OPZIJ
Voor altijd nuchter 0.0 lifestyle
PARTNERALIMENTATIE BLIJFT EEN VROUWENZAAK Afghanistan
Waar vrouw-zijn een misdaad is
Jeangu Macrooy
‘2022 was wel een GIRLPOWER JAAR’
VICTORIA KOBLENKO & IRIS DE GRAAF
Voor altijd nuchter 0.0 lifestyle
PARTNERALIMENTATIE BLIJFT EEN VROUWENZAAK Afghanistan
Waar vrouw-zijn een misdaad is
Jeangu Macrooy
‘2022 was wel een GIRLPOWER JAAR’
VICTORIA KOBLENKO & IRIS DE GRAAF
Redactieadres
Witte Singel 103
2313 AA Leiden
redactie@opzij.nl
Hoofdredacteur Marleen Hogendoorn en Noémi Prent
Art director Emmely Pardon
Medewerkers
Hale Amus, Liang de Beer, Jenny Bruin, Milou Bollen, Eva Burema, Corbino, Carin Gaemers, Annet Hogendoorn, Felix Huygen, Nina Klaassen, Alies Pegtel, Misha Ragas, De Reismeiden, Sheila Sitalsing, Roos Sitser-Brandhoff, Fieke Tissink, Etchica Voorn, Annette Wichmann, Renate van der Zee
Coverfoto Marcel Krijger
Uitgever Hans van Brussel
Distributie Betapress
Druk HaboDaCosta
COPYRIGHT
Niets uit deze uitgave mag op welke wijze dan ook worden overgenomen zonder voorafgaande toestemming van de auteurs of rechthebbenden. De uitgever is niet aansprakelijk voor schade als gevolg van druk- en zetfouten. De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten van de illustraties volgens de wettelijke bepalingen te regelen. Zij die menen nog zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich wenden tot de uitgever.
ABONNEMENTEN
Een abonnement wordt tot wederopzegging aangegaan, tenzij anders vermeld. Opzeggingen kunnen UITSLUITEND schriftelijk worden doorgegeven per post naar OPZIJ B.V., Witte singel 103, 2313 AA Leiden. Of per email naar abonnementen@opzij.nl.
PERSOONSGEGEVENS
We maken u erop attent dat aan ons verstrekte persoonsgegevens zoals naam, (e-mail)adres en telefoonnummers worden opgenomen in het gegevensbestand van Opzij B.V.. Dit bestand is aangemeld bij het College bescherming persoonsgegevens door Opzij B.V., de verantwoordelijke voor uw gegevens. Uw persoonsgegevens worden gebruikt voor onze abonnement-enadministratie, voor de uitvoering van met ons gesloten overeenkomsten en om u op de hoogte te houden van interessante informatie en aanbiedingen van producten en diensten, eventueel ook na beëindiging van uw abonnement.
KLANTENSERVICE
Op opzij.nl/abonnementen kunt u zelf een abonnement nemen. Voor contact over abonnementen, bestellingen, wijzigingen en vragen kunt u mailen naar abonnementen@opzij.nl. Een jaarabonnement kost
€ 47,50 voor 6 nummers.
Marleen sprak met Opzij-founder Hedy d’Ancona bij haar boekpresentatie.
Na een etentje met twee vriendinnen race ik vlak voor middernacht in de hoogste versnelling over het verlaten donkere fietspad richting mijn huis. Mijn hart zit in mijn keel, bang om een op de drie te zijn. Opgefokt door die fictieve verkrachter maak ik bijna een flinke uitglijder met mijn randstedelijke Veloretti-fiets. Dan was er die middag in de bibliotheek, waar ik regelmatig werk. Bij wijze van uitstelgedrag observeer ik passanten. Ik staar schaamteloos naar een meisje met paardenstaart als ze haar moeder schuchter aantikt en fluistert: heb jij een tampon voor mij? Alsof we ooit zouden fluisteren als we iemand om een pen, paracetamol of kauwgompje vragen. En hebben jullie de Kruidvatreclame deze winter gezien? Met een shaping legging voor vrouwen, als oplossing voor ‘probleemgebieden’ zoals buik en billen. De stralende leggingmodellen vloeien over in een Ferrero Rocher-commercial, mijn lievelingschocolade. Ik lach maar ik huil. Mijn vriend zet het laatste seizoen van The Handmaid’s Tale aan en ik realiseer me temeer dat fictie en realiteit dicht bij elkaar liggen. Heerlijk televisieavondje. Tussen het beeldschermstaren door ben ik aan het verbouwen en verhuizen. Vreemde mensen over de vloer. Al die gitaren in huis. Die zullen wel van mijn vriend zijn? Op de achtergrond schalt de overwegend mannelijke Top 2000 uit de radio.
Een tegelzetter die mijn zaterdagochtend bruut verstoort met racistische en seksistische uitspraken die niet hadden misstaan in de jaren vijftig. Terwijl hij de olijfkleurige metrotegeltjes
nauwkeurig tegen de muur zet, predikt hij over Zwarte Piet en het belang van huismoeders. Als hij vraagt wat ik trouwens voor werk doe, nu ik nog kinderloos ben, laat ik begrijpelijkerwijs achterwege dat ik net mede-hoofdredacteur ben geworden van het oudste feministische tijdschrift van Nederland. En hoezo, kinderloos? Ik ben de trotse moeder van een ruwharige teckel. Mijn feministische vacuüm werd de afgelopen weken ruw lekgeprikt. Of als we omdenken: ik werd wakker geschud. Ik zei het toch, Gilead is helemaal niet zo absurdistisch. Wij vrouwen kunnen het ons niet permitteren apathisch te zijn als het gaat om onze rechten. Al ben ik, eerlijk is eerlijk, soms feminisme-moe. Wanneer gaan mijn mannelijke vrienden,
familieleden en collega’s eens gezamenlijk de barricaden op?
Dan heb ik eindelijk wat meer tijd om gitaar te spelen. Ik dwaal af. Mijn slice of life, zomaar een greep uit de afgelopen periode. Geweld tegen vrouwen. Menstruatieschaamte. Bodyshaming. Racisme. Gegenderde taakverdelingen. Ik ben vast niet de enige. Toch heb ik het betrekkelijk goed als jonge hoogopgeleide cisgender vrouw in Nederland. Wakker lig ik vooral van vrouwen in conflictgebieden als Oekraïne, Afghanistan en Iran of, minstens zo urgent en onderbelichter, vrouwen in bijvoorbeeld Ethiopië en Oeganda, die als gevolg van klimaatverandering huis en haard moeten verlaten of tegen de klippen op in hun thuisland proberen te overleven. Daar moeten we het meer over hebben.
Wat een correspondente, een actrice, een docente en een celliste met elkaar gemeen hebben? Het afgelopen jaar spanden zij zich alle vier op hun eigen manier in voor Oekraïne. De Russische invasie is een jaar geleden en daarom spreken we met correspondente Iris de Graaf, actrice en politicologe Victoria Koblenko, docente Tania Stepanova en celliste Maya Fridman. Etchica en Carin schrijven hun laatste column. Overigens zijn ze niet uitgeschreven voor Opzij, daarover in de toekomst meer. We duiken in de abortuspil, straks verkrijgbaar via de huisarts. Marleen ging weer op pad om inspirerende vakvrouwen te interviewen. En ik toog op een koele januarimorgen naar de Jordaan voor thee met zanger Jeangu Macrooy. Ik wens jullie veel leesplezier!
Lieve groet, Noémi O
Hoezo, kinderloos?
Ik ben de trotse moeder van een ruwharige teckel.
De plantenwebsite Plantje heeft planten in alle soorten en maten, zo ook voor de brievenbus. Hoe schattig is deze Pinus Pinea, een boompje die oorspronkelijk uit het Middellandse Zeegebied komt en je bijvoorbeeld veel ziet in Rome. Na een aantal jaar goede verzorging produceert de parasolden met een beetje geluk ook pijnboompitten. Lekker over de salade of om verse pesto mee te maken. De prijs is € 12,95. Meer info over de brievenbusboompjes via plantje.nl
De wereld verbeteren vereist vaak systeemverandering, maar soms kun je thuis ook het verschil maken. De gids Sustainable Beauty van Justine Jenkins geeft handvatten voor het zelf maken van hydraterende serums, gezichtsmaskers en meer. Weg met dure, onnodige, misschien wel dieren/of milieuonvriendelijke schoonheidsproducten. Een nieuwe kijk op schoonheid. Sustainable Beauty - € 28,50.
De tijd van plastic lunchboxes is voorbij, want met dit soort alternatieven weten wij het wel. De Cho Oyu lunchbox is gemaakt van rubberhout en biologisch a reekbaar. Hij is makkelijk schoon te maken en kan in de vaatwasser, wel even oppassen met de magnetron of oven. € 45 maar dan heb je een blijvertje.
Van borsten tot billen, steeds vaker zien we mokken en kopjes met vrouwelijke vormen in de winkels. De Female Form Brown Mug van Urban Outfitters past ook in dat rijtje. Je kunt kiezen uit verschillende huidskleuren. Voor € 12 van jou. Verkrijgbaar via urbanoutfitters.com
Een veelzijdig zeepje, geschikt voor zowel was, afwas en lichaam. De zeepjes van Seepje zijn bovendien helemaal natuurlijk. Er zitten geen plastics in en er komt geen druppel fossiele grondstof aan te pas. Wat er wel in zit? Fairtrade en biologische shea butter uit Ghana en superschillen uit de Himalaya.
€ 12,95 voor een setje van drie. Meer info via seepje.nl
Nooit meer een kast zonder panty’s (of kapotte). Bij Gambettes Box kun je namelijk een panty-abonnement afsluiten. Voor € 16,50 per maand ontvang je elke maand twee nieuwe en kwalitatief hoogwaardige panty’s. Gewoon effen zwart, of juist in een opvallend grafisch patroontje. Meer info via gambettesbox.com
De laatste winterloodjes beslecht je onder deze zachte, knusse plaid. Met een prachtig wafelpatroon dat zorgt voor een decoratief kleureffect. De plaid is geproduceerd in Portugal en gemaakt van bio-katoen. Met zo’n mooie terracottakleur ben je zo weer opgewarmd. Ook geschikt als sprei op bed. € 49,95 van Dille & Kamille.
We zijn pas net onderweg in 2023. Mocht je nog geen prioriteit hebben gemaakt van zelfzorg, dan is dit mogelijk een mooie aanleiding. 177 pagina’s vol met self-care tips. Hoe kom je weer in verbinding met je lichaam en je geest? Aan de hand van de vier seizoenen brengt het boek je weer een stapje dichter bij jezelf. Boordevol praktische oefeningen. Van avondrituelen, yogahoudingen, ademhalingsoefeningen tot knutselprojecten. € 17 van Quadrille Publishing Ltd.
Verdient je gereedschap niet meer dan zo’n oersaaie zwarte kist? Het opbergen van gereedschap kan sexyer, laat Hema zien met deze metalen groene gereedschapskist. Maakt het ophangen van je lamp of bevestigen van een plankje net wat leuker. Voor € 29 is deze kluskist van jou. Meer info via hema.nl
Uitgekeken op je geurtje of toe aan een natuurlijker alternatief? Snuffel eens aan de luchtjes van Jardin Bohème. Het Franse parfummerk maakt alleen veganistisch eau de parfum en de luchtjes bevatten 99% natuurlijke ingrediënten. Bijvoorbeeld hun frisse, bloemige en houtachtige luchtje Fleurs d’Innocence. Bovendien relatief betaalbaar voor € 39,99.
EenIraans familiedrama over de veertigjarige Leila. Zij doet er alles aan om ervoor te zorgen dat haar ouders en vier broers overeind blijven. Dat valt niet mee in de nietsontziende Iraanse samenleving waar corruptie zegeviert. Opvallend: hoofdrolspeelster Taraneh Alidoosti werd eind vorig jaar opgepakt nadat ze protestacties tegen het Iraanse regime ondersteunde. Begin januari werd ze op borgtocht vrijgelaten. Leila’s Brothers is vanaf 16 maart te zien in de Nederlandse bioscopen.
Till
In 1955 wordt de Afro-Amerikaanse jongen Emmett op gruwelijke wijze vermoord in Mississippi tijdens een familiebezoek. Zijn moeder stelt haar leven daarna in het teken van de zoektocht naar gerechtigheid voor haar zoon. Ontroerend en waargebeurd drama over racisme en moederliefde. De speelfilm Till draait vanaf 30 maart in de Nederlandse bioscopen.
Tár
Een psychologisch muzikaal drama over de (fictieve) componist en dirigent Lydia Tár, gespeeld door Cate Blanchett. Ze is wereldvermaard, bovendien de eerste vrouwelijke chef-dirigent van een Duits orkest, maar dat kan haar niet behoeden voor de val van haar troon. De speelfilm Tár draait vanaf 2 maart in de Nederlandse bioscopen.
Daisy Jones & The Six
Muziekliefhebbers en seventies-fanaten halen hun hart op met de nieuwe serie Daisy Jones & The Six. Een muzikale dramaserie gebaseerd op de gelijknamige bestseller van Taylor Jenkins Reid. Over de opkomst en ondergang van rockband Daisy Jones & The Six. De serie is vanaf 3 maart 2023 te zien via Prime Video.
Het nieuwe flirten Filmmaker en Opzij-journalist Gwyneth Sleutel gaat in haar nieuwe documentaire het gesprek aan over flirten anno 2023. Sinds #MeToo en de discussie over ongewenst gedrag ziet ze de samenleving worstelen met hoe we dat het beste kunnen doen. Het is tijd voor een herdefinitie van flirten. Plezierig, spontaan, spannend en onderzoekend, maar hoe bewaken en respecteren we de grenzen in een tijd waarin er een dunne lijn bestaat tussen een spannende opmerking of iemands grenzen overgaan? Het nieuwe flirten is nu te zien op het YouTube-kanaal van NPO 3.
Nieuw album
Did You Know That There’s a Tunnel Under Ocean Blvd
Popsensatie Lana Del Rey is here to stay. Met haar melancholische, pure stemgeluid weet ze muzikale verhalen te vertellen. Nu is ze terug met haar negende studioalbum, die luistert naar de niet zo bondige naam: Did You Know That There’s a Tunnel Under Ocean Blvd. De plaat is vanaf 24 maart te streamen.
Nieuw album
Never Have I Ever
De Nederlands-Koerdische zangeres Naaz
Mohammed verraste vriend en vijand onlangs met de release van haar nieuwe album. Haar debuut werd vijf jaar geleden vol lof ontvangen, maar daarna bleef het lange tijd stil. Never Have I Ever geeft een inkijkje in de gedachtes, dromen en inzichten van zangeres Naaz. Meer info via de Instagrampagina @bitsofnaaz.
Altın Gün
De Amsterdamse band Altın Gün verovert de wereld met hun Turkse psychedelische pop. De dansbare muziek is niet in een hokje te stoppen. Invloeden van folk, funk en rock zijn terug te horen, vermengd met traditionele Turkse muziek. Een fris en nieuw geluid. Met hun plaat Gece wisten ze zelfs een Grammynominatie in de wacht te slepen. Kom live luisteren naar frontvrouw Merve Dasdemir en de rest van de geweldige band. Meer info via bnds.us/wfcnsp.
Candy Dulfer
Podiumbeest en saxofoonkoningin
Candy Dulfer trekt deze maanden langs de Nederlandse zalen met haar tour More Sax, Candy & Rock ‘n’ Roll. Van Tilburg tot Den Helder, ongetwijfeld ook bij jou ergens in de buurt. Samen met haar fantastische begeleidingsband ben je verzekerd van een swingende, funky avond. Meer info op candydulfer.nl.
De weg naar podcasts als DAMN, HONEY weten veel feministen te vinden, maar misschien had je deze nog niet in het vizier. In de podcast Wolf onderzoekt journalist Maartje Laterveer wat het betekent om vrouw te zijn in de 21e eeuw, aan de hand van interviews met inspirerende vrouwen. Te beluisteren via o.a. Spotify en Apple.
uitgelicht
Hoe herontdek je het leven als je alles bent kwijtgeraakt? Daar schrijft de NederlandsVietnamese auteur Nhung Dam in haar tweede roman over, Definitie van liefde. Een zinderend verhaal over de succesvolle actrice Rose die op het punt staat op tournee te gaan door Europa. Dan ontdekt ze dat ze zwanger is en laat haar verloofde haar in de steek. Een onmogelijke vraag steekt de kop op: het kind houden of niet. De zoektocht naar antwoorden brengt haar terug de rivier over, waar haar Vietnamese ouders zich als bootvluchtelingen in een gewelddadige omgeving staande moesten houden. Een verhaal over het zelfbeschikkingsrecht van de vrouw, ontworsteling, moederschap, migratie, kunst en seks. Het boek verschijnt op 28 maart.
Nhung Dam – Definitie van Liefde Uitgeverij De Bezige Bij - € 24,99
Anton is geboren in NederlandsIndië, als kind van een koloniale planter en een inlandse njai. Nu kijkt hij terug op zijn leven, vanuit een Nederlands verpleeghuis. Zijn kleindochter Ana komt geregeld op bezoek. Op een dag vindt ze een erfstuk uit zijn Indische verleden. Het roept veel vragen op. In haar zoektocht naar antwoorden ontdekt Ana steeds meer over het leven van haar grootvader en over zichzelf. Het boek verschijnt op 28 februari.
Carmen van Geffen – Erfstuk € 24,99 (Uitgeverij Thomas Rap)
Fictie
Kwallen hebben geen oren
Louise wordt al haar hele leven achtervolgd door slechthorendheid. Als blijkt dat haar gehoor drastisch achteruitgaat, staat ze voor een complex medisch dilemma. Ondertussen ontstaan er steeds meer misverstanden. In de rijke fantasie van Louise veranderen woorden en zinnen in vreemde visioenen. Maar de tijd dringt en Louise zal een knoop moeten doorhakken. Het boek verschijnt op 16 februari.
Adèle Rosenfield –Kwallen hebben geen oren
€ 21,99 (Uitgeverij De Bezige Bij)
Fictie
De blik van Medusa
In De blik van Medusa waagt schrijver Natalie Haynes zich aan een hervertelling van Griekse mythen, door nieuw licht te schijnen op vrouwelijke personages. Medusa is de enige sterfelijke dochter in een familie van Gorgonen. Terwijl ze opgroeit met haar twee zussen komt ze er al snel achter dat zij de enige is die ouder wordt, verandering ondergaat en kwetsbaar is. Vanaf 14 februari in de winkels.
Nathalie Haynes –De blik van Medusa
€ 22,99 (Uitgeverij Meulenhoff)
Non-fictie
Goed komen
Auteur Joy Delima werpt een frisse en eerlijke blik op seksualiteit. Op jonge leeftijd leerde ze er zo min mogelijk over te praten. Met schaamte, onbegrip en een seksuele kenniskloof tot gevolg. Goed komen is een kwetsbaar, humoristisch lijfboek voor wie van seks houdt, of ervan wil leren houden. Vanaf 14 februari in de winkels.
Joy Delima – Goed komen
€ 22,50 (De Arbeiderspers)
Non-fictie
Vrouw & vrijheid
Topbiografe en sociologe Jolande Withuis houdt in Vrouw & vrijheid een fel betoog voor een kritischer feminisme. Op analytische, persoonlijke en geestige wijze maakt ze een vuist tegen identiteits- en diversiteitsdenken. Pas als vrouwen zichzelf ontslaan van het streven ‘vrouwelijk’ te zijn, stelt Withuis, komt hun vrijheid nabij.
Jolande Withuis – Vrouw & vrijheid
€ 21,99 (Uitgeverij De Bezige Bij)
Gemist?
Droomland Italië
Meestervertelster Rosita Steenbeek reist door haar tweede thuisland Italië. Daar ziet ze hoe de houding jegens vluchtelingen en migranten flink is verhard. Maar niet iedereen denkt zo in het land van contrasten en ze vindt ook verhalen van hoop. Het boek ligt sinds kort in de winkels.
Rosita Steenbeek – Droomland Italië
€ 17,- (Uitgeverij Prometheus)
Poëzie
Meesterwerk voor de prullenbak
Wij mensen hebben de neiging onszelf te filteren, terwijl juist de gedachten die we weggooien interessanter zijn. Met dat in haar achterhoofd heeft Stella Bergsma haar proppen en kladjes gladgestreken en gebundeld. Want in de prullenbak, daar moet je zijn voor échte kunst.
Stella Bergsma –
Meesterwerk voor de prullenbak
€ 17,50 (Nijgh & Van Ditmar)
Poëzie
Honger, heteronormativiteit & het heelal
Vanuit de kleine ik plaatst dichter Lies Gallez zichzelf tegenover de ander. We zijn allemaal zo anders en tegelijkertijd hetzelfde. In de mooie, grote, moeilijke wereld waarin we leven. De bundel verschijnt 21 februari.
Lies Gallez – Honger, heteronormativiteit & het heelal
€ 20,- (Uitgeverij Querido)
Sinds de Russische invasie in haar geboorteland Oekraïne staat het leven van actrice en politicologe Victoria Koblenko (1980) volledig op zijn kop. Ze zet alles op alles om haar medelanders te helpen. Opzij spreekt haar over opgroeien in de Sovjet-Unie, hoe je met kinderen over de oorlog praat en ook iets heel anders: de vervroegde overgang.
Van een politieke documentaire over een vrouwelijke presidentskandidaat in Rusland tot de rol van Isabella in Goede Tijden Slechte Tijden: je bent van vele markten thuis. Het afgelopen jaar was je wegens Oekraïne ook een graag geziene gast bij talkshows en radioprogramma’s. Ik zag mediamakers worstelen met hoe jou te introduceren. Hoe zou jij jezelf eigenlijk aankondigen?
“Het grappige is… Ik zit al twintig jaar in het vak. Bij introductieteksten, waar dan bijvoorbeeld mijn leeftijd, burgerlijke status, opleiding en een aantal rollen opgesomd werden, liet ik altijd mijn geboorteplaats (Vinnytsja, red.) eruit halen. Tot nu.”
Waarom liet je die eruit halen?
“Uit bescherming. Ik wilde niet dat mijn familie in Oekraïne, door mijn beroep, met journalisten te maken zouden krijgen. Door de oorlog is dat in één klap veranderd. Zo’n omschrijving gaat over je identiteit.
“Ik ben geboren in Oekraïne onder
de Sovjet-Unie. Toen ik op mijn twaalfde naar Nederland kwam, hield de Sovjet-Unie op te bestaan. Er ontstaat een ander land, dat zegt: jij bent vanaf nu Oekraïens. Maar ik had daar geen beeld bij. In Nederland word ik vervolgens gezien als buitenlander. Je maakt dus geen deel meer uit van waar je vandaan komt, maar ook niet van de plek waar je naartoe bent gegaan. Toen op 24 februari de Russische invasie begon, voelde ik voor het eerst: Ik ben wel Oekraïens.
“Voor een deel is dat hypocriet. Ik ben nu bijvoorbeeld pas Oekraïens aan het leren. Mijn moedertaal is namelijk Russisch. Ik spreek wel passief Oekraïens, maar niet vloeiend. Ondanks onze hulp en acties voor Oekraïne het afgelopen jaar worden mijn man (voormalig profvoetballer Evgeniy Levchenko, red.) en ik door voormalig Russischsprekende Oekraïners gediscrimineerd. We volgen taalles om ons Oekraïens zijn handen en voeten te geven.”
Het is een statement van Oekraïners om de Russische taal te verruilen voor de Oekraïense taal. “Precies. Het is namelijk niet zo dat het Oekraïens hun moedertaal is. Identiteit is vloeibaar en maakbaar. Het is een keuze van Oekraïners om Oekraïens te spreken. “Stel: Nederland wordt morgen door Engeland aangevallen en bezet. Engels wordt de officiële voertaal. Ondanks dat er toch al wat Engels gesproken wordt in Nederland, verandert de bezetting wel je houding naar die taal. Dat wordt opeens de taal van de bezetter in plaats van een taal die je eerder vrijwillig graag sprak. Ik vraag me af of Nederlanders dat zouden pikken.”
Dat is haast niet voor te stellen voor Nederlanders. Wat herinner jij je nog van jouw jeugd in de Sovjet-Unie?
“Ik heb een hele andere geschiedenisles gehad. Eentje waarin oorlog wordt verheerlijkt en de Sovjet-Unie de winnaar is van de Tweede Wereldoorlog. Dat is waarom een hoop Russen positief kijken naar deze oorlog. Er is in de geschiedenisboeken een proces overgeslagen, namelijk erkennen dat Lenin en Stalin misdadigers waren. Het proces van mea culpa, dat Duitsland heeft doorlopen, is in Rusland nooit gebeurd.”
Vergelijkbaar met wat we nu in Nederland proberen te doen met het uitlichten van de zwarte bladzijden van onze slavernijgeschiedenis.
“Ja, de verantwoordelijkheid nemen om de geschiedenis te herzien. Dat is een pijnlijk proces.”
Wat ging er in jouw hoofd om toen je op twaalfjarige leeftijd in Nederland opeens een heel ander historisch narratief voorgeschoteld kreeg?
“Ik heb hierdoor geleerd dat elk land zijn eigen geschiedenisboeken heeft, en dus ook zijn eigen waarheid.”
Hoe kunnen wij hier in Nederland een zo waarheidsgetrouw mogelijk beeld vormen van de situatie in Oekraïne?
“Nieuws gaat vaak over de waan van de dag. Hoeveel slachtoffers er zijn gevallen. Wat er nu weer is ontploft in Afghanistan. Waar ligt de grens tussen Oekraïne en Rusland? Op het moment dat wij nieuwssites verversen, krijgen wij dopamineshots binnen. Wij zijn hartstikke verslaafd geworden aan dat soort nieuws. Ik denk dat we daarvan af moeten en meer slow nieuws moeten lezen.”
Minder lezen over symptomen en meer over systemen.
“Exact. De mensen die de brug hebben gebouwd tussen Rusland en de Krim, ondanks de sancties, dat zijn Nederlanders. Het maakt ons soms niet zo vreselijk veel uit waar we geld verdienen. Over dat soort zaken lees je bijzonder weinig in de krant.”
‘Mijn kind heeft een brief geschreven aan de Kerstman. Met de vraag: kunt u de oorlog stoppen?’
Jouw zoontje is zes jaar oud. Hoe praat je met een kind over de verschrikkingen in Oekraïne?
“Mijn kind heeft een brief geschreven aan de Kerstman – hij gelooft daar nog in. Met de vraag: Kunt u de oorlog stoppen? Als ouders vinden wij dat superzoet, dat je kind dat vraagt. Maar ik vind het ook ernstig dat hij daarmee bezig is. We hebben hem wel verteld over de oorlog, maar daar zetten we een groot filter tussen. De televisie staat thuis uit.
“Omdat wij thuis Russisch spreken, dacht mijn zoontje de eerste maanden van de oorlog dat wij Russisch zijn. Het was voor hem moeilijk te snappen dat we eigenlijk Oekraïens zijn. Hij krijgt nu ook Oekraïense taalles. Hij heeft wel herinneringen aan Oekraïne. Anderhalf jaar geleden heb ik daar een serie gefilmd. Toen is hij me een aantal weken komen opzoeken.”
Samen met je partner Evgeniy Levchenko heb je in zes weken tijd 500.000 euro ingezameld voor generatoren in Oekraïne. Wat ik opvallend vind is dat een groot deel van de donaties van Russen afkomstig is. Hoe is dat zo gekomen?
“De oorlog is niet zwart-wit. Niet elke Rus is pro-oorlog. Er is een zender die Russischtalig nieuws maakt en waar specifiek de oorlog in Oekraïne wordt belicht. Ze laten Russischsprekende experts naar voren komen, uit bijvoorbeeld Frankrijk of Spanje. De makers willen in contact blijven met de doelgroep die twijfelt of tegen de oorlog is, en nog in Rusland woont. De Russen in Rusland kunnen trouwens niks doneren; dat gaat tegen de sancties in. Maar Russen die in het buitenland wonen wel. Zij hebben een kwart van dat bedrag gedoneerd.”
Hoe komt het volgens jou dat de Russen niet massaal de straat op gaan?
“Wij leven hier in overvloed. Vijftig kilometer buiten Moskou is er een hele andere wereld. Er is ook sprake van een kastensysteem. Een Kazach heeft in de maatschappij een andere status dan een Rus. 150 kilometer buiten Moskou bedraagt een gemiddeld salaris zo’n 350 euro per maand. Op het moment dat je in het leger komt, is dat opeens 4000 euro per maand.”
