ontspannen, en daarom had ik nog geen trek in #ophef, publieke vernederingen en mannen die me komen vertellen dat ik te lelijk ben om door hen, of überhaupt, geneukt te worden. Dus was ik er alleen even om over m’n laatste columns te twitteren. Toevallig zag ik ook een berichtje op Vileine.nl over Anne Frank, die in de niet-gekuiste versie van haar dagboek de schoonheid van het vrouwenlichaam bleek te hebben bezongen. Goh, misschien was ze wel biseksueel, net als ik, dacht ik, en deelde de link. Daarna ging ik wat anders doen en dacht er niet meer over na. Toen ik Twitter een paar dagen later opende, was mijn dikke huid nog op vakantie, en ik niet op mijn hoede. ‘Biggetje wil weer aandacht.’ ‘Vies vuil dik tyfus wijf dat je bent! Je zou je kapot moeten schamen vet varken.’ ‘Tijd dat ze jou dezelfde behandeling geven als Anne Frank! Vieze vette lesbo trol.’
Nou krijg ik voortdurend zulke reacties, ongeacht waar ik over Twitter. Ik probeer opgewekt en aardig te blijven; dat oogst soms bewondering. Een paar jaar geleden ging ik voor een Vrij Nederland-artikel zelfs koffie drinken met zo’n hater. Mensen vertelden me toen hoe dapper ze me vonden. Hoe sterk. Laat me echter eerlijk zijn: steeds sterk en dapper moeten zijn is vreselijk vermoeiend. Er zijn dagen dat ik het niet volhoud. Die dagen worden talrijker. Mensen zijn sociale dieren; het kan bijna niet anders of doodgewenst worden door soortgenoten levert stress op. Normaliter onderdruk ik die stress – ik lieg eerst tegen mezelf en daarna tegen de wereld dat het me niet raakt. Van een afstandje lijkt dat allicht op kracht of moed. Maar ‘s nachts schrik ik wakker van zachte geluidjes. En dan luister ik ingespannen in het donker: hoor ik
daar die man die twitterde dat hij me komt verkrachten met een lang, vies mes? Soms laat de stress zich niet wegduwen. Na ‘vies vuil dik tyfus wijf’ trilden mijn handen zo heftig dat typen bijna niet lukte. Na ‘vieze vette lesbo trol’ huilde ik. Laat me met rust, laat me toch gewoon met rust. Hoge bomen vangen veel wind, zei een vriendin troostend. En dat zette me aan het denken. Hebben bomen niets beters te doen? Wat zou er gebeuren als ik, en al die andere vrouwen die hetzelfde of nog erger meemaken, de energie die we nu moeten steken in omgaan met haters zouden kunnen besteden aan iets nuttigs? Als we de kracht die we nu nodig hebben voor het verdragen van intimidatie zouden kunnen steken in het nadenken over belangrijke problemen, het schrijven van doordachte artikelen, het verbeteren van de wereld? Misschien is het tijd om afscheid te nemen van Twitter. O
Steeds sterk en dapper moeten zijn is vreselijk vermoeiend OPZIJ I NR. 10 I 2017
27
REPORTAGE BUITENLAND
PECH ALS JE HIER GEBOREN BENT MET EEN VAGINA
Duizenden vrouwen lopen door Kaapstad in een stille strijd voor gelijke rechten. Verkrachtingen zijn in ZuidAfrika nog steeds schering en inslag. Maar “Genoeg is genoeg!” roept Marlene le Roux op de trappen van Artscape Theater. Een reportage over het gevecht tegen verkrachtingen in Zuid-Afrika. 28
DOOR MARIEKE VAN WILLIGEN
REPORTAGE BUITENLAND
OPZIJ I NR. 10 I 2017
29
REPORTAGE BUITENLAND
Z
e draagt een rode mantel, een zwarte jurk en hakken aan haar goede en haar manke been. Haar hoed is “voor alle kinderen die verkracht zijn en vermoord.” De zon schijnt in Kaapstad. Duizenden vrouwen volgen de vrouw met de rode mantel, want elk jaar doen ze mee aan de Walk against gender-based violence. Le Roux heeft de vrouwen net nog toegesproken in de St Georges Cathedral, naast het ZuidAfrikaanse parlement. Muisstil was het in de afgeladen kathedraal. ”Dit is geen feestdag,” donderde Le Roux, “Maar een zeer verdrietige dag. We zijn hier voor al die vrouwen die verkracht zijn en niet in de kranten komen. Maar genoeg is genoeg! We verheffen onze stem tegen de leraren die leerlingen verkrachten, voor onze dochters die verkracht worden. We moeten onze zonen opvoeden om respect te tonen en de overheid om op te treden. We moeten terugkeren in onze kracht, onze waardigheid en
30
onze menselijkheid. Het is tijd voor actie!” Iemand begint te zingen: “Senze nina”. Duizenden vrouwen, wit en zwart, zingen mee. “Waar hebben we dit aan verdiend?” Het is een Zulu protestlied, wat ook gezongen werd toen de apartheid hoogtij vierde. Verkrachtingen zijn een probleem in Zuid-Afrika en dat is zacht uitgedrukt. Volgens de VN staat het aantal dagelijkse verkrachtingen op 132, gebaseerd op officiële meldingen. Maar de meeste vrouwen doen geen aangifte. Ze kijken wel uit, soms doet de politie de verkrachting nog eens dunnetjes over. Zuid-Afrika heeft daarmee de duistere eer om bovenaan de lijst te prijken van de meeste verkrachtingen ter wereld, eveneens volgens de VN. Ook de meeste vrouwen die meedoen aan de tocht, zijn verkracht. “Wie niet,” zegt Belinda Jackson schouderophalend. Ze stapt opgewekt arm-in-arm voort met haar vriendin Fettice. Ze kennen elkaar van vrouwenwerk in de
buurt. Fettice zit bij de Hernhutters, een kleine, vrolijke, christelijke groepering, en Belinda bij de St Marc Church, een Anglicaanse kerk. Ze wonen in het roemruchte District Zes, een van de gekleurde wijken in Kaapstad, die tijdens de apartheid ‘geruimd’ werd door de witte overheid, om plaats te maken voor witte mensen. Nu zijn ze terug. Om te vechten tegen het geweld. “Ken je Marlene Le Roux?” vraagt Belinda. “Zij is een heldin. Zij is ons rolmodel.” Wie kent Marlene Le Roux niet? Als een vrouwelijke Martin Luther King staat ze op de trappen van Artscape. Ze is CEO van het Artscape theater. Van oorsprong was Artscape er voor de ‘witte kunst’: opera, ballet, dans en drama. Inmiddels is het theater juist voor alle bevolkingsgroepen in Zuid-Afrika. Onder leiding van Le Roux wordt de kunst integraal. Achtergestelde groepen zoals jongeren uit de townships, krijgen er de kans hun vleugels uit te slaan. Artscape theater is het eindpunt
REPORTAGE BUITENLAND
van de mars. Duizenden vrouwen verdringen zich op en onder de trappen, omdat ze geen woord willen missen van haar toespraak. “Wij vrouwen willen veilig zijn en gewoon over straat kunnen. We moeten onze kracht hervinden en in actie komen. Het is klaar! Samen zijn we sterk. Wij eisen onze waardigheid terug!” Het gejuich is oorverdovend. Maar wie dicht bij Le Roux staat, ziet dat emoties haar overspoelen. “Dit is geen dag om te
juichen,” zegt ze buiten de microfoon tegen de vrouw naast haar. “Er is recentelijk een kind verkracht en vermoord. Vijf jaar oud.” Le Roux weet waar ze voor vecht. Ze is de jongste van elf kinderen. Haar vader ging er na verwekking rap vandoor. “Mijn vader was een gewelddadige man,” vat ze samen. Daar houdt ze het bij. Ze komt terecht bij haar oma, haar moeder werkt voor een witte baas. De apartheid is in volle gang. “Als je eens wist hoe lelijk die witte kinderen tegen de zwarte verzorgers konden doen. Hoe vernederend we werden behandeld. Maar we hebben niets gedaan. Dat hadden we wel kunnen doen. We hadden de witte mensen kunnen doden. Of hun kinderen kunnen vergiftigen. We deden het niet. Dat was een keuze.” Le Roux ontpopt zich als een activist. Ze studeert muziek, internationale betrekkingen, pedagogiek en filosofie, “want als je activist bent,
moet je weten waar je het over hebt. Dan moet je goed onderlegd zijn.” Als klap op de vuurpijl kreeg Le Roux het eredoctoraat pedagogiek toegekend door Desmond Tutu aan de Cape Peninsula University of Technology. Haar ster rijst, tegen de verdrukking in. Want het geluk is haar niet aangeboren. Vrouw en gehandicapt vanwege polio, omdat de witte dokter geen vaccin wilde voorschrijven. “Ik heb hem vergeven,” zegt ze over die dokter “laat hem leven met zijn eigen schuld. Dat manke been heeft me uiteindelijk veel kracht gegeven.” En tenslotte is ze gekleurd. Maar ze is niet van de barricades af te slaan. Ze vecht met hart en ziel voor vrouwenrechten en gelijke behandeling van gehandicapten. Ondertussen klimt ze verder op de maatschappelijke ladder, lak hebbend aan de vooroordelen. Ze zit vergaderingen voor met haar dochter aan de borst. “Sorry heren, dit kind moet eten. Als het u stoort, kijkt u maar weg.” Later krijgt ze nog een zoon, hij is gehandicapt [Haar zoon Adam is na deze demonstratie plotseling overleden –red]. De vrouwenmars is een belangrijk statement in Zuid-Afrika, hoewel Le Roux opmerkt dat het “alleen in Kaapstad is. En Kaapstad staat niet voor de rest van Zuid-Afrika.” Ook Sharon Kouta maakt die kanttekening. De kleine Kouta loopt onopvallend mee in de mars. Ze is leidinggevende bij Nacosa, een netwerk dat vecht voor het
‘In de townships leven de gezinnen vaak in één ruimte. De mensen hebben een uitzichtloos leven. Kleine kinderen zien hoe hun vader op een ruwe manier seks heeft met hun moeder. Het wordt ze voorgeleefd’ OPZIJ I NR. 10 I 2017
31
REPORTAGE BUITENLAND
terugdringen van aids en hiv in Zuid-Afrika. Nacosa geeft trainingen, workshops en concrete hulp om de positie van vrouwen te verbeteren. Ruim 1500 organisaties zijn aangesloten bij Nacosa. Ben je in Afrika bezig bent met vrouwenen homorechten dan kun je niet om
de samenleving, omdat we een lange cultuur van onderdrukking kennen. Veel mensen weten niet beter.” Ze is even stil. “Zuid-Afrika is geen rape country,” benadrukt ze. “Dit is een mooi land. Maar er is nog veel te doen. Zoals jongens opvoeden tot positieve vaders.”
“Passen jullie maar op, ook bij jullie ligt de apartheid op de loer,” heft Le Roux de vinger. “Op de Vrije Universiteit waren alle leidinggevenden mannen. Dat viel me meteen op.” Dat één van de oorzaken kan zijn dat vrouwen kiezen voor deeltijd werk en
‘Ik zie ook de kracht van ons vrouwen, samen. We moeten geduld hebben’ het netwerk heen. Ze is een stille spin in het web, Sharon Kouta. Naar eigen zeggen een volbloed feminist. Het onrecht rond vrouwen gaat haar aan het hart. Waarom? “Mijn ouders hadden een goed huwelijk. Ze waren respectvol voor elkaar. In deze samenleving zie ik het omgekeerde. En dat moet anders, ik weet dat vanuit mijn opvoeding. Het respect moet terug.” Er is veel werk aan de winkel. Slechts zeven procent van de verkrachte vrouwen stapt naar de rechter, weet Kouta. Ze stipt een paar culturele problemen aan die wederzijds respect bemoeilijken. “In de townships leven de gezinnen vaak in één ruimte. De mensen hebben een uitzichtloos leven. Er is drank en drugs. Kleine kinderen zien hoe hun vader op een ruwe manier seks heeft met hun moeder. Het wordt ze voorgeleefd.” De verkrachtingsproblematiek raakt de hele bevolking in Zuid-Afrika, volgens Kouta. “Je ziet het evengoed bij witte als gekleurde mensen. Geweld is ingebakken in
Marlene Le Roux en Sharon Kouta zitten op dezelfde lijn. “Zuid-Afrika is een prachtig land, en een heel interessante samenleving”, zegt Le Roux. “Ik ben Zuid-Afrikaans, en daar ben ik trots op. Onze kracht is de diversiteit. Er leven tientallen culturen in dit land, de vraag is alleen hoe we naast elkaar moeten leven. Of zelfs met elkaar. Dat is het enige voordeel van de apartheid: wij zwarten waren verplicht ons in te leven in de witte cultuur. Wij weten hoe witten werken. ZuidAfrika is duizenden jaren onderdrukt, we zijn pas sinds twintig jaar echt vrij.” Streng tegen de verslaggever: “Ik vind het prima dat je een artikel hierover schrijft, de wereld moet weten waar we hiervoor vechten. Maar je hebt echt geen idee. Jullie daar in Europa snappen er niets van.” Ze weet een beetje waar ze het over heeft, want ze is op verschillende plekken in de wereld uitgenodigd vanwege prijzen en culturele projecten. Zoals op de Vrije Universiteit in Amsterdam.
daardoor minder kans hebben op carrière, is nieuw voor Le Roux. “De luxe van deeltijd werken kennen we niet in Zuid-Afrika.” ‘Niet deeltijd werken’ is historisch gezien voor veel mensen in ZuidAfrika een understatement. Zelfs Le Roux’ naam is daarvan een voorbeeld: “Waarschijnlijk had mijn familie een Franse eigenaar. Je kreeg als slaaf de naam van je baas. Maar eerlijk gezegd heb ik het niet uitgezocht. Ik leef in het nu, ik hoef niet te weten wat er vroeger allemaal mis was.” Marlene Le Roux is ondertussen een begrip in Kaapstad en Zuid-Afrika. Ze heeft Artscape nieuw leven ingeblazen. Het is een multicultureel theater op niveau, levendig en vernieuwend. Onderhandelingen voert ze met verve. Ze schiet in de lach als haar weer een overwinning in gedachten schiet: “Pas was er een tafel vol met witte, welgestelde vrouwen. Ze wilden hun excuses aanbieden voor wat er was gebeurd in het verleden. Ik zei: ‘Ik hoef jullie excuses niet, ik wil jullie geld.
MARLENE LE ROUX (1976) WON DIVERSE PRIJZEN 1998: Woman of the Yearprijs in de categorie Kunst 2001: Desmund Tutu Legendary Award 2002: Chevalier des Ordres et des Lettres, Frankrijk 2011: Burgermeestermedaille Cultuur 2012: Ordre National du merite, Frankrijk 2012: Deutsche Afrika Preis, Duitsland 2014: Mkodabaprijs van het departement Kunst en Cultuur, omdat ze theater toegankelijk heeft gemaakt voor iedereen 2014: Onderscheiding Vlaamse overheid voor het ontwikkelen van inheemse talen als Afrikaans en IsiXhosa 32
REPORTAGE BUITENLAND
Ik heb hier een x-aantal zwarte meisjes dat wil studeren, maar dat kunnen ze niet betalen. Dus dat gaan jullie nu doen. Het verleden laten we dan voor wat het is.’ En ze betaalden.” De grote grief van Le Roux, Kouta en andere voorvechtsters van gelijkheid, is de rol van de ZuidAfrikaanse overheid. Le Roux is woedend op de minister die en plein public een vrouw slaat en daarvoor niet wordt vervolgd. Ze wordt op het matje geroepen bij het bestuur, maar dat is ze inmiddels gewend. “Ik blijf mijn stem verheffen, totdat ze me verwijderen en ook dan stop ik niet.” Kouta maakt zich eveneens zorgen over de lakse rol van de overheid. “Er is geen nationaal strategisch plan om de verkrachtingen te bestrijden, het heeft gewoon geen prioriteit.” Van president Zuma moeten ze het al helemaal niet hebben, op het gebied van vrouwenrechten is hij een schertsfiguur. Hij wordt consequent afgebeeld met een douchekop die uit zijn hoofd groeit, vanwege een rechtszaak waarin hij beschuldigd werd van verkrachting. Hij had seks met een vrouw die hiv-positief was, maar
dat was volgens Zuma niet erg omdat hij zich daarna had gedoucht. Minister van Cultuur en Sport Anroux Marais loopt ook mee in de stoet. Zij is positiever over de rol van de overheid. Landelijk moet er nog veel gebeuren, maar in de regio West Kaap is de overheid wel actief, ziet ze. “We kunnen uit deze situatie breken, al is het moeilijk. Het is belangrijk om de wetgeving te handhaven, de weg naar de rechtbank makkelijker te maken voor slachtoffers. Op den duur zal dit landelijk overgenomen worden, het is een kwestie van tijd.” Ze staat ergens achteraf met de journalist te praten. Er klinkt gezang van de duizenden vrouwen die aan de mars meelopen. “Kijk naar deze vrouwen,” zegt ze, “ze zijn betrokken, samen zo sterk. Zij kunnen het verschil maken.” Meer verschil dan de overheid? “Het is een kwestie van opvoeding,” zegt Marais. “En niet alleen van de meisjes. Ook van de jongens.” Moe zit Marlene Le Roux boven op haar kamer, vijfde verdieping, hoog boven de duizenden vrouwen beneden. Ze heeft haar rode mantel uitgetrokken. “Het blijft een moeilijke dag,” verzucht ze, “de
overheid doet helemaal niets. Je hebt nog steeds pech als je met een vagina geboren wordt, hier in ZuidAfrika. Vroeg of laat word je misbruikt.” Ze blikt naar buiten. Er heerst een feeststemming onder de duizenden vrouwen. Toneelstukken worden opgevoerd, kunstwerken bekeken. Er is een modeshow die veel bekijks trekt. “Ik zie ook de kracht van ons vrouwen, samen. We moeten geduld hebben.” Het werk in Artscape gaat door. Iedere avond zijn er voorstellingen. Le Roux trekt internationale choreografen aan om onontdekt talent naar boven te halen. Er wordt gedanst op hoog niveau. Dit keer is het gezelschap op één blond meisje na helemaal zwart. Le Roux klapt en juicht, gaat staan. De artiesten willen haar op het podium. Met haar manke been hobbelt ze op hakken naar voren, aait de kleine dansers over hun hoofd en geeft de grote dansers een hand. Ze zegt hoe goed ze waren, en dat ze moeten geloven in zichzelf. De dansers en danseressen, die een paar minuten geleden nog magisch boven de vloer zweefden, glimlachen verlegen. “Jullie zijn de toekomst!” zegt Marlene Le Roux, terwijl ze hen omhelst. O
OPZIJ I NR. 10 I 2017
33
VAKVROUW KRISTEL GROENENBOOM IN 104 WOORDEN WERKT zonder een vast schema. Een 9-tot-5-mentaliteit past niet meer bij een modern idee van ondernemen. VERDIENT genoeg om in een Porsche te rijden. BETAALT DAARVAN mijn eigen huis dat ik heb laten bouwen en daarnaast heb ik nog een lange lijst aan vakantiebestemmingen. Ik wil nog graag naar Japan, Noord-India
en Peru. MOEILIJK MOMENT IN CARRIÈRE is elk moment dat ik met mannelijke ego’s en vooroordelen te maken krijg. PRESTATIE is het moment dat ik voelde dat het bedrijf echt door mij werd gerund en ik geen advies meer van mijn vader nodig had. DROOM is een zakenwereld met meer gelijkheid en diversiteit.
KRISTEL GROENENBOOM DIRECTEUR CONTAINER SERVICE C. GROENENBOOM
34
VAKVROUW
DOOR NICO HOFSTRA BEELD CORBINO
Kristel Groenenboom (31) is directeur van Container Service C. Groenenboom, het bedrijf dat ze op 23-jarige leeftijd overnam van haar vader. Groenenboom is gespecialiseerd in productie en onderhoud van containers en rekent de land- en luchtmacht tot haar vaste klantenkring. Haar laatste project: een boek over de vooroordelen waar zij als vrouw in de technische sector dagelijks mee te maken heeft.
H
et is de geur van lasrook dat haar bij binnenkomst in de werkplaats een stoer gevoel geeft. Een geur uit haar jeugd, want als kind ging Kristel Groenenboom al mee naar het werk van haar vader. Hij nam het failliete containerbedrijf in 1986 – “mijn moeder was op dat moment van mij in verwachting” – over van een klant. Het gezin woonde vlak na haar geboorte in het huidige kantoor op het industrieterrein van het Brabantse Oosterhout. Kristel leerde lopen op de gang van de eerste verdieping. Na een paar jaar verhuisde het gezin naar Ridderkerk. Haar vader had daar zijn transportbedrijf (later overgenomen door zijn zoon) en haar moeder had een groothandel voor kappersspullen. Hoewel ze op jonge leeftijd eveneens klusjes deed in het bedrijf van haar moeder, bleek haar echte interesse uit te gaan naar het bedrijf van haar vader, dat gevestigd bleef in Oosterhout. “De werkplaats, de bouwmaterialen, het hele circus van bedrijvigheid, het paste bij me,” vertelt Groenenboom. “Mijn vader nam me mee naar opdrachtgevers en havenbedrijven en maakte me op die manier enthousiast voor het vak.” Omdat het gezin inmiddels privé verhuisd was naar het Belgische Schoten, koos Kristel voor een opleiding tot handelsingenieur aan de Universiteit Antwerpen. De studie – een combinatie van bedrijfskundige en ingenieur – was een bewuste keus, ze wist dat ze het bedrijf van haar vader wilde overnemen. “Om een bedrijf te leiden moet je zowel een handelsbalans als een bouwtekening kunnen lezen. De basis die de studie bood, bleek achteraf absoluut nodig om het bedrijf te runnen.” Tijdens de zomervakanties regelde haar vader baantjes bij concurrenten. “Zo mocht ik eens twee weken meevaren op een binnenvaartschip. Ik kreeg een lijstje mee van mijn vader met zaken waarvan hij vond dat ik ze moest leren. Ik ben nooit een dwarse puber geweest en vond dat soort baantjes juist leuk.” Kristel leerde onder andere lassen en bedacht tijdens haar opleiding een methode voor binnenhuisschilders om verf verwarmd aan te brengen. “Mijn vader had toen al een verfspuiterij die deze techniek gebruikte op OPZIJ I NR.10 I 2017
35
VAKVROUW
containers. Waarom zouden schilders deze techniek niet kunnen toepassen, vroeg ik mij af.” Thuis aan de keukentafel bedacht ze de Hot Painting Pot, een handzame pot die verf kan verwarmen, waarmee schilders een sneller drogende verf kunnen aanbrengen. “Op aanraden van mijn docent studeerde ik af op dit project. Uiteindelijk heb ik patent aangevraagd, maar helaas was een Chinese uitvinder me voor.” Na haar studie, Kristel is dan 23 jaar, nam ze het containerbedrijf in Oosterhout over van haar vader. Sindsdien geeft ze leiding aan ruim dertig medewerkers, gespecialiseerd in productie en onderhoud van containers. Naast de verfspuiterij heeft het bedrijf een straalloods en repareert en levert het containers aan de Nederlandse en Amerikaanse land- en luchtmacht, onder andere voor het vervoer van legervoertuigen. Daarnaast onderhoudt Kristel contact met klanten in onder meer IJsland, Noorwegen en Ierland. “We maken bijvoorbeeld lekbakken voor chemicaliën of ijzererts en doen maatwerk voor het vervoer van duikboten voor de marine.” Een ander bijzonder project was volgens Groenenboom het ontwerpen van een serie cellen voor gevangenissen in Zuid-Amerika. Het gebrek aan voldoende opvang werd daar opgelost door gebruik van containers. “We tekenden het interieur van de cellen uit op onze tekentafels en bouwden deze vervolgens in onze werkplaats. De containercellen werden ingezet voor zware criminelen, zoals Joran van de Sloot. Dit zijn de speciale klussen die het werk interessant maken.” Met name over haar leeftijd kreeg Groenenboom bij de overname de nodige kritiek te verduren. Haar vader was zeventig, volgens Kristel de hoogste tijd om het stokje door te geven. Onder het motto ‘jong geleerd is oud gedaan’, sprong ze in het diepe. “Achteraf gezien is dit goed geweest. Er zijn ook bedrijven die te lang wachten met een overname en daardoor failliet gaan. Mensen vonden me inderdaad te jong, maar op deze manier kon mijn vader me de eerste jaren bijstaan. Het was een zeer bewuste keus.” Ondanks dat was de overname moeilijk voor vader en dochter Groenenboom. “Je pakt toch zijn kind af,” zegt Kristel. “En natuurlijk was het voor hem moeilijk om de controle te verliezen. Als ik een besluit nam ging hij er tegenin, met een hoop gemopper tot gevolg. Nadat we elkaar soms de tent uitvochten legde hij zich bij mijn beslissing neer. Ik wilde immers geen kopie van mijn vader zijn.” Groenenboom had vanaf de eerste dag een stappenplan ter verbetering van het bedrijf in gedachten. Ze verbouwde het kantoor en renoveerde de kantine. “Ik ben een vrouw van actie,” zegt ze. “Die houding was zeker nodig in de periode van overname, rond de kredietcrisis, toen de bouwsector compleet op z’n gat lag. Het is een uitdaging om steeds opnieuw oplossingsgericht te denken over actuele problemen.” Als voorbeeld noemt Kristel de verhoging van de pensioenleeftijd. “Hoe zorgen we ervoor dat mensen met 36
beroepen als lasser en straler het vol kunnen houden tot hun 67ste? Op dit moment werken we samen met het initiatief ‘Jij blijft bij’, dat hulp en ondersteuning biedt om oudere werknemers gezond hun pensioen te laten halen.” In 2013 kocht ze een stuk bosgrond in Schoten en bouwde haar eigen huis in Amerikaanse Long Islandstijl. Tegenwoordig woont ze er met haar Belgische man en zijn dochtertje van negen. Haar ouders wonen in dezelfde straat. “Ik let er erg op dat ik in het weekend niet al te veel werk mee naar huis neem,” vertelt Groenenboom. “Maar als dat wel voorkomt hebben we in huis een bureau waar we allebei aan kunnen werken. Hij schrijft zijn offertes terwijl ik aan mijn boek werk.” Kristels echtgenoot is hovenier en verzorgt de aanleg en het onderhoud van tuinen. Niet voor niets heeft het stel een grote tuin met vijver. Ideaal voor de hond, die volgens Kristel graag baantjes trekt. “En sinds kort zijn we met een moestuin begonnen, echt enorm leuk, je eigen verbouwde groenten eten. Daarnaast reizen we veel. We zijn pas in Singapore geweest en we gaan graag naar zee met onze dochter.” Vanaf het moment dat ze leiding geeft aan het containerbedrijf krijgt Groenenboom te maken met vooroordelen. Ze schrijft het boek Mag ik meneer Kristel even spreken over haar ervaringen als vrouw in de technische sector. “Als enige vrouw in het bedrijf stuit ik op veel hindernissen,” vertelt Groenenboom. “Komt er een vertegenwoordiger binnen die jou aanziet voor de koffiejuffrouw en vraagt of ik de directeur kan halen.” Een ander voorbeeld: “Bij aanschaf van mijn Porsche richtte de verkoper zich meteen tot mijn man, alsof ik niet in een mooie auto kan rijden. Vervolgens tref je een man bij het pompstation die vraagt hoe ik aan die wagen kom. Van een rijke vent gekregen, reageer ik dan cynisch.” Haar conclusie: “Loop naar de hel als je een vrouw zo behandelt.” Volgens Groenenboom zijn het boek en haar columns in Management Team ontstaan uit boosheid. Haar werk heeft tot doel een aantal hardnekkige mythes te ontkrachten. Groenenboom stelt onder andere het vooroordeel rond een overname door de volgende generatie aan de kaak: “De tweede generatie zou het bedrijf in veel gevallen kapotmaken. Dat blijkt dus absoluut onwaar. Ik ben met een professor van Nyenrode Business University gaan praten. Uit onderzoek blijkt dat meer dan helft van de Nederlandse bedrijven familiebedrijven zijn. We hadden lang niet zoveel familiebedrijven gehad als de tweede generatie inderdaad de zaak om zeep zou helpen.” Daarnaast wil ze met haar boek het tekort aan vrouwen in de techniek aankaarten. “Vrouwelijke sollicitanten kom ik simpelweg niet tegen,” aldus Groenenboom.