Dat is een bizar verschil. “In drie maanden tijd kan een Rus in het leger dan 12.000 euro verdienen. Wij kunnen ons niet voorstellen dat je als moeder denkt: ik stuur mijn kind naar de oorlog, zodat ik de hypotheek kan aflossen. Als je kind trouwens overlijdt in de oorlog, en je krijgt een kist terug, betaalt de overheid je 100.000 euro. Daar moeten Russen normaal gesproken 25 jaar voor werken. De economie neemt het over van de menselijke waardes. Poetin en zijn achterban weten heel goed dat er economische behoeftigheid is.”
Wil je terug naar Oekraïne, als het kan?
“Ja, heel graag. Om de volgende levering aan generatoren te brengen aan ziekenhuizen of om human interest-verhalen te filmen ter plekke. Ik zie wel een serie voor me over de toekomst van de regio als onderdeel van een westers waardenstelsel, waar Oekraïne nu voor moet strijden. Het moet zich mentaal en territoriaal losweken van het oude imperialistische systeem en nieuwe principes formuleren waar het een soeverein land op wil bouwen. Dat is waar wij aan meebetalen als we hulp aan Oekraïne bieden, een toekomst zonder het regime van Poetin.”
In 2018 maakte je de fascinerende documentaire De vrouw die Poetin wil verslaan, over de Russische presidentskandidate Ksenia Sobtsjak. We weten inmiddels hoe dat is afgelopen. Denk je dat er nog eens een vrouw komt die Poetin echt kan verslaan?
“Iemand wel, maar niet per se een vrouw. Er is een bizarre tendens gaande, als je kijkt naar hoe leiders in Rusland worden opgevolgd. Je hebt altijd een ‘sterke leider’, die vervolgens overlijdt of wordt afgezet. Daarna krijg je een zwak figuur, iemand die de stoel warm houdt. Poetin is na ruim twintig jaar natuurlijk wel een zogenaamde ‘sterke leider’, dus hierna komt er weer een ‘stoelwarmer’. Ik hoop niet dat dat een vrouw is; dat gun ik geen enkele vrouw.
‘Hoe kan het dat het voor mijn man vanzelfsprekend is dat hij een uur voor zichzelf neemt, en voor mij niet?’
“Ksenia Sobtsjak is trouwens gevlucht uit Rusland afgelopen jaar, maar na vier dagen teruggekomen. Haar man heeft namelijk een door de staat gefinancierd theater en mag het land niet uit. Om die reden kan ik me goed voorstellen dat ze wil blijven. Poetin was de tassendrager van haar vader (Anatoli Sobtsjak, voormalig burgemeester van Sint-Petersburg, red.). Ik denk daarom dat haar altijd de hand boven het hoofd wordt gehouden. In Rusland sijpelt die loyaliteit je leven lang door. Ik weet zeker dat zij tegen de oorlog is, maar ze spreekt zich niet expliciet uit tegen de oorlog.”
Voor het interview begon spraken we over iets heel anders: de overgang. Iets waar jij al een tijd mee te maken hebt.
“Ik ben nu tweeënveertig, maar de overgang is al op mijn tweeëndertigste begonnen. Ik ging naar de gynaecoloog om het een en ander te testen en ontdekte dat ik in een vervroegde overgang zat.
“Ik kan me herinneren dat ik de serie Bloedverwanten filmde, jaren geleden. Een collega actrice liet de hele set stilvallen als ze een opvlieger kreeg. Vervolgens kwam er een assistent met een propeller, zo’n draagbare ventilator.
Ik dacht: wat ben jij een aansteller. Het is namelijk behoorlijk duur om een hele productie stil te laten leggen. Maar nu heb ik al duizend keer sorry gezegd in mijn hoofd om wat ik toen dacht. Zo’n opvlieger duurt niet lang, maar binnen dat moment weet je van voren niet hoe je van achteren heet. Je bent zo’n dertig seconden ontoerekeningsvatbaar.”
Wat voor verschijnselen had en heb je door die vervroegde overgang?
“Ik had ernstige concentratiestoornissen. Mood swings, cravings. Mijn geheugen ging achteruit en ik kon niet op simpele woorden als ‘stoel’ komen. Dat is doodeng. De opvliegers kwamen pas veel later. Toen ik voor het eerst een opvlieger had, wist ik het meteen. Het is net als met een wee: als je dat nooit hebt gehad, heb je geen idee. Maar als het je voor het eerst overkomt, weet je meteen wat het is.
“Rond hun dertigste hebben veel vrouwen vruchtbaarheidsproblemen. We worden ouder, maar er gebeurt steeds vaker iets met onze vruchtbaarheid. Ik denk dat het echte probleem stress is. Wij vrouwen proberen teveel ons ‘mannetje’ te staan. We willen meedoen, het maakt niet uit op welke voorwaarden. Ik was zelf zo’n vrouw, met veel mannelijke energie. Ik heb mijn vrouwelijke energie veel te laat ontdekt.”
Waarom wilde je dat je dit eerder had ontdekt?
“Dan had ik meer geleefd naar mijn vrouwelijke cyclus. Als vrouwen worden we geregeerd door onze hormonen. Je kunt van alles plannen, maar als je wakker wordt en onder dwang van je hormonen voel je je heel anders, dan is het goed om daarvan uit te gaan. Dat betekent echt niet dat je meteen je hele planning uit je handen hoeft te laten vallen
of je direct ziek moet melden, maar wel dat je meer meebeweegt met je cyclus. Je bent vier keer per maand een andere vrouw. Weet dat en voel dat. Richt je carrière, je leven, je ontspanning naar je cyclus.
“Toen ik net was afgestudeerd, stond wetenschappelijk bewijs boven alles. Vervolgens ben ik gaan acteren, waar je gevoel en je impuls leidend zijn. In het echte leven raken we dat kwijt, omdat we als vrouwen alles kapot plannen. Ik denk dat vrouwen meer ruimte moeten pakken. Momenten vinden om uit hun hoofd te raken. Dat kan ook vijf minuten op het toilet op je werk zijn. Veel vrouwen die dit lezen, die in hun carrièreopbouw zitten, denken: dit is nonsens. I’ve got shit to do in my life Voor die vrouwen is mijn boodschap: het haalt je echt in. “Ik kijk naar mijn man. Hij staat ’s ochtends een uur eerder op om te sporten in huis en vervolgens te zwemmen. Ondertussen ben ik ontbijt voor onze zoon aan het maken. Hoe kan het dat het voor mijn man vanzelfsprekend is dat hij een uur voor zichzelf neemt, en voor mij niet? Ik ging het gesprek met hem aan en zat heel erg in de verwijtende sfeer. Toen zei hij: maar waarom doe jij dat dan niet?”
Je ruimte innemen als vrouw. “Ik wilde dat ik tien jaar geleden iets hierover in magazines als Opzij of Jan had gelezen. Wij hebben nu een ‘radar’ thuis. Mijn man merkt het aan mij als ik overprikkeld ben. Dan ben ik geïrriteerd en op mijn hoede. Dan zit ik in de fight or flight-modus. Dat is mijn cue om uit te blazen of te mediteren. Je bron vinden waardoor je weer meer kan geven.
“Onlangs ben ik drie weken vertrokken naar Costa Rica om te vasten. Het leverde heel veel inzichten op voor mijn gezondheid en spiritualiteit. Die wil ik komende tijd delen met andere vrouwen om ze te empoweren.” O
Wil jij de inzamelingsactie ‘Verlicht Oekraïne’ van Victoria Koblenko steunen? Het doel is om zo veel mogelijk generatoren te kopen van de opbrengst en ze naar Oekraïne te brengen. Ga naar gofundme.com/f/geef-oekrainers-licht
‘Een collega actrice liet een hele set stilvallen omdat ze een opvlieger had. Ik dacht: wat ben jij een aansteller.’
Het zijn juist de vrouwen die nu opstaan in Rusland, ziet NOScorrespondent Iris de Graaf (1991). De afgelopen tijd maakte ze indruk met zinderende reportages en haarscherpe analyses uit het land van de onderdrukker. Terwijl Poetin de dreiging verder opvoert, houdt zij het hoofd koel. Een gesprek over apathie en emancipatie, haar Russische oma en ontspannen in tijden van conflict. ‘Mijn ultieme self-caremoment is in bad met een boek en sushi.’
DOOR NOÉMI PRENT
Na een korte pauze in Nederland ben je terug op je post. Het einde van de oorlog lijkt voor-lopig nog niet in zicht.
“Poetin is het volk aan het voorbereiden op een lange strijd met zware offers. Het gaat volgens Rusland ook niet meer om Oekraïne, maar om ‘een totale strijd tegen de Navo, tegen het Westen, tegen de wereld’. Het Russische verhaal verandert steeds, om te legitimeren wat er gebeurt. Mensen worden hier opgezweept. Het hele land staat in dienst van die zogenaamde speciale operatie – we mogen hier niet spreken van oorlog. Er vallen nog geen bommen op Moskou, maar inmiddels wel op grensregio’s. Het doet pijn om te zien wat hier gebeurt.
“Tot aan de mobilisatie in september leefden de Russen echt in cognitieve dissonantie. Ze sloten hun ogen voor wat er gebeurde. Mensen gingen naar het park, aten ijsjes, deden leuke dingen. Dat voelde zó misplaatst. En activisten en journalisten waren bezig met alle shitzooi. Pardon my French. Toen de mobilisatie begon, en Rusland hun eigen mannen, zonen en echtgenoten naar het front zag gaan, werd het meer openlijk besproken. Dat gaf gek genoeg opluchting bij mij, dat ook Russen niet meer konden negeren wat er gebeurt in Oekraïne. Het was niet langer taboe.”
Onlangs maakte je een prachtig item over de lesbische Polina en de positie van lhbtiq-mensen in Rusland. Hoe serieus moeten we Poetins
aangescherpte anti-lhbtiq-wet nemen?
“Het blijft lastig met dit soort wetten en hoe ze in de praktijk geïmplementeerd worden. Vaak is het vooral een stok achter de deur, zodat autoriteiten de wet bijvoorbeeld kunnen inzetten als ze een voorbeeld willen stellen. Het is dus niet zo dat iedereen die gebruik maakt van een regenboog-emoji direct gearresteerd wordt.
“De aangescherpte wet past heel erg in de lijn van Poetin. Hij wil zichzelf neerzetten als traditionele leider. Conservatieve, orthodoxe waarden, de patriarchale samenleving. Voor hem staan alle westerse waarden –vrijheid, gelijke mensenrechten, ook voor lhbtiq mensen – symbool voor het Westen: de vijand. Door zo’n wet worden lhbtiq’ers letterlijk neergezet als een vijand van Rusland. Dat zorgt voor intolerantie. Mensen op straat vragen aan mij: klopt het dat in Europa’s baby’s worden gekidnapt van families en vervolgens bij homostellen moeten opgroeien en transgender worden? Mensen in Rusland leven in een parallelle werkelijkheid, gevoed door angst en vijandbeelden. Dat heeft consequenties voor minderheden, voor mensen die niet voldoen aan het conservatieve plaatje. Ook voor vrouwen zie je dat.”
Vertel.
“Sinds een paar jaar is huiselijk geweld in Rusland niet langer verboden. Je mag je vrouw dus mishandelen, zelfs verkrachten. Ook als daarbij botten worden gebroken, is het geen misdrijf. Allemaal vanuit het idee dat het gezin
‘Om autoriteit uit te stralen hoef je echt geen grijze muis te zijn.’
intact moet blijven. Vrouwen hebben binnenshuis geen bescherming meer. Iedere veertig minuten overlijdt er een vrouw aan huiselijk geweld. Als westerse vrouw vind ik het zelf ook moeilijk om in een samenleving te wonen waar je als vrouw geacht wordt een perfecte conservatieve moeder te zijn. Iedereen vraagt ook aan mij: Je bent 31, waarom heb je nog geen kinderen?
“Tegelijkertijd zie je dat het juist de vrouwen zijn die nu opstaan. Dat vind ik bijzonder. Als je kijkt naar de antioorlog-protestbewegingen, een van de grootste bewegingen, wordt gerund door feministen, de Feminist Anti-War Resistance. En ik zie ook dat vrouwen vaak degenen zijn die dapper genoeg zijn om interviews te geven aan mij.”
Is geweld in Rusland trouwens toegenomen doordat huiselijk geweld niet langer verboden is? Of kunnen we dat niet meten omdat vrouwen hierdoor minder melding maken van geweld?
“Ja, dat. Het is moeilijk te meten. Vrouwen doen geen aangifte omdat het geen zin heeft. De afgelopen jaren zagen we al dat huiselijk geweld toegenomen is. Ook nam het aantal vrouwen dat in het ziekenhuis belandde met botbreuken en schedelfracturen toe sinds de nieuwe wet. Dat geeft mannen de vrijheid om te doen wat ze willen. Maar dat het toeneemt is zeker, we hoeven eigenlijk geen onderzoek te doen om dat te constateren. De ‘speciale militaire operatie’ heeft grote impact op de geestelijke gezondheid van de samenleving. Die frustraties worden vaak botgevierd op de vrouwen.”
Zijn vrouwen in een stad als Moskou meer vrijgevochten dan bijvoorbeeld op het Russische platteland?
“Ja en nee. In de regio’s zie je inderdaad wel een traditioneler Rusland. Maar wat je ook ziet, als je verder weg gaat richting Siberië, bijvoorbeeld in Jakoetië, dat juist daar vrouwen massaal de straat op gingen toen de mobilisatie begon. In Dagestan gingen vrouwen met de politie op de vuist; ze wilden een einde aan de oorlog. Ook in Boerjatië, daar dansten vrouwen met zijn allen om de politie heen om ze te intimideren.
“In Moskou en Sint-Petersburg zie je veel vrouwen die geld en status belangrijk
vinden. Ze zijn bezig met hoe ze eruitzien: manicures, hoge hakken, botoxbehandelingen, gebeitelde neuzen. Altijd maar bezig met het perfecte plaatje van de vrouw nastreven. In de verre regio’s is het anders, daar worden vrouwen keihard geraakt door wat er gebeurt. Ze hebben misschien minder te verliezen, ook qua geld en levensomstandigheden, en durven zich daardoor wel uit te spreken. Ook in de steden vinden vrouwen het erg wat er gebeurt, voelen ze schaamte en pijn, maar uiteindelijk doen ze meestal niets. Dat vind ik soms lastig, vooral als je ziet hoe in bijvoorbeeld Iran vrouwen wél massaal de straat op gaan. Tegelijkertijd is het ook makkelijk praten om maar van iedereen te eisen dat ze hun leven riskeren in dit repressieve klimaat.”
Waar komt die apathie vandaan?
“Dat is niet makkelijk in een antwoord te verklaren. Angst is er een van. Mensen zijn bang hun leven op het spel te zetten. Daarnaast is er een soort sociaal contract met Poetin: burgers houden zich niet bezig met politiek, in ruil daarvoor kregen ze een chill leven met iPhones en reizen naar het buitenland. Het verdwijnen van Starbucks of McDonalds is voor Russen niet genoeg reden de straat op te gaan – ze kopen gewoon Russische koffie of gaan naar Burger King, die hier nog wel zit. En als ze geen Chanel meer kunnen kopen, halen ze het wel in Dubai. Veel Russen nemen dit niet Poetin kwalijk, maar het Westen. Toen de mobilisatie kwam in september, was er ook niet zoveel onvrede als verwacht. De houding is: de situatie is niet ideaal, maar wat er voor ons is besloten is nu eenmaal besloten. Ze durven hun land niet te verraden en praten het echt goed voor zichzelf. Het lijkt op een soort Stockholmsyndroom.”
Objectieve verslaggeving lijkt mij best lastig in jouw situatie. Hoe scheid je jouw persoonlijke mening van je werk?
“In Nederland zien mensen het als objectieve verslaggeving. In Rusland zien ze het als anti- Russische propaganda. Je bent namelijk voor of tegen Poetin, neutraliteit bestaat hier niet meer. Toch is er ook in Nederland kritiek. Volgens de ene kant ben ik te proRussisch, simpelweg door het feit dat ik hier zit. Vanuit de andere kant krijg ik weer over me heen dat ik te anti-Russisch ben, omdat ik niet zou berichten over hoe het echt zit met de Navo die Rusland kapot wil maken of de zogenaamde biolabs in Oekraïne. Je kan het nooit goed doen, merk ik. Het liefst zou ik ook verslag doen in Oekraïne. Niet omdat ik zo’n oorlogsliefhebber ben, maar omdat ik aan beide kanten van het nieuwsverhaal wil staan. Alleen met een Russische perskaart kom je voorlopig Oekraïne niet in. Ik probeer mijn eigen rol duidelijk te hebben. Fantastische collega’s werken in Oekraïne; ik ben de enige van de NOS die nog in Rusland kan werken. En dus is het nu mijn rol om verslag te doen van wat er hier gebeurt. Zo neutraal als ik kan, met ruimte voor het Russische perspectief.”
Het afgelopen jaar maakte je niet alleen nieuws, je werd zelf nieuws. Je won de Harpers Bazaar Woman of the Year Award, werd uitgeroepen tot Taalstaatmeester en talkshows hadden je graag aan tafel.
“Het is heel dubbel om zelf onderwerp van het nieuws te zijn. Het begon ermee dat ik nieuws werd omdat de NOS besloot mij te evacueren. Miljoenen mensen hadden toen al twee weken naar het nieuws gekeken. Het verbaasde me hoeveel mensen bezig waren geweest met mij en mijn lot. Ik kreeg veel steunbetuigingen uit heel Nederland en plots wilde elke talkshow of radiostation iets van mij.
“In het begin heb ik weinig dingen toegezegd, want het gaat niet over mij. Het moet gaan over het Russisch regime, over hoe Oekraïne platgebombardeerd wordt. Na een aantal weken besloot ik: al die aanvragen bieden ook een platform om te praten over wat er in Rusland zelf gebeurt qua repressie en militaire censuur. Vanuit die gedachte zei ik vaker ja. Maar al die prijzen, dat is iets wat ik nooit had verwacht. En het voelt dubbel: je bent bezig met leed, pijn en trauma’s van mensen. En dan krijg je in Nederland opeens een prijs en sta je in mooie kleding op een cover. Het contrast van die twee werelden voelt bijna als een film, niet als mijn leven. Maar ik probeer er dankbaar voor te zijn; het is toch een erkenning van mijn werk.”
Jouw Rusland-fascinatie begon door jouw Russische oma. Wat was dat voor vrouw eigenlijk?
“Een moeilijke vrouw. Ze werd gedeporteerd uit de Sovjet-Unie ten tijde van de Tweede Wereldoorlog, toen ze achttien jaar oud was. Tewerkgesteld in Duitsland, door de vijand meegenomen. In eigen land werd ze daardoor als verrader gezien, want je laat je deporteren. In het Duitse werkkamp bloeide toen een romance op met mijn Nederlandse opa, die daar ook werkte. Hij nam haar na de oorlog mee naar Nederland.
‘Sinds een paar jaar is huiselijk geweld in Rusland niet langer verboden. Je mag je vrouw dus mishandelen, zelfs verkrachten.’
“Ze heeft zo veel meegemaakt, maar ze wilde er nooit over vertellen. Het was ook een vrij afstandelijke vrouw, ze gaf je niet zo snel een lekkere knuffel. Op haar eigen manier liet ze haar liefde voelen, door ons bijvoorbeeld vol te stoppen met borsjtsj, Russische hapjes en snoepjes. Haar ervaringen hebben haar keihard gemaakt. Vanaf de jaren zeventig ging ze terug naar de Sovjet-Unie om familie te bezoeken, ondanks dat ze als vijand werd gezien. Ik vind het sterk en dapper dat ze dat heeft gedaan. Ze heeft ook nooit slecht gesproken over haar eigen land. Maar ik denk wel: ze zou zich drie keer omdraaien in haar graf. Ik ben blij dat ze dit niet hoeft mee te maken.”
Wat zou ze ervan hebben gevonden je nu zo te zien als correspondent?
“Toen ik Russisch ging studeren en opeens Russisch tegen haar sprak – al had ze toen al alzheimer – vond ze dat zo bijzonder. Ze kreeg tranen in haar ogen omdat haar kleindochter opeens haar taal sprak. Ik denk dat ze nu trots op me was geweest, maar ze zou ook zeggen: jezus Iris, wat doe je daar?
Wat ook bijzonder is: mijn oma moest haar land verlaten tijdens de Tweede Wereldoorlog. En ik moest datzelfde land verlaten tijdens deze oorlog, toen de NOS mij omwille van veiligheid terughaalde. De reden van vertrek verschilde, maar toch. History repeats itself.”
Tegen welke vrouwen keek of kijk jij als journalist op?
“Clarissa Ward is voor mij een journalistiek voorbeeld. Zij werkte zelf ook in Rusland als correspondent en heeft daarnaast onder de meest repressieve regimes gewerkt, zoals onder de Taliban in Afghanistan. Wat ik altijd bewonder aan haar is dat ze zegt: ‘Ik ben geen geopolitieke specialist of militair strateeg. Ik ben iemand die verhalen van mensen vertelt. Die bij hen blijft zitten in hun pijn en rouw, omdat ik hun verhaal eer aan wil doen.’ Elke keer als ik bezig ben met een moeilijk verhaal, denk ik aan die uitspraak. Maar ik vind het ook inspirerend hoe zij bijvoorbeeld haar carrière combineert met haar privéleven.
Oorlogscorrespondent met kinderen. Ze werkt nu hoogzwanger in Oekraïne.
“Maar ook in Nederland hebben we hebben veel powervrouwen in dit vak. Kysia Hekster, die nu vanuit Oekraïne verslag doet. En ook vrouwen als Nadia Moussaid, Fidan Ekiz en Eva Jinek bewonder ik; ze zien er altijd tiptop uit, maar kunnen ook een politicus keihard aan de tand voelen. Ik denk ook aan mijn collega Suse van Kleef, de eerste vrouwelijke voetbalcommentator van Nederland. Zij heeft mij vanaf het begin van mijn carrière, toen ze nog correspondent was in Londen, gesteund en tips gegeven. Dat probeer ik nu zelf ook te doen voor vrouwen in de journalistiek of meisjes die journalist willen worden. Elkaar hogerop helpen.”
Je bent een rolmodel geworden. Wat zou je jonge vrouwen die naar je opkijken willen meegeven?
“Ik krijg veel berichten van meisjes en vrouwen die ook correspondent willen worden. Veel vrouwen doen het niet omdat ze bang zijn. Bijvoorbeeld voor een langeafstandsrelatie met een partner, of omdat ze dan denken dat ze hun kinderwens daarmee uit moeten stellen. Of omdat het überhaupt onzeker, spannend en gevaarlijk is. Dat zijn ook allemaal dingen die spelen. Maar ik zeg altijd: dat is overkomelijk. Durf alles los te laten en zet de stap. Anders blijft het zo dat mannen makkelijker in dat soort functies belanden. Het is wel een ding hoor, dat zo’n baan niet is ingericht op het leven van een jonge vrouw. Ik heb daar ook mee geworsteld. Maar toch moeten wij, jonge vrouwen, het doen. Je kan wel vanuit angst dingen laten, maar dan gebeuren er ook geen mooie grootse dingen.”
Een roerig jaar staat je te wachten. Hoe vind je momenten van ontspanning in Rusland?
“Als het nieuws het toelaat, probeer ik soms een weekend de stad uit te gaan, naar het buitenhuisje van mijn producer bijvoorbeeld. En als ik even niets hoef, lig ik graag heel veel in bad, met een boek en sushi. Dat is mijn ultieme self-care-moment.”
Wil jij nog iets kwijt?
“In de meeste interviews wordt mij gevraagd hoe ik omga met kritiek of opmerkingen over mijn uiterlijk. Of: Moet je je niet extra bewijzen? Ik vind het belangrijk om het daarover te hebben. Maar tegelijkertijd denk ik, je vraagt dat ook niet aan een jonge, mannelijke correspondent. Ik snap dat ik de vraag krijg, maar tegelijkertijd weet ik niet waarom ik de me de hele tijd moet verantwoorden over mijn haarkleur of lipstick. Het moet over de inhoud gaan. Tegelijkertijd wil ik vrouwen ook meegeven dat je je niet anders of saaier voor hoeft te doen voor zo’n baan. Om autoriteit uit te stralen hoef je echt geen grijze muis te zijn. Waarom in godsnaam? Het is 2023.”
Misschien hoef je de volgende keer geen antwoord meer te geven als iemand je ernaar vraagt. (lacht) “Nee, misschien niet.” O
‘Ik denk dat mijn oma nu trots op me was geweest, maar ze zou ook zeggen: jezus Iris, wat doe je daar?’Column Sheila Sitalsing
M“ANNEN! Heb je je gezicht weggeairbrusht? Ben je je wimpers aan het verwennen met een 195-uursserum? Zit alle vochtinbrengende crème van de wereld op je gezicht? Zo niet, WAAROM NIET?”
Ze houden het al ruim acht jaar vol: de beheerders van het account van ‘de man die alles heeft’: een kostwinnende vrouw, een mooi huis om gezellig te maken met geurkaarsen, kinderen om zich over te ontfermen, een leuke baan voor halve dagen en natuurlijk hydraterende nachtcrème. Op TikTok, Instagram, Mastodon, Twitter, Facebook verspreidt de @manwhohasitall tips en trucs ‘voor alle mannen’, met aansporingen die gekopieerd zijn uit vrouwenglossy’s, gejank dat gepikt is van online fora voor ‘mama’s’, of opmerkingen die gegrepen zijn uit het echte leven. Zoals deze voornemens voor werkende vaders:
1. Verbied het papa-schuldgevoel;
2. Sta eerder op;
3. Wees knap;
4. Begin een dagboekje waarin je opschrijft waar je dankbaar voor bent;
5. Glimlach meer. WEES POSITIEF!
Genoteerd op een tegeltje in drie verschillende krullende lettertypes, foto van stralende man ernaast.
Er is een T-shirtlijn (shirts met
‘chirurg’ voor haar en ‘mannelijke chirurg’ voor hem, en met ‘Gek kattenmannetje’), er komt een boek aan (Flipping Patriarchy!), er worden debatten belegd (“Zouden mannen de vrijheid moeten hebben om te beslissen over hun lichamen en hun voortplantingssystemen?”) en er is het personage Claire, de CEO die het ‘een mijnenveld’ vindt om mannen in dienst te nemen: “Je moet de hele tijd op
haar leven. Het lijkt wel alsof ik vier kinderen heb in plaats van drie!”
En als er een vraag uitgaat op sociale media (“Ik ga een mannelijke brandweervrouw interviewen over hoe het is om branden te blussen en tegelijk man te zijn. Wat zal ik hem vragen?”) zijn de antwoorden goud: “Is hij na nachtdiensten op tijd thuis om ontbijt en lunchpakketjes te maken voor vrouw en kinderen, of maakt
je hoede zijn dat je ze niet pest, in hun kruis grijpt of onderbetaalt. Doodvermoeiend.”
Nog altijd is de bullshitbingokaart van @manwhohasitall nog niet vol. Nog altijd zijn er krantenkoppen, serieus bedoelde stellingen uit talkshows of openbare uitlatingen van hooggeplaatsten die tamelijk normaal worden gevonden, tot je ‘man’ invult waar ‘vrouw’ staat. Dan krijg je dit: “Is jouw vrouw van binnen ook eigenlijk een groot kind? De mijne wel. Ik ruim op achter haar kont en organiseer
hij die voordat hij gaat werken?”
Of: “Zijn er weleens situaties waarbij hij vanwege zijn fysieke beperkingen de hulp nodig heeft van de echte brandweervrouwen, bijvoorbeeld als hij te groot en te lomp is om door een smalle opening te kunnen?”
En net als je je afvraagt of sommige voorbeelden ondertussen niet een beetje achterhaald zijn, sla je een tijdschrift open dat een serieus artikel wijdt aan het belang van een goede hydraterende nachtcrème. Voor vrouwen die er fabulous uit willen zien. O
Op haar zesde zeilde Rosalin Kuiper (27 jaar) al samen met haar hond in een optimist op een plas in Zoetermeer. Ruim twintig jaar later doet ze mee aan The Ocean Race: een zware zeilrace over de wereld in zes maanden. Op dit moment bevindt ze zich tussen Kaapverdië en Kaapstad. ‘Tijdens de race werk je drie uur en dan heb je drie uur om te slapen en te eten. En dat gaat zo de hele etappe door.’
Ze komt niet uit een echte zeilfamilie, desondanks voer ze al op jonge leeftijd in een jeugdzeilboot.