VAKVROUW
Vorig jaar kreeg ze de kans om premier Rutte enkele vragen te stellen op het Jaarcongres van MKB-Nederland in Den Haag. “Ik vroeg: ‘Meneer, wat gaat u nu eens doen om meer vrouwen aan de top te krijgen?’ Hij vond dat niet de taak van de overheid.” Jammer, noemt Groenenboom het antwoord van de premier. “Want wie zou dit belangrijke onderwerp beter kunnen aankaarten dan hij?” Ondanks de vele kritieken weigert ze zich iets aan te trekken van commentaar. Ze blijft zichzelf, inclusief
Porsche, kledingstijl en kapsel. “Men denkt te veel vanuit een beperkte visie,” stelt Groenenboom. “Een vrouw die mooie kleding draagt zou zogezegd niet technisch onderlegd zijn. Mijn uiterlijk druist blijkbaar in tegen het beeld dat men heeft van een directeur van een technisch bedrijf. Moet ik mezelf veranderen om serieus genomen te worden? Dat zou te belachelijk voor woorden zijn. Mijn boodschap is om schijt te hebben aan wat een ander zegt. Ik laat het commentaar ver achter me en jaag vooral mijn dromen na.” O
‘Komt er een vertegenwoordiger binnen die jou aanziet voor de koffiejuffrouw en vraagt of ik de directeur kan halen’
37
LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT DOOR ALIES PEGTEL EN MARIANNE VERHOEVEN BEELD CORBINO
UNIVERSITEIT LEIDEN
CAREL STOLKER
Als het aan rector magnificus Carel Stolker (63) van de Universiteit Leiden ligt, wordt de disbalans tussen mannelijke en vrouwelijke hoogleraren zo snel mogelijk opgeheven. “Als je eerlijk naar de cijfers kijkt, is er geen enkele rechtvaardiging dat het zo langzaam gaat met vrouwen.” 38
LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT Langs de feministische meetlat neemt maandelijks een Nederlands bedrijf de emancipatoire maat. Dit aan de hand van een persoonlijk interview - met hun topvrouw of –man en afgezet tegen de benchmark. Met historische dank aan Cisca Dresselhuys.
O
nmiddellijk na binnenkomst in het bestuursgebouw van de Universiteit Leiden aan het Rapenburg in het centrum van de stad, voert rector Carel Stolker ons naar de bestuurskamer. Trots staat hij stil voor vier ingelijste portretfoto’s. Hier aan de muur hangen de Leidse hoogleraren Ineke Sluiter (Klassieke talen), Judi Mesman (Diversiteit in opvoeding en ontwikkeling), Naomi Ellemers (Sociale psychologie van de organisatie) en Eveline Crone (Neurocognitieve ontwikkelingspsychologie). Zij zijn alle vier gelauwerde wetenschappers die zich hebben verenigd onder de naam Athena’s Angels. Hun krachten hebben ze gebundeld om op te komen voor andere vrouwen in de wetenschap en te strijden voor gelijke kansen. Wie de vrouwenzaak na aan het hart ligt, weet hoogstwaarschijnlijk dat het met het percentage vrouwen aan de toppen van de Nederlandse universiteiten niet best is gesteld. Slechts 17 procent van de hoogleraren in Nederland is vrouw, - 750 op een totaal van 4500internationaal gezien ook een bedroevend aantal. De vier academische Angels hangen hier dan ook niet zomaar ter verfraaiing van de bestuurszaal; het is een statement dat ze aan de Leidse universiteit weldegelijk oog hebben voor vrouwen. Stolker nam anderhalf jaar geleden persoonlijk het besluit om de portretfoto’ s van de vier vrouwelijke professoren op een prominente plek op te hangen. Aan dit initiatief ging wel het een en ander vooraf. Geestdriftig vertelt hij dat zijn oud-collega, toenmalig vice-rector Simone Buitendijk, hem erop heeft moeten wijzen dat de hele universiteit behangen was met mannen. ‘Simone zei me een paar jaar geleden: “Carel overal waar je kijkt, hangen dode mannen aan de muur. Wat is dat voor raar beeld?” Het was mezelf nog nooit opgevallen. Mijn vader zei altijd: “Het laatste wat een vis in de gaten heeft, is dat hij in water zwemt.” Dat was hier dus ook het geval.’ Dat de universiteitsmuren waren bekleed met louter mannen, begreep hij ondertussen wel – ‘de wetenschapsgeschiedenis is voor een heel groot deel een mannengeschiedenis.’ Maar hij moest erkennen dat de tijden inmiddels veranderd zijn, en dat de beeldvorming achter liep. ‘Om het dominante mannelijke beeld te doorbreken, heb ik deze foto’s in de bestuurskamer laten ophangen. Dit is de plek waar alles over tafel gaat, hier wordt over benoemingen van hoogleraren gesproken. Dat vier vrouwen vanaf de muur meekijken, zorgt ervoor dat we juist daar vrouwen onmogelijk kunnen vergeten. Leuke bijkomstigheid is dat we met het bezoek van buiten, vastgoedontwikkelaars bijvoorbeeld, meteen een leuk onderwerp van gesprek hebben.’ OPZIJ I NR. 10 I 2017
39
LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT
Maar Stolker geeft grif toe dat de doelstelling van Athena’s Angels verre van ‘leuk’ is. Op hun website schrijven ze: ‘Veel mensen denken dat mannen en vrouwen tegenwoordig gelijke kansen hebben om succesvol te zijn in de wetenschap. Toch worden vrouwen in de praktijk vaak anders benaderd en behandeld dan mannen, en dit kan invloed hebben op hun wetenschappelijke loopbaan.’ Bij de opening van het academisch jaar van de Universiteit Leiden, begin september, werd het pijnlijk zichtbaar dat weinig vrouwen zijn doorgedrongen tot de hoogste regionen van de Academie. Op een foto van de openingsceremonie liep Stolker over het middenpad, louter omringd door witte mannen. De foto ging als een lopend vuurtje viral via sociale media. De placering bij de ceremonie was op z’n minst onhandig, want met 25 procent vrouwelijke hoogleraren doet Leiden het relatief nog niet eens slecht. Er waren dus wel vrouwen in de zaal, maar die waren op die foto nou net niet te zien. Stolkers oud-collega Simone Buitendijk had ongetwijfeld verzucht: ‘Carel wat is dit nu voor plaatje? Het ziet er niet uit: alleen maar blanke mannen op leeftijd.’ Stolker heeft er op Twitter excuus voor gemaakt. Voordat we hem aan de tand gaan voelen over de ongelijke kansen voor vrouwen in de wetenschap, gaat Stolker voor naar zijn eigen kamer. Ook hier heeft hij naast onder meer Willem van Oranje, bewust een schilderij van een vrouw gehangen; classica Sophia Antoniadis, zij werd in 1929 benoemd als de eerste vrouwelijke hoogleraar in Leiden. Al ver voordat hij in 2013 rector werd, bracht Stolker in deze ruimte veel tijd door als rechtenstudent. In dit pand was vroeger namelijk de Universiteitsbibliotheek gehuisvest. Hij vertelt dat hij op een paar honderd meter afstand werd geboren, hij verliet Leiden nooit. Inmiddels woont hij alleen met zijn echtgenote, een oncologieverpleegkundige. Zijn drie volwassen dochters zijn min of meer de deur uit. Tijdens zijn studie-uren in de UB had hij in zijn stoutste dromen niet kunnen bevroeden dat hij ooit zou uitgroeien tot de hoogste baas van de universiteit. ‘Op de middelbare school was ik een extreem slechte leerling, ik ben twee keer blijven zitten.’ Het vertrouwen van zijn vader, een psycholoog, sleepte hem door zijn schooltijd. Na zijn eindexamen moest hij meteen in dienst, waarna hij begon met een rechtenstudie. Hij werd lid van Augustinus. ‘Met Minerva had ik niets.’ Als rector raadt hij het iedere student aan om ondanks tempobeurs en studiedruk net als hijzelf lid te worden van een vereniging, al is het maar een studievereniging. ‘De universiteit houdt zich voornamelijk bezig met kennisoverdracht, met cognitieve ontwikkeling van de studenten. Maar je sociale ontwikkeling is ook heel belangrijk; hoe ga je met elkaar om, hoe kan je geschillen beslechten, hoe organiseer je dingen; dat leer je allemaal bij een studentenvereniging.’ 40
Na zijn afstuderen koos Stolker ervoor om aan de universiteit te blijven, hij vond de wetenschap en het onderwijs boeiend. Er volgde een promotie, hij werd hoogleraar privaatrecht en vervolgens decaan van de juridische faculteit. Vier jaar geleden werd hij rector én voorzitter van het college van bestuur - in Leiden een dubbelfunctie. Tijd voor onderzoek of om onderwijs te geven, heeft hij niet meer. Wel is hij lid van twee redacties die het Nederlands Burgerlijk Wetboek van commentaar voorzien, dat neemt niemand hem af. Stolker, een aimabele, enthousiaste prater, stapt pardoes naar de boekenkast en haalt drie gloednieuwe vuistdikke exemplaren tevoorschijn. ‘Het nieuwe commentaar is net uit. Kijk, hieraan werk ik in de avonduren en de weekends. Ik zat laatst te schrijven aan een stuk over de verjaring van de rechtsvordering, - jaja, hoe saai kan het wezen – en toen ik op mijn horloge keek was het ineens 3.30 uur ’s nachts! Ik dacht: dit is een signaal dat ik mijn vak nog harstikke leuk vind. Als ik over mijn universitaire bestuursstukken zit gebogen, gebeurt het me nooit dat ik om 3.30 uur opschrik.’ U hield uw oratie in 1996 over de opkomende claimcultuur; destijds een novum in Nederland. Tegenwoordig stappen ook Nederlanders sneller naar de rechter als ze iets niet zint, ouders klagen geregeld basisscholen aan. Heeft de Universiteit Leiden ook last van de oprukkende claimcultuur? “Gelukkig niet, ik vind dat je bij geschillen zoveel mogelijk moet voorkómen dat de rechter wordt ingeschakeld. We hebben als samenleving wel te maken met een toenemende juridisering, maar het blijft bij ons vooralsnog beperkt tot arbeidsgeschillen. We hebben nu een zaak lopen van een wetenschapper die vindt dat hij ten onrechte niet is benoemd tot hoogleraar, maar dat is een uitzondering. En we hadden recent natuurlijk de kwestie op het instituut van Pedagogische Wetenschappen waar medewerkers klaagden over een angstcultuur. Rekent u het zichzelf aan dat de werksfeer bij pedagogiek onder leiding van de internationaal gerenommeerde hoogleraar Marinus van IJzendoorn jarenlang totaal verziekt bleek te zijn? ”Natuurlijk kijken we ook kritisch naar onszelf. We zijn er heel laat achter gekomen, dat is overigens ook een kenmerk van een angstcultuur. Daarvan komt vaak weinig naar buiten.” Wat verwijt u zichzelf? “Ik vind dat we er heel laat zijn achter gekomen dat het daar mis was. Hoe lang voelden mensen zich onveilig, hoe komt het dat wij dat niet hebben gezien? We hebben vertrouwenspersonen, een personeelscommissie, functioneringsgesprekken, faculteitsraden; allemaal instrumenten om juist dit te voorkomen. Hoe kan het desondanks zijn misgegaan, dat is de vraag die wij moeten
LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT
beantwoorden. Zelf probeer ik heel benaderbaar te zijn. Ik ga als het even kan naar elke oratie en receptie. Ik hoop dat mensen mij in vertrouwen durven nemen en het mij vertellen als het ergens op de universiteit niet goed loopt.” Is dat geen ijdele hoop? Een angstsfeer is heel moeilijk hard te maken. Net zoals er vaak geen harde factoren aan te wijzen zijn waarom vrouwen het zelden tot hoogleraar schoppen. Je kunt als individu de cultuur toch maar mondjesmaat beïnvloeden? Ook al bent u rector magnificus, u bent niet de direct leidinggevende van wie vele onderzoekers afhankelijk zijn. “Je moet altijd je optimisme bewaren. Met de doorstroom van vrouwen naar hoogleraarschappen is het echt een kwestie van volhouden. Dat vind ik ook zo leuk aan het Athena-netwerk, dat zijn optimistische types.” Maar de Athena’s zijn er niet voor niets. Zestig procent van de Leidse studenten is vrouw, en slechts 25 procent van de hoogleraren. Hoe verklaart u het bestaan van het glazen plafond in de wetenschap? “De vijver waaruit je kan vissen, is niet zo groot als de studentenaantallen doen vermoeden. De grote golf van studentes is recenter, en we hebben het bovendien over hoogleraren, dat is de top van de ladder. Je moet een
rechtvaardiging dat het zo langzaam gaat. Waar diversiteitsonderzoekers op wijzen is dat er nog vaak een impliciete bias is, die nadelig uitpakt jegens vrouwen. Echt harde discriminatie ken ik gelukkig niet aan de universiteit. Hoewel ik vermoed dat dat misschien nog weleens voorkomt.” U weet vast meer dan u vermoedt? “Ter voorbereiding op dit gesprek heb ik gemaild met Naomi Ellemers (sociaal- en organisatiepsycholoog en hoogleraar in Utrecht – red.), zij heeft veel onderzoek gedaan op dit terrein. Ik vroeg haar: ‘Wat zie jij als de belangrijkste genderbias?’ Zij vertelde dat veel vrouwen tegen de drempel aanlopen van de voorzichtige twijfel. Vrouwelijke wetenschappers krijgen vaak te horen dat ze heel goed zijn, en als ze dat niveau nog een paar jaar volhouden, dan komen ze de volgende keer zeker in aanmerking voor een hoogleraarspost, maar nu nog even niet. Naomi noemt dit het proof-it-again-fenomeen. Van mannen nemen we kennelijk eerder aan dat ze het waard zijn om hoogleraar te worden, vrouwen moeten zich langduriger bewijzen.” Speelt de combinatie werk-privé nog een rol in de gebrekkige doorstroming? “Je zou denken dat het vrouwen in hun carrière in de weg zit dat ze vaker parttime willen werken omdat zij meer dan mannen voor de kinderen zorgen. Maar dit blijkt
‘Je moet altijd je optimisme bewaren. Met de doorstroom van vrouwen naar hoogleraarschappen is het echt een kwestie van volhouden. Dat vind ik ook zo leuk aan het Athena-netwerk, dat zijn optimistische types’
Hoeveel van de Leidse promovendi is vrouw? Bijna de helft, 49 procent van de gepromoveerden vorig jaar.
niet het geval: vrouwelijke hoogleraren werken evenveel parttime als mannelijke collega’s. Op de leeftijd dat een hoogleraarspost in zicht komt, zijn mensen vaak ook al uit de kleine kinderen. Nee, dan acht ik dat proof-it again-fenomeen waarschijnlijker. Naomi Ellemers heeft ook aangetoond dat vrouwen die een onderzoeksubsidie aanvragen bij NWO of in Brussel, minder vaak succes hebben met hun aanvraag dan mannen. Wellicht om diezelfde reden: vrouwen moeten zich dubbel bewijzen.”
Een zeer substantieel deel. Dus nogmaals de vraag: wat houdt de natuurlijke doorstroming van vrouwen naar de hogere regionen tegen? Er is ook maar een kwart van de universitaire hoofddocenten in Nederland vrouw. “Als je eerlijk naar de cijfers kijkt, er is geen enkele
Dit klinkt als een hardnekkig probleem. Waarom bent u toch optimistisch dat het beter zal gaan? “Er is wel beweging in te krijgen, maar je moet er moeite voor doen en doorzetten. Toen ik decaan was van de juridische faculteit, pakweg tien jaar geleden, vond ik het bizar dat er onder de tachtig rechtenhoogleraren slechts
behoorlijk trackrecord hebben opgebouwd voordat je voor een hoogleraarspost in aanmerking komt. Je moet publicaties op je naam hebben, buitenlandervaring, promovendi hebben begeleid, er gaan jaren overheen voordat je zover bent.”
OPZIJ I NR. 10 I 2017
41
LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT
LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT
vier vrouwen waren. Ik vond dat daar verandering in moest komen.” Was dat al in de tijd dat zo’n zestig procent van de rechtenstudenten vrouw was? “Ik weet niet of het al zestig procent was, maar minstens de helft was vrouw. Je zag aan de rechtelijke macht dat er steeds meer vrouwen kwamen. Mijn oudste dochter is advocaat. In de advocatuur zag je het aantal vrouwen toenemen, en al helemaal in de rechterlijke macht, maar wij als universiteit bleven sterk achter. Ik heb toen aan de directeuren van de vijf juridische instituten gevraagd om een lijstje van talentvolle vrouwen te maken van wie zij het sterke idee hadden dat ze binnen een paar jaar hoogleraar zouden worden, zo niet in Leiden dan wel ergens anders.” Hoe kwam u tot dit initiatief? Is het misschien omdat u een dochter heeft? “Ik heb er zelfs drie, een dochter heeft de musicalschool gedaan, de andere is intercedente en de al eerder genoemde advocaat. Maar nee, feminisme is in ons gezin, nooit een issue geweest. Emancipatie sprak in mijn vrouwengezin misschien volkomen vanzelf. Mijn verzoek om een lijstje met vrouwen leidde bij een enkeling tot protest: ‘Dit is in strijd met de gelijke behandeling’.” U stuitte op dezelfde weerstand van conservatieve mannen waar vrouwen ook vaak tegenaan lopen. “Voor je het weet, kom je in een een weinig productieve discussie terecht, en ik had haast, en toen heb ik gezegd: ‘dat bezwaar kan me niet schelen, ik wil namen van vrouwen hebben’.” U moest het machtwoord spreken? “Ik heb vijf lijstjes gekregen, vervolgens hebben tien vrouwen de hoogleraarsprocedure doorlopen en die zijn
uiteindelijk benoemd. We hebben wel extra leerstoelen moeten creëren, omdat ze anders hadden moeten wachten totdat een hoogleraar met emeritaat zou gaan of zou overlijden. Er gaat maar zelden een hoogleraar weg.” Het ging niet vanzelf. “Zeker niet, we hebben het moeten agenderen en pushen. En je moet ook niet verwachten dat als je eenmaal een aantal vrouwelijke hoogleraren hebt, andere vrouwen vanzelf doorstromen. Vrouwen zijn bij benoemingen even gevoelig voor dat ‘proof it again’-argument als hun mannelijke collega’s. Maar bij mijn vertrek als decaan waren we uiteindelijk in vijf jaar van vier naar zeventien vrouwelijke hoogleraren gegroeid, dus het kan wel. Eigenlijk zou je een tijdlang geen mannen meer moeten benoemen.” Horen we u nu zeggen dat Leiden even geen mannelijke hoogleraren gaat aanstellen? “Nee, maar dat zou wel helpen. Dan heb je het eigenlijk over quota, maar één van de redenen om die niet in te voeren, is dat vrouwen zelf beslist geen bijzondere positie willen. Ze willen op eigen kracht hoogleraar worden. En terecht! Wij hebben om die reden ook geen Westerdijkhoogleraren, want dat willen ze bij ons niet. Wij hebben er een Westerdijk-grant van gemaakt. We hebben gezegd: je krijgt 50 duizend euro, je mag het besteden aan onderzoek of onderwijs.” Het leek zo’n aardig plan van Jet Bussemaker om een eeuw nadat de eerste vrouwelijke hoogleraar Johanna Westerdijk, haar oratie hield, vijf miljoen euro uit te trekken om honderd extra vrouwelijke hoogleraren aan te stellen voor eind 2017? “We hebben als universiteitsbestuurders wel even een hobbeltje moeten nemen: waar bemoeit Jet Bussemaker zich mee, want het was feitelijk ons eigen
CAREL STOLKER NAAM Carel Stolker GEBOREN Leiden, 23 juni 1954 OPLEIDING Rechten LOOPBAAN Wetenschappelijk medewerker, proefschrift over medische fouten een aansprakelijkheid, docentschap aan de University of California, decaan Rechtenfaculteit, Rector Magnificus Universiteit Leiden. OPMERKELIJK Als jongetje had ik een koude start: heel veel belangstellingen, speels, dromerig misschien, en ik deed lang over middelbare school. Aan alle ouders wil ik zeggen: geloof in je kind, maar kijk goed wat het aankan. En laat het rustig een of twee keer zitten blijven. Het komt namelijk goed. BOEK OP HET NACHTKASTJE Gedichten van Wislawa Szymborska, en deze zomer: David Mitchells De niet verhoorde gebeden van Jacob de Zoet. Briljant. VOOR HET LAATST GELACHEN Gisteren. Koningin Máxima
kwam op 14 september onze nieuwe universitaire Aziëbibliotheek openen, een fantastische verdieping bovenop onze universiteitsbibliotheek. Mijn geliefde universitaire vastgoedmedewerkers, voor wie dit een relatief klein klusje was, zijn kennelijk niet zo van de boeken en vroegen me: “Carel, kun je ons nou uitleggen waarom de koningin een dakopbouw komt openen?”. Geweldig, zeker na zo’n spannende dag! LIEVELINGSFILM Ik heb veel en veel te weinig concentratie voor een hele film. Dat komt wel weer. HOBBIES Cultuur in alle domeinen van het menselijk kunnen, en daar weer van: muziek en beeldhouwkunst. En verder: de racefiets, en voor na mijn emeritaat over bijna vier jaar: mijn oude spoortreintjes. Carel Stolker is getrouwd met Anneke van Delft. Ze hebben drie dochters van 27, 25 en 23 jaar: Sophie, Esther en Mirjam. OPZIJ I NR. 10 I 2017
43
LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT
geld, Bussemaker heeft het eenvoudig herverdeeld. Het is ook de vraag of vrouwen met specifiek vrouwenbeleid geholpen zijn. Daar zijn de meningen onder vrouwen zelf ook over verdeeld. Maar in Leiden hebben we al snel gezegd: we krijgen tien Westerdijk-hoogleraren, laten we dat aantal verdubbelen.” Waarom? “Wij vinden zelf dat het ook niet hard genoeg gaat. We redeneren: nu we toch bezig zijn met het scouten van vrouwelijk talent, laten we het dan meteen goed doen. We zijn ook internationaal op zoek naar vrouwelijke wetenschappers die zich kwalificeren voor een hoogleraarsprocedure. En die procedure moet iedereen echt door. Het is dus zeker niet iets van: hier heb je een baret, je bent nu hoogleraar. De eisen zijn even streng.” En als een vrouw dan eenmaal hoogleraar is, dient het volgende probleem zich aan: de ongelijke beloning. Onlangs werd bekend dat vrouwelijke hoogleraren gemiddeld achthonderd euro per maand minder verdienen dan mannelijke hoogleraren. “Er zijn twee categorieën hoogleraar: I en II. Vrouwen zijn nog vaker hoogleraar II, die verdienen minder. Pas na verloop van tijd kom je in aanmerking voor categorie I, en de golf van vrouwelijke hoogleraren zit er nog niet lang. Maar eerlijk gezegd speelt het ook een rol dat mannen makkelijker naar een decaan lopen en zeggen: ‘Ik wil hoogleraar I worden.’ Vrouwen zijn wellicht eerder geneigd om af te wachten tot het ze wordt aangeboden. Maar ook hier wordt het gat langzaamaan kleiner.” Dat zien we ook in andere organisaties, dat vrouwen minder goed voor zichzelf opkomen. Ze hebben vaak minder bluf en branie. “Het is misschien ook een gebrek aan repertoire, vrouwen krijgen soms iets kattigs in de onderhandeling…” …iets kattigs? “Nou ja, ik druk me wat ongelukkig uit. Maar als je zegt: ‘Carel, luister, je weet hoe goed ik ben, ik ben hier al een hele tijd hoogleraar, wordt het zo langzamerhand niet eens tijd dat ik hoogleraar I word’, dan zet dat een andere toon dan als je meteen de genderkaart speelt. Je kunt dat onderhandelen leren, daarvoor zijn groepjes en coachingstrajecten.” Waarom hebben vrouwen meer moeite met onderhandelen? “Ik weet het niet precies, maar recent hebben wij een overzicht gemaakt van al onze hoogleraren I en II. We hebben hun kwalificaties precies in kaart gebracht, welke prijzen ze hebben gewonnen, studententaantallen, noem maar op. In de functioneringsgesprekken gaan we nu zelf aangeven wanneer iemand kwalificeert voor hoogleraar I. En zoals gezegd, dat helpt echt.” 44
Jullie gaan proberen de ongelijke beloning recht te trekken? “Ja, en dat hebben we al behoorlijk gedaan. En dan is er nog iets: terwijl we deze personeels-analyse maakten, kwamen we er ook achter dat in de ‘lagere’ functies vrouwen vaker een tijdelijk contract hebben dan mannen. Daar is geen verklaring voor. Bijna veertig procent van onze medewerkers heeft een tijdelijk contract, daar ben ik van geschrokken.” De tijdelijke contracten zullen ook niet bijdragen aan een goede werksfeer? “We hebben het nu voornamelijk over de scheve manvrouw verhouding, maar er zijn meer dingen die niet goed gaan. De hoge werkdruk op de Nederlandse universiteiten is een enorm issue. In mijn tijd was het toch wat relaxter. Je gaf eerst een paar jaar les en op een gegeven moment zei een hoogleraar dan: ‘Zou jij niet eens een proefschrift gaan schrijven.’ Nu worden aio’s op hun 23ste al meteen zwaar geselecteerd. Bovendien hoefde je destijds niet je eigen onderzoeksgeld te verwerven, dat kreeg je van de universiteit. Tegenwoordig werkt een heel contigent aan mensen in tijdelijke banen, ‘wegwerponderzoekers’ worden ze soms treurig genoeg genoemd. Er is dan ook meer talent dan geld, dat is het grote probleem. Als je dan ziet dat alle ogen gericht zijn op de universiteiten om het energievraagstuk op te lossen of het milieuprobleem, of het vraagstuk van afnemende sociale cohesie, dan vraag je je werkelijk af waarom we niet meer geld in wetenschap investeren.” O
LANGS DE FEMINISTISCHE MEETLAT EINDSCORE 10
DE UNIVERSITEIT LEIDEN Het College van Bestuur van de Universiteit Leiden heeft 3 leden, waarvan 1 vrouw. De Raad van Toezicht kent 5 leden, waarvan 3 vrouwen. Er zijn 7 faculteiten, waarvan er 3 een vrouwelijke decaan hebben. Vorig jaar waren er 417 promoties, waarvan 47% door een vrouw is voltooid. Van de studenten is 60% vrouw. Universiteit Leiden heeft 333 hoogleren, waaronder 81 vrouwen. Dus slechts 24% vrouwelijke hoogleraren.
% vrouwelijke hoogleraren ultimo 2016 per faculteit: totaal 24% (doelstelling/bestuursafspraak is 27% in 2019) FACULTEIT
% VROUW
FTE VROUW
FTE TOTAAL
Archeologie
17,7%
2
11
Geesteswetenschappen
35,9%
24
66
Governance and Global Affairs
34,5%
2
6
Geneeskunde
22,4%
19
85
Rechtsgeleerdheid
27%
14
50
Sociale Wetenschappen
28,8%
9
31
Wiskunde en Natuurwetenschappen
12%
9
76
Totaal
24,1%
79
327
Overige eenheden
33,3%
2
6
LEI TOTAAL (inclusief LUMC)
24,2%
81
333
9
8
7
1/
2
6
5
4
% vrouw voor overige categorieën: Personeel in dienst ultimo 2016 incl. LUMC FACULTEIT
% VROUW
FTE VROUW
FTE TOTAAL
Hoogleraar
24,2%
81
333
UHD
32,9%
60
182
UD
45,5%
294
647
Docent
59,8%
182
305
Onderzoeker
55,8%
632
1134
Promovendus
51,4%
541
1053
Totaal
49%
1791
3655
3
2
1 OPZIJ I NR. 10 I 2017
45
PORTRET BUITENLAND
WATSKE En weer kijkt Hillary Clinton (69) terug in een lijvig boekwerk. Ditmaal in ruim vierhonderd pagina’s op de verloren en heftig verlopen verkiezingsstrijd met Donald Trump: What Happened. Eerlijker en kwetsbaarder dan we haar kennen. Een vrouw met meer gezichten dan wie dan ook. Misschien had ze wel gewonnen als kiezers deze losse en bij vlagen zelfs grappige Hillary Clinton eerder hadden kunnen zien.
T
oen ik Hillary Clinton drie jaar geleden interviewde, zat ze, verrassend slank, te midden van een leger aan control freaks. Het waren niet alleen de secret service agenten die in hun oortjes fluisterden, maar ook het rigide PR-beleid en de vaas met rozen die tot in detail was uitgekozen om de kleur roze van haar jas te matchen. Haar lach leek meer een grijns, haar antwoorden, elkaar snel opvolgend in perfecte zinnen, sloten volmaakt aan op haar politieke programma. Het boek dat we bespraken, Hard Choices, zeshonderd pagina’s over haar tijd als minister van Buitenlandse Zaken, is een verzameling complexe ideeën over buitenlandpolitiek en liberaal vermogen. Haar eigen mening komt maar weinig naar voren. Haar
46
DOOR JANICE TURNER THE TIMES/THE INTERVIEW PEOPLE
BURT?! presidentiële kandidaatschap was nog niet bekendgemaakt, maar de toon voor haar campagne van 2016 was gezet: absolute zelfbeheersing en discipline. In What Happened, haar kant van het verhaal over de campagne en de nasleep, laat ze ons dichterbij komen dan ooit tevoren: er is een glimp van de Hillary buiten kantooruren, haar uniform-achtige kleding in de kast, schoenen uit en met een glas Chardonnay in haar handen, vertellend hoe het was om als eerste vrouw ooit een serieuze kandidaat voor het presidentschap te zijn. Dat het ongelooflijk zwaar was, dat het pijn deed. Dat de harde, breekbare en ondoordringbare Hillary niet haar ware zelf was, maar een noodzakelijk karakter. In tegenstelling tot Donald Trump, die grapte dat hij zelfs met een moordpartij op Fifth Avenue zijn kiezers nog zou behouden, was Hillary zo kwetsbaar dat elk verkeerd woord tot een lynchpartij leek te leiden. Hier is nu eindelijk de vrouw waarvan haar beste vrienden zeiden dat ze bestond, maar die ze nooit eerder heeft getoond. Het tegenstrijdige is dat als de Amerikaanse kiezers deze losse, boze, grappige, maar ook vriendelijke vrouw eerder hadden leren kennen, ze nu misschien wel president was geweest. Clinton berekent dat ze zeshonderd troosteloze campagne-uren, dat zijn 25 volle dagen, bij de kapper, de styliste en de make-up zat. Mannelijke kandidaten kunnen zo uit de douche zich vertonen, maar “Als ik me zonder mascara in het openbaar vertoon, is het groot nieuws.” Haar standaard broekpak is een ‘afleidend uniform’ die ook haar ‘stevige benen zonder enkels’ verbergen, iets waarvoor ze veel is gepest op school. Ze had een wit suffragette-pak klaarliggen voor haar overwinningsspeech, een grijs-paars pak voor haar aankomst in Washington als president-elect. We lezen dat ze elke morgen om zes uur opstaat, terwijl Bill, een nachtdier, nog ligt te slapen. Ze begint met het lezen van een stuk van haar favoriete geestelijke, terwijl ze roereieren met groenten eet; ze heeft een mini workout voor als ze in hotelkamers slaapt; ze heeft de afgelopen 25 jaar amper achter het stuur gezeten, maar ze haat het als haar stoet van politieauto’s en limousines het gewone verkeer belemmert; met haar staf heeft ze het OPZIJ I NR. 10 I 2017
47
PORTRET BUITENLAND
graag en veel over eten; journalisten rollen sinaasappels met daarop vragen geschreven door het vliegtuig naar haar stoel; Poetin deed aan manspreading “alsof hij zijn badjas nog aan had” en ze zette zich schrap voor de inauguratie van Trump, door zich in te beelden dat ze op Bali zat. “Wie ben je nou eigenlijk echt?” is een vraag die ze keer op keer gesteld kreeg. Ietwat geïrriteerd antwoordt ze in dit boek: “Ik durf te wedden dat jullie meer van mijn privéleven af weten dan van sommige van je beste vrienden. Jullie hebben nota bene zelfs mijn emails
vonden dan The Donald. Ze beperkt zich tot een wrange alinea over de jonge vrouwen die na haar toekwamen en zeiden dat ze niet hadden gestemd en vervolgens om vergeving vroegen: “Jullie hebben afstand gedaan van je verantwoordelijkheid als burger, op het slechtst mogelijke tijdstip en nu willen jullie dat ik jullie beter laat voelen.” Uit haar boek blijkt dat de meeste pijn zit in de afkeuring van haar als presidentskandidaat door de jonge radicale democraten. Ze haalt een vergadering aan met Black Lives Matter-activisten, waar ze graag afspraken wilde maken
‘Ik durf te wedden dat jullie meer van mijn privéleven af weten dan van sommige van je beste vrienden. Jullie hebben nota bene zelfs mijn emails allemaal kunnen lezen!’ allemaal kunnen lezen! Wat moet ik nog meer doen, vraagt ze, om ‘nog echter’ te zijn? Op tafel dansen, huilen?” Overigens zijn dit allemaal dingen waarvoor ze door de media belachelijk zou zijn gemaakt. Na het lezen van What Happened zullen haar politieke ideeën misschien nog steeds niet aanspreken en staan we nog steeds versteld van haar tomeloze energie, maar we vergeten nooit meer dat ze toch ook een echt mens is. De hashtag #HillaryBlameGame, vrij vertaald ‘het grote beschuldigen door Hillary’, is een trending topic op Twitter. Haar harde verwijten aan het adres van Bernie Sanders, aan James Comey, de voormalige CIA directeur, voor het heropenen van het onderzoek naar haar emails elf dagen voor het openen van de polls, de inbreuk van Rusland in de Amerikaanse democratie en, natuurlijk, haar verwijten richting President Trump, werden niet goed ontvangen. Maar ze is openhartig over haar eigen tekortkomingen. Op de avond van de verkiezingen, nadat ze haar rivaal had gebeld om zijn overwinning toe te geven en hem te feliciteren, terwijl ze haar huilende staf een schouder bood om op uit te huilen, zonder zichzelf ook maar een traan toe te staan, was ze eindelijk alleen met Bill. “We lagen op bed en staarden naar het plafond, ik gaf mezelf de schuld. Mijn grootste angst over mijn tekortkomingen als presidentskandidaat was uitgekomen.” Heeft een verliezende kandidaat voor het presidentschap ooit zo’n publieke mea culpa gedaan? De verleiding om I told you so te roepen moet enorm groot zijn. Al helemaal voor de jonge vrouwelijke Democraten die de rechten omtrent zwangerschap zien afnemen, of de vrienden van Bernie Sanders, die Hillary een vijand van Wall Street noemden en haar nog erger 48
om racisme en geweld door de politie tegen te gaan. Het enige waar het over ging, was het feit dat ze getrouwd is met een man die in 1994 een controversieel wetsvoorstel over gevangenen tekende. “Jij, Hillary Clinton, bent op een belangrijke manier ook verantwoordelijk geweest voor deze beslissing.” Ze veroordeelt linkse Amerikanen nergens om het feit dat zij de voorkeur geven aan ideologische zuiverheid boven het ondernemen van echte actie, eerder discussiërend over bijvoeglijke naamwoorden dan het hervormen van de gezondheidszorg of de hervorming van het kiesstelsel. Maar ze schrijft: “Ik heb nooit veel respect op kunnen brengen voor activisten die de verkiezingen wilden uitzitten, hun stemmen verspillen, die liever goed bedoelende partijen de weg versperren dan constructief de dialoog aan gaan.” En er druipt minachting af in haar commentaar op Jill Stein, de presidentskandidaat van de Green Party, wiens stemmen haar de verkiezingen hebben gekost, en actrice Susan Sarandon, die dacht dat Trump ‘de revolutie zou versnellen.’ Veel criticasters van Clinton, vooral Sanders aanhangers, willen niet horen dat vrouwenhaat haar de verkiezingen hebben gekost. Maar zelfs Clinton, die in 2008 al het nodige naar haar hoofd geslingerd kreeg, was geschokt door de nieuwe woede: de T-shirts waarop haar onthoofde lichaam te zien was met teksten als ‘oneerlijk’ en ‘schuldig, schuldig!’. Waar ze acht jaar eerder bespot werd als dubieuze First Lady, was ze nu het ‘kwaad’ in eigen persoon. Een kwart van de Amerikanen wordt nog steeds onwel bij
PORTRET BUITENLAND
de gedachte aan een vrouwelijke president. Hillary denkt dat vrouwen het beter zouden doen in een systeem van een minister-president, die door collega’s wordt gekozen. Verkiezingscampagnes voor het presidentschap vereisen ‘mannelijke’ talenten zoals het fysiek domineren van een debat, de fysieke belasting van het reizen en campagnevoeren en het ondertussen ook ophalen van miljarden voor de partijkas. “Ik ben niet de meest natuurlijke politicus,” zo bekent ze, eraan toevoegend dat ze wel altijd goed gewaardeerd wordt als ze een baan heeft, maar haar populariteit daalt als ze in de race is voor een baan. Het is haast ironisch dat ze als campagneslogan Stronger Together koos, er geen rekening mee houdend dat de kiezers niet wilden samenwerken, maar liever samen boos waren. Hillary werd gek van Bernie Sanders “zeurend over miljonairs en miljardairs” vanwege zijn verheven plannen, waarvan ze vervolgens, “als een spelbrekende schooljuf,” moest uitleggen dat hij die niet waar kon maken. Hier zien we een rationalist in een tijd van onredelijkheid; iemand die gek is van details, vechtend tegen klappen van links en rechts, een intellectuele politica, die zwetend oplossingen voordroeg, terwijl kiezers even wilden luchten. “Ik was bezig aan een traditionele presidentscampagne, met goed doordachte en voorzichtige ideeën en goede coalities,” schrijft ze, “terwijl Trump een reality-tv show had, die inspeelde op de boosheid die onder Amerikanen leefde. Ze wilden een kandidaat die net zo boos was als zij.” Dit is natuurlijk een excuus waarmee ze zichzelf rechtvaardigt. Daarnaast is Clinton blind voor veel dingen, zoals het toebedelen van een belangrijke rol aan haar dochter Chelsea, terwijl kiezers al huiverig waren voor de Clinton-dynastie. Maar om dit in perspectief te zetten: het lijkt een kleinigheid nu Ivanka Trump gewoon bij de G20-top zit. Clinton toont de meedogenloosheid van een advocaat als het gaat om het pareren van de kritiek dat ze niet genoeg bezoeken heeft gebracht aan de Rust Belt States, of dat ze niet genoeg economische steun aan de kolenmijnen geboden heeft. “Niemand wilde iets weten van regionale ontwikkeling of herontwikkeling,” zegt ze, “ze wilden hun glorieuze verleden terug To Make America Great Again.”
zoals toen er werd gezegd dat haar charity voor de bruiloft van haar dochter Chelsea had betaald, voelde ze zich net een CIA agent zoals Carrie Mathieson in Homeland, die wanhopig “grip probeert te krijgen op een sinistere samenzwering.” Clinton is de laatste van haar soort: een politicus die de kracht van het internet danig heeft onderschat. Het was een Amerikaanse presidentsverkiezing die op geen enkele manier leek op welke voorgaande ook en ze won, ze wordt er nooit moe van om dat te benadrukken, met een verschil van drie miljoen als het gaat om absolute stemmen. Nu ze naar eigen zeggen volledig hersteld is mede dankzij yoga, klaar is met het opruimen van haar kasten en ze ziet de man die haar verslagen heeft, concludeert ze: “Soms vraag ik me af wat er van hem overblijft als je de uren die hij besteedt aan golf, televisie en Twitter bij elkaar optelt.” Toch vinden velen dat ze niet eens het recht heeft om haar eigen leven weer op te pakken. Een Amerikaans weekblad schreef: “Hey, Hillary Clinton, shut the f*** up and go away already.” Ze zegt dat er “een waanzinnige vraag is om haar alle schuld op zich te laten nemen voor het verliezen van de verkiezingen” en dat ze op moet houden met het bespreken van Comey, Rusland, nep nieuws en seksisme. Dit terwijl het boek, in tegenstelling tot veel andere biografieën, geen opstap is voor een nieuwe functie. Ze quote Eleanor Roosevelt, die, nadat haar man overleed, zei: “voor mijn resterende jaren hoop ik vrij te zijn.” Maar Hillary wil maar niet weggaan, dus de spandoeken zijn veranderd van ‘sluit haar op’ naar ‘hou je kop’. Van Lock her up naar Shut her up. O
Hillary Rodham Clinton – What Happened € 22,99 (Kosmos Uitgevers)
Feiten zijn als zuurstof voor Clinton, met haar trolley vol met documenten, terwijl ze elk nieuw boek leest en bespreekt met haar man en statistieken, historische precedenten en religieuze quotes uit haar mentale harddisk haalt. Het was voor haar dus vooral een wrede grap van het lot om de strijd aan te moeten gaan met ‘slijmerig nepnieuws’, tegen een tegenstander die live op tv het verzoek deed aan Rusland om haar emails te hacken. Soms, terwijl de leugens haar om de oren vlogen, OPZIJ I NR. 10 I 2017
49
ESSAY VADERSCHAPSVERLOF
GEEN
rooskleurig PLAATJE
Nederland loopt bij de rest van Europa ver achter als het gaat om goede vaderschaps- en ouderschapsverlofregelingen. Hier zal pas echt verandering in komen als het tot ons door dringt dat kinderen en uiteindelijk de hele maatschappij - veel beter af zijn als vaders en moeders Ă llebei de tijd krijgen om te zorgen voor hun kinderen. 50
DOOR MARILSE EERKENS BEELD LIZE PRINS
ESSAY VADERSCHAPSVERLOF
aanmoedigen dus van iets dat net wat spannender, ruiger of wilder is dan normaal, is een fenomeen dat je meer bij vaders ziet dan bij moeders, zo blijkt uit onderzoek. En dat is goed. Kinderen krijgen er zelfvertrouwen van. Ze zien de wereld minder als een bedreiging en meer als een plek waar je van alles kunt ontdekken. Het maakt ze ondernemender, maar ook socialer. Dat is niet het enige waar kinderen van betrokken vaders van profiteren. Sinds er onderzoek wordt gedaan naar de invloed van vaders op de ontwikkeling van kinderen, worden er ook verbanden gevonden tussen de mate van betrokkenheid van de vaders en het schoolsucces van de kinderen. Iets dat binnen de psychologie nog niet zo lang gebeurt omdat men er vanuit ging dat de rol van vaders niet zo relevant was (moeders hielden zich toch met de kinderen bezig?). Het ziet ernaar uit dat kinderen van zorgzame, betrokken vaders zich doorgaans beter kunnen uitdrukken, makkelijker meekomen op school en minder vaak blijven zitten.
‘H
ou je maar goed vast, dan kan er niet zo veel gebeuren.’ Dat zei mijn vader. Niet toen ik tien was, maar een paar jaar geleden, toen ik ruim in de veertig was. Ik stond op een vijf meter hoge toren met een tien meter lang touw in mijn hand dat bevestigd was aan een hele hoge boom. Mijn vader was kort voor mij, met sigaar in zijn mond, als eerste naar beneden geslingerd. Hij wilde testen of de door hem gebouwde
toren en het touw echt wel veilig waren. Daarna volgden mijn zoons. En nu was ík aan de beurt. Vijf meter bleek veel hoger dan het er vanaf de grond uit zag. Als ik alleen was geweest had ik waarschijnlijk niet durven springen. Maar de rustige en geruststellende woorden van mijn vader bleken nog steeds dezelfde uitwerking op mij te hebben als vroeger. Ik deed mijn voet in de lus, hield het touw goed vast en liet me gaan. En het was geweldig. Wat mijn vader hier deed, dat
Kijk je naar het emotionele welbevinden van kinderen van meer betrokken vaders, dan krijg je ook weer zo’n rooskleurig plaatje. Baby’s wiens vaders vanaf de geboorte een belangrijke rol speelden bij de verzorging, zijn vaker veilig gehecht aan hun vader. En dat is fijn. Want hoe veiliger de band is met je ouders, hoe makkelijker je je beweegt in de wereld op latere leeftijd. Veilige gehechtheidsrelaties – opgebouwd in de eerste levensmaanden van een mens -geven namelijk meer zelfvertrouwen en een groter incasseringsvermogen. En ze maken je empathischer. OPZIJ I NR. 10 I 2017
51
ESSAY VADERSCHAPSVERLOF
Een slimme manier om een sterke band tussen vaders en kinderen te smeden is door ze vanaf de geboorte te betrekken bij de verzorging van de baby. En dat is nou precies waar het scheef loopt in Nederland. Waar in België, Frankrijk, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk kersverse vaders twee weken betaald verlof krijgen, in Finland drie weken en in Litouwen zelfs vier, krijgen de vaders in Nederland slechts twee dagen vrij om te wennen aan hun
band op te bouwen met zijn vader en je daar in de ongelijke situatie waarin je je nou eenmaal bevindt tóch iets aan wilt doen, is de kans groot dat dit enigszins ten koste gaat van jezelf. Ik weet dat uit ervaring. Bij mijn eerste kind hadden mijn geliefde en ik een hele stereotype werkverdeling. Ik werkte drie dagen en hij vijf. Zijn dagen waren ook nog eens langer dan de mijne. Op de dagen dat wij allebei werkten haalde ik onze zoon op uit de creche, racete ik met een
heel uur achter elkaar ongestoord kunt werken. Omdat hij beter snapte hoe zwaar het zorgen kon zijn, voelde ik me ook veel meer gezien. Daar werd ik gelukkiger van. En ik genoot enorm van die ene dag waarop ik thuiskwam en het eten gewoon op tafel stond (en bedacht me dat mijn vader dat gewoon iedere dag had – wat een luxe!). En daarmee kom ik bij het tweede bewezen voordeel van een goede
‘Het ziet ernaar uit dat kinderen van zorgzame, betrokken vaders zich doorgaans beter kunnen uitdrukken, makkelijker meekomen op school en minder vaak blijven zitten’ pasgeboren baby. En anders dan in de eerdere genoemde landen, krijgen noch vaders noch moeders betaald ouderschapsverlof. Wel mag de vader, net als de moeder, per kind 26 weken ouderschapsverlof opnemen. Maar dat is dan onbetaald. Een gemiste kans. Onderzoek van Jennifer Hook laat namelijk zien dat die eerste maanden na de geboorte, heel bepalend zijn voor de rolverdeling tussen vaders en moeders. Het is een beetje vergelijkbaar met wat er gebeurt als je met een paar vrienden op vakantie gaat. Als jij op de eerste dag degene bent die een gemeenschappelijke geldpot gaat bijhouden, dan blijf je de rest van de vakantie de boekhouder. Daar is vaak helemaal niet over gepraat; dat gebeurt gewoon, of je het nou leuk vindt of niet. Zo gaat het dus ook met vaders en moeders. Als jij als moeder de eerste drie maanden volledig over de zorg gaat, dan is de toon gezet. Dan gaat hij toch iets minder over de kinderen dan jij. En vanuit deze rolverdeling gaat de boel steeds schever lopen. Als je bijvoorbeeld inziet dat het voor je kind belangrijk is om ook een goede 52
doodvermoeid jengelig kind in een keer door naar de supermarkt en kookte eten dat vervolgens op tafel stond als mijn partner thuis kwam. Na het eten vond ik dat hij ons zoontje in bad moest stoppen – dat leek me goed voor de band tussen die twee. Zelf stond ik dan in de keuken af te wassen (we hadden geen afwasmachine). Achteraf gezien kan ik wel stellen dat dit niet de aller gelukkigste periode in mijn leven is geweest. Dat kwam ook omdat mijn geliefde op dat moment niet echt goed door had hoe zwaar het kan zijn als de praktische verantwoordelijkheid voor een kind én voor het huishouden allemaal op je schouders terecht komt en je daarbij ook nog drie volle dagen werkt. Toen hij eenmaal van zijn werkgever toestemming had gekregen om een dag minder te gaan werken – we hadden inmiddels twee kinderen kwam daar verandering in. Op zijn werk stak hij niet onder stoelen of banken dat een dag thuis zijn met twee onvoorspelbare kinderen echt veel zwaarder was dan een dag op kantoor waar je bijna altijd wel een
vaderschapsverlofregeling. Het leidt niet alleen tot meer betrokkenheid van vaders bij hun kinderen, het zorgt ook voor een gelijkere verdeling van de zorgtaken. Onderzoek laat namelijk zien dat vaders die vanaf het begin meer betrokken zijn geweest bij de zorg, ook als alle verlofregelingen weer ten einde zijn gekomen, méér betrokken zijn bij de opvoeding en meer blijven doen in het huishouden. Dat dit vanuit emancipatoir oogpunt goed is, hoeft geen betoog. Maar het mooie is dat echt iedereen hier ook echt beter van wordt: moeders zijn gelukkiger (en zijn daarmee leukere moeders voor hun kinderen), moeders besluiten makkelijker om meer uren te gaan werken (waarmee de scheve verdeling op de arbeidsmarkt weer wat meer wordt rechtgetrokken) en de relatie tussen vaders en moeders wordt beter. En daar profiteren zowel de vaders als de moeders als de kinderen weer enorm van. Daarbij, en dit is een minstens zo belangrijke reden om met een goede verlofregeling voor vaders te komen: als je een goede vaderschapsverlofregeling maakt,
ESSAY VADERSCHAPSVERLOF
geef je als overheid een heel duidelijk signaal af aan je burgers. Je zegt daarmee: wij zijn er als land bij gebaat dat mensen kinderen krijgen. De zorg voor die jonge kinderen vinden wij heel belangrijk (daar krijg je namelijk aardigere en slimmere mensen van) en – en dit is een boodschap die hier nog lang niet genoeg wordt uitgedragen- wij vinden het volstrekt vanzelfsprekend dat moeders én vaders een deel van die zorgtaken op zich nemen. Dus,
moeten het hier doen met die twee dagen en met die onbetaalde ouderschapsverlofregeling. En daar maakt slechts een kleine vijf procent van de vaders gebruik van (moeders doen dat in tien procent van de gevallen).
werkgever, als je een dertiger in dienst neemt loop je ook bij mannen het risico dat ze er even tussenuit gaan om voor hun kinderen te zorgen. Als je nog twijfelt kun je net zo goed die vrouw aannemen.
vaders namelijk ook geneigd om hier minder gebruik van te maken. Om vaders over te halen om dat wél te doen zijn er allerlei prikkels ingebouwd. In Duitsland kunnen ouders bijvoorbeeld twee maanden extra verlof krijgen als de vader een deel van het ouderschapsverlof voor zijn rekening neemt.