“Zeilen vond ik toen al helemaal te gek.” Na een tijdje op hockey en atletiek te hebben gezeten, ging ze op haar zeventiende ‘volle bak’ voor zeilen. “Ik trainde bij Team Heiner Talents in Lelystad, waar meer zeiltalenten zijn begonnen. Ik had één doel: The Ocean Race zeilen. Daar heb ik vanaf dat moment keihard
voor gewerkt.” The Ocean Race wordt gezien als de zwaarste race voor teams rondom de wereld. Elke drie jaar wordt het georganiseerd. Dit jaar duurt de race zes maanden. Het is opgebouwd uit verschillende etappes, de langste is veertig dagen.
Dit is wellicht een echte landrotvraag, maar wat is er zo leuk aan zeilen?
“Ik ontdekte het toen ik aan het reizen was in Australië. Als ik ergens
was, dan wilde ik naar havens en keek ik naar boten. Ik kreeg de kans om mee te varen op een schip. Het was zo kicken om achter het roer te staan. De eigenaar wilde ’s nachts het schip voor anker leggen, maar op mijn initiatief voeren we ook ’s nachts door. Op het water voel ik me vrij. Op het land vind ik het intens. Ik heb er chronische hoofdpijn door de vele prikkels van geur, licht en mensen. Op zee zijn er minder prikkels. Het is als een geheime wereld waar niemand
Beroep Professioneel zeiler sinds haar twintigste. Ze werkt zo’n honderd uur per week hiervoor. Ze heeft inmiddels
55.000 nautische zeemijlen op haar teller staan, wat gelijk staat aan tweemaal rond de wereld zeilen. Ze heeft verder een bachelor in psychologie met een specialisatie in de sportpsychologie en groepsdynamica.
Woont als ze niet aan het zeilen is samen met haar vriend in Amsterdam.
van weet. Je lichaam past zich aan, je voelt het ritme van de zee. Het is een simpel leven. Je hoeft niet na te denken over alledaagse dingen en sluit je honderd procent af van de wereld. Ik ben bijvoorbeeld niet aan het Instagrammen, daar is geen tijd voor. Eén keer per dag stuur ik een mail naar mijn vriend. En af en toe is er via WhatsApp contact.”
Een kantoorbaan lijkt me niet echt iets voor jou.
(lacht) “Precies. Ik wil naar buiten, ik wil de zon zien opkomen en weer zien ondergaan. Niet acht uur lang aan een bureau zitten.”
Het lijkt me ook heel zwaar. “Dat is het zeker. Je bent continu moe. Je werkt drie uur en dan heb je drie uur om te slapen en te eten. Iedereen is ziek, zwak en misselijk. Alles doet pijn.”
Is zo’n race ook gevaarlijk?
“Absoluut. Je vaart zo’n veertig tot zestig kilometer per uur over de golven. Er kan iemand overboord slaan, dat is al eens eerder tijdens een race gebeurd. Je bent je bewust van dat risico en daardoor ben je erg gefocust. De kans dat iemand wordt teruggevonden nadat hij of zij overboord is geslagen, is slechts tien procent. We kunnen met de boot niet remmen en omkeren zoals in een auto.”
Hoe bereid je je voor?
“Het is een lange aanloop. Ik ben hier al sinds mijn zeventiende mee bezig, dus al tien jaar. Je moet heel veel leren en heel veel weten van varen op een boot. Je werkt samen met een team. We testen veel. Je kunt je eigenlijk niet genoeg voorbereiden. Je moet heel fit zijn; ik sport vijf dagen per week op de sportschool. Aan boord verlies je veel spiermassa, je leeft op een paar vierkante meter en loopt weinig. Je moet geluk hebben om op een boot terecht te komen. De competitie is heel groot. En je thuissituatie moet stabiel zijn, want als je met een naar gevoel van huis gaat, wordt dat
alleen maar erger. Mijn familie en mijn vriend steunen me. Daar ben ik heel blij mee. Ik heb echt iets om voor door te gaan.”
Wat eet je aan boord?
“Voor zeventig procent is dat astronautenvoedsel, dat zijn gevriesdroogde maaltijden die je aanlengt met gekookt water. Het is heftig voor je darmen, helemaal voor mij, want ik heb een prikkelbare darm. We eten zo’n 2500 tot 4000 calorieën op een dag. Voor mij is het een grote uitdaging om op gewicht te blijven. Ik ben zo drie kilo kwijt in vijftien dagen. En dat terwijl je je gewicht nodig hebt op de boot om sterk en fit te zijn. Als we in Kaapstad zijn aangekomen, heb ik twee weken vrij. Mijn familie komt me dan opzoeken. Het eerste wat ik dan ga eten is pizza.”
Wat mis je het meeste?
“Als je je slecht voelt, mis je een knuffel. Het liefst wil je even huilen en dat iemand tegen je zegt: het komt goed.”
En een douche?
“Ja dat ook. Aan boord is geen wc of douche. Je wast je met een halve bidon met water. Je plast in een emmer en poepen doe je in een biodegradable zakje. Ik heb een spiraal en word dus niet ongesteld. Dat kan ook gewoon niet aan boord.”
Wat heb je voor spullen meegenomen?
Heel weinig spullen; het mag niet te zwaar zijn. Mijn lenzen, een bril en een zonnebril. Ik draag thermokleding van merinowol. En verder een plastuit en vijf of zes schone onderbroeken. Ik heb een
‘De zee is als een geheime wereld waar niemand van weet.’
gelukspoppetje van mijn zus gekregen uit Bonaire, dat neem ik overal mee naartoe. Geen lipgloss nee, als ik moet kiezen tussen een extra schone onderbroek of make-up, dan weet je het antwoord vast wel.”
Je bent de enige vrouw op de boot. Hoe is dat?
“Voor mij is het heel normaal. Ik was altijd een van de weinige vrouwen
in deze sport; de zeilwereld is een mannenwereld. Nu voel ik me goed aan boord. Er zijn geen dominante mannen, er is veel respect voor elkaar en iedereen is aardig. Je hebt alleen nul privacy. Het is als een kleine familie. Ik zie mijn team zelfs meer dan mijn eigen familie. Je werkt hard samen en er is ook tijd voor een grapje. We praten veel met elkaar, voornamelijk over alledaagse zaken.”
Waarom wilde je deze race zo graag doen?
“Wat de Formule 1 is voor de autorace, is The Ocean Race voor de zeilsport. Deze race is als een droom die uitkomt, ik heb er echt jaren voor gewerkt. Je doet het samen met je team, je pusht elkaar om door te gaan. Het is de langste race voor een team, een langere of heftigere race bestaat niet.”
Je hebt als missie om meer vrouwen actief te krijgen in de zeilsport. Hoe doe je dat?
“Ik krijg vaak berichtjes met advies van jonge meiden hoe ze bepaalde zaken moeten aanpakken. Ik geef ze graag advies. Ik had zelf nooit iemand die ik om advies kon vragen; ik had een grote mond en ging op zoek. Verder deel ik mijn verhaal via sociale media. Ik merk dat vrouwen zich extra moeten bewijzen. Ik zat weleens aan boord met 22 Spanjaarden. Ze namen me niet meteen serieus. Toen ik ging zeilen, zagen ze: o, ze kan toch wel wat.”
Sinds het voorjaar van 2022 maakt Rosalin Kuiper deel uit van de vijfkoppige bemanning van Team Malizia, dat start in de IMOCA 60-klasse. Ze is co- schipper en offshore boat captain. “Dat betekent dat ik tijdens het zeilen verantwoordelijk ben voor de boot, systemen en techniek. Daarnaast ook voor de veiligheid en reserveonderdelen.”
De start van The Ocean Race was op 15 januari 2023 in Alicante, Spanje. De race van 32.000 nautische mijlen voert de teams gedurende zes maanden langs negen wereldsteden naar de finish in het Italiaanse Genua. Half juni meert de vloot af in Den Haag. Houd onze socials in de gaten om op de hoogte te blijven van de race van Rosalin. O
‘Als ik moet kiezen tussen een extra schone onderbroek of make-up, dan weet je het antwoord vast wel.’FOTO JIMMY HOREL
De stad van de fado, tapas, heerlijke pastéis de Belém, mooie miradouros en schattige maar o zo handige trams. Lissabon, de stad op zeven heuvels, is heerlijk om te bezoeken met vriendinnen, alleen of met het gezin. De Reismeiden bezochten met de feministische bril op de stad.
Laten we beginnen met een geschiedenislesje over de witte stad. Volgens de legende is Lissabon gesticht door de Griekse held Odysseus tijdens zijn lange tocht naar huis, de Odyssee. Rond 1200 v. Chr. ontstond er een Fenicische handelspost. De Feniciërs noemden de stad Allis Ubbo, wat ‘veilige haven’ betekent. Rond 200 v. Chr. werd de stad veroverd door de Romeinen. De stad was vervolgens enkele eeuwen toneel van veroveringen die we niet allemaal zullen noteren in dit artikel. Wel belangrijk om nog te noemen is de aardbeving in 1755. Het was een zware: er zouden zo’n vijftienduizend doden zijn gevallen. De invloed van de wederopbouw is nog steeds zichtbaar. Uit archeologisch onderzoek blijkt dat er al in de zesde eeuw v. Chr. mensen woonden bij het Castelo de São Jorge. De heuvel werd gebruikt door lokale Keltische en Iberische stammen, maar ook andere volkeren lieten er hun sporen achter. Het diende als fort, paleis en in de moderne tijd als opleidingscentrum voor arme kinderen. Tegenwoordig is het een prachtige ruïne boven de stad die de klim zeker waard is vanwege het mooie uitzicht over Lissabon (13).
Vanuit het Castelo de São Jorge zie je dat de stad bestaat uit verschillende wijken. Tussen de Taag en het Castelo ligt de wijk Alfama, de oudste wijk
van Lissabon. Een idyllisch geheel met smalle straatjes, kleurige gevels, wasgoed aan het balkon (7) en vele trappen en steegjes waar menig influencer Instagramwaardige foto’s maakt. Je vindt hier veel cafeetjes met fadomuziek, daarover later meer. Baixa is de echte winkelwijk van Lissabon. De bekende winkelstraat is Rua Augusta (4), met de bekende ketens maar ook lokale winkels. Aan het einde van deze straat richting de Taag loop je tegen de Arco Rua da Augusta aan. Dit gebouw in de vorm van een triomfboog is na de zware aardbeving in 1755 gebouwd ter herinnering aan die tijd. De Elevador de Santa Justa is niet zomaar een lift, maar eentje in prachtige neogotische stijl (11). Het verbindt de benedenstad met de bovenstad; een hoogteverschil van 32 meter. Een echte miradouro, oftewel uitkijkpunt (1+3). Ook het Praça de Dom Pedro IV met twee fonteinen (2) en een groot standbeeld is een mooi plein om te bezoeken. Een andere leuke wijk is Bairro Alto. Hier vind je veel hippe restaurants en pubs. Ook de wijk Belém is een aanrader. Je vindt hier de Torre de Belém en het Mosteiro dos Jerónimos. De bijzondere bezienswaardigheden staan op de werelderfgoedlijst van Unesco. Vanaf de toren heb je prachtig uitzicht over de Taag. Zoetekauwen moeten zeker deze wijk bezoeken. De pastéis de Belém of pastéis de nata (2) zijn dé lekkernijen uit Portugal. Het verhaal gaat dat de oorspronkelijke pastéis zijn ontwikkeld door vrouwen: de nonnen
in Belém van de abdij Mosteiro dos Jerónimos. Ze gebruikten eiwit als stijfsel voor hun kleding. Om de eierdooiers niet te hoeven weggooien, bedachten ze een recept voor een taartje waarin dit kon worden verwerkt.
De Reismeid van dit artikel werd door het thuisfront lekker gemaakt met tips waar je de beste pasteitjes kunt eten. Romige room, knisperend vers bladerdeeg, poedersuiker en wat kaneel. Yum! Er werd aangeraden om bij Confeitaria de Belém de zoete lekkernij te halen, vooral als het je eerste keer was. In 1837 maakte deze bakker de taartjes met eieren, deeg en room volgens zijn geheime recept. Dat geheim is tot op de dag van vandaag het best bewaarde geheim van Belém.
Buiten het centrum vind je de Ponte 25 de Abril, een iconische brug over de Taag. Je waant je in San Francisco, want de brug lijkt als twee druppels
water op de Golden Gate Bridge. Hij is dan ook ontworpen door dezelfde architect. Aan het einde van de brug staat op een hoge heuvel het indrukwekkende Monumento Cristo Rei. Je kunt het met een lift bezoeken en daar is het uitzicht wederom uniek. Mocht je de tienduizend stappen al hebben bereikt of flinke spierpijn in je kuiten van het vele lopen hebben, dan is het heel leuk om met tram 28 door de wijken een rondrit te maken (6). Je gaat door de wijken Alfama, Baiza en Graça, dat is een rit van een klein uurtje. Er staat vaak een lange wachtrij voor de populaire tram, dus ga vroeg.
In 1998 vond de wereldtentoonstelling in Lissabon (Lisbon World Exposition) plaats. Een tentoonstelling die maar liefst elf miljoen bezoekers trok in 132 dagen. Het thema was: de Oceanen, een erfgoed voor de toekomst. Voor de tentoonstellingen werden er in het
oosten van Lissabon nieuwe gebouwen gebouwd, nieuwe infrastructuur aangelegd en de Vasco da Gamabrug (vernoemd naar een Portugese ontdekkingsreiziger) gerealiseerd: met zijn twaalf kilometer lengte de op één na langste brug van Europa. Eén van de populairste attracties was het Oceaanpaviljoen, dat na de tentoonstelling werd omgebouwd tot het Oceanário de Lisboa. Dat laatste is leuk om te bezoeken, ook zonder kinderen. Het is een van de grootste aquariums van Europa en qua ontwerp lijkt het op een vliegdekschip. Je loopt om het aquarium heen, zodat je telkens weer iets nieuws ziet: hondshaaien, spinkrabben, pinguïns, zeeotters, zonnebloemsterren, luipaardhaaien, koralen, kwallen en anemoonvissen (8). Een goede tip is om online kaarten te kopen, zodat je niet in de lange rij hoeft te staan voor de toegang. Achter het gebouw staat een kabelbaan, de telecabines (12), waarin je mooi uitzicht hebt op het park Parque das Nações van de wereldtentoonstelling van destijds en op de eerdergenoemde lange brug.
In de arme wijken van Lissabon is de Fadomuziek ontstaan, oftewel het Portugese levenslied. Fado is de stem van de vele gemoedstoestanden: verdriet, saudade (weemoed), blijheid en liefde. Het werd vroeger in kroegen gezongen, tegenwoordig waardeert
een groter publiek de zangkunst en wordt het ook ten gehore gebracht in populaire uitgaansgelegenheden. Het staat zelfs op de lijst van immaterieel cultureel erfgoed van Unesco. Het werd en wordt veel gezongen door vrouwen. De eerste grote ster van de fado was Maria Severa (1820-1846), dochter van een kroegbazin en prostituee. Ze trad vaak op met haar gitaar. In het begin werd fado gezongen in kroegen en bordelen en werd het geassocieerd met misdaad. Pas rond 1900 vond er een omslag plaats en werd de zangkunst door het hele volk gewaardeerd. Amália Rodrigues (1920-1999) wordt beschouwd als één van de belangrijkste en invloedrijkste Fadozangeressen ooit. Haar verhaal klinkt als een Disneyfilm: ze komt uit een arme familie en zong voor wat geld in de kroegen bij de haven. Ze wordt ontdekt en groeit in de jaren vijftig uit tot een wereldster in Spanje, Brazilië, de Verenigde Staten en Latijns-Amerika. Eén van de bekendste liederen van haar is Uma casa Portuguesa. Nog steeds is het Portugese levenslied populair, zangeressen als Ana Moura, Carminho en Cristina Branco staan bekend om hun prachtige fadomuziek. In de wijken Alfama en Bairro Alto zijn er nog steeds veel Fadoclubs te vinden.
In de wijken kom je veel street art (14) tegen. De indrukwekkende kunstwerken zijn vaak gemaakt door internationaal bekende graffiti-artists. De bekende artiest Vhils maakte een eerbetoon aan de beroemde Fadozangeres Amália Rodrigues. Maar je komt ook een portret tegen van de schrijfster Sophia de Mello Breyner Andresen door kunstenaar Daniel Eime. Of één van mensenrechtenadvocate Marielle Franco door Vhills.
To shop: kleding, tegels en boeken
Avenida da Liberdade is de PC Hooftstraat van Lissabon, je vindt er de winkels van Maje, Louis Vuitton, Boss, Gucci en Max Mara. De bekende en wat goedkopere modeketens zijn op de Rua Augusta in de wijk Baixa. In Alfama is de winkel van Vanessa Marques Cabacinha: Azulejo’s de Fachada (5). Ze verkoopt er tegels met traditionele patronen, maar dan in hippe kleuren. Ze zijn allemaal met de hand beschilderd en leuk bijvoorbeeld als onderzetters voor thuis. Een mooi aandenken aan Lissabon.
In de wijk Chiado (9) is de oudste boekenwinkel ter wereld: Livraria Bertrand Chiado. Volgens het Guinness Book of World Records opende de winkel in 1732 de deuren, inmiddels is het onderdeel van een keten. Er zit ook een klein cafédeel in de winkel waar je je aangeschafte leesvoer kunt verorberen onder het genot van een kopje koffie.
Van al dat lopen word je hongerig en dorstig. De koffiecultuur is belangrijk in Portugal. In de ochtend wordt er een bica gedronken: espresso met veel suiker. Je vindt veel koffietentjes in de stad, vaak kun je er een pastéis de nata bij krijgen. Het is vast vloeken in de kerk, maar deze Reismeid kwam ook graag bij Copenhagen Coffee Lab in Bairro Alto, al was het maar vanwege de plantaardige melk die ze er voor in de koffie hadden.
Rondom de pleinen en bekende wijken zijn veel tapasrestaurants. De Reismeid at onder andere bij Bastardo vanwege de leuke naam en de rooftopbar van Hotel Mundial.
We zijn fan van de chef Marlene Vieira, de eigenaresse van Marlene Restaurant, Zunzum Gastrobar en een eigen foodcorner in een grote foodhall. In haar restaurants staan duurzaamheid, lokaal en de Portugese keuken centraal. Ze is van jongs af aan al aan het koken. In 2009 deed ze voor het eerst mee aan de Chef Cook of the Year, een wedstrijd waar vooral veel mannen aan meedoen. Ze vertelt: “I believe I’m an inspiration to other women. I want to always do good cooking and also challenge society by showing that professional cooking is also a world of women where they can and do know, lead and create, as well or better than men!” Waarvan akte.
En tot slot nog een tip voor een foodhall: Time Out Market (Mercado da Ribeira). Veel bekende restaurants, en Marlene Vieira ook, hebben hier een eigen kiosk. De keuze is er reuze. O
Dit artikel is een bijdrage van Atria, het kennisinstituut voor emancipatie en vrouwengeschiedenis. Herstory is een samenwerking tussen Atria en Opzij. Verhalen uit de vrouwenarchieven halen we in deze rubriek uit de onzichtbaarheid.
In de jaren zestig en zeventig staan Nederlandse bedrijven te springen om arbeiders uit onder andere Marokko en Turkije. In de samenleving krijgen veel gastarbeiders echter te maken met discriminatie. In 1975 besluit een groep Turkse vrouwen zich te verenigen in Hollanda Türkiye
Kadinlar Birligi (HTKB), de eerste landelijke Turkse vrouwenvereniging van Nederland, om op te komen voor hun belangen. Wat is hun verhaal?
DOOR MILOU BOLLENEen van de oprichtsters van de Turkse Vrouwen
Vereniging Hollanda Türkiye Kadinlar Birligi (HTKB) was Maviye Karaman: op dat moment samen met haar echtgenoot hét gezicht van de progressieve Turkse arbeidersbeweging HTIB in Nederland. Hoewel die vereniging dan openstaat voor het lidmaatschap van vrouwen, meent Karaman dat er voor hen een aparte vrouwenorganisatie opgezet moet worden. Zo geschiedde. De HTKB zet zich vanaf dat moment niet alleen in voor seksegelijkheid, maar ook voor klassengelijkheid en tegen racisme. Hun doel: solidair zijn met de democratische beweging en bevolking in Turkije én Turkse vrouwen bewust maken van hun positie.
Samen staan we sterker, merken de Turkse vrouwen. In 1978 legt fotograaf Bertien van Manen de eerste staking van Turkse vrouwen in Nederland bij een kippenslachterij in Almelo vast. De vrouwen komen in opstand vanwege de slechte arbeidsomstandigheden. Ze krijgen lichamelijke
klachten omdat ze met hun handen het gloeiendhete kippenvlees van botjes moeten verwijderen, tachtig uur per week werken en onderbetaald worden. Alle vrouwen schrijven zich tijdens de staking in bij de vakbond. De foto herinnert ons aan een onderbelichte geschiedenis: niet alleen mannen maar ook de eerste generatie Turkse vrouwen in Nederland heeft hard gewerkt voor de kost.
Wederzijds respect
De HTKB netwerkt van meet af aan veel met andere feministische groepen. De samenwerking met Nederlandse vrouwenorganisaties verliep echter stroef. Turkse vrouwen voelden zich bijvoorbeeld niet gesteund in hun strijd voor zelfstandige verblijfsvergunningen voor buitenlandse vrouwen. Dat werd gezien als een probleem voor buitenlandse organisaties. “Dat is ongelijkwaardig,” stelde HTKB-voorzitter Maviye Karaman in 1986. Veel migranten hadden zich immers inmiddels blijvend in Nederland gevestigd. Karaman: “We moeten ook gemeenschappelijke programma’s maken onder
gelijkwaardige omstandigheden. Wederzijds respect is een voorwaarde en het bestrijden van vooroordelen tegen migranten en het strijden voor gelijke rechten moeten de Nederlandse organisaties niet alleen als hun probleem zien, maar ook hun plicht.”
Buurthuisbijeenkomsten
Tijdens bijeenkomsten van de HTKB bespreken de vrouwen hun gemeenschappelijke problemen. Zo ontstond er langzaamaan een systematisch beeld van de ongelijkheden waar deze vrouwen mee te maken kregen. Daarom ging de vereniging ook aan de slag met belangenbehartiging en probeerden ze het beleid van
gemeenten of Rijksoverheid jegens ‘hun’ vrouwen te beïnvloeden. Op deze foto is een bijeenkomst van de HTKB te zien in buurthuis Oosterhonk in het Oosterpark in Amsterdam.
De Turkse Vrouwenvereniging publiceert ook een tweetalige krant: de Kadinlarin Birligi (Turkse Vrouwenkrant). In de krant komen allerlei onderwerpen aan bod, zoals discriminatie op de Nederlandse arbeidsmarkt, emancipatie en racisme en solidariteit met politiek vervolgde vrouwen in Turkije. HTKB steunt ook de democratische beweging in Turkije, de vereniging spreekt
Niet meer te gast
Nieuwe arbeidskrachten uit onder andere Spanje, voormalig Joegoslavië, Marokko en Turkije worden in eerste instantie met veel dankbaarheid ontvangen vanaf de jaren zestig. Tot 1980 was het beleid van de Nederlandse overheid gericht op het idee dat aanwezige migranten eens zouden terugkeren. In de jaren zeventig werd gezinshereniging daarom erg moeilijk gemaakt. De verblijfsvergunning van de vrouw verviel als haar echtgenoot binnen
drie jaar na afgifte van het bewijs naar zijn vaderland zou terugkeren of van zijn vrouw zou scheiden. In dat geval zou de vrouw Nederland verplicht moeten verlaten. Dankzij dit overheidsbeleid werd de migrantenvrouw volledig afhankelijk van haar echtgenoot. Zij kon zelf pas een zelfstandige verblijfsvergunning aanvragen als zij kon aantonen dat zij drie aansluitende jaren in Nederland had gewoond. Alleen als de vrouw al in het bezit was van een werkvergunning had zij zonder meer recht op verblijfsvergunning.
Af che van HTKB ter gelegenheid van Internationale Vrouwendag op 8 maart 1993. Forum over solidariteit, sociale voorzieningen en de multiculturele samenleving.
Ontwerp: Ufuk Kobas | Collectie IAV-Atria
Kleur in de vrouwenbeweging Vrouwen van kleur hebben in Nederland in de jaren zeventig en tachtig te maken met zowel racisme als seksisme. Binnen de mainstream vrouwenbeweging hebben ze nauwelijks een stem. Zwarte vrouwen en vrouwen van kleur richten daarom nieuwe groepen op onder de paraplu Zwarte, Migranten- en Vluchtelingen Vrouwenbeweging (ZMVVrouwenbeweging), om in de maatschappij hun plek op te eisen. Vrouwen uit de ZMV-Vrouwenbeweging, zoals de Turkse vrouwen van de HTKB, organiseerden talloze activiteiten. Ze richtten centra
zich regelmatig uit over het fascistische Turkse regime. Verbetering van de economische en politieke situatie in Turkije is voor hen van groot belang. Vrouwen die in de jaren tachtig als politieke vluchtelingen naar Nederland kwamen, worden regelmatig opgevangen door de HTKB.
In 1995 gaat de HTKB als Amsterdamse en dus lokale vereniging verder. Er volgen veel acties, vaak samen met verschillende andere ZMV-vrouwenbewegingen. Zo zouden ze jarenlang gezamenlijk strijden voor een zelfstandig verblijfsrecht en recht op bijstand voor buitenlandse vrouwen gevestigd in Nederland. Dankzij de inzet en lobby van deze organisaties hebben vrouwen die
op, drukten hun eigen kranten en nieuwsbrieven en publiceerden reportages via de Zwarte Vrouwenradio. Ze stonden aan het begin van het maatschappelijke debat over feminisme, gender en etniciteit in Nederland. Zo zei HTKB-voorzitter Maviye Karaman in 1986: “Een gemeenschappelijke strijd is alleen maar op gelijke voorwaarden mogelijk. Omgekeerd verwachten we ware solidariteit, vrij van elk soort vooroordeel, van vrouwenorganisaties, van politieke partijen, vakbonden en vrouwenorganisaties bij de door ons te voeren strijd op alle gebieden van het leven.”
in hun huwelijk te maken krijgen met geweld een veel betere kans om dit huwelijk te kunnen verlaten zonder meteen het land uitgezet te worden.
Organisaties als de HTKB zijn nog steeds hard nodig. Het kabinet probeerde onlangs nog het recht op gezinshereniging opnieuw aan banden te leggen. Het recht op zelfstandig verblijf is nog steeds niet geborgd. Gezamenlijk opkomen voor rechten helpt, laat de geschiedenis van de Turkse vrouwenbeweging zien. De woorden van de HTKB, en later ATKB, klinken voort. Zoals Karaman in 1986 al stelde: “Een gemeenschappelijke strijd is alleen maar op gelijke voorwaarden mogelijk.” O
voor € 74,95
* het boek Het blijft nog steeds familie van Theodor Holman
* gratis toegang tot ons culinaire YouTubekanaal met meer dan 50 kookvideo’s
U ontvangt de welkomstcadeaus binnen 10 werkdagen.
GA NAAR PINDAH-MAGAZINE.NL
Etchica Voorn (1963) won in juni 2018 de OPZIJ literatuurprijs voor haar autobiografie Dubbelbloed. Ze is werkzaam als docent burgerschap bij ROC Flevoland Almere als zij-instromer.
Toen mijn lieve vriendin Mirjam zestig werd, sprak ze de woorden: “Zestig, vind ik een gewichtige leeftijd, en wat heb ik er nou eigenlijk van gebakken?” Dat zinnetje heeft me nooit meer losgelaten. Twee jaar geleden is zij op tweeënzestigjarige leeftijd ziek geworden en binnen zes maanden overleden. Nu ik deze ‘gewichtige leeftijd’ bereikt heb, vraag ik mij vaker af: wat heb ík er nou eigenlijk van gebakken?
In het septembernummer van 2018 schreef ik mijn eerste column voor OPZIJ. Dit is de 28ste column die ik schrijf. Het leek de moeilijkste ooit. Alsof het de allerlaatste kans is om een belangrijke boodschap over te brengen. Ik besloot om ter inspiratie mijn columns terug te lezen. Te beginnen bij de laatste, over de ophanden zijnde excuses van de Nederlandse overheid aan de nazaten van ons slavernijverleden. (Deze excuses zijn overigens lekker ‘neokoloniaal’ doorgedrukt op de 19 december, in plaats van de nadrukkelijke wens van de Surinaamse gemeenschap om dit op 1 juli 2023 te doen. Zelfs een kort geding om dit tegen te houden mocht niet baten.)
Wat ik teruglas was een grillig tijdsbeeld, mooi, grappig én confronterend. Mijn eigen ontwikkelingen van de afgelopen jaren kwamen voorbij.