Maar goed, zo’n vaderschapsverlofregeling hebben we dus niet. Vaders
Dat zij dat niet doen, is niet – zoals vaak wordt beweerd- alléén vanwege het geld. Er is nog iets aan de hand. In landen waar wél betaalde ouderschapsverlofregelingen zijn
Nou kun je je afvragen waarom zo’n prikkel nodig is. Vinden vaders het niet leuk om meer tijd met hun kinderen door te brengen? In Nederland lijkt dit in ieder geval niet zo te zijn. Mannen zeggen dat ze graag meer tijd met hun kinderen zouden willen doorbrengen. Een van de redenen waarom mannen zich hier dan toch tegenstrijdig in gedragen, is dat ze bang zijn dat dit ten koste gaat van hun carrière.
Bij vrouwen is vrij nemen om voor kinderen te zorgen geaccepteerd. Bij mannen veel minder. Toen mijn geliefde twintig jaar geleden in de laatste selectieronde zat bij het grote Amerikaanse bedrijf waar hij uiteindelijk werd aangenomen, raadde veel andere mannen hem bijvoorbeeld af om over parttime werk te beginnen. Dan zou hij zeker OPZIJ I NR. 10 I 2017
53
ESSAY VADERSCHAPSVERLOF
worden afgewezen. Hij bracht het onderwerp gelukkig wél ter sprake en kreeg te horen dat hij -weliswaar na een jaar fulltime werken en goed functioneren - best een dag minder zou mogen werken. Ik vond het destijds dapper van hem dat hij het had gevraagd. Bij een vriend van hem was het namelijk wat minder goed afgelopen. Toen deze vader op het advocatenkantoor waar hij werkte aangaf dat hij één dag per week gebruik ging maken van zijn
54
recht op ouderschapsverlof kreeg hij regelmatig spottende opmerkingen van zijn mannelijke collega’s: ‘o, ben je vandaag op kantoor?’ Toch is er nóg een verklaring voor het feit dat mannen nog steeds niet écht heel erg warm lijken te lopen voor ouderschapsverlof. Die verklaring komt van de Amerikaanse socioloog Arlie Hochschild. Hochschild volgde voor haar onderzoek een groep ouders die werkzaam was bij een
grote Amerikaanse multinational, die bekend stond om zijn gunstige arbeidsvoorwaarden - je kon er makkelijk parttime werken of ‘flexwerken’ en er waren goede verlofregelingen. Wat Hochschild bevreemdde was dat ouders, ondanks de druk die ze thuis voelden, amper gebruikmaakten van de verlofregelingen die hen geboden werden. Ze leken niet echt gemotiveerd om de thuissituatie te
ESSAY VADERSCHAPSVERLOF
verbeteren ondanks het feit dat ze bijna allemaal zeiden dat er ‘niets belangrijker’ was dan hun gezin. Aanvankelijk dacht Hochschild dat het niet gebruikmaken van de verlofregelingen te maken had
je moet je voorstellen jongen, ik spreek nu nog van voor de vijfde feministische golf – voor de vierde zelfs nog –, dus iedereen probeerde toen nog hysterisch alles tegelijk te zijn; een superminnaar, een
Het laat namelijk heel goed zien hoe er nog eigenlijk gedacht wordt over de zorg voor jonge kinderen. Als iets onbenulligs dat je kunt overlaten aan domme meisjes (want dat is echt hoe er nog veel over deze groep
‘Ze leken niet echt gemotiveerd om de thuissituatie te verbeteren ondanks het feit dat ze bijna allemaal zeiden dat er ‘niets belangrijker’ was dan hun gezin’ met de dingen die ik ook al eerder noemde: de angst om ontslagen te worden, de angst niet serieus genomen te worden door je baas of stomweg de financiële achteruitgang die ermee gepaard ging. Dit bleek maar beperkt waar. Wat vooral duidelijk werd, was dat mensen zich op het werk beter voelden dan thuis. Zowel mannen als vrouwen zeiden dat ze zich daar competenter, meer gesteund, meer gewaardeerd en gelukkiger voelden. Zij merkte dat veel werknemers het ook opwindend vonden om in een omgeving met ‘workaholics’ te werken en zich onmisbaar te wanen op kantoor. Daar kon de thuissituatie niet tegenop. Met andere woorden: waarom zou je je in bochten wringen voor dat vaderschaps- of ouderschapsverlof als je er toch geen waardering voor krijgt? Thuis niet – kinderen zijn nooit dankbaar en dat hoeven ze ook niet te zijn - maar ook maatschappelijk niet (anders hadden we allang een beter (ouderschaps) verlofregeling gehad voor vaders en zouden we de crècheleidsters beter opleiden en meer betalen). Jaren geleden schreef Claudia de Breij in de serie ‘Brieven aan mijn kleinzoon’ een prachtige brief in NRC-next. In die brief legt ze als fictieve vijventachtigjarige oma aan haar kleinzoon uit hoe de maatschappij ‘vroeger’ in elkaar zat. Over ouderschap zegt ze: “En
topwerknemer en een leuke ouder. Dat ging natuurlijk niet, maar gelukkig maakten de vaders (en de doodenkele supercarrièremoeder) zichzelf en elkaar in vrolijke tijdschriftinterviews wijs van wel. ‘Natuurlijk, ik werk hard. Maar als het erop aankomt, als het er echt toe doet, dan ben ik er,’ zeiden ze, daarmee ongemerkt een verbale drol draaiend op de tobberige hoofden van de hoofdverzorgers van hun kinderen; kennelijk waren al die flesjes, al die poepluiers en al die gedroogde tranen niet ‘waar het op aankomt’ en ‘wat er echt toe doet’.” Ik vind dit een geweldig fragment.
wordt gedacht, weet ik sinds ik me in het onderwerp heb verdiept). Dát is precies de mentaliteit die moet veranderen. Want hoe onbenullig het misschien lijkt, snottebellen afvegen, tranen drogen en samen zandtaartjes bakken zijn precies de dingen die er écht toe doen. Dat zijn de momenten waarop vaders en moeders en andere verzorgers de band met kinderen versterken. En die band, daar teren kinderen de rest van hun leven op. Het bepaalt hoe ze in het leven staan. Als dat echt doordringt, dan hebben wij hier binnen de kortste keren ook een goede verlofregeling. Voor vaders én moeders. O
Omdat de Nederlandse overheid niet met een goede verlofregeling komt voor vaders heeft een aantal bedrijven die het zich financieel kunnen permitteren, besloten om zelf met een verlofregeling te komen voor partners van pas bevallen moeders. OPMERKELIJKE PARTNERVERLOFREGELINGEN IN NEDERLAND Tien dagen partnerverlof: PwC, advocatenkantoor Stibbe Een maand partnerverlof: ING-bank, Yonego Zes weken partnerverlof: Atlassian Acht weken verlof: Mastercard Nederland Twee maanden verlof: &samhoud OPMERKELIJKE PARTNER-VERLOFREGELINGEN IN HET BUITENLAND Vier maanden verlof: Facebook Zes maanden verlof: Spotify Zelf bepalen hoeveel tijd je wilt doorbrengen met je kind in het eerste jaar: Netflix
OPZIJ I NR. 10 I 2017
55
ZUSTERSCHAP Zusterschap: je hoeft het niet met elkaar eens te zijn, maar je moet elkaar wel helpen.
JUSTINE
VAN DE BEEK
Justine van de Beek is een van de oprichters van Stellingdames: een online platform voor feministen. Daarnaast schrijft ze columns voor big.nl, studeert ze sociologie en schreef ze haar bachelorscriptie over slutshaming. Ook spreekt ze zich uit over seksisme tijdens lezingen voor onder andere Universiteit Utrecht en TEDxYouth. Ze is daarmee de stem van een nieuwe generatie feministen. Wij spraken haar over zusterschap. “Ik vind het belangrijk dat vrouwen elkaar steunen. Die solidariteit is nodig.” 56
DOOR MARIANNE VERHOEVEN
JOËLLE KELDERMAN EN NINA KLAASSEN BEELD JULIE BLIK LOCATIE CONSERVATORIUM HOTEL
ZUSTERSCHAP
57
ZUSTERSCHAP
W
aarom ben je begonnen met Stellingdames? “Ik was er zelf nog niet helemaal over uit wat voor feministe ik was. Ik was daar heel erg naar opzoek. Ik wilde een platform creëren waarop ik met andere vrouwen in gesprek kon gaan over feminisme. Via Twitter ontmoette ik Anne en wij misten eigenlijk een toegankelijk platform voor jonge vrouwen met gratis feministische artikelen. Als wij het missen, dan missen andere vrouwen het misschien ook wel.” Ga je dan ook gesprek met mensen die niets weten van feminisme? “In het begin stond ik er nog fris in en vond ik het leuk om het gesprek aan te gaan met mensen die er helemaal niet in geloofden. Maar gaandeweg merkte ik dat ik steeds hetzelfde verhaal aan het vertellen was. Iemand die van tevoren zegt niet in seksisme te geloven, kan ik toch niet overtuigen. Daarom richten wij ons met Stellingdames op mensen die al interesse in feminisme hebben. Vanaf dat startpunt kun je wel heel veel bereiken.” Hoe beschrijf jij het feminisme? “Toen ik mijzelf net feministe noemde, gebruikte ik de
die het zich heel erg toe-eigenen. Maar ik weet niet of dat positief is. Het geeft feminisme wel een positiever imago. Maar het is ook een rare vorm van feminisme. Het lijkt nu dat als je als vrouw keuzes maakt waar je blij mee bent, dat je dan een feminist bent. Daar zit weinig diepgang meer achter. Zelfs iemand als Ivanka Trump noemt zichzelf nu feminist. Wat betekent het dan nog feminist te zijn? Ik denk dat bij elke vorm van ongelijkheidsbestrijding het ook wel mag schuren. Als het allemaal positief is, dan verdwijnt de impact ervan. Dan wordt feminisme zomaar een term die je rondgooit. Het moet wel blijven uitdagen.” Je krijgt ook veel negatieve reacties op internet. Wat vind je daarvan? “Toen ik een paar jaar geleden begon met twitteren over feminisme kreeg ik de meeste negatieve reacties. Nu is er een kwaliteitsfilter op Twitter en dat heeft echt een groot verschil gemaakt, want daardoor krijg ik de meeste haatvolle tweets niet te zien. Maar als er op een extreemrechtse website wordt verwezen naar Stellingdames, dan krijg ik weer een heleboel negatieve reacties. Inmiddels heb ik wel geleerd om haatvolle mensen, te negeren of blokkeren. De ergste reactie die ik ooit heb gekregen, was op een
‘Zelfs iemand als Ivanka Trump noemt zichzelf nu feminist. Wat betekent het dan nog om feminist te zijn?’ woordenboekdefinitie dat je gelooft in de gelijkheid van mannen en vrouwen. Nu wil ik daaraan toevoegen dat je daar ook actief voor moet strijden. Ik zie nu dat kledingwinkels T-shirts verkopen met feministische teksten en er zijn ook beroemdheden zoals Beyoncé 58
column die ik had geschreven waarin ik jongeren motiveerde niet op de PVV te stemmen. Ik kreeg een mail van een man die mij uitlegde hoe ik verkracht zou moeten worden door moslims en dat ik dan wel zou inzien dat de PVV nodig was. Hij had die verkrachting helemaal
uitgeschreven. Ik was echt ontsteld. Wie neemt nou de tijd om dit op te schrijven en dan ook op zo’n specifiek seksistische manier?” Heb je het gevoel dat die negatieve reacties vooral van mannen komen? “Ik zou niet weten wat die balans precies is. Ik denk dat vrouwen zich meer herkennen in seksisme en het daardoor automatisch afkeuren. Vrouwen zullen bijvoorbeeld sneller het gedrag van Thierry Baudet afkeuren, omdat ze het gevoel van onveiligheid kennen als een man negeert dat ze nee zeggen. Mannen herkennen dit niet, omdat ze geleerd hebben dat je een vrouw moet nastreven en dat vrouwen ‘hard to get’ spelen. Dat wordt gezien als flirten. Ik denk dat dit gedrag erg diep zit. Zo diep dat veel mannen het echt niet snappen. Maar natuurlijk zijn er ook mannen die bewust negeren.” Ligt dit alleen aan mannen? “Ik heb mijn bachelorscriptie geschreven over slutshaming en daarin kwam naar voren dat vrouwen zelf ook heel passief zijn. Veel vrouwen zeggen zelf ‘je bent een echte vrouw en een echte dame als je de man afhoudt en niet te makkelijk bent’. In de samenleving ontstaat het idee dat het mannelijk is als een man een vrouw heel erg nastreeft. En zelfs over grenzen heengaat. Ik denk dat daar helaas wel meer mensen in geloven dan niet. Daarmee zijn vrouwen ook onderdeel van het probleem. Ik heb mijn scriptie gericht op vrouwen, omdat ik denk dat als vrouwen daarmee ophouden, mannen het dan ook niet meer interessant vinden. Vrouwen houden het systeem in stand door zich te distantiëren van vrouwen die niet hard to get spelen: ‘ik ben niet zoals die andere meiden’. Het risico dat jij geslutshamed wordt, is hierdoor kleiner. Er zijn ook vrouwen die stopten met het continu bevechten van hun imago en ervoor uitkwamen dat ze seksueel actief waren op een manier
ZUSTERSCHAP
‘We kunnen onszelf geen volwaardig feminist noemen als we intersectionaliteit niet erkennen’
die niet helemaal geaccepteerd is. Deze vrouwen worden overweldigd door positieve reacties van vrouwen die zich herkennen, maar krijgen ook veel nare reacties. Het is een heel groot risico dat je neemt, maar daarmee help je wel andere vrouwen. Jij spreekt ook over intersectionaliteit. Heb jij het gevoel dat het in het huidige feminisme vooral gaat over witte vrouwen? “Absoluut. Het grootste verschil voor mij is op dit moment intersectioneel versus wit-feminisme. Je ziet nu bijvoorbeeld hoe politiek rechts vrouwenrechten misbruikt om moslims en migrantengroeperingen mee te slaan. Ze noemen migranten en vluchtelingen vrouwonvriendelijk en doen alsof Nederland al heel lang vrouwvriendelijk is. Ze voeden hiermee islamofobie en racisme. Ook de specifieke situatie van moslima’s, zwarte vrouwen en
vrouwen van kleur in Nederland wordt wat mij betreft nog niet voldoende verwerkt in het feminisme. Als je geen racisme of seksisme erkent, dan ben je er niet voor alle vrouwen. Ook al noem je jezelf een feminist. We kunnen onszelf geen volwaardig feminist noemen als we intersectionaliteit niet erkennen.” Vind je het moeilijk om als witte vrouw je hierover te uiten? “Ik probeer in deze discussie eigenlijk zo veel mogelijk een achtergrondrol in te nemen. Ik vind het logisch. Ik ben wit dus ik ervaar racisme niet, maar ik vind het wel belangrijk dat vrouwen elkaar steunen. Die solidariteit is nodig.” Merk jij dat vrouwen elkaar ook heel vaak aanvallen en afvallen? “Ja, maar ik vind dat lastig, want ik
vind ook dat je binnen het feminisme kritisch op elkaar mag blijven. Maar je moet elkaar niet publiekelijk aanvallen. Vrouwen moeten elkaar blijven aanspreken en de discussie blijven voeren.” Spreek jij ook vaak mensen aan op seksisme? Helpt dat? “Ik denk wel dat het helpt, vooral het aanspreken van mensen in je omgeving. Ik doe dat zelf ook iedere keer, zoals bij mijn vrienden van de middelbare school waar ik de enige ben die zichzelf feminist noemt. Elke keer als ze iemand een slet noemen, ook al is het een grapje, dan spreek ik ze daarop aan. Als je dat steeds opnieuw blijft doen, gaan mensen erover nadenken. Iemand op twitter noemde het aanspreken van je eigen omgeving micro-activisme. Dat is een van de moeilijkste dingen om te doen, maar wel heel belangrijk. Daar verander je misschien wel meningen mee.” O OPZIJ I NR.10 I 2017
59
VROUWEN IN DE WETENSCHAP
DE OVEREENKOMSTEN TUSSEN
FILOSOFIE EN VOETBAL Weerstand, maatschappelijke weerstand te verstaan, vormt de rode draad in het leven en loopbaan van filosofe en voormalig profvoetbalster Martine Prange (48). Prange, tegenwoordig hoogleraar Filosofie van de Mens, Cultuur en Samenleving aan de Universiteit van Tilburg, is gespecialiseerd in filosofische zwaargewichten als Nietzsche, Kant en Foucault, maar doet ook onderzoek naar de impact van voetbal op het leven van meisjes. Filosofie en voetbal: een misschien niet voor de hand liggende combinatie.
T
och blijken ze nog aardig wat overeenkomsten te vertonen, zoals een door mannen gedomineerde oppressiecultuur en daarmee samenhangende maatschappelijke weerstand. Gelukkig heeft dat laatste in ieder geval één bijkomend voordeel: je komt er sterker door uit de strijd. Vrouwenvoetbal in Nederland beleeft gouden tijden sinds de recente overwinning op het EK door het nationaal elftal. Hoe was dat in jouw tijd? “Ik wilde al voetballen toen ik twee was, maar kon pas bij een club gaan spelen in 1981, toen ik twaalf was. Dat had te maken met het feit dat de KNVB pas in 1979 clubs voor meisjes had opengesteld (de eredivisie zelfs pas in 2007 EA). Maar ik wil het niet te veel over persoonlijke zaken hebben. Ik praat liever over mijn wetenschappelijke werk. En ik vind het bovendien interessanter om het te hebben over de situatie van nu en over de toekomst.” Nog even dan. Je voetbalde al tijdens je studie op professioneel niveau in België, zat bij de Nederlandse selectie, en je onderbrak je studie om als profvoetballer in Turkije aan de slag te gaan. Hoe is dat zo gekomen? “Dat was in de periode 1994 tot 1996, toen vrouwenvoetbal daar net een beetje opkwam. Nog maar
60
heel klein, maar het werd wel echt serieus genomen. Bedrijven stonden erachter en richtten clubs op, we hadden goede trainers, er waren competities en elftal van de week verkiezingen. Als wij moesten spelen, dan mochten wij op het grasveld en moesten de jongens maar plaatsmaken. Terwijl het hier in Nederland nog vaak precies andersom was. Ís. En er was veel media-aandacht, vrouwenvoetbal werd ook uitgezonden op televisie. Maar het was vooral ontzettend leuk om een keer mee te maken dat je alleen met je sport bezig hoeft te zijn. Helaas is vrouwenvoetbal in Turkije later weer ingezakt. Hoe de situatie nu is, weet ik eerlijk gezegd niet.” En toen kwam je na drie jaar terug naar en pakte je je studie weer op, waarna je promoveerde aan de Universiteit van Groningen. Je hebt je verdiept in het conflict-denken van de negentiende-eeuwse Duitse filosofen Nietzsche en Kant, maar inmiddels richt je je voornamelijk op de meer eigentijdse, Franse filosoof Michel Foucault. En je doet ook nog onderzoek naar de impact van voetbal op het leven van meisjes. Kun je spreken van een gemeenschappelijke noemer? “Jazeker. Ik voelde me aanvankelijk aangetrokken tot de klassieke Griekse filosofie, maar later verschoof mijn
DOOR ERZSÓ ALFÖLDY BEELD JULIE BLIK
VROUWEN IN DE WETENSCHAP
OPZIJ I NR. 10 I 2017
61
In hoeverre zijn strijd en weerstand productief? In hoeverre hangen ze samen met een streven naar vrijheid en emancipatie? 62
VROUWEN IN DE WETENSCHAP
belangstelling naar negentiende-eeuwse, Duitse filosofen en ondertussen ook naar de postmoderne filosofie van de twintigste eeuw. Maar ik heb in mijn leven twee liefdes weten te combineren: voetbal én filosofie. En dat is eigenlijk altijd zo gebleven. Dat geldt voor mijn onderzoek naar vrouwenvoetbal, maar ook voor mijn lopende onderzoek naar Foucaults analyse van de tragedies van Euripides en diens begrip ‘parrèsia’: het vrijmoedig spreken van de waarheid. Dat relateert ook aan voetbal. Ik vind die parresiasistische figuur, die opstaat tegen de machthebber, een hele interessante. Hij staat op voor de vrijheid, de vrijheid om te doen en te zeggen wat hij wil, maar moet daar eerst een politieke strijd voor leveren. Ik denk dat zoiets ook geldt voor de voetbalsters van het Nederlands elftal.“ Wat bedoel je precies? “Eén van mijn interesses betreft minderheden. Minderheden kunnen alleen vrijheid ervaren in het verzet. Niet voor niets heet verzet in het Engels ‘resistance’, wat ook weerstand betekent. Maar wat mij vooral interesseert is in hoeverre strijd en weerstand nu ook productief zijn. In hoeverre hangen ze samen met een streven naar vrijheid? En emancipatie? Als vrouw in een mannenwereld, zoals de filosofie, maar ook voetbal, lever je een strijd. Je kúnt niet alleen met filosofie bezig zijn. Of met alleen maar voetbal. Het is lastig om te zeggen wanneer er precies sprake is van seksisme en van uitsluiting. Maar je weet gewoon dat je, als je bijvoorbeeld gaat solliciteren voor een commissie van acht mannen, die baan niet gaat krijgen. Het is bewezen dat bij commissies vaak niet het bewustzijn aanwezig is dat ze ook een vrouw zouden kunnen aannemen.” Jij hebt aan verschillende universiteiten gewerkt, je bent in 2011 tot beste filosofiedocent van het jaar uitgeroepen en bent vorig jaar tot hoogleraar benoemd in Tilburg. Dat klinkt toch als een succesverhaal? “Daar heb ik ook heel hard voor gewerkt. Maar gelukkig merk ik ook dat er – in ieder geval in Tilburg - een diversiteitsbewustzijn is doorgedrongen. Dat men echt actie onderneemt, ook in het kader van het Johanna Westerdijkjaar met de benoeming van extra vrouwelijke hoogleraren (zie juni-editie Opzij, EA). Het is bedoeld als stimulans om meer vrouwen een kans te geven. Ik ben overigens zelf niet op die manier aangenomen: ik ben ‘gewoon’ hoogleraar. Maar ik denk dat het goed is dat die inhaalslag gemaakt wordt.” Je had het in je oratie onlangs over een post-truth samenleving en over de broze relatie tussen waarheid en democratie. Nietzsche zei ooit: er is geen ultieme waarheid. Foucault maakte daarvan: waarheid is een tijdelijke constructie. Hoe belangrijk is waarheid nu? In het huidige, Trumpiaanse tijdperk, waarin meningen over
elkaar heen duikelen en wetenschap en journalistiek onder enorme druk staan? “Mijn oratie ging over de crisis van de waarheid. Eén van de claims die ik daarin maakte is: een waarheidscrisis hoort ook bij democratie. Op een gegeven moment gaan mensen beslissen dat ze zich niet langer kunnen laten leiden door een absolute waarheid die in een goddelijk boek is vastgelegd. En dan krijg je te maken met een funderingsprobleem. Ik denk dat het heel belangrijk is dat wij weer waardering krijgen voor de waarheid als grondbeginsel van meningsvorming. Nietzsche gelooft misschien niet langer in één waarheid, maar nog wel in onze wil tot weten en in onze behoefte aan waarheid. Het kenmerk van een posttruth samenleving zoals wij nu hebben, is daarentegen een teveel aan waarheden. Ik doe tegenwoordig ook onderzoek naar wat nu de grenzen en de condities van vrijheid en van de vrijheid van meningsuiting zijn. Populisme speelt daarbij een belangrijke rol. Je kunt toch niet zeggen: ‘dat is mijn mening, punt?’ Het gaat erom dat je je mening kunt onderbouwen met argumenten. Wetenschappelijk onderzoek is daarom juist in deze tijd zó belangrijk. Het kan toch niet zo zijn dat als tachtig tot negentig procent van de onderzoekers, die al jaren bezig zijn met klimaatonderzoek, zeggen dat de mens een hand heeft in de huidige klimaatveranderingen, en dat vervolgens iemand opstaat en zegt: maar ik denk dat het niet zo is? En dat mensen vervolgens evenveel waarde hechten aan die mening als aan de conclusies van die wetenschappers? Je kunt zeggen: ‘Wij nemen Trump niet serieus.’ Maar Trump is een verschijnsel van iets groters, van bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen.” Een oproep aan de wetenschap? “Wij moeten als universiteit uitleggen aan onze studenten dat dit ons allemaal aangaat. Als burgers, maar ook als toekomstige wetenschappers. Wij moeten studenten niet alleen kennis en bepaalde vaardigheden bijbrengen, maar ook een bewustzijn van wat goede wetenschap is. Je kunt geen kritisch onderzoek doen, zonder dat je als doel hebt om de waarheid te achterhalen. Je weet immers dat de waarheid heel complex is. Er is in de wetenschap, zelfs bij een postmoderne denker als Derrida, een enorm respect voor de waarheid. Ik vind dat wij ons als wetenschappers moeten laten horen dat wij iets unieks hebben toe te voegen aan de maatschappij. Dat wij niet alleen bezig moeten zijn met hoe wij een bijdrage kunnen leveren aan Nederland als handelsland, maar ook als gidsland als het gaat om waarheidsvinding.” Jij vindt dat filosofie ook een maatschappelijke functie heeft. Zo heb je een groot NWO (Nederlandse organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek) onderzoeksproject geleid ‘Van voetbalvrouwen tot vrouwenvoetbal’, naar de ontwikkelingen die zich in de laatste in het OPZIJ I NR. 10 I 2017
63
VROUWEN IN DE WETENSCHAP
vrouwenvoetbal hebben afgespeeld. Waar gaat dat over? “Dat project hebben wij uitgevoerd in samenwerking met vijf maatschappelijke partners, waaronder de Johan Cruijff Foundation. Een onderdeel daarvan was de publicatie Meidenvoetbal in 14 verhalen. Dat is echt een ode aan het voetbal: het plezier dat meisjes aan voetballen beleven. Het is een heel leuk boek geworden, voor en door meiden die voetballen. Met interviews met bekende speelsters uit het Nederlands elftal, maar ook straatvoetbalsters en vrouwen die betrokken zijn bij projecten rondom straatvoetbal. Daarnaast hebben wij een tweede boek uitgegeven: Vrouwenvoetbal: spiegel en katalysator van maatschappelijke verandering waarin de belangrijkste resultaten van ons onderzoek zijn beschreven. Dat is een paar dagen voordat het EK begon uitgekomen.” Welke relatie heeft dat project met je eerdere onderzoek? “Wat de centrale onderzoeksvraag is in al mijn onderzoeken: wat kunnen kunst en spel bijdragen aan onze ervaring van menselijkheid? Van daaruit ben ik op een aantal thema’s gekomen, zoals het conflict-denken van Nietzsche en van Kant. Ik was erg benieuwd hoe zij denken over weerstand. Als niet alleen iets negatiefs, maar ook als bron van positieve productiviteit. Zoals in het vrouwenvoetbal: het gevecht om te mogen voetballen maakt je ook weerbaarder. De maatschappelijke weerstand enerzijds en de sportieve weerstand anderzijds maakt je tot een sterk persoon. En in het kader van talentontwikkeling is dat heel belangrijk.” Heb je dat ook zelf zo ervaren? “Natuurlijk heb ik dat zo ervaren. Ook ik heb moeten vechten om mee te mogen voetballen. Op het schoolplein, maar ook in mijn professionele carrière. Om toch een voorbeeld te noemen. Toen ik tien was, wilde ik op voetbal. Ik had zelf een team van meisjes samengesteld, ik had ook een trainer gevonden. Daarmee ging ik naar de club van mijn vader. Maar die club weigerde dat te faciliteren. Ik mocht daar als meisje gewoon niet voetballen.” Waarom? “Ze wilden er niet aan beginnen. Dat was toen gewoon zo. Gelukkig is dat ondertussen wel veranderd. We hebben inmiddels zo’n drieduizend voetbalverenigingen in Nederland, die faciliteren bijna allemaal ook meisjesvoetbal. Onwil bij de verenigingen is, kortom, niet langer een probleem. Maar die weerstand om te mogen voetballen hebben al mijn generatiegenoten ondervonden. Dat komt in al die interviews in ons boek met oud-speelsters naar voren.” Hoe komt het dat vrouwenvoetbal in Nederland zo 64