Mijn stukken gingen niet alleen over mijn persoonlijke leven, ook over wat mij ráákte.
Verhalen over vrouwen en soms mannen uit Nieuw-Zeeland, VS, Soedan, Suriname, China, Zuid-Afrika, Oekraïne. Ik schreef over onderdrukking en onrecht tegen vrouwen, femicide en de ontkenning ervan, zwarte vrouwen die bij het uitbreken van de oorlog uit de trein geduwd werden, Black Lives Matter, over de vergelijking dat Oekraïners op ‘ons’ lijken en Nederlanders en masse nu wél gastgezin wilden zijn. Over mijn vurige wens dat 1 juli, Ketikoti, de dag van de afschaffing van de slavernij, een nationale vrije – en herdenkingsdag moet worden. Mijn familie van een veelheid van kleuren en culturele achtergronden blijft een dankbare inspiratiebron. Mijn moeder voorop die veerkracht zo’n beetje heeft uitgevonden.
Mijn zoon die racisme meemaakte op zijn bedrijf en het er niet bij liet zitten en ópstond. Mijn Nederlandse oma stiefelt in een stukje voorbij. Ze was woke ver voordat het woord bestond. Zij timmerde net zo goed een kippenhok als dat ze sokken stopte. Ondanks de mishandelingen die ze te verduren heeft gehad als kind, maakte ze het beste van haar leven.
Gisteravond sprak ik mijn tantevriendin Siegmien Staphorst vanuit Paramaribo. Zij is voorzitter van de raad van advies van het Nationaal Comité Slavernijverleden. Een drukke belangrijke job in de aanloop naar 1 juli. Ze gaf mij een update over Suriname waar ik kippenvel van kreeg. Kinderen gaan om de dag of helemaal niet
meer naar school uit geldgebrek. Een commercieel gokbedrijf in Paramaribo deelt dagelijks tweehonderd maaltijden uit. En ze helpen de armste gezinnen met enveloppen contant geld om hun huur of ziektekosten te betalen. Siegmien vertelde dat er meerdere bedrijven honderden maaltijden uitdelen, omdat volwassenen en kinderen geen eten kunnen kopen. Mensen lijden honger in Suriname!
Mijn eigen leven was op slag minder belangrijk. Toch zei ze me: “Gudu, yu p’sa wan tu tranga skwala.” Sranantongo voor: lieve schat, je hebt enkele zware golven overwonnen. Wat mij betreft onvergelijkbaar met wat de mensen in Suriname meemaken, maar ik vond het heel lief dat ze dat zei. Ik hoop dat je uit al die columns één zinnetje of één woord hebt gelezen dat bij je is blijven plakken of je zelfs nooit meer loslaat. Dan heb ik er in elk geval de afgelopen vierenhalf jaar iets van gebakken.O
Mijn Nederlandse oma stiefelt in een stukje voorbij. Ze was woke ver voordat het woord bestond.
‘We hebben het
heel goed, maar we kunnen niet wachten om terug te gaan’
een jaar verblijft Tania Stepanova (41 jaar) met haar kinderen van achttien en negen jaar oud in Leiden. Ze vluchtten naar ons land vanwege de oorlog en konden terecht in de voormalige kosterswoning van de Pieterskerk, nu een short stay-locatie. Hier werkt Tania als onderwijsassistent op een lagere school met Oekraïense kinderen. In haar eigen land werkte zij ook in het onderwijs.
Tania is nog even bezig als we hebben afgesproken. Er zijn elektriciteitsrestricties in Mykojaliv en dagelijks is er maar een paar uur stroom. Zodra de elektriciteit aan gaat, loggen haar leerlingen uit haar voormalige klas online in voor een les van hun docent Engels. “Het is heel belangrijk voor me om in contact te blijven met de kinderen daar. De kinderen vinden het heel fijn. Het schema van de elektriciteit verandert constant. Nu werk ik elke ochtend vanaf 06.30 uur.” Daarnaast geeft ze les op een Leidse school. Via Frieke Hurkmans, de directeur van de Pieterskerk, kon ze daar terecht. Tania is geboren in Loehansk in de Donetsk en opgegroeid in Mykojaliv, een regio in het zuiden van Oekraïne. “Ik kom uit een typisch Oekraïens gezin. Mijn man en ik werkten allebei. Vier jaar geleden verhuisden wij weer terug naar de stad Mykojaliv (de hoofdstad van de regio, red.). Mijn dochter ging er naar de basisschool en mijn zoon zat op de zeevaartschool in Cherson.”
Hoe heb je het begin van de oorlog ervaren?
“Er waren signalen dat er oorlog zou komen, maar ik kon het me niet voorstellen. Er werd over gesproken; het maakte me bang. Op een ochtend belde mijn zoon vanuit Cherson. Het was vroeg; ik dacht meteen dat er iets mis was. Hij zei dat de oorlog was begonnen en dat hij naar me toe kwam. Ik dacht eerst dat hij een smoesje had verzonnen om naar huis te komen, omdat hij geen zin in school had. Maar Cherson werd gebombardeerd, hij zag dat het vliegveld onder vuur lag. Normaal duurt het veertig minuten, maar het kostte hem vier uur om thuis te komen. De volgende dag ging mijn man naar de kazerne om te kijken of
Woont met haar zoon Yehor (18 jaar) en dochter Dasha (9 jaar) sinds maart 2022 in de voormalige kosterswoning van de Pieterskerk in Leiden. Ze komt uit Mykojaliv, een stad in het zuiden van Oekraïne met bijna vijfhonderdduizend inwoners. Haar man Ihor is achtergebleven en vecht in het leger voor zijn land.
Beroep Docent Engels. In Leiden werkt Tania als onderwijsassistent op een lagere school met Oekraïense kinderen en vanuit haar woning geeft ze digitaal les aan leerlingen die nog in Oekraïne wonen.
‘Ik ben trots op mijn land, we zijn heel sterk.’Naam Tania Stepanova
hij kon helpen. Hij registreerde zich als militair en vecht nog steeds voor ons land.”
Was je bang?
“De eerste twee weken waren verschrikkelijk. De Russen waren dichtbij. We zaten in de schuilkelder als het luchtalarm afging, en dat was heel vaak. We wisten niet hoe lang het duurde. Mijn zoon bleef ’s nachts wakker om ons te wekken voordat het luchtalarm afging; overdag sliep hij. Ik kon mijn huis niet uit, ik wilde mijn kinderen niet achterlaten. Het was horrible.”
Je besloot om weg te gaan. “We gingen naar het westen van Oekraïne; daar hebben we vier dagen in een opvang gezeten. We sliepen in de gymzaal van een school. Ik besloot om naar een ander land te gaan. Ik kende Marieke uit Nederland, ze had stage bij me gelopen voor haar studie aan de Universiteit Leiden. Aan het begin van de oorlog stuurde ze me een sms of ze me kon helpen. Ik vroeg of ik bij haar terechtkon. Ze had via de gemeente om hulp gevraagd. We gingen te voet naar Slowakije en met hulp van lieve mensen konden we verder naar Oostenrijk. Vanuit Wenen reisden we per trein naar Leiden. Daar werden we opgehaald door Frieke en Boy van de Pieterskerk Leiden.”
Hoe gaat het in Leiden?
“We voelen ons goed hier, we hebben het fijn. Maar we willen heel graag terug naar Oekraïne. Het is hier geen leven, het is gewoon wachten. Yehor zat op de zeevaartschool in Cherson en volgt nu online lessen; ook werkt hij voor de Pieterskerk Leiden. Dasha gaat hier naar de basisschool. Ze baalt wel dat ze twee keer per dag les krijgt,
overdag op school en daarna van mij, haha.”
En hoe voel jij je?
“Ik voel me heel verdrietig. Mijn dochter vraagt elke dag wanneer we teruggaan. Ze mist haar vrienden en vriendinnen. We willen in het voorjaar terug naar huis.”
Heb je contact met je vrienden en familie?
‘Mijn familie woont in Oekraïne. Mijn zus was even in Leiden, maar kon hier niet aarden en is weer teruggegaan. Ze woont in nu tijdelijk in Mykolajiv, in het veilige deel. Mijn schoonmoeder woont in ons huis en zorgt voor de katten, de hond, de hamsters en de kippen.
Volg je het nieuws in Oekraïne?
“Natuurlijk, elke dag. Cherson is nu vrij. Mykolajiv is minder gevaarlijk, althans er zijn nu geen dagelijkse bombardementen. Maar een raket kan altijd inslaan, dat weet je nooit. De school waar ik werkte is onlangs geraakt door een raket. Het gebouw voor de onderbouw is helemaal verwoest, zo verschrikkelijk.”
Je man vecht in het leger. Spreek je hem geregeld?
“Elke avond bellen we. Het gaat goed met hem. We missen elkaar. Het is heel moeilijk. Hij wil het liefst dat ik terugkom met de kinderen. Maar ik vind het er nog te onveilig. Hij begrijpt mijn besluit.
“Ik had niet verwacht dat hij het leger in zou gaan. Hij is vijftig, hij vond zichzelf altijd te oud ervoor. Maar toen de oorlog begon, voelde hij dat hij moest vechten voor zijn volk, voor zijn stad en voor zijn land. Dat respecteer ik.”
Ben je hoopvol dat de oorlog zal stoppen?
“Natuurlijk hoop ik dat, maar Poetin zal voorlopig niet stoppen. Ik denk dat het nog wel een tijd gaat duren helaas. Ik ben trots op mijn land. We zijn heel sterk, niemand had dat verwacht. We hebben steden terugveroverd, we zijn er nog. Rusland kan ons niet zomaar binnenvallen.”
‘De school waar ik werkte is onlangs verwoest door een raket.’
Frieke Hurkmans, directeur-bestuurder Pieterskerk Leiden:
“was meteen duidelijk dat de inval van Rusland niet van korte duur zou zijn. Het monument (de Pieterskerk is geen echte ‘kerk’ meer, red.) is van oorsprong een plek voor vluchtelingen geweest. Wij hebben de voormalige kosterswoning verbouwd tot een luxe short stay-locatie. De Villa is vernoemd naar het kostersechtpaar dat in de Tweede Wereldoorlog in het verzet zat en mensen hielp met onderduiken. Als ik denk aan de historie van ons monument, dan kan ik niet wegkijken. Ik besprak het met het team en we waren het eens: we wilden mensen hier opvangen.”
Er werd contact gezocht met de coördinator van de opvang voor de regio Leiden. De huurders van het appartement werden overgeboekt naar b&b’s in de stad en er werden sponsors gezocht voor de kosten
van de opvang en de verbouwing. “Er moest een keuken komen en een fornuis. We verhuren in het hoge segment; de mensen die hier slapen, gaan meestal uit eten. We hebben het opnieuw ingericht en bedden gekocht bij de Ikea.”
Op 16 maart werd Frieke gebeld door de gemeente: er komen vanmiddag vijf vluchtelingen uit Oekraïne aan op het centraal station in Leiden. Het waren twee vrouwen en drie kinderen: Tania en haar twee kinderen Dasha en Yehor, en Sveta met haar kleinzoon. “We stonden op het station met een bordje met hun namen erop. Het was zo gek. We herkenden hen meteen.”
De eerste paar dagen werden ze ondergebracht in een hotel om de verbouwing af te maken; Yehor hielp ook mee. Frieke: “Toen ze
aankwamen zei Tania tegen mij: we kennen elkaar niet. Het duurde even voordat ik snapte wat ze bedoelde. Het bleek dus dat Tania en Sveta elkaar pas net kenden, sinds hun reis naar Nederland. Ze hebben even hier met elkaar gewoond, maar na een tijdje kreeg Sveta met haar kleinzoon een eigen woonruimte. Dat werkt toch iets beter. En sindsdien woont Tania hier met haar kinderen. Het team en ik hebben dagelijks contact met haar. Het voelt als familie.” O
Het
‘Het voelt als familie.’Frieke Hurkmans samen met Tania, haar dochter Dasha en haar zoon Yehor.
Op 15 maart 2023 mogen we weer gebruik maken van een recht waar generaties feministen voor gestreden hebben. Dit keer kijkt schrijver en politiek junkie Liang de Beer tegen de verkiezingen op. Waarom kan ze maar met moeite enthousiasme opbrengen? Ze gaat op zoek naar een feministisch verhaal voor de komende verkiezingen.
Toen mijn oma 25 jaar werd in 1941 en al moeder van drie kinderen was, mocht ze niet stemmen. Haar leeftijdgenoten in Nederland hadden dat recht sinds 1919. Maar vrouwen in het toenmalig Nederlands-Indië waren daarvan uitgesloten. Daarbij kwam dat mijn Chinese oma in een niet-democratische kolonie op de rand van oorlog woonde waar de overgrote meerderheid van de bevolking sowieso geen volwaardig burger was. Pas na aankomst in Nederland in 1955 was voor het eerst de gelegenheid daar om te stemmen. Ze volgde het stemadvies van mijn opa: de Katholieke Volkspartij.
Mijn moeder is een feminist van de tweede generatie en kind van de jaren zeventig. “Altijd van je stemrecht gebruik maken,” kreeg ik van haar mee. Dat heb ik dus
braaf gedaan bij elke verkiezing na 2006, zelfs de Waterschappen sloeg ik niet over. Mijn moeder stemde op de eerste vrouw op de lijst, een gewoonte die meer mensen hebben. Ik deed hetzelfde of stemde zelfs op de vaak mannelijke lijsttrekker, de horreur! Ik had politiek nog geen vaste grond aan de voeten, en ik moet toegeven dat mijn redenen om op een bepaalde partij of kandidaat te stemmen zeer oppervlakkig waren. Later werd ik zelf politiek actief en leerde ik deze wereld beter kennen.
Natuurlijk ga ik op 15 maart 2023 voor de Provinciale Staten stemmen. Maar het enthousiasme dat ik bij verkiezingen normaliter voel, is dit keer afwezig. Het is alsof er geen feministische urgentie is. Wat is dit keer de drijfveer om naar de stembus te gaan, behalve het stemmetje van generaties feministen voor ons?
Daarom ben ik op zoek gegaan naar het wat en waarom van deze verkiezingen. Ik wil een feministisch verhaal hebben en het voelt slecht dat deze niet op het puntje van mijn tong ligt.
De provinciale wat?
De verkiezingen voor de Provinciale Staten spreken misschien wel het minst tot de verbeelding. De provincie is een bestuurlijke laag die voor veel mensen abstract blijft. In tegenstelling tot de Tweede Kamerverkiezingen waarbij grote thema’s als de zorg, het onderwijs of defensie voorbijkomen. Of de gemeenteraadsverkiezingen die juist vraagstukken in de eigen wijk politiek tastbaar maken. De aankomende verkiezingen zitten hier letterlijk tussenin.
Mijn politieke kennis reikt zover dat ik weet dat we stemmen voor de Provinciale Staten. Vergelijkbaar met de gemeenteraad of de Tweede Kamer, maar dan van een provincie. De volksvertegenwoordigers heten statenleden, de bestuurders zijn gedeputeerden in een coalitie onder leiding van een niet gekozen commissaris van de Koning.
‘Altijd van je stemrecht gebruik maken’, kreeg ik van mijn moeder mee.
Een opvallende naam op de VVDlijst voor de Eerste Kamer is die van Edith Schippers. De VVDprominent en oud-minister doet mee als lijsttrekker voor de Eerste Kamerverkiezingen van de VVD en maakt daarmee een comeback in de Haage politiek na vijf jaar afwezigheid. In 2017 stopte ze met politiek en maakte de overstap naar het bedrijfsleven. Ze werd in 2019 president van DSM Nederland, later DSM Europa. Deze baan houdt
Ik tikte ‘waar gaan de provinciale staten over’ in bij een zoekmachine. Een informatieve pagina op Rijksoverheid. nl leerde me al snel dat de provincie bijvoorbeeld gaat over waar nieuwe bebouwing mag komen. Met de huidige woningcrisis heeft de provincie de sleutel tot de oplossing. Die bepaalt of er een nieuwe woonwijk in jouw gemeente mag komen.
Ook gaat de provincie over de aanleg van nieuwe wegen en openbaarvervoerlijnen. Voor mij en vele andere Leidenaren staat de verdubbeling van het spoor naar Utrecht al jaren boven aan het wensenlijstje. Op 12 januari 2022 besloot de provincie Zuid-Holland tot het doorvoeren van een aantal verbeteringen om vaker een trein te laten rijden.
En niet onbelangrijk: ook in verduurzaming en de stikstofcrisis speelt de provincie een belangrijke rol. De provincie bepaalt waar nieuwe natuur wordt aangelegd en houdt toezicht op de milieuwetten. Daar gaat het de komende jaren spannend worden! De provincies hebben een sleutelrol bij het oplossen van dit veelkoppige vraagstuk waar in Nederland veel om te doen is.
Goed, ik moet bekennen: de provincie begint meer te leven. Al blijven het onderwerpen van de lange adem.
Veel kiezers die net als ik politiek betrokken zijn, stemmen in deze verkiezingen vanwege politiek strategische redenen. De Provinciale Staten bepalen op hun beurt de samenstelling van de Eerste Kamer (ook wel de senaat), die weer de politieke verhoudingen kan bepalen. De statenleden (570 in totaal) kiezen in mei 2023 de senators.
De Eerste Kamer is de laatste horde voor wetsvoorstellen. De taak van een senator is om te kijken of een wetsvoorstel dat uit de Tweede Kamer komt inderdaad solide en
ze aan, het werk in de Eerste Kamer is gemiddeld een dag per week. De terugkeer is goed nieuws voor de partij. Edith is ervaren: ze was lid van de Tweede Kamer en vervolgens Minister van Volksgezondheid. Ze was altijd een vertrouweling van Rutte en werkte nauw met hem samen. De politica wordt bovendien gezien als opvolger van Rutte. Daarover zegt ze zelf: “Het is absoluut niet mijn ambitie, maar ik sluit nooit wat uit.”
uitvoerbaar is in de praktijk. De Eerste Kamer bestaat uit 75 senatoren.
De senaat kan met meerderheid van stemmen een wetsvoorstel tegenhouden of goedkeuren. Een meerderheid in de Eerste Kamer maakt het voor de regering een stuk makkelijker. De coalitie van regeringspartijen zal dan ook hun uiterste best doen om in de Eerste Kamer een meerderheid te krijgen of te behouden. Net zo vaak lukt dat niet, en moet er flink onderhandeld worden om andere partijen over te halen voor te stemmen. Dit orgaan komt dus vaak in het nieuws als het politiek spannend wordt in Den Haag.
Dat maakt dat de Eerste Kamer steeds politieker wordt. Terwijl deze vertegenwoordiging bedoeld is voor reflectie en gedegen beoordeling van
wetsvoorstellen. Senatoren zijn eigenlijk parttime politici en geen beroepspolitici die op het scherpst van de snede debatteren in de spotlights
Al ga ik zeker stemmen op 15 maart, door alle actuele crises in Nederland ben ik een beetje murw geslagen. Klimaatverandering is er één van; bijna te groot om als individuele kiezer te kunnen bevatten. Voor deze verkiezingen probeer ik het te vertalen naar een menselijke schaal. Welke keuzes gaat Zuid-Holland maken voor openbaar vervoer, vergroening of duurzame energie? Daar kan ik de verkiezingsprogramma’s op naslaan of een stemwijzer op invullen.
Het proces van wetgeving in de senaat gaat over een breed scala aan onderwerpen. Interessant vind ik de onderwerpen die direct raken aan de rechten van vrouwen in al hun diversiteit. Zo is in 2022 de abortuswetgeving aangepast na stemming in de Eerste Kamer. De verplichte bedenktermijn van vijf dagen voor een abortus is afgeschaft en de abortuspil is nu ook via de huisarts beschikbaar. Overigens staat de abortuswetgeving nog steeds in het Wetboek van Strafrecht.
De Wet seksuele misdrijven staat op de wetgevingskalender, te starten bij de Tweede Kamer. Deze wet wordt uitgebreid naar de wereld van nu; zo is er ook meer aandacht voor online misbruik en sexting
Sita Dewkalie is lijsttrekker van de partij Water Natuurlijk en doet mee aan de komende waterschapsverkiezingen op 15 maart 2023 voor het Hoogheemraadschap van Rijnland. Op dit moment is zij fractievoorzitter. Dat doet ze naast haar werk als plaatsvervangend griffier. Haar politieke carrière begon lokaal in Leiden. Ze zat van 2002 tot 2006 in de gemeenteraad van Leiden voor GroenLinks. In 2014 werd ze lid van de partij Water Natuurlijk. “Ik besloot me aan te melden toen er bij mijn volkstuinvereniging gebaggerd moest worden. De sloot was een en al modder geworden, het stonk en het was levenloos. Er zwommen geen vissen en er was geen oeverbeplanting voor waterdieren. Zij konden er niet schuilen, voedsel vinden of het gebruiken als broedplaats. Wie was verantwoordelijk voor het baggeren en voor de slechte waterkwaliteit?
Niet de gemeente, maar wel het waterschap bleek, maar ondanks herhaalde verzoeken kwam er geen actie. Ik heb me toen verdiept in wat het waterschap doet en heb
me in 2015 verkiesbaar gesteld.” Sita kwam in 2018 tussentijds bij de fractie. In 2019 werd ze fractievoorzitter en voor de komende periode is ze lijsttrekker. Haar partij heeft drie zetels, de ambitie is om zes zetels te behalen. Water Natuurlijk heeft natuur en klimaat hoog in het vaandel staan. “Water schoon en gezond maken doen wij samen met boeren, tuinders, inwoners en overheden. We versterken de biodiversiteit en we remmen de bodemdaling. Het rioolwater zal schoner moeten worden en we winnen grondstoffen, zoals fosfaat en cellulose terug. Het waterschap is in onze handen geen energievreter, maar een energiefabriek,” zo somt ze wat punten uit het programma op. Sita beaamt dat de verkiezing niet zo aantrekkelijk is als een landelijke verkiezing. Het waterschap is van oudsher een wit en oud mannenbolwerk en er is weinig diversiteit en inclusiviteit. “Gelukkig hebben wij jongeren en vrouwen op onze kieslijst staan, maar alle kieslijsten zouden inclusiever moeten zijn. Want water raakt ons allemaal.”
De representatie van vrouwen in de politiek an sich is reden genoeg om te stemmen.
‘HET MAG WEL WAT INCLUSIEVER’
met minderjarigen. Daarnaast zijn er medisch-ethische onderwerpen in voorbereiding, bijvoorbeeld op het vlak van embryoselectie voor wetenschappelijk onderzoek en het voorkomen van ernstige erfelijke ziektes.
Verkiezingen zijn niet alleen feministisch interessant wanneer het beleid de ‘vrouwenonderwerpen’ aangaat. Caroline Criado-Perez geeft in haar boek Onzichtbare vrouwen talrijke voorbeelden waarbij een gendersensitieve bril nieuwe inzichten verschaft. Ze noemt buslijnen die vaak via het station of via het centrum van een stad lopen. Maar vaak niet overeenkomen met de reisbewegingen die vrouwen maken. Of het inmiddels bekende voorbeeld van een Zweedse stad waar de stoepen eerst gestrooid werden, wat leidde tot veel minder ongelukken bij vrouwen. Vrouwen maakten namelijk vaker van de stoepen gebruik.
Een onderwerp dat in eerste instantie niet feministisch lijkt maar dat wel is: pensioenen. In 2023 ligt een wetsvoorstel voor wijziging van de pensioenwet voor in de Eerste Kamer. Doordat vrouwen gemiddeld minder werken, een lager uurloon hebben en vaker flexibele contracten hebben, is er ook op het gebied van pensioenen een kloof. Individuele pensioenopbouw kan nadelige effecten hebben op vrouwen.
Het maken van beleid met oog voor gender gaat niet vanzelf. In nieuwe wetgeving, het maken van beleid en zelfs bij het opstellen van een verkiezingsprogramma van een politieke partij is deze alertheid nodig. Tot slot, niet onbelangrijk: verkozen volksvertegenwoordigers die oog hebben voor gender. In mijn overweging komt daar het wel of niet hebben van een vrouwvriendelijke grondhouding van partijen bij.
De representatie van vrouwen in de politiek an sich is reden genoeg om te stemmen. Een aantal jaar geleden bleek uit onderzoek dat stemmen op de eerste vrouw op de lijst nauwelijks iets doet voor de toename van vrouwen in de politiek. De stichting Stem op een Vrouw speelde hierop in door met een alternatieve strategie te komen.
Door hun succesvolle campagnes maak ik nu een veel strategischer keuze. Door op een vrouw lager op de lijst te stemmen, kunnen meer vrouwen met voorkeursstemmen verkozen worden. Dat bevordert de representatie van vrouwen in de politiek. Vlak na de vorige Provinciale Statenverkiezingen berekende Stem op een Vrouw dat het percentage vrouwelijke statenleden naar 33 procent gegroeid was. Het strategisch stemmen maakte in een aantal gevallen het verschil.
Het is natuurlijk een lapmiddel: de interne partijorganisaties, ons beeld van vrouwen in de politiek en de politieke thema’s moeten ook veranderen om tot
gelijkwaardige representatie van vrouwen in al hun diversiteit te komen. Kandidatenlijsten zijn vaak niet divers en de m/v verhouding is nog steeds niet goed. De kiezer corrigeert dit een beetje, maar kan niet alles oplossen. Voor de lijsten van de Eerste Kamer geldt hetzelfde en daar kunnen we niet eens direct op stemmen!
Dit is te veranderen door dit als kiezer van partijen te eisen. Door het strategisch stemmen zeggen we in feite: maak lijsten representatief, dan is strategisch stemmen niet meer nodig. Daarvoor moeten meer vrouwen actief worden bij politieke partijen. Al is dat niet altijd aantrekkelijk. Niet alleen landelijke kopstukken als Sylvana Simons en Sigrid Kaag krijgen veel haat over zich heen, ook lokale vrouwelijke politici. De politiek is niet altijd een veilige omgeving voor vrouwen. Zowel in de (online) buitenwereld als binnen partijen. Politieke partijen zelf moeten ook inclusief worden en bewuster zijn van de mechanismen in de partijcultuur die de ongelijkheid laten voortduren.
Maak het feministisch
Elke verkiezing is feministisch, ook die van de Provinciale Staten. Door te stemmen, steun je niet alleen een kandidaat, maar kies je ook voor beleid dat jij belangrijk vindt. Mijn huiswerk voor 15 maart: ik ga de verkiezingsprogramma’s lezen en mij op de profielen van mijn favoriete kandidaten inlezen. Natuurlijk zal ik strategisch stemmen op een diverse vrouw lager op de lijst. Ik doe dat met de generaties die voor mij kwamen in gedachte.
Niet alleen landelijke kopstukken als Sylvana Simons en Sigrid Kaag
krijgen veel haat over zich heen, ook lokale vrouwelijke politici.
Devika Partiman is de directeur van Stem op een Vrouw. In 2017 voerde de beweging voor het eerst campagne rond de Tweede Kamerverkiezingen en sindsdien zijn ze met elke verkiezing (en daarbuiten) actief. En dat gaat goed. “Er zijn sinds 2017 flink wat vrouwen extra verkozen via voorkeurstemmen: in de gemeenteraden waren dat in 2022 maar liefst 460 extra vrouwen en in het Europees Parlement in 2019 drie extra. Er zijn flinke stappen gezet, maar dat kan natuurlijk altijd beter.”
De cijfers spreken voor zich: slechts 27 procent van de algemeen bestuurders in het Waterschap is vrouw en 33 procent van de Provinciale Statenleden. In geen een van de 21 waterschappen zitten evenveel vrouwelijke als mannelijke leden. En in slechts één van de twaalf Provincies (namelijk Utrecht) is er sprake van een evenwichtige genderbalans.
Waarom het zo belangrijk is om op een vrouw te stemmen, lijkt ons niet nodig om verder uit te leggen. De politiek blijft een lastige branche voor vrouwen, vertelt Devika: “Politica’s hebben gemiddeld vaker dan mannelijke collega’s te maken met online haat en grensoverschrijdend gedrag. En de werktijden zijn vaak lastig te combineren met de zorgtaken die vrouwen toch nog vaker hebben. Het is van oudsher een mannenbolwerk en ook op kieslijsten staan nog steeds meer mannen. Vrouwelijke kandidaten steunen is dus nodig.”
Hoe je dat doet? Simpel: kies een partij die bij je past en check de kieslijst. Kijk welke vrouwen erop staan en ga na welke vrouw het waarschijnlijk niet haalt om in de fractie te komen. Meestal kun je je baseren op het huidig aantal zetels van de partij en dan een zelf een inschatting maken. Stem liever niet op de eerste vrouw op de lijst, want zij haalt het meestal wel.