moeizaam op gang is gekomen? Wat maakt vrouwenvoetbal zo anders dan mannenvoetbal? “De weerstand die meisjes en vrouwen hebben ondervonden om te mogen sporten, die kennen jongens en mannen niet. Wat het verschil is, is dat jongens die willen voetballen vervolgens alleen maar stimulans ondervinden. Dat geldt voor meisjes niet, zeker niet in het verleden. De geschiedenis van het vrouwenvoetbal is heel anders dan de geschiedenis van het mannenvoetbal. Ik vind het dan ook opmerkelijk dat allerlei mensen zonder die voorkennis een oordeel over vrouwenvoetbal hebben.” Waarom is voetbal eigenlijk zo’n mannenaangelegenheid? Bij andere sporten, zoals hockey, zwemmen, turnen of atletiek, speelt het verschil in fysieke kracht toch net zo goed een rol? “Sport en de hele sportcultuur is in de negentiende eeuw ontstaan en werd geassocieerd met mannelijkheid. Het was een manier om je mannelijkheid te kunnen vieren én te ontwikkelen. Als vrouwen zich op dat terrein zouden ontwikkelen, zou dat dus een bedreiging vormen. Vrouwen mochten bovendien alleen dingen doen die als enigszins elegant werden beschouwd, waarbij je niet hoefde te rennen en te zweten. Dat was een onderdeel van wat ik een ‘oppressiecultuur’ noem. Waarin vrouwen werden geacht binnen bepaalde hetero-normatieve, traditionele grenzen te blijven.” Hoe is dat nu? “De conclusie in ons boek is dat meisjes en vrouwen vandaag de dag nog steeds weerstand ondervinden om te mogen voetballen, veel meer dan wij van tevoren hadden verwacht. Eigenlijk hebben alle meiden en vrouwen die wij hebben ondervraagd, te maken gehad met achterstelling, of ze nu amateurvoetballer of profvoetballer waren. Er zijn in de voetbalcultuur allerlei elementen aanwezig van een door mannen gedomineerde oppressiecultuur. Dat kunnen bewuste maar ook onbewuste dingen zijn.” Kun je daar voorbeelden van noemen? “Vroeger was het veel explicieter. Je mocht toen als meisje niet op voetbal. Dat is nu anders. Maar wat je nu ziet is dat meisjes worden vergeten. Dan wordt er bijvoorbeeld een toernooitje georganiseerd, maar ‘vergeten’ ze de meisjes daarvoor uit te nodigen. Hun ambities worden niet belangrijk gevonden. En ze krijgen weinig waardering voor de sportieve prestaties die zij leveren. Het viel ons tegen hoeveel elementen nog van die oppressiecultuur in de voetbalwereld aanwezig zijn. Dat zie je ook terug in de verslaggeving: het accent op uiterlijkheid en op vrouwelijkheid. Ik vind dat er sowieso veel te weinig aandacht is voor vrouwensporten vanuit de media. Maar het gaat ook om: hoe praten ze
VROUWEN IN DE WETENSCHAP
‘Het winnen van het EK is niet alleen een sportieve, maar ook een maatschappelijke prestatie, die een bijdrage levert aan de emancipatie van vrouwen’ erover. Zo had een verslaggever van Radio1 bij het EK vrouwenvoetbal tijdens de finale het over: ‘het is net echt’. Zoiets illustreert toch een beetje hoe mannelijke verslaggevers nog vaak over vrouwensport denken.” Het plotselinge, gigantische succes van het vrouwenvoetbal in Nederland dat geculmineerd werd in de feestvreugde rondom het winnen van het EK? Heb je dit succes zien aankomen? “Nou, ik vond de media-aandacht eerlijk gezegd nog tegenvallen. Ze hadden daar veel meer uit kunnen halen, veel meer sponsorgeld ook. En als je kijkt naar de hoeveelheid zendtijd, zoals voorbeschouwingen, dan was die bij het EK voor vrouwen ultrakort, zo’n tien minuten maar. Terwijl die bij mannenvoetbal eindeloos duren. Ook bij de NOS, in de publieke zendtijd dus, worden die gebruikt om de spanning vóór de wedstrijd op te bouwen. Dat was bij het vrouwenvoetbal helemaal niet het geval. Dat vond ik een gemiste kans. Want er was veel publieke belangstelling voor het EK, veel meer dan van tevoren werd verwacht.” Denk je dat dat nu gaat veranderen? “Het zou wel heel raar zijn als dat niet gebeurt. Ik denk dat het ook een kwestie is van: het is nu of nooit. Als ze in Hilversum en in het bedrijfsleven, met zo’n getalenteerd elftal dat dit nu heeft bereikt, nu nog niet wakker zijn, dan gaat het nooit meer gebeuren. Het is beslist een doorbraak, maar we zullen wel zien of de waardering voor vrouwenvoetbal nu ook daadwerkelijk verbetert. Ik denk dat jonge meisjes ondertussen in ieder geval weten dat ze met hun sport een serieuze ambitie kunnen hebben, dat ze prof kunnen worden, en dat ze daar, zeker als ze in het buitenland spelen, ook nog eens aardige boterham mee kunnen verdienen. Er staan momenteel 153.000 meisjes bij de KNVB ingeschreven. Ik denk dat dit aantal nog flink gaat
toenemen. Wat ik ook zie is dat veel meisjes, maar ook veel jongetjes, opeens weten wie Lieke Martens is. Het is leuk om te zien dat de speelsters van nu opeens de eerste echte idolen zijn.” Met het Westerdijkjaar wordt het gevierd dat honderd jaar geleden de eerste vrouwelijke hoogleraar in Nederland is benoemd. Het besef dat profvoetballer worden ook voor een meisje is weggelegd, hoe belangrijk is dat? “Die meiden van het Nederlands elftal zijn zoveel meer dan voetballer alleen. Zij zijn niet alleen ambassadeur van hun sport, maar ook een rolmodel. Die meiden die in de finale speelden, waren zich niet alleen bewust van het feit dat het de allereerste keer in de geschiedenis was dat ze zo’n toernooi zouden kunnen winnen, maar ook dat ze daarmee voor een doorbraak van het vrouwenvetbal zouden zorgen. Ik vind het des te knapper hoe zij het hebben gedaan. Het is bovendien een prestatie die internationaal heel lovend is ontvangen. Ik denk dat dit elftal ook voetbaltechnisch als voorbeeld voor andere landen gaat dienen. Maar het winnen van het EK is niet alleen een sportieve, maar ook een maatschappelijke prestatie, die een bijdrage levert aan de emancipatie van vrouwen.” O OPZIJ I NR. 10 I 2017
65
VOORPUBLICATIE
VROUWEN & SEKS Journaliste Maartje Laterveer (1976) schreef het boek Vrouwen & seks: van moederliefde tot seksrobot. Een essaybundel over hoe het is om vrouw te zijn. Laterveer gaat op zoek naar antwoorden op vragen die ze in haar loopbaan als journalist had opgestapeld. De vrouwelijke seksualiteit is omgeven door taboes, clichés en restricties. Een halve eeuw na de seksuele revolutie en vijfenvijftig jaar nadat de pil in Nederland werd geïntroduceerd, blijven er nog altijd veel vragen. Laterveer verkent de meest intieme en tegelijkertijd meest universele ervaringen met de vrouwelijke seksualiteit. ZO MOEDER ZO DOCHTER
T
oen ik zeven jaar geleden zwanger was en wist dat ik een meisje kreeg, was ik dolblij. Ze zou geweldig worden, mijn dochter, en ik zou haar alles leren over het leven. Over vrouw zijn. Ik zag haar al met kindervoetjes in mijn Pradapumps over de gang paraderen, en ik zag ons al knus in de trein naar Parijs om haar eerste beha te kopen. Maar mijn allereerste, instinctieve reactie was er een van angst. O god, dacht ik. Meisjes zijn zo kwetsbaar in deze wereld. Ze moeten mooi zijn, maar niet te. Ze worden gezien als seksueel wezen, maar leren zichzelf niet als zodanig zien. En dan zijn ze ook nog loslopend wild voor sommige mannen die niet begrijpen dat meisjes leuk zijn om naar te kijken, maar dat je er niet zomaar aan mag komen. Hoe moest ik mijn dochter leren om vrouw te zijn in een wereld waarin dat best ingewikkeld is, en misschien zelfs steeds ingewikkelder wordt? Intussen, in mijn eigen waanzinnig interessante leven, ging ik scheiden en belandde ik als alleenstaande moeder op de liefdesmarkt. Daar bleek in tien jaar tijd schokkend veel veranderd. Er was Tinder, er waren mannen die op de eerste date al anaal wilden neuken en de concurrentie bleek te bestaan uit een nieuw ras vrouwen die permanent twintig waren, intens gelukkig en zongebruind. Niet
66
eerder voelde ik zo’n druk om slank te zijn, geen rimpels te hebben, om ronde billen te trainen, en een seksbom te zijn die de sterren van de hemel neukt met zomaar iemand. Niet eerder voelde ik me zo onzeker. En ik was niet de enige. De norm van perfectie kwelde zichtbaar de vrouwen in mijn omgeving, die er ondanks hun misschien strakkere lijf niet gelukkiger uitzagen en onderhand doodmoe werden van alle green juices en bootcamps. Het werd een onderwerp van gesprek tussen mijn vriendinnen en collega’s en stilaan begonnen bladen en kranten te schrijven over dwingende schoonheidsidealen, toegenomen maakbaarheid en de invloed van een gephotoshopte beeldcultuur op het vrouwbeeld. Zou het kunnen, dacht ik, dat het moeilijker is geworden om vrouw te zijn? Zou het kunnen dat moderne ontwikkelingen vrouwen in een positie duwen waarin ze nog afhankelijker worden van hun aantrekkingskracht dan ze altijd al zijn geweest? De impact van moeders op de seksuele ontwikkeling van hun dochters is een weinig ontgonnen terrein in de psychologie, en ook in het publieke debat. Dat is onterecht, want die impact is groot. We kunnen met veel vingers wijzen naar de media en porno en naar mannen, naar chauvinistische varkens en zeugen, naar de modewereld
FOTO JAN WILLEM KALDENBACH
VOORPUBLICATIE
OPZIJ I NR. 10 I 2017
67
VOORPUBLICATIE
en naar de maatschappij – en dat is allemaal min of meer terecht. Al die partijen bemoeien zich al dan niet bewust met het lichaam van vrouwen, veel meer dan met dat van mannen, en oefenen invloed uit op hoe een vrouw zich voelt in dat lijf. Maar de ontwikkeling van een vrouw begint met een vrouw: haar moeder. Dit geldt niet alleen voor haar persoonlijke ontwikkeling, maar
meest nodig hadden: de bevestiging dat ze tot dezelfde sekse behoren. En dat dat oké is. En hoe je dat dan doet, vrouw zijn, en seks hebben waar je van geniet. McFadden beschrijft in haar boek iets wat zo logisch is dat het eigenlijk bizar is dat het nooit eerder zo is opgeschreven: dat vrouwen hun remmingen en onzekerheden cadeau hebben gekregen van hun moeders, die met precies
‘Hoe positiever de invloed van de moeder, hoe groter de kans dat haar dochter opgroeit als een vrouw die blij is met haar lichaam’ ook en vooral voor haar seksuele ontwikkeling. Sterker: die twee hangen nauw samen. Dat heb ik mij nooit eerder zo gerealiseerd, totdat ik stuitte op het boek Your Daughter’s Bedroom van Joyce McFadden. McFadden is een psychotherapeut in New York die na twintig jaar praktijkervaring besloot dat het tijd was voor een boek over en voor vrouwen. De vrouwen die ze in haar praktijk zag en in de loop der jaren had gezien, worstelden met zichzelf en met de wereld en praatten daar met geen levende ziel over behalve met haar. Ze wilden niets liever dan normaal zijn en waren bang dat hun worstelingen, hun verlangens en fantasieën, hun onzekerheid en hun diepste angsten gek waren. Dat ze anders waren of raar, omdat ze bijvoorbeeld weleens fantaseerden dat ze verkracht werden, of dat ze masturbeerden op de rugleuning van de bank, of verlangden dat de buurman hen op een stille zondagochtend over de heg zou vouwen. Maar McFadden zag dat ze helemaal niet anders of raar waren – dat hun worstelingen en fantasieën in veel opzichten dezelfde waren als die van andere vrouwen. Wat haar vooral opviel, was dat vrouwen veelal kampen met dezelfde gevoelens van schuld en schaamte en onzekerheid. En dat ze verhalen van andere vrouwen missen om te bevestigen dat ze normaal zijn. Dus ze besloot deze verhalen te verzamelen. Dat was het oorspronkelijke idee van haar boek: om verhalen te verzamelen over vrouwenlevens. Ze maakte per thema een vragenlijst en zette die op een speciaal daartoe ingerichte website getiteld womensrealities.com. De thema’s varieerden van moederschap tot seks en van uiterlijk tot ambitie. Vrouwen konden zelf kiezen welke thema’s ze wilden invullen, en aangeven waar ze zelf het meest mee worstelden. Duizenden vrouwen vulden de vragenlijsten in, en dat resulteerde in Your Daughter’s Bedroom: een boek over hoe een meisje zich seksueel ontplooit tot vrouw, en de onderschatte invloed van haar moeder op deze ontwikkeling. Want seks bleek het onderwerp waar vrouwen het meest mee worstelden, en de eenzaamheid die ze als meisje al voelden omdat hun moeder hun niet gaf wat ze het 68
diezelfde gevoelens worstelden. En dat ze ze zelf ook zullen doorgeven aan hun dochters als ze de cirkel niet doorbreken. Vrouwen leren vrouw te zijn van vrouwen, te beginnen met hun moeders. Maar als moeders zelf niet zo goed raad weten met hun vrouwelijkheid, dan wordt dat lastig. McFadden beschrijft in haar boek dramatische gevallen van vrouwen die zijn opgevoed door moeders die niet goed met hun eigen seksualiteit wisten om te gaan, laat staan met die van hun dochters. Moeders die het moeilijk vonden om hun dochters als seksuele wezens te zien omdat ze zichzelf niet als zodanig zagen, of die zich schaamden voor hun eigen fantasieën en verlangens, dan wel gefrustreerd waren omdat ze zelf waren opgegroeid in een omgeving waarin ze door man en maatschappij als seksloos werden gezien vanaf het moment dat ze moeder werden. Hoe negatiever de invloed van een moeder, concludeert McFadden, hoe minder comfortabel een dochter zich voelt met haar lichaam en haar vrouwelijkheid, hoe vatbaarder ze wordt voor de invloed van de media en schoonheidsidealen en al die andere ondermijnende factoren – en hoe groter de kans dat ze een negatief zelfbeeld krijgt, en een weinig bevredigend seksleven. Maar er is een hoopgevende keerzijde van de medaille. Hoe positiever de invloed van een moeder, hoe groter de kans dat haar dochter opgroeit als een vrouw die blij is met haar lichaam, die weet wat het allemaal kan en wil en die nee kan zeggen tegen dingen die niet goed voelen. Ik kan in mijn vriendinnenkring zo de tweedeling aanwijzen. Ik heb vriendinnen die door hun moeder liefdevol zijn begeleid in het proces van vrouw worden, die uitleg en een zoen kregen bij hun eerste menstruatie, hulp bij het kopen van hun eerste beha en die met alle vragen over seks bij hun moeder terechtkonden. Het kan geen toeval zijn, denk ik nu, dat zij in staat zijn om gewoon te genieten van seks, niet bovenmatig onzeker zijn over hun lichaam en weten dat er ergere dingen in de wereld zijn dan hun platte billen of bovengemiddelde bmi. En dan heb ik vriendinnen die beduidend minder lekker in hun vel zitten, die veeleisend zijn naar zichzelf en hun lijf, die het
VOORPUBLICATIE
moeilijk vinden om hun identiteit los te koppelen van hoe ze eruitzien, en – dus – om werkelijk en voluit te genieten van seks. Soms bewust, maar vaak ook onbewust. Pas als ik ze ernaar vraag, realiseren ze zich dat ze misschien best ontevreden zijn over hun seksleven en dat ze het gevoel hebben dat er overal in de wereld betere seks bestaat dan in hun slaapkamer. En als ik dan vraag naar hun moeder, dan zit daar vaker wel dan niet een verhaal van afwijzing, ontkenning of emotionele verwaarlozing achter, van een verwarde dochter die zelf maar moest uitvinden hoe dat zat met jongens en vrijen, met die borsten die ze ineens kreeg en het plotse bloed uit dat ding dat altijd abusievelijk plasgaatje was genoemd, bij gebrek aan inzicht om het gewoon bij de naam te noemen. Je zou een boek kunnen schrijven over de vraag waarom ouders in godsnaam de vagina van hun dochters niet vagina noemen. Er zijn zelfs ouders die zeggen dat bij jongens een piemel zit, en bij meisjes niets. Een apart hoofdstuk zou moeten worden gewijd aan de achterstand die meisjes oplopen als ze niet vertrouwd leren raken met hun geslacht en als ze er bovendien een gêne over meekrijgen omdat hun ouders er zo spastisch over doen – inclusief hun moeder die er toch zelf ook een heeft. Als meisje kun je zo moeilijk anders dan concluderen: dat ding moet een raar iets zijn dat beter genegeerd kan worden. Bovendien kan het weinig te maken hebben met andere dingen dan plassen en bloeden, wat op zich al erg genoeg is om te worden weggemoffeld met geurwerend maandverband en allerhande vaginale douches. Kutboek lijkt mij een mooie titel voor zo’n boek, al is het maar omdat meisjes zich ontzettend kut moeten voelen wanneer ze vijftien, zestien zijn en beginnen te zoenen met jongens die al lang weten dat ze een piemel hebben en erecties kunnen krijgen en die niet alleen veel autonomer lijken in hun seksuele ontwikkeling, maar dat ook zijn. Vrouwen, concludeert Joyce McFadden, kunnen gevangenzitten in een interne strijd tussen enerzijds hun opvoeding, de schaamte die ze van hun moeder hebben afgekeken omtrent hun lichaam en hun seksuele verlangens, en anderzijds de drang om hun eigen instincten te volgen. Vrouwen kunnen het recht missen om trouw aan zichzelf te zijn, omdat ze zijn opgevoed door moeders die dat zelf ook niet waren. Omdat ze zijn grootgebracht met het idee dat veel van hun wezenlijke kenmerken – hun vrouwelijkheid, hun spontaniteit, hun onbevangenheid – de kop in moesten worden gedrukt om niet de verlangens van mannen op te wekken. Zoals een vrouw in Your Daughter’s Bedroom beschrijft: “Ik heb het gevoel dat mijn moeder me heeft geleerd om vervreemd van mezelf te raken.” Dat had ik precies zo kunnen zeggen. Veel artikelen en boeken gaan tegenwoordig over hoe feminisme nog steeds relevant is, over hoe vrouwen nog altijd seksistisch worden bejegend, over hoe vrouwen specifieke vrouwenprijzennodig hebben om erkend te worden, over hoe vrouwen nog altijd minder verdienen
en dat vaders in actie zouden moeten komen om meer zorgverlof te krijgen. Terecht, maar als je het mij vraagt is het symptoombestrijding en vooral een hip gedoe om niets zolang er niet een diepere laag wordt aangeboord. Los van het feit dat die artikelen en boeken regelmatig herhalen wat al decennia eerder en veel beter is opgeschreven en in die zin het feministische discours niet bepaald verder helpen, negeren veel van die verhandelingen de rol van de vrouw hierin. En de vraag waarom zij die rol handhaaft. Het is vooral een wijzen naar anderen – naar mannen, naar de maatschappij, naar de politiek. Maar weinig wordt geschreven over de typische vervreemding waar wij vrouwen een alleenrecht op lijken te hebben: de vervreemding van de meest wezenlijke aspecten van onze identiteit. Vervreemding van ons lichaam, dat we hebben geleerd om te dik te vinden, te vol, te lang of te kort, te puntig of te rond, te grof of simpelweg te lelijk. Vervreemding van onze behoeftes, die we hebben geleerd te negeren om niet nog dikker te worden (als het gaat om honger), om niet als slet te worden weggezet (als het gaat om lust), om ons niet slecht of schuldig te voelen (als het gaat om masturberen, of anderszins ons lichaam te leren kennen). Vervreemding van onszelf, wie we zijn, met alle ambitie, geestdrift en vrouwelijkheid die daarbij horen. O
W
aarom dit boek? “Ik had het idee dat moderne ontwikkelingen het bovendien moeilijker maakten om vrouw te zijn – door de toenemende druk op uiterlijk en perfectie, die zich zo zichtbaar vertaalt in fitgirls en een almaar dunner wordend schoonheidsideaal. Ik kende onderhand geen vrouw meer die nog probleemloos een boterham met pindakaas naar binnen schoof en die botox niet op z’n minst al een keer had overwogen. Jonge vrouwen ook! Ik merkte dat jonge vrouwen zich al lieten verbouwen met borstvergrotingen, lippenfillers en schaamlipcorrecties. Een meisje van twaalf, het bloedmooie zusje van een jongen die ik interviewde over zijn sixpack, vertelde dat ze vier keer per week in de sportschool stond omdat ze haar benen te dik vond. Haar benen waren ongeveer zo dun als mijn middelvinger. Haar broer knikte begripvol en zei, ja, haar bovenbenen zijn iets te dik. Zou het kunnen, dacht ik, dat het steeds moeilijker is om vrouw te zijn? Daar wilde ik over schrijven.” Hoe komt het dat vrouwelijke seksualiteit zo is omgeven door taboes? “Allereerst heeft dat te maken met onwetendheid. De seksuologie, maar ook vrouwen zijn lange tijd onwetend geweest over hoe de vrouwelijke seksualiteit precies werkt. Dat vrouwen dat vaak van zichzelf niet weten, heeft een anatomische reden: bij mannen is het geslachtsorgaan zichtbaar en ook hoe het werkt. Bij OPZIJ I NR. 10 I 2017
69
VOORPUBLICATIE
vrouwen zijn de geslachtsorganen naar binnen gekeerd en is het wat onduidelijker hoe orgasmes werken. Daarbij komt dat vrouwen vaak niet worden opgevoed met het idee dat het oké is om hun seksualiteit te ontdekken. Meisjes hebben geen natte droom en van hen wordt niet meteen verwacht dat ze masturberen of veel bezig zijn met seks. Van jongs af aan worden ze opgevoed met het idee dat ze netjes moeten zijn, dat ze niet ordinair of sletterig moeten zijn en dat ze de lust van mannen niet dienen uit te lokken. Hun seksuele ontwikkeling is van begin af aan omgeven met gevaren: ze moeten oppassen niet zwanger te worden, niet aangerand of verkracht te worden. Ze ontdekken wel al heel snel dat hun uiterlijk een ding is voor de buitenwereld en dat ze idealiter mooi zijn, aantrekkelijk en leuk. Maar niet te, want dan zijn ze een slet. Seksualiteit is zo nogal verwarrend voor meisjes, om niet te zeggen vervreemdend. Want hun lichaam is net zo seksueel als dat van jongens. Alleen leren zij het af om daarvan te genieten en dat als iets onschuldigs te zien. Die vervreemding werkt door tot in hun volwassen levens, wanneer ze vrouw zijn en functioneren in een maatschappij die steeds meer van ze eist dat ze mooi zijn, slank zijn et cetera. Ik denk dat ze moeten stoppen met denken en controleren en beginnen met voelen. Ik denk dat ze gevoelens van schuld en schaamte zullen tegenkomen als ze dat doen, en dat het goed is als ze daarover praten. Schuld en schaamte hebben de neiging om te verdwijnen als je ze bespreekbaar maakt. Ik denk dat dat hoog tijd is. Voor mannen trouwens ook.” Je hebt veel gesprekken gehad met vrouwen en experts over seks. Wat bleef je van de gesprekken bij? “Veel vrouwen die ik sprak dromen van een soort mythische seks, waarvan ze denken dat die wel bestaat, maar niet in hun slaapkamer. Ze dromen ervan om los te gaan en vrij te zijn, hun gêne los te kunnen laten en daadwerkelijk te kunnen genieten van seks zonder dat hun hoofd in de weg zit. Veel vrouwen ervaren remmingen, maken zich zorgen tijdens seks om hun uiterlijk, of hun buik niet hangt en hun billen niet te veel lubberen. Veel vrouwen, kortom, zijn bezig met de ander en hoe die ander hen ziet tijdens seks. Dat is killing voor de extase die seks kan geven. Gesprekken met seksuologen en recente boeken van seksuologen hebben me geleerd dat dit een typisch probleem voor vrouwen is. Afhankelijk van hun opvoeding en ervaring hebben veel vrouwen moeite om hun seksualiteit te zien als iets van henzelf. Bijna tweederde van de vrouwen in Nederland komt niet klaar tijdens partnerseks. En dat heeft deels te maken met de moeite die ze hebben om ‘solo’ te gaan op het moment dat het orgasme in zicht is. Die fase vereist een zeker egoïsme waar vrouwen moeite mee hebben. Ze zien hun orgasme niet als iets van zichzelf, het dient om de man te laten zien dat hij het goed heeft gedaan. Dat vond ik een nogal schokkende veronderstelling. Het feminisme heeft veel bereikt, maar niet dat vrouwen zich 70
het meest intieme en persoonlijke dat ze hebben durven toe te eigenen.” Wat hoop je dat vrouwen die je boek lezen ervan leren? “Ik hoop dat ze zullen leren dat een fijn seksleven iets is waar ze recht op hebben, dat remmingen niet nodig zijn en dat onzekerheid verdwijnt als je erover praat. Ik hoop dat ze zullen ontdekken hoe geweldig seks kan zijn als je die remmingen loslaat, en hoe dit doorwerkt in de rest van je leven. Ik heb er een jaar over gedaan om dit boek te schrijven en ik ben in dat jaar een ander mens geworden. Of liever: ik ben geworden wie ik altijd al was en wie ik moest zijn. Dat gun ik alle vrouwen.” En ehhh, bestaan er seksrobots voor vrouwen? “Jaa, daarvoor moet je mijn boek lezen denk ik. Tip van de sluier: ze bestaan nog niet, maar zullen rap verschijnen. Tenminste, als vrouwen zich zullen mengen in deze snel vorderende ontwikkeling. Als we het aan de industrie overlaten, zullen de seksrobots voornamelijk vrouwelijk zijn, en wel in gedaantes die voor veel vrouwen als bedreigend zullen worden ervaren.”
Maartje laterveer - Vrouwen en seks € 19,99 (Lebowski)
K
KUNST & CULTUUR
Met onder andere
BOEKEN
FILM & TV
• Leila Janah • Oude liefde • Het intieme vreemde • Daphne • De mogelijkheid van jou • The mountain between us
KUNST
PODIUM
REIZEN
• Hollandse Meesters uit de Hermitage • Anoek Steketee • Mata Hari
• Crossing Border • GVD! • Tieren • Het verstikkende leven
• Lissabon
OPZIJ I NR. 10 I 2017
71
KUNST & CULTUUR/INTERVIEW
NAAR BED MET
DIETRICH &PIAF
De Duits-Amerikaans actrice en zangeres Marlene Dietrich (1901-1992) en de Franse zangeres Edith Piaf (1915-1963) waren iconen van de vorige eeuw. Wie kent hun nummers La Vie en Rose en Von Kopf bis Fuss niet? Niet iedereen weet dat de vrouwen ook hartsvriendinnen waren, Dietrich was zelfs getuige op een van de huwelijken van Piaf. Die opvallende vriendschap was plotseling ook weer over. Was het jaloezie, een man of toch iets anders? Irene Kuiper en Frederique Sluyterman kruipen in de huid van de grande dames in hun voorstelling In bed met Dietrich en Piaf . 72
KUNST & CULTUUR/INTERVIEW DOOR MARLEEN HOGENDOORN BEELD JULIE BLIK LOCATIE LEIDSE SCHOUWBURG
I
rene Kuiper en Frederique Sluyterman kennen elkaar uit het vak. Kuiper speelde onder andere in Les Misérables, Saturday Night Fever en Sister Act en Sluyterman in My Fair Lady, Chicago, 42nd Street en Flash Dance. Ze zagen elkaar weleens tijdens audities en speelden zelfs een keer dezelfde rol. Bij de musical Billy Elliot deelden ze een kleedkamer. Waar komt de fascinatie voor Dietrich en Piaf vandaan? Frederique: “Ik zag een documentaire over Dietrich. We zaten middenin de musical en hadden allebei een mindere dag. Ik appte Irene: als je weer even power wil krijgen, moet je deze documentaire zien. Irene had Piaf al eens gespeeld en wees me erop dat de twee vriendinnen waren. De volgende dag in de kleedkamer hadden we het erover en wilden we er wat mee doen. Op een zekere leeftijd is het lastig om aan rollen te komen. Je kunt beter iets op tv doen als je bekend wil worden, dan een waarderingsprijs in het theater winnen. En om van de onzekerheid af te komen, kwamen we op het idee om zelf een voorstelling te maken.” Irene: “Theater is een afgescheiden gebeuren. Het is grillig in het vak, de ene keer ben je inzetbaar en de andere keer niet. Het wisselt per seizoen. Kijk, een grote productie is heel leuk om te doen, maar je bent een schakel. Dit stuk is kleinschaliger, we hebben zelfs net over de enveloppen voor de uitnodiging van de première gesproken. We moeten alle knopen zelf doorhakken.” Hoe hebben jullie onderzoek naar de vrouwen gedaan? Frederique: “Er is weinig over hen geschreven, er zijn wel veel foto’s van hun samen bewaard gebleven. We hebben veel gelezen, films gekeken, gepraat en er veel over gefantaseerd. De dochter van Dietrich schreef een biografie over haar moeder, een waanzinnig boek. Maar daar komt die hele vriendschap niet in voor, zij had een bloedhekel aan Piaf. Marlene had ook een vreemde manier van liefde geven aan haar dochter.” Irene: “Ze was erg bezig met de buitenkant van het moederschap denk ik. Als haar dochter bij haar was dan moest ze ook op de foto, als haar moeder mensen ontving moest ze er bij zitten. Alsof het allemaal perfect was. Ze was gewoon in dienst van haar moeder. Het is een beklemmende biografie. In het begin is ze lovend en aardig over haar moeder, maar dan komen er scheurtjes in de relatie en kantelt het en blijkt het een afrekening te zijn.” Frederique: “Dit boek is het uitgangspunt van onze voorstelling. Dietrich woonde de laatste vijftien jaar van haar leven als een kluizenaar in haar Parijse OPZIJ I NR. 10 I 2017
73
KUNST & CULTUUR/INTERVIEW
appartement, de laatste tien jaar lag ze zelfs alleen maar in bed. Ze ging niet meer naar de wc en had een po naast haar bed, haar krantenartikelen en foto’s lagen om haar heen. Allemaal details die ze zelf nooit naar buiten had willen hebben, maar haar dochter schrijft het wel op.” Irene: “Onze voorstelling begint met Dietrich die in bed ligt en tijdens een slapeloze nacht opeens Piaf voor zich ziet. Ze komt verhaal halen en wil hun conflict voor eens en voor altijd uitpraten.” Wat viel jullie op aan de vrouwen? Irene: “Piaf kun je beschrijven als iemand die mateloos is, zich in het leven stort en het verslindt. Ze hield van
een van de eerste optredens van Piaf zat Dietrich in het publiek. In onze beleving is het daar allemaal begonnen. Dietrich werkte toen al twintig jaar in Hollywood, Piaf kon niet echt doorbreken daar.” Irene: “En toen werden ze vriendinnen. Ze hebben heel veel lol gehad samen. Over mannen bijvoorbeeld. Hoe ze allebei met mannen omgingen, om hun vinger wonden en ze lieten gaan als ze hen verveelden; ik denk dat ze daar heel smakelijk om hebben gelachen.” Frederique: “Ze stonden allebei aan de top in hun vak. Niet een jaar of twee, maar jarenlang. Wat doet dat met je?” Irene: “De vrouwen hadden zelf niet veel vriendinnen, ze
‘Dietrich was seksueel heel vrij. Ze hield van verleiden en vond het spel belangrijker dan de daad. Tijdens de oorlog zong ze voor de troepen en zei tegen de mannen: Neem me maar’ mannen, van drank, van pillen en van het nachtleven. Ze was wars van glamour, je kunt haar uittekenen in een simpele zwarte jurk met platte schoenen. Ze heeft gemeen met Dietrich dat ze van de mensen om haar heen, zelfs haar zus, eist dat ze volledig tot haar beschikking staan. Ze kwam van de straat en overleed op jonge leeftijd.” Frederique: “Dietrich ging over de vorm en plande alles. Ze wilde controle over alles. En natuurlijk glamour, glamour, glamour. Ze was een stijlicoon, het gevoel voor stijl zat in haar. Ze was gefixeerd op haar uiterlijk. Er gaat een verhaal dat ze voor een voorstelling in Londen de vloer van het podium checkte of er een spijkertje loszat, zodat haar jurk nergens aan kon blijven hangen. Daarna ging ze nog even de kleedkamer schrobben met chloor. Iemand vroeg wat ze aan het doen was. Ze antwoordde: ‘Ik moet hier vanavond optreden en ik wil dat alles oké is.’ Ze had op een gegeven moment een ontsteking in haar benen en was ingezwachteld, want the show must go on. Ik denk er vaak over hoe het moet zijn als je vindt dat je niet meer de moeite waard bent voor de wereld en binnenblijft in bed. Tot je 95ste.” Irene: “Het viel me op dat het zakenvrouwen avant la lettre waren. De Sylvia Toths van de vorige eeuw. Piaf gaf dan wel iets te veel uit, maar ze verdiende het geld wel. Dietrich had haar zaken wat beter op orde, ze was de eerste die had geregeld dat ze een percentage winst van de film kreeg. Het waren ondernemende vrouwen, zeker voor die tijd.” Hoe is de vriendschap begonnen? Frederique: “In Amerika leerden ze elkaar kennen. Bij 74
waren meer mannenvrouwen. Ik denk dat ze zich daardoor ook tot elkaar voelden aangetrokken. Ze vertrouwden elkaar en hoefden niet beter te worden van elkaar. Ze gaven elkaar advies en vroegen hoe ze iets zouden aanpakken. Zo van: je kunt beter niet twee flessen wijn drinken voor een show. Oké, dan neem ik er maar één hahaha.” Frederique: “We onderzoeken in onze voorstelling hoe de vriendschap is gestopt. Het wordt een Scrooge-achtig verhaal. We blikken terug op het verleden en kijken waarom iets zo is gegaan destijds.” Irene: “Ze waren allebei zo verschillend. Je kunt je voorstellen dat op een gegeven moment de maat voor de één vol is. Ego’s kunnen botsen. Wat doe je als je je vriendin willens en wetens richting afgrond ziet gaan? Op een bepaald punt zeg je: tot hier en niet verder.” Dietrich was openlijk biseksueel. Zou er meer dan vriendschap tussen de twee zijn geweest? Frederique: “Dietrich was seksueel heel vrij. Ze hield van verleiden en vond het spel belangrijker dan de daad. Tijdens de oorlog zong ze voor de troepen en zei tegen de mannen: ‘Neem me maar.’ Ze koppelde seks los van emotie, ze vond het een gedoe. Zo van: ‘Die penetratie, moet dat nou?’” Irene: “Piaf heeft geen opvoeding gehad en was helemaal bandeloos. Ze lustte er wel pap van.” Frederique: “Of er iets tussen hen is gebeurd, weet ik niet. Het zou zo maar kunnen met die twee. Maar die zoen is volgens ons pure provocatie geweest, dat past goed bij hen.” Irene: “Precies. Lekker samen tegen de heilige huisjes aanschoppen.” O
KUNST & CULTUUR/INTERVIEW
OPZIJ I NR. 10 I 2017
75
KUNST & CULTUUR/BOEKEN
GIVE WORK
D
e Amerikaanse Leila Janah (34) is de oprichter van Samasource, een bedrijf dat kansarme mensen in ontwikkelingslanden voorziet van digitaal werk. In haar boek Get Work deelt zij haar ervaringen en revolutionaire business model dat armoede de wereld uit moet helpen. Waarom heb je Give work geschreven? “Ik heb mijn boek geschreven om jongeren te inspireren om aan de slag te gaan als sociaal ondernemer of om te werken voor een bedrijf met een sociale missie. Ik denk ook dat er steeds meer jongeren zijn die niet meer willen werken voor een bedrijf dat geen maatschappelijke missie heeft. Je ziet dit in hun keuze voor producten en in hun andere uitgaven. Deze generatie verschilt enorm van de vorige generatie, die vooral zekerheid belangrijk vond. Millenials hebben de neiging om hun geld te besteden aan ervaringen en kiezen daardoor voor een diepe verbintenis met de rest van de wereld. Waarom besloot je om juist nu dit boek te schrijven? “Toen ik begon met het schrijven van dit boek, wist ik dat de verkiezingen eraan kwamen. Trump werd gekozen als president en meer dan ooit wilde ik duidelijk maken dat het belangrijk is om te weten waar je je geld aan uitgeeft. Elke keer als je een product koopt, stem je voor de wereld die je wilt zien. Als we geld uitgeven aan merken die iets terugdoen voor de
76
wereld, dan verbetert het leven van vele mensen. Dus we stemmen met onze dollars voor wat we belangrijk vinden.” Op je 25ste besloot je een nonprofit op te starten. Hoe verschilt jouw bedrijf van ontwikkelingshulp? “Samasource creëert banen in de technische sector. We leren de mensen eenvoudige, technische vaardigheden zoals het taggen van foto’s of het uitschrijven van transcripten. Samasource heeft al 20.000 mensen geholpen om boven de armoedegrens uit te stijgen. In mijn boek schrijf ik over mijn businessmodel dat al meer dan tien miljoen dollar aan inkomen heeft genereerd voor een hele arme groep mensen. Wij bieden werk, in plaats van dat we geld geven. Op deze manier komt het geld rechtstreeks in handen van de allerarmsten en hebben zij een vast inkomen. Ontwikkelingshulp kent veel problemen. Het is goed en belangrijk dat armoede wordt aangepakt, en ik wil mensen ook niet ontmoedigen om hier iets aan te doen. Maar we weten nu dat het traditionele model niet werkt. We hebben al miljarden uitgegeven aan hulp in Afrika. En het reële inkomen voor de armste mensen is ongeveer hetzelfde gebleven. Dat komt doordat het geld de armste mensen niet direct bereikt.” Waarom dacht je dat jouw idee wel ging lukken?
“In het Westen hebben we het idee dat als je een opleiding hebt afgerond, het wel goed komt. Dat is niet waar. In Kenia en Ghana wonen veel mensen die goed zijn opgeleid, maar geen werk kunnen vinden. Deze mensen hebben vaak als enige in hun familie een opleiding gevolgd, wat enorme kosten met zich mee heeft gebracht. Als zij geen werk hebben, dan heeft dit gevolgen voor hun hele familie. De inwoners van Kenia en Ghana zijn goed opgeleid en daardoor wist ik dat mijn idee moest werken. Ze hebben gewoon kansen nodig.” O Het eerste hoofdstuk is volledig te lezen op onze site: opzij.nl/leila-janah-01102017/ Leila Janah - Give Work €23,00 (Penguin Random House)
KUNST & CULTUUR/BOEKEN
HET BESTE WAT WE HEBBEN
G
riet op de Beeck (1973) is terug na Vele hemels boven de zevende, Kom hier dat ik u kus en Gij nu. Het beste wat we hebben is een boek over stoppen met almaar doorgaan en stil blijven staan, over de complexiteit van collectief oud zeer, over hoe ver de schaduwen van het verleden reiken, over afscheid durven nemen, over wat een mens kan doen in een wereld zoals die van nu. Deze roman is het eerste deel van
een trilogie waarin Op de Beeck een voor haar belangrijke thematiek tot op het bot wil proberen uit te spitten. Drie boeken, perfect afzonderlijk te lezen indien gewenst, met drie perspectieven op eenzelfde thema die telkens de ruimte krijgen. Omdat sommige dingen nu eenmaal niet simpel te vertellen zijn. Griet op de Beeck – Het beste wat we hebben €22,50 (Prometheus)
SANDWICHVROUW
E
en sandwichvrouw verwijst naar de sandwichgeneratie: de generatie die werk combineert met de zorg voor kinderen én ouderen. Het boek komt voort uit de columnreeks van Allison Pearsons gelijknamige serie columns in The Daily Telegraph. Kate Reddy is een werkende moeder, wordt bijna vijftig en heeft te dealen met pubers, opvliegers en schoonouders die zorg
nodig hebben. Haar man wordt ontslagen en heeft last van zijn midlifecrisis. Om een financiële ramp tegen te gaan, moet Kate na een pauze van tien jaar weer terug de arbeidsmarkt op. En die blijkt genadeloos te zijn voor een vrouw van tegen de vijftig. Allison Pearson – Sandwichvrouw €21,99 (Atlas Contact)
DE MEISJESKLEEDKAMER
E
liza Keenan mist maar een ding in haar drukke en gezegende leven: seks! Want wie heeft daar nou tijd, energie of zin in tussen alle dagelijkse verplichtingen door? Ze is moeder van twee zoontjes, gelukkig getrouwd met een hoogleraar in de wiskunde en mede-eigenaar van de chicste bloemenzaak van Toronto. Tot Eliza op een dag een prachtige jonge vrouw in de meisjeskleedkamer van het zwembad bespiedt. De relatie die al snel tussen hen ontstaat doorbreekt taboes en brengt niet
alleen haar eigen veilige bestaan in gevaar, maar ook dat van haar gezin en haar minnares. Maar de lichamelijkheid is zo alomvattend, zo intiem, zo eerlijk – die kan toch onmogelijk slecht zijn? De Canadese Karen Connelly (1969) brengt in De meisjeskleedkamer zeer persoonlijke en tegelijk zeer politieke onderwerpen voor het voetlicht. Karen Connelly – De meisjeskleedkamer €19,99 (Querido) OPZIJ I NR.10 I 2017
77
KUNST & CULTUUR/BOEKEN Jente Jong – Het intieme vreemde €18,99 (Querido)
HET INTIEME VREEMDE
J
ente Jong (1985) debuteert met Het intieme vreemde. Het boek gaat over Sarah, een jonge actrice. In haar jeugd wordt haar voorgehouden dat haar moeder is overleden, maar ze ontdekt dat haar moeder nog leeft. Op een dag denkt
DE MOGELIJKHEID VAN JOU
L
aurence en Laurent, ze móeten elkaar wel tegenkomen. Zij is een jonge modeontwerpster, omringd door vrienden en geliefden. Hij is een schrijver, eeuwig schavend aan zijn woorden, onafhankelijk, misschien zelfs eenzaam. In de straten van Parijs, en onder toeziend oog van een groter publiek, balanceren ze tussen verbeelding en realiteit, gemis en geluk. De vrienden van Laurence en de familie van Laurent zien de twee steeds minder, het stel lijkt op te gaan in de ogenschijnlijk perfecte harmonie van hun verbond. Maar is dat verbond wel zo volmaakt? Is de ander wel mogelijk? Sophie van der Stap (1983) schrijft met De mogelijkheid van jou een mooie ode aan de liefde. Geloof je in de ware liefde? “Ik zou zeggen dat zolang het geloof er is, de liefde er kan zijn. Ik denk dat liefde, als in een lange verbintenis met vallen en opstaan, iets is wat je allebei moet willen aangaan en voor moet blijven willen vechten. Er is waarschijnlijk niks heerlijkers dan
78
Schrijf je al lang? “Ik schrijf sinds ik me kan herinneren. Ik schrijf vanuit noodzaak, omdat ik verhalen móét vertellen. Op filosofische wijze leg ik de gebeurtenissen uit mijn eigen leven onder een vergrootglas, in een poging er grip op te krijgen. De nieuwe inzichten verbind ik met de tijd waarin we nu leven en met andere mensen. Daarnaast is het een stuk eenvoudiger met je troep te leven als je het begrijpt.”
Hoe kwam je op dit boek? “Ik vond dat ik mijn moeder moest leren kennen, meer over haar te weten te moest komen en over die zoektocht zou ik een boek schrijven. Het is begonnen als een persoonlijke zoektocht en een zoektocht naar mijn schrijverschap.” Er staan dagboekfragmenten van je overleden moeder in het boek. Was het moeilijk om autobiografische delen te verwerken? “Nee, ik kan niet anders. En mijn moeder schreef over het breken uit vaste kaders, het verlangen te schrijven en vooral dat het haar nooit ging lukken. Dat ze nooit zo zou kunnen schrijven als Anaïs Nin. Maar dat deed ze dus wél. Het is mooi dat het uiteindelijk toch een boek tot resultaat heeft gehad.”
Sophie van der Stap – De mogelijkheid van jou €18,99 (Prometheus) verliefd worden, maar dat wat er na komt, verliefd blijven, daar begint denk ik pas de liefde. En dat is denk ik zo moeilijk omdat je een idee van jezelf, dat wat jij zou zijn, moet loslaten. Zo is althans mijn ervaring. Ja, ik geloof dus in de liefde, en dit geloof brengt geluk.” Naast liefde schrijf je ook vaker over Parijs, is dit je favoriete stad? “Ja, en dat zal het denk ik altijd blijven. Ik heb in best veel steden tijd doorgebracht en mijn thuis is nu in New York. Maar al die steden zijn voor mij inwisselbaar en Parijs is dat niet. Het is een stad waar je heel goed alleen kunt zijn. Ik denk omdat er zo ontzettend veel leven is, op iedere hoek een bistro zeg maar. Je kunt er eindeloos wandelen, eindeloos ontdekken. En het is een stad van lange, mooie, spontane avonden. Mensen zijn er niet bezig met de volgende dag of een dubbele afspraak. Ieder avond mag het leven gevierd worden.
Misschien is dat ’t: Parijzenaars hebben nooit haast.” Wat inspireert je om te schrijven? “Alles! Mensen, mensen, mensen. Ik wil altijd weten waarom mensen doen wat ze doen, wat hen drijft, wat ze echt denken en wat ze verbergen. Via mijn personages of door een gedachte uit te werken op papier, kom ik daar dichterbij.”
FOTO FERRY VAN DER NAT
FOTO LIZE KRAAN
ze haar te hebben teruggevonden. Ze stopt meteen met haar rol bij een theatergezelschap, want ze kan niet langer op de planken staan. Ze eigent zich een nieuwe rol toe om dichter bij de vrouw die haar moeder lijkt te zijn te komen. Want als je ergens maar hard genoeg in gelooft, wordt het vanzelf waarheid.