Op 1 maart organiseert Stem op een Vrouw een verkiezingsavond in Pakhuis de Zwijger.
Zie: Stemopeenvrouw.com O
‘Vrouwelijkekandidaten steunen is nodig’
De Taliban proberen vrouwen uit het Afghaanse openbare leven te wissen met een groeiende lijst aan vrouwvijandige maatregelen. Dieptepunt was eind vorig jaar het sluiten van de universiteiten voor vrouwen en de ban op vrouwelijke ngowerknemers. Drie Afghaans-Nederlandse vrouwen delen hun visie. ‘Vooral de gedachte dat het zo oneerlijk is, sloopt je.’
Toen de Taliban bij hun machtsovername aankondigden dat ze de rechten van vrouwen zouden respecteren, hadden we kunnen weten dat dat een smerige leugen was. Dat was in de zomer van 2021 en inmiddels blijft de lijst van vrouwvijandige maatregelen maar groeien. Een paar voorbeelden: Augustus 2021: imams moeten lijsten aanleveren van ongetrouwde vrouwen van 12 (!) tot 45 jaar zodat de strijders met hen kunnen trouwen.
December 2021: vrouwen mogen geen reizen van langer dan 72 kilometer maken zonder een mannelijke begeleider.
Januari 2022: ko ehuizen mogen vrouwen zonder mannelijke begeleider niet meer bedienen.
Februari: vrouwen mogen niet naar het buitenland zonder mannelijke begeleider en geldige reden.
Maart: middelbare meisjesscholen blijven permanent gesloten.
Mei: rijbewijzen worden niet meer aan vrouwen verstrekt en vrouwen mogen niet meer alleen met het openbaar vervoer.
Juli: Vrouwelijke ambtenaren van het ministerie van Financiën moeten hun baan aan een mannelijk familielid overdragen.
Oktober: vrouwen mogen geen landbouw, mijnbouw, bouwkunde, diergeneeskunde of journalistiek meer studeren, want dat is te moeilijk voor hen.
November: vrouwen mogen niet meer naar parken en sportscholen.
En dit is maar een willekeurige greep uit alle vrouwvijandige maatregelen van de Taliban. Het dieptepunt kwam eind vorig jaar, toen universiteiten hun deuren sloten voor vrouwen en vrouwen niet meer voor ngo’s mochten werken. Verbijsterde studentes zagen in één klap hun toekomstdromen vervliegen en tienduizenden ngo-werkneemsters, vaak de kostwinner van hun gezin, zaten in één klap zonder werk. De ngo’s schortten hun werk op, omdat ze zonder vrouwelijke hulpverleners geen toegang hebben tot Afghaanse vrouwen. Slecht nieuws in een land waar de economie volledig is ingestort, twee derde van de bevolking a ankelijk is van humanitaire hulp en bijna twintig miljoen mensen –de helft van de bevolking– honger lijden. Inmiddels zijn vrouwenrechtenactivistes als Zarifa Yaghoubi gearresteerd, is het voormalige vrouwelijke parlementslid Mursal Nabizada vermoord en krijgen vrouwen die zogenaamde ‘morele misdaden’ hebben begaan, publiekelijk zweepslagen. Zoals de studentes uit de provincie Badakhshan die jeans onder hun lange jassen droegen. Absurde maatregelen, zoals het bedekken van de gezichten van etalagepoppen en het weren van vrouwen uit televisieseries, tonen hoever de Taliban bereid zijn te gaan om vrouwen volledig uit het openbare leven te wissen Kleine groepen moedige vrouwen hebben geprobeerd te demonstreren, maar hun protesten werden gewelddadig de kop in gedrukt. Veel Afghaanse vrouwen zijn bang dat ze binnenkort niet eens meer hun huis uit mogen.
Zij zijn terecht gekomen in een soort Handmaid’s Tale, maar dan in het echt – en erger.
“Het nieuws uit Afghanistan bezorgt je shock op shock. Vooral de gedachte dat het zo oneerlijk is, sloopt je,” zegt de Afghaans-Nederlandse Niloufar Rahim (35). Zij vluchtte in 1997 op tienjarige leeftijd met haar ouders naar Nederland. Inmiddels is ze huisarts en bestuurslid van de Stichting Keihan, die onder meer trainingen in medische vaardigheden geeft aan studenten geneeskunde in Afghanistan. Ze kent Afghanistan goed, heeft er in ziekenhuizen gewerkt en trainingen gegeven. “Mijn collega’s daar zijn helemaal kapot van het slechte nieuws. Er worden nu dus geen vrouwelijke artsen meer opgeleid in Afghanistan, terwijl die essentieel zijn voor de zorg voor vrouwen en kinderen. Dit is zo erg: al die vrouwen die nu zonder werk en toekomst zitten. Werkneemsters van ngo’s die weigerden zich te laten evacueren omdat ze hun familie niet wilden achterlaten, zijn nu werkloos. Ik snap niet wat er omgaat in de hoofden van de Taliban. Ze leggen de helft van de samenleving plat en ze denken dat het wel goed komt?”
Ze is zich nu met haar stichting aan het beraden over hoe ze het werk in Afghanistan gaan voortzetten.
“Wij willen doorgaan, want als alle hulporganisaties vertrekken, dan hebben we alleen de bevolking ermee. Verder is het echt heel belangrijk dat we aandacht blijven vragen voor Afghanistan. Er vinden daar zoveel mensenrechtenschendingen plaats die niet in het nieuws komen. We moeten mensen geïnteresseerd houden, anders wordt het een tweede Yemen dat door iedereen vergeten is.”
Inmiddels hebben drie ngo’s deels hun werk hervat, met de garantie van de Taliban dat hun vrouwelijke werknemers wel in de zorg mogen werken. Eén van die ngo is CARE, de organisatie waarvoor Fatma Wakil (39) werkt. Zij vluchtte op haar achtste uit Kabul via Rusland naar Nederland. Bij CARE Nederland is ze programmamanager voor Ethiopië en Yemen en niet voor Afghanistan - ze geeft haar mening op persoonlijke titel, gewoon als betrokken Afghaans-Nederlandse vrouw. Ze hoopt dat alle ngo zo snel mogelijk hun werk hervatten. “Ik snap wel dat het een politieke keuze is om de hulp op te schorten, maar het maakt de situatie alleen maar erger. De Taliban laten zich echt niets aan het Westen gelegen liggen. Mensen sterven daar van de honger en de kou. En vrouwen zijn dubbel de dupe.”
Ze vertelt hoe pijnlijk ze de laatste ontwikkelingen vindt. “Mijn oom en neefjes woonden daar tot voor kort nog. Ik heb bij hen gewoond toen ik in Afghanistan werkte als onderzoeker en hulpverlener. Ik koesterde altijd de hoop om ooit terug te gaan. Maar zij zijn nu halsoverkop geëvacueerd, net op het nippertje. Ik had daar veel vrienden die dachten: we gaan hier dingen veranderen, we gaan bouwen aan een betere toekomst. Dat die daar nu weg zijn, vind ik zo triest. Er zijn zoveel mensen die daar weg willen. Ik krijg dagelijks telefoontjes van hen.”
Ze vertelt dat ze nu ‘zoekend’ is. Wat heeft nog nut? Wat
kan ze nog voor Afghanistan doen? “Mijn neef zit nu in Canada, hij werkt voor een jongerenorganisatie die leiderschapscursussen organiseert voor jonge Afghanen, voor jongens én meisjes. Ze gaan daar ondanks alles mee door. Ik vroeg: ‘Wat heeft dat nog voor zin?’ Hij zei: ‘Ik weet het ook niet, maar die jongeren willen zo graag leren en klampen zich hieraan vast’.”
Net als Niloufar Rahim vindt ook Wakil het essentieel om Afghanistan op de agenda te houden. “Maar ik voel me machteloos. We kunnen er wel over blijven praten, maar wat helpt dat als de Taliban niet luisteren?”
Catastrofaal
“Afghaanse vrouwen wordt het recht om adem te halen ontzegd,” zegt de Afghaans-Nederlandse Najla Wassie (65) die al sinds 1977 in ons land woont. Ze zet zich met haar organisatie The WESH Initiative in voor vluchtelingenvrouwen en op dit moment coacht ze vrouwen die in 2021 zijn geëvacueerd. “Dat zijn vaak hoogopgeleide vrouwen die voor westerse ngo’s werkten en ze hebben vreselijke dingen meegemaakt,” vertelt ze. “In de ogen van de Taliban waren zij de vijand. Zij en hun familie zijn met de dood bedreigd. Ze hebben in angstaanjagende situaties verkeerd.”
Ze noemt de machtsovername van de Taliban een catastrofe voor vrouwen. “In de jaren daarvoor hadden
NILOUFAR
‘Er worden nu dus geen vrouwelijke artsen meer opgeleid in Afghanistan, terwijl die essentieel zijn voor de zorg voor vrouwen en kinderen.’
vrouwen het ook niet makkelijk. Ze hebben hard moeten vechten voor meer vrijheid en onderwijs, om vervolgens hun mensenrechten volledig teniet te zien gaan. Vrouwen die daartegen demonstreerden, zijn bedreigd, hun familie ook. Het dagelijks leven is voor vrouwen bijna onmogelijk geworden. Je loopt al het risico geslagen te worden als je in de ogen van de Taliban één kleine fout maakt, bijvoorbeeld als het gaat om de strikte kledingvoorschriften: als een broekspijp te kort is, of een sok niet lang genoeg. Huwelijksdwang komt heel veel voor. Families moeten tienerdochters overdragen aan de Taliban. En vergeet niet: het is de meerderheid van de Afghaanse bevolking wiers rechten systematisch geschonden worden, want vrouwen zijn daar in de meerderheid. Zij zitten in een situatie van totale rechteloosheid en zij verdienen internationale solidariteit en internationale actie,” zegt ze. Wassie denkt dat er zeker nog mogelijkheden zijn om iets te doen voor de Afghaanse vrouwen. “Er is nog hoop. De VN moet in actie komen. We moeten sancties aan de Taliban opleggen en we moeten in gesprek gaan, want zij kunnen dit gewoonweg niet volhouden. We moeten unaniem zeggen: wij accepteren dit niet. Deze regels hebben niets met de islam te maken. Zelfs een streng islamitisch land als Saoedi-Arabië heeft zich uitgesproken tegen het ontzeggen van onderwijs aan meisjes en vrouwen in Afghanistan.”
Minieme winst
Inmiddels is de adjunct-secretaris van de VN, Amina Mohammed, naar Kandahar gereisd om vrouwenrechten aan de orde te stellen bij de Taliban. Na afloop van haar reis, die vier dagen duurde, vertelde ze aan de BBC dat er ook Taliban zijn met wat vooruitstrevender ideeën over de rechten van vrouwen “Maar er zijn anderen die dat absoluut niet hebben en dat is een gevecht binnen de Taliban.” Ze noemde het belangrijk om de progressievere stemmen te steunen zodat die meer invloed zouden krijgen. Illusies dat de Taliban vrouwenonterende maatregelen zouden opheffen na haar bezoek, had ze niet. “Maar er is toch winst,” zei ze. “Er is een interactie geweest.”
Minieme winst voor de wanhopige Afghaanse vrouwen die geen toekomst meer zien in hun vaderland. Zij zijn terechtgekomen in een soort Handmaid’s Tale, maar dan in het echt – en erger. Het is zoals één van de studentes na de sluiting van de universiteiten verzuchtte: “Het is een ernstige misdaad om een meisje te zijn.” O
NAJLA
‘Afghaanse vrouwen wordt het recht om adem te halen ontzegd.’
FATMA
‘We kunnen er wel over blijven praten, maar wat helpt dat als de Taliban niet luisteren?’
Jeangu Macrooy (1993) verruilde Paramaribo voor Nederland in 2014 met maar één doel voor ogen: het maken in de muziek. Een platencontract, drie studioalbums en een songfestivaldeelname later is het niet overdreven om te concluderen dat het gelukt is. Opzij spreekt de soulvolle popzanger over queer zijn in Suriname, stappen met je moeder én zijn all-time favorite nummer van jeugdidool Taylor Swift.
Bij een uitzending van radioprogramma OVT hoorde ik dat jouw overgrootmoeder een vrouwendorp stichtte in het oerwoud van Suriname. Fascinerend, vertel.
“Ik speelde destijds mijn nummer Aisa bij de NPO, in het kader van de Maand van de Geschiedenis. Dat nummer is een ode aan Moeder Aarde. Ik droeg het op aan mijn overgrootmoeder. OVT vroeg om persoonlijke verhalen die een connectie hadden met vrouwengeschiedenis. Het verhaal van mijn overgrootmoeder is een oud familieverhaal. Niemand weet precies hoe het echt zit. Veel afstammelingen van tot slaaf gemaakten zijn vroeger gevlucht naar het oerwoud en vestigden zich daar. Zo zijn diverse Afrikaanse culturen in stand gehouden. Mijn overgrootmoeder woonde ook in het oerwoud. Het verhaal gaat dat zij samen met een aantal andere vrouwen is vertrokken uit haar gemeenschap – die uit mannen en vrouwen bestond – en een eigen vrouwengemeenschap oprichtte. Helaas is het onduidelijk waarom ze precies vertrokken is. Misschien wilde ze zich afzetten tegen bepaalde tradities en gendernormen. Maar dat blijft speculeren. Het dorp bestaat nog en heet Friman Gron. Ik ben er nooit geweest, maar zou er wel een keer naartoe willen.”
Naast die markante overgroot-moeder, wat zijn of waren belangrijke vrouwen in jouw leven?
“Ik ben opgegroeid in een huishouden met veel vrouwen. Er kwamen vaak
vriendinnen van mijn moeder over de vloer. Dat waren eigenlijk allemaal tantes die een moederlijke rol vervulden. Een verlengstuk van mijn moeder. Ook op school had ik vooral vrouwelijke vriendinnen. Daar voelde ik me het meest op mijn gemak. Dat zal ook te maken hebben gehad met dat ik nog in de kast zat. Bij die vriendinnen voelde ik minder risico om afgestoten te worden. Als tiener kon ik diepere gesprekken met hen voeren. Nog steeds voel ik me comfortabeler bij vrouwen.”
Wat was je moeder voor vrouw?
“Gastvrij, heel eigenwijs. Ik ben liefdevol opgevoed. Mijn moeder maakte ons zingend wakker en ze bracht me zingend naar school. Ik heb altijd het gevoel gehad dat ik alles kon
DOOR NOÉMI PRENTbespreken met mijn moeder. Wat ook bijzonder was: ik ging met mijn moeder uit. Ze houdt van dansen. Ik weet niet of er veel mensen zijn die dat gedaan hebben met hun moeder.
“Toen ik tien was, scheidden mijn ouders. Er veranderde best wat qua dynamiek in huis. Mijn moeder moest veel meer zelf doen. Ze ging ook weer studeren: Nederlands. Ze had haar studie eerder niet afgemaakt vanwege de kinderen. Ik denk dat het heel zwaar was voor haar. Ze moest opeens werken én studeren, ze maakte hele lange dagen. En ze had ons. Mijn tweelingbroer, mijn zusje en ik probeerden in die tijd te helpen in het huishouden. Maar geen van ons, inclusief mijn moeder, vond dat leuk om te doen. Dat was een punt van frustratie. Wat ik trouwens wel leuk vond om te doen was koken.
“Creativiteit is altijd gestimuleerd in huis. Er waren veel boeken om ons heen. Mijn moeder heeft ons veel voorgelezen. Tot mijn twaalfde moest ik op een sport, dat vond mijn moeder belangrijk. Maar daarna mocht ik ook iets anders kiezen. Dat werd gitaarles en zangles. Ik had ook een tante die muziek maakte, basgitaar en zang.
“Tekenen en schilderen waren mijn eerste liefde. Als je mijn schoolschriften opensloeg, zag je overal tekeningen. Er liggen bij mij thuis in Paramaribo nog steeds veel mappen met tekeningen en schilderijen. Toen ik naar Nederland kwam was het conservatorium óf de kunstacademie. Maar het conservatorium voelde urgenter. Ik had het gevoel dat ik sneller grote stappen kon maken in de muziek.”
Wij zijn even oud, dat wil zeggen dat je bijna dertig bent. Een moment van reflectie?
“Als iemand vroeger aan me vroeg: wat wil je over vijf jaar? Dan had ik een antwoord paraat. Nu leef ik meer in het hier en nu. Enerzijds voel ik wel de druk van het ouder worden. Wat wil ik nog meer doen? Maar ik wil er niet zomaar van uitgaan dat ik er over een paar jaar nog ben. Als je dat programma Over mijn lijk kijkt, zie je allemaal jonge mensen. Hun tijd is op. Je weet het dus nooit zeker.
“Maar: ik ben nu in een fase dat ik denk, misschien wil ik nog iets gaan studeren. Ik denk al langer na over filosofie. Ik wil ook meer gaan reizen en ik heb muzikaal gezien nog internationale ambities. Ik vind het wel lastig om te kijken naar het komende decennium. Ik kan me niet voorstellen dat ik straks veertig ben, ik vind dertig al best een ding.”
“Het wordt wel minder eng nu het dichterbij komt. Ik zou ook geen twintig meer willen zijn, ik heb best veel geleerd in mijn twenties.”
Wat is de grootste les?
“Erachter komen dat veel clichés cliché zijn omdat ze waar zijn. Ik ken mezelf beter, ben zelfverzekerder geworden. Ik kan beter filteren waar ik mijn aandacht aan wil besteden. Beter nee zeggen, zonder dat ik me daar schuldig over voel. Ik ben nu op een mooi punt, dus in die zin kijk ik wel uit naar het komende decennium.”
Welke vrouwelijke artiesten hebben jou eigenlijk gevormd?
“Vrouwelijke artiesten spraken mij sowieso het meeste aan, meer dan mannelijke artiesten. Vrouwenstemmen vooral. Ik weet niet waarom. Mijn moeder luisterde naar de grote vrouwen van de nineties. Mariah Carey, Whitney Houston, Toni Braxton. Daar ben ik mee gebrainwasht. Maar als puber ga je ook zelf dingen ontdekken. Bijvoorbeeld het album Breakaway van Kelly Clarkson. Ik leerde zingen door met haar mee te zingen. Waar mijn ouders vooral naar soul en reggae luisterde, ontdekte ik ook rockmuziek. Van Paramore tot Evanescense. Maar later ook artiesten als Joni Mitchell. Ik ben ook fan van
de muziek van Taylor Swift. Door haar album Speak Now werd ik echt fan, omdat ik las dat ze alle nummers zelf had geschreven. Toen dacht ik: wauw.”
Ook hier aan tafel zit een Swiftie. Wat is je all-time favorite nummer van haar?
“Ik denk All Too Well.”
Nee! Mijne ook. Door Rolling Stone eveneens gerankt als haar beste nummer.
“Toen ik dat nummer voor het eerst hoorde, tijdens een live performance bij de Grammy’s achter een piano… Het was net alsof je een boek las. En Taylors album Folklore heeft me ook weggeblazen. Een meesterwerk, echt heel tof.”
Staan er nog vrouwelijke artiesten op jouw lijstje voor toekomstige samenwerkingen?
“Het mooiste vind ik als dat op een natuurlijke manier gaat. Dat je iemand leert kennen en er organisch een samenwerking ontstaat. Mag ik ook mensen opnoemen die er niet meer zijn? Dan kan ik al mijn helden wel opnoemen, zoals Whitney Houston. Maar iets realistischer, mijn beste vriendin maakt ook muziek. We roepen al jaren dat we samen iets willen maken, maar het is nog steeds niet gelukt. Haar naam is A Mili. Ze rapt en zingt.”
Hoe kijk jij als artiest naar het feit dat er meer mannen dan vrouwen geprogrammeerd worden?
“Ik snap niet waar het vandaan komt. Omdat de programmeurs voornamelijk mannen zijn? Omdat er in de gehele industrie vooral mannen werken, en die de norm bepalen van wat goed is? Ook in zo’n Top 2000 bijvoorbeeld. Ik vind het wel heel leuk trouwens. Maar mensen kijken naar de Top 2000 alsof het de heilige graal is. Het is gewoon een lijst waar mensen op stemmen. Muziek is veel breder dan dat. En ik luister dus sowieso voornamelijk naar vrouwelijke artiesten.
“Als je kijkt naar de nieuwe generatie artiesten, dan was 2022 wel een girlpower- jaar. Met namen als S10, Bente, Maan en Meau. Dat vond ik wel heel tof.”
Je bent al jaren open over je seksualiteit en hoe lastig dit was in Suriname. Zit er een stijgende lijn in de lhbtiq+-acceptatie in Suriname?
“Wat mij nu het meest opvalt is de zichtbaarheid. Toen ik er nog woonde, had ik nog nooit een Pridevlag gezien en wist ik niet eens van het bestaan van een Surinaamse Pride af. Inmiddels is er een Pride Month en hangen bedrijven de vlag uit. De community is veel zichtbaarder. Waar dat precies door komt weet ik niet.
“Mijn laatste videoclip is in Suriname opgenomen, met Surinaamse queer mensen. Dat was heel fijn en ook voor mezelf een nieuwe ervaring. Toen ik er woonde heb ik me lang onzichtbaar gevoeld. Er werd niet over gesproken en als erover werd gesproken was het negatief.”
Vind je het nu makkelijker om zichtbaar te zijn met je seksualiteit in Suriname?
“Het is nog steeds een apart verhaal. Ik ben aan het verkennen of ik er dit jaar kan optreden tijdens de Pride Month. Het lijkt me heel mooi om zo bij te dragen aan zichtbaarheid. Het is een statement om in die samenleving als queer door de stad te lopen. Maar ik denk wel dat er nog veel moet gebeuren; homofobie zit in de cultuur. Ik voel me niet onveilig, maar ik zou er niet zo snel hand in hand lopen met mijn vriend. In Amsterdam ook niet altijd trouwens. Helaas, dat was voor mij wel een bubbel die uit elkaar spatte. Ook hier hoor ik verhalen van vrienden die dingen meemaken. Worden uitgescholden of erger, in elkaar geslagen.”
Hoop je een rolmodel te zijn voor jonge Jeangu’s in Suriname en in Nederland?
“Ik weet het niet. Ik vind het gek om te zeggen: ik ben een rolmodel. Maar
‘Ik kan me niet voorstellen dat ik straks veertig ben, ik vind dertig al best een ding.’
ik ben me er wel van bewust dat mensen door mijn zichtbaarheid naar mij kunnen opkijken. Ik had dat soort mensen vroeger niet in Suriname, alleen in het buitenland. Iemand als Sam Smith bijvoorbeeld, die al vanaf het begin van zijn carrière uit de kast was. Ik keek ook naar series als Glee, dat was zo’n beetje waar je jezelf dan in herkende. Een voorbeeld in Suriname was er niet.”
We hebben het nu over lhbtiq+-emancipatie in Suriname, hoe ervaar jij vrouwenemancipatie daar?
“Ik vind het lastig om er iets over te zeggen nu ik er niet meer woon. Suriname heeft natuurlijk wel een machocultuur. Ik heb zelf ervaren hoe dat zich uit in homofobie en ik kan me voorstellen dat zich dat ook kan uiten in vrouwonvriendelijkheid. Dat gaat hand in hand. Als man kan je ook niet soft zijn en er zijn mannen die alles langs de lat leggen van hun masculiniteit. Alles wat queer of vrouw is, is daar vervolgens ondergeschikt aan.
“Een vriend van me liet de naam Andrew Tate vallen. Laatst heb ik een ochtend zitten kijken naar allemaal filmpjes van hem. Ik dacht: even kijken wat hij allemaal zegt. Ik werd er niet heel blij van. Heel macho. Ik kan me voorstellen dat dat indruk maakt op jonge jongens. Het gaat over geld, het gaat over vrouwen als bezit. Hij staat voor de alfaman. Iemand die roept: als er oorlog is, dan hebben jullie mannen als mij nodig. Terwijl ik denk: misschien zou er geen oorlog zijn als mannen als jij niet bestonden. Als er meer zachtheid was in het algemeen.”
Zie je jezelf als activist?
“Ik ben vooral een artiest. Zo kan ik ook bijdragen. Door bijvoorbeeld queer verhalen te vertellen. Want als een queer artiest dat al niet doet, wie dan wel? Daar ben ik wat radicaler in geworden. Er werd me weleens geraagd: wil je dit wel zo bewust uitdragen? Maar daar kies ik niet voor, dit is wie ik ben. Als ik ervoor kies om mezelf authentiek uit te drukken, dan wordt het in deze wereld vaak ervaren als een statement. Of ik dat nou wil of niet.”
Terwijl je gewoon ‘bent’.
“Precies. Ook op het Songfestival. Vier zwarte mensen op het podium. Dat was niet met opzet. Maar het wordt wel gezien als een statement, terwijl dat bij vier witte mensen niet zo wordt gezien. Ik wil zo authentiek mogelijk zijn. Ik realiseer me dat ik daarmee toch bepaalde normen bevraag. Het wordt ergens algauw activistisch.”
Hoe heb je de slavernij-excuses van Rutte ervaren?
“Ik heb het nog niet gezien. De hele aanloop was zeer respectloos. Ik heb wel begrepen dat de excuses inhoudelijk goed waren. Ik ga nog een moment pakken om ernaar te kijken. Maar ik heb even tijd nodig om me over die aanloop heen te zetten. Het is jammer om te merken dat het nog niet bij iedereen resoneert. Ik hoor ook positieve reacties, dat het mooi en betekenisvol was.”
Het is niet iets wat je even tussendoor kijkt.
“Het is een groot en betekenisvol statement. Ik was erbij toen burgemeester Halsema het in Amsterdam deed en zong tijdens de herdenkingsceremonie. Dat was zo’n mooi moment. Ik speelde daar mijn eerste single, Gold. Dat gaat over het koloniale verleden. Het speelde ook mee dat het in juli was, voor het
monument. Dat soort dagen worden niet zomaar gekozen.
“Ik denk veel over slavernij na. Ik schrik af en toe van de emoties die ik voel als ik stilsta bij de geschiedenis. Om me te realiseren dat ik het resultaat ben van die geschiedenis.”
Weet je veel van de verhalen van je eigen voorouders?
“Ik wil het nog wel verder uitzoeken. Ik ben onder andere een nakomeling van Afrikanen die tot slaaf gemaakt zijn en van Chinese contractarbeiders. Ik heb ooit wel een DNA-test gedaan. Daar zat van alles tussen: Inheems, Zuid-Amerikaans, Afrikaans, een beetje Europees.
“Als ik nu nadenk over de geschiedenis, dan kom ik uit op pijn. Daarom heb ik behoefte aan meer menselijke verhalen, zoals dat van mijn overgrootmoeder. Wie waren die mensen? In het register van tot slaaf gemaakten dat online is gekomen vond ik ook de naam Macrooy. Van baby’s, peuters, tot bejaarde mensen. Doordat Nederland licht schijnt op de zwarte bladzijden, is er hopelijk de mogelijkheid om meer verhalen naar boven te halen. Of ik zelf iets wil betekenen dit herdenkingsjaar weet ik niet, ik wil het vooral gaan beleven.” O
Summer Moon
In november 2022 lanceerde Jeangu Macrooy zijn derde studioalbum Summer Moon. Een veelzijdige plaat, bomvol verrassende arrangementen die een inkijkje geven in de belevingswereld van de Surinaams-Nederlandse zanger. Van gevoelige nummers tot dansbare grooves, met invloeden van pop, soul en r&b.
‘Als je kijkt naar de nieuwe generatie artiesten, dan was 2022 wel een girlpower-jaar.’
Met ingang van 1 januari wordt partner‒alimentatie berekend op basis van een zogeheten woonbudget. Met de versobering van de partneralimentatieduur in 2020 in het achterhoofd is de vraag: goed of slecht nieuws voor vrouwenemancipatie? Opzij pluist het uit met echtscheidingsadvocaat Kim Beumer en Marjan Nieuwenhuis, bestuurslid en coördinator bij oudere vrouwenrechtennetwerk WOUW.
Gescheiden en financieel teruggeworpen, helaas de bittere realiteit voor veel vrouwen. Om het te ‘vergemakkelijken’ hebben we in Nederland partneralimentatie ingevoerd. Een wettelijk instrument om ervoor te zorgen dat beide partners ook na de scheiding rond kunnen komen, voor als een van de twee anders (te) weinig inkomen heeft.
“Vóór 1 januari werd partneralimentatie anders berekend dan kinderalimentatie”, vertelt echtscheidingsadvocaat Kim Beumer.