KUNST & CULTUUR/BOEKEN
1
2
(-)
(-)
3 4 5
(2)
(-)
(3)
David Lagercrantz - De man die zijn schaduw zocht Lisbeth Salander is terug! Na een heldhaftige actie belandt Lisbeth Salander voor korte tijd in een vrouwengevangenis. Het duurt niet lang of ze haalt zich de woede van bendelid Benito op de hals. Door haar sterke rechtvaardigheidsgevoel kan ze niet lijdzaam toezien hoe de gevangene in de cel naast haar, de timide Farida Kazi, geterroriseerd wordt door de bende van Benito. De bewakers willen of durven er niets aan te doen. Als haar oude voogd Holger Palmgren Lisbeth bezoekt en vertelt dat hij documenten heeft over hoe zij als meisje door de autoriteiten behandeld werd, gaat Lisbeth op onderzoek uit. De naam van vermogensbeheerder Leo Mannheimer komt naar voren en ze wil dat haar goede vriend, journalist Mikael Blomkvist onderzoek naar hem doet. Intussen is Lisbeth in de gevangenis niet meer veilig. Tess Gerritsen - Ik weet een geheim Een jonge vrouw wordt dood in haar bed aangetroffen. Haar ogen zijn uit hun oogkassen gerukt en in haar hand gestopt. Is het een hint naar de horrorfilms die het slachtoffer heeft gemaakt? Het onderzoek leidt rechercheur Jane Rizzoli en patholoog-anatoom Maura Isles naar een moordzaak die jaren geleden werd opgelost. Maar zit de moordenaar wel echt in de gevangenis of loopt hij nog vrij rond? Vreemd genoeg is er iemand die weet dat zij het volgende slachtoffer wordt, maar zij heeft een geheim dat ze niet kan doorvertellen. Ik weet een geheim is weer een genadeloos spannende thriller van Tess Gerritsen, die eerder o.a. De chirurg, Zustermoord en Sneeuwval schreef. Femke Roobol - De erfenis van Mozart Op doorreis naar Parijs leert de jonge Wolfgang Amadeus Mozart de muzikale familie Weber kennen. Wolfgang wordt verliefd op dochter Luise, maar die wijst hem af. Haar zus Constanze is echter gefascineerd door de jonge en beroemde componist. Jaren later zien ze elkaar weer. Een romance bloeit op en ze trouwen. Haar leven als vrouw van Wolfgang is niet makkelijk: haar schoonfamilie heeft een hekel aan haar, er zijn voortdurend geldproblemen en ze verliest vier kinderen kort na de geboorte. Ze moet toezien hoe hij met allerlei mooie dames samenwerkt, waaronder met haar zus Luise. Ondanks alles blijft ze hartstochtelijk veel van haar geniale maar wereldvreemde man houden. Als hij op 35-jarige leeftijd overlijdt blijft Constanze achter met twee kleine kinderen, torenhoge schulden en het immense oeuvre van een van de grootste componisten ter wereld. Simone van der Vlugt - De doorbraak Na een traumatische gebeurtenis ontvlucht de jonge Romée, een talentvolle zangeres, haar ouderlijk huis. Ze wordt ontdekt en breekt door, maar kan niet genieten van de plotselinge roem. Ze wordt beschuldigd van plagiaat en krijgt te maken met een angstaanjagende stalker. Dan raakt haar broer Rob ook nog vermist tijdens zijn wereldreis. Wanhopig gaat ze naar hem op zoek. Al snel blijkt dat Romée tijdens haar zoektocht de confrontatie moet aangaan met haar verleden en terug moet naar het dorp waar ze zoveel ellende heeft meegemaakt. Wie kan ze nog vertrouwen? Emilie Sobels en Martje Haverkamp, Babe, you got this Emilie Sobels en Martje Haverkamp schreven Babe, you got this, een inspirerend boek voor jonge vrouwen met ambitie die er wat moois van willen maken. Ze gingen te rade bij een twintigtal succesvolle vrouwen waaronder Neelie Kroes, hoofdredacteur Sanne Groot Koerkamp en actrice Hanna Verboom en vroegen hen om advies. Hoe werden zij succesvol in hun beroep, waar ging het mis en hoe blijven ze trouw aan zichzelf en hun idealen? Op basis van deze gesprekken geven de auteurs praktische tips over omgaan met druk en angst om te falen, werk plannen, jezelf laten zien en jezelf verkopen, maar ook over de balans tussen werk en privé. OPZIJ I NR.10 I 2017
79
KUNST & CULTUUR/FILM & TV
OUDE LIEFDE
A
ls hun veertigjarige zoon plotseling overlijdt, zien de gescheiden ouders elkaar weer voor het eerst sinds jaren. De zestigers, gespeeld door Beppie Melissen en Gene Bervoets, zoeken troost bij elkaar en hun oude liefde laait weer op. Want ja, oude liefde roest niet. Ze proberen hun affaire geheim te houden voor hun dochters
(Halina Reijn en Eva van der Gucht) en schoondochter (Hadewich Minis), maar dat is lastiger dan gedacht. Voordat ze het weten raken zij net als
hun families verstrikt in de gevolgen van deze grote, oude liefde. Vanaf 2 november in de bioscoop
DAPHNE
W
at wil ik nou? Dat vraagt de 31-jarige Daphne (gespeeld door Emily Beecham) zich af, zoals zoveel dertigers. Ze is te jong om zich te settelen maar ook weer te oud om doelloos te leven. Lange nachten, werken, drank, een zieke moeder en verschillende minnaars zijn een welkome afleiding van deze belangrijke levensvraag. Maar dan dwingt een dramatische gebeurtenis haar om haar leven onder ogen te komen. Daphne wordt deelnemer in plaats van toeschouwer en ontdekt haar kwetsbare kant. Vanaf 19 oktober in de bioscoop
THE MOUNTAIN BETWEEN US
D
okter Ben Bass (Idris Elba) en journaliste Alex Martin (Kate Winslet) charteren zelf een vliegtuigje als door een storm alle vluchten zijn gecanceld. De twee zijn volslagen vreemden van elkaar, maar leren elkaar kennen tijdens de vlucht. Het vliegtuigje crasht in een afgelegen gebied op een met sneeuw bedekte berg. Hulp blijft uit, dus de
80
twee besluiten zelf ernaar te gaan zoeken. Ze beginnen aan een verschrikkelijke barre tocht door honderden kilometers wildernis. Ze vragen het uiterste van elkaar om te overleven, waardoor er onverwachts een aantrekkingskracht wordt aangewakkerd tussen de twee. Vanaf 26 oktober in de bioscoop
KUNST & CULTUUR/TENTOONSTELLLING
WELKE? Hollandse Meesters uit de Hermitage WAAR? De Hermitage Amsterdam WAT? Uit Sint-Petersburg voor even terug in Nederland: 63 topwerken van vijftig verschillende Hollandse schilders uit de zeventiende eeuw. Rembrandt, Ferdinand Bol, Gerard Dou, Frans Hals, Jan Steen en vele anderen. WAAROM? Ontdek waarom de tsaren juist de Hollandse meesters aankochten. Hoe verliep de handel in kunstwerken onder Peter de Grote en Catharina de Grote en hun opvolgers. Hoe is de collectie in Rusland tot stand gekomen? WANNEER? Van 7 oktober 2017 tot en met 27 mei 2018. www.hermitage.nl
Rembrandt, Flora, 1634, c State Hermitage Museum, St Petersburg Tima, 5 weken, staatloos Anoek Steketee, Amsterdam, 2017
WELKE? Staatloos. Anoek Steketee WAAR? Het Rijksmuseum in Amsterdam WAT? Steketee portretteerde twaalf mensen, van jong tot oud, en toont met die foto’s hoe mensen vast kunnen lopen in de Nederlandse bureaucratie. Ze zijn staatloos: hebben geen officiële nationaliteit, geen paspoort, geen rechten. Formeel bestaan ze niet. WAAROM? Steketee fotografeerde in opdracht van het Rijksmuseum in het kader van Document Nederland. Jaarlijks wordt een Nederlandse fotograaf gevraagd een actueel maatschappelijk onderwerp in beeld te brengen. WANNEER? Van 6 oktober tot en met 7 januari dagelijks te zien in het Rijksmuseum Amsterdam. www.rijksmuseum.nl Portret van Mata Hari door fotostudio Reutlinger te Parijs (detail), Bibliothèque Nationale de France
WELKE? Mata Hari, de mythe en het meisje WAAR? Fries Museum in Leeuwarden WAT? Stijlicoon, sekssymbool of femme fatale? De Friese Margaretha Zelle betovert in Parijs het publiek met haar exotische dans. Begin 1917 wordt ze opgepakt op verdenking van spionage voor de Duitsers. Ze sterft in dat jaar voor een Frans vuurpeloton in de bossen van Parijs. Was ze werkelijk een spion? WAAROM? Honderd jaar na haar dood opent de grootste Mata Hari-tentoonstelling ooit. Aan de hand van persoonlijke bezittingen, foto’s, plakboeken, brieven en militaire dossiers wordt een beeld gegeven van de Friese vrouw en de iconische Mata Hari. WANNEER? Van 14 oktober 2017 tot en met 2 april 2018. www.friesmuseum.nl OPZIJ I NR.10 I 2017
81
KUNST & CULTUUR/PODIUM
GVD!
FOTO ANNALEEN LOUWES
C
orrie van Binsbergen staat met schrijver Dimitri Verhulst op de planken met de literaire muzikale trip Godverdomse Dagen op een Godverdomse Bol (GVD). GVD is gebaseerd op het gelijknamige boek van Dimitri Verhulst uit 2008. Voor de tournee maakt hij een uittreksel van het boek in zijn kenmerkende stijl - scherp, bijtend met een ironische onderlaag - en presenteert hij de geschiedenis van de mensheid in een oerknal van taal. Vanaf het moment dat we uit het water kwamen gekropen en op twee benen gingen lopen tot nu. Gitarist Corrie van Binsbergen componeert een muzikaal scenario voor een ensemble met Nederlandse jazzmusici en een Vlaams strijktrio. Er is een LP van deze trip, maar het gelegenheidsduo gaat ook op tournee met achtkoppige band door Nederland en België. www.stichtingbrokken.nl
TIEREN
V
FOTO BEN VAN DUIN
oor haar vijfde voorstelling tiert Katinka Polderman welig voort. Niet met stemverheffingen of schreeuwerij, maar juist met vrolijk cynisme, subtiele lompheid, rake observaties en doortimmerde liedjes. In februari 2005 won Polderman zowel de jury- als de publieksprijs op het Leids Cabaretfestival en sindsdien tourt ze door Nederland en België. Haar vijfde show Polderman tiert welig gaat over terrorisme, vluchtelingen, de drang naar veiligheid, hekjes en verkeersborden, babyboomers maar ook over het moederschap. “Ik kom nergens meer aan toe. Ik ben blij dat ik er vanavond even uit ben,” schertst ze op het podium over de komst van haar eerste kind. In deze voorstelling speelt toeval een grote rol. www.poldermanie.nl
HET VERSTIKKENDE LEVEN
D
e newly weds Frank en April Wheeler zijn totaal vastgelopen in hun burgerlijke bestaan in een buitenwijk van een grote stad. Alles draait om voldoen aan het perfecte plaatje. Terwijl ze hun leven steeds meer beginnen te haten, valt hun huwelijk ook nog langzaam uit elkaar. Hoe breek je uit je leven zonder er zelf aan kapot te gaan? Misschien moeten ze alles wel achter zich laten: de saaie toneelclub, vriendschappen, de eentonige baan met het goede salaris. Gewoon vrij zijn en een nieuw leven beginnen in een andere stad. Maar dit idee heeft meer gevolgen dan verwacht. Revolutionary Road is gebaseerd op de gelijknamige roman uit 1961 van Richard Yates, die verhaalt over een huwelijk dat uitmondt in een loopgravenoorlog. In de toneelbewerking van zijn boek spelen Jacob Derwig, Malou Gorter, Teun Luijkx en Alejandra Theus de bewoners van Revolutionary Road. www.rotheater.nl
82
KUNST & CULTUUR/PODIUM
GRENZEN OPZOEKEN
FOTOGRAFIE JESAJA HIZKIA
Op 2, 3 en 4 november vindt in Den Haag de 25ste editie van Crossing Border plaats. Het festival zoekt de grenzen van muziek en woord op en slaat er vervolgens een brug tussen. Je vindt er jaarlijks meer dan honderd optredens van internationale artiesten op het gebied van muziek en literatuur. Gerenommeerde namen maar ook nieuwkomers. Allemaal op verschillende locaties in het centrum van Den Haag. Wij geven je alvast wat tips. www.crossingborder.nl
VUURSPUWEN
C
oely rapt hiphop en zingt gospel alsof ze vuur spuwt. De Antwerpse met Congolese roots leerde zingen in het kerkkoor, maar bracht daarna heimelijke uren door met MTV en dus ook met Jay-Z, 50 Cent, Lauryn Hill en Michael Jackson. Ze heeft in het voorprogramma gestaan van Kanye West, Kendrick Lamar en De La Soul en bracht een steenhard album uit: Different Waters. Coely: 4 november
TRIPHOPTRIP
A FOTO CORBINO
ls Stromae je uitnodigt om zijn afterparty van livemuziek te voorzien en Joss Stone wil wel met je jammen op North Sea Jazz, dan doe je iets ontzettend goed. Met zowel felle flow als warme soul in haar stem, dikke electrobeats van Badjekkah en haar charmante songwriting, zorgt ze voor een futuristische ‘triphoptrip’ van jewelste. Pink Oculus: 3 november
RELIGIE & PSYCHOLOGIE
S
chrijfster Franca Treur groeide als Zeeuwse op in een zwaar gereformeerd gezin, maar liet het geloof als jonge twintiger achter zich. In 2009 debuteerde ze met de roman Dorsvloer vol confetti, een portret dat zó uit haar eigen jeugd gegrepen had kunnen zijn. Deze maand verschijnt haar nieuwste roman Hoor nu mijn stem, waarin wederom een rol is weggelegd voor psychologie en religie. Franca Treur: 4 november
MANSPLAINING
R
ebecca Solnit groeide op in de San Francisco Bay Area en schreef tientallen boeken en essays met een enorm bereik aan onderwerpen: van activisme en politiek tot kunst en klimaat. Solnits boek Mannen leggen me altijd alles uit, waarin ze de inmiddels veelgebruikte term ‘mansplaining’ introduceerde en seksisme aankaart, is dit jaar in het Nederlands verschenen. Rebecca Solnit: 4 november OPZIJ I NR. 10 I 2017
83
VAN OPZIJ
YENTL & DE BOER
84
DOOR MARLEEN HOGENDOORN BEELD BRANDED CINEMA
KUNST & CULTUUR/VAN OPZIJ
Yentl en de Boer – eigenlijk heten ze Yentl Schieman en Christine de Boer - touren deze maand nog langs theaterzalen met hun mooiste bekende liedjes en nieuw werk. Tip: ga nooit naast deze vrouwen een zakje chips eten. “Ik ga zitten zuchten en boos kijken en roep na een tijdje: Lukt het?!”
OPZIJ I NR. 10 I 2017
85
KUNST & CULTUUR/VAN OPZIJ
W
at is je huidige gemoedtoestand? Christine: “Ik denk dat ik namens ons beiden kan zeggen dat we op een heel gelukkig punt in ons leven zijn. We hebben hiervoor een hele drukke periode gehad, onze carrière kwam toen net in een stroomversnelling. Het ging zo snel en we waren moe, we konden er niet van genieten. Nu hebben we deze zomer goed vakantie genomen, we zijn echt vrij geweest en hebben nee gezegd tegen dingen die we niet wilden. Nu zijn we op tour met de band en spelen mooie liedjes. Je bent wel afgepeigerd na een avond, maar we zijn ook zo opgeladen.” Yentl: “We plannen onze tijd beter in, we doen gewoon niet alles meer. Vanavond gaan we optreden, daar leven we de hele dag naartoe. Dan gaan we niet ’s ochtends ook nog andere dingen doen.” Christine: “In het begin is je carrière nummer één. Het is nog steeds heel belangrijk, maar we hebben ook een leven. Onze liefdes en vrienden hebben een grotere prioriteit gekregen dan twee jaar geleden.” Yentl: “Dat kan nu ook omdat de basis van Yentl en de Boer sterker is. We zijn niet bang dat mensen ons opeens niet meer kennen. Christine: “Net na de zomer
hebben meer een balans gevonden.” Welk talent zou je willen hebben? Christine: “Ik zou wel heel goed een instrument kunnen spelen. Ik bespeel wel instrumenten, maar als ik heel goed viool zou kunnen bespelen, dat zou ik top vinden.” Yentl: “Ik zou soms wel beter uit m’n woorden willen komen. Ik vind het moeilijk om heel geconcentreerd te denken. Ik vind een interview op tv heel spannend, ik zou dat wel beter willen kunnen.” Wat is jouw definitie van geluk? Yentl: “Nu is alles heel rustig en in balans, dat is geluk. Daar zou je vaker bij stil moeten staan. Laatst zei onze gitarist: ‘Dit is het moment van je leven. Meer dan dit wordt het niet. Je bent gelukkig in de liefde en hebt het voor elkaar met je werk, daar moet je van genieten.’ Dat is ook zo.” Wat zijn je dagdromen? Yentl: “Ik heb net een hele fijne vakantie gehad en denk daar vaak aan terug. Ik nam alles voor lief en deed ook weleens een hele dag niks. Nu het wat drukker is, denk ik terug aan dat het zo fijn was.” Christine: “De laatste tijd fantaseer ik over een huis kopen met mijn vriend in Amsterdam. Maar de huizenmarkt is hier verschrikkelijk.” Als wie of wat zou je willen terugkomen in een volgend leven? Christine: “Ik ben eerder
‘Mensen zijn beschaafd, maar als er nog maar twee strandstoelen zijn, dan valt alles weg’ waren we daar best een beetje bang voor. We hadden vier maanden niet gespeeld en waren ook niet op tv geweest. We stonden op de Uitmarkt in Amsterdam op een klein buitenpodiumpje. We gingen erheen en dachten: komen er wel mensen? Het stond rijen dik. We waren zo blij.” Yentl: We hebben niet meer het gevoel dat het allemaal voorbij is als we het balletje even laten vallen. We 86
bang voor een volgend leven; dat het alleen maar zal tegenvallen. Dat heb ik vaak gedacht: oh mijn God, dan reïncarneer je en dan moet je het nog een keer doen en waar is Yentl? Ik denk dat mijn leven niet te overtreffen is: ik ben gezond, heb leuk werk, een liefde en lieve ouders. Het zou allemaal nog wel naar de klote kunnen gaan op een moment, maar nu denk ik dat beter dan dit
leven niet bestaat.” Wie leerde je de belangrijkste les? Yentl: “Mijn vriend zegt vaak dat ik me niet moet aanstellen over mijn onzekerheden. Christine ook. Ze zegt: ‘Wees trots op jezelf, het is allemaal niet zo erg.’ Niet dat ik zo onzeker ben, maar soms wel. Dan denk ik: ik kan niks pff.” Christine: “Ik heb geleerd van Yen om soms echt niet te werken, want ik kan soms echt blijven doorgaan.” Yentl: “Ja, moest je dat echt leren?” Christine: “Ja, ik heb dat van huis meegekregen. Mijn vader zit ook nog op zondagavond te werken. Dat voorbeeld krijg je mee. Ik ben er beter in geworden soms even vrij te nemen.” Wie bewonder je? Yentl: “Het moet niet te klef worden, maar ik bewonder Christine. Ik heb heel veel van haar geleerd. Hoe zij liedjes kan schrijven, dat bewonder ik wel.” Christine: “We schrijven allebei liedjes. Dat maakt ons als duo sterk. Er zijn altijd dingen die de ander beter kan. We werken met bewondering voor elkaar. Op het moment dat je neerkijkt op de ander, kun je beter solo gaan.” Yentl: “Doordat Christine beter is in bepaalde dingen, wil ik dat ook bereiken en vice versa. Zo klim je samen hoger.” Christine: “Ik bewonder ook mensen die gelukkig zijn. Yentl: “Ons beroep is heel leuk, maar ook zwaar. Soms denk ik weleens: had ik maar een baantje als dierenverzorger. Gewoon lekker dieren verzorgen en ’s avonds lekker thuis. Zij hebben natuurlijk ook hun eigen zorgen.” Christine: “Ik word wel een steeds ergere huismuts. Ik vind het fijn om thuis te zijn en lekker te koken.” Yentl: “Onze wilde haren zijn eraf.” Welke eigenschap vind je minder aan jezelf? Christine: “M’n onzekerheid. Als ik die achter me zou kunnen laten…” Yentl: “Ik kan niet goed tegen bemoeienissen van andere mensen. Ik kan soms niet fatsoenlijk reageren als mijn vriend iets te zeggen heeft over mij. Dat vind ik vervelend, ik zou willen dat het anders was.” En in anderen? Yentl: “Ons liedje Zitten in de trein gaat daarover, hoe kan je dat
KUNST & CULTUUR/VAN OPZIJ
omschrijven?” Christine: “Het dierlijke in mensen. Als mensen een belang ergens in hebben, vallen soms alle normen en waarden weg.” Yentl: “Als een buffet bijvoorbeeld wordt geopend, dan laten ze alles los: dan moeten ze er als eerste zijn en stapelen ze hun borden helemaal vol.” Christine: “Mensen zijn beschaafd, maar als er nog maar twee strandstoelen zijn, dan valt alles weg.” Yentl: “Egoïsme dus.” Wat is je grootste angst? Christine: “Ik ben bang voor insluipers en Yentl voor geesten.” Yentl: “Ik ben er wel overheen aan het groeien.” Christine: “Echt? Sinds vorige week dan ofzo?” Yentl: “Ik zag die film Paranormal Activity, dan stik ik bijna van angst.” Christine: “Ik ben voor het eerst in mijn leven ook een beetje bang van de wereld; met die natuurrampen zoals orkanen. Ook in combinatie met vluchtelingen uit Afrika en hoe boos mensen op elkaar worden. Ik vraag me weleens af in wat voor een wereld onze kinderen terechtkomen. Maar aan de andere kant, als ik dat met mijn vader bespreek, zegt hij dat het van alle tijden is.” Wat is je grootste prestatie? Yentl: “Dat we zijn waar we nu zijn. Ik hoopte altijd dat dit zou lukken. Het is niet altijd vanzelf gegaan. Ik heb veel getwijfeld, maar we zijn er nu wel. Daar ben ik trots op.” Wanneer had je voor de laatste keer de slappe lach? Christine: “Gisteren. We waren bij een borrel. Yentl wees me op een vrouw die naar een toespraak stond te luisteren. Ze wist zich geen houding te geven. Ze gedroeg zich alsof iedereen naar haar keek. We moesten er zo om lachen.” Wat is je dierbaarste bezit? Christine: “M’n iPhone. Nee, dat zou erg zijn. Ik denk mijn roze gitaar. Die is sinds het prille begin erbij en een essentieel onderdeel van het Yentl en de Boergeluid. Ik had hem ooit in de trein laten liggen. We stapten uit en Yen zei: ‘Je gitaar!’ Ik denk dat ik in nog geen halve seconde weer in de trein zat. Ik dacht: rijd me dan maar naar Parijs toe. Gelukkig bleef de trein nog een tijd stilstaan, maar het idee dat ik
die kwijt raak…” Yentl: “Je kunt hem toch opnieuw laten maken?” Christine: “Nee, het is een kindergitaar die recht is, de meeste zijn gebogen. En er zit een elementje in.” Wat waardeer je het meest in vrienden? Christine: “Ze vertellen je de waarheid. We hadden een vriendin en die deed iets waarvan wij betwijfelden of het wel goed was. We wilden het tegen haar zeggen, want Yentl vond: daarom ben je toch vrienden. Als ik niet eerlijk tegen iemand kan zeggen dat hij of zij iets doet dat slecht voor je is, dan ben ik toch geen vriend?” Yentl: “Het kan soms heel moeilijk zijn om zoiets te zeggen.” Christine: “Ik ben blij dat ik een aantal mensen om me heen heb van wie ik zeker weet dat ze me in de gaten houden. Yentl is er een van. Yentl: “We merken het meteen als er iets is met de ander. We zeggen alles tegen elkaar. Wie of wat ergert je het meest? Yentl: “Ik zat laatst in de bioscoop. Iemand naast me zat Pringles te eten en likte na ieder chipje elke vinger een voor een af. Dan word ik zo kwaad. Ik weet niet wat het is. Dat heeft Christine ook.” Christine: “Ik word gek in het theater en bioscoop van geluidjes. Mijn vriend zei: ‘Focus je gewoon op de film.’ Maar dat kan ik niet. Het is ons vak, we luisteren. We hebben een overontwikkeld oor. Het neemt soms absurde vormen aan. Als iemand naast me een zakje chips opent, ga ik weg. Ik word zelf ook
onuitstaanbaar. Ik ga zitten zuchten en boos kijken en roep na een tijd: ‘Lukt het?!’ Ook in het theater is het zo vervelend. Ik hoorde een keer de hele tijd geroezemoes op de achtergrond, ik dacht dat er iets met mij was, dat ze over mij fluisterden. Dat is mijn onzekerheid. Staat m’n gulp open, hangt er een snotje uit m’n neus? Toen heb ik er wat van gezegd.” Wat is je droom? Yentl: “Gezond blijven, daar ben ik weleens bang voor dat het misgaat. Gezond en gelukkig zijn.” Christine: “Als je me dit vijf jaar geleden zou vragen had ik hele andere dingen genoemd: in grote zalen staan, een cd maken of de Annie M.G. Schmidt-prijs winnen. De laatste tijd is er zoveel gebeurd, het is allemaal gelukt. We zouden nog heel veel dingen willen: de Poelifinario, een hit maken of een tv-serie. We hebben al veel bereikt, maar geniet je daar nou echt van? Of geniet je van uitslapen op zondagochtend, ovenbroodjes maken. Lekker kneuterig.” O OPZIJ I NR. 10 I 2017
87
KUNST & CULTUUR/OP REIS
DOOR DE REISMEIDEN
Lissabon
TIJDREIS AAN DE TAAG
Vorig jaar bleek uit onderzoek van Save the Children dat, best verrassend, Portugal op plaats acht staat als het gaat om de beste landen ter wereld om vrouw te zijn. Daarmee is Portugal het best scorende Zuid-Europese land. Een mooie aanleiding voor de Reismeiden om dit in meerdere opzichten aangename klimaat aan den lijve te ervaren en te starten met een bezoek aan Lissabon en het formeel bij Lissabon behorende Sintra. Daar struikel je bijna over de paleizen, van oud-Moorse burchtwerken tot tegelkastelen.
88
KUNST & CULTUUR/OP REIS
OPZIJ I NR. 10 I 2017
89
KUNST & CULTUUR/OP REIS
L
issabon is de hoofdstad en ook de grootste stad van Portugal. De legende wil dat Lissabon is gesticht door Odysseus tijdens zijn omzwervingen. Wat wel vaststaat is dat Lissabon ongeveer twaalf eeuwen voor Christus is gesticht als handelspost door de Feniciërs. Vanaf de tweede eeuw voor Christus totdat het Romeinse Rijk uit elkaar viel was Lissabon onderdeel hiervan. Later behoorde Lissabon tot het Moorse Rijk, en die invloeden zijn nog terug te vinden op verschillende plekken in de stad. In de twaalfde eeuw werd de stad veroverd door Alfons I van Portugal, met behulp van Kruisvaarders. Na de verovering liet de koning het Castelo de São Jorge bouwen om de stad tegen vijandige aanvallen te beschermen. In 1755 verwoestte een enorme aardbeving een groot deel van Lissabon en werden delen van de stad nagenoeg onbewoonbaar. Er zijn veel historische gebouwen voorgoed verloren gegaan en deze ‘waterscheiding’ heeft duidelijk zijn sporen nagelaten in het huidige Lissabon. De stad is opgedeeld in verschillende wijken, die allemaal hun eigen karakter en uitstraling hebben. Ook de wijken die wat verder van het centrum liggen zoals Belém en Parque das Nações zijn zeker een bezoek waard. Je kunt deze wijken het beste bereiken met het openbaar vervoer of een taxi. En Uber werkt in Lissabon prima. FADO Lissabon is de stad van de fado. In de arme wijken van de stad is deze bijzondere zangkunst ontstaan. De fado kan het beste omschreven worden als het Portugese levenslied. Voor de Portugezen is de fado de stem van vele gemoedstoestanden, maar voornamelijk van de saudade, die van de melancholie. De fado is in het begin van de negentiende eeuw ontstaan in de arme wijken van Lissabon. In deze wijken wordt de fado tot op de dag van vandaag nog steeds ten gehore gebracht. Met name in de wijken Alfama en in de Bairro Alto zijn er nog steeds veel fadoclubs te vinden. Natuurlijk vind je er ook echte touristtraps waar de fado wordt gezongen, maar kies zorgvuldig, want dan is het echt een aanrader om een avond in een fadobar door te brengen. TORRE DE BELÉM De Torre de Belém is gebouwd in de zestiende eeuw als ceremoniële toegangspoort ter ere van de ontdekkingsreizen van Vasco da Gama. De toren stond aanvankelijk op een eiland in de Taag, maar door de aardbeving in 1755 veranderde de stroming, waardoor de toren nagenoeg tegen het vaste land aanstaat. De toren is, net als het tegenovergelegen Hiëronomietenklooster gebouwd in de Manuelstijl. Beide gebouwen zijn opgenomen op de Werelderfgoedlijst van Unesco. MOSTEIRO DOS JERÓNIMOS Het Mosteiro dos Jerónimos oftewel het Hiëronymus Klooster is – meer nog dan de Torre de Bélem –
90
KUNST & CULTUUR/OP REIS
een symbool van de Portugese macht en rijkdom in de vijftiende en zestiende eeuw. De bouw begon in 1502 onder architect Diogo de Boitaca. De basis van de gebouwen is gotisch, maar onder bouwmeester João de Castilho werd het wat het nu is: een prachtig voorbeeld van de zogeheten Manuelstijl, genoemd naar koning Manuel. Het klooster is een van de meest prominente gebouwen van Lissabon. Waarschijnlijk is het klooster gebouwd als dank voor de geslaagde Indiëreis van Vasco da Gama. De ontdekking van de zeeroute zorgde ervoor dat koning Manuel I de rijkste monarch van Europa werd. MUSEU NACIONAL DE ARTE ANTIGA Het Nationaal Museum voor Oude Kunst is het belangrijkste kunstmuseum in Portugal en bestaat al sinds 1884. Het museum herbergt zo’n 40.000 verschillende werken, waarvan de Sint Vincent-panelen misschien wel het meest bekend zijn. Verder hangt er onder andere werk van Jheronimus Bosch, Gil Vicente en Albrecht Dürer.