“In de draagkrachtberekening – de berekening waarin wordt bepaald hoeveel je kunt betalen –werd rekening gehouden met de daadwerkelijke woonlasten. Dat verandert nu.” De rechtspraak had al langer de wens om het gelijk te
trekken en te uniformiseren op basis van het woonbudget, omdat het eenvoudiger is en het tot minder discussie zou leiden, stelt ze. “Wat je vaak zag is dat een van de ex-partners een dure woning aanschafte en dat hij of zij daardoor geen bedrag kon betalen voor de ander. Door de nieuwe berekening wordt het zo dat als jij meer wilt uitgeven aan woonlasten, het binnen de eigen risicosfeer valt.” Het woonbudget reserveert dertig procent van het netto besteedbaar inkomen voor woonlasten.
Partneralimentatie is een bijdrage in het levensonderhoud, ten gunste van de ene expartner, ten laste van de andere ex-partner. Dat vloeit voort uit de zorgplicht ten tijde van het huwelijk of geregistreerd partnerschap. Indien een persoon na scheiding financieel niet of slechts gedeeltelijk in staat is om in zijn of haar levensonderhoud te voorzien, moet de ex-partner financieel bijspringen als deze er de financiële ruimte voor heeft. De partneralimentatie bedraagt maximaal vijf jaar of minder, als het huwelijk of geregistreerd partnerschap korter duurde dan tien jaar. De ex-partner ontvangt dan partneralimentatie voor de helft van de periode dat hij of zij getrouwd was. Als er kinderen zijn onder de 12 jaar en als de ex ouder is dan 55 jaar, dan kan de partneralimentatie langer duren.
De term partneralimentatie klinkt neutraal, maar de cijfers liegen er niet om. De laatste cijfers van het CBS uit 2014 laten zien dat bij 45.000 scheidingen dat jaar één procent van de vrouwen partneralimentatie betaalden, tegenover negen procent betalende mannen. In de praktijk is partneralimentatie dus iets waar vooral vrouwen aanspraak op maken. Beumer herkent dit vanuit de praktijk. “Na een echtscheiding zijn het veelal de vrouwen die het onderspit delven en koopkracht verliezen.” In deze context gaat het vooral om vrouwen in heteroseksuele relaties. Marjan Nieuwenhuis zet zich al sinds eind jaren zeventig in voor de belangen van vrouwen en partneralimentatie. Toen nog bij het vrouwencollectief De Strijdijzers, nu bij het vrouwennetwerk WOUW, waar ze politieke besluitvorming probeert te beïnvloeden. “Toen partneralimentatie destijds werd ingevoerd gold levenslang. Dat is nu wel anders.” In 1994 ging de wet op de schop. “Partneralimentatie werd ingekort tot twaalf jaar. Daar hadden de meeste mensen toen vrede mee. Maar toen kwamen er weer mannen met bezwaar, die vonden dat ze helemaal niets hoefden te betalen.”
In 2020 werd de partneralimentatiewet opnieuw hervormd, op initiatief van VVD, D66 en PvdA. Aanleiding hiervoor was dat een meerderheid vond dat met name mannen onterecht twaalf jaar alimentatie moesten betalen, terwijl de echtgenote financieel zelf rond kon komen. “De partneralimentatieduur ging van twaalf naar maximaal vijf jaar. Tijdens een vergadering van de Nederlandse Vrouwen Raad vertelde ik voorafgaand aan een aantal vrouwen dat er werd gewerkt aan het veranderen van de partneralimentatiewet. ‘Worden het meer jaren’, zeiden
‘Wat je vaak zag is dat een van de ex-partners een dure woning aanschafte en dat hij of zij daardoor geen bedrag kon betalen voor de ander.’
een aantal vrouwen toen. Dat was eigenlijk heel komisch: zij vonden of ervoeren dat twaalf jaar nog te kort was,” lacht Nieuwenhuis. “Ik vond en vind de beknotting van partneralimentatie zeer onrechtvaardig. Er worden eisen aan vrouwen gesteld waar de maatschappij niet genoeg voorwaarden voor schept. Denk bijvoorbeeld aan kinderopvang. De overheid moet financiële zelfstandigheid van vrouwen faciliteren en dat gebeurt nu niet genoeg.”
Van levenslang naar vijf jaar, er is de afgelopen decennia dus flink wat van de partneralimentatie afgesnoept. De wetten lopen voor op de realiteit, betoogt Nieuwenhuis. “Er wordt uitgegaan van de economische zelfstandigheid van vrouwen, maar de realiteit is dat 75 procent van de vrouwen parttime werkt. Dit soort wetten pakken dus vooral negatief uit voor vrouwen.”
In een ideale wereld is partneralimentatie een vangnet, iets voor uitzonderingsgevallen, stelt Beumer. “Dat is het nu niet. Mijn ervaring is dat er bij een groot deel van de echtscheidingen een stukje partneralimentatie moet komen.” Door de begrenzing van de partneralimentatieduur sinds 2020 ziet de echtscheidingsadvocaat nieuwe praktische problemen ontstaan. “In het kader van de hypothecaire geldlening. Veel banken zeggen: al het inkomen dat minder dan tien jaar binnenkomt, daar financieren wij niet op. Partneralimentatie is in beginsel
Kim Beumer is advocaat gespecialiseerd in personen- en familierecht, ondernemingsrecht en arbeidsrecht. Ze studeerde rechten aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Inmiddels runt ze al jaren haar eigen advocatenkantoor: Beumer Advocaten en Mediators.
Marjan Nieuwenhuis (1947)
Marjan Nieuwenhuis is feministe van het eerste uur. Als alleenstaande, lesbische vrouw werd ze in de jaren zeventig actief in praatgroepen en sloot zich in het Vrouwenhuis aan bij de Strijdijzers. In 1981 publiceerde ze met dit collectief het boek En nu is het uit, over partneralimentatie. Sinds 1995 is ze lid van het ouderevrouwennetwerk WOUW (aangesloten bij de Nederlandse Vrouwen Raad) om zo meer invloed te kunnen uitoefenen op de voorgestelde wet Partneralimentatie.
een inkomen, maar telt voor de bank dus niet mee als inkomen, omdat je het maar maximaal vijf jaar ontvangt.” De kans op het kopen van een eigen woning, met name voor vrouwen, wordt hierdoor verkleind.
Goed geregeld
De hoop was dat vrouwen door het beknotten van de partneralimentatie in 2020 sneller financieel a ankelijk zouden worden. “Voor de positie van vrouwen heeft het niet per se positief uitgepakt,” stelt Beumer. “Er ging wel een positieve gedachte van de wetswijziging uit. De alimentatieduur van twaalf jaar maakte dat de prikkel om zelf aan het werk te gaan minder groot was voor vrouwen. De bedoeling was dat degene die partneralimentatie ontving gedurende die twaalf jaar
financieel zelfstandig zou worden. Alleen dat gebeurde lang niet altijd.”
Hoe je het thuis ook geregeld hebt, zorg dat je als vrouw afspraken vastlegt, stelt Nieuwenhuis. “Ik zie veel jonge vrouwen die tegenwoordig niet meer trouwen. De helft van de eerstgeboren kinderen wordt in een samenwoonsituatie geboren. De meeste vrouwen gaan dan parttime werken. Ik begrijp heel goed waarom vrouwen dat doen, met de dubbele belasting die ze vaak ook in het huishouden en op gebied van zorg hebben. Maar ze snijden zichzelf gigantisch in de vingers. Als vrouwen na een aantal jaar uit elkaar gaan met hun partner, hebben ze nergens recht op. De man hoeft vaak minder in te leveren. Ik denk persoonlijk dat jonge vrouwen er niet over durven te beginnen bij hun partner. En die mannelijke partner heeft er voordeel bij om niet te trouwen of het op een andere manier vast te leggen, want dan heeft hij naderhand ook geen verplichtingen. Mannen zijn beter in opkomen voor hun belangen dan vrouwen.”
Of de nieuwe berekening van partneralimentatie goed of slecht uitpakt voor vrouwen is lastig te zeggen. “Het is vooral makkelijker om partneralimentatie te berekenen”, aldus Beumer. “Naar mijn mening moet er ruimte blijven voor maatwerk.” Het woonbudget klinkt overzichtelijk en makkelijk toepasbaar, maar de realiteit is ook een oververhitte woningmarkt. Het is de vraag in hoeverre het woonbudget correspondeert met de werkelijkheid. “Het is niet altijd een eigen keuze om hoge woonlasten te hebben. Wanneer hogere woonlasten vermijdbaar noch verwijtbaar zijn, moeten we goed kijken naar het woonbudget. Hetzelfde geldt trouwens voor lagere woonlasten, bijvoorbeeld doordat iemand is gaan samenwonen met een nieuwe partner. Er ligt een belangrijke taak voor advocaten om ervoor te zorgen dat alimentatie voor beide partijen goed uitgevoerd kan worden; dat is in ieders belang.” Nieuwenhuis durft evenmin in te schatten wat de consequenties zijn van het invoeren van het woonbudget voor vrouwen. “Waar ik me vooral zorgen om maak, is dat partneralimentatie in de toekomst helemaal afgebouwd wordt. Of dat wordt gezegd: regel het maar in je huwelijk. Terwijl ik zie dat veel jonge vrouwen niks
‘Er worden eisen aan vrouwen gesteld waar de maatschappij niet genoeg voorwaarden voor schept.’
geregeld hebben als ze uit elkaar gaan.” Hoe ze het zelf zou regelen?
“Ik zou bij partneralimentatie loslaten hoeveel jaar het moet duren. In plaats daarvan moeten we kijken naar de economische situatie van beide partners na een scheiding. Dat vrouwen genoeg tijd en ruimte krijgen om desnoods een hele studie te volgen na een scheiding, zodat ze een bepaald minimum-inkomen kan verdienen. En dat er daarna pas aan de partneralimentatie wordt gesleuteld.”
De alimentatievoorvechtster van het eerste uur besluit:
“Echtscheidingsadvocaat Gabi van Driem schreef het eerder al in een brief aan ons en ik herhaal het. De versobering van de partneralimentatie heeft niet geleid tot de gewenste emancipatie. Vrouwen zijn niet sneller financieel ona ankelijk geworden en dus benadeelt de partneralimentatiewet vrouwen. Er worden wetten gemaakt waarbij niet wordt gekeken naar de belangen van vrouwen.” O
‘Toen kwamen er weer mannen met bezwaar, die vonden dat ze helemaal niets hoefden te betalen.’
In de Kunsthal Rotterdam is momenteel de tentoonstelling Vrouwenpalet te zien met schilderijen, prenten, tekeningen en beelden van Nederlandse vrouwelijke kunstenaars uit de eerste helft van de twintigste eeuw. Ondanks de beperkingen toen, wisten veel vrouwen hun plek te veroveren tussen hun mannelijke collega’s.
Mooi, spannend, vaak experimenteel werk. Zeker een tentoonstelling waard.
DOOR FIEKE TISSINKDe kunstwerken van de vierentwintig vrouwen doen niet onder voor die van hun mannelijke collega’s uit de jaren 1900 en 1950. Toch krijgt hun werk lang niet altijd de aandacht die het verdient. Daarom toont de Kunsthal nu zo’n honderd kunstwerken, die eerder te zien waren op de gelijknamige tentoonstelling in Museum Dr888 in Drachten en Museum De Wieger in Deurne. Daar was steeds de helft van de tentoonstelling te zien; Rotterdam toont het Vrouwenpalet voor het eerst in zijn geheel. Sommige kunstenaars zijn ruim vertegenwoordigd in de musea in Nederland; van andere zijn
slechts enkele stukken bewaard gebleven. Vrouwenpalet brengt ze bij elkaar en plaatst de kunst in context. De getoonde kunstenaars maken deel uit van de Nederlandse avant-garde. Ze richten zich op experimentele nieuwe stromingen zoals het expressionisme, kubisme en Cobra. Veel van de kunstenaars uit de tentoonstelling reizen naar het buitenland, vooral naar Parijs, waar ze meer vrijheid ervaren dan in Nederland. Daar doen ze contacten op en is er meer ruimte om te experimenteren met andere technieken en nieuwe stijlen. Toch is het kunstenaarschap moeilijk te combineren met het gezinsleven. Veel vrouwen kiezen ervoor om niet te trouwen of om geen kinderen te krijgen, zodat ze zich volledig op hun kunstenaarschap kunnen richten. Er moeten scherpe keuzes gemaakt worden. “Het is altijd weer dat: strijd tusschen vrijen en werken. Samen gaat haast niet – bij mij tenminste,” aldus Charley Toorop, een van de bekendere kunstenaars van de expositie, in een brief uit 1924.
Minder bekend is Lou Loeber. Maar niet lang meer, want haar zelfportret siert nu de catalogus en het affiche; haar gezicht vormt het beeldmerk van de huidige tentoonstelling. Het is een krachtig beeld van een zelfbewuste jonge vrouw op 27-jarige leeftijd.
Lou – Louise Marie – Loeber wordt geboren in 1894 in Amsterdam, maar het gezin verhuist naar het Gooi. Daar groeit ze op in een welgesteld en intellectueel milieu. Haar ouders zijn sociaal bewogen en zo komt Loeber al op jonge leeftijd in aanraking met het socialisme. Ook maakt ze al vroeg kennis met kunst. Rond 1900 verhuizen veel kunstenaars naar het Gooi en haar vader neemt haar vaak mee op atelierbezoek en naar tentoonstellingen. De jonge Loeber is onder de indruk en gaat lessen volgen bij diverse kunstenaars. In de tuin van haar ouderlijk huis wordt speciaal voor haar een atelier gebouwd waar ze ongestoord kan werken. Hier begint ze te experimenteren, op zoek naar een eigen stijl. Ze gaat steeds abstracter werken, onder invloed van het kubisme en De Stijl. Maar echt helemaal
abstract wordt haar werk zelden. Dat vindt ze te elitair. Loeber wil kunst maken voor iedereen, voor het grote publiek. De zichtbare werkelijkheid vormt haar uitgangspunt, maar wordt door haar vaak vereenvoudigd, geabstraheerd. Er ontstaat zo een krachtige beeldtaal. Door haar werk te vermenigvuldigen houdt ze de prijs laag en voor iedereen toegankelijk. Zo volgt ze haar socialistische opvattingen.
In 1931 trouwt Loeber met de socialistische kunstenaar Dirk Koning. Ze is zich terdege bewust van de gevolgen die deze verbintenis kan hebben voor haar loopbaan. Ze heeft lang nagedacht over het huwelijksaanzoek en haar plaats binnen het huwelijk, maar stemt toch in. Ze schrijft hierover: “Ik wil wel je vrouw zijn maar niet je huishoudster heb ik gezegd. Ik wil blijven schilderen en daarom wil ik geen kinderen. Hij was het daar mee eens.” Niet de meest gangbare keuze voor die tijd, maar voor Loeber is het duidelijk: haar hart ligt bij het schilderen. Samen met haar man richt ze in 1932 een van de eerste ‘artotheken’ op, waar hun eigen werken worden verhuurd. Een slim businessmodel. Bereikbaar en betaalbaar voor iedereen: dat is wat Lou Loeber nastreefde.
Else Berg groeit op in een welvarend Joods gezin in Pruisen. Nadat ze in Berlijn een kunstopleiding heeft gevolgd, vertrekt Berg met haar Nederlandse neef Mommie Schwarz, graficus en schilder, naar Parijs. Daar gebeurt het immers écht op het gebied van de moderne kunst. Ze ontmoeten daar andere Nederlandse kunstenaars, zoals Piet Mondriaan, Jan Sluijters en Leo Gestel. Rond 1910 vestigen ze zich in Amsterdam. Berg en Schwarz blijven hun leven lang samenwerken en reizen, maar wonen niet samen. In 1920 trouwen ze. In Amsterdam vindt Berg aansluiting bij de avantgarde kunstenaars die werken in de nieuwste stijlen.
Berg schildert diverse onderwerpen, portretten, stillevens, landschappen en dorpsgezichten. Ook haar schilderstijl varieert, met kleuren in pasteltinten tot krachtige felle kleuren. Het impressionisme, het luminisme, het kubisme en het nieuw-realisme: overal pikt ze iets van mee. Ze groeit uit tot een van de belangrijkste moderne schilders van haar tijd. Berg neemt deel aan minstens 130 tentoonstellingen, waarvan 12 solotentoonstellingen. Zo exposeert ze bij De Onafhankelijken in Amsterdam. Aan het begin van de twintigste eeuw verbeteren de omstandigheden voor vrouwelijke kunstenaars snel, vooral in Amsterdam. In 1912 wordt daar kunstenaarsvereniging De Onafhankelijken opgericht, laagdrempelig en toegankelijk voor
iedereen, ongeacht opleiding, achtergrond en geslacht. Kunstenaars werken samen en inspireren elkaar. Ook buitenlandse kunstenaars worden uitgenodigd om te exposeren en zo kon het gebeuren dat het werk van Else Berg te zien was naast dat van buitenlandse collega’s als Pablo Picasso en Henri Matisse. Werk van buitenlandse vrouwelijke kunstenaars wordt in deze jaren nog nauwelijks in Nederland geëxposeerd.
Als de oorlog uitbreekt zijn Berg en Schwarz zich bewust van het gevaar. Berg brengt haar werk onder bij verschillende vrienden en trekt zich terug in haar atelierwoning aan het Sarphatipark. Hier maakt ze haar laatste werk, geschilderd vanuit het raam Wintergezicht op Sarphatipark in de sneeuw Kinderen spelen in een sprookjesachtige witte wereld. Op 12 november 1942 wordt Else Berg met Mommie Schwarz uit haar huis gehaald en via de Hollandse Schouwburg en Westerbork op transport naar Auschwitz gesteld. Direct na aankomst worden ze vermoord.
HAAR LEVEN IS HET WERK VAN ANNA SLUIJTER BEKEND EN GELIEFD, MAAR NA HAAR DOOD IN 1931 WORDT HET VRIJWEL VOLLEDIG VERGETEN.
Net als Else Berg exposeert Sluijter bij de Amsterdamse kunstenaarsvereniging De Onafhankelijken. Jaarlijks stuurt ze zo’n drie tot vijf werken in voor de tentoonstelling. Toch is er over haar niet veel bekend en raakte haar werk in de vergetelheid. Bekend is dat ze lid is van de Vereeniging van Vrouwenkiesrecht en dus voorvechtster van rechten van
de vrouw. In 1898 krijgt ze een zoon die ze alleen opvoedt. Hij groeit uit tot een talentvolle concertviolist en moeder Anna begeleidt hem tijdens zijn reizen en optredens. En daarnaast schildert ze. Sluijter maakt vooral landschappen, een weg, een rivier, een bos. De zichtbare werkelijkheid verdwijnt ook bij haar steeds meer uit het werk, dat almaar abstracter wordt. Een criticus zegt over haar werk dat zij “den geest van het bosch vastlegt in stille vlakken, waarop melancholieke bomen staan.” Intrigerend zijn haar landschappen zeker. Mooi van kleur, bijzonder van sfeer. Tijdens haar leven is het werk van Sluijter bekend en geliefd, maar na haar dood in 1931 wordt het vrijwel volledig vergeten. Hopelijk doet de tentoonstelling
Vrouwenpalet weer recht aan haar artistieke kwaliteiten.
Behalve schilderende vrouwen zijn er in de eerste helft van de vorige eeuw uiteraard ook vrouwen die beeldhouwen in Nederland. Lotti van der Gaag is daarvan een voorbeeld. Zij volgt in 1948 en 1949 lessen aan de Vrije Academie in Den Haag en legt zich toe op het boetseren met klei en gips. Al in 1950 krijgt ze haar eerste solotentoonstelling in Den Haag. Als ze werk ziet van Zadkine, vertrekt ze naar Parijs om bij hem in de leer te gaan. Zadkine leert haar om beelden te maken waarbij gesloten volumes worden afgewisseld met openingen. ‘De beelden met de gaten’, zegt ze zelf. Van der Gaag maakt fabeldieren in die tijd. Beelden die “aanspoelsels der demonische zee zouden kunnen zijn of te vinden in woeste wouden tussen stronken en boomwortels”, aldus Van der Gaag. In Parijs vindt ze atelierruimte bij de Cobrakunstenaars Appel en Corneille. Vanaf dan is Parijs naast Den Haag haar plek om afwisselend te wonen en te werken. Van der Gaag trouwt nooit, “want dan moest ik ophouden met werken. Dat vond ik onredelijk.” Ze behoort tot de belangrijke vernieuwers in de Nederlandse beeldhouwkunst. In 1962 verschijnt er een recensie naar aanleiding van haar werk, met de mededeling dat de mannelijke overheersing in de kunstwereld voorbij is, de vrouw “staat nu naast hem, ziet met eigen ogen en hakt met eigen handen. En dan blijkt dat zij in niets, niet in visie en niet in vaardigheid, voor de man onderdoet.”
Dat is inmiddels meer dan zestig jaar geleden. En toch is Lotti van der Gaag – samen met de 23 vrouwen van het Vrouwenpalet – wederom in de vergetelheid geraakt. De een wat meer dan de ander, maar toch. Voor al deze vrouwen geldt dat ze een eigen krachtige signatuur ontwikkelden en dat hun werk het verdient gezien te worden. Deze 24 vrouwen hebben recht op een mooie plek in de kunstgeschiedenis en daar draagt deze tentoonstelling zeker aan bij.
De tentoonstelling Vrouwenpalet 19001950 is nog tot en met 10 april te zien in de Kunsthal Rotterdam. O
Welk museum? Groninger Museum Waar? Groningen Wat? Het spannende gebouw zelf natuurlijk, dat alweer sinds 1994 in de stad staat en ontworpen is door de Italiaanse ontwerper Alessandro Mendini. De collectie van het museum loopt van de steentijd tot nu en is zeer divers. En juist dat maakt het museum zo interessant. Voor elk wat wils. Waarom nu? Er is nu een tentoonstelling over Gianni Versace. Deze excentrieke Italiaanse modeontwerper neemt de bezoeker mee in zijn wereld van extravagante kleding en uitbundige catwalkshows. Wanneer? t/m 7 mei 2023
Welk evenement? Art Rotterdam Waar? Van Nellefabriek Rotterdam Wat? Hier vindt in de iconische, Rotterdamse Van Nelle Fabriek de 24ste editie plaats van Art Rotterdam. Op een vloeroppervlak van 10.000 vierkante meter tonen ruim honderd toonaangevende binnen- en buitenlandse galeries werk van aankomende en gevestigde kunstenaars. Waarom nu?
Nieuw is het Sculpture Park ,met grote beelden die een relatie aangaan met de natuur of de stedelijke omgeving en zo een verbinding maken met de stad Rotterdam. Wanneer? Van 9 t/m 12 februari 2023
Welke tentoonstelling? Vermeer Waar? Rijksmuseum Amsterdam Wat? Maar liefst 28 schilderijen van Vermeer bij elkaar, vanuit de hele wereld. Van Vermeer zijn slechts 37 schilderijen bekend. Deze tentoonstelling belooft onvergetelijk te worden. Zoveel Vermeers bij elkaar, dat is een feest! Waarom nu? Een aantal werken zijn grondig onderzocht en gerestaureerd. Het is heel bijzonder dat deze topwerken samen getoond worden, in het land waar ze lang geleden zijn gemaakt. Wanneer? Van 10 februari t/m 4 juni 2023
Dresden, Gemäldegalerie Alte MeisterVan 24 maart tot en met 1 april is het Movies that Matter Festival weer terug in de fysieke zalen van Filmhuis Den Haag en Theater aan het Spui. Tijdens de vijftienjarige jubileumeditie zijn in Den Haag en door het hele land negen dagen lang prachtige, ontroerende en inspirerende films te zien. In een polariserende samenleving zijn dialoog en ontmoeting belangrijker dan ooit. Het Movies that Matter Festival wil met de geselecteerde films en verdiepingsprogramma’s bijdragen aan het slechten van muren in de maatschappij en verbinding tussen mensen stimuleren. Zoals iedere editie zijn verschillende regisseurs, activisten, denkers en deskundigen op het festival aanwezig.
Deze editie is er ook veel aandacht voor Iran. Iran kent een rijke filmhistorie en wordt geschaard onder de beste cinema’s ter wereld. De afgelopen jaren hebben meerdere films van Iraanse makelij
prijzen gewonnen op grote filmfestivals. Iraanse kunstfilms kunnen in eigen land vaak niet worden vertoond en dat maakt het van groot belang dat festivals als Movies that Matter daar ruimte aan bieden.
Er zijn drie Iraanse filmmakers te gast: Maryam Ebrahimi, producent en regisseur bekend om haar documentaires. No Burqas Behind Bars, die zich afspeelt in Afghanistan, won in 2014 een Emmy Award en in 2018 won Maryam diverse onderscheidingen met de documentaire Stronger than a Bullet.
Nafiss Nia, Iraans-Nederlandse (script)schrijver, regisseur, dichter. Nafiss studeerde Cinema in Iran en Script Writing aan de Filmacademie in Amsterdam. Ze regisseerde diverse films en documentaires en droeg bij aan andere films als producent en scenarioschrijver. Er zijn verschillende dichtbundels van haar verschenen. Op het festival is haar film Die Middag te zien in de Dutch Movies Matter competitie.
Ali Asgari is een Iraanse filmmaker. Zijn korte films werden vertoond op meer dan 600 filmfestivals over de hele wereld, waaronder Sundance, British Film Institute en Melbourne Film Festival en wonnen meer dan 150 internationale prijzen. Disappearance is zijn eerste speelfilm. Op het festival worden de films Until Tomorrow en About me vertoond.
Met korting naar de film Lezers van Opzij mogen met korting naar het Movies that Matter Festival. Gebruik de code OPZIJ#MtMF23 bij de aanschaf van je tickets en je ontvangt €2,50 korting op het gehele aanbod. moviesthatmatter.nl
connect
Laat je inspireren door ruim 80 films en documentaires tijdens het Movies that Matter Festival in Filmhuis Den Haag, Theater aan het Spui en overige locaties in Nederland.
24 maart - 1 april Kijk voor meer info & tickets op moviesthatmatter.nl of scan de QR code
Niks doen gaat tegen alles in wat ons mens maakt, stelt Maya Fridman (1989). Ze is cellist, componist, zangeres en nu ook activist. Sinds de Russische invasie in Oekraïne op 24 februari 2022 staat haar wereld op zijn kop. Haar verdriet zet ze om in actie en dat heeft geresulteerd in prachtige benefietconcerten ten behoeve van Oekraïne. Er is al meer dan 200.000 euro opgehaald voor humanitaire steun.
“Vanaf dat moment had ik het gevoel dat ik door moest gaan. We deden het niet alleen om geld in te zamelen, maar ook om mensen bij elkaar te brengen. Na de concerten op zondag belde ik Tivoli Vredenburg en Oosterpoort en direct hadden we nog drie concerten op de planning staan. Het was allemaal best heftig. Het voelde alsof de hele wereld uit elkaar viel. De benefietconcerten gaven mij het gevoel dat ik niet alleen stond. Dat bracht veel positieve gevoelens met zich mee.”
Jullie gingen direct in de actiemodus. Had je wel tijd om dit nieuws te verwerken?
Kun je mij meenemen in de eerste week na de Russische invasie? Hoe ontstond het idee om benefietconcerten te organiseren?
“Ik was bezig met een muzieksessie toen de oorlog begon. Ik was in shock en voelde direct een enorme drive om iets te doen. Ik was vooral bezig met mijn nieuwe album. Het was midden in een opnamesessie op de avond van 24 februari en ik kon toen eigenlijk alleen nog maar daaraan denken. Toen kwam al snel het idee om een benefietconcert te organiseren om geld in te zamelen voor Oekraïne. De volgende ochtend belde ik mijn Oekraïense collega’s Konstantyn Napolov en Anna Fedorova. Samen hebben we een groot team verzameld: de inval was op donderdag en de volgende zondag vonden twee benefietconcerten plaats, in het Concertgebouw in Amsterdam en in Amare in Den Haag.
“Ik besef al te goed dat wat ik voel op geen enkele manier te vergelijken is met wat Oekraïners meemaken. Sommige vrienden hebben familie die nog steeds in Oekraïne is. ‘Vreselijk’ dekt de lading niet eens. Na de inval had ik weinig tijd om na te denken over mijn gevoel, ik ging door op adrenaline. Dat heeft me die week wakker gehouden toen we het benefiet in het Concertgebouw aan het organiseren waren. Dat ging de weken daarna zo door. “Er waren ook momenten waarop ik het gevoel had dat de aandacht voor Oekraïne een beetje afnam. Toen ik een maand na de invasie een aantal concertlocaties probeerde te bereiken, merkte ik dat ze een stuk minder responsief waren dan in het begin. Dat was behoorlijk frustrerend. Samen met een aantal geweldige mensen heb ik toen een stichting opgericht, TRIDA. We willen een platform zijn dat artiesten en podia stimuleert om benefietconcerten te organiseren door ze financieel te ondersteunen.”
Het bijzondere vond ik ook dat Russische en Oekraïense muzikanten samen op het podium stonden.
“Destijds dacht ik helemaal niet na over wie Russisch was en wie Oekraïens. Voor mij was het gewoon volkomen duidelijk wat we aan het doen waren. We hadden vooral gesprekken over de familie en vrienden van mijn Oekraïense collega’s die nog steeds in Oekraïne waren en bedachten manieren hoe we ze konden helpen. Het ging verder vooral om praktische zaken en over muziek. We
Na haar geboorte in Moskou werd Maya Fridman al snel gezien als een muzikaal wonderkind. In 2010 verhuisde ze naar Nederland om aan het conservatorium te studeren. In de jaren die volgden won ze vele muziekprijzen, zoals de Grote Prijs voor ‘beste muzikant’. In 2022 spande ze zich in voor vele benefietconcerten om geld op te halen voor Oekraïne. De opbrengst bedraagt al meer dan 200.000 euro. Het verhaal achter de organisatie van de benefietconcerten wordt gevolgd in de documentaire United We Stand, die nu te zien is in filmhuizen.
wisten dat we allemaal aan dezelfde kant stonden. We kregen op een gegeven moment wel wat opmerkingen van mensen die het niet leuk vonden dat Oekraïners en Russen samen op het podium stonden. Daar hebben we het toen wel uitgebreid over gehad en daar zijn wel snel uitgekomen.”
In de documentaire United We Stand volgen we de organisatie van dat eerste concert in het Concertgebouw in Amsterdam. Hier zeg jij op een gegeven moment dat jij je verantwoordelijk voelt. Kun je uitleggen waar dat vandaan komt?
“Ik denk dat er sommige dingen zijn die groter zijn dan wij. Ik had het gevoel dat er iets moest gebeuren. Ik denk dat het niet mogelijk is om dat helemaal te begrijpen of te rationaliseren. Ik kom uit Rusland, maar ik ben opgegroeid in een joods gezin en ik heb Oekraïense roots. Dat werd tijdens mijn jeugd altijd benadrukt. Ik voelde me daarom anders, ik beschouw mezelf ook niet als Russisch, wat ergens vreemd is, want ik heb daar twintig jaar gewoond.
Het gaat er voor mij gewoon om dat we hier met z’n allen op de wereld zijn. Als je de mogelijkheid hebt om iets te doen om de situatie te verbeteren, dan moet je dat doen. Niks doen gaat tegen alles in wat ons mens maakt.”
In de documentaire zien we ook een gesprek tussen jou en je vader, waarin je hem vraagt of hij nog in Rusland is als de de documentaire in première gaat – omdat dat voor hem mogelijk onveilig is. Hoe gaat het nu met hem?
“Ik was heel bang voor zijn veiligheid. Hij was een van de eerste personen die ik belde toen de Russische invasie begon, omdat ik het gevoel had dat hij meteen moest vluchten. Dat hij in de documentaire wilde verschijnen en wilde vertellen hoe hij over de oorlog dacht, was ongelofelijk moedig en had grote gevolgen voor hem. Eind oktober kon hij Rusland verlaten en hij is nu in Jeruzalem en begint zijn leven eigenlijk opnieuw.”
Heb je die activistische inborst van je vader? “Activist is uiteindelijk ook maar een woord. Ik heb wel moeite om te accepteren dat er zo weinig mensen protesteren tegen de oorlog in Rusland. Natuurlijk is er een aantal protesten, maar niet genoeg om het systeem te overheersen. Daarom vond ik het zo belangrijk om Russische muzikanten te betrekken bij de concerten. Ik begrijp heel goed dat mensen in Rusland veel angst hebben om gearresteerd te worden. Ik zit met mijn vader gelukkig heel erg op één lijn. Ik heb ook vrienden van wie de ouders compleet gehersenspoeld zijn. Ze kunnen niet eens meer over de oorlog praten met hun ouders. Ik denk dat ik geluk heb dat mijn vader en ik elkaar begrijpen. Zijn steun is ongelooflijk belangrijk voor mij. Hij is mijn grootste inspiratiebron en ik ben er elke dag dankbaar voor.”
Hoe heeft de oorlog jou ook veranderd als muzikant?
“Er zijn vorig jaar veel dingen veranderd, zoveel dat ik nog steeds het gevoel heb dat ik veel moet verwerken. Ik ben in 2016 begonnen met het contacteren van componisten om te kijken of ze muziek voor me willen schrijven. Muziek die onze samenleving weerspiegelt. De eerste componist die ik benaderde was Kaveh Vares uit Iran. Hij heeft een stuk voor mij geschreven dat sterk gerelateerd was aan de bomaanslag in Aleppo. Een andere componist, Maxim Shalygin uit Oekraïne, schreef voor mij Canti d’inizio e fine, dat reflecteerde op de Holocaust. Dat stuk heb ik veel opgevoerd. In het laatste deel van Canti zing ik de woorden van ‘Todesfuge’ van Paul Celan, die de verschrikkingen van de concentratiekampen verbeeldt. Ik kies er bewust voor om met componisten te werken die over dit soort zaken, hoe zwaar ook, muziek schrijven. Tijdens de opvoering van zo’n stuk neem je het publiek mee en voelt het alsof het je het met elkaar beleeft. De geschiedenis herhaalt zich voortdurend en daar moeten we ons heel bewust van zijn.”
Je hebt je nieuwe album, dat eigenlijk vorig jaar uit zou komen vanwege de benefietconcerten, opgeschoven. Is de inhoud van je album daardoor ook veranderd?
“Ik ben dit jaar heel erg veranderd. Ik denk dat dit album die verandering op een heel persoonlijke manier vertegenwoordigt. Het album begon met een telefoontje van mijn idool Giovanni Sollima, een Italiaanse componist en cellist. Hij had de Anner Bijlsma-award bij de Cello Biënnale Amsterdam gewonnen en wilde dat gebruiken om internationale muzikanten te helpen bij het componeren van eigen muziek. Ik had het componeren voor 2019 eigenlijk een beetje verwaarloosd. Het is dankzij de steun van Giovanni en de Cello Biënnale dat dit album
‘IK WAS IN SHOCK EN VOELDE DIRECT EEN ENORME DRIVE OM IETS TE DOEN.’
nu bijna af is. Ik was eigenlijk van plan om in maart 2022 het album op te nemen, maar ik had helemaal geen focus. De oorlog had zo veel invloed op me, dat het me gewoon niet lukte. Ik heb veel van de muziek nu weggegooid. Het was niet genoeg. De opname van het album vond uiteindelijk afgelopen zomer plaats. Ik had al veel nieuwe teksten geschreven en een veel duidelijker beeld van wat ik wilde laten zien. Ik voelde me toen bijna schuldig dat ik die tijd niet in de benefietconcerten kon steken.”
Op welke manier relateert je nieuwe album The Power of Indifference aan de gebeurtenissen in Oekraïne?
“Het gaat over stoïcisme, over hoe je kunt bestaan zonder volledig overweldigd te raken door de vreselijke dingen die overal om je heen gebeuren, maar ook voor een groot deel uit je zicht zijn. Hoe kunnen we nog steeds onszelf zijn en ons ertegen blijven verzetten? Het gaat over een plek in jezelf vinden waar je dit allemaal aankunt. Het zou kunnen worden geïnterpreteerd als onverschilligheid, maar dat is het niet. Het is volledig aanwezig zijn, maar het je niet te laten verteren. Soms is het moeilijk om niet depressief te worden van wat ik op de Oekraïense zenders zie. Ik probeer heel alert te zijn en soms voelt alles heel zwaar. Het is soms moeilijk om de kracht te vinden om door te gaan. Dat denk ik aan de Power of Indifference en dan probeer ik weer in die toestand te komen.”
Op 24 februari wordt het ‘Solidarity & Benefit Concert for Ukraine 365 days into the war’ georganiseerd in de Oude Lutherse Kerk in Amsterdam. Tickets zijn nu verkrijgbaar via uva.nl O
Na zestig jaar mogen vrouwen in Cuba weer boksen. De sport was sinds de revolutie van 1959 onder leiding van Fidel Castro verboden. Het zou te gevaarlijk zijn voor vrouwen, was de gedachte. In 2019 werden de gelijke rechten van mannen en vrouwen vastgelegd in de Cubaanse grondwet en de bond vindt dat vrouwen niet meer op dit gebied gediscrimineerd mogen worden. Ook verwacht het land de vrouwen net als de mannen succesvol kunnen zijn op het internationale podium.
Artsen plaatsten ook na 1991 nog spiralen in de baarmoeders van Groenlanders zonder hiervoor toestemming te vragen, dat blijkt uit onderzoek van de BBC. Afgelopen september spraken de Deense en Groenlandse regeringen af onderzoek te doen naar het onvrijwillig plaatsen van het anticonceptiemiddel bij meisjes en vrouwen van de Inuit. Zo’n 4500 Groenlandse meisjes en vrouwen kregen tussen 1960 en 1970 een spiraal geplaatst, de regering van Denemarken wilde zo de bevolkingsgroei in Groenland verminderen. Het onderzoek liep tot 1991, het moment dat Groenland de gezondheidszorg overnam. Maar de BBC sprak met vrouwen die ook daarna nog ongewenst een spiraal geplaatst kregen.
Dina Boluarte is de eerste vrouwelijke president van Peru geworden. De voormalig vicepresident kwam aan zet nadat president Pedro Castillo probeerde het parlement te ontbinden. Hij werd afgezet, gearresteerd en diezelfde middag werd Boluarte beëdigd. Sinds haar aantreden is het erg onrustig in het land, er zijn vele demonstraties. In een videoboodschap kondigde ze daarom aan niet de resterende termijn van vijf jaar uit te zitten; Peru mag begin 2024 opnieuw naar de stembus gaan.
Voor het eerst in de Amerikaanse geschiedenis is de handtekening van een vrouwelijke minister van Financiën op de Amerikaanse dollarbiljetten te zien. De eer is aan Janet Yellen. Ze belooft dat haar handtekening leesbaar zal zijn.
“I knew this was something you could really screw up and I wanted to get it right, and I practiced and I practiced,” vertelde ze aan late-night comedian Stephen Colbert. Het duurde even, want Yellen zit al sinds Biden in de regering. Dat kwam omdat er geen penningmeester was voor deze post. Dat is sinds kort Lynn Malerba, ook een primeur: de eerste native vrouw om die functie te bekleden in Amerika. De handtekeningen van allebei de vrouwen zullen binnenkort op de biljetten te zien zijn.
Telenet, een Belgisch telecombedrijf, is gestart met W-sport: een sportzender die alleen maar vrouwensport uitzendt. Je kunt er boksen, paardrijden, Europese voetbalcompetities, basketbal en de Premier League op zien. Women’s sport is our only priority, staat er op de website. “Met de integratie van W-Sport in ons aanbod zetten we vrouwensport weer wat meer in de kijker en spelen we in op de stijgende populariteit ervan in ons land. Het past in de filosofie van Telenet om meer meisjes en vrouwen aan te moedigen om te sporten,” vertelt Stefaan Kestens van Telenet.
Als laatste Europees land wil Malta het totaalverbod op abortus afschaffen. Aanleiding vormt het incident met een Amerikaanse zwangere vrouw. Ze had ernstige bloedingen en moest worden opgenomen in het ziekenhuis. De foetus was niet meer te redden, maar het leven van de vrouw was ook in gevaar. Abortus was onder alle omstandigheden stra aar. De vrouw werd naar Mallorca gebracht, waar haar zwangerschap kon worden beëindigd. Een paar maanden later klaagde ze de regering van Malta aan. De strenge abortuswet zou haar mensenrechten hebben geschonden. Er is nu een wetsvoorstel ingediend dat abortus is toegestaan als het leven van de moeder in gevaar is. Een lichte versoepeling, maar wat ons betreft moet dit nog verder worden doorgetrokken.
Romina Pourmokhtari is de nieuwe minister voor Klimaat en Milieu van Zweden. De vrouw is met haar 26 jaar het jongste lid van het kabinet ooit. Pourmokhtari werd geboren op 12 november 1995 in Stockholm en studeerde Politieke Wetenschappen aan de Universiteit van Uppsala. De jonge politica heeft Iraanse wortels: haar vader emigreerde naar Zweden vanuit Iran. Ze werd al vroeg politiek actief: in 2013 werd ze lid van de Liberale Jeugdorganisatie (LUF), in 2019 werd ze bovendien tot voorzitter verkozen.
Natasa Pirc Musar is de eerste vrouwelijke president van Slovenië. Musar is bekend als advocaat. Ze stond Melania Trump bij in de VS tijdens het presidentschap van Donald Trump. In haar land deed ze mee aan de verkiezingen als ona ankelijke kandidaat. Musar volgt Borut Pahor op, die sinds 2012 president is. Hij mocht zich niet opnieuw verkiesbaar stellen.
Sinds 2013 laat het leger in Nigeria op grote schaal gedwongen abortussen uitvoeren, zo blijkt uit onderzoek van persbureau Reuters. Het gaat om ruim tienduizend meisjes en vrouwen die zwanger waren nadat ze waren ontvoerd en verkracht door strijders van de terreurgroep Boko Haram. De abortussen werden in het geheim uitgevoerd en vaak zonder toestemming van de slachtoffers. De meisjes en vrouwen werden bevrijd van Boko Haram en daarna naar barakken en klinieken gebracht. Het leger wilde niet dat ze kinderen zouden krijgen van moslimextremisten.
In Op de sofa beantwoordt psycholoog Annet Hogendoorn al jouw vragen over relaties, opvoeding, werk, vriendschappen; kortom het leven. Heb jij een vraag voor haar? Mail dan naar redactie@opzij.nl. Je vraag zal dan anoniem in deze rubriek verschijnen.
Vraag
Mijn partner zegt soms seksistische dingen bij sociale gelegenheden, meestal als grapje. Ik merk dat ik dat vervelend vind, maar er niks van zeg omdat ik geen zeikerd wil zijn. Hoe kan ik ervoor zorgen dat hij rekening houdt met mijn gevoelens?
Antwoord
“A
llereerst: je bent géén zeikerd als je er iets van zegt. Jouw gevoelens zijn belangrijk, en sterker nog: jouw gevoelens zijn heel terecht. Seksistische grapjes kunnen denigrerend zijn of overkomen, ook al zijn ze wellicht niet zo bedoeld. In situaties waarin we boos zijn of gekwetst worden, kunnen we vaak de ander aanvallen over wat hij of zij doet en ontstaan er ruzies, die bij de ander de neiging kunnen uitlokken zijn eigen 'gelijk' te halen. En dan gaat het niet meer waar het over moet gaan, namelijk: dat jij die seksistische opmerkingen vervelend vindt. Wat je kunt doen is je partner eens vertellen wat die grapjes met jou doen, hoe die woorden je laten voelen. Zo blijf je bij jouw gevoel zonder je partner aan te vallen, want je gevoelens kun je niet ontkennen. Op die manier geef je je eigen grens aan, en wordt jouw partner uitgedaagd om na te denken over de gevolgen van zijn gedrag.”
Ik voed mijn kind genderneutraal op. Mijn schoonouders komen echter met roze speelgoed, barbies en unicorns aanzetten. Hoe zeg ik subtiel dat ik dat speelgoed niet wil voor mijn kind? En is genderneutraal opvoeden eigenlijk wel nuttig?
“Iedereen handelt vanuit zijn eigen visie, normen, waarden en ervaring. Waarschijnlijk geven jouw schoonouders jouw kind roze speelgoed, omdat ze dat gewend zijn en daarom denken dat het zo hoort. Een andere visie kun je alleen krijgen wanneer je die aangereikt krijgt. Hoe zou het zijn om jouw visie eens met je schoonouders te bespreken waarbij je uitlegt waarom je genderneutrale opvoeding belangrijk vindt, en daarbij ook voorbeelden geeft van wat daarbij hoort. “In plaats van met barbies zouden wij ons kind graag met ‘...’ laten spelen.” Dat hoeft helemaal niet subtiel, het mag gewoon open besproken worden, met begrip voor de achtergrond en de visie van je schoonouders. En dan je vraag over of genderneutraal opvoeden wel nuttig is: de meningen zijn erover verdeeld. Het kan zeker nuttig zijn. Met een genderneutrale opvoeding ontwikkelt een kind zich vrijer, zonder zich (onbewust) te moeten conformeren aan bepaalde normen of verwachtingen. Er is over het algemeen echter wel een verschil in hoe de hersenen van jongens en meisjes werken, waardoor interesses ook over het algemeen kunnen verschillen tussen jongens en meisjes. Dus wees er vooral alert op dat het niet verkeerd is als een meisje graag met een roze pop wil spelen, zolang er ook ander speelgoed aangereikt wordt.“
Vraag
Ik ben een echte feminist, mijn moeder ervoor heeft gestreden dat wij vrouwen mochten werken en daar pleit ik ook voor. Mijn dochters werken echter parttime en zijn niet zo ambitieus als ik. Kan ik daar wat van zeggen?
Antwoord
“Wat fantastisch dat jouw moeder heeft gestreden voor ons vrouwen; we mogen haar allemaal zeer dankbaar zijn. En begrijp ik goed dat jij ambitieuzer bent en meer werkt dan jouw dochters? Er zit een verschil tussen de tijd van jouw moeder, die niet mocht werken, en jouw dochters, die wel mogen werken. Het gelukkige feit dat vrouwen nu mogen werken betekent niet dat alle vrouwen zoveel mogelijk zouden moeten werken. Zou het kunnen dat jouw dochters gelukkig zijn met de keuze om parttime te werken en niet zo ambitieus zijn als jij? Hoe mooi is het nu dat vrouwen en mannen de keuze hebben om (als het financieel mogelijk is) wel of niet en parttime of fulltime te werken? Ik ben het met je eens dat de trend nog vaak is dat dan de vrouw minder werkt, maar dat is in deze tijd dus niet altijd een verplichting meer. Het kan ook een keuze zijn. Dus zou het een idee zijn om in plaats van ‘er wat van te zeggen’ eens open het gesprek met je dochters aan te gaan over hoe zij dit zien?”
Waarschijnlijk geven jouw schoonouders jouw kind roze speelgoed, omdat ze dat gewend zijn.
Nee, daar horen vrouwen natuurlijk niet meer. Maar koken is en blijft een leuke bezigheid. Elke Opzij lichten we een heerlijk recept uit een nieuw kookboek uit van een inspirerende vrouw.
Deze keer Hale Amus. In haar kookboek De Bijbel van de Turkse keuken neemt ze je mee op reis door de diverse regionale keukens van Turkije. Het land wordt aan drie kanten omringd door de Egeïsche, de Zwarte en de Middellandse Zee. Deze unieke ligging, gecombineerd met de migratie van Turken uit Centraal-Azië naar Europa, heeft door de eeuwen heen de identiteit van de Turkse gastronomie gevormd.
Hoe lang kook je al?
“Ik kook al 21 jaar, waarvan de laatste 4 jaar professioneel.”
Hoe is dat begonnen?
“Jarenlang heb ik veel tijd in de keuken doorgebracht om mijn moeder en mijn grootmoeder te zien koken. Ik denk dat ik zoveel dingen in de keuken uit mijn hoofd heb geleerd zonder het te beseffen, want rond mijn dertiende maakte ik mijn eerste Turkse linzensoep gewoon uit mijn hoofd.”
Wat is je favoriete gerecht?
“Kuru Patlıcan Dolması (Turkse gevulde gedroogde aubergines).”
Waar haal je je inspiratie vandaan?
“Ik word geïnspireerd door mijn geweldige Instagramfoodievrienden en soms ik blader door mijn favoriete kookboeken of ik laat me leiden door de ingrediënten in mijn koelkast. Soms bel ik mijn moeder op en vraag haar wat zij op dat moment maakt; daar krijg ik ook ideeën van.”
Wat zijn je ambities nog?
“Turks eten is heel divers en heeft veel meer te bieden dan kebab. Ik wil de verborgen pareltjes van de Turkse keuken blijven laten zien en delen via mijn keuken.”
Ingrediënten (4 personen, 1 uur en 30 minuten)
• 4 middelgrote aubergines
• zout en zwarte peper
• zonnebloemolie, om in te bakken en frituren
• 1 ui, fijngesneden
• 250 g rundergehakt
• 50 g tomatenpuree
• 10 g bladpeterselie, fijngesneden
• 1 tomaat, in blokjes
• 2 Turkse groene pepers, over de breedte gehalveerd
1 Schil de aubergines over de lengte maar niet helemaal, zodat je een streeppatroon krijgt. Prik er met een vork rondom gaatjes in. Los 1 theelepel zout op in ruim water en laat de aubergines er minimaal 30 minuten in wellen.
2 Verhit intussen voor de vulling 1 eetlepel zonnebloemolie in een pan op middelhoog vuur en fruit er de ui in. Voeg het gehakt toe en bak rul. Voeg als het vrijgekomen vocht is verdampt de tomatenpuree, 1 theelepel zout en ½ theelepel zwarte peper toe en bak omscheppend nog 2 minuten. Neem van het vuur en roer ¾ van de bladpeterselie erdoor. Zet opzij.
3 Verwarm de oven voor op 180 °C.
4 Neem de aubergines uit het water en dep ze droog met keukenpapier.
5 Verhit een flinke laag zonnebloemolie in een diepe pan tot 160 °C. Frituur de aubergines in porties in 8 à 10 minuten rondom bruin en gaar en draai ze met de keukentang geregeld om. Neem uit de hete olie en laat uitlekken op keukenpapier.
6 Halveer de aubergines over de lengte en laat daarbij 2 à 3 centimeter van de onderkant aan elkaar zitten. Klap de aubergines open en druk met de bolle kant van een lepel het vruchtvlees licht in.
7 Leg de aubergines in de ovenschaal, bestrooi met wat zout en verdeel er de vulling over. Bestrooi met de blokjes tomaat, eventueel nog wat zout naar smaak en leg de pepers ernaast.
8 Schenk 250 milliliter heet water in de ovenschaal en stoof het gerecht 30 minuten in het midden van de oven. O
Vrouwen drinken tegenwoordig evenveel alcohol als mannen, maar de gezondheidsrisco’s die ze lopen zijn niet mis. Gelukkig krijgen ze steeds meer steun van hun sober sisters. Op de foto met een mocktail in de hand om hun recovery-proces te delen op sociale media.
Dry january is achter de rug, maar het is onwaarschijnlijk dat de alcoholproblemen onder vrouwen daarmee zijn verdwenen. Terwijl het drankgebruik onder mannen die te veel drinken licht is gedaald, is dat niet het geval bij vrouwen. Onder hoogopgeleide, werkende vrouwen boven de veertig is het problematisch alcoholgebruik zelfs met bijna vijftig procent gegroeid, volgens verslavingskliniek Solutions. Onderzoekers in Amerika zeggen dat we te maken hebben met de eerste generatie vrouwen in de geschiedenis die net zo drinkt als mannen. De hedendaagse vrouwelijke drinkers voldoen niet aan het stereotype van de uitgeputte huisvrouw van middelbare leeftijd die stiekem glaasjes sherry drinkt onder het koken. De probleemdrinksters van nu zijn hoogopgeleide twintigers met stevige banen, een bruisend sociaal leven, die geregeld naar de sportschool gaan. Zo op het oog is er niets met ze aan de hand, ze lijken hun zaken juist uitstekend voor elkaar te hebben.
Het zijn vrouwen die in tegenstelling tot hun moeders fulltime werken en een carrière nastreven. Veel vaker dan hun moeders komen ze op plekken waar veel alcohol wordt gedronken. Geregeld gaan ze uit eten of hangen ze met gin-tonics aan de bar met vriendinnen. Bij advocatenkantoren of banken is het heel gewoon om na het werk met collega’s de kroeg in te gaan. Onder het motto ‘work hard, play hard’ drinken vrouwen op de vrijdagmiddagborrel met de mannen mee.
De Amerikaanse Caroline Knapp introduceerde in 1996 voor het grote publiek de term ‘high functioning alcoholic’. In haar memoire Drinking, a love story, beschrijft ze hoe achter de façade van een succesvolle journaliste een onzekere, perfectionistische piekeraar schuilging. ’s Avonds goot ze zich stiekem vol en loog hierover tegen vrienden en familie. Alcohol deed ook dienst als breekijzer in bed:
als ze niet tipsy was, vond ze het lastig om seks te hebben. De volgende dag had ze vaak spijt, als ze nog wist wat er was gebeurd.
Het vele drinken van vrouwen begint vaak al op jonge leeftijd op de middelbare school. Bijna de helft van de twaalf- tot zestienjarigen heeft volgens het Trimbos Instituut weleens alcohol gedronken, daaronder vallen evenveel meisjes als jongens. Met bingedrinken doen meisjes ook niet onder voor jongens. Eén op de vijf drinkende meisjes bingede de afgelopen maand vijf glazen of meer per gelegenheid. Met indrinken, de trend om vóór het uitgaan alcohol te drinken, lopen meisjes voor; 44 procent van de meisjes drinkt in, tegen 32 procent van de jongens. Na het eindexamen gaat het drinken gewoon door; op de studentenvereniging, in het café of in studentenhuizen.
Je zou de emancipatie de schuld kunnen geven van het toegenomen drankgebruik onder vrouwen. De prestatiedruk die vrouwen op verschillende vlakken ervaren, proberen ze van zich af te zetten door hun toevlucht te nemen tot alcohol, menen onderzoekers. Het zijn vooral hoogopgeleide werkende vrouwen die in steeds groteren getale stress van zich afdrinken. Vrouwen met een lagere opleiding doen dat veel minder. De drankindustrie speelt behendig in op het succesvolle corporate vrouwelijke rolmodel, met foto’s van mooie, zelfbewuste, onafhankelijke dames met een glas in hun handen. Er valt ook flink aan hen te verdienen.
Vrouwen drinken de meeste alcohol op hun 27ste, als ze een paar jaar aan het werk zijn. Bij mannen bereikt hun alcoholconsumptie al veel eerder een hoogtepunt, namelijk rond hun achttiende.
Tegelijk met de opmars van vrouwen op de werkvloer zijn de maatschappelijke normen over drinkende vrouwen veranderd, schrijft het Trimbos Instituut.
Alcoholgebruik door vrouwen wordt meer geaccepteerd, en dronkenschap onder hen is minder taboe. Maar hoe jonger ze beginnen, hoe groter het risico op verslaving.
De probleem-drinksters van nu zijn hoogopgeleide twintigers met stevige banen, een bruisend sociaal leven, die geregeld naar de sportschool gaan.
Uit Amerikaanse cijfers blijkt dat 43 procent van de vrouwelijke twintigers met problematisch drankgebruik als tiener al veel dronken. De kans dat twintigers die stevig drinken als dertiger of veertiger een verslaving ontwikkelen is aanzienlijk. Vrouwen die gewend zijn zich te verdoven grijpen eerder naar drank als ze eenmaal een gezin hebben en nog meer ballen tegelijk in de lucht moeten houden. En als ze adhd hebben, blijken veel vrouwen alcohol te gebruiken als zelfmedicatie, zo kwam naar voren in een podcastuitzending van Saar Magazine Saar-hoofdredacteur Barbara van Erp, een drukbezette moeder van twee tieners, deelt in deze podcast haar struggles om van de wijn af te blijven. Nederland telt naar schatting een half miljoen verslaafden, waarvan een derde vrouw is. Maar overmatig alcoholgebruik leidt bij vrouwen eerder tot schade en afhankelijkheid. Omdat een vrouw minder weegt dan een man en minder spiermassa en lichaamsvocht heeft, verdeelt een glas alcohol zich over minder lichaamsvocht en wordt minder verdund. Het alcoholpromillage bij vrouwen is na twee glazen net zo hoog als bij mannen na drie of vier glazen van dezelfde drank. Vrouwen hebben meer last van nare bijeffecten zoals overgeven, black-outs, katers en depressie. Hun kleinere lever kan de schadelijke alcoholstoffen minder snel afbreken. Zij lopen meer kans op schade aan hersenen en hart. Ook verhoogt alcohol de oestrogeenspie-
gel, wat het risico op borstkanker vergroot. Elk jaar krijgen naar schatting duizend tot drieduizend vrouwen in Nederland borstkanker door alcohol.