Daarnaast bestaat de collectie voornamelijk uit kunstwerken en foto’s vanaf de jaren zestig. Popart en minimal art zijn goed vertegenwoordigd in het museum. SINTRA Verblijf je iets langer in Lissabon, dan mag je een bezoek aan Sintra zeker niet overslaan. Behalve dat het stadje zelf de moeite waard is, vind je hier, zogenaamd op loopafstand, een geweldige verzameling paleizen. Met de trein uit het centrum van Lissabon ben je er in ruim een half uur. De verschillende paleizen zijn volgens sommige brochures alle met de voet af te bereiken. Dan moet je wel wat langer blijven. Wij waren er een dag en hebben een afspraak met een Tuk Tuk gemaakt, die ons op de verschillende locaties heeft afgezet en weer opgehaald.
MUSEU BERARDO Het Berardo Collectie Museum ligt in de wijk Belém. Hier kunnen bezoekers van moderne kunst genieten. In het museum hangen werken van onder andere Willem de Kooning, Pablo Picasso en Piet Mondriaan. Het museum is ontstaan uit de kunstcollectie die José Berardo door de jaren heen verzameld heeft. En leuk: het museum kan gratis bezocht worden en is iedere dag van de week open.
PALÁCIO NACIONAL DA PENA Palácio Nacional de Pena is het bekendste gebouw van Sintra. Het is gebouwd in 1840 en behoort sinds enkele jaren officieel tot één van de zeven wonderen van Portugal. Dit felgekleurde kasteel zie je vanuit heel Sintra boven de bergen uitstijgen. Hoewel de buitenkant prachtig is, is het ook zeker een aanrader om het kasteel van binnen te bekijken. De koninklijke familie, die hier vaak in de zomermaanden verbleef, heeft er echt werk van gemaakt. Naast verschillende slaapkamers, een woonkamer, een keuken en een royal dining room, vind je hier ook een speciale Arabische kamer, een eigen kapel, een groene kamer met alleen maar groene accessoires en een enorme balzaal.
CENTRO DE ARTE MODERNA JOSÉ DE AZEREDO PERDIGÃO Dit is hét museum voor de moderne kunst. Het was het eerste museum in zijn soort in Portugal en biedt ruimte aan de collectie moderne en hedendaagse kunst. In dit museum worden kunstwerken getoond uit de periode 1920-1960 van voornamelijk Portugese kunstenaars.
CASTELO DOS MOUROS Castelo dos Mouros is het oudste kasteel van Sintra. Dit Moorse kasteel stamt nog uit de achtste eeuw. Helaas is het deels verwoest in 1147 tijdens de Slag om Lissabon, maar een groot deel van de dikke muren is gelukkig nog helemaal intact gebleven. Je krijgt zo een goede indruk van hoe het kasteel er oorspronkelijk uit gezien heeft.
OPZIJ I NR. 10 I 2017
91
KUNST & CULTUUR/OP REIS
Castelo dos Mouros ligt op de hoogste berg van Sintra, waardoor je vanaf het kasteel een geweldig uitzicht hebt. Als het weer meezit, kun je in de verte de zee zien liggen. QUINTA DA REGALEIRA Quinta de Regaleira is gebouwd in de negentiende eeuw. Je vindt hier het mysterieuze ‘paleis van de miljoenen’, dat is omgeven door een grote tuin vol grotten, rivieren en kleine bouwwerken. Alles in deze tuin is gebouwd met een achterliggende boodschap. Zo heb je een grote wenteltrap die de dood symboliseert. Deze lange trap leidt je naar een prachtige tuin die de wedergeboorte en de ingang naar de hemel symboliseert. Je mag in dit park vrij rondlopen, maar door de aparte verhalen achter de bouwwerken en de tuinen, is een tour door een gids in dit geval zeker aan te raden. PALÁCIO DE MONSERRATE Palácio de Monserrate is één en al pracht en praal. Dit prachtige paleis is geïnspireerd op de Duomo in Florence en je ziet dat ook aan de Gotische en Moorse invloeden. 92
KUNST & CULTUUR/OP REIS
Naast het paleis ligt een indrukwekkende tropische tuin met maar liefst 24 soorten palmbonen en rozen in allerlei kleuren. Ook is er een speciale Mexicaanse en Indiase tuin aangelegd. Terug in het centrum van Sintra proef dan in een van de patisserieën de beroemde queijadas of travesseiros. Wie met de auto teruggaat via de IC19 doet er goed aan even te stoppen bij het Palácio Nacional de Queluz, een weelderig paleis in rocaille-stijl, uit de achttiende eeuw. In de tuinen kan een voorstelling van de Escola Portuguesa de Arte Equestre (Portugese School voor Paardrijkunst) bijgewoond worden en kunnen de prachtige Lusitano-paarden worden bewonderd. Dit paardenras wordt gefokt in de vroegere koninklijke paardenstoeterij van Alter, in de Alentejo. PRAKTISCH Lissabon is een perfecte bestemming voor een meerdaagse stedentrip en de vriendelijkheid van de bevolking is opvallend. En wat betreft de vrouwvriendelijkheid: die hebben we inderdaad ervaren, in de restaurants, het openbaar vervoer, in de Uber en de Tuk Tuk. De stad per fiets ontdekken is zeker een aanrader, behalve het oude gedeelte: te steil, te krap en te hobbelig. Natuurlijk zijn we de beroemde tram 28 niet vergeten, maar zoals de inwoners van Lissabon zeggen, die wordt uitsluitend door toeristen gebruikt die zich als een sardientje in blik willen voelen. Eten en drinken kun je overal goed, langs de Taag of in het centrum. Het meest gecharmeerd waren we van de restaurant Clube do Jornalistas, gelegen in een achterafstraatje, maar met grote allure. Vergeet niet een glaasje ginja, te nemen. Een typische een Portugese kersenlikeur die door veel cafés zelf gestookt wordt. Wie tijdig boekt kan tegen een redelijk tarief in minder dan drie uur naar Lissabon vliegen. Onder andere Transavia, EasyJet, Vueling en KLM vliegen vanaf Amsterdam naar Lissabon. O OPZIJ I NR. 10 I 2017
93
MAN OVER VROUW ‘MEER VROUWEN OM DE TAFEL ZOU HET FORMEREN GOED DOEN’ Xander van der Wulp (1974) is negen jaar politiek verslaggever bij de NOS. Je kent hem ook van de campagne- en formatievlogs die hij met collega’s Joost Vullings en Vincent Rietbergen opneemt. Hij begon op zijn zeventiende bij die omroep als autocue-draaier (“Ik heb er nog nachtmerries van dat hij op hol slaat”). Zijn vader was er toen hoofdredacteur. Tijdens zijn studie werkte Van der Wulp op de redactie. Hij verhuisde naar Washington voor een stage bij CNN en later ook de NOS. In 2000 kwam hij terug naar Nederland. Hij werd buitenlandredacteur, eindredacteur en hoofd van de 24-uursredactie tot hij in Den Haag ging werken. Terwijl we in het Ministerie van Financiën naar een geschikt plekje lopen om te praten, roept een van zijn collega’s of we hem gaan vragen of hij zelf z’n overhemden strijkt. Goede vraag. Later vertelt hij dat hij dat natuurlijk zelf doet. “Dan worden ze het mooist.” 94
DE VROUW “Ik ben omgeven door veel vrouwen. Ik woon er met vier in een huis als enige man. Heel anders dan toen ik zelf opgroeide, want ik heb alleen een broertje. Mijn vrouw is Amerikaanse. Ik leerde Stacey in 1998 kennen in Washington, we liepen stage bij CNN. Zij studeerde televisiejournalistiek en ik kwam vier maanden naar Amerika voor mijn afstudeerstage. Eerst was het idee dat ze voor een jaar mee zou gaan naar Nederland, maar dat werd wat langer. Ze is speciaal voor mij naar Nederland gekomen, een hele grote stap. In het begin was het moeilijk, ze mocht niet meteen werken. Toen ik een vast contract bij de NOS kreeg, kon zij een werkvergunning krijgen. Nu werkt ze al meer dan dertien jaar bij een groot Amerikaans bedrijf in geur- en smaakstoffen. We hebben het wel gehad over teruggaan naar Amerika, maar een journalistieke carrière in een andere taal is wel ingewikkeld. Ik zag het niet zitten en zij vond het wel leuk hier in Nederland. Het kan soms ook wel lastig zijn. Laatst was haar moeder heel ziek, toen heeft ze lang gedacht: ik moet erheen want ze gaat overlijden. Dat blijft ingewikkeld. Verder is ze hier helemaal gewend. De kinderen worden wat zelfstandiger, dan gaat het allemaal wat makkelijker. Stacey is heel belangrijk voor me. We hebben samen een leven opgebouwd, we zijn negentien jaar samen. Ik had toen helemaal niks en nu hebben we kinderen, een huis en allebei een baan. Ze is een grote steun, mijn werk is niet van negen tot vijf. In principe ben ik doordeweeks nooit ’s avonds thuis, of pas 21.30 uur op z’n vroegst. Ik blijf tot na het achtuurjournaal hier in Den Haag hangen en in de weekenden ben ik vaak weg. Daar staat tegenover dat ik in de ochtend tijd heb voor de kinderen. Ik breng ze naar school. Ik ben soms onrustig als ik thuis ben en er wat gebeurt in Den Haag. Dan ben ik er maar half. Kabinet Rutte I viel op een zaterdag, toen was ik net met de kinderen de stad in. Ik kreeg een berichtje: Wilders is weg. Stacey zegt dan meteen: ‘Hup gaan!’ Ze schakelt meteen en weet dat ik anders nog onrustiger word. Ik ben wel beter geworden in het aangeven wanneer het druk wordt. In het verleden dacht ik: het is toch logisch dat het druk is in tijden van verkiezingen? Maar als je dat een paar maanden van te voren aangeeft, dan gaat het wat soepeler.
DOOR MARLEEN HOGENDOORN BEELD CORBINO
MAN OVER VROUW
OPZIJ I NR. 10 I 2017
95
MAN OVER VROUW
In mijn vorige functie bij NOS was het eigenlijk nog meer rennen en vliegen. Ik moest toen ’s ochtends vroeg beginnen, maar was dan wel ’s avonds rond 19.00 uur thuis. Nu hebben we het zo verdeeld dat zij in de ochtend naar haar werk gaat, ik zorg dat de kinderen naar school gaan. Daarna ga ik pas naar Den Haag. En ’s avonds doet zij het.” DE DOCHTERS “Ik heb drie dochters: Sienna van twaalf, Ava van tien en Bella van zes jaar oud. De oudste gaat net naar de middelbare school. Die zie je in een week een dametje worden met een eigen verantwoordelijkheid om op tijd op school te komen en de juiste boeken mee te nemen. De kinderen vragen vaak: ‘Hoe laat kom je thuis?’. Het is hun eerste vraag als ik ze bel. Ik antwoord meestal met: ‘Weet ik nog niet,’ of ‘Pas als jij in bed ligt.’ Dat vinden ze weleens irritant. In de zomer is het wel lang reces. Afgelopen zomer was ik vijf weken vrij, ik ben vijf weken met hen geweest. Maar toch, de eerste dag dat ik weer ging werken was het meteen van: waarom ben je zo laat thuis? Het is dus denk ik een beetje de gewoonte dat te vragen. Ik wil hen meegeven dat ze alles kunnen worden wat ze willen. Ik merk zelf dat ik er nooit bij stil sta of het nou om jongens of meisjes gaat, ik ga er vanuit dat je alles kan worden wat je wil. Ik denk dat je alleen moet bedenken wat je belangrijk vindt: een gezin waar je veel bij wil zijn, of meer werken. De oudste wil journalist worden, net als haar vader en haar opa. Ik vind dat wel leuk. Ze vindt camera’s leuk, ze is van musical.ly en vlogs. Ik weet niet of ze mijn vlogs helemaal afkijkt. De middelste wil veel geld verdienen. En ze zegt: ‘Als dat niet lukt, dan trouw ik met een rijke man.’ Ze is pas tien jaar, hè. Die is met geld bezig, ze vraagt aan iedereen wat ze verdienen met hun beroep. Advocaat of dokter lijkt haar wel wat. De jongste wil nog kapster of juf worden. Het valt nu nog wel mee als man in een vrouwenhuis. Als ze allemaal tegelijk ongesteld zijn dan ga ik een week per maand op m’n werk slapen. Haha, nee hoor. Ik zou het nu niet anders meer willen.” DE OMA “Mijn oma is 92. Ze was gescheiden van mijn opa door de oorlog, ze heeft een lange tijd op hem gewacht. Ze zijn daarna getrouwd en kregen ook een gezin met drie meiden. Ze ziet altijd het positieve van iets in. Zelfs na de oorlog, ze hadden weinig maar hebben toch iets opgebouwd. Ze woont nu in een verzorgingshuis en heeft 24 uur hulp per dag. Er schort veel aan de hulp: te weinig personeel of als ze aangeeft wat ze wil eten dat ze dan toch iets heel anders krijgt. Toch zegt ze: ‘Die mensen doen ook hun best.’ Ook als het tegenzit, niet zeuren. Een eigenschap die ik ook hanteer en meegeef aan mijn kinderen. Mijn oma Truus en ik hebben een goede band.” DE MOEDER “Een van die drie dochters van mijn oma, is mijn moeder. Toen ze hoorde dat ik een interview met OPZIJ zou 96
hebben, zei ze dat ik wel wat moest gaan lezen over emancipatie en hoe je je niet macho moet gedragen. Dat heeft ze waarschijnlijk meegekregen van leven in een mannengezin met mijn vader, mijn broertje en ik. In de jaren zeventig had zij twee kleine kinderen en ze werkte fulltime. Ik vond en vind dat normaal, maar zij kreeg in die tijd best wel kritiek hierop. Er werd raar naar haar gekeken: ‘Hoe verzorg jij je kinderen?’ We hebben vaak oppas gehad, ik heb daar niets aan over gehouden. Ik heb ook nooit gedacht: wat was mijn moeder er vroeger weinig. Mijn vader was ’s avonds ook vaak weg, maar voor ons was het normaal. Ik herken veel in de situatie nu met Stacey en mij. Mijn werk staat voorop, op de een of andere manier is dat toch zo. Als er een kind ziek is, denkt Stacey vaak: ik ga wel thuis werken. Veel moeders hebben dat, geloof ik. Vroeger werd er ook meer rekening gehouden met het werk van mijn vader, daardoor heeft mijn moeder carrièrekansen laten lopen.” VROUWEN IN DE POLITIEK “Er komt nu een formatie van een nieuw kabinet (ten tijde van het interview was de formatie nog steeds in volle gang –red) en dan zie je dat er problemen ontstaan omdat ze een evenwichtige ploeg willen formeren. Daar zitten dan vaak geen mensen met een andere cultuur in, meestal
MAN OVER VROUW
alleen witte Nederlanders, en dan is de vraag ook nog: lukt het om wat vrouwen te vinden? Voor sommige partijen is dat lastig, er staan alleen maar mannen op hun lijstje. De vier partijen die het volgende kabinet moeten gaan vormen, zitten daar ook wel mee. Hoe krijg je daar evenwicht in? Politiek is een opoffering. Veel mensen noemen politici ‘zakkenvullers’, maar het is hard werken. En ook wel een mannetjeswereld. Als je boven wil komen drijven, doe je dat niet alleen door heel goed de inhoud te kennen. Je moet je soms laten gelden en je op de voorgrond duwen. Dat doen vrouwen minder. Edith Schippers kan dat wel. In deze formatie was ze formateur. Na Els Borst was ze de eerste vrouwelijke formateur, en dat deed ze goed. Verder waren er maar twee vrouwen: Kathalijne Buitenweg van GroenLinks en nu nota bene de ChristenUnie met Carola Schouten. Ik weet niet hoe het bij jullie zit, maar bij ons gaan vergaderingen goed als het een beetje gemixt is. Dat hoor je ook in het bedrijfsleven. Nu bijvoorbeeld met die clash tussen de VVD en de PvdA over het lerarensalaris, er zaten daar alleen maar mannen aan tafel. Mannen doen stoer, macho en scheppen op. Ik kan daar aardig in mee en
word er niet door geïntimideerd. Maar ik kan me voorstellen dat vrouwen dat wel hebben en als je zo bij elkaar zit dat het dan niet werkt als je een probleem moet oplossen. Dit was een clash waarbij iedereen zich wilde laten gelden en op het laatst schrikken ze ervan hoe stevig ze ingegraven zitten. En dan moet er een oplossing komen. Meer vrouwen om de tafel scheelt al in het taalgebruik. Het zou het formeren goed doen. Vrouwen vinden ook andere zaken weer belangrijk. Vrouwen die het in de politiek ver schoppen hebben vaak ‘mannelijke’ eigenschappen. Met aanhalingstekens dus. Edith Schippers bijvoorbeeld, ze is opvallend. Van beleidsmedewerker klom ze op naar minister. Ze is heel grappig en relaxt. En ze heeft een jong kind thuis, haar man werkt en dat combineren ze goed. Daar hoor je niemand over. Of er ooit nog een vrouwelijke minister president komt? Ik denk het wel. Hiernaast hebben we Angela Merkel, dus het moet kunnen. Het hangt van veel zaken af. Je moet partijleider kunnen worden, het moet net de goede tijd zijn, je moet er goed bij passen. Het moet allemaal net samenvallen. Ik denk niet dat het heel snel gaat gebeuren, de grote partijen hebben nu geen vrouwelijke leider, maar het gaat gebeuren, dat weet ik zeker.” O
Zijn vrouw en drie dochters
OPZIJ I NR. 10 I 2017
97
SHOPPING
ALLE BESPROKEN BOEKEN IN DIT NUMMER ZIJN TE KOOP VIA ONZE WEBSHOP
WISHING BELL, wishing well Deze bel is gemaakt in Chiang Mai in Noord-Thailand. Boeddhisten geloven dat door het rinkelen van het belletje je wensen naar de hemel worden geleid. Zodra je een boodschap hebt geschreven en het belletje rinkelt, zal je wens uitkomen. Dankzij de productie van de wishing bells hebben de makers een eigen inkomen en zijn ze in staat om te bouwen aan een betere toekomst voor zichzelf en hun familie. In samenwerking met Plan Nederland wordt een deel van de winst besteed aan beroepsopleidingen voor veelal jonge vrouwen in ontwikkelingslanden. €7,95 via www.returntosender.nl
OMarmen Dit armbandje is gemaakt van reddingsvesten die vluchtelingen gebruikten om Europa te bereiken. Het is ontworpen door Omar Munie, een jonge ondernemer die we kennen van zijn designertassen. Hij kwam zelf ook als vluchteling naar Nederland en heeft nu een succesvol bedrijf. Het bandje wordt geproduceerd in zijn Dream Factory door mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Munie heeft embrace diversity als doel: zichtbaar maken dat je diversiteit als een meerwaarde ziet voor de samenleving. Omarmbandje €25,00 via www.omarmunie.com
GOED chocoHART Chocolade en goede doelen gaan goed samen. De School For Justice en de Soroptimisten hebben hun handen ineen geslagen met deze chocolade harten. Voor elk hart dat wordt verkocht, wordt er geld gedoneerd aan School for Justice. Het geld gaat naar een opleidingsprogramma in India waarin meisjes die bevrijd zijn uit gedwongen prostitutie worden opgeleid tot advocaat of officier van justitie. Drie stuks voor €5,00 via hartenverkoop@gmail.com 98
OPHEMELEN Over de doden niets dan goeds.
ATA KANDÓ (1913-2017)
O
p 15 september, twee dagen vóór haar 104de verjaardag, overleed de Hongaarse fotografe Ata Kandó in haar verzorgingsflat in Bergen. Afkomstig uit een liberaal-joods gezin van vooraanstaande intellectuelen, volgde Ata, die eigenlijk Etelka Görög heette, een schildersopleiding in Hongarije, waarna zij met haar eerste echtgenoot Gyula Kandó naar Parijs vertrok. Zij verkeerde er in het gezelschap van internationale avant-garde kunstenaars. Geïnspireerd door het lijnenspel van hijskranen in de haven van Barcelona verruilde ze de schilderskwast voor een camera. Magnum-oprichter en oorlogsfotograaf Robert Capa bezorgde haar een baantje bij de fotostudio, waar zij foto’s voor andere bekende fotografen afdrukte. Door de oorlog moesten de Kandó’s als vreemdelingen de Franse hoofdstad verlaten. Het echtpaar bracht de oorlogsjaren door in Hongarije, waar de geboorte van een zoon en een meisjestweeling volgde. Terwijl haar familie in het getto werd ondergebracht, was zij als echtgenote van een niet-joodse man volgens de geldende Hongaarse joodse wetten ‘veilig’. Maar zij móest iets doen. Met vervalste documenten redden zij en haar man het leven van tientallen joden, waarvoor ze jaren later geëerd werden met de Israëlische Yad Vashem-onderscheiding. Na de oorlog vestigden de Kandó’s zich opnieuw in Parijs. Gyula, die met zijn schilderkunst geen succes boekte, keerde echter terug naar Budapest. Na de communistische machtsovername werden het echtpaar gescheiden door het IJzeren Gordijn en bleef Ata alleen met drie kinderen achter. In de jaren die volgden nam zij al het opdrachtwerk aan dat ze kon krijgen: van bruidsfoto’s tot modefotografie. Ook pakte ze haar baantje bij Magnum op. Daar ontmoette ze de twaalf jaar jongere Ed van der Elsken, met wie ze een relatie kreeg. Het stel ging met haar drie kinderen in Nederland samenwonen. Een relatie die tot 1954 duurde. Tussen het lesgeven en opdrachtwerk door – onder andere voor modehuis Dior - maakte Ata ook tijd vrij voor autonoom werk. Zo maakte zij foto’s van een sprookjesachtige droomwereld, waarin haar kinderen figureerden. Begaan met de wereld, mensen en dieren om haar heen, maakte zij achtereenvolgens fotoseries van de walvisvaart, een onbekende indianenstam in het Amazonegebied en van Hongaarse vluchtelingen, die na het bloedige neerslaan van de opstand in 1956 de Hongaars-Oostenrijkse grens over strompelden. “Ik had in mijn ene zak een fles pálinka, om die arme mensen op krachten te laten komen, in de andere mijn camera. Soms
wist ik niet wat ik als eerste moest pakken.” Het fotoboek, uitgegeven door De Bezige Bij, bracht een half miljoen gulden op, bedoeld voor de vluchtelingen. Na een langdurig verblijf in de VS streek Ata op negentigjarige leeftijd neer in Bergen, waar zij haar dagen doorbracht met het ordenen van haar omvangrijke archief (ondertussen ondergebracht in het Nederlands Fotomuseum) en exposeren. Zo organiseerde het pas gerenoveerde Museum Kranenborg een tentoonstelling ter gelegenheid van haar honderdste geboortedag en vond er vorig jaar nog een tentoonstelling van de foto’s van haar kinderen plaats in het Nederlands Fotomuseum. Ondertussen ontving ze in haar Bergense flat familie en vrienden van over de hele wereld, van jong tot oud, naast oud-leerlingen ook een jongere generatie fotografen, voor wie zij als inspiratiebron diende. Hoewel haar lichaam haar steeds meer in de steek liet - ze hoorde en zag slecht, wat voor zo’n visueel ingestelde persoon een ramp was - was haar geest tot op het laatste moment helder. Zij was blij met de erkenning die haar in de laatste jaren van haar leven te beurt viel. Op de vraag waarom dat, in tegenstelling tot beroemde vakgenoten zoals Van der Elsken en beste vriendin Éva Besnyö, niet eerder gebeurd was, antwoordde ze schouderophalend: “Ik moest in mijn eentje drie kinderen grootbrengen.” Dat ze daarnaast niet alleen een overweldigend oeuvre heeft weten op te bouwen, maar ook nog eens allerlei heldendaden verrichtte, deed ze in alle bescheidenheid af met: “Ik deed gewoon wat ik moest doen.” O
OPZIJ I NR. 9 I 2017
99
U N TA M E D T R AV E L L I N G Where the world can’t find you‌
Untamed Travelling is maatwerkspecialist in reizen naar Afrika, AziĂŤ, Noord-Amerika, Latijns-Amerika en Antarctica. Reist u met Untamed, dan kiest u voor hoge kwaliteit, uitgebreide kennis, persoonlijke service, kleinschalige accommodaties, professionele begeleiding en unieke reiservaringen. Met grote regelmaat reizen we naar onze bestemmingen om de laatste veranderingen persoonlijk te beleven. Zo kunnen wij u informeren en adviseren vanuit onze eigen ervaringen en kennis. Al meer dan 16 jaar.
100