Het goede nieuws is dat hedendaagse vrouwen met drankproblemen sneller hulp zoeken. Vrouwen die te veel drinken doen dat vaak in hun eentje thuis, zonder dat hun omgeving het in de gaten heeft. Hun eenzaamheid staat haaks op het clichébeeld dat drinken zo gezellig is. Schaamte en schuldgevoelens weerhouden hen ervan om aan de bel trekken. Hun gevoel van mislukking is vaak heel groot, omdat ze met het erkennen van hun probleem tegelijk moeten erkennen dat ze in de zorg voor hun familie tekort zijn geschoten.
Maar met de ruimere acceptatie van vrouwelijk drankgebruik verdwijnt langzamerhand het zware stigma dat kleeft aan drinkende vrouwen. De hulpverlening is ook uitgebreid en laagdrempeliger geworden. De tijd is voorbij dat alcoholisten elkaar vooral in buurthuizen anoniem ontmoetten bij de AA om vast te stellen dat ze machteloos staan tegenover alcohol.
Tegenwoordig is er een groot aanbod aan onlinehulpprogramma’s, waarvan met name vrouwen gebruikmaken. Betrekkelijk nieuw zijn ook de challenges, zoals dry january, die deelnemers uitdagen hun drankpatroon te doorbreken en minstens een maand te stoppen.
En dan is er nog de internationaal bloeiende sobrietybeweging, die in de afgelopen jaren is ontstaan. Vrouwen, van jong tot oud, propageren op sociale media een nonalcoholische levensstijl. Niets anoniem, zonder schaamte delen ze persoonlijke story’s en foto’s op Instagram en Facebook, mocktails in de hand van hun recovery-proces. Met hun herwonnen zelfvertrouwen, healthy lifestyle en energie willen deze sober sisters anderen sober curious maken naar een leven zonder drank.
Hedendaagse vrouwen met een gevoeligheid voor drank durven gerust te bekennen dat als ze eenmaal een glas op hebben, al hun remmen verdwijnen. De oplossing schuilt volgens hen in onthouding. Actrice Stephanie Louwrier, ook gestopt, sprak publiekelijk in het theater over haar gevecht tegen Mister Alcohol, zoals ze hem noemt in haar voorstelling The show must go on.
Econoom Jacqueline van Lieshout en salesmanager Saskia van der Zee, die ooit overmatig dronken, delen hun ervaringen als detox-coaches. Ze maken beiden ook een podcast over de geneugten van een alcoholvrij leven: Wat wil je drinken? en Nooit meer kater cast. Andere ervaringsdeskundigen zoals Loïs Bisschop, leveren een bijdrage aan de zogenoemde quit-lit. Quit literatuur is een mix van memoires, zelfhulp en psychologisch/ wetenschappelijk onderzoek over hoe je problematisch alcoholgebruik onder de knie krijgt. Ik drink niet meer heet het boek van Bisschop, die op haar 27ste ontdekte dat ze alcoholiste was. Ze noemt stoppen met drinken het mooiste cadeau dat ze zichzelf ooit had kunnen geven.
Je zou de emancipatie de schuld kunnen geven van het toegenomen drankgebruik onder vrouwen.
Esther ten Hove (31 jaar) is sober influencer en de aanstekelijke motor achter de So.Life Club waarmee zij een 0.0 lifestyle propageert. Iedereen kan via haar platform deelnemen aan een veertig dagen-challenge om van een alcoholvrij leven te proeven. Een van de focuspunten is omgaan met sociale druk om ‘toe nou, even gezellig’ een drankje mee te drinken. Ten Hove bingede geregeld in het weekend en ging dan helemaal los. Na een met drank doorweekte Gaypride kon ze de weg naar haar logeeradres niet meer vinden. De volgende dag werd ze in paniek wakker en besloot niet meer te drinken. Dat was op haar 25ste makkelijker gezegd dan gedaan, te midden van leeftijdgenoten die wel dronken. Er volgden jaren van vallen en opstaan, waarin ze het telkens probeerde bij een paar glazen te houden. Sinds 2020 is ze helemaal nuchter en ziet ze alleen nog de voordelen van een alcoholvrij leven.
Wat vond jij het lekkerste van alcohol drinken?
“Het effect. Ik heb een vol druk hoofd en ik vond het fijn om mezelf af en toe lam te leggen. Dan maakte ik me ook niet meer zo druk om wat anderen van me vinden.”
En wat vind jij het lekkerste van niet drinken?
“O, het heeft me zoveel gebracht. Ik sta veel meer in verbinding met mezelf. Ik heb nooit meer spijt van dingen die ik gezegd heb of gedaan, ik ben altijd bij de les. Ik leef veel bewuster. Fantastisch.”
Zie je nog nieuwe ontwikkelingen?
“Ik trek veel millennials bij wie gezondheid hoog op de agenda staat. Alcohol past niet bij een bewuste lifestyle vol gezonde voeding, yoga en mindfulness. Jonge mensen melden zich niet altijd aan omdat ze een drankprobleem hebben. Niet drinken is best een beetje sexy aan het worden.” O
Nederland telt naar schatting een half miljoen verslaafden, waarvan een derde vrouw is.
Misha Ragas (25) behaalde haar masterdiploma filmstudies aan de Universiteit van Amsterdam. Ze is daarnaast al vijf jaar werkzaam als videoproducer, voornamelijk in de muziekscene. Op zoek naar verdieping timmert ze nu aan de weg als schrijfster, waarbij ze de nadruk legt op sociaalmaatschappelijke thema’s en popular culture.
Dankzij de initiatiefwet van GroenLinks, PvdA, D66 en VVD is de abortuspil straks ook verkrijgbaar bij de huisarts. Zo wordt de toegankelijkheid voor een abortus verbeterd. Dat klinkt als een goed plan, maar wat betekent het voor de betrokkenen?
DOOR MISHA RAGAS ILLUSTRATIES EVA BUREMAToen ik naar mijn Spotify-playlists staarde, leek geen enkel nummer recht te doen aan het gevoel dat ik op dat moment ervaarde. Dat is wat ik me het meest herinner van mijn busreis naar de abortuskliniek Bloemenhove. Ik reisde alleen en wist niet goed wat ik met mijn gecompliceerde gevoelens aan moest, dus zocht ik steun in muziek. Ik hunkerde naar iets troostends en iets heilzaams, iets wat met me zou resoneren. De busreis duurde veertig minuten. Mijn huisarts had gezegd dat mensen die een abortus ondergaan op een spectrum zitten. Voor sommigen voelt het net als het trekken van een kies, zei ze, als een vervelend moment wat je zo snel mogelijk achter de rug wil hebben. Daarna denken ze er niet meer over na. Ik bevind me veel meer aan de andere kant het spectrum.
De paar uur dat ik me in de kliniek bevond ben ik in tranen uitgebarsten, flauwgevallen op de ziekenzaalvloer en moest ik aan een infuus met pijnstillers omdat mijn net geplaatste spiraal ongelooflijk veel pijn deed. Toen ik enkele uren later versuft, verdoofd en uitgeput weer buiten stond, was daar mijn vriend die me opwachtte. De busreis naar het hotel dat hij voor ons geboekt had duurde maar tien minuten. De afstand was in mijn persoonlijke geval dus relatief goed geregeld, maar het viel me zwaar. Minuten leken uren en met een brok in mijn keel zat ik de reis uit.
Eén op de vijf vrouwen heeft voor haar vijftigste levensjaar een abortus achter de rug. Dit zijn vrouwen uit alle lagen van de samenleving, met diverse achtergronden, leeftijden en woonplaatsen, dus de abortuszorg moet goed
geregeld en toegankelijk zijn. Afgelopen jaar is de bereikbaarheid van abortusklinieken in ons land aan de kaak gesteld. Nederland telt zestien klinieken, maar ze zijn niet perfect verdeeld. De stad Amsterdam telt er drie, bijvoorbeeld, maar in het noorden van Nederland bedient één kliniek in Groningen ook Drenthe, Friesland en de Waddeneilanden. Mede daarom is er eind 2022 een wetswijziging aangenomen om de abortuspil beschikbaar te maken via de huisarts. In het buitenland (bijvoorbeeld in Frankrijk, Zweden, Canada en de Nederlandse Antillen) is dit al realiteit.
Deze initiatiefwet van GroenLinks, PvdA, D66 en VVD moet de toegankelijkheid van abortus in Nederland verbeteren; een mooi en belangrijk streven. Juist in deze tijd, waarin op internationaal niveau
de toegang tot abortuszorg wordt beperkt en de goed georganiseerde anti-abortus lobby met veel slagkracht om zich heen slaat. Hoewel er rondom abortus altijd verdeeldheid is geweest, galmen er nu ook binnen de voorstanders verschillende meningen. Het ligt genuanceerd en de belanghebbenden laten verscheidene geluiden horen. Wat zijn hun beweegredenen? En vooral: wat vinden mensen met een baarmoeder, voor wie de wet bedoeld is?
Abortuswet
Het recht op abortus, of de Wet A reking Zwangerschap, werd in Nederland ingevoerd in 1984. Als een vrouw* besluit haar zwangerschap binnen negen weken te beëindigen zijn er twee opties: via de abortuspil of via een vacuümaspiratie. De abortuspil bestaat uit twee fases en vijf pillen. Nadat je de eerste pil hebt genomen wacht je enkele dagen, vervolgens breng je de andere pillen in. Zo wek je een miskraam op. Als je langer dan negen weken zwanger bent, dan is deze optie niet mogelijk en gebeurt de abortus via een vacuümaspiratie of een instrumentele ingreep. Deze opties gebeuren wel in één dag, in een abortuskliniek of ziekenhuis. Tot een zwangerschap van twaalf weken wordt het vruchtzakje uit je baarmoeder gezogen, bij een zwangerschap die verder gevorderd is wordt de vrucht met instrumenten weggenomen. Soms wordt er, als je dat wilt, ook gelijk een spiraal geplaatst om te
voorkomen dat je nogmaals in zo’n situatie terecht komt. In Nederland kan je hiervoor terecht bij gespecialiseerde abortusklinieken en in ziekenhuizen (al worden abortussen in ziekenhuizen voornamelijk uitgevoerd om medische redenen).
De abortuswet, die dus al bijna veertig jaar bestaat, is recent twee keer gewijzigd. De eerste wijziging elimineerde vanaf 1 januari 2023 de (paternalistische) bedenktijd van vijf dagen, waardoor een vrouw niet gedwongen wordt vijf dagen extra zwanger rond te lopen. De tweede wijziging, die op 22 december 2022 o cieel is aangenomen, zorgt ervoor dat de abortuspil beschikbaar is via de huisarts. De verwachting is dat ergens in 2024 de wetgeving in de praktijk wordt geïmplementeerd. Deze verplaatsing van de zorg heeft als beoogde doel dat mensen makkelijker toegang kunnen krijgen tot het a reken van hun zwangerschap. Praktijkeigenaar Mirella Buurman, die meewerkte aan de wetswijziging, is ontzettend blij dat het gelukt is. “Het is vanuit emancipatoir oogpunt een grote stap voorwaarts. ‘Vrouwenzorg’ is geen speciale zorg en de medicamenteuze abortus –dus de abortuspil– is nou bij uitstek huisartsenzorg. Door de abortuspil daar te faciliteren kunnen we hopelijk ook het stigma beperken. Het is gewone zorg, en die moet goed geregeld zijn. Anders doe je echt de gezondheid van je hele bevolking tekort.”
Huisartsen zijn door de wetswijziging, na bijscholing, bevoegd om de abortuspil te verschaffen aan hun cliënten. Dit is niet verplicht, huisartspraktijken kiezen er zelf voor of ze dit willen. Bij de 13.000 huisartsen die Nederland telt is het dus nog even de vraag hoe hoog die bereidheid is, maar het is zeker dat er duizenden plekken bijkomen waar vrouwen terechtkunnen voor een medicamenteuze abortus. En dat betekent ook dat die mensen een stuk minder ver hoeven te reizen. “Het belangrijkste is dat vrouwen zelf over hun fertiliteit beslissen. En dat maakt deze wetswijziging een stuk makkelijker,” aldus Buurman.
Deze substitutie van zorg ontving ook kritiek, mede door een mogelijk ongewenst neveneffect. Sommige abortusklinieken kunnen mogelijk straks niet hun hoofd boven water houden, bleek uit een onderzoek dat werd gepubliceerd door platform Investico in november 2022. Het zit zo: een abortuskliniek wordt gefinancierd per behandeling. Voor een pilbehandeling ontvangt een kliniek 450 euro, voor een vacuümaspiratie 600 euro. Wanneer huisartsen een deel van de pilbehandelingen overnemen, ontstaat er een gat bij de inkomsten van klinieken, terwijl de kosten hoog zijn. Ook Femke van Straaten, hoofd van abortuskliniek Amsterdam en abortuskliniek Bloemenhove, maakt zich zorgen.
Eén op de vijf vrouwen heeft voor haar vijftigste levensjaar een abortus achter de rug.
“Vanwege de financiering kan het een probleem opleveren voor de bestaande structuur waarin juist onze kennis en kunde op zo’n hoog niveau is getild.” Bij haar klinieken betreft dertig procent van de behandelingen de abortuspil. Als die financiën wegvallen, kunnen zij hun kosten niet meer dekken. Uit onderzoek blijkt dat zeker vijfentwintig procent van de abortusklinieken dit niet overleeft. Dat resulteert in minder klinieken, waardoor men voor een vacuümaspiratie of een instrumentele behandeling opeens verder moet reizen. En dat is het tegenovergestelde van wat de wetswijziging wil bereiken.
Ook Eva, die maar een kwartier hoefde te wandelen naar de abortuskliniek voor haar behandeling, geeft aan hoe blij ze daar mee was. “Lang reizen lijkt me heel vervelend. Ik kan me herinneren dat ik me de dagen voor mijn abortus al raar voelde. Dat gevoel werd naarmate de abortus dichterbij kwam steeds sterker, met als hoogtepunt de reis naar de kliniek, toen ook de spanning voor de ingreep toenam. Het lijkt mij vreselijk om met die gevoelens bijvoorbeeld lang in een trein te zitten.” Wanneer klinieken verdwijnen, raakt dit dus met name vrouwen die kiezen voor een instrumentele behandeling. Dit zijn ook vrouwen in kwetsbare situaties (zoals slachtoffers van huiselijk geweld), of vrouwen uit een strenggelovige omgeving. “We raden die vrouwen een vacuümaspiratie aan, dan hoef je maar voor één dag een excuus te verzinnen. Zo’n abortuspil kan veel bloedingen en krampen met zich meebrengen, probeer dat maar eens te verbergen,” geeft Van Straaten aan. Buurman denkt juist dat voor die groep kwetsbare vrouwen de wetswijziging een verbetering is, want niemand hoeft de reden van een huisartsenbezoek te weten. Ze raadt die vrouwen aan te zeggen dat ze een miskraam hebben gehad, aangezien de symptomen hetzelfde zijn.
aan, dan hoef je maar voor één dag een excuus te verzinnen. Zo’n abortuspil
garantie wilde geven dat alle klinieken blijven bestaan, wil hij wel garanderen
De Minister van Volksgezondheid en Welzijn Ernst Kuipers (D66) werd dit mogelijke effect op de financiën ook voorgelegd vorig jaar. Hoewel hij geen garantie wilde geven dat alle klinieken blijven bestaan, wil hij wel garanderen dat er een “landelijk dekkend netwerk van abortusklinieken in stand blijft, in elk geval de komende jaren.” Het laatste deel van dat statement is precies waar Van Straaten zich zorgen om maakt. “Ik koop er niks voor. Wat als er een andere politieke wind gaat waaien? Het is zo a ankelijk van wie er nu aan het roer staan.” Ook wijst ze naar de recente abortusdiscussie op internationaal niveau. Door de veranderingen in de VS is het vuur in Nederland aangewakkerd. Maar dat kan net zo goed weer doven. “Het is maar hopen dat de voorvechters van zel eschikking in de Kamer zich straks nog steeds zo hard kunnen maken. Ik vind het een te wankele basis.”
Behalve zorgen om het financiële plaatje, plaatst men vraagtekens achter de extra expertise die er van huisartsen wordt verwacht. Een twijfel waar Van Straaten zich in kan vinden: “Een huisarts weet veel, maar is een generalist en geen specialist. Hebben al die huisartsen alle kennis in huis?” Buurman vindt dit nonsens: “Ik dank abortusklinieken op mijn blote knieën dat ze er zijn, maar ik ben woest over de manier waarop ze zich uitlaten in de media. Alsof huisartsen dit niet zouden kunnen. Wij krijgen echt een heel scala aan medische problemen op ons bord, van euthanasie tot miskramen, dus we zijn prima in staat ook dit proces te begeleiden.” Die kennis miste Lieselotte een beetje toen ze enkele jaren geleden haar huisarts bezocht. “Mijn huisarts wist er zelf niet zoveel vanaf, of welke opties er waren. Samen gingen we toen onderzoeken wat ik moest doen en hebben we het nummer van een kliniek opgezocht.” Huisartsen kunnen (en moeten) natuurlijk bijgeschoold worden, geeft Buurman aan, maar dat is ook opgenomen in de wetswijziging. “Daarbij is de werking van de abortuspil niet a ankelijk van wie hem uitschrijft. Het is één van de veiligste en effectiefste medicijnen die we hebben.” De kans dat er iets misgaat is één tot vier procent (a ankelijk van de zwangerschapsduur).
huisartsen een deel van de pilbehandelingen overnemen, ontstaat er een gat bij de inkomsten van klinieken, terwijl de kosten hoog zijn.
Verder werden er kritische vragen geuit over de emotionele lading rondom de procedure. Een abortus is voor sommigen erg spannend, eng of emotioneel. Hanna, die direct naar de kliniek is gegaan, heeft een goede band heeft met haar huisarts en geeft juist aan hoe fijn ze die extra optie had gevonden: ‘”Als de abortuspil beschikbaar was geweest bij de huisarts had ik dat zeker overwogen. Ik denk dat ik ook voor die optie was gegaan. Dan kon ik gewoon op de fiets naar mijn eigen vertrouwde huisarts, en de pil in een eigen gekozen fijne omgeving nemen.” Eva, die ook rechtstreeks naar de kliniek ging, sluit zich hierbij aan: “Ik heb geluk met een hele fijne vrouwelijke huisarts waarbij ik me heel comfortabel voel. Als ik dan toch voor een abortuspil zou kiezen, zou ik het prima kunnen bespreken.” Tegelijkertijd geeft ze aan dat het een ander verhaal was geweest als haar huisarts een man was. Dat is voor Maria het geval en zij weet niet of ze zich comfortabel genoeg zou voelen bij haar huidige huisarts. “Ten eerste is hij een man. Wel een hele aardige man, maar dat maakt het een minder aantrekkelijk idee. Bij een abortuskliniek weet je tenminste zeker dat iedereen pro-choice is, om het zo te zeggen.” Ze kaart ook aan dat sommige huisartsen misschien hun persoonlijke kijk op de kwestie laten doorschemeren, iets wat je juist niet wilt op zo’n moment. Natuurlijk verschilt dit per individu, en zullen mensen die een goede band met hun huisarts hebben het juist fijn vinden om naar iemand toe te gaan die ze kennen. Maar door de wetswijziging blijven beide opties dan ook bestaan. Alle vier de geïnterviewde vrouwen (die toentertijd vier verschillende abortusklinieken hebben bezocht) geven aan erg tevreden te zijn met de zorg die ze ontvingen. Ze voelden zich veilig en zijn goed geïnformeerd. “Ik voelde mij daar best op mijn gemak, hoe gek dat misschien ook klinkt,” vertelt Hanna. “Ik denk nog vaak terug aan de artsen, verpleegkundigen en receptionisten, hoe veilig zij mij lieten voelen en hoe ze, ondanks alle ellende, toch zorgde voor een bijna gezellige sfeer,” zegt Eva. En die kwaliteit moet natuurlijk gewaarborgd worden. Buurman heeft dan ook aan de wetswijziging gewerkt met de insteek dat zij, met haar praktijk, die zorg ook wil bieden aan de vrouwen. “Ik wil ze óók helpen. Mijn patiënten vragen er zelf om dat het bij de huisarts kan. Hoe fijn dat ik dat nu ook kan?”
Dan, tot slot, zijn er nog enkele praktische zaken. Bijvoorbeeld dat niet iedere huisartspraktijk een echoapparaat heeft, dat ze in principe vijf dagen open zijn en dat er al een flinke werkdruk wordt ervaren. Buurman antwoordt: “Er zijn simpele berekeningen bij een reguliere cyclus waarmee je iemands zwangerschapsduur kan uitrekenen, die twee á drie gevallen waar het per jaar om gaat zullen geen invloed hebben op de werkdruk en de huisartsenpost is altijd bereikbaar in de avond, nacht en weekenduren mocht een vrouw na de inname van de pil zorg nodig hebben.” En praktische bezwaren moeten niet de reden zijn om iets wel of niet te doen wat betreft de zorg, geeft ook Van Straaten aan. Hoewel Van Straaten en Buurman dus andere meningen hebben over de wetswijziging, staan de neuzen van hen, de geïnterviewde vrouwen én van Kuipers in het grotere plaatje wel dezelfde kant op. De keuzevrijheid en gezondheid van vrouwen staat bovenaan de prioriteitenlijst. Als een zwangere een abortus overweegt of daarvoor kiest, heeft ze recht op de best mogelijke begeleiding en zorg en vanuit dat perspectief is er nu en moet er in de toekomst worden gemanoeuvreerd door de Nederlandse zorgsector. Wat de meerwaarde is van deze verbreding en wat de exacte gevolgen zijn, zal de tijd ons moeten leren. Hopelijk verslapt de aandacht rondom abortuszorg niet en blijven de besluitvormers die aan zet zijn zich hard maken voor het welzijn en het zel eschikkingsrecht van vrouwen, en daarmee de gezondheid van ons hele land. O
*’Vrouwen’ betekent in deze context alle vrouwen, trans- en non-binaire personen die zwanger kunnen worden en/of menstrueren.
‘Ik dank abortusklinieken op mijn blote knieën dat ze er zijn, maar ik ben woest over de manier waarop ze zich uitlaten in de media. Alsof huisartsen dit niet zouden kunnen.’
De Balie lanceert een nieuwe serie met programmamaker Ianthe Mosselman, waarin ze met verschillende gasten in gesprek gaat over feminisme en de culturele nasleep van de #MeToo-beweging.
De eerste gast is Lotte Houwink ten Cate. Zij bepleit dat de vrouwenbeweging los moet komen van haar verstrengeling met slachtofferschap; en terug moet naar waar het eind jaren zestig mee begon: een vurig verlangen naar radicale verandering. Afgelopen oktober schreef ze in NRC dat we gedurende vijf jaar #MeToo van incident naar incident zijn gegaan, maar dat dit nog niet heeft geleid tot de zo gewenste hervertelling van het heteroseksuele script. Hoe zou die systeemkritiek eruit moeten zien en waar zou ze zich op moeten richten?
Maandag 20 maart 2023 om 20:00 vindt de eerste editie plaats. Kaartjes zijn verkrijgbaar via debalie.nl.
Het is inmiddels meer dan vijf jaar geleden dat vrouwen onder de hashtag #MeToo op grote schaal hun ervaringen met seksueel geweld en grensoverschrijdend gedrag deelden. Wat zijn we in de vijf jaar opgeschoten en waar liggen de valkuilen?
Lotte Houwink ten Cate (1990) is historica gespecialiseerd in de sociale en politieke geschiedenis van WestEuropa. Ze promoveert op de feministische tweede golf en seksuele ethiek aan Columbia University in New York, en is Past & Present Fellow aan het Institute of Historical Research in Londen. Haar boek over het spanningsveld tussen feminisme en heteroseksualiteit van de jaren zeventig tot vandaag zal verschijnen bij De Bezige Bij. Ze is dol op mannen.
Stel je voor. Je bent oud en door dementie of een andere ziekte is je zelfredzaamheid ernstig aangetast. Je struikelt en valt. De telefoon heb je net even niet binnen handbereik. Uren lig je met pijn op de harde grond. Je krijgt het zo koud dat je beseft: als er niet snel iemand langskomt, ga ik dood aan onderkoeling. Inmiddels komen dagelijks meerdere ouderen met dit verhaal in het ziekenhuis terecht. Gelukkig kwam voor hen de hulp nog op tijd. Vanuit de langdurige zorg is hiervoor gewaarschuwd. Dit is het directe gevolg van kabinetsbeleid dat stuurt op ouderen thuishouden, zelfs wanneer dat niet meer verantwoord is.
aantocht. Inmiddels zijn we twee verkiezingen verder en opnieuw is de kaalslag ingezet. Terwijl de verpleeghuiszorg en de thuiszorg er nog slechter voor staan dan in 2017. Overigens zijn ook de jeugdzorg en de zorg voor chronisch zieken, verstandelijk gehandicapten en psychiatrische patiënten door de ondergrens heen gezakt.
Dan kun je onmogelijk volhouden dat het beleid het afgelopen decennium verstandig en doelmatig is geweest. Er komt geen protest uit de sector, zeggen ze in Den Haag. Vind je het gek? Zorgmedewerkers hebben jarenlang tevergeefs geprotesteerd en kregen ook nog eens de coronaepidemie over zich heen. Die kunnen het niet opbrengen een massale campagne te organiseren.
Wie nu nog steeds niet weet hoe, mag me bellen.
Alles wat de afgelopen jaren in de ouderenzorg is bevochten, wordt nu weer teruggedraaid. Terwijl het proces om de kwaliteit van leven en zorg te verhogen nog maar nauwelijks op gang is gekomen. Door een kabinet waarin dezelfde partijen zitten die in 2017 met de hand op het hart beloofden ons manifest Scherp op Ouderenzorg uit te voeren.
Toen waren er verkiezingen in
Het zorg-establishment beweegt ondertussen rustig mee met de kabinetsplannen. Natuurlijk zijn er zorgbestuurders, beleidsmakers, wetenschappers en zorgverzekeringsmensen die protest laten horen, maar de meerderheid weet donders goed dat de veranderingen die nodig zijn gevolgen gaan hebben voor hun positie en aanzien. Die zullen niet protesteren.
Dus doe ik het nog maar een keer. Namens alle mantelzorgers en zorgmensen die te moe en te murw zijn om weer een keer de strijd aan te gaan. Deze plannen duwen de langdurige zorg over de rand van de afgrond. Het personeelstekort is oplosbaar, maar dan moeten we het heel anders gaan aanpakken.
Er is nog iets dat mij zeer zwaar op het hart ligt. Het brandpunt van de strijd om vrouwenrechten ligt op dit moment in Iran. Na de moord op Jina Mahsa Amini afgelopen september hebben vrouwen en jongeren de leiding genomen bij het organiseren van massaal protest tegen de onderdrukking van vrouwen en lhbtiq+. De dictatuur reageert met willekeurig en extreem geweld op grote schaal. Bijna 20.000 arrestaties zijn verricht wegens ‘vijandschap tegen God’ of ‘verspreiden van corruptie’. Op het verbranden van een hijab staat de doodstraf. Er zijn al meer dan vijfhonderd dodelijke slachtoffers gevallen. Elke keer wanneer ik de beelden zie op televisie of YouTube denk ik: als mijn dochters in Iran waren geboren, hadden zij daartussen gestaan.
Via de internationale media vraagt deze protestbeweging om steun. Wat ze krijgen is Wopke Hoekstra die de Iraanse ambassadeur ontbiedt om zijn afschuw uit te spreken en twittert dat andere EU-staten hetzelfde moeten doen. Minstens zo verbijsterend vind ik het dat er in dit land, waar zoveel vrouwen zich feminist noemen, geen massale buitenparlementaire beweging op gang komt om forse internationale druk op de ayatollahs af te dwingen. En dat wij ons ook niet bekommeren om de schending van grondrechten van vrouwen in Afghanistan. Kom in beweging. Doe iets! Jin, Jiyan, Azadi. O
Er komt geen protest uit de sector, zeggen ze in Den Haag. Vind je het gek?Carin Gaemers (1958) is onze meest invloedrijke vrouw 2017. Maandelijks houdt ze ons bij de les.
Over liefde, feminisme, single-zijn en andere ontboezemingen
Zeventien jaar lang schreef Saskia Noort columns over liefde, moederschap, daten en seks - maar ook over het kronkelige pad van het single-leven, ouder worden en seksisme. In haar columns neemt ze bored couples en single mannen van middelbare leeftijd op de hak en schrijft ze onder andere over feminisme en daten na het #MeToo-tijdperk. En natuurlijk spaart ze zichzelf ook niet.
‘Intelligent, scherp, gevat, open en eerlijk over onderwerpen die vaak in de taboesfeer zitten. Wat een dijk van een schrijfster. Genoten van elke column. Zowel tranen gelaten als regelmatig enorm hard gelachen.’
voor maar
€47,